Materiaal: Bassin met water Meerdere voorwerpen met een verschillende. met verschillende afmetingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Materiaal: Bassin met water Meerdere voorwerpen met een verschillende. met verschillende afmetingen"

Transcriptie

1 9-11 jaar Wetenschappelijke inhoud: Fysica Beoogde concepten/vaardigheden: Dichtheid en opwaartse kracht Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar oud Duur van de activiteit: 3 uur Samenvatting: Tijdens deze activiteit onderzoeken de kinderen waarom sommige voorwerpen blijven drijven en andere niet. Ze brengen dit fenomeen in verband met de algemene dichtheid van het voorwerp. Tijdens de experimenten wordt gewerkt met voorwerpen met een hoge massa die kunnen drijven, zoals een grote ijzeren boot, maar ook met voorwerpen met een lage massa die niet kunnen drijven, zoals een kleine ijzeren nagel (experiment 1). In een andere situatie worden de kinderen geconfronteerd met grote en kleine voorwerpen, waarvan sommige kunnen drijven en andere niet (experiment 2). Het onderzoek maakt de kinderen vertrouwd met het feit dat het de dichtheid van een voorwerp is die in de eerste plaats bepaalt of dat voorwerp zal drijven of niet. Ze ontdekken dat de dichtheid van een voorwerp kan worden berekend door het gewicht van het voorwerp te delen door het volume dat het inneemt (experiment 3 en 4). Doelstelling: Op het einde van de activiteit moeten de kinderen tot het volgende in staat zijn: Aantonen dat er geen rechtstreeks verband bestaat tussen de opwaartse kracht van een voorwerp en diens massa Aantonen dat er geen rechtstreeks verband bestaat tussen de opwaartse kracht van een voorwerp en diens volume De verhouding tussen de massa en het volume van verschillende voorwerpen bepalen Staven dat de opwaartse druk van een voorwerp afhankelijk is van de dichtheid van dat voorwerp en de dichtheid van de vloeistof Materiaal: Bassin met water Meerdere voorwerpen met een verschillende massa en verschillende afmetingen Keukenweegschaal Drie constructies bestaande uit legoblokjes met verschillende afmetingen en een verschillende massa Meetlat Grote beker van ml Maatcilinder van 500 ml Rubberen ballon Water, ijsbergen en boten Auteurs: Mário Rui da Cunha Pereira, Experimentele Wetenschap The content of the present document only reflects the author s views and the European Union is not liable for any use that may be made of the information therein.

2 Lesplan Beschrijving van de activiteit (met inbegrip van notities van de leerkracht) De leerkracht verdeelt de kinderen in groepjes van drie personen. Ze vraagt hun om van thuis voorwerpen mee naar de klas te nemen die verschillende afmetingen en een verschillend gewicht hebben, en die nat mogen worden. Experiment 1: Drijven Lichte of zware voorwerpen Voorzie iedere groep van een bassin met water en weegschalen. Er worden drie voorwerpen geselecteerd voor het experiment. Nadat alle voorwerpen zijn gewogen, wordt de vraag gesteld: Welke van deze voorwerpen zullen volgens jullie drijven en welke zullen zinken? Vraag de kinderen om de voorwerpen in het bassin met water te leggen. Zorg ervoor dat ze het gedrag van ieder voorwerp noteren en de verschillen met hun oorspronkelijke voorspellingen bespreken. Experiment 2: Drijven Grote of kleine voorwerpen Gebruik opnieuw drie van de voorwerpen (met een verschillend volume) die de leerlingen van thuis meebrachten. Begin met de leerlingen te vragen welke voorwerpen volgens hen zullen blijven drijven. Daarna worden de voorwerpen in het bassin met water gelegd en worden de verschillen besproken tussen de omvang van de voorwerpen en het feit dat sommige drijven terwijl andere zinken. De kinderen wordt gevraagd om voorbeelden te geven van grote en kleine voorwerpen met een verschillend drijfverloop. Experiment 3: Drijven Dichtheid Nu krijgt iedere groep drie gesloten constructies bestaande uit legoblokjes met verschillende afmetingen en een verschillende massa. Begin met het meten van de afmetingen en het gewicht van iedere legoconstructie. Vervolgens wordt het volume van iedere legoconstructie bepaald. Meet daarna het volume water gelijk aan elk van de constructies en het gewicht ervan. De leerlingen wordt gevraagd welke van de constructies volgens hen zullen drijven en welke zullen zinken. De constructies worden een voor een in het water gelegd en er wordt genoteerd of ze drijven of zinken. Voor ieder afzonderlijk geval wordt de verhouding tussen massa en volume, de dichtheid, berekend en dezelfde berekening wordt gedaan voor de verschillende watervolumes. De leerlingen wordt gevraagd indien ze met de bekomen waarden zouden kunnen voorspellen welke voorwerpen zouden blijven drijven en welke niet. Experiment 4: Quiz Zullen ze drijven? Tijdens dit experiment testen de leerlingen voor een van de voorwerpen die ze hebben meegenomen van thuis of het zal drijven of zinken. Ze baseren zich daarbij op de conclusies die ze tijdens de vorige oefeningen hebben getrokken. Voor dit experiment hebben de kinderen een bassin nodig, een beker waar het voorwerp in kan en een maatcilinder. De kinderen beginnen met het bepalen van de massa van het voorwerp door middel van de weegschaal. Ze berekenen ook het volume op basis van de hoeveelheid vloeistof die uit de gevulde beker in het bassin loopt wanneer het voorwerp er volledig in wordt ondergedompeld. Vergelijk de dichtheid van het voorwerp met de dichtheid van het water en toets de resultaten aan de vooraf geuite verwachtingen. De leerlingen wordt ook gevraagd wat er zou gebeuren indien een voorwerp dezelfde dichtheid had als water. Vul een rubberen ballon met water en leg die in het water. De leerlingen geven commentaar op wat ze zien. 1. Aanzet (Hypotheses vormen) Stimulus: De kinderen wordt gevraagd wat er gebeurt wanneer een voorwerp in water wordt gelegd. Stel de volgende vragen: Waarom zinken sommige voorwerpen terwijl andere blijven drijven? Is het de massa van een voorwerp die bepaalt of het blijft drijven? Is het het volume van een voorwerp dat bepaalt of het blijft drijven? Is er nog een andere eigenschap die een rol speelt? Kunnen we, op basis van de eigenschappen van een voorwerp, voorspellen of dat voorwerp zal zinken of blijven drijven?

3 2. Onderzoek (Ontwerpen en uitvoeren van experimenten en observaties) Onderzoek: Hoe kunnen we te weten komen wat ervoor zorgt dat een voorwerp zinkt of blijft drijven? Om de vragen die al werden gesteld (zie hierboven) te beantwoorden, moeten de kinderen experimenten uitwerken. Zo kunnen ze hun verschillende hypotheses testen. Ze gebruiken voorwerpen met: 1. een verschillende massa 2. een verschillend volume De leerkracht legt uit hoe ze een tabel kunnen gebruiken om de ingezamelde gegevens te organiseren. De kinderen voeren een nieuw experiment uit om de eigenschap van de voorwerpen te bepalen die massa en volume met elkaar verbindt. 1. Ze meten de massa en het volume van verschillende voorwerpen 2. Ze meten de massa en het volume van verschillende hoeveelheden water Uiteindelijk vraagt de leerkracht aan de kinderen om een experiment uit te werken om te onderzoeken of een voorwerp zal zinken of drijven. 3. Evaluatie (Bewijsmateriaal evalueren) Evaluatie, verklaring van de bevindingen De resultaten worden voorgesteld aan de hele klas door de leiders van de groep. Op basis van de ingezamelde gegevens moeten de leerlingen tot de volgende conclusies kunnen komen: alleen de massa of alleen het volume van een voorwerp bepaalt niet of dat voorwerp drijft of zinkt de verhouding tussen de massa en het volume is constant voor het water enkel voorwerpen met een dichtheid lager dan die van het water zullen blijven drijven als je de algemene dichtheid van een voorwerp weet, dan kan je voorspellen of het zal blijven drijven of als het zal zinken wanneer het in water wordt gelegd Verdiepende denkoefening Wat zou er gebeuren als een voorwerp met dezelfde dichtheid als water in water wordt gelegd? Wat gebeurt er als we het vloeibare water in ijs transformeren? En wat gebeurt er als we een andere vloeistof dan water gebruiken, olie bijvoorbeeld?

