De positie van de wettelijk samenwonende partner in het Belgisch recht. Focus op de plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De positie van de wettelijk samenwonende partner in het Belgisch recht. Focus op de plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven."

Transcriptie

1 Faculteit rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar De positie van de wettelijk samenwonende partner in het Belgisch recht. Focus op de plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven. Masterproef van de opleiding Master in Notariaat Ingediend door Sara Cassiman ( ) Promotor: Prof. Dr. J. BAEL Commissaris: Mevrouw A. BAUDRY

2 Dankwoord Deze masterproef vormt het sluitstuk van mijn opleiding aan de UGent. Ik streefde er dan ook naar om een kwaliteitsvolle masterproef af te leveren en om in schoonheid te kunnen eindigen. Zonder de hulp van enkele personen zou deze masterproef echter nooit geworden zijn wat hij nu is. Die personen wil ik dan ook zeker mijn dank betuigen. In eerste instantie wil ik professor JAN BAEL bedanken om de begeleiding van mijn masterproef op zich te nemen. Daarbij wil ik hem zeker bedanken om mij een nieuw, niet voor de hand liggend onderwerp aan te reiken dat ik nu ten gronde heb kunnen uitspitten. Daarnaast wil ik zeker en vast ook mevrouw ANN-SOPHIE BAUDRY bedanken om mij met raad en daad bij te staan wanneer ik met vragen zat. Het was voor mij een hele steun te weten dat ik bij haar terecht kon om van gedachten te wisselen. Ten slotte wil ik ook mijn ouders, zus en vriend bedanken om mijn masterproef na te lezen en om zowel dit jaar als de voorbije jaren steeds bereid te zijn mij op het even welke manier te ondersteunen. II

3 Inhoudstafel Dankwoord Inhoudstafel Inleiding... 1 Deel 1. De wettelijke samenwoning... 2 Afdeling 1. Algemeen... 2 Afdeling 2. Voorwaarden... 2 Afdeling 3. Gevolgen... 3 Onderafdeling 3.1. Primair samenwoningsstelsel... 4 A. Algemeen... 4 B. Bescherming van de gezinswoning... 5 C. Bijdrage in de lasten van de samenleving... 6 Onderafdeling 3.2. Secundair samenwoningsstelsel... 8 A. Inleiding... 8 B. Scheiding van goederen... 8 Afdeling 4. Einde van de wettelijke samenwoning Afdeling 5. Cijfers Deel 2. Plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk Afdeling 1. Algemeen Afdeling 2. Voorwerp: de lasten van het huwelijk Onderafdeling 2.1. Lasten van het huwelijk Onderafdeling 2.2. Arrest van het Hof van Cassatie van 22 april Afdeling 3. Bijdragen naar vermogen Afdeling 4. Ontvangstmachtiging Afdeling 5. Conventionele uitbreiding van het begrip lasten van het huwelijk Deel 3. Plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven Afdeling 1. Algemeen III

4 Afdeling 2. Inhoud van de plicht Afdeling 3. Uitbreiding lasten van de samenleving in een samenlevingscontract Onderafdeling 3.1. Algemeen Onderafdeling 3.2. Samenlevingscontracten A. Algemeen B. Verplicht notariële vorm C. Publiciteit Onderafdeling 3.3. De bijdrageverplichting in een samenlevingscontract Conclusie Bibliografie IV

5 V

6 Inleiding 1. Sinds november 1998 kent men in België de figuur van de wettelijke samenwoning. 1 Geleidelijk aan is het belang van die figuur toegenomen. 2 Momenteel zijn we zelfs op het punt gekomen dat de wettelijke samenwoning een vaste stek verworven heeft in onze maatschappij. 2. Wanneer men wettelijk samenwoont, heeft dat repercussies op verscheidene vlakken. Meestal wordt aandacht geschonken aan de gevolgen op vlak van erfrecht of op gebied van schenkingsrechten. Het is echter zo dat de wettelijke samenwoning nog verschillende andere gevolgen met zich meebrengt. 3 Één van die gevolgen, is de plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven. Die plicht zal in het kader van deze masterproef dan ook grondig onder de loep genomen worden. 3. Concreet zal in deze masterproef in Deel I dieper worden ingegaan op de figuur van de wettelijke samenwoning. Daarbij zal kort worden stilgestaan bij de voorwaarden, de gevolgen en het einde van de wettelijke samenwoning. Ook zullen een aantal cijfergegevens worden aangehaald om het belang van de wettelijke samenwoning te onderstrepen. Vervolgens zal in Deel II de plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk besproken worden. Hoewel deze masterproef handelt over de wettelijk samenwonenden, is het onderzoeken van de bijdrageverplichting in het kader van het huwelijk beslist niet oninteressant. De bijdrageplicht in kader van het huwelijk heeft immers grote gelijkenissen met de bijdrageplicht in het kader van de wettelijke samenwoning. Ten slotte zal in Deel III de plicht om bij te dragen in de lasten van het samenleven grondig geanalyseerd worden. 4. Zowel in Deel II als in Deel III zal nadrukkelijk worden stilgestaan bij een facet van de bijdrageplicht dat in de rechtsleer nog niet veel aandacht kreeg, namelijk bij de mogelijkheid om het begrip lasten van het huwelijk/samenleven conventioneel uit te breiden in een huwelijkscontract of een samenlevingscontract. 1 De wettelijke samenwoning werd ingevoerd bij wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning, BS 12 januari In Deel 1 afdeling 5 zullen cijfergegevens aantonen in welke mate het aantal wettelijk samenwonenden in België is toegenomen. 3 De wettelijke samenwoning brengt echter wel minder gevolgen teweeg dan het huwelijk. 1

7 Deel 1. De wettelijke samenwoning Afdeling 1. Algemeen 5. De figuur van de wettelijke samenwoning werd ingevoerd door de wet van 23 november In het Burgerlijk Wetboek wordt de wettelijke samenwoning in artikel BW gedefinieerd als de toestand van het samenleven van twee personen die een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel Hoewel het niet uitdrukkelijk werd erkend in de parlementaire voorbereidingen, was het in 1998 de bedoeling van de wetgever om een soort mini-huwelijk te creëren voor homo s en lesbiennes. 6 Voor homo s en lesbiennes was het op dat ogenblik immers nog niet mogelijk om te huwen. De wet van 13 februari 2013 bracht daar verandering in en nu kunnen deze personen ook huwen. Ondanks het feit dat personen van hetzelfde geslacht nu ook in het huwelijk kunnen treden, is de belangstelling voor de wettelijke samenwoning beslist niet verminderd De wettelijke samenwoning kan dus beschouwd worden als een instituut dat geïnspireerd is op het huwelijk, hoewel het minder wettelijk geregeld/omkaderd is. De wettelijke samenwoning laat net zoals het huwelijk ruimte voor contractuele vrijheid, maar die ruimte is bij de wettelijke samenwoning beduidend groter dan in het huwelijk. 8 Afdeling 2. Voorwaarden 8. Wettelijke samenwoning komt tot stand door de verklaring van wettelijke samenwoning, die wordt afgelegd door de overhandiging van een geschrift aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenschappelijke woonplaats. 9 4 Wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning, BS 12 januari De wet voegde in Boek III van het BW een titel Vbis in met als opschrift wettelijke samenwoning. Concreet gaat het slechts om 5 artikelen: artikel BW. 5 Op die verklaring zal in Deel I, afdeling 2 dieper ingegaan worden. 6 G. VERSCHELDEN, Handboek Belgische Familierecht, Brugge, Die Keure, 2010, Voor nadere toelichting: zie Deel I, afdeling 5. 8 G. VERSCHELDEN, Handboek Belgische Familierecht, Brugge, Die Keure, 2010, Artikel 1476 BW. De wettelijke samenwoning ontstaat echter pas op het moment dat de ambtenaar de verklaring in ontvangst neemt. De geschreven verklaring op zich volstaat niet. Zie: B. VINCK, Wettelijke en feitelijke samenwoning, TPR 2012, afl. 4,

8 9. Niet iedereen kan deze verklaring afleggen. Er zijn een aantal voorwaarden die vervuld dienen te zijn. Zo stelt de wet dat de partijen, om de verklaring te kunnen afleggen, niet verbonden mogen zijn voor een huwelijk of door een andere wettelijke samenwoning. Daarnaast vereist de wet ook dat de betrokkenen bekwaam zijn om contracten aan te gaan overeenkomstig de artikelen 1123 en 1124 BW. 10 Naast deze twee voorwaarden, blijkt uit de bewoordingen van artikel 1475 BW dat de wettelijke samenwoning, in tegenstelling tot de feitelijke samenwoning, beperkt is tot twee personen. Wat daarnaast opvalt, is dat er om wettelijk samen te wonen geen beletsels zijn ingevolge een familiale band tussen twee personen. Zo kunnen vader en dochter, broer en zus, wel wettelijk samenwonen, terwijl huwen op basis van artikel 161 en 162 BW onmogelijk is Formeel gezien moet het geschrift/de verklaring een aantal gegevens bevatten. Zo moet het geschrift onder meer melding maken van de gemeenschappelijke woonplaats en de wil van beide partijen om wettelijk samen te wonen. Afdeling 3. Gevolgen 11. Aan het statuut van de wettelijke samenwoning zijn een (beperkt) aantal gevolgen verbonden. We kunnen, net zoals in het huwelijk, een onderverdeling maken tussen het primair samenwoningsstelsel en het secundair samenwoningsstelsel. Bij het primair samenwoningsstelsel gaat het over de wederzijdse rechten en plichten, terwijl het bij het secundair samenwoningsstelsel eerder over de vermogensrechtelijke gevolgen van wettelijke samenwoning gaat. Op elk van beiden zal dieper worden ingegaan omdat de plicht om bij te dragen in de lasten van de samenleving ook een gevolg is van de wettelijke samenleving. 10 Die laatste voorwaarde zorgt ervoor dat minderjarigen en onbekwaamverklaarden uitgesloten worden van de wettelijke samenwoning. Sinds 1 september 2014 is er een nieuw beschermingsstatuut ingevoerd: het bewind. In artikel lid 2 BW wordt nu dan ook bepaald dat wanneer een persoon onder bewind wordt geplaatst en uitdrukkelijk onbekwaam werd verklaard om een verklaring van wettelijke samenwoning af te leggen, de vrederechter machtiging kan geven om de verklaring af te leggen als de betrokkene daarom verzoekt. 11 H. CASMAN, Erfrecht voor de langstlevende wettelijk samenwonende partner, in M. DE BUSSCHER, B. DE GROOTE, J. De PUYDT, A. DOOLAEGE, E. FORRIER, P. TAELMAN en W. VAN EECKHOUTTE, Kan dit nog? Liber amicorum Rogier De Corte, Mechelen, Kluwer, 2007, (61) 62. 3

