Sine ijsballon ijsberg recht vooruit
|
|
- Petrus Smit
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Sine ijsballon ijsberg recht vooruit In deze hands on-activiteit onderzoek je een bevroren waterballon. Vanuit het prikkelen van de waarneming ( zien, voelen, ruiken en horen) ontstaan vragen, door onderzoek en door gebruik te maken van objecten in je directe omgeving zoek je de antwoorden op die vragen. Benodigdheden: Kunststof (cafetaria)dienblad. Je kunt hiervoor ook de metalen bodem uit de magnetron gebruiken. Ronde ballon die je twee dagen voor het begin van deze activiteit met water hebt gevuld en in de vriezer hebt laten bevriezen. Zaklamp Vergrootglas Sticky notes Balpen Houten en metalen voorwerpen (tandenstokers en paperclips) Zout Voedselkleurstof of siroop Plastic teil met water, groot en diep genoeg om je ijsballon erin te laten drijven. Voorbereidingen: Vul je ballon langzaam - zodat de lucht kan ontsnappen - met kraanwater. Knoop het mondstuk van de ballon dicht; zo ontstaat een 12 cm grote waterballon. Leg je waterballon voor twee dagen in een vriezer. Na twee dagen, vlak voordat je de activiteit begint, vul je de plastic teil met water. De activiteit: 1. Pas wanneer de ijsballon volledig bevroren, kun je beginnen met het experiment. 2. Gebruik een schaar om het mondstuk van de ijsballon los te knippen, pel vervolgens de resten van de ballon van het ijs. 3. Start direct met je bewuste - ja bewuste - waarnemingen van de ijsballon. 4. Gebruik je zaklamp om de ijsballon te verlichten. Gebruik het vergrootglas voor het zien van de details. 5. Wat valt je op aan het ijs? Zie je scheuren, splinters spicules of spikes, gaatjes? Zie je verschillende kleuren sneeuw? Welke vragen roepen deze waarnemingen bij je op? Schrijf je vragen op een sticky note Eén vraag per sticky note. Voorbeeldvraag : waarom zitten er scheuren in het ijs? 6. Gebruik tandenstokers en paperclips om het oppervlak van het ijs te onderzoeken. 7. Wat valt je op aan de interactie tussen hout en ijs in vergelijking met een metalen voorwerp en ijs. Welke vragen roept dat bij je op? Schrijf elke vraag weer op een sticky note. 8. Strooi een kleine hoeveelheid zout op de ijsballon. Kijk een paar minuten naar de verandering die er optreedt. 9. Wat valt je op aan de uitwerking van het zout op het ijs? Welke vragen roept dit op? Schrijf elke vraag op een sticky note. 10. Haal het zout met water van je ijsballon, gebruik daarna een kleine hoeveelheid kleurstof op de ijsballon. 11. Wat valt je op na de verspreiding van de kleurstof over het ijs? Welke vragen roept dit op? Schrijf elke vraag weer op een sticky note. 12. Plaats de ijsballon nu in de grote teil gevuld met water. 13. Wat valt je op nu de ijsballon op het water blijft drijven? Welke vragen roept dit bij op? Schrijf ook deze vragen op een sticky note.
2 Onderzoeken: Je hebt na het uitvoeren van deze hands on-activiteit een aantal vragen over de ijsballon op je sticky notes geschreven. Per sticky note één vraag. Bekijk je vragen en ga na of je deze kunt groeperen op de volgende manier: 1. Vragen die gaan over weten, benamingen van verschijnselen en identificeren, zoals: Wat zijn de wormvormige - dingen - texture in het ijs? Wat is de wollige witte substantie aan de buitenkant? Waar is voedselkleurstof van gemaakt? 2. Groepeer nu de vragen die beginnen met waarom? Waarom hebben sommige ijsballonnen meer splinters - spicules of spikes - in het oppervlak? Waarom smelt het ijs door zout toe te voegen? Waarom is de ijsballon zachter aan de buiten dan aan de binnenkant? 3. Tenslotte, groepeer je vragen die je met behulp van het uitvoeren van een experiment kunt beantwoorden, zoals: Wat gebeurt er wanneer we de ijsballon in heet water plaatsen? Smelt het ijs anders door gebruik te maken van verschillende zoutsoorten. Smelt het ijs sneller door het toevoegen van zout of suiker? 4. Ga nu terug naar de groep waarom-vragen ( stap 2 ). Het zal je opvallen dat je deze vragen meestal niet eenvoudig kunt beantwoorden. Waarom-vragen kun je beantwoorden meestal door moeilijk - gecompliceerd - onderzoek te verrichten. Maar je kunt deze vragen omzetten in een praktisch experiment door het woord waarom te vervangen door hebben alle? of "Wat zou er gebeuren als? Een paar voorbeelden: Waarom smelt het ijs door zout toe te voegen? kun je wijzigen in het experiment met de titel "Smelt ijs door zout? Een gegeven dat je daadwerkelijk kunt gaan onderzoeken:) Waarom smelt ijs zo snel in water? Deze waaromvraag kun je wijzigen in Smelt ijs sneller in water dan in melk? Ook weer een voorbeeld van een eenvoudig uit te voeren experiment. 5.Het resultaat van je onderzoek en scan naar variabelen is een grote hoeveelheid vragen die je verder kunt gaan onderzoeken. Kies een vraag uit stap 3 of een opnieuw geformuleerde vraag uit stap 4 waar je door middel van het doen van onderzoek het antwoord op kunt vinden. Pak je materialen bij elkaar en ga op onderzoek uit en kijk of je het antwoord op je vraag kunt vinden. De keuze tussen het maken van notities, schetsen/tekeningen, Exel-datasheet of alleen kijken wat er werkelijk gebeurt, is nu aan jou
