Jeugdwelzijnswerk? 14 mei 2013

Transcriptie

1 Jeugdwelzijnswerk? 14 mei 2013

2 Inhoud Jeugdwelzijnswerk? Maatschappelijk kwetsbaar? Versterken van kinderen en jongeren Empowerment-paradigma Sociaal ruimtelijk georiënteerd werk Veranderen van instituties Jeugdwerk Jeugdwelzijnswerk? 2

3 Jeugdwelzijnswerk? What s in a name? Wortels: Patronaten: De schone ziel van t kind te behouden tegen t straatvuil. (Coussée, 2006) Cardijn: Weet gij dat jonge arbeiders en arbeidsters problemen en noden hebben, die hun gans eigen zijn? (Coussée, 2006) Meer dan jeugdwerk Jeugdwerk met kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties 3

4 Maatschappelijk kwetsbaar? Maatschappelijk kwetsbaar is de persoon die in zijn contacten met de maatschappelijke instellingen vooral en steeds opnieuw te maken krijgt met de controlerende en sanctionerende aspecten ervan en minder profiteert van het positieve aanbod. (Walgrave, Vettenburg & Van Kerckvoorde, 1984) 4

5 Maatschappelijk kwetsbaar? Interactief proces; steeds opnieuw (cumulatief) Risicofactoren: Leven in kansarme buurt Opgroeien in generatiearmoede Behoren tot etnisch-culturele minderheid Geen inkomen uit arbeid Cumulatie van risicofactoren Sociale binding 5

6 Maatschappelijk kwetsbaar? Gevolgen: wantrouwen, sociale uitsluiting enz. Van MKJ naar maatschappelijk kwetsbare situaties (focus op interactie) Implicaties voor praktijk? Versterken van kinderen en jongeren Veranderen van maatschappelijke instellingen 6

7 Jeugdwelzijnswerk? Versterken jongeren Jeugdwerk Veranderen instituties Jeugd- welzijnswerk 7

8 Versterken van kinderen en jongeren Empowerment-paradigma Sociaal ruimtelijk georiënteerd werk 8

9 Empowerment-paradimga Van Regenmortel, 2002 Krachtgerichte visie: versterken en verbinden Veerkracht: krachten opsporen en mobiliseren Outreachend werken 9

10 Empowerment-paradigma Relatie als fundament: Presentie (Baart, 2001) Autonomie in plaats van afhankelijkheid Gelijkwaardigheid Op drie niveaus: Micro Meso Macro 10

11 Empowerment-paradigma Implicaties voor praktijk? In de leefwereld (outreachend werken) Agenda van kinderen en jongeren (Cardijn) Op tempo van kinderen en jongeren (presentie) Gelijkwaardigheid vs. macht ( met het vingertje zwaaien helpt niet ) 11

12 Sociaal ruimtelijk georiënteerd werk Böhnisch & Münchmeier, 1987, 1990 Kinderen en jongeren sociaal-ruimtelijke leefwereld laten toe-eigenen en oriënteren? (autonomie) Competenties (slide 13) Aandacht voor intergenerationaliteit (Van Ewijk en Verschelden, 2008) (context) 12

13 Sociaal ruimtelijk georiënteerd werk Biografische competentie: leren antwoorden vinden op zingevingsvragen Institutionele of sociale competentie: leren omgaan met maatschappelijke instituties Politieke competenties: ontwikkelen van mogelijkheden tot beleidsbeïnvloeding en zelforganisatie 13

14 Veranderen van instituties Van toegankelijk naar bruikbaar aanbod Eigen en ander jeugdwerkaanbod Aanbod in andere levensdomeinen (onderwijs, arbeid enz.) Vijf B s: rapport Vrijetijdsbeleving van kinderen in armoede (Coussée & Roets, 2011) 14

15 Veranderen van instituties Bereikbaarheid: informatie & locatie Betaalbaarheid: financiële haalbaarheid (t.o.v. redelijke verwachtingen) Beschikbaarheid: toelatingsvereisten; kans op stabiele relatie met begeleiders (vertrouwensfiguur, betekenisvolle derde) 15

16 Veranderen van instituties Bruikbaarheid: verandert aanbod iets concreet, wenselijk en betekenisvol? Begrijpbaarheid: kan men begrijpen waarvoor het aanbod staat, zodat men zijn situatie niet uit handen moet geven? (autonomie) 16

17 Veranderen van instituties Implicaties voor praktijk? Bruikbaarheid van aanbod voor kids? Samenwerken met maatschappelijke instituties Knowhow valoriseren Empowerment-paradigma: Agenda van kinderen en jongeren Tempo van kinderen en jongeren Autonomie van kinderen en jongeren Micro, meso en macro 17

18 Jeugdwerk Decreet lokaal jeugdbeleid Sociaal-cultureel werk (groepswerk) In de vrije tijd Onder educatieve begeleiding Ter bevordering van algemene en integrale ontwikkeling Op vrijwillige basis 18

19 Jeugdwelzijnswerk? Versterken Spelen Veranderen Jeugd- welzijnswerk 19

20 Jeugdwelzijnswerk? Werken we aan de drie aspecten? Vertrekken we van de agenda van de kids? Werken we aan de drie soorten competenties? Werken we aan de bruikbaarheid van instituties? Werken we met groepen in de vrije tijd en op vrijwillige basis? Dit kan gebeuren op verschillende manieren 20

21 Jeugdwelzijnswerk? Veelomvattende opdracht Evenwicht kwantiteit en kwaliteit? Evenwicht bestaande en nieuwe noden? Evenwicht eigen plek en outreachend werken? Versterken van jongeren en veranderen van structuren staan niet los van elkaar Belang van continuïteit (verbinden) Kinderen en jongeren eigenaar? 21

22 Inhoud Jeugdwelzijnswerk? Maatschappelijk kwetsbaar? Versterken van kinderen en jongeren Empowerment-paradigma Sociaal ruimtelijk georiënteerd werk Veranderen van instituties Jeugdwerk Jeugdwelzijnswerk? 22