4 Notities voor de leerkracht Experiment 1: Drijven Lichte of zware voorwerpen Voorzie iedere groep van een bassin met water en weegschalen. Er worden drie voorwerpen geselecteerd voor het experiment. Nadat alle voorwerpen zijn gewogen, wordt de vraag gesteld: Welke van deze voorwerpen zullen volgens jullie drijven en welke zullen zinken? Vraag de kinderen om de voorwerpen in het bassin met water te leggen. Zorg ervoor dat ze het gedrag van ieder voorwerp noteren en de verschillen met hun oorspronkelijke voorspellingen bespreken. Experiment 2: Drijven Grote of kleine voorwerpen Gebruik opnieuw drie van de voorwerpen (met een verschillend volume) die de leerlingen van thuis meebrachten. Begin met de leerlingen te vragen welke voorwerpen volgens hen zullen blijven drijven. Daarna worden de voorwerpen in het bassin met water gelegd en worden de verschillen besproken tussen de omvang van de voorwerpen en het feit dat sommige drijven terwijl andere zinken. De kinderen wordt gevraagd om voorbeelden te geven van grote en kleine voorwerpen met een verschillend drijfverloop. Experiment 3: Drijven Dichtheid Nu krijgt iedere groep drie gesloten constructies bestaande uit legoblokjes met verschillende afmetingen en een verschillende massa. Begin met het meten van de afmetingen en het gewicht van iedere legoconstructie. Vervolgens wordt het volume van iedere legoconstructie bepaald. Meet daarna het volume water gelijk aan elk van de constructies en het gewicht ervan. De leerlingen wordt gevraagd welke van de constructies volgens hen zullen drijven en welke zullen zinken. De constructies worden een voor een in het water gelegd en er wordt genoteerd of ze drijven of zinken. Voor ieder afzonderlijk geval wordt de verhouding tussen massa en volume, de dichtheid, berekend en dezelfde berekening wordt gedaan voor de verschillende watervolumes. De leerlingen wordt gevraagd indien ze met de bekomen waarden zouden kunnen voorspellen welke voorwerpen zouden blijven drijven en welke niet. Experiment 4: Quiz Zullen ze drijven? Tijdens dit experiment testen de leerlingen voor een van de voorwerpen die ze hebben meegenomen van thuis of het zal drijven of zinken. Ze baseren zich daarbij op de conclusies die ze tijdens de vorige oefeningen hebben getrokken. Voor dit experiment hebben de kinderen een bassin nodig, een beker waar het voorwerp in kan en een maatcilinder. De kinderen beginnen met het bepalen van de massa van het voorwerp door middel van de weegschaal. Ze berekenen ook het volume op basis van de hoeveelheid vloeistof die uit de gevulde beker in het bassin loopt wanneer het voorwerp er volledig in wordt ondergedompeld. Vergelijk de dichtheid van het voorwerp met de dichtheid van het water en toets de resultaten aan de vooraf geuite verwachtingen. De leerlingen wordt ook gevraagd wat er zou gebeuren indien een voorwerp dezelfde dichtheid had als water. Vul een rubberen ballon met water en leg die in het water. De leerlingen geven commentaar op wat ze zien.

5 Experiment 1: Drijven Lichte of zware voorwerpen Onderwerp: Opwaartse kracht en massa Concept: Niet alleen de massa van een voorwerp bepaalt of dat voorwerp zinkt of blijft drijven. Probleem: Wat bepaalt of een voorwerp zinkt of blijft drijven? Inleiding Je hebt waarschijnlijk al wel eens geobserveerd hoe verschillende voorwerpen reageren wanneer ze in water worden gelegd: sommige blijven drijven, andere zinken. Als we een steen op het water van een meer willen leggen, dan maakt het niet uit hoe voorzichtig we te werk gaan: de steen zinkt onmiddellijk. Maar als we hetzelfde doen met een stukje hout, dan speelt het geen rol van hoe hoog we het laten vallen: het komt steeds weer naar het oppervlak en blijft er drijven. Het heeft geen zin om een kleinere steen te zoeken of zelfs een halve boomstam op het water te leggen: de steen zal blijven zinken en het hout zal blijven drijven. Welke eigenschappen bepalen dan wel of een voorwerp drijft of zinkt? Materiaal Verschillende voorwerpen meegebracht door de leerlingen met een verschillende massa en een verschillende dichtheid Een groot bassin met water Een keukenweegschaal Implementatie 1. De kinderen worden verdeeld in groepjes van drie. Elk groepje krijgt een bassin met water. 2. De kinderen plaatsen drie van de meegenomen voorwerpen een voor een op de weegschaal en noteren de massa ervan. 3. De voorwerpen worden in het bassin met water gelegd. De kinderen noteren welke voorwerpen blijven drijven en welke zinken. Begeleiding Voor het experiment vraagt de leerkracht aan de leerlingen om meerdere voorwerpen met een verschillende massa en een verschillende dichtheid van thuis mee te brengen. Hij/ Zij deelt daarbij de maximale afmetingen mee (al naargelang de afmetingen van het bassin) en benadrukt dat de leerlingen voorwerpen moeten meenemen die nat mogen worden. Voor het begin van de oefening helpt de leerkracht bij het selecteren van de voorwerpen. Ze zorgt ervoor dat de leerlingen voorwerpen kiezen van een gelijkaardige omvang en dat er ten minste een voorwerp dat drijft en een voorwerp dat zinkt bij zit. Nadat alle voorwerpen zijn gewogen, kan de leerkracht vragen welke voorwerpen volgens de leerlingen zullen blijven drijven. Door dit experiment moeten de leerlingen tot het besef komen dat: - er zware voorwerpen zijn die zinken, terwijl andere blijven drijven, en dat hetzelfde geldt voor lichte voorwerpen - het niet de massa van het voorwerp alleen is die bepaalt of dat voorwerpt blijft drijven of niet.

6 Werkblad voor de leerlingen 1. Voorbereiding Welke voorwerpen kunnen blijven drijven? Is het de massa van een voorwerp die bepaalt of dat voorwerp zinkt of blijft drijven? Wat heb je nodig? 1. Een groot bassin met water 2. Meerdere voorwerpen met een verschillende massa 3. Een keukenweegschaal Wat willen we met deze oefening te weten komen? om te zien om te drijven om te eten om te slapen moet het groen zijn dag zijn donker zijn licht wegen 2. Experiment Hoe voeren we het experiment uit? 1. Plaats het bassin met water voorzichtig op de tafel. 2. Weeg met behulp van de keukenweegschaal elk van de voorwerpen die voor het experiment werden geselecteerd. 3. Plaats alle voorwerpen een voor een in het water. 4. Noteer welke voorwerpen drijven en welke zinken. Wat observeren we? 1. Wanneer we de voorwerpen in het water leggen: zinken ze allemaal drijven ze allemaal drijven sommige terwijl andere zinken 2. Wanneer we het drijven of zinken gaan vergelijken met de massa van de voorwerpen, dan kunnen we besluiten dat: het de zwaarste voorwerpen zijn die zinken het de lichtste voorwerpen zijn die zinken het al dan niet drijven of zinken niet afhangt van de massa (sommige lichte voorwerpen zinken en sommige niet, sommige zwaardere voorwerpen drijven en sommige niet) Wanneer we een licht voorwerp in water leggen, zal het: drijven zinken hangt af van de omvang van dat voorwerp Wanneer we een zwaar voorwerp in water leggen, zal het: drijven zinken hangt af van de omvang van dat voorwerp Waarom denk je dat? 2. Evaluatie Wat heb je geleerd uit dit experiment? (je mag meer dan één antwoord aanvinken) Alle zware voorwerpen zinken Het feit of een voorwerp blijft drijven of niet hangt niet af van de massa van dat voorwerp Het feit dat een voorwerp licht is, is niet voldoende om te garanderen dat het zal blijven drijven Alle lichte voorwerpen blijven drijven Ga terug naar het begin en controleer of je antwoorden juist waren. Ze waren allemaal juist Ze waren allemaal fout Sommige waren juist, andere waren fout

7 Experiment 2: Drijven Grote en kleine voorwerpen Onderwerp: Opwaartse kracht en volume Concept: Niet alleen het volume van een voorwerp bepaalt of dat voorwerp zinkt of blijft drijven. Probleem: Wat bepaalt of een voorwerp zinkt of blijft drijven? Inleiding Je hebt waarschijnlijk al wel eens geobserveerd hoe verschillende voorwerpen reageren wanneer ze in water worden gelegd: sommige blijven drijven, andere zinken. Als we een steen op het water van een meer willen leggen, dan maakt het niet uit hoe voorzichtig we te werk gaan: de steen zinkt onmiddellijk. Maar als we hetzelfde doen met een stukje hout, dan speelt het geen rol van hoe hoog we het laten vallen: het komt steeds weer naar het oppervlak en blijft er drijven. Het heeft geen zin om een kleinere steen te zoeken of zelfs een halve boomstam op het water te leggen: de steen zal blijven zinken en het hout zal blijven drijven. Welke eigenschappen bepalen dan wel of een voorwerp drijft of zinkt? Materiaal Verschillende voorwerpen meegebracht door de leerlingen met een verschillend volume en een verschillende dichtheid Een groot bassin met water Een keukenweegschaal Implementatie 1. De kinderene beginnen met de voorwerpen te sorteren van klein naar groot. 2. De kinderen plaatsen de voorwerpen in de waterbak en kijken welke drijven en welke zinken. Ze noteren de resultaten. 3. De kinderen overleggen. Begeleiding Wanneer kinderen de voorwerpen moeten verzamelen voor dit experiment dan moet de leerkracht ervoor zorgen dat alle groepen voorwerpen kunnen onderzoeken die zowel kunnen drijven als zinken en met verschillend volume in beide gevallen.alleen op deze manier is het mogelijk voor de kinderen om in te zien dat er geen direct verband is tussen volume van het voorwerp en het al of niet blijven drijven. Na het ordenen van de voorwerpen volgens volume kan de leerkracht volgende vragen stellen: - Wanneer we kijken naar de voorwerpen met verschillende grootte welk voorwerp denk je dat het gemakkelijkst zal drijven? Waarom? - Wanneer een voorwerp drijft en we kunnen het groter maken zal het dan nog altijd drijven? En wat als we het kleiner maken? Door dit experiment moeten de leerlingen tot het besef komen dat: - er grote voorwerpen zijn die zinken, terwijl andere blijven drijven, en dat hetzelfde geldt voor kleine voorwerpen - het niet het volume van het voorwerp alleen is dat bepaalt of dat voorwerpt blijft drijven of niet.

