Installatiehandleiding. voor 6.3 en alle invoegtoepassingsmodulen

Transcriptie

1 Kaseya Server Setup Installatiehandleiding voor 6.3 en alle invoegtoepassingsmodulen June 12, 2013

2 About Kaseya Kaseya is a global provider of IT automation software for IT Solution Providers and Public and Private Sector IT organizations. Kaseya's IT Automation Framework allows IT Professionals to proactively monitor, manage and maintain distributed IT infrastructure remotely, easily and efficiently with one integrated Web based platform. Kaseya's technology is licensed on over three million machines worldwide. Agreement The purchase and use of all Software and Services is subject to the Agreement as defined in Kaseya s Click-Accept EULA as updated from time to time by Kaseya at If Customer does not agree with the Agreement, please do not install, use or purchase any Software and Services from Kaseya as continued use of the Software or Services indicates Customer s acceptance of the Agreement. Copyright Kaseya International Limited. All rights reserved.

3 Contents Hoe de wizard gebruiken... 1 Installatie stapsgewijs Aanmelden als beheerder Het installatieprogramma downloaden De installatiewizard starten Een taal selecteren De licentieovereenkomst controleren Uw Kaseya-licentiecode invoeren SQL Server referenties leveren Een systeemcontrole uitvoeren Opties update server selecteren De toevoegingstoepassingen voor installeren selecteren... 9 Ongelicenseerde toevoegingsmodulen Een installatiemap selecteren Een hoofdbeheerdersaccount invoeren Netwerkinstellingen invoeren Instellingen server invoeren Installatiewijzigingen bekijken De installatiewizard voltooien Installatieproblemen melden Configuratie na installatie Toegang browser testen Uitgaande testen Installatie agent testen Weergave auditresultaten testen Rapportgeneratie testen Update agenten De Set-upwizard bekijken Installatievoorwaarden De VSA bijwerken Toegang URL Toegang tot 21 Toegang tot 22 Toegang tot 22 Toegang beheerder Beheerder: XP Beheerder: 7 en Beheerder: 2003 en 2003 R Beheerder: 2008, 2008 R2 en i

4 Besturingssystemen Domeincontroller Exchange SharePoint Windows Update Windows Update: XP, 2003 en 2003 R Windows Update: 7, 2008 en 2008 R Windows Update: 8 en Microsoft.Net Framework DotNet: Versie 2, DotNet: Versie 3, DotNet: Versie 3.5 in 2008 R DotNet: Versie IIS-vereisten IIS geïnstalleerd IIS: XP IIS: IIS: IIS: 2003 en 2003 R IIS: 2008 en 2008 R IIS: IIS Role Services IIS Role Services: IIS Role Services: IIS: 2003 en 2003 R IIS Role Services: 2008 en 2008 R IIS Role Services: IIS Application Pools IIS Handler Mappings IIS SSL-beveiligingsinstellingen IIS SSL-beveiligingsinstellingen: 7 en IIS SSL-beveiligingsinstellingen: XP, 2003 en 2003 R IIS SSL-beveiligingsinstellingen:2008, 2008 R2 en 'Standaardwebsite' is Website Standaardwebsite: 7 en Standaardwebsite: XP, 2003 en 2003 R Standaardwebsite: 2008, 2008 R2 en ASP.NET State Service ASP.NET State Service: 7 en ASP.NET State Service: XP, 2003 en 2003 R ASP.NET State Service: 2008, 2008 R2 en Localhost/ ii

5 IIS IP-adres- en domeinbeperkingen Message Queuing Service (MSMQ) MSMQ: XP MSMQ: 7 en MSMQ: 2003 en 2003 R MSMQ: 2008 en 2008 R MSMQ: MSMQ Active Directory Component MSMQ AD: XP MSMQ AD: 7 en MSMQ AD: 2003 en 2003 R MSMQ AD: 2008 en 2008 R MSMQ AD: SQL-vereisten SQL: Geïnstalleerd SQL: Sortering en compatibiliteit SQL: Versie SQL: Domein SQL: Serviceaccount SQL: CLR SQL: Volledige-tekst zoeken SQL: Aanvullende databases of instanties SQL: overige SQL-Server vereisten RAM geïnstalleerd Schijfruimte Poort Toegang Windows Temp-map Antivirusbescherming Antivirusbescherming De Kaseya Server verplaatsen Controlelijst vooraf aan bijwerken Maak back-up van de Kaseya Server De update plannen Antivirus-software De Kaseya Server verplaatsen De Kaseya Server archiveren Installaties zonder internet Kaseya-hotfixes handmatig downloaden en inzetten SQL Server Reporting Services configureren Richtlijnen SSRS-configuratie De SSRS URL aangeven Voor SSRS 2005 opnieuw standaardinstellingen toepassen Configuratie externe SSRS Configuratie externe SSRS Aan een externe rapportserver aangepaste referenties toevoegen iii

6 De URL van het rapportlogo instellen Index iv

7 Hoe de wizard gebruiken Hoe de wizard gebruiken Info over Kaseya Server Setup Kaseya Server Setup installeert Virtual System Administrator (VSA) en alle toevoegmodulen waarvoor u een gebruikslicentie hebt. Geen meerdere installaties meer nodig! Als u het KInstall.exe-installatieprogramma nog niet hebt, kunt u deze van de Kaseya-website ( downloaden. De wizard: activeert Kaseya Server Setup stapsgewijs (pagina 3). Test en configureert alle voorwaarden (pagina 8) en dit in veel gevallen automatisch! Maakt verbinding met een SQL Server als deze al is geïnstalleerd (pagina 6), of installeert en configureert automatisch SQL Server Express voor u (pagina 6). Installeert of werkt de Kaseya Server (pagina 9) en alle toevoegingsmodulen (pagina 9) waarvoor u een gebruikerslicentie hebt in één keer bij! 1

8 Hoe de wizard gebruiken Gebruikersondersteuning 2

9 Installatie stapsgewijs Installatie stapsgewijs In This Section 1. Aanmelden als beheerder 3 2. Het installatieprogramma downloaden 3 3. De installatiewizard starten 3 4. Een taal selecteren 4 5. De licentieovereenkomst controleren 5 6. Uw Kaseya-licentiecode invoeren 5 7. SQL Server referenties leveren 6 8. Een systeemcontrole uitvoeren 8 9. Opties update server selecteren De toevoegingstoepassingen voor installeren selecteren Een installatiemap selecteren Een hoofdbeheerdersaccount invoeren Netwerkinstellingen invoeren Instellingen server invoeren Installatiewijzigingen bekijken De installatiewizard voltooien 15 Installatieproblemen melden Aanmelden als beheerder Meld u op de installatiecomputer aan als een beheerder. 2. Het installatieprogramma downloaden Download het bestand van het KInstall.exe-installatieprogramma. Opmerking: Als u het bestand van het installatieprogramma nog niet hebt, dient u naar de Kaseya-website ( te bladeren. 3. De installatiewizard starten Dubbelklik op KInstall.exe om de installatiewizard te starten. Als beheerder activeren Voor sommige besturingssystemen moet u de installatie starten door rechts te klikken op KInstall.exe en de optie Als beheerder activeren selecteren om KInstall.exe te installeren. Dit is alleen op de volgende ondersteunde besturingssystemen van toepassing: Windows 7 3

10 Installatie stapsgewijs Windows Server 2008 Windows Server 2008 R2 De eerste keer dat u Kaseya Server Setup activeert U wordt mogelijk gevraagd de installatie van Microsoft.NET Framework 4.0 en andere voorwaarden te installeren. Afhankelijk van de voorwaarden, moet u mogelijk de computer opnieuw opstarten. Na het opnieuw opstarten wordt u gevraagd de KInstall.exe-installatiewizard opnieuw te starten. 4. Een taal selecteren Selecteer een taal. 4

11 Installatie stapsgewijs 5. De licentieovereenkomst controleren De eerste pagina van de installatie-wizard wordt weergegeven. Bevestig uw overeenkomst met de Kaseya End User License ("EULA", Kaseya-licentie voor eindgebruikers) zoals in dit dialoogvenster wordt aangegeven. 6. Uw Kaseya-licentiecode invoeren Voer uw licentiecode in. U moet deze licentiecode in een hebben ontvangen nadat u de download van het KInstall.exe-installatieprogramma vanaf de Kaseya-website ( hebt aangevraagd. 5

12 Installatie stapsgewijs Opmerking: Als u enige moeilijkheden ondervindt met het valideren van uw licentie, dient u contact op te nemen met Kaseya via SQL Server referenties leveren Gezien voor enkele van deze systeemcontroles een SQL Server referentie wordt vereist, wordt u gevraagd er één te geven. Opmerking: Als u KInstall.exe annuleert en daarna opnieuw activeert, dan wordt u elke keer naar deze wizardpagina teruggebracht. Optie 1 - Als u een Systeemcontrole wilt uitvoeren zonder een SQL Server aan te geven, dan selecteert u deze optie. 6

13 Installatie stapsgewijs Nadat voor de eerste keer Systeemcontrole is geactiveerd, wordt een Fixit-koppeling weergegeven waarmee automatisch SQL Express kunt downloaden en installeren. Optie 2 - Als u de standaardinstantie van SQL Server wilt gebruiken die al op uw lokale systeem is geïnstalleerd, dan selecteert u deze optie en voert u de SQL-gebruikersnaam en het SQL-wachtwoord in. Gebruikersnaam - een aanmelding als SQL Server beheerder. Standaard sa. Wachtwoord - Het wachtwoord voor deze gebruikersnaam. Referenties verifiëren - Bevestigt uw verbinding met de SQL Server. Optie 3 - Als u een genoemde instantie van SQL wilt gebruiken of op uw lokale systeem of een extern systeem dan voert u de naam van de instantie in. Gebruikersnaam - een aanmelding als SQL Server beheerder. Standaard sa. Wachtwoord - Het wachtwoord voor deze gebruikersnaam. Servernaam - Vaak, maar niet per se dezelfde naam als het systeem. Klik op Naar SQL-servers zoeken om naar beschikbare SQL-servers en instanties op uw lokale netwerk te bladeren. Naam instantie - De instantie die op deze SQL Server werkt. Op dezelfde server kunnen meerdere instanties werken. Referenties verifiëren - Bevestigt uw verbinding met de SQL Server. Als SQL Server al is geïnstalleerd Als de SQL Server al is geïnstalleerd voordat u Kaseya Server Setup activeert, kunt u Systeemcontrole gebruiken om te kijken of aan alle vereisten van de SQL Server is voldaan. 1. Selecteeer optie 2 of 3 op de pagina SQL-serverreferenties. 2. Voer uw SQL Server referenties in. 3. Klik op de knop Volgende om de pagina Systeemcontrole weer te geven 4. Klik op de knop Tests uitvoeren om te zien dat aan alle vereisten van de SQL Server wordt voldaan. 5. Zo niet, dient u de instructies te volgen die door Systeemcontrole worden gegeven. U kunt ook de pagina SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) raadplegen. Als wilt dat Kaseya Server Setup SQL Express voor u installeert 1. Selecteer optie 1 op de pagina SQL Server referenties. 2. Klik op de knop Volgende om de pagina Systeemcontrole weer te geven. 3. Klik op de knop Tests uitvoeren. De rij SQL geïnstalleerd wordt in rode X weergegeven en geeft een koppeling van Fixit weer. 4. Klik op koppeling Fixit voor de rij SQL geïnstalleerd. SQL Server Express start automatisch met downloaden en zichzelf installeren. Dit kan enkele minuten duren. De test wordt, nadat de SQL Server Express is geïnstalleerd, automatisch uitgevoerd. De rij SQL installeren geeft nu een groen keuzevak weer. 7