9 Onderafdeling 3.1. Primair samenwoningsstelsel A. Algemeen 12. Net zoals voor gehuwde partners het geval is, heeft de wetgever een primair stelsel samengesteld voor wettelijk samenwonende partners waar de rechten en plichten van de wettelijke samenwoners omschreven worden. 12 Artikel BW stelt dat de regels die de rechten en plichten van de wettelijk samenwonenden regelen, van toepassing zijn door het enkele feit van de wettelijke samenwoning. Het is wel zo dat het primair stelsel bij de wettelijke samenwoning beperkter is dan bij huwelijk. Het primair stelsel inzake wettelijke samenwoning bevat immers uitsluitend bepalingen inzake: 1. De bescherming van de gezinswoning De bijdrage in de lasten van de samenleving De hoofdelijke aansprakelijkheid voor gezinsschulden De dringende en voorlopige maatregelen De andere vermogensrechtelijke of semi-vermogensrechtelijke bepalingen die vervat liggen in het primair stelsel voor gehuwden, werden niet getransponeerd naar de wettelijk samenwonenden. 17 Zo werd bijvoorbeeld artikel 218 BW met betrekking tot de depositorekeningen en bankkoffers niet overgenomen voor wettelijk samenwonenden. Bijgevolg zijn de bewaarnemer en de verhuurder er niet toe gehouden om de wettelijk samenwonende partners op de hoogte te brengen van de opening van een bankrekening of de huur van een brandkast. Het is wel zo dat deze personen verplicht zijn om de regels inzake mede-eigendom te respecteren als zij weten dat de gelden een onverdeeld karakter hebben. 18 Het is immers zo dat elke mede-eigenaar daden tot behoud en daden van voorlopig beheer kan stellen. Andere daden van beheer en daden van beschikking moeten daarentegen geschieden met medewerking van alle mede-eigenaars. 19 Concreet betekent 12 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, Artikel BW. 14 Artikel BW. 15 Artikel BW. 16 Artikel 1479 BW. 17 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, Artikel 577-2, 5-6 BW. 4

10 dat dat beide samenwoners samen moeten optreden bij de afhaling van gelden op dergelijke rekeningen De rechten en plichten van het primair samenwoningsstelsel zijn dwingend van toepassing wanneer men wettelijk samenwoont en kunnen dus niet weg bedongen worden. Men mag echter het belang van het primair stelsel voor wettelijk samenwonenden niet overschatten. De rechten en plichten gelden immers enkel tijdens de wettelijke samenwoning. De wettelijke samenwoning kan echter eenvoudig, eenzijdig en zonder tussenkomst van de rechter, beëindigd worden. Bijgevolg kan elk van beide samenwoners aan de dwingende regels ontsnappen en die regels buiten schot zetten door eenzijdig aan de wettelijke samenwoning een einde te maken Op de verschillende regels die vervat liggen in het primair samenwoningsstelsel, zal nu wat dieper worden ingegaan. B. Bescherming van de gezinswoning 16. De gezinswoning en huisraad genieten in het kader van wettelijke samenwoning dezelfde bescherming als bij een huwelijk. 22 Kort samengevat komt de regeling er op neer dat men wil vermijden dat door handelingen van één van beide wettelijke samenwoners, de andere samenwonende partner en de kinderen van het genot van die gezinswoning worden beroofd. 17. De concrete regeling verschilt naargelang één van beide (of beide) partners een zakelijk recht heeft op de woning of de woning gehuurd wordt. Wanneer een van beide (of beide) partners een zakelijk recht heeft op de gezinswoning, kan niet over die gezinswoning beschikt worden, noch om niet noch ten bezwarende titel, zonder instemming van de andere. 23 Wanneer de gezinswoning gehuurd wordt dan stelt de wet dat het recht op huur aan beide echtgenoten/partners gezamenlijk behoort. Beide 20 Het is echter wel mogelijk om met een volmacht te werken waardoor het optreden van beide samenwoners niet vereist is. 21 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, Artikel BW. verwijst immers naar artikel 215 BW. dat voor gehuwden geldt. 23 Onder beschikken moet men begrijpen: elke rechtshandeling die het gezin zou verplichten om de woning te verlaten of het wonen meer precair zou maken. Het gaat dus om verkoop, schenking, verhuring maar ook het vestigen van een erfdienstbaarheid en de ruil van de gezinswoning tegen een andere woning. 5

11 echtgenoten bezitten dus een gelijk en onverdeeld recht op de huur. Daaruit volgt dat opzeggingen, kennisgevingen en exploten met betrekking tot de huur aan beide wettelijk samenwonende partners gezonden moet worden of moeten uitgaan van beide wettelijk samenwonende partners gezamenlijk. Wanneer men handelingen stelt in strijd met deze uiteengezette principes, kunnen die nietig verklaard worden op verzoek van de andere echtgenoot/samenwoner Wanneer de wettelijke samenwoning beëindigd wordt, vervalt de bescherming van de gezinswoning. De ex-partner zal dan geen rechten meer hebben op de woning die aan een ander toebehoort en zal evenmin in het door de ander gehuurd goed kunnen blijven. C. Bijdrage in de lasten van de samenleving 19. Artikel BW legt aan wettelijk samenwonende partners op om bij te dragen in de lasten van het samenleven naar evenredigheid van hun mogelijkheden. Op deze plicht zal uitvoerig worden ingegaan in Deel 3 van deze masterproef. D. Hoofdelijke aansprakelijkheid 20. Volgens artikel BW zal iedere schuld die door één van de wettelijk samenwonende partners is aangegaan ten behoeve van het samenleven en de kinderen die door hen worden opgevoed, de andere hoofdelijk verbinden. Het is zo dat die regel niet enkel geldt voor gemeenschappelijke kinderen, maar voor elk kind dat door beide samenwoners wordt opgevoed. Het kan dus ook gaan om een kind van slechts één van beide wettelijk samenwonende partners. De hoofdelijke aansprakelijkheid zal niet gelden voor schulden die buitensporig zijn in het licht van de bestaansmiddelen van de samenwoners. E. Dringende en voorlopige maatregelen 21. Artikel 1479 BW bepaalt dat indien de verstandhouding tussen de wettelijk samenwonende partners ernstig verstoord is, de vrederechter op verzoek van de partijen dringende en voorlopige maatregelen kan bevelen. Die maatregelen kunnen onder meer betrekking hebben op de gemeenschappelijke verblijfplaats, op de persoon en de goederen 24 Artikel BW. 6

12 van de samenwonenden en hun kinderen en op de wettelijke en contractuele verplichtingen van de samenwoners. 22. De vrederechter is verplicht om alle bevolen maatregelen in de tijd te beperken. 25 Er wordt echter geen maximumtermijn bepaald door de wet. Wel is het zo dat de maatregelen sowieso vervallen wanneer de wettelijke samenwoning wordt beëindigd. Daardoor zullen ze vaak geen uitwerking krijgen. Wanneer de wettelijk samenwonenden daarentegen feitelijk gescheiden leven, zullen de maatregelen wel van kracht blijven Het is mogelijk voor de vrederechter om na de beëindiging van de wettelijke samenwoning maatregelen te bevelen die ten gevolge van de beëindiging gerechtvaardigd zijn. In dat geval is wel vereist dat de vordering wordt ingesteld binnen drie maanden na de beëindiging. 27 De wet stelt dat ook hier een geldingsduur van de maatregelen bepaald moet worden. Hier wordt wel een maximumtermijn voorzien. De geldigheidsduur mag namelijk niet meer dan één jaar bedragen, behalve wanneer deze maatregelen betrekking hebben op de gemeenschappelijke kinderen van de wettelijk samenwonenden. De mogelijkheden van de vrederechter zijn echter beperkt. Het is namelijk zo dat de vrederechter niet meer dezelfde maatregelen kan bevelen als tijdens de samenwoning aangezien de reeds genomen maatregelen vervallen bij de beëindiging van de wettelijke samenwoning en dat enkel maatregelen genomen kunnen worden die ingevolge de beëindiging gerechtvaardigd zijn. Het is voor de vrederechter niet meer mogelijk om maatregelen te treffen die het gebruiksrecht van eigen goederen limiteren. Aldus kan hij een woning waarvan een ex-samenwonende partner het exclusieve eigendomsrecht of huurrecht heeft, niet toewijzen aan de andere. 28 Het is wel mogelijk voor de vrederechter om maatregelen te treffen over het beheer van onverdeelde goederen en hij kan dus het gebruiksrecht over een onverdeeld goed aan één van beide ex-partners toewijzen. 25 Artikel 1479 lid 2 BW. Bij gehuwden moeten de maatregelen niet in de tijd beperkt worden. 26 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, Artikel 1479 lid 3 BW. 28 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012,

