Naslagwerk Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam

Transcriptie

1 Naslagwerk Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam Index 2014 Onderzoek en Business Intelligence (OBI) december 2014 In opdracht van gemeente Rotterdam, cluster Stadsontwikkeling

2 Onderzoek en Business Intelligence (OBI) Projectteam: Cuneyt Ergun, Marco Hoppesteyn, Annemarie Reijnen, Annemarie Roode, Mark Verschuur Met medewerking van: Piet Burger, Dick van der Graaf Project: 4064 Postadres: Postbus AH Rotterdam Telefoon: (010) Website:

3 1 Samenvatting Het naslagwerk Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam 2014 biedt een samenhangend beeld van de kindvriendelijkheid van de wijken op de thema s sociaal, fysiek, veilig en voorzieningen. Het geeft per gebied de scores van de wijken weer op het niveau van thema s en onderliggende aspecten. Het biedt inzicht in relaties tussen indicatoren en het geeft de ontwikkeling van de wijken weer ten opzichte van twee jaar geleden. De Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam 2014 (Totale Index) is opgebouwd uit een Subjectieve Index en een Objectieve Index, die elk op hun beurt weer zijn samengesteld uit diverse onderliggende indexen die de sociale en fysieke leefomgeving, de veiligheid en het voorzieningenniveau in beeld brengen. De Subjectieve Index is gebaseerd op enquêtegegevens, de Objectieve Index op gegevens die worden geregistreerd. Hiermee wordt achtereenvolgens de beleefde situatie en de meer op feiten gebaseerde situatie in kaart gebracht. Ontwikkelingen Bevindingen: - In de beleving van bewoners is de geschiktheid van de buurt voor kinderen ten opzichte van twee jaar geleden in meer dan driekwart van de wijken verbeterd dan wel onveranderd gebleven. - Uit registratie blijkt dat vergeleken met twee jaar geleden in bijna driekwart van de wijken meer of evenveel jonge gezinnen in hun wijk zijn blijven wonen na de geboorte van hun eerste (en inmiddels schoolgaand) kind. Conclusie: Voor jonge gezinnen is het leefklimaat in twee jaar tijd in de meeste wijken stabiel gebleven of er zelfs op vooruit is gegaan. Deze ontwikkeling kan echter niet zonder meer toegeschreven worden aan gemeentelijke beleidsinspanningen. Ook ontwikkelingen in de regio, zoals het aanbod van woningen en het op slot zitten van de woningmarkt zijn van invloed op de verhuismobiliteit van gezinnen. Stand van zaken 2014 Bevindingen: - De meeste wijken scoren rond of boven het Rotterdams gemiddelde - Veel wijken die op de Totale Index hoog scoren, scoren ook hoog op de Subjectieve Index - De scores van de Subjectieve Index lopen meer uiteen dan die van de Objectieve Index Conclusie: De volgorde van wijken van de Subjectieve Index en de Objectieve Index verschilt. Bij de Subjectieve Index is te zien dat wijken waar vooral gezinnen wonen met een midden/hoge sociaal economische positie de waardering van de wijk veelal hoger is dan in wijken met vooral gezinnen met een lage sociaal economische positie. De Objectieve Index neigt naar een meer omgekeerd beeld. Variatie in wijken ontstaat ook omdat niet elke wijk zich primair richt op gezinnen. In sommige wijken wonen weinig gezinnen en dus ook weinig kinderen, bijvoorbeeld de wijken in het stadscentrum, zoals bijvoorbeeld CS-Kwartier. Andere wijken liggen geïsoleerd waardoor bijvoorbeeld de nabijheid van voorzieningen minder goed scoort. Voorbeelden zijn Kralingseveer, NoordKethel/Schieveen/ december van 77

4 Zestienhoven en Overschie. Bij de laatste wijken wil dit niet zeggen dat er geen waardering is voor de verschillende aspecten van kindvriendelijkheid. Samenhang met onderliggende indicatoren Bevindingen: - De beleving van bewoners lijkt veelal belangrijker dan de objectieve werkelijkheid - De registratie van jonge gezinnen die in de wijk blijven wonen hangt sterk samen met de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen. - Er is geen samenhang tussen de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen en de beleving van het voorzieningenniveau - Er is een sterke samenhang tussen de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen en het feitelijke aanbod aan grondgebonden woningen; niet met appartementen met lift, minimaal 4 kamers en een vloeroppervlak van minimaal 85 m2. Appartementen met een vloeroppervlak van minimaal 100 m2 komen meer overeen met wat bewoners een gezinsgeschikte woning vinden. Conclusie: Aspecten die als kindvriendelijk naar voren komen uit beleid en/of behoefteonderzoek onder ouders zoals het voorzieningenniveau, komen niet zonder meer overeen met wat bewoners als kindvriendelijk ervaren. Ook spelen ze geen rol in de keuze om in een wijk te (blijven) wonen. Wat wel een rol speelt is het aanbod aan grondgebonden woningen en het aanbod aan appartementen met lift, minimaal 4 kamers en een vloeroppervlak van minimaal 100 m2. december van 77

5 Inhoudsopgave 1 Samenvatting 3 2 Inleiding 7 3 Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam Uitgangspunten Samenstelling 9 4 De wijken in beeld Stand van zaken Samenhang met onderliggende indicatoren Ontwikkelingen 16 5 De wijken per gebied Inleiding Hoek van Holland Pernis Hillegersberg-Schiebroek Prins Alexander Hoogvliet Overschie Kralingen-Crooswijk Delfshaven IJsselmonde Rozenburg Noord Feijenoord Charlois Rotterdam Centrum 46 6 Bijlagen Toelichting indicatoren Subjectieve Index Objectieve Index Betekenis leefstijlen Kaartbeelden 57

