Verslag van de adviesraad Wmo. Datum : 3 april 2014 Aanvang : uur.

Transcriptie

1 Verslag van de adviesraad Wmo. Datum : 3 april 2014 Aanvang : uur. Aanwezig : Mw. D. v.d. Meijden-Spaans (voorzitter), mw. E.M. Kamphuis, mw. H. Brehler, dhr. W.D. Davids, dhr. A.F. Kalse, mw. M. Dijks, mw. W.J. Keer-IJdo, dhr. G. van der Roest, dhr.j.a.b.f. Godschalk, dhr. C. de Bloois, mw. A.G.M. Oudshoorn, mw. S.G. Cras mw. A. de Jong, mw. B. Dukker (beleidsmedewerker gemeente), mw. P. van der Burg (beleidsmedewerker gemeente voor agendapunt 3), mw. P. van der Kruk (kwartiermaker sociaal wijkteam Rijswijk midden voor agendapunt 2) en dhr. R. van Wijk (secretaris). Afwezig : mw. M. Döderlein de Win, en dhr. R. Matadin. 1. Opening In verband met het overlijden van mevrouw H. van Kempen wordt 1 minuut stilte in acht genomen. De voorzitter bedankt mw. Van der Kruk dat de adviesraad Wmo op de locatie van het sociaal wijkteam kan vergaderen. 2. Presentatie sociaal wijkteam. Mw. Van der Kruk is door het College aangesteld als kwartiermaker van het sociaal wijkteam Rijswijk midden. Aan de hand van sheets geeft zij een presentatie over het sociaal wijkteam. (De sheets zullen de leden nog ontvangen) Het sociaal wijkteam is opgezet als een pilot. Ervaringen bij het sociaal wijkteam kunnen worden gebruikt bij het opzetten van 1 of meer andere sociaal wijkteams. Allereerst ging mw. Van der Kruk in op de maatschappelijke ontwikkelingen in de afgelopen jaren. Een 3-tal zaken spelen hierbij een rol : 1. door de vergrijzing vragen meer mensen meer zorg ; 2. meer taken worden overgeheveld naar gemeenten en 3. de budgetten worden minder. Het doel van het sociaal wijkteam is een integraal en generalistisch team in de wijk te zijn dat kwetsbare bewoners ondersteunt om weer zelf de regie te pakken, zelf problemen te voorkomen en op te lossen, samen met de mensen om hen heen. Vroegtijdig (preventieve) ondersteuning is zo beschikbaar op alle leefgebieden. De focus ligt niet op procedures maar op resultaat. Concreet zijn er een 8-tal uitgangspunten : 1. van aanbodgericht naar vraaggericht ; 2. van organisatie naar cliënt- en wijkgericht ; 3. van afhankelijk naar zelfregie en zelfredzaamheid ; 4. wederkerigheid (een hulpvrager kan ook hulp bieden) ; 5 ontzorgen ( van zorgen voor naar zorgen dat ) ; 6 van individuele naar collectieve voorzieningen ; 7 van curatief naar preventief en 8 van stijgende kosten naar dalende budgetten. Vervolgens kwamen de doelstellingen van de nieuwe Wmo (Wmo 2015) aan de orde. In dit kader werd onder meer verwezen naar de sociale samenhang, het bevorderen van de toegankelijkheid van voorzieningen en ruimte voor mensen met een beperking, het bevorderen van veiligheid en leefbaarheid, het voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld, het ondersteunen van mantelzorgers en andere vrijwilligers, preventieve aanpak (voorkomen dat burgers aangewezen zijn op maatschappelijke ondersteuning), het bieden van algemene voorzieningen waar nodig, het bieden van maatwerkvoorzieningen ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en participatie aan burgers die daartoe op eigen kracht (ook niet met hulp 1

