DE ONDERWIJSVISITATIE Audiovisuele kunsten

Transcriptie

1

2 DE ONDERWIJSVISITATIE Audiovisuele kunsten Een evaluatie van de kwaliteit van de academische opleidingen Audiovisuele kunsten aan de Vlaamse hogescholen Brussel januari 2016

3 DE ONDERWIJSVISITATIE AUDIOVISUELE KUNSTEN Een gedrukte versie van dit rapport kan tegen betaling bekomen worden bij de Cel Kwaliteitszorg. Ravensteingalerij Brussel T +32 (0) F +32 (0) Het rapport is elektronisch beschikbaar op Wettelijk depot: D/2016/12.784/5

4 VOORWOORD VAN DE VOORZITTER VAN HET BESTUURSCOMITÉ KWALITEITSZORG Voor u ligt het rapport van de visitatiecommissie Audiovisuele kunsten. Deze visitatiecommissie brengt met dit rapport verslag uit over haar evaluatie van de bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten van LUCA school of Arts (campus Sint-Lukas Brussel en campus C-mine Genk), Erasmushogeschool Brussel (RITCS) en Hogeschool Gent (KASK). Daarbij geeft zij toelichting bij de oordelen en aanbevelingen die resulteren uit het kwaliteitsonderzoek dat zij heeft verricht bij de bezochte opleidingen. Dit initiatief kadert in de opdracht van de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (VLUHR) betreffende de externe kwaliteitszorg in het Vlaamse hoger onderwijs. Het visitatierapport is in de eerste plaats bedoeld voor de betrokken opleidingen. Daarnaast wil het rapport aan de maatschappij objectieve informatie verschaffen over de kwaliteit van de geëvalueerde opleidingen. Daarom is het visitatierapport ook op de webstek van de VLUHR publiek gemaakt. Dit visitatierapport geeft een momentopname weer van de betrokken opleidingen en vertegenwoordigt daarmee slechts één fase in het proces van blijvende zorg voor onderwijskwaliteit. Immers, al na korte tijd kunnen de opleidingen gewijzigd zijn, al dan niet als reactie op de oordelen en aanbevelingen van de visitatiecommissie. Graag dank ik namens het Bestuurscomité Kwaliteitszorg van de VLUHR de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor de bestede tijd alsook voor de deskundigheid waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd. De visitatie was ook enkel mogelijk dankzij de inzet van velen die binnen de opleidingen betrokken waren. Ook hen willen wij daarvoor onze erkentelijkheid betuigen. Hopelijk ervaren elk van de opleidingen dit rapport als een kritische weerspiegeling van hun inspanningen en als een bijkomende stimulans om de kwaliteit van het onderwijs in hun opleiding te verbeteren. Nik Heerens Voorzitter Bestuurscomité Kwaliteitszorg 3

5

6 VOORWOORD VAN DE VOORZITTER VAN DE VISITATIECOMMISSIE Voor u ligt het eindrapport van de onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten. Daarin staan de vier instellingen centraal die in Vlaanderen het academisch bachelor- en masteronderwijs in de audiovisuele kunsten verzorgen: het RITCS en de LUCA School of Arts in Brussel, de LUCA School of Arts in Genk en het KASK in Gent. Tezamen bieden zij niet minder dan 26 opleidingen aan op het terrein van film, televisie, animatie, radio, schrijven en CMD (communicatie- en mediadesign). Het intensieve beoordelingsproces begon met het lezen, bekijken en beluisteren van het de commissie toegestuurde materiaal dat door de opleidingen met zorg was samengesteld. Dit materiaal en de bespreking ervan gaf de commissie een eerste indruk van de opleidingen. Papier is echter geduldig. Vandaar dat de bezoeken aan de verschillende opleidingen het feitelijke hart vormden van het proces. Zonder uitzondering werden de gesprekken met de verschillende gesprekspartners gekenmerkt door een groot gevoel van betrokkenheid bij hun opleiding en door een grote openhartigheid. Die bereidheid om zelfkritisch te zijn en open te staan voor alternatieve perspectieven tekent het zelfvertrouwen dat elk van de opleidingen terecht heeft. Het past ook bij een visie op onderwijs als een fundamenteel en permanent open proces, waarin telkens weer opnieuw, met elkaar en met de studenten, wordt gezocht naar de juiste samenhang van inhoud en vorm. Behalve het hart vormden de bezoeken aan de opleidingen ook het hoogtepunt van het accreditatieproces en de commissie wil de opleidingen op deze plaats dan ook heel hartelijk danken voor hun gastvrijheid en voor hun bereidheid de commissie een blik in de keuken te laten werpen. De observaties van de commissie naar aanleiding van het materiaal, het bezoek en haar interne discussies, vinden hun weerslag in het voor u liggende rapport. Behalve een beoordeling van de afzonderlijke opleidingen, aan de hand van de drie NVAO-standaarden, is ook een vergelijkend overzicht van de vier instellingen toegevoegd en een aantal algemeen beschouwende opmerkingen. De commissie hoopt dat het rapport de opleidingen kan ondersteunen bij de realisering van hun ambities. Tot slot wil ik graag mijn collega-commissieleden en niet in de laatste plaats onze secretaris bedanken voor hun inzet en hun inzicht, en natuurlijk ook voor hun niet-aflatende bereidheid mij als Nederlander wegwijs te maken in de wondere wereld van het Vlaams hoger onderwijs. Mieke Bernink voorzitter 5

7 Voorwoord van de voorzitter van het Bestuurscomité Kwaliteitszorg 3 Voorwoord van de voorzitter van de visitatiecommissie 5 DEEL 1 ALGEMEEN DEEL Hoofdstuk I De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten 11 Hoofdstuk II Algemene beschouwingen 17 Hoofdstuk III De opleidingen Audiovisuele kunsten in vergelijkend perspectief 21 Hoofdstuk IV Tabel met scores 27 Hoofdstuk I Hoofdstuk II Hoofdstuk III Hoofdstuk IV DEEL 2 OPLEIDINGSRAPPORTEN EN SAMENVATTINGEN LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel Bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten 33 Erasmushogeschool Brussel (RITCS) Bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten 55 LUCA School of Arts, campus C-mine Genk Bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten 89 Hogeschool Gent (KASK) Bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten Master of Arts in audiovisual arts 115 BIJLAGE Personalia van de leden van de visitatiecommissie 137 6