6 december van 77

7 2 Inleiding De Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam biedt een samenhangend beeld van kindvriendelijkheid van de wijken op de thema s sociaal, fysiek, veilig en voorzieningen. Het instrument maakt het mogelijk om wijken onderling te vergelijken. De Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam biedt aanknopingspunten voor overleg met bewoners en samenwerkingspartners; het geeft input voor het maken van gebiedsplannen. Elk thema bestaat uit subthema s en uit een subjectieve score en een objectieve score. De subjectieve score bestaat uit indicatoren afkomstig uit enquêtevragen, waarbij is gevraagd naar meningen en waarderingen, zoals de geschiktheid van de wijk voor kinderen uit diverse leeftijdsgroepen en de aantrekkelijkheid van speel-, sport- en ontmoetingplekken in de wijk. De objectieve score is opgebouwd uit indicatoren afkomstig uit bewerkingen van verschillende registraties, zoals de aanwezigheid en de trefkans van leeftijdgenoten in de wijk en de nabijheid en keuzemogelijkheden van speelplekken. De themascores worden, net als bij het wijkprofiel, weergegeven als een indexscore, waarbij het gemiddelde van Rotterdam op 100 is vastgesteld. De scores van de wijken worden berekend ten opzichte van dit stadsgemiddelde. De relatief sterke kanten van wijken komen naar voren door een score (ver) boven de 100. Wijken met minder sterke kanten worden zichtbaar door een score (ver) onder de 100. Voor een methodologische toelichting wordt verwezen naar het wijkprofiel: Via de website is er toegang tot het Databestand Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam in Excelformaat. Dit bestand bevat naast indexscores ook indicatorscores zoals percentages en aantallen. Een set contextindicatoren over de wijken geeft extra achtergrondinformatie om scores uit de Index kindvriendelijke wijken te duiden. De toevoeging van een wijktypologie met onder andere de leefstijlen volgens een door The SmartAgent Company ontwikkeld concept maakt het voor gebruikers mogelijk om wijkscores te vergelijken met soortgelijke wijken. Dit naslagwerk is als volgt opgebouwd. Hoofdstuk 3 bespreekt de uitgangspunten en de samenstelling van de Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam. Hoofdstuk 4 laat de ontwikkeling van de wijken zien ten opzichte van twee jaar geleden. Hoofdstuk 5 geeft per gebied de scores van de wijken weer op het niveau van thema s en onderliggende aspecten. De bijlage tenslotte bevat een toelichting op de indicatoren van de index en op de betekenis van leefstijlen en bevat een selectie kaartbeelden. december van 77

8 december van 77

9 3 Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam Een kindvriendelijke stad is een stad waar kinderen en jongeren in een dynamische, prettige en veilige ruimte kunnen opgroeien. Kinderen hebben in de stad ruimte nodig om jong te kunnen zijn, maximale kansen te krijgen om zich zelf te ontplooien en actief bij te kunnen dragen aan de stad Uitgangspunten Doel index Het beleid Rotterdam Kindvriendelijk is bedoeld om de stad voor gezinnen aantrekkelijk te maken en om de talentontwikkeling van kinderen te stimuleren. De Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam brengt in beeld wat de stad te bieden heeft aan gezinnen en kinderen. Het laat zien of de randvoorwaarden voor kindvriendelijkheid in een wijk aanwezig zijn. Daarbij gaat het om aspecten die door behoefteonderzoek onder ouders en/of beleid van belang worden verondersteld. De index maakt het mogelijk om wijken te beoordelen op kindvriendelijkheid. Op zich is het geen probleem als een wijk minder kindvriendelijk is, omdat de nadruk in de wijk op een andere functie ligt. Het is aan bestuur en gebiedscommissies om richting te geven aan de kindvriendelijkheid van een wijk. De index kan hier een hulpmiddel bij zijn. Perspectief van volwassenen Rotterdam moet aantrekkelijker worden als woonstad voor gezinnen met kinderen tot 18 jaar. De index gaat daarom uit van het perspectief van volwassenen. Het zijn de volwassenen die de keuze maken voor een woonwijk. Zij bepalen of ze met hun (potentiële) kinderen al of niet uit de wijk en/of uit de stad vertrekken of er juist naar toe willen verhuizen, niet de kinderen. De subjectieve index gaat daarom vooral uit van het perspectief van volwassenen. Kanttekeningen 1. De norm voor een kindvriendelijke wijk is aan verandering onderhevig: als de lat hoger wordt gelegd, is men minder snel tevreden. 2. De index is gebaseerd op subjectieve scores (opvattingen, waarderingen) en objectieve scores (registraties). Uit diverse onderzoeken blijkt dat niet de objectieve kenmerken van een wijk bepalend zijn voor hoe bewoners tegen hun wijk aankijken, maar de betekenis die bewoners geven aan hun sociale en fysieke omgeving. 3. Over het algemeen is de tastbare (fysieke) omgeving makkelijker en aantoonbaar door interventie te beïnvloeden dan de sociale omgeving: vuil op straat is te verwijderen en kapotte speeltoestellen te maken. Ook de vervanging van de woningvoorraad is zichtbaar te maken, al is dit vaak een lange termijn kwestie. Normen, waarden en gedrag van bewoners zijn daarentegen lastiger te beïnvloeden, omdat deze vooral door andere factoren dan interventie worden bepaald. 3.2 Samenstelling Het volgende schema laat zien hoe de Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam, subjectief en objectief, is samengesteld uit thema s en onderliggende aspecten. 1 december van 77

10 Tabel: Samenstelling Index kindvriendelijke wijken Rotterdam INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN ROTTERDAM 2014 (Totale Index) INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECTIEF (Subjectieve Index) Index Algemeen Subjectief Index Oordeel geschiktheid buurt voor kinderen Index Sociaal Subjectief Index Oordeel opvoedingsklimaat Index Oordeel onderlinge omgang jeugd Index Fysiek Subjectief Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen Index Oordeel aanwezigheid en kwaliteit speelplekken Index Veilig Subjectief Index Oordeel verkeersveiligheid Index Oordeel sociale veiligheid Index Voorzieningen Subjectief Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopvang Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorzieningen Index Oordeel interactiegelegenheid vrijetijd jeugd INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF (Objectieve Index) Index Algemeen Objectief Index Blijvende jonge gezinnen Index Sociaal Objectief Index Woonduur en verhuismobiliteit (sociale stabiliteit) Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten Index Dichtbij huis naar basisschool (buurtgebondenheid) Index Fysiek Objectief Index Aanwezigheid gezinsvriendelijke woningen Index Nabijheid tot buitenspeelruimte en stadspark Index Veilig Objectief Index Kindvriendelijke schoolroutes Index Sociale veiligheid Index Voorzieningen Objectief Index Nabijheid en keuzemogelijkheden kinderopvang Index Nabijheid en keuzemogelijkheden scholen Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen De algemene indexen beogen een algemeen beeld te geven van de kindvriendelijkheid van een wijk. De Index Algemeen Subjectief geeft weer hoe geschikt bewoners de wijk vinden voor kinderen in diverse leeftijdsgroepen. De Index Algemeen Objectief index geeft de aantrekkelijkheid van de buurt weer voor gezinnen met kinderen. Dit wordt gemeten door het aantal gezinnen te tellen dat na 5 jaar na de geboorte van het eerste kind (inmiddels schoolgaand) nog steeds in de wijk woont: de blijvende jonge gezinnen. Het thema Sociaal staat voor de sociale leefomgeving. De Index Sociaal Subjectief laat zien hoe bewoners in hun wijk het pedagogisch klimaat en de onderlinge omgang van de jeugd beleven. Anders gezegd: spreken bewoners kinderen aan op hun gedrag, houdt men spelende kinderen in de gaten, letten oudere kinderen op jongere kinderen, kunnen kinderen met elkaar opschieten of maken ze juist veel ruzie enzovoorts. De Index Sociaal Objectief gaat over de sociale stabiliteit in de wijk in de zin van woonduur en verhuismobiliteit van gezinnen, de aanwezigheid van en kans om leeftijdgenoten in de wijk aan te treffen en over de mate waarin de jeugd gebonden is aan de buurt door dichtbij huis naar school te gaan. Het thema Fysiek gaat over de fysieke leefomgeving. De Index Fysiek Subjectief is gebaseerd op het oordeel van bewoners over de geschiktheid van woningen voor gezinnen, de speelruimte in en om de woning en op hun oordeel over de aanwezigheid en kwaliteit van de speelplekken in de openbare december van 77

