Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Barneveld

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Barneveld"

Transcriptie

1 Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Barneveld

2 Inhoudsopgave Advies en belangrijkste bevindingen... 1 Startnotitie preventief gezondheidsbeleid voor ouderen... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Inleiding... 2 Waarom een 65+ gezondheidsmonitor?... 2 Monitorcyclus Oost-Nederland monitor Deel 1: Methode en respons... 4 Onderzoekspopulatie... 4 Steekproef... 4 Vragenlijst... 4 Onderzoeksopzet... 4 Respons... 4 Weging... 5 Gegevensverwerking en analyse... 5 Deel 2: Kaders voor beleid... 6 Visie op vergrijzing... 6 Dé oudere bestaat niet... 6 Curatie en preventie dichter bij elkaar... 6 Zorg in de buurt... 8 Conclusie en aanbeveling... 8 Deel 3: Resultaten Barneveld... 9 Hoofdstuk 1: Algemene kenmerken Leeftijd en gezondheid Geslacht Burgerlijke staat en samenstelling huishouden Etniciteit Opleiding en inkomen Conclusie en aanbeveling Hoofdstuk 2: Gezondheid Ervaren gezondheid Chronische ziekten en aandoeningen Vallen Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen Psychische gezondheid Conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 3: Gedrag en leefstijl Voeding Bewegen Overgewicht Roken Alcohol Seksualiteit Conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 4: Zelfredzaamheid en zorg Lichamelijke beperkingen Beperkingen in huishoudelijke activiteiten Beperkingen in vervoer Mantelzorg... 23

3 4.5 Regie over eigen leven Conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 5: Welzijnsvoorzieningen Gebruik en behoefte welzijnsvoorzieningen Kennis over waar voorzieningen kunnen worden aangevraagd Hoofdstuk 6: Sociale omgeving en vrije tijd Tevredenheid contacten en sociale steun Eenzaamheid Tijdsbesteding Negatieve ervaringen in huiselijke kring Veiligheid Conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 7: Fysieke omgeving Woonsituatie Ventilatie Geluidshinder Conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 8: Vergelijking 65+ monitor 2005 en Hoofdstuk 9: Overzichtstabel Bijlage 1: Geraadpleegde bronnen... 35

4 Advies en belangrijkste bevindingen Startnotitie preventief gezondheidsbeleid voor ouderen Op 8 december 2010 heeft de GGD van VGGM een startnotitie "Preventief gezondheidsbeleid voor ouderen" uitgebracht waarin staat beschreven hoe gemeenten uitvoering kunnen geven aan hun wettelijke taak op het gebied van de preventieve ouderengezondheidszorg. Dit advies legde de nadruk op het zo lang mogelijk vitaal houden van de vitale 65-plusser en de samenwerking met de eerstelijnsgezondheidszorg hierin. Belangrijkste bevindingen De resultaten in de gemeente Barneveld komen grotendeels overeen met de resultaten in Gelderland-Midden; Er zijn significante verschillen gevonden; het percentage alleenstaanden is lager in Barneveld, 65-plussers zijn vaker laagopgeleid dan gemiddeld in Gelderland-Midden, senioren ervaren minder vaak problemen met vervoer en er wordt meer mantelzorg ontvangen dan gemiddeld; Hoewel het opleidingsniveau in Barneveld lager is dan gemiddeld, zien we dit niet terug in de gemiddelde resultaten van de gemeenten. Het percentage mensen met een (zeer) goede ervaren gezondheid lijkt zelfs bovengemiddeld, dit verschil is echter niet significant; Het gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in Barneveld lijkt hoger dan gemiddeld. Ook dit verschil is niet significant; Hoewel het over het geheel genomen goed gaat met de gezondheid van 65-plussers in Barneveld, zijn er verschillen binnen de doelgroep. Kenmerken als leeftijd, geslacht, etniciteit en sociaaleconomische status hebben een grote invloed op de mate waarin iemand gezond is, zich gezond voelt en zichzelf kan redden; Kenmerkend voor de gezondheid van de Barneveldse 65-plussers is dat chronische ziekten en valongelukken veel meer voorkomen dan bij andere leeftijdsgroepen; De door het Rijk vastgestelde speerpunten (roken, overmatig alcoholgebruik, overgewicht, psychische gezondheid en diabetes) vinden ook hun legitimatie in deze doelgroep; De preventieve zorg voor deze leeftijdsgroep vindt op verschillende niveaus plaats, kijk voor een uitwerking hiervan naar de notulen van de expertmeeting 65+ van 22 september 2011 ; 65-plussers ontvangen de meeste mantelzorg maar vormen ook een substantieel deel ván de mantelzorgers; 65-plussers doen op veel manieren aan vrijetijdsbesteding en vormen daarmee een groot potentieel voor vrijwilligerswerk; De bekendheid van specifieke voorzieningen voor ouderen laat te wensen over, maar is wel verbeterd ten opzichte van Het overgrote deel van de 65-plussers wil zo lang mogelijk in de eigen woning blijven. 1

5 Inleiding Waarom een 65+ gezondheidsmonitor? De Wet publieke gezondheid (Wpg) geeft aan welke taken gemeenten hebben op het terrein van de publieke gezondheid. Aan deze wet is een specifiek artikel over de preventieve gezondheidszorg voor ouderen toegevoegd (artikel 5a), dat per 1 juli 2010 in werking is getreden. Met dit artikel wordt de gemeente verplicht om te zorgen voor het monitoren, signaleren en voorkomen van gezondheidsproblemen bij ouderen boven de 65 jaar. In de startnotitie Preventief gezondheidsbeleid voor ouderen van december 2010, adviseert de GGD Gelderland-Midden de 16 gemeenten in de regio op welke manier ze deze wettelijke taak aan kunnen pakken. Deze aanpak staat op hoofdlijnen beschreven in deel 2 van deze rapportage en is leidraad voor de vertaling van de resultaten van de 65+ monitor in advies voor gemeentelijk beleid. Op grond van de Wpg moet de gemeenteraad elke vier jaar een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid vaststellen. Deze dient gebaseerd te zijn op de gezondheidssituatie van de lokale bevolking. Dit inzicht is op gestandaardiseerde wijze en door epidemiologische analyses verkregen en wordt, volgens de Wpg, uitgevoerd door de GGD. Gemeenten kunnen zich in de (lokale) beleidskeuze voor de uitvoering van de preventieve ouderengezondheidszorg naast uitkomsten van de ouderenmonitor ook baseren op andere bronnen in de zorgketen zoals huisartsen, zorgverzekeraars e.a.. Monitorcyclus Oost-Nederland De GGD en in Gelderland en Overijssel geven gezamenlijk vorm aan hun epidemiologische taak in de vorm van een monitorcyclus (tabel 1). Door deze samenwerking kan efficiënter gewerkt worden en zijn de uitkomsten onderling vergelijkbaar. Omdat de problematiek in de verschillende leeftijdsgroepen (kinderen, jeugd, volwassenen en ouderen) verschilt, worden er vier verschillende monitors gehouden. Door de monitors te herhalen kunnen veranderingen in de gezondheid van de bevolking worden gesignaleerd. Tabel 1: Monitorcyclus Jaar Monitor Doelgroep 2003 E-MOVO, jeugdmonitor 2 de en 4 de klassers van het VO monitor zelfstandig wonende 65-plussers 2007 E-MOVO, jeugdmonitor 2 de en 4 de klassers van het VO 2008 Volwassenenmonitor zelfstandig wonende 19 t/m 64 jarigen 2009 Kindermonitor 0 t/m 11 jarigen monitor zelfstandig wonende 65-plussers 2011 E-MOVO, jeugdmonitor 2 de en 4 de klassers van het VO In dit kader werd in het najaar van 2010 de monitor onder 65-plussers voor de tweede keer uitgevoerd. De eerste 65+ monitor vond plaats in

6 65+ monitor 2010 Doelstelling Het doel van het onderzoek is het bieden van inzicht in de lichamelijke, sociale en geestelijke gezondheid van zelfstandig wonende ouderen in de leeftijd van 65 jaar en ouder in de gemeenten van Gelderland-Midden. Hiermee levert GGD Gelderland-Midden een bijdrage aan de onderbouwing van het lokale én integrale gezondheidsbeleid. De term gezond ouder worden ( healthy ageing ) staat centraal in de preventieve gezondheidszorg voor 65-plussers. Gezond ouder worden staat voor het proces waarin de kansen op lichamelijke, sociale en geestelijke gezondheid worden geoptimaliseerd zodat ouderen actief aan de samenleving kunnen deelnemen en een onafhankelijk leven kunnen leiden met een goede levenskwaliteit. Rapportage De resultaten worden op regionaal niveau en per gemeente gerapporteerd. Van de regiorapportage is een samenvatting gemaakt. In de gemeente rapportage maken we zoveel mogelijk onderscheid tussen verschillende groepen ouderen. Dé 65-plusser bestaat immers niet. We onderscheiden waar mogelijk op geslacht en leeftijdscategorieën (65-74, en 75+). Daarnaast worden, indien relevant, de cijfers vergeleken met de cijfers voor heel Gelderland Midden (16 gemeenten). Voor u ligt de gemeentelijke rapportage Barneveld. Het rapport is voorzien van het tabellenboek en digitaal beschikbaar gesteld aan de betreffende gemeente. 3

7 Deel 1: Methode en respons Onderzoekspopulatie Iedere zelfstandig wonende 65-plusser in Gelderland-Midden kwam in aanmerking voor deelname aan het onderzoek. Mensen die wonen in o.a. een verpleeghuis/verpleeginrichting, verzorgingshuis, woonzorgcentrum, (psychiatrisch) ziekenhuis of een instelling voor gehandicapten vielen buiten het bereik van dit onderzoek, omdat de preventieve gezondheidszorg voor ouderen zoals beschreven in de Wpg zich in eerste instantie niet richt op deze groep. In Nederland woont ongeveer 95% van de 65- plussers zelfstandig. Steekproef De 65+ monitor is uitgevoerd in alle 16 gemeenten in de regio Gelderland-Midden. Voor de gemeente Arnhem is de steekproef opgehoogd voor de wijk Presikhaaf. Per gemeente/wijk werd met behulp van de gemeentelijke basisadministratie een a-selecte steekproef getrokken van plussers. In de gemeente Rozendaal bestond de steekproef uit plussers, omdat er niet meer 65-plussers in deze gemeente wonen. In totaal zijn in de regio Gelderland-Midden vragenlijsten uitgezet. Vragenlijst Onder de 65-plussers in de steekproef is een gezondheidsvragenlijst verspreid. De vragenlijst bestond uit een basis- en een keuzegedeelte. Het keuzegedeelte werd bepaald door de inbreng van de 81 gemeenten in Oost-Nederland. Er is zoveel mogelijk gebruikt gemaakt van standaardvraagstellingen uit de Lokale en Nationale Monitor (LNM). Onderzoeksopzet De geselecteerde 65-plussers kregen op 29 september 2010, via een extern, gespecialiseerd bedrijf, een uitnodigingskaart met een inlogcode om via internet de vragenlijst in te vullen. Na het invullen van de digitale vragenlijst kregen de respondenten een persoonlijk leefstijladvies, gericht op gezond ouder worden en vitaal blijven. De inlogcodes waren persoonsgebonden om bij te kunnen houden welke personen hadden deelgenomen aan het onderzoek. NB: Er kon niet worden bekeken wat deze personen op de vragen van het onderzoek hadden geantwoord. Respondenten, verkeerd geadresseerden en personen die te kennen gaven niet te willen deelnemen aan het onderzoek werden verwijderd uit het aanschrijfbestand. De resterende aangeschreven 65-plussers kregen in oktober 2010 een herinneringsbrief met daarbij, naast de inlogcode, een schriftelijke vragenlijst. In november 2010 is een tweede en laatste herinnering verstuurd. De teruggestuurde fysieke vragenlijsten zijn door het externe bedrijf gedigitaliseerd. De GGD heeft alle ingevulde vragenlijsten vervolgens verwerkt tot een databestand, waarin alleen de antwoorden van de respondenten op de vragenlijsten zijn opgenomen, dus geen naam en adresgegevens, zodat de privacy van de deelnemers is gewaarborgd. Respons Van de verstuurde vragenlijsten in de regio Gelderland Midden waren er bruikbaar voor analyse. De totale respons komt daarmee op 59%. Van de respondenten heeft 28% de vragenlijst digitaal ingevuld en 72% schriftelijk. 4