8 Werkblad voor de leerlingen 1. Voorbereiding Welke voorwerpen kunnen blijven drijven? Is het het volume van een voorwerp dat bepaalt of dat voorwerp zinkt of blijft drijven? Wat heb je nodig? 1. Een groot bassin met water 2. Meerdere voorwerpen met een verschillende grootte Wat willen we met deze oefening te weten komen? om te zien om te drijven om te eten om te slapen moet het Wanneer we een groot voorwerp in water leggen, zal het: drijven zinken hangt af van het gewicht van dat voorwerp Wanneer we een klein voorwerp in water leggen, zal het: drijven zinken hangt af van het gewicht van dat voorwerp groot groen zijn dag zijn donker zijn licht klein wegen zijn 2. Experiment Hoe voeren we het experiment uit? 1. Plaats het bassin met water voorzichtig op de tafel. 2. Rangschikt de voorwerpen volgens grootte 3. Plaats alle voorwerpen een voor een in het water. 4. Noteer welke voorwerpen drijven en welke zinken. Wat observeren we? 1. Wanneer we de voorwerpen in het water leggen: zinken ze allemaal drijven ze allemaal drijven sommige terwijl andere zinken 2. Wanneer we de volumes van de voorwerpen vergelijken, kunnen we het volgende vaststellen het grootste voorwerp zinkt het kleinste voorwerp zinkt het al dan niet drijven of zinken hangt niet enkel af van het volume 2. Evaluatie Wat heb je geleerd uit dit experiment? (je mag meer dan één antwoord aanvinken) Alle grote voorwerpen zinken Alle kleine voorwerpen zinken Het feit dat een voorwerp groot is, is niet voldoende om te garanderen dat het zal blijven drijven het drijven of zinken hangt niet enkel af van het volume Ga terug naar het begin en controleer of je antwoorden juist waren. Ze waren allemaal juist Ze waren allemaal fout Sommige waren juist, andere waren fout Waarom denk je dat?

9 Experiment 3: Drijven - Dichtheid Notities van de leerkracht Onderwerp: Opwaartse kracht en dichtheid Concept: Om een voorwerp te laten drijven moet de verhouding tussen de massa en het volume van dat voorwerp minder zijn dan die van de vloeistof waarin het voorwerp wordt gelegd. Probleem: Wat bepaalt er of een voorwerp zinkt of blijft drijven? Inleiding : Je hebt waarschijnlijk al wel eens geobserveerd hoe verschillende voorwerpen reageren wanneer ze in water worden gelegd: sommige blijven drijven, andere zinken. Als we een steen op het water van een meer willen leggen, dan maakt het niet uit hoe voorzichtig we te werk gaan: de steen zinkt onmiddellijk. Maar als we hetzelfde doen met een stukje hout, dan speelt het geen rol van hoe hoog we het laten vallen: het komt steeds weer naar het oppervlak en blijft er drijven. Het heeft geen zin om een kleinere steen te zoeken of zelfs een halve boomstam op het water te leggen: de steen zal blijven zinken en het hout zal blijven drijven. Welke eigenschappen bepalen dan wel of een voorwerp drijft of zinkt? Materiaal Drie constructies bestaande uit legoblokjes met verschillende afmetingen en een verschillende massa Een groot bassin met water Een keukenweegschaal Een meetlat Een grote beker van ml Een maatcilinder van 500 ml Implementatie 1. Elke groep krijgt drie legoconstructies en begint met het bepalen van de afmetingen ervan door de lengte van de zijden te meten. Noteer de waarden en bereken het volume van elke constructie. 2. Weeg iedere constructie met behulp van de keukenweegschaal en noteer de verkregen waarden. 3. Meet voor elk van de constructies hetzelfde volume water in de maatcilinder. 4. Plaats de constructies in het bassin met water. De leerlingen observeren wat er gebeurt en nemen notities. 5. De leerlingen proberen verschillende wiskundige relaties uit tussen de massa en het volume voor iedere constructie en voor de verschillende watervolumes, om zo de juiste eigenschap te vinden. 6. De kinderen vergelijken de verkregen waarden voor de dichtheid van de constructies met hun observaties met betrekking tot het vermogen om te drijven of niet. Begeleiding De leerkracht kan de leerlingen vertellen hoe ze een goede tabel kunnen opstellen om gegevens te noteren (in dit geval: in de ene kolom een lijst met de legoconstructies gevolgd door hun massa, volume, massa van een gelijk volume water, voorspelling of de constructie zal drijven of niet, hun observaties wanneer ze de constructie in het water zetten en de berekeningen van de mogelijke relaties tussen de twee hoeveelheden). Na het meten en het wegen van de constructies vraagt de leerkracht: Wat zal er met elk van de constructies gebeuren? Waarom? Bij het berekenen van de wiskundige relatie tussen massa en volume moet de leerkracht benadrukken dat er op zoek moet worden gegaan naar een verhouding die steeds in dezelfde waarde voor hetzelfde materiaal resulteert en die dus de aard van een materiaaleigenschap in de verf zet. Op het einde moet aan de leerlingen worden gevraagd of het mogelijk is om te voorspellen of een voorwerp zal drijven of niet, zonder het effectief in het water te zetten. Door dit experiment moeten de leerlingen tot het besef komen dat: - dichtheid een eigenschap is van materialen en wordt gedefinieerd als de verhouding tussen de massa van een voorwerp en het volume - het de algemene dichtheid van een voorwerp is die bepaalt of een voorwerp blijft drijven of niet.

10 Werkblad voor de leerlingen 1. Voorbereiding Welke voorwerpen kunnen blijven drijven? Op basis van welke eigenschap van de materialen kunnen we voorspellen of ze zullen drijven of zinken? Wat heb je nodig? 1. Drie legoconstructies met verschillende afmetingen en een verschillende massa 2. Een keukenweegschaal 3. Een meetlat 4. Een bassin met water Wat willen we met deze oefening te weten komen? Omvang Kleur Massa Het hebben van wielen zorgt voor beter drijven meer populariteit betere geur beter uitzicht Om te bepalen of een voorwerp zal drijven of zinken, moeten we het volgende kennen: Enkel de massa van het voorwerp Enkel het volume van het voorwerp De massa en het volume van het voorwerp De kleur van het voorwerp Waarom denk je dat? 2. Experiment Hoe voeren we het experiment uit? 1. Plaats het bassin met water voorzichtig op de tafel. 2. Meet de zijden van elke legoconstructie met behulp van de meetlat en bereken het volume. Noteer de verkregen waarden in de tabel. 3. Weeg elk van de constructies met behulp van de keukenweegschaal en noteer de waarden. 4. Bereken verschillende wiskundige verhoudingen tussen de massa en het volume voor elke constructie en voor ieder watervolume. 5. Plaats de constructies een voor een in het water en noteer welke blijven drijven en welke niet. Wat observeren we? 1. Op basis van de massa en het volume van een materiaal kunnen we een eigenschap bepalen. Daarvoor: Delen we het volume door de massa Delen we de massa door het volume Vermenigvuldigen we de massa met het volume Tellen we de massa bij het volume op 2. Na het wegen van de watervolumes kunnen we het volgende zeggen: Alle watervolumes wogen hetzelfde Hoe groter het volume, hoe groter de massa Hoe groter het volume, hoe lager de massa 3. Voor het water was de verhouding tussen de massa en het volume: altijd dezelfde anders al naargelang het volume van het water anders al naargelang de massa van het water 4. Wanneer we de dichtheden van de legoconstructies vergelijken met het vermogen om te drijven, kunnen we het volgende besluiten: De voorwerpen met een dichtheid hoger dan die van het water zinken De voorwerpen met een dichtheid lager dan die van het water zinken Of de voorwerpen drijven of niet hangt niet af van de dichtheid

11 2. Evaluatie Wat heb je geleerd uit dit experiment? (je mag meer dan één antwoord aanvinken) Voorwerpen met een hogere dichtheid dan water zullen zinken Voorwerpen met een lagere dichtheid dan water zullen zinken Dichtheid is de verhouding tussen de massa en het volume van een voorwerp Dichtheid is een eigenschap van een voorwerp Ga terug naar pagina 27 en controleer of je antwoord juist was Ja, het was juist Neen, het was niet juist

