VERANTWOORDING GROEPSPROJECT (LUCY LIN)

Transcriptie

1 VERANTWOORDING GROEPSPROJECT (LUCY LIN) Bij aanvang van het groepsproject ben ik gaan brainstormen naar mogelijke ideeën en concepten om mij alvast te oriënteren. Ter inspiratie heb ik diverse krantenartikelen en websites over bestaande moes-/buurttuinen gelezen (deskresearch). Ook heb ik mijn eigen ervaring m.b.t. tuinieren in deze brainstorm verwerkt, zoals het inspirerende klavierzakje. Op deze manier wilde ik mijn kennis op het gebied van moes-/buurttuinen verbreden. Aangezien ik daar nog niet veel over wist. Vervolgens hebben we alle potentiële ideeën opgeschreven en verdeeld over de groep. Uit de negen potentiële ideeën/concepten heb ik er drie gekozen, namelijk: Het creëren van een patroon door middel van bloembollen, het ontwikkelen van een community plek en het ontwerpen van reclame met mieren. Nadat alle ideeën waren verdeeld, begon ik met de uitwerking van mijn eerste gekozen idee (bloembollen). Bovenstaand prototype heb ik met papier, een schaar en een perforator gemaakt, omdat dit een eenvoudige en snelle manier is om de werking van het idee inzichtelijk te maken. Kort nadat ik dit prototype had gemaakt, werd er besloten om van enkele ideeën één idee te maken. Na dit besluit ontstonden er in totaal drie ideeën/concepten, namelijk: Het superhelden concept, het community concept en de guerrilla marketing. Samen met Zoë ben ik mij gaan bezighouden met het tweede idee/concept. Om tot ideeën te komen heb ik Zoë diverse vragen gesteld m.b.t. SPACE-S, een extern project waarbij bewoners invloed hebben op hun eigen woning en woonomgeving. Zo stelde ik vragen als: Op welke manieren betrekt SPACE-S de bewoners bij het project?, Hoe is SPACE-S georganiseerd?, Hoe komt het dat bewoners geïnteresseerd zijn in dit project? en Wat maakt het project laagdrempelig? Door telkens vragen te stellen en op haar antwoorden door te vragen,

2 genereerde ik allerlei ideeën die ik in een woordspin ben gaan noteren. Vanuit deze woordspin hebben Zoë en ik één concept gekozen dat ik Buur wordt buurt heb genoemd, omdat dit concept precies het doel van NatuurSUPER vertaalt. Het achterliggende idee van dit concept is dat buren niet alleen buren moeten zijn, maar dat ze één buurt moeten vormen. Met dit concept in het achterhoofd zijn we gaan brainstormen naar uitwerkingen waarmee dit concept kan worden verwerkelijkt. Door de woordspinnen kwam ik op het idee om een wortel als vorm te gebruiken waarin de bezoekers hun idee konden stoppen die ze vervolgens met een bloembol konden planten op een braakliggend terrein. De wortelvorm zou dan een figuurlijke betekenis krijgen, namelijk: het beginsel (de root) van het braakliggend terrein. Alles begint namelijk met een idee, dat vervolgens kan worden verwerkelijkt. Dit wilde ik ook terug laten komen op het braakliggend terrein. Deze uitwerking ben ik eerst schetsend gaan visualiseren. Daarna heb ik met papier twee prototypes van een wortel gemaakt om te achterhalen hoe bewoners hun idee in de wortel kunnen stoppen. Het linkse prototype is een vouwwerk dat je in elkaar moet zetten en waar je vervolgens je idee in kan stoppen. Bij het rechtse prototype moet de bol een bloembol voorstellen waarmee de wortel kan worden dichtgemaakt nadat het idee erin is gestopt. Deze twee prototypes heb ik ter voorbereiding voor de tussenpresentatie ook aan Camiela gepresenteerd. Daarnaast hebben Zoë en ik ook een poster ontworpen waarop het concept zowel tekstueel als visueel wordt uitgelegd (links). Ik heb de tekst bedacht en op de poster geplaatst. Na deze bespreking heb ik de tekst van de poster aangepast voor de tussenpresentatie (rechts). De tekst was namelijk te klein en te veel, waardoor het concept niet in één oogopslag duidelijk was. Verder heb ik voor de tussenpresentaties zes wortels uitgewerkt om het idee tijdens de presentatie te kunnen demonstreren. De wortels heb ik eerst in Illustrator uitgewerkt. Deze wortels waren nog best lastig om in elkaar te zetten.