8 Hoofdstuk I Hoofdstuk II Hoofdstuk III Hoofdstuk IV Hoofdstuk V Hoofdstuk VI Hoofdstuk VII VERIFIEERBARE FEITEN 1 Algemeen Bezoekschema Per instelling Lijst met de opleidingsspecifieke leerresultaten in relatie tot de gevalideerde domeinspecifieke leerresultaten opgesteld volgens de handleiding van de VLUHR, indien beschikbaar, en/of in relatie tot de Vlaamse Kwalificatiestructuur Schematisch programmaoverzicht met vermelding van het aantal studiepunten per opleidingsonderdeel Omvang van het ingezette personeel in VTE, ingedeeld naar categorie van aanstelling Instroomgegevens, doorstroomgegevens en totaal aantal studenten De studieduur tot het behalen van het diploma per instromende cohorte en de gemiddelde studieduur per afstuderende cohorte Overzicht van de belangrijkste activiteiten van de opleiding met betrekking tot internationalisering conform de visie van de opleiding, met minimaal de mobiliteit op basis van internationaal aanvaarde definities 1 De verifieerbare feiten zijn terug te vinden op 7

9

10 DEEL 1 Algemeen deel

11

12 HOOFDSTUK I De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten 1 INLEIDING In dit rapport brengt de visitatiecommissie Audiovisuele kunsten verslag uit van haar bevindingen over de bachelor en master of Arts in de audiovisuele kunsten van LUCA school of Arts (campus Sint-Lukas Brussel en campus C-mine Genk), Erasmushogeschool Brussel (RITCS) en Hogeschool Gent (KASK) die zij in het voorjaar 2015, in opdracht van de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (VLUHR), heeft bezocht. Dit initiatief kadert, conform de decretale opdracht, in de werkzaamheden van de VLUHR met betrekking tot de organisatie en uitvoering van de externe beoordelingen van het onderwijs aan de Vlaamse universiteiten, hogescholen en andere ambtshalve geregistreerde instellingen. 2 DE BETROKKEN OPLEIDINGEN Ingevolge haar opdracht heeft de commissie de volgende instellingen bezocht: van 25 februari 2015 t.e.m. 26 februari 2015: LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel -- Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten 11

13 van 16 maart 2015 t.e.m. 18 maart 2015: Erasmushogeschool Brussel (RITCS) -- Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten (afstudeerrichtingen Animatie, Documentaire, Film, Radio, Schrijven en Televisie) van 28 april 2015 t.e.m. 30 april 2015: LUCA School of Arts, campus C-mine Genk -- Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten (afstudeerrichtingen Animatiefilm, CMD en Televisie-Film) van 27 mei 2015 t.e.m. 28 mei 2015: Hogeschool Gent (KASK) -- Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten (afstudeerrichtingen Film en Animatiefilm) -- Master of Arts in audiovisual arts (afstudeerrichtingen Film en Animationfilm) 3 DE VISITATIECOMMISSIE 3.1 Samenstelling De samenstelling van de visitatiecommissie Audiovisuele kunsten werd bekrachtigd door het Bestuurscomité Kwaliteitszorg van 4 april, 3 oktober, 29 augustus en 19 december De samenstelling van de visitatiecommissie kreeg op 9 maart 2015 een positief advies van de NVAO. De commissie werd vervolgens door het Bestuurscomité Kwaliteitszorg van de VLUHR ingesteld bij besluit van 26 maart De visitatiecommissie heeft de volgende samenstelling: Voorzitter -- Mieke Bernink, lector en hoofd master film, Nederlandse Film en Televisie Academie Amsterdam. Domeindeskundige leden -- Prof. dr. Caroline Pauwels, directeur, onderzoekscentrum Studies on Media, Information and Telecommunication. -- Sven Speybroeck, presentator, Radio 1 (VRT), voor het bezoek aan de Erasmushogeschool Brussel. 12 De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten

14 -- Bart Van Langendonck, producer, Savage Film, voor het bezoek aan LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel. -- Kris Van Alphen, animator, S.O.I.L. & IL Luster, voor de bezoeken aan LUCA School of Arts, campus C-mine Genk en Hogeschool Gent (KASK). Student-leden -- Séverine Champeaux, master Audiovisuele kunsten behaald aan de Erasmushogeschool Brussel, voor de bezoeken aan LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel en Hogeschool Gent (KASK). -- Brian Windelinckx, student master Audiovisuele kunsten aan de Hogeschool Gent, voor de bezoeken aan de Erasmushogeschool Brussel (RITCS) en LUCA School of Arts, campus C-mine Genk. Maarten Deboosere, stafmedewerker kwaliteitszorg verbonden aan de Cel Kwaliteitszorg van Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad, trad op als projectbegeleider en secretaris van deze visitatie. Voor korte curricula vitae van de commissieleden wordt verwezen naar bijlage I. Kris van Alphen heeft, gezien zijn verbondenheid aan de opleiding Audiovisuele kunsten van LUCA School of Arts, campus C-Mine Genk vanaf 16 november 2015, niet deelgenomen aan de beoordeling van de betreffende opleiding. Op het ogenblik dat de opleiding te Genk werd bezocht, was hij echter op geen enkele manier verbonden aan de opleiding. 3.2 TAAKOMSCHRIJVING Van de visitatiecommissie wordt verwacht dat zij gemotiveerde en onderbouwde oordelen geeft over de opleiding aan de hand van het beoordelingskader. aanbevelingen formuleert om waar mogelijk te komen tot kwaliteitsverbetering, en wanneer van toepassing haar bevindingen over de verschillende opleidingen binnen eenzelfde cluster vergelijkenderwijs weergeeft. de bredere samenleving informeert over haar bevindingen. De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten 13

15 3.3. WERKWIJZE Voorbereiding Ter voorbereiding van de visitatie werd aan de instelling gevraagd een zelfevaluatierapport op te stellen. De Cel Kwaliteitszorg van de VLUHR heeft hiervoor een visitatieprotocol ter beschikking gesteld, waarin de verwachtingen ten aanzien van de inhoud van het zelfevaluatierapport uitgebreid zijn beschreven. Het zelfevaluatierapport volgt de opbouw van het accreditatiekader. De commissie ontving het zelfevaluatierapport enkele weken voor het eigenlijke bezoek, waardoor zij de gelegenheid kreeg dit document vooraf zorgvuldig te bestuderen en het bezoek grondig voor te bereiden. De commissieleden werden bovendien verzocht om elk een tweetal afstudeerwerken/masterproeven grondig door te nemen vooraleer het bezoek plaatsvond. De commissie hield haar installatievergadering op 19 januari Tijdens deze vergadering werden de commissieleden verder ingelicht over het visitatieproces en hebben zij zich concreet voorbereid op de af te leggen bezoeken. Bijzondere aandacht is besteed aan een eenduidige toepassing van het beoordelingskader en het visitatieprotocol. Verder werd het programma van het bezoek opgesteld (zie verifieerbare feiten) en werd een eerste bespreking gewijd aan het zelfevaluatierapport Bezoek aan de instelling Tijdens het in situ bezoek aan de instelling heeft de commissie gesprekken kunnen voeren met de verschillende betrokkenen bij de opleidingen. Het bezoekschema voorzag gesprekken met de opleidingsverantwoordelijken, de studenten, de docenten, de alumni, het werkveld en de opleidingsgebonden ondersteuners. De gesprekken die de commissie heeft gevoerd, waren openhartig en verhelderend en vormden een goede aanvulling bij de lectuur van het zelfevaluatierapport. Daarnaast werd steeds een bezoek aan de faciliteiten (inclusief bibliotheek, leslokalen en computerfaciliteiten) ingepland. Ten slotte was er een spreekuur waarop de commissie bijkomend leden van de opleiding kon uitnodigen of waarop personen op een vertrouwelijke wijze door de commissie konden worden gehoord. 14 De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten

