Gebruikshandleiding TFT touchscreen

Transcriptie

1 Gebruikshandleiding TFT touchscreen

2 1.0 Hoofdscherm 1.1 Schakelen In het hoofdscherm kunt u 8 navigatielampen aan en uit zetten door op de ronde knoppen te drukken. Op de illustratie van het schip zijn ook 8 lampen weergegeven d.m.v. ''Leds''. Als een lamp aan gezet wordt, zal er op de illustratie ook een led gaan branden. Het touchscherm is een kunstof (resistive) scherm, dat houd in dat u druk moet uitoefenen om te schakelen. Dat werkt het beste met uw nagel of een styles pen (geen balpen en scherpe voorwerpen) Extra lampen Door op de twee knoppen in het schip te drukken, komt u op de pagina's voor de extra lampen. Vanaf hier kunt u lampen 9 t/m 18 schakelen. De werking is verder het zelfde als paragraaf Defect lamp Mocht er een lamp defect raken zal de led van de desbetreffende lamp ook uit gaan en zal er een rood kruis over de led te zien zijn, tevens zal er een buzzer te horen zijn Oplossingen 1.Controleer de navigatielamp. 2.Controleer of de connectors nog goed zitten. 3.Controleer de zekeringen op de relais kaart 4.Controleer de bekabeling vanaf de relaiskaart naar de navigatielamp op beschadigingen. 5. Reset het systeem door de voedingsspanning er even vanaf te te halen 1.3 Defect in de data bus Mocht er een data(i2c) bus defect raken zal er een tekst verschijnen op het display (Bijvoorbeeld: storing databus relais kaart: A,B,C,D). De letter(s) geeft aan welke relais kaart(en) het niet meer doet door de storing. Ook zal er een buzzer te horen zijn. Tevens zal het scherm blijven opstarten totdat het probleem opgelost is Oplossingen 1. Controleer de bus connectors. 2. Controleer of de jumpers op de juiste manier zijn geplaatst. 3. Controleer of er geen beschadigingen op de kabel zitten. 4. Druk op de test knop in het hoofd menu, of op de RESET knop in het instellingen menu 5. Reset het systeem door de voedingsspanning er even vanaf te te halen 1.4 Accu alarm Als een van de twee (of beide) accu's meer dan +/-6 seconden een te lage voedingsspanning heeft wordt dit d.m.v. tekst (bijvoorbeeld: Accu 1 laag) weergegeven op het display. Ook is de buzzer te horen, zie paragraaf (2.2) voor het instellen van het accu alarm. 1.5 Test/Reset De knop Test/Reset heeft twee functies. A: Om het hele systeem te kunnen testen kunt u de Test/Reset knop indrukken als er geen alarm is. Alle navigatielampen zullen even aan gaan. Met deze test kunt u testen of de navigatielampen het doen, of de I2C bussen het doen en of alle indicaties op het display juist worden weergegeven. B: Door op de knop Test/Reset te drukken als er alarm is, zal de buzzer uit gaan. Echter als het defect nog niet verholpen is blijft de X op de led(s) staan, eventuele tekst zal ook blijven staan. Pas als het defect is verholpen en de knop Test/Reset wordt nogmaals ingedrukt zal de X en de eventuele tekst verdwijnen. C: Voor een Test en Reset van het hele systeem kunt u in het menu de knop TEST SYSTEEM gebruiken. 1.6 Uit Bij het in drukken van de knop Uit zal het display naar 0% gedimd worden. Ook gaan alle navigatie lampen uit. (Er wordt een lange piep gegeven zodat bij het per ongeluk in drukken van de knop dit opgemerkt wordt). Door vervolgens weer op het scherm te drukken zal het display weer aan gaan.