12 Experiment 4: Quiz - zullen ze drijven? Notities van de leerkracht Onderwerp: Opwaartse kracht en massa Concept: Om een voorwerp te laten drijven moet de dichtheid van dat voorwerp minder zijn dan die van de vloeistof. Probleem: Kunnen we voorspellen of een voorwerp zal zinken of drijven vooraleer we het in het water leggen? Inleiding : Je hebt waarschijnlijk al wel eens geobserveerd hoe verschillende voorwerpen reageren wanneer ze in water worden gelegd: sommige blijven drijven, andere zinken. Als we een steen op het water van een meer willen leggen, dan maakt het niet uit hoe voorzichtig we te werk gaan: de steen zinkt onmiddellijk. Maar als we hetzelfde doen met een stukje hout, dan speelt het geen rol van hoe hoog we het laten vallen: het komt steeds weer naar het oppervlak en blijft er drijven. Het heeft geen zin om een kleinere steen te zoeken of zelfs een halve boomstam op het water te leggen: de steen zal blijven zinken en het hout zal blijven drijven. Welke eigenschappen bepalen dan wel of een voorwerp drijft of zinkt? Materiaal Een voorwerp meegebracht door de leerlingen Een groot bassin met water Een keukenweegschaal Een meetlat Een grote beker van ml Een maatcilinder van 500 ml Een rubberen ballon Implementatie 1. Elke groep begint met het kiezen van een voorwerp voor het experiment. 2. De kinderen wegen het voorwerp met behulp van de keukenweegschaal en noteren de verkregen waarde. 3. Daarna dompelen ze het voorwerp volledig onder in een beker die helemaal is gevuld met water. Die beker werd daarvoor in het bassin (zonder water) geplaatst, zodat het water dat eruit loopt in het bassin wordt opgevangen. In geval van een drijvend voorwerp moeten de kinderen voorzichtig zijn wanneer ze het voorwerp in het glas onderdompelen: ze mogen het water niet aanraken met hun handen. Op dit punt noteren de kinderen of het voorwerp blijft drijven of niet. 4. Giet het gemorste water in de maatcilinder en meet het volume. 5. Bereken de verhouding tussen de bekomen massa en het volume voor het voorwerp. 6. Controleer of de berekende dichtheid in lijn is met de observatie met betrekking tot het drijfvermogen van het voorwerp Begeleiding Aan het begin stelt de leerkracht de volgende vraag: Wat moeten we meten om te voorspellen of een voorwerp zal drijven of zinken wanneer het in water wordt gelegd? Het onderdompelen van het voorwerp om het volume te meten zal enkel efficiënt zijn wanneer het voorwerp geen water absorbeert. Ook moet worden gegarandeerd dat het enkel het volume van het voorwerp is dat verantwoordelijk is voor het morsen van het water. Er dient dus extra te worden opgelet bij het bepalen van het volume, vooral als het voorwerp drijft. De leerkracht wijst de leerlingen op deze feiten en vertelt hun hoe ze te werk kunnen gaan. Na de metingen vraagt de leerkracht: Welke waarde van dichtheid moet worden bekomen om te garanderen dat het voorwerp blijft drijven? Op het einde kan de leerkracht de leerlingen over twee zaken vragen stellen: Wat zou er volgens hen gebeuren wanneer het voorwerp dezelfde dichtheid als het water had? Hiervoor kan de leerkracht een rubberen ballon met water vullen, voorzichtig alle lucht eruit verwijderen en de ballon dichtknopen, in het water leggen en met de klas bespreken wat er gebeurt. Waarom drijven ijsbergen als ze uit hetzelfde water als dat van de oceaan bestaan? Kunnen de leerlingen een experiment uitwerken om uit te zoeken hoe dat komt? Door dit experiment moeten de leerlingen tot het besef komen dat: - we door de dichtheid van een voorwerp te bepalen kunnen te weten komen of het zal zinken of drijven wanneer het in water wordt gelegd. - een voorwerp met een gelijke dichtheid als die van water niet zal drijven of zinken. Het zal stil blijven liggen in het water.

13 Werkblad voor de leerlingen 1. Voorbereiding Kunnen we voorspellen of een voorwerp zal drijven of zinken wanneer we het in water leggen? Wat heb je nodig? 1. Een voorwerp meegebracht door de leerlingen 2. Een groot bassin met water 3. Een keukenweegschaal 4. Een meetlat 5. Een grote beker van ml 6. Een maatcilinder van 500 ml 7. Een rubberen ballon Wat willen we met deze oefening te weten komen? Omvang Kleur Dichtheid Het hebben van wielen beïnvloedt het geluid het zinken de reuk het uitzicht Welke voorwerpen drijven beter wanneer ze in water worden gelegd? De rode voorwerpen De voorwerpen met een lagere dichtheid dan die van water De voorwerpen met een dichtheid gelijk aan die van water 2. Experiment Hoe voeren we het experiment uit? 1. Plaats het bassin (zonder water) voorzichtig op de tafel met de gevulde beker in het midden. 2. Weeg het gekozen voorwerp met behulp van de keukenweegschaal en noteer de waarde. 3. Dompel het voorwerp voorzichtig onder in de beker zonder het water aan te raken. 4. Bepaal het volume van het voorwerp door het gemorste water met de maatcilinder te meten. Noteer de waarde en markeer ook of het voorwerp zinkt of blijft drijven. 5. Bereken de dichtheid van het voorwerp door de bekomen massa door het gemeten volume te delen. Wat observeren we? 1. Wat gebeurt er wanneer we het voorwerp in water leggen? Het voorwerp zinkt Het voorwerp blijft drijven 2. Wanneer we de dichtheid van het voorwerp met die van het water vergelijken, dan zien we het volgende: Wanneer de dichtheid van het voorwerp hoger is dan die van het water, zinkt het voorwerp Wanneer de dichtheid van het voorwerp lager is dan die van het water, blijft het voorwerp drijven Wanneer de dichtheid van het voorwerp hoger is dan die van het water, blijft het voorwerp drijven 3. Wanneer het voorwerp met dezelfde dichtheid als die van het water in water werd gelegd: zonk het bleef het drijven zonk het noch bleef het drijven, het bleef gewoon hangen in het midden van het water Waarom denk je dat?

14 2. Evaluatie Plan een experiment om te controleren of je antwoord correct is. Wat heb je geleerd uit dit experiment? (je mag meer dan één antwoord aanvinken) We kunnen het volume van een voorwerp berekenen door de hoeveelheid water gemorst uit een vol glas te meten We kunnen niet voorspellen welke voorwerpen zullen drijven en welke zullen zinken Als we de dichtheid van een voorwerp kennen, kunnen we voorspellen of het zal blijven drijven of niet Voorwerpen met een dichtheid gelijk aan die van het water zinken noch drijven, ze blijven gewoon hangen in het water. Ga terug naar pagina 34 en controleer of je antwoord juist was Ja, het was juist Neen, het was niet juist Een laatste doordenker - als ijsbergen bestaan uit hetzelfde water als dat van de oceaan, waarom blijven ze dan drijven? De massa van het bevroren water is lager dan die van het vloeibare water, wat in een lagere dichtheid resulteert Het volume van het bevroren water is hoger dan dat van het vloeibare water, wat in een lagere dichtheid resulteert IJsbergen bestaan niet uit water

15 Experiment 2: Dichtheid van vloeistoffen Materiaal: 1 beker, slaolie, siroop, water, paperclip, 1 druif, 1 bout, 1 lepel, 1 kurk 1. Giet 2 cm olie in de beker. 2. Giet 4 cm water in de beker. 3. Giet 2 cm siroop in de beker. 4. Plaats de voorwerpen elk afzonderlijk in de drie vloeistoffen. Teken en noteer wat je observeert! Waar bevinden de voorwerpen en de vloeistoffen zich? Rangschik de gebruikte materialen en vloeistoffen volgens hun dichtheid. Lage dichtheid Hoge dichtheid

16 Experiment 3: Onderwatervulkaan Materiaal: beker met koud water, klein flesje, warm water, kleine trechter, inkt Heb je al eens gezwommen in een meer? Waar is het water het koudst? Aan het oppervlak of op de bodem van het meer? Meng de inkt met het warm water en giet het met behulp van de trechter in het kleine flesje. Plaats het flesje op de bodem van de beker met koud water. Bekijk wat er gebeurt en teken het. Kan je je observatie verklaren?!! Warm water heeft een dichtheid dan koud water!!

