Voorlichtingsplan maken

Transcriptie

1 OPDRACHTFORMULIER Voorlichtingsplan maken Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of je docent. 2 Kijk in de bronnen welke informatie je kunt gebruiken bij het oefenen van deze vaardigheid. 3 Beantwoord de volgende vragen: a Hoe kun je bij het maken van een voorlichtingsplan rekening houden met: Achteruitgang van kortetermijngeheugen; Achteruitgang van concentratievermogen; Achteruitgang van de zintuigen? Verwerk in je antwoord minimaal twee voorbeelden per punt. b Wat kan de rol van naasten en/of familie zijn bij het geven van voorlichting? Aandachtspunten / Persoonlijke leerdoelen: Noordhoff Uitgevers bv 1

2

3 HANDELINGSFORMULIER Voorlichtingsplan maken Naam student: Naam observator: Datum: Beoordeling: Voor deze handeling geldt: Raadpleeg het dossier; Zorg voor voldoende privacy; Pas de voorschriften toe; Observeer en controleer de zorgvrager. De student: Goed Fout 1 Informeert: verzamel informatie over de mogelijkheden en beperkingen van de zorgvrager: - de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de zorgvrager; - de behoeften en vragen die er zijn ten aanzien van de voorlichting; - de opvattingen en ideeën die de zorgvrager heeft over de voorlichting; - welke (medische) voorkennis de zorgvrager heeft; - welke ervaring de zorgvrager heeft met het gezondheidsprobleem waarover de voorlichting gaat. ga na wat je eigen mogelijkheden en beperkingen zijn: kan en durf je de voorlichting te geven?; controleer de randvoorwaarden vanuit de instelling/afdeling: heb je de ruimte, tijd en materialen voorhanden? 2 Voert handeling uit: Breng de volgende punten in kaart: - is de voorlichting alleen voor de zorgvrager bestemd of is het beter om bijvoorbeeld diens familie erbij te betrekken?; - wat is het doel van de voorlichting? Wat wil je bereiken?; - wat wil je overbrengen? (inhoud); - hoe ga je de voorlichting geven? Welke methode gebruik je? - waar ga je de voorlichting geven? Wat is de meest geschikte plaats? - wanneer ga je de voorlichting geven? Hoeveel tijd is beschikbaar. - wie doet wat: geef je de voorlichting zelf of doet een andere hulpverlener dat?: maak zo nodig onderling goede afspraken; leg vast wie er wat doet en wanneer de voorlichting gegeven wordt. Aandachtspunten bij de planning en uitvoering: - sluit aan bij het zorgplan; - sluit aan bij wat de zorgvrager al weet en kan begrijpen; - geef de voorlichting op het juiste tijdstip; - betrek zo nodig naasten en/of familie; - houd rekening met de kenmerken van een oudere zorgvrager: achteruitgang van kortetermijngeheugen; achteruitgang van concentratievermogen; achteruitgang van de zintuigen; beperking van het bewegingsapparaat; psychosociale veranderingen. Noordhoff Uitgevers bv 3

4 Goed Fout 3 Past juiste nazorg toe en rapporteert de bevindingen: Formuleer evaluatievragen over het product (voorlichtingsplan); Formuleer evaluatievragen over het proces; Noteer wanneer en hoe de evaluatie zal plaatsvinden; Noteert bijzonderheden in het dossier. Aandachtspunten / Persoonlijke leerdoelen: 4 Noordhoff Uitgevers bv

5 TOETSFORMULIER Voorlichtingsplan maken Naam student: Naam beoordelaar: Datum: Beoordeling: Kruis aan hoe de handelingen zijn uitgevoerd. Kies uit: V = Voldoende; O = Onvoldoende Kruis aan door wie de beoordeling is gedaan. Kies uit: B = BPV; S = School Opdracht Je gaat een voorlichtingsplan maken dat afgestemd is op de oudere zorgvrager. Uitvoering - maakt stapsgewijs een voorlichtingsplan Stap 1 diagnose V O B S 1 Verzamelt informatie over de mogelijkheden en beperkingen van de zorgvrager; 2 Gaat na wat de eigen mogelijkheden en beperkingen zijn. 3 Controleert de randvoorwaarden vanuit de instelling/afdeling. Stap 2 Planning brengt in kaart: V O B S 4 Voor wie de voorlichting is bedoeld. 5 Met welk doel de voorlichting wordt gegeven. 6 Wat de inhoud is van de voorlichting. 7 Op welke wijze de voorlichting wordt gegeven. 8 Plaats van de voorlichting. 9 Tijdstip van voorlichting en de benodigde tijd. 10 Wie er wat gaat doen. Maakt zo nodig onderling goede afspraken. Stap 3 Uitvoering hanteert de volgende criteria: V O B S 11 Sluit aan bij het zorgplan. 12 Sluit aan bij wat de zorgvrager al weet en kan begrijpen. 13 Geeft de voorlichting op het juiste tijdstip. 14 Betrekt zo nodig naasten en/of familie. Stap 4 Evaluatie: V O B S 15 Formuleert evaluatievragen over het product. 16 Formuleert evaluatievragen over het proces. 17 Noteert wanneer en hoe de evaluatie zal plaatsvinden. Noordhoff Uitgevers bv 5

6 V O B S 18 Houdt bij iedere stap rekening met de specifieke kenmerken van een oudere zorgvrager: - achteruitgang van kortetermijngeheugen; - achteruitgang van concentratievermogen; - achteruitgang van de zintuigen; - beperking van het bewegingsapparaat; - psychosociale veranderingen. Aandachtspunten / Persoonlijke leerdoelen: 6 Noordhoff Uitgevers bv