16 Ook werd aan de instellingen gevraagd als een derde bron van informatie om een aantal documenten ter inzage te leggen ten behoeve van de commissie. Tijdens de bezoeken is voldoende tijd uitgetrokken om de commissie de gelegenheid te geven om deze documenten te bestuderen. De documenten die ter inzage van de commissie werden gelegd, waren: verslagen van overleg in relevante commissies/organen, een representatieve selectie van handboeken/studiemateriaal, indicaties van de competenties van het personeel, de toets- en evaluatieopgaven waarvan de commissie heeft aangeven dat zij die tijdens het bezoek wenst in te kijken en een bijkomend aantal afstudeerwerken. Daar waar de commissie het noodzakelijk achtte heeft zij bijkomende informatie opgevraagd tijdens het bezoek om haar oordeel goed te kunnen onderbouwen. Aan het einde van het bezoek werden, na intern beraad van de commissie, de voorlopige bevindingen mondeling aan de gevisiteerde opleiding(en) meegedeeld Rapportering Als laatste stap in het visitatieproces heeft de visitatiecommissie per generieke kwaliteitswaarborg haar bevindingen, overwegingen, het oordeel en verbetersuggesties geformuleerd. Een overzicht van de verbetersuggesties die de commissie doet ten aanzien van de opleiding is achteraan bij het rapport opgenomen. De opleidingsverantwoordelijken van de betrokken opleiding(en) werden in de gelegenheid gesteld om op het concept van het rapport te reageren alvorens de tekst ervan definitief werd vastgelegd. De onderwijsvisitatie Audiovisuele kunsten 15

17

18 HOOFDSTUK II Algemene beschouwingen Naast de bevindingen die in de deelrapporten beschreven staan, wil de visitatiecommissie nog enkele algemene beschouwingen kwijt over de opleidingen. De commissie vindt de DLR goed, maar de juridische, financieel-economische en productionele realiteit zou hieraan toegevoegd mogen worden. De opleidingen volgen in het algemeen niet echt de evoluties in het werkveld en de audiovisuele wereld. Een visie op ontwikkelingen zoals transmedia, verbreding van het scala aan distributieplatformen, non-lineaire productiewijzen en -workflows, visual effects, 3D, interdisciplinariteit, interactiviteit, verregaande internationalisering van het werkveld et cetera heeft de commissie zelden gehoord. Meestal trekken de opleidingen zich integendeel juist terug naar de basis van het (animatie)filmmaken. C-Mine lijkt met CMD nog het meest mee met zijn tijd. De afdeling Televisie van het RITCS is zich eveneens bewust van de uitdagingen van de televisie van de toekomst. Het is belangrijk dat alle opleidingen zichzelf constant herijken in het snel veranderende landschap. Daarbij is het ook belangrijk om de bestaande academische en professionele opleidingen beter op elkaar af te stemmen, zowel in getalsmatige zin de verhouding tussen het aantal regisseurs aan de ene en het aantal technische professionals aan de andere kant ligt opvallend scheef als in inhoudelijke zin: waarom bijvoorbeeld geen academische opleiding voor creative producers? Algemene beschouwingen 17

19 Benchmarking gebeurt binnen de opleidingen slechts incidenteel. Wanneer het gebeurt, is deze te veel op Vlaanderen gericht, nauwelijks op België als geheel en al evenmin op de vergelijking met het buitenland. Internationalisering kan in algemene zin veel breder aangepakt worden dan enkel met uitwisselingen. Bijvoorbeeld op het vlak van kunnen de opleidingen nog heel wat vooruitgang boeken. De academisering is behalve een verdieping ook een risico voor de artistieke praktijk binnen de opleidingen. Kunst is alleszins een vorm van weten en kennis, maar valt niet altijd in te passen in academische kaders en denkwijzen. Het is dan ook belangrijk om de balans te bewaren tussen gedoctoreerden en docenten die hun sporen in de artistieke praktijk hebben verdiend. Het viel de commissie op dat de docenten vaak in grote onzekerheid verkeren omwille van de arbeidsvoorwaarden, veranderende bestuurlijke kaders en bezuinigingen. De personeelsstatuten zijn niet altijd aangepast aan een goede combinatie met het kunstenaarschap en bovendien zijn de aanstellingen vaak erg klein. Hiervoor is blijvende aandacht nodig op HR-gebied, want anders dreigen burn-outs en een gebrek aan jonge en gemotiveerde docenten die ook actief zijn in de sector. Het is vreemd dat ondanks de ingangsproef veel studenten nog uitvallen tijdens het eerste jaar. Dit lijkt ook te maken te hebben met de financiering. Meer instroom genereert immers meer geld. Dit is een pervers systeem, want in het nadeel van de studenten. Mogelijk moeten de opleidingen onderling, en met het beroepsveld, eens samenzitten in verband met de in- en uitstroom van studenten. Eveneens dienen ze samen te zitten in verband met het feit dat steeds meer (film)studenten langer dan één jaar doen over hun master. De commissie is van mening dat een verlenging van de opleiding geen meerwaarde biedt. Dit zou ook een verhoging van het aantal studiepunten noodzakelijk maken, en zo het programma zwaarder maken voor de studenten. Er zijn maar weinig goede gegevens over alumni. De commissie kreeg hoofdzakelijk de toppers te zien tijdens de bezoeken. Die zijn natuurlijk belangrijk, maar het is goed om van iedereen te weten waar ze terecht zijn gekomen. Dan kan de opleiding zich desnoods ook aanpassen. Tot slot wil de commissie graag nog de opleidingen complimenteren. Ze trof dynamische opleidingsverantwoordelijken en docenten aan, die behalve trots op hun werk ook zelfkritisch waren en niet schuwden om pijnpunten toe te geven en daaraan in de toekomst te willen werken. 18 Algemene beschouwingen

20 Dit heeft geleid tot erg constructieve gesprekken. In het bijzonder heeft de commissie lof voor de opleidingen in Genk, die ondanks een enorme transitieperiode steeds de kwaliteit hebben weten te bewaren. Algemene beschouwingen 19

