Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Standpunt van de Gezinsbond

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Standpunt van de Gezinsbond"

Transcriptie

1 Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Standpunt van de Gezinsbond januari 2014 Kinderbijslagen behoren al héél lang tot de kernthema's van de Gezinsbond. De gezinsorganisatie vindt de overheveling van de bevoegdheid van het federale niveau naar de Gemeenschappen een unieke gelegenheid om zijn bestaande voorstellen te actualiseren en bij te sturen én deze te bundelen in een nieuw standpunt over Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen. Inhoud Inleiding p. 2 De doelstellingen van de kinderbijslag p. 3 De huidige kinderbijslagstelsels p. 4 Evaluatie van het huidige kinderbijslagstelsel p. 8 Visie Gezinsbond op een eenvoudig universeel eenheidsstelsel p. 10 Voorstellen Gezinsbond voor een doeltreffende overheveling p. 16 Voorstel Gezinsbond voor een blauwdruk van een nieuw eenheidsstelsel p. 17 Sociale correcties in een nieuw eenheidsstelsel p. 19 Bijkomende modaliteiten in een nieuw eenheidsstelsel p. 24 Voorstellen Gezinsbond over het kinderbijslagbudget p. 26 Beheer en uitbetaling van de kinderbijslag p. 28 Toegankelijk infopunt p. 30 Wetenschappelijk onderzoek naar regionale kosten van kinderen p. 30 Samenvatting van het standpunt van de Gezinsbond p. 37 1

2 Inleiding In het kader van de zesde staatshervorming wordt de bevoegdheid over de kinderbijslagen eindelijk overgeheveld van het federale niveau naar de gemeenschappen en in Brussel naar de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC). Daarmee realiseert de Gezinsbond een aloude eis. De federale regering, Di Rupo I, heeft beslist dat deze bevoegdheidsoverdracht al op 1 juli 2014 net na de federale en Vlaamse verkiezingen - wordt gerealiseerd. De bevoegdheidsoverdracht gebeurt in vier stappen: 1 juli 2014: de Gemeenschappen en de GGC worden zelf bevoegd voor de kinderbijslag. Vanaf dan kunnen ze wijzigingen aanbrengen aan de bedragen van de kinderbijslag binnen de bestaande structuren. Er is echter een samenwerkingsakkoord nodig voor wijzigingen aan de modaliteiten van het administratief beheer en van de uitbetaling of aan de regels ten gronde. In 2014 worden de kinderbijslagen nog wel gefinancierd door de federale staat. 1 januari 2015: de Gemeenschappen en de GGC krijgen ook de geldmiddelen voor de uitbetaling in handen. 1 januari 2016: de Gemeenschappen en de GGC kunnen beslissen om de kinderbijslag zelf uit te betalen door instellingen die zij erkent of zelf opricht. 1 januari 2020: ten laatste dan moeten de Gemeenschappen en de GGC zelf instaan voor de organisatie van hun eigen kinderbijslagstelsel. Op weg naar een eenvoudiger en verbeterd kinderbijslagstelsel De Gezinsbond ziet in de bevoegdheidsoverheveling een opportuniteit om het huidige complexe federale kinderbijslagstelsel te vereenvoudigen en te verbeteren. Dat impliceert dat het overgehevelde kinderbijslagbudget in eerste instantie volledig behouden moet blijven én dat er vervolgens extra middelen moeten vrijgemaakt worden om de Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen te verbeteren. Omdat de federale kinderbijslagen de afgelopen decennia niet verhoogden en niet werden aangepast aan de stijgende levensduurte, met een belangrijk koopkrachtverlies voor gezinnen met kinderen tot gevolg, rekent de Gezinsbond op Vlaanderen en Brussel om eindelijk substantieel meer te investeren in gezinnen die kiezen voor kinderen alsook om het stelsel te vereenvoudigen. Aangezien Vlaanderen en Brussel vandaag al bevoegd zijn voor het gezinsbeleid zal de overheveling van de kinderbijslagen zorgen voor een homogenere bevoegdheid. De Gezinsbond eist expliciet dat Vlaanderen en Brussel minstens elke euro van het kinderbijslagbudget dat ze vanuit het federale niveau krijgen overgeheveld, integraal blijven besteden aan kinderbijslagen voor gezinnen met kinderen, zonder een deel van deze middelen te heroriënteren naar andere sectoren dan de kinderbijslag. Bovendien vragen wij een garantie van Vlaanderen en Brussel om ieder jaar de nodige middelen te voorzien om aan alle kinderen de vastgelegde kinderbijslagbedragen uit te 2

3 betalen, ongeacht de evolutie van het aantal kinderbijslaggerechtigde kinderen, ook als de overgehevelde middelen niet zouden volstaan. De Gezinsbond rekent er op dat beide regeringen bijkomende middelen ter beschikking stellen om de Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen substantieel op te trekken en welvaartsvast te maken. De doelstellingen van de kinderbijslag Kinderbijslag is een kostencompenserende overheidstegemoetkoming in de minimumkosten van kinderen. De belangrijkste doelstelling blijft voor de Gezinsbond de opvoedingskosten van kinderen gedeeltelijk vergoeden. Op termijn moeten de kinderbijslagen minstens de minimumkosten van kinderen dekken. Onder minimumkost van een kind verstaan wij: het extra inkomen dat een gezin met een basisgezinsinkomen van 2.125,76 euro per maand (ongeveer de armoederisicodrempel voor een gezin met 2 kinderen onder de 14 jaar) per kind extra nodig heeft om het welvaartsverlies te compenseren dat dit gezin lijdt door de opvoeding van kinderen t.a.v. een koppel met hetzelfde basisinkomen maar zonder kinderen. De minimumkost van een kind bevat geen specifieke kosten zoals kosten voor kinderopvang, onderwijs en extra (meestal medische) kosten. Op 1 januari 2014 bedroeg die minimumkost voor een kind gemiddeld 461,53 euro per maand. Naargelang de leeftijd schommelt de minimumkost tussen 315,47 euro voor kinderen jonger dan 6 jaar en 599,89 euro voor kinderen ouder dan 18 jaar. Tabel 1: minimumkosten van kinderen in euro d.d. 1 januari 2014 Leeftijdscategorie Minimumkost (euro per maand) 0 t/m 5 jaar 315,47 6 t/m 11 jaar 407,73 12 t/m 17 jaar 499,98 18 t/m 24 jaar 599,89 Gemiddeld 0 t/m 24 jaar 461,53 De huidige kinderbijslagen dekken de minimumkosten van een kind nog lang niet. Tabel 2: dekkingsgraad kinderbijslag (én fiscale voordelen) in minimumkosten d.d. 31 december 2013 Dekkingsgraad in minimumkost van kind (in%) Aantal kinderen in gezin Kinderbijslagen Kinderbijslagen en fiscale voordelen 1 kind 25,63 33,28 2 kinderen 36,47 47,41 3 kinderen 46,51 65,84 Tabel 2 leert ons dat de huidige kinderbijslagen voor gezinnen met 1 kind amper een kwart van de minimumkost dekken. Voor gezinnen met 2 kinderen bedraagt de dekkingsgraad iets méér dan een derde en voor gezinnen met 3 kinderen nog niet de helft. Als we ook rekening houden met de belastingbesparing voor kinderen ten laste in de personenbelasting ligt de dekkingsgraad een stukje hoger: een derde voor gezinnen met 1 kind, bijna de helft voor gezinnen met 2 kinderen en bijna twee derde voor gezinnen met 3 3

4 kinderen. Hoewel de dekkingsgraad van de kinderbijslagen in de minimumkosten van kinderen toeneemt naarmate het gezin méér kinderen telt, groeit tegelijkertijd voor grote gezinnen de kloof tussen kinderbijslagen en minimumkosten in absolute termen. Daardoor moeten grote gezinnen almaar meer zelf opleggen bovenop hun kinderbijslag. Het bedrag dat gezinnen gemiddeld zelf moeten opleggen bovenop hun kinderbijslag om de minimumkosten van hun kinderen te dekken bedraagt op 31 december 2013: 354,00 euro per maand voor 1 kind, 612,40 euro per maand voor 2 kinderen, 788,43 euro per maand voor 3 kinderen Bovenstaande cumulatieve opleg verhoogt vanaf 3 kinderen maandelijks met 176,03 euro per bijkomend kind. De minimumkosten van kinderen zoals berekend door de Gezinsbond zijn vergelijkbaar met de kosten van kinderen zoals het Centrum voor Sociaal beleid (CSB) van de Universiteit Antwerpen die berekent in zijn referentiebudgetten (zie bijlage). Kinderbijslagen hebben niet als hoofddoel armoede te bestrijden. Niettemin zorgen zij er voor dat 10% van de kinderen niet bijkomend in armoede terechtkomt. Kinderbijslag is echter geen instrument om de welvaart verticaal te herverdelen tussen gezinnen met hoge inkomens en gezinnen met lage inkomens. Die rol is weggelegd voor de fiscaliteit, meer bepaald de personenbelastingen. Kinderbijslagen zijn een vorm van horizontale solidariteit tussen gezinnen zonder kinderen en gezinnen met kinderen. De Gezinsbond dringt er op aan dat Vlaanderen en Brussel de kostencompensatie als grondslag van het kinderbijslagstelsel erkennen en dit principe handhaven. De huidige kinderbijslagstelsels Vier stelsels: enkele belangrijke cijfers Vandaag bestaat het federale kinderbijslagsysteem uit vier kinderbijslagstelsels: drie professionele (werknemers, ambtenaren en zelfstandigen) en één restregeling (gewaarborgd stelsel) voor die kinderen waarvoor er geen band met de arbeidsmarkt wordt gevonden. De stelsels van de werknemers en ambtenaren zijn vandaag al identiek (toekenningsregels én bedragen), behalve dat ze op verschillende manieren worden gefinancierd. De Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers inventariseerde enkele kerncijfers uit de vier kinderbijslagstelsels die een mooi beeld geven van het totaalplaatje. Hieronder overlopen we kort deze cijfers. De totale uitgaven voor kinderbijslag bedroegen in 2011 in de vier stelsels samen miljoen euro en waren als volgt verdeeld over de vier stelsels: miljoen euro in het werknemersstelsel (74,49 %), miljoen euro in het ambtenarenstelsel (17,36 %), 421 miljoen euro in het zelfstandigenstelsel (7,28 %) en 51 miljoen euro in het gewaarborgd stelsel (0,88 %) 4

