Kadernota Parkeren

Transcriptie

1 Kadernota Parkeren Datum: 5 september 2012 Vastgesteld door de gemeenteraad: 15 oktober 2012

2 Inhoud Pagina 1 Inleiding Aanleiding en doelstelling Proces Criteria Kadernota Structuur kadernota en leeswijzer 6 2 Kader parkeerbeleid Trends en ontwikkelingen Basisvisie parkeren Beleidslijnen parkeerbeleid 8 3 Parkeernormen Inleiding Parkeernormering Juridisch kader parkeernormen Toepassing van de parkeernormen Bepalen parkeervraag Parkeeraanbod Regels bij toepassing parkeernormen Parkeervraag is meer dan parkeeraanbod in ontwikkeling Parkeerfonds / afkoopregeling 20 4 Parkeren bij scholen 22 5 Parkeren grote voertuigen 25 6 Parkeerregulering 27 7 Gehandicaptenparkeren 31 8 Elektrische oplaadpunten 33 9 Fietsparkeren Parkeren in woonwijken Routering en bewegwijzering 41 Bijlage 1: Parkeernormen 43 Bijlage 2 : Besluiten grote voertuigen 44

3 Bijlage 3 : Norm fietsvoorzieningen 46

4 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doelstelling De leefbaarheid van de kernen staat zowel in het raads- als collegeprogramma voorop. Mobiliteit is voor mensen een essentieel onderdeel van de beleving van leefbaarheid. Parkeren is een essentieel onderdeel van mobiliteit, de gemeente Halderberge moet goed bereikbaar zijn voor haar burgers en bezoekers van de gemeente. Dit wil zeggen dat gestreefd dient te worden naar een hoogwaardige kwaliteit van parkeer- en fietsvoorzieningen. De gemeente Halderberge heeft drie eerdere beleidsdocumenten met betrekking tot parkeren: De nota Parkeerbeleid van de gemeente Halderberge is vastgesteld in december 2004; Naast het parkeerbeleid is in 2006 de Parkeerstudie pilots opgesteld, waarin vooral ingegaan werd op ontwikkelingen in het centrumgebied van Oudenbosch; Tenslotte is in het Verkeerstructuurplan voor (vastgesteld in oktober 2009) ook voor een gedeelte parkeren opgenomen. Verder zijn er naast de beleidsdocumenten verschillende zwevende beleidsuitgangspunten en -regels van kracht: Parkeren van grote voertuigen Gehandicaptenparkeren Elektrische oplaadpunten De kaders voor het huidige parkeerbeleid stammen uit 2004 en een aantal beleidsregels zijn min of meer van kracht, maar zijn nooit nader uitgewerkt. Sindsdien hebben er diverse ontwikkelingen plaatsgevonden binnen en buiten de gemeente Halderberge die van invloed zijn op het gemeentelijke parkeerbeleid. Zo zijn er onder andere ruimtelijke ontwikkelingen opgestart of in de tussentijd gerealiseerd ( Pilots ). Daarnaast zijn er landelijke trends, zoals het stijgende autobezit en de opmars van de elektrische auto. Probleemstelling De gemeente Halderberge gebruikt de huidige parkeerbeleidsdocumenten en -regels voor het oplossen van parkeervraagstukken. Doordat er op dit moment geen integraal beleidsdocument is, zorgt dit intern en extern voor verwarring. Ook moeten de vigerende beleidsregels geactualiseerd worden in het licht van ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden of gaan plaatsvinden. Doelstelling

5 Doel van deze kadernota parkeren is het parkeren de aandacht te geven die het verdient. Parkeren is een essentieel onderdeel van de verplaatsingsketen, en daarnaast essentieel voor de kwaliteit van de leefomgeving, het woongenot en het succes van nieuwe ontwikkelingen. Met dit document wordt het parkeren integraal neergezet. Deze kadernota fungeert ook als normenkader en toepassingsrichtlijn richting externe partijen (projectontwikkelaars, adviesbureaus), woningbouwverenigingen, makelaars, etc.). 1.2 Proces Bij het vormgeven van de kadernota parkeren is gekozen om het proces op drie manieren in te steken. Als eerste is gekozen om een literatuurstudie te doen in de al bestaande nota s en regelingen. Deze bestaande nota s en regelingen bevatten duidelijke uitgangspunten, beleidslijnen en actiepunten, en kunnen op deze manier in het beleidsplan opgenomen worden. Indien nog niet voorzien is in de driedeling van uitgangspunten, beleidslijnen en actiepunten worden deze uit bestaande stukken gefilterd en geformeerd. Al bij de start van het proces naar een parkeerbeleidsplan is er continu communicatie met de gemeenteraad van Halderberge geweest. Daarnaast heeft er een participatiefase plaatsgevonden waarin aan diverse organisaties is gevraagd om hun input op deze kadernota parkeren te leveren. In deze vorm van burgerparticipatie zijn o.a. ondernemersverenigingen, basisscholen, seniorenraad, VVN, raadsleden en burgers geraadpleegd. Met de bevindingen uit de burgerparticipatie is zo een integrale kadernota voor parkeren opgesteld. 1.3 Criteria Kadernota Om de doelstelling te bereiken en zo uiteindelijk een kadernota voor parkeren neer te zetten heeft een kaderstelling plaatsgevonden. De criteria van deze kadernota zijn als volgt: Deze kadernota is een integraal document voor het parkeren in de gemeente Halderberge. Naast beleidsdocument fungeert de kadernota ook als werkdocument voor parkeren, als toetsingskader voor nieuwe ontwikkelingen en parkeervraagstukken. Het nieuwe document wordt opgebouwd naar diverse beleidslijnen. Met deze beleidslijnen wordt het kader van parkeren in de gemeente Halderberge beschreven. Na vaststelling dient de kadernota digitaal opvraagbaar te zijn via de website van de gemeente, zodat het voor iedereen toegankelijk is.

6 De planhorizon van het beleidsdocument is vastgelegd t/m Na verloop van tijd wordt bezien of het parkeerbeleid nog functioneert en actueel genoeg is. Het belang van het parkeerbeleid is groot. Parkeren vormt een essentieel onderdeel voor de kwaliteit van de leefomgeving, woongenot en het succes van ontwikkelingen. Het parkeerbeleid vormt de basisuitgangspunten voor zowel intern als extern gebruik. In voorkomende situaties, zoals bij verpaupering en het optimaliseren van de ruimtelijke kwaliteit kan het college van B&W afwijken van het parkeerbeleid. Bij het opstellen van het parkeerbeleid is participatie een essentieel onderdeel geweest. Betrekken van belangenpartijen, ondernemers en gemeenteraad heeft plaatsgevonden in het proces, waarbij aansluiting is gezocht bij het beleid in het kader van burgerparticipatie. 1.4 Structuur kadernota en leeswijzer In dit document worden de beleidslijnen van de kadernota verder uiteengezet. Per beleidslijn worden trends en ontwikkelingen gesignaleerd die de laatste jaren hebben plaatsgevonden of mogelijk de komende jaren gaan plaatsvinden. Per beleidslijn wordt aangegeven wat de visie van de gemeente Halderberge is. Ook wordt voor sommige aspecten van parkeren concreet omschreven hoe om te gaan met verzoeken en ontwikkelingen. Daarom fungeert dit parkeerbeleidsplan tevens als werkdocument voor de gemeente en fungeert het als informatiedocument richting externe partijen. In hoofdstuk 2 zijn de algemene ontwikkelingen en trends van het parkeren benoemd en worden de beleidslijnen toegelicht. Daarnaast wordt de basisvisie van de gemeente Halderberge ten opzichte van parkeren beschreven. Dit hoofdstuk schetst in feite het kader van het parkeerbeleid. De daaropvolgende hoofdstukken behandelen achtereenvolgens de volgende beleidslijnen: Hoofdstuk 3: Parkeernormen Hoofdstuk 4: Parkeren bij scholen Hoofdstuk 5: Vrachtwagenparkeren Hoofdstuk 6: Parkeren in woonwijken Hoofdstuk 7: Gehandicaptenparkeren Hoofdstuk 8: Elektrische oplaadpunten Hoofdstuk 9: Fietsparkeren Hoofdstuk 10: Parkeerregulering Hoofdstuk 11: Routering en bewegwijzering

7 2 Kader parkeerbeleid 2.1 Trends en ontwikkelingen In de afgelopen jaren zijn in de gemeente Halderberge diverse gebieden ontwikkeld of herontwikkeld. Daarnaast zijn er nog enkele gebieden in ontwikkeling (onder andere Tivoli, centrumgebied Hoeven). De ruimtelijke ontwikkelingen hebben gezorgd voor een verhoogde vraag naar parkeervoorzieningen in de gemeente Halderberge. Daarnaast zullen er in de toekomst verdere ontwikkelingen plaatsvinden (bijvoorbeeld centrumgebied OudGastel). Een toename van mobiliteit en een groeiend autobezit is een huidige trend. Een trend die zich waarschijnlijk de aankomende jaren doorzet, ook de economische crisis en hogere brandstofprijzen veranderen deze trend niet. Mobiliteit is in onze huidige tijd een gegeven, en maakt elke Nederlander hier gebruik van. We werken steeds minder in de plaats waar we wonen, zoals voorheen wel het feit was. Een hoger autobezit betekent dat meer parkeerplaatsen noodzakelijk zijn, terwijl deze niet altijd beschikbaar zijn in de ruimte. De bereikbaarheid en doorstroming hebben weer impact op de luchtkwaliteit, en zorgt tegelijkertijd voor een toe- of afname van geluidhinder. Ook in Halderberge zijn deze trends te merken in het parkeerbeeld. Parkeren heeft met al deze veranderingen te maken. Nederland kent veel bereikbaarheidsproblemen doordat er teveel één vervoersvorm gebruikt wordt, namelijk de auto. Voor al die auto s zijn wegen nodig maar ook veel parkeerruimte. Files, luchtverontreiniging, aantasting van leefbaarheid en verkeersonveiligheid zijn negatieve effecten, waar Nederland afspraken over heeft gemaakt en een opgave zijn voor de gemeente. Opgaven die niet perse opgelost kunnen worden met nog meer wegen en parkeerplaatsen. Die zijn duur en vaak omstreden, en binnen de bestaande ruimte is niet voldoende ruimte daarvoor. Een hoopvolle trend is de opkomst van elektrisch vervoer. Dit biedt kansen op een duurzaam parkeerbeleid, omdat elektrisch vervoer beter is voor het milieu. In Halderberge is reeds een start gemaakt? de mogelijkheden voor elektrisch vervoer te bieden. Met de bovengenoemde trends en ontwikkelingen in het achterhoofd heeft de gemeente Halderberge een integraal parkeerbeleidsplan opgesteld wat de kwaliteit van parkeren in de integrale leefomgeving waarborgt en zo mogelijk verbeterd. 2.2 Basisvisie parkeren Verplaatsen is alleen zinvol als je ook stil kunt staan. Met parkeren stuurt de gemeente Halderberge op bereikbaarheid, kwaliteit van openbare ruimte, en dus ook op leefbaarheid en economische vitaliteit. Halderberge zet het onderwerp duidelijk in het grotere geheel van