Materiaal (per groep):

Materiaal (per groep): 9-11 jaar Benaming van de activiteit: Wetenschappelijke inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Dichtheid van vaste stoffen en vloeistoffen Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar Duur van de activiteit: 3 uur

Nadere informatie

Drijven maar! 3-5. Auteur : Kristof Van de Keere, VIVES, Belgium. jaar. Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap

Drijven maar! 3-5. Auteur : Kristof Van de Keere, VIVES, Belgium. jaar. Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap 3-5 jaar Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap Beoogde concepten/vaardigheden: Beoogde leeftijdsgroep: 3-5 jaar oud Duur van de activiteit: 20 minuten Samenvatting: Deze activiteit past binnen een

Nadere informatie

Lucht Niet niets 9-11. Auteur: Christian Bertsch. jaar. Benaming van de activiteit:

Lucht Niet niets 9-11. Auteur: Christian Bertsch. jaar. Benaming van de activiteit: 9-11 jaar Benaming van de activiteit: Lucht Niet niets Wetenschappelijke inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Dichtheid van vaste stoffen en vloeistoffen Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar oud Duur van

Nadere informatie

Doelstelling: Bijsturing van de opvattingen van de leerlingen met betrekking tot magnetische eigenschappen

Doelstelling: Bijsturing van de opvattingen van de leerlingen met betrekking tot magnetische eigenschappen 6-8 jaar Wetenschappelijk inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Magnetische eigenschappen van verschillende voorwerpen, intensiteit van een magnetisch vel. Beoogde leeftijdsgroep: Leerlingen van 8 jaar

Nadere informatie

Meting 9-11. Auteurs: Sahide MARAL, Ayse OGUZ-UNVER en Kemal YURUMEZOGLU. jaar. Wetenschappelijke inhoud: Wetenschap

Meting 9-11. Auteurs: Sahide MARAL, Ayse OGUZ-UNVER en Kemal YURUMEZOGLU. jaar. Wetenschappelijke inhoud: Wetenschap 9-11 jaar Wetenschappelijke inhoud: Wetenschap Beoogde concepten/vaardigheden: Lengte, massa, gewicht, tijd, volume en temperatuur Duur van de activiteit: 2 uur Samenvatting: Deze activiteit laat de kinderen

Nadere informatie

Wat eten slakken graag? 3-5. Auteurs: Giselle Theuma, St. Paul s Missionary, Malta. jaar

Wat eten slakken graag? 3-5. Auteurs: Giselle Theuma, St. Paul s Missionary, Malta. jaar 3-5 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap Beoogde concepten/vaardigheden: Kinderen onderzoeken wat slakken het liefst eten : sla, tomaten of droge bladeren. Beoogde leeftijdsgroep: 3-5 jaar oud

Nadere informatie

Onderzoek A Spuitwater Voedingskleurstof (in verschillende kleuren: oranje, geel, rood, groen) Bekertjes

Onderzoek A Spuitwater Voedingskleurstof (in verschillende kleuren: oranje, geel, rood, groen) Bekertjes 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Humane biologie Beoogde concepten/vaardigheden: Zintuigen Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar oud Duur van de activiteit: 2-3 lessen, al naargelang het aantal onderzoeken

Nadere informatie

In welke richting groeien planten? 6-8. Auteur: Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn. jaar

In welke richting groeien planten? 6-8. Auteur: Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap (biologie, plantkunde, gravitatiebiologie) Beoogde concepten/vaardigheden: Gravitropie (geotropie) Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar oud Duur van de activiteit:

Nadere informatie

Lucht als materie 6-8. Auteur : Kristína Žoldošová, Trnavska Univerzita v Trnave, Slovakia. jaar

Lucht als materie 6-8. Auteur : Kristína Žoldošová, Trnavska Univerzita v Trnave, Slovakia. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Gasvormige aggregatietoestand. Aanwezigheid van lucht in de omgeving. Lucht als materie aanwezig in het universum. Beoogde leeftijdsgroep:

Nadere informatie

Lichaamsbedekking isolatievermogen 6-8. Auteur : Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn, Germany. jaar

Lichaamsbedekking isolatievermogen 6-8. Auteur : Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn, Germany. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap, zoölogie, humane biologie Beoogde concepten/vaardigheden: Adaptatie, fysiologie, isolatie Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar oud Duur van de activiteit:

Nadere informatie

Zwellen van zaadjes 6-8. Auteur: Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn, Duitsland. jaar

Zwellen van zaadjes 6-8. Auteur: Annette Scheersoi, Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn, Duitsland. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap, plantkunde Beoogde concepten/vaardigheden: Ontkieming van zaadjes, vermogen van zaadjes om water te absorberen Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar oud Duur

Nadere informatie

Lichaamsbeweging 6-8. Auteurs: Kristína Žoldošová en Iveta Matejovičová. jaar

Lichaamsbeweging 6-8. Auteurs: Kristína Žoldošová en Iveta Matejovičová. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biologie Beoogde concepten: De werking van het menselijk lichaam, het verband tussen de werking van het hart en de ademhaling Beoogde leeftijdsgroep: Leerlingen van 7

Nadere informatie

Het aanleren van wetenschap door middel van de taal van de natuur: de winter doet zijn intrede op school 9-11

Het aanleren van wetenschap door middel van de taal van de natuur: de winter doet zijn intrede op school 9-11 9-11 jaar Benaming van de activiteit: Het aanleren van wetenschap door middel van de taal van de natuur: de winter doet zijn intrede op school Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap Beoogde concepten:

Nadere informatie

De wereld rondom ons: dag en nacht. onderzoeken van schaduwen, 6-8. Auteurs: Jenny Byrne en Willeke Rietdijk. jaar

De wereld rondom ons: dag en nacht. onderzoeken van schaduwen, 6-8. Auteurs: Jenny Byrne en Willeke Rietdijk. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap Beoogde concepten: Schaduwen Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar Duur van de activiteit: 3 lessen Materiaal: Een aantal doorzichtbare, ondoorzichtbare en

Nadere informatie

Een onderzoek uitvoeren door gegevens te noteren, tot een conclusie komen en die met anderen delen

Een onderzoek uitvoeren door gegevens te noteren, tot een conclusie komen en die met anderen delen 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap Beoogde concepten/vaardigheden: Levende organismen, mieren Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar oud Duur van de activiteit: 3 uur Samenvatting: De leerlingen

Nadere informatie

Op onderzoek! Contextgebied Transport Drijven en zinken

Op onderzoek! Contextgebied Transport Drijven en zinken Thema : naar het zwembad, spelen met water Uitgetest in de derde kleuterklas Probleem Welke voorwerpen drijven op het water? Concrete doelen Ervaren, ontdekken, voorspellen en noteren welke voorwerpen

Nadere informatie

Lesmateriaal Drijven en Zinken

Lesmateriaal Drijven en Zinken Lesmateriaal Drijven en Zinken Welke voorkennis hebben de leerlingen nodig? Deze les maakt deel uit van een lessenserie over drijven en zinken. Voor deze eerste les van de lessenserie is geen voorkennis

Nadere informatie

Onderzoek naar pigment Auteurs: Jiří Škoda, Pavel Doulík. jaar

Onderzoek naar pigment Auteurs: Jiří Škoda, Pavel Doulík. jaar 9-11 jaar Wetenschappelijke inhoud: Elementaire chemie Beoogde concepten: Kleur, pigment, mengeling, organische aard, groen pigment van planten, experiment Materiaal: Lesplannen, werkbladen voor de leerlingen,

Nadere informatie

Drijven en zinken. Eerst gaan we het drijfvermogen testen van een paar voorwerpen:

Drijven en zinken. Eerst gaan we het drijfvermogen testen van een paar voorwerpen: Hiernaast zie je een ouderwets duikerspak. Om ervoor te zorgen dat de duiker niet gaat drijven, heeft hij een loden gewicht op zijn borst vastgeknoopt. De slang is voor de luchttoevoer. Op de wal stond

Nadere informatie

De kracht van Archimedes

De kracht van Archimedes 1 Studie dag en KVCV De kracht van Archimedes DEEL 1 Korte omschrijving van het lesonderwerp Door een paar originele experimenten, de kracht van Archimedes ontdekken en de gegevens waarnemen die de grootte

Nadere informatie

En wat nu als je voorwerpen hebt die niet even groot zijn?

En wat nu als je voorwerpen hebt die niet even groot zijn? Dichtheid Als je van een stalen tentharing en een aluminium tentharing wilt weten welke de grootte massa heeft heb je een balans nodig. Vaak kun je het antwoord ook te weten komen door te voelen welk voorwerp

Nadere informatie

0,8 = m / 350 1 = m / 650

0,8 = m / 350 1 = m / 650 EXTRA De dichtheid van een mengsel 39 a 1L = 1000 ml 1% is dus 10 ml 35% is dan 350 ml Zo kan het ook: (1000 / 100) x 35 = 350 ml alcohol (en dus 1000-350 = 650 ml water) b alcohol water m =? V = 350 cm

Nadere informatie

Weeg je overal hetzelfde?

Weeg je overal hetzelfde? Uitdager van de maand Weeg je overal hetzelfde? Natuur & Techniek, groep 6,7,8 Algemeen Titel Weeg je overal hetzelfde? Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen Inzicht in het verschil

Nadere informatie

Sterke staaltjes. Proef 1. 4. Laat het kleine flesje voorzichtig in de grote pot vol koud water zakken.

Sterke staaltjes. Proef 1. 4. Laat het kleine flesje voorzichtig in de grote pot vol koud water zakken. Proef 1 1. Vul de glazen pot met koud water tot aan de vullijn. 2. Vul het kleine flesje met warm water. 3. Doe de inkt bij in het kleine flesje. 4. Laat het kleine flesje voorzichtig in de grote pot vol

Nadere informatie

Groep 1 & 2 VLOEISTOFSTAPEL. Vloeistoffen kun je netjes op elkaar laten drijven. Uit hoeveel laagjes bestaat straks jullie vloeistofstapel?