21

22 HOOFDSTUK III De opleidingen Audiovisuele kunsten in vergelijkend perspectief In dit hoofdstuk geeft de commissie in vergelijkend perspectief een overzicht van haar bevindingen over de academische opleidingen Audiovisuele kunsten in Vlaanderen. Zij besteedt hierbij voornamelijk aandacht aan elementen die haar het meest in het oog zijn gesprongen of die zij belangrijk acht, en aan opvallende overeenkomsten dan wel verschillen tussen de instellingen. Per generieke kwaliteitswaarborg geeft de visitatiecommissie haar bevindingen weer en verwijst hierbij naar de toestand binnen de verschillende opleidingen. De wijze van voorstellen geeft de opleidingen de mogelijkheid zich, althans voor wat betreft de aangehaalde punten, ten opzichte van elkaar te positioneren. Het is geenszins de bedoeling van de commissie om de individuele rapporten van de opleidingen aan de verschillende instellingen in detail te herhalen, al zullen bepaalde delen uit dit rapport wel terugkomen in de opleidingsrapporten. Voor een volledige onderbouwing van de oordelen en de scores van de commissie, verwijst de commissie naar de opleidingsrapporten. Alle hier betrokken opleidingen worden aangeboden door LUCA School of Arts (campus Sint-Lukas Brussel en campus C-mine Genk), Erasmushogeschool Brussel (RITCS) en Hogeschool Gent (KASK). Vergelijkend perspectief 21

23 GENERIEKE KWALITEITSWAARBORG 1 BEOOGD EINDNIVEAU De commissie beoordeelt het beoogd eindniveau van alle opleidingen als VOLDOENDE, met uitzondering van de bachelor en master CMD van LUCA campus C-Mine en alle opleidingen van het KASK, die ze beoordeelt als GOED. De commissie stelde vast dat alle opleidingen qua niveau en oriëntatie voldoen aan het Vlaams Kwalificatieraamwerk en dat de leerresultaten overal in overeenstemming zijn met de domeinspecifieke leerresultaten. Ofschoon het bevreemdend is (en blijft) dat er vier audiovisuele opleidingen zijn in het kleine Vlaanderen, die ook grotendeels dezelfde afstudeerrichtingen aanbieden, bleek tijdens de bezoeken dat elke opleiding een eigen profiel heeft, dat ook door betrokkenen en het werkveld herkend wordt: C-Mine biedt praktijkgerichte opleidingen aan. Afgestudeerden zijn klaar voor de brede audiovisuele sector. RITCS staat voor goedgemaakte tv, film, animatie, enzovoort. De opleidingen zijn breed en hebben aandacht voor ambacht en voor het artistieke. LUCA Brussel gaat meer de artistieke richting uit. Studenten maken vaak films die minder op het grote publiek gericht zijn. Daarbij durven ze experimenteel uit de hoek komen. KASK is eveneens artistieker. Hier is er echter ook meer aandacht voor (film)theorie. Doorslaggevend voor de commissie bij het toekennen van de scores was dat de leerresultaten van de opleiding gekoppeld worden aan een visie. Bij CMD en in het KASK heeft de commissie binnen de opleidingen een sterke visie aangetroffen, gekoppeld aan een specifiek onderwijsconcept. Bij de andere opleidingen was een dergelijk doortrekken van de visie doorheen heel de opleiding nog niet te zien. 22 Vergelijkend perspectief

24 GENERIEKE KWALITEITSWAARBORG 2 ONDERWIJSPROCES De commissie beoordeelt het onderwijsproces voor de bacheloropleidingen Televisie van het RITCS en CMD van LUCA campus C-Mine, evenals alle opleidingen van het KASK als GOED. De afstudeerrichting Radio van het RITCS beoordeelt ze als EXCELLENT. De masteropleiding Schrijven van het RITCS beoordeelt ze als ONVOLDOENDE. De andere opleidingen scoren VOLDOENDE. In het algemeen hebben de opleidingen goede en samenhangende programma s, die gebruik maken van verscheidene werkvormen. Daarbij krijgen de studenten geleidelijk meer vrijheid om praktisch aan de slag te gaan. De master Schrijven van het RITCS voldoet volgens de commissie niet aan de basiskwaliteit die men binnen de internationale normen mag verwachten. Het onderwijsproces lijdt er onder een slechte communicatie en een programma dat nauwelijks aansluit bij de audiovisuele sector. Studenten zien nooit een project echt gerealiseerd en werken zelden met anderen samen. Er is dus heel wat onbenut potentieel. De bacheloropleidingen Televisie van het RITCS en CMD van LUCA campus C-Mine scoren net als alle opleidingen van het KASK systematisch beter dan de rest. Ze passen innovatieve onderwijsconcepten toe. Zo roemt de commissie de productiehuis/labo-benadering binnen de bachelor Televisie. De bachelor CMD neemt dan weer een technologische voortrekkersrol op. Ze is opgebouwd rond inhoudelijk vooruitstrevende modules met realistische groepsopdrachten. Aan het KASK is het programma zodanig opgebouwd dat studenten mogen falen, maar niet opgeven. De afstudeerrichting Radio van het RITCS kan volgens de commissie gelden als een internationaal voorbeeld van radio-onderwijs. De studenten kunnen beschikken over een splinternieuwe studio, waarin ze al vroeg in de opleiding zelf aan onderzoek kunnen doen. Dat onderzoek gaat niet enkel over radio, maar speelt er zich ook op af. Daarbij worden studenten vaak uitgedaagd om de grenzen van het medium op te zoeken en zo vernieuwende radio te maken. Een werkvorm die niet alle opleidingen aanbieden, is de stage. Nochtans biedt dit aan studenten een ideale kans om zich bekend te maken met het werkveld. Natuurlijk dient deze stage dan wel zinvol ingevuld te worden. Vergelijkend perspectief 23