8 onder andere strategie en beleid, verkeer, projectontwikkeling en ontwerp. Dit integrale parkeerbeleidsplan kent een tal van aspecten. In dit plan zijn de onderwerpen geactualiseerd en toekomstvast gemaakt. De belangrijkste beleidslijnen van de gemeente Halderberge is in deze basisvisie samengevat. De parkeernormen zijn door de gemeente Halderberge geactualiseerd, zodat ontwikkelingen een toekomstvast parkeeraanbod kennen. Alle ontwikkelingen dienen in principe voldoende parkeergelegenheid binnen de plangrenzen van de ontwikkeling te realiseren (norm = norm), zeker nieuwbouwprojecten. Indien er sprake is van herontwikkeling of verpaupering kan gebruik gemaakt worden van een afkoopregeling (beslissingsbevoegdheid bij college). Het parkeren rondom de scholen is een veelbesproken aandachtspunt. De gemeente Halderberge besteedt daar extra aandacht aan. Met de scholen gaat de gemeente Halderberge om tafel om een goede verkeerssituatie te creëren. Allereerst wordt daarbij ingezet op duurzame vervoerswijzen, dan op educatie, en tenslotte om andersoortige maatregelen (infrastructurele maatregelen). De ontwikkelingen van de brede scholen bieden kans om goede verkeerssituaties te creëren. Om de parkeersituatie te verbeteren is op enkele plaatsen parkeerregulering denkbaar. Met name de winkelgebieden komen voor regulering in aanmerking. Voor het invoeren van betaald parkeren is geen draagvlak, daarom zet de gemeente Halderberge in eerste instantie hier niet op in. Het invoeren van een parkeerschijfzone heeft de voorkeur, voor het succesvol invoeren van een parkeerschijfzone is wel een BOA (Buiten gewoon ambtenaar) vereist. De gemeente Halderberge wil zorgen dat er een BOA aangesteld wordt. De gemeente Halderberge heeft het beleidsvoornemen het gebruik van de fiets te stimuleren. Als de fiets meer gebruikt wordt, kan het autogebruik ook verminderen waardoor er ook een verlichting van de parkeerdruk ontstaat. Integraal wordt de leefomgeving door goede fietsvoorzieningen dus voor alle vervoermiddelen aantrekkelijker. Het parkeren in woonwijken wordt als gevolg van het toenemende autobezit steeds lastiger. Met passende maatregelen wil de gemeente Halderberge waar mogelijk de problematiek verhelpen. Hiervoor is het voornemen een beperkt budget ( ,-- ) per jaar beschikbaar te stellen. 2.3 Beleidslijnen parkeerbeleid Bij het parkeerbeleidsplan komen tal van aspecten aan bod. Deze aspecten zijn in het parkeerbeleidsplan verder uitgewerkt in beleidslijnen, die al kort geïntroduceerd zijn in de leeswijzer.

9 Figuur 2.1: beleidslijnen parkeren Parkeernormen De parkeernormen van de gemeente Halderberge dateren uit 2004 en dienen geactualiseerd te worden. Op basis van nieuwe CROWkencijfers is een geactualiseerde norm neergezet, waarbij ook meer functies zijn meegenomen om zo goed mogelijk de parkeervraag van nieuwe ontwikkelingen te kunnen inschatten. Daarnaast is de gebiedsindeling opnieuw onder de loep genomen. Tenslotte is in dit parkeerbeleidsplan getracht helder uiteen te zetten hoe de normering dient te worden toegepast. Parkeren bij scholen De parkeersituatie in de woonbuurten en bij scholen is een gehoord knelpunt de afgelopen jaren en krijgt daarom ook bijzondere aandacht in het Parkeerbeleidsplan. Parkeren grote voertuigen Het parkeren van vrachtauto s in woongebieden zorgt voor onveilige situaties. Het is dan ook niet wenselijk dat vrachtauto s daar parkeren. De bestaande beleidsregel hiervoor is in dit beleidsplan opgenomen. Regulering Om grip te houden op het gebruik van parkeerplaatsen is in de meeste gevallen geen regulering nodig. Toch zijn er gebieden en locaties waarbij het wenselijk is de verschillende doelgroepen te scheiden. Ook heeft de laatste jaren de discussie gespeeld rondom parkeerregulering (met name voor het centrumgebied van Oudenbosch). In dit beleidsplan wordt de visie van de gemeente Halderberge voor de komende jaren neergezet. Correct parkeergedrag is nodig om de parkeervoorzieningen optimaal te benutten. Controle en handhaving zijn van cruciaal belang voor het slagen van parkeerregulering. Routering en bewegwijzering

10 Een goede route en verwijzing naar parkeervoorzieningen is belangrijk voor de bereikbaarheid van voorzieningen en gaat zoekverkeer tegen. Het centrumgebied van Oudenbosch kent in de huidige situatie een parkeerroute. Om deze reden is ook een beleidslijn voor de routering en bewegwijzering van parkeervoorzieningen opgenomen. Parkeren in woonwijken Door het toenemende autogebruik neemt ook de parkeerdruk in de woonwijken toe. Een voorbeeld hiervan in Halderberge is de wijk Pagnevaart in Oudenbosch. Dit is een risico voor de leefomgeving. In het parkeerbeleidsplan is het dus cruciaal een aanpak te hebben voor de knelpunten van het parkeren in woonwijken. Gehandicaptenparkeren Een goede leefomgeving moet voor iedereen toegankelijk zijn. Daarbij horen voorzieningen voor gehandicapten. Fietsvoorzieningen Naast het parkeren voor auto s moet het ook voor het klassieke vervoermiddel de fiets mogelijk zijn voorzieningen te bereiken. Wanneer de fietsvoorzieningen goed zijn, wordt het aantrekkelijker om de fiets te gebruiken, deze ontwikkeling kan dan weer leiden tot een verlichting van de parkeerdruk. Dit past bij een integraal beleidsplan en daarom zijn fietsvoorzieningen ook opgenomen in het parkeerbeleidsplan. Oplaadpunten Het elektrische vervoer is sterk in opkomst. Oplaadpunten zijn cruciaal bij parkeervoorzieningen voor elektrisch vervoer. Oplaadpunten vergroten de bereikbaarheid van elektrisch vervoer. Om een stap te kunnen zetten in de toekomst van vervoer heeft de gemeente Halderberge oplaadpunten in het parkeerbeleidsplan opgenomen.

11 3 Parkeernormen 3.1 Inleiding De huidige normering van de gemeente Halderberge blijkt op een aantal plaatsen niet meer actueel te zijn en niet altijd voldoende om te kunnen voorzien in de toekomstige parkeervraag (die als gevolg van het toenemende autobezit is gestegen). Om te kunnen zorgen dat toekomstige ontwikkelingen qua parkeervraag zijn voorbereid op de toekomst heeft een actualisatie van de parkeernormen plaatsgevonden. Allereerst zijn de normen waar nodig licht naar boven bijgesteld (circa 0,1 a 0,2 parkeerplaats), omdat als gevolg van het toenemende autogebruik er ook meer parkeervraag komt. Ook is het aantal functies dat opgenomen is in de parkeernormering uitgebreid, zodat meer specifiek voor ontwikkelingen de juiste parkeervraag bepaald kan worden. De in bijlage 1 opgenomen parkeernormen zijn van toepassing na vaststelling van deze kadernota. De normen zijn gebaseerd op de meest recente landelijke kencijfers (CROW, juli 2012) Dit parkeerbeleidsplan fungeert ook als communicatiemiddel naar externe partijen (bijvoorbeeld de woningbouwverenigingen en de projectontwikkelaars). Externe partijen kunnen met dit hoofdstuk en bijlage 1 bepalen hoeveel parkeerplaatsen zij dienen te realiseren. Om deze reden wordt ook nader toegelicht hoe de parkeernormen toegepast dienen te worden. In dit hoofdstuk kan gelezen worden hoe bij ontwikkelingen de parkeernorm toegepast moet worden. In principe is de eis dat aan de norm voldaan moet worden. 3.2 Parkeernormering De nieuwe parkeernormering is gebaseerd op de meest actuele kencijfers van het CROW. Uit deze kencijfers komt naar voren dat de vraag naar parkeerplaatsen mede wordt bepaald door de locatie en het aanbod en de kwaliteit van andere vervoerswijzen. Per ontwikkeling moet binnen het plangebied worden voorzien in het aantal parkeerplaatsen volgens parkeernorm. In deze paragraaf wordt de indeling van gebieden en de normen die daarbij horen verder toegelicht. Functies in een centrumgebied hebben een lagere parkeervraag dan functies op andere locaties in de kom. Dit komt doordat er alternatieve vervoerswijze voor de auto aanwezig zijn (fiets- en openbaar vervoer). Naarmate een locatie verder van een centrumgebied is gelegen neemt het aanbod en de kwaliteit van de autoalternatieven af en neemt daarmee de behoefte aan parkeervoorzieningen toe. Deze bevinding is voor het CROW aanleiding geweest om voor de parkeerkencijfers een indeling te maken in:

12 Centrum Schil/ overloopgebied Rest bebouwde kom De CROW indeling is voor een deel toepasbaar voor de gemeente Halderberge. Om deze reden is de gemeente Halderberge verder onderverdeeld in deelgebieden. Alleen voor het centrumgebied van Oudenbosch geldt dat duidelijk de aanwezigheid van alternatieve vervoerwijzes de parkeervraag vermindert. Voor het centrumgebied van Oudenbosch geldt dat een substantieel aantal van de bezoekers van het centrumgebied met andere vervoerswijzes kan komen. De mate van openbaar vervoer aanbod (bus en trein) is voor de stedelijkheidsgraad (weinig stedelijk) bovengemiddeld. In de parkeernormering wordt daarom uitgegaan van de volgende driedeling in parkeernormen: Centrumgebied Oudenbosch (gebied A) Overig kern Oudenbosch (gebied B) Overig gemeente Halderberge (gebied C: Bosschenhoofd, Hoeven, Oud Gastel en Stampersgat, industriegebied Borchwerf) Figuur 3.1: gebiedsindeling parkeernormering (zie ook bijlage 1)

13 3.3 Juridisch kader parkeernormen Het juridisch kader van de geactualiseerde parkeernormen is als volgt: Na vaststelling van dit parkeerbeleidsplan voor de gemeente Halderberge zijn de hierin beschreven parkeernormen voor de gemeente Halderberge van toepassing op alle toekomstige ruimtelijke plannen en projecten. Ook is de parkeernormering van toepassing op het Halderbergse deel van industrieterrein Borchwerf. Bestemmingsplannen Na vaststelling van de parkeernormering kan in de voorschriften van de nieuwe bestemmingsplannen verwezen worden naar deze parkeernormen. In het bestemmingsplan moet dan worden verwezen naar de parkeernormering, met vermelding van de vaststellingsdatum. In het bestemmingsplan dient uiteen gezet te worden op welke wijze de nota parkeernormering is toegepast in het bestemmingsplan. In speciale gevallen kan in bestemmingsplannen worden afgeweken van de vastgestelde parkeernormering; alleen het college van B&W van de gemeente Halderberge kan hiertoe beslissen. Indien in een bestemmingsplan geen parkeernormen zijn opgenomen, is de bouwverordening van toepassing. Vanuit de burgerparticipatie is aangegeven dat afwijken van de parkeernormen in principe alleen mogelijk is bij ontwikkelingen die verpaupering tegengaan of bij herontwikkelingen. Gebruik parkeergarages Wanneer bij nieuwe woningen een parkeergarage of niet- openbare parkeerplaatsen worden gerealiseerd, moet met de bewoners een overeenkomst ondertekend worden dat de aangewezen parkeerplaatsen afgenomen worden. Daarnaast kan parkeerregulering helpen in de omgeving om het gebruik van de parkeergarages af te dwingen. Zodoende kan voorkomen worden dat nieuw gerealiseerde parkeerplaatsen niet gebruikt worden omdat de bewoners gebruik maken van de openbare parkeerplaatsen (en daarmee ook de parkeerdruk op de openbare ruimte verzwaren. 3.4 Toepassing van de parkeernormen Bij het toepassen van de parkeernormen zullen de relevante afdelingen binnen de gemeente nauw moeten samenwerken. Uitgangspunt is een uniforme en effectieve toepassing van de normen zodat de gemeente richting initiatiefnemers een eenduidig en helder kader naar voren kan brengen. Het toepassen van de parkeernormen

14 vraagt dan ook om een integrale benadering. Elke vakafdeling toetst het initiatief op het relevante gemeentelijke beleid en regelgeving. Het grote voordeel van deze manier van werken is de onderlinge afstemming en informatie-uitwisseling tussen de verschillende afdelingen op alle relevante thema s. Bovenal wordt door deze werkwijze een uniforme toetsing gewaarborgd. Naast de gemeente kan een ontwikkelaar ook zelf de noodzakelijke parkeercapaciteit bepalen, alvorens de ontwikkelaar naar de gemeente stapt. Dit hoofdstuk geeft een handvat hoe de noodzakelijke parkeercapaciteit bepaald kan worden Bepalen parkeervraag Allereerst moet bepaald worden in welk gebied de ontwikkeling plaatsvindt. De voor het gebied specifieke norm dient gehanteerd te worden. Aan de hand van de omvang kan bepaald worden hoe groot de parkeervraag is. De parkeernormering en gebiedsindeling is te vinden in bijlage 1. Het principe geldt dat minimaal aan de parkeernorm voldaan moet worden. Indien er op een locatie woningen of bedrijven gesloopt worden en op dezelfde locatie nieuwbouw wordt gepleegd, dan wordt eerst bepaald wat het gesloopte- of te slopen pand voor parkeerbehoefte heeft. Deze parkeerplaatsen zullen deels op eigen terrein en deels in openbaar gebied aanwezig zijn. De eigen terrein plaatsen zijn vaak eenvoudig te tellen, maar de openbare parkeerplaatsen niet. Deze volgen dus uit de berekening van de oude parkeerbehoefte minus de eigen terrein plaatsen. Vervolgens wordt bepaald wat de nieuwbouw aan parkeerbehoefte genereert. Het verschil tussen de parkeerbehoefte van de oudbouw en nieuwbouw (volgens de parkeernorm) bepaalt de te realiseren hoeveelheid parkeerplaatsen. De te realiseren hoeveelheid parkeerplaatsen dienen binnen het plangebied van de ontwikkeling gerealiseerd te worden. De parkeerplaatsen kunnen op verschillende manieren in een ontwikkeling gerealiseerd worden. Bij woonwijken kan een oprit bijvoorbeeld ook parkeergelegenheid bieden Parkeeraanbod Om te bepalen wat het parkeeraanbod van een plan is, zijn regels opgesteld. Het aanwezige parkeeraanbod op eigen terrein (garage, oprit) wordt niet altijd uniform vastgesteld. Soms wordt een garage als een volwaardige of halve parkeerplaats meegeteld bij het opstellen van de parkeercheck of parkeerbalans, soms helemaal niet. De mate waarin met name garages worden meegeteld bepaalt weer of een norm ruim wordt geïnterpreteerd of juist krap. Het niet meetellen van een garage kan worden gezien als een verkapte verhoging van de parkeernorm.

15 Het berekenen van het juiste parkeeraanbod in het berekenen van de norm is erg belangrijk. In tabel 3.2 is een overzicht van parkeervoorzieningen opgenomen met een indicatieve factor voor het bepalen van het aantal parkeerplaatsen bij woningen.

16 Parkeervoorziening Theoretisch berekeningsaantal Opmerking aan- tal Enkele oprit zonder garage 1 0,8 oprit min. 5,0 meter diep en 2,5 meter breed Lange oprit zonder garage of carport 2 1,0 oprit min. 10,0 meter diep en 2,5 meter breed Dubbele oprit zonder garage 2 1,7 oprit min. 5,0 meter diep en 4,5 meter breed Garage zonder oprit (bij woning) 1 0,4 garage min. 5,0 meter diep en 2,80 meter breed Garagebox (niet bij woning) 1 0,5 garage min. 5,0 meter diep en 2,80 meter breed Garage met enkele oprit 2 1,0 oprit min. 5,0 meter diep en 2,5 meter breed Garage met lange oprit 3 1,3 oprit min. 10,0 meter diep en 2,5 meter breed Garage met dubbele oprit 3 1,8 oprit min. 5,0 meter diep en 4,5 meter breed Parkeervak/ parkeerplaats 1 1 Parkeren op de rijbaan 1 1 Per 6 meter aaneengesloten trottoirband zonder inritten 1 parkeerplaats Tabel 3.2: Rekenfactoren parkeervoorzieningen bij woningen Voor parkeergarages met grotere capaciteit (bijvoorbeeld onder appartementencomplex) gelden dezelfde rekenregels als die in tabel 3.2 staan vermeld. Bij parkeergarages zonder fysieke scheiding tussen de parkeerplaatsen kunnen de parkeerplaatsen wel volledig meegerekend worden. Zijn de plaatsen wel fysiek van elkaar gescheiden en ontstaan daardoor eigenlijk garageboxen, dan worden deze plaatsen meegerekend voor 0,5 parkeerplaats.

17 3.4.3 Regels bij toepassing parkeernormen Gedeelte van de parkeerplaatsen moet openbaar blijven Er moet afgedwongen worden dat (een deel van) de gerealiseerde parkeerplaatsen openbaar toegankelijk moet blijven. Dit om te voorkomen dat bezoekers geen gebruik kunnen maken van de private parkeerplaatsen. De openbaar toegankelijke parkeerplaatsen kunnen niet zomaar aan de openbaarheid worden onttrokken. Een gedeelte van de gerealiseerde parkeerplaatsen binnen het plangebied van een ontwikkeling blijft dus altijd openbaar (en het toe te staan dat er minder parkeergelegenheid dan de parkeernorm gerealiseerd wordt.) Verplicht gebruik parkeerplaatsen Wanneer bij de realisatie van parkeervoorzieningen op eigen terrein, zeker in centrumgebieden, niet wordt verplicht de gerealiseerde parkeervoorzieningen te gebruiken, bestaat het risico dat openbare parkeerplaatsen worden gebruikt. Doordat bewoners of eigenaren bijvoorbeeld de huur of koop van de parkeervoorzieningen te duur vinden, zullen zij uitwijken naar openbare parkeergelegenheden. Dit gaat ten koste van de openbare parkeergelegenheid, en levert problemen op voor bestaande woningen, winkels en voorzieningen. Daarom moeten bij de verkoop of huur van woningen de daarbij behorende parkeerplaatsen daaraan gekoppeld worden, zodat geen druk op de openbare parkeerplaatsen ontstaat en voorkomen wordt dat de parkeerplaatsen op eigen terrein leeg staan. Acceptabele loopafstanden De locatie van parkeerplaatsen ten opzichte van de bestemming is afhankelijk van acceptabele loopafstanden. Hoe verder er van de bestemming geparkeerd moet worden hoe meer foutparkeren er zal zijn. In de realisatie van plannen dienen de acceptabele loopafstanden gehandhaafd te worden. De acceptabele loopafstanden kunnen ook gehanteerd worden om parkeerdruksituaties in gebieden te beoordelen (zie hoofdstuk 10). Functie Woning (eerste auto) Woning (tweede auto) Werknemer (detailhandel/kantoor) Winkelbezoeker centrum (winkelen) Winkelbezoeker centrum (boodschappen) Cultureel en maatschappelijke functies Gezondheidszorg Acceptabele loopafstand 100 meter 200 meter 300 meter 200 meter (tot ingang kernwinkelgebied) 100 meter 300 meter 100 meter Tabel 3.3: Acceptabele loopafstanden Oudenbosch