8 Voor de afzonderlijke gemeenten varieert de respons van 54% tot 67%. In Barneveld bedroeg de respons 57% Weging Om de uitkomsten van de respondenten representatief te maken voor de gehele onderzoekspopulatie worden de gegevens gecorrigeerd. De gegevens van de respondenten worden daarvoor gewogen naar de werkelijke geslachts- en leeftijdsverdeling van de bevolking van 65 jaar en ouder in de gemeente. De responspopulatie is zo in overeenstemming met de daadwerkelijke populatie in de gemeente. Daarnaast zijn, door de gekozen onderzoeksopzet (in alle gemeenten een even grote steekproef), sommige gemeenten oververtegenwoordigd in de steekproef. Om van de regio een representatief beeld te geven moesten de gegevens ook gecorrigeerd worden door weging. Alle analyses zijn dan ook uitgevoerd op een gewogen bestand. In dit rapport en in het tabellenboek worden gewogen resultaten gepresenteerd. Gegevensverwerking en analyse De resultaten in deze rapportage worden weergegeven in percentages. Het kan door afronding voorkomen dat de percentages in de figuren en tabellen niet precies optellen tot 100%. Voor enkele onderwerpen is onderzocht of er échte verschillen (statistisch significant, die dus niet op toeval berusten) bestaan tussen de gemeenten, regio Gelderland-Midden en regio Oost. Daarnaast zijn op regionaal niveau de verschillen tussen geslacht, leeftijdscategorieën en opleidingsniveaus (SES) getoetst. Er is een significantieniveau van 5% gehanteerd. Als een verschil statistisch significant is, betekent dit dat de kans dat het gevonden verschil toevallig is, 5% of minder is. Als een resultaat statistisch significant is, houdt dit niet direct in dat het verschil ook relevant voor beleid en praktijk is. Andersom is het zo dat een niet-significant resultaat wel degelijk een aanleiding voor nieuw beleid kan zijn. De analyses zijn gedaan met het statistische pakket SPSS voor Windows versie

9 Deel 2: Kaders voor beleid Visie op vergrijzing Is vergrijzing in onze samenleving een probleem of een zegen? Het antwoord daarop bepaalt hoe we naar senioren kijken. Natuurlijk gaat ouderdom met gebreken gepaard en dat kost de samenleving geld. Maar met de groei van het aantal 65-plussers is er in gemeenten ook een behoorlijk maatschappelijk potentieel aanwezig. Veel mensen die eenmaal 65 zijn kunnen nog vele jaren in gezondheid en zonder al te grote fysieke beperkingen doorleven. Mannen hebben na hun 65e gemiddeld nog 16,5 jaar te gaan en vrouwen zelfs nog 20 jaar. Gedurende een groot deel van die tijd kunnen de betrokkenen met een relatief goede gezondheid nog maatschappelijk actief zijn. De aankomende senioren hebben door inkomen en opleiding gemiddeld een betere maatschappelijke positie en een betere gezondheid dan de huidige senioren. Bovendien zijn ze als consument op meerdere markten een economische factor van belang. Kortom; ouderen zijn niet alleen maar onderwerp van zorg, veel meer nog zijn ze onmisbaar in maatschappelijke activiteiten. Bovendien dient zich een grote groep jonge ouderen met een sterke mate van autonomie aan die ook in gezondheid en welzijn heel goed hun eigen keuzen maken. De centrale gemeentelijke doelstelling uitgedrukt in de term gezond ouder worden sluit hierop aan. Dé oudere bestaat niet Niettemin zullen zich bij ouderen in de loop der jaren grote veranderingen voordoen. Voorbeelden hiervan zijn functionele beperkingen, chronische aandoeningen, depressie, cognitieve achteruitgang en verlies van partner. De mate van vóórkomen verschilt per oudere en neemt toe met de leeftijd. De oudere bestaat dan ook niet. In uitersten varieert het beeld van de actieve welgestelde oudere tot de kwetsbare geriatrische patiënt. De doelgroep ' ouderen' wordt gedefinieerd als burgers die ouder zijn dan 65 jaar omdat de meeste mensen tot die tijd nog een baan hebben en deelnemen aan het maatschappelijk leven. Door de huidige maatschappelijke ontwikkelingen mag duidelijk zijn dat deze leeftijdsgrens niet 'hard' is. Veel 65-plussers werken nog en dit aantal zal toenemen. Boven de 65 wordt onderscheid gemaakt in twee, soms drie, leeftijdsgroepen. De grote groep van actieve, vitale en draagkrachtige ouderen concentreert zich in het algemeen in de leeftijdscategorie 65 tot 75 jaar. De groep daarboven van 75 jaar en ouder drukt in het algemeen zwaarder op zorg en ondersteuning. Dit neemt nog verder toe boven de 85 jaar. Ouderen die kwetsbaar zijn door een chronische ziekte, een ongezonde leefstijl, een lage sociaaleconomische status, psychosociale beperkingen, etnische afkomst of omdat ze mantelzorger zijn, komen gemeenten in alle leeftijdsgroepen tegen. De oudere mantelzorger speelt een cruciale rol in de ouderengezondheidszorg en deze rol zal in de toekomst alleen maar toenemen. Curatie en preventie dichter bij elkaar Bij gezond ouder worden hebben gemeenten een taak in het uitstellen en voorkómen van ziekten en beperkingen bij ouderen die nog gezond zijn. Maar zij hebben ook een belangrijke rol in het ondersteunen van de zelfstandigheid bij ouderen die al ziek en/of beperkt zijn. Met het uitvoeren van deze taken geven gemeenten inhoud aan preventieve gezondheidszorg voor ouderen. De geïntegreerde eerstelijnsgezondheidszorg, organisaties met een preventieaanbod zoals de GGZ, verslavingszorg, thuiszorg e.a. en organisaties voor welzijn ouderen zijn daarin strategische partners. De samenwerking moet zich richten op de koppeling van preventie aan behandeling en begeleiding. De huisartsenpraktijk is met het nieuwe profiel van de praktijkondersteuner de spin in het web van de geïntegreerde eerstelijnszorg. De huisarts kent een lage drempel, is vaak de schakel in het zorgproces en de toegang voor curatieve zorg en niet zelden ook voor het Wmo-loket. Bij uitstek kan 6

10 de huisarts ouderen motiveren voor preventieve interventies en ondersteuning. Gemiddeld vier keer per jaar bezoekt een patiënt de huisartsenpraktijk met een nieuwe vraag over de gezondheid of voor controle van een bestaande chronische ziekte. De huisarts is dossierhouder van de patiënt. Het huisartsinformatiesysteem maakt het mogelijk op basis van leeftijd, aandoeningen of geneesmiddelengebruik patiëntencategorieën voor preventie te definiëren. De huisarts ziet de patiënt met enige regelmaat en onder verschillende omstandigheden. Door de continuïteit in de huisartsenzorg kan deze vaak goed een inschatting van de risicofactoren en bijbehorende leefstijladviezen maken die specifiek voor de patiënt de meeste winst oplevert. Ouderen met een verhoogd risico zijn daarmee bij de huisarts over het algemeen goed in beeld. Een geïntegreerde eerstelijnszorg als operationele setting voor preventieve zorg voor ouderen biedt nog steeds ruimte voor een meer specifieke aanpak naar bijzondere risicogroepen. De afstemming tussen curatie, preventie en ondersteuning is een gezamenlijke inspanning van publieke gezondheidszorg, eersteen tweedelijnszorg en zorgverzekeraars. Op hoofdlijnen laat bovenstaand advies voor de verschillende actoren de volgende accenten zien: Beleidsaccenten per rol, voor de beide leeftijdscategorieën: Geïntegreerde eerstelijnsgezondheidszorg jaar signalering en opsporing van risico s bij ouderen, het motiveren en toeleiden van ouderen naar preventieve interventies van anderen en de uitvoering van programma s voor groepen ouderen met bepaalde risicokenmerken (programmatische preventie). Gemeente bevorderen van recreatie- en sportarrangementen voor ouderen, het aanboren van het ouderenpotentieel voor vrijwilligerswerk in maatschappelijke sectoren en de ondersteuning van mantelzorg. Organisaties voor preventie Ontwikkeling, inzet en evaluatie van preventieve interventieprogramma s voor ouderen. 75+ de uitvoering van programma s voor groepen ouderen met bepaalde risicokenmerken en de signalering van de noodzaak en organisatie van ondersteuning in complexe zorg voor ouderen. bevorderen van recreatie- en sportarrangementen voor ouderen en de uitvoering van ondersteunende maatregelen en voorzieningen in de sfeer van wonen, zorg, welzijn, geldzaken, vervoer en informatie en advies voor ouderen. Ontwikkeling, inzet en evaluatie van preventieve interventieprogramma s voor ouderen. 7

11 Zorg in de buurt De huisartsenpraktijken zijn nu vooral bezig de zorg voor kwetsbare ouderen beter te organiseren; dat wil zeggen kwetsbare ouderen in hun patiëntenbestand opsporen en vervolgens begeleiden. Daarbij hoort binnen een geïntegreerde eerstelijnsgezondheidszorg een netwerk met andere zorgverleners en instanties op wijk- en gemeenteniveau. De eerste leeftijdsgroep 65 tot 75 jaar met een concentratie van actieve en vitale ouderen -zo lang mogelijk fit door preventie- is op dit moment nog geen doelgroep van de huisartsenpraktijken. Huisartsen worden alleen betaald voor consulten en huisbezoeken op grond van zorgvragen. Met uitsluiting van programmatische preventie waarvoor een aparte financiering geldt, is het systematisch benaderen van groepen voor preventieve doeleinden nog geen onderdeel van de huisartsenzorg. In de nota Gezondheid dichtbij spreekt minister Schippers de ambitie uit om zorg in de buurt te brengen en niet de stelsels maar de mensen centraal te laten staan. Zij roept gemeenten op om een betere fysieke, organisatorische en inhoudelijke verbinding te organiseren tussen publieke gezondheidszorg en de basiszorg vanuit Zvw, AWBZ en Wmo. Ze gaat hier in de loop van 2011 nader op in. Conclusie en aanbeveling Samenwerking tussen gemeenten en eerstelijnsgezondheidszorg biedt kansen voor de uitvoering van de preventieve ouderengezondheidszorg. Hierbij moet in acht worden genomen dat dé 65-plusser niet bestaat en dat er in de verschillende categorieën dus verschillende beleidsaccenten zijn. De 65+ monitor maakt de verschuivingen die zich in de loop der jaren in de behoeften van en het beeld van 65 plussers voordoen zichtbaar. Dat geeft gemeenten, én instellingen die zich bezighouden met zorg voor en welzijn van ouderen aanknopingspunten voor aanpassingen in beleid. De GGD adviseert de gemeenten dan ook om de bevindingen van de ouderenmonitor te toetsen aan haar strategische partners in de eerstelijnsgezondheidszorg, de preventie en in de sector welzijn ouderen. 8

