Caparis NV. Rapportage 4 e kwartaal 2014

Transcriptie

1 Rapportage 4 e kwartaal 2014 Caparis NV Bestemd voor: Raad van Commissarissen Caparis NV Aandeelhouders Caparis NV Bestuur GR Sw Fryslân Colleges B&W Ondernemingsraad Caparis NV 12 februari e kwartaal 2014 Pagina 1/31

2 Inhoudsopgave 1 Algemene ontwikkelingen Ontwikkelingen 4 e kwartaal Aanpassing gemeentelijke omzet begroting Vooruitzichten Sociaal Realisatie taakstelling Wachtlijst In-, door- en uitstroom Trajecten Ziekteverzuim 15 3 Kwartaalcijfers Winst- en verliesrekening Caparis NV Bezettingsoverzicht Balans Kasstroomoverzicht 28 4 Omzetten gemeenten 31 4 e kwartaal 2014 Pagina 2/31

3 1 ALGEMENE ONTWIKKELINGEN Voor u ligt de rapportage over het 4e kwartaal 2014 van Caparis. In deze rapportage zijn de cijfers over heel 2014 opgenomen. Deze cijfers zijn nog onder voorbehoud van de uitkomsten van de accountantscontrole van de jaarrekening 2014 van Caparis NV. 1.1 Ontwikkelingen 4 e kwartaal Wij zijn enorm trots op alle medewerkers van Caparis! Door de enorme inzet van alle medewerkers, zijn wij in staat geweest om over 2014 een bedrijfsresultaat van positief te realiseren (begroting 2014: positief). Exclusief (niet begrote) eenmalige baten en lasten, bedraagt het resultaat over 2014 zelfs Caparis heeft hiermee de positieve lijn van 2012 en 2013 verder doorgezet en daarmee is nu sprake van een structureel positief bedrijfsresultaat. Het bedrijfsresultaat is structureel omgebogen: van negatief in 2011 naar positief in Caparis heeft de afgelopen jaren deze aanzienlijke kanteling in het bedrijfsresultaat gerealiseerd door de koers, die een aantal jaren geleden ingezet is, om meer Sw-medewerkers van binnen naar buiten te brengen, door te zetten. Hierbij uiteraard rekening houdend met de mogelijkheden van de Sw-medewerkers. Daarnaast hebben we structureel geïnvesteerd in het verbeteren van de kwaliteit van onze dienstverlening en de relatie/samenwerking met klanten. We plukken nu de vruchten van deze ingezette koers. Caparis loopt als gevolg hiervan, ondanks het wegvallen van de herstructureringsfaciliteit in 2012 (ruim 13 miljoen), ruimschoots voor op de in 2012 geformuleerde doelstelling om vanaf 2018 structureel een bedrijfsresultaat te realiseren dat blijvend groter is dan of gelijk is aan 0 (nul Euro). Wij zijn dan ook zeer tevreden over de prestaties die het Sw- en kaderpersoneel heeft geleverd om dit te realiseren. Het Sw- en kaderpersoneel heeft deze prestatie geleverd in een periode van grote onzekerheid. Wij zijn alle medewerkers hiervoor dankbaar. Wij realiseren ons terdege dat de uitvoering van het sociale domein de aangesloten gemeenten geld kost. Er blijft sprake van een aanzienlijk negatief subsidieresultaat van circa waar zowel Caparis als de aangesloten gemeenten geen invloed op hebben. Dit is een substantieel bedrag waarmee de gemeenten geconfronteerd worden als gevolg van hun maatschappelijke en wettelijke verplichtingen rondom de sociale werkvoorziening. Met het over 2014 gerealiseerde positieve bedrijfsresultaat, hebben wij het negatief subsidieresultaat 2014 bijna vereffend. Exclusief de eenmalige baten en lasten is het bedrijfsresultaat zelfs hoger dan het negatieve subsidieresultaat. Het positieve bedrijfsresultaat 2014 zal worden toegevoegd aan het eigen vermogen omdat het statutair voorgeschreven minimale eigen vermogen (solvabiliteit van 30%) nog niet is bereikt. De verwachting is dat in de loop van 2015 het eigen vermogen van Caparis op het (statutair) vereiste niveau is. Bij het vaststellen van de jaarrekening 2015 besluiten de aandeelhouders vervolgens over de bestemming van dit resultaat. De verbetering van het bedrijfsresultaat is gerealiseerd door zowel een hogere netto toegevoegde waarde 1 (hierna: NTW) als lagere bedrijfskosten. De gerealiseerde NTW, exclusief opbrengsten Begeleid Werken, is hoger dan begroot. Alle bedrijfsonderdelen hebben een NTW gerealiseerd in lijn met of beter dan begroot. De grootste absolute verbeteringen in de NTW zijn gerealiseerd bij de bedrijfsonderdelen Groenservice en Industrie. Groenservice 1 Netto toegevoegde waarde: omzet minus directe productiekosten en kosten van uitbesteed werk 4 e kwartaal 2014 Pagina 3/31

4 heeft extra NTW gerealiseerd als gevolg van meerdere factoren. Ten eerste is er sprake van meer declarabele uren (detacheringen) en meer regulier werk van gemeenten en andere overheidsgerelateerde instellingen. Ook is in het 1 e kwartaal van 2014 werk uitgevoerd wat oorspronkelijk gepland was in het 4 e kwartaal van Op verzoek van de opdrachtgevers is een deel van dit werk uitgevoerd in het 1 e kwartaal. Tot slot heeft het zachte voorjaar (combinatie van regen, zon en zachte temperaturen) tot extra groei van gras en onkruid geleid. Voor Caparis heeft dit geresulteerd in extra werk. Het weer is van grote invloed op de NTW van Groenservice: bij een strenge winter is de NTW altijd lager in vergelijking met een zachte winter. Alle afdelingen van het bedrijfsonderdeel Industrie hebben in lijn met of beter dan begroot gepresteerd. Vanaf het 4 e kwartaal 2013 zien we een opgaande lijn bij dit bedrijfsonderdeel. We hebben deze positieve lijn gedurende 2014 weten vast te houden. Dit heeft er zelfs toe geleid dat dit bedrijfsonderdeel in de maanden oktober en november een positief bedrijfsresultaat heeft gerealiseerd; dit was tot voor kort niet eerder voorgekomen. Caparis kreeg dit jaar structureel meer opdrachten gegund gekregen van zowel bestaande als nieuwe klanten. We zien dit beeld bij alle afdelingen van het bedrijfsonderdeel Industrie. Caparis heeft in december met een grote klant van MultiPack een meerjarig contract getekend. Wij verwachten dat hiermee circa 60 medewerkers dagelijks voor deze klant aan het werk zijn. Daarnaast zijn we tijdens de feestdagen gestart met het plaatsen van een nieuwe machine. Deze machine is door de klant gekocht en wordt bij MultiPack geplaatst. Met deze machine kan substantieel meer productievolume worden verwerkt. Hiermee realiseren we naar verwachting op termijn een omzetstijging van 50%. De productie zal eind januari 2015 worden opgestart. Tussen de klant en Caparis is sprake van een jarenlange succesvolle samenwerking. Tot slot is de huisvesting van MultiPack kritisch geëvalueerd en verder geoptimaliseerd. Dit heeft geleid tot een reductie van gehuurde m2; m2 in augustus en m2 in november. Met ingang van 2015 leidt dit tot lagere huurkosten. Ook bij FoodPack zien we de orderportefeuille verder groeien. Ondanks het verlies van twee doorlopende orders als gevolg van het insourcen van de productie door de klant, is FoodPack toch in staat geweest de omzet op niveau te houden. Dit door het acquireren van nieuw werk bij bestaande en nieuwe klanten. Een deel van het geacquireerde werk zal in 2015 van start gaan. Het betreft onder andere het verpakken van koeken, suikervervangers, kaasbroodjes, saucijzenbroodjes en het assembleren van vullingen voor melk-opschuimapparaten. Een deel van de productielijnen van FoodPack heeft in het 4 e kwartaal in verlengde diensten en op zaterdagen gedraaid om op die wijze alle orders uit te kunnen voeren. De verwachting is dat de betreffende productielijnen ook in het 1 e half jaar van 2015 in verlengde diensten en op zaterdagen zullen draaien. Daarnaast zijn in het 4 e kwartaal ook Sw-medewerkers vanuit andere onderdelen (bijvoorbeeld Groenservice) bij FoodPack ingezet om alle orders uit te kunnen voeren. De artikelen die FoodPack verpakt, zijn terug te vinden bij de grote supermarkten in Nederland. 4 e kwartaal 2014 Pagina 4/31