5 De totale uitgaven van miljoen euro in de vier stelsels samen waren in 2011 als volgt verdeeld: miljoen euro in het Vlaams Gewest (54,61 %); 639 miljoen euro in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (11,05 %); miljoen euro (33,79 %) in het Waals Gewest, en 32 miljoen euro in de Duitstalige Gemeenschap (0,55 %). In 2011 betaalde ons land kinderbijslag aan rechthebbende gezinnen. Deze gezinnen waren geografisch als volgt verdeeld: in het Vlaamse Gewest (55,92 %); in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (9,86 %), en in Wallonië en de Duitstalige Gemeenschap samen (34,22 %). België betaalde in 2011 kinderbijslag aan rechtgevende kinderen. Deze kinderen waren als volgt verdeeld over de vier kinderbijslagstelsels: werknemersstelsel: (74,02%); overheidsstelstel: (17,81 %); zelfstandigenstelsel: (7,50%) en, gewaarborgd stelsel: (0,66 %). Omdat het werknemers- en ambtenarenstelsel inhoudelijk vrijwel identiek zijn, kunnen we stellen dat ruim 91,83 % van de kinderen behoren tot een uniform kinderbijslagstelsel met dezelfde toekenningsvoorwaarden en bedragen in functie van de bestaande rangregeling. Geografische verdeling van de rechtgevende kinderen in 2011: Vlaams Gewest: (55,89%); Brussels Hoofdstedelijk Gewest: (10,33%); Waals Gewest: (33,24%), en Duitstalige Gemeenschap: (0,53%). Aantal kinderen in 2011: 48,17% van de Belgische gezinnen met slechts 1 kind: 46,86% in het Vlaams Gewest 47,07% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 50,86% in het Waals Gewest, en 45,15% in de Duitstalige Gemeenschap 36,55 % van de Belgische gezinnen met 2 kinderen: 38,72% in het Vlaams Gewest 32,31% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 34,00% in het Waals Gewest, en 40,84% in de Duitstalige Gemeenschap. 5

6 15,28 % van de Belgische gezinnen met 3 of meer kinderen: 14,42% in het Vlaams Gewest; 20,62% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; 15,14% in het Waals Gewest, en 14,01% in de Duitstalige Gemeenschap. Uit bovenstaande statistieken destilleren we samenvattend volgende kerncijfers voor Vlaanderen en Brussel. Vlaanderen: gezinnen krijgen kinderbijslag voor kinderen. Deze gezinnen zijn als volgt verdeeld volgens het aantal kinderen: met 1 kind; met 2 kinderen en met 3 of meer kinderen. Deze laatste groep bestaat uit gezinnen met 3 kinderen en gezinnen met 4 of meer kinderen. De Vlaamse kinderen zijn als volgt verdeeld volgens rang: in eerste rang; in tweede rang en in derde rang. Uit bovenstaande cijfers kunnen we afleiden dat er kinderen zijn die opgroeien in een gezin met 4 of méér kinderen. Brussel: gezinnen krijgen kinderbijslag voor kinderen. Deze gezinnen zijn als volgt verdeeld volgens het aantal kinderen: met 1 kind; met 2 kinderen, en met 3 of meer kinderen. Deze laatste groep bestaat uit gezinnen met 3 kinderen en gezinnen met 4 of meer kinderen. De Brusselse kinderen zijn als volgt verdeeld volgens rang: in eerste rang; in tweede rang, en in derde rang. Uit bovenstaande cijfers kunnen we afleiden dat er kinderen zijn die opgroeien in een gezin met 4 of méér kinderen. Huidige bedragen Onze huidige kinderbijslagregeling bestaat uit een belangrijke universele sokkel aangevuld met een beperkte categoriale selectiviteit op basis van het sociaal statuut én het inkomen. Het universele luik slaat op 95 % van de uitgaven, het selectieve op 5 %. 6

7 De bedragen die wij vermelden zijn van toepassing op 1 september 2013 (sinds de laatste indexatie op 1 december 2012). Universeel luik De federale kinderbijslag bestaat uit een basiskinderbijslag die afhangt van de rang van het kind in het gezin. Tabel 3: huidige basiskinderbijslag volgens rang Rang van het kind Basiskinderbijslag (in euro per maand) 1 ste 90,28 2 de 167,05 3 de 249,41 Het eerste kind van een zelfstandige krijgt vandaag nog een basiskinderbijslag van slechts 84,43 euro, of 5,85 euro minder dan een eerste kind van een werknemer of ambtenaar. De federale ministerraad besliste op 22 november 2013 dat de bedragen voor zelfstandigen vanaf 1 juli 2014 worden opgetrokken tot op het niveau van de werknemers/ ambtenaren. De basiskinderbijslag wordt aangevuld met een leeftijdsbijslag die telkens op de scharnierleeftijden (6, 12 en 18 jaar) wordt toegekend en afhangt van de rang van het kind: Tabel 4: huidige leeftijdsbijslag volgens leeftijd en rang Leeftijd Rang Eerste Tweede of derde 6 t.e.m. 11 jaar 15,73 31,36 12 t.e.m. 17 jaar 8,22 16,56 18 t.e.m. 24 jaar 3,65 13,01 Sinds de besparingen in 1996 krijgt het eerste kind van werknemers en ambtenaren slechts een gehalveerde leeftijdsbijslag. Tabel 4 toont aan dat de leeftijdsbijslag voor 18-plussers in de eerste rang zelfs meer dan gehalveerd werd. Tabel 5 geeft de cumulatieve leeftijdsbijslag voor elke leeftijdscategorie en rang: Tabel 5: huidige cumulatieve leeftijdsbijslag volgens leeftijd en rang Leeftijd Rang 1 ste 2 de of 3 de 6 t.e.m. 11 jaar 15,73 31,36 12 t.e.m. 17 jaar 23,95 47,92 18 t.e.m. 24 jaar 27,60 60,93 Tabel 6 geeft een samenvattend overzicht van de totale kinderbijslagbedragen (basiskinderbijslag + leeftijdsbijslag) volgens rang en leeftijd. Tabel 6: huidige totale kinderbijslag (basisbijslag en leeftijdsbijslag) Leeftijd 1 ste rang 2 de rang 3 de rang 0 t.e.m. 5 jaar 90,28 167,05 249,41 6 t.e.m. 11 jaar 106,01 198,41 280,77 12 t.e.m. 17 jaar 114,23 214,97 297,33 18 t.e.m. 24 jaar 117,88 227,98 310,34 7

8 De federale regering besliste in de zomer van 2013 dat oudste of enige kinderen geboren tussen 1 januari 1985 en 31 december 1996 vanaf september 2013 hun verworven recht verloren. Kinderen geboren vóór 1 januari 1991 kregen op 18 jaar een leeftijdsbijslag van 33,69 euro. Kinderen geboren tussen 1 januari 1991 en 31 december 1996 die kind van eerste rang werden ter vervanging van een ouder kind dat het gezin verliet, kregen een leeftijdsbijslag van 31,36 euro op 12 jaar en 33,69 euro op 18 jaar. Die kinderen kregen tot dan op 16 jaar een totale kinderbijslag van 121,64 euro en op 18 jaar een totale kinderbijslag van 123,97 euro. De federale regering schrapt de hogere leeftijdsbijslag van 31,36 euro (cumulatief) op 16 jaar en van 33,69 euro (cumulatief) op 18 jaar, die deze kinderen behielden sinds de besparingsronde uit Met deze ingreep in de leeftijdsbijslagen bespaart de federale overheid 8,5 miljoen euro op jaarbasis. Een vereenvoudiging voor de kinderbijslagkassen, maar toch een streep door de rekening van gezinnen met kinderen tussen 16 en 25 jaar, net de leeftijdsklasse waarin de kinderbijslagen het minst de minimumkosten van kinderen dekken. De leeftijdsbijslagen voor kinderen van zelfstandigen wijken enigszins af van die voor de werknemers en ambtenaren. Zo krijgt het enige of jongste kind van een zelfstandige geen leeftijdsbijslag. Het oudste kind van een zelfstandige krijgt, tenminste als het niet het enig kind is, een volledige in plaats van een gehalveerde leeftijdsbijslag. Alle kinderen krijgen eenmaal per jaar een jaarlijkse bijslag, de vroegere schoolpremie. De jaarlijkse bijslag wordt in augustus uitbetaald, samen met de kinderbijslag van de maand juli en het bedrag is afhankelijk van de leeftijd van het kind. De federale regering verminderde begin juli 2013 de jaarlijkse bijslag met ongeveer 15%. In 2014 vermindert de lijkse toeslag opnieuw met ongeveer 15%. In totaal daalt de jaarlijkse bijslag over een periode van 2 jaar met ruim 30% en zelfs met 40% voor de kinderen van 0 tot en met 5 jaar. Met de vermindering op de jaarlijkse bijslag bespaart de federale regering 21,3 miljoen euro in 2013 en 54 miljoen euro in Tabel 7 bevat de bedragen van de nieuwe jaarlijkse bijslagen voor 2013 en Tabel 7: huidige jaarlijkse bijslag Leeftijd Jaarlijkse bijslag t.e.m. 5 jaar 22,00 20,00 6 t.e.m. 11 jaar 50,00 43,00 12 t.e.m. 17 jaar 70,00 60,00 18 t.e.m. 24 jaar 95,00 80,00 Een gezin met 3 kinderen waarvan 2 in het hoger en 1 in het secundair onderwijs, zal uiteindelijk jaarlijks 82,86 euro moeten inleveren. Tot slot behoort ook het kraamgeld tot de universele sokkel van de kinderbijslagen. Het kraamgeld wordt eenmalig betaald bij iedere geboorte van een kind. Een 1 ste kind krijgt echter een hoger kraamgeld dan de volgende. 8