11 ruimte. De Index Fysiek Objectief brengt door registraties het aandeel gezinsvriendelijke woningen en de nabijheid van de buitenspeelruimte in beeld. Het thema Veilig behandelt de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid in de wijk. De subjectieve Index Oordeel Verkeersveiligheid geeft onder andere weer hoe veilig bewoners de wijk vinden voor overstekende en fietsende kinderen en of ze vinden dat er in de wijk sprake is van te hard rijden en op de stoep parkeren. De objectieve Index Kindvriendelijke schoolroutes heeft betrekking op barrièrevrije schoolroutes. De subjectieve Index Oordeel Sociale Veiligheid geeft weer hoe veilig bewoners de wijk vinden voor spelende kinderen: is er overlast door vreemde types, kunnen kinderen door aanwezigheid van vreemde types maar beter niet buitenspelen. De objectieve Index Sociale Veiligheid betreft aangiften geweld en meldingen sociale overlast over de wijk. Het thema Voorzieningen gaat over het voorzieningenniveau in de wijk gericht op kinderen. De Index Voorzieningen Subjectief geeft weer hoe bewoners oordelen over de aanwezigheid van scholen en kinderopvang, de aanwezigheid van vrijetijdsvoorzieningen voor de jeugd en hun interactiemogelijkheid als het gaat om de inbreng van de jeugd voor eigen initiatieven. De Index Voorzieningen Objectief laat door registraties zien wat de nabijheid en keuzemogelijkheden zijn als het gaat om kinderopvang, scholen en georganiseerde speelvoorzieningen. december van 77

12 december van 77

13 4 De wijken in beeld In dit hoofdstuk worden de indexscores van de wijken weergegeven op het niveau van thema s en subthema s. De wijken zijn gerangschikt in aflopende volgorde van de totaalindex: van ver boven naar ver onder het gemiddelde van Rotterdam. Met kleuren wordt aangeven in hoeverre een thema afwijkt van het Rotterdams gemiddelde. Tabel: Betekenis van de kleuren Ver boven het gemiddelde van Rotterdam Boven het gemiddelde van Rotterdam Rond het gemiddelde van Rotterdam Onder het gemiddelde van Rotterdam Ver onder het gemiddelde van Rotterdam 4.1 Stand van zaken 2014 De meeste wijken scoren rond of boven het Rotterdams gemiddelde Uit beleid en onderzoek komt naar voren dat de sociale woonomgeving, de fysieke woonomgeving, de wijkveiligheid en het voorzieningenniveau belangrijke thema s zijn als het gaat om kindvriendelijkheid van een wijk. De Index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam meet wat Rotterdamse wijken te bieden hebben op aspecten van deze thema s en hoe men deze beleeft. Uit analyse van indexscores blijkt dat 55 van de 71 wijken (77 procent) op de Totale Index rond of boven het gemiddelde van Rotterdam scoren en 16 wijken (ver) onder het gemiddelde. Echter geen van de wijken scoort ver boven het gemiddelde van Rotterdam. In onderstaande tabel zijn 30 van de 71 wijken in beeld gebracht op basis van de Totale Index: de 10 hoogst scorende wijken, de 10 laagst scorende wijken en de 10 wijken die rond het gemiddelde scoren. Tabel: Index Kindvriendelijke Wijken naar 10 hoog, 10 midden en 10 laag scorende wijken 10 hoogst scorende wijken 10 midden scorende wijken 10 laagst scorende wijken 1 Molenlaankwartier 31 Feijenoord 62 Zuiderpark en Zuidrand 2 Dorp/Rijnpoort 32 Heijplaat 63 Noordereiland 3 Pernis 33 De Esch 64 Carnisse 4 Nesselande 34 Liskwartier 65 Struisenburg 5 Kralingen Oost/Kralingse Bos 35 Rozenburg 66 Cool 6 Schiebroek 36 Beverwaard 67 Kop van Zuid 7 Strand en duin 37 Bospolder 68 Nieuwe Werk/Dijkzigt 8 Terbregge 38 Groot IJsselmonde-Zuid 69 Stadsdriehoek 9 s-gravenland 39 Kop van Zuid-Entrepot 70 Zuidplein 10 Kralingseveer 40 Vreewijk 71 CS-kwartier december van 77