13 Onderafdeling 3.2. Secundair samenwoningsstelsel A. Inleiding 24. Het secundair huwelijksvermogensstelsel werd niet zomaar overgenomen voor wettelijk samenwonenden. Voor hen werd door de wetgever een specifiek secundair stelsel ontworpen, dat echter heel beknopt is. 29 Welk secundair samenwoningsstelsel door de wetgever werd vooropgesteld, zal in deze onderafdeling nader onderzocht en toegelicht worden. 25. Het dient echter opgemerkt te worden dat het secundair samenwoningsstelsel een suppletief karakter heeft. 30 Bijgevolg kunnen de samenwonende partners een andersluidende overeenkomst sluiten. Dergelijke overeenkomsten noemt men samenlevings- of samenwoningsovereenkomsten. 31 Enkel bij gebrek aan een andersluidende overeenkomst, zullen de samenwonende partners onderworpen zijn aan het beperkte wettelijk stelsel. De wet bepaalt echter de grenzen en stelt dat zo n overeenkomst geen beding mag bevatten dat strijdig is met artikel 1477 (het primair stelsel), met de openbare orde of goede zeden, noch met regels betreffende ouderlijk gezag en voogdij, noch met de regels die de wettelijke orde van erfopvolging bepalen. De samenlevingscontracten zullen later in deel 3 uitgebreid aan bod komen. B. Scheiding van goederen 26. Wettelijk geldt voor wettelijk samenwonenden het stelsel van scheiding van goederen. De wet zegt immers het volgende: "Elk van de wettelijk samenwonenden behoudt de goederen waarvan hij de eigendom kan bewijzen, de inkomsten uit deze goederen en de opbrengsten uit arbeid". 32 De wetgever heeft dus niet getracht bij de uitwerking van het secundair stelsel om een evenwicht te zoeken tussen autonomie en solidariteit, zoals bij gehuwden het geval is W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, K. VERSTRAETE, Beëindiging buitenhuwelijkse samenwoning. Kroniek , NJW 2008, afl. 186, J. VERSTRAETE, Beschermingstechnieken (andere dan tontine- en aanwasbedingen) tussen ongehuwd samenwonenden in K. MATTHIJS, J. VERSTRAETE, J. BAEL, Y.-H. LELEU, A. WYLLEMAN, H. CASMAN en J.-L. RENCHON, Familie op maat, Mechelen, Kluwer, 2005, (25) Artikel 1478 lid 1 BW. 33 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012,

14 27. Op basis van de wet zal elke samenwonende partner dus eigenaar zijn van de goederen waarvan hij de eigendom kan bewijzen, van de inkomsten uit die goederen en van de inkomsten uit arbeid. 34 Als geen van beide samenwonenden de eigendom kan bewijzen, zullen de goederen geacht worden in onverdeeldheid te zijn. Hetzelfde geldt voor de inkomsten van deze goederen. 35 Vele rechtsgeleerden zijn van mening dat deze bepalingen overbodig zijn. 36 Het is immers zo dat deze bepalingen het gemeenrecht bevestigen en niets nieuws toevoegen De wet stelt heel duidelijk dat degene die de eigendom van een bepaald goed opeist, bewijs moet leveren van zijn recht. Anders dan in het kader van het huwelijk, zijn er geen specifieke bepalingen die de bewijsmiddelen regelen. 38 Bijgevolg zal de gemeenrechtelijke regeling inzake bewijsvoering van eigendom van toepassing zijn en niet het enigszins mindere stelsel tussen echtgenoten, noch het strengere stelsel in de relatie met derden Zoals reeds werd gezegd, zullen de goederen waarvan geen van beiden samenwonende partners de eigendom kan bewijzen, geacht worden in onverdeeldheid te zijn. Door de wetgever werd dus een wettelijk vermoeden van onverdeeldheid ingevoerd. 40 Wanneer er een onverdeeldheid is, zal worden vereffend en verdeeld volgens de regels van de mede-eigendom in artikel BW. Ook tijdens de wettelijke samenwoning kan uit onverdeeldheid getreden worden, omdat de onverdeeldheid geen bestemmingsgebonden karakter heeft. Wanneer de wettelijke samenwoning ontbonden wordt door overlijden en de langstlevende samenwoner erfgenaam is van de overledene, zal de onverdeeldheid ten opzicht van de reservataire erfgenamen beschouwd worden als een schenking behoudens 34 Artikel 1478 lid 1 BW. 35 Artikel 1478 lid 2 BW. 36 Het gaat over lid 1 en lid 2 van artikel 1478 BW. 37 W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, 207; Y.-H. LELEU, De vermogensrechtelijke gevolgen van de wettelijke samenwoning. Commentaar bij de virtuele wet van 23 november 1998, Not. Fisc. M. 1999, 129; P. SENAEVE m.m.v. E. COENE, "De wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning, EJ 1998/10, In het kader van het huwelijk is er artikel 1468 lid 1 BW. en artikel 1399 lid 2 en 3 BW. 39 Y.-H. LELEU, De vermogensrechtelijke gevolgen van de wettelijke samenwoning. Commentaar bij de virtuele wet van 23 november 1998, Not. Fisc. M. 1999, Y.-H. LELEU, De vermogensrechtelijke gevolgen van de wettelijke samenwoning. Commentaar bij de virtuele wet van 23 november 1998, Not. Fisc. M. 1999,

15 tegenbewijs op basis van artikel 1478 lid 3 BW. 41 Op de formulering van deze bepaling kwam kritiek omdat ze onnauwkeurig is. Het is immers zo dat bij ontbinding van de wettelijke samenwoning door overlijden, de helft van de onverdeeldheid tot de nalatenschap van de overleden samenwonende partner zal behoren. De andere helft, het aandeel van de langstlevende, zal als schenking beschouwd worden behoudens tegenbewijs. Het wordt aangenomen dat deze schenking buiten deel is gebeurd. Bijgevolg zal het deel van de langstlevende samenwonende partners bij de fictieve massa gevoegd moeten worden. Wanneer het beschikbaar deel overschreden is, zal de schenking dan ook ingekort moeten worden. Men kan zich afvragen wat de ratio van deze regel is. Het is zo dat de wetgever met deze bepaling wou verhinderen dat bij wettelijke samenwoning van een ouder en een kind, wat wettelijk gezien mogelijk is, het reservatair deel van de andere kinderen aangetast zou worden, door de totstandkoming van een onverdeeldheid tussen de ouder en dat kind. Het zou zonder deze regel immers mogelijk zijn om een onverdeeldheid te creëren doordat de andere kinderen het eigendomsrecht van de ouder niet meer kunnen bewijzen wanneer de ouder de eigendomsbewijzen vernietigd heeft. Afdeling 4. Einde van de wettelijke samenwoning 30. Er zijn verschillende gebeurtenissen die aanleiding kunnen geven tot de beëindiging van de wettelijke samenwoning. Artikel BW vermeldt wat de vier oorzaken zijn. 31. In eerste instantie zal de wettelijke samenwoning een einde nemen wanneer één van de partijen in het huwelijk treedt. Het is immers zo dat het huwelijk wel de wettelijke samenwoning belet, maar de wettelijke samenwoning belet het huwelijk niet. Het maakt niet uit met wie men in het huwelijk treedt opdat aan de wettelijke samenwoning een einde zou komen. 42 Een andere oorzaak van ontbinding van de wettelijke samenwoning is het overlijden van een van de twee partners W. PINTENS, C. DECLERCK en K. VANWINCKELEN, Schets van het familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, De wettelijke samenwoning zal dus zowel een einde namen als men huwt met de andere partner als wanneer men huwt met een derde. 43 Artikel lid 1 BW. 10

16 Daarnaast is het ook mogelijk dat de beëindiging geschiedt in onderlinge overeenstemming. De partijen kunnen immers een schriftelijke verklaring van beëindiging overhandigen aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Ten slotte is het ook mogelijk dat de wettelijke samenwoning beëindigd wordt door een eenzijdige verklaring. Elke partij kan immers schriftelijk een verklaring van beëindiging overhandigen aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Er moet niet gemotiveerd worden waarom men de wettelijke samenwoning wenst te beëindigen en er moet tevens geen opzeggingstermijn gerespecteerd worden Wanneer de wettelijke samenwoning beëindigd wordt, zal dat een aantal gevolgen met zich meebrengen. Zo zal men in het kader van dringende en voorlopige maatregelen aan de vrederechter kunnen vragen om tijdelijk onderhoudsgeld te krijgen, zal de langstlevende partner bij beëindiging door overlijden kunnen erven van zijn overleden partner, 45 Afdeling 5. Cijfers 33. Zoals hierboven reeds werd gezegd, is de wettelijke samenwoning geen eeuwenoud instituut zoals het huwelijk. Het is nog maar een vijftiental jaar mogelijk om de verklaring van wettelijke samenwoning af te leggen. We kunnen ons dan ook de vraag stellen of de wettelijke samenwoning een louter theoretische mogelijkheid is, zonder dat het praktische toepassing krijgt, dan wel een erg populaire samenlevingsvorm is. 34. Wanneer we de cijfers van naderbij bekijken, zien we dat de wettelijke samenwoning wel degelijk heel populair is en zelfs nog steeds aan populariteit wint. Uit cijfers van de FOD Economie blijkt dat in mensen wettelijk samenwonen. 46 In 2000, toen wettelijke samenwoning voor het eerst mogelijk werd, ging het slechts om K. VERSTRAETE, Beëindiging buitenhuwelijkse samenwoning. Kroniek , NJW 2008, afl. 186, Hoewel deze gevolgen het bespreken waard zijn, zal er in het kader van deze masterproef niet dieper op worden ingegaan. 46 Het betreft hier een oneven cijfer, wat op het eerste zicht vreemd lijkt. Het oneven cijfer is te wijten aan het feit dat bij bepaalde samenwonenden, bij een verandering van adres, geen beëindiging van wettelijke samenwoning werd opgenomen, bijvoorbeeld bij gebrek aan een eenzijdige verklaring van beëindiging. 11

17 personen. 47 De wettelijke samenwoning is zelfs zó populair dat in de eerste helft van 2013 voor het eerst meer wettelijke samenwoningen werden afgesloten dan huwelijken. 48 De wettelijke samenwoning is dus geen louter theoretische mogelijkheid en er wordt weldegelijk gebruik gemaakt van het instituut g/ 48 T. WUYTS, Wettelijke samenwoning, NJW 2014, afl. 299,