9 Tabel 8: huidig kraamgeld Selectief luik Rang van het kind Kraamgeld (in euro) 1 ste 1.223,11 2 de en volgende 920,25 Het selectieve luik bestaat uit een aantal toeslagen die gezinnen ontvangen op basis van hun (sociaal) statuut én omdat hun inkomen lager ligt dan een bepaald inkomensplafond. Dat inkomensplafond bedraagt momenteel bruto per maand 2.230,74 euro voor alleenstaanden en 2.306,94 euro voor koppels. De huidige federale regering besliste op 22 november 2013 dat deze inkomensplafonds vanaf 1 juli 2014 zullen stijgen tot: 2.309,58 euro voor alleenstaanden en 2.385,65 euro voor koppels. Bovendien zouden ook zelfstandigen die een faillissementsuitkering ontvangen vanaf dan recht hebben op dezelfde sociale toeslag als langdurig werklozen. Eenoudertoeslag Alleenstaande ouders met een bruto maandloon onder het inkomensplafond krijgen een eenoudertoeslag. Het bedrag van de eenoudertoeslag is afhankelijk van de rang van het kind en is degressief: Tabel 9: huidige eenoudertoeslag Rang van het kind Eenoudertoeslag (in euro) Eerste 45,96 Tweede 28,49 Derde 22,97 Sociale toeslagen Ouders die tot bepaalde sociale categorieën behoren, krijgen een sociale toeslag als hun maandelijkse bruto uitkering (alleenstaanden) of gezinsinkomen (koppels) onder het inkomensplafond ligt. Langdurig werklozen (langer dan 6 maanden) en, gepensioneerden krijgen een sociale toeslag volgens artikel 42bis KBW. Langdurig zieken (langer dan 6 maanden) en personen met een invaliditeitsuitkering krijgen een sociale toeslag volgens artikel 50ter KBW. Het bedrag van de sociale toeslag hangt ook af van de rang van het kind en is degressief: Tabel 10: huidige sociale toeslagen Rang van het kind Sociale toeslag (in euro) Art 42bis KBW Art 50ter KWB Eerste 45,96 98,88 Tweede 28,49 28,49 Derde 5,00 5,00 9

10 De eenoudertoeslagen en de sociale toeslagen kunnen niet gecumuleerd worden. Het derde kind van een alleenstaande ouder met een sociaal statuut zal dan ook 22,97 euro sociale toeslag krijgen in plaats van 5,00 euro. Volledige leeftijdsbijslag voor eerste kind Een kind van eerste rang dat een eenoudertoeslag of een sociale toeslag ontvangt, krijgt ook zijn volledige leeftijdsbijslag in plaats van de gehalveerde. De oudste of enige kinderen geboren vóór 1997, die een eenoudertoeslag of sociale toeslag ontvangen, behouden hun hogere leeftijdsbijslag van 31,36 euro (cumulatief) op 16 jaar en van 33,69 euro (cumulatief) op 18 jaar. Volledige jaarlijkse toeslag in plaats van verminderde Kinderen die een eenoudertoeslag of een sociale toeslag krijgen, behouden hun volledige jaarlijkse bijslag. Wezen en kinderen met verhoogde kinderbijslag wegens handicap of zware aandoening moeten evenmin inleveren op hun jaarlijkse bijslag. De volledige jaarlijkse bijslag bedraagt momenteel: Tabel 11: huidige volledige jaarlijkse bijslag Leeftijd Jaarlijkse bijslag (in euro) 0 t.e.m. 5 jaar 27,60 6 t.e.m. 11 jaar 58,59 12 t.e.m. 17 jaar 82,02 18 t.e.m. 24 jaar 110,42 Evaluatie van het huidige kinderbijslagsysteem De huidige kinderbijslagen zijn zeer doelmatig als universele maatregel omdat in ons land zo goed als alle kinderen kinderbijslag krijgen, omdat het recht op kinderbijslag automatisch wordt toegekend. De in België wonende kinderen van 0 tot 18 jaar werden op 31 december 2002 door de vier kinderbijslagregelingen samen voor 97,3 % bereikt. Recente ramingen uit 2011 bevestigen dit percentage. Van de overige kinderen onder de 18 jaar heeft een groot deel recht op kinderbijslag in het buitenland (bijvoorbeeld door grensarbeid). Hoewel kinderbijslagen geen instrument zijn om armoede te bestrijden, verhinderen de huidige bedragen niettemin dat 10 % van de kinderen bijkomend in armoede zou moeten leven. Kinderbijslagen zijn dus ook doelmatig tegen kinderarmoede. Het huidige federale kinderbijslagstelsel verliest echter aan efficiëntie omdat het stelsel dermate complex is met een zware administratie en controlelast als gevolg. Voor een rechtgevend kind bestaan er vandaag 760 mogelijke combinaties van bedragen (60 voor een kind zonder handicap en 700 voor een kind met een handicap). Deze complexiteit weegt door in het beheer en de beheerskosten. Er gaan immers te veel energie en kosten verloren in het telkens uitzoeken welk van de vier stelsels bevoegd is en op welk bedrag een kind recht heeft. Bovendien slaagt ons federaal kinderbijslagstelsel er onvoldoende in om zijn basisdoelstelling (dekken van de minimumkosten van kinderen) te realiseren om- 10

11 dat de huidige bedragen te laag én niet welvaartsvast zijn. Ook de huidige sociale toeslagen zijn, net zoals alle andere bedragen in het federaal kinderbijslagstelsel, te laag om minstens de minimumkosten van kinderen te dekken. Alleen de kinderbijslagbedragen van wezen benaderen vandaag enigszins de gemiddelde minimumkost van een kind. De Gezinsbond pleit allang voor substantieel hogere kinderbijslagen die op termijn minstens de minimumkosten van kinderen dekken. De laagste dekkingsgraad vinden we vandaag bij het eerste kind en bij de 18-plussers. Daarom moeten volgende bedragen prioritair verhogen: de basiskinderbijslag voor het 1 ste kind de leeftijdsbijslag op 18 jaar Zolang de kinderbijslagen de minimumkosten niet dekken, moeten voor de Gezinsbond de belastingvoordelen voor kinderen ten laste in de personenbelasting blijven bestaan. De dekkingsgraad van de huidige kinderbijslagen én de belastingvoordelen voor kinderen ten laste in de personenbelastingen samen bedraagt momenteel: een derde voor gezinnen met 1 kind, bijna de helft voor gezinnen met 2 kinderen en twee derde voor gezinnen met 3 kinderen. De bedragen van de kinderbijslagen hebben de afgelopen decennia al méér dan 40% welvaartsverlies geleden t.a.v. de evolutie van het loonpeil. Om de koopkracht van gezinnen te verzekeren, moeten de kinderbijslagbedragen dringend automatisch welvaartsvast gemaakt worden. Als kinderbijslagen ook in de toekomst ontkoppeld blijven van welvaartsvastheid raamt het CSB het nog te lijden welvaartsverlies voor gezinnen met kinderen van nu tot 2030 op 16 tot 36 %. Volgens het CSB verlagen welvaartsvaste kinderbijslagen de kinderarmoede fors van 17 % naar 14 %. Tot slot bevat ons huidige kinderbijslagsysteem met zijn vier stelsels nog talrijke ongelijkheden: verschillen tussen de basiskinderbijslagen naargelang de rang (1, 2 of 3) van het kind; het eerste kind in de stelsels van werknemers en ambtenaren krijgt slechts de gehalveerde leeftijdsbijslagen in plaats van de volledige; verschillen in bedragen tussen zelfstandigen en werknemers. Mede dankzij de Gezinsbond zijn deze verschillen al sterk gereduceerd. Zo bedraagt de kloof tussen de basiskinderbijslag voor het 1 ste kind van een zelfstandige en dat van een werknemer nog slechts 5,85 euro (90,28 euro 84,43 euro). het enige of jongste kind van een zelfstandige krijgt geen leeftijdsbijslag, terwijl het 1 ste kind van een zelfstandige dan weer de volledige leeftijdsbijslag ontvangt, tenzij het enig kind is. kinderen van een alleenstaande ouder krijgen een eenoudertoeslag én hun volledige leeftijdsbijslag (1 ste kind) én hun volledige schoolpremie als het bruto maandinkomen van die ouder lager is dan 2.230,74 euro, terwijl kinderen die opgroeien bij een koppel met een gezinsinkomen onder dat inkomensplafond geen toeslag krijgen. Nochtans hebben koppels met een laag inkomen altijd nog een mondje meer te voeden. kinderen van de tweede en derde rang krijgen een lager kraamgeld: 902,18 euro i.p.v ,10 euro. 11

12 sommige kinderen van leefloners krijgen een sociale toeslag, anderen dan weer niet. Als er binnen de ruime familie van die kinderen iemand gevonden wordt met een band met de arbeidsmarkt, hangt het van het beroepsstatuut van dat verre familielid af of het kind al dan niet een sociale toeslag krijgt, bijvoorbeeld als die persoon langdurig werkloos, langdurig ziek, invalide of gepensioneerd is (uiteraard altijd met een bruto maandinkomen onder het inkomensplafond). Wordt er niemand gevonden met een band met de arbeidsmarkt, wordt het recht op kinderbijslag van het kind van een leefloner geopend in het gewaarborgde stelsel, waar automatisch de sociale toeslag van een langdurig werkloze geldt. discriminatie van de rangregeling bij nieuw samengestelde gezinnen. Omdat kinderen die worden opgevoed in co-ouderschap vandaag slechts in één van de twee gezinnen gedomicilieerd zijn, tellen ze slechts eenmaal mee in de rangregeling van de nieuw samengestelde gezinnen van hun beide ouders. De huidige regeling is, bij gelijkmatig verdeelde huisvesting, discriminerend beoordeeld door een arrest van het Grondwettelijk Hof op 21 februari Een gelijke basisbijslag voor elk kind kan dergelijke ongelijkheden verhelpen. De Gezinsbond vindt de bevoegdheidsoverheveling hét moment om de bestaande ongelijkheden weg te werken en te evolueren naar een eenheidsstelsel. Visie van de Gezinsbond op een eenvoudig universeel eenheidsstelsel Na de overheveling van de bevoegdheden over de kinderbijslagen naar de Gemeenschappen en de GGC half 2014 moeten de Vlaamse en Brusselse kinderbijslagstelsels elk evolueren naar een eenvoudig universeel eenheidsstelsel, waarin elk kind dezelfde basisbijslag ontvangt ongeacht het beroepsstatuut en het inkomen van zijn ouder(s) en los van zijn rang. Kortom: kinderbijslag als recht van het kind. Het Vlaamse en Brusselse kinderbijslagstelsel moet minder complex zijn. De kinderbijslagbedragen moeten onmiddellijk welvaartsvast worden en op termijn substantieel hoger. De Gezinsbond vat zijn visie op een doeltreffend Vlaams en Brussels kinderbijslagstelsel samen in 10 basisprincipes. 1. Kinderbijslag als automatisch toegekend recht van elk kind ongeacht het (sociaal) statuut en inkomen van zijn ouder(s). De Gezinsbond verdedigt al lang de idee om van de kinderbijslagen een recht van elk kind te maken. Dit betekent dat het recht op kinderbijslag automatisch wordt geopend bij de geboorte van een kind. Wij zijn tegen gedifferentieerde basiskinderbijslagen naargelang het socio-economische situatie van het gezin. Daarom pleiten wij al jarenlang voor een eenheidsstelsel waarin elk kind een gelijke basisbijslag krijgt los van socio-economische situatie én los van het inkomen van zijn ouder(s). De minimumkost van een kind, waarin de kinderbijslagen tussenkomen, is immers gelijk voor elk gezin, omdat wij ons rekenwerk baseren op een basisgezinsinkomen van 2.125,76 euro dat zich net onder de geïndexeerde armoederisicodrempel bevindt voor een gezin met 2 kinderen onder de 14 jaar. Omdat we daarom kunnen spreken over een absolute minimumkost, is dat welvaartsverlies dus van toepassing op elk gezin. 12