2 vanuit het eigen netwerk) niet of onvoldoende in staat zijn en het bieden van maatwerkvoorzieningen aan burgers die beschermd wonen of opvang behoeven in verband met psychische of psychosociale problemen of in verband met de ernstige gevolgen van de thuissituatie (bijvoorbeeld huiselijk geweld) In een schema werd duidelijk gemaakt dat de oplossingen van binnen naar buiten gaan : centraal staat de eigen kracht, vervolgens een beroep op het sociaal netwerk, dan algemene voorzieningen en als laatste de individuele voorzieningen. Het sociaal wijkteam kan niet alle problemen oplossen. Maar het sociaal wijkteam is wel een integraal werkend team bestaande uit professionals. Het team biedt ondersteuning en begeleiding aan mensen met een beperking in de zelfredzaamheid en participatie. Het team bestaat thans uit een huisverpleegkundige (stichting Florence), een algemeen maatschappelijk werker (Kwadraat), een ouderenadviseur (Welzijn Rijswijk), een individueel begeleider/woonbegeleider (Fonteynenburg/Limor impegno), een consulent (MEE) en een Wmo-consulent (gemeente Rijswijk) Tenslotte werd de werkwijze van het team uitgelegd. Er zijn 3 opties denkbaar. Bij optie 1 komt een bewoner zelf langs. Hij wordt ontvangen door een gastvrouw. Deze doet een quick-scan en daarna volgt een keukentafelgesprek met en teamlid. Dit kan leiden tot ondersteuning of begeleiding. Bij optie 2 wordt een deelnemer aangemeld via een verwijzer of deelnemende organisatie. De hulpvraag wordt besproken in het team. Een teamlid gaat ondersteuning of begeleiding bieden. Bij optie 3 ontvangt de bureaudienst een signaal van een verwijzer of deelnemende organisatie. Een van de collega s van het team heeft een eropaf dienst. Eerst wordt er een check gedaan bij het Meldpunt Bezorgd of het een bekende cliënt is. Nog dezelfde dag wordt de organisatie benaderd of de bewoner zelf. Bij de presentatie kwamen ook de domeinen van de Zelfredzaamheid-Matrix aan de orde. De officiële Zelfredzaamheid Matrix zal nog naar de leden worden toegezonden. Na de presentatie was er gelegenheid tot het stellen van vragen. Mw. Dijks vroeg zich af hoe de mensen de weg vinden naar het sociaal wijkteam. In de praktijk is gebleken dat mensen onder meer komen door mond op mond reclame. De voorzitter had begrepen dat sinds de start van het sociaal wijkteam al 90 personen in de caseload zitten waarbij de vraag is of het sociaal wijkteam dit aankan. Mw. Van der Kruk antwoordde dat een aantal cliënten al na een paar gesprekken meer zelfredzaam kan zijn. Ook gaat het wel eens om lichte ondersteuning. Het idee van een waakvlam. Dhr. Godschalk wijst op de verdere afbouw van zorginstellingen. Mensen die niet meer naar een zorginstelling kunnen, hebben dan wel ondersteuning nodig bij het vinden van huisvesting. Mw. Van der Kruk geeft aan dat het sociaal wijkteam niet alle problemen kan oplossen. Er vindt wel overleg plaats met wooncorporatie Rijswijk Wonen en op termijn met Vidomes. Huisvestingsproblemen kunnen niet door het sociaal wijkteam opgelost worden. Dhr. Davids vult aan dat mensen vaak gebonden zijn aan hun wijk. Daar hebben zij hun sociale kontakten. Voor mensen is het erg moeilijk als zij naar een andere omgeving moeten. Dhr. Kalse had onlangs een presentatie bijgewoond over de doelgroep ouderen bij de stichting Florence. De teneur van die presentatie was een uitnodiging aan ouderen om naar Florence te komen, want zij kunnen de problemen oplossen. Volgens dhr. Kalse zou er slechts 1 loket moeten zijn. Dit resulteerde in een korte discussie. Mw. Van der Kruk concludeerde dat in de loop der tijd toch minder deuren / loketten zijn. Op zich is dat toch een verbetering. Dhr. Kalse