Groep 1 & 2 VLOEISTOFSTAPEL. Vloeistoffen kun je netjes op elkaar laten drijven. Uit hoeveel laagjes bestaat straks jullie vloeistofstapel? Groep 1 & 2 VLOEISTOFSTAPEL Vloeistoffen kun je netjes op elkaar laten drijven. Uit hoeveel laagjes bestaat straks jullie vloeistofstapel? Vloeistofstapel ( Laagjes maken ) Groep 1 en 2 Team van 2, 3 of

Nadere informatie

Vereiste voorkennis van de leerlingen: Er bestaan verschillende types stoffen die kunnen worden ingedeeld volgens hun fysische

Vereiste voorkennis van de leerlingen: Er bestaan verschillende types stoffen die kunnen worden ingedeeld volgens hun fysische 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap Beoogde concepten: verandering van aggregatietoestand, natuurkundige veranderingen, smelten, bevriezen Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar Duur van de activiteit:

Nadere informatie

TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE. Onderwerp : Drijven of zinken. Doelgroep: 1 e gr

TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE. Onderwerp : Drijven of zinken. Doelgroep: 1 e gr TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE Thema: Water Onderwerp : Drijven of zinken. Doelgroep: 1 e gr Timing: 2 lestijd(en) De les in het kort : Van concrete voorwerpen wordt nagegaan welke voorwerpen

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Kracht

Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.

Nadere informatie

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld

Nadere informatie

Groei: onderzoeken van zaden, ontkieming en groei 6-8. Auteurs: Jenny Byrne en Willeke Rietdijk. jaar

Groei: onderzoeken van zaden, ontkieming en groei 6-8. Auteurs: Jenny Byrne en Willeke Rietdijk. jaar 6-8 jaar Wetenschappelijke inhoud: Biowetenschap Beoogde concepten: Ontkieming, groei Beoogde leeftijdsgroep: 6-8 jaar Duur van de activiteit: 1 complete les + 2 equivalente lestijden verspreid over een

Nadere informatie

Dichtheid. banner. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Dichtheid. banner. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Sonja Koitek 03 september 2018 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/109161 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs

Nadere informatie

www.prisci.net De wereld rondom ons: onderzoeken van schaduw, dag en nacht Auteurs: Jenny Byrne/Willeke Rietdijk

www.prisci.net De wereld rondom ons: onderzoeken van schaduw, dag en nacht Auteurs: Jenny Byrne/Willeke Rietdijk Auteurs: Jenny Byrne/Willeke Rietdijk Wetenschappelijke inhoud: Natuurwetenschap Beoogde concepten: Schaduwen Beoogde leeftijdsgroep: 5-8 jaar Duur van de activiteit: 3 lessen Afbeelding: Jeffery Turner

Nadere informatie

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van

Nadere informatie

11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes

11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes 11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005 de wet van Jacky Hellemans - Koen Paes Academische Lerarenopleiding Natuurkunde Departement Natuurkunde en Sterrenkunde - K.U.Leuven

Nadere informatie

DRIJVEN EN ZINKEN LES 3. Drijven en zinken

DRIJVEN EN ZINKEN LES 3. Drijven en zinken Water LES 3 DRIJVEN EN ZINKEN JE LEERT wat in water blijft drijven en wat zinkt; waarom een schip van ijzer niet zinkt; hoe je een onzinkbaar schip kunt bouwen. Er zijn bij de zwemles kinderen die nog

Nadere informatie

Reis naar andere hemellichamen

Reis naar andere hemellichamen Reis naar andere hemellichamen GROEP 1-2 04 55 minuten De leerling: zonnestelsel verschillend zijn ringen heeft voorwerp drijft of zinkt met stukje ijzer dichtbindstrip Zorg voor de activiteit Zijn alle

Nadere informatie

Ontdekdoos Drijven en zinken

Ontdekdoos Drijven en zinken Ontdekdoos Drijven en zinken groep 6 en 7 handleiding Uitgave: Amsterdams NME Centrum Ontdekdoos Drijven en zinken Docentenhandleiding Het lesmateriaal mag vrij gekopieerd worden voor gebruik op school

Nadere informatie

Lessenserie De hellingbaan

Lessenserie De hellingbaan - Bovenbouw - Lessenserie De hellingbaan Een lessenserie over het experimenteren met de hellingbaan en de strategie controleren van variabelen. Met dank aan leerkrachten en leerlingen van basisschool De

Nadere informatie

lesbrieven een plastic eiland avonturenpakket de uitvinders en het werkbladen Lesbrief 1:

lesbrieven een plastic eiland avonturenpakket de uitvinders en het werkbladen Lesbrief 1: lesbrieven werkbladen Lesbrief 1: een plastic eiland avonturenpakket de uitvinders en het VERBORGEN OOG Copyright De Uitvinders Uitgave 2014 Versie 3.0 een plastic eiland drijven - zinken Proef 1 Welke

Nadere informatie

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom? Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt

Nadere informatie

Foutenberekeningen. Inhoudsopgave

Foutenberekeningen. Inhoudsopgave Inhoudsopgave Leerdoelen :... 3 1. Inleiding.... 4 2. De absolute fout... 5 3. De KOW-methode... 7 4. Grootheden optellen of aftrekken.... 8 5. De relatieve fout...10 6. grootheden vermenigvuldigen en

Nadere informatie

Beschrijving van de materialen van de NEMO-Workshop Drijven en Zinken

Beschrijving van de materialen van de NEMO-Workshop Drijven en Zinken Beschrijving van de materialen van de NEMO-Workshop Drijven en Zinken Hieronder vind je een beschrijving van de materialen die nodig zijn voor: De 10 experimenten die de ouder-kind teams zelf doen Het

Nadere informatie

Doelstelling: Op het einde van de activiteit moeten de kinderen tot het volgende in staat zijn: Micropipetten en multititerplaten gebruiken

Doelstelling: Op het einde van de activiteit moeten de kinderen tot het volgende in staat zijn: Micropipetten en multititerplaten gebruiken 9-11 jaar Wetenschappelijke inhoud: Chemie Beoogde concepten/vaardigheden: Zure, neutrale en basische substanties. Basisconcepten binnen de chemie en het belang van deze concepten in het dagdagelijkse

Nadere informatie

Dichtheid. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Dichtheid. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres P.J. Dreef 01 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/82827 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Massa Volume en Dichtheid. Over Betuwe College 2011 Pagina 1

Massa Volume en Dichtheid. Over Betuwe College 2011 Pagina 1 Massa Volume en Dichtheid Over Betuwe College 2011 Pagina 1 Inhoudsopgave 1 Het volume... 3 1.1 Het volume berekenen.... 3 1.2 Volume 2... 5 1.3 Symbolen en omrekenen... 5 2 Massa... 6 3 Dichtheid... 7

Nadere informatie

Naam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt.

Naam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt. Naam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt. OPGAVE 1 Jan drinkt 14 kubieke centimeter zuivere alcohol op. Bereken hoeveel gram

Nadere informatie

Bodem 3-5. Auteurs: Dr S.D. Tunnicliffe, Institute of Education, University of London. jaar

Bodem 3-5. Auteurs: Dr S.D. Tunnicliffe, Institute of Education, University of London. jaar 3-5 jaar Wetenschappelijke inhoud: Geowetenschap en Biowetenschap Beoogde concepten/vaardigheden: de bodem is de toplaag die onze planeet bedekt. De bodem is niet uniform wat structuur en uitzicht betreft

Nadere informatie

Logisch toch / Ijsblokchallenge

Logisch toch / Ijsblokchallenge Doelgroep De leerlingen hebben het onderzoek naar de verschillende aggregatietoestanden uitgevoerd. Ze weten dat water in 3 fases kan voorkomen: vast, vloeibaar en gas. Lesdoelen De leerlingen kunnen specifieke

Nadere informatie

Wet van Archimedes. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Wet van Archimedes. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur P.J. Dreef Laatst gewijzigd Licentie Webadres 08 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/89831 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

2 VWO 2 HAVO Oefenstof dichtheid.

2 VWO 2 HAVO Oefenstof dichtheid. (1 liter = 1 dm 3 ) (1 ml = 1 cm 3 ) (1 m 3 = 1000 dm 3 ) (1 dm 3 = 1000 cm 3 ) ( 1 kg = 1000 g) (1 g = 1000 mg) 1. Bepaal de massa van een vurenhouten balk met een volume van 70 dm 3. V = 70 dm 3 ρ =

Nadere informatie

Het deeltjesmodel. Deeltjes en hun eigenschappen. Context 3 Zinken zweven drijven. Naam: Klas: Datum:

Het deeltjesmodel. Deeltjes en hun eigenschappen. Context 3 Zinken zweven drijven. Naam: Klas: Datum: Naam: Klas: Datum: Het deeltjesmodel Deeltjes en hun eigenschappen Als je een stukje ijzer, goud of eender welk stof tientallen keren kon vergroten, dan zou je ontdekken dat alle stoffen gemaakt zijn van

Nadere informatie

Checklist reken- en wiskundeomgeving

Checklist reken- en wiskundeomgeving Checklist reken- en wiskundeomgeving Naam: Ingevuld door: Datum (eerste meting): Datum (tweede meting): Kwaliteitsverbetering doe je zelf Vier stappen In beeld brengen van een kwaliteitsaspect Vul de lijst

Nadere informatie

Exact periode 2.1. Q-test. Dichtheid vaste stoffen Dichtheid vloeistoffen; interpoleren

Exact periode 2.1. Q-test. Dichtheid vaste stoffen Dichtheid vloeistoffen; interpoleren Exact periode 2.1 Q-test Dichtheid vaste stoffen Dichtheid vloeistoffen; interpoleren 1 Q-test Eenzelfde bepaling is meerdere malen gedaan. Zit er een uitschieter (ook wel genoemd uitbijter) tussen de

Nadere informatie

Onder begeleiding minstens één natuurlijk verschijnsel dat ze waarnemen via een eenvoudig onderzoek toetsen aan een hypothese.