25 De afstudeerrichtingen Radio en Televisie van het RITCS organiseren dergelijke stages, net als alle Genkse en Gentse opleidingen. Verschillen zijn ook te zien in de aanpak van de masterproef en de scriptie. Zo maken studenten aan het RITCS geen scriptie. De commissie stelde ook vast dat de masterproef niet altijd samenhangt met de rest van het programma. Zo is het niet echt logisch dat Genkse studenten gedurende hun opleiding kunnen verpersoonlijken en eigen accenten kunnen leggen, maar uiteindelijk wel een eindwerk moeten maken dat algemene (regie)vaardigheden test. Alle studenten aan de bezochte instellingen kunnen rekenen op een uitstekende begeleiding. Ze worden van dichtbij opgevolgd door docenten en ander personeel. Dit is vooral mogelijk omdat de opleidingen redelijk kleinschalig zijn. De kwaliteit van de docenten is aan alle bezochte instellingen naar behoren. Veel docenten staan ook deels nog in de kunstpraktijk en brengen zo belangrijke expertise aan. Enkelen kunnen ook als onderzoeker bijdragen aan het onderwijs. De kwantiteit van de docenten en het ondersteunend personeel is dan weer niet echt ruim. Zeker in LUCA Brussel is nood aan meer (animatie) docenten. Ook de afstudeerrichtingen Animatie en Schrijven aan het RITCS kunnen extra docenten gebruiken en in Genk is er maar net genoeg personeel. In Gent is de situatie iets beter. De opleidingen kunnen in het algemeen beschikken over goede voorzieningen, al moeten vooral de Brusselse opleidingen constant op zoek naar geschikte locaties voor filmstudio s en -vertoningen. De commissie stelde vast dat de doorstroom niet altijd vlot loopt. Ondanks de ingangsproeven vallen er veel studenten af na het eerste bachelorjaar. In de master doen de meeste filmstudenten dan weer twee jaar over hun opleiding. Dit omdat de masterproef vaak moeilijk op één jaar tijd te financieren is. Alle opleidingen tonen aandacht voor internationalisering. Positief is dat alle instellingen lid zijn van CILECT. Internationalisering kan echter meer zijn dan enkel uitwisselingen. Zo ziet de commissie bijvoorbeeld nog heel wat mogelijkheden voor internationalisation@home. 24 Vergelijkend perspectief

26 GENERIEKE KWALITEITSWAARBORG 3 GEREALISEERDE EINDNIVEAU De commissie beoordeelt het gerealiseerde eindniveau voor alle opleidingen van het KASK, de afstudeerrichtingen Radio en Televisie van het RITCS en de bacheloropleidingen van LUCA campus C-Mine als GOED. De masteropleiding Schrijven van het RITCS beoordeelt ze als ONVOLDOENDE. De andere opleidingen scoren VOLDOENDE. De opleidingen toetsen en evalueren valabel, betrouwbaar en transparant. Aangezien de studenten van dichtbij gevolgd worden en veel formele en informele feedback krijgen, weten ze perfect waar ze staan. Niet alle opleidingen beschikken echter over een formeel toetsbeleid en niet overal zijn alle juryverslagen op papier beschikbaar. De Genkse en Gentse opleidingen hebben wel een goed uitgewerkt toetsbeleid en stijgen daarom uit boven de basiskwaliteit. Zeker bij het RITCS waren de toetsingscriteria nog onduidelijk, buiten bij de afstudeerrichtingen Televisie en Radio. De kwaliteit van de (bachelor- en) masterproeven is overal op orde. Bij het KASK leek deze kwaliteit echter consistent hoger te liggen en bij de masterproeven van LUCA campus C-Mine eerder aan de lage kant. De inzetbaarheid van alumni is aan alle opleidingen op orde. Veel alumni komen in de brede audiovisuele sector terecht. LUCA campus C-Mine slaagt er het best in om inzetbare alumni af te leveren, daar waar studenten van LUCA Brussel wat minder snel hun weg vinden. Maar dit is ook een logisch gevolg van de visie van de opleidingen en de studenten zijn zich hier bewust van. De alumni Schrijven van het RITCS zijn dan weer niet klaar voor het werkveld. Ze hebben vaak nog nooit een werk van zichzelf in beeld omgezet gezien en hebben nauwelijks ervaring met samenwerken. Dit is voor de commissie doorslaggevend om te stellen dat de opleiding niet voldoet aan de basiskwaliteit. Vergelijkend perspectief 25

27

28 HOOFDSTUK IV Tabel met scores In de hierna volgende tabel wordt het oordeel van de commissie op de drie generieke kwaliteitswaarborgen uit het accreditatiekader weergegeven. Per generieke kwaliteitswaarborg (GKW) wordt in de tabel aangegeven of de opleiding hier volgens de commissie onvoldoende, voldoende, goed of excellent scoort. De commissie geeft ook een eindoordeel over de kwaliteit van de opleiding als geheel aan de hand van dezelfde vierpuntenschaal. In het opleidingsrapport is inzichtelijk gemaakt hoe de commissie tot haar oordeel is gekomen. Het is dan ook duidelijk dat de scores in onderstaande tabel gelezen en geïnterpreteerd moeten worden in samenhang met de onderbouwing ervan in het opleidingsrapport. Tabel met scores 27

29 Verklaring van de scores op de generieke kwaliteitswaarborgen: Voldoende (V) Goed (G) Excellent (E) Onvoldoende (O) De opleiding voldoet aan de basiskwaliteit De opleiding overstijgt systematisch de basiskwaliteit De opleiding steekt ver uit boven de basiskwaliteit en geldt als een (inter)nationaal voorbeeld de generieke kwaliteitswaarborg is onvoldoende aanwezig Regels voor het bepalen van de scores voor het eindoordeel: Voldoende (V) Goed (G) Excellent (E) Onvoldoende (O) Voldoende met beperkte geldigheidsduur (V ) het eindoordeel over een opleiding is voldoende indien de opleiding aan alle generieke kwaliteitswaarborgen voldoet. het eindoordeel over een opleiding is goed indien daarenboven ten minste twee generieke kwaliteitswaarborgen als goed worden beoordeeld, waaronder in elk geval de derde: gerealiseerd eindniveau. het eindoordeel over een opleiding is excellent indien daarenboven ten minste twee generieke kwaliteitswaarborgen als excellent worden beoordeeld, waaronder in elk geval de derde: gerealiseerd eindniveau. het eindoordeel over een opleiding of een opleidingsvariant is onvoldoende indien alle generieke kwaliteitswaarborgen als onvoldoende worden beoordeeld. het eindoordeel over een opleiding of een opleidingsvariant is voldoende met beperkte geldigheidsduur, d.w.z. beperkter dan de accreditatietermijn, indien bij een eerste visitatie één of twee generieke kwaliteitswaarborgen als onvoldoende worden beoordeeld. 28 Tabel met scores

30 LUCA Brussel GKW 1 Beoogd eindniveau GKW 2 Onderwijsproces GKW 3 Gerealiseerd eindniveau Eindoordeel Bachelor V V V V Master V V V V RITCS Bachelor - afstudeerrichting Animatie Bachelor - afstudeerrichting Documentaire V V V V V V V V Bachelor - afstudeerrichting Film V V V V Bachelor - afstudeerrichting Radio Bachelor - afstudeerrichting Schrijven Bachelor - afstudeerrichting Televisie Master - afstudeerrichting Animatie Master - afstudeerrichting Documentaire V E G G V V V V V G G G V V V V V V V V Master - afstudeerrichting Film V V V V Master - afstudeerrichting Radio V E G G Master - afstudeerrichting Schrijven Master - afstudeerrichting Televisie LUCA Genk Bachelor - afstudeerrichting Animatiefilm V O O V V V G V V V G V Bachelor - afstudeerrichting CMD G G G G Bachelor - afstudeerrichting Televisie-Film Master - afstudeerrichting Animatiefilm V V G V V V V V Master - afstudeerrichting CMD G V V V Master - afstudeerrichting Televisie-Film KASK V V V V Bachelor - afstudeerrichting Film G G G G Bachelor - afstudeerrichting Animatiefilm G G G G Master - afstudeerrichting Film G G G G Master - afstudeerrichting Animatiefilm Master - afstudeerrichting Film (ENG) Master - afstudeerrichting Animatiefilm (ENG) G G G G G G G G G G G G Tabel met scores 29