5 Aan het verpakken van voedsel worden hoge eisen gesteld om de voedselveiligheid te kunnen waarborgen. Om hieraan te voldoen, is FoodPack onder andere HACCP en SKAL gecertificeerd. In december is FoodPack gestart met de voorbereidingen van de FSSC-certificering (valt onder de Global Food Safety Initiative). Met de FSSC-certificering worden nog hogere eisen gesteld aan FoodPack. Hiermee kunnen we bestaande, maar ook nieuwe (internationale) klanten nog beter (blijven) bedienen. Naast Groenservice en Industrie hebben ook Business Post en Schoonmaak beter gepresteerd dan begroot. Het aantal declarabele uren van de individuele detacheringen bleef daarentegen achter ten opzichte van de begroting. Wij kunnen op dit moment niet alle vacatures met geschikte Sw-medewerkers invullen. Waar mogelijk wordt een vacature bij een externe werkgever ingevuld door het plaatsen van een trajectdeelnemer, waardoor de uitkeringslasten voor de betreffende gemeente afnemen. Tegenover de daling in het aantal individuele detacheringen, staat echter een groei in het aantal groepsdetacheringen bij andere bedrijfsonderdelen. De verbetering van Business Post wordt verklaard door extra volumes post in combinatie met een hoger aandeel eigen bezorging. Doordat meer post door Sw-medewerkers kan worden bezorgd, hoeft Caparis minder uit te besteden aan PostNL. Ook Schoonmaak zit goed in het werk. Om al het werk uit te kunnen voeren zijn in 2014 gemiddeld 5 personen vanuit de bijstand werkzaam als schoonmaker. Zij hebben een (tijdelijk) contract met bijbehorend loon. Het project Voor de Wijk door de Wijk in de gemeente Ooststellingwerf is succesvol te noemen. In dit project worden burgers geactiveerd om hun eigen wijk te verbeteren door het uitvoeren van klussen. Dit project wordt op verzoek van de gemeente Ooststellingwerf door Caparis gecoördineerd. Het blijkt dat deze aanpak leidt tot een goed beeld van de doelgroep. De aanpak leidt zelfs tot uitstroom naar een reguliere baan; iets wat vooraf niet werd verwacht met het oog op deze doelgroep. Inmiddels is 20% van de 25 deelnemers uitgestroomd naar een reguliere baan. Op basis van de goede samenwerking en de resultaten, hebben alle betrokken partijen besloten tot een verlenging van het project. De bedrijfskosten van Caparis zijn lager dan begroot (begroting / realisatie ). Bij nagenoeg alle kostencategorieën is een besparing gerealiseerd. Het grootste deel van de besparing is gerealiseerd door lagere loonkosten kader. De loonkosten kader zijn lager ten opzichte van de begroting (begroting /realisatie ) door een lagere personele bezetting en lagere gemiddelde loonkosten per fte. De kaderbezetting over 2014 is gemiddeld circa 10 fte lager dan begroot. Caparis heeft een opdracht van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening Fryslân (hierna: GR) voor wat betreft het te realiseren aandeel Detacheringen/Begeleid Werken (hierna: Deta/BW). De opdracht van de GR is een aandeel Deta/BW van 37,5% per 31 december Op 31 december 2014 bedraagt het gerealiseerde aandeel Deta/BW 36,5%. Omgerekend naar fte s (en Se 2 ) betekent dit dat circa 805 fte s (circa 853 Se) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever door middel van detachering of begeleid werken. Dit is in lijn met de eindstand 2013 (807 fte). Wel is er sprake geweest van een groei van het aantal mensen met een BW-plaatsing. Dit is gegroeid van 126 fte ultimo 2013 naar 133 fte ultimo Se = subsidie-eenheden, ook wel arbeidsjaren genoemd 4 e kwartaal 2014 Pagina 5/31