14 Installatie stapsgewijs 8. Een systeemcontrole uitvoeren Klik op de knop Tests uitvoeren. Systeemcontrole test uw systeem op alle voorwaarden die worden vereist om de installatie succesvol te voltooien. Terwijl Systeemcontrole wordt uitgevoerd, wordt een knop Tests stoppen weergegeven. U kunt op Tests stoppen om onmiddellijk de resultaten van de geteste rij te bekijken. Rode rijen moeten worden vastgezet om met de installatie door te gaan. Oranje rijen zijn optioneel. Klik op het pictogram Help van een rij voor gebruikersondersteuning over het configureren van een voorwaarde. In sommige gevallen kan Systeemcontrole een voorwaarde voor u herstellen. Klik op de koppeling Fixit van een rij om een herstel uit te voeren. IAls Systeemcontrole een ontbrekende voorwaarde niet kan herstellen, kunt u in de meeste gevallen het installatieprogramma laten werken terwijl u de voorwaarde configureert en daarna onmiddellijk met de installatie doorgaan. Als het herstellen van een ontbrekende voorwaarde het annuleren van een Systeemcontrole vereist bijvoorbeeld, om het systeem opnieuw op te starten om de configuratie van een voorwaarde te voltooien dan kunt u het installatieprogramma herstarten en doorgaan waar u bent gestopt. Zodra aan alle minimale voorwaarden is voldaan, is de knop Volgende ingeschakeld zodat u kunt doorgaan. 8

15 Installatie stapsgewijs 9. Opties update server selecteren Deze pagina wordt alleen voor updates weergegeven. Er zijn twee opties: Optie 1 - Werk een bestaande Kaseya Server bij en installeer toevoegingstoepassingen. Optie 2 - Installeer alleen de toevoegingstoepassingen. Sla het bijwerken van de Kaseya Server over. De toevoegingstoepassingen worden op de volgende pagina geselecteerd. 10. De toevoegingstoepassingen voor installeren selecteren Deze pagina Installatie toevoegingstoepassing bevat een lijst met alle toevoegingstoepassingen waarvoor u een licentie hebt om deze te installeren of bij te werken. In de meeste gevallen is het keuzevak voor installatie standaard ingeschakeld. Als u de VSA 6.2 naar 6.3 bijwerkt, moeten ook alle voorgaand geïnstalleerde toevoegingstoepassingen worden bijgewerkt. U kunt deze toevoegingstoepassingen niet uitschakelen. Nieuwe toevoegingstoepassingen die u mag installeren, kunnen worden uitgeschakeld als u ze liever niet onmiddellijk installeert. U kunt ze later installeren door opnieuw KInstall.exe te installeren. 9

16 Installatie stapsgewijs In sommige gevallen is mogelijk het keuzevak voor installatie vergrendeld omdat een andere toevoegingstoepassing ervan afhankelijk is. U moet de afhankelijke toevoegingstoepassing uitschakelen voordat u het keuzevak van de oorspronkelijke toevoegingstoepassing kunt ontgrendelen. Ongelicenseerde toevoegingsmodulen 10 Als u een bestaande Kaseya Server naar 6.3 bijwerkt en Kaseya Server Setup detecteert dat er toevoegingstoepassingen zijn geïnstalleerd die niet zijn gelicenseerd, danmoet u één of twee acties ondernemen voordat u de installatie kunt voltooien. 1. Werk uw bestaande Kaseya-licentie bij aan uw geïnstalleerde toevoegingsmodulen te voldoen, of 2. verwijder de niet-gelicenseerde toevoegingsmodulen. In beide gevallen moet u, nadat u deze acties hebt voltooid, Kaseya Server Setup annuleren en daarna herstarten. Uw bestaande Kaseya-licentie bijwerken 1. Identificeer de niet-gelicenseerde toevoegingsmodulen die u wilt licenseren. Zie Niet-gelicenseerde toevoegingsmodulen verwijderen hieronder voor enige niet-gelicenseerde toevoegingstoepassingen die u niet wilt licenseren. 2. Neem via de 24-uurs hotline van de Kaseya-klantenondersteuning op voor instructies over het licenseren van de geïnstalleerde toevoegingsmodulen. In de meeste gevallen levert de klantenondersteuning u een nieuwe licentiecode. Zodra u een nieuwe licentiecode hebt ontvangen, moet u uw licentiecode in uw bestaande VSA 6.2 bijwerken voordat u opnieuw Kaseya Server Setup activeert. 3. Selecteer in de VSA Systeem > Serverbeheer > Licentiebeheerder. 4. Klik op de knop Code bijwerken. 5. Voer in het veld Licentiecode invoeren de nieuwe licentiecode in. 6. Meld u opnieuw aan op de VSA en bevestig de nieuwe licentiecode die op de pagina Licentiebeheerder wordt weergegeven. Niet-gelicenseerde toevoegingsmodulen verwijderen U kunt ervoor kiezen om niet-gelicenseerde toevoegingsmodulen te verwijderen voordat u de Kaseya Server Setup-installatie voltooit. 1. Annuleer de Kaseya Server Setup als u dit nog niet hebt gedaan.

17 Installatie stapsgewijs 2. Selecteer Configuratiescherm > Programma's verwijderen. 3. Rechtsklik op elke niet-gelicenseerde toevoegingsmodule en selecteer de optie Verwijderen. 11. Een installatiemap selecteren Deze pagina geeft geen updates weer. Selecteer de map waarin Kaseya zal worden geïnstalleerd. 12. Een hoofdbeheerdersaccount invoeren Deze pagina geeft geen updates weer. Het systeem vraagt u een hoofd-accountnaam en Wachtwoord in te voeren. Dit maakt een gebruiker met een Master-rol en een Masterbereik. Zowel de gebruikersnaam als het wachtwoord zijn hoofdlettergevoelig 11

18 Installatie stapsgewijs Opmerking: Dit is de VSA-gebruikersnaam en niet de database-gebruikersnaam. 13. Netwerkinstellingen invoeren Deze pagina geeft geen updates weer. Voer de hostnaam of het IP-adres van de Kaseya Server in. De hostnaam moet door alle systemen op het lokale netwerk en binnen het internet oplosbaar zijn. Kaseya-agenten gebruiken deze naam of het IP-adres om met de Kaseya Server te communiceren. De gebruiker heeft de optie het standaardpoortnummer te wijzigen die Kaseya-agenten gebruiken om verbinding te maken met de Kaseya Server. Het poortnummer kan ook na de installatie worden gewijzigd. Opmerking: Stel het poortnummer niet in op 80. Poort 80 wordt al door IIS gebruikt en zal in een conflict resulteren. 12

19 Installatie stapsgewijs Goede gewoonten: Ofschoon het mogelijk is om een openbaar IP-adres te gebruiken, adviseert Kaseya een domain name server (DNS) naam voor de Kaseya Server. Deze gewoonte wordt aangeraden als voorzorgsmaatregel, mocht u het IP-adres moeten wijzigen. Het is eenvoudiger om de DNS-ingang te wijzigen dan om zwevende agenten om te leiden. 14. Instellingen server invoeren Deze pagina geeft geen updates weer. Geef informatie aan over de uitgaande server. Voer een geldig adres in. Dit adres wordt als het adres 'Van' gebruikt voor berichten die vanaf de Kaseya Server worden verzonden. Kaseya raadt u aan het adres te gebruiken voor het ticketing-systeem of een groepsdistributie-adres. Gebruik geen persoonlijk adres. Een algemene keuze zou support@yourcompany.com zijn. Voer, indien beschikbaar, de volgende informatie in. 13

20 Installatie stapsgewijs Opmerking: Als u na de update instellingen voor uitgaande s wilt aangeven, kunt u ze in de VSA instellen door Systeem > Uitgaande te gebruiken. Als u deze velden leeg laat, verschijnt een venster met een bevestigingsbericht. U klikt dan op de knop Volgende. Voer voor s die van deze VSA-server zijn verzonden, het adres 'Van' in. - Voer het standaardadres 'Van' in die door uitgaande s wordt weergegeven. Hostnaam server of IP-adres - De naam van de host server. Voorbeeld: smtp.gmail.com. Poort - Meestal 25, maar de host server kan een ander poortnummer te vereisen. Anonieme toegang - Geen verificatie vereist. Basisverificatie - Verificatie vereist. Gebruikersnaam - Voer de gebruikersnaam van een account in die bevoegd is om de host server te gebruiken. Wachtwoord - Voer het wachtwoord van de account in. Wachtwoordbevestiging - Voer opnieuw het wachtwoord van de account in. 15. Installatiewijzigingen bekijken De installatie vat de wijzigingen samen die aan uw systeem worden uitgevoerd. Hier is de complete tekst van deze wijzigingen. Als u verdergaat met de installatie, zullen de volgende wijzigingen door het installatieprogramma aan uw systeem worden gemaakt. Standaardwebsite zal Kaseya hosten IIS-veiligheidsinstellingen zullen worden gewijzigd Virtuele IIS-handleiding zullen worden toegegvoegd SQL Server: CLR zal worden ingeschakeld ksubscribers-database zal worden toegevoegd Geheugeninstellingen zullen worden gewijzigd Aanmeldingen zullen worden toegevoegd. Maak voor het installeren een back-up van uw database en bestandensysteem. 14

21 Installatie stapsgewijs 16. De installatiewizard voltooien De installatiewizard is klaar om de installatie te starten. Wacht tot de geselecteerde installatieprogramma's worden gedownload en geïnstalleerd. Opmerking: Zodra de installatie wordt voltooid, gaat u door met Configuratie na installatie (page 16). 15