zou toch willen pleiten voor 1 meldpunt voor ouderen. Mw. Keer had in een uitgave van de Stichting Welzijn Rijswijk (SWR) gezien dat mensen eigenlijk voor alles terecht kunnen. Mw. Van der Kruk gaf aan dat de gemeente vooralsnog niet heeft gekozen voor brede laagdrempelige inloopfunctie in de vorm van een wijkinformatiepunt. Het sociaal wijkteam bepaalt zelf de selectie, maar is daarin ook sterk afhankelijk van verwijzers. Mw. Keer merkt op dat een vrijwilliger de quick-scan doet. Het doet haar wat denken aan gluren bij de buren. Haar vraag is of je dit aan een vrijwilliger mag vragen. Mw. Van der 2

3 Kruk legt uit dat de vrijwilliger (gastvrouw) getraind is in vraagverkenning. Het team doet aan de verdieping daarvan : de vraagverheldering. De quick-scan is een proces van enkele minuten. Volgens dhr. Van der Roest moet de cliënt dan toch 2 keer zijn verhaal vertellen. Volgens mw. Van der Kruk is dit niet zo. De vrijwilliger vraagt namelijk niet door. De klanten zijn tevreden, omdat zij direct daarna aan een hulpverlener worden gekoppeld. Mw. Keer vraagt of de privacy niet in het geding is. Mw. Van der Kruk zegt hierover dat er met de vrijwilliger een contract wordt afgesloten, waarin geheimhoudingsplicht staat, en verder is een verklaring omtrent het gedrag (VOG) vereist. Volgens dhr. De Bloois zijn er veel zelfredzaamheid-matrixen in omloop. Hij wil weten welke matrix het sociaal wijkteam hanteert. De enige echte, aldus mw. Van der Kruk. Vervolgens geeft ze nog een nadere toelichting op de matrix. Dit is de Zelfredzaamheid-Matrix van GGD Amsterdam/Rotterdam. Volgens dhr. Van der Roest hebben veel mensen chronische problemen. Mw. Van der Kruk zal een nadere uitleg geven via een case-bespreking. Dhr. Davids brengt naar voren dat diverse organisaties een commercieel belang hebben. Veel mensen kunnen geen keuze maken. Daarbij denkt hij aan ouderen en licht dementerenden. Beter zou zijn om per postcode bijvoorbeeld 1 wijkverpleegkundige te hebben. Liever zou hij zien dat 1 organisatie de uitvoering doet. Dhr. Davids vervolgt met de opmerking dat dit sociaal wijkteam een pilot is. Hij wil vernemen hoeveel wijkteams er uiteindelijk komen in de gemeente. Mw. Van der Kruk heeft daar nog geen idee van. Het kunnen er 2 of 3 worden. Een en ander moet nog uitgewerkt worden. Dhr. Davids maakt zich zorgen om de privacy van de cliënten. De gegevens worden met elkaar gedeeld. Mw. Van der Kruk geeft aan dat het delen van gegevens wordt vermeld aan de cliënt. De secretaris vraagt zich af waarom er geen consulent van de afdeling sociale zaken is opgenomen in het sociaal wijkteam. In de presentatie is immers verwoord dat bij zo n 80% van de aanmeldingen financiële problemen aan de orde zijn. En schuldhulpverlening is een onderdeel van sociale zaken. Mw. Van der Kruk gaf hierbij aan dat een teamlid 24 uur per week beschikbaar moet zijn. Bovendien moet hij van specialist transformeren naar generalist. Bij een consulent van sociale zaken is dit (nog) niet aan de orde. Wel is er samenwerking met de afdeling sociale zaken. Drie consulenten zijn hiervoor 4 uur beschikbaar. Aan de hand van een case verduidelijkt mw. Van der Kruk wat het sociaal wijkteam doet. In deze zaak ging het om een persoon die steeds aangaf wat ze allemaal niet kon. De hulpverlener probeerde dat om te draaien. Wat is wel haalbaar, hoe kan het netwerk vergroot worden, hoe kan de eigen kracht versterkt worden en dergelijke. Eventueel zou daarbij een collectieve voorziening ingezet kunnen worden. Dhr. Van der Roest ging in op de definitie van specialisten en generalisten en hoe het proces verloopt naar het generalist zijn. Mw. Van der Kruk gaf aan dat de medewerkers generalisten zijn met een deel specialisme. Het proces naar generalisme verloopt via samenwerking en training. 