6 We zijn in 2014 helaas niet in staat geweest om het streefpercentage Deta/BW te realiseren. Hierover is in de 2 e en 3 e kwartaalrapportage ook al een en ander toegelicht. Belangrijke oorzaken zijn dat niet alle vacatures ingevuld konden worden met geschikte Sw-medewerkers (in deze situaties hebben we getracht een trajectdeelnemer te plaatsen op de vacature) en de onzekerheid over de tijdelijke dienstverbanden waardoor inleners enigszins terughoudend waren. Het dagelijks en algemeen bestuur van de GR hebben op 5 december 2014 een besluit genomen over de tijdelijke contracten die aflopen vanaf 1 januari De Sw-medewerkers die naar verwachting duurzaam zijn aangewezen op een beschutte werkplek, krijgen na afloop van hun laatste tijdelijke contract een contract voor onbepaalde tijd. Voor de overige Swmedewerkers waarvan hun laatste tijdelijk contract afloopt, gaan de gemeenten op zoek naar een andere werkplek. Gedurende 2015 eindigen naar verwachting 24 tijdelijke arbeidscontracten die niet meer verlengd kunnen worden en waarvan beoordeeld moet worden of de betreffende medewerkers al dan niet duurzaam aangewezen zijn op een beschutte werkplek. De afdeling HRM zal de betreffende medewerkers die geen arbeidscontract voor onbepaalde tijd krijgen zo goed mogelijk overdragen aan de gemeenten. Het bedrijfsonderdeel Arbeids Expertise Bureau (hierna: AEB) voert binnen Caparis de trajectwerkzaamheden uit. Eind 2013 is gestart met een reorganisatie van dit bedrijfsonderdeel. De reorganisatie is formeel in het 4 e kwartaal afgerond en heeft geleid tot het afvloeien van enkele medewerkers. De hiermee gepaard gaande (toekomstige) kosten worden volledig ten laste van de ultimo 2013 gevormde reorganisatievoorziening verantwoord. Met deze reorganisatie hebben wij ernaar gestreefd om onze klanten nog beter te kunnen bedienen. Caparis had over 2014 gemiddeld 91 fte s trajectdeelnemers actief en bleef daarmee 44 fte achter op begroting (begroting 135 fte). We hebben bij meerdere klanten in het 2 e en 3 e kwartaal een daling van het aantal trajecten geconstateerd. Gedurende het 4 e kwartaal is het aantal trajectdeelnemers weer gestegen, maar dit was helaas niet meer toereikend om het begrote aantal te realiseren. In september zijn we gestart met het uitvoeren van de eerste trajecten voor de gemeente Heerenveen. We gaan samen met de gemeente Heerenveen aan het werk om de trajecten succesvol uit te voeren. De gemeente Leeuwarden huurt van het AEB wekelijks twee trainers in om trainingen te verzorgen binnen het Talent Centrum Fryslân. Deze samenwerking verloopt goed. Ook de samenwerking met private partijen gaat steeds beter. Zo kregen we via een relatie de vraag voor tijdelijke medewerkers voor het digitaal coderen, doorsturen en archiveren/scannen van documenten bij een instelling in Leeuwarden. Momenteel zijn hier 15 personen (WWB ers) aan het werk; 14 vanuit de gemeente Smallingerland en 1 vanuit de gemeente Leeuwarden. Momenteel zitten deze personen nog in een proefplaatsing, maar in de loop van januari zal de proefplaatsing worden omgezet in dienstverbanden van 36 uur per week. Dit voor de duur van minimaal drie maanden. Het AEB heeft van 96% van het aantal afgesloten trajecten (421 trajecten) de vooraf gedefinieerde doelstelling gerealiseerd. Dit kan zijn het uitvoeren van een diagnose naar de mogelijkheden van de deelnemer, het arbeidsfit houden of maken van de deelnemer of het realiseren van uitplaatsing van de deelnemer. Van de 45 trajecten die gericht waren op uitplaatsing, zijn 28 uitplaatsingen gerealiseerd (62%). Naast de trajectdeelnemers met als trajectdoelstelling 4 e kwartaal 2014 Pagina 6/31

7 uitplaatsing, zijn 11 deelnemers van andere trajecten ook uitgeplaatst naar een reguliere baan. Per 31 december 2014 zijn er nog 137 lopende trajecten. Deze trajecten zijn hierboven nog niet meegeteld, omdat pas bij het afsluiten van een traject wordt bepaald of een trajectdoelstelling is gerealiseerd. Een belangrijke sociale doelstelling van Caparis betreft de reductie van het ziekteverzuim. Wij richten ons hierbij voornamelijk op het kort verzuim, omdat dit beter beïnvloedbaar is. Het lang verzuim is, vanwege de achterliggende oorzaken, nagenoeg niet beïnvloedbaar. Het ziekteverzuim Sw over 2014 is lager dan 2013 (2014: 14,2%/2013: 14,5%) en in lijn met de doelstelling voor 2014 (14,1%). Het percentage kort verzuim is lager dan de doelstelling, maar er is sprake van een hoog percentage niet beïnvloedbaar lang verzuim. Ook bij het ziekteverzuim van kaderpersoneel constateren we dat het percentage kort verzuim onder de doelstelling ligt, maar ook hier is er sprake van een hoog percentage niet beïnvloedbaar lang verzuim. Hierdoor hebben we onze doelstelling voor 2014 niet gehaald (realisatie 2014: 5,2%/doelstelling 2014: 4,8%). Gedurende 2014 zijn de processen met betrekking tot ziekteverzuimbegeleiding gewijzigd. In het 3 e kwartaal is gestart met de implementatie hiervan. De implementatie zal afgerond worden in het 1 e kwartaal van Met de verbeteringen in de processen, verwachten wij het ziekteverzuim beter te kunnen beheersen. De onrust die mogelijk nog gaat ontstaan als gevolg van de invoering van de Participatiewet, maakt het beheersen en voorspellen van het ziekteverzuim op dit moment echter wel moeilijker. Resumerend zijn wij tevreden over de gerealiseerde resultaten over Wij hebben voor de aangesloten gemeenten een belangrijke bijdrage geleverd aan het niet verder laten oplopen van de kosten van het sociaal domein. Ondanks de onzekere periode, als gevolg van de komst van de Participatiewet, hebben alle Sw- en kadermedewerkers een uitstekende prestatie geleverd. Wat de Participatiewet concreet voor Caparis gaat betekenen is nog niet duidelijk. Hier wordt nog nader onderzoek naar gedaan (zie paragraaf 1.3). 1.2 Aanpassing gemeentelijke omzet begroting 2014 Tijdens de aandeelhoudersvergadering van 12 december 2013 is de begroting 2014 van Caparis besproken en vastgesteld. De begroting 2014 is mede gebaseerd op het besluit van de gemeente Weststellingwerf om met ingang van 21 april 2014 het openbaar groen in eigen beheer te gaan onderhouden. De financiële consequenties van dit besluit zijn in de begroting 2014 van Caparis verwerkt. De portefeuillehouder van de gemeente Weststellingwerf heeft tijdens de aandeelhoudersvergadering van 12 december 2013 de overige aandeelhouders geïnformeerd, dat de gemeente Weststellingwerf in 2014 het project Groen zelf Doen in een vorm van een pilot samen met Caparis zal uitvoeren. Caparis heeft de aandeelhouders eind december schriftelijk geïnformeerd over de gevolgen van het besluit van de gemeente Weststellingwerf voor de begroting Tijdens de aandeelhoudersvergadering van 6 maart 2014 zijn de financiële consequenties door Caparis toegelicht. De herziene begroting is vervolgens door de aandeelhoudersvergadering vastgesteld. Het begrote bedrijfsresultaat 2014 is hiermee gewijzigd in positief (was positief). In de hoofdstukken 2, 3 en 4 zal de gewijzigde begroting als uitgangspunt dienen. 4 e kwartaal 2014 Pagina 7/31