22 Configuratie na installatie Installatieproblemen melden Als u installatieproblemen ondervindt... Voor installatieprobleem Voorafgaand aan Schema opnieuw toepassen 1. Maak een screenshot van de fout - Bewerken, alles selecteren, kopiëren, naar Wordpad plakken. 2. Zoek in Windows het Kaseya html-bestand en kopieer deze. 3. Bevestig het screenshot en het bestand aan het ticket. 4. Geef de systeemconfiguratie: besturingssyteem, DB, WEB besturingssysteem. 5. Als de installatie wordt afgebroken, kunnen we meestal de agenten of andere mechanismen niet gebruiken om in de computer te komen. Geef voor installatieproblemen RDP-toegang: computernaam, gebruiker en wachtwoord. 6. Laat het proces vanaf het foutpunt werken. Voor installatieprobleem Tijdens Schema opnieuw toepassen 1. Maak een screenshot van de fout - Bewerken, alles selecteren, kopiëren, naar Wordpad plakken. 2. Zoek de bestanden in <KaseyaRoot>\DBInstall\TempFiles 3. Bevestig het screenshot en de bestanden aan het ticket. 4. Identificeer het Controlenummer waar het opnieuw toepassen een fout ondervond. 5. Geef de systeemconfiguratie: besturingssyteem, DB, WEB besturingssysteem. 6. Geef aanmeldingsinformatie voor externe toegang: computernaam, gebruiker en wachtwoord 7. Laat het proces vanaf het foutpunt werken. Configuratie na installatie Toegang browser testen Als de installatie is voltooid, geeft een venster van de webbrowser de aanmeldingspagina weer. Meld u aan met de gebruikersnaam en het wachtwoord dat u in 12. Een hoofdbeheerdersaccount invoeren (page 11) hebt ingevoerd. Opmerking: Zie Een nieuwe stamgebruiker maken als u niet succesvol kunt aanmelden. 16

23 Configuratie na installatie Verifieer of de Kaseya Server vanuit de interne en externe locaties kan worden bereikt door een browservenster van Microsoft Internet Explorer te openen en in te voeren. Voor toegangsproblemen met het serveradres verifieert u de naam/ip-resolutie in het netwerk Domain Name Server (DNS). 17

24 Configuratie na installatie Uitgaande testen 1. Navigeer naar de pagina Systeem > Uitgaande s. 2. Stuur een test door op de knop Test te drukken en voer een geldig adres in te voeren. Als de test niet binnen 5 minuten aankomt, controleert u het tabblad Uitgaande s > Logboek. 3. Voordat u Automatische levering inschakelt, wilt u misschien het verzenden van geselecteerde s testen. Als Automatische levering is ingeschakeld, worden s verzonden zodra zij door de Kaseya Server worden gemaakt. Terwijl Automatische levering is uitgeschakeld, moet u op het tabblad Logboek klikken en daarna selecteert u en klikt u met de rechtermuisknop op een enkele uitgaande die door Kaseya Server is gemaakt, om het te verzenden. Installatie agent testen Installeer agenten op computers om te verzekeren dat zij verbinding kunnen maken met de VSA. Opmerking: Als er in de VSA, behalve de Kaseya Server-agent, zijn geïnstalleerd, kan de berichtenbalk u vragen uw eerste agent te installeren en met de Discovery-module ( het netwerk van de agent te scannen. 18 Het volgende is de snelste manier om handmatig een agent te installeren. 1. Meld u op een willekeurige computer aan waarop u een agent wilt installeren. 2. Voer de volgende URL in de browser van die computer: 3. Klik op het pakket Standaardinstallatie om op die computer de installatie van de agent te starten.

25 Configuratie na installatie Als andere installatiepakketten in de lijst staan, selecteert u het voorkeurs-installatiepakket. Zodra de installatie start, moet u mogelijk de installatie bevestigen zodat het wordt voltooid. 4. Meld u aan op uw VSA: 5. Selecteer binnen de VSA de pagina Agent > Agentstatus ( U moet op deze pagina, voor de agent die u zojuist hebt gemaakt, een nieuwe computeraccount in de lijst zien. Opmerking: Zie de beknopte handleiding voor Inzet agent ( voor algemene inleiding tot het installeren en configureren van agenten. Weergave auditresultaten testen Als een agent voor het eerst op een computer wordt geïnstalleerd, wordt van alle hardware- en softwarecomponenten van de computer een voorraadlijst gemaakt en aan de VSA teruggemeld. Wacht een paar minuten nadat de agent is geïnstalleerd en navigeer daarna naar de pagina Audit > Computeroverzicht ( in de VSA. Deze enkele pagina toont alle gegevens die door de audit over de computer waarop u zojuist een agent hebt geïnstalleerd, worden geretourneerd. Rapportgeneratie testen 1. Navigeer naar de pagina Infocentrum > Rapportage > Rapporten. In de pagina Privé wordt uw privé-gebruikersmap geselecteerd als deze pagina eerst wordt weergegeven. 2. Klik op de knop Nieuw > Oud rapport. 3. Selecteer de rapportsjabloon Audit > Schijfgebruik. 4. Klik op Volgende. 5. Klik op Opslaan. Het rapport Schijfgebruik wordt in uw privé-map opgeslagen. 6. Klik op Rapport activeren voor het nieuwe rapport Schijfgebruik. 7. Selecteer een willekeurige organisatie op het tabblad Filters. 8. Klik op Indienen om het rapport te activeren. Het rapport moet in minder dan een minuut worden gegenereerd. 9. Als naast de waarde Eens in de kolom Referentie een groen pictogram van een keuzevak wordt weergegeven, is het rapport succesvol gegenereerd. Rapportservices is juist geconfigureerd. Klik op het pictogram om het publicatierapport te zien. Als door uw VSA geen agenten zijn ingezet, ziet u in het rapport alleen de informatie van de kop- en voettekst. Dit is juist. Nadat u agenten hebt ingezet, kunt u het rapport opnieuw activeren en in de hoofdtekst van de pagina resultaten zien. 10. Als naast de waarde Eens in de kolom Terugkeerpatroon een pictogram van een rood uitroepteken wordt weergegeven, heeft zich tijdens het genereren van het rapport een fout voorgedaan. U kunt op het pictogram klikken om over de fout een gedetailleerd bericht te zien. Raadpleeg de sectie SQL Server Reporting Services configureren (pagina 74) van dit document voor richtlijnen over hoe Reporting Services te configureren. 19

26 Configuratie na installatie Update agenten Als u een bestaande VSA bijwerkt, moet elke agent die voor controle wordt gebruikt met de pagina Agent > Update agent ( naar v6.3 worden bijgewerkt. De Set-upwizard bekijken Versie 6.3 van de Kaseya-Virtual System Administrator introduceert de Systems Management Configuration-set-upwizard. De setup-wizard laat u snel configureren en voor een specifieke organisatie beleidsregels voor computerbeheer toepassen. Zodra deze zijn geconfigureerd worden deze beleidsregels ten behoeve van die organisatie aan elke machine die u beheert, toegewezen. Beleidsregels beheersen veel verschillende aspecten van computerbeheer: Auditplanning Controleert Waarschuwingen Patch-beheer Routine-computeronderhoud met gebruik van agentprocedures Met beleidsregels hoeft u niet langer elke computer individueel te beheren. U hoeft het beleid alleen maar toe te wijzen of te wijzigen. Een toewijzing van of wijziging aan een beleidsregel binnen een toegewezen beleid, wordt binnen 30 minuten aan de computers van alle leden doorgegeven, zonder dat u iets moet plannen. Zodra toegepast, kunt u snel bepalen welke beheerde computers wel of niet in compliantie zijn met hun toegewezen beleidsregels. Door via individuele beleidsregels compliantie te traceren, krijgt u de informatie die u nodig hebt om door de organisaties die u beheert, consequent IT-services te leveren. Zie de Systems Management Configuration online help ( voor details. 20

27 Installatievoorwaarden Installatievoorwaarden De Kaseya Server Setup-wizard voert voor de meeste voorwaarden die in deze paragraaf worden beschreven, een 8. Een systeemcontrole uitvoeren (page 8) uit. Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. In This Section De VSA bijwerken 21 Toegang URL 21 Toegang beheerder 22 Besturingssystemen 25 Domeincontroller 25 Exchange 26 SharePoint 26 Windows Update 26 Microsoft.Net Framework 27 IIS-vereisten 28 Message Queuing Service (MSMQ) 51 MSMQ Active Directory Component 53 SQL-vereisten 55 RAM geïnstalleerd 60 Schijfruimte 60 Poort Toegang Windows Temp-map 61 Antivirusbescherming 62 De VSA bijwerken Kaseya Server Setup kan alleen van 6.2 en latere versies van de VSA bijwerken. Als je versie van de VSA ouder is dan 6.2, dient u de Kaseya-website ( te controleren voor instructies over hoe eerst naar 6.2 bij te werken. Activeer daarna opnieuw Kaseya Server Setup. U kunt ook de installatie- en upgrade-handleiding voor VSA v6.2 ( raadplegen. Toegang URL Toegang tot Systeemcontrole waarschuwt als het geen internettoegang heeft tot: 21

28 Installatievoorwaarden Toegang tot Systeemcontrole waarschuwt als het geen internettoegang heeft tot: Deze URL biedt toegang tot hotfixes van de VSA en alle toevoegingstoepassingen. Toegang tot Systeemcontrole waarschuwt als het geen internettoegang heeft tot: Toegang beheerder Er zij twee types beheerstoegangen die in overweging kunnen worden genomen als de KInstall.exe-wizard wordt geactiveerd. 1. Tijdens het activeren van KInstall.exe moet u als beheerder zijn aangemeld. Dit is op alle besturingssystemen van toepassing. 2. Voor sommige besturingssystemen moet u de installatie starten door rechts te klikken op KInstall.exe en de optie Als beheerder activeren selecteren om KInstall.exe te installeren. Dit is alleen op de volgende ondersteunde besturingssystemen van toepassing: Windows 7 Windows 8 Windows Server 2008 Windows Server 2008 R2 Windows Server 2012 Kijk in één van de volgende onderwerpen hoe u uw type gebruikersaccount naar beheerder kunt wijzigen voor een ondersteund besturingssysteem. In This Section Beheerder: XP 23 Beheerder: 7 en 8 23 Beheerder: 2003 en 2003 R2 24 Beheerder: 2008, 2008 R2 en

29 Installatievoorwaarden Beheerder: XP Tijdens het activeren van KInstall.exe moet u als beheerder zijn aangemeld. Dit is op alle besturingssystemen van toepassing. Uw type gebruikersaccount naar een beheerdersaccount wijzigen XP 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van Windows Explorer naar: Configuratiescherm\Gebruikersaccounts 3. Selecteer Een account wijzigen. 4. Selecteer een account die u wilt wijzigen. 5. Klik op Uw accounttype wijzigen 6. Wijzig het accounttype naar Computerbeheerder. Opmerking: Als de gebruikersaccount die u gebruikt onvoldoende toestemmingen heeft om deze stap uit te voeren, dan moet u als een andere gebruiker met beheerderstoegang aanmelden om aan deze gebruikersaccount wijzigingen uit te voeren. Beheerder: 7 en 8 Er zij twee types beheerstoegangen die in overweging kunnen worden genomen als de KInstall.exe-wizard wordt geactiveerd. 1. Tijdens het activeren van KInstall.exe moet u als beheerder zijn aangemeld. Dit is op alle besturingssystemen van toepassing. 2. Voor sommige besturingssystemen moet u de installatie starten door rechts te klikken op KInstall.exe en de optie Als beheerder activeren selecteren om KInstall.exe te installeren. Dit is alleen op de volgende ondersteunde besturingssystemen van toepassing: Windows 7 en 8 Windows Server 2008 Windows Server 2008 R2 Windows Server