31

32 DEEL 2 Opleidingsrapporten

33

34 LUCA SCHOOL OF ARTS (BRUSSEL) Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten SAMENVATTING Bachelor of Arts in de audiovisuele kunsten LUCA School of Arts (Brussel) Op 25 en 26 februari 2015 werd de bachelor of Arts in de audiovisuele kunsten van de LUCA School of Arts, in het kader van een onderwijsvisitatie op haar kwaliteit geëvalueerd door een commissie van onafhankelijke experten. In deze samenvatting, die een momentopname weergeeft, worden de belangrijkste bevindingen van de commissie opgelijst. Profilering De bachelor of Arts in de audiovisuele kunsten is een academische opleiding die wordt aangeboden aan LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel. Op 1 januari 2013 lanceerde LUCA de Faculteit Kunsten. Sindsdien maken de academische opleidingen, waaronder ook audiovisuele kunsten, deel uit van die Faculteit Kunsten. Dat is een bijzondere faculteit binnen de groep Humane Wetenschappen van de KU Leuven. De Faculteit Kunsten is verantwoordelijk voor het onderwijs en onderzoek van alle academische opleidingen binnen LUCA. De opleiding focust op een sterke eigen signatuur van de filmmaker. In het academiejaar waren 121 studenten ingeschreven voor de bacheloropleiding, waarvan 108 voltijds en 13 niet-voltijds. LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting 33

35 Programma Het programma bestaat uit 180 ECTS, aangeboden op drie jaar tijd. De opleiding heeft een coherent programma. De docenten maken gebruik van verscheidene werkvormen op een flexibele manier, om de studenten zoveel mogelijk kansen te geven om zichzelf te ontwikkelen. De bachelor bestaat uit praktijkstudies, technische studies (bijvoorbeeld camera en montage), specifieke studies (theorie over film of animatie) en algemene studies (theorievakken gemeenschappelijk met andere opleidingen). De praktijkstudies staan steeds centraal en eindigen elk jaar in een vrij eindwerk. Het vrije eindwerk in het derde jaar is de bachelorproef. De commissie roemt onder meer het videodiary van het traject Film, waarbij studenten een audiovisueel dagboek moeten aanleggen ter voorbereiding van de bachelorproef. Daarin kunnen ze experimenteren met thema s, beelden, montage en geluid, wat vaak boeiende resultaten geeft. Dit is niet alleen een leuk en origineel concept, het is bovendien ook nuttig voor de studenten omdat ze zo in de praktijk zelf aan onderzoek doen en veel bijleren over zichzelf en hun werk. Daarnaast is continue feedback een deel van het pedagogisch concept. Dat is heel belangrijk, ook om de eigen signatuur van studenten vorm te geven. De commissie vindt het een goed idee dat de student zelf een verslag van elk evaluatiegesprek moet uitschrijven. Dit is handig voor de docent, die minder papierwerk heeft, maar ook voor de student, die er meer inzicht door krijgt en beter kan reflecteren. Beoordeling en toetsing De opleiding zet in op toetsing, maar een echt toetsbeleid dient nog uitgewerkt te worden. Daarbij is het vooral belangrijk dat de criteria nog meer uit de leerresultaten komen. Mogelijk zou de eigenzinnige, persoonlijke aanpak ook doorgetrokken kunnen worden in de toetsing. De studenten weten wat ze kunnen verwachten en kennen de bestaande evaluatiecriteria. Bovendien worden ze goed opgevolgd en krijgen ze veel tussentijdse feedback, waardoor ze zelden verrast zijn eens de beoordeling komt. Op die manier is de beoordeling erg transparant. De commissie is tevreden om vast te stellen dat er gebruik gemaakt wordt van peer review, naast meer klassieke evaluatiemethoden zoals mondelinge en schriftelijke examens, papers en veel permanente evaluatie. Ook stelt 34 LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting

36 ze op prijs dat voor de bachelorproef gebruik wordt gemaakt van een externe jury, waarbij de docenten zelf enkel een adviserende rol hebben in de beoordeling. Begeleiding en ondersteuning De commissie is van mening dat de docenten goed en gedreven zijn. Maar omdat ze met zo weinig zijn en omdat er weinig externe input is, staat de algemene kwaliteit onder druk. Doordat er weinig docenten zijn, is er al snel een zekere eenvormigheid, en zijn er weinig frisse gezichten en ideeën. Bovendien zorgt dit voor een hoge werkdruk. Het is daarom erg belangrijk om dit in het oog te houden. De commissie zag wel een gemotiveerd korps dat een hechte groep vormt. Alle docenten zijn ook (jonge) makers en gelinkt aan de signatuur van de school. Dat is een groot pluspunt. Maar de kritische ondergrens is bereikt qua aantallen, zeker bij Animatiefilm. Wat betreft de infrastructuur lijkt eveneens de ondergrens bereikt. De huidige lokalen staan onder druk door de studentenaantallen en bieden nog maar net voldoende plaats. Er is ook niet altijd voldoende materiaal en bovendien is dit al een beetje verouderd. Zo hebben de computers nog maar net een upgrade naar HD-schermen gehad. Extra ruimte zou zeer nuttig zijn voor de opleiding. De opleiding heeft een uitstekende werkplaats audiovisuele kunsten, de zogenaamde pool (uitleendienst en technische assistentie), die eveneens onder grote druk staat. De hogeschool heeft goede ideeën om dit aan te pakken. Ze willen het uitlenen en de technische ondersteuning van elkaar scheiden. De commissie hoopt wel dat dit niet zal uitdraaien op een besparing. Naast de pool is er ook nog een productiebureau, dat de studenten helpt met het festivalklaar maken van hun films. Hierbij helpen ze de studenten onder andere contacten leggen en beantwoorden ze juridische vragen. De commissie is verheugd dat deze ondersteuning aanwezig is voor de studenten. Het zou volgens hen wel goed zijn als de opleidingen een grotere rol opnemen om de huur van extern materiaal te faciliteren, bijvoorbeeld door afspraken te maken met verhuurders om de prijs te drukken. Ook een (algemene) verzekering voor studenten opzetten zou erg nuttig zijn in plaats van elke student het persoonlijk te laten regelen. Slaagkansen en beroepsmogelijkheden Het doorstroomrendement is, zeker in de eerste bachelor, niet zo goed. Maar de opleiding is zich bewust van deze problematiek en probeert, net als andere opleidingen audiovisuele kunsten, oplossingen te zoeken. LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting 35