3 Naar aanleiding van de tussenpresentatie heb ik een plan gevisualiseerd dat weergeeft welke stappen we naar mijn mening de komende weken kunnen ondernemen voor het eerste eindbeoordelingsmoment. Ik heb mij hierbij vooral gefocust op het ontwikkelen van een (passend) concept, een prototype en het testen en verfijnen van dit prototype. Aangezien er nog geen concreet concept was, vond ik het belangrijkst om die eerst vast te stellen voordat we het idee gingen uitwerken. Om erachter te komen hoe bestaande moes-/buurttuinen zijn ontstaan, heb ik een bezoek gebracht aan de moestuin in Maarheeze. Bij aanvang bleek deze moestuin echter niet meer te worden gebruikt. Dus heb ik voor informatie het Internet geraadpleegd. Hierop kwam ik zeer interessante dingen tegen die we eventueel voor het project konden gebruiken. Zo organiseerde de gemeenschap doe-avonden voor beginnende tuiniers. Maar ook kwam ik erachter dat de gemeenschap een groepsapp had aangemaakt waarin zij afspraken maakte m.b.t. de moestuin. Toch wilde ik graag weten wat de ervaringen van tuiniers waren m.b.t. het beginnen van een moestuin, dus besloot ik de vragen op een forum te plaatsen: Er zaten hele interessante redenen tussen om een moestuin te beginnen. Echter gaven zij ook aan wat de nadelen van tuinieren waren. Tijdens het lezen van de antwoorden kwam ik er al snel achter dat de mensen op deze forum vooral individueel een moestuin hadden, waardoor de helft van de vragen niet konden worden beantwoord. Daarnaast vond ik dat de vragen weinig betrekking hadden op het huidige concept. Omwille van deze redenen vond ik dat de resultaten van dit onderzoek niet relevant waren voor dit project.

4 Verder heb ik mij ook beziggehouden met de guerrilla marketing. Voorafgaand ben ik gaan onderzoeken welke guerrilla marketing er al bestaat. Daarna zijn Mattia en ik een brainstorm gaan houden naar mogelijke ideeën voor een guerrilla marketing. Met behulp van deze guerrilla marketing wilden wij testen of mensen daadwerkelijk werden aangetrokken om hun idee te planten. Wij hebben ervoor gekozen om het bekende AH moestuintje te mocken om het idee te creëren dat het betrekking heeft op het beginnen van een (moes)tuin. Ik ben het idee eerst schetsmatig gaan uitwerken. Daarna ben ik met kartonnen dozen het idee gaan uitwerken. Ik kwam tot de ontdekking dat de zijkanten van het AH moestuindoosje schuin naar beneden liepen. Om het prototype hier echt op te laten lijken, ben ik dit erin gaan verwerken. Daarna ben ik met een lijmpistool de zijkanten gaan vastplakken. Verder kreeg ik ook als feedback dat de doos in verhouding niet klopte, dus besloot ik deze feedback er ook in te verwerken. Daarna ben ik de doos gaan verven. Na het verven ben ik met een lijmpistool mos op de bovenkant van de doos gaan plakken om het idee te creëren dat er aarde in de doos zit, zoals bij een AH moestuintje. Om de guerrilla marketing te testen, heb ik het prototype voor de ingang van de techniekhal geplaatst. Echter kwam ik al snel tot de conclusie dat mensen niet wisten dat zij daadwerkelijk ook iets met het prototype konden doen. Dus heb ik een poster erbij gehangen waarop instructies staan over hoe je jouw idee kan planten. Ik heb de tekst van de stappenplan uitgewerkt.

5 Ik ben de volgende dag uit nieuwsgierigheid bij het prototype gaan kijken. Tot mijn verbazing lagen er wel ideeën in de doos, maar de poster was wel verdwenen. Na een week ben ik samen met Mattia alle ideeën gaan uitpluizen. Van het resultaat van de test heb ik een filmpje gemaakt, dat op dit linkje te vinden is: Uit deze test ben ik vervolgens ook conclusies gaan trekken, die onder het filmpje genoteerd staan. Verder heb ik met behulp van HTML, CSS en PHP een teller ontwikkeld waarmee ik het aantal bezoekers (geïnteresseerde) op een website kan meten. In eerste instantie was het idee om bezoekers naar een website te sturen, zodat we konden meten hoeveel mensen geïnteresseerd waren in het product. Tot slot heb ik meegeholpen met het maken van bouwstenen die we voor de eerste eindbeoordelingspresentatie willen gebruiken. Hiervoor heb ik in Illustrator ook een poster gemaakt, waarmee de verschillende fases van het idee kunnen verduidelijken.