30 Installatievoorwaarden Uw type gebruikersaccount naar een beheerdersaccount wijzigen Windows 7 en 8 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van de Windows Explorer naar Configuratiescherm\Gebruikersaccounts en Family Safety\Gebruikersaccounts\Uw accounttype wijzigen 3. Klik op Uw accounttype wijzigen 4. Wijzig het accouttype naar Beheerder. Opmerking: Als de gebruikersaccount die u gebruikt onvoldoende toestemmingen heeft om deze stap uit te voeren, dan moet u als een andere gebruiker met beheerderstoegang aanmelden om aan deze gebruikersaccount wijzigingen uit te voeren. Beheerder: 2003 en 2003 R2 Tijdens het activeren van KInstall.exe moet u als beheerder zijn aangemeld. Dit is op alle besturingssystemen van toepassing. Uw type gebruikersaccount naar een beheerdersaccount wijzigen Windows 2003 en Windows 2003 R2 1. Klik op het dialoogvenster Start > Uitvoeren. 2. Voer lusrmgr.msc in 3. Selecteer de map Gebruikers. 4. Rechtsklik op de naam van de gebruiker waarvan u wilt dat deze beheerderstoegang heeft. 5. Selecteer de optie Eigenschappen. 6. Klik op het tabblad Lid van. 7. Voer in het tekstvak Beheerders in en klik op de knop OK. Opmerking: Als de gebruikersaccount die u gebruikt onvoldoende toestemmingen heeft om deze stap uit te voeren, dan moet u als een andere gebruiker met beheerderstoegang aanmelden om aan deze gebruikersaccount wijzigingen uit te voeren. Beheerder: 2008, 2008 R2 en Er zij twee types beheerstoegangen die in overweging kunnen worden genomen als de KInstall.exe-wizard wordt geactiveerd. 1. Tijdens het activeren van KInstall.exe moet u als beheerder zijn aangemeld. Dit is op alle besturingssystemen van toepassing. 2. Voor sommige besturingssystemen moet u de installatie starten door rechts te klikken op KInstall.exe en de optie Als beheerder activeren selecteren om KInstall.exe te installeren. Dit is alleen op de volgende ondersteunde besturingssystemen van toepassing:

31 Installatievoorwaarden Windows 7 en 8 Windows Server 2008 Windows Server 2008 R2 Windows Server 2012 Uw type gebruikersaccount naar een beheerdersaccount wijzigen Windows 2008, Windows 2008 R2 en Windows Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van Windows Explorer naar Configuratiesherm\Gebruikersaccounts\Gebruikersaccounts 3. Klik op Uw accounttype wijzigen 4. Wijzig het accouttype naar Beheerder. Opmerking: Als de gebruikersaccount die u gebruikt onvoldoende toestemmingen heeft om deze stap uit te voeren, dan moet u als een andere gebruiker met beheerderstoegang aanmelden om aan deze gebruikersaccount wijzigingen uit te voeren. Besturingssystemen Kaseya Server wordt door de volgende besturingssystemen ondersteund. Server 2003, 2003 R2, 2008, 2008 R2, 2012 Windows 8, 7 en XP worden alleen voor evaluatiedoeleinden ondersteund, met systemen die niet meer dan 5 Kaseya-agenten hebben. Raadpleeg Systeemvereisten ( voor meer informatie. Domeincontroller Kaseya Server kan niet op een systeem worden geïnstalleerd dat als een domeincontroller is geconfigureerd. 25

32 Installatievoorwaarden Exchange Kaseya Server kan niet op een systeem worden geïnstalleerd dat is geconfigureerd om als Microsoft Exchange Server te werken. SharePoint Kaseya Server kan niet op een systeem met Microsoft SharePoint worden geïnstalleerd. Windows Update Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als binnen de afgelopen 14 dagen Windows Update niet is uitgevoerd. Windows Update: XP, 2003 en 2003 R2 Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als binnen de afgelopen 14 dagen Windows Update niet is uitgevoerd. Controleer voor Windows Update Windows XP, Windows 2003 en Windows 2003 R2 1. Klik op Start. 2. Klik op Windows Update. 3. Klik op Nu installeren als enige belangrijke updates beschikbaar zijn. Opmerking: Afhankelijk van het type update moet u mogelijk het systeem heropstarten en Kaseya Server Setup opnieuw starten. Windows Update: 7, 2008 en 2008 R2 Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als binnen de afgelopen 14 dagen Windows Update niet is uitgevoerd. Controleer voor Windows Update Windows 7 1. Voer Windows Update in Start > Programma's en bestanden zoeken in. 2. Klik op Naar updates zoeken. 3. Klik op Updates installeren als enige belangrijke updates beschikbaar zijn. Opmerking: Afhankelijk van het type update moet u mogelijk het systeem heropstarten en Kaseya Server Setup opnieuw starten. 26

33 Installatievoorwaarden Windows Update: 8 en 2012 Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als binnen de afgelopen 14 dagen Windows Update niet is uitgevoerd. Controleer voor Windows Update Windows 8 en Windows Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van Verkenner naar Configuratiescherm\Alle configuratiescherm-onderdelen\windows Update 3. Klik op Naar updates zoeken. 4. Klik op Updates installeren als enige belangrijke updates beschikbaar zijn. Opmerking: Afhankelijk van het type update moet u mogelijk het systeem heropstarten en Kaseya Server Setup opnieuw starten. Microsoft.Net Framework De Kaseya Server vereist drie verschillende versies van Microsoft.NET Framework. Microsoft NET Framework 2,0 Service Pack 2 of nieuwer Microsoft NET Framework 3,5 Service Pack 1 of nieuwer Microsoft NET Framework 4,0 Service Pack 1 of nieuwer Klik naast deze ontbrekende voorwaarden op de koppelingen Fixit om de Kaseya Server Setup-wizard ze voor u te laten installeren. DotNet: Versie 2,0 Microsoft.NET Framework 2,0 is een software-framework en een set bibliotheken die door de VSA en enkele toevoegingstoepassingen worden gebruikt. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om DotNet Framework 2,0 handmatig te installeren 1. Download het juiste pakket voor uw besturingssysteem van Microsoft.NET Framework 2.0 Service Pack 2 ( 2. Verifieer dat.net Frameworks-servicepacks in de map \Windows\Microsoft.NET\Framework worden geïnstalleerd. DotNet: Versie 3,5 Microsoft.NET Framework 3.5 is een software-framework en een set bibliotheken die door de VSA en enkele toevoegingstoepassingen worden gebruikt. Wanneer dit nog niet is geïnstalleerd, zal Kaseya Server Setup het voor u installeren. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om DotNet Framework 3.5 handmatig te installeren 1. Download het pakket van Microsoft.NET Framework 3.5 Service Pack 1 (volledig pakket) ( 27

34 Installatievoorwaarden 2. Verifieer dat.net Frameworks-servicepacks in de map \Windows\Microsoft.NET\Framework worden geïnstalleerd. DotNet: Versie 3.5 in 2008 R2 Microsoft.NET Framework 3.5 is een software-framework en een set bibliotheken die door de VSA en enkele toevoegingstoepassingen worden gebruikt. Wanneer dit nog niet is geïnstalleerd, zal Kaseya Server Setup het voor u installeren. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om DotNet Framework 3.5 handmatig in 2008 R2 te installeren DotNet Framework 3.5 is als een functie in 2008 R2 ingeschakeld. Ga als volgt te werk om deze functie in te schakelen: 1. navigeer naar Systeembeheer > Serverbeheer. 2. Klik op Functies. 3. Klik op de koppeling Functies toevoegen. Er wordt een Wizard functies toevoegen weergegeven. 4. Zoek.Net Framework Features Klik, wanneer gevraagd, op Vereiste role services toevoegen. 5. Klik drie keer op Volgende. 6. Klik op Installeren. Wacht tot de installatiewizard de installatie voltooit. 7. Klik op Sluiten. 8. Verifieer dat.net Frameworks-servicepacks in de map \Windows\Microsoft.NET\Framework worden geïnstalleerd. DotNet: Versie 4.0 Microsoft.NET Framework 4,0 is een software-framework en een set bibliotheken die door de VSA en enkele toevoegingstoepassingen worden gebruikt. Wanneer dit nog niet is geïnstalleerd, zal Kaseya Server Setup het voor u installeren. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om DotNet Framework 4,0 handmatig te installeren 1. Download het pakket van Microsoft.NET Framework 4 (Stand-alone installatieprogramma) ( 2. Verifieer dat.net Frameworks-servicepacks in de map \Windows\Microsoft.NET\Framework worden geïnstalleerd. IIS-vereisten De volgende voorwaarden van de Internet Information Services (IIS) zijn van toepassing op Kaseya Server Setup. Klik naast deze ontbrekende voorwaarden op de koppelingen Fixit om de Kaseya Server Setup-wizard ze voor u te laten installeren. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. 28

35 Installatievoorwaarden In This Section IIS geïnstalleerd 29 IIS Role Services 36 IIS Application Pools 43 IIS Handler Mappings 43 IIS SSL-beveiligingsinstellingen 43 'Standaardwebsite' is Website 1 45 ASP.NET State Service 47 Localhost/ IIS IP-adres- en domeinbeperkingen 51 IIS geïnstalleerd De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS: XP De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. U moet mogelijk uw XP-installatieschijf plaatsen om aanvullende IIS-componenten te installeren. IIS: 7 De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS handmatig in Windows 7 installeren 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van de Windows Explorer naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. 4. Schakel het vak in om Internet Information Services te selecteren 5. Vouw World Wide Web-services uit 29

36 Installatievoorwaarden 6. Zorg dat de volgende opties zijn ingeschakeld. Klik op OK. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld IIS: 8 Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. 30

37 Installatievoorwaarden Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS handmatig in Windows 8 installeren 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van de Windows Explorer naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. 4. Schakel het vak in om Internet Information Services te selecteren 5. Vouw World Wide Web-services uit 6. Zorg dat de volgende opties zijn ingeschakeld. Klik op OK. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. 31

38 Installatievoorwaarden Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS: 2003 en 2003 R2 De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS: 2008 en 2008 R2 De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS handmatig in Windows 2008 en 2008 R2 installeren Klik op Start. 2. Voer in het bewerkingsvenster Programma's en bestanden zoeken Serverbeheer in. 3. Klik op Rollen. 4. Klik op de koppeling Rollen toevoegen.