3 Voor de docent : De variabelenscan De variabelenscan is een werkwijze voor de vaak lastige en complexe waarom-vragen. De variabelenscan zet de op dat moment niet te onderzoeken waarom-vraag om in een werkbare en relevante praktische onderzoeksvraag. De variabelenscan is een werkwijze om de variabelen binnen de waarom-vraag te duiden. Je zoekt binnen de waarom-vraag naar elementen - de variabelen - die je in het experiment kunt wijzigen. De variabelenscan : draai de vraag om Een voorbeeld: 1. De beginsituatie Groep 6 uit het basisonderwijs: onderzoek hoe een papieren zakdoek water opneemt. Het valt ze op dat de papieren zakdoek het water opzuigt. Jaap vraagt zich zelf af: Waarom wordt het water zo hoog in de papieren zakdoek opgenomen? 2. De scan Scan de vraag van Jaap, welke variabelen kun je vinden? Het antwoord op de vraag van Jaap moet 'iets' te maken hebben met de interactie tussen het water en de papieren zakdoek, de variabelen. We kunnen deze variabelen veranderen zodat ze ons kunnen helpen een uitvoerbare onderzoeksvraag te stellen waardoor we meer leren. Waarom wordt het water zo hoog in de papieren zakdoek opgenomen? De variablen 1. Water - of andere vloeistof - 2. Papieren zakdoek - of ander materiaal - 3. Draai de vraag om Hoe zetten wij de vraag van Jaap om in een praktische onderzoeksvraag? De eerste variabelen : het water. Wat kunnen we veranderen aan het water? De soort vloeistof, tomatensap, motorolie, etc De hoeveelheid vloeistof. De temperatuur van de vloeistof. Waarom wordt het water zo hoog in de papieren zakdoek opgenomen? Variabele 1, draai de vraag om 1. Zou er iets anders waarneembaars te ontdekken zijn wanneer het water erg koud dan wel erg heet is? 2. Is er verschil merkbaar tussen zoutwater en kraanwater? 3. Wat zou er waarneembaar zijn wanneer wij tomatensap gebruiken?
4 De tweede variable : het absorberend materiaal, wat kunnen wij veranderen aan onze papieren zakdoek? Het merk van de papieren zakdoek De procedure van het bevochtigen van de papieren zakdoek. Gieten versus onderdompelen over en in water. Het soort materiaal van de papieren zakdoek - katoen, wol, karton etc Tweede voorbeeld van de variabelenscan: Waarom wordt het water zo hoog in de papieren zakdoek opgenomen? Variabele 2, draai de vraag om Is er verschil tussen de papieren zakdoek van verschillende fabrikanten? Wat nemen wij waar wanneer we kopieerpapier gebruiken? Absorbeert katoen het water? Wat observeer je wanneer je alleen de punt van de papieren zakdoek in het water houd. Voorbeeld 2: Waarom smelt ijs wanneer wij het in water onderdompelen? -> De variabelen zijn in deze vraag ijs en water (of vloeistof). Variabele 1: het ijs de grootte van het stuk ijs de vorm van het stuk ijs de hoeveelheid ijs die wordt ondergedompeld Praktische onderzoeksvraag: wat neem ik waar wanneer ik de vorm van het ijs verander? Smelten vele kleine stukjes ijs sneller dan één groot stuk? Variabele 2: het water (de vloeistof). hoeveelheid van het water de temperatuur van het water zout of zoet water verschillende soorten vloeistoffen. Praktische onderzoeksvraag: Wat neem ik waar wanneer ik het ijs in zoutwater onderdompel? Smelt het ijs sneller in 200 ml water dan 3 L water?
5 Probeer nu zelf of met een groep de variabelenscan te maken: Voorbeeld 3: Waarom smelt ijs? Variabelen 1, Variabelen 2, Praktische onderzoeksvraag: Voorbeeld 4: Waarom drijft ijs altijd met dezelfde zijde naar boven? Variabelen 1, Variabelen 2, Praktische onderzoeksvraag:
6 What s going on? Sine ijsballon ijsberg recht vooruit Het hoofddoel van deze hands on-activiteit ijsballon is het bevorderen van de fascinatie en waardering in de alledaagse dingen in de wereld om ons heen. Welke vragen roept zo een waarneming op? Hoe kunnen antwoorden gevonden worden?(een eenvoudig hulpmiddel hierbij is de variabelenscan,) Bij iets oudere kinderen kunnen er vragen ontstaan over wetenschappelijk conceptuele begrippen : dichtheid van stoffen, zwaartekracht en massa, temperatuursveranderingen, texturen die waarneembaar zijn in het ijs. In de tekst hieronder staan antwoorden op de meest gestelde vragen: Waarom is de ijsballon in het midden ondoorzichtig? Waarom zijn sommige delen van de ijsballon helder en andere delen troebel? Het meeste water bevat lucht en onzuiverheden. Hard water bezit bijvoorbeeld een hogere dosis kalkmineralen. De ijsballon bevriest van buiten naar binnen waarbij lucht en onzuiverheden naar het midden van de daar nog vloeibare ijsballon gedreven worden. Uiteindelijk bevriest ook daar het water om de kleine luchtbellen en onzuiverheden heen. Deze bellen of zakjes gevuld met lucht breken het licht, precies zoals te zien is in de schuimkraag van een gevuld bierglas. Net als het schuim van het bier breken de luchtbellen het licht tot wit wollig schuim. Waar nauwelijks of geen lucht in delen van de ijsballon zit opgesloten, ziet het ijs er helder en heeft het een kristalachtige structuur. Wat zijn spicules (lange splintervormen) haaks in het ijs? Spicules zijn dunne lange luchtzakjes, die zijn gevormd door het van buiten naar binnen bevriezen van de ijsballon. Waarom drijft ijs? De dichtheid van een stof: De meeste stoffen hebben een grotere dichtheid in vaste vorm dan in hun vloeibare vorm. De atomen en moleculen van een vaste stof worden door temperatuur - druk - dicht op elkaar gedrukt. Hieruit volgt dat bij een bepaalde massa - lees hoeveelheid moleculen- van een stof de vaste vorm minder volume heeft en daardoor een hogere dichtheid bezit