12 Deel 3: Resultaten Barneveld Hoofdstuk 1: Algemene kenmerken Persoonskenmerken als leeftijd, geslacht, burgerlijke staat, etniciteit en sociaaleconomische status hebben invloed op de gezondheidstoestand van het individu. Deze relatie wordt in dit hoofdstuk toegelicht. 1.1 Leeftijd en gezondheid Volgens de bevolkingsprognose van het CBS zullen er in ,4 miljoen 65-plussers zijn. De vergrijzingpiek is te verwachten rond Ruim vierenhalf miljoen Nederlanders, een kwart van de bevolking, zijn dan 65 jaar of ouder. Het aandeel 80-plussers binnen de groep ouderen zal stijgen van 26% in 2009 tot 40% in Door de veranderingen in de leeftijdsopbouw zullen meer mensen te maken krijgen met chronische ziekten en beperkingen. Met het stijgen van de leeftijd wordt een groter beroep gedaan op zorg- en welzijnvoorzieningen. Naarmate de leeftijd stijgt nemen daardoor de zorgkosten toe. Gemiddeld wordt 4.200,- per jaar per inwoner uitgegeven aan zorg. Voor een jarige zijn de zorgkosten 6.496,- en voor een 85- plusser lopen de jaarlijkse kosten op naar ,- Van de totale gezondheidszorgkosten bestaat 18,5% uit kosten voor de ouderenzorg. Ter vergelijking: de kosten voor de openbare gezondheidszorg beslaan 1,8% van de totale kosten. In Barneveld is 14% van de bevolking 65 jaar of ouder. De groep 65-plussers bestaat voor 55% uit jarigen en voor 45% uit 75-plussers. Deze cijfers wijken niet af van de Gelderse gemiddelden. 1.2 Geslacht Vrouwen doen een groter beroep op de gezondheidszorg dan mannen. De belangrijkste verklaring hiervoor is te vinden in de hogere levensverwachting van vrouwen. Bijkomend aspect van die hoge levensverwachting is dat vrouwen vaker alleenstaand zijn en eerder een beroep moeten doen op formele zorg omdat er geen mantelzorgende partner is. Het aandeel vrouwen neemt toe met de leeftijd, zie tabel 1.1. Tabel 1.1 Verdeling naar geslacht per leeftijdsgroep in Barneveld jaar 75+ totaal mannen 49% 38% 44% vrouwen 51% 62% 56% Deze percentages wijken niet af van het gemiddelde in de regio Gelderland-Midden. 1.3 Burgerlijke staat en samenstelling huishouden Om een beeld te krijgen van de leefsituatie van ouderen is gekeken naar de burgerlijke staat en het aantal personen waaruit een huishouden bestaat. Over het algemeen hebben gehuwden minder gezondheidsproblemen dan nooit-gehuwden of verweduwden. Mensen die gescheiden zijn hebben de meeste gezondheidsproblemen. In Barneveld is 73% van de 65-plussers gehuwd of samenwonend, 1% is nooit gehuwd geweest, 3% gescheiden en 23% is verweduwd. 9

13 Het aandeel alleenstaande vrouwen neemt vanaf 65 jaar sterk toe. Bij mannen is dat vanaf 75 jaar, maar in mindere mate. Bijna de helft van de jarigen is alleenstaand. Bij 65-plussers is de sterfte van de partner de belangrijkste oorzaak van het alleen staan. Er zijn bijna 3 keer zoveel alleenstaande vrouwen dan mannen van 65 jaar en ouder Een partner is vaak een belangrijke bron van steun bij (gezondheids)problemen. Dit is één van de verklaringen voor de bevinding dat ouderen (50-79-jarigen) die gescheiden, verweduwd of nooit gehuwd zijn, een slechtere lichamelijke en psychische gezondheid hebben dan gehuwde ouderen. Ouderen die recent hun partner hebben verloren (minder dan 3 jaar weduwe of weduwnaar) hebben bijna drie keer zo vaak een slechte psychische gezondheid dan ouderen met een partner, waarschijnlijk door de stress die ontstaat na het verlies van de partner. Naarmate het overlijden van de partner langer geleden is, neemt de kans op gezondheidsproblemen weer af. In Barneveld woont 24% van de 65-plussers alleen en 73% met partner. In Barneveld wonen minder 65-plussers alleen dan gemiddeld in regio Gelderland-Midden. 1.4 Etniciteit De gezondheidstoestand van met name niet-westerse allochtonen is over het algemeen minder goed dan die van autochtone Nederlanders en westerse allochtonen. Volgens de definitie van het CBS wordt iemand tot de niet-westerse allochtone bevolkingsgroep gerekend als vader en/of moeder geboren is in Afrika, Latijns-Amerika, Azië (exclusief Indonesië en Japan) of Turkije. De vier grootste groepen niet-westerse allochtonen in Nederland zijn Turken, Surinamers, Marokkanen en Antillianen. Deze groepen rapporteren vaker een slecht ervaren gezondheid dan andere groepen mensen. Tussen 2010 en 2050 stijgt het percentage niet-westerse allochtone 65-plussers van 4% (1 op de 26) naar 18% (1 op de 6). 6% van de deelnemers in Barneveld aan dit onderzoek is van allochtone afkomst, waarvan 3% van Nederlands Indische afkomst is en 3% niet nader wordt gedefinieerd. De groep niet-westerse allochtonen is met minder dan 1% ondervertegenwoordigd in dit onderzoek. De ervaring leert dat de respons van niet-westerse allochtonen in gezondheidsonderzoeken over het algemeen laag is, dat lijkt ook nu het geval. 1.5 Opleiding en inkomen Voor een gemeente is het van belang om opleiding en inkomen in kaart te hebben. Opleiding en inkomen geven tezamen een indicatie voor de sociaaleconomische status (SES) van de respondenten. Inkomen zou bij ouderen een betere afspiegeling zijn van de sociaaleconomische status dan het opleidingsniveau. Omdat de opleidingskansen door de jaren heen zijn toegenomen, zijn de huidige 65-plussers gemiddeld lager opgeleid dan jongeren. Verschillen in opleidingsniveau hangen samen met verschillen in gezondheid, zowel wat betreft levensverwachting als gezonde levensjaren. Mannen met een hbo- of wetenschappelijke opleiding leven 7,3 jaar langer dan laagopgeleide mannen. Voor vrouwen is dit verschil 6,4 jaar. Maar er zijn meer verschillen: lager opgeleide mannen en vrouwen leven respectievelijk 19,2 en 20,6 jaar minder in als goed ervaren gezondheid dan hoger opgeleiden. Bovendien leven hoog opgeleide mannen en vrouwen respectievelijk 14,3 en 15,3 jaar langer zonder beperkingen. Risicofactoren als een ongezonde leefstijl komen vaker voor onder laagopgeleiden dan onder hoogopgeleiden. Het zorggebruik van laagopgeleiden is, in overeenstemming met hun gezondheidstoestand, hoger dan dat van hoogopgeleiden. Maar na correctie voor gezondheid zijn de verschillen gering. Mensen met een lage SES gaan iets vaker naar de huisarts en bezoeken iets 10

14 minder vaak een specialist. Anders ligt dit voor het gebruik van preventieve voorzieningen. Mensen met een lage SES maken minder gebruik van preventieve tandzorg, bevolkingsonderzoeken en leefstijlinterventies Opleiding Aan de respondenten is gevraagd wat hun hoogst voltooide opleiding is. In Barneveld is 79% laag opgeleid (geen opleiding, LO, LBO, MAVO), 9% middelbaar opgeleid (MBO, HAVO en VWO) en 12% hoog opgeleid (HBO, WO). Mannen hebben een hoger opleidingsniveau dan vrouwen. Het opleidingsniveau neemt af met het stijgen van de leeftijd: 75-plussers hebben een lager opleidingsniveau dan jarigen (figuur 1.5). In Barneveld zijn de 65-plussers lager opgeleid dan gemiddeld in Gelderland-Midden. Figuur 1.5: Opleidingsniveau, uitgesplitst naar leeftijd en geslacht (%) Inkomen Iedereen in Nederland krijgt AOW als hij 65 jaar of ouder is. De AOW wordt uitgekeerd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Daarnaast bestaan er voor 65-plussers allerlei inkomensverruimende maatregelen, waar ouderen recht op hebben, afhankelijk van hun inkomenssituatie. Inkomensverruimende maatregelen zijn: huurtoeslag, zorgtoeslag, belastingaftrek, kwijtschelding gemeentelijke heffingen, aftrek specifieke zorgkosten, bijzondere bijstand, tegemoetkoming bij ziekte of handicap en vervoersvoorziening. 65-plussers met een laag inkomen hebben vaker een minder goede gezondheid dan 65-plussers met een hoog inkomen. Een laag inkomen kan daarentegen ook het effect zijn van een slechtere gezondheid. In Barneveld bestaat het inkomen bij 20% van de 65-plussers alleen uit AOW. 9% van de respondenten heeft moeite met rondkomen. 11

15 1.6 Conclusie en aanbeveling Leeftijd, geslacht, etniciteit en sociaaleconomische status hebben een duidelijke invloed op gezondheid. Gemeenten hebben een goed beeld van hun bevolkingssamenstelling en opbouw. Deze demografische gegevens moeten veel meer worden gekoppeld aan informatie uit andere beschikbare bronnen, waaronder dit onderzoek. Met een dergelijk overzicht moeten gemeenten vervolgens doelgroepen definiëren en concrete beleidsvoornemens uitwerken. 12

16 Hoofdstuk 2: Gezondheid Om inzicht te verschaffen in de gezondheidstoestand van 65-plussers is in dit onderzoek gevraagd naar ervaren gezondheid, lichamelijke beperkingen, chronische ziekten en geestelijke gezondheid. Deze factoren geven samen een indicatie van de gezondheidstoestand van 65-plussers in Barneveld. Met het toenemen van de leeftijd neemt de kans op het krijgen van ziekten en beperkingen toe. Vaak hangt het optreden van een ziekte samen met één of meer beperkingen. 2.1 Ervaren gezondheid Ervaren gezondheid, ook wel subjectieve gezondheid of gezondheidsbeleving genoemd, weerspiegelt het oordeel over de eigen gezondheid van de 65-plusser. Hoe slechter iemand zijn of haar eigen gezondheid ervaart, hoe hoger de kans op overlijden. Figuur 2.1: Goed tot uitstekende ervaren gezondheid, naar geslacht en leeftijd (%) Uit voorgaand figuur blijkt dat 75% van de 65-plussers in Barneveld hun gezondheid als goed tot uitstekend beoordeelt. Naarmate mensen ouder worden, voelen ze zich minder gezond. 81% van de jarigen ervaart zijn/haar gezondheid als goed tot uitstekend, dit percentage daalt bij 75-plussers naar 68%. Vrouwen ervaren hun gezondheid slechter dan mannen (resp. 72% en 79%). 2.2 Chronische ziekten en aandoeningen Hoe gezond iemand zich voelt hangt deels af van het wel of niet hebben van een (chronische) ziekte. Onder chronische ziekte wordt verstaan: een onomkeerbare aandoening, zonder uitzicht op volledig herstel en met een gemiddeld lange ziekteduur. Naarmate de leeftijd stijgt, komen chronische ziekten meer voor. Het is voor een gemeente zowel in het kader van de Wmo als de Wpg van belang om te weten hoe het gesteld is met de chronische ziekten. Zo ondervinden mensen met een chronische ziekte vaak beperkingen in hun zelfredzaamheid waardoor ze beroep moeten doen op (in)formele zorg. Het krijgen van een chronische ziekte hangt in veel gevallen samen met leefstijl; preventie kan het aantal chronische ziekten terugdringen. Chronische ziekten en aandoeningen komen op alle leeftijden voor, maar vooral onder ouderen zijn relatief veel chronisch zieken. Vrouwen hebben vaker een chronische aandoening dan mannen. 13