14 Veel wijken die op de Totale Index hoog scoren, scoren ook hoog op de Subjectieve Index Het merendeel van de 10 hoogst scorende wijken op de Totale Index behoort ook tot de tien hoogst scorende wijken van de Subjectieve Index, maar niet tot de tien hoogst scorende wijken van de Objectieve Index. Bij de 10 laagst scorende wijken zijn er meer overkomsten tussen de Totale Index, de Subjectieve Index en de Objectieve Index: zie onderstaande tabel. De scores van de Subjectieve Index lopen meer uiteen dan die van de Objectieve Index De Subjectieve Index differentieert meer dan de Objectieve Index. Zo scoren er, bijvoorbeeld, bij de Subjectieve Index 21 wijken rond het gemiddelde van Rotterdam, terwijl dat bij de Objectieve Index bij meer dan het dubbele aantal wijken (45 wijken) het geval is. Zo ook zijn er bij de Subjectieve Index wijken die ver boven het gemiddelde van Rotterdam scoren, terwijl bij Objectieve Index geen enkele wijk ver boven het gemiddelde scoort. Tabel: Totale Index, Subjectieve en Objectieve Index naar 10 hoogst en 10 laagst scorende wijken 10 hoogst scorende wijken Totale Index Subjectieve Index Objectieve Index 1 Molenlaankwartier 1 Strand en duin 1 Spangen 2 Dorp/Rijnpoort 2 Pernis 2 Feijenoord 3 Pernis 3 Molenlaankwartier 3 Afrikaanderwijk 4 Nesselande 4 Kralingseveer 4 Dorp/Rijnpoort 5 Kralingen Oost/Kralingse Bos 5 Kralingen Oost/Kralingse Bos 5 Bospolder 6 Schiebroek 6 Nesselande 6 Nieuwe Westen 7 Strand en duin 7 Dorp/Rijnpoort 7 Molenlaankwartier 8 Terbregge 8 Terbregge 8 Ommoord 9 s-gravenland 9 s-gravenland 9 Oud Crooswijk 10 Kralingseveer 10 Hillegersberg-noord 10 Katendrecht 10 laagst scorende wijken Totale Index Subjectieve Index Objectieve Index 62 Zuiderpark en Zuidrand 62 Struisenburg 62 Zuiderpark en Zuidrand 63 Noordereiland 63 Bloemhof 63 Noordereiland 64 Carnisse 64 Rubroek 64 Cool 65 Struisenburg 65 Tussendijken 65 Kop van Zuid 66 Cool 66 Carnisse 66 NoordKeth./Schiev./Zestienh.. 67 Kop van Zuid 67 Stadsdriehoek 67 Struisenburg 68 Nieuwe Werk/Dijkzigt 68 Cool 68 Zuidplein 69 Stadsdriehoek 69 Kop van Zuid 69 Stadsdriehoek 70 Zuidplein 70 Zuidplein 70 Nieuwe Werk/Dijkzigt 71 CS-kwartier 71 CS-kwartier 71 CS-kwartier december van 77

15 Wijken die hoog scoren op de Objectieve Index, scoren vooral hoog door de aanwezigheid van andere kinderen, het aanbod aan kinderopvang en het aanbod aan speelvoorzieningen zoals TOS/Duimdrop en speeltuinen. De uitkomsten laten zien dat wijken die op de Objectieve Index hoog scoren dit vooral doen op de thema s sociaal en voorzieningen. De scores van de Index Sociaal Objectief zijn gebaseerd op maten die een indicatie geven van de sociale stabiliteit (lange woonduur gezinnen en verhuismobiliteit), de aanwezigheid en trefkans van leeftijdgenoten, en de gebondenheid van de jeugd aan de buurt (dichtbij huis naar school). De scores van de Index Voorzieningen Objectief zijn gebaseerd op maten die de nabijheid en keuzemogelijkheden van kinderopvang, scholen en georganiseerde speelvoorzieningen in beeld brengen. Het zijn met name de trefkans en aanwezigheid van leeftijdgenoten, de nabijheid van kinderopvang en de nabijheid van speelvoorzieningen die wijken als Spangen, Feijenoord en Afrikaanderwijk hoog laten scoren op de Objectieve Index. Conclusie De volgorde van wijken van de Subjectieve Index en de Objectieve Index verschilt. Bij de Subjectieve Index zien we dat in wijken waar vooral gezinnen wonen met een midden/hoge sociaal economische positie de waardering van de wijk veelal hoger is dan in wijken met vooral gezinnen met een lage sociaal economische positie. De Objectieve Index neigt naar een meer omgekeerd beeld. Variatie in wijken ontstaat ook omdat niet elke wijk zich primair richt op gezinnen. In sommige wijken wonen weinig gezinnen en dus ook weinig kinderen, bijvoorbeeld de wijken in het stadscentrum, zoals CS-Kwartier. Andere wijken liggen geïsoleerd waardoor bijvoorbeeld de nabijheid van voorzieningen minder goed scoort. Voorbeelden zijn Kralingseveer, NoordKethel/Schieveen/ Zestienhoven en Overschie. Bij de laatste wijken wil dit niet zeggen dat er geen waardering is voor de verschillende aspecten van kindvriendelijkheid. 4.2 Samenhang met onderliggende indicatoren Beleving van bewoners veelal belangrijker dan de objectieve werkelijkheid Uit nadere analyses op de dataset blijkt dat de Totale Index vooral wordt beïnvloed door de Subjectieve Index of wel de beleving van bewoners. De beleving van bewoners over hun wijk lijkt daarmee een belangrijker gegeven dan de registraties die de objectieve kenmerken van een wijk weergeven. De bevindingen sluiten aan bij onderzoek waaruit blijkt dat niet de objectieve kenmerken van een wijk bepalend zijn voor hoe bewoners tegen hun wijk aankijken maar de betekenis die bewoners geven aan hun sociale en fysieke omgeving. De registratie van jonge gezinnen die in de wijk blijven wonen hangt sterk samen met de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen. De index Kindvriendelijke Wijken Rotterdam bevat twee algemene indexen van kindvriendelijkheid. Deze zijn gebaseerd op indicatoren die de beleving van de geschiktheid van de buurt voor kinderen in drie leeftijdsgroepen weergeven (subjectieve scores) en op een registratiegegeven dat laat zien in hoeverre jonge gezinnen in de wijk blijven wonen (objectieve score). Tussen beide type indicatoren is een sterke samenhang gevonden, die met name de jongste leeftijdsgroepen betreft. Dit duidt erop dat de subjectieve indicatoren die een aanwijzing zijn voor de geschiktheid van een buurt voor december van 77