dan zijn vloeibare vorm. Daardoor zou je verwachten dat de ijsballon door de hogere dichtheid zou zinken in zijn vloeibare vorm water. Water is een fascinerende uitzondering op dit gegeven. IJskristallen hebben een bobbelige, zeshoekige open structuur waardoor de moleculen in de vaste vorm van water verder uit elkaar komen te liggen. Dat geeft ijs haar lagere stoffelijke dichtheid. De opwaartse kracht van water, door Archimedes ontdekt, vertelt ons het volgende: De opwaartse kracht die een lichaam in een vloeistof of gas ondervindt, is even groot als het gewicht van de verplaatste vloeistof of gas. De stoffelijke dichtheid van het verplaatste water is hoger dan die van de ijsballon waardoor de ijsballon blijft drijven. Waarom wil de ijsballon altijd met dezelfde kant naar boven drijven? Dit heeft te maken met het massacentrum (centrum opwaartse kracht). Elk object met massa bezit een massacentrum. De massa van het elk object zit geordend rond het massacentrum. Als gevolg hiervan zal de zwaartekracht het meeste invloed hebben op dit massacentrum. De centrum opwaartse kracht is het massacentrum van de door de ijsballon verplaatste hoeveelheid water. De drijvende ijsballon komt in rust - zie afbeelding hieronder- waar deze twee wetmatigheden in evenwicht komen. F M M F
7 Waarom smelt ijs? De moleculen in vaste vorm, zoals in de ijsballon, zijn sterker met elkaar verbonden dan in hun vloeibare vorm. Wanneer warmte-energie van een andere stof in aanraking komt met het ijs zal dit het ijs opwarmen tot 0. Bij een verdere toename in de hoeveelheid warmte-energie blijft de temperatuur gehandhaafd op 0 tot al het ijs gesmolten is. In tegenstelling tot wat je zou verwachten, een verdere temperatuurstijging, verzwakt de toegenomen warmte-energie en uiteindelijk verbreekt de sterke band tussen de ijsmoleculen. Smelten is het oplossen van moleculen van zijn vaste naar vloeibare vorm. Voor onze ijsballon van buiten naar binnen. Waarom smelt ijs sneller in water dan in lucht? Meer energie betekent dat het ijs sneller zal smelten. Hoe sneller - conductie /convectie - deze energie getransporteerd kan worden hoe eerder het ijs zal smelten. Convectie: de overdracht van warmte-energie tussen moleculen. Warmte-energie verplaatst zich altijd van hogere energetische waarde naar een lagere. Dit is mede afhankelijk van oppervlakte: hoe groter het verschil tussen de twee niveaus des te sneller de overdracht van energie. Bijvoorbeeld: warmte-energie van water en lucht stroomt pas door het ijs wanneer de water- of luchttemperatuur boven de 0 is. Een hogere water/ luchttemperatuur levert een snellere overdracht van warmte-energie op. De grootte van het ijsoppervlak bespoedigt en versnelt de warmte-energie uitwisseling tussen de moleculen. Warmtecapaciteit: verschillende stoffen hebben een verschillende warmtecapaciteit. Warmtecapaciteit is de hoeveelheid energie die nodig is om 1 gram van de stof met 1 C te doen stijgen. Nu blijkt dat de warmtecapaciteit van water veel hoger ligt dan die bij lucht. Bij gelijke hoeveelheid en temperatuur tussen deze stoffen blijkt water veel meer energie te bezitten: water heeft een hogere warmtecapaciteit. Water bezit door deze hogere warmtecapaciteit het vermogen meer energie aan het ijs af te geven. Conductie: de hoeveelheid warmte-energie die een stof door temperatuurverschil kan verplaatsen. Water heeft een hogere conductieve - geleidende - waarde dan bijvoorbeeld lucht. Water kan door deze eigenschap sneller en daardoor meer warmte-energie verplaatsen. Waarom smelt zout het ijs? IJs en water kunnen het bij 0 C het goed met elkaar vinden. De dooi treedt in. 0 C is het smeltpunt van ijs en het bevriespunt van water. De uitwisseling van warmte-energie tussen de moleculen is in evenwicht. Door het toevoegen van zout wordt dit evenwicht, de uitwisseling van moleculen tussen water en ijs, verstoord. Zout zorgt ervoor dat de watermoleculen zich niet snel genoeg aan het ijs kunnen verbinden. Waarom zout ijs sneller doet smelten dan suiker? Elke stof die je aan water toevoegt, zal het bevriezingspunt van water verlagen. Hoe groot deze verlaging van het bevriezingspunt is, is afhankelijk van de hoeveelheid die wordt toegevoegd. Eenzelfde hoeveelheid zout of suiker verlaagt het bevriezingspunt met verschillende waarden. De oorzaak hiervan ligt in de verschillen in de bouw van het zout-en suikermolecuul. Een suikermolecuul is relatief groot en is opgebouwd uit 45 atomen. Zout is een relatief klein molecuul dat is opgebouwd uit 2 ionen (elektrisch geladen atomen). Als gevolg hiervan bezit een theelepel zout veel meer deeltjes dan een theelepel suiker. Daar komt nog bij dat wanneer je zout aan water toevoegt, de ionen van elkaar gescheiden worden en zo de zoutdeeltjes nog eens verdubbeld worden en dit is de reden dat zout het ijs effectiever kan doen smelten. Als afsluiting van deze hands on-activiteit een quote van James Gleick uit zijn boek : The Life and Science of Richard Feynman. Children and scientists share an outlook on life. If I do this, what will happen? is both the motto of the child at play and the defining refrain of the physical scientist....the unfamiliar and the strange these are the domain of all children and scientists. SINE Mede mogelijk gemaakt dankzij het Exploratorium en de Mission Science Workshop.