39 Installatievoorwaarden Er wordt een Wizard rollen toevoegen weergegeven. 5. Klik op Volgende om de pagina Serverrollen weer te geven. 6. Schakel Web Server (IIS)in en klik daarna op Volgende. Klik, wanneer gevraag, op Vereiste functies toevoegen. 7. Klik tweemaal op Volgende om de pagina Role Services weer te geven. Klik, wanneer gevraag, op Vereiste functies toevoegen. 8. Selecteer alle opties zoals hieronder wordt aangegeven. 9. Klik op Volgende en daarna op Installeren. Wacht tot de installatie is voltooid. 10. Klik op Sluiten. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld 33

40 Installatievoorwaarden Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. IIS: Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS handmatig in Windows 2012 installeren 1. Klik op Serverbeheer. 2. Klik op het Dashboard. 3. Klik op Rollen en functies toevoegen. Een Wizard rollen en functies toevoegen wordt weergegeven. 4. Klik op Volgende totdat de pagina Server Roles worden weergegeven. 5. Vouw de optie Web Server (IIS) uit. 34

41 Installatievoorwaarden 6. Selecteer alle opties zoals hieronder wordt aangegeven. 7. Klik op Volgende en daarna op Installeren. Wacht tot de installatie is voltooid. 8. Klik op Sluiten. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 35

42 Installatievoorwaarden 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS Role Services De Kaseya Server vereist dat voor bepaalde besturingssystemen bepaalde IIS Role Services worden geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: IIS Role Services is op geen enkele versie van XP of van 2003 van toepassing. In This Section IIS Role Services: 7 36 IIS Role Services: 8 37 IIS: 2003 en 2003 R2 39 IIS Role Services: 2008 en 2008 R2 39 IIS Role Services: IIS Role Services: 7 De Kaseya Server vereist dat bepaalde IIS Role Services worden geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. ISS Role Services handmatig in Windows 7 installeren 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van de Windows Explorer naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. 4. Schakel het vak in om Internet Information Services te selecteren 5. Vouw World Wide Web-services uit 36

43 Installatievoorwaarden 6. Zorg dat de volgende opties zijn ingeschakeld. 7. Klik op OK. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS Role Services: 8 De Kaseya Server vereist dat bepaalde IIS Role Services worden geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. 37

44 Installatievoorwaarden Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. ISS Role Services handmatig in Windows 8 installeren 1. Open Windows Explorer. 2. Navigeer in de adresbalk van de Windows Explorer naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. 4. Schakel het vak in om Internet Information Services te selecteren 5. Vouw World Wide Web-services uit 6. Zorg dat de volgende opties zijn ingeschakeld Klik op OK. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd.

45 Installatievoorwaarden Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS: 2003 en 2003 R2 De Kaseya Server vereist dat Internet Information Services (IIS) wordt geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS Role Services: 2008 en 2008 R2 De Kaseya Server vereist dat bepaalde IIS Role Services worden geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS Role Services handmatig in Windows 2008 en 2008 R2 installeren 1. navigeer naar Systeembeheer > Serverbeheer. 2. Klik op Rollen. 3. Klik op de koppeling Rollen toevoegen. Er wordt een Wizard rollen toevoegen weergegeven. 39

46 Installatievoorwaarden 4. Klik op Volgende om de pagina Serverrollen weer te geven. 5. Schakel Web Server (IIS)in en klik daarna op Volgende. Klik, wanneer gevraag, op Vereiste functies toevoegen. 6. Klik tweemaal op Volgende om de pagina Role Services weer te geven. Klik, wanneer gevraag, op Vereiste functies toevoegen. 7. Selecteer alle opties zoals hieronder wordt aangegeven. 8. Klik op Volgende en daarna op Installeren. Wacht tot de installatie is voltooid. 9. Klik op Sluiten. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld 40 Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder.

47 Installatievoorwaarden 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS Role Services: 2012 De Kaseya Server vereist dat bepaalde IIS Role Services worden geïnstalleerd. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Opmerking: Afhankelijk van het besturingssysteem kan het installeren van IIS 20 minuten tot een uur duren. IIS handmatig in Windows 2012 installeren 1. Klik op Serverbeheer. 2. Klik op het Dashboard. 3. Klik op Rollen en functies toevoegen. Een Wizard rollen en functies toevoegen wordt weergegeven. 4. Klik op Volgende totdat de pagina Server Roles worden weergegeven. 5. Vouw de optie Web Server (IIS) uit. 41

48 Installatievoorwaarden 6. Selecteer alle opties zoals hieronder wordt aangegeven. 7. Klik op Volgende en daarna op Installeren. Wacht tot de installatie is voltooid. 8. Klik op Sluiten. Voor alle versies IIS verifiëren Verifieer of IIS actief is door naar te bladeren. Afhankelijk van uw versie IIS moet u een pagina krijgen met het label Onder constructie voor IIS 6 of een pagina die het logo van IIS 7 of IIS 8 weergeeft. Als in de webbrowser het/de bericht(en) Kan de webpagina niet weergeven of Kan server niet vinden worden weergegeven, is IIS niet goed geconfigureerd. Ga niet door met de installatie van KInstall.exe. De installatie zal mislukken als IIS niet goed is geïnstalleerd en geconfigureerd. Proxy-server verifiëren is niet ingeschakeld Terwijl de webbrowser open is, zorgt u dat de server NIET is geconfigureerd om via een proxy-server toegang tot het internet te nemen. Volg de stappen hieronder. 1. Selecteer op de menubalk Extra of het pictogram met het tandwiel. 42

49 Installatievoorwaarden 2. Selecteer Internetopties. 3. Selecteer in het tabblad Verbindingen de knop LAN-instellingen 4. Verifieer of de optie Proxy-server NIET is ingeschakeld. IIS Application Pools De Kaseya Server vereist dat twee groepen van toepassingen worden geconfigureerd. 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Selecteer Groepen van toepassingen. 5. Voeg de volgende onderdelen toe: DefaultAppPool Naam - DefaultAppPool.NET Framework-versie - v2.0 Beheerde pipeline-modus - Klassiek Identiteit - ApplicationPoolIdentity ASP.NET v4.0 Naam - ASP.NET v4.0.net Framework-versie - v4.0 Beheerde pipeline-modus - Geïntegreerdd Identiteit - ApplicationPoolIdentity IIS Handler Mappings De Kaseya Server Setup voeg 30 of meer handler mappings toe aan de IIS-server die Kaseya Server kan gebruiken. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. IIS SSL-beveiligingsinstellingen Het keuzevak SSL vereisen in Internet Information Services moet uitgeschakeld zijn om Kaseya Server-toegang te ondersteunen naar inplaats van Het keuzevak SSL vereisen handmatig uitschakelen Windows 7 en 8 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Klik op de Standaardwebsite. 5. Klik in het rechtervenster op SSL-instellingen. 6. Zorg dat SSL vereisen niet is ingeschakeld. 43

50 Installatievoorwaarden IIS SSL-beveiligingsinstellingen: 7 en 8 Het keuzevak SSL vereisen in Internet Information Services moet uitgeschakeld zijn om Kaseya Server-toegang te ondersteunen naar inplaats van Het keuzevak SSL vereisen handmatig uitschakelen Windows 7 en 8 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Klik op de Standaardwebsite. 5. Klik in het rechtervenster op SSL-instellingen. 6. Zorg dat SSL vereisen niet is ingeschakeld. IIS SSL-beveiligingsinstellingen: XP, 2003 en 2003 R2 Het keuzevak SSL vereisen in Internet Information Services moet uitgeschakeld zijn om Kaseya Server-toegang te ondersteunen naar inplaats van Het keuzevak SSL vereisen handmatig uitschakelen XP, 2003 en 2003 R2 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Klik op de Standaardwebsite. 5. Klik in het rechtervenster op SSL-instellingen. 6. Zorg dat SSL vereisen niet is ingeschakeld. IIS SSL-beveiligingsinstellingen:2008, 2008 R2 en Het keuzevak SSL vereisen in Internet Information Services moet uitgeschakeld zijn om Kaseya Server-toegang te ondersteunen naar inplaats van Het keuzevak SSL vereisen handmatig uitschakelen Windows 2008 en Windows 2008 R2 en Windows Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer

51 Installatievoorwaarden 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Selecteer Sites. 5. Klik op de Standaardwebsite. 6. Klik in het rechtervenster op SSL-instellingen. 7. Zorg dat SSL vereisen niet is ingeschakeld. 'Standaardwebsite' is Website 1 Uw IIS_server moet het volgende hebben: een gedefinieerde Standaardwebsite, en De Standaardwebsite moet een ID van 1 toegewezen krijgen. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Standaardwebsite: 7 en 8 Uw IIS_server moet het volgende hebben: een gedefinieerde Standaardwebsite, en De Standaardwebsite moet een ID van 1 toegewezen krijgen. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om de naam en ID van de standaardwebsite te verifiëren Windows 7 en 8 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Rechtsklik op de Standaardwebsite. Of rechtsklik op de eerste site in de lijst als Standaardwebsite niet in de lijst staat. 5. Selecteer de optie Website beheren > Geavanceerde instellingen... Het veld ID moet 1 weergeven 45

52 Installatievoorwaarden Het veld Naam moet Standaardwebsite weergeven Standaardwebsite: XP, 2003 en 2003 R2 Uw IIS_server moet het volgende hebben: een gedefinieerde Standaardwebsite, en De Standaardwebsite moet een ID van 1 toegewezen krijgen. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om de naam en ID van de standaardwebsite te verifiëren XP, 2003 en 2003 R2 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Selecteer Websites. Er wordt een lijst met websites weergegeven. De kolom Beschrijving moet een rij weergeven met de naam Standaardwebsite. Het ID voor Standaardwebsite moet een 1 weergeven. De naam van een website handmatig naar Standaardwebsite wijzigen 1. Selecteer de naam van de website die u met de Kaseya Server gaat gebruiken. 2. Rechtsklik en selecteer de optie Hernoemen. 3. Wijzig de naam in Standaardwebsite. Het ID van de Standaardwebsite handmatig wijzigen Gebruik deze procedure als het ID voor Standaardwebsite nog niet is ingesteld op Stop de website voor de Standaardwebsite. 2. Open een venster voor opdrachtregel met toegang op beheerdersniveau. 3. Wijzig de mappen naar de map \Inetpub\AdminScripts op het systeemstation. 4. Activeer de volgende opdracht door in het voorbeeld voor de opdrachtregel hieronder het ID-nummer in te voeren dat momenteel aan de Standaardwebsite is toegewezen, in plaats van 2. cscript adsutil.vbs verplaats w3svc/2 w3svc/1 Opmerking: Als een andere website al het ID 1 gebruikt, verplaatst u het eerst naar een ander ID door deze zelfde opdracht te gebruiken. 5. Herstart enige websites die u hebt gestopt. 46