18 Gebiedsgerichte aanpak Uitgangspunt bij de toepassing van de parkeernormen is een gebiedsgerichte aanpak. De ervaring leert dat veel bestaande parkeerproblemen zijn veroorzaakt doordat juist niet gekozen is voor een gebiedsgerichte aanpak. In plaats van afzonderlijke functies te beschouwen wordt de parkeervraag van verschillende functies met elkaar in verband gebracht. Een gebiedsgerichte aanpak kan leiden tot een efficiëntere benutting van parkeercapaciteit. Het kan bijvoorbeeld mogelijk zijn dat dubbelgebruik mogelijk is. Bij een gebiedsgerichte aanpak moet rekening worden gehouden met bestaande aanwezige parkeercapaciteit en/ of parkeerdruk. Een parkeerbalans is een goed instrument om de benodigde parkeerruimte in een gebied te achterhalen en/ of te prognosticeren, en hiermee een gebiedsgerichte aanpak te hanteren. Voor het opstellen van een parkeerbalans dienen de volgende stappen te worden doorlopen: - afbakening van het onderzoeksgebied en het gebied opdelen in deelgebieden; - bepalen parkeernormen; - inventarisatie parkeervraag- aanbod; - berekening van het benodigd aantal parkeerplaatsen, hierbij wordt rekening gehouden met mogelijkheden van dubbelgebruik; - bepalen van de (on)balans. Voor de centrumgebieden van de kernen is een dergelijke parkeerbalans reeds toegepast. Wanneer er in de centrumgebieden nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden, moet de parkeervraag op eigen terrein gerealiseerd worden. Daarnaast moet ook de parkeerbalans worden toegepast om het effect van het parkeeraanbod in het gebied te bepalen. In dit kader wordt ook verzocht aan ontwikkelaars bij nieuwe ontwikkelingen in de centrumgebieden te zoeken naar de uitbreiding van de parkeercapaciteit. Bijzondere functies en vrachtwagenparkeerplaatsen Wanneer er sprake is van het bepalen van de parkeervraag van een bijzondere functie, die niet onder een in de opgenomen parkeernormen valt, is het mogelijk om maatwerk toe te passen. In overleg met de afdeling werken van de gemeente Halderberge wordt bepaald welke norm nodig is voor de functie. Dit wordt ook toegepast voor het bepalen van het aantal parkeerplaatsen voor vrachtwagens bij bedrijven. Het blijft noodzakelijk dat de parkeervoorzieningen op eigen terrein worden gerealiseerd.

19 3.4.4 Parkeervraag is meer dan parkeeraanbod in ontwikkeling In principe dient de norm altijd gehanteerd te worden als minimum aantal parkeerplaatsen in een ontwikkeling. Dit aantal moet binnen het plangebied gerealiseerd worden. Indien dit niet haalbaar is, bestaat er voor het college van B&W de mogelijkheid de ontwikkeling (en het parkeervraagstuk) ter afweging te nemen. Indien niet kan worden voldaan aan de parkeervraag, is er de mogelijkheid te bezien of in de nabijheid van de ontwikkeling toch voldoende parkeeraanbod kan worden gevonden om toch de parkeervraag te kunnen faciliteren. Wanneer de parkeervraag niet kan worden voorzien zal de gemeente Halderberge de afkoopregeling toepassen. Parkeren in de nabijheid Wanneer niet binnen het plangebied voldoende parkeervoorzieningen kunnen worden gerealiseerd, moet bekeken worden of dit in de nabijheid wel mogelijk is. Het realiseren van minder parkeerplaatsen op eigen terrein dan de parkeernorm voorschrijft wordt met het oog op het afwentelen van parkeerproblemen op de openbare ruimte niet toegestaan, tenzij aantoonbaar is dat nu en in de toekomst er op de openbare weg in de directe omgeving van de functie (zie acceptabel loopafstanden) voldoende parkeercapaciteit beschikbaar is om in de parkeervraag te kunnen voorzien. In deze afweging speelt het effect op de kwaliteit van het openbare gebied in relatie tot het eventueel aanleggen van extra parkeerplaatsen in de openbare ruimte een grote rol. Het parkeerbeleid is gericht op de ruimtelijke kwaliteit van het openbaar gebied en het verhogen van de leefbaarheid. Het stimuleren van meervoudig gebruik (van private parkeerplaatsen) en gebouwde voorzieningen dragen hier aan bij. Bij het zoeken van parkeergelegenheid op openbaar terrein mag dan ook gekeken worden naar mogelijk dubbelgebruik. Met name voor ontwikkelingen in het centrum van Oudenbosch is er niet aan te ontkomen dat parkeren niet altijd op het eigen terrein kan worden gerealiseerd en dat naar parkeren in de nabijheid moet worden gezocht. In eerste instantie moet de ontwikkeling haar parkeervraag altijd binnen het plangebied realiseren, daarna kan het college een beslissing nemen de parkeervraag eventueel elders te realiseren (met een afkoopregeling). Daarbij is het wederom van belang de loopafstanden acceptabel te houden. In Oudenbosch zijn de loopafstanden tot op heden beperkt gebleven. Door de ontwikkelingen komt de beschikbare ruimte in het geding. Het vrijwel altijd kunnen parkeren in de nabijheid van de bestemming zal in de toekomst ook steeds moeilijker worden. Toch moet voorkomen worden dat loopafstanden niet meer worden geac-

20 cepteerd, waardoor er meer wordt foutgeparkeerd of dat er uitwijkgedrag naar andere centra ontstaat. 3.5 Parkeerfonds / afkoopregeling Om een ontwikkeling te kunnen realiseren, moeten er voldoende parkeervoorzieningen worden gerealiseerd, binnen het plangebied. Bewoners geven aan dat realisatie van voldoende parkeerplaatsen zeer belangrijk is. Als er in de woongebieden niet voldoende parkeerplaatsen worden gerealiseerd kunnen zij niet dichtbij hun woning parkeren. Wanneer niet voldoende parkeerplaatsen in de ontwikkeling gerealiseerd kunnen worden, is er de mogelijkheid om gebruik te maken van de afkoopregeling. Indien ontwikkelingen door de gemeente Halderberge als gewenst worden beschouwd vanwege bijvoorbeeld maatschappelijke of economische reden, kan toestemming worden gegeven gebruik te maken van de afkoopregeling. Het college van B&W heeft hier beslissingbevoegdheid toe. Daarbij moet het wel mogelijk zijn om de parkeervraag van een ontwikkeling te kunnen faciliteren met de openbare parkeergelegenheid, waarbij de acceptabele loopafstanden in acht worden genomen. De afkoopregeling kan dan ook enkel gebruikt worden wanneer er mogelijkheden zijn het tekort in de parkeervraag op te vangen in de nabije openbare ruimte. Afkoopregeling Indien er onvoldoende parkeervoorzieningen worden aangelegd dienen deze te worden gecompenseerd, in de omgeving. De parkeervraag van de nieuwe ontwikkeling moet namelijk opgevangen worden, en daarnaast mag de parkeerdruk van de omgeving niet toenemen. Om te trachten de parkeertekorten te compenseren is naar verwachting geld nodig. Gezien de ruimtelijke mogelijkheden in het centrum moet daarbij gedacht worden aan gebouwde parkeervoorzieningen. Voor het compenseren van parkeertekorten moeten middelen worden vrijgemaakt. Per parkeerplaats tekort dient dan ook een bedrag door de ontwikkelaar te worden overgemaakt te worden aan de gemeente Halderberge. Dit bedrag wordt door de gemeente gebruikt voor parkeervoorzieningen. Het college van B&W mag afwijken, maar dient zichzelf de consequenties te dragen en financiële middelen beschikbaar te stellen om de ontwikkelaar dit op te laten pakken. Ook moet het mogelijk zijn de parkeerplaatsen daadwerkelijk te kunnen realiseren, alvorens overgegaan wordt op de afkoopregeling.

21 De afkoopregeling parkeren is enkel bedoeld voor herontwikkelingsprojecten of projecten die verpaupering tegengaan. De afkoopregeling is niet bedoeld voor nieuwbouwprojecten. Hier dient voldoende ruimte te zijn. De hoogte van het bedrag wordt gebaseerd op de reële stichtingskosten en is afhankelijk van de locatie van de ontwikkeling: Centrum e.o. van Oudenbosch (inclusief ontwikkelingen binnen grenzen van zoekgebieden) ,- per parkeerplaats (excl. BTW); Overige locaties Halderberge ,- per parkeerplaats (excl. BTW). De bedragen zijn gebaseerd op de te verwachten kosten die gemaakt moeten worden om elders parkeerplaatsen te realiseren. Zodoende wordt een ontwikkelaar ook gestimuleerd om de parkeervraag binnen haar plangebied te realiseren. De bedragen in het centrum van Oudenbosch zijn beduidend hoger dan op andere locaties. Door de beperkte ruimtelijke mogelijkheden op acceptabele loopafstand wordt hier uitgegaan van compensatie in gebouwde parkeervoorzieningen. Met dit hogere bedrag kan de gemeente de parkeerplaats realiseren en wordt voorkomen dat een afkoopregeling voor een ontwikkelaar de financieel meest gunstige oplossing is. De bedragen uit de afkoopregeling zijn exclusief het bedrag per woning voor bovenwijkse voorzieningen. Het gebied centrum van Oudenbosch is weergegeven in figuur 3.4: Figuur 3.4: Centrumgebied Oudenbosch Ten behoeve van de afkoopregeling wordt een overeenkomst opgesteld tussen ontwikkelaar en gemeente. De parkeerplaatsverplichting, het aantal en het gemoeide bedrag dat aan de gemeente moet worden overgemaakt wordt in de overeenkomst vastgesteld.