Materiaal (per groep):
9-11 jaar Benaming van de activiteit: Wetenschappelijke inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Dichtheid van vaste stoffen en vloeistoffen Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar Duur van de activiteit: 3 uur
Nadere informatieDe massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald
Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld
Nadere informatieThema 2 Materiaal uit de natuur
Naut samenvatting groep 6 Mijn Malmberg Thema 2 Materiaal uit de natuur Samenvatting Drie maal water Water kan veranderen van ijs in waterdamp. En waterdamp en ijs kunnen weer veranderen in water. Water
Nadere informatieFYSICA DM THEORIE SAMENVATTING
FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING Elementen - Elementen kunnen op 3 manieren voorkomen: - Vast - Vloeibaar - Gasvormig Water & Warmte - Warmte overdracht op 3 manieren - Geleiding direct contact / toepassing
Nadere informatieHet deeltjesmodel. Deeltjes en hun eigenschappen. Context 3 Zinken zweven drijven. Naam: Klas: Datum:
Naam: Klas: Datum: Het deeltjesmodel Deeltjes en hun eigenschappen Als je een stukje ijzer, goud of eender welk stof tientallen keren kon vergroten, dan zou je ontdekken dat alle stoffen gemaakt zijn van
Nadere informatieOpgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt.
Uitwerkingen 1 Opgave 1 De massa van een voorwerp geeft aan hoe zwaar dit voorwerp is. Opgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt. Opgave De dichtheid van een stof
Nadere informatie10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte.
1 Materie en warmte Onderwerpen - Temperatuur en warmte. - Verschillende temperatuurschalen - Berekening hoeveelheid warmte t.o.v. bepaalde temperatuur. - Thermische geleidbaarheid van een stof. - Warmteweerstand
Nadere informatieLucht Niet niets 9-11. Auteur: Christian Bertsch. jaar. Benaming van de activiteit:
9-11 jaar Benaming van de activiteit: Lucht Niet niets Wetenschappelijke inhoud: Natuurkunde Beoogde concepten: Dichtheid van vaste stoffen en vloeistoffen Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar oud Duur van
Nadere informatieMateriaal: Bassin met water Meerdere voorwerpen met een verschillende. met verschillende afmetingen
9-11 jaar Wetenschappelijke inhoud: Fysica Beoogde concepten/vaardigheden: Dichtheid en opwaartse kracht Beoogde leeftijdsgroep: 9-11 jaar oud Duur van de activiteit: 3 uur Samenvatting: Tijdens deze activiteit
Nadere informatieAllemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen.
Module 5: Basisstof 1: Een dag met water Allemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen. Grondwater: water diep in de grond. Zoet: Oppervlakte water zoet. Zout: Oppervlakte
Nadere informatieEen glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?
Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt
Nadere informatieDe kracht van Archimedes
1 Studie dag en KVCV De kracht van Archimedes DEEL 1 Korte omschrijving van het lesonderwerp Door een paar originele experimenten, de kracht van Archimedes ontdekken en de gegevens waarnemen die de grootte
Nadere informatieT2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen
T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,
Nadere informatieUitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen
Uitwerkingen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN
Nadere informatieSamenvatting NaSk Hoofdstuk 4
Samenvatting NaSk Hoofdstuk 4 Samenvatting door L. 1264 woorden 2 juli 2014 3,9 15 keer beoordeeld Vak NaSk 1 Warmtebronnen en brandstoffen. Warmtebronnen thuis en op school. Om iets te verwarmen heb je
Nadere informatieUitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1
Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Opgave 1.2 Opgave 1.3 Opgave 1.4 Stofeigenschappen en zintuigen Noem 4 stofeigenschappen die je met je zintuigen kunt waarnemen? Fysische constanten a. Methaan
Nadere informatie11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes
11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005 de wet van Jacky Hellemans - Koen Paes Academische Lerarenopleiding Natuurkunde Departement Natuurkunde en Sterrenkunde - K.U.Leuven
Nadere informatieWater? Hoezo water? Water! Hoezo water? Donderdag 24 mei 2018 WILDLANDS Adventure Zoo Emmen
Hoezo water? Disclosure Relatie Organisatie Financiële bijdrage : Geen Raden van Advies : Geen Overige : Geen 2 Inhoud Water? Algemene eigenschappen Chemische eigenschappen Fysische eigenschappen Water?
Nadere informatie5.7. Boekverslag door S woorden 26 oktober keer beoordeeld. Scheikunde
Boekverslag door S. 1928 woorden 26 oktober 2009 5.7 45 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Scheikunde H1: 1.1 OUDE MATERIALEN: Natuurlijke materialen: materialen die je in de omgeving/ in de natuur
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1.1 t/m 1.4
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1.1 t/m 1.4 Samenvatting door een scholier 1714 woorden 3 oktober 2010 6 10 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie 1.1 Scheikunde Bron 1 scheikunde Door
Nadere informatiebij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas.