18 Deel 2. Plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk Afdeling 1. Algemeen 35. Wanneer men huwt, brengt dat een aantal gevolgen met zich mee. De echtgenoten zullen een aantal rechten, maar beslist ook plichten hebben. Er zijn een aantal bepalingen in het Burgerlijk Wetboek die de rechten en plichten van echtgenoten regelen. 49 Het gaat onder meer over regels ter bescherming van de gezinswoning, regels aangaande de beroepskeuze, lastgeving tussen echtgenoten, Die bepalingen vormen samen het primair huwelijksstelsel. Deze regels gelden voor alle echtgenoten, ongeacht of ze met of zonder huwelijkscontract gehuwd zijn en daarenboven kan men in een huwelijkscontract niet afwijken van die bepalingen. 50 De bepalingen zijn dus dwingend, gebiedend van toepassing. De bedoeling van het primair stelsel is om een zekere balans te vinden tussen autonomie aan de ene kant en solidariteit aan de andere kant Één van de regels die deel uitmaken van het primair huwelijksstelsel is de plicht tot bijdrage in de lasten van het huwelijk. Deze plicht ligt vervat in artikel 221 BW. Het betrokken artikel stipuleert het volgende: Iedere echtgenoot draagt in de lasten van het huwelijk bij naar zijn vermogen. Wanneer een der echtgenoten deze verplichting niet nakomt, kan de andere, onverminderd de rechten van derden, zich door de vrederechter laten machtigen om, met uitsluiting van zijn echtgenoot, diens inkomsten of de inkomsten uit de goederen die hij krachtens hun huwelijksvermogensstelsel beheert, alsook alle ander hem door derden verschuldigde geldsommen te ontvangen onder de voorwaarden en binnen de perken die het vonnis bepaalt. Het vonnis kan worden tegengeworpen aan alle tegenwoordige of toekomstige derdenschuldenaars, na kennisgeving door de griffier op verzoek van de eiser. Wanneer het vonnis ophoudt gevolg te hebben, geeft de griffier daarvan bericht aan de derden-schuldenaars. 49 Het gaat om de artikelen 212 tot 224 BW. 50 Artikel 212 lid 1 en 2 BW. 51 R. BARBAIX, De vermogensrechtelijke solidariteit tussen gehuwden en samenwonende partners: grenzen en mogelijkheden, in E. ALOFS, R. BARBAIX en S. BROUWERS, Samenlevingsvormen en recht, Antwerpen, Maklu, 2012, (51)

19 De griffier vermeldt in zijn kennisgeving wat de derde-schuldenaar moet betalen of moet ophouden te betalen. Wanneer naderhand een verzoekschrift tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed wordt ingediend, blijft de machtiging niettemin uitvoerbaar tot taan de beslissing van de rechtbank of van de voorzitter van de rechtbank in kortgeding. 37. Hoewel deze masterproef handelt over de wettelijk samenwoning, is het zeker en vast interessant om de bijdrageplicht in het kader van het huwelijk van naderbij te bekijken. Het is immers zo dat, hoewel het huwelijk en de wettelijk samenwoning als instituut grondig van elkaar verschillen, er op het gebied van de bijdrageplicht zekere gelijkenissen vast te stellen zijn. 38. Wat de bijdrageplicht in het kader van het huwelijk exact inhoudt, zal in dit deel van naderbij bekeken worden. Afdeling 2. Voorwerp: de lasten van het huwelijk Onderafdeling 2.1. Lasten van het huwelijk 39. Artikel 221 BW stelt dat de echtgenoten moeten bijdragen in de lasten van het huwelijk. De wet bepaalt niet uitdrukkelijk wat men daar onder moet verstaan. Traditioneel beschouwt men in rechtspraak en rechtsleer het begrip lasten van het huwelijk als een soort verzamelnaam. De term wordt in rechtspraak en rechtsleer ruim opgevat en doelt op alle kosten en uitgaven die het huishouden van de gehuwden bezwaren, met inbegrip van alle leden die deel uitmaken van het gezin. 52 Het omvat alle kosten van het echtvereniging- en gezinsleven. 53 Kortom, met lasten van het huwelijk doelt men op alle kosten van het dagelijks leven van een gezin. Het dient opgemerkt te worden dat niet enkel de materiële behoeften van de echtgenoten en kinderen, zoals bijvoorbeeld de kosten van kleding en voeding, tot de lasten van het huwelijk worden gerekend. Ook geestelijke en culturele behoeften van de echtgenoten en kinderen, zoals 52 S. BROUWERS, Hulp- en bijdrageplicht tussen echtgenoten, TPR 2012, afl. 4, J. GERLO, Handboek voor familierecht II - Huwelijksvermogensrecht, Brugge, Die Keure, 2001, 69; W. PINTENS, B. Van Der MEERSCH en K. VANWINCKELEN, Inleiding tot het familiaal vermogensrecht, Leuven, Universitaire Pers Leuven, 2002,

20 bijvoorbeeld schoolbehoeften en ontspanning, vallen onder de lasten van het huwelijk. 54 Daarnaast is men in de rechtsleer de mening toegedaan dat de lasten van het huwelijk niet beperkt zijn tot de levensnoodzakelijke kosten. Ook kosten van bijvoorbeeld vakantie kunnen tot de lasten van het huwelijk gerekend worden. 55 Onderafdeling 2.2. Arrest van het Hof van Cassatie van 22 april In het kader van de vraag wat onder lasten van het huwelijk moet worden begrepen, kan niet worden voorbijgegaan aan een belangrijk arrest van het Hof van Cassatie. 56 In zijn arrest van 22 april 1976 heeft het Hof zich uitgesproken over de vraag in welke mate kosten, veroorzaakt door een hypothecaire lening ter verwerving van een gezinswoning, beschouwd kunnen worden als lasten van het huwelijk De feiten die aan het arrest ten grondslag lagen, waren als volgt. Twee echtgenoten, die gehuwd waren onder het stelsel van scheiding van goederen, kochten samen een appartement als gezinswoning in onverdeeldheid aan. 58 Ter financiering van deze aankoop werd een hypothecaire lening aangegaan. Deze hypothecaire lening werd, zowel in hoofdsom als in rente, uitsluitend door de man met zijn beroepsinkomsten terugbetaald. 59 Na enkele jaren besloot het koppel om uit de echt te scheiden. De man riep toen in dat de financiering van de helft van zijn echtgenote een onrechtstreekse schenking betrof, die hij op basis van artikel 1096 BW kon herroepen. 42. Voor het Hof zijn arrest had geveld, waren verscheidene rechtsgeleerden van oordeel dat men een onderscheid moest maken tussen het deel van de afbetalingen van de lening die verband hielden met de terugbetaling van het geleende kapitaal en het deel van de afbetalingen dat de interesten dekt. Het deel van de afbetalingen dat de interesten dekt beschouwde men als een last van het huwelijk. Het deel van de afbetalingen van de lening 54 G. VERSCHELDEN, Handboek Belgische Familierecht, Brugge, Die Keure, 2010, R. BARBAIX en A. L. VERBEKE, Kernbegrippen familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, Cass. 22 april 1976, Arr.Cass. 1976, 949. Het Cassatiearrest werd geveld nadat Cassatieberoep was ingesteld tegen een arrest van het Hof van Beroep te Brussel van 21 mei N. VANDEBEEK, Onroerende goederen en het huwelijksvermogen, Mechelen, Kluwer, 2010, R. BARBAIX en A. L. VERBEKE, Kernbegrippen familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, H. CASMAN, noot onder Cass. 22 april 1976, RW ,

21 dat beantwoordde aan de terugbetaling van het ontleende kapitaal, beschouwde men daarentegen als een investering en niet als een last van het huwelijk Het Hof van Cassatie volgde deze zienswijze niet en brak resoluut met de visie waarbij een onderscheid gemaakt moest worden tussen de afbetalingen en de interesten. 61 Volgens het Hof dienen niet uitsluitend interesten van een lening als een last van het huwelijk te beschouwen, maar ook de kapitaalaflossingen zijn een last van het huwelijk wanneer het gaat om de verwerving van een onroerend goed dat als gezinswoning dient en gezamenlijk door beide echtgenoten werd verworven. Het Hof besliste dus dat alle lasten van het gezin die voortvloeien uit de verkrijging van een gemeenschappelijk huis, lasten van het huwelijk zijn. 62 Concreet betekende dat in dit specifieke arrest dat de vrouw haar aandeel in de gezinswoning, als last van het huwelijk, had gefinancierd door haar evenredige bijdrage in natura De meerderheid in de rechtsleer interpreteert het Cassatiearrest op die manier dat Cassatie een bredere betekenis geeft aan het begrip lasten van het huwelijk. 64 Ten gevolge van deze zienswijze zouden alle lasten veroorzaakt door gezamenlijke verwerving, onderhoud en instandhouding van een gezinswoning als lasten van het huwelijk beschouwd moeten worden Op deze visie kan echter kritiek geuit worden. Het is namelijk zo dat wanneer men deze zienswijze volgt, dat betekent dat de aflossing van een lening, die werd aangegaan om een gemeenschappelijke woning aan te kopen, steeds tot de lasten van het huwelijk zou behoren. 66 Dan komt het er eigenlijk op neer dat de echtgenoot die er financieel gezien beter voor staat/de enige beroepsactieve, moet betalen voor de verwerving van een 60 G. BAETEMAN, Le statut juridique des immeubles acquis conjointement par deux époux séparés de biens, (noot onder RB. Brussel 18 juni 1964), RCJB 1971, 212; J. RENAULD, Examen de jurisprudence ( ). Contrat de mariage et régimes matrimoniaux, RCJB 1969, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, H. CASMAN, noot onder Cass. 22 april 1976, RW , De vrouw stond immers in voor de huishouding. 64 J. BAEL, De vereffening - verdeling na echtscheiding. Enkele capita selecta in X., CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 2003, (183) 238.; W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, 71; W. PINTENS, B. Van Der MEERSCH en K. VANWINCKELEN, Inleiding tot het familiaal vermogensrecht, Leuven, Universitaire Pers Leuven, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, J. BAEL, De vereffening - verdeling na echtscheiding. Enkele capita selecta in X., CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 2003, (183)