22 4 Parkeren bij scholen Het parkeren bij scholen is een belangrijk onderwerp, door de bewoners van de gemeente Halderberge wordt vaak aandacht gevraagd voor de verkeerssituatie rondom scholen. Om deze reden is besloten een aparte beleidslijn op te nemen voor het parkeren bij scholen. Veel scholen liggen in de woongebieden. Doordat de scholen groter worden en steeds meer kinderen met de auto naar school worden gebracht ontstaan er knelpunten op het gebied van verkeersveiligheid, maar ook parkeren. Een deel van de knelpunten zijn subjectief, dat houdt in dat met de parkeergelegenheid als onvoldoende wordt ervaren. Met name tijdens de momenten van halen en brengen is dit een knelpunt. Op diverse scholen en diverse kernen in de gemeente Halderberge wordt de verkeersveiligheid en parkeren van schoolomgevingen als aandachtspunt benoemd. De verkeerssituatie van schoolomgevingen is deels een mentaliteitskwestie, maar daarnaast heeft de gemeente de ook de taak de verkeerssituatie te optimaliseren. Om deze knelpunten op te lossen, is het verleidelijk de parkeercapaciteit rondom scholen uit te breiden. Vaak is echter het parkeerprobleem niet eenvoudig op te lossen, en kan het vergroten van de parkeercapaciteit juist leiden tot het aantrekkelijker worden van halen en brengen met de auto. Dit kan weer tot meer verkeersveiligheidsrisico s leiden. De gemeente Halderberge streeft er daarom naar om allereerst het gebruik van duurzame vervoerswijzen naar school zoveel mogelijk te stimuleren. De gemeente zal waar mogelijk ook trachten fietsroutes te verbeteren. Het gebruik van de fiets naar school toe moet toenemen. Dit kan door ook de scholen meer bewust te maken van vervoer en het belang van de fiets. Een goed middel hiervoor is het Brabants Verkeersveiligheids Label (BVL). Pas als allerlaatste redmiddel wordt ingezet op infrastructurele maatregelen. Ook dan wordt eerste bekeken of eenvoudige maatregelen tot grote veiligheidswinst kunnen leiden. BVL In de gemeente Halderberge doen al veel basisscholen mee met Brabant VeiligheidsLabel (BVL). Al enkele jaren is de gemeente op scholen actief om kinderen en ouders bewust te maken van verkeer en vervoer. Het veelvuldige autogebruik onder ouders is een belangrijke oorzaak van parkeerknelpunten. Door veel aandacht te besteden aan verkeersveiligheid in het onderwijspakket kan bijgedragen worden aan deze kerntaak met educatieve maatregelen de situatie te veranderen.

23 Doordat ouders steeds meer werken en het gevoel van onveiligheid groter wordt, brengen steeds meer ouders hun kinderen met de auto naar school. Ouders zijn vaak primair de oorzaak van een slechte verkeerssituatie. Er ligt een belangrijke taak de ouders op verkeersgedrag aan te spreken, de school draagt heeft hier ook verantwoordelijkheid voor. Bij knelpunten in de verkeerssituatie moet daarom door scholen een educatief actieplan worden voorgelegd aan de gemeente, waarin wordt aangegeven hoe de school het verkeersgedrag van ouders aanpakt. Schoolomgeving Indien een traject aan de educatieve kant niet voldoende is om de parkeerproblematiek rondom scholen aan te pakken kan getracht worden de schoolomgeving aan te pakken. Samen met de scholen kan bekeken worden welke maatregelen mogelijk zijn en of deze effectief zijn. De gemeente bekijkt samen met de scholen welke maatregelen mogelijk zijn om de schoolomgeving herkenbaarder en veiliger te maken. Met een herkenbare omgeving kan in het verkeersgedrag een grote winst behaald worden. Voorbeelden van maatregelen zijn het instellen van eenrichtingsverkeer, parkeerverbod, het aanpassen van oversteeklocaties, Kiss & Ride-stroken aanleggen, doortrekken voetpad, aanleggen van VOP s, aanleg van parkeervakken, snelheidsverlagende maatregelen (drempels). Ook het realiseren van gehandicaptenparkeerplaatsen behoeft extra aandacht. In de gemeente Halderberge speelt de ontwikkeling van enkele brede scholen. Deze nieuwe ontwikkelingen bieden kansen de verkeerssituatie goed te realiseren door voldoende parkeervoorzieningen te realiseren. Bepalen aantal parkeerplaatsen halen en brengen Om het parkeren rondom scholen goed te kunnen faciliteren is met name het parkeren bij het halen en brengen van belang. De volgende richtlijn geeft daar handvatten voor. Voor het bepalen van de parkeercapaciteit voor halen en brengen bij nieuwe scholen wordt uitgegaan van de CROW systematiek, zoals opgenomen in de publicatie Parkeerkencijfers Basis voor parkeernormering. In onderstaande berekeningen wordt het aantal leerlingen vermenigvuldigd met het veronderstelde percentage dat met de auto wordt gebracht, vermenigvuldigd met een reductiefactor parkeerduur en vermenigvuldigd met een reductiefactor aantal kinderen per auto.

24 Bron voor het hanteren van deze percentages en de reductiefactoren is het ASVV Ook voor de kinderopvang en de peuterspeelzaal worden percentages en reductiefactoren toegepast voor de vaststelling van de vraag naar parkeerplaatsen. Formules toepassing halen en brengen Onderbouw: aantal leerlingen * 45% (percentage met de auto naar school gebracht) * 0,5 (reductiefactor parkeerduur) * 0,75 (reductiefactor aantal leerlingen per auto); Bovenbouw: aantal leerlingen * 25% (percentage met de auto naar school gebracht) * 0,25 (reductiefactor parkeerduur) * 0,85 (reductiefactor aantal leerlingen per auto); Kinderopvang en peuterspeelzaal: (aantal leerlingen) * 65% (percentage met de auto naar school gebracht) * 0,25 (reductiefactor parkeerduur) * 0,75 (reductiefactor aantal leerlingen per auto); De formules zijn naar verwachting kloppend. Dit betekent echter dat er veel kiss en ride plaatsen moeten worden gerealiseerd. Dit heeft ook consequenties voor de openbare ruimte rondom scholen. Er is niet altijd de ruimte om dit te realiseren of gewenst dat de ruimte voor dit doeleinde gebruikt wordt. Om deze reden is het actief stimuleren van fietsgebruik bij scholen van groot belang. Voor het parkeren van sportvoorzieningen wordt niet speciaal de aandacht gevraagd door de bevolking van de gemeente Halderberge. De nieuwe sportvoorzieningen bieden kans een goede parkeersituatie te creëren. Wanneer er parkeerknelpunten bij sportvoorzieningen zijn, wordt hetzelfde principe gehanteerd: in eerste instantie richten op gedragverandering en educatie, en tenslotte pas zoeken naar infrastructurele maatregelen. 1 Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom, CROW, Ede, 2004.

25 5 Parkeren grote voertuigen De gemeente Halderberge beschouwt het parkeren als integraal onderdeel van de kwaliteit van de leefomgeving. Het is daarbij van belang dat een goede kwaliteit van de leefomgeving in de gemeente Halderberge gewaarborgd blijft. Om de leefkwaliteit te waarborgen is het niet gewenst dat grote voertuigen in de leefomgeving parkeren. Figuur 5.1: Verbodzones grote voertuigen Door middel van een Algemene plaatselijke verordening (APV, zie bijlage 2) is het verboden dat grote voertuigen binnen de kom van alle kernen van Halderberge parkeren tussen 18:00u en 06:00u. Met grote voertuigen worden voertuigen bedoeld die met inbegrip van lading een lengte van meer dan 6 meter hebben of een hoogte van meer dan 4 meter. Campers vallen niet onder deze regeling, zodat de toeristische bereikbaarheid van de kernen wordt gewaarborgd. Voor campers worden geen specifieke campervoorzieningen gerealiseerd. Tegelijkertijd is met een APV aangewezen dat het parkeren van grote voertuigen op een aantal openbare wegen, voor zover niet in strijd met andere wettelijke bepaling, wel is toegestaan. Het parkeren van grote voertuigen is wel toegestaan op de volgende locaties (zie ook bijlage 2): Industrieterrein De Hoge Akker te Hoeven; Industrieterrein Bosschendijk te Oudenbosch met uitzondering van de parallelweg Bosschendijk; Industrieterrein Industrieweg (zuidzijde van de weg) en Industrieterrein De Gorzen te Oudenbosch; Industrieterrein Korenweide met uitzondering van de Standerdmolen te Oud Gastel;

26 De strook aan de Oudlandsedijk (gedeeltelijk) te Oudenbosch; De Havendijk (benedendijksgedeelte), gelegen tussen de Schuitevaartstraat en de voormalige rioolzuiveringsinstallatie te Oudenbosch; Daarbij is het een uitgangspunt dat bedrijven en ondernemers zelf in principe zorg dragen voor parkeervoorzieningen van grote voertuigen, op het eigen terrein en niet op openbaar gebied. Nieuwe ontwikkelingen van bedrijven moeten dus zorg dragen dat zij zelf op eigen terrein parkeergelegenheid hebben voor grote voertuigen. Dit is maatwerk dat afgestemd dient te worden met de gemeente, waarbij met de afdeling openbare werken van de gemeente Halderberge overeengekomen moet worden welke aantal parkeerplaatsen voor grote voertuigen gerealiseerd moet worden. Parkeren grote voertuigen Borchwerf De laatste jaren hebben de gemeenten Halderberge en Roosendaal samen het industrieterrein Borchwerf ontwikkeld, ten zuiden van Oud Gastel. Over de te hanteren parkeernormen is onduidelijkheid. In het gedeelte van het industrieterrein van de gemeente Halderberge gelden de parkeernormen van de gemeente Halderberge. De bedrijven op het industrieterrein moeten zelfvoorzienend zijn in hun parkeervoorzieningen, dit geldt zowel voor het parkeren van medewerkers als voor het parkeren van grote voertuigen.