17 De top 3 van chronische ziekten onder 65-plussers in Barneveld ziet er als volgt uit: Hoge bloeddruk 32% Gewrichtsslijtage van heupen of knieën 26% Diabetes 15% Ruim de helft van de respondenten voelt zich door een chronische aandoening in meer of mindere mate belemmerd; vrouwen en oudere ouderen vaker dan mannen en jongere ouderen. 2.3 Vallen In Nederland wordt iedere 5 minuten een 65-plusser behandeld op de spoedeisende hulp na een valongeluk. In meer dan de helft van de gevallen gaat het om botbreuken aan pols, heup of bekken. Valongelukken zijn pijnlijk, leiden vaak tot functionele beperkingen en verminderde kwaliteit van leven. Bij ouderen verloopt het genezingsproces langzamer en ontstaan vaak klachten van blijvende aard. Senioren worden als gevolg van een val vaak onzekerder en angstiger, hetgeen de kans op een volgende val vergroot. Ook blijkt dat ouderen nog lange tijd na een valongeval beduidend minder actief zijn dan daarvoor. Dit betekent een directe bedreiging voor het behoud van mobiliteit, het sociale netwerk en uiteindelijk de zelfstandigheid. Vaak zal na een ernstig valongeluk voor langere tijd een beroep op mantelzorg of formele zorg worden gedaan. Er zijn interventies waarvan bewezen is dat ze de kans op valincidenten reduceren. Het gaat dan niet alleen om aanpassingen in de fysieke omgeving, maar ook in gedrag, vaardigheden en medicatie. Met name oefenprogramma s met een matig intensieve lichamelijke activiteit blijken bij ouderen het meest effectief. Valpreventie interventies zijn ook kosteneffectief. Ze kunnen relatief gemakkelijk worden opgezet en hebben aantoonbaar effect. Voorbeelden van effectieve programma s zijn: Zicht op evenwicht, Halt! U valt!, In Balans, Bewegen valt goed, Vallen verleden tijd en Gezond en Vitaal. Uit dit onderzoek blijkt dat 17% van de respondenten de afgelopen 3 maanden is gevallen; in circa tweederde van de gevallen was dit in of om huis. Circa één op de drie vallers rapporteert lichamelijk letsel. Naar de aard van de verwondingen is niet gevraagd. Verder blijkt dat 11% van de 65-plussers belangstelling heeft voor een cursus valpreventie. Dit biedt aanknopingspunten voor de gemeente. 2.4 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen Benzodiazepines zijn geneesmiddelen die hoofdzakelijk worden voorgeschreven als slaap- en kalmeringsmiddel. Ze worden veel gebruikt door ouderen. Angst, depressieve gevoelens en slapeloosheid zijn de meest voorkomende indicaties om slaap- en kalmeringsmiddelen voor te schrijven. De bijwerkingen (sufheid, slappe spieren, verminderde concentratie en reactievermogen) beïnvloeden echter het lichamelijk en geestelijk welbevinden en kunnen de kans op een verkeers- of valongeval vergroten. Bovendien zijn slaap- en kalmeringsmiddelen verslavend. 35% van de respondenten gebruikt weleens een slaap- of kalmeringsmiddel, 23% van de respondenten gebruikte dit in de afgelopen twee weken. Het gebruik neemt toe met de leeftijd (de vergelijking met de monitor Volwassenen laat zien dat één op de tien volwassenen in de voorgaande twee weken een slaap- of kalmeringsmiddel gebruikte). Van de 75-plussers gebruikt 37% de middelen weleens. Onder vrouwen is het gebruik hoger dan onder mannen, resp. 43% en 23%. Deze percentages lijken hoger dan de percentages in Gelderland- Midden, er is echter geen significant verschil. 14

18 2.5 Psychische gezondheid Bij een optimale psychische gezondheid is er sprake van succesvol functioneren wat resulteert in productieve activiteiten, bevredigende relaties met anderen en de mogelijkheid tot aanpassen en omgaan met tegenslagen. Mensen met een slechte psychische gezondheid hebben daarentegen last van psychische klachten of zelfs van psychische stoornissen. Psychische klachten omvatten gevoelens van psychische verstoring, zoals gevoelens van angst, depressie, slaapverstoring en stress. Dit kan leiden tot zichtbaar leed, een (gedeeltelijk) onvermogen tot functioneren en een verhoogd risico op sterfte, pijn en beperkingen. Psychische stoornissen zijn onder andere dementie, schizofrenie, depressie, angststoornissen, stoornissen in het middelengebruik en verstandelijke handicap. In Nederland heeft 9,6% van de mensen boven de 12 jaar psychische klachten, worden mensen per jaar depressief en sterven jaarlijks gemiddeld mensen aan psychische stoornissen. In de praktijk wordt psychische gezondheid vaak gezien als de mate waarin psychische klachten afwezig zijn. Er zijn verschillende vragenlijsten voor het meten van psychische gezondheid. Schattingen van de omvang van psychische ongezondheid in de bevolking verschillen sterk per gebruikte vragenlijst. In de 65+ monitor is gebruik gemaakt van de internationale standaard, de Mental Health Inventory (MHI-5). De lijst bestaat uit vijf vragen naar gevoelens in de afgelopen vier weken. Items die aan bod komen zijn zenuwachtigheid, somberheid, gelukkig zijn, in de put zitten en zich rustig voelen. Deze inventarisatie wijst uit dat 85% van de mensen in Barneveld psychisch gezond is; 11% van de respondenten is psychisch licht ongezond, 2% matig en 2% ernstig. Deze cijfers zijn vrijwel gelijk aan de cijfers van Gelderland-Midden. In onderstaande grafiek staat de psychische gezondheid uitgesplitst naar geslacht en leeftijd. Figuur 2.5: Psychische gezondheid, uitgesplitst naar leeftijd en geslacht (%) Vrouwen blijken vaker psychisch ongezond te zijn dan mannen. Ook is gevraagd naar ervaren problemen. Opvallend is dat bijna één op de vijf 65-plussers in Barneveld aangeeft een probleem te hebben dat hen dag en nacht bezighoudt. Dit probleem heeft het vaakst te maken met zorgen om (klein)kinderen en zorgen om de eigen gezondheid. Tot slot is het risico op een angststoornis of depressie onderzocht. Bij 34% van de respondenten is er een risico aanwezig, bij 2% is dit risico hoog. 15

19 Het GGZ-gebruik onder 65-plussers is laag in vergelijking met het vóórkomen van psychische problemen Weinig senioren vinden de weg naar de GGZ. Ouderen met psychische problemen maken veelvuldig gebruik van huisartsenzorg. De aanleiding van hun bezoek aan de huisarts is echter meestal niet de psychische problematiek, maar bestaande lichamelijke problemen. Hoewel de huisarts in principe de psychische of psychosociale problemen bij hun oudere patiënten vroegtijdig zou kunnen opsporen, en hen zonodig kan doorverwijzen naar de gespecialiseerde GGZ, gebeurt dat niet altijd. Er is sprake van onderdiagnostiek en -behandeling voor depressie en psychische stoornissen. Dit komt onder andere doordat deze aandoeningen bij 65-plussers niet voldoende herkend worden, zowel door de hulpverlener als door de 65-plusser zelf. Zo voldoen de klachten vaak niet aan de bestaande criteria voor het stellen van een diagnose en staan vaker de lichamelijke klachten centraal. 2.6 Conclusies en aanbevelingen Bijna driekwart van de 65-plussers ervaart de eigen gezondheid als goed tot uitstekend. Dit percentage neemt af naarmate de leeftijd stijgt. Dit komt onder meer doordat met het stijgen van de leeftijd het aantal mensen met één of meer chronische ziekten toeneemt. Deze toename wordt enerzijds veroorzaakt door leefstijl in het verleden maar ook simpelweg doordat mensen steeds ouder worden. Dit betekent dat chronische ziekten nooit volledig uitgebannen kunnen worden door leefstijlinterventies en dat het preventieve beleid zich ook moet richten op het voorkomen van belemmeringen als gevolg van een chronische ziekten. Een tweede bedreiging voor de gezondheid van de 65-plusser is vallen. Gemeenten kunnen op een aantal manieren bijdragen aan het creëren van gezondheidswinst op dit terrein. Zo kunnen afspraken worden gemaakt met welzijnsinstellingen die valpreventie activiteiten organiseren. Ook het repareren van losse stoeptegels in wijken en buurten waar veel ouderen wonen draagt hieraan bij. Deze gezondheidswinst levert direct winst voor gemeenten op. Als minder mensen letsel oplopen wordt minder vaak een beroep gedaan op Wmo voorzieningen. Tot slot is 15% van de 65-plussers psychisch (licht) ongezond. Toeleiding naar de GGZ, door bijvoorbeeld welzijnsinstellingen en huisartsen kan helpen in de aanpak van dit probleem. 16

20 Hoofdstuk 3: Gedrag en leefstijl Veel mensen houden er een leefstijl op na die negatieve gevolgen heeft voor de eigen gezondheid. Nederlanders zijn te zwaar, eten ongezond, bewegen te weinig, roken en drinken teveel. Veel gezondheidsproblemen lijken bovendien te clusteren binnen de groep laag opgeleiden. Met preventie gericht op gedragsverandering en het bevorderen van een gezonde leefstijl, het makkelijk maken van de gezonde keuze, kan veel gezondheidswinst worden behaald. Ook op oudere leeftijd heeft gedragsverandering zin. Bekend is dat aanpassingen in beweging, voeding, alcoholgebruik en roken de kans op sterfte aan verschillende aandoeningen verkleinen. De uitdaging voor de gemeente is om de juiste interventies voor de juiste doelgroep in te zetten en om ook andere beleidsterreinen te betrekken bij het creëren van een gezonde omgeving. 3.1 Voeding Gezond eten bevordert de algehele fitheid, vergroot de weerstand en verkleint het risico op chronische ziekten, zoals obesitas (ernstig overgewicht), hart- en vaatziekten, diabetes, osteoporose en een aantal vormen van kanker. Een gezonde voeding kan positief bijdragen aan het genezingsproces als iemand ziek is. 65-plussers hebben relatief vaak ziekten of aandoeningen, bovendien zijn zij vatbaarder voor tekorten aan voedingsstoffen en voedselinfecties. Een juiste en evenwichtige voeding is voor 65-plussers dan ook van groot belang. De energiebalans verandert bij het ouder worden, evenals de lichaamssamenstelling. Door een teruggang in lichamelijke activiteit zal men over het algemeen met minder voeding toe kunnen, de voeding die wel wordt geconsumeerd moet dus verhoudingsgewijs meer gezonde voedingsstoffen bevatten. Een gezonde voeding betekent gevarieerd en regelmatig eten (inclusief ontbijt en warme maaltijd) en voldoende groente en fruit. Minimaal 2 stuks fruit of vruchtensap en 200 gram groenten of rauwkost per dag en minstens tweemaal per week vis. Daarnaast wordt aan ouderen een extra inname van vitamine D aanbevolen. 93% van de ouderen ontbijt elke dag. Iets meer vrouwen (94%) dan mannen (90%) ontbijten dagelijks. De warme maaltijd wordt niet dagelijks door alle ouderen gebruikt. 21% van de 65-plussers slaat deze weleens over. Fruit wordt dagelijks door 75% gegeten, groente door 67%. 42% van de respondenten eet twee keer per week vis. Van de 65-plussers in Barneveld voldoet 73% niet aan de vochtnorm van 1,7 liter per dag. Deze percentages (zie figuur 3.1) zijn in lijn met de voedingsgewoonten van de Gelderse 65-plussers. 17

21 Figuur 3.1: Voedingspatroon in Barneveld (%) 3.2 Bewegen Lichamelijk actieve mensen hebben een betere levensverwachting en een hogere kwaliteit van leven dan inactieve mensen. Regelmatig bewegen beschermt tegen veel ziekten en bevordert de gezondheid. Inactiviteit verhoogt het risico op coronaire hartziekten en diabetes mellitus en mogelijk ook de kans op astma, COPD (chronische longziekten), osteoporose, beroerte, depressie en chronische gewrichtsreuma. Voldoende lichamelijke beweging zorgt behalve voor behoud van gezondheid ook voor een gunstiger verloop van ziekten en een spoediger herstel. Lichamelijke fitheid heeft een positieve invloed op de zelfredzaamheid van 65-plussers en vermindert de kans op valongelukken. Deelname aan sport- en bewegingsactiviteiten buitenshuis vergroot bovendien de maatschappelijke participatie en kan gevoelens van eenzaamheid verminderen. Het is om bovenstaande samenhang dat de Minister van VWS in haar nota Gezondheidsbeleid voor alle speerpunten de nadruk legt op bewegen. Inactiviteit neemt sterk toe met de leeftijd en hangt vaak samen met andere risicofactoren voor harten vaatziekten, zoals roken, cholesterol, bloeddruk en overgewicht. Voor mensen van 55 jaar en ouder is de Nederlandse Norm Gezond Bewegen vastgesteld op minimaal een half uur matig intensieve lichamelijke activiteit op tenminste 5 dagen per week. Matig intensieve lichamelijke activiteiten voor ouderen zijn bijvoorbeeld wandelen, fietsen en tuinieren. In Barneveld voldoet 54% van de 65-plussers aan de beweegnorm, dit is vergelijkbaar met het percentage van Gelderland-Midden. 73% van de respondenten geeft echter op de vraag naar redenen om niet méér te bewegen aan dat ze al genoeg bewegen. Daarnaast is voor een vijfde van de 65- plussers een lichamelijke beperking de belangrijkste reden om niet méér te bewegen. 3.3 Overgewicht Overgewicht is vaak de resultante van een ongezonde leefstijl en wordt daarom in dit hoofdstuk besproken. In de Nederlandse bevolking is overgewicht een groeiend probleem, zowel bij kinderen, als bij volwassenen en ouderen. Het voorkomen van overgewicht neemt toe met de leeftijd en neemt pas op hogere leeftijd af. Volgens het CBS heeft 57% van de Nederlandse 65-plussers licht tot matig overgewicht; 15% heeft ernstig overgewicht. 18