16 kinderen tot 4 jaar en de geschiktheid van een buurt voor kinderen in de basisschoolleeftijd redelijke voorspellers zijn voor de mate waarin jonge gezinnen in de wijk blijven wonen waar ook hun eerste kind is geboren. Er is geen samenhang tussen de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen en de beleving van het voorzieningenniveau Er is een sterk verband tussen de beleving van de buurtgeschiktheid voor kinderen in de jongste leeftijdsgroepen en onderliggende subjectieve indicatoren. Dit verband betreft de sociale woonomgeving, de fysieke woonomgeving en de wijkveiligheid, maar niet het voorzieningenniveau in de wijk. Dit betekent dat wijken met hoog niveau van voorzieningen niet vanzelfsprekend door bewoners als kindvriendelijk worden beoordeeld. Er is een positieve samenhang tussen de beleving van de geschiktheid van een buurt voor kinderen en het feitelijke aanbod aan grondgebonden woningen. Er is nagenoeg geen verband tussen de beleving van de geschiktheid van de buurt voor kinderen en de onderliggende objectieve indicatoren. Een uitzondering hierop is het aanbod aan eengezinswoningen: de grondgebonden woningen. Dat duidt erop dat wijken met een hoog aanbod aan door het beleid bestempelde kindvriendelijke appartementen (geoperationaliseerd als woningen met ten minste een vloeroppervlak van minimaal 85 m2, minimaal 4 kamers en een lift) in de beleving van bewoners niet geschikt zijn voor een gezin met twee kinderen. Nader onderzoek lijkt erop te wijzen dat een vloeroppervlak van minimaal 100 m2 meer overeenkomt met wat bewoners een geschikte gezinswoning vinden. Conclusie Aspecten die als kindvriendelijk naar voren komen uit beleid en/of behoefteonderzoek onder ouders zoals het voorzieningenniveau, komen niet zonder meer overeen met de beleving van kindvriendelijkheid door bewoners. Ook spelen ze geen rol in de keuze om in een wijk te (blijven) wonen. Wat wel een rol speelt is het aanbod aan grondgebonden woningen en het aanbod appartementen met lift, minimaal 4 kamers en een vloeroppervlak van minimaal 100 m Ontwikkelingen Rotterdam moet als woonstad aantrekkelijker worden voor gezinnen. In deze paragraaf vergelijken we voor de twee algemene indexen de wijkuitkomsten van 2014 met die van Het gaat hierbij om de subjectieve index Oordeel buurtgeschiktheid voor kinderen en de objectieve index Blijvende jonge gezinnen. Voor de vergelijking zijn de onderliggende indicatorscores gebruikt. Op basis van de beleving van bewoners over de geschiktheid van de buurt voor kinderen in diverse leeftijdsgroepen blijkt uit de vergelijking dat het merendeel van de wijken stabiel gebleven is dan wel een positieve verandering heeft ondergaan: bij 48 van de 71 wijken zijn geen afwijkingen gevonden, bij 7 wijken is sprake van een positieve afwijking. Bij 16 wijken is een negatieve afwijking waargenomen (waarvan de meeste voor de leeftijdsgroep 4 tot 12 jaar): zie de volgende tabel. Op basis van registratie is de aantrekkelijkheid van de buurt in de zin van gezinnen die 5 jaar na de geboorte van hun eerste en inmiddels schoolgaand kind nog steeds in dezelfde wijk wonen er op vooruit gegaan. In 47 wijken zijn er ten opzichte van 2012 relatief meer jonge gezinnen in hun wijk december van 77

17 blijven wonen. Bij 19 wijken is het tegenovergestelde het geval (waarvan er overigens 6 overlappen met de wijken die in de beleving minder kindgeschikt bevonden zijn). In 4 wijken is sprake van een stabiele situatie. Conclusie: Gegeven het feit dat het merendeel van de wijken in de beleving van bewoners onveranderd dan wel verbeterd is en dat in het merendeel van de wijken meer of evenveel jonge gezinnen zijn blijven wonen concluderen we dat het leefklimaat voor gezinnen met kinderen in twee jaar tijd in de meeste wijken stabiel is gebleven of er zelfs op vooruit is gegaan. Hiermee is overigens niet gezegd dat deze ontwikkeling toegeschreven kan worden aan gemeentelijke beleidsinspanningen. Ook ontwikkelingen in de regio, zoals aanbod van woningen en het op slot zitten van de woningmarkt heeft de verhuismobiliteit van gezinnen beïnvloed. Tabel: Wijken naar (significante) afwijking in indicatoren Blijvende jonge gezinnen en Oordeel buurtgeschiktheid, 2014 ten opzichte van 2012 Toelichting tabel: Groen = positieve ontwikkeling; Rood = negatieve ontwikkeling; Wit = stabiel Wijknamen Blijvende jonge gezinnen Geschiktheid buurt 0- t/m 3 jarigen Geschiktheid buurt 4- t/m 12- jarigen Geschiktheid buurt 13- t/m 17- jarigen Afrikaanderwijk Agniesebuurt Beverwaard Blijdorp/Blijdorpsepolder Bloemhof Bospolder Delfshaven Feijenoord Groot IJsselmonde-Zuid Heijplaat Hillegersberg-noord Hillegersberg-zuid Hoogvliet-zuid Katendrecht Kleinpolder Kop van Zuid Kralingen-west Kralingseveer Liskwartier Lombardijen Middelland Molenlaankwartier Nieuw Crooswijk Nieuwe Werk/Dijkzigt Nieuwe Westen Noordereiland NoordKethel/Schieveen/Zestienhoven Ommoord Oosterflank Oud Crooswijk Oud IJsselmonde Oud-Charlois Oude Noorden OudMathenesse/Witte Dorp Overschie Prinsenland Rubroek Schiebroek Struisenburg december van 77

18 Vervolg Tabel: Wijken naar (significante) ontwikkelingen ten aanzien van de indicatoren Blijvende jonge gezinnen en Oordeel buurtgeschiktheid, 2014 ten opzichte van 2012 Wijknamen Blijvende jonge gezinnen Geschiktheid buurt 0- t/m 3 jarigen Geschiktheid buurt 4- t/m 12- jarigen Geschiktheid buurt 13- t/m 17- jarigen Tarwewijk Terbregge Tussendijken Vreewijk Wielewaal Zevenkamp Zuidplein Zuidwijk Carnisse Nesselande s-gravenland Spangen Bergpolder Cool CS-kwartier De Esch Dorp/Rijnpoort Groot IJsselmonde-Noord Het Lage Land Hillesluis Hoogvliet-noord Kop van Zuid-Entrepot Kralingen Oost/Kralingse Bos Oude Westen Pendrecht Pernis Provenierswijk Schiemond Stadsdriehoek Strand en duin Zuiderpark en Zuidrand NB. Tabel is exclusief Rozenburg ivm ontbrekende gegevens voor Blijvende jonge Gezinnen december van 77