27 6 Parkeerregulering Inleiding Het is belangrijk voor de gemeente Halderberge om het gebruik van de openbare parkeerplaatsen onder controle te houden, waarmee een hoge parkeerdruk 2 voorkomen wordt. Door het onder controle houden van de parkeerplaatsen kan de leefkwaliteit gewaarborgd blijven. Wanneer er sprake is van een hoge parkeerdruk, kan de keuze gemaakt worden om maatregelen te treffen. In de winkelgebieden en met name het centrum van Oudenbosch, wordt vanuit de burgerparticipatie aangegeven, dat wellicht enige vorm van parkeerregulering nodig is. In de meeste gevallen is hiervoor geen regulering van het gebruik voor nodig. Desondanks kan het mogelijk wenselijk geacht worden om verschillende vormen van parkeerregulering toe te passen. Hieronder worden de verschillende vormen van regulering toegelicht. Tenslotte volgt een kort overzicht van de parkeerreguleringsvormen. Parkeerschijfzone Een parkeerschijfzone (deze wordt officieus ook blauwe zone genoemd) is een sturende maatregel die wordt toegepast om langparkeerders (werknemers) te weren uit een gebied waarvan het wenselijk is dat kortparkeerders er kunnen parkeren. Bij een parkeerschijfzone is er een maximum voor de parkeerduur, deze kan gecontroleerd worden op basis van de aangegeven aankomsttijd (met een parkeerschijf). Indien het vermoeden is dat er een hoge parkeerdruk wordt veroorzaakt doordat veel werknemers van bedrijven of winkels parkeren op openbare parkeerplaatsen, kan het instellen van een parkeerschijfzone effectief zijn. Indien er geen sprake is van de aanwezigheid van zowel lang- als kortparkeerders is het instellen van een parkeerschijfzone nutteloos. In Halderberge kan een parkeerschijfzone het kernwinkelgebied aantrekkelijker maken. Werknemers worden geweerd, waardoor er meer ruimte (in parkeerplaatsen) voor bezoekers ontstaat. Zo kan het voor bezoekers aantrekkelijker worden naar het kernwinkelgebied te komen. De parkeerschijfzone wordt aangegeven door bebording en (eventueel) het blauw markeren van parkeervakken. In de parkeerschijfzone mag een bezoeker zijn auto parkeren gedurende een maximale parkeerduur (bijvoorbeeld twee uur). De bezoeker geeft met een parkeerschijf zijn aankomsttijd weer, waarna door middel van handhaving wordt gecontroleerd of een bezoeker zich aan de maximale parkeerduur houdt. 2 Het aantal bezette parkeerplaatsen ten opzichte van de beschikbare capaciteit bepaalt de parkeerdruk

28 Mogelijke locaties voor het invoeren van een parkeerschijfzone zijn het kernwinkelgebied en de overige centra van de kernen. Burgerparticipatie wijst uit dat een parkeerschijfzone wenselijk is, mits deze wordt gehandhaafd door een BOA. Daarnaast moeten winkeliers in ieder geval hun werknemers aanspreken op het parkeren in het centrumgebied. Als concreet voorbeeld voor een parkeerschijfzone wordt het kernwinkelgebied van Oudenbosch genoemd. Betaald parkeren Het invoeren van betaald parkeren kan ervoor zorgen dat het onaantrekkelijker wordt om in een bepaald gebied te parkeren, waardoor de parkeerdruk in het gebied afneemt. Ook zal het gebruik van de parkeervakken sterker gestimuleerd worden, waardoor de ruimtelijke kwaliteit van een gebied kan verbeteren. De meest gebruikelijke vorm van betaald parkeren is een zone waar parkeerbelasting wordt betaald door middel van een automaat of parkeermeter. Een opkomende mogelijkheid van betaald parkeren is betalen via mobiele telefoons. Voor bewoners is het mogelijk een parkeerontheffing te verstrekken en voor bezoekers van bewoners kan vrijstelling of korting gegeven worden door middel van bezoekerskaartjes of kortingspassen. Door de invoering van slimme parkeertarieven bestaat daarnaast de mogelijkheid om bepaalde groepen te weren uit het gebied met betaald parkeren. Langparkeerders kunnen bijvoorbeeld worden geweerd door geen maximum aan het tarief per dag aan te brengen. Kortparkeerders kunnen indien gewenst worden geweerd met een hoog starttarief. De gemeente Halderberge heeft, omdat er vooralsnog geen aanleiding voor is, het beleid geen betaald parkeren in te voeren. Ook vanuit burgerparticipatie is op dit moment geen draagvlak voor het invoeren van betaald parkeren. Ook de ondernemingsvereniging geeft aan geen voorstander te zijn, omdat het de concurrentiepositie zou verslechteren. Een mogelijk nadeel van betaald parkeren kan zijn dat in de gebieden rondom het gebied met betaald parkeren er parkeerdruk ontstaat als gevolg van de invoering. Dit is niet per definitie het geval. Wanneer dit uitwijk- gedrag voorkomt, is het een mogelijkheid om vergunningparkeren in te voeren in de gebieden rondom de zone met betaald parkeren. Bij de invoering van betaal parkeren is daarom de monitoring van parkeervraag en parkeeraanbod van essentieel belang. Vergunningparkeren Wanneer in (woon)gebieden de parkeerdruk hoog is als gevolg van vreemde parkeerders, kan het instellen van vergunningparkeren een effectieve maatregel zijn om de parkeerdruk te verminderen. Door middel van het verstrekken van vergunning aan omwonenden, en

29 controle daarop, kan vreemd verkeer niet meer parkeren in een gebied waar vergunningparkeren geldt. Dit parkeerregime biedt echter geen garantie voor een parkeerplaats voor de deur, maar houdt wel de parkeercapaciteit beschikbaar voor de vergunninghouders. In woonwijken nabij het centrum of nabij de industrie zou een dergelijke maatregel effectief kunnen zijn, maar op dit moment is het geen wens van de gemeente Halderberge om vergunningparkeren in te voeren. Er kan bij een vergunningstelsel ook gekozen worden om meerdere vergunningen per adres te verlenen (met daarin een tariefsverschil). Een combinatie van parkeerreguleringsmaatregelen is uiteraard een mogelijkheid. In de praktijk komt het vaak voor dat in combinatie met betaald parkeren vergunningparkeren wordt ingevoerd. Het volgende overzicht geeft per soort regulering enkele voor- en nadelen aan: Parkeerschijfzone Betaald parkeren Vergunning parkeren Voordelen Werknemers kunnen in winkelgebieden geweerd worden (effectief in winkelgebieden) Gebied wordt aantrekkelijker voor bezoekers Draagvlak lijkt aanwezig Ontstaat meer ruimte in gebied zelf Er wordt meer in parkeervakken geparkeerd. Dit biedt kansen voor ruimtelijke kwaliteit Mogelijkheid d.m.v. slimme tarieven doelgroepenbeleid te bepalen Vreemd verkeer kan geweerd worden Bewoners kunnen in de nabijheid parkeren Nadelen Structurele handhaving nodig om effectief te zijn Parkeerduur is maximaal Hogere parkeerdruk in gebieden rondom betaald parkeren (vergunningparkeren middel daartegen) Op dit moment geen draagvlak aanwezig Geen garantie op parkeerplaats Tabel 6.1: Overzicht parkeerreguleringsvormen Bijzonder Opsporingsambtenaar (BOA) Om een parkeerregulering daadwerkelijk succesvol te laten zijn, moet deze gehandhaafd te worden. Wanneer er geen handhaving plaatsvindt zal de regulering genegeerd worden op termijn, en mist de parkeerregulering haar gewenste effect. Handhaving is dus van noodzaak om een parkeerregulering succesvol te laten zijn. De politie van West- Brabant heeft reeds aangegeven de parkeerhandhaving niet op haar prioriteitenlijstje te hebben staan. Om de handhaving goed te kunnen uitvoeren en zo de leefbaarheid te verbeteren is daarom een andere manier nodig. Het is dan ook nodig een bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) aan te stellen. Om de kosten

30 te reduceren en de haalbaarheid daarmee te vergroten is het een mogelijkheid om tezamen met de buurgemeenten een BOA aan te stellen. Naast het handhaven van parkeren zouden bijvoorbeeld ook handhaving van hondenpoep en milieuzaken tot het takenpakket van een BOA kunnen behoren. Met meer handhaving op diverse onderwerpen kan de leefbaarheid worden vergroot. Met de opbrengsten uit een (eventuele) parkeerregulering en handhaving kunnen de kosten voor een BOA deels teruggewonnen worden. De beleidswens van de gemeente Halderberge is het zo snel mogelijk opleiden en aanstellen van eigen gemeentelijke BOA s (Buitengewoon opsporingsambtenaren). Wanneer een BOA is aangesteld, maakt de gemeente Halderberge de overweging een of meer parkeerschijfzones toe te passen. Het draagvlak hiertoe lijkt aanwezig. Het invoeren van een parkeerschijfzone wordt overwogen voor het kernwinkelgebied van Oudenbosch. Zonder BOA is het toepassen van parkeerregulering niet zinvol.

31 7 Gehandicaptenparkeren Het parkeerbeleid is essentieel voor de kwaliteit van de leefomgeving. De leefomgeving moet voor iedereen toegankelijk zijn. De gemeente Halderberge vindt het belangrijk dat daarom voor mensen die minder mobiel zijn het mogelijk blijft om voorzieningen en het eigen huis te kunnen bereiken. In de laatste jaren heeft de gemeente Halderberge al een sterke sprong voorwaarts gemaakt door in de centrumgebieden van de kernen extra gehandicaptenparkeerplaatsen te realiseren, zodat de centrumgebieden voor iedereen bereikbaar blijven. De gemeente zal de komende jaren er op toezien dat bij publieke voorzieningen en centrumgebieden het mogelijk blijft als gehandicapte om binnen acceptabele loopafstand een parkeervoorziening te vinden (een openbare- of gehandicaptenparkeerplaats). Voor bewoners van de gemeente Halderberge is het daarnaast mogelijk in de eigen straat of op acceptabele loopafstand een gehandicaptenparkeerplaats aan te vragen, volgens de richtlijn die is uitgewerkt: Richtlijnen inzake de toewijzing van gehandicaptenparkeerplaatsen Op grond van artikel 18 Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994) is de raad, danwel krachtens een besluit van de raad, het college van burgemeester en wethouders bevoegd tot het nemen van verkeersbesluiten voorwegen die niet onder het beheer vallen van het Rijk, de provincie of het waterschap. Voor de aanwijzing van een gehandicaptenparkeerplaats, door middel van de plaatsing van het bord E6 van bijlage I, behorende bij het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), is, ingevolge artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen voor het wegverkeer (BABW), een verkeersbesluit vereist. Aandachtspunten Als factoren, welke van belang zijn bij de toewijzing van gehandicaptenparkeerplaatsen kunnen genoemd worden: 1. het beslag op de beschikbare parkeerruimte; 2. het dreigende gevaar van verkeersonveilige situaties; 3. de ontsiering van het straatbeeld; 4. de belasting van het ambtelijk apparaat dat zorg dient te dragen voor plaatsing, verwijdering, wijziging en onderhoud van de gehandicapten parkeerplaatsen en de daarmee gepaard gaande kosten; Richtlijnen Teneinde tot een verantwoorde afweging te komen met betrekking tot de beoordeling van aanvragen om een gehandicaptenparkeerplaats gelden de hieronder genoemde richtlijnen aan de hand waarvan bur-