13 Wij vinden bovendien dat gezinnen zelf mogen bepalen hoe en waaraan ze hun kinderbijslag besteden. Kinderbijslag moet een cashtegemoetkoming blijven zonder bestedingsvoorwaarde. Gelijke kinderbijslag ongeacht het socio-professioneel statuut De gelijkschakeling van de bedragen van de kinderbijslag voor zelfstandigen met die van de werknemers is voorzien in het voortraject van de zesde staatshervorming naar de overheveling van de bevoegdheden van kinderbijslagen naar de gemeenschappen. De Gezinsbond pleit voor een volledige gelijkschakeling van de kinderbijslagen van werknemers, zelfstandigen en ambtenaren. Niet alleen de bedragen, maar ook de toekenningsregels moeten uniform zijn voor alle kinderen. De gelijkmaking van de kinderbijslagen voor zelfstandigen en werknemers/ ambtenaren wordt gerealiseerd via een uniformiseringswet, de Algemene Kinderbijslag Wet (AKBW), die in voege zal treden op 1 juli Onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag tot 18 jaar Kinderbijslag is vandaag een onvoorwaardelijk recht tot 31 augustus van het jaar waarin het kind 18 jaar wordt. Voor de Gezinsbond moet kinderbijslag een onvoorwaardelijk recht blijven, tot 18 jaar. Wij verzetten ons dan ook tegen elk voorstel om bijkomende voorwaarden op te leggen. Zo mogen ouders hun kinderbijslag niet verliezen in geval van problematische opvoedingssituaties (POS), bij door minderjarigen gepleegde misdrijven (MOF) en bij spijbelgedrag van hun kinderen. Voorwaardelijk recht op kinderbijslag tussen 18 en 25 jaar Voor de leeftijdsgroep 18 tot 25 jaar is het recht op kinderbijslag vandaag voorwaardelijk. Om kinderbijslag te ontvangen moet de jongere immers onderwijs volgen dat aan bepaalde voorwaarden voldoet (regelmatig lessen volgen in secundair onderwijs of voor voldoende studiepunten ingeschreven zijn in het hoger onderwijs). De voorwaarde om te studeren mag volgens de Gezinsbond blijven bestaan. Ook jongeren die zich na hun studies inschrijven als werkzoekende behouden hun recht op kinderbijslag gedurende de volledige duurtijd van hun beroepsinschakelingstijd tot maximum 12 maanden. Ook dat moet zo blijven. Oplossing voor jongeren die zwaar ziek worden tussen 18 en 21 jaar De Gezinsbond wijst op de problematiek van jongeren tussen 18 en 25 jaar, die hun studies (tijdelijk) moeten onderbreken omwille van ziekte of ongeval. Als een jongere niet meer regelmatig naar school kan gaan of zijn hogere studies tijdelijk moet stopzetten, voldoet hij niet meer aan de voorwaarden en verliest hij zo zijn recht op kinderbijslag. Alleen als de jongere op basis van een medisch onderzoek op de medisch-sociale schaal een score behaalt van minstens 6 punten in de drie pijlers samen of van minstens vier punten in pijler één, en dus in aanmerking komt voor verhoogde kinderbijslag voor een kind met handicap of aandoening, behoudt hij zijn recht op kinderbijslag. Dat betekent wel dat de ouder(s) tijdig, nog vóór het stopzetten van de studies,- een aanvraag voor verhoogde kinderbijslag moet(en) indienen. Als dat niet (tijdig) gebeurt of de verhoogde kinderbijslag wordt geweigerd op basis van de medisch-sociale schaal, verliest de jongere zijn recht op kinderbijslag. 13

14 Aangezien de minimumleeftijd voor een inkomensvervangende tegemoetkoming of een integratietegemoetkoming voor personen met een handicap 21 jaar is, vallen jongeren tussen 18 en 21 jaar ook daar uit de boot, terwijl de medische en nietmedische kosten voor de ouders ongetwijfeld verder oplopen. Wij vragen dringend een oplossing voor deze jongeren die zich in een precaire situatie bevinden, hetzij via de kinderbijslag hetzij via de tegemoetkomingen voor personen met een handicap. 2. Eenvoudig eenheidsstelsel met gelijke basiskinderbijslag voor elk kind, ongeacht zijn rang Minder complexe kinderbijslag De Gezinsbond wil dat Vlaanderen en Brussel na de bevoegdheidsoverheveling hun kinderbijslagstelsels sterk vereenvoudigen. Het behoud van 760 verschillende kinderbijslagbedragen maakt het huidige kinderbijslagsysteem nodeloos ingewikkeld. Wij bepleiten een eenvoudig systeem met een gelijke basiskinderbijslag voor elk kind, verhoogd met leeftijdsbijslagen en voor kinderen met een zware aandoening of handicap toeslagen in het kinderbijslagstelsel of in het beleid voor personen met een handicap. Gelijke kinderbijslag ongeacht de rang van het kind De Gezinsbond is voorstander van een gelijke basiskinderbijslag voor elk kind ongeacht zijn rang. Wij erkennen dat er schaalvoordelen zijn voor kinderen van de tweede of derde (of hogere) rang. Volgens ons is de kost van een tweede en derde kind niet noodzakelijk zoveel lager, maar zetten gezinnen de tering naar de nering omdat de kinderbijslagen de kosten van kinderen onvoldoende dekken en het gezinsinkomen niet mee evolueert met het aantal kinderen in het gezin. Bovendien zijn er ook schaalnadelen als er meerdere kinderen zijn, zo is er bijvoorbeeld een grotere en dus duurdere woning nodig om elk kind een eigen plek te geven en heeft een groot gezin ook een grotere wagen nodig. Tot slot blijven een groot aantal kosten even hoog ongeacht de rang van het kind. Daarbij denken we in eerste instantie aan de voedingsen onderwijskost. Een derde kind zal op dezelfde leeftijd niet minder eten dan een eerste kind. Het inschrijvingsgeld aan universiteit of hogeschool vermindert ook niet voor een derde kind t.a.v. een eerste. Daarom denken wij dat een gelijke basiskinderbijslag per kind, ongeacht zijn rang, het meest billijk is. Grote gezinnen mogen er echter niet op achteruit gaan. 3. Grote gezinnen mogen niet achteruit gaan t.a.v. hun huidige kinderbijslagbedragen Als het nieuwe kinderbijslagstelsel zich zou beperken tot gelijke basiskinderbijslag voor elk kind, heeft dat ongewenste consequenties voor grote gezinnen. In een vereenvoudigd eenheidsstelsel met een basiskinderbijslag die zich niet situeert rond de 90% van het huidige basisbedrag van het kind in derde rang (momenteel 249,41 euro) zullen grote gezinnen er altijd op achteruit gaan. Hoewel de dekkingsgraad van de huidige kinderbijslagen toeneemt naarmate het gezin meer kinderen telt, verhoogt immers ook het absolute bedrag dat grote gezinnen bovenop de kinderbijslag moeten toeleggen in de opvoedingskost van hun kinderen toe naarmate er meer kinderen zijn. Bij grotere gezinnen ligt ook vaak de tewerkstellingsgraad van de ouders (en dus ook 14

15 het beschikbaar gezinsinkomen) lager, omdat er meer tijd nodig is voor gezins- en opvoedingstaken. De Gezinsbond verzet zich tegen een degressieve basiskinderbijslag naargelang de rang, waarbij de basiskinderbijslag afneemt naarmate de rang van de kinderen verhoogt. Dat vinden wij geen goed voorstel omdat grote gezinnen er altijd op zouden achteruit gaan. Simulaties met het Mefisto-model van Flemosi tonen aan dat raken aan de rangregeling door de rangtoeslagen (hogere basiskinderbijslag volgens rang) af te schaffen zonder belangrijke compensaties leidt tot een sterk en significant verhoogd armoederisico voor grote gezinnen met 3 of meer kinderen, die in Vlaanderen toch 14,42% van alle kinderbijslagtrekkende gezinnen uitmaken en in Brussel zelfs 20,62%. 4. Kinderbijslagen (basiskinderbijslag én leeftijdsbijslagen op 6, 12 en 18 jaar samen) dekken op elke leeftijd minstens de helft van de minimumkost van een kind Omdat de huidige kinderbijslagen onvoldoende de minimumkosten dekken, pleit de Gezinsbond er voor dat de kinderbijslagbedragen onmiddellijk bij de aanvang van de Vlaamse en Brusselse kinderbijslagstelsels op elke leeftijd van een kind minstens de helft van de minimumkosten dekken. Daarom blijven leeftijdsbijslagen noodzakelijk omdat kinderen meer kosten naarmate ze ouder worden. Wij pleiten daarom voor het behoud van leeftijdsbijslagen op de huidige scharnierleeftijden: 6, 12 en 18 jaar. De huidige leeftijdsbijslagen compenseren de meerkost door het ouder worden van kinderen echter onvoldoende omdat de bedragen te laag zijn en niet welvaartsvast. Wij stellen primordiaal voor: de halvering van de leeftijdsbijslag voor het eerste kind weg te werken (extra budget geraamd op 103 miljoen euro op basis van het Mefisto-simulatiemodel van Flemosi), en de leeftijdsbijslag op 18 jaar te verhogen. 5. Substantiële universele kinderbijslag ongeacht het gezinsinkomen, aangevuld met toeslagen voor sociale correcties Voor de Gezinsbond is het universele karakter van de kinderbijslagen primordiaal. Er mogen geen kinderen uitgesloten worden zodat elk kind recht heeft op kinderbijslag. De Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen moeten prioritair een universeel recht blijven ongeacht het gezinsinkomen. Onze argumenten: kinderbijslag als recht van het kind; gelijkheidsprincipe: elk kind is gelijk; selectiviteit leidt tot belangrijke niet opname of onderbenutting van de toegekende bedragen; inkomensfiscaliteit houdt geen rekening met beschikbaar inkomen; uitsluiting van hoge(re) inkomens ondermijnt op termijn de solidariteit tussen gezinnen; selectiviteit op basis van het inkomen van ouders kan leiden tot werkloosheidsval; selectiviteit vergt veel middelen aan administratie, opvolging en controle van het voldoen aan de voorwaarden, 15