19 5 De wijken per gebied 5.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden per gebied op de oneven pagina de indexscores van de wijken en het gebied als geheel weergegeven op het niveau van thema s en subthema s. De eerste regel geeft de totale indexscore weer. Daarna volgt een blok met subjectieve en een blok met objectieve indexscores. Met kleuren wordt aangeven in hoeverre een thema of subthema afwijkt van het Rotterdams gemiddelde. De wijken worden voorafgegaan door de gebiedscores en zijn gerangschikt in aflopende volgorde van de index: van ver boven naar ver onder het gemiddelde van Rotterdam. De even pagina bevat een aantal contextgegevens. Hieronder volgen enkele leestips en een leesvoorbeeld met Rotterdam Centrum (zie pagina 47). Er zijn twee manieren waarop naar de indexcijfers gekeken kan worden - Manier 1: kijk per gebied of wijk naar de kleurenverdeling en signaleer vervolgens welke wijken of welke thema s en/of aspecten er in (on)gunstige zin uitspringen. - Manier 2: kijk per gebied of wijk eerst naar de kleur van de totale index en vervolgens naar die van de onderliggende subjectieve en objectieve index. Een volgende stap is om per index wederom op basis van de kleuren te bekijken welke thema s (on)gunstig scoren; Leesvoorbeeld manier 1: - Van alle wijken van het gebied Rotterdam Centrum scoort het Oude Westen ver boven het gemiddelde van Rotterdam op het oordeel interactiegelegenheid vrijetijd jeugd, de aanwezigheid en trefkans van leeftijdgenoten, de nabijheid en keuzemogelijkheden van kinderopvang. - Bij CS-Kwartier is te zien dat de nabijheid en keuzemogelijkheden van scholen en georganiseerde speelvoorzieningen boven het gemiddelde van Rotterdam scoren. Leesvoorbeeld manier 2: - De eerste regel van de indexscores toont dat Rotterdam Centrum als gebied onder het gemiddelde van Rotterdam scoort op de totaal index. De blokken daaronder laten zien dat de subjectieve index onder het gemiddelde van Rotterdam scoort en de objectieve index ver onder het gemiddelde. De meest in het oog springende thema s die er gunstig uitspringen maar wel slechts rond het gemiddelde van Rotterdam scoren zijn Sociaal subjectief, Voorzieningen subjectief, Fysiek objectief en Voorzieningen objectief. - Van alle wijken in het gebied scoort alleen het Oude Westen gunstig, met een score rond het gemiddelde van Rotterdam; voor de totale index, maar ook voor de subjectieve index en de objectieve index. De overige wijken scoren op de totale index alle ver onder het gemiddelde van Rotterdam. Daarvan scoren overigens Nieuwe Werk/Dijkzigt en Stadsdriehoek op de subjectieve index gunstiger dan de wijken Cool en CS-Kwartier; met name door Sociaal subjectief dat bestaat uit het oordeel over opvoedingsklimaat en het oordeel over de onderlinge omgang van de jeugd. Cool scoort (met uitzondering van het Oude Westen) gunstiger dan de andere wijken op de objectieve index, vooral op grond van Fysiek objectief (met name nabijheid van buitenspeelplekken) en Voorzieningen objectief (opgebouwd uit nabijheid en keuzemogelijkheden van kinderopvang, scholen en speelvoorzieningen). december van 77

20 5.2 Hoek van Holland Contextgegevens Hoek van Holland Dorp/Rijnpoort Strand en duin Wijktype 5 5 Aantal inwoners Aantal huishoudens Gezinnen met kind(eren) tot 18 jaar 23% 22% 32% Vestiging en vertrek van gezinnen Aantal gevestigde gezinnen per duizend Aantal vertrokken gezinnen per duizend Aantal 0- tot 18-jarigen % 0- tot 4-jarigen 21% 19% 25% % 4- tot 13-jarigen 49% 49% 49% % 13- tot 18-jarigen 30% 31% 26% Aantal 0- tot 18-jarigen in gezinsverband % van alle 0- tot 18 jarigen in 1-oudergezin 17% 20% 7% % van alle 0- tot 18 jarigen in gezin met laag inkomen* 11% 13% 5% % van alle 0- tot 18 jarigen in bijstandsgezin 5% 6% 0% * laag inkomen = tot 110% van het sociaal minimum (2011) Type 5 Buitenwijken B. Deze wijken zijn een mix van de nieuwste uitbreidingswijken, wijken op stand en oude dorpen. De woningdichtheid is er het laagst, het aandeel koopwoningen, eengezinswoningen en duurdere woningen het hoogst. Er wonen voornamelijk autochtonen, midden en hoge inkomens en gezinnen met kinderen. De blauwe leefstijl is in de meeste wijken relatief sterk vertegenwoordigd, maar ook de gele en groene leefstijl. december van 77

21 Index Kindvriendelijke wijken Hoek van Ho lland Dorp/Rijnpoort Strand en duin INDEX ROTTERDAM KINDVRIENDELIJKE WIJKEN INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECT IEF Index Oo rdeel alg emeen subjectief Index Oordeel gesc hiktheid buurt voor kinderen Index Sociaal subjectief Index Oordeel opvoedingsklimaat Index Oordeel onderlinge omgang jeugd Index Fysiek subjectief Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen Index Oordeel aanwezigheid en k waliteit speelplek ken Index Veilig subjectief Index Oordeel verk eersveiligheid Index Oordeel sociale veiligheid Index Voorziening en subjectief Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopv ang Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorz ieningen jeugd Index Oordeel interactiegelegenheid jeugd INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF Index Algemeen o bjectief Index Blijvende jonge gez innen Index Sociaal objectief Index W oonduur en verhuismobiliteit gez innen Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten Index Dichtbij huis naar basisschool Index Fysiek ob jectief Index Aanwezigheid gezinsvriendelijke woningen Index Nabijheid tot buitenspeelruim te en stadspark Index Veilig objectief Index Kindvriendelijke schoolroutes Index Sociale veiligheid Index Voorziening en objectief Index Nabijheid en keuzemogelijkheden kinderopvang Index Nabijheid en keuzemogelijkheden scholen Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen december van 77

22 5.3 Pernis Contextgegevens Wijktype 4 Pernis Aantal inwoners Aantal huishoudens Gezinnen met kind(eren) tot 18 jaar 26% Vestiging en vertrek van gezinnen Aantal gevestigde gezinnen per duizend 43 Aantal vertrokken gezinnen per duizend 41 Aantal 0- tot 18-jarigen 943 % 0- tot 4-jarigen 23% % 4- tot 13-jarigen 50% % 13- tot 18-jarigen 27% Aantal 0- tot 18-jarigen in gezinsverband 914 % van alle 0- tot 18 jarigen in 1-oudergezin 17% % van alle 0- tot 18 jarigen in gezin met laag inkomen* 9% % van alle 0- tot 18 jarigen in bijstandsgezin 5% * laag inkomen = tot 110% van het sociaal minimum (2011) Type 4 Buitenwijken A. Deze wijken liggen buiten de ruit van snelwegen of zijn naoorlogse uitbreidingswijken. De woningdichtheid is hier gemiddeld genomen lager dan in de stadswijken. Er staan relatief veel eengezinswoningen, de WOZ-waarde bevindt zich vaak in de middenklasse, en er is een redelijke mix van sociale huurwoningen en koopwoningen. Gezinnen met kinderen komen er vaak voor, waaronder ook wat vaker eenoudergezinnen. Daarnaast is het aandeel ouderen er ook wat vaker oververtegenwoordigd. De gele en groene leefstijl is er het sterkst vertegenwoordigd. december van 77