32 gemeester en wethouders besluiten tot de aanleg van gehandicaptenparkeerplaats: 1. de aangevraagde gehandicaptenparkeerplaats is gelegen binnen de bebouwde kom; 2. de aanvrager beschikt over een geldige gehandicaptenparkeerkaart en wordt aangemerkt als bestuurder van een kentekenplichtig motorvoertuig op meer dan twee wielen danwel gehandicaptenvoertuig; 3. de politie heeft positief omtrent de aanvraag geadviseerd (in de werkgroep verkeer), waarbij als norm wordt gehanteerd een bezetting van de beschikbare parkeerruimte van 75% of meer, binnen een afstand van 100 meter van de woning, gedurende de nachtelijke uren; 4. op een andere wijze kan niet in een gehandicaptenparkeerplaats worden voorzien; Afwijkingsmogelijkheid Burgemeester en wethouders kunnen in zeer bijzondere omstandigheden van het bovenstaande afwijken. Doorberekening kosten Krachtens art. 29 BABW kunnen de kosten die voortvloeien uit het plaatsen van het bord E6 verhaald worden op degene ten behoeve van wie het bord is geplaatst, m.a.w. zowel de kosten van aanschaf als van plaatsing kunnen bij de aanvrager in rekening worden gebracht. In de gemeente Halderberge worden de werkelijk gemaakte kosten van aanschaf en plaatsing bij de aanvrager in rekening gebracht. Overleg Politie Bovengenoemde richtlijnen zijn ter advisering voorgelegd aan de politie, team Halderberge, die kenbaar heeft gemaakt hiermede te kunnen instemmen. Intrekking gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats Een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats vervalt in de volgende situaties: bij verhuizing van de betrokkene bij overlijden van de betrokkene bij het vervallen van de gehandicaptenparkeerkaart van de betrokkene.

33 8 Elektrische oplaadpunten Het milieu is van belang voor een kwalitatief goede leefomgeving. Het milieu staat door de heersende klimaatcrisis echter onder grote druk. Om het milieu te verbeteren zal door overheden en bedrijven meer en meer gezocht worden naar duurzame vormen van energie. Ook voor vervoersmiddelen geldt dat meer en meer gezocht zal moeten naar duurzame vormen van vervoer, ook omdat de huidige vormen van vervoer steeds kostbaarder worden. De trend van duurzamer vervoer is reeds al merkbaar. Het gebruik van e- bikes lijkt behoorlijk te gaan stijgen, maar is nog altijd niet duidelijk merkbaar in het verkeersbeeld. Daarnaast neemt de aandacht voor de elektrische auto toe. De gemeente Halderberge heeft reeds een eerste stap gezet in het stimuleren van elektrisch vervoer. Er is medewerking verleend aan de stichting E-laad, en in navolg van deze overeenkomst zijn reeds meerdere oplaadpunten in de gemeente Halderberge gerealiseerd. Om het elektrisch rijden te stimuleren is de stichting E-laad opgericht. E- laad is een samenwerking van verschillende netbeheerders en heeft als doel meer dan oplaadpunten verspreid over Nederland te realiseren. Ter ondersteuning van dit initiatief heeft de gemeente Halderberge de medewerking verleend aan de realisatie van oplaadpunten op publieke gelegenheden. Oplaadpunten in samenwerking met de stichting E- laad zijn kosteloos voor de gemeente. Het is nog onduidelijk hoe het gebruik van elektrisch vervoer zich de komende jaren zal gaan ontwikkelen. Het is bijvoorbeeld nog niet te zeggen of het aantal elektrische voertuigen merkbaar wordt ten opzichte van het reguliere gemotoriseerde vervoer. Diverse aspecten zullen invloed hebben op het verdere gebruik van elektrisch vervoer. De gemeente Halderberge stimuleert in ieder geval de komende jaren het gebruik van elektrisch vervoer binnen de financiële mogelijkheden die de gemeente Halderberge heeft. Het elektrisch vervoer kan gestimuleerd worden door oplaadpunten te realiseren, zodat de bereikbaarheid voor elektrische vervoer toeneemt. De gemeente Halderberge steunt de toename van elektrische oplaadpunten. Vanwege de beperkte financiële middelen voert de gemeente Halderberge geen actief maar een passief beleid op de toename van oplaadpunten. Dit houdt in dat de gemeente alleen aanvragen voor elektrische oplaadpunten behandelt. In de volgende paragraven wordt de aanpak per vervoermiddel verder uitgesplitst. Oplaadpunten elektrische auto s De samenwerking met de stichting E-laad wordt voortgezet. De gemeente verleent haar medewerking verlenen aan het realiseren van

34 een oplaadpunt, mits deze bedoeld is voor een oplaadpunt in een centrumgebied of een publieke functie. Bij de woning van bezitter van elektrische auto s gaat de gemeente ervan uit dat de bezitter zelf een oplaadpunt heeft. Voor de medewerking aan oplaadpunten bij publieke gelegenheden hanteert de gemeente Halderberge de volgende criteria: Aanvrager moet in het bezit zijn van een elektrische auto; Per aanvrager één verzoek; Het oplaadpunt dient op gemeentegrond gerealiseerd te worden; Het oplaadpunt moet binnen een straal van 200 meter van de beoogde publieke voorziening te realiseren zijn; Een oplaadpunt is bedoeld voor twee parkeerplaatsen; Stekkers en snoeren mogen geen gevaar oplopen in het verkeer voor voetgangers en bestuurders; Er dient een goede spreiding van oplaadpunten te zijn; dit wil zeggen dat er binnen 500 meter van de beoogde locatie niet reeds een oplaadpunt is gerealiseerd; Het realiseren van één oplaadpunt mag er niet toe leiden dat de parkeerdruk toeneemt tot meer dan 90%. Indien de aanvraag aan deze criteria voldoet, zal de gemeente Halderberge haar medewerking verlenen aan het realiseren van een oplaadpunt. De gemeente zal geen financiële ondersteuning geven, maar wel het verkeersbord E4, met onderschrift elektrische auto s plaatsen. Oplaadpunten elektrische fietsen De gemeente stimuleert het gebruik van oplaadpunten passief. Er wordt geen financiële ondersteuning gegeven, maar wel wordt ruimte beschikbaar gesteld. Elektrische fietsen hebben doorgaans een relatief grotere actieradius, en daarnaast kunnen ze ook gewoon als fiets gebruikt worden, waardoor het actief stimuleren van oplaadpunten niet noodzakelijk is.

35 9 Fietsparkeren Het goed en veilig kunnen parkeren van de fiets bij de bestemming is een belangrijk motief om de fiets te pakken. De doelstelling om het fietsgebruik in de stad te stimuleren is daarom gebaat bij kwalitatief hoogwaardige voorzieningen. Alleen het bieden van stallingvoorzieningen aan de bestemmingszijde is niet voldoende. Ook aan de herkomstzijde dienen goede fietsparkeervoorzieningen beschikbaar te zijn. Bovendien dient ook het beheer en onderhoud van de voorzieningen goed geregeld te zijn. De gemeente Halderberge heeft het beleidsvoornemen om het gebruik van de fiets te stimuleren. Het toenemende gebruik van een duurzaam vervoermiddel wordt gestimuleerd. Wanneer de fiets meer gebruikt wordt, kan het autogebruik ook verminderen waardoor er ook een verlichting van de parkeerdruk ontstaat. Integraal wordt de leefomgeving door goede fietsvoorzieningen dus voor alle vervoermiddelen aantrekkelijker. Aan de herkomstzijde (de woningen van burgers) zijn de fietsvoorzieningen over het algemeen in orde. De fiets kan neergezet worden op het eigen terrein, vaak nog overdekt ook. Met name aan de bestemmingszijde moeten fietsvoorzieningen verbeterd worden. Aan de bestemmingszijde is sprake van verschillende geconcentreerd liggende voorzieningen, zoals winkelcentra, sportvoorzieningen, bedrijven en scholen. Maar ook bij niet geconcentreerde bestemmingen, zoals een bibliotheek, muziekschool, belangrijke openbaar vervoerhalte, of musea dienen goede en voldoende fietsparkeervoorzieningen gerealiseerd te worden. Fietsers willen hun fiets graag zo dicht mogelijk bij hun bestemming parkeren. Juist in de van-deur-tot-deurrelatie zit immers ook de concurrentiekracht van de fiets op de korte afstand. Op basis van de CROW-uitgave 291 Leidraad Fietsparkeren uit 2010, zijn in bijlage 3 fietsparkeernormen opgenomen waarin staat aangegeven hoeveel stallingplaatsen nodig zijn bij welke voorziening en waarop speciaal moet worden gelet. Nieuwe ontwikkelingen worden verplicht ook voldoende fietsvoorzieningen te realiseren, zodat het gebruik van een duurzaam vervoermiddel als de fiets ook gestimuleerd wordt. Kwaliteitseisen voor fietsenstallingen In 1998 zijn met de zogeheten FietsParkeur voor het eerst in Nederland kwaliteitseisen voor fietsparkeersystemen geformuleerd. De normen zijn opgesteld in samenwerking tussen fabrikanten, ontwerpers, gebruikersvertegenwoordigers (zoals de Fietsersbond) en opdrachtgevers (zoals NS Reizigers). Met dit document, dat regelmatig