8 Overigens heeft de gemeente Weststellingwerf d.d. 10 april 2014 de GR schriftelijk geïnformeerd over haar besluit om voorlopig af te zien van het in uitvoering nemen van het onder eigen verantwoordelijkheid en in eigen beheer nemen van het groenonderhoud. Dit betekent dat de hierboven beschreven pilot in 2014 niet heeft plaatsgevonden. Wij hebben de (financiële) effecten van dit besluit binnen de huidige begroting 2014 van Caparis opgevangen. 1.3 Vooruitzichten 2015 In deze paragraaf geven wij een korte vooruitblik naar Het jaar 2015 zal voornamelijk in het teken staan van het onderzoek naar en de besluitvorming over de (nieuwe) toekomst van Caparis en van daaruit het starten met de implementatie. Op dit moment zijn de uitkomsten van het onderzoek nog niet bekend. Daarom is nog niet duidelijk wat de Participatiewet exact voor gevolgen zal hebben voor de bedrijfsvoering (inclusief personeel en infrastructuur) van Caparis. Het onderzoek wordt door Caparis en de aangesloten gemeenten gezamenlijk uitgevoerd. Vooruitlopend op de komende jaren is het goed te zien dat het grote netwerk aan werkgevers, wat Caparis op het gebied van detacheringen en begeleid werken heeft opgebouwd, ingezet kan worden bij de bemiddeling van WWB ers. Zo zijn gedurende 2014 tientallen WWB ers uiteindelijk geplaatst op vacatures bij bedrijven die reeds Sw-medewerkers van Caparis betrekken op het gebied van detacheringen en begeleid werken. Een aantal private opdrachtgevers hebben, als gevolg van een goede langdurige samenwerking op het gebied van detacheringen en/of productiewerkzaamheden, aangegeven Caparis als een belangrijk instrument te zien om de Participatiewet op een goede manier uit te voeren. Met een aantal grote opdrachtgevers en gemeenten, zoals de gemeenten Smallingerland en Heerenveen, zijn inmiddels afspraken gemaakt teneinde dit te realiseren. Concreet betekent dit dat Caparis mensen vanuit de bijstand klaarstoomt voor deze opdrachtgevers en ze uiteindelijk uitplaatst op loonwaarde. Caparis ziet voor zichzelf naast een rol in de uitvoering van de Participatiewet ook een rol weggelegd in de uitvoering van de arbeidsmatige dagbesteding (onderdeel van de WMO). Caparis heeft in 2014 op enkele aanbestedingen inzake de WMO ingeschreven. Caparis heeft naar aanleiding van deze aanbestedingen contracten kunnen sluiten met gemeenten Leeuwarden, Heerenveen, Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel. Inmiddels is in januari de eerste persoon gestart met arbeidsmatige dagbesteding bij Caparis. Met het uitvoeren van (onderdelen) van de Participatiewet en WMO, kan de bij Caparis aanwezige kennis en infrastructuur optimaal worden benut. De kosten van de aanwezige infrastructuur worden hiermee beter gedekt en dit komt dan weer ten gunste van de aandeelhouders van Caparis. Caparis heeft overigens in de begroting 2015 geen rekening gehouden met de mogelijke effecten van de Participatiewet/WMO, omdat er nog geen duidelijkheid is over de nieuwe opdracht/toekomst van Caparis en de gevolgen die deze opdracht heeft voor de bedrijfsvoering van Caparis. Besluitvorming kan op middellange termijn grote (negatieve) gevolgen hebben op de bedrijfsvoering en infrastructuur van Caparis. 4 e kwartaal 2014 Pagina 8/31

9 In de aandeelhoudersvergadering van 11 december 2014 is de begroting 2015 goedgekeurd. Voor 2015 is een bedrijfsresultaat begroot van positief. Bij realisatie van de geprognosticeerde bedrijfsresultaten 2015, zal gedurende 2015 de situatie ontstaan waarbij het eigen vermogen van Caparis het (statutair) vereiste niveau heeft bereikt. De aandeelhoudersvergadering besluit, conform de statutaire bepalingen, bij het vaststellen van de jaarrekening 2015 over de uiteindelijke resultaatbestemming. Met de verwachte positieve bedrijfsresultaten voor 2015 denkt Caparis de kosten van het gehele sociale domein voor de aangesloten gemeenten te kunnen beperken. 4 e kwartaal 2014 Pagina 9/31

10 2 SOCIAAL 2.1 Realisatie taakstelling In onderstaande tabel is de realisatie van de taakstelling over 2014 weergegeven. De totale taakstelling 2014 van de bij Caparis aangesloten gemeenten is, ten opzichte van 2013, met (afgerond) 109 Se toegenomen. Een belangrijke oorzaak hiervan is de gemeentelijke herindeling van Boarnsterhim. In onderstaande tabel is per gemeente de taakstelling 2014 (inclusief uitruil) en de gemiddelde realisatie over 2014 opgenomen. Realisatie taakstelling Taakstelling Taakstelling Taakstelling Realisatie Opdracht Realisatie Realisatie Onder/over GR-gem. GR-gem. incl. buiten GR-gem. GR-gem. overige gem. realisatie uitruil 2014 GR regio aan Caparis bij Caparis bij Caparis bij Caparis A A1 B C=A1-B D E F=C-D Achtkarspelen 226,1 226,0 23,1 202,9 202,5 0,4 Heerenveen 400,2 401,4 22,3 379,1 378,3 0,9 Leeuwarden 628,7 628,7 57,4 571,3 567,3 4,0 Ooststellingwerf 188,0 187,8 13,6 174,2 172,4 1,8 Opsterland 156,2 156,1 1,8 154,2 153,5 0,8 Smallingerland 440,5 440,2 9,7 430,5 428,2 2,3 Tytsjerksteradiel 173,2 173,1 5,8 167,3 166,7 0,7 Weststellingwerf 216,8 216,3 4,4 211,9 209,3 2,6 Overige gemeenten 66,0 Totaal 2.429, ,5 138, , ,1 66,0 13,4 Uit bovenstaande tabel blijkt dat sprake is van een onderrealisatie van gemiddeld 13,4 Se. Deze onderrealisatie doet zich voor bij alle gemeenten, maar hoofdzakelijk bij de gemeenten Leeuwarden, Ooststellingwerf, Smallingerland en Weststellingwerf. De onderrealisatie wordt veroorzaakt door het besluit van het dagelijks bestuur van de GR om in het 4 e kwartaal geen nieuwe plaatsingen meer te realiseren. In feite betekent dit dat met ingang van 1 oktober 2014 er geen instroom van Sw-medewerkers meer heeft plaatsgevonden. Het besluit is door de GR genomen om het verwachte tekort in het Participatiebudget 2015 te beperken. De onderrealisatie betekent dat de aangesloten gemeenten het niet benutte deel van de ontvangen Rijksbijdrage dienen terug te betalen aan de Rijksoverheid. 2.2 Wachtlijst De instroom naar de wachtlijst vindt tot en met 2014 plaats op basis van indiceringen van het UWV 3. De gemeenten, GR en Caparis kunnen deze instroom niet beïnvloeden. In de tabel op de volgende pagina is de ontwikkeling van de wachtlijst over 2014 weergeven. Uit dit overzicht blijkt dat de wachtlijst inmiddels aanzienlijk is gereduceerd. De wachtlijst van de gemeenten is grotendeels verdampt. 3 Als gevolg van de Participatiewet vindt vanaf 2015 geen instroom op de wachtlijst meer plaats. 4 e kwartaal 2014 Pagina 10/31