53 Installatievoorwaarden Standaardwebsite: 2008, 2008 R2 en 2012 Uw IIS_server moet het volgende hebben: een gedefinieerde Standaardwebsite, en De Standaardwebsite moet een ID van 1 toegewezen krijgen. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. Ga als volgt te werk om de naam en ID van de standaardwebsite te verifiëren Windows 2008 en Windows 2008 R2 en Windows Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Klik op Internet Information Services (IIS) Manager. 4. Selecteer Sites. Rechtsklik op de Standaardwebsite. Of rechtsklik op de eerste site in de lijst als Standaardwebsite niet in de lijst staat. Selecteer de optie Website beheren > Geavanceerde instellingen... Het veld ID moet 1 weergeven Het veld Naam moet Standaardwebsite weergeven ASP.NET State Service Het Opstarttype voor de ASP.net State Service moet op Automatisch zijn ingesteld. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. 47

54 Installatievoorwaarden ASP.NET State Service: 7 en 8 Als u DotNet-versies handmatig hebt geïnstalleerd, moet de ASP.net State Service die met ASP.net is geïnstalleerd, handmatig worden gestart. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. ASP.NET State Service naar handmatig naar Automatisch instellen 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Selecteer Services. 4. Rechtsklik op ASP.NET State Service en selecteer de optie Eigenschappen. 5. Stel het Opstarttype in op Automatisch. 6. Als de service niet wordt gestart, klikt u op Starten. 7. Klik op OK. 48

55 Installatievoorwaarden ASP.NET State Service: XP, 2003 en 2003 R2 Als u DotNet-versies handmatig hebt geïnstalleerd, moet de ASP.net State Service die met ASP.net is geïnstalleerd, handmatig worden gestart. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. ASP.NET State Service naar handmatig naar Automatisch instellen 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeembeheer 3. Selecteer Services. 4. Rechtsklik op ASP.NET State Service en selecteer de optie Eigenschappen. 5. Stel het Opstarttype in op Automatisch. 6. Als de service niet wordt gestart, klikt u op Starten. 7. Klik op OK. 49

56 Installatievoorwaarden ASP.NET State Service: 2008, 2008 R2 en 2012 Als u DotNet-versies handmatig hebt geïnstalleerd, moet de ASP.net State Service die met ASP.net is geïnstalleerd, handmatig worden gestart. Klik naast deze ontbrekende voorwaarde op de koppeling Fixit om Kaseya Server Setup het voor u te laten herstellen. ASP.NET State Service naar handmatig naar Automatisch instellen Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Selecteer Services. 4. Rechtsklik op ASP.NET State Service en selecteer de optie Eigenschappen. 5. Stel het Opstarttype in op Automatisch. 6. Als de service niet wordt gestart, klikt u op Starten. 7. Klik op OK. Localhost/ KaseyaVSA moet op de VSA-server toegang kunnen nemen tot de (deze computer) om goed te functioneren. Als deze test mislukt, zijn de volgende mogelijke redenen hiervoor: IE ESC Internet Explorer Enhanced Security is Ingeschakeld ( -Internet-Explorer---Disabling-IE-ESC-/). Windows/System32/drivers/etc/host-bestand bevat een slechte invoering voor ( Als Kaseya is geïnstalleerd, heeft IIS geen host-verbinding voor de poort die in Kaseya is aangegeven. Als Kaseya niet is geïnstalleerd, heeft IIS geen host-verbinding voor Type: http, Poort: 80. IIS heeft een hostnaam aangegeven die voorkomt. IPV4 is niet geïnstalleerd. Zie ook Waarom kan ik naar localhost bladeren en niet naar mijn computernaam? (IIS7) (

57 Installatievoorwaarden IIS IP-adres- en domeinbeperkingen Alleen van toepassing op Windows 2012 en Windows 8. De test controleert om te kijken of het keuzevak IIS > IP-adres- en domeinbeperkingen > Instellingen dynamische beperking bewerken > Op basis van het aantal verzoeken gedurende een tijdsperiode IP-adres negeren is ingeschakeld. Wanneer ingeschakeld, moet u deze uitschakelen of de instellingen Maximaal aantal verzoeken en Tijdsperiode aanpassen om Schema hertoepassen succesvol te laten voltooien. Deze instellingen verschillen per computer. Message Queuing Service (MSMQ) Voeg Message Queuing Service (MSMQ) toe. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, moet u niet het component Active Directory van MSMQ inschakelen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ: XP Voeg Message Queuing Server (MSMQ) toe. Message Queuing Server handmatig toevoegen XP 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's toevoegen of verwijderen 3. Klik op Windows-componenten toevoegen/verwijderen. 4. Blader naar beneden in de compontentenlijst en schakel Message Queueing in. 5. Klik op de knop Details. 6. Alleen Algemeen moet ingeschakeld zijn. Opmerking: Schakel niet Integratie Active Directory in. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ: 7 en 8 Voeg Message Queuing Server (MSMQ) toe. Message Queuing Server handmatig toevoegen Windows 7 en 8 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. 4. Vouw Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server uit. 5. Vouw Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server Core uit. 51

58 Installatievoorwaarden 6. Schakel Microsoft Message Queue (MSMQ) Server in. 7. Zorg dat alles onder Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server Core is uitgeschakeld. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, mag u niet Integratie MSMQ Active Directory Domain Services opnemen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ: 2003 en 2003 R2 Voeg Message Queuing Server (MSMQ) toe. Message Queuing Server handmatig toevoegen Windows 2003 en Windows 2003 R2 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's toevoegen of verwijderen 3. Klik op Windows-componenten toevoegen/verwijderen. 4. Selecteer Application Server en klik op Details. 5. Selecteer Message Queuing en klik op Details. 6. Schakel alles uit behalve Algemeen. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, mag u niet Integratie Active Directory opnemen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ: 2008 en 2008 R2 Voeg Message Queuing Service (MSMQ) toe. Message Queuing Server handmatig installeren Windows 2008 en Windows 2008 R2 1. Klik op Start. 2. Voer in het bewerkingsvenster Programma's en bestanden zoeken Serverbeheer in. 3. Selecteer Functies. 4. Klik op Functies toevoegen. 5. Vouw Message Queuing uit. 6. Vouw Message Queuing Services uit. 7. Schakel Message Queuing Server in. 8. Schakel alles uit behalve Message Queuing Server. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, mag u niet Integratie Directory Service opnemen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ: 2012 Voeg Message Queuing Service (MSMQ) toe. 52

59 Installatievoorwaarden Message Queuing Server handmatig installeren Windows Klik op Serverbeheer. 2. Klik op het Dashboard. 3. Klik op Rollen en functies toevoegen. Een Wizard rollen en functies toevoegen wordt weergegeven. 4. Klik op Volgende totdat de pagina Functies wordt weergegeven. 5. Vouw Message Queuing uit. 6. Vouw Message Queuing Services uit. 7. Schakel Message Queuing Server in. 8. Schakel alles uit behalve Message Queuing Server. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, mag u niet Integratie Directory Service opnemen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ Active Directory Component Als u MSMQ inschakelt, moet u niet het component Active Directory van MSMQ inschakelen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. MSMQ AD: XP Zorg dat Integratie Active Directory niet is ingeschakeld als u MSMQ configureerd. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. Integratie MSMQ Active Directory-domeinservices handmatig verwijderen XP 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's toevoegen of verwijderen 3. Klik op Windows-componenten toevoegen/verwijderen. 4. Blader naar beneden in de compontentenlijst en schakel Message Queueing in. 5. Klik op de knop Details. 6. Zorg dat Integratie Active Directory is uitgeschakeld. Opmerking: Alleen Algemeen moet ingeschakeld zijn. MSMQ AD: 7 en 8 Zorg dat Integratie MSMQ Active Directory-domeinservices niet is ingeschakeld als u MSMQ configureerd. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. 53

60 Installatievoorwaarden Integratie MSMQ Active Directory-domeinservices handmatig verwijderen Windows 7 en 8 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's\Programma's en Functies 3. Klik op Windows-functies in- of uitschakelen. Vouw Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server uit. Vouw Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server Core uit. Schakel Microsoft Message Queue (MSMQ) Server in. Controleer of alles onder Microsoft Message Queuing (MSMQ) Server Core is uitgeschakeld. Zorg dat de Integratie MSMQ Active Directory-domeinservices niet is ingeschakeld. MSMQ AD: 2003 en 2003 R2 Zorg dat Integratie Active Directory niet is ingeschakeld als u MSMQ configureerd. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. Integratie MSMQ Active Directory handmatig verwijderen Windows 2003 en Windows 2003 R2 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Programma's toevoegen of verwijderen 3. Klik op Windows-componenten toevoegen/verwijderen. 4. Selecteer Application Server en klik op Details. 5. Selecteer Message Queuing en klik op Details. 6. Schakel Integratie Active Directory uit. MSMQ AD: 2008 en 2008 R2 Zorg dat Integratie Directory Services niet is ingeschakeld als u MSMQ configureert. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. Integratie MSMQ Directory Service handmatig verwijderen Windows 2008 en Windows 2008 R2 1. Klik op Start. 2. Voer in het bewerkingsvenster Programma's en bestanden zoeken Serverbeheer in. 3. Selecteer Functies. 4. Klik op Functies toevoegen. 5. Vouw Message Queuing uit. 6. Vouw Message Queuing Services uit. 7. Schakel Message Queuing Server in. 8. Schakel Integratie Directory Service uit. 54

61 Installatievoorwaarden MSMQ AD: 2012 Zorg dat Integratie Active Directory niet is ingeschakeld als u MSMQ configureerd. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. Message Queuing Server handmatig installeren Windows Klik op Serverbeheer. 2. Klik op het Dashboard. 3. Klik op Rollen en functies toevoegen. Een Wizard rollen en functies toevoegen wordt weergegeven. 4. Klik op Volgende totdat de pagina Functies wordt weergegeven. 5. Vouw Message Queuing uit. 6. Vouw Message Queuing Services uit. 7. Schakel Message Queuing Server in. 8. Schakel alles uit behalve Message Queuing Server. Opmerking: Als u MSMQ inschakelt, mag u niet Integratie Directory Service opnemen. Dit zal de prestatie van de Kaseya Server aanzienlijk verbeteren. SQL-vereisten Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: Geïnstalleerd Als u wilt dat Kaseya Server Setup SQL Express installeert Klik op koppeling Fixit voor de rij SQL geïnstalleerd. SQL Server Express start automatisch met downloaden en zichzelf installeren. Dit duurt enkele minuten. De test wordt, nadat de SQL Server Express is geïnstalleerd, automatisch uitgevoerd. De rij SQL installeren geeft nu een groen keuzevak weer. Opmerking: U kunt SQL Server Express downloaden ( en het daarna zelf handmatig installeren en configureren. Raadpleeg de SQL-vereisten (page 55) voordat u dit doet. Als u weet dat SQL Server als is geïnstalleerd. U moet aan de SQL-server een geldige referentie geven. 1. Klik op de pagina Systeemcontrole op de knop Terug om de pagina Referenties SQL-server weer te geven. 2. Selecteeer optie 2 of 3 op de pagina SQL-serverreferenties. 55