22 Figuur 3.3: Ernstig overgewicht onder 65-plussers in Barneveld (%) In figuur 3.3 is te zien dat bij 17% van de 65-plussers sprake is van ernstig overgewicht. Uit het onderzoek blijkt verder dat 43% van de 65-plussers overgewicht heeft (licht tot matig overgewicht) en 3% van de respondenten rapporteert ondergewicht. Van de respondenten heeft 37% een gezond gewicht. 3.4 Roken Lange tijd was er in Nederland sprake van een dalende trend in het aantal volwassen rokers. In 1958 rookte 60% van de volwassenen; in 2008 is dit percentage gedaald naar 27%, dit percentage lijkt zich te stabiliseren. Roken is ongezond, niet alleen voor de roker zelf, maar ook voor degenen, die meeroken. Dit komt doordat er in tabaksrook een aantal schadelijke stoffen zitten, waarvan een deel kankerverwekkend is. Rokers hebben een verhoogde kans op allerlei ziektes en aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, longkanker, oog- en mondziekten en astma of COPD. Roken gaat gepaard met een lagere levenskwaliteit en levert, vergeleken met andere risicofactoren, een hoge bijdrage aan de ziektelast. De sterftekans van rokers is aanzienlijk hoger dan van niet-rokers. Stoppen met roken is van groot belang voor een gezonde leefstijl. Het heeft een direct effect op de hartslag en bloeddruk. De kans op een hartinfarct neemt op termijn aanzienlijk af. Het percentage rokers onder ouderen is lager dan onder andere volwassen leeftijdsgroepen. Ook binnen de groep ouderen is het percentage rokers bij de oudste ouderen lager, dan bij de jongste ouderen. Een verklaring hiervoor is dat weinig ouderen nog beginnen met roken, maar ook vroegtijdige sterfte onder rokers speelt een rol. Van de respondenten rookt 11%, nog eens 45% heeft vroeger gerookt maar is gestopt. Mannen roken vaker dan vrouwen (respectievelijk 15% en 8%). 3.5 Alcohol Alcohol schaadt de gezondheid niet, wanneer het met mate wordt gedronken. Maar overmatig alcoholgebruik is van invloed op het krijgen en het verloop van tal van chronische aandoeningen en ziektes. Het criterium voor verantwoord drinken (TRIMBOS) is: niet meer dan drie glazen per dag voor mannen en twee glazen per dag voor vrouwen èn niet meer dan 5 dagen per week alcohol drinken. Voor ouderen zijn er geen aparte richtlijnen, al is bekend dat ouderen alcohol slechter verdragen dan jongere leeftijdsgroepen. Dit komt door veranderingen in het lichaam als gevolg van het ouder worden, 19

23 zoals een verminderde werking van lever en nieren en een vermindering van het lichaamsvocht, waardoor de alcoholconcentratie in het bloed eerder toeneemt. Over het algemeen is een combinatie van alcohol en medicijnen risicovol. 75% van de 65-plussers in Barneveld heeft het afgelopen jaar alcohol gedronken. 85% van de mannen drinkt alcohol, tegenover 68% van de vrouwen. Van de senioren heeft 17% nooit alcohol gedronken. 24% van de jarigen en 14% van de 75-plussers drinkt meer dan 14 glazen (mannen) of meer dan 7 glazen (vrouwen) per week. Van overmatig alcoholgebruik (NEMESIS) spreekt men bij 21 glazen of meer per week bij mannen en 14 glazen of meer per week bij vrouwen. 6% van de respondenten wordt gekenmerkt als een overmatige drinker. 3.6 Seksualiteit Seksualiteit is niet alleen voorbehouden aan jonge mensen. Ruim de helft van de Nederlanders tussen 65 en 80 jaar vindt seks belangrijk. De meeste 65-plussers hebben een min of meer actief seksueel leven waarbij het accent ligt op intimiteit en contact, en zijn tevreden over hun seksuele relatie. Zoals in alle leeftijdgroepen geldt ook voor 65-plussers dat intimiteit een positieve invloed heeft op de algemene gezondheidstoestand. Met het ouder worden komen seksuele klachten wel vaker voor. Deze hebben te maken met lichamelijke veranderingen en beperkingen, maar ook met veranderingen in de mentale gesteldheid. Seksuele problemen kunnen vaak goed worden aangepakt door het vinden van betrouwbare informatie en door erover te praten. En zo nodig door hulp te zoeken bij huisarts, psycholoog of seksuoloog. Uit het onderzoek blijkt dat 10% van de Barneveldse respondenten vindt dat er meer aandacht moet komen voor seksualiteit bij ouderen. Meer mannen (17%) dan vrouwen (4%) zijn deze mening toegedaan. Slechts een heel klein percentage ouderen (2%) zegt vragen te hebben over seksualiteit. Er is niet gevraagd welke vragen men heeft. 3.7 Conclusies en aanbevelingen In alle leeftijdsgroepen zien we dat leefstijl van invloed is op de gezondheid van mensen. Niet alle factoren zijn gemakkelijk te beïnvloeden door gemeenten. Bewegen heeft echter een positieve invloed op de leefstijl en gezondheid in algemene zin. En hier ligt een grote kans voor gemeenten. Zij kunnen bewegen stimuleren door een beweegvriendelijke omgeving te creëren en door het stimuleren van bewegingsactiviteiten voor senioren. Hierbij hoeft niet alleen te worden gedacht aan traditionele activiteiten als koersbal. Denk bijvoorbeeld ook aan het maken van afspraken met voetbalverenigingen over een 65+ competitie op een half voetbalveld. Tot slot is bewegen veel meer dan sporten alleen. Denk dus ook aan activiteiten die in het welzijnswerk of op particulier initiatief worden uitgevoerd zoals volksdans-, jazzdance of country linedance groepen. 20

24 Hoofdstuk 4: Zelfredzaamheid en zorg De zorg in Nederland staat onder druk. De zorgvraag zal de komende jaren sterker stijgen dan de handen die de zorg moeten verlenen en de portemonnees die de zorg moeten betalen. Daarom kondigt het huidige kabinet maatregelen aan om de collectieve middelen voor de zorg aan te wenden en alleen in te zetten voor de mensen die het echt nodig hebben. Die grens schuift op en daarmee gaat er een stevig appél worden gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en de eigen daadkracht van mensen en instellingen. De maatregelen hangen nauw samen met de andere doelen van dit kabinet, zoals het scheiden van wonen en zorg, de overheveling van extramurale begeleiding naar de Wmo en de uitvoering AWBZ door zorgverzekeraars. Deze zullen later in deze regeerperiode nader worden uitgewerkt. Mensen worden, samen met hun omgeving, geacht om hun eigen situatie te organiseren en te zorgen dat ze zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Van gemeenten wordt verwacht dat zij, met de instrumenten begeleiding en dagopvang, samen met deze mensen en hun netwerk een oplossing kunnen vinden als de eigen kracht niet voldoet. De cijfers uit dit hoofdstuk geven een beeld van de zelfredzaamheid en daarmee de zorgbehoefte van de 65-plusser in Barneveld aan de hand van een aantal onderwerpen: lichamelijke beperkingen, beperkingen in huishoudelijke activiteiten, beperkingen in vervoer, mantelzorg en regie over het eigen leven. 4.1 Lichamelijke beperkingen Beperkingen kunnen zowel lichamelijk als cognitief van aard zijn. In deze 65-plus monitor is uitsluitend gevraagd naar lichamelijke beperkingen. In Barneveld heeft 30% van de 65-plussers één of meer lichamelijke beperkingen, vrouwen (36%) vaker dan mannen (23%). Landelijk ligt dit percentage op 34%. 14% van de respondenten heeft een gehoor- en 9% een gezichtsbeperking plussers zijn het vaakst beperkt in hun mobiliteit, dit is het bukken, dragen en lopen (23%). Het aandeel ouderen met een beperking neemt toe met de leeftijd. Van de jarigen in Barneveld rapporteert 17% een lichamelijke beperking en van de 75-plussers 47%. Voor de meeste lichamelijke beperkingen geldt dat de prevalentie in de afgelopen 20 jaar gelijk is gebleven. Gecombineerd met een toenemende levensverwachting en een groter aandeel ouderen in de samenleving betekent dat een toename van het absolute aantal mensen met een lichamelijke beperking. 1 Bij beperkingen in horen en zien gaat het om beperkingen die niet met een bril of gehoorapparaat te verminderen zijn. 21

25 4.2 Beperkingen in huishoudelijke activiteiten Om na te gaan of ouderen zich redden in het huishouden is onderzocht of men geheel zelfstandig een aantal dagelijkse huishoudelijke activiteiten uit kan voeren, of men daar meer of minder moeite mee heeft of zelfs alleen met hulp van anderen deze taak kan uitvoeren. Het gaat om boodschappen doen, maaltijd bereiding, licht en zwaar huishoudelijk werk, wassen en strijken, bedden verschonen en geheel zelfstandig gebruik kunnen maken van openbaar vervoer. Overigens wordt zelfredzaamheid op dit terrein niet alleen beïnvloed door lichamelijk functioneren, maar ook door het al dan niet aanwezig zijn van bepaalde rolpatronen. In figuur 4.2 is weergegeven met welke taken men moeite heeft en wanneer hulp nodig is. Figuur 4.2: Niet geheel zelfstandig kunnen uitvoeren van één of meer huishoudelijke activiteiten (%) Uit figuur 4.2 blijkt dat 33% van de respondenten één of meer huishoudelijke taken niet geheel zelfstandig kan uitvoeren. Een aantal taken, zoals eten klaarmaken en licht huishoudelijk werk, wordt door de meeste 65-plussers lang zelf gedaan. Bedden verschonen, kleren wassen en strijken en zware huishoudelijke werkzaamheden leveren het vaakst problemen op. Van de jarigen is 15% beperkt in het uitvoeren van huishoudelijk werk, bij de 75-plussers ligt dit percentage op 55%. Het geheel zelfstandig uitvoeren van een aantal huishoudelijke taken wordt niet alleen sterk bepaald door leeftijd, maar ook door geslacht. 27% van de vrouwen kan zwaar huishoudelijk werk niet geheel zelfstandig uitvoeren, tegenover 8% van de mannen. Aan de andere kant kan 34% van de mannen geen kleren wassen of strijken tegenover 9% van de vrouwen. 4.3 Beperkingen in vervoer Voor veel 65-plussers is de beschikbaarheid van openbaar vervoer van groot belang voor het onderhouden van sociale contacten en voor maatschappelijke participatie. Beschikbaarheid en toegankelijkheid van vervoer maakt dat 65-plussers zich langer zelf kunnen redden en langer regie over het eigen leven houden. De provincies zijn verantwoordelijk voor de regionale bereikbaarheid en het regionaal openbaar vervoer. Gemeenten spelen een rol in het oplossingen van belemmeringen die 65-plussers ondervinden bij gebruik van openbaar vervoer. Van de deelnemers geeft 18% aan soms tot vaak problemen met vervoer (in het algemeen) te hebben, waardoor ze ergens niet naar toe gaan, waar ze wel naar toe hadden willen gaan. Dit 22