3 1.7 Dimmer Met de knop Dimmer kunt u het display wisselen tussen dag- en nachtstand. Zie paragraaf (2.1) voor instellingen dimmer. 1.8 Accu spanning Onderaan op het hoofdscherm zijn de accu spanningen te zien, accu 1 links en accu 2 rechts. 2.0 Hoofd menu Door op de knop Menu te drukken op het hoofdscherm verschijnt er een menu. In dit menu kunt u zich naar verschillende instellingen menu's navigeren. Hier onder wordt beschreven wat de functie is van elk menu. 2.1 Dimmer Door op de knop dimmer te drukken in het hoofd menu verschijnt u in het Dim menu. Hier kunt u de helderheid van het scherm instellen. Bij 'instellingen van dimmer stand hoog' is het mogelijk om de helderheid van het scherm bij de dagstand in te stellen. Bij 'instellingen van dimmer stand laag' is het mogelijk om de helderheid van het scherm bij de nachtstand in te stellen. Indien u het scherm (overdag) aanraakt en deze staat bv op de nachtstand, dan zal deze gedurende 5 seconden iets feller branden. Zodat u overdag ook het scherm kan zien, en de dag en nachtstand kan wijzigen. 2.2 Boordnet bewaking In dit menu kunt u voor de twee accu's de minimale voedingsspanning instellen. Komt een accu onder deze waarde dan zal er een alarm gegeven worden. Zie paragraaf (1.4). 2.3 Tijd In dit menu kunt u de tijd/datum instellen voor de klok die zich op het hoofdscherm bevind. 2.4 Test systeem Met deze knop kunt u het systeem testen (zie paragraaf 1.5). 3.0 Instellingen Door op de knop Instellingen te drukken in het hoofd menu komt u in het Divers menu. Vanaf hier kunt u verschillende opties wijzigen. 3.1 Relais menu In dit menu kunt u relais kaart 2 t/m 4 aan en uit zetten. Als u een relais kaart uit zet betekent het dat u de lampen die op die kaart zijn aangesloten niet meer aan of uit kan zetten. Ook de alarmen voor deze relais kaart worden niet meer getoond. (Als er een lamp aan staat en u zet dan deze relais kaart uit, dan blijft de lamp aan staan, u kunt de lamp pas weer uit zetten als u de relaiskaart aan zet). LET OP: Als u een relaiskaart aan zet, maar deze is niet aangesloten. Dan zal het systeem blijven herstarten. Als u op pagina 3, lampen aanzet. En deze relaiskaarten staan uit, maar zijn wel aangesloten. Dan zullen de lampen aangaan, maar zal de indicatie en het alarm niet werken. 3.2 Scheepsnaam invoeren Door op de knop Scheepsnaam invoeren te drukken komt er een toetsenboord naar voren. Hier mee is het mogelijk om de scheepsnaam te veranderen. Deze tekst is dan vervolgens te zien onder de tekst Navigatie paneel op het hoofdscherm. De naam mag maximaal uit 15 tekens bestaan. 3.3 Buzzer menu In dit menu kunt u de piep toon harder of zachter zetten die u hoort bij elke aanraking van het scherm.