22 onverdeeld aandeel in de gezinswoning door de financieel zwakker/niet beroepsactieve echtgenoot Er is echter ook een andere interpretatie van het arrest mogelijk. Onder meer professor JAN BAEL interpreteert het arrest zo dat het Hof door zijn arrest duidelijk wil maken dat echtgenoten de wil kunnen uiten om het begrip lasten van het huwelijk uit te breiden. 68 Op deze visie zal dieper worden ingegaan in afdeling 5 van dit deel. Afdeling 3. Bijdragen naar vermogen 47. De verplichting om bij te dragen in de lasten van het huwelijk, is een wederkerige en evenredige verplichting voor beide echtgenoten. Het is niet zo dat elke echtgenoot een gelijke bijdrage moet leveren, maar men moet bijdragen naar evenredigheid van zijn mogelijkheden. 69 Men houdt daarbij rekening met de omvang van hun inkomsten, zowel met inkomsten uit arbeid als met inkomsten uit kapitaal, en met de materiële mogelijkheden In beginsel wordt de bijdrageplicht in natura vervuld. Dit betekent echter niet noodzakelijk dat de bijdrage in geld moet gebeuren. 71 Men kan bijdragen door middel van financiële prestaties, zoals bijvoorbeeld huishoudgeld ter beschikking stellen of goederen aankopen, maar het wordt algemeen in de rechtspraak en rechtsleer ook aanvaard dat men bijdraagt door middel van persoonlijke inzet/materiële en morele inspanningen, zoals bijvoorbeeld het helpen van de kinderen bij hun studies en het verrichten van huishoudelijk werk. Men kan dus ook door het verrichten van inspanningen tegemoetkomen aan de bijdrageverplichting J. BAEL, De vereffening - verdeling na echtscheiding. Enkele capita selecta in X., CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 2003, (183) J. BAEL, De vereffening - verdeling na echtscheiding. Enkele capita selecta in X., CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 2003, (183) N. TORFS, Zijn werken uitgevoerd door een van de echtgenoten aan een eigen onroerend goed te beschouwen als zijn bijdrage in de lasten van het huwelijk?, TBR 2014, afl. 5., 206; R. BARBAIX en A. L. VERBEKE, Kernbegrippen familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, 11; F. SWENNEN, Het personen en familierecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Beginselen relatievermogensrecht, Brugge, Die Keure, 2012, 14; N. TORFS, Zijn werken uitgevoerd door een van de echtgenoten aan een eigen onroerend goed te beschouwen als zijn bijdrage in de lasten van het huwelijk?, TBR 2014, afl. 5., R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Beginselen relatievermogensrecht, Brugge, Die Keure, 2012, N. TORFS, Zijn werken uitgevoerd door een van de echtgenoten aan een eigen onroerend goed te beschouwen als zijn bijdrage in de lasten van het huwelijk?, TBR 2014, afl. 5.,

23 49. De plicht om bij te dragen naar vermogen in de lasten van het huwelijk is van dwingend recht en dit zowel op vlak van het principe op zich als op vlak van de hoeveelheid van de bijdrage. Men kan de bijdrageplicht op zich dus niet uitsluiten, maar men kan ook niet bedingen in bijvoorbeeld een huwelijkscontract dat één van de echtgenoten niet in evenredigheid van zijn vermogen moet bijdragen. Wat wel kan, is dat echtgenoten in een huwelijkscontract of in een latere akte wijziging van het huwelijksstelsel een regeling bepalen omtrent de hoegrootheid/omvang van hun geldelijke bijdrage naar vermogen. Ze kunnen dus bedingen dat ieder van beide een bepaald bedrag of een zeker percentage van zijn inkomen moet verschaffen. 73 Het is dan wel zo dat die regeling slechts geldt zolang de omstandigheden niet gewijzigd zijn. 74 De overeenkomsten gelden dus slechts rebus sic stantibus. 50. De plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk naar vermogen blijft in principe bestaan zolang het huwelijk duurt. Dat betekent dat ook na feitelijk scheiding of tijdens een procedure tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed, de plicht zal blijven gelden Het dient tevens nog opgemerkt te worden dat artikel 217 BW een bestedingsvolgorde van de inkomsten van de echtgenoten bepaalt. Het artikel laat de echtgenoten de mogelijkheid om hun inkomsten te innen en besteden, maar ze moeten hun inkomsten bij voorrang besteden aan de bijdrage in de lasten van het huwelijk. 76 Afdeling 4. Ontvangstmachtiging 52. Hoewel echtgenoten wettelijk verplicht zijn om bij te dragen in de lasten van het huwelijk, gebeurt het soms dat men de plicht niet naleeft. Wanneer een van de 73 R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Beginselen relatievermogensrecht, Brugge, Die Keure, 2012, 15; R. BARBAIX en A. L. VERBEKE, Kernbegrippen familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, W. PINTENS, C. DECLERCK en V. ALLAERT, Overzicht van rechtspraak relatievermogensrecht ( ), TPR 2010, Rb. Antwerpen 18 januari 1977, RW , Deze bepaling werd niet overgenomen voor de wettelijk samenwonenden. Bijgevolg rust op hen niet de verplichting om hun inkomsten bij voorrang te besteden aan de bijdrage in de lasten van het huwelijk. 18

24 echtgenoten de bijdrageplicht niet of niet naar evenredigheid naleeft, kan de andere echtgenoot een onderhoudsuitkering of een ontvangstmachtiging vragen De ontvangstmachtiging wordt door de familierechtbank verleend en is een soort lastgeving via gerechtelijke weg. De rechter verleent in dat geval aan de ene echtgenoot het recht om alle of een deel van de geldsommen die aan de andere echtgenoot toekomen, te ontvangen en dit met uitsluiting van die laatste echtgenoot. 78 De maatregel van de ontvangstmachtiging kan betrekking hebben op het inkomen uit arbeid van de in gebreke zijnde echtgenoot, op inkomsten uit goederen van die echtgenoot en op alle andere geldsommen die door derden aan deze echtgenoot verschuldigd zijn Wanneer de echtgenoten feitelijk gescheiden zijn, rust op de echtgenoot die de ontvangstmachtiging vordert een belangrijke bewijsverplichting. Het is namelijk zo dat de bijdrageverplichting tussen echtgenoten in de regel in natura wordt uitgevoerd in de echtelijke verblijfplaats. Wanneer men feitelijk gescheiden is, is dit echter niet meer mogelijk. Bijgevolg zal de echtgenoot die de ontvangstmachtiging vordert, moeten bewijzen dat die uitvoering in natura in de echtelijke verblijfplaats, niet door zijn toedoen onmogelijk is. 80 Daarom moet die echtgenoot, volgens vaststaande rechtspraak van het Hof van Cassatie, bij niet gerechtelijk bevolen feitelijke scheiding, bewijzen dat de het ontstaan en blijven duren van de feitelijke scheiding, aan de andere echtgenoot toe te rekenen is Artikel 221 lid 2 BW bepaalt dat de ontvangstmachtiging geschiedt onverminderd de rechten van derden. Vroeger interpreteerde men dat zo dat de delegatie geen persoonlijk recht verleent zodat de derden-schuldeisers van de echtgenoot-verweerder zowel beslag kunnen leggen in zijn handen vóór de betaling als na de betaling in handen van de echtgenoot-delegataris. Die zienswijze kan echter niet meer gevolgd worden gelet op artikel 1412 Ger.W. Dit artikel stelt dat wanneer bedragen aan een werknemer 77 Dit wordt soms ook wel de sommendelegatie genoemd. 78 H. CASMAN, Bijdrage in de lasten van het huwelijk, in X., Huwelijksvermogensrecht, Mechelen, Kluwer, 1996, I.10., 8; J. DU MONGH, Onderhoudsaanspraken tussen (ex-) echtgenoten in P. SENAEVE, I. BOONE, C. DECLERK en J. DU MONGH (eds.), Themis. Personen - en Familierecht, Brugge, Die Keure, 2014, G. VERSCHELDEN, Handboek Belgische Familierecht, Brugge, Die Keure, J. DU MONGH, Onderhoudsaanspraken tussen (ex-) echtgenoten in P. SENAEVE, I. BOONE, C. DECLERK en J. DU MONGH (eds.), Themis. Personen - en Familierecht, Brugge, Die Keure, 2014, Cass. 21 februari 1986, RW , 303, noot P. SENAEVE; Cass. 22 december 2006, T.Fam. 2007, 2, noot C. AERTS;, Cass. 13 april 2007, Act.dr.fam. 2008, 57, A.-CH. VAN GYSEL. 19

