Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen"

Transcriptie

1 Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg Nederland vergrijst en ontgroent. Dat leidt uiteindelijk tot een toenemende vraag naar zorg. Uitgaande van de huidige organisatie van de zorg, zal er onvoldoende geld en onvoldoende personeel zijn om zorg te verlenen. Hier ligt een taak voor de installatiesector. Want dankzij de kennis van techniek en de diensten, kunnen mensen langer op een comfortabele en veilige manier zelfstandig blijven wonen. De ontwikkeling ervan komt echter nog te langzaam op gang. Drempels zijn: gebrek aan kennis, kunde, ervaring, standaardisatie en het niet echt rond kunnen krijgen van de financiering en de exploitatie. Daarom heeft uneto-vni het project 'Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg' uitgevoerd. Dit eindrapport biedt informatie over ontwikkelingen in de woninggebonden zorg, technologie in de zorg, kosten en baten, ervaringen van pilotprojecten en de mogelijkheden van en voor de installateur.

2 uneto-vni is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel

3 Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg Ruud Hoevenagel (EIM) Hans Kleinhout (KLICT) Jens Kleinhout (KLICT) Jaap Korpel (Consult) Zoetermeer, maart 2008

4 Dit onderzoek is gefinancierd door uneto-vni en SenterNovem. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Consult bv. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Consult bv. Consult bv, SenterNovem en uneto-vni aanvaarden geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. The responsibility for the contents of this report lies with Consult bv. Quoting of numbers and/or text as an explanation or support in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of Consult bv. Consult bv, SenterNovem and uneto-vni do not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections. uneto-vni, maart 2008

5 Voorwoord Het is bekend: Nederland vergrijst en ontgroent. Dat leidt tot een toenemende vraag naar zorg. Het gaat om grote aantallen en grote bedragen. Uitgaande van de huidige organisatie van de zorg, zal er onvoldoende personeel zijn om zorg te verlenen. Er moet en kan wat gebeuren. De installatiesector heeft daarbij een belangrijke rol te vervullen. Want dankzij de kennis van techniek en de diensten die je met die techniek kan leveren, kunnen mensen langer op een comfortabele en veilige manier zelfstandig blijven wonen. En dat willen mensen ook. Nieuwe installatietechnieken verhogen de kwaliteit van het leven en de efficiency in de zorg. Uit onderzoek van uneto-vni blijkt dat er 1,5 miljard per jaar aan besparingen gerealiseerd kan worden. De ontwikkeling ervan komt echter maar langzaam op gang. Er wordt te weinig in levensloopbestendig wonen geïnvesteerd. Drempels zijn: gebrek aan kennis, kunde, ervaring, standaardisatie en het niet echt rond kunnen krijgen van de financiering en de exploitatie. Daarom heeft uneto-vni met medefinanciering van SenterNovem het project Installateurs en ICT- en domotica-toepassingen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg uitgevoerd. Doel van dit project is om door middel van kennisvergaring en kennisverspreiding marktpartijen te ondersteunen bij de gedachteontwikkeling over levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg. Het is een lastig, weerbarstig, boeiend en bijzonder leerzaam project gebleken. Voor u ligt het eindrapport met informatie over ontwikkelingen in de woninggebonden zorg, technologie in de zorg, kosten en baten, ervaringen uit pilotprojecten en de mogelijkheden van en voor de installateur. Het project heeft daarnaast ook enkele informatiebrochures voor leden en stakeholders opgeleverd die u kunt vinden op en op de ledensite van uneto-vni onder het dossier Zorg. Het project is uitgevoerd door EIM Consult en KLICT en begeleidt door de Stuurgroep Zorg van uneto-vni. In deze stuurgroep hebben zitting: E.A. van Nieuwenhuijsen, vz. VG Domotica System Integrator, vz. Stuurgroep Zorg ir. A.J.M.O. Boumans, vz. VG Infratechniek N.J. Koreman, bestuurslid VG Elektro Installatiebedrijf R. van Loon, bestuurslid VG Domotica System Integrator H.F.A.W. Spekman, vz. VG ICT H.Th.G. Dekkers, vz. VG Sanitair & Techniek ing. L.J. van Wees, lid InnovatieGroep P.W. Helmink, uneto-vni Eberhard van Nieuwenhuijsen Voorzitter Stuurgroep Zorg uneto-vni 3

6

7 Inhoudsopgave 1 Project Installateurs zorgen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg Website: ZorgSwitch Drie deelonderzoeken Ervaringen uit proefprojecten De installateur en de markt voor (zorg)domotica 7 2 Ontwikkelingen in de woninggebonden zorg ICT en zorg: een groeiende markt De visie van experts op structuur en ontwikkelingen Organisatie van de woninggebonden zorg 12 3 Technologie: ICT en domotica voor de zorg Inleiding Installaties in de woning Niet één zorgdomotica-concept, maar vele varianten Telecare Matrix: technologie en de rol van de installateur Techniek is zinloos zonder de bijbehorende dienstverlening Het perspectief van de gebruiker Verbeteren kennispositie installatiebranche 37 4 Kosten en baten: businesscase (zorg)domotica Inleiding Landelijke businesscase ICT en domotica voor wonen en zorg Lokale businesscase: kosten en financiering van een project Kansen benutten 43 5 Ervaringen uit enkele pilotprojecten De voornaamste pilotprojecten Lessen uit de pilotprojecten 46 6 De installateur en (zorg)domotica De rol die de installateur op zich wil nemen Welke partijen moet de installateur benaderen? Mogelijkheden voor onderlinge samenwerking Tot slot: kansen slim benutten 54 5

8 1 Project: Installateurs zorgen voor levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg Dit rapport beschrijft de inzichten en kennis die in het project Installateurs zorgen voor levensloopbestendig wonen is opgedaan en in enkele tientallen workshops is overgedragen aan installateurs en andere belanghebbenden. EIM bv, Consult bv en KLICT bv hebben dit project uitgevoerd van 2004 tot 2007 in opdracht van uneto-vni. Het project werd mede gefinancierd door SenterNovem (SKB02024). Deze website, ZorgSwitch, bevat de informatie uit deze rapportage in een bewerkte vorm. Daarnaast fungeert (een afzonderlijk deel van) ZorgSwitch als een leeromgeving voor installateurs, ook nadat het project is afgerond. Verschillende van de ontwikkelde cursussen blijven namelijk doorlopen en in het verlengde daarvan zullen nieuwe interessante inzichten en documenten in de loop van de tijd aan ZorgSwitch worden toegevoegd. 1.1 Website: ZorgSwitch 1.2 Drie deelonderzoeken In het kader van het project is ook een website ontwikkeld, als platform voor de kennisoverdracht aan installateurs en andere betrokken partijen. Figuur 1 Website ZorgSwitch ( Een deel van de kennis en inzichten komt voort uit de drie deelonderzoeken, die in de eerste fase van het project (tot juli 2005) zijn uitgevoerd. Wij hebben dit aangevuld met de inzichten die sindsdien zijn opgedaan. Hieraan zijn de eerstvolgende drie hoofdstukken in dit rapport gewijd. 6 Bron: KLICT bv Allereerst wordt (in hoofdstuk 2) ingegaan op ontwikkelingen in de woninggebonden zorg, de organisaties die een rol spelen in de zorg en de relevante wetgeving op dit gebied. Daarna komt (in hoofdstuk 3) de stand van de technologie aan bod van ICT- en domotica - toepassingen voor de woninggebonden zorg. Deze technologie zal van steeds groter belang worden en moet dus in principe door installateurs beheerst worden. Daarbij wordt ook ingegaan op de huidige kennispositie van de installateurs. In hoofdstuk 4 staan de kosten en baten van (zorg)domotica de businesscase centraal, die mede gebaseerd is op het Viedome-project

9 in Veldhoven. Welke argumentatie kan daaruit worden gedestilleerd, die de toepassing van domotica voor woninggebonden zorg een extra impuls kan geven? 1.3 Ervaringen uit proefprojecten In de afgelopen jaren hebben verschillende installateurs eerste ervaringen opgedaan met projecten waarin domotica voor zorg en comfort in huis werd toegepast. In de loop van het project ( ) hebben wij verschillende pilotprojecten ondersteund en gevolgd. Hoofdstuk 5 is gewijd aan de lessen en ervaringen uit deze projecten. Daarbij ligt de nadruk niet op de techniek, maar op de markt (wat vraagt de opdrachtgever, wat wil de bewoner) en op het verloop van het proces bij een dergelijk, meestal innovatief, ontwerp- en bouwproject. 1.4 De installateur en de markt voor (zorg)domotica Voor veel installateurs is de markt voor (zorg)domotica een interessante markt. Maar het is wel een andere markt dan hij gewend is: voor een deel met andere partijen en andere eisen. En de plannen en opdrachten komen op een andere manier tot stand. In hoofdstuk 6 zetten wij op een rij, wat de installateur, die deze nieuwe markt wil betreden, moet weten om dat met (meer) succes te kunnen doen. 7