23 Index Kindvriendelijke wijken INDEX ROTTERDAM KINDVRIENDELIJKE WIJKEN 120 Pernis INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECT IEF 140 Index Oo rdeel alg emeen subjectief 142 Index Oordeel geschiktheid buurt voor kinderen 142 Index Sociaal subjectief 153 Index Oordeel opvoedingsklimaat 154 Index Oordeel onderlinge omgang jeugd 152 Index Fysiek subjectief 141 Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen 135 Index Oordeel aanwezigheid en k waliteit speelplekken 147 Index Veilig subjectief 123 Index Oordeel verk eersveiligheid 95 Index Oordeel sociale veiligheid 151 Index Voorziening en subjectief 142 Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopvang 82 Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorz ieningen jeugd 163 Index Oordeel interactiegelegenheid jeugd 180 INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF 99 Index Algemeen o bjectief 137 Index Blijvende jonge gez innen 137 Index Sociaal objectief 110 Index W oonduur en verhuismobiliteit gezinnen 137 Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten 62 Index Dichtbij huis naar basisschool 131 Index Fysiek ob jectief 81 Index Aanwezigheid gezinsvriendelijke woningen 69 Index Nabijheid tot buitenspeelruim te en stadspark 92 Index Veilig objectief 115 Index Kindvriendelijke schoolroutes 100 Index Sociale veiligheid 130 Index Voorziening en objectief 55 Index Nabijheid en keuzemogelijkheden kinderopvang 78 Index Nabijheid en keuzemogelijkheden scholen 40 Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen 47 december van 77

24 5.4 Hillegersberg-Schiebroek Contextgegevens Hillegersberg-Schiebroek Molenlaankwartier Schiebroek Terbregge Hillegersberg-zuid Hillegersberg-noord Wijktype Aantal inwoners Aantal huishoudens Gezinnen met kind(eren) tot 18 jaar 26% 29% 24% 43% 25% 21% Vestiging en vertrek van gezinnen Aantal gevestigde gezinnen per duizend Aantal vertrokken gezinnen per duizend Aantal 0- tot 18-jarigen % 0- tot 4-jarigen 24% 21% 26% 18% 30% 22% % 4- tot 13-jarigen 52% 55% 50% 54% 50% 52% % 13- tot 18-jarigen 24% 24% 23% 28% 20% 27% Aantal 0- tot 18-jarigen in gezinsverband % van alle 0- tot 18 jarigen in 1-oudergezin 18% 8% 26% 16% 15% 20% % van alle 0- tot 18 jarigen in gezin met laag inkomen* 11% 5% 18% 6% 5% 10% % van alle 0- tot 18 jarigen in bijstandsgezin 7% 0% 13% 2% 1% 7% * laag inkomen = tot 110% van het sociaal minimum (2011) Type 3 Stadswijken B. Deze wijken zijn gelegen binnen de ruit van snelwegen in Rotterdam. De woningdichtheid is er ook hoog, maar wat lager dan in de stadswijken A, en het aandeel koopwoningen is er gemiddeld genomen wat hoger. Veel woningen zijn ook van voor 1945, vaak gestapelde bouw zonder lift. De WOZ-waarde is er hoger dan in de stadswijken A. Er wonen wat vaker studenten en de midden en hoge inkomens komen er wat vaker voor dan in stadswijken A. De rode en gele leefstijl zijn er de meest voorkomende. Type 4 Buitenwijken A. Deze wijken liggen buiten de ruit van snelwegen of zijn naoorlogse uitbreidingswijken. De woningdichtheid is hier gemiddeld genomen lager dan in de stadswijken. Er staan relatief veel eengezinswoningen, de WOZ-waarde bevindt zich vaak in de middenklasse, en er is een redelijke mix van sociale huurwoningen en koopwoningen. Gezinnen met kinderen komen er vaak voor, waaronder ook wat vaker eenoudergezinnen. Daarnaast is het aandeel ouderen er ook wat vaker oververtegenwoordigd. De gele en groene leefstijl is er het sterkst vertegenwoordigd. Type 5 Buitenwijken B. Zie pagina 18. december van 77

25 Index Kindvriendelijke wijken Hillegersberg-Schiebro ek Molenlaankw artier Schiebroek Terbregge Hillegers berg-zuid Hillegersberg-noord INDEX ROTTERDAM KINDVRIENDELIJKE WIJKEN INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECT IEF Index Oo rdeel alg emeen subjectief Index Oordeel geschiktheid buurt voor kinderen Index Sociaal subjectief Index Oordeel opvoedingsklimaat Index Oordeel onderlinge omgang jeugd Index Fysiek subjectief Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen Index Oordeel aanwezigheid en kwaliteit speelplek ken Index Veilig subjectief Index Oordeel verk eersveiligheid Index Oordeel sociale veiligheid Index Voorz iening en subjectief Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopv ang Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorzieningen jeugd Index Oordeel interactiegelegenheid jeugd INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF Index Algemeen o bjectief Index Blijvende jonge gez innen Index Sociaal objectief Index W oonduur en verhuismobiliteit gezinnen Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten Index Dichtbij huis naar basis school Index Fysiek ob jectief Index Aanwezigheid gezinsvriendelijke woningen Index Nabijheid tot buitenspeelruim te en stadspark Index Veilig objectief Index Kindvriendelijke schoolroutes Index Sociale v eiligheid Index Voorz iening en objectief Index Nabijheid en keuzemogelijkheden k inderopvang Index Nabijheid en keuzemogelijkheden s cholen Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen december van 77