25 verschuldigd zijn en ze hem niet mogen worden uitgekeerd omdat een ontvangstmachtiging werd bevolen op basis van artikel 221 BW, die bedragen slechts vatbaar zijn voor overdracht of beslag om een andere reden, tot beloop van het bedrag dat is vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van het hoofdstuk betreffende de goederen die niet in beslag kunnen genomen worden, verminderd met de bedragen die aan de echtgenoot betaald zijn krachtens artikel 221 BW. Het komt er dus op neer dat men aan de echtgenoot-delegataris het recht verleent om bij voorrang op de schuldeisers van zijn echtgenoot betaald te worden. Gelet op deze visie, is het niet onmogelijk dat een gehuwde in overleg met zijn echtgenoot om een ontvangstmachtiging verzoekt om op die manier een deel van de inkomsten te onttrekken aan beslag van de schuldeisers. Als echter een bedrieglijke verstandhouding bewezen kan worden, zal de echtgenoot-schuldenaar strafbaar zijn wegens het bedrieglijk bewerken van zijn onvermogen Aangezien de ontvangstmachtiging heel ingrijpend is, kan ze niet preventief ter afschrikking worden aangewend. 83 De ontvangstmachtiging kan dus enkel worden aangewend wanneer men de bijdrageverplichting niet nakomt of dreigt niet na te komen. 84 Afdeling 5. Conventionele uitbreiding van het begrip lasten van het huwelijk 57. In onderafdeling 2.2 van dit deel werd het belangrijke arrest van het Hof van Cassatie van 22 april 1976 reeds besproken. Hoewel de meerderheid van oordeel is dat het arrest zo geïnterpreteerd moet worden dat het Hof een bredere betekenis wou geven aan het begrip lasten van het huwelijk is ook aan andere interpretatie mogelijk. 58. Het arrest kan op die manier geïnterpreteerd worden dat het Hof van Cassatie wilde aangeven dat echtgenoten de wil kunnen uiten om het begrip lasten van het huwelijk uit te breiden, in een huwelijkscontract of daarbuiten. 85 De wil kan volgens de auteurs die deze zienswijze volgen zowel uitdrukkelijk als impliciet worden uitgedrukt. 86 In deze 82 Artikel 490bis SW. 83 J. DU MONGH, Onderhoudsaanspraken tussen (ex-) echtgenoten in P. SENAEVE, I. BOONE, C. DECLERK en J. DU MONGH (eds.), Themis. Personen - en Familierecht, Brugge, Die Keure, 2014, Cass. 23 januari 2009, C N 85 J. BAEL, De vereffening - verdeling na echtscheiding. Enkele capita selecta in X., CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 2003, (183) R. BARBAIX, De vermogensrechtelijke solidariteit tussen gehuwden en samenwonende partners: grenzen en mogelijkheden, in E. ALOFS, R. BARBAIX en S. BROUWERS, Samenlevingsvormen en recht, Antwerpen, Maklu, 20

26 interpretatie zal het begrip lasten van het huwelijk zijn gewone betekenis, zijnde de kosten van het echtverenigings-en gezinsleven behouden, maar kunnen echtgenoten het begrip uitbreiden in onderlinge overeenstemming. De stelling dat men het begrip conventioneel kan uitbreiden, heeft reeds steun gevonden in bepaalde rechtspraak, al is de rechtspraak over het algemeen erg verdeeld Wanneer echtgenoten gehuwd zijn met scheiding van goederen, kan het nuttig zijn om het begrip lasten van het huwelijk uit te breiden in hun huwelijkscontract. Het is namelijk zo dat wanneer men gehuwd is onder het wettelijk stelsel, er een automatische gelijke deelname zal zijn in de besparingen. Beroepsinkomsten en inkomsten uit kapitaal zullen in het gemeenschappelijk vermogen vallen. Daardoor vindt er een gezamenlijke vermogensopbouw plaats en zal er solidariteit tussen de echtgenoten bestaan. Wanneer men echter met scheiding van goederen gehuwd is, zal dit niet het geval zijn. Toch kan men die solidariteit ook bij het stelsel van scheiding van goederen bereiken. Dit kan men doen door een verrekenbeding toe te voegen waardoor de aanwinsten dan verrekend zullen worden zoals in het wettelijk stelsel. Men kan echter ook een clausule opnemen in het huwelijkscontact waarbij een vermoeden wordt opgenomen dat het gaat om een bijdrage in de lasten van het huwelijk. Zo hebben echtgenoten de mogelijkheid om bijvoorbeeld de verwerving van een ander goed dan de gezinswoning als last van het huwelijk te beschouwen Deze techniek kan heel erg nuttig zijn, maar zal voornamelijk wenselijk zijn als het gaat om gewone mensen. Wanneer een van beide echtgenoten immers een heel groot inkomen heeft, zal de clausule niet waterdicht zijn want dan zal aan de andere echtgenoot proportioneel gezien teveel worden toegekend. 2012, (51) 63; Y.H. LELEU, Liquidation des créances et récompenses au titre d inventissements immobiliers in X, Praktijkgericht huwelijksvermogensrecht, Mechelen, Kluwer, 2005, (51) R. BARBAIX, De vermogensrechtelijke solidariteit tussen gehuwden en samenwonende partners: grenzen en mogelijkheden, in E. ALOFS, R. BARBAIX en S. BROUWERS, Samenlevingsvormen en recht, Antwerpen, Maklu, 2012, (51) 63. Zo is er onder meer het arrest van het Hof van Beroep van Luik van 16 januari 2002 waar de conventionele uitbreiding van het begrip lasten van het huwelijk mogelijk wordt geacht. 88 R. BARBAIX, De vermogensrechtelijke solidariteit tussen gehuwden en samenwonende partners: grenzen en mogelijkheden, in E. ALOFS, R. BARBAIX en S. BROUWERS, Samenlevingsvormen en recht, Antwerpen, Maklu, 2012, (51)

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK WETTELIJKE SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK BOEK III TITEL Vbis WETTELIJKE SAMENWONING Artikel 1475 Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan de toestand van samenleven

Nadere informatie

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek.

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. 30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. Publicatie : 18-05-1962 Inwerkingtreding : 28-05-1962 Dossiernummer : 1961-12-30/31 HOOFDSTUK VI : WEDERZIJDSE

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

WETTELIJKE SAMENWONING INFOBROCHURE

WETTELIJKE SAMENWONING INFOBROCHURE WETTELIJKE SAMENWONING INFOBROCHURE Sinds 1 januari 2000 trad de wet op de wettelijke samenwoning in voege. Hierdoor kunnen samenwonenden een juridische zekerheid bekomen die vergelijkbaar is met deze

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

DEEL 3. Wettelijk samenwonen

DEEL 3. Wettelijk samenwonen DEEL 3 Wettelijk samenwonen DE RECHTEN VAN HET PAAR 1 Procedure Wettelijk samenwonen houdt het midden tussen samenwonen zonder meer (zonder bescherming voor de partners) en het huwelijk (dat de echtgenoten

Nadere informatie

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier...

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier... III Inhoudstafel Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.... I Voorwoord.... 1 Hoofdstuk 1. Inleidende beschouwingen... 3 Afdeling 1. Algemeen.... 3 Afdeling 2. Invloed van

Nadere informatie

Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk?

Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk? Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk? Al naargelang van de aard van de wijziging, gaat de wijzigingsprocedure gepaard met één, twee, drie of vier notariële akten. De kleine wijziging:

Nadere informatie

REGELINGSAKTE EN FAMILIERECHTELIJKE OVEREENKOMST VOORAFGAAND AAN ECHTSCHEIDING DOOR ONDERLINGE TOESTEMMING

REGELINGSAKTE EN FAMILIERECHTELIJKE OVEREENKOMST VOORAFGAAND AAN ECHTSCHEIDING DOOR ONDERLINGE TOESTEMMING REGELINGSAKTE EN FAMILIERECHTELIJKE OVEREENKOMST VOORAFGAAND AAN ECHTSCHEIDING DOOR ONDERLINGE TOESTEMMING TUSSEN: Mevrouw X En Meneer Y EN IS OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT: Partijen willen overgaan tot echtscheiding

Nadere informatie

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.. Inleiding... 1

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.. Inleiding... 1 iii Inhoudstafel Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.. i Inleiding............................................... 1 Hoofdstuk I. Huwelijk.................................

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort Concubinaat De buitenhuwelijkse tweerelatie Patrick Senaeve (ed.) Met bijdragen van: Eric Dirix Jacques Herbots Walter Pintens Jan Roodhooft Patrick Senaeve Acco Leuven / Amersfoort INHOUD Patrick Senaeve

Nadere informatie

Mandaat vennootschap onbezoldigd sociale kas verplicht?

Mandaat vennootschap onbezoldigd sociale kas verplicht? Mandaat vennootschap onbezoldigd sociale kas verplicht? Een veel voorkomende vraag: Mijn mandaat in de vennootschap wordt onbezoldigd. Moet ik dan nog sociale bijdragen betalen? Op de website van Acerta

Nadere informatie

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... VOORWOORD...v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1 Hfdst I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...3 I. Algemeen...3 II. Verplichting tot hulp

Nadere informatie

Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting

Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 DECEMBER 2013 C.13.0041.N-C.13.0067.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I Nr. C.13.0041.N T.P., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te

Nadere informatie

DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie

DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie Uitgegeven door Walter Pintens Gewoon Hoogleraar K.U. Leuven Buitengewoon

Nadere informatie

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1 Deel I. Privaatrechtelijke aspecten..... 1 Hoofdstuk 1. Wettelijk kader van het samenwonen.... 3 1. Wet inwerkingtreding......... 5 2. Civielrechtelijk begrip wettelijke samenwoning..... 5 3. Verklaring

Nadere informatie

DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden... 1

DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden... 1 INHOUD VOORWOORD............................................ xv DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden.....................................