10 2 Ontwikkelingen in de woninggebonden zorg 8 Aan het project Installateurs zorgen voor levensloopbestendig wonen ligt ondermeer de constatering ten grondslag, dat installateurs een belangrijke rol kunnen spelen bij het slechten van belemmeringen aan de vraagzijde van de markt. Woningbouwcorporaties, zorgverleners en zorgverzekeraars en in toenemende mate ook de landelijke en lokale overheden spelen sinds enkele jaren een belangrijke rol in de gedachtenontwikkeling over levensloopbestendig wonen en woninggebonden zorg. Die gedachtenontwikkeling wordt nog maar beperkt gevoed met ICT- en installatietechnische kennis en inzichten. Meer kennis daarvan bij de genoemde partijen, bij voorkeur in de vorm van concrete voorbeelden, experimenten en demonstraties, zal een impuls geven om feitelijk te realiseren wat nu nog een grotendeels papieren discussie blijft. Daarnaast is het van belang om deze partijen te helpen, bijvoorbeeld door regionale experimenten, om doordachte en werkbare voorstellen uit te werken. Geslaagde praktijkvoorbeelden kunnen de belemmeringen wegnemen voor het ontwikkelen van plannen, voor samenwerking en het verleggen van financiële stromen en op die manier bijdragen aan het realiseren van kostenbesparingen op het terrein van wonen en zorg. De meeste installateurs missen echter de tools voor het bewerken van deze markt. De relevante partijen vormen samen, ook op het lokale niveau, een klantcomplex : de installateur heeft niet te maken met één klant, maar met een aantal onderling van elkaar afhankelijke organisaties. Figuur 2 De installatiebranche en de markt voor (zorg)domotica Kijken naar de markt... Bron: Consult bv MARKT gebruiker provincie aannemer gemeente zorgverzekeraar zorgverlener woningcorporatie projectontwikkelaar Als installateurs een dergelijk klant-complex niet effectief weten te benaderen zijn zij gedwongen de ontwikkelingen af te wachten en worden zij in het gunstigste geval in het laatste stadium besteld om een bepaald product of installatie te verzorgen. En het klant-complex blijft mede daardoor verstoken van een gedegen advisering over de nieuwste mogelijkheden die ICT en installatietechniek bieden voor woninggebonden zorg en levensloopbestendig wonen. Eén van de doelstellingen van het project was daarom de installateurs op

11 Mantelzorg staat onder druk In 2001 zorgden 3,7 miljoen Nederlanders voor een hulpbehoevende verwant, vriend of buur. Van het totaal aantal uren dat aan de verzorging van een hulpbehoevende medemens wordt besteed, komt meer dan driekwart voor rekening van de mantelzorgers. Ongeveer mantelzorgers voelen zich door hun hulpverleeen voor hen toegankelijke wijze wegwijs te maken Tabel 1 Wat hebben ICT en domotica te bieden? in dit klant-complex (welke partijen zijn van belang, wie is waarvoor verantwoordelijk, aan welke regels moeten zij zich houden, hoe verloopt de planvorming en besluitvorming etc.). In het eerste deelonderzoek is dit klant-complex in grote lijnen in kaart gebracht. Op basis van de ervaringen van installateurs in een aantal pilot-projecten zijn deze inzichten aangescherpt. Zie hiervoor hoofdstuk 5 en 6. In dit hoofdstuk presenteren wij de inzichten van het eerste deelonderzoek, die door middel van het project aan installateurs (en aan andere geïnteresseerde belanghebbenden) zijn overgedragen. Achtereenvolgens passeren de volgende onderwerpen de revue: Groeiende markt: de behoefte aan levensloopbestendige woningen en aan ICT-toepassingen voor woninggebonden zorg zal in de komende decennia naar verwachting sterk toenemen. De visie van experts op de organisatie van de woninggebonden zorg, de mogelijkheden voor toepassing van ICT en installatietechniek en de ontwikkelingen daarin. De organisatie van de woninggebonden zorg, inclusief enkele belangrijke ontwikkelingen in de financiering en de wet- en regelgeving. Dit materiaal is bedoeld voor de kennisoverdracht aan installateurs en andere relevante betrokkenen. Om die reden is de mate van detail beperkt: het gaat erom de hoofdlijnen te schetsen en hen enigszins wegwijs te maken in deze materie, waarbij telkens vanuit het perspectief van de installateur naar ontwikkelingen op deze markt wordt gekeken. ontspanning en communicatie schakel naar persoonlijke diensten comfort in en rond de woning veiligheid: apparaten, inbraak, brand veiligheid: personen-alarm, valdetectie langer zelfstandig kunnen blijven wonen technologie voor zorg op afstand Bron: Consult bv De behoefte aan levensloopbestendige woningen - verrijkt met aspecten van domotica - zal in de toekomst in Nederland toenemen. De vraag naar (woninggebonden) zorg zal eveneens toenemen en daarmee het belang van de inzet van ICT-toepassingen daarbij. De achterliggende basisbewegingen zijn: een vergrijzing van de bevolking, meer mondiger ouderen die liever in de vertrouwde thuissituatie verzorgd worden dan in verzorgingshuizen, een afnemende mantelzorg en een gebrek aan voldoende arbeidskrachten om aan de groeiende zorgvraag te voldoen. Naar 4,1 miljoen 65-plussers in 2040 Volgens recente CBS-cijfers zal het inwonertal van Nederland toenemen van 16,3 miljoen nu naar 17,0 miljoen rond In 2006 was 14,3% van de bevolking 65 jaar of ouder (2,4 miljoen mensen). Rond 2040 bereikt de vergrijzing haar hoogtepunt met een aandeel 65-plussers van 25% (4,3 miljoen, dus bijna twee keer zoveel ouderen). Eigenlijk is er sprake van een dubbele vergrijzing. Ouderen worden gemiddeld ouder, daarnaast worden er ook meer mensen ouder. Tegelijk krimpt het aandeel van de bevolking in de leeftijdscategorie waarop men doorgaans actief is op de arbeidsmarkt. Het aandeel 20- tot 65-jarigen bedraagt momenteel 62% van de bevolking (10 miljoen mensen), tegen 54% in 2040 (ruim 9 miljoen mensen). 2.1 ICT en zorg: een groeiende markt De toepassing van ICT en domotica in de woning heeft vele voordelen, en zal binnen afzienbare termijn zelfs een maatschappelijke noodzaak worden. 9

