Overijssel. Aan de leden van de Provinciale Statencommissies Ruimte duurzaamheid en water en Economic en bestuur

Transcriptie

1 Overijssel Aan de leden van de Provinciale Statencommissies Ruimte duurzaamheid en water en Economic en bestuur Secretariaat: Luttenbergstraat 2 Postbus GB Zwoile Telefoon h.kloosterboer@seroverijssel.nl Ons nummer: S 1830 Datum: 29 november 2007 Onderwerp: Omgevingvisie en Voortgangsbrief Vitale Bedrijventerreinen Geachte commissieleden, Bij deze treft u ter informatie aan de afschriften van twee adviezen van SER Overijssel aan Gedeputeerde Staten met betrekking tot: Startnotitie Omgevingsvisie Overijssel d.d Voortgangsbrief: Plan van Aanpak Fase 2 Vitale Bedrijventerreinen - Voortgang en Uitvoering. Met vriendalijke groet, Kloosterboer secretaris SER Overijssel PROVINCSALE STATEM VAN OVERIJSSEL Reg.nr. Dat. ontv.: C 3 L3C 2007 a.d. Routing Bijl.: -LTD

2

3 Overijssel Aan Gedeputeerde Staten Van Overijssel Secretarial Luttenbergstraat 2 t.a.v. mevr. drs. C. Abbenhues ^ 1007 ' POStbUS SOOOGBZwolle SOOOGBZWGlle. Teiefoon h.kioosterboer@serovenjssel.nl www. seroverijssel.nl Ons nummer: S 1828 Datum: 27 november 2007 Onderwerp: Startnotie Omgevingsvisie Overijssel Geachte mevrouw Abbenhues, SER Overijssel heeft met belangstelling kennis genomen van de "Startnotitie Omgevingsvisie OverijsseP. Wij zien de opstelling van de Omgevingsvisie als een van de belangrijkste processen in deze Collegeperiode. In de Omgevingsvisie worden immers de grote lijnen uitgezet van het provinciale beleid voor de komende tien jaar in het fyieke domein. Gezien het belang van dit onderwerp hebben wij ter voorbereiding van deze reactie op 9 november jl. een workshop georganiseerd. Wij zijn van mening dat bij de uitwerking van de Omgevingsvisie de volgende uitgangspunten in acht genomen moeten worden: 1 e Slechts een duurzaam economisch perspectief maakt welvaart mogelijk en biedt tegelijkertijd de ruimte voor investeringen in kostbare maatregelen op het gebied van een duurzame leefomgeving en van natuurbeheer, -behoud en -ontwikkeling. De sociaal-economische ontwikkeling zal daarom naast de wettelijk verplichte onderwerpen een belangrijk uitgangspunt moeten zijn bij de opstelling van de Omgevingsvisie. 2 e De provincie kan alleen een sturende rol vervullen als ze inspirerende visies ontwikkelt op de toekomst van Overijssel. Onder de nieuwe WRO zal de provincie haar invloed vooral in het voortraject van de planvorming moeten uitoefenen en veel minder via controle achteraf. Om die rol goed te kunnen vervullen zijn inspirerende visies onontbeerlijk. Deze visies zouden zich moeten richten op het gestelde bij de punten 3, 4 en 5 van deze brief. 3 e In! de Omgevingsvisie zal het uitgangspunt moeten zijn dat Overijssel onderdeel is van een groter geheel. De relatie met het Noorden, Gelderland en in het bijzonder de schakel tussen West Nederland en Centraal Europa is daarbij van belang. De provincie moet een inlernationaal wervende uitstraling nastreven, mede om hoog gekwalificeerd personeel te kunnen aantrekken en vasthouden. '? v 4 e Wij stellen voor, dat er naar analogie van de A 1 corridor ook voor de A 28, RW 35 en de N 34 als belangrijke ontwikkelingsassen een integrate ontwikkelingsvisie wordt opgesteld. Mobiliteit en ontwikkelingsassen zijn in grote mate bepalend voor de economische ontwikkeling van Overijssel en voor de afstemming tussen werken, wonen, duurzaamheid en landschappelijke ontwikkeling. 5 e Samen met de gemeenten zal de provincie er voor moeten zorgen dat er ook op middellange termijn voldoende aanbod is van goed geoutilleerde en goed ontsloten bedrijventerreinen met voldoende differentiatie. Onderlinge afstemming tussen gemeenten bij de planning van bedrijventerreinen is daarbij van essentieel belang om te voorkomen dat er een tekort of overschot aan bepaalde soorten bedrijventerreinen ontstaat. De Omgevingsvisie zal hiervoor de basis moeten bieden. De provincie zal daarin de waarborgen moeten scheppen voor provinciaal ingrijpen, wanneer gemeenten op dit punt gezamenlijk niet adequaat opereren. - - FNV - CIW - LTD - Platforms

4 6 e De kwaliteit van een eventueel op te stellen provinciale verordening zal moeten liggen in de selectiviteit. Anders wordt de beoogde stroomlijning van het nieuwe stelsel bij de start alweer teniet gedaan. T 6 Een Omgevingsvisie zonder concreet uitvoeringsplan heeft weinig betekenis. De belangrijkste voornemens moeten in een Actieplan worden opgenomen inclusief investeringsschema. SER Overijssel ziet de opstelling van de Omgevingsvisie als een goede kans voor het College om in samenwerking met de diverse partners te komen tot een inspirerende basis voor ruimtelijke ontwikkeling. Wij willen daar als SER Overijssel graag een bijdrage aan leveren. Met vriendelijke greet, ing. N.J. Sjerps vice-voorzitter SER Overijssel

5 Overijssel Aan GedepUteerde Staten Van Overijssel Secretariat: luttenbergstraat 2 ta.v. mevr. drs. C. Abbenhues Postbus Postbus sooo GB zwoiie 8000 GB Zwolle Telefoon h.kloosterboer@seroverijssel.nl Ons nummer: S 1829, Datum: 29 november 2007 Onderwerp: Voortgangsbrief: Plan van Aanpak Fase 2 Vitale Bedrijventerreinen- Voortgang en Uitvoering Geachte mevrouw Abbenhues, SER Overijssel heeft op 22 november jl. de "Voortgangangsbrief: Plan van Aanpak Fase 2 Vitale bedrijventerreinen - Voortgang en Uitvoering" besproken. Wij staan positief tegenover de in de Voortgangsbrief beschreven initiatieven. Deze initiatieven passen in ons pleidooi voor een brede aanpak van bedrijventerreinen. In een brief van heeft SER Overijssel nog aangegeven enige aarzeling te hebben bij de oprichting van een herstructureringsmaatschappij als uitvoeringsorganisatie voor de herstructurering. Het rapport "Financiele opties voor herstructurering van bedrijventerreinen" geeft echter een aantal overtuigende argumenten voor de oprichting van een herstructureringsfonds en -maatschappij. Het voorstel om eerst een ondernemingsplan te laten maken alvorens een definitief besluit te nemen over de oprichting vinden wij verstandig. Het gaat om een ingrijpend besluit, dat goed voorbereid moet worden. In punt 13 op biz. 8 staat, dat er bij de meeste gemeenten naast geld ook kennis en capaciteit ontbreekt om herstructureringsprocessen goed op te pakken. Behalve de oprichting van een herstructureringsmaatschappij kan ook meer samenwerking tussen de gemeenten helpen om het tekort aan kennis en capaciteit te verminderen. Met vriewdelijke groet, ing. N.J. Sjerps vice-voorzitter SER Overijssel MM

6