26 5.5 Prins Alexander Contextgegevens Prins Alexander Nesselande s-gravenland Kralingseveer Prinsenland Ommoord Zevenkamp Het Lage Land Oosterflank Wijktype Aantal inwoners Aantal huishoudens Gezinnen met kind(eren) tot 18 jaar 24% 49% 33% 29% 20% 18% 27% 17% 20% Vestiging en vertrek van gezinnen Aantal gevestigde gezinnen per duizend Aantal vertrokken gezinnen per duizend Aantal 0- tot 18-jarigen % 0- tot 4-jarigen 23% 28% 14% 22% 22% 22% 22% 25% 24% % 4- tot 13-jarigen 50% 56% 48% 54% 46% 48% 48% 47% 49% % 13- tot 18-jarigen 27% 16% 37% 24% 32% 30% 29% 28% 27% Aantal 0- tot 18-jarigen in gezinsverband % van alle 0- tot 18 jarigen in 1-oudergezin 23% 11% 16% 9% 21% 26% 31% 28% 32% % van alle 0- tot 18 jarigen in gezin met laag inkomen* 12% 6% 6% 3% 9% 14% 17% 16% 18% % van alle 0- tot 18 jarigen in bijstandsgezin 8% 3% 2% 1% 7% 10% 13% 9% 14% * laag inkomen = tot 110% van het sociaal minimum (2011) Type 4 Buitenwijken A. Deze wijken liggen buiten de ruit van snelwegen of zijn naoorlogse uitbreidingswijken. De woningdichtheid is hier gemiddeld genomen lager dan in de stadswijken. Er staan relatief veel eengezinswoningen, de WOZ-waarde bevindt zich vaak in de middenklasse, en er is een redelijke mix van sociale huurwoningen en koopwoningen. Gezinnen met kinderen komen er vaak voor, waaronder ook wat vaker eenoudergezinnen. Daarnaast is het aandeel ouderen er ook wat vaker oververtegenwoordigd. De gele en groene leefstijl is er het sterkst vertegenwoordigd. Type 5 Buitenwijken B. Deze wijken zijn een mix van de nieuwste uitbreidingswijken, wijken op stand en oude dorpen. De woningdichtheid is er het laagst, het aandeel koopwoningen, eengezinswoningen en duurdere woningen het hoogst. Er wonen voornamelijk autochtonen, midden en hoge inkomens en gezinnen met kinderen. De blauwe leefstijl is in de meeste wijken relatief sterk vertegenwoordigd, maar ook de gele en groene leefstijl. december van 77

27 Index Kindvriendelijke wijken Prins Alexan der Nesselande s-gravenland Kralings eveer Prinsenland Ommoord Zev enkamp Het Lage Land Oosterflank INDEX ROTTERDAM KINDVRIENDELIJKE WIJKEN INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECT IEF Index Oo rdeel alg emeen subjectief Index Oordeel gesc hiktheid buurt voor kinderen Index Sociaal subjectief Index Oordeel opvoedingsklimaat Index Oordeel onderlinge omgang jeugd Index Fysiek subjectief Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen Index Oordeel aanwezigheid en k waliteit speelplek ken Index Veilig subjectief Index Oordeel verk eersveiligheid Index Oordeel sociale veiligheid Index Voorziening en subjectief Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopv ang Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorz ieningen jeugd Index Oordeel interactiegelegenheid jeugd INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF Index Algemeen o bjectief Index Blijvende jonge gezinnen Index Sociaal objectief Index W oonduur en verhuismobiliteit gez innen Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten Index Dichtbij huis naar basisschool Index Fysiek ob jectief Index Aanwezigheid gez insvriendelijke woningen Index Nabijheid tot buitenspeelruim te en stadspark Index Veilig objectief Index Kindvriendelijke schoolroutes Index Sociale veiligheid Index Voorziening en objectief Index Nabijheid en keuzemogelijkheden kinderopvang Index Nabijheid en keuzemogelijkheden scholen Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen december van 77

28 5.6 Hoogvliet Contextgegevens Hoogvliet Hoogvliet-zuid Hoogvliet-noord Wijktype 4 4 Aantal inwoners Aantal huishoudens Gezinnen met kind(eren) tot 18 jaar 24% 22% 28% Vestiging en vertrek van gezinnen Aantal gevestigde gezinnen per duizend Aantal vertrokken gezinnen per duizend Aantal 0- tot 18-jarigen % 0- tot 4-jarigen 22% 22% 21% % 4- tot 13-jarigen 48% 48% 49% % 13- tot 18-jarigen 30% 30% 30% Aantal 0- tot 18-jarigen in gezinsverband % van alle 0- tot 18 jarigen in 1-oudergezin 27% 27% 27% % van alle 0- tot 18 jarigen in gezin met laag inkomen* 16% 16% 16% % van alle 0- tot 18 jarigen in bijstandsgezin 12% 13% 12% * laag inkomen = tot 110% van het sociaal minimum (2011) Type 4 Buitenwijken A. Deze wijken liggen buiten de ruit van snelwegen of zijn naoorlogse uitbreidingswijken. De woningdichtheid is hier gemiddeld genomen lager dan in de stadswijken. Er staan relatief veel eengezinswoningen, de WOZ-waarde bevindt zich vaak in de middenklasse, en er is een redelijke mix van sociale huurwoningen en koopwoningen. Gezinnen met kinderen komen er vaak voor, waaronder ook wat vaker eenoudergezinnen. Daarnaast is het aandeel ouderen er ook wat vaker oververtegenwoordigd. De gele en groene leefstijl is er het sterkst vertegenwoordigd. december van 77

29 Index Kindvriendelijke wijken Ho ogvliet Hoogv liet-z uid Hoogvliet-noord INDEX ROTTERDAM KINDVRIENDELIJKE WIJKEN INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN SUBJECT IEF Index Oo rdeel alg emeen subjectief Index Oordeel gesc hiktheid buurt voor kinderen Index Sociaal subjectief Index Oordeel opvoedingsklimaat Index Oordeel onderlinge omgang jeugd Index Fysiek subjectief Index Oordeel gezinsgeschiktheid woningen Index Oordeel aanwezigheid en k waliteit speelplek ken Index Veilig subjectief Index Oordeel verk eersveiligheid Index Oordeel sociale veiligheid Index Voorziening en subjectief Index Oordeel aanwezigheid scholen en kinderopv ang Index Oordeel aanwezigheid vrijetijdsvoorz ieningen jeugd Index Oordeel interactiegelegenheid jeugd INDEX KINDVRIENDELIJKE WIJKEN OBJECTIEF Index Algemeen o bjectief Index Blijvende jonge gez innen Index Sociaal objectief Index W oonduur en verhuismobiliteit gez innen Index Aanwezigheid en trefkans leeftijdgenoten Index Dichtbij huis naar basisschool Index Fysiek ob jectief Index Aanwezigheid gezinsvriendelijke woningen Index Nabijheid tot buitenspeelruim te en stadspark Index Veilig objectief Index Kindvriendelijke schoolroutes Index Sociale veiligheid Index Voorziening en objectief Index Nabijheid en keuzemogelijkheden kinderopvang Index Nabijheid en keuzemogelijkheden scholen Index Nabijheid en keuzemogelijkheden speelvoorzieningen december van 77