NAO proefjes Antwoorden werkbladen en extra informatie 1. Munten in borrelglaasje munten Het glas is eigenlijk te vol met, maar het stroomt niet over. Het in het glas staat bol, het komt er boven uit.
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Kracht
Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.
Nadere informatieKernvraag: Hoe laat ik iets sneller afkoelen?
Kernvraag: Hoe laat ik iets sneller afkoelen? Naam leerling: Klas: http://www.cma-science.nl Activiteit 1 Hoe stroomt warmte? 1. Wat gebeurt er met de temperatuur in een verwarmde kamer wanneer je het
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,
Nadere informatieDichtheid. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres P.J. Dreef 01 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/82827 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieSheets inleiding ontwerpen
Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket
Nadere informatieOp onderzoek! Contextgebied Transport Drijven en zinken
Thema : naar het zwembad, spelen met water Uitgetest in de derde kleuterklas Probleem Welke voorwerpen drijven op het water? Concrete doelen Ervaren, ontdekken, voorspellen en noteren welke voorwerpen
Nadere informatieDroogijs. IJskappen Antarctica smelten ongelooflijk snel Bron: www. metrotime.be
IJskappen Antarctica smelten ongelooflijk snel Bron: www. metrotime.be De 3D pen laat kinderen veilig 3D objecten tekenen Door middel van LED dioden aan het uiteinde van de pen zal de inkt direct stollen,
Nadere informatieAAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)
Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van
Nadere informatieNatuurscheikunde H1 Par1 nieuwe stoffen nieuwe materialen
Samenvatting door een scholier 1368 woorden 3 november 2004 6 217 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Natuurscheikunde H1 Par1 nieuwe stoffen nieuwe materialen Natuurlijke materialen: Hout (bak)steen
Nadere informatieVJTO 2011 ANTWOORDEN FINALE
1 VJTO 2011 ANTWOORDEN FINALE Vraag 1 Antwoord a Wanneer mama de ballon over haar trui wrijft, wordt de ballon elektrisch geladen. De peper- en zoutkorrels voelen dat en willen naar de ballon toe. De peperkorrels
Nadere informatieWeeg je overal hetzelfde?
Uitdager van de maand Weeg je overal hetzelfde? Natuur & Techniek, groep 6,7,8 Algemeen Titel Weeg je overal hetzelfde? Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen Inzicht in het verschil
Nadere informatieBasisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 1 Stoffen bladzijde 1
Hoofdstuk 1 Stoffen bladzijde 1 Opgave 1 Hoe groot zijn de smelt- en kookpunten van onderstaande stoffen (zoek op)? smeltpunt kookpunt (sublimatiepunt) a 195 K (-78 O C); 240 K (-33 O C) b 159 K (-114
Nadere informatieWater is een heel bekend begrip. De bekende molecuul formule voor water is uiteraard H2O, de stof heeft
Werkstuk door een scholier 996 woorden 14 mei 2003 5 152 keer beoordeeld Vak Scheikunde Inhoudsopgave Wat is waterstof? Wat is water? Wat is filtreren? Wat is destilleren? Drie fasen van water. Wat is
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3 Materialen
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3 Materi Samenvatting door een scholier 1210 woorden 6 april 2015 6,9 35 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Hoofdstuk 3: Materi Eigenschappen van moleculen: -Ze verschillen
Nadere informatie1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een vulkaan reconstrueren met water en olie?
Vulkaan onder water 1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een vulkaan reconstrueren met water en olie? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Oppervlaktespanning is een maat van de kracht
Nadere informatieDe diverse somsoorten bij Fysica
De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:
Nadere informatieFasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen.
Samenvatting door een scholier 873 woorden 2 maart 2016 7,6 37 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Hoofdstuk 3 1. fasen en fase-overgangen Water komt voor als: - vaste stof (ijs) - vloeistof (vloeibaar
Nadere informatieEen stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden.
Stoffen scheiden Schrijf bij elke proef steeds je waarnemingen in je schrift. Bij het doen van experimenten is het belangrijk dat je goed opschrijft wat je hebt gedaan, zodat andere mensen jouw experiment
Nadere informatieTHEMA 3 WEER & KLIMAAT. LES 2 Golfstromen. Deze les gaat over: Bij dit thema horen ook: Golfstromen in de oceanen Verschil landijs zee-ijs
Powered by ESA NEMO NSO SPACE EXPO WNF THEMA 3 WEER & KLIMAAT LES 2 Golfstromen Deze les gaat over: Golfstromen in de oceanen Verschil landijs zee-ijs Bij dit thema horen ook: Les 1 In het ISS Les 3 Weer
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo
Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting door een scholier 1193 woorden 30 oktober 2012 5,8 23 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Samenvatting Scheikunde
Nadere informatieVoorbeeld Cartoons. EvdB,
Voorbeeld Cartoons EvdB, 6-1-2012 In dit document treft u een aantal concept cartoons aan. Enkele cartoons zijn uitgewerkt met docentinstructies en leerlinginstructies. De andere cartoons zijn niet uitgewerkt.