12 10 ning zwaar belast. Het helpen kost mantelzorgers zo n 1,3 miljard per jaar aan extra gemaakte kosten en inkomensderving. Door demografische ontwikkelingen staat het systeem van de mantelzorg onder druk. Zo bestaat een derde van de Nederlandse huishoudens uit alleenstaanden, in de jongere generaties werken vaak beide partners buitenshuis en de behoefte aan mantelzorg is juist groot bij generaties waarvan de kinderen inmiddels ook al tot de ouderen behoren. De vermaatschappelijking van de zorg en het inkrimpen van het collectieve voorzieningenpakket maken dat meer beroep gedaan zal worden op de informele sector. En dat proces zal nog verder toenemen in de toekomst. Huishoudensontwikkeling Volgens het CBS is het aantal huishoudens per 1 januari 2002 ruim 6,9 miljoen. Volgens de Primusprognose zal het aantal huishoudens in 2020 met 1,0 miljoen zijn gestegen tot 7,9 miljoen. Tot 2010 is de groei van het aantal huishoudens 55 à 60 duizend per jaar. Na 2010 neemt de groei duidelijk af. Het aantal huishoudens groeit relatief gezien wel sneller dan het aantal personen. Dit betekent dat de huishoudens gemiddeld nog steeds kleiner worden. De gemiddelde huishoudensgrootte zal dalen van 2,29 in 2002 naar 2,23 in 2010 en naar 2,15 in Behoefte aan levensloopbestendige woningen De behoefte aan levensloopbestendige woningen voor 55-plussers die over 10 jaar, in 2015, 30% van de bevolking zullen vormen, wordt geschat op tenminste 35% van de totale woningvoorraad. Daarnaast wordt in de komende decennia een groei in het aantal ouderen met dementie verwacht. De toekomstverkenning Ruimte voor Zorg geeft de volgende getallen: in 2010 zijn er dementerenden (waarvan beschermde woonzorg behoeven) en in 2030 zelfs (91.000). Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van Prognoses geven op basis daarvan aan dat in à 8% van het totale woningbestand zal moeten bestaan uit aangepaste of zorgwoningen. Eenzaamheid: een groeiend probleem In Nederland voelen 1 miljoen ouderen zich vaak eenzaam en van hen voelen zich extreem eenzaam. Volgens prognoses van het NIZW en CPB zijn er in 2010 zo n 1,5 miljoen eenzame ouderen, waarvan er meer dan extreem eenzaam zijn. Van alle 65-plussers woont ongeveer 40% alleen, van alle 75-plussers ongeveer 55%. Momenteel woont 85% van de 65-plussers zelfstandig en van de 85-plussers 50%. Het aantal ouderen dat zelfstandig woont, blijft toenemen - net als de eenzaamheid. Meer ouderen zonder zorg In Nederland leven ongeveer een half miljoen depressieve ouderen. Ruim 15% van de 85-plussers is ernstig depressief. Bij driekwart van hen wordt de depressie niet herkend, waardoor behandeling achterwege blijft. Meer dan ouderen met ernstige beperkingen moeten het zonder zorg stellen. In de leeftijdsgroep jaar heeft ongeveer 75% langdurige lichamelijke beperkingen. Ongeveer 30% van de ouderen die zegt niet te kunnen traplopen heeft een trap. Ruim een kwart van de ouderen woont in een minder geschikte woning. Van de ongeveer 2 miljoen mensen van 65 jaar en ouder woont 9% in verzorgings- en verpleeghuizen. ICT in de zorg: harde noodzaak ICT in de zorg kan veel van de geschetste problemen verzachten. Maar het is geen panacee tegen de vereenzaming en de vergrijzing van de maatschappij. Zorgdomotica staat niet op zichzelf maar past in een breder perspectief waarbij ook de gebruiker, de woningcorporaties, de thuiszorg (meldkamer) en ziekenhuizen (EPD) betrokken zijn. Het volledig volstoppen van huizen met domotica heeft weinig zin als daar geen gebruik van wordt gemaakt of bijvoorbeeld ziekenhuizen de gegevens van patiënten niet kunnen controleren. Maar om de discrepantie tussen de uitdijende zorgvraag en een krimpend zorgaanbod te overbruggen is domotica wel noodzaak.

13 De mogelijkheden in de markt Deze trends zorgen samen voor een markt, die in de komende jaren nog sterk zal gaan groeien. Die markt kent verschillende segmenten: Door de zorginstellingen wordt voornamelijk geïnves- teerd in toepassingen die voor de klanten en voor het productieproces van zorgverleners interessant zijn. De meer luxe toepassingen worden (in voor bemid- delde senioren bedoelde nieuwbouwcomplexen) eerder door projectonwikkelaars aangeboden. Een particuliere woningeigenaar heeft (door de bank genomen) interesse in de op comfort gerichte toepassingen en woningbouwcorporaties die levensloopbestendige woningen willen (ver)bouwen kiezen weer voor een andere combinatie van toepassingen. 2.2 De visie van experts op structuur en ontwikkelingen In het kader van het eerste deelonderzoek is gesproken met verschillende deskundigen en vertegenwoordigers van betrokken instanties over de toekomstige rol van domotica in de woninggebonden zorg, en in het speciaal de rol van de installateur daarin. Uit de verschillende interviews komt het volgende beeld naar voren ten aanzien van de organisatie van de woninggebonden zorg, de mogelijkheden voor toepassing van ICT en installatietechniek en de te verwachten ontwikkelingen daarin. Figuur 3 Product-markt-combinaties domotica en zorg Potentiële opdrachtgevers gehinderd door regelgeving Zowel de zorg als de bouw zitten verstrikt in enge regelgeving die slechts langzaam verandert. De thuiszorg is graag bereid om een deel van de investeringskosten voor haar rekening te nemen, maar kan dit niet. Door de ontwikkelingen in de zorgwereld komt er meer speelruimte, maar dit zal nog wel enige tijd duren. De bouwkolom is top-down georiënteerd. Er is nog maar weinig horizontaal overleg. Bron: Consult bv Onderverdeling naar doelgroepen is gewenst De ruimte voor innovatie en de mogelijkheid om een relatief gunstige marge te behalen op de installatie en de producten zit vooral in het luxe en in het comfortsegment. Meer bij projectontwikkelaars en particulieren dus, dan bij woningbouwcorporaties en zorginstellingen. Bij die laatsten is echter een bredere toepassing en een groter afzetvolume te verwachten (op termijn). Domotica in de zorg, zorgdomotica of ICT in de zorg zijn te brede concepten. Een nadere specificatie, gericht op doelgroepen is gewenst. Zo n specificatie legt direct de banden bloot met de achterliggende financiers. Voor de thuiszorg, bijvoorbeeld, gaat het voornamelijk om toepassingen als videodeurtelefoon, contact met de zorgcentrale en personenalarmering. De financiering komt, behalve van de zorgverzekeraars, van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en van woningbouwcorporaties. Intensievere zorg vergt andere toepassingen en wordt grotendeels uit de AWBZ gefinancierd. 11

14 12 Professioneel geïnstalleerd of doe het zelf? Installateurs kunnen concurrentie gaan krijgen van retailers (zoals Gamma) en van de grote installatiebedrijven (GTI, Imtech) wanneer domotica aanslaat. De betrouwbaarheid van een doe-het-zelf-toepassing kan problematisch zijn en dat kan problemen opleveren voor de gebruiker en (indien van toepassing) de zorgverlener (bijvoorbeeld de meldkamer). Een zaak van lange adem: doe mee en houd vol Net als alle bouw(plan)trajecten duren ook domoticatrajecten tot nu toe lang: 7 tot 8 jaar wordt genoemd. De rol van de installateur wordt wel onderkend en hij is ook zeker wel geïnteresseerd om een rol te spelen in de planfase, maar zijn huidige kennis wordt niet al te hoog ingeschat. Ook de waarde van een systemintegrator wordt door de andere partijen ingezien. Voor producenten: een lastige markt Voor de domotica-leveranciers is de zorgwereld te versnipperd en te veeleisend om als interessant te worden beschouwd. Men ziet het eerder als een nichemarkt. De ontwikkelingen gaan snel en er is een risico dat ontwikkelkosten niet kunnen worden terugverdiend. Domotica wordt op veel aspecten mogelijk gedeeltelijk ingehaald door beeldtelefonie, ADSL, breedband en audiovisuele nieuwtjes. Het is de vraag of domotica-toepassingen echt als pakketten verkocht gaan worden, of dat snufjes via andere wegen de huizen binnen zullen komen. Relatief basic toepassingen, maar wel met hoge betrouwbaarheid Ouderen hebben vaak geen grote, complexe domoticainstallatie nodig. Een modulair en gestandaardiseerd open systeem is daarom noodzaak. Zolang niet alles automatisch via plug and play met elkaar kan communiceren vormt dit een bottleneck voor een grootschalige introductie. Hierbij staat de tv en de pc als voorbeeld. De (organisatie van de) vraagzijde van de markt is de bottleneck Voor de introductie van domotica in de woninggebonden zorg lijken organisatorische en financiële problemen groter te zijn dan de technische problemen. Technisch is alles mogelijk, maar om het organisatorisch ook goed in te richten en er financieel de revenuen van te plukken vormt nog het grootste obstakel. De gemeenten en corporaties zijn in de toekomst belangrijke gesprekspartners voor de installatiebranche. Houd een open oog voor nieuwe kansen Domotica moet niet beperkt blijven tot projecten die gericht zijn op ouderen die langer thuis kunnen blijven wonen (zie Sensire, Viedome). Er liggen kansen op andere deelterreinen, door bijvoorbeeld mee te liften met Versatel, ADSL etc. Ook ICT bij de patiënt (trombose, insuline) kan interessant worden voor domotica. 2.3 Organisatie van de woninggebonden zorg Instanties in beeld Wanneer een installateur in een vroeg stadium wenst deel te nemen aan projecten op het gebied van zorgdomotica is het van belang dat hij zicht heeft op het krachtenveld rondom de woninggebonden zorg. Met andere woorden, wie is belangrijk in woninggebonden zorgland? Met welke instanties krijgt de installateur te maken, welke instanties zijn natuurlijke bondgenoten en welke instanties moeten worden overtuigd? Een breed palet van partijen Diverse partijen en instanties zijn betrokken bij initiatieven op het gebied van zorgdomotica en hun rollen verschillen van geval tot geval. Zo speelden bij Viedome de thuiszorginstantie en twee leveranciers een centrale rol en in het project in Noord-Limburg waren dat Syntens en de Zorggroep Noord-Limburg. In Geldrop, in de woonwijk Eversveld, hebben bewoners zelf het initiatief genomen tot het plaatsen van domoticapakketten in koopwoningen (NIZW, 2004). Ten behoeve