Onder begeleiding minstens één natuurlijk verschijnsel dat ze waarnemen via een eenvoudig onderzoek toetsen aan een hypothese. Reflectiekaart 3.2.1.5. Onder begeleiding minstens één natuurlijk verschijnsel dat ze waarnemen via een eenvoudig onderzoek toetsen aan een hypothese. Omschrijf wat kinderen volgens jou moeten kennen en

Nadere informatie

De planeten Reis door het zonnestelsel

De planeten Reis door het zonnestelsel De planeten Reis door het zonnestelsel Cgroep 1-2 01 tijdsduur 40 minuten kerndoelen 1, 46 en 54 lesdoelen De leerling: (her)kent de namen van de acht planeten weet dat de planeten om de zon draaien kan

Nadere informatie

Dichtheid.info hoort bij de lesserie Dichtheid praktisch gezien. Alle informatie voor leerlingen is hier te vinden.

Dichtheid.info hoort bij de lesserie Dichtheid praktisch gezien. Alle informatie voor leerlingen is hier te vinden. praktisch gezien http://dichtheid.wordpress.com/ praktisch gezien.info.info hoort bij de lesserie praktisch gezien. Alle informatie voor leerlingen is hier te vinden. Docenten krijgen het docentenmateriaal

Nadere informatie

Een bootje voor onze pop

Een bootje voor onze pop Thema : naar het zwembad, spelen met water Uitgetest in de derde kleuterklas Probleem Onze pop mag niet nat worden! Concrete doelen Op eigen niveau relaties leggen tussen het drijven en de vorm, grootte

Nadere informatie

Proefjes. Jouw werkbladen in de klas. In de klas. versie A. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

Proefjes. Jouw werkbladen in de klas. In de klas. versie A. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam: Proefjes Jouw werkbladen in de klas In de klas Mijn naam: Mijn school: Ik zit in groep: Ontdek zélf hoe de wereld werkt! versie A Onderzoek in de klas Groep 7-8 Leerlingen In de klas versie 04-2014 1 Onderzoek

Nadere informatie

Werkbladen In de klas. Proefjes. Naam. groep 7-8. School. Klas. Versie A

Werkbladen In de klas. Proefjes. Naam. groep 7-8. School. Klas. Versie A Proefjes groep 7-8 Naam School Werkbladen In de klas Versie A Klas Onderzoek in de klas Wetenschappelijk onderzoek wordt vaak in een laboratorium gedaan. Maar sommige onderzoeken kun je ook thuis of in

Nadere informatie

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van

Nadere informatie

Exact periode 2: Dichtheid

Exact periode 2: Dichtheid Exact periode 2: Dichtheid 1. Definitie Met dichtheid wordt bedoeld: de massa per volume-eenheid. Formule: m V : (spreek uit: ro) de dichtheid ( in kg.m -3 ) m: massa (in kg) V: volume (in m 3 ) Volume

Nadere informatie

Opgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt.

Opgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt. Uitwerkingen 1 Opgave 1 De massa van een voorwerp geeft aan hoe zwaar dit voorwerp is. Opgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt. Opgave De dichtheid van een stof

Nadere informatie

Stuiteren van vallende ballen

Stuiteren van vallende ballen Stuiteren van vallende ballen Titel: Vak: Domein: Sector: 3D aspecten: 1. Introductie Stuiteren van vallende ballen Natuurkunde Energie Vmbo vmbo k/g/t Werkwijze: Onderzoeken en redeneren Denkwijzen: Structuur

Nadere informatie

Bouw je eigen serre!

Bouw je eigen serre! Bouw je eigen serre! Activeer Denk na over wat planten nodig hebben om te overleven. Maak een lijst en onderstreep die elementen die je het belangrijkst vindt. Onderzoek Vergelijk je antwoorden met die

Nadere informatie

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ...

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ... Deel 5: Druk 5.1 Het begrip druk 5.1.1 Druk in het dagelijks leven We kennen druk uit het dagelijks leven:............................................................. Deel 5: Druk 5-1 5.1.2 Proef a) Werkwijze:

Nadere informatie

Doktor Proktor lesbrief groep 3-4. behorend bij de verteltheatervoorstelling: 'Doktor Proktor's Schetenpoeder' door Marjo Dames/ Sterk-Verhaal

Doktor Proktor lesbrief groep 3-4. behorend bij de verteltheatervoorstelling: 'Doktor Proktor's Schetenpoeder' door Marjo Dames/ Sterk-Verhaal Doktor Proktor lesbrief groep 3-4 behorend bij de verteltheatervoorstelling: 'Doktor Proktor's Schetenpoeder' door Marjo Dames/ Sterk-Verhaal 1 Voorbereiding Samen met uw groep gaat u naar de Verteltheatervoorstelling

Nadere informatie

Exact periode 2: Dichtheid

Exact periode 2: Dichtheid Exact periode 2: Dichtheid 1 Definitie Met dichtheid wordt bedoeld: de massa per volume-eenheid. Formule: m V : (spreek uit: ro) de dichtheid ( in kg.m -3 ) m: massa (in kg) V: volume (in m 3 ) Volume

Nadere informatie

OntdekZelf - magnetisme

OntdekZelf - magnetisme Werkwijze Alle OntdekZelf experimenten zijn bedoeld voor de leerling om zelf te ontdekken. Laat de leerling vanaf het begin werken met zijn materialen en ontdekken hoe hij tot een antwoord of een werkende

Nadere informatie

Werkbladen les 2. Werkblad 1: Experiment met materialen. Vraag 4: Namen: Benodigdheden: Vraag 5: Vraag 6: Vraag 1: Vraag 7: Vraag 2: Vraag 3:

Werkbladen les 2. Werkblad 1: Experiment met materialen. Vraag 4: Namen: Benodigdheden: Vraag 5: Vraag 6: Vraag 1: Vraag 7: Vraag 2: Vraag 3: leerlingen werkboek Werkbladen les 2 Werkblad 1: Experiment met materialen Benodigdheden: Liniaal Twee tafels 1 vel aluminiumfolie 1 vel karton 2 voorwerpen om op de brug te leggen (Let op! Deze moeten

Nadere informatie

Van-A jaar van de chemie!

Van-A jaar van de chemie! Van-A-3 2011 jaar van de chemie! Didactische suggesties Doelen Deze Actuakrant verschijnt naar aanleiding van het jaar van de chemie. De Verenigde Naties hebben, op initiatief van IUPAC, de Internationale

Nadere informatie

Sheets inleiding ontwerpen

Sheets inleiding ontwerpen Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket

Nadere informatie

Frans van Galen. & Lia Oosterwaal. Drijven en zinken in de bovenbouw

Frans van Galen. & Lia Oosterwaal. Drijven en zinken in de bovenbouw Frans van Galen & Lia Oosterwaal Drijven en zinken in de bovenbouw 43 44 Drijven en zinken Drijven en zinken is een onderwerp waar vooral in de onderbouw aandacht aan wordt besteed. Het is echter ook een

Nadere informatie

Probleemstelling: Hoe kunnen we de siroop* in de grote kom verdelen over kleine flesjes?

Probleemstelling: Hoe kunnen we de siroop* in de grote kom verdelen over kleine flesjes? Siroop verdelen Auteur: Vanessa Maes & Stephanie Vervaet Probleemstelling: Hoe kunnen we de siroop* in de grote kom verdelen over kleine flesjes? Duur van de STEM-activiteit: 30 à 40 minuten Leeftijdsgroep:

Nadere informatie

groep 7 en 8 werkzaamheden in Pretpark Buiteling

groep 7 en 8 werkzaamheden in Pretpark Buiteling groep 7 en 8 werkzaamheden in Pretpark Buiteling groep 7 en 8 overzicht van de activiteiten De Grote Rekendag is voor de leerlingen in groep 7 en 8 een ochtend van onderzoeken en ontdekken. De leerlingen

Nadere informatie

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING Elementen - Elementen kunnen op 3 manieren voorkomen: - Vast - Vloeibaar - Gasvormig Water & Warmte - Warmte overdracht op 3 manieren - Geleiding direct contact / toepassing

Nadere informatie

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas.