3. Sociale Kaart. (Toelichting mw. P. van der Burg) Mw. Van der Burg houdt zich onder meer bezig met het opzetten van een sociale kaart voor de gemeente Rijswijk. Daarvoor roept ze ook de hulp in van de adviesraad Wmo. Ze wil vanuit de verschillende doelgroepen het volgende weten : - welke informatie is nodig (adressen, onderwerpen, organisaties) - welke manier van zoeken sluit het best aan (lay-out, gebruiksvriendelijkheid) - hebben de leden zelf informatie beschikbaar die er in zou moeten. In een nadere toelichting geeft zij aan dat een sociale kaart noodzakelijk is in het kader van het project Participatie 2.0. Er moet een voorstel worden gedaan aan de gemeenteraad. Ze zoekt hierbij ook steun bij de adviesraad om een breed draagvlak te hebben. Een sociale 3

4 kaart is noodzakelijk voor de burger om zo zijn weg te kunnen vinden. Aanvankelijk was er een sociale kaart met de gemeente Den Haag. Deze blijkt niet te voldoen. Dhr. De Bloois wijst op de op de oude samenwerking en vraagt zich af waarom Rijswijk nu een eigen kaart wil. Mw. Van der Burg geeft aan dat bij de oude sociale kaart steeds meer gemeenten afhaakten. Uiteindelijk bleef alleen de gemeente Den Haag over. Voor Rijswijk is het geen goed product, ofschoon er nog wel een deel van Rijswijk in zit. Dhr. Kalse heeft naar de betreffende website bekeken en beoordeelde de sociale kaart als voldoende. Hij heeft echter wel een maar, want zo n 80% van de ouderen is niet digitaal ingesteld. Mw. Van der Burg vindt dat hier zeker rekening mee moet worden gehouden. Mw. Keer merkt op dat bij de introductie van de sociale kaart in Den Haag het principe van de click, call, face werd toegepast. Dit principe spreekt haar erg aan. Mw. Dijks brengt naar voren dat niet alleen ouderen niet digitaal bezig zijn. Het geldt ook voor diverse groepen van gehandicapten. Voor mw. Van der Burg is het van belang te weten wat er al aan informatie is en welke informatie er nog bij kan. Voor dhr. De Bloois is er nog een vierde optie. Er zijn organisaties met professionals, met vrijwilligers en met een combinatie er van. Het bijhouden van een sociale kaart moet door vrijwilligers gedaan kunnen worden. Dhr. Van der Roest is van mening dat een grote groep mensen via het lokale blad Groot Rijswijk informatie moeten kunnen ontvangen. Mw. Kamphuis vult aan dat niet iedereen dagelijks achter een pc zit. Dhr. Davids stelt dat mensen kranten weggooien, terwijl men een gids of flyer wel zou bewaren. Mw. Van der Burg concludeert dat er enerzijds actuele informatie is maar anderzijds moet er ook een naslagwerk zijn. Mw. Dijks refereert aan de gemeentegids. Deze vindt zij kwalitatief niet zo goed. Mw. Cras is op basis van eigen ervaringen een voorstander van digitale informatie. De voorzitter meent dat de informatie zowel digitaal alswel op papier aangeboden zou moeten worden. Ook kan omroep Rijswijk en de bibliotheek hier een rol spelen. De vraag is welke informatie nodig is. Dhr. Godschalk stelt voor om te werken vanuit de haagse sociale kaart. Hieruit