15 van de installateur die in een vroeg stadium wenst deel te nemen aan projecten op het gebied van levensloopbestendig wonen zijn de betrokken instanties in acht samenhangende groepen ingedeeld. Deze worden hierna kort omschreven. 1. Groep Overheid De groep Overheid bestaat in principe uit drie instanties: gemeenten, provincies en het rijk 1. Deze volgorde is niet willekeurig, maar geeft het huidige belang aan van deze partijen. De levensloopbestendig wonen projecten zijn voor het grootste deel lokaal georiënteerd, soms regionaal. Gemeenten zijn altijd betrokken bij initiatieven op dit gebied, actief als (mede-)initiator of passief als subsidiegever. Op het gebied van zorg wordt de gemeente in de toekomst steeds belangrijker (zie paragraaf 2.3.2). De wethouder van zorg, welzijn of wonen - of de betreffende commissie in de gemeenteraad - is veelal de eerstverantwoordelijke op het gebied van domotica in de zorg. Wanneer projecten zich meer op regionaal gebied gaan begeven, komt de provincie aan bod. De ministeries van VWS en VROM zijn de twee belangrijkste ministeries op het terrein van zorg en domotica. Het eerste ministerie is van belang in verband met de zorg, het tweede in verband met het wonen. Het ministerie van VWS geeft steeds meer verantwoordelijkheid aan de zorginstellingen. Een vergelijkbaar proces is aan de gang bij de woningcorporaties. Momenteel is het rijk op het gebied van domotica in de zorg voornamelijk facilitair actief. 2. Groep Wonen De belangrijkste partij binnen deze groep zijn momenteel de woningcorporaties. Deze partij heeft in de loop der jaren steeds ruimte gekregen van het ministerie van VROM. Woningcorporaties zijn zelfstandige organisaties die samen een groot deel van de woningvoorraad in Nederland beheren. In 2003 bedroeg het aantal 1 Ook de EU dient tot de groep Overheid gerekend te worden. Echter vooralsnog is de EU in sommige gevallen handig om projecten op dit gebied te laten meefinancieren. Ze neemt nog geen voortrekkersrol op zich op het gebied van domotica en zorg. woningcorporaties 552. De corporaties bezitten in totaal 2,4 miljoen huurwoningen. Het marktaandeel is 37%. Tot nu toe vinden (bijna) alle projecten op het gebied van domotica en zorg plaats binnen het domein van de woningcorporaties, vaak in samenwerking met één of meer zorgverleners. Ouderen zijn tegenwoordig de grootste klantgroep van woningcorporaties. Maar liefst 55% van de huurders van woningcorporaties is 55 jaar of ouder. Woningcorporaties zijn al ruim tien jaar actief op het gebied van wonen en zorg. De ruim 500 woonzorgcentra (zelfstandig wonen met aanvullende zorg en dienstverlening) in Nederland zijn allemaal door woningcorporaties gebouwd. Woningcorporaties beheren bovendien 400 verzorgingshuizen. Corporaties en organisaties uit de zorgsector zoeken elkaar steeds vaker op. Op lokaal niveau zijn allerlei vormen van samenwerking ontstaan, zoals het openen van woonzorgwinkels waar de klant met al zijn vragen over wonen en zorg terecht kan. Een ander voorbeeld is dat woningcorporaties en zorginstellingen bij sommige wooncomplexen samenwerken. Corporaties hebben echter niet de ambitie zich tot zorgaanbieders te ontwikkelen. Het wonen, met alles wat daarmee samenhangt, blijft de belangrijkste activiteit van corporaties. In de toekomst is het denkbaar dat ook bij nieuwbouwprojecten domotica-voorzieningen in de woningen worden gebouwd met het oog op levensloopbestendig wonen. Wanneer nieuwbouw aan de orde is, zijn projectontwikkelaars en architecten een belangrijke partij. Een derde partij die een belangrijke rol speelt binnen de groep Wonen zijn de aannemers. Zij zijn het die de plannen tot verbouw en herbouw van de woonzorgcomplexen moeten uitvoeren. Het installatiedeel hiervan laten zij veelal over aan installateurs die als onderaannemer fungeren. Vaak schakelen zij één van hun vaste installateurs in, ongeacht of deze voldoende expertise heeft op het gebied van zorgdomotica. Sommige corporaties hebben een eigen aannemerij onder zich. 13

16 14 3. Groep Zorg De groep Zorg bestaat uit een breed palet van zorginstellingen, zorgverleners en zorgverzekeraars. Voor domotica in de zorg, of levensloop bestendig wonen, zijn de extramurale, of tweedelijns-zorginstellingen het belangrijkste aanspreekpunt. Het gaat hierbij in eerste instantie om thuiszorginstanties en de overkoepelende organisaties. Daarnaast zijn de verpleeg- en verzorgingshuizen van belang, alsmede de huisartsen en de ziekenhuizen (ambulance-hulpdiensten). Immers, deze instellingen verzorgen voor een belangrijk deel de zorgdienstverlening die bij zorg op afstand goed geregeld moet zijn. Indien zorginstellingen diensten aanbieden in gebouwen van woningcorporaties was tot voor kort een vergoeding voor het aanbrengen van ruimten voor de zorg mogelijk via de Wet Ziekenhuisvoorzieningen. Per 1 april 2004 was een overgangsregeling kapitaalslasten extramurale zorgverlening van kracht. Voor domoticavoorzieningen in nieuwbouwwoningen in woonzorgcomplexen was via deze regeling een vergoeding mogelijk. Verbouw- en overige woonzorginitiatieven kwamen niet voor vergoeding voor domotica in aanmerking. Een belangrijk onderdeel is het elektronisch patiëntendossier (EPD). Wanneer dit integraal in Nederland wordt doorgevoerd kunnen de unieke digitale gegevens van patiënten snel en betrouwbaar door verschillende zorginstanties bekeken en geïnterpreteerd worden. Vooralsnog is er nog geen algemeen EPD beschikbaar. Binnen het zorgstelsel zijn de komende tijd veranderingen te verwachten, waarbij de gemeenten meer invloed en geld krijgen. Hoe de krachten en machten zich precies ten opzichte van elkaar gaan verhouden, is echter nog onduidelijk. Het is ook de vraag of het zinvol is voor een installateur om dit krachtenspel te doorgronden. Veelal is de lokale of regionale thuiszorginstantie het eerste aanspreekpunt op het gebied van domotica en zorg. Een tweede groep van bedrijven die tot deze groep kan worden gerekend zijn de leveranciers van zorgtechnologie. Hierbij kan gedacht worden aan hartbewaking op afstand of geavanceerde spraakcomputers. Volgens het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) bewegen deze leveranciers zich steeds meer richting de domotica-markt. Echter omdat zij vanuit hun eigen systemen werken, ontwikkelen zij domotica die niet of moeilijk kan communiceren met andere systemen. Hier ligt een technisch knelpunt dat in de toekomst moet worden opgelost. Het is in dit kader belangrijk dat in nieuw op te zetten projecten zogenaamde ICT-domotica, die via een open en gestandaardiseerd protocol communiceert, het wint van de zogenaamde E-domotica, die juist veelal leveranciers-afhankelijke protocollen kent. 4. Groep Gebruik De groep Gebruik bestaat voornamelijk uit belangenorganisaties. Deze staan over het algemeen positief tegenover het concept van levensloopbestendig wonen. De ouderenbonden (ANBO, PCOB en Unie KBO) hebben in dit kader (mede) een woonkeurmerk ontwikkeld voor levensloopbestendige nieuwbouwwoningen. De kracht van deze belangenorganisaties is dat ze wanneer ze een bepaald project omarmen goed in staat zijn om de media hierop te attenderen. Naast leeftijdsgebonden organisaties spelen ook zorggerichte organisaties een rol in deze groep. De belangenorganisaties hebben vaak ook een goed zicht op de krachtstructuur in de zorg. De gebruikers zelf zijn tot nu toe nog geen belangrijke partij geweest in de discussie rond domotica in de zorg. Het vraaggestuurde karakter hiervan beperkte zich in veel gevallen tot voorlichting over mogelijke domotica-pakketten. 5. Groep Installatie Tot de groep Installatie behoren allereerst de installateurs. Installateurs werken vaak met producten van vaste leveranciers, waarmee zij een contract hebben. Voorts werken ze vaak als onderaannemer. Dit betekent dat ze veelal niet meedenken over het ontwerp en pas in een laat stadium van het bouwproces bij het project