16 kinderbijslag is geen inkomensvervangende maatregel, en selectieve maatregelen stigmatiseren doelgroepen. De universele kinderbijslag moet bestaan uit een substantiële basiskinderbijslag aangevuld met leeftijdsbijslagen op de huidige scharnierleeftijden van 6, 12 en 18 jaar. Deze substantiële universele sokkel mag aangevuld worden met toeslagen voor sociale correcties. Wij verwerpen inkomensselectiviteit als uitsluitingsvoorwaarde, maar aanvaarden een beperkte inkomensselectiviteit toekenningscriterium voor sociale toeslagen. 6. Welvaartsvaste kinderbijslagen De Gezinsbond vraagt dringend bedragen van de kinderbijslagen die welvaartvast zijn. Kinderbijslagen moeten hun koopkracht behouden ten aanzien van het loonpeil. De indexatie aan de hand van de spilindexoverschrijdingen zijn ontoereikend om de koopkracht van gezinnen met kinderen te garanderen. Als de kinderbijslagen welvaartsvast zouden zijn, zou de Belgische kinderarmoede niet 17% maar slechts 14% bedragen. 7. Toeslagen voor sociale correcties voor lage inkomensgezinnen, te financieren met extra middelen en niet ten koste de universele sokkel Inkomensselectiviteit is geen goed criterium om te bepalen welke gezinnen de kinderbijslag 'niet nodig' hebben, maar het inkomen is wel een goede parameter om te bepalen wie er wél iets extra nodig heeft. Elk gezin dat een inkomen heeft onder de armoederisicodrempel moet in aanmerking komen voor een sociale toeslag. Vandaag gebeurt de selectiviteit in de kinderbijslag uitsluitend op basis van het (sociale) statuut van de rechtgevende ouder (alleenstaande ouder, langdurig werkloos, langdurig ziek, invaliditeit of pensioen) of het bruto maandinkomen van het gezin (sociale toeslagen) of van de alleenstaande ouder (eenoudertoeslag) bij wie de kinderen verblijven. Er wordt nu niet gekeken naar het effectief beschikbare inkomen (het netto inkomen dat overblijft na socialezekerheidsbijdragen, inkomensbelastingen en andere vaste lasten), zodat ouders met een hoger bruto inkomen dan het geldende inkomensplafond maar met hoge uitgaven door zware ziekte of handicap of met zware afbetalingen als gevolg van (overmatige) schuldenlast naast de eenoudertoeslag en andere sociale toeslagen grijpen. Bovendien bestaan er geen betrouwbare cijfers over de beschikbare inkomens van gezinnen. Om alle gezinnen te bereiken ongeacht hun bruto inkomen en ongeacht hun beschikbaar inkomen, bepleit de Gezinsbond het universele karakter van de kinderbijslagen. Wij stellen in dit verband voor om af te stappen van de huidige categoriale selectiviteit voor de sociale toeslagen en pleit er voor om sociale correcties toe te kennen aan àlle gezinnen met een gezinsinkomen onder de armoederisicodrempel. Ook voor de toekenning van sociale toeslagen moet het stelsel eenduidiger worden en geen onderscheid maken op basis van statuten. 16

17 De uitbreiding van de sociale toeslagen mag voor ons niet ten koste gaan van de gezinnen die de gewone kinderbijslagen ontvangen. Om de meerkost van meer doeltreffende sociale correcties te financieren, moeten Vlaanderen en Brussel extra middelen aanspreken. Dit kan via een verhoging van het budget voor armoedebestrijding, maar niet via een heroriëntering van het bestaande budget voor armoedebestrijding. Naast de kinderbijslagen moeten Vlaanderen en Brussel via andere en bestaande kanalen met selectieve en inkomensgekoppelde maatregelen blijven tussenkomen in kinderopvang, onderwijs, gezondheidszorg (o.a. maximumfactuur) en huisvesting voor gezinnen met kinderen. Kinderbijslagen blijven de belangrijkste overheidstegemoetkoming in de opvoedingskosten zelf. Meer onderscheid in de bedragen van kinderbijslagen is voor de Gezinsbond alleen verantwoord op basis van elementen eigen aan het kind zelf, zoals leeftijd, handicap of extra zorgnood. Oudere kinderen kosten immers meer dan jongere kinderen. Daarom verdienen ze een hogere kinderbijslag, bijvoorbeeld in de vorm van een leeftijdsbijslag. Kinderen met een handicap of een extra zorgnood vragen meer inspanningen van hun ouders in budget en/of in tijd. Deze kinderen hebben recht op een extra ondersteuning, bijvoorbeeld via de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap of een zware aandoening. 8. Verhoogde kinderbijslagen voor kinderen met een handicap overhevelen naar en integreren in het beleid voor personen met een handicap, waar het recht op een extra tegemoetkoming moet verankerd worden zodat gezinnen met kinderen met een handicap er niet op achteruit gaan ten aanzien van de bedragen die ze vandaag krijgen. De verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap/aandoening heeft als doel ouders te vergoeden voor de 'meer' inspanningen die zij moeten leveren om hun kind met een handicap zo goed mogelijk te laten participeren aan de samenleving. Niet alleen kinderen met een zware handicap, maar ook kinderen met een lichtere handicap krijgen een verhoogde kinderbijslag (bijvoorbeeld kinderen met ADHD of leerstoornissen). Het bedrag van de verhoogde kinderbijslag is gedifferentieerd (9 verschillende niveaus) en schommelt naargelang de zwaarte van de handicap/ aandoening momenteel tussen 79,17 euro en 527,80 euro. Om toegang te krijgen tot het systeem moet een kind minstens 6 punten bekomen in de medisch-sociale schaal of een medische ongeschiktheid hebben van minstens 66%. Dankzij de goede samenwerking van de Gezinsbond met de toenmalige minister van Sociale Zaken, is het stelsel van de verhoogde kinderbijslag in 2003 hervormd tot een meer doelmatig systeem. De belangrijkste vooruitgang was daarin de afschaffing van de alles-of-niets hakbijl van de 66% medische ongeschiktheid als toegang tot het systeem en de meer gedifferentieerde bedragen zodat ook kinderen met een lichtere handicap/aandoening in aanmerking komen voor een weliswaar lagere toeslag. 17

18 Om het Vlaamse en Brusselse kinderbijslagstelsel sterk te vereenvoudigen, pleit de Gezinsbond er voor om het stelsel van de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap over te hevelen naar het handicapbeleid. Daarmee volgen wij de visie van professor Frank Vandenbroucke, als voormalig federaal minister van Sociale Zaken en de architect van het in 2003 hervormde stelsel voor verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap. De gedifferentieerde bedragen in de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap liggen immers aan de basis van 700 van de 760 verschillende kinderbijslagbedragen in ons huidig kinderbijslagstelsel. Binnen het handicapbeleid passen deze verhoogde kinderbijslagen beter in de logica van het persoonsgebonden budget (PGB). De Gezinsbond vindt de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap/aandoening zeker legitiem en pleit er dan ook voor om dat recht te verankeren in het handicapbeleid zodat de extra lasten voor kinderen met een beperking voldoende worden gewaardeerd. Deze kinderen hebben immers recht op een extra tegemoetkoming omdat er duidelijk sprake is van een hogere zorgnood eigen aan het kind en dat zijzelf én hun ouders meer inspanningen moeten leveren om hen te laten deelnemen aan onze maatschappij. De verhoogde kinderbijslag is voldoende afgestemd op andere steunmaatregelen voor kinderen met een handicap, maar niet omgekeerd. De Gezinsbond pleit er al lang voor dat het toegangscriterium op basis van de score op de medisch-sociale schaal uit de verhoogde kinderbijslag moet doorgetrokken worden naar andere tegemoetkomingen voor kinderen met een handicap. Zo beperkt de dubbeltelling van een kind met een handicap als kind ten laste in de personenbelastingen zich nog altijd tot de alles-of-niets hakbijl van de 66% medische ongeschiktheid. Ook in de fiscaliteit moet de score op de medische-sociale schaal bepalend worden om als kind ten laste dubbel te tellen. De Gezinsbond vindt het niet opportuun dat de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap/aandoening zou worden geïntegreerd in de zorgverzekering voor kinderen met een beperkte zelfredzaamheid omdat beide andere doelstellingen voor ogen hebben. De zorgverzekering heeft als doel tussen te komen in de kosten van nietmedische zorg voor kinderen met een handicap. De tussenkomst van de zorgverzekering is een forfaitair bedrag van 130 euro per maand. De tussenkomst binnen de zorgverzekering is beperkt tot zwaar zorgbehoevende kinderen (minstens 66 % medische ongeschiktheid én minstens 7 punten inzake zelfredzaamheid of minstens 18 punten op de medisch-sociale schaal die van toepassing is in de verhoogde kinderbijslag). 9. Wezen mogen niet achteruit gaan t.a.v. hun huidige kinderbijslagbedragen Wezen bevinden zich ongetwijfeld in een behartenswaardige situatie, zeker als de overlevende ouder een laag inkomen heeft. Wezen zijn de enige kinderen die in het huidige federale kinderbijslagstelsel een kinderbijslag krijgen die bijna de minimumkosten van kinderen benadert. Het basisbedrag aan weesbijslag bedraagt vandaag immers 346,82 euro en wordt aangevuld met de volledige leeftijdsbijslagen ook voor het 1 ste kind. De Gezinsbond vindt dat een goede maatregel en stelt deze niet in vraag. 18