Nadere informatie

hoofdstuk 12 Conclusie

hoofdstuk 12 Conclusie hoofdstuk 12 249 Tot slot vindt u een samenvattend overzicht met de belangrijkste verschilpunten tussen huwen, wettelijk samenwonen en feitelijk samenwonen binnen de verschillende domeinen die doorheen

Nadere informatie

4 de vermelding van de wil van beide partijen om wettelijk samen te wonen;

4 de vermelding van de wil van beide partijen om wettelijk samen te wonen; Datum : 01/12/1999 BS : 07/12/1999 Omzendbrief. - Wettelijke samenwoning, ingevoerd door de wet van 23 november 1998 Aan de gebruikers van het Rijksregister, Aan het College van Burgemeester en Schepenen,

Nadere informatie

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 7 Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Wat is recht? 15 1.2 Indelingen van het recht 16 A Privaatrecht publiekrecht 16 B Enkele andere indelingen 17 1.3 De bronnen van het recht 18 A Wetgeving

Nadere informatie

Echtscheidingsrecht in hoofdlijnen

Echtscheidingsrecht in hoofdlijnen Echtscheidingsrecht in hoofdlijnen In België kan men onder andere aan de hand van twee verschillende procedures uit de echt scheiden: - de procedure EOT (Echtscheiding Onderlinge Toestemming) - de procedure

Nadere informatie

2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten. Goele Rutten Proefschrift ingediend tot het behalen van de graad van master in de rechten

2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten. Goele Rutten Proefschrift ingediend tot het behalen van de graad van master in de rechten 2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten Masterproef De rol van de partner in de nieuwe wet tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus

Nadere informatie

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Renate Barbaix Alain Laurent Verbeke (eds.) Antwerpen Cambridge Actuele knelpunten familiaal vermogensrecht Renate

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben Hoe: men doet aangifte bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar één van beide partners woont

Nadere informatie

Rolnummer 2704. Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T

Rolnummer 2704. Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T Rolnummer 2704 Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 1, 3, eerste lid, van artikel III, overgangsbepalingen, van de wet van 14 juli 1976 betreffende

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 28 NOVEMBER 2013 C.12.0523.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0523.N L., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen

Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen Samenlevingsvormen huwelijk wettelijke samenwoning feitelijke samenwoning Doelstellingen bescherming langstlevende echtgenoot

Nadere informatie

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT 1. De artikelen 127 en 128 van de Wet van 25 juni 1992 op de Landverzekeringsovereenkomst (WLVO) stelden eertijds het volgende: Artikel 127 WLVO: De aanspraken,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 DECEMBER 2010 F.08.0102.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.08.0102.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Christine Van Heuverswyn Uittreksel Handboek Estate Planning Vermogensplanning met effect bij leven Huwelijk en samenwoning www.larcier.be Onderwerp Huwelijksvermogensrecht en vennootschap: ongewenste

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 JUNI 2015 C.14.0463.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0463.N M.M., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen F.D., verweerder, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 SEPTEMBER 2008 C.07.0394.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0394.N L. J.-P., eiser, vertegenwoordigd door mr. Lucien Simont, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050

Nadere informatie

Grafiek 1: inschrijvingen in Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten

Grafiek 1: inschrijvingen in Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten NOTARISBAROMETER FAMILIE WWW.NOTARIS.BE 2018 14 februari 2019 In deze familiebarometer leggen we ons toe op de in 2018 afgesloten huwelijkscontracten, wijzigingen van huwelijkscontracten alsook op de wijzigingen

Nadere informatie

Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot,

Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot, Nr. Huwelijkscontract # 20# Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot, verschenen: 1. De Heer #, #, geboren te # op #, rijksregister

Nadere informatie

privé-vermogenvermogen

privé-vermogenvermogen FAMILIAAL VERMOGENSRECHT VENNOOTSCHAPSRECHT Inleiding Prof. Dr. Johan Du Mongh KU Leuven Advocaat Johan Du Mongh 1 Johan Du Mongh 2 Het huwelijksgoederenrecht speelt op het ogenblik van inbreng van privé-vermogenvermogen

Nadere informatie

Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk?

Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk? Hoe kan men het huwelijkscontract wijzigen tijdens het huwelijk? Al naargelang van de aard van de wijziging, gaat de wijzigingsprocedure gepaard met één, twee, drie of vier notariële akten. De kleine wijziging:

Nadere informatie

Om te beginnen: de gemeenschappelijke aanslag voor gehuwden

Om te beginnen: de gemeenschappelijke aanslag voor gehuwden Als u een fiscale schuld heeft, zal die fiscus die komen invorderen. Dat kan de fiscus niet alleen doen voor een persoonlijke schuld, maar ook voor de belastingschuld van uw echtgenoot. De fiscus hoeft

Nadere informatie

hoofdstuk 6 Huren Huren 131

hoofdstuk 6 Huren Huren 131 hoofdstuk 6 131 Inleiding Samenwonenden en gehuwden kunnen ervoor kiezen om, eventueel voorlopig, samen een woning te huren in plaats van onmiddellijk samen een huis te bouwen of te kopen. In dit hoofdstuk

Nadere informatie

INHOUD BW VW 3. BOEK I. PERSONEN art. (*1) Titel I. Genot en verlies van de burgerlijke rechten (K. VUYLSTEKE) 7-33

INHOUD BW VW 3. BOEK I. PERSONEN art. (*1) Titel I. Genot en verlies van de burgerlijke rechten (K. VUYLSTEKE) 7-33 15 16 INHOUD BW VW 3 Inhoud BOEK I. PERSONEN art. (*1) Titel I. Genot en verlies van de burgerlijke rechten (K. VUYLSTEKE) 7-33 Hoofdstuk I. Genot van de burgerlijke rechten (K. VUYLSTEKE) 7-16 Hoofdstuk

Nadere informatie

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2 HOOFDSTUK 1 DE WISSELWERKING TUSSEN SCHENKINGEN EN UITERSTE WILSBESCHIKKINGEN Annelies Wylleman Hoofddocent Vakgroep Burgerlijk Recht Universiteit Gent Notaris Lise Voet Assistent Vakgroep Burgerlijk Recht

Nadere informatie

Voorwoord... xv HOOFDSTUK II. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING... 5 HOOFDSTUK III. ARTIKEL 229 VAN HET BURGERLIJK WETBOEK... 17

Voorwoord... xv HOOFDSTUK II. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING... 5 HOOFDSTUK III. ARTIKEL 229 VAN HET BURGERLIJK WETBOEK... 17 INHOUD Voorwoord............................................... xv DEEL I. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING. DE ECHTSCHEI- DING OP GROND VAN ONHERSTELBARE ONTWRICHTING VAN HET HUWELIJK Frederik Swennen.....................................

Nadere informatie

Rolnummer 5529. Arrest nr. 151/2013 van 7 november 2013 A R R E S T

Rolnummer 5529. Arrest nr. 151/2013 van 7 november 2013 A R R E S T Rolnummer 5529 Arrest nr. 151/2013 van 7 november 2013 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 745octies, 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van

Nadere informatie

Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W.

Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W. INHOUDSTAFEL A. FEITELIJKE SCHEIDING VO O R ECHTSCHEIDING 1 Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W.

Nadere informatie

Huwelijksvermogensstelsels: hoofdlijnen

Huwelijksvermogensstelsels: hoofdlijnen Editie 2015 Huwelijksvermogensstelsels: hoofdlijnen auteurs: Prof. Hélène Casman, Ere Notaris, hoogleraar emerita (VUB en ULB) Me Philippe De Page, Avocat au barreau de Bruxelles. Chargé de cours à l Université

Nadere informatie

DEEL I. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING. DE ECHTSCHEI- DING OP GROND VAN ONHERSTELBARE ONTWRICHTING VAN HET HUWELIJK

DEEL I. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING. DE ECHTSCHEI- DING OP GROND VAN ONHERSTELBARE ONTWRICHTING VAN HET HUWELIJK INHOUD Voorwoord xv DEEL I. DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING. DE ECHTSCHEI- DING OP GROND VAN ONHERSTELBARE ONTWRICHTING VAN HET HUWELIJK FREDERIK SWENNEN 1 INLEIDING 3 DOELSTELLINGEN VAN DE HERVORMING

Nadere informatie

Hoe beveilig ik mijn partner?

Hoe beveilig ik mijn partner? Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming

Nadere informatie

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN Walter PINTENS Hoogleraar K.U. Leuven Frank BUYSSENS Assistent K.U. Leuven Huwelijksvermogensstelsels Schenkingen Erfenissen - Testamenten Familiale Schikkingen

Nadere informatie

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de

Nadere informatie

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 p. Inhoud... V Titel 1. Juridische aspecten.... 1 Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 Hoofdstuk 2. Algemene beschouwingen over de schenking onder de levenden... 2 Afdeling 1. Definitie...... 2 Afdeling 2. Grondvereisten

Nadere informatie

I.T. 123 WETTELIJKE SAMENWONING

I.T. 123 WETTELIJKE SAMENWONING I.T. 123 WETTELIJKE SAMENWONING Algemeenheden De wet van 23 november 1998, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 12 januari 1999, heeft het Burgerlijk Wetboek gewijzigd door de invoering van de wettelijke

Nadere informatie

Tel.: 011/ Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/ Naam:.. Voornaam:... Beroep: Adres:... Tel.:...GSM.:... .:...

Tel.: 011/ Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/ Naam:.. Voornaam:... Beroep: Adres:... Tel.:...GSM.:...  .:... VERZOEKSCHRIFT AANSTELLING BEWINDVOERING VREDEGERECHTEN HASSELT Parklaan 25 bus 7 3500 HASSELT Tel.: 011/37.44.05 Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/37.44.62 De verzoekende partij: Naam:... Voornaam:...