17 worden betrokken. Het is de algemene mening dat domotica in de zorg een integrale aanpak vereist, een aanpak die bij de meeste installateurs nog niet aanwezig is. Slechts enkele installateurs hebben zich gespecialiseerd in (de advisering rondom) domotica. Dergelijke bedrijven worden in dit verband veelal systemintegrators genoemd. Het belang van systemintegrators die in een vroeg stadium vaak meedenken over het ontwerp zal in de toekomst toenemen. Door de complexiteit van de materie domotica in de zorg vereist meer dan de installatie van een systeem zal de zorgdomotica van de toekomst moeilijk door één enkele installateur kunnen worden aangelegd. In veel gevallen zal samenwerking nodig zijn met andere collega s om zo een breed pakket aan te kunnen bieden. Een tweede groep die kan worden onderscheiden is de brancheorganisatie uneto-vni. Deze zal haar aangesloten leden van advies en informatie dienen te voorzien over aspecten op het gebied van zorg en domotica. Hierbij gaat het enerzijds om technische informatie, maar anderzijds ook om marketinginformatie. Een derde groep zijn de leveranciers van installatietechnologie. Vanuit verschillende kanten worden momenteel domotica-producten aangeboden. Zelfs bij de bouwmarkten zijn momenteel setjes van domotica te vinden. De leveranciers van installatietechnologie hebben vaak een eigen netwerk van installateurs die hun producten gebruiken. Leveranciers proberen bij corporaties hun eigen domotica-systeem te verkopen, wat niet altijd de meeste ideale oplossing hoeft te zijn. Hoe algemener een systeem (Konnex, Lonworks), hoe duurder. 6. Groep Diensten De groep Diensten bestaat uit een conglomeraat van bedrijven die wanneer een domotica-systeem is gelegd zal proberen om aanvullende diensten op dit systeem te verkopen. Gedacht kan worden aan diensten op het gebied van amusement (video), eten (tafeltje dekje, pizzakoeriers), kleding, verzorging, reizen etcetera. Veel van deze diensten verkeren nu nog in een pril stadium, maar wanneer het aanbod aan domotica zal toenemen zal de dienstverlening zich vanzelf en snel aanpassen. Sommige diensten zijn nog niet verkrijgbaar omdat er nog weinig domotica-woningen gerealiseerd zijn. 7. Groep Advies De laatste groep bestaat uit een bont palet van adviseurs en onderzoeks- en onderwijsinstellingen, die de actoren in het veld advies kunnen geven op het gebied van domotica en de zorg. Naast universiteiten en hogescholen kan ook gedacht worden aan instellingen zoals Kamers van Koophandel, SenterNovem en Syntens. Daarnaast zijn er expertisecentra als het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg en Vilans en verschillende andere, meer technisch georiënteerde platforms zoals Smarthomes. Via het internet zijn diverse kleinere adviesbureaus actief op dit specifieke terrein. Belangrijkste krachten In tabel 2 wordt een overzicht gegeven van de verschillende groepen in de zorgwereld en hun positie voor de installateur. Een onderscheid is gemaakt in een A- (1 en 2), B- en C-status, waarbij de A-status aangeeft dat deze voor de installateur belangrijk is. Uit de tabel is af te lezen dat gemeenten, woningcorporaties, thuiszorginstanties en collega-installateurs de belangrijkste krachten zijn die de installateur kan gebruiken wanneer hij zich wil begeven op het gebied van zorgdomotica. Tabel 2 Overzicht van relevante partijen, onderverdeeld in groepen Actoren Status Positie Bondgenoot Investeerder Gemeente (wethouder, raad) A-1 actief (deel) ja subsidie Provincie (GS) B actief (deel) ja subsidie Rijk (VWS, VROM, (EZ) B volgend nee nee EU C volgend nee subsidie Woningcorporaties A-1 actief (deel) ja ja Projectontwikkelaars C volgend nee ja Architecten C volgend nee nee Hoofdaannemers A-2 volgend nee nee Thuiszorginstanties A-1 actief (deel) ja ja Verpleeg- en ziekenhuizen B actief (deel) neutraal nee Koepels van zorginstellingen A-2 actief (deel) ja nee Huisartsen (vereniging) B actief (deel) ja nee Leveranciers zorgtechnologie B actief (deel) ja ja Patientenverenigingen A-2 actief (deel) ja nee Belangenverenigingen ouderen A-2 actief (deel) ja nee Gebruikers woningen C volgend neutraal nee Collega-installateurs (E, W en I) A-1 actief (deel) neutraal nee Brancheorganisaties A-1 actief ja nee Leveranciers installatietechnologie A-2 actief neutraal ja ICT-, softwarebedrijven A-2 actief neutraal ja Domotica dienstverleners B actief ja nee Adviseurs domotica B actief ja nee Universiteiten en hogescholen B actief ja nee KvK, Syntens, SenterNovem B volgend ja subsidie Bron: EIM bv 15

18 Veranderende wetgeving in de zorg In de afgelopen jaren is de wetgeving, en daarmee ook de financiering, in de zorg met enige regelmaat aangepast. Een belangrijke verandering op het gebied van de woninggebonden zorg was de invoering, per 1 januari 2007, van de WMO en de regierol die gemeenten sindsdien in het kader van deze wet vervullen. Regie houdt dan in: zorgen voor afstemming en samenhang tussen alle markt- en maatschappelijke partijen die op deze terreinen werkzaam zijn. De gemeente is immers vanuit haar (controleerbare) publieke verantwoordelijkheid de natuurlijke partij om die regierol te vervullen. Zij is als enige in staat op lokaal niveau ontwikkelingen te kanaliseren, een integraal beleid te voeren dat goed rekening houdt met de lokale omstandigheden en de wensen van burgers. De meeste gemeenten hebben in de eerste jaren al hun tijd en aandacht nodig gehad, om met name de huishoudelijke zorg te organiseren en aan te besteden. De WMO biedt echter ook kansen voor een andere, geïntegreerde aanpak van wonen en zorg. Vernieuwing van woninggebonden zorg en stimulering van levensloopbestendig wonen kunnen dan een krachtige impuls krijgen. De verwachting is, dat gemeenten er pas in de komende jaren aan toe zullen komen om op dit terrein beleid te ontwikkelen en in de praktijk te brengen. Terugtrekkende overheid De overheid zou zich op het gebied van de zorgdomotica veel krachtiger kunnen opstellen, maar in het kader van de herziening van het zorgstelsel in Nederland zijn de vier kernwoorden: meer marktwerking tussen de zorgverleners, meer efficiency, meer deregulering en meer financieel besef bij de burgers. Met andere woorden, de overheid trekt zich meer en meer terug uit het zorgstelsel en laat binnen zekere grenzen de markt het werk doen. Een voorbeeld hiervan is de nieuwe Wet Toelating Zorg instellingen (WTZi), die per 1 januari 2006 de vroegere Wet Ziekenhuisvoorziening (WZV) heeft vervangen. De WTZi maakt gereguleerde marktwerking in het zorgaan- bod mogelijk. Dat betekent onder andere dat de bouw van zorginstellingen meer aan het veld wordt overgelaten. Voor de woninggebonden zorg zijn de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en de daarmee gepaard gaande afslanking van de AWBZ de twee belangrijkste concrete wijzigingen. Daarnaast zijn convenanten tussen het Rijk en de woningcorporaties en veranderingen in het huurbeleid van belang. WMO Gemeenten zijn door de WMO verantwoordelijk geworden voor de ondersteuning van burgers, die onvoldoende in staat zijn om op eigen kracht deel te nemen aan de samenleving. Dat is niet allemaal nieuw. Er was immers al een Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en een Welzijnswet. Beide wetten zijn opgegaan in de WMO. Wat wel nieuw is voor gemeenten, is dat hun verantwoordelijkheid wordt uitgebreid met onderdelen die tot dan toe via de AWBZ liepen. Vanaf 2007 betreft dat de huishoudelijke verzorging. Daarna ook de activerende en ondersteunende begeleiding. Gemeenten moeten ervoor zorgen dat hun inwoners volwaardig aan de samenleving kunnen deelnemen. Gemeenten zijn ook verantwoordelijk voor het voorzieningenaanbod voor burgers. Ook moet de gemeente zorgen voor de toegankelijkheid van de voorzieningen. Het doel van de WMO is, dat iedereen kan meedoen in de maatschappij. De WMO legt de verantwoordelijkheid voor die participatie bij burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Zij moeten de initiatieven nemen om te zorgen dat niemand op onnodige drempels stuit in de maatschappij. De overheid - en daarmee ook de bureaucratie - blijft op afstand. De buurt moet in beweging komen om mensen in de samenleving te betrekken. Als daar een zetje voor nodig is, kan de gemeente ondersteuning geven. Een gemeente kan dat gerichter en doeltreffender doen dan de rijksoverheid of de provincie. De gemeente is verantwoordelijk voor een voorzieningenaanbod dat burgers in staat stelt om mee te doen in de maatschappij en elkaar daarbij te helpen. Hierdoor ontstaan onvermijdelijk verschillen tussen gemeenten. Elke