Nadere informatieExact periode 2: Dichtheid
Exact periode 2: Dichtheid 1. Definitie Met dichtheid wordt bedoeld: de massa per volume-eenheid. Formule: m V : (spreek uit: ro) de dichtheid ( in kg.m -3 ) m: massa (in kg) V: volume (in m 3 ) Volume
Nadere informatieKaart 10 Sneeuw en ijs
Kaart 10 Sneeuw en ijs Informatiekaart Werkblad Proefjes: o Warme sneeuw? o Gesmolten sneeuw o Een koud kunstje Quiz: o http://natuur.ariena.com Voor de leerkracht: De kinderen leren de volgende begrippen:
Nadere informatiePROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3
HOCUS POCUS... BOEM VERSIE PR O EF DE CHEMISCHE REACTIE WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 14/04/16 20:53 HOOFDSTUK 1 CHEMISCHE REACTIES EN FYSISCHE VERSCHIJNSELEN 1.1 Chemische reactie en fysisch verschijnsel
Nadere informatie7.1 Het deeltjesmodel
Samenvatting door Mira 1711 woorden 24 juni 2017 10 3 keer beoordeeld Vak NaSk 7.1 Het deeltjesmodel Een model van een stof Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen. Aangezien je niet kunt zien hoe een
Nadere informatieNaam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A)
Naam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A) OPGAVE 1 In de figuur hiernaast zijn de zes faseovergangen genummerd. Geef de namen van deze faseovergangen. 1: 2: 3: 4: 5: 6: OPGAVE 2 Geef de
Nadere informatieVoorbereidende les Droge voeten
Voorbereidende les Droge voeten Lesactiviteit: Een duikertje maken Groep: 7 en 8 Lesdoel: De leerlingen onderzoeken het principe van de Wet van Archimedes (het gewicht van het water dat zich verplaatst
Nadere informatieExact periode 2: Dichtheid
Exact periode 2: Dichtheid 1 Definitie Met dichtheid wordt bedoeld: de massa per volume-eenheid. Formule: m V : (spreek uit: ro) de dichtheid ( in kg.m -3 ) m: massa (in kg) V: volume (in m 3 ) Volume
Nadere informatieExact periode 2.1. Q-test. Dichtheid vaste stoffen Dichtheid vloeistoffen; interpoleren
Exact periode 2.1 Q-test Dichtheid vaste stoffen Dichtheid vloeistoffen; interpoleren 1 Q-test Eenzelfde bepaling is meerdere malen gedaan. Zit er een uitschieter (ook wel genoemd uitbijter) tussen de
Nadere informatieNaam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt.
Naam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt. OPGAVE 1 Jan drinkt 14 kubieke centimeter zuivere alcohol op. Bereken hoeveel gram
Nadere informatieOefenvragen Hoofdstuk 2 Scheidingsmethoden antwoorden
Oefenvragen Hoofdstuk 2 Scheidingsmethoden antwoorden Vraag 1 Zet een kruisje in de tabel bij de juiste scheidingsmethode(n). Er kan meer dan één antwoord per stelling goed zijn. De component met de grootste
Nadere informatieDe diverse somsoorten bij Fysica
De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 918 woorden 13 januari 2005 6,3 193 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 1.2: De bouw van een atoom.
Nadere informatieMoleculaire Gastronomie: Gluten
Moleculaire Gastronomie: Gluten Het maken en analyseren van deeg met gluten Inleiding Moleculaire gastronomie heeft alles te maken met het ontdekken van nieuwe smaakcombinaties, experimenteren met structuren
Nadere informatieSamenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen
Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen
Nadere informatieIndien er bij 2 objecten sprake is van een temperatuurverschil, is er sprake van warmteoverdracht.
Indien er bij 2 objecten sprake is van een temperatuurverschil, is er sprake van warmteoverdracht. Indien er bij 2 objecten sprake is van een temperatuurverschil, is er sprake van warmteoverdracht. Warmteoverdracht
Nadere informatieDAT VERDIENT EEN BLOEMETJE!
1B DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE! - Tuinbouw - "ik hoor en ik vergeet, ik zie en ik onthoud, maar ik doe en ik begrijp" Naam:... Klas:... 1 Probleem Binnen enkele weken is het weer infodag en de directie
Nadere informatieOpen Water Diver. FYSICA Algemeen
Open Water Diver FYSICA Algemeen INHOUD Drijfvermogen Soortelijk gewicht van water Verband tussen druk, volume en dichtheid De gevolgen van toenemende druk De techniek van het klaren De gevolgen van afnemende
Nadere informatieDrijven en zinken. Eerst gaan we het drijfvermogen testen van een paar voorwerpen:
Hiernaast zie je een ouderwets duikerspak. Om ervoor te zorgen dat de duiker niet gaat drijven, heeft hij een loden gewicht op zijn borst vastgeknoopt. De slang is voor de luchttoevoer. Op de wal stond
Nadere informatieDe ijzer en zwavelreactie
De ijzer en zwavelreactie Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aantonen dat we ijzersulfide (FeS) anders is dan ijzer (Fe) en zwavel (S). Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment Stofeigenschappen:
Nadere informatieinhoud 1. IJs 2. De ijspegel 3. De ijsberg 4. Kunstijs 5. De ijsbeer 6. De polen 7. Sporten op ijs 8. Beelden van ijs 9.
IJs inhoud 1. IJs 3 2. De ijspegel 4 3. De ijsberg 5 4. Kunstijs 6 5. De ijsbeer 7 6. De polen 8 7. Sporten op ijs 9 8. Beelden van ijs 11 9. Goochelen met ijs 12 10. Filmpje 13 Bronnen 14 Colofon en voorwaarden
Nadere informatieBindingen. Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11
Bindingen Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11 1. Leg uit dat suiker een moleculaire stof is 2. Van suiker is de oplosbaarheid in water zeer hoog. Leg uit waarom suiker zo goed in water
Nadere informatielesbrieven een plastic eiland avonturenpakket de uitvinders en het werkbladen Lesbrief 1:
lesbrieven werkbladen Lesbrief 1: een plastic eiland avonturenpakket de uitvinders en het VERBORGEN OOG Copyright De Uitvinders Uitgave 2014 Versie 3.0 een plastic eiland drijven - zinken Proef 1 Welke
Nadere informatieHoeveel deeltjes zijn aanwezig in één mol? Wat is de concentratie van een oplossing? molaire concentratie.