26 percentage is in Barneveld (significant) lager dan in Gelderland-Midden. In de categorie 75-plussers ligt dit percentage op 31%. De redenen zijn divers maar als belangrijkste knelpunten worden genoemd: ik vind het te ingewikkeld om met het openbaar vervoer (bus/trein) te reizen (9%), Ik durf niet meer te fietsen (8%) en ik ben lichamelijk niet in staat om met het openbaar vervoer te reizen (8%). 4.4 Mantelzorg Mantelzorg is in dit onderzoek omschreven als de onbetaalde zorg die iemand geeft aan een bekende uit zijn/haar omgeving, zoals een partner, ouders, kind, buren of vrienden, als deze persoon voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Deze zorg kan bijvoorbeeld bestaan uit het huishouden doen, wassen en aankleden, gezelschap houden, vervoer en geldzaken regelen. Door het ontvangen van mantelzorg kunnen ouderen vaak langer zelfstandig blijven functioneren zonder dat zij direct een beroep hoeven te doen op professionele zorg. 23% van de 65-plussers in Barneveld heeft het afgelopen jaar mantelzorg ontvangen en 20% ontvangt op het moment van het onderzoek mantelzorg. Meer vrouwen en 75-plussers hebben mantelzorg ontvangen dan mannen en jarigen. Dit is waarschijnlijk te verklaren doordat het aantal vrouwen boven de 75 groter is dan het aantal mannen. In Barneveld hebben meer 65-plussers het afgelopen jaar mantelzorg ontvangen (23%) dan gemiddeld in Gelderland-Midden (16%). De drie belangrijkste activiteiten waarvoor de 65-plussers momenteel mantelzorg ontvangen zijn: hulp in de huishouding' (14%), 'geldzaken & administratie' (12%) en 'begeleiding & vervoer' (11%). De huidige mantelzorg wordt voornamelijk door kinderen (10%) en/of partner (7%) gekregen. 13% ontvangt op het moment meerdere keren per week mantelzorg. 65-plussers ontvangen niet alleen mantelzorg; ze vormen ook een substantieel deel van de mantelzorgers in Nederland. In 2008 was een vijfde deel van de 2,6 miljoen volwassen mantelzorgers 65 jaar of ouder. In Barneveld gaf 15% van de respondenten het afgelopen jaar mantelzorg, 12% doet dit nog op het moment van het onderzoek. Zij doen dit incidenteel (3%) tot meer dan 20 uur per week (2%) en geven het vaakst zorg aan hun partner (7%). De meest gegeven huidige mantelzorgactiviteiten zijn begeleiding en/of vervoer, gezelschap, troost & afleiding en hulp in de huishouding (figuur 4.3). 23

27 Figuur 4.3: Huidige mantelzorgactiviteiten (%) 4.5 Regie over eigen leven Mensen die het gevoel hebben controle te hebben over hun leven, kunnen beter omgaan met problemen waaronder gezondheidsproblemen. Regie over eigen leven is een beschermende factor tegen achteruitgang in lichamelijk functioneren bij mensen met chronische ziekten en heeft een direct beschermend effect tegen depressie. Op het moment dat de regiecapaciteit afneemt tot onder een kritische grens dreigt het risico van afhankelijkheid. In Barneveld heeft 14% van de 65-plussers naar eigen perceptie geen regie over het eigen leven. Dit percentage neemt toe met de leeftijd, onder 75-plussers ligt het op 23%. 4.6 Conclusies en aanbevelingen Zelfredzaamheid neemt af naarmate de leeftijd stijgt. Ook opleidingsniveau hangt samen met de mate waarin iemand zichzelf kan redden. Om mensen zo lang mogelijk zelfredzaam te houden is het zaak vroegtijdig in te grijpen bij mogelijke problemen. Er zijn inmiddels verschillende initiatieven ontstaan waarbij gemeenten samen met het welzijnswerk en de eerstelijnszorg vormgeven aan deze manier van werken. De zorgverzekeraar speelt hier een belangrijke rol in. Onze maatschappij leunt zwaar op de mantelzorgers en dit zal in de toekomst alleen maar zwaarder worden. Als alle zorg die door de mantelzorgers wordt verleend door de formele zorg zou worden gedaan, zouden de zorgkosten waarschijnlijk meer dan verdubbelen. Binnen de groep 65-plussers vinden we veel mantelzorgers. Hoewel veel gemeenten een scala aan ondersteuningsactiviteiten aanbieden is het de vraag of deze activiteiten bij de juiste doelgroep terecht komen. Ook hierin is veel gerichter beleid nodig. De eerstelijnszorg kan een belangrijke rol spelen bij het definiëren van de juiste doelgroep. 24

28 Hoofdstuk 5: Welzijnsvoorzieningen Een goed functionerend en adequaat aanbod van welzijnsvoorzieningen stelt oudere mensen niet alleen in staat om deel te blijven nemen aan maatschappelijke activiteiten. Het stelt ze ook in staat om zo lang mogelijk zo zelfstandig mogelijk te blijven wonen. Gemeenten zijn via de Wet maatschappelijke ondersteuning verantwoordelijk voor de financiering en de organisatie van de lokale welzijnsvoorzieningen (formeel en informeel). De komende jaren zal er in dit kader, met de versobering van de AWBZ steeds meer op het bordje van de gemeente komen te liggen. Hiermee moeten gemeenten een belangrijke bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling dat ouderen zo lang mogelijk buiten de (semi) intramurale zorgvoorzieningen blijven wonen. 5.1 Gebruik en behoefte welzijnsvoorzieningen 27% van de 65-plussers maakt gebruik van hulp bij administratieve of financiële activiteiten, 18% doet mee aan sport- en bewegingsactiviteiten in het dienstencentrum en 17% neemt deel aan culturele en recreatieve activiteiten in het dienstencentrum. Minst gebruikte voorzieningen zijn hulp bij sociale contacten (2%), ondersteuning bij het geven van mantelzorg (4%) en advies of voorlichting door de ouderenadviseur (4%). De overgrote meerderheid van de respondenten geeft aan dat ze voorzieningen niet gebruiken omdat ze er geen behoefte aan hebben. De voorzieningen waarbij de meeste mensen aangeven dat ze er nooit van hebben gehoord zijn advies of voorlichting door een ouderenadviseur (10%), eettafel (9%) en personenalarmering (5%). 5.2 Kennis over waar voorzieningen kunnen worden aangevraagd Aan de 65-plussers is gevraagd of ze van een dertiental voorzieningen weten waar ze deze aan kunnen vragen. Ruim de helft van de respondenten weet niet waar ze terecht kunnen voor schuldhulpverlening (56%) of de weg naar de ouderenadviseur (52%). Ook weten veel ouderen niet waar ze terecht kunnen voor de personenalarmering (49%) of de PGB (48%). De bekendste voorziening is de thuiszorg; 21% van de respondenten weet niet waar ze die aan kunnen vragen (figuur 5.2). 25

29 Figuur 5.2: Percentage 65-plussers dat niet weet waar ze terecht kunnen voor bovenstaande voorzieningen 26

30 Hoofdstuk 6: Sociale omgeving en vrije tijd De sociale omgeving wordt steeds belangrijker voor de 65-plusser. Niet alleen bevordert sociale steun de lichamelijke en psychische gezondheid, in het huidige maatschappijbeeld speelt de sociale omgeving een steeds grotere rol bij het zelfstandig blijven van deze groep ouderen. Er wordt vaak onderscheid gemaakt tussen emotionele steun en instrumentele steun. Bij emotionele steun gaat het om het bespreken van persoonlijke problemen of belevenissen. Instrumentele steun betreft praktische hulp, zoals klusjes of boodschappen doen. Sociale steun hangt samen met de mate waarin iemand zich eenzaam voelt. Eenzaamheid wordt vooral bepaald door te weinig emotionele steun; instrumentele steun is minder bepalend voor eenzaamheid. De sociale omgeving bestaat uit de sociale aspecten van de leefomgeving, zoals de buurt waarin men woont, sport- of hobbyclubjes waar men aan deelneemt en contact met familie en vrienden. De sociale omgeving kan de gezondheid van een persoon zowel positief als negatief beïnvloeden. Als de sociale omgeving sociale steun oplevert, heeft dit een positieve invloed op de gezondheid. Maar wanneer de sociale omgeving stress oplevert, bijvoorbeeld als een geliefde overlijdt of als er zorgen zijn over de mensen om je heen, heeft het een negatieve invloed op de gezondheid. Ook mishandeling of geweld zijn voorbeelden van negatieve effecten van de sociale omgeving. Naast steun en stress, beïnvloeden de heersende waarden en normen in de sociale omgeving ook het gedrag en de gezondheid van mensen. 6.1 Tevredenheid contacten en sociale steun Hoe groter het sociale netwerk is, hoe meer sociale steun mensen ontvangen uit de omgeving. Naast de grootte van het netwerk, is ook de frequentie van het contact met sociale relaties van invloed op de gezondheid van ouderen. Uit onderzoek blijkt dat contacten met mensen uit de buurt meer invloed op de gezondheid van ouderen hebben dan contacten met familie en vrienden. In Barneveld is 90% van de 65-plussers (zeer) tevreden met hun sociale contacten, 2% is (zeer) ontevreden. Een kwart van de respondenten ervaart desondanks (zeer) weinig sociale steun, met name bij problemen. 6.2 Eenzaamheid Eenzaamheid komt onder mensen van alle leeftijden voor. Eenzaamheid wordt gedefinieerd als het negatief ervaren verschil tussen de gewenste en gerealiseerde relaties. Zowel het aantal sociale contacten als de ervaren kwaliteit van de sociale contacten zijn bepalend voor gevoelens van eenzaamheid. Mensen kunnen zich bijvoorbeeld eenzaam voelen met veel mensen om zich heen, of helemaal niet eenzaam zijn met een klein sociaal netwerk. Dit hangt af van hun eigen beoordeling van de kwaliteit van de contacten. Langdurige eenzaamheid heeft directe gevolgen voor de kwaliteit van leven en heeft een negatieve invloed op de gezondheid. In Barneveld is 63% van de 65-plussers niet eenzaam, 28% matig eenzaam en 9% ernstig tot zeer ernstig eenzaam. De mate waarin mensen eenzaam zijn neemt toe met de leeftijd. 27

31 Figuur 6.2: (Zeer) ernstige eenzaamheid naar geslacht en leeftijd (%) 6.3 Tijdsbesteding Ouderen beschikken in principe over meer vrije tijd dan mensen die deelnemen aan het arbeidsproces of de zorg hebben voor kinderen. De pensioengerechtigde leeftijd biedt kansen voor hobby, verenigingsleven, vrijwilligerswerk of andere activiteiten. Juist het uitvoeren van deze activiteiten kan voor velen zin geven aan het leven. Bovendien leidt dit vrijwel altijd tot contacten met anderen, wat de kans op vereenzaming zal verminderen. In het onderzoek onder 65-plussers is uitgebreid gevraagd naar de activiteiten in de vrije tijd en wat de frequentie is van deze activiteiten. De meeste ouderen besteden hun vrije tijd aan bezoek ontvangen (62%) en op bezoek gaan (55%) en aan fietsen (59%) en wandelen (57%), (zie figuur 6.3). Het percentage ouderen dat dagelijks of wekelijks internet of t is 39%. 28

32 Figuur 6.3: Overzicht van dagelijkse/wekelijkse activiteiten (%) 6.4 Negatieve ervaringen in huiselijke kring Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke kring wordt gepleegd. Hierbij kan het gaan om psychisch of emotioneel geweld, lichamelijk geweld, ongewenste seksuele toenadering en seksueel misbruik. Ouderenmishandeling zal door het kabinet onder leiding van de staatssecretaris van VWS worden aangepakt. In Nederland heeft 5% van de zelfstandig wonende 65-plussers te maken met dit probleem. In dit onderzoek is in Barneveld 4% ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld. Het gaat in de meeste gevallen om psychisch en/of emotioneel geweld en lichamelijk geweld. 6.5 Veiligheid Veiligheid is meer dan de afwezigheid van criminaliteit: het heeft ook te maken met het gevoel van veiligheid. Objectieve en subjectieve veiligheid hangen samen met de sociale kwaliteit in een buurt. Die wordt gevormd door formele en informele sociale contacten, gevoel van verantwoordelijkheid en gevoelens van gehechtheid. Mensen die zich onveilig voelen kunnen vermijdingsgedrag gaan vertonen. Iemand die zich onveilig voelt, durft de straat niet op. Dit kan leiden tot sociale uitsluiting en afhankelijkheid. Uit dit onderzoek blijkt dat 4% van de 65-plussers in Barneveld zich overdag weleens onveilig voelt, 13% geeft aan zich in de avond/nacht weleens onveilig te voelen. 6.6 Conclusies en aanbevelingen 65-plussers beschikken vaak over meer vrije tijd dan toen ze jonger waren. Deze vrije tijd wordt in veel gevallen nuttig besteed, o.a. door het doen van vrijwilligerswerk en het geven van mantelzorg. Ook 29

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Wageningen

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Wageningen Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Wageningen Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Wageningen... 1 Inleiding...