11 Ontwikkeling wachtlijst in aantallen personen Wachtlijst Stand Uitstroom Uitstroom Instroom Netto Stand naar van op beweging cumulatief Caparis wachtlijst wachtlijst wachtlijst A B C D E=D-B-C F=A+E Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel Weststellingwerf Totaal In de 4 e kwartaalrapportage 2013 is als eindstand 348 personen opgenomen. Uit bovenstaande tabel blijkt een beginstand 2014 van 323 personen. Het verschil van 25 personen wordt als volgt verklaard. Ieder jaar wordt rond de jaarafsluiting de wachtlijst gereduceerd door mensen, die niet meer beschikbaar zijn voor werk, van de wachtlijst te verwijderen. De betreffende personen worden hier door Caparis schriftelijk en mondeling van in kennis gesteld of door middel van een huisbezoek, indien schriftelijk of mondeling contact niet mogelijk is. Als er dan nog geen contact is geweest, is Caparis genoodzaakt om deze mensen van de wachtlijst te verwijderen. We kunnen dan niet aantonen of iemand beschikbaar is voor werk. Het overzicht van de wachtlijst, zoals opgenomen in de 4 e kwartaalrapportage 2013, betreft de wachtlijst voordat de uitkomsten van de beschikbaarheidscontrole zijn verwerkt. In de beginstand in bovenstaand overzicht zijn deze uitkomsten wel verwerkt. 2.3 In-, door- en uitstroom In de jaarovereenkomst tussen Caparis en de GR is overeengekomen dat wordt gestreefd naar een aandeel Deta/BW per 31 december 2014 van 37,5%. In onderstaand overzicht is de stand per 31 december 2014 vergeleken met de opdracht van de GR en de eindstand Beweging van binnen naar buiten Pl. obv werkladder (in Se's) Eindstand 2013 Opdracht ultimo 2014 Eindstand 2014 Se % Se % Se % Groepsdeta/Deta/Bw 858,8 37,1% 885,0 37,5% 853,0 36,5% Beschut buiten 353,1 15,3% 351,7 14,9% 318,9 13,6% Beschut binnen 1.100,5 47,6% 1.123,4 47,6% 1.167,7 49,9% Totaal 2.312,4 100,0% 2.360,1 100,0% 2.339,6 100,0% Uit bovenstaande tabel blijkt dat het aandeel Deta/BW ultimo ,5% bedraagt. Omgerekend naar fte s (en Se) betekent dit dat per 31 december 2014 circa 805 fte s (circa 853 Se) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever door middel van detachering of begeleid werken. Dit is in lijn met de eindstand 2013 (807 fte). Wij hebben in hoofdstuk 1 een korte toelichting gegeven over de ontwikkeling op de werkladder. 4 e kwartaal 2014 Pagina 11/31

12 In onderstaande grafiek is per maand de ontwikkeling van de beweging van binnen naar buiten ten opzichte van de opdracht weergegeven. Ontwikkeling per maand t.o.v. opdracht (Opdr. 2014) 6,1% BW Opdracht 144,0 Cum. feit 143,5 0,0-2,0-4,0 j f m a m j j a s o n d (Opdr. 2014) 13,8% Detachering Opdracht 325,7 Cum. feit 299,8 0,0-20,0-40,0 j f m a m j j a s o n d (Opdr. 2014) 17,6% Groepsdeta. Opdracht 415,4 Cum. feit 409,3 0,0-20,0-40,0 j f m a m j j a s o n d (Opdr. 2014) 14,9% Beschut Buiten Opdracht 351,7 Cum. feit 334,3 20,0 0,0-20,0 j f m a m j j a s o n d (Opdr. 2014) 47,6% Beschut Binnen Opdracht 1.123,4 Cum. feit 1.157,2 50,0 0,0-50,0 j f m a m j j a s o n d 4 e kwartaal 2014 Pagina 12/31

13 2.4 Trajecten Caparis had in 2014 gemiddeld 91 fte s trajectdeelnemers actief (begroting 135 fte s). Wij constateren bij nagenoeg alle gemeenten een daling in het aantal aangemelde trajectdeelnemers gedurende het 2 e en 3 e kwartaal. In het 4 e kwartaal is de instroom van trajecten weer toegenomen, maar dit was ontoereikend om het begrote aantal te realiseren. De gemeente Smallingerland is de grootste opdrachtgever voor Caparis, gevolgd door de gemeente Leeuwarden. In september zijn we gestart met het uitvoeren van trajecten voor de gemeente Heerenveen. Wij zullen samen met de gemeente Heerenveen er aan werken om deze trajecten ook succesvol uit te voeren. Caparis heeft eind 2013 met de gemeenten nieuwe afspraken gemaakt om de trajectdeelnemers nog beter te kunnen bedienen en de kans op succes voor zowel bijstandsgerechtigden, gemeenten en Caparis te vergroten. Om dit te realiseren, biedt Caparis verschillende soorten trajecten aan. Op hoofdlijnen wordt onderscheid gemaakt tussen trajecten met de volgende trajectdoelstellingen: het uitvoeren van een diagnose naar de mogelijkheden van de deelnemer; het arbeidsfit houden of maken van de deelnemer; het realiseren van uitplaatsing van de deelnemer. Van in 2014 afgesloten trajecten is van 96% het vooraf gedefinieerde doel gerealiseerd. In totaal zijn 481 trajecten afgesloten inclusief 15 trajecten die al na de intake zijn afgesloten, omdat Caparis geen passend traject kon bieden of waarvan geconcludeerd is dat het volgen van een traject niet zinvol zou zijn. Van 61 trajecten is de doelstelling niet gerealiseerd, waarvan bij 45 trajecten de doelstelling niet is gehaald door een oorzaak buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis. Dit om onder andere de volgende redenen: voortijdige beëindiging in verband met ziekte; voortijdige beëindiging na overleg met of op verzoek van de gemeente; voortijdige beëindiging in verband met vervoersproblemen; voortijdige beëindiging omdat de deelnemer gedurende het traject is verhuisd en het traject daarom niet heeft afgerond; het niet mee willen werken aan het traject door de deelnemer (bijv.: grotendeels afwezig). De hierboven genoemde oorzaken worden daarom niet meegerekend bij het bepalen van het slagingspercentage van de trajecten van 96%. In het overzicht op de volgende pagina is per gemeente het aantal afgesloten trajecten in de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 weergegeven; inclusief het percentage trajecten waarvan de doelstelling is gehaald. 4 e kwartaal 2014 Pagina 13/31

14 Bruto afgesloten trajecten Af: niet gestart na intake Af: doel niet behaald buiten beinvloeding Caparis Klant Gemeente Heerenveen % Gemeente Leeuwarden % Gemeente Ooststellingwerf % Gemeente Opsterland % Gemeente Smallingerland % Gemeente Tytsjerksteradiel % Gemeente Weststellingwerf % Overige klanten % % Netto afgesloten trajecten Doel gehaald Percentage doel gehaald Van de in 2014 afgesloten trajecten, hebben 48 trajecten het realiseren van een uitplaatsing als trajectdoelstelling. Hiervan zijn 3 trajecten voortijdig beëindigd door oorzaken buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis (zie toelichting eerder). De overige 45 trajectdeelnemers hebben het volledige traject doorlopen en waren uitplaatsbaar. Totaal heeft dit geleid tot 26 uitplaatsingen; daarnaast gaan 2 deelnemers een eigen bedrijf starten. Het slagingspercentage van de trajecten met uitplaatsing als doelstelling bedraagt derhalve 62%. Naast de trajectdeelnemers met als trajectdoelstelling uitplaatsing, zijn 11 trajectdeelnemers, die een traject met een andere doelstelling volgden, ook uitgeplaatst naar een reguliere baan. Ultimo het 4 e kwartaal zijn er 137 lopende trajecten. Deze trajecten zijn hierboven nog niet meegeteld, omdat pas bij het afsluiten van een traject wordt bepaald of een trajectdoelstelling is gerealiseerd. In onderstaand overzicht is het aantal lopende trajecten per 31 december per klant weergegeven. Opdrachtgever Aantal lopende trajecten Gemeente Achtkarspelen 1 Gemeente Heerenveen 6 Gemeente Leeuwarden 28 Gemeente Ooststellingwerf 1 Gemeente Smallingerland 97 Gemeente Weststellingwerf 3 Derden 1 Totaal e kwartaal 2014 Pagina 14/31