Zowel in het vat, de fles als het glas zit dezelfde soort whisky. Is er een verschil in percentage alcohol? Hoeveel deeltjes zijn aanwezig in één mol? Geef de formule die het verband weergeeft tussen de
Nadere informatieAAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)
Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van
Nadere informatieWa W rm r t m e Inlage
Inlage Proef 1 nattigheid - 1 Erlenmeyer (nr. 10) - 1 Rubberen stop (nr. 18) - Heet water Doe wat heet water in de erlenmeyer. Doe de stop erop en kijk wat er gebeurt. Kun je dit beschrijven? Proef 2 Frisse
Nadere informatie5, waar gaat dit hoofdstuk over? 1.2 stoffen bij elkaar: wat kan er gebeuren? Samenvatting door een scholier 1438 woorden 31 maart 2010
Samenvatting door een scholier 1438 woorden 31 maart 2010 5,6 15 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Hoofdstuk 1 stoffen bij elkaar 1.1 waar gaat dit hoofdstuk over? Als je 2 stoffen bij elkaar doet
Nadere informatieEen les scheikunde: de stof water geeft een venster op de hemel (voorbeeldles voortgezet onderwijs)
Een les scheikunde: de stof water geeft een venster op de hemel (voorbeeldles voortgezet onderwijs) Han Vuik Dit materiaal is onderdeel van het compendium christelijk leraarschap dat samengesteld is door
Nadere informatieMassa Volume en Dichtheid. Over Betuwe College 2011 Pagina 1
Massa Volume en Dichtheid Over Betuwe College 2011 Pagina 1 Inhoudsopgave 1 Het volume... 3 1.1 Het volume berekenen.... 3 1.2 Volume 2... 5 1.3 Symbolen en omrekenen... 5 2 Massa... 6 3 Dichtheid... 7
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Scheikunde 3 havo
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Scheikunde 3 havo Samenvatting door een scholier 1366 woorden 12 november 2012 6,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal 1.1 Bij scheikunde hou je
Nadere informatieGisten en wafels... Doe - activiteit Doe - activiteit
1 Gisten en wafels... OPDRACHT 1: Om goed te kunnen onderzoek wat gisten zijn, gaan we eerst wafels onderzoeken. Je hebt hiervoor 2 soorten deeg nodig... Maak het deeg zoals voorzien in de receptjes. Recept
Nadere informatie0,8 = m / 350 1 = m / 650
EXTRA De dichtheid van een mengsel 39 a 1L = 1000 ml 1% is dus 10 ml 35% is dan 350 ml Zo kan het ook: (1000 / 100) x 35 = 350 ml alcohol (en dus 1000-350 = 650 ml water) b alcohol water m =? V = 350 cm
Nadere informatieOok het lichaam van de schaatsenrijder heeft zo n waterafstotend waslaagje.
Startmoment: Observatie van het leven in de vijver en op het wateroppervlak. Vaststelling: Sommige diertjes kunnen op het water lopen en wij niet. Probleemstelling: Hoe kan dit ligt het aan de diertjes
Nadere informatieElektriciteit en stroom, wat is het? Proefjes met stroom en electriciteit
Energie 5 en 6 2 Elektriciteit en stroom, wat is het? Proefjes met stroom en electriciteit Doelen Begrippen Materialen De leerlingen: begrijpen hoe elektriciteit en stroom ontstaan, als een brandstof wordt
Nadere informatieTECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE. Onderwerp : Drijven of zinken. Doelgroep: 1 e gr
TECHNOLOGISCHE OPVOEDING LEERKRACHTENFICHE Thema: Water Onderwerp : Drijven of zinken. Doelgroep: 1 e gr Timing: 2 lestijd(en) De les in het kort : Van concrete voorwerpen wordt nagegaan welke voorwerpen
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 4 Samenvatting door Syb 1176 woorden 4 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Scheikunde Methode Chemie overal Scheikunde H1/H2/H3 Samenvatting PARAGRAAF 1.1 Een stof
Nadere informatiePraktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen
Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen Praktische-opdracht door een scholier 1902 woorden 12 oktober 2008 6,3 10 keer beoordeeld Vak Scheikunde De truc van de verdwenen puntenslijper
Nadere informatie1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig. 4180 4 Het symbool staat voor verandering.
1 Warmteleer. 1 De soortelijke warmte is de warmte die je moet toevoeren om 1 kg van een stof 1 0 C op te warmen. Deze warmte moet je ook weer afvoeren om 1 kg van die stof 1 0 C af te koelen. 2 Om 2 kg
Nadere informatieIn dit document leggen we uit hoe isolatie werkt en hoe INSUL8eco werkt in uw gebouw.
De basis van isolatie en hoe INSULd8eco werkt in uw gebouw In dit document leggen we uit hoe isolatie werkt en hoe INSUL8eco werkt in uw gebouw. Om de werking van onze isolatie oplossing goed te begrijpen,
Nadere informatieHoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.