19 gemeente biedt immers maatwerk, afgestemd op de behoeften en mogelijkheden van haar burgers. Volgens het kabinet zullen juist die verschillen de gemeenten scherp houden. Als duidelijk is dat een buurgemeente betere voorzieningen biedt, kan iemand met dat gegeven naar zijn eigen gemeentebestuur stappen en om verbetering vragen. De financiering van de WMO gaat via de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. De budgetten voor WVG en de Welzijnswet zaten al in dit fonds, een deel van het AWBZ-budget is daaraan toegevoegd. Daarnaast mag de gemeente, binnen door het Rijk bepaalde grenzen, eigen bijdragen vragen aan burgers die van de voorzieningen gebruikmaken. AWBZ De komst van de WMO en de Zorgverzekeringswet heeft gevolgen voor de AWBZ. Een aantal AWBZ-aanspraken gaat over naar andere regelingen. De langdurige zware zorg blijft in de AWBZ. De AWBZ-functies die niet direct met zorg te maken hebben zijn uit de volksverzekering verdwenen. Het gaat om een groot deel van de verblijfsfunctie (uit de AWBZ naar woonsector), enkelvoudige huishoudelijke verzorging, ondersteunende en activerende begeleiding, AWBZ-vervoer en diverse premieregelingen (uit de AWBZ, deels naar de WMO) en extramurale GGZ-zorg en het eerste jaar van de intramurale GGZ-zorg (uit de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet) Een faciliterende en stimulerende rol van de overheid De rijksoverheid vervult geen echt dwingende rol in de markt van (zorg)domotica. Ze probeert te stimuleren en faciliteren. VWS en VROM hebben in 2004 samen een Actieplan Wonen & Zorg opgesteld om het scheiden van wonen en zorg mogelijk te maken. Beide ministeries namen zich daarbij voor om het actieplan jaarlijks te actualiseren, in overleg met (de brancheorganisaties van) de betrokken partijen (gemeenten, provincies, woning-corporaties, commerciële woningaanbieders, zorgaanbieders, zorgkantoren, en consumentenorganisaties). De belangrijkste punten uit het actieplan: Er moeten meer woningen komen die zijn aangepast aan de behoeften van mensen met lichamelijke beperkingen. In de periode moeten er geschikte woningen bijkomen. Dat kan door geschikte woningen nieuw te bouwen of door verbouwing van bestaande woningen. Bijvoorbeeld door het bouwen van een traplift. Om aangepaste woningen te reserveren voor kwetsbare groepen mensen, komt er een systeem van woningtoewijzing. De woonomgeving moet even drempelloos zijn als het huis. Daarvoor moeten afstapjes van stoep en straat geëffend worden. Verder moeten mensen die kwetsbaar zijn door ouderdom of een handicap hebben zich veilig kunnen voelen in hun eigen huis. Als iemand bijvoorbeeld valt, moet hij of zij hulp kunnen inroepen via een alarmeringssysteem. Bovendien moeten de huizen tegen inbraak beveiligd zijn. Meer aanbod van zorg en diensten in de directe omgeving. Zorgkantoren zijn verantwoordelijk voor een evenwichtig aanbod van zorg. Zorginstellingen, corporaties en gemeenten richten een zorgsteunpunt in van waaruit bijvoorbeeld thuiszorg en dagactiviteiten worden verzorgd December 2007: een nieuw actieplan Inmiddels zijn we drie jaar verder en de vorderingen bij het realiseren van meer geschikte woningen voor ouderen en zorgbehoevenden vallen tegen. Tegelijkertijd blijkt de bouwopgave groter dan destijds werd verondersteld. De minister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI) en de staatssecretaris van VWS hebben op 12 december 2007 een nieuw actieplan gepresenteerd: Beter (t)huis in de buurt Actieplan Samenwerken aan wonen, welzijn en zorg Het actieplan heeft vier thema s: Verbinding: samenhangende aanpak en regie op lokaal niveau; Voldoende geschikte woningen en variatie in aanbod; Zorg en ondersteuning op maat; Generatiebestendige wijken en woonomgeving. 17

20 Om wijken generatiebestendig te maken, zodat ouderen zo lang mogelijk in hun wijk kunnen blijven wonen, is een veel grotere variatie in het woningaanbod nodig en moeten er servicepunten komen voor welzijn en zorg. De bewindslieden willen dit bovendien niet alleen mogelijk maken voor mensen met een lichte zorgbehoefte, maar ook voor zwaardere zorgvragers. In 2006 was 14,3% van de bevolking 65 jaar of ouder. In 2040 zal dat 25% zijn. Ouderen en mensen met beperkingen wonen meer dan vroeger zelfstandig en zij krijgen ook meer ondersteuning en zorg op maat. Dit in de komende jaren mogelijk maken is volgens de bewindslieden dan ook een opgave van formaat. Bouwopgave nóg groter Tot 2015 moeten er volgens het actieplan nultredenwoningen extra beschikbaar komen om aan de vraag te voldoen (in 2004 werd de opgave nog becijferd op nultredenwoningen). Van deze extra woningen moeten er geschikt zijn voor mensen met een zwaardere zorgvraag. De jaarlijkse productie van nultredenwoningen in de nieuwbouw moet stijgen tot 40%. De bewindslieden verwachten van woningcorporaties een forse inzet op dit terrein. In het Onderhandelaarsakkoord ( ) is met Aedes (woningcorporaties) afgesproken om tot 2010 ongeveer nieuwe woningen te bouwen, waarvan 80% ook geschikt is voor ouderen. Bovendien zullen woningcorporaties zich inzetten voor geschikte woningen voor mensen met een zwa(arde)re hulpvraag. Daarnaast zien de bewindslieden kansen in de private woningsector, gericht op het hogere segment van de woningmarkt en de combinatie van wonen met comfort en gemaksdiensten. De groep relatief welvarende ouderen, met specifieke woonwensen, groeit immers snel. bereid om zonodig regels aan te passen. Aan specifieke regelgeving wordt nog gewerkt (zie hierna: Volledig Pakket Thuis ). Meer flexibiliteit in de financiering van de zorg Onderzocht wordt of het breed invoeren van het financieel scheiden van wonen en zorg een extra impuls kan geven, wat de (inkomens)gevolgen daarvan zijn en wat de gevolgen zijn voor andere partijen. Sinds 1 juli 2007 kan verblijfszorg ook buiten de zorginstelling verleend worden, door de invoering van het volledig pakket thuis (VPT) in de AWBZ. Het is de bedoeling, dat vanaf 1 januari 2009 ook thuiszorgorganisaties verblijfszorg thuis kunnen gaan aanbieden. Dat betekent uiteraard, dat er meer behoefte zal komen aan voorzieningen in de woning. Stimuleren van ICT en domotica ICT en domotica moeten volgens het actieplan meer worden toegepast, om meer ouderen en mensen met beperkingen zelfstandig te laten wonen, de kwaliteit van leven te vergroten en ook om zorgverleners te ondersteunen. Het actieplan kondigt op dit terrein een nieuwe impuls aan 2 : ICT-domotica heeft aantoonbare meerwaarde, maar wordt toch nog niet op grote schaal toegepast. De komende jaren is de uitdaging om daar waar mogelijk tot een opschaling te komen van bewezen ICT- en domotica-toepassingen. Dat betekent in deze context dus: niet meer experimenteren, maar breed toepassen. WWI en VWS zullen hiervoor overleg voeren met Aedes, koepel van woningcorporaties, en met provincies, gemeenten en organisaties actief op het terrein van ICT en domotica. 18 Aandacht voor belemmerende regelgeving Volgens de bewindslieden is al veel mogelijk binnen de bestaande regels. Als de uitvoering van lokale projecten op belemmerende regels stuit, staan de bewindslieden open voor het bespreken van de problemen en zijn ze 2 Beter (t)huis in de buurt Actieplan Samenwerken aan wonen, welzijn en zorg , pag. 13.