62 Installatievoorwaarden 3. Voer uw referenties voor de SQL-server in, zoals in 7. SQL Server referenties leveren (page 6) wordt beschreven 4. Kik op de knop Volgende om naar de pagina Systeemcontrole terug te keren. 5. Klik op Tests uitvoeren en verifieer of uw SQL-server voor de test slaag. Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: Sortering en compatibiliteit Compatibiliteitsmodus 90 Sortering SQL moet in Compatibiliteitsmodus 90 (SQL 2005) of hoger zijn om.net-assembly's te ondersteunen. sp_dbcmptlevel 'ksubscribers' - Door deze opgeslagen procedure te activeren, wordt het compatibiliteitsniveau weergegeven. sp_dbcmptlevel 'ksubscribers', 90 - Door deze opgeslagen procedure te activeren, wordt het compatibiliteitsniveau op SQL 2005 ingesteld. Als u SQL Server 2008 gebruikt, moet u deze opgeslagen procedure niet activeren. Overeenkomende sortering - De Kaseya Server vereist dat voor elk van het volgende is geselecteerd, met elkaar overeenkomt. De SQL Server-hoofddatabase. De SQL Server dbtemp-database. De Kaseya ksubscribers-database. Negeren van hoofd- en kleine letters - De Kaseya Server vereist ook dat de geselecteerde sortering hoofdlettergevoelig is. Selectie van verzameling De standaardinstelling voor de sortering die door SQL-installatieprogramma wordt bepaald door de optie Windows-standaardsysteemtaal (standaardlandinstelling van het systeem). Kaseya raadt het ten zeerste aan dat de taal van uw Windows-besturingssysteem overeenkomt met de hoofdtaal die in de VSA van plan bent te gebruiken. Tijdens de installatie van de SQL-server dient u ervoor te zorgen dat de geselecteerde sortering voor de installatie van uw SQL-server overeenkomt met de hoofdtaal die u in de VSA van plan bent te gebruiken. Voor Engelse installaties stelt u de sortering in op: SQL_Latin1_General_CP1_CI_AS Voor Koreaanse installaties stelt u de sortering in op: Korean_Wansung_CI_AS Voor Chinese installaties stelt u de sortering in op: Vereenvoudigd Chinees - Chinese_PRC_CI_AS, Traditioneel Chinees kan één van het volgende zijn: Chinese_Taiwan_Stroke_CI_AS (algemener) of Chinese_Hong_Kong_Stroke_90_CI_AS Voor de sortering van Japanse installaties stelt u de sortering in op: Japanese_CI_AS Opmerking: Om de sortering te wijzigen na installatie van de SQL-server vereist expertise. Als de sortering voor de SQL Server na installatie van de SQL Server moet worden gewijzigd, raadt Kaseya aan om SQL Server helemaal te verwijderen en daarna SQL Server opnieuw te installeren en de juiste taal te selecteren om de wijziging uit te voeren. 56

63 Installatievoorwaarden Opmerking: Als wijziging van de sortering van de ksubscribers-database wordt vereist, kunt u de sortering instellen zodat deze overeenkomt met de sortering die door de SQL Server-database wordt gebruikt. Het verwijderen en opnieuw installeren van de SQL Server is niet vereist. SQL: Versie SQL 2005 SP3 ( ) of nieuwer wordt vereist. Zie SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) voor een volledige lijst van SQL-voorwaarden. Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: Domein De SQL Server moet in hetzelfde domein of dezelfde werkgroep zijn als de Kaseya Server. Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: Serviceaccount De SQL Service moet als één van het volgende aanmelden: LOCAL_SYSTEM, of NETWORK_SERVICE 57

64 Installatievoorwaarden Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: CLR De Kaseya Server vereist dat in de SQL Server CLR is ingeschakeld. Als niet al is ingeschakeld, activeert u de volgende query in de SQL Server Management Studio (SSMS): EXEC sp_configure 'show advanced options', '1'; go reconfigure; go EXEC sp_configure 'clr enabled', '1' go reconfigure; -- Turn advanced options back off EXEC sp_configure 'show advanced options', '0'; go SQL: Volledige-tekst zoeken Als u de Kaseya Service Desk-toevoegingsmodule installeert, verbetert het inschakelen van de functie Volledige-tekst zoeken tijdens de installatie van de SQL Server de prestatie als u op de pagina Tickets zoektermen invoert. Alle volledige (niet-express) versies van de SQL Server ondersteunt de functie Volledige-tekst zoeken. Voor SQL Server Express is de functie Volledige-tekst zoeken in geen enkele standaardversie van SQL Server Express beschikbaar. Deze functie is alleen beschikbaar met SQL Server Express met Geavanceerde Services. Kaseya Server Setup installeert optioneel, alleen voor evaluatiedoeleinden, de standaardversie van SQL Server Express. De volgende instructies zijn voor elke versie van SQL Server die de functie Volledige-tekst zoeken ondersteunt, gelijk. De functie Volledige tekst zoeken in SQL Server inschakelen 1. Activeer of activeer opnieuw het SQL Server-installatieprogramma. 58

65 Installatievoorwaarden 2. Schakel het keuzevak Volledige-tekst zoeken in op de pagina Functieselectie van de Instellingenwizard van SQL Server. Verifiëren of de service Volledige-tekst zoeken al actief is 1. Open Verkenner. 2. Navigeer in de adresbalk van de Verkenner naar Configuratiescherm\Systeem en Beveiliging\Systeembeheer 3. Selecteer Services. SQL: Aanvullende databases of instanties Systeemcontrole waarschuwt er tegen dat enige niet-kaseya Server-databases of -instances door dezelfde SQL Server worden gebruikt. Opmerking: Als u SQL-server handmatig hebt geïnstalleerd of van plan bent te installeren dient u SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) te raadplegen voor een lijst voorwaarden die nog niet door Systeemcontrole zijn getest. SQL: overige SQL-Server vereisten Volledig hersteld Zorg dat het besturingssyteem van de SQL Server vooraf de nieuwste Service Packs heeft en volledig is hersteld. 59

66 Installatievoorwaarden Verificatie Zorg dat de SQL server op Gemengde modusverificatie is ingesteld en niet op Windows-verificatie. SQL Server op een afzonderlijk systeem activeren Als u SQL Server op een afzonderlijk systeem is: U moet mogelijk TCP-poort 1433 en UDP-poort 1434 openen. Andere poorten zijn mogelijk vereist voor niet-standaardinstanties van SQL Server. Zorg dat de volgende services aanmeldingen van Netwerkservice gebruiken. SQL Server-service SQL Server-browser ZOrg dat het systeem van SQL Server en Kaseya Server binnen enkele minuten van elkaar worden gesynchroniseerd. Er wordt een tijdservice aanbevolen. Microsoft SQL bit gebruiken Zoals in de Systeemvereisten wordt aangegeven, kunt u de Kaseya Server op diverse versies van Windows en SQL installeren die 64 bit hebben. Wegens een Microsoft-probleem dat aan MS-Reporting Services is verwant, wordt het niet aangeraden om MS Windows 64-bit (XP, Vista, 7, Server), SQL Server bit (en de Kaseya Server) allemaal op één enkele Windows-computer te activeren. Het probleem wordt beschreven in het Microsoft-artikel Hoe kan men: 32-bit Reporting Services op een 64-bit computer installeren ( Als u SQL Server bit op een afzonderlijke computer van de Kaseya Server activeert, is er geen probleem. RAM geïnstalleerd Er is meer dan 4 gigabytes aan RAM vereist. 10 of meer gygabytes wordt aangeraden. Voor goede systeemprestaties is het belangrijk dat voldoende RAM juist wordt geconfigureerd. Zie Systeemvereisten ( Schijfruimte Voor installatie van Kaseya Server wordt een minimum van 500 megabytes vereist. Meer dan 2 gigabytes wordt aangeraden. Voor elke computer die door de Kaseya Server zal worden beheerd, raadt Kaseya een minimum van 5 megabytes (MB's) aan schijfruimte aan. Wanneer bijvoorbeeld 150 computers worden beheerd, wordt op het station waarop de Kaseya Server-applicatie is geïnstalleerd, voor de SQL Server 2005 Express-database een minimum van 750 MB's aan beschikbare schijfruimte vereist. Zie de huidige minimum systeemvereisten ( ). Poort De volgende poorten moeten op twee afzonderlijke firewalls worden geopend: Internet Firewall

67 Installatievoorwaarden Windows Firewall op de Serverhosting de Kaseya Server en/of Database-server Zorg dat deze poorten niet door andere systemen of services worden gebruikt. TCP en UDP inkomend en uitgaand - Een enkele poortnummerspecificatie standaard 5721 stelt de gebruikte poorten voor het volgende in: De Kaseya-agenten gebruiken de binnenkomende TCP-poort 5721 om de Kaseya Server te verbinden. De firewall moet communicaties terug naar de Kaseya-agent toestaan. De firewall moet verbindingen toestaan naar de bedrijfssites license.kaseya.net en vsaupdate.kaseya.net van Kaseya. Tijdens of na de installatie van de Kaseya Server kan het standaardpoortnummer 5721 naar een andere vrije en beschikbare poort worden gewijzigd. TCP 80 (HTTP) of TCP 443 (HTTPS) - Laat systeembeheerders voor extern beheer op Kaseya-webpagina's aansluiten. Wijzigingen die de poort via de VSA van poort 80 heeft gebruikt - Zie de Kaseya kennisbasis ( Als SQL Server op een afzonderlijk systeem is TCP 1433 en UDP Als uw SQL Server zich op een afzonderlijk systeem bevindt, moet u mogelijk op de Kaseya Server en SQL Server-computers de TCP-poort 1433 en UDP-poort 1434 openen. Voor niet-standaard SQL Server-instanties worden mogelijk andere poorten vereist. Toegang Windows Temp-map De Kaseya Server vereist dat de groep IIS_IUSRS dat door de installatie van IIS is gemaakt, toegang heeft tot de map Windows\Temp. Ga als volgt te werk om deze toegang handmatig in te stellen: 1. Open Verkenner. 2. Navigeer naar en rechtsklik op de map Windows\Temp. 3. Selecteer de optie Eigenschappen. 4. Klik op het tabblad Beveiliging. 5. Klik op Geavanceerd om speciale toestemmingen in te stellen. 6. Selecteer in het lijstenvak de groep IIS_IUSRS. 7. Klik op Bewerken. 8. Stel Type in op Toestaan. 9. Stel Van toepassing op in op Deze map, submappen en bestanden. 10. Schakel de volgende keuzevakken in: Lezen & uitvoeren Lezen Schrijven 11. Klik op Geavanceerde toestemmingen tonen. 12. Schakel het volgende keuzevak in: Map bladeren/bestand uitvoeren 13. Klik herhaaldelijk op OK om uw wijzigingen op te slaan. 61