15 2.5 Ziekteverzuim Het cumulatieve ziekteverzuim over 2014 is in onderstaand overzicht weergegeven. In dit overzicht is onderscheid gemaakt tussen ziekteverzuim Sw en ziekteverzuim kader als ook kort en lang verzuim. Feit heel 2013 Feit heel 2014 Doel heel 2014 Sw kort 6,2% 4,3% 6,2% lang 8,3% 9,9% 7,9% totaal 14,5% 14,2% 14,1% Kader kort 1,9% 1,3% 3,1% lang 3,2% 3,9% 1,7% totaal 5,1% 5,2% 4,8% Het kortdurend ziekteverzuim Sw bedraagt 4,3% en is 1,9% lager dan begroot en 1,9% lager ten opzichte van Ook het kort verzuim kader is lager dan begroot en komt op 1,3%. Ten opzichte van 2013 is het kort verzuim kader 0,6% lager. In de 1 e kwartaalrapportage is toegelicht dat verwacht werd dat een deel van het toenmalige kort verzuim uiteindelijk langdurig verzuim zou gaan worden (gezien de aard van het verzuim van enkele kadermedewerkers). In het 2 e kwartaal heeft deze verschuiving ook plaatsgevonden; dit is ook zichtbaar in het percentage lang verzuim. Uit bovenstaand overzicht blijkt tevens dat het ziekteverzuim bij Caparis voornamelijk lang verzuim betreft. Dit geldt zowel voor Sw- als kaderpersoneel. Een gevolg hiervan is dat de mogelijkheden om het gemiddelde percentage te verlagen aanzienlijk worden beperkt. In eerdere kwartaalrapportages hebben wij toegelicht dat Caparis, ten opzichte van het landelijk gemiddelde, procentueel gezien een keer zoveel Sw-medewerkers met een ernstige arbeidshandicap hebben (landelijk: 12%/Caparis: 24%). Wij veronderstellen dat dit ook van invloed is op het verzuimpercentage, maar de mate waarin kunnen wij niet exact vaststellen. In de grafiek op de volgende pagina wordt het verloop van het ziekteverzuim gedurende 2014 per maand weergegeven. 4 e kwartaal 2014 Pagina 15/31

16 Ziekteverzuim Sw 30% 20% kort verzuim lang verzuim 10% doelstelling 0% jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal verzuim vorig jaar Kader 20% 10% 0% jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec Uit de grafiek blijkt dat het totaal verzuim van Sw-medewerkers in lijn is met de begroting. Ten opzichte van vorig jaar is het totaal verzuim van Sw-medewerkers lager. Het totaal verzuim met betrekking tot het kaderpersoneel is 0,4% hoger dan begroot en in lijn met vorig jaar. Dit wordt, zoals hiervoor toegelicht, hoofdzakelijk veroorzaakt door lang verzuim. Enkele kadermedewerkers zijn ernstig ziek en herstel wordt niet of niet op korte termijn verwacht. 4 e kwartaal 2014 Pagina 16/31

17 3 KWARTAALCIJFERS 3.1 Winst- en verliesrekening Caparis NV 4 Resultatenrek. (x 1.000) begroting feit % feit % begroting LE % CAPARIS NV OPBRENGSTEN cum. 4e kwartaal 2014 cum. 4e kw jaar 2014 Omzet ,7% ,9% ,6% Trajecten ,2% ,4% ,5% Interne omzet ,9% ,7% ,4% Overige bedrijfsopbr ,0% 390-3,3% ,2% Directe orderkosten ,3% ,5% ,5% Kosten uitbesteed ,9% ,8% ,6% NTW ,3% ,7% ,9% Opbrengsten BW ,6% ,7% ,0% Totaal Opbrengsten ,2% ,8% ,8% KOSTEN Loonkosten kader ,1% ,5% ,5% Overige pers. kosten kader ,1% ,5% ,6% Dienstverlening derden ,2% ,6% ,1% Overige pers. kosten Sw ,5% 670 0,8% ,7% Huisvesting ,0% ,5% ,1% Vervoer/prod.middelen ,5% ,6% ,2% Rente ,2% ,1% ,4% Reclamekosten/sponsoring ,6% ,5% ,6% ICT en huur telecom ,4% ,1% ,3% Accountants en advieskosten ,9% ,8% ,4% Reis-/verblijfkosten ,2% ,6% ,3% Bijzondere projecten ,4% 138-6,0% ,1% Overige kosten ,3% ,3% ,3% Totaal Kosten ,4% ,7% ,0% Totaal Incidentele B/L ,0% ,2% ,9% Bedrijfsresultaat NV n.v.t n.v.t n.v.t. 4 In de kolom LE staat de jaareindeverwachting 2014 zoals die is opgenomen in de rapportage van Caparis NV over het 3 e kwartaal 4 e kwartaal 2014 Pagina 17/31

18 Toelichting op de resultatenrekening Caparis heeft over 2014 het bedrijfsresultaat met verbeterd ten opzichte van de begroting. Ten opzichte van 2013 is het bedrijfsresultaat verbeterd met Hieronder worden de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot de gerealiseerde cijfers over 2014 versus de begroting 2014 kort toegelicht. Item resultatenrekening Netto toegevoegde waarde Toelichting De NTW van Caparis is hoger dan begroot en komt uit op een bedrag van Ten opzichte van 2013 is de NTW hoger. Alle bedrijfsonderdelen hebben een NTW gerealiseerd die in lijn is met of hoger is dan begroot. De belangrijkste ontwikkelingen in de NTW zijn: Hogere volumes bij Business Post als gevolg van het sorteren en bezorgen van enkele grote mailingen met betrekking tot de gemeenteraadsverkiezingen en daarnaast structureel hogere omzet bij een groot deel van de klanten. Bovendien heeft Business Post een groter aandeel van de post zelf kunnen bezorgen met als gevolg dat de kosten voor uitbesteding (bezorging door PostNL) lager zijn uitgevallen. Twee klanten van Schoonmaak hebben de contracten verlengd voor 2014, terwijl in de begroting rekening was gehouden met het verlies van deze opdrachten. Het aantal declarabele uren van de individuele detacheringen blijft achter ten opzichte van de verwachting. Een gevolg hiervan is dat de NTW achterblijft ten opzichte van de begroting. De oorzaak van het lagere aantal declarabele uren is in hoofdstuk 1 toegelicht. Dit wordt echter grotendeels gecompenseerd door een groei in de groeps- en flexdetacheringen. De zachte winter heeft bij Groenservice geleid tot extra NTW doordat langer voor klanten in het groen kon worden doorgewerkt. Bij een strenge winter ligt het groenwerk grotendeels stil. Daarnaast hebben enkele opdrachtgevers het werk wat gepland stond voor het 4 e kwartaal 2013 uit laten voeren in het 1 e kwartaal Ook heeft het zachte voorjaar er voor gezorgd dat het gras en onkruid snel groeide. Groenservice heeft hierdoor extra opdrachten kunnen uitvoeren; dit naast het reguliere werk. Tot slot was er sprake van een hoger aantal declarabele uren voor de gedetacheerde groenmedewerkers (groepsdetachering). Het bedrijfsonderdeel Industrie (o.a. Rijwielen, MultiPack en het Grafisch Centrum) heeft boven verwachting gepresteerd en heeft de positieve lijn in het 4 e kwartaal 2013 weten door te zetten gedurende heel De orderportefeuille was over het algemeen goed gevuld; er was sprake van 4 e kwartaal 2014 Pagina 18/31