MKB-index april 2017

MKB-index april 2017 MKB-index april 2017 Zoetermeer, 4 mei 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

BNA Conjunctuurmeting

BNA Conjunctuurmeting BNA Conjunctuurmeting September 2011 Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Jollemanhof 14 Postbus 19606 1000 GP Amsterdam T 020 555 36 66 F 020 555 36

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015 Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar René Vogels Zoetermeer, 10 april De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen,

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Accessio Inburgering Zoetermeer, woensdag 5 augustus 2015 In opdracht van Accessio Inburgering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, oktober 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Peter Brouwer Zoetermeer, april 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat

Nadere informatie

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage drs. C.M. Wiggers Zoetermeer, augustus 2003 Nummer: M200304 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB Tevredenheidsonderzoek 2015 Fox AOB Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Fox AOB De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

Cliëntenaudit Bureau ABC

Cliëntenaudit Bureau ABC Cliëntenaudit Bureau ABC 2014 Zoetermeer 17 april 2015 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Hogeschool van Amsterdam Zoetermeer, woensdag 9 november 2016 In opdracht van Hogeschool van Amsterdam De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het

Nadere informatie

Zoetermeer, 28 februari 2018

Zoetermeer, 28 februari 2018 Cliëntenaudit BWRI Zoetermeer, 28 februari 2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) prognose 2006 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2007 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting Aanscherpingen glijdende schaal Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen Samenvatting WODC, Ministerie van Veiligheid en Justitie 2014 Drs. Zosja Berdowski; Ir. Alexandra Vennekens

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Naar Werk Meetjaar 2017/2018 Zoetermeer, 4-5-2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

De oudere starter in Nederland Quick Service

De oudere starter in Nederland Quick Service De oudere starter in Nederland Quick Service Heleen Stigter Zoetermeer, januari 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Zoetermeer, vrijdag 13 november 2015 In opdracht van Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Tevredenheidsonderzoek 2012 Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Zoetermeer, maandag 4 februari 2013 In opdracht van Jobcoach organisatie Trace Daelzicht De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Van goede naar betere dienstverlening Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Inge van den Ende, Mandy Goes en Roxanne de Vreede Zoetermeer, 26 april 2018 De

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport Tevredenheidsonderzoek ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport In opdracht van ROC Drenthe College Zoetermeer, donderdag 22 maart 2018 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) Prognose 2005 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2006 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok De verantwoordelijkheid voor de

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Fontys Hogescholen - Talencentrum Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Fontys Hogescholen - Talencentrum Zoetermeer, dinsdag 4 augustus 2015 In opdracht van Fontys Hogescholen - Talencentrum De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Werkfit maken Meetjaar 207/208 Zoetermeer, 4-5-208 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

De stand van Mediation in Nederland

De stand van Mediation in Nederland De stand van Mediation in Nederland drs. R.J.M. Vogels Zoetermeer, 17 november 2011 In opdracht van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus.

Nadere informatie

Bouwers en hun gemeente

Bouwers en hun gemeente Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 1 2 Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 drs. Pim van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC De Leijgraaf Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van ROC De Leijgraaf De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2014 René Vogels Zoetermeer, 22 april 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurpeiling voorjaar Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurpeiling voorjaar Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Brancheonderzoek BNA Conjunctuurpeiling voorjaar 2012 Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Jollemanhof 14 Postbus 19606 1000 GP Amsterdam T 020 555 36

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V. Tevredenheidsonderzoek 2015 Wajong Talenten B.V. Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Wajong Talenten B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurmeting oktober 2012. Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurmeting oktober 2012. Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Brancheonderzoek BNA Conjunctuurmeting oktober 2012 Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Jollemanhof 14 Postbus 19606 1000 GP Amsterdam T 020 555 36 66

Nadere informatie

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Uitgave januari 2016 Rapport uitgebracht aan: Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart W. van der Geest C11540/2016/0188 Zoetermeer, 29 januari 2016

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek totaal inburgering bv

Tevredenheidsonderzoek totaal inburgering bv Tevredenheidsonderzoek 2015 totaal inburgering bv Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van totaal inburgering bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Fontys Hogescholen - Talencentrum Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Fontys Hogescholen - Talencentrum Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Fontys Hogescholen - Talencentrum De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Landstede

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Landstede Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Landstede Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Landstede De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Evaluatie campagne Doe meer met Afval. mening betrokken gemeenten

Evaluatie campagne Doe meer met Afval. mening betrokken gemeenten Evaluatie campagne Doe meer met Afval mening betrokken gemeenten Zoetermeer, 10 maart 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

wonen met zorg vanuit een nieuw perspectief

wonen met zorg vanuit een nieuw perspectief wonen met zorg vanuit een nieuw perspectief scheiden van Verblijf van wonen naar Wonen en zorg & van verblijf naar wonen door extramuralisering en scheiden wonen/zorg Programma Doel van vandaag Meer grip

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12

Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12 Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12 Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van ROC A12 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Nieuwland Opleidingen B.V.

Tevredenheidsonderzoek Nieuwland Opleidingen B.V. Tevredenheidsonderzoek 2015 Nieuwland Opleidingen B.V. Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Nieuwland Opleidingen B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL

Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2016 In opdracht van BABEL De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Twintaal Trainingen

Tevredenheidsonderzoek Twintaal Trainingen Tevredenheidsonderzoek 2015 Twintaal Trainingen Zoetermeer, woensdag 17 februari 2016 In opdracht van Twintaal Trainingen De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Exportontwikkeling van het industriële MKB

Exportontwikkeling van het industriële MKB Exportontwikkeling van het industriële MKB Ro Braaksma Zoetermeer, 3 september 2003 Bestelnummer: M200305 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 De Nieuwe Werkgever Zoetermeer, dinsdag 4 augustus 2015 In opdracht van De Nieuwe Werkgever De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company Tevredenheidsonderzoek 2014 Jobcoach Company Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van Jobcoach Company De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland Zoetermeer, donderdag 13 augustus 2015 In opdracht van Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen

Tevredenheidsonderzoek ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen Tevredenheidsonderzoek 2013 ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen Zoetermeer, dinsdag 4 februari 2014 In opdracht van ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV Tevredenheidsonderzoek 2015 AM Werk Reïntegratie BV Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van AM Werk Reïntegratie BV De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Piblw-Reïntegratie BV.

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Piblw-Reïntegratie BV. Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Piblw-Reïntegratie BV. Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Piblw-Reïntegratie BV. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Alfa-college, unit Educatie

Tevredenheidsonderzoek ROC Alfa-college, unit Educatie Tevredenheidsonderzoek 2014 ROC Alfa-college, unit Educatie Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van ROC Alfa-college, unit Educatie De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia.

Nadere informatie

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Uitgevoerd in opdracht van Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Zoetermeer, 17 september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

VPT in de WMO. ZBz Partners Wij maken zorg gezond!

VPT in de WMO. ZBz Partners Wij maken zorg gezond! VPT in de WMO VPT in de Wijk 2 VPT in de Wijk is een volwaardig alternatief voor intramuraal wonen (verzorgingshuiszorg) In 2009 heeft het zorgkantoor aan Evean gevraagd om een oplossing te bedenken voor

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Mondriaan

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Mondriaan Tevredenheidsonderzoek 2010 Dienst inburgeren ROC Mondriaan Zoetermeer, vrijdag 4 februari 2011 In opdracht van ROC Mondriaan De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012 / A&P Partners

Tevredenheidsonderzoek 2012 / A&P Partners Tevredenheidsonderzoek 2012 / 2013 A&P Partners Zoetermeer, zaterdag 3 augustus 2013 In opdracht van A&P Partners De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie

Tevredenheidsonderzoek Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie Tevredenheidsonderzoek 2014 Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Rijn IJssel, Educatie & Integratie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Rijn IJssel, Educatie & Integratie Tevredenheidsonderzoek 2015 Rijn IJssel, Educatie & Integratie Zoetermeer, zaterdag 27 februari 2016 In opdracht van Rijn IJssel, Educatie & Integratie De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

Cliëntenaudit Stichting SEIN

Cliëntenaudit Stichting SEIN Cliëntenaudit Stichting SEIN Zoetermeer, 17 februari 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen,

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014. STE Languages

Tevredenheidsonderzoek 2014. STE Languages Tevredenheidsonderzoek 2014 STE Languages Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van STE Languages De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

VBO Woonindex. Tweede kwartaal drs. P. Rosenboom

VBO Woonindex. Tweede kwartaal drs. P. Rosenboom VBO Woonindex Tweede 2008 drs. P. Rosenboom Zoetermeer, 10 juli 2008 In opdracht van VBO Makelaars. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus. Het gebruik van cijfers en/of teksten als

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen Tevredenheidsonderzoek 2010 Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen Zoetermeer, vrijdag 4 februari 2011 In opdracht van ROC Midden Nederland Participatieopleidingen De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Notitie Blijverslening Inleiding

Notitie Blijverslening Inleiding Notitie Blijverslening 2017 1 Inleiding 1.1 Het speelveld Het aantal ouderen in Nederland neemt de komende jaren sterk toe. Het CBS verwacht dat in 2040 ruim een kwart van de bevolking ouder is dan 65

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau Tevredenheidsonderzoek 2010 / 2011 Olympia uitzendbureau Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2011 In opdracht van Olympia uitzendbureau De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

VPT in de Wijk. Succesvolle WMO Businesscase voor de toekomst. Steven Schoorl. 13 juni :30-14:30. ZBz Partners Wij maken zorg gezond!