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rozendaal

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rozendaal Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rozendaal Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Rozendaal... 1 Inleiding...

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Duiven

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Duiven Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Duiven Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Duiven... 2 Inleiding... 3 Waarom

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Arnhem

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Arnhem Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Arnhem Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Arnhem... 2 Inleiding... 3 Waarom

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rijnwaarden

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rijnwaarden Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Rijnwaarden Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Rijnwaarden... 1 Inleiding...

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Overbetuwe

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Overbetuwe Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Overbetuwe Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Overbetuwe... 2 Inleiding...

Nadere informatie

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Westervoort

Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Westervoort Gezond ouder worden? Resultaten van de 65+ monitor in Westervoort Inhoudsopgave Advies... 1 Aanleiding voor dit advies... 1 Belangrijkste bevindingen... 1 Advies aan gemeente Westervoort... 2 Inleiding...

Nadere informatie

Ouderenmonitor 2011. Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen

Ouderenmonitor 2011. Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen Ouderenmonitor 2011 Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen De Ouderenmonitor is een onderzoek naar de lichamelijke, sociale en geestelijke

Nadere informatie

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013 Samenvatting Twente Versie 2, oktober 2013 Twente varieert naar stad en platteland In Twente wonen 626.500 mensen waarvan de helft woont in één van de drie grote steden. Tot 2030 zal de Twentse bevolking

Nadere informatie

Conclusies en aanbevelingen

Conclusies en aanbevelingen Achtergrondinformatie Opvoeding en opvoedingsondersteuning Gezondheid Lichamelijke en leefstijl gezondheid leefstijl en psychosociaal welbevinden Conclusies en aanbevelingen Ouderenmonitor Monitor kinderen

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Almelo

Kernboodschappen Gezondheid Almelo Kernboodschappen Gezondheid Almelo De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Almelo epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Almelo en de factoren die hierop van invloed

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Steenwijkerland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Steenwijkerland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Zwartewaterland Staphorst 1.036 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd gezondheid gedefinieerd

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Enschede

Kernboodschappen Gezondheid Enschede Kernboodschappen Gezondheid Enschede De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Enschede epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Enschede en de factoren die hierop van

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Steenwijkerland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Steenwijkerland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente 1.036 inwoners deden mee Kampen Zwartewaterland Staphorst Hardenberg Zwolle Dalfsen Ommen Olst-Wijhe Raalte Deventer

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Zwartewaterland Staphorst 1.589 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Deventer? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Deventer? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Zwartewaterland Staphorst 1.392 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwartewaterland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwartewaterland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Staphorst 875 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd gezondheid gedefinieerd

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Ommen? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Ommen? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Zwartewaterland Staphorst 961 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd gezondheid

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Kampen Steenwijkerland Zwartewaterland 1.129 inwoners deden mee Hardenberg Gezondheid In het verleden werd gezondheid

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Hardenberg? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Hardenberg? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Steenwijkerland 1.529 inwoners deden mee Kampen Zwartewaterland Staphorst Zwolle Dalfsen Ommen Olst-Wijhe Raalte Deventer

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen gemeente Steenwijkerland 1.589 inwoners deden mee Kampen Zwartewaterland Staphorst Hardenberg Dalfsen Ommen Olst-Wijhe Raalte

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en en gemeente Staphorst GGD IJsselland verzamelt jaarlijks gegevens over de gezondheid van inwoners, zo ook in 2016. Met deze

Nadere informatie

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009 Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer 2009 2011: Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009 Op weg naar speerpuntennotitie? Wat doen/deden we al? Welke gezondheidsproblemen

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen De GGD Twente verzamelt in opdracht van Noaberkracht Dinkelland Tubbergen epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Noaberkracht

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Rijssen-Holten epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Rijssen-Holten en de factoren

Nadere informatie

Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen Versie 1, oktober 2013 Bevolkingskrimp en vergrijzing punt van aandacht in Noaberkracht Dinkelland Tubbergen In Noaberkracht Dinkelland Tubbergen wonen 47.279

Nadere informatie

Samenvatting Losser. 2 van 5 Twentse Gezondheids Verkenning Losser. Versie 1, oktober 2013

Samenvatting Losser. 2 van 5 Twentse Gezondheids Verkenning Losser. Versie 1, oktober 2013 Samenvatting Losser Versie 1, oktober 2013 Lage SES, bevolkingskrimp en vergrijzing punt van aandacht in Losser In de gemeente Losser wonen 22.552 mensen; 11.324 mannen en 11.228 vrouwen. Als we de verschillende

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Borne

Kernboodschappen Gezondheid Borne Kernboodschappen Gezondheid Borne De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Borne epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Borne en de factoren die hierop van invloed

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Twenterand

Kernboodschappen Gezondheid Twenterand Kernboodschappen Gezondheid Twenterand De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Twenterand epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Twenterand en de factoren die hierop

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Wierden

Kernboodschappen Gezondheid Wierden Wierden Twente Nederland Kernboodschappen Gezondheid Wierden De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Wierden epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Wierden en de factoren

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Oldenzaal

Kernboodschappen Gezondheid Oldenzaal Kernboodschappen Gezondheid Oldenzaal De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Oldenzaal epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Oldenzaal en de factoren die hierop

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Losser

Kernboodschappen Gezondheid Losser Kernboodschappen Gezondheid Losser De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Losser epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Losser en de factoren die hierop van invloed

Nadere informatie

5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel

5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel 5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel Er komen steeds meer ouderen in Nederland. Volgens de CBS-prognoses zal het aandeel 65-plussers stijgen van 14% in 2005 tot 22% in 2030. Meer ouderen betekent een groter

Nadere informatie

Voorlopig tabellenboek Volwassenen- en seniorenenquête 2012 Flevoland

Voorlopig tabellenboek Volwassenen- en seniorenenquête 2012 Flevoland Voorlopig tabellenboek Volwassenen- en seniorenenquête 2012 Flevoland 1 Dit is een voorlopige uitgave. Na de zomer 2013 komen definitieve tabellen beschikbaar. Gezondheidsenquête: volwassenen en senioren

Nadere informatie

Wijkgericht werken: doel of middel?

Wijkgericht werken: doel of middel? Wijkgericht werken: doel of middel? Pim Assendelft Hoogleraar Huisartsgeneeskunde Afdeling Eerstelijnsgeneeskunde 13 juni 2017 Generalisme is ons specialisme Lichamelijke activiteit Overgewicht en obesitas

Nadere informatie

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Borgele en Platvoet Deventer

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Borgele en Platvoet Deventer IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor

Nadere informatie

Ouderenmonitor 2009-2010

Ouderenmonitor 2009-2010 A. Algemene kenmerken % Geslacht Man 44 43 Vrouw 56 57 Leeftijd 65 t/m 74 jaar 56 52 75 jaar en ouder 44 48 Burgerlijke staat Gehuwd/ samenwonend 62 62 Ongehuwd/ nooit gehuwd geweest 5 5 Gescheiden/ gescheiden

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen

Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Haaksbergen epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Haaksbergen en de factoren die hierop

Nadere informatie

Gezondheid in beeld:

Gezondheid in beeld: Gezondheid in beeld: Gemeente Asten Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ongeveer 44.000 volwassenen

Nadere informatie

Ouderenonderzoek Kennemerland

Ouderenonderzoek Kennemerland Ouderenonderzoek Kennemerland Een onderzoek naar de gezondheid en het wel bevinden van 65-plussers en hun behoefte aan voor zieningen, zorg en vervoer. Ouderenonderzoek Kennemerland HET ONDERZOEK In het

Nadere informatie

Bouwstenen nota volksgezondheid Renate Martens en Ivanka van der Veeken. Gemeente Drimmelen GGD West-Brabant:

Bouwstenen nota volksgezondheid Renate Martens en Ivanka van der Veeken. Gemeente Drimmelen GGD West-Brabant: Bouwstenen nota volksgezondheid 2013-2016 Gemeente Drimmelen GGD West-Brabant: Renate Martens en Ivanka van der Veeken Bouwstenen Evaluatieverslag nota volksgezondheid 2008-2011 Landelijke nota gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Depressie in Zeeland

Depressie in Zeeland Depressie in Zeeland Kernpunten 15.000 119.000 19 jr en ouder ernstige depressieve klachten milde depressieve klachten ernstig depressieve klachten 19-24 jarigen 10 % 2012-2016 34% 57% 19-24 jarigen milde

Nadere informatie

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012 Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012 Wat is E-MOVO q Onderzoek onder 2 e en 4 e klassers, nu 3 e keer q Vragenlijst wordt digitaal in klas ingevuld

Nadere informatie

Gezondheid in beeld:

Gezondheid in beeld: Gezondheid in beeld: Gemeente Gemert-Bakel Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ongeveer 44.000

Nadere informatie

23 65-plussers in de regio Gelre-IJssel. Resultaten van de ouderenmonitor 2010

23 65-plussers in de regio Gelre-IJssel. Resultaten van de ouderenmonitor 2010 23 65-plussers in de regio Gelre-IJssel Resultaten van de ouderenmonitor 2010 2011 Het gaat over het algemeen goed met onze 65-plussers. Zij voelen zich beter dan vijf jaar geleden en de deelname aan sportieve

Nadere informatie

Wijkscan Enschede Zuid-West. November 2013

Wijkscan Enschede Zuid-West. November 2013 Wijkscan Enschede Zuid-West November 2013 Gezond ouder worden in Enschede Zuid-West Wijkscan Enschede Zuid-West Van het gebied Enschede Zuid-West is een wijkscan gemaakt. In deze brochure vindt u de opvallendste

Nadere informatie

Samenvatting van een onderzoek naar gezondheid en welzijn onder 65 plussers in Gelderland Midden

Samenvatting van een onderzoek naar gezondheid en welzijn onder 65 plussers in Gelderland Midden Gezond ouder worden? Samenvatting van een onderzoek naar gezondheid en welzijn onder 65 plussers in Gelderland Midden De GGD van Veiligheids en Gezondheidsregio Gelderland Midden (VGGM) voert voor 16 gemeenten

Nadere informatie

Gezondheid in beeld:

Gezondheid in beeld: Gezondheid in beeld: Gemeente Cranendonck Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.ggdgezondheidsatlas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ruim 35.000

Nadere informatie

Dorp Brakel Kerkwijk & Nederhemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Zaltbommel

Dorp Brakel Kerkwijk & Nederhemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Zaltbommel Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente ZALTBOMMEL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

30 Gezondheid van volwassenen en ouderen in de regio Noord- en Oost-Gelderland

30 Gezondheid van volwassenen en ouderen in de regio Noord- en Oost-Gelderland 3 Gezondheid van volwassenen en ouderen in de regio Noord- en Oost-Gelderland resultaten van de monitor volwassenen en ouderen 12 13 Gezondheid is belangrijk! Mensen die zich gezond voelen kunnen beter

Nadere informatie

50-64 jaar jaar jaar

50-64 jaar jaar jaar Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder dan

Nadere informatie

Gezondheid in beeld:

Gezondheid in beeld: Gezondheid in beeld: Gemeente Someren Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.ggdgezondheidsatlas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ongeveer 44.000

Nadere informatie

NEDER-BETUWE /2017, GGD

NEDER-BETUWE /2017, GGD Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente NEDER-BETUWE. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

Centrum gezond en wel?

Centrum gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 gezond en wel? Van de inwoners van heeft 85% een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Noord gezond en wel?