19 structureel meer werk. Normaliter heeft Industrie in het 1 e kwartaal te maken met een dip, maar daarvan was dit jaar in mindere mate sprake. Tevens was het aantal declarabele uren van de groeps- en flexdetacheringen substantieel hoger dan begroot. Caparis staat goed bekend bij haar opdrachtgevers. De afgelopen jaren is geïnvesteerd in het verder verbeteren van de samenwerking met de klanten en het verhogen van de kwaliteit van de dienstverlening. We plukken hier nu de vruchten van door het enerzijds werven van nieuwe klanten en het anderzijds gegund krijgen van meer en/of nieuw werk van bestaande klanten. Opbrengst Begeleid Werken Loonkosten kader Ov. personeelskosten kader De opbrengst Begeleid Werken (BW) bestaat uit de marge tussen enerzijds de ontvangen Rijkssubsidie BW en anderzijds de doorbetaling van de Rijkssubsidie BW naar werkgevers of externe re-integratiebureaus. De opbrengsten BW zijn hoger ten opzichte van de begroting. Dit wordt veroorzaakt door het realiseren van extra BW-plaatsingen en het verbeteren van de marge door betere condities met de externe reintegratiebureaus. Deze lijn is in 2012 en 2013 al ingezet. Tot slot heeft de verhoging van de Rijksbijdrage, zoals aangekondigd door het Rijk in september, tot gevolg, dat de opbrengst BW hoger is ten opzichte van de begroting. De loonkosten kader zijn lager dan begroot (begroting /realisatie ) door een lagere bezetting in kader (begroting 170,8 fte s/realisatie 160,5 fte s). De lagere bezetting is het gevolg van (natuurlijk) uitstroom in combinatie met een latere invulling van vacatures ten opzichte van de begroting. Daarnaast zijn enkele vacatures niet ingevuld. Deze vacatures worden, indien mogelijk, (tijdelijk) ingevuld door het herschikken van taken. Zie paragraaf 3.2 voor een overzicht van de personele bezetting. De overige personeelskosten kader zijn lager dan begroot. Dit heeft verschillende oorzaken, zoals een lager verlofsaldo van kaderpersoneel ultimo 2014, een lagere reservering vakantiegeld (lagere bezetting) en lagere kosten voor opleidingen. De ambities voor 2014 op het gebied van opleidingen zijn niet volledig gerealiseerd. Wel zijn alle werkleiders gedurende 2014 getraind over hoe om te gaan met agressie. Door dit als collectief te doen in plaats van individueel, is bespaard op de opleidingskosten. Ook is bespaard op de opleidingskosten door een deel van de cursussen in eigen beheer te verzorgen in plaats van uit te besteden. 4 e kwartaal 2014 Pagina 19/31

20 Dienstverlening derden Ov. personeelskosten Sw Huisvesting Vervoers- en productiemiddelen De kosten dienstverlening derden zijn lager dan begroot en lager ten opzichte van Qua aantal fte s is gemiddeld 7,0 fte s ingehuurd. Dit is 2,2 fte s meer dan begroot (begroting 4,8 fte s). Per saldo is er derhalve meer ingehuurd, maar wel tegen gemiddeld lagere lasten per fte. De hogere inhuur is van tijdelijke aard en wordt veroorzaakt door het inhuren van werkleiders om uitval van kaderpersoneel als gevolg ziekte op te kunnen vangen. Daarnaast is er in 2014 sprake van een hogere taakstelling ten opzichte van Hierdoor was in 2014 ook tijdelijk extra werkleiding nodig. De overige personeelskosten Sw zijn lager dan begroot. Dit is voornamelijk gerealiseerd door lagere kosten voor arbozorg, interventiezorg en opleidingen. Aan persoonlijke beschermingsmiddelen is echter meer besteed dan begroot. In voorgaande jaren zijn de kosten voor arbozorg en interventiezorg jaarlijks gestegen. In 2013 hebben we de inzet, frequentie en effectiviteit van de ingezette instrumenten geëvalueerd. Dit heeft ertoe geleid dat we kritischer kijken naar de inzet (en kosten) van bepaalde instrumenten. De besparing op de opleidingskosten is deels gerealiseerd door meer cursussen in eigen beheer te verzorgen in plaats van uit te besteden. De huisvestingskosten zijn lager dan begroot (begroting /realisatie ). De daling wordt met name veroorzaakt doordat in november 2013 de activiteiten van Business Post in Heerenveen zijn verhuisd van een huurlocatie naar de locatie van het Grafisch Centrum in Heerenveen. Daarnaast is een huurcontract verlengd tegen gunstigere condities. Hierdoor wordt een besparing op de huurlasten gerealiseerd (effect circa ). Daarnaast heeft de zachte winter tot gevolg gehad dat er sprake is van lagere energielasten (effect circa ). Ten opzichte van de begroting is bespaard op de kosten voor vervoers- en productiemiddelen. De belangrijkste reden hiervan is het terughoudende investeringsbeleid wat leidt tot een daling van de afschrijvingslasten. Daarnaast is eind 2013 rijdend materieel gedesinvesteerd. Hierdoor besparen we op dit moment op de kosten die betrekking hebben op het materieel (onderhoud, brandstof, wegenbelasting en verzekeringen). 4 e kwartaal 2014 Pagina 20/31

21 Rente ICT en huur telecom Bijzondere projecten Overige kosten Incidentele baten/lasten De rentelasten zijn lager dan begroot. De besparing wordt gerealiseerd doordat Caparis minder lang- en kortlopend geld heeft geleend in combinatie met lagere rentepercentages voor het kortlopend kasgeld (ten opzichte van de begroting). De financieringsbehoefte van Caparis daalt als gevolg van de positieve bedrijfsresultaten in 2013 en Hierdoor is Caparis in staat om per saldo de omvang van de leningen te reduceren. Zie ook paragraaf 3.4. De kosten voor ICT en huur telecom zijn hoger dan begroot. Microsoft is eind 2013 gestart met een licentiereview en deze review is begin 2014 afgerond. Tijdens de review is geconstateerd dat Caparis op enkele punten niet volledig in lijn met de voorschriften van Microsoft heeft gehandeld. Caparis heeft dit in maart hersteld, resulterend in een stijging van de licentiekosten (effect van circa in 2014). Op de bijzondere projecten worden de kosten van het project Caparis in Beweging verantwoord. De overige bedrijfskosten zijn lager dan begroot (begroting /realisatie ). De overige bedrijfskosten bestaan onder andere uit kosten van verzekeringen (niet zijnde huisvesting en materieel), telefonie, kantoorbenodigdheden, abonnementen/contributies en certificeringskosten. We zien bij bijna alle kostensoorten een besparing ten opzichte van de begroting. Daarnaast hebben in 2014 enkele desinvesteringen van activa plaatsgevonden. Dit heeft per saldo geleid tot een boekwinst van afgerond De incidentele baten & lasten betreffen met name de bonus Begeleid Werken 2012 ( bate, waarvan was opgenomen in de begroting 2014), vrijval reorganisatievoorziening O&I ( bate), afrekening ledenkapitaal veilinghuizen oude jaren ( bate), schattingsverschil inkoopbonussen voorgaande jaren ( bate), subsidieafrekening Divosa ( bate), uitkering WVA voorgaande jaren ( bate), additionele dotaties voorzieningen ( last), nagekomen kosten stormschade oktober 2013 ( last) en de kosten als gevolg van de eindafrekening 2013 van het gas ( last). Voor een nadere toelichting over de incidentele baten en lasten wordt tevens verwezen naar de volgende paragraaf. 4 e kwartaal 2014 Pagina 21/31