Nadere informatie

Wettelijk erfrecht Duitsland

Wettelijk erfrecht Duitsland De positie van de langstlevende echtgenoten in het Duitse, Franse, Luxemburgse, Belgische en Nederlandse erfrecht Dr. Rembert Süβ Deutsches Notarinstitut Wettelijk erfrecht Duitsland Beperkte vooruitneming

Nadere informatie

Rolnummer 4777. Arrest nr. 72/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T

Rolnummer 4777. Arrest nr. 72/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T Rolnummer 4777 Arrest nr. 72/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 1469, tweede lid, en 1595, eerste lid, 4, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door

Nadere informatie

KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1

KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1 INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 FEBRUARI 2012 C.10.0498.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0498.N M.C., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 9051

Nadere informatie

Artikel 1240 van het Gerechtelijk Wetboek

Artikel 1240 van het Gerechtelijk Wetboek BIJLAGE 7 bij het koninklijk besluit van 31 augustus 2014 tot vaststelling van de inhoud en de vorm van modellen van verslagen, van vereenvoudigde boekhouding en van verzoekschrift ter uitvoering van de

Nadere informatie

DE GRENS TUSSEN ENERZIJDS DE BIJDRAGE IN DE LASTEN VAN HET HUWELIJK OF HET SAMENLEVEN EN ANDERZIJDS DE SCHENKING

DE GRENS TUSSEN ENERZIJDS DE BIJDRAGE IN DE LASTEN VAN HET HUWELIJK OF HET SAMENLEVEN EN ANDERZIJDS DE SCHENKING DE GRENS TUSSEN ENERZIJDS DE BIJDRAGE IN DE LASTEN VAN HET HUWELIJK OF HET SAMENLEVEN EN ANDERZIJDS DE SCHENKING Aantal woorden: 52.609 Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad Master in de

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1 Basisbibliografie...1 1. Grondslag en karakter...2 A. De onderhoudsuitkering tijdens de echtscheidingsprocedure:

Nadere informatie

Commissie "Code en Vooruitzichten"

Commissie Code en Vooruitzichten Commissie Doc: a056003 Tijdschrift: 56 p. 26 Datum: 18/01/1992 Origine: NR Thema's: Code van geneeskundige plichtenleer (Interpretatie van de-) Vennootschappen tussen artsen en met niet-artsen Commissie

Nadere informatie

VRAGENLIJST n r II CONSULTATIES-CLAUSULES

VRAGENLIJST n r II CONSULTATIES-CLAUSULES 1 NEDERLANDSTALIGE BENOEMINGSCOMMISSIE VOOR HET NOTARIAAT Beenhouwersstraat, 67 B 1000 Brussel Tel. 02 506 46 44 Fax 02 506 46 49 info@bcn-not.be VERGELIJKEND EXAMEN 2006 SCHRIFTELIJK GEDEELTE Brussel,

Nadere informatie

Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie

Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2009-2010 Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend door Jessica

Nadere informatie

Je rechten bij erfenis

Je rechten bij erfenis Je rechten bij erfenis Wie zijn je erfgenamen? De principes Bloedverwanten + echtgenoot + WSW partner + geadopteerden Volgorde? Eerst de ORDEN : de eerste orde sluit alle volgende uit Eerste orde : afstammelingen

Nadere informatie

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen

HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen GERECHTELIJK WETBOEK - Deel IV : BURGERLIJKE RECHTSPLEGING. HOOFDSTUK XI. Echtscheiding, scheiding van tafel en bed en scheiding van goederen Afdeling II. Echtscheiding door onderlinge toestemming. Art.

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van beroep Brussel Onderwerp I. Artikelen 792 en 1448 BW. Heling: toepassingsvoorwaarden. II. Artikelen 1446 en 1447 BW. Toewijzing bij voorrang. Moet het huisraad overgenomen worden met

Nadere informatie

Deutsche Bank DB Planning Insights Maart 2014. Samenlevings vormen en vermogens overdracht

Deutsche Bank DB Planning Insights Maart 2014. Samenlevings vormen en vermogens overdracht Deutsche Bank DB Planning Insights Maart 2014 Samenlevings vormen en vermogens overdracht 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding...4 2. Enkele definities...4 3. Totstandkoming...5 4. Statuut...5 5. Algemene kenmerken

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MAART 2018 C.17.0067.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.17.0067.N E.A. eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen, Amerikalei

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van beroep Brussel Onderwerp Gerechtelijke vereffening-verdeling. Artikel 1207 e.v. Ger. W. Deelakkoorden: geldigheid en bindende kracht. Artikel 1447 BW betreffende de overname van de gezinswoning

Nadere informatie

3. Trouwen zonder huwelijkse voorwaarden: van een algehele naar een beperkte gemeenschap van goederen... 13

3. Trouwen zonder huwelijkse voorwaarden: van een algehele naar een beperkte gemeenschap van goederen... 13 Inhoudsopgave Voorwoord 1 1 Samenwoners 2 11 Inleiding 2 12 Een samenlevingscontract 2 13 Wat regelt u in een samenlevingscontract? 2 131 Voor de periode waarin u samenwoont 2 132 Voor het geval u besluit

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-2009 JURIDISCHE ANALYSE VAN DE PROBLEMEN INZAKE DE BEËINDIGING VAN DE WETTELIJKE EN DE FEITELIJKE SAMENWONING Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 17 SEPTEMBER 2015 C.13.0304.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0304.N J. M., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

4,8. Samenvatting door een scholier 1585 woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer

4,8. Samenvatting door een scholier 1585 woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer Samenvatting door een scholier 1585 woorden 2 juni 2004 4,8 17 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Geldigheidsvoorwaarden bij het huwelijk (moeten vervuld worden omdat het huwelijk geldig zou zijn): -

Nadere informatie

inhoudstafel Hoofdstuk 1 Samenwonen 9 Hoofdstuk 2 Huwen 29 Hoofdstuk 3 Het samenlevingscontract 53 Voorwoord 3

inhoudstafel Hoofdstuk 1 Samenwonen 9 Hoofdstuk 2 Huwen 29 Hoofdstuk 3 Het samenlevingscontract 53 Voorwoord 3 voorwoord Samenleven met een partner, een broer, een beste vriend, de ouders... kan verschillende vormen aannemen. Het huwelijk is enkel mogelijk binnen een partnerrelatie, maar men kan ook opteren om

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 554 Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 11 Aloïs Van oevelen. Alimentatieovereenkomsten tussen (ex)-partners in de belangrijkste samenlevingsvormen 15

Inhoud. Woord vooraf 11 Aloïs Van oevelen. Alimentatieovereenkomsten tussen (ex)-partners in de belangrijkste samenlevingsvormen 15 Inhoud Woord vooraf 11 Aloïs Van oevelen Alimentatieovereenkomsten tussen (ex)-partners in de belangrijkste samenlevingsvormen 15 Steven Brouwers Inleiding 15 1. Algemene principes 17 1.1. Alimentatieovereenkomsten

Nadere informatie

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T Rolnummer 2847 Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 394 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vóór de wijziging ervan bij de

Nadere informatie

Ondergetekende: 1. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... 2. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... hierna te noemen 'partijen'

Ondergetekende: 1. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... 2. de heer/mevr... (naam)... (beroep) geboren... hierna te noemen 'partijen' Voorbeeld samenlevingscontract met verblijvingsbeding Dit samenlevingscontract is slechts een voorbeeld. U mag de inhoud van de overeenkomst natuurlijk inrichten zoals u wilt. Let op: als er sprake is

Nadere informatie

Erfrecht. Wie erft wat?

Erfrecht. Wie erft wat? Erfrecht. Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Iven De Hoon Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Lees nu

Nadere informatie

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET.

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. R. KUMPEN Wanneer in erfrechtelijke dossiers het woord vruchtgebruik (VG) opduikt ontstaat vaak de grootste verwarring, vandaar deze nota voor enige toelichting.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 MEI 2015 C.13.0615.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0615.N Ch. V., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen,

Nadere informatie

Commentaar bij art BW

Commentaar bij art BW ADOPTIE BW ART. 353-9 1 353-9. Bij adoptie door echtgenoten of samenwonenden, of ingeval de geadopteerde het kind of het adoptief kind is van de echtgenoot van de adoptant, of van de persoon met wie hij

Nadere informatie

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83 Doorlopende tekst van de gewijzigde artikelen van de titels 1.6, 1.7 en 1.8 BW (nieuw), alsmede van artikel V (overgangsbepaling), zoals deze luidt volgens Kamerstukken I 2008/09, 28 867, A (gewijzigd

Nadere informatie

Inhoudstafel. larcier

Inhoudstafel. larcier i Inhoudstafel Hoofdstuk 1. De openbare verkoping Wegens werken, gelieve de gps uit te schakelen...... 1 ALOÏS VAN DEN BOSSCHE 1. De openbare verkoping................................ 1 2. De openbare

Nadere informatie

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg Onderwerpen 3 uitspraken: 1. samenwoners en natuurlijke verbintenis, HR 10 oktober 2014,

Nadere informatie

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen 35 Enkele belangrijke begrippen en afkortingen De volgende lijst geeft een beknopte omschrijving 3 van enkele juridische termen die in dit boek aan bod komen, en dient enkel om die begrippen beter te kunnen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 OKTOBER 2016 C.15.0457.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.15.0457.N R. V. R., handelend in eigen naam en in hoedanigheid van erfgenaam van de heer P. V. R., eiseres, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

SPRONG RECHT MORGEN. De naar het voor. Hervorming Huwelijksvermogensrecht. De sprong naar het recht voor morgen Hercodificatie van de basiswetgeving

SPRONG RECHT MORGEN. De naar het voor. Hervorming Huwelijksvermogensrecht. De sprong naar het recht voor morgen Hercodificatie van de basiswetgeving De naar het voor SPRONG RECHT MORGEN Hervorming Huwelijksvermogensrecht De sprong naar het recht voor morgen Hercodificatie van de basiswetgeving 1 december 2017 2 Drie mogelijke huwelijksstelsels 1. Wettelijk

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 5 WOORD VOORAF 3 Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Verantwoording 15 1.2 Het begrip recht 16 1.2.1 Algemeen 16 1.2.2 Een geheel van algemeen geldende normatieve regels 17 1.2.3

Nadere informatie

Elementaire Rechtspraak

Elementaire Rechtspraak Boekenreeks Elementaire Rechtspraak ER 60 Recente Elementaire Vonnissen en Arresten (2009 2010 2011) Adoptie Dringende en Voorlopige Maatregelen Echtscheiding Erfrecht Geesteszieke Huwelijksvermogensrecht

Nadere informatie

Samenwonen? Of toch maar trouwen?*

Samenwonen? Of toch maar trouwen?* Samenwonen? Of toch maar trouwen?* Ga je samenwonen? Denk je eraan om te trouwen? Of het nu omwille van fiscale, romantische of praktische overwegingen is, het loont wel degelijk de moeite om de denkoefening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 152 Wet van 14 maart 2002 tot wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef Arbeid verricht door een ongehuwd samenwonende partner in de handelszaak van de andere partner Promotor : Prof. dr. Marie-Antoinette

Nadere informatie

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten Samenwonen of huwen? Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten In onze vorige nieuwsbrief hebben we de verschillende samenwoningsvormen onder de loep genomen: Wat

Nadere informatie