Leer ze woorden leren! Van onthouden naar toepassen

Transcriptie

1 Leer ze woorden leren! Van onthouden naar toepassen 19 maart 2016 Johan Keijzer Naam Datum

2 Aandacht voor. Woordjes leren zelf ervaren Woordjes leren: hoe staat het erbij? Woorden leren: hoe werkt het ook alweer Houdingen t.a.v. vreemde woorden Van onthouden naar toepassen Het woordencircuit Huiswerk: woordjes leren: warm of koud?

3 Kies maar!

4 Woordverwerving Spaans

5 Didactiek (Verhallen/v.d. Nulft) Voorbewerken Labelen Consolideren Controleren

6 Consolideren Wat kun je doen om de kennis en vaardigheid dieper te verankeren?

7 Flipperen Koppelen

8 Flipperen = taal doen!!! Vaak Gevarieerd Betekenisvol Zinvol

9 filter O M G E V I N G WAARNEMING ZIEN VOELEN HOREN RUIKEN PROEVEN De werking van de hersenen KORTE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN LANGE TERMIJN GEHEUGEN GEEN INGANG naar David A. Sousa How the brain learns. UITGANG verdwenen UITGANG verdwenen

10 Woorden selecteren STAP 1: Lees de tekst globaal door. STAP 2: Onderstreep de woorden die je leerlingen volgens jou gaan opzoeken om de tekst te kunnen begrijpen. Vergelijk jouw selectie met die van een andere collega.

11 Woorden selecteren Uitleg selectie- houdingen Welke woorden met: Die-laat-ik-even-zittenhouding Die-leg-ik-even-uithouding Hiermee-ga-ik-dewoordenschatuitbreiden-houding?

12 Woorden selecteren STAP 3: Selecteer nu 5 woorden die je zou willen gebruiken om de woordenschat uit te breiden en die voor leerlingen nuttig zijn en vaker voorkomen. Welke leg je even uit? Welke laat je zitten? STAP 4: Kies samen met je buren de top 5, met eventueel 1 reserve woord.

13 Van leren naar verwerven Onthouden Begrijpen Integreren Toepassen

14 Leeractiviteiten OBIT Leren gericht op Onthouden Leren gericht op Begrijpen Leren gericht op Integreren Leren gericht op wendbaar Toepassen Herinneren en terugvinden In eigen woorden weergeven Verbinden met aanwezige kennis Toepassen in nieuwe situatie

15 ONTHOUDEN LEREN 1 BEGRIJPEN INTEGREREN TOEPASSEN LEREN 2

16 Onthouden bij talen Letterlijk reproduceren van geleerde woorden of zinnen (bv. bij woordenschat) Het houden van een uit het hoofd geleerde presentatie Werkwoordrijtjes uitschrijven/overschrijven

17 Begrijpen bij talen Dunne vragen bij luister- of tekstfragmenten: wie/wat/waar/wanneer? Werkwoordsvormen in juiste vorm noteren Invuloefeningen voor vocabulaire Match-oefeningen en juist/onjuist vragen Samenvatten korte tekst- of luisterfragmenten..

18 Integreren bij talen Dikke vragen : Waarom? Hoe? Hoe zou het zijn als? De rode draad uit een tekst halen Een tekst samenvatten of voorzien van een passende titel Vergelijk twee stellingen, boeken, boek en film Een spreekoefening a.h.v. plaatjes Geleide briefopdracht waarbij zinnen niet letterlijk geleerd zijn.

19 Toepassen bij talen Een ongeleide reactie schrijven op een mail/advertentie binnen een bepaald kader Een taaldorp waarbij de leerling spontaan moet reageren op situaties die zich voordoen Het lezen van teksten in de doeltaal t.b.v. het profielwerkstuk of een grotere taaltaak (bijv een presentatie).

20 Sandwichen Welke activiteiten doe je. Voordat leerlingen de opdracht maken, om ze warm te maken? Tijdens de uitvoering: wat moeten leerlingen precies doen? Na: wat doe je/doen de leerlingen vervolgens met de opdracht in de les(sen) erna?

21 Woordencircuit Maak groepjes van 3 à 4 Verdeel de hoeken over uw groepje Bestudeer uw eigen hoeken Wissel daarna uit binnen uw groep Formuleer per hoek een alternatieve opdracht of verzin eigen hoeken

22 Overhoringsregistratie Klas.. Toets les 3 Huiswerk: idioom en spreek-/ gespreksvaardigheid Zet een groen kruisje achter je naam als je overhoord kunt wilt worden Zet een rood kruisje achter je naam wanneer je niet overhoord wilt/kunt worden

23 Van wie is de woordenschat? Leerlingen krijgen duidelijke opdracht over het te verzamelen en te leren aantal woorden / chunks / uitdrukkingen per les(onderdeel)