kan de Rijswijkse informatie worden gehaald en verder is het dan een kwestie van wijzigen en aanvullen. Volgens mw. Dukker is de kernvraag aan welke informatie behoefte is en welke informatie gewenst is. Mw. Cras verwijst naar de site rijksdienst.nl. Mw. Keer acht dit niet geschikt, omdat daar specifieke Rijswijkse informatie ontbreekt bijvoorbeeld als het gaat om dagbesteding. Dhr. De Bloois noemt een 4-tal organisaties die hij opgenomen wil zien in de sociale kaart. Dhr. Davids vindt dat alleen Rijswijkse instellingen in 1 onderdeel opgenomen moeten worden en de overige organisaties in een afzonderlijk deel. Mw. De Jong geeft het voorbeeld van startpagina.nl dat heel overzichtelijk is. Mw. Van der Burg wil ook graag vernemen hoe de lay-out van de pagina kan zijn, bijvoorbeeld met het gemeentelijk logo of juist niet. Mw. Dijks zou kiezen voor een gemeentelijk logo, omdat dit vertrouwen geeft bij de burger. Dhr. Kalse vindt de sociale kaart van Den Haag heel toegankelijk, maar hij vroeg zich wel af of die kaart nog wel up-to-date is. Tenslotte gaf mw. Van der Burg aan dat zij een concept-verslag gaat maken. Dit zal naar de leden worden verzonden met het verzoek op- en aanmerkingen naar haar te mailen. 4. Ingekomen stukken. (reactie van het College naar aanleiding van advies adviesraad) Mw. Keer vraagt aan de voorzitter of de verslagen van het voorzittersoverleg ook naar de beleidsmedewerkers worden gezonden. De voorzitter zal dit inbrengen bij het eerstvolgende overleg. 4

5 Naar aanleiding van de reactie van het College vraagt mw. Keer of het regionaal expertisecentrum nog wel bestaat. Mw. Dukker bevestigt dit, maar voegt er aan toe dat dit anders ingericht gaat worden. Er wordt nog gewerkt aan de invulling van passend onderonderwijs. Voorheen lag de verantwoordelijkheid bij de ouders. Bij de nieuwe wetgeving worden scholen verantwoordelijk voor de juiste/passende school. Mw. Dijks wil nogmaals de toegankelijkheid onder de aandacht brengen. Zo is er bijvoorbeeld geen invalidentoilet aanwezig in de locatie van het sociaal wijkteam. Mw. Dukker zegt toe dit te zullen aankaarten bij de gemeente. Dhr. Van der Roest merkt op dat het budget geoormerkt is voor het sociale domein en binnen dit domein kan geschoven worden met de gelden. Dat zijn besluiten voor de gemeenteraad. Mw. Keer vraagt zich of er middelen toegevoegd kunnen worden uit andere onderdelen van de begroting. De voorzitter vraagt of er budget beschikbaar is voor de ondersteuning van vrijwilligers. Mw. Dukker bevestigt dat dit budget al beschikbaar was. 5. Stand van zaken transitie Awbz. Dit agendapunt wordt thans niet behandeld. 6. Verslag van 20 februari Tekstueel en naar aanleiding van. Mw. Keer vraagt of de nieuwe wetgeving is aangenomen in de Tweede Kamer. Dit is nog niet bekend. Voorts zou ze meer informatie willen over het extern bureau. (onder punt 2 pagina 1) Mw. Dukker zal informatie inwinnen bij dhr. Goderie. Mw. Kamphuis vraagt verduidelijking over de specialistenpool die genoemd werd door dhr. Goderie. Mw. Dukker geeft aan dat dit los staat van het sociaal wijkteam, maar betrekking heeft op het zorgloket. Dhr. Van der Roest vraagt naar het verschil tussen de VNG en de H9 (pagina 1) Mw. Dukker antwoordt dat de VNG een format voor beleid heeft opgesteld. Mw. Keer vraagt hoe het staat met de sluiting van verzorgingshuizen in Rijswijk. Mw. Dukker heeft daar geen zicht op. Dhr. Godschalk meldt dat zeker 2 verzorgingshuizen sluiten. Aktie/besluitenlijst. Dhr. Godschalk zou graag zien dat de financiële paragraaf sociaal domein op de agenda geplaatst wordt. Het verslag wordt goedgekeurd en vastgesteld. 