22 Nadere toelichting op gerealiseerd resultaat t/m 4 e kwartaal 2014 Caparis heeft in 2014 een bedrijfsresultaat gerealiseerd van positief. Dit resultaat is echter inclusief enkele (niet begrote) eenmalige baten en lasten. Exclusief deze baten en lasten bedraagt het bedrijfsresultaat positief; een verbetering van ten opzichte van het begrote bedrijfsresultaat. In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de belangrijkste eenmalige baten en lasten die van invloed zijn geweest op het gerealiseerde bedrijfsresultaat. Omschrijving Bedrag Bedrijfsresultaat exclusief eenmalige baten en lasten Eenmalige baten 1. Vrijval reorganisatievoorziening O&I Hogere bonus Begeleid Werken 2012 ten opzichte van de begroting Nagekomen uitkering Wet vermindering Afdracht Loonbelasting Vrijval voorziening inactieven Boekwinst desinvesteringen Eindafrekening subsidie Divosa Verhoging Rijkssubsidie Wsw Afrekening ledenkapitaal veilingen oude jaren Schattingsverschil inkoopbonussen voorgaande jaren Eenmalige lasten 10. Additionele dotaties aan voorzieningen Nagekomen kosten stormschade oktober 13 (niet gedekt door verzekering) Eindafrekening gas Bedrijfsresultaat inclusief eenmalige baten en lasten Hieronder volgt een korte toelichting op de hierboven opgenomen eenmalige baten en lasten: 1. In 2013 is Caparis gestart met de reorganisatie van het voormalige bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie. In de jaarrekening 2013 is een reorganisatievoorziening verantwoord van voor de verwachte afvloeiingskosten. De reorganisatie is in 2014 formeel afgerond en de personele consequenties zijn inmiddels bekend. Dit heeft geleid tot een vrijval van de reorganisatievoorziening voor een bedrag van In de begroting 2014 is rekening gehouden met de bonus Begeleid Werken 2012 voor een bedrag van In december 2014 zijn de definitieve beschikkingen ontvangen. Hieruit volgt een definitieve bonus van ; derhalve hoger dan begroot. 3. Caparis heeft in het voorjaar van 2014 een beschikking ontvangen van de Belastingdienst waarin de Belastingdienst alsnog instemt met de toepassing van de Wet vermindering Afdracht Loonbelasting voor de jaren 2012 en Het totale bedrag van de beschikkingen ( ) is ten gunste van het resultaat over 2014 gebracht. 4. Met een aantal personeelsleden zijn in het verleden regelingen voor afvloeiing overeengekomen. Op grond van deze regelingen worden in voorkomende gevallen - wachtgeld of inkomsten van derden aangevuld. Voor de verwachte lasten is in het verleden een voorzie- 4 e kwartaal 2014 Pagina 22/31

23 ning getroffen. Deze voorziening wordt jaarlijks geactualiseerd op basis van de meest recente informatie. Dit heeft in 2014 geleid tot een vrijval van De bedrijfsonderdelen Groenservice en Industrie hebben een deel van de activa (machines) gedesinvesteerd. Dit heeft per saldo geleid tot een boekwinst van Caparis heeft in de periode 2010 tot en met 2012 voor Divosa een pilot uitgevoerd. Voor deze pilot is in 2010 reeds een voorlopige subsidie van toegekend. In 2013 is het definitieve verantwoordingsverslag opgesteld en verstuurd. Naar aanleiding van het definitieve verantwoordingsverslag heeft Caparis nog aanvullende subsidie ontvangen. 7. In september 2014 is door het Rijk gecommuniceerd dat de Rijksbijdrage Wsw zal worden gecompenseerd voor loon- en prijsontwikkeling. Dit heeft ten opzichte van de begroting 2014 geleid tot een additionele opbrengst BW van De planten van de kwekerij worden verkocht via veilingen. Op grond van de gerealiseerde omzet vindt een storting in het zogeheten ledenkapitaal plaats. Na 10 jaar wordt het gestorte ledenkapitaal (inclusief rente) uitgekeerd. In 2014 is meer ontvangen dan was verwacht. 9. Caparis heeft met enkele leveranciers afspraken gemaakt over inkoopbonussen. Op basis van de inkoop (volume of omzet) wordt vervolgens jaarlijks een inkoopbonus aan Caparis toegekend. In de jaarrekening nemen we hiervoor een vordering op. Dit betreft veelal een schatting omdat de exacte bonus vaak nog niet bekend is bij het opmaken van de jaarrekening. In het nieuwe jaar vindt vervolgens de definitieve vaststelling plaats. Voor Caparis heeft dat geleid tot een extra bate van Caparis heeft in 2014 voor aan eenmalige dotaties ten gunste van enkele voorzieningen gedaan. Dit zijn niet begrote dotaties en betreft de voorziening bodemsanering ( voor in 2013 geconstateerde bodemvervuiling), voorziening langdurig zieken ( voor loonkosten van een medewerker die naar verwachting niet meer duurzaam zal re-integreren), voorziening verlieslatende huurcontracten ( voor versneld afstoten van een huurlocatie), voorziening inactieven ( voor vertrekregelingen van diverse medewerkers) en een extra dotatie aan de voorziening groot onderhoud naar aanleiding van een conditiemeting van de panden ( extra ten opzichte van de reguliere dotatie aan de voorziening groot onderhoud). 11. Eind oktober 2013 werd Nederland geteisterd door een storm. Ook Caparis heeft stormschade opgelopen. In de jaarrekening 2013 was voor de nog af te wikkelen schade een reservering opgenomen. In het 1 e half jaar is de schade definitief afgewikkeld wat heeft geresulteerd in aan extra kosten. 12. In de jaarrekening wordt ieder jaar een reservering opgenomen voor de nog te verwachten eindafrekening van gas, water en elektra. Wij hebben in juni en juli de eindafrekening gas 2013 ontvangen. Hieruit blijkt dat we per saldo nog moesten nabetalen ten opzichte van de reservering. De eindafrekeningen van water en elektra vallen binnen de verantwoorde reservering. 4 e kwartaal 2014 Pagina 23/31