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas. NAO proefjes Antwoorden werkbladen en extra informatie 1. Munten in borrelglaasje munten Het glas is eigenlijk te vol met, maar het stroomt niet over. Het in het glas staat bol, het komt er boven uit.

Nadere informatie

REKENMODULE INHOUD. Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen

REKENMODULE INHOUD. Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen REKENMODULE INHOUD Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Extra Rekenmodule Inhoud Leerlingtekst Versie 1.0. November 2012 Auteurs: Mieke Abels,

Nadere informatie

werken met water - waterbladen

werken met water - waterbladen werken met water - waterbladen inhoud inhoud VVaterblad 1 Waterblad 2 Waterblad 3 Waterblad 4 Waterblad 5 Waterblad 6 Waterblad 7 Een boot laden De stevigheid van het wateroppervlak Een gat in de waterleiding

Nadere informatie

Lesbrief Techniek. Een schone vijver

Lesbrief Techniek. Een schone vijver Lesbrief Techniek Een schone vijver Doelgroep leerlingen van groep 6-7 - 8 Leergebied Inhoud Werkvormen Lesduur Nodig techniekonderwijs ontwerpen van een apparaat waarmee een vervuilde vijver kan worden

Nadere informatie

Aftekenlijst

Aftekenlijst Aftekenlijst 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. Naam: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 Werkblad 1 Ik en water

Nadere informatie

Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren Presentatie door : Anna Hotze, Edith Louman en Meie van Laar

Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren Presentatie door : Anna Hotze, Edith Louman en Meie van Laar Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren Presentatie door : Anna Hotze, Edith Louman en Meie van Laar Jantien Smit: j.smit@saxion.nl Meie van Laar: vanlaar@e-nemo.nl Anna

Nadere informatie

Plattegrond van de school Groep 5 rekenen 1

Plattegrond van de school Groep 5 rekenen 1 Plattegrond van de school Groep 5 rekenen 1 In de eerste les gaan de leerlingen de school opmeten om gegevens te verzamelen voor het maken van een plattegrond. In de tweede les gaan de leerlingen de plattegrond

Nadere informatie

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs: Stadium van het instructie model Oriëntatiefase

Nadere informatie

Concept Cartoons. Ed van den Berg, Kenniscentrum Hogeschool van Amsterdam en VU EWT Noord-Holland en Flevoland

Concept Cartoons. Ed van den Berg, Kenniscentrum Hogeschool van Amsterdam en VU EWT Noord-Holland en Flevoland Concept Cartoons Ed van den Berg, Kenniscentrum Hogeschool van Amsterdam en VU EWT Noord-Holland en Flevoland Doelen wetenschap en techniekonderwijs Inhoud: Biologie, natuurkunde, scheikunde, techniek,

Nadere informatie

1 TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE. Hoofdthema: elektriciteit / energie Onderwerp : Eenvoudige stroomkring maken Doelgroep: 2 e graad

1 TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE. Hoofdthema: elektriciteit / energie Onderwerp : Eenvoudige stroomkring maken Doelgroep: 2 e graad 1 TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE Hoofdthema: elektriciteit / energie Onderwerp : Eenvoudige stroomkring maken Doelgroep: 2 e graad Timing: 1 á 2 lestijden De les in het kort: De leerlingen

Nadere informatie

MUZIEK EN WISKUNDE: samen klinkt het goed! INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF

MUZIEK EN WISKUNDE: samen klinkt het goed! INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF LES 1 INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF Basis notenleer We hebben 7 notennamen: do re mi fa- sol la si (-do) Deze notennamen kunnen we ook wel in letters weergeven: C D E F G A B (-C) Als we dan terug bij do

Nadere informatie

Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren

Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren Taalgericht de klas in! Een taalgerichte W&T-les voorbereiden en uitvoeren Jantien Smit: j.smit@saxion.nl Meie van Laar: vanlaar@e-nemo.nl Anna Hotze: a.hotze@ipabo.nl Martine Gijsel: m.a.r.gijsel@saxion.nl

Nadere informatie

10. ZINKEN EN DRIJVEN Experimenteer met de volgende stoffen! Zet een kruisje in de juiste kolom!

10. ZINKEN EN DRIJVEN Experimenteer met de volgende stoffen! Zet een kruisje in de juiste kolom! 10. ZINKEN EN DRIJVEN Experimenteer met de volgende stoffen! Zet een kruisje in de juiste kolom! steen hout was piepschuim kurk stukje beton stof zinken drijven Wat kan je zeggen over het soortelijk gewicht

Nadere informatie

Lesbrief Uitvinders. Inleiding

Lesbrief Uitvinders. Inleiding Lesbrief Uitvinders Inleiding Ruben laat Sara zien dat hij een satéprikker door een ballon kan prikken zonder dat de ballon knapt! Ook kan hij een regenboog maken met een glas water. Sara vindt het erg

Nadere informatie

Naam: Klas: Practicum veerconstante

Naam: Klas: Practicum veerconstante Naam: Klas: Practicum veerconstante stap Bouw de opstelling zoals hiernaast is weergegeven. stap 2 Hang achtereenvolgens verschillende massa's aan een spiraalveer en meet bij elke massa de veerlengte in

Nadere informatie

Instructies voor de overgang naar tubeless

Instructies voor de overgang naar tubeless Instructies voor de overgang naar tubeless Wat u nodig heeft, voordat u begint: Een fietswiel (van een mountainbike, cyclocross) met band Een conversieset - "Stan's NoTubes Conversion Kit Een veiligheidsbril

Nadere informatie

Sheet 2: Bekijk met de kinderen de tussenstand van Afval the Game op Instagram en/of Facebook. Hoe gaat het bij de kinderen met inzamelen?

Sheet 2: Bekijk met de kinderen de tussenstand van Afval the Game op Instagram en/of Facebook. Hoe gaat het bij de kinderen met inzamelen? Afval the Game Docentenhandleiding les 2 Duur Voor deze les hebt u ongeveer 80 minuten nodig. Leerdoelen De kinderen hebben in de vorige les geleerd dat het belangrijk is om plastic te scheiden, zodat

Nadere informatie

Voorbereidende les Droge voeten

Voorbereidende les Droge voeten Voorbereidende les Droge voeten Lesactiviteit: Een duikertje maken Groep: 7 en 8 Lesdoel: De leerlingen onderzoeken het principe van de Wet van Archimedes (het gewicht van het water dat zich verplaatst

Nadere informatie

Tijdens de try-out gingen de groepjes verschillend aan het werk. Soms werd het werk verdeeld: één leerling had alle

Tijdens de try-out gingen de groepjes verschillend aan het werk. Soms werd het werk verdeeld: één leerling had alle In de try-out had de leerkracht alle enveloppen op het bord geplakt. Hij nam een blaadje en vroeg aan een leerling om na te gaan in welke van de enveloppen dit papier zou passen (zonder het papier te vouwen).

Nadere informatie

Docentenhandleiding 2x16 Daderprofiel Dye kit

Docentenhandleiding 2x16 Daderprofiel Dye kit Docentenhandleiding 2x16 Daderprofiel Dye kit #VOS-039 versie 1.0 Inhoud kit: 2 x 15 Dye profielen 2 x Daderprofiel 3 g agarose 20 ml TAE 100x Benodigdheden: Electroforese opstelling inclusief voeding

Nadere informatie

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T Naam: Klas: Practicum: slingertijd Opstelling en benodigdheden: De opstelling waarmee gewerkt wordt staat hiernaast (schematisch) afgebeeld. Voor de opstelling zijn nodig: statief met dwarsstaaf, dun touw

Nadere informatie

TEST 2 DEZE TEST BESTAAT UIT TWEE ONDERDELEN: BEREKENING VAN HET VOLUME VAN EEN KIP AAN DE HAND VAN DE WET VAN BOYLE (activiteit 2)

TEST 2 DEZE TEST BESTAAT UIT TWEE ONDERDELEN: BEREKENING VAN HET VOLUME VAN EEN KIP AAN DE HAND VAN DE WET VAN BOYLE (activiteit 2) TEST 2 DEZE TEST BESTAAT UIT TWEE ONDERDELEN: METING VAN CO 2 PRODUCTIE GEDURENDE HET ADEMHALEN (activiteit 1) BEREKENING VAN HET VOLUME VAN EEN KIP AAN DE HAND VAN DE WET VAN BOYLE (activiteit 2) Pas

Nadere informatie

DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE!

DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE! 1B DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE! - Tuinbouw - "ik hoor en ik vergeet, ik zie en ik onthoud, maar ik doe en ik begrijp" Naam:... Klas:... 1 Probleem Binnen enkele weken is het weer infodag en de directie

Nadere informatie

Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme

Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme Bij dit onderzoekje wordt het accent in hoofdzaak gelegd op het leren ontwikkelen van een onderzoeksmethode, een werkwijze,

Nadere informatie