7. Mededelingen Dhr. Davids deelt mede dat hij inmiddels voorzitter is geworden van de ANBO, afdeling Rijswijk. Vanuit de ANBO is een brief geschreven naar de fractievoorzitters om hen te wijzen op de geuite verkiezingsbeloften. Hij hoopt daarmee invloed te kunnen uitoefenen op het beleid. Een afschrift is ter kennisname beschikbaar gesteld aan de secretaris. Dhr. Kalse vult aan dat de ANBO en KBO met elkaar in contact staan. De KBO heeft een vergelijkbare brief gezonden aan alle fractievoorzitters. Mw. Dukker benoemt een aantal zaken die snel op de rails moeten worden gezet : Allereerst merkt zij op dat het zorgloket nog niet zover is met de kanteling. Verder wordt getracht om met de H4 gemeenten de hulp bij het huishouden gelijk te krijgen. Er moet een bezuiniging worden doorgevoerd. Er wordt aan gedacht om bij de aanbesteding de signaleringsfunctie te schrappen. In de praktijk is gebleken dat deze functie niet zo veel wordt toegepast. Verder is gebleken dat een particuliere schoonmaakhulp goedkoper is dan een hulp via het zorgloket bij mensen met de maximale eigen bijdrage. (De maximale bijdrage bedraagt 18,= per uur, terwijl het tarief bij Axxicom 16,= per uur bedraagt) De 5

6 grootste zorg ligt bij de groep mensen die een inkomen net boven het bijstandsniveau hebben. In ieder geval worden de voorzieningen versoberd. De vraag is of de versobering kan plaatsvinden bij de huidige contracten en aanbieders. Binnenkort heeft mw. Dukker een overleg met de sectie Inkoop. Ten aanzien van vervoer was er de keuze voor de eigen auto of de regiotaxi. Laatstgenoemde zal de algemene voorziening worden. Bij het gebruik van de eigen auto zal er gekort worden op de vergoeding. Bij andere voorzieningen zijn er geen of lage eigen bijdragen. Mw. Dukker zou graag input vanuit de adviesraad krijgen. Mw. Dijks pleit voor een variabele eigen bijdrage. Anders krijgen mensen die net boven de norm zitten helemaal geen vergoeding. Mw. Dukker geeft aan dat het streven is om met de H4 gemeenten tot een harmonisatie te komen. Dhr. Van der Roest wil inzicht hebben inzake de eigen bijdrage bij een bepaald inkomen. Volgens de voorzitter kan hij dit opvragen bij het CAK. Mw. Dukker wijst er op dat ook bij de individuele voorzieningen ook het nodige gaat veranderen. De leden kunnen hun inbreng mailen naar mw. Dukker. 10. Aktie- besluitenlijst. Reeds behandeld. 11. Rondvraag Mw. Kamphuis is uitgenodigd bij het sociaal wijkteam om uitleg te geven ver mantelzorg. Bij het maatjes project van de SWR wordt mantelzorg niet genoemd. Mw. Kamphuis zal dit aankaarten bij de SWR. 12. Sluiting De vergadering wordt beëindigd om uur. De eerstvolgende vergadering staat gepland voor donderdag, 15 mei 2014, vanaf uur. Aktie- en Besluitenlijst Datum Omschrijving Aktie door Aktie Voor Verslagen werkgroepen in kader van Secretaris transitie Awbz Op agenda plaatsen stand van Secretaris zaken de Kanteling) Op agenda plaatsen stand van Secretaris zakentransitie Awbz Op agenda plaatsen ontwikkeling Secretaris sociale wijkteams Op agenda plaatsen financiële paragraaf sociaal domein Secretaris Correspondentielijst Verzenddatum Omschrijving Brief aan Ontvangstdatum De secretaris, R. van Wijk 6