19 De wezenbijslag moet dus zeker behouden blijven in de nieuwe Vlaamse en Brusselse kinderbijslagstelsels. 10. Inspraak van de Gezinsbond in de Vlaamse en Brusselse beheersorganen Net zoals vandaag in de federale kinderbijslagstelsels het geval is, moet de Gezinsbond in de Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen inspraak krijgen in de beheersorganen die bevoegd worden voor de normering en het beheer van de nieuwe kinderbijslagstelsels. Voorstellen van de Gezinsbond voor een doeltreffende overheveling De Gezinsbond heeft enkele voorstellen die moeten gerealiseerd worden vóór de bevoegdheid over de kinderbijslagen op 1 juli 2014 wordt overgeheveld van het federale niveau naar de Gemeenschappen en de GGC. Inschrijving recht op kinderbijslag in de Grondwet Het voortraject van de zesde staatshervorming voorziet vóór de overheveling van de bevoegdheid over de kinderbijslagen van het federale niveau naar de gemeenschappen de inschrijving van het recht op kinderbijslag in de Grondwet. Dat het recht op kinderbijslag op een algemene wijze zal ingeschreven worden in de Grondwet vinden wij een goede zaak. Deze verankering van het recht op kinderbijslag in de Grondwet garandeert dat de gemeenschappen na de bevoegdheidsoverdracht de kinderbijslag behouden én niet mogen afschaffen, maar garandeert niets over het niveau van het bedrag en de middelen. De Grondwet bevat in principe alleen maar algemene rechten en geen specifieke modaliteiten van die rechten. De inschrijving in de Grondwet garandeert bijgevolg niet dat de huidige budgetten minstens behouden blijven en verhindert de gemeenschappen niet om een deel van de huidige budgetten aan te wenden voor andere maatregelen dan kinderbijslagen. Vanuit zijn visie dat kinderbijslag een recht van het kind is, stelt de Gezinsbond voor het recht op kinderbijslag in te schrijven onder een nieuw zesde lid van artikel 22bis, dat momenteel de rechten van kinderen bundelt en niet in artikel 23, lid 2, 2, dat de rechten op sociale zekerheid bevat. Gelijke kinderbijslagen voor zelfstandigen en werknemers/ambtenaren De zesde staatshervorming voorziet dat voorafgaandelijk aan de overheveling van de bevoegdheid over de kinderbijslagen van het federale niveau naar de Gemeenschappen, de federale regering de kinderbijslagen van zelfstandigen en werknemers zal gelijkschakelen. De Gezinsbond stelt voor dat deze gelijkschakeling gebeurt op niveau van de werknemers en niet op niveau van de zelfstandigen. Voor ons moeten de bedragen, maar ook de toekenningsregels volledig uniform worden voor alle kinderbijslagstelsels ongeacht het beroepsstatuut van de ouder(s). 19

20 Volledig budget overhevelen De federale regering berekende dat het totale budget van alle Belgische kinderbijslagstelsels samen, in de basisteksten van de zesde staatshervorming geraamd op 5,8 miljard, op 1 januari 2013 in totaal 6,4 miljard bedroeg. Dat bedrag wordt voor begrotingsjaar 2015 volledig overgeheveld. Het overgehevelde houdt dus geen rekening met de besparingen die de federale regering nog doorvoerde in de zomer van 2013 op de schoolpremie en de verworven rechten voor de leeftijdsbijslag voor het oudste kind dat geboren is tussen 1 januari 1985 en 31 december De middelen van die besparing geraamd op 62,5 miljoen euro in 2014 worden mee overgeheveld. Ook de 215 miljoen administratie- en betalingskosten worden overgeheveld. De totale kinderbijslagenveloppe wordt onder de gemeenschappen en de GGC verdeeld volgens de demografische verdeelsleutel van het aantal 0 tot en met 18-jarigen op het grondgebied. De Gezinsbond blijft er voor pleiten dat de federale regering daadwerkelijk het volledige budget voor kinderbijslagen (6,4 miljard euro) overhevelt naar de Gemeenschappen, zodat deze zonder handicap aan de hervorming van hun eigen kinderbijslagstel kunnen beginnen. Dat betekent dat de federale regering niet mag besparen op het over te hevelen kinderbijslagbudget. De bevoegdheidsoverdracht mag geen besparingsronde worden op gezinnen met kinderen. Ook werkings- en betaalkosten overhevelen De totale kost van het administratief beheer en de uitbetaling van de kinderbijslagen wordt in het voorstel van bijzondere wet tot hervorming van de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, tot uitbreiding van de fiscale autonomie van de gewesten en tot financiering van de nieuwe bevoegdheden geraamd op bijna 215 miljoen euro. De Gezinsbond vraagt met aandrang aan de federale regering om ook deze werkings- en betaalkosten over te hevelen naar de gemeenschappen. De gemeenschappen en Brussel moeten immers ook hun aandeel in deze werkingskosten krijgen om hun kinderbijslagen te kunnen beheren en uitbetalen. Ook reserves van FCUD overhevelen Het Fonds voor Collectieve Uitrusting en Diensten (FCUD) wordt opgeheven en de middelen worden verdeeld over de Gemeenschappen. Over de juiste verdeling van deze middelen over de gemeenschappen, schept de tekst van het Vlinderakkoord echter geen duidelijkheid. Deze middelen worden in het Institutioneel akkoord geraamd op 77,6 miljoen euro. Over de reserves die het FCUD opbouwde, 35 miljoen euro, beantwoordende aan de middelen die daadwerkelijk toegekend zijn door de bijzondere Ministerraad van 20 en 21 maart 2004 in Oostende, aangevuld met de rente en met de 5 miljoen euro schuldvorderingen op kinderdagverblijven (hypothecaire leningen uit het verleden) worden in de nota niet vermeld. 20

Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen

Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Troonstraat 125 1050 Brussel Tel. 02 507 88 77 studiedienst@gezinsbond.be www.gezinsbond.be/gezinspolitiek Januari 2014 Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Samenvatting standpunt van de Gezinsbond De

Nadere informatie

Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen

Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Troonstraat 125 1050 Brussel Tel. 02 507 88 77 studiedienst@gezinsbond.be www.gezinsbond.be/gezinspolitiek Januari 2014 Vlaamse en Brusselse kinderbijslagen Standpunt van de Gezinsbond Inleiding p. 2 De

Nadere informatie

Meer weten over kinderbijslagen

Meer weten over kinderbijslagen Troonstraat 125-1050 Brussel Tel. 02 507 89 37 - studiedienst@gezinsbond.be Meer weten over kinderbijslagen 1. Waarvoor dient de kinderbijslag? De kinderbijslag is een tussenkomst van de overheid om deels

Nadere informatie

De nieuwe Vlaamse kinderbijslag. Een beknopte voorstelling

De nieuwe Vlaamse kinderbijslag. Een beknopte voorstelling De nieuwe Vlaamse kinderbijslag Een beknopte voorstelling Vlaamse kinderbijslag vanaf 2019 Recht van het kind geen band meer met beroepsstatuut van ouder(s) vrije keuze van uitbetalingsinstelling publieke

Nadere informatie

Verzoekschrift over het behoud van leeftijdsbijslagen in het hervormde Vlaamse gezinsbijslagstelsel

Verzoekschrift over het behoud van leeftijdsbijslagen in het hervormde Vlaamse gezinsbijslagstelsel Verzoekschrift over het behoud van leeftijdsbijslagen in het hervormde Vlaamse gezinsbijslagstelsel Vlaams Parlement, Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin woensdag 20 april 2016 Hoorzitting

Nadere informatie

Nota Vlaamse Regionale Analyse: De Vlaamse regering bereikt een akkoord over de hervorming van de kinderbijslag

Nota Vlaamse Regionale Analyse: De Vlaamse regering bereikt een akkoord over de hervorming van de kinderbijslag Nota Vlaamse Regionale Analyse: De Vlaamse regering bereikt een akkoord over de hervorming van de kinderbijslag De Vlaamse regering hakte uiteindelijk de knoop door over de hervorming van de Vlaamse kinderbijslag.

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG 2017/1

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG 2017/1 A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 103,04 (Basis 2013 = 100) van toepassing op 01/06/2017 Aanpassing van het barema aan de nieuwe spilindex I. BASISKINDERBIJSLAGEN 1. GEWONE KINDERBIJSLAG

Nadere informatie

Kinderarmoede, de erosie van de kinderbijslagen en de staatshervorming

Kinderarmoede, de erosie van de kinderbijslagen en de staatshervorming Kinderarmoede, de erosie van de kinderbijslagen en de staatshervorming Bea Cantillon, Universiteit Antwerpen, Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck De evolutie van de kinderarmoede Functies en belang

Nadere informatie

Conceptnota: Voor elk kind en elk gezin een groeipakket op maat

Conceptnota: Voor elk kind en elk gezin een groeipakket op maat Conceptnota: Voor elk kind en elk gezin een groeipakket op maat Evaluatie Gezinsbond Yves Coemans - studiedienst Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hoorzitting woensdag 4 oktober 2017 Onvoorwaardelijk

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 5 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 119,62 (Basis 2004 = 100) van toepassing op 01/07/2014 Aanpassingen: 1. Aanpassing van de grensbedragen voor de inkomsten

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG 2017/1

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG 2017/1 A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Voor de kinderbijslagbedragen is de spilindex 101,02 (Basis 2013 = 100) van toepassing vanaf 01/06/2016. De grensbedragen voor de bestaansmiddelen zijn aangepast vanaf 01/06/2017

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016

STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 30 JUNI 2016 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 3 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 101,02 (Basis 2013 = 100) van toepassing op 01/06/2016 Aanpassing van het barema aan de nieuwe spilindex I. BASISKINDERBIJSLAGEN 1. GEWONE KINDERBIJSLAG

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 105,10 (Basis 2013 = 100) van toepassing op 01/09/2018 Aanpassing aan de nieuwe spilindexen I. BASISKINDERBIJSLAGEN 1. GEWONE KINDERBIJSLAG (1) 1ste

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 119,62 (Basis 2004 = 100) van toepassing op 01/07/2015 Aanpassing: Aanpassing van de grensbedragen voor de inkomsten of sociale

Nadere informatie

Groeipakket geeft vliegende start aan jonge gezinnen

Groeipakket geeft vliegende start aan jonge gezinnen PERSMEDEDELING VAN JO VANDEURZEN, VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN 28/05/2016 Groeipakket geeft vliegende start aan jonge gezinnen De Vlaamse Regering heeft vandaag het concept voor

Nadere informatie

Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing. RKW - Studiedag 29 maart 2012

Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing. RKW - Studiedag 29 maart 2012 Situatie van de kinderbijslag aan de vooravond van de splitsing RKW - Studiedag 29 maart 2012 Splitsing volgens de 6e staatshervorming 2 - Overdracht van de bevoegdheid aan de gemeenschappen Voor Brussel:

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR KINDERBIJSLAG DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 1ste SEMESTER 2015 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 151 30.06.2015 Verantwoordelijk uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor

Nadere informatie

Gezinsbijslag in 15 vragen

Gezinsbijslag in 15 vragen Gezinsbijslag in 15 vragen 1. Wat is gezinsbijslag? Gezinsbijslag omvat: - het kraamgeld dat eenmalig wordt uitbetaald bij de geboorte - de adoptiepremie die eenmaal wordt uitbetaald bij de adoptie - de

Nadere informatie

Wie jong is, wordt getroffen. Wie kinderen heeft, wordt getroffen

Wie jong is, wordt getroffen. Wie kinderen heeft, wordt getroffen Naast de federale besparingen mogen we natuurlijk niet vergeten wat er op Vlaams niveau op ons af komt. Wie verwacht dat de Vlaamse regering Bourgeois I de wonden van de federale besparingen zalft, komt

Nadere informatie

Groeipakket, de nieuwe, Vlaamse kinderbijslag

Groeipakket, de nieuwe, Vlaamse kinderbijslag Van kinderbijslag tot Groeipakket Voor een sterke ondersteuning van jonge gezinnen Precies een jaar na de presentatie van de conceptnota voor een nieuwe, Vlaamse kinderbijslag gaf de Vlaamse Regering vandaag

Nadere informatie

Akkoord. over uitgangspunten voor de hervorming naar een Vlaamse kinderbijslag. Brussel, 16 maart 2015

Akkoord. over uitgangspunten voor de hervorming naar een Vlaamse kinderbijslag. Brussel, 16 maart 2015 Akkoord over uitgangspunten voor de hervorming naar een Vlaamse kinderbijslag Brussel, 16 maart 2015 SERV_20150316_Akkoord_uitgangspunten_kinderbijslag Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat

Nadere informatie

1. Grootste groep gezinnen gaat er op vooruit

1. Grootste groep gezinnen gaat er op vooruit Wat zegt sp.a over de kinderbijslag De kinderbijslag wordt straks een Vlaamse bevoegdheid. We willen een sterk vereenvoudigd systeem van kinderbijslag waarbij elk kind hetzelfde bedrag krijgt, onafhankelijk

Nadere informatie

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG Barema Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1ste geboorte 2de geboorte en elk der volgende Elk kind uit een meerlingenzwangerschap 1.223,11 920,25

Nadere informatie

Winnaars en verliezers van de nieuwe kinderbijslag.