4 4.0 TFT print De TFT print is de print die achter op het touchscreen is bevestigt. Op deze print kunnen de voedingen en de in en uitgangen worden aangesloten. 4.1 Voeding 24Vdc Links van de TFT print zijn 2 voedings connectors te vinden. Op deze connectors kunnen 2 accu's worden aangesloten. Eén voor de hoofdaccu en één de noodaccu. De print is zo gemaakt dat de accu met de hoogste spanning het touchscreen van spanning voorziet. De minimale voedingsspanning is 20V en de maximale voedingsspanning is 30V. Het verbruik is bij stand-by 400mA, en als alle relais uit staan en TFT scherm op 100% staat, 460mA. De 2 voedingen zijn op de print bewaakt door automatische zelf herstellende zekeringen. 4.2 Databus connector De databus connector is de UTP connector op de TFT print. Vanaf deze connector is het mogelijk om met een normale UTP kabel (geen crosskabel) de relaiskaarten (paragraaf 5.0) aan te sluiten op het touchscreen, zonder deze kabel is er geen communicatie mogelijk tussen touchscreen en relaiskaart. Ook levert deze databus de 3V en 24V voeding voor de relaiskaarten. LET OP: De DATABUS kabel mag maximaal 3 meter bedragen, gebruik altijd een degelijke kabel met goede afscherming met minimaal cat5 of cat6 afscherming. 4.3 In bedrijf bewaking Deze connector is aangesloten op de contacten van een relais. Dit relais valt af als de voedingsspanningen weg vallen, maar ook als de software vast loopt. Het is dus mogelijk om een sirene of een andere alarm systeem aan te sluiten op deze connector, op deze manier bent u altijd op de hoogte als het systeem niet naar behoren werkt. Als dit relais afvalt bij systeem en of software uitval, zult u ook een piep toon van 1 a 2seconden horen. 4.4 Alarm Deze connector is aangesloten op de contacten van een relais. Dit relais wordt bekrachtigd op het moment dat er alarm is. Als de sirene die op de TFT print zit niet hard genoeg is kunt u een externe sirene aansluiten op deze connector. 4.5 Geen voeding Als de TFT geen voedingen heeft, zullen uit voorzorg alle relais afvallen en alle lampen gaan branden.

5 5.0 Relaiskaarten De relaiskaarten zijn de printen waarop de navigatielampen aangesloten worden. 5.1 Voeding 24Vdc De 24V voeding is enkel voor het voeden van de navigatielampen, deze is op de print galvanisch gescheiden van de 2 voedingen van het TFT scherm. De minimale voedingsspanning is 22V en de maximale voedingsspanning is 30V. Het verbruik is stand-by 300mA, en bij gebruik het vermogen per lamp wat aan staat. Indien de kaart geen voeding heeft en/of geen aansturing heeft van het TFT paneel, staan alle relais gemaakt en branden alle lampen. 5.2 Databus connectors De databus connectors is de UTP connectors op de relaiskaart. Op deze connectors kan een normale UTP kabel (geen crosskabel) aangesloten worden. Deze UTP kabel zorgt voor de communicatie tussen het touchscreen en de relaiskaarten. Ook zit er 3V en 24V voeding op deze kabel, deze voeding komt vanaf het touchscreen. Hoe de relaiskaarten aangesloten kunnen worden kunt u zien in de bijlage. LET OP: de DATABUS kabel mag maximaal 2 meter bedragen. 5.3 Jumpers Met de jumpers kunt u het adres van de relaiskaart instellen (A, B, C of D). Als er vier relaiskaarten aanwezig zijn met elke een ander adres is het mogelijk om 16 verschillende lampen te schakelen. Het is ook mogelijk om meerdere relaiskaarten aan te sluiten met hetzelfde adres. Het is dan mogelijk om met een knop op het touchscreen twee of meerder lampen te schakelen. 5.4 Nood bediening relais Naast de 24V accu connector zitten de aansluitingen voor de nood bediening relais. Als deze aangesloten worden zoals te zien is op de tekening dan kunnen de lampen extern geschakeld worden. Belangrijk is wel dat alle voedingen zijn aangesloten. Dat is dus de 3V en 24V die vanaf het touchscreen komen over de databus maar ook de 24V die op de accu connector van deze wordt aangesloten. 5.5 Nood switch Met de nood switch is het mogelijk om het relais te overbruggen. Op deze manier zijn de navigatielampen altijd te bedienen, zelfs als het touchscreen niet aangesloten is. De 24V accu voeding moet natuurlijk wel aangesloten zijn. 5.6 Navigatielampen De navigatielampen kunnen aangesloten worden op de connectors die naast de nood schakelaars zitten. Het minimale vermogen is 2Watt en het maximale vermogen is 40Watt. De meegeleverde zekeringen zijn voor 25 Watt lampen.

6

7

8

9 Let op bij het maken van een kleiner gat dat er genoeg ruimte over blijft voor de USB poort, de print is niet precies in het midden gecentreerd