36 wordt geactualiseerd, streven de samenstellers een flinke kwaliteitssprong na van de in Nederland toegepaste fietsparkeersystemen. Of het nu om klemmen, fietstrommels of meer geavanceerde systemen gaat, ze moeten voldoen aan normen voor gebruiksgemak, kans op schade aan een fiets, vandalismebestendigheid en bijvoorbeeld duurzaamheid. De gemeente Halderberge is reeds gestart met het toepassen van FietsParkeur in haar fietsvoorzieningen. De gemeente Halderberge verplicht dat de fietsvoorzieningen bij ontwikkelingen voldoen aan de eisen van de FietsParkeur. Ketenverplaatsingen fiets - openbaar vervoer De fiets is als zelfstandig vervoermiddel erg handig om van deur tot deur te reizen. Daarnaast is de fiets prima geschikt als voor- of natransportmiddel bij reizen over langere afstanden, vooral in combinatie met het openbaar vervoer. Die combinatie biedt grote voordelen, zowel voor de reiziger als voor gemeenten en openbaarvervoerbedrijven. Immers, de fiets vervoert de reiziger zonder wachttijd vanaf de voordeur snel naar halte of station (wat het openbaar vervoer zelf meestal niet biedt) en het openbaar vervoer brengt de reiziger snel en comfortabel over grotere afstanden (wat per fiets moeilijk is). Zo heffen de twee vervoerswijzen elkaars zwakke punten op en vormen ze samen een sterke keten. De fietsvoorzieningen op het station van Oudenbosch lijken vooralsnog afdoende. De komende jaren wordt het aantal fietsvoorzieningen bij het station gemonitord en indien nodig zal aan de NS het verzoek tot meer fietsvoorzieningen ingediend worden. Bij de openbaar vervoerhaltes heeft de gemeente Halderberge in de afgelopen jaren reeds fietsvoorzieningen gerealiseerd. Er is behoefte om de fietsvoorzieningen in de centrumgebieden uit te breiden, met name in het centrumgebied van Oudenbosch. Zodoende kan winkelend publiek op de fiets gemakkelijker parkeren. Een voorstel hiervoor wordt eventueel samen met ondernemers uitgewerkt. Daarbij is het ook van belang dat externe partijen, zoals ondernemers, actiever stimuleren op fietsgebruik. Zo worden bijvoorbeeld van fietsers bij de supermarkt in Hoeven de boodschappen thuis gebracht.

37 10 Parkeren in woonwijken Inleiding In de gemeente Halderberge komen steeds meer parkeerproblemen voor. Bewoners, bezoekers, en soms ook werknemers ondervinden meer en meer de problemen van het groeiende autobezit en autogebruik. Het aantal parkeerplaatsen wordt ontoereikender en de woonwijken dreigen dicht te slibben. Een voorbeeld hiervan is de wijk Pagnevaart. Dit is verklaarbaar doordat veel woonwijken zijn gerealiseerd in een periode dat het aantal auto s per huishouden lager was dan in de huidige situatie. Bij de realisatie van de wijk, was het parkeeraanbod voldoende voor de parkeervraag van destijds. Door toenemende welvaart, individualisering, meer auto s per gezin, toenemende mobiliteit van senioren is het autogebruik toegenomen in de loop der jaren. Door deze ontwikkeling kan het zijn dat in de huidige situatie het parkeeraanbod (dat niet veranderd is in der loop der jaren) minder is dan de parkeervraag. Deze situatie zal zich in woonwijken voordoen tijdens de avond- en nachturen. In Halderberge is deze situatie bijvoorbeeld al te constateren in de Oudenbossche wijk Pagnevaart. Verwacht wordt dat in de loop der jaren in meerdere wijken zich het probleem van een te beperkt parkeeraanbod gaat voordoen. Steeds vaker zullen bewoners en instanties zich ook tot de gemeente wenden. In de huidige situatie is te constateren dat vrijwel wekelijks verzoeken tot het realiseren van meer parkeerplaatsen worden gedaan. De gemeente Halderberge heeft niet de financiële middelen om dit te realiseren. Het is voor de gemeente Halderberge daarom van belang dit probleem te erkennen, en proberen te zoeken naar oplossingen. De gemeente Halderberge kan echter niet garanderen dat het parkeerprobleem op te lossen is (door beperkte financiële middelen en beperkte ruimte). Probleemdefinitie Het is van belang eerst vast te stellen wanneer er sprake is van een parkeerprobleem in woonwijken. Dit dient per straat vastgesteld te worden. Hierbij dient ook te worden bezien of het aantal auto s per huishouden gebruikelijk is. Wanneer dit aantal hoog is, kan niet per definitie een oplossing van de gemeente verwacht worden. Er is sprake van een parkeerprobleem wanneer de parkeerbezettingsgraad meer dan 95% in de omgeving is tijdens de nachturen (het moment waarop de meeste auto s van bewoners geparkeerd staan). Daarbij moet het ook niet mogelijk zijn om binnen 200 meter (in omliggende straten) een vrije parkeerplaats te vinden. Wanneer er volgens deze definitie sprake is van een parkeerprobleem wordt gezocht naar mogelijke maatregelen om het probleem aan te pakken. Een parkeerdruk van gemiddeld minder dan 95%

38 wordt niet als een probleem gezien, ook wanneer in één woonstraat de parkeerdruk meer dan 95% is (en de straten daarnaast minder). Aanpak Wanneer er daadwerkelijk een probleem geconstateerd is, moet bekeken worden hoe dit aangepakt kan worden. Om het parkeerprobleem in woonwijken op te lossen, lijkt in eerste instantie het vergroten van de parkeercapaciteit de meest logische oplossing. Het risico daarvan is echter dat het straatbeeld verblikt en de openbare ruimte verloedert. De uitdaging voor de gemeente Halderberge is dan ook om te zoeken naar een betere afstemming van de parkeervraag en het parkeeraanbod zonder de ruimtelijke kwaliteit van de wijk te verminderen of de leefbaarheid van de wijk ingrijpend te veranderen. Een voorwaarde hiervoor is het onderkennen van de ruimtelijke en sociaal- maatschappelijke structuur van een wijk zodat de achterliggende oorzaken van het probleem zijn en welk type oplossing het beste ingepast kan worden. Het toepassen van infrastructurele maatregelen (het bouwen), zoals het aanleggen van parkeerplaatsen, zijn veel kosten gemoeid. Ook reguleringsmaatregelen zijn vaak kostbaar. Het is daarom noodzakelijk om in eerste instantie te kijken of er mogelijkheden zijn om het autogebruik te beïnvloeden. Indien er sprake is van een parkeerprobleem in de woonwijk wordt het volgende pakket van maatregelen bezien om te bekijken of er de mogelijkheid is een van deze maatregelen toe te passen en zo het parkeerprobleem te verminderen:

39 Mogelijke maatregelen Beïnvloeden Aanbieden van alternatieven : (deelauto, goede fietsvoorzieningen, openbaar vervoerhaltes) (Integraal) ontwerpen van wijk : (convenant lage parkeernorm/ afspraken maken over minder auto s, parkeren op meer afstand, menggebieden door parkeeraanbod bedrijven te gebruiken) (Integraal) ontwerpen aan de gevel : (parkeren integreren bij woningen) In gesprek gaan met de buurt Benutten Beleidsinstrumenten : (functiemenging door bestemmingsplanwijziging, bewonersconvenant) Beheersinstrumenten : (parkeermakelaar, doelgroepenbeleid) Reguleren Parkeerverboden : (uitsluiten bestelbusjes en aanhangers in woonwijken) Parkeerschijfzone Vergunninghoudersparkeren Betaald parkeren (niet gewenst in Halderberge) Bouwen Maaiveldvoorzieningen : (herindeling door versmalling of eenrichtingsverkeer waardoor extra parkeergelegenheid te creeren is, extra parkeergelegenheid creëren) Overige voorzieningen : (parkeerkelders) Tabel 10.1: Mogelijke oplossingen om het parkeerprobleem in woonwijken aan te pakken Parkeren in de voortuinen is geen oplossing. Dit omdat het geen extra parkeercapaciteit creëert, enkel meer ruimte op straat in plaats van de voortuinen. Vanuit de burgerparticipatie is het de wens beschikbaar groen zoveel mogelijk te gebruiken voor parkeervakken, waarbij wel oog voor de leefbaarheid gehouden dient te worden. Wanneer groen gebruikt wordt voor parkeerruimte, dient het groen elders gecompenseerd te worden. Daarnaast wordt gevraagd te gaan handhaven op parkeren op het trottoir, omdat dit de doorgang voor voetgangers ernstig kan belemmeren.

40 Op de locaties waar sprake is van een parkeerprobleem (volgens definitie), en waar infrastructurele maatregelen uiteindelijk de oplossing zijn, wil de gemeente trachten extra parkeerplaatsen te realiseren. Het voornemen is daarvoor ,-- op jaarbasis budget beschikbaar voor te stellen (vanaf 2014) om parkeerplaatsen te realiseren. Op jaarbasis kunnen zo circa 20 parkeerplaatsen per jaar worden gerealiseerd om de parkeerdruk in de woonwijken te verlichten.

41 11 Routering en bewegwijzering In de centrumgebieden zijn de parkeervoorzieningen geconcentreerd op enkele parkeerterreinen, om zo op acceptabele loopafstand van voorzieningen parkeergelegenheid te bieden. In het verkeersstructuurplan van 2009 is voor het kernwinkelgebied van Oudenbosch een parkeerstructuur opgesteld. Met deze parkeerstructuur kunnen bezoekers gemakkelijker hun weg vinden naar de verschillende parkeerterreinen. Hiermee blijft het kernwinkelgebied van Oudenbosch aantrekkelijk voor bezoekers. Parkeerstructuur Oudenbosch De heldere en logische parkeerstructuur draagt bij aan de bereikbaarheid van de voorzieningen en winkels in en nabij het centrum en aan een betere leefbaarheid. Wanneer de Zuidelijke omlegging Oudenbosch is gerealiseerd is het voornemen op de Wagenhoek tweerichtingsverkeer in te stellen, hierdoor kan de parkeerring rondom het kernwinkelgebied in twee richtingen bereden worden. De markt wordt mogelijk éénrichtingsverkeer, zodat de doorgaande route door de kern verkeersluwer wordt. De speerpunten voor de toekomstige parkeerstructuur van Oudenbosch zijn: parkeerroute met inprikkermodel voor parkeervoorzieningen. De structuur moet er aan bijdragen dat bezoekers die bijvoorbeeld uit het westen komen, parkeren aan de westzijde. Dit geldt voor verkeer vanuit alle windstreken; opwaarderen van West-Vaardeke door in twee richtingen berijdbaar te maken. Hierdoor wordt de parkeerstructuur versterkt en maakt de Duiventoren geen onderdeel meer uit van de centrumstructuur. Dit maakt het ook mogelijk om de Duiventoren volledig als 30 km/h in te richten; concentratie van parkeren langs parkeerroute met goede looproutes richting detailhandel.