Winnaars en verliezers van de nieuwe kinderbijslag. Winnaars en verliezers van de nieuwe kinderbijslag. Julie Vinck en Bea Cantillon Maart 2019 Deze tekst verscheen als artikel bij www.sampol.be (samenleving en politiek magazine) D/2019/6104/06 Winnaars

Nadere informatie

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG

Barema. Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG Barema Kinderbijslag voor werknemers KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1 ste geboorte 1.223,11 2 de geboorte en elk der volgende 920,25 Elk kind uit een meerlingenzwangerschap

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 7 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

Bedragen kinderbijslag

Bedragen kinderbijslag Bedragen kinderbijslag 1/06/2016 KINDERBIJSLAG 1. BASISBEDRAGEN 1.1 Premies Eénmalig KRAAMGELD 1ste geboorte 2de geboorte en elk der volgende Elk kind uit een meerlingenzwangerschap 1.247,58 938,66 1.247,58

Nadere informatie

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2 BBZ Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte

Nadere informatie

Eenoudergezinnen en de kinderbijslag

Eenoudergezinnen en de kinderbijslag Eenoudergezinnen en de kinderbijslag Focus: 2017-1 Bijna één op vijf of meer dan 540.000 kinderen met recht op Belgische kinderbijslag groeit op in een eenoudergezin. Meer dan de helft van deze kinderen

Nadere informatie

VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN

VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN !ALGEMEEN rn5eheers(çomite VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30 december 1992 Jan Jacobsplein,6 1000 Brussel Tel. : 02 546 43 40 Fax :02 546 21 53 ABC ADVIES 2011/04 erratum

Nadere informatie

Bijlage bij bericht 6 H-HR/ e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522. Uitreiking: typelijst 25/003

Bijlage bij bericht 6 H-HR/ e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522. Uitreiking: typelijst 25/003 Bijlage bij bericht 6 H-HR/2007 71e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522 Uitreiking: typelijst 25/003 Reserve: 20 ex BEDRAGEN VAN DE GEZINSPRESTATIES TOEPASSELIJK VANAF 01.10.2006 Spilindex Coëfficiënt van de

Nadere informatie

Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening.

Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening. Een overzicht per entiteit van de kinderbijslag voor kinderen met een aandoening. Focus: 2016 3 Sinds 50 jaar wordt een bijkomende bijslag voorzien voor kinderen met een aandoening. In de loop van de jaren

Nadere informatie

Kinderarmoede in het Brussels Gewest

Kinderarmoede in het Brussels Gewest OBSERVATOIRE DE LA SANTÉ ET DU SOCIAL BRUXELLES OBSERVATORIUM VOOR GEZONDHEID EN WELZIJN BRUSSEL Senaat hoorzitting 11 mei 2015 Kinderarmoede in het Brussels Gewest www.observatbru.be DIMENSIES VAN ARMOEDE

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België

Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte

Nadere informatie

GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING

GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING Met het Groeipakket wil Vlaanderen maximale kansen bieden aan elk kind in elk gezin de integratie van elk kind in de samenleving bevorderen ouders maximaal stimuleren

Nadere informatie

VR DOC.0085/1

VR DOC.0085/1 VR 2017 0302 DOC.0085/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest,

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

Bijlage bij bericht 6 H-HR/ e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522. Uitreiking: typelijst 25/003

Bijlage bij bericht 6 H-HR/ e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522. Uitreiking: typelijst 25/003 Bijlage bij bericht 6 H-HR/2007 70e bijvoegsel bij ARPS-Bundel 522 Uitreiking: typelijst 25/003 Reserve: 20 ex BEDRAGEN VAN DE GEZINSPRESTATIES TOEPASSELIJK VANAF 01.05.2006 TOT 30.09.2006 Spilindex Coëfficiënt

Nadere informatie

Vlaamse kinderbijslag Evaluatie van de Gezinsbond

Vlaamse kinderbijslag Evaluatie van de Gezinsbond Vlaamse kinderbijslag Evaluatie van de Gezinsbond september 2016 1. Belangrijke positieve en negatieve elementen van de hervorming Op zaterdag 4 juni 2016 bereikte de Vlaamse regering een akkoord over

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40) eerste kind 86,77

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 31 juli 2017 tussen de Vlaamse

Nadere informatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2013/3 over de overdracht van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) naar Vlaanderen Vlaamse Ouderenraad vzw 18 december 2013 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel

Nadere informatie

Algemene inhoud. DEEL 1 Inkomens 1. DEEL 2 Fiscaal 43

Algemene inhoud. DEEL 1 Inkomens 1. DEEL 2 Fiscaal 43 Algemene inhoud DEEL 1 Inkomens 1 1. Overzicht actuele wetgeving 1 2. Inkomen, sociale zekerheid of sociale bijstand 3 3. Tegemoetkomingen aan personen met een handicap 4 3.1. Toelichting over de regelgeving

Nadere informatie

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS 2011-1 De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26 48 Fax: 02-237 24 35 E-mail:

Nadere informatie

!ALGEMEEN rn3eheers(çomite

!ALGEMEEN rn3eheers(çomite !ALGEMEEN rn3eheers(çomite VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30 december 1992 Jan Jacobsplein, 6 1 000 Brussel Tei.:02 54643 40 Fax :02 546 21 53 ABC ADVIES 2011/04 Brussel,

Nadere informatie

ONS ENGAGEMENT VOOR UW TOEKOMST ONTCIJFERD

ONS ENGAGEMENT VOOR UW TOEKOMST ONTCIJFERD ONS ENGAGEMENT VOOR UW TOEKOMST ONTCIJFERD UW TOEKOMST ONTCIJFERD we creëren sociale welvaart met vier bouwstenen 1 meer jobs 2 stijgende koopkracht 3 sociale zekerheid voor iedereen 4 een toekomst voor

Nadere informatie

GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING

GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING GROEIPAKKET VLAANDEREN - INLEIDING Met het Groeipakket wil Vlaanderen maximale kansen bieden aan elk kind in elk gezin de integratie van elk kind in de samenleving bevorderen ouders maximaal stimuleren

Nadere informatie

FISC brief 1: provisionele ambtshalve beslissing tot toekenning

FISC brief 1: provisionele ambtshalve beslissing tot toekenning FISC brief 1: provisionele ambtshalve beslissing tot toekenning Volgens onze gegevens is X / bent u sinds... zes maanden werkloos / ziek. is X sinds... gepensioneerd. ontvangt X / u sinds... een overbruggingsuitkering

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 31 juli 2017 tussen de Vlaamse Gemeenschap,

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

ISLGEMEEN E3EHEERSOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN

ISLGEMEEN E3EHEERSOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN ISLGEMEEN E3EHEERSOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30december1992 Brussel, 18mei2017 Advies 2017109 Uitgebracht op eigen initiatief Artikel 109 van de wet van 30december1992

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Geografische spreiding van de kinderbijslag 2011 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat

Nadere informatie

Een Groeipakket op maat voor elk kind in elk gezin

Een Groeipakket op maat voor elk kind in elk gezin Een Groeipakket op maat voor elk kind in elk gezin EEN GROEIPAKKET OP MAAT VOOR ELK KIND IN ELK GEZIN De kinderbijslag heet vanaf nu het Groeipakket. Vanaf 2019 krijgt elk kind een eigen Groeipakket met

Nadere informatie

Meer rechtvaardigheid. voor meer kinderen. Uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid

Meer rechtvaardigheid. voor meer kinderen. Uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid Meer rechtvaardigheid voor meer kinderen Uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid Voor algemene informatie kan je terecht op het gratis telefoonnummer 0800.94.434 van de RKW. Voor

Nadere informatie

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus.