37 Studenten met problemen worden zeer goed begeleid door de ombuds, trajectbegeleiders en ondersteuners, die erg bereikbaar zijn. Rond studenten die niet voltijds (kunnen) studeren wordt nog te veel incidenteel gehandeld en te weinig structureel. De commissie vindt het ook een vreemd idee dat er een minder strenge ingangsproef is, maar wel streng geselecteerd wordt na het eerste jaar. Hoewel het goed is dat velen een kans krijgen, is het misschien toch beter om iets minder studenten aan te nemen. Op basis van de gesprekken en de ingekeken documenten stelde de commissie vast dat de opleiding de studenten voldoende voorbereid op het vervolg van hun studie in de master. 36 LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting

38 SAMENVATTING Master of Arts in de audiovisuele kunsten LUCA School of Arts (Brussel) Op 25 en 26 februari 2015 werd de master of Arts in de audiovisuele kunsten van de LUCA School of Arts, in het kader van een onderwijsvisitatie op haar kwaliteit geëvalueerd door een commissie van onafhankelijke experten. In deze samenvatting, die een momentopname weergeeft, worden de belangrijkste bevindingen van de commissie opgelijst. Profilering De master of Arts in de audiovisuele kunsten is een academische opleiding die wordt aangeboden aan LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel. Op 1 januari 2013 lanceerde LUCA de Faculteit Kunsten. Sindsdien maken de academische opleidingen, waaronder ook audiovisuele kunsten, deel uit van die Faculteit Kunsten. Dat is een bijzondere faculteit binnen de groep Humane Wetenschappen van de KU Leuven. De Faculteit Kunsten is verantwoordelijk voor het onderwijs en onderzoek van alle academische opleidingen binnen LUCA. De opleiding focust op een sterke eigen (artistieke en soms zelfs experimentele) signatuur van de filmmaker. In de master waren in het academiejaar studenten ingeschreven, waarvan 20 voltijds en 15 niet-voltijds. Programma Het masterprogramma bestaat uit 60 ECTS, aangeboden op één jaar tijd. De opleiding heeft een coherent programma. De docenten maken gebruik van verscheidene werkvormen op een flexibele manier, om de studenten zoveel mogelijk kansen te geven om zichzelf te ontwikkelen. In de master worden de studenten dan meer vrij gelaten, wat past in hun ontwikkeling en in de visie van de opleidingen. In het masteratelier en de bijhorende critical practice wordt aan de hand van seminaries, voordrachten, workshops, screenings, etc. de persoonlijke attitude ten opzichte van het audiovisuele aangescherpt. Verder is er nog de cross over, een thematisch Engelstalig seminarie voor alle masterstudenten van de school. Zo was het thema in academiejaar utopic dimensions in artistic work. Hierbij waren er inleidende sessies, gevolgd door een vijftal sprekers vanuit LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting 37

39 het brede artistieke veld en tot slot moesten alle studenten hun eigen werk presenteren in het licht van de utopische dimensies. De commissie prijst deze aanpak. Dit alles staat steeds in dienst van de masterproef. Naast deze sessies en intensieve individuele begeleiding, is er ook plaats voor peer-to-peer sessies. Daarbij rapporteren studenten regelmatig aan elkaar en aan hun docenten over de voortgang van hun masterproef en wordt er uitgebreid van gedachten gewisseld. Voor de masterproef maken de studenten een op zichzelf staand audiovisueel werk en een scriptie om dit werk te onderbouwen en te contextualiseren. Daarnaast is continue feedback een deel van het pedagogisch concept. Dat is heel belangrijk, ook om de eigen signatuur van studenten vorm te geven. De commissie vindt het een goed idee dat de student zelf een verslag van elk evaluatiegesprek moet uitschrijven. Dit is handig voor de docent, die minder papierwerk heeft, maar ook voor de student, die er meer inzicht door krijgt en beter kan reflecteren. Beoordeling en toetsing De opleiding zet in op toetsing, maar een echt toetsbeleid dient nog uitgewerkt te worden. Daarbij is het vooral belangrijk dat de criteria nog meer uit de leerresultaten komen. Mogelijk zou de eigenzinnige, persoonlijke aanpak ook doorgetrokken kunnen worden in de toetsing. De studenten weten wat ze kunnen verwachten en kennen de bestaande evaluatiecriteria. Bovendien worden ze goed opgevolgd en krijgen ze veel tussentijdse feedback, waardoor ze zelden verrast zijn eens de beoordeling komt. Op die manier is de beoordeling erg transparant. De commissie is tevreden om vast te stellen dat er gebruik gemaakt wordt van peer review, naast meer klassieke evaluatiemethoden zoals mondelinge en schriftelijke examens, papers en veel permanente evaluatie. Ook stelt ze op prijs dat voor de masterproef gebruik wordt gemaakt van een externe jury, waarbij de docenten zelf enkel een adviserende rol hebben in de beoordeling. Begeleiding en ondersteuning De commissie is van mening dat de docenten goed en gedreven zijn. Maar omdat ze met zo weinig zijn en omdat er weinig externe input is, staat de algemene kwaliteit onder druk. Doordat er weinig docenten zijn, is er al snel een zekere eenvormigheid, en zijn er weinig frisse gezichten en ideeën. 38 LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting

40 Bovendien zorgt dit voor een hoge werkdruk. Het is daarom erg belangrijk om dit in het oog te houden. De commissie zag wel een gemotiveerd korps dat een hechte groep vormt. Alle docenten zijn ook (jonge) makers en gelinkt aan de signatuur van de school. Dat is een groot pluspunt. Maar de kritische ondergrens is bereikt qua aantallen, zeker bij Animatiefilm. Wat betreft de infrastructuur lijkt eveneens de ondergrens bereikt. De huidige lokalen staan onder druk door de studentenaantallen en bieden nog maar net voldoende plaats. Er is ook niet altijd voldoende materiaal en bovendien is dit al een beetje verouderd. Zo hebben de computers nog maar net een upgrade naar HD-schermen gehad. Extra ruimte zou zeer nuttig zijn voor de opleiding. De opleiding heeft een uitstekende werkplaats audiovisuele kunsten, de zogenaamde pool (uitleendienst en technische assistentie), die eveneens onder grote druk staat. De hogeschool heeft goede ideeën om dit aan te pakken. Ze willen het uitlenen en de technische ondersteuning van elkaar scheiden. De commissie hoopt wel dat dit niet zal uitdraaien op een besparing. Naast de pool is er ook nog een productiebureau, dat de studenten helpt met het festivalklaar maken van hun films. Hierbij helpen ze de studenten onder andere contacten leggen en beantwoorden ze juridische vragen. De commissie is verheugd dat deze ondersteuning aanwezig is voor de studenten. Het zou volgens hen wel goed zijn als de opleidingen een grotere rol opnemen om de huur van extern materiaal te faciliteren, bijvoorbeeld door afspraken te maken met verhuurders om de prijs te drukken. Ook een (algemene) verzekering voor studenten opzetten zou erg nuttig zijn in plaats van elke student het persoonlijk te laten regelen. Slaagkansen en beroepsmogelijkheden De doorstroom vanuit de master naar het werkveld is voor de commissie moeilijk in te schatten. De opleiding heeft namelijk slecht zicht op waar hun alumni precies terecht komen, omdat ze geen goede gegevens heeft over hen. Hier dient een alumnibeleid uitgewerkt, met ook aandacht voor wie uiteindelijk niet de audiovisuele sector in gaat en prijzen pakt. Die paradepaardjes zijn leuk, maar vormen niet de hoofdbrok van de alumni. Belangrijk is wel dat de opleidingen zich niet per sé op direct werk richten, maar eerder op een eigen signatuur bij de studenten. Dat is ook duidelijk bij de alumni die de commissie kon spreken. Zij weten duidelijk wat ze willen en waarom. Daarbij zijn ze zich er ook bewust van dat dit geen gemakkelijke carrièrekeuze is. Daarmee slaagt de opleiding er in om haar visie waar te maken. LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting 39

41 OPLEIDINGSRAPPORT Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel Woord vooraf Dit rapport behandelt de opleidingen Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten aan de LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel. De visitatiecommissie bezocht deze opleidingen op 25 en 26 februari De visitatiecommissie beoordeelt de opleidingen aan de hand van de drie generieke kwaliteitswaarborgen uit het VLUHR-beoordelingskader. Dit kader is afgestemd op de accreditatievereisten zoals gehanteerd door de NVAO. Voor elke generieke kwaliteitswaarborg geeft de commissie een gewogen en gemotiveerd oordeel op een vierpuntenschaal: onvoldoende, voldoende, goed of excellent. Bij de beoordeling van de generieke kwaliteitswaarborgen betekent het concept basiskwaliteit dat de generieke kwaliteitswaarborg aanwezig is en de opleiding of een opleidingsvariant voldoet aan de kwaliteit die in internationaal perspectief redelijkerwijs mag worden verwacht van een bachelor- of masteropleiding in het hoger onderwijs. De score voldoende wijst er op dat de opleiding voldoet aan de basiskwaliteit en een acceptabel niveau vertoont voor de generieke kwaliteitswaarborg. Indien de opleiding goed scoort dan overstijgt ze systematisch de basiskwaliteit voor de generieke kwaliteitswaarborg. Bij een score excellent steekt de opleiding ver uit boven de basiskwaliteit voor de generieke kwaliteitswaarborg en geldt ze hierbij als een (inter)nationaal voorbeeld. De score onvoldoende getuigt dan weer dat de generieke kwaliteitswaarborg onvoldoende aanwezig is. De oordelen worden onderbouwd met feiten en analyses. De commissie heeft inzichtelijk gemaakt hoe zij tot haar oordeel is gekomen. De commissie geeft ook een eindoordeel over de kwaliteit van de opleiding als geheel aan de hand van dezelfde vierpuntenschaal. De oordelen en aanbevelingen hebben betrekking op de opleiding met alle daaronder ressorterende varianten, tenzij anders vermeld. De commissie beoordeelt de kwaliteit van de opleiding zoals zij die heeft vastgesteld op het moment van het visitatiebezoek. De commissie heeft zich bij haar oordeel gebaseerd op het zelfevaluatierapport en de informatie die voortkwam uit de gesprekken met de opleidingsverantwoordelijken, de lesgevers, de studenten, de alumni, vertegenwoordigers van het werk- 40 LUCA School of Arts (Brussel) Samenvatting

42 veld en de verantwoordelijken op opleidingsniveau voor interne kwaliteitszorg, internationalisering en studiebegeleiding. De commissie heeft ook het studiemateriaal, de afstudeerwerken en de examenvragen bestudeerd. Tevens is door de commissie een bezoek gebracht aan de opleidingsspecifieke faciliteiten, zoals de leslokalen, de studio s en de bibliotheek. Naast het oordeel formuleert de visitatiecommissie in het rapport aanbevelingen in het kader van het verbeterperspectief. Op die manier wenst de commissie bij te dragen aan de kwaliteitsverbetering van de opleiding. De aanbevelingen zijn opgenomen bij de respectieve generieke kwaliteitswaarborgen. Aan het eind van het rapport is een overzicht opgenomen van verbetersuggesties. Situering van de opleiding De Bachelor en Master of Arts in de audiovisuele kunsten zijn academische opleidingen die worden aangeboden aan de LUCA School of Arts, campus Sint-Lukas Brussel. Oorspronkelijk werden deze opleidingen ingericht door de Hogeschool Sint-Lukas Brussel. Deze werd echter na een fusie herdoopt tot de LUCA School of Arts (LUCA) op 15 september Op 1 januari 2013 lanceerde LUCA de Faculteit Kunsten. Sindsdien maken de academische opleidingen, waaronder ook audiovisuele kunsten, deel uit van die Faculteit Kunsten. Dat is een bijzondere faculteit binnen de groep Humane Wetenschappen van de KU Leuven. De Faculteit Kunsten is verantwoordelijk voor het onderwijs en onderzoek van alle academische opleidingen binnen LUCA. Op 1 oktober 2014 ging bovendien de onderwijsbevoegdheid voor de academische opleidingen audiovisuele kunsten van de MAD-faculty campus C-mine te Genk over van de Katholieke Hogeschool Limburg (KHLim, nu UC Leuven Limburg) naar LUCA. Beide opleidingen kregen één opleidingshoofd en één Permanente Onderwijscommissie (POC) als gezamenlijk hoogste adviesorgaan. Beide campussen zijn voorlopig nog verschillend qua aanpak en inhoud, maar op termijn zullen de opleidingen meer op elkaar afgestemd worden, zonder daarbij hun eigen identiteit te verliezen. In dit rapport spreekt de commissie zich enkel uit over de Brusselse opleidingen. De Genkse opleidingen worden op een ander moment in deze visitatie bezocht, wat zal leiden tot een afzonderlijk opleidingsrapport. De opleidingen, bestaande uit de trajecten Film en Animatiefilm, worden dus zoals gezegd geleid door een opleidingshoofd. Daarnaast is er ook nog de LUCA School of Arts (Brussel) Opleidingsrapport 41