Noord gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 gezond en wel? Meer dan twee derde van de inwoners van heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Maasdriel. Heerewaarden &Rossum Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Kerdriel Ammerzoden Hedel

Maasdriel. Heerewaarden &Rossum Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Kerdriel Ammerzoden Hedel Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente MAASDRIEL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

LINGEWAAL Asperen Heukelum (incl Spijk) Vuren Herwijnen Totaal. aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

LINGEWAAL Asperen Heukelum (incl Spijk) Vuren Herwijnen Totaal. aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente LINGEWAAL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Neerijnen. Oost: Varik en Ophemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Neerijnen. Oost: Varik en Ophemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente NEERIJNEN. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

Doelgroep VGZ en GZO in 2 categorieen VGZ GZO

Doelgroep VGZ en GZO in 2 categorieen VGZ GZO Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente HEUMEN. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Wamel & Dreumel Beneden&Boven Leeuwen Maaskant Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Wamel & Dreumel Beneden&Boven Leeuwen Maaskant Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente WEST MAAS EN WAAL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

Culemborg West Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Culemborg West Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente CULEMBORG. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

19-35 jaar jaar jaar jaar

19-35 jaar jaar jaar jaar Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente CULEMBORG. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

DEELGEBIEDEN TIEL. Tiel Oost. Woonsituatie

DEELGEBIEDEN TIEL. Tiel Oost. Woonsituatie Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente TIEL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Samenvatting gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Samenvatting gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude Gezondheidsmonitor ouderen 2016 Samenvatting gemeente Haarlemmerliede Inhoud Deze samenvatting bevat de belangrijkste resultaten van de Gezondheidsmonitor en 2016 voor gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude.

Nadere informatie

Nijmegen jaar jaar. 75+ jaar laag midden hoog

Nijmegen jaar jaar. 75+ jaar laag midden hoog Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente NIJMEGEN. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Zuidoost gezond en wel?

Zuidoost gezond en wel? Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Zuidoost gezond en wel? Zeven op de tien inwoners van Zuidoost hebben een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Zuid gezond en wel? Van de inwoners van Zuid heeft 81% een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M.

Regionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M. Regionale VTV 2011 Levensverwachting en sterftecijfers Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Levensverwachting en sterftecijfers Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Oost gezond en wel? Driekwart van de inwoners van Oost heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

KERNCIJFERS VOLWASSENEN- EN OUDERENPEILING 2012 TEYLINGEN --> SASSENHEIM, VOORHOUT, WARMOND

KERNCIJFERS VOLWASSENEN- EN OUDERENPEILING 2012 TEYLINGEN --> SASSENHEIM, VOORHOUT, WARMOND KERNCIJFERS VOLWASSENEN- EN OUDERENPEILING 2012 TEYLINGEN --> SASSENHEIM, VOORHOUT, WARMOND De waarden die in de tabellen worden weergegeven zijn percentages, tenzij anders aangegeven. Sassenheim Voorhout

Nadere informatie

Neder-Betuwe. Echteld& IJzendoorn Dodewaard Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse

Neder-Betuwe. Echteld& IJzendoorn Dodewaard Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente Neder-Betuwe. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

Buren Zuid- Oost Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Buren Noord- West

Buren Zuid- Oost Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Buren Noord- West Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor BUREN. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder dan 30

Nadere informatie

kern Noord-bep. wijken

kern Noord-bep. wijken Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente WIJCHEN. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder

Nadere informatie

Gezondheid in beeld: Gemeente Deurne

Gezondheid in beeld: Gemeente Deurne Gezondheid in beeld: Gemeente Deurne Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ongeveer 44.000 volwassenen

Nadere informatie

Gezondheid in beeld:

Gezondheid in beeld: Gezondheid in beeld: Gemeente Geldrop-Mierlo Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden naar ongeveer

Nadere informatie

Raads informatiebrief

Raads informatiebrief gemeente Eindhoven Raadsnummer O8.R2403.OOI Inboeknummer oybstoa86r Dossiernummer ysr.qr8 8 januari aoo8 Raads informatiebrief Betreft resultaten Ouderenmonitor Gemeentelijke Gezondheidsdienst 1 Inleiding

Nadere informatie

In deze factsheet kunt u de belangrijkste resultaten van de Gezondheidspeiling Senioren 2008 lezen.

In deze factsheet kunt u de belangrijkste resultaten van de Gezondheidspeiling Senioren 2008 lezen. Over het onderzoek GGD Gooi & Vechtstreek heeft in het najaar van 2008 een Gezondheidspeiling gehouden onder 6.700 inwoners van 65 jaar en ouder. De GGD deed dit in opdracht van de gemeenten Blaricum,

Nadere informatie

Volwassenen (19-65 jaar) Lingewaal

Volwassenen (19-65 jaar) Lingewaal man vrouw Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse 19-35 jaar 35-50 jaar Opleidingsniveau 50-65 jaar laag midden hoog Totaal Regio Rivierenland Oost NL 183 236 82 149 188 159 141

Nadere informatie

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN BUREN

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN BUREN GEZONDHEID VAN OUDEREN IN BUREN 2016-2017 Inhoud INLEIDING 3 ERVAREN GEZONDHEID 4 CHRONISCHE AANDOENINGEN 5 BEPERKINGEN 7 STRESS EN BALANS 8 GEZOND LEVEN 10 MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 12 MANTELZORG

Nadere informatie

Volwassenen (19-65 jaar) Culemborg

Volwassenen (19-65 jaar) Culemborg Volwassenen (19-65 jaar) Culemborg man vrouw Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse 19-35 jaar 35-50 jaar Opleidingsniveau 50-65 jaar laag midden hoog Totaal Regio Rivierenland

Nadere informatie

Volwassenen (19-65 jaar) Geldermalsen

Volwassenen (19-65 jaar) Geldermalsen man vrouw Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Volwassenen (19-65 jaar) Geldermalsen 19-35 jaar 35-50 jaar Opleidingsniveau 50-65 jaar laag midden hoog Totaal Regio Rivierenland

Nadere informatie

Volwassenen (19-65 jaar) Maasdriel

Volwassenen (19-65 jaar) Maasdriel Volwassenen (19-65 jaar) Maasdriel man vrouw Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse 19-35 jaar 35-50 jaar Opleidingsniveau 50-65 jaar laag midden hoog Totaal Regio Rivierenland

Nadere informatie

De gezondheidssituatie van ouderen in Gelderland Midden 2005

De gezondheidssituatie van ouderen in Gelderland Midden 2005 De gezondheidssituatie van ouderen in Gelderland Midden 2005 Samenvatting van de resultaten van een onderzoek onder zelfstandig wonende 65-plussers in het werkgebied van Hulpverlening Gelderland Midden

Nadere informatie

DEELGEBIEDEN DRUTEN Druten

DEELGEBIEDEN DRUTEN Druten Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder dan

Nadere informatie

Ouderenbeleid met specifieke aandacht voor volksgezondheid. Raadsrotonde 22 september 2011

Ouderenbeleid met specifieke aandacht voor volksgezondheid. Raadsrotonde 22 september 2011 Ouderenbeleid met specifieke aandacht voor volksgezondheid Raadsrotonde 22 september 2011 Doelstelling Gedachtenwisseling over het ouderenbeleid en de uitvoering daarvan met specifieke aandacht voor volksgezondheid

Nadere informatie

Stadsdeelprofielen Den Haag 2017

Stadsdeelprofielen Den Haag 2017 Stadsdeelprofielen 17 April 18 Stadsdeelprofielen 17 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Loosduinen 5 Escamp 13 Segbroek Scheveningen 28 Centrum 36 Laak 44 Haagse Hout 51 Leidscheveen-Ypenburg 58 Tabel 1: Gezondheidsindicatoren

Nadere informatie

Heilig Landstichting. Berg en Dal Breedeweg de Horst. Berg en Dal Breedeweg de Horst. Heilig Landstichting. Heilig Landstichting

Heilig Landstichting. Berg en Dal Breedeweg de Horst. Berg en Dal Breedeweg de Horst. Heilig Landstichting. Heilig Landstichting Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente Dal. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een - betekent minder

Nadere informatie

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012

Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Factsheet Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 West gezond en wel? Driekwart van de inwoners van West heeft een positief oordeel over de eigen gezondheid, zo blijkt uit de gegevens van de Amsterdamse Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Voorstad Deventer

IJsselland. Wijkgezondheidsprofiel Voorstad Deventer IJsselland Wijkgezondheidsprofiel Deventer Januari 2015 Wijkgezondheidsprofiel Dit wijkgezondheidsprofiel bestaat uit gegevens afkomstig van diverse bronnen, registraties en (bewoners)onderzoeken. Voor

Nadere informatie

Zaltbommel man vrouw jaar jaar jaar jaar jaar laag midden hoog jaar 65+ jaar ZB 16 ZB 12 GZ '16 GZ '12 NL '16

Zaltbommel man vrouw jaar jaar jaar jaar jaar laag midden hoog jaar 65+ jaar ZB 16 ZB 12 GZ '16 GZ '12 NL '16 Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente ZALTBOMMEL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN DE REGIO

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN DE REGIO GEZONDHEID VAN OUDEREN IN DE REGIO 2016-2017 Inhoud INLEIDING 3 ERVAREN GEZONDHEID 5 CHRONISCHE AANDOENINGEN 6 BEPERKINGEN 8 STRESS EN BALANS 9 GEZOND LEVEN 11 MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 13 MANTELZORG

Nadere informatie

Gezondheidsmonitor Ouderen (65 jaar en ouder) 2012 Tabel 1: Resultaten per indicator voor de gemeente, wijken Tilburg en Nederland

Gezondheidsmonitor Ouderen (65 jaar en ouder) 2012 Tabel 1: Resultaten per indicator voor de gemeente, wijken Tilburg en Nederland Gezondheidsmonitor Ouderen (65 jaar en ouder) 2012 Tabel 1: Resultaten per indicator voor de gemeente, wijken Tilburg en gemeente Tilburg en wijken Gezondheid en Ziekte Ervaren gezondheid Ervaart eigen

Nadere informatie

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST MAAS EN WAAL

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST MAAS EN WAAL GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST MAAS EN WAAL 2016-2017 Inhoud INLEIDING 3 ERVAREN GEZONDHEID 4 CHRONISCHE AANDOENINGEN 5 BEPERKINGEN 7 STRESS EN BALANS 8 GEZOND LEVEN 10 MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 12

Nadere informatie

Twenterand. Colofon. Maakt deel uit van de Twentse Gezondheidsverkenning. Samenstelling. Uitgave. Copyright. Pagina Pagina 1

Twenterand. Colofon. Maakt deel uit van de Twentse Gezondheidsverkenning. Samenstelling. Uitgave. Copyright. Pagina Pagina 1 Pagina 0 Twenterand Maakt deel uit van de Twentse Gezondheidsverkenning Colofon Samenstelling F.K. Schabbink, C.L.A.J. Boom en F.D.H. Koedijk. Uitgave GGD Twente, Enschede, april 2017. Copyright GGD Twente,

Nadere informatie

Gezondheid in beeld: Gemeente Oirschot

Gezondheid in beeld: Gemeente Oirschot Gezondheid in beeld: Gemeente Oirschot Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl gemeente Oirschot 1 Rapportage Inleiding Eind 2012 zijn de Volwassenmonitor en Ouderenmonitor tegelijkertijd verzonden

Nadere informatie

Inleiding. Meer informatie of vragen?

Inleiding. Meer informatie of vragen? Gezondheid in beeld: Gezondheidsmonitor 2012/2013 Gemeente Veldhoven Gezondheidsmonitor 2012/2013 www.regionaalkompas.nl www.ggdgezondheidsatlas.nl Inleiding Meer informatie of vragen? Eind 2012 zijn de

Nadere informatie

Utrecht gezond!2008-2013

Utrecht gezond!2008-2013 Utrecht gezond!2008-2013 Utrecht Zuid Wijkgezondheidsprofiel 2010 Asn Actieplan fase 1, 2009-2010 1 2 Inhoud 1 Inleiding Wijkgerichte aanpak 4 Gerichte keuzes 4 Gebruikte gegevens 4 Utrecht Zuid en subwijken

Nadere informatie

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST-BETUWE

OUDERENMONITOR GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST-BETUWE GEZONDHEID VAN OUDEREN IN WEST-BETUWE 2016-2017 Inhoud INLEIDING 3 ERVAREN GEZONDHEID 4 CHRONISCHE AANDOENINGEN 5 BEPERKINGEN 7 STRESS EN BALANS 8 GEZOND LEVEN 10 MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 12 MANTELZORG

Nadere informatie