VPT in de Wijk. Succesvolle WMO Businesscase voor de toekomst. Steven Schoorl. 13 juni :30-14:30. ZBz Partners Wij maken zorg gezond! VPT in de Wijk Succesvolle WMO Businesscase voor de toekomst 13 juni 2013 13:30-14:30 Steven Schoorl Extramuraliseren 2 Maatregelen om de kosten voor ouderenzorg te beheersen Regelgeving wordt gebruikt

Nadere informatie

Levensloopbestendige woninginstallaties. Met vraaggestuurde innovatie naar langer zelfstandig thuis wonen

Levensloopbestendige woninginstallaties. Met vraaggestuurde innovatie naar langer zelfstandig thuis wonen Levensloopbestendige woninginstallaties Met vraaggestuurde innovatie naar langer zelfstandig thuis wonen Den Haag 5 oktober 2005 KIVI NIRIA congres Technology Cares! Remco van der Linden UNETO-VNI Gerben

Nadere informatie

Effecten BTW-verandering op het. gedrag van consumenten in de. Schilders- en stukadoorsbranche. drs. K.L. Bangma drs. D. Snel

Effecten BTW-verandering op het. gedrag van consumenten in de. Schilders- en stukadoorsbranche. drs. K.L. Bangma drs. D. Snel Effecten BTW-verandering op het gedrag van consumenten in de Schilders- en stukadoorsbranche drs. K.L. Bangma drs. D. Snel Zoetermeer, 23 maart 2012 Dit onderzoek is gefinancierd door CNV Vakmensen, FNV

Nadere informatie

Betaalbaarheid van toekomstige ouderenzorg. Symposium Ietje de Rooij

Betaalbaarheid van toekomstige ouderenzorg. Symposium Ietje de Rooij Betaalbaarheid van toekomstige ouderenzorg Symposium Ietje de Rooij 28 september 2012 Inhoudsopgave Wat komt er op ons af? Wat doet de huidige situatie voor zorgvrager en zorgaanbieder? Hoe kunnen de we

Nadere informatie

Even voorstellen. Claudia Reiner

Even voorstellen. Claudia Reiner Even voorstellen Claudia Reiner Vicevoorzitter UNETO-VNI Voorzitter Groep kleine bedrijven Programmacommissie Wonen-Welzijn-Zorg Forse groei extramuralisering vraagt om gezamenlijke actie van gemeenten,

Nadere informatie

Zorgpact Teylingen

Zorgpact Teylingen Zorgpact Teylingen 2015-2016 In 2013 zijn de verschillende partijen gestart met het uitvoeren van het Zorgpact. In het Zorgpact werken de gemeente Teylingen, de huisartsen, Woonstichting Vooruitgang, Warmunda,

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Pappenheim Re-integratie en Outplacement

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Pappenheim Re-integratie en Outplacement Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Pappenheim Re-integratie en Outplacement Zoetermeer, dinsdag 19 juli 2016 In opdracht van Pappenheim Re-integratie en Outplacement De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING

STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING VERENIGING BEDRIJFSTAK ZORG 400.11/me november 2011 STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING De verplaatsing van (extramurale) begeleiding van de AWBZ naar de WMO en dus de gemeenten biedt nieuwe

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Woningaanpassingen: Wat betekent de WMO voor installateurs?

Woningaanpassingen: Wat betekent de WMO voor installateurs? Deze brochure is gebaseerd op de via www.rijksoverheid.nl ontsloten informatie over de Wmo alsmede de publicatie Woningaanpassingen van A-Z van Vilans (2011). Andere bronnen zijn de website van de Belastingdienst

Nadere informatie

Cliënt heeft sobere zorg met weinig keuzemogelijkheden

Cliënt heeft sobere zorg met weinig keuzemogelijkheden Geen economische groei Hoog draagvlak voor welvaartsstaat Alle zorg wordt aanbesteed Participatie noodzakelijk Standaardzorg Grote zorginstellingen Kan koffie 2 33 Economie, technologie en maatschappij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. BHP Groep Loopbaanadvisering

Tevredenheidsonderzoek 2011. BHP Groep Loopbaanadvisering Tevredenheidsonderzoek 2011 BHP Groep Loopbaanadvisering Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van BHP Groep Loopbaanadvisering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia/Stratus.

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling Tevredenheidsonderzoek 2015 Stap.nu Reïntegratie & Counseling Zoetermeer, zaterdag 27 februari 2016 In opdracht van Stap.nu Reïntegratie & Counseling De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia.

Nadere informatie

Wiens verantwoordelijkheid is het eigenlijk. Mythen en feiten rond de informele steunstructuren

Wiens verantwoordelijkheid is het eigenlijk. Mythen en feiten rond de informele steunstructuren Wiens verantwoordelijkheid is het eigenlijk Mythen en feiten rond de informele steunstructuren Tot slot: Meer doelmatigheid van het professionele aanbod valt te verkrijgen door het kritisch doorlichten

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V. Tevredenheidsonderzoek 2014 Wajong Talenten B.V. Zoetermeer, zondag 3 mei 2015 In opdracht van Wajong Talenten B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Regioanalyse Verpleging & Verzorging Flevoland

Regioanalyse Verpleging & Verzorging Flevoland Regioanalyse Verpleging & Verzorging December 2017 Inleiding & leeswijzer Voor u ligt de regioanalyse van de regio Zilveren Kruis startte in 2016 met regioanalyses om meer inzage te krijgen in de regionale

Nadere informatie

Kengetallen ondernemerschap

Kengetallen ondernemerschap Kengetallen ondernemerschap Tabellenboek drs. N.G.L. Timmermans R. in 't Hout K. Bakker drs. W. H.J. Verhoeven Zoetermeer, 14 augustus 2009 Dit onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van Economische

Nadere informatie

Nieuwe woningcorporaties

Nieuwe woningcorporaties Nieuwe kansen voor woningcorporaties in de modelwoonwijk van Technologie Thuis Nu! De uitdaging Er gaat veel veranderen op de woningmarkt, ook in de sector van de sociale huurwoningen. Mensen blijven langer

Nadere informatie

Wat verandert er voor ouderen in het sociale domein?

Wat verandert er voor ouderen in het sociale domein? Wat verandert er voor ouderen in het sociale domein? 11 juni 2014 Bijeenkomst SBO provincie Utrecht NUZO Netwerk Utrecht Zorg voor Ouderen presentatie door Anneke van Heertum directeur Cosbo-Stad-Utrecht

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget

Nadere informatie

Gemeenten voor Wonen, Zorg en Welzijn

Gemeenten voor Wonen, Zorg en Welzijn Gemeenten voor Wonen, Zorg en Welzijn Gemeenten voor Wonen, Zorg en Welzijn De toenemende vergrijzing enerzijds en de extramuralisering anderzijds stellen eisen aan de kwantiteit en kwaliteit van zorg-

Nadere informatie

Wageningen University pilot avondonderwijs. Samenvatting van het monitoring- en evaluatieonderzoek

Wageningen University pilot avondonderwijs. Samenvatting van het monitoring- en evaluatieonderzoek Wageningen University pilot avondonderwijs Samenvatting van het monitoring- en evaluatieonderzoek Inge van den Ende en Roxanne de Vreede Zoetermeer, 17 februari 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

Nieuwsflits 16 Aandacht voor iedereen. Hervorming Langdurige Zorg en Zorgakkoord. 8 mei 2013

Nieuwsflits 16 Aandacht voor iedereen. Hervorming Langdurige Zorg en Zorgakkoord. 8 mei 2013 Nieuwsflits 16 Aandacht voor iedereen 8 mei 2013 Hervorming Langdurige Zorg en Zorgakkoord Eind april presenteerde staatssecretaris Van Rijn zijn plannen voor hervorming van de langdurige zorg. Daarbij

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Lest Best

Tevredenheidsonderzoek Lest Best Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 Lest Best Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van Lest Best De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Factsheet AWBZ, 24 februari 2014. AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten

Factsheet AWBZ, 24 februari 2014. AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten Factsheet AWBZ, 24 februari 2014 AWBZ naar Wmo: langdurige zorg per 1 januari 2015 naar gemeenten Het Rijk draagt op 1 januari 2015 een deel van de zorg voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek

Tevredenheidsonderzoek Tevredenheidsonderzoek Voorbereid op de Toekomst (VOT) taal, advies & begeleiding meetperiode: 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017 Definitief rapport In opdracht van Voorbereid op de Toekomst (VOT) taal,

Nadere informatie