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus. Gepubliceerd op Wikifin (https://www.wikifin.be) Wat is de woonbonus? Wie een hypothecaire lening afsluit om een woning te kopen of bouwen, kan vaak genieten van bepaalde belastingvoordelen gekoppeld aan

Nadere informatie

Initiatiefadvies. Het toekomstige kinderbijslagmodel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 5 maart 2018

Initiatiefadvies. Het toekomstige kinderbijslagmodel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 5 maart 2018 Initiatiefadvies Het toekomstige kinderbijslagmodel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 5 maart 2018 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Ouderschapsverlof 12.07.2016 Rev. 31.07.2017 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst Ouderschapsverlof 12.07.2016 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of te verminderen

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2010

Nadere informatie

Juridisch bulletin. Wetgeving

Juridisch bulletin. Wetgeving Juridisch bulletin Wetgeving 2009 www.rkw.be Inhoud 1 Wetten 3 1.1 Programmawet van 22 december 2008 (Eenoudertoeslag Onmiddellijke uitwerking Kinderen met een aandoening) 3 1.2 Wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2 BBZ Cijferbijlage Wonen in België en werken in Nederland Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Ouderdom 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft

Nadere informatie

INHOUD. V. Sociale bescherming voor kinderen en hun gezin. Inleiding 1. Basisprincipes. 2. Kinderbijslag vanuit een armoedebril

INHOUD. V. Sociale bescherming voor kinderen en hun gezin. Inleiding 1. Basisprincipes. 2. Kinderbijslag vanuit een armoedebril INHOUD V. Sociale bescherming voor kinderen en hun gezin Inleiding 1. Basisprincipes 1.1. Horizontale solidariteit 1.2. Verticale solidariteit 1.3. Gewaarborgde kinderbijslag 2. Kinderbijslag vanuit een

Nadere informatie

Op Stapel april Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Op Stapel april Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel Op Stapel 2016-04 18 april 2016 18-04-2016 Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai 36 1000 Brussel In de rubriek Op Stapel geven de collega s van de afdeling Onderwijsorganisatie

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 142 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR KINDERBIJSLAG DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 2 DE SEMESTER 2014

FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR KINDERBIJSLAG DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 2 DE SEMESTER 2014 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR KINDERBIJSLAG DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN 2 DE SEMESTER 2014 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 150 Verantwoordelijk uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen,

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013

DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2013 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN N 148 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

12 september Groeipakket Vlaanderen

12 september Groeipakket Vlaanderen 12 september 2018 Groeipakket Vlaanderen VLAANDEREN KIEST MET HET GROEIPAKKET VOOR: Het recht van het kind geen socio-professioneel karakter meer voldoende hoog basisbedrag voor nieuwe gezinnen (ondersteuning

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 62.867/1 van 14 februari 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 1987 tot uitvoering van

Nadere informatie

Het Groeipakket. voor elk kind in elk gezin

Het Groeipakket. voor elk kind in elk gezin Het Groeipakket voor elk kind in elk gezin Een stevige start voor jonge gezinnen (Kinder)armoede bestrijden Vereenvoudiging Recht van het kind Gelijkwaardig: want niet alle kinderen starten gelijk Zorgzame

Nadere informatie

Nieuwe uitkeringen vanaf 1 mei 2011

Nieuwe uitkeringen vanaf 1 mei 2011 Nieuwe uitkeringen vanaf 1 mei 2011 Door de overschrijding van de index worden de bedragen van de sociale uitkeringen opnieuw aangepast. De bedragen zijn geldig vanaf 1 mei 2011. 1. KINDERBIJSLAGEN Gewone

Nadere informatie

Nr. Situatie Recht op toeslag voor eenoudergezinnen

Nr. Situatie Recht op toeslag voor eenoudergezinnen Programmawet (1) van 27 april 2007 - Maatregelen voor de eenoudergezinnen - Voorbeelden Eenoudergezinnen die enkel de gewone schaal ontvangen: specifieke toeslag van 20 EUR 1. Een koppel gaat gescheiden

Nadere informatie

FOCUS De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010

FOCUS De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010 FOCUS 2011-2 De evolutie van gemiddelde maandelijkse kinderbijslag in het stelsel voor werknemers van 1997 tot 2010 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237

Nadere informatie

Om tot een realistisch beeld te komen van de gezinsinkomsten

Om tot een realistisch beeld te komen van de gezinsinkomsten WETSVOORSTEL tot wijziging van de regelgeving met het oog op het optrekken van de uitkeringen voor gezinnen tot op niveau van de Europese armoededrempel Toelichting Dames en heren, Développements Mesdames,

Nadere informatie

Het Groeipakket. voor elk kind in elk gezin

Het Groeipakket. voor elk kind in elk gezin Het Groeipakket voor elk kind in elk gezin Een stevige start voor jonge gezinnen (Kinder)armoede bestrijden Vereenvoudiging Recht van het kind Gelijkwaardig: want niet alle kinderen starten gelijk Zorgzame

Nadere informatie

AANVRAAG OM TOESLAG. KidsLife Vlaanderen, Sint-Clarastraat 48, 8000 Brugge T: M:

AANVRAAG OM TOESLAG. KidsLife Vlaanderen, Sint-Clarastraat 48, 8000 Brugge T: M: AANVRAAG OM TOESLAG Met het bijgevoegde formulier kun je aangeven dat je gezins onder de sgrens ligt voor een periode van minstens zes opeenvolgende maanden De periode die je aangeeft kan ten vroegste

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET HOUDENDE INSTEMMING MET HET SAMENWERKINGSAKKOORD VAN XXX TUSSEN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP, DE FRANSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE BETREFFENDE HET

Nadere informatie

Met dit formulier kun je als je met je gezin in België woont een toeslag op de kinderbijslag aanvragen als:

Met dit formulier kun je als je met je gezin in België woont een toeslag op de kinderbijslag aanvragen als: Model S Mevrouw Mijnheer Met dit formulier kun je als je met je gezin in België woont een toeslag op de kinderbijslag aanvragen als: - langdurig werkloze (ten minste 6 maanden), - zieke (ten minste 6 maanden),

Nadere informatie

Tewerkstellingssteun in het Brussels Gewest: 255 miljoen euro voor de Brusselaars

Tewerkstellingssteun in het Brussels Gewest: 255 miljoen euro voor de Brusselaars Persdossier 7 juni 2017 : 255 miljoen euro voor de Brusselaars Didier Gosuin Brussels Minister van Economie, Tewerkstelling en Beroepsopleiding 1 Het Brussels Gewest vereenvoudigt de tewerkstellingssteun

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over de toepassing van het gewijzigde artikel 48 KBW en de toepassing van de 240-uren norm

Vragen en antwoorden over de toepassing van het gewijzigde artikel 48 KBW en de toepassing van de 240-uren norm Vragen en antwoorden over de toepassing van het gewijzigde artikel 48 KBW en de toepassing van de 240-uren norm Ontstaan van een recht in de werknemersregeling als gevolg van een wijziging in de socio-professionele

Nadere informatie

Betreft: Toepassing van artikel 44bis KBW ingeval van plaatsing van het kind met een beschermd recht

Betreft: Toepassing van artikel 44bis KBW ingeval van plaatsing van het kind met een beschermd recht Trierstraat 70 B-1000 Brussel dienst Controle Afzender RKW Trierstraat 70 B-1000 Brussel datum 21.12.2012 uw ref. contact Peter Savat Guy Tillieux sociaal inspecteurs telefoon 02-237 21 07 02-237 23 60

Nadere informatie

(B.Vl.Reg. 20.I.1993) (B.Vl.Reg. 19.I.1994) (B.S. 27.IV.1990, err. B.S. 11.IX.1990)1

(B.Vl.Reg. 20.I.1993) (B.Vl.Reg. 19.I.1994) (B.S. 27.IV.1990, err. B.S. 11.IX.1990)1 BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 7 MAART 1990 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning, van het bedrag en van de betalingsmodaliteiten van de uitkeringen en het aanvullend loon van de gehandicapten

Nadere informatie

Juridisch bulletin.

Juridisch bulletin. Juridisch bulletin www.rkw.be Dienstvoorschriften 2009 Inhoud 1 Ministeriële omzendbrieven 3 1.1 Ministeriële omzendbrief nr. 606 van 28 april 2009 (Kinderen met een aandoening - Genetische of chromosoomaandoeningen

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2009 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 140 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2 BBZ Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte

Nadere informatie

Nieuwe maatregelen ter bestrijding van de werkloosheidsvallen, toegelicht bij CO 1362 van 16 februari 2007

Nieuwe maatregelen ter bestrijding van de werkloosheidsvallen, toegelicht bij CO 1362 van 16 februari 2007 Nieuwe maatregelen ter bestrijding van de werkloosheidsvallen, toegelicht bij CO 1362 van 16 februari 2007 Overzicht van de gestelde vragen en gegeven antwoorden Toekenning van een sociale toeslag na het

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2012 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 145 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2011 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 144 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

Bijlagen: Berekeningen, tabellen en verklaring

Bijlagen: Berekeningen, tabellen en verklaring Bijlagen: Berekeningen, tabellen en verklaring Effect van de federale en Vlaamse beleidsmaatregelen op gezinnen met een laag inkomen Uitgangspunten bij het berekenen van de effecten - Inkomens zijn verworven

Nadere informatie

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over het ontwerp van koninklijk besluit tot organisatie

Nadere informatie

De verhoogde verzekeringstegemoetkoming

De verhoogde verzekeringstegemoetkoming De verhoogde verzekeringstegemoetkoming www.lm.be Wat is de verhoogde tegemoetkoming? Je hebt een laag inkomen? Dan heb je misschien recht op de verhoogde tegemoetkoming. Dankzij de verhoogde tegemoetkoming

Nadere informatie

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2

Cijferbijlage. Inhoud Algemeen 2 BBZ Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte

Nadere informatie

Transversale aanpak (kinder-) armoede: Voor de N-VA dient de aanpak van armoede te gebeuren op een

Transversale aanpak (kinder-) armoede: Voor de N-VA dient de aanpak van armoede te gebeuren op een Antwoord van de politieke partijen op het manifest van UNICEF België: verkiezingen 2014 Vraag 3: Vrijwaar kinderen van de impact van de crisis: Hoe zal u investeringen voor kinderen in budgetten zichtbaar

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid SCSZG/18/200 BERAADSLAGING NR. 18/107 VAN 4 SEPTEMBER 2018 OVER DE ONDERLINGE UITWISSELING VAN PERSOONSGEGEVENS TUSSEN DE ORGANISATIES VAN

Nadere informatie

Aanvraag voor een toeslag op de kinderbijslag

Aanvraag voor een toeslag op de kinderbijslag Aanvraag voor een toeslag op de kinderbijslag Met dit formulier kun je als je met je gezin in België woont een toeslag op de kinderbijslag aanvragen als: langdurig werkloze (tenminste 6 maanden) zieke

Nadere informatie

Armoedebarometer 2012

Armoedebarometer 2012 Armoedebarometer 2012 Jill Coene An Van Haarlem Danielle Dierckx In opdracht van Decenniumdoelen 2017 Armoede in cijfers Kinderen geboren in een kansarm gezin verdubbeld tot 8,6% op tien jaar tijd - Kwalijke

Nadere informatie

Ontstellende cijfers: de 9 e armoedebarometer

Ontstellende cijfers: de 9 e armoedebarometer Ontstellende cijfers: de 9 e armoedebarometer Persconferentie Welkom door Jos Geysels, voorzitter Decenniumdoelen Ontstellende cijfers: de 9 e armoedebarometer door Michel Debruyne, coördinator Decenniumdoelen

Nadere informatie

Doeltreffende en gezinsvriendelijke leeflonen in de strijd tegen armoede

Doeltreffende en gezinsvriendelijke leeflonen in de strijd tegen armoede Troonstraat 125, 1050 Brussel Tel. 02 507 88 77 - E-mail: studiedienst@gezinsbond.be www.gezinsbond.be/gezinspolitiek December 2010 Doeltreffende en gezinsvriendelijke leeflonen in de strijd tegen armoede

Nadere informatie