Nadere informatieKlimaatbeheersing (2)
Klimaatbeheersing (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) Uitgave 2016 1 Natuurkundige begrippen 1.1 Warmte () Warmte is een vorm van energie welke tussen twee lichamen met een verschillende temperatuur
Nadere informatieMoleculaire Gastronomie: Alginaat Kaviaar -Het bereiden en proeven van alginaat gels-
Moleculaire Gastronomie: Alginaat Kaviaar -Het bereiden en proeven van alginaat gels- Inleiding In de levensmiddelen industrie wordt veel gebruik gemaakt van gels. Denk bijvoorbeeld aan salade dressing,
Nadere informatieinhoud blz. 1. Water is niet gewoon 2. Water, ijs en wolken 3. Een kring 4. Drinken 5. Water in de zee 6. Olie en water 7. Vuil water wordt schoon
Water inhoud blz. 1. Water is niet gewoon 3 2. Water, ijs en wolken 4 3. Een kring 6 4. Drinken 7 5. Water in de zee 9 6. Olie en water 10 7. Vuil water wordt schoon 11 8. Wassen 13 9. Filmpjes 14 Pluskaarten
Nadere informatieHet klimaat. Tip. Gebruik kleine bekers, dan heb je minder klei nodig.
Het klimaat GROEP 5-6 47 65 minuten 1, 23, 42 en 50 Zet voor de activiteit Verandert de waterspiegel? de bekers, de schoteltjes, de klei en de kannen water klaar. Maak een dag van tevoren ten minste 12
Nadere informatieDansende rozijnen. Ruben Bouwsma & Roshano Dewnarain
Dansende rozijnen Ruben Bouwsma & Roshano Dewnarain Klas: V4b Begeleider: Dhr. M. Wijnhold Vak: Natuur, Leven, Techniek Datum: 25-9-2017 1 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Het doel... 2 Het rozijnenpracticum...
Nadere informatieWATER. station 1. com. N Werkblad
WATER station 1 Je hebt nodig: een emmer gevuld met water en de verschillende materialen uit de lijst. Leg de voorwerpen individueel in het water en controleer of ze aan het oppervlak drijven of onder
Nadere informatie6. Oplossingen - Concentratie
6. Oplossingen - Concentratie 1. Opgeloste stof Oplosmiddel Oplossing Een oplossing is een homogeen mengsel (oplossing) van een vloeistof (oplosmiddel of solvent) en een (of meer) andere stoffen (opgeloste
Nadere informatieDeel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test.
Bereiding en eigenschappen van CO 2 Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. 1.1 Onderzoeksvraag Hoe kunnen we CO 2 aantonen? 1.2 Mogelijke hypothesen 1.2.1 Geen interactie: Er vormt zich
Nadere informatieScheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie
1.2 Twee of meer atoomsoorten samen vormen een molecuul : bouwsteen die bestaat uit twee of meer atomen Atoom : bouwsteen van een molecuul Stoffen Zuivere stoffen Elementen: stoffen waarvan de bouwstenen
Nadere informatieDeel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ...
Deel 5: Druk 5.1 Het begrip druk 5.1.1 Druk in het dagelijks leven We kennen druk uit het dagelijks leven:............................................................. Deel 5: Druk 5-1 5.1.2 Proef a) Werkwijze:
Nadere informatieHoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door Maas 1255 woorden 26 mei 2017 6,4 19 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Scheikunde Paragraaf 2 Veiligheidsregels laboratorium : 1. 2. 3. 4.
Nadere informatieDichtheid. banner. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.
banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Sonja Koitek 03 september 2018 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/109161 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs
Nadere informatieWarmteleer van gebouwen
Activiteitsfiche 50 min Materiaal 1 radiator of 1 kookplaat* 1 papieren spiraal die aan een touwtje hangt 1 theelichtje (en 1 aansteker*) 1 geleidingsster 1 laserthermometer 1 tabel met betrekking tot
Nadere informatie... Lesfiche. Experimentjes met planten. graad 1, 2 en 3
Lesfiche Experimentjes met planten graad 1, 2 en 3 Wist je dat planten net als ons drinken, eten, zweten en ademen? En dat zaadjes geen licht nodig hebben om te ontkiemen? Via deze leuke experimentjes
Nadere informatieWet van Archimedes. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur P.J. Dreef Laatst gewijzigd Licentie Webadres 08 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/89831 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieInhoud inhoud blz. 1. Alles over ijs 2. Het water bevriest 3. IJspegels en ijsbloemen 4. Neerslag 5, Kunstijs 6. De polen 7.
IJs Inhoud inhoud blz. 1. Alles over ijs 3 2. Het water bevriest 4 3. IJspegels en ijsbloemen 5 4. Neerslag 6 5, Kunstijs 7 6. De polen 8 7. De gletsjer 9 8. De ijsberg 10 9. Sporten op ijs 11 10. IJsweetjes
Nadere informatieSheet 2: Bekijk met de kinderen de tussenstand van Afval the Game op Instagram en/of Facebook. Hoe gaat het bij de kinderen met inzamelen?
Afval the Game Docentenhandleiding les 2 Duur Voor deze les hebt u ongeveer 80 minuten nodig. Leerdoelen De kinderen hebben in de vorige les geleerd dat het belangrijk is om plastic te scheiden, zodat
Nadere informatie2 VWO 2 HAVO Oefenstof dichtheid.
(1 liter = 1 dm 3 ) (1 ml = 1 cm 3 ) (1 m 3 = 1000 dm 3 ) (1 dm 3 = 1000 cm 3 ) ( 1 kg = 1000 g) (1 g = 1000 mg) 1. Bepaal de massa van een vurenhouten balk met een volume van 70 dm 3. V = 70 dm 3 ρ =
Nadere informatie