68 De Kaseya Server verplaatsen Antivirusbescherming Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als het detecteert dat de antivirusbescherming is ingeschakeld. Voordat u doorgaat met de installatie, wordt het aangeraden om de real-time scan voor de antivirus (ook geheugen-resident-bescherming genoemd) uit te schakelen. Opmerking: Vergeet niet deze functie in te schakelen nadat de installatie is voltooid. Systeemcontrole controleert om te verzekeren dat op de computer de virusbescherming of anti-malware-software niet actief zijn. De test schrijft naar de schijf een testtekenreeks. Als het op het moment van de test ontbreekt, wordt aangenomen dat het door de virusbeschermingssoftware is verwijderd. Het naar de schijf geschreven bestand bevat de EICAR antivirus-testtekenreeks die de meeste bedrijven van virusbeschermingssoftware in hun databases hebben om hun software met quarantine-bestanden te testen. Antivirusbescherming Systeemcontrole geeft een waarschuwing weer als het detecteert dat de antivirusbescherming is ingeschakeld. Voordat u doorgaat met de installatie, wordt het aangeraden om de real-time scan voor de antivirus (ook geheugen-resident-bescherming genoemd) uit te schakelen. Opmerking: Vergeet niet deze functie in te schakelen nadat de installatie is voltooid. Systeemcontrole controleert om te verzekeren dat op de computer de virusbescherming of anti-malware-software niet actief zijn. De test schrijft naar de schijf een testtekenreeks. Als het op het moment van de test ontbreekt, wordt aangenomen dat het door de virusbeschermingssoftware is verwijderd. Het naar de schijf geschreven bestand bevat de EICAR antivirus-testtekenreeks die de meeste bedrijven van virusbeschermingssoftware in hun databases hebben om hun software met quarantine-bestanden te testen. Windows Defender in Windows 8 uitschakelen Windows Defender is standaard ingeschakeld in Windows 8. Kaseya Server Setup voltooid de installatie niet terwijl Windows Defender is ingeschakeld. Ga als volgt te werk om Windows Defender uit te schakelen: 1. Sluit Kaseya Server Setup af als het momenteel actief is. 2. Klik op Verkenner. 3. Voer in de adresbalk van de Verkenner het volgende in: Configuratiescherm\Alle Configuratiescherm-onderdelen\Windows Defender 4. Klik op het tabblad Instellingen. 5. Schakel Real-time bescherming inschakelen (aanbevolen) uit. 6. Klik op Wijzigingen opslaan. 7. Herstart Kaseya Server Setup. De Kaseya Server verplaatsen 62 In plaats van op dezelfde computer uw bestaande Kaseya Server bij te werken, wilt u misschien liever uw Kaseya Server naar een nieuw systeem verplaatsen en het tegelijkertijd bijwerken. Voer de volgende procedures uit in plaats van de stappen die in Installatie stapsgewijs (page 3) worden

69 De Kaseya Server verplaatsen beschreven. In This Section Controlelijst vooraf aan bijwerken 63 Maak back-up van de Kaseya Server 64 De update plannen 64 Antivirus-software 64 De Kaseya Server verplaatsen 64 De Kaseya Server archiveren 67 Controlelijst vooraf aan bijwerken Waarschuwing: Ga niet verder met de Kaseya-update, tenzij de Controlelijst vooraf aan installatie en Controlelijst vooraf aan bijwerken is voltooid. Identificeer de licentiecode van uw bestaande Kaseya Server. Maak een volledige back-up van uw Kaseya Server (pagina 64) (en database-servers als SQL op een afzonderlijke computer werkt) Zorg dat u erop voorbereid bent om naar uw volledige back-up terug te keren om onderbreking aan uw productie systeem te vermijden als u, als resultaat van de upgrade, problemen ondervindt. Maak een afzonderlijke back-up van de ksubscribers-database en uw Kaseya Server-gebruikersmappen. Zie De Kaseya Server archiveren (pagina 67) voor meer informatie. De update plannen (pagina 64). Schakel anti-virusbeveiliging (pagina 64) even voordat u begint te installeren, uit. 63

70 De Kaseya Server verplaatsen Maak back-up van de Kaseya Server Zorg altijd dat u van uw Kaseya-productiesysteem een volledige back-up hebt. Dit omvat: Het systeem dat uw Kaseya Server host. Het SQL Server-systeem die de ksubscribers-database host als de SQL Server extern van de Kaseya Server wordt geactiveerd. De update plannen Wanneer u een bestaande Kaseya Server bijwerkt, dient u te verzekeren dat u een venster voor de uitvaltijd plant die genoeg tijd toestaat om de update te activeren en te testen en, indien nodig, het systeem naar de oorspronkelijke status te herstellen. De Kaseya Server wordt gedurende de update gestopt en zal onbeschikbaar zijn voor agenten, computergebruikers of VSA-beheerders. De update van v4.x of v5.x naar K2 kan enkele uren duren. Dit is afhankelijk van de DB-grootte en de serverspecificaties. De update van Kaseya 2008 of K2 moet minder dan 30 minuten duren omdat de DB minder wijzigingen ondergaat. Antivirus-software Op zowel de Kaseya Server als op de SQL Server: schakel het real-time scannen voor alle antivirus-software uit Schakel, indien nodig, Disable Data Execution Prevention (DEP), uit door in het Configuratiescherm het dialoogvenster Systeem te gebruiken. Denk eraan dat u, nadat de installatie is voltooid, deze functies inschakelt. De Kaseya Server verplaatsen 64 Uw bestaande Kaseya Server naar een nieuwe computer verplaatsen, betreft het kopiëren van geselecteerde bestanden, van uw bestaande Kaseya Server naar de nieuwe computer en daarna over deze bestanden een nieuwe Kaseya Server installeren. Breng uw bestaande Kaseya Server offline Schakel de binnenkomende uit door het keuzevak lezer uitschakelen in Ticketing > lezer in te schakelen. Wijzig het IP-adres van de netwerkadapter die door uw bestaande Kaseya Server wordt gebruikt, naar een ongebruikt IP-adres. Dit voorkomt dat agenten inchecken en dat gebruikers zich aanmelden. Opmerking:Als u ervoor kiest uw bestaande/oude Kaseya Server te activeren terwijl u de nieuwe Kaseya Server met een nieuwe naam en IP-adres instelt, dan moet u de agenten met de pagina Agent > Check-incontrole verwijzen voordat u de nieuwe Kaseya Server online plaatst. Als u bestaande Kaseya Server van 5.1 of ouder is, schakelt u op de localhost SMTP uit. Als uw bestaande Kaseya Server van 5.2 of nieuwer is, wijzigt u het poortnummer via de pagina Systeem > Configureren.

71 De Kaseya Server verplaatsen Uw bestaande Kaseya Server archiveren Voer de procedure uit voor De Kaseya Server archiveren (pagina 67). Gearchiveerde gegevens naar uw nieuwe computer archiveren Kopieer de bestanden die u in De Kaseya Server archiveren (pagina 67) hebt gearchiveerd, naar de computer waarop uw nieuwe Kaseya Server zal werken. Zorg dat de bovenste map van de gearchiveerde mappenstructuur overeenkomt met de Kaseya-installatiemap waarheen u denkt te installeren. De standaard is C:\Kaseya. Gebruik SQL Server Management Studio om de ksubscribers-database te herstellen die u in De Kaseya Server archiveren (pagina 67) hebt gearchiveerd, naar de computer die uw nieuwe SQL Server zal hosten. Opmerking: Zorg dat de SQL: overige SQL-Server vereisten (page 59) voor zowel de SQL Server als de ksubscribers-database juist is. Opmerking: Na een herstel van database 5.1 is de SSRS URL ongeldig en moet deze opnieuw worden ingesteld. Na een herstel van database 6.x is de SSRS URL mogelijk ongeldig en moet deze opnieuw worden ingesteld. Kaseya op de nieuwe computer installeren Installeer op uw nieuwe computer een nieuwekaseya Server door de procedure te volgend die in Een nieuwe K2 Kaseya Server installeren te volgen. Opmerking: Zorg dat, voordat u de installatie start, aan alle voorwaarden wordt voldaan. Als u een SQL Server-instantie op een externe computer aangeeft en het heeft een ksubscribers-database, dan ontvangt u een prompt die u vraagt of u, indien nodig, die database wilt bijwerken en het naar de nieuwe Kaseya Server te leiden. Door op deze prompt op Ja te klikken wordt de database van de bestaande Kaseya Server waarop het wordt gebruikt, weggenomen en wordt het naar de nieuwe Kaseya Server die u installeert, geleid. Uw nieuwe Kaseya Server online plaatsen Schakel in de VSA van uw nieuwe Kaseya Server het keuzevak lezer uitschakelen in Ticket > lezer uit. Als u tijdens de installatie niet uw uitgaande hebt geconfigureerd, configureert u deze via de pagina Systeem > Uitgaande . Wijzig het IP-adres van de netwerkadapter die door uw nieuwe Kaseya Server wordtgebruikt, om het originele IP-adres van uw bestaande Kaseya Server te gebruiken. Agenten starten nu met inchecken op uw nieuwe Kaseya Server. 65

72 De Kaseya Server verplaatsen Opmerking: Als u ervoor kiest om uw bestaande/oude Kaseya Server te activeren terwijl u de nieuwe Kaseya Server met een nieuwe naam en IP-adres opstelt, dan moet u op de nieuwe Kaseya Server alle agentaccounts te wijzigen zodat zij de naam en het IP-adres van de nieuwe Kaseya Server gebruiken. Nadat de agentaccounts van de nieuwe Kaseya Server juist zijn ingesteld, wijzigt u alle agentaccounts op de bestaande/oude Kaseya Server om de naam en het IP-adres van de nieuwe Kaseya Server te gebruiken. Gebruik de pagina Agent > Incheckcontrole in de VSA om de agenten naar de nieuwe Kaseya Server en IP-adres te leiden. U moet uw bestaande/oude Kaseya Server lang genoeg actief laten zodat uw agenten kunnen inchecken en naar de nieuwe Kaseya Server kunnen worden geleid. Update agenten via de pagina Agent > Update. 66

73 De Kaseya Server verplaatsen De Kaseya Server archiveren Met een archief van een geïnstalleerde, productie-kaseya Server kunt u, zonder verlies van gegevens en functionaliteit, die Kaseya Server opnieuw op een ander systeem installeren. Het archief bestaat uit drie elementen: Een LeesMij-bestand die belangrijke informatie bevat om vanuit het archief een nieuwe installatie uit te voeren. Een archiverende mapstructuur die geselecteerde bestanden en submappen bevat die met de mapstructuur overeenkomt die door uw bestaande Kaseya Server overeenkomt. Een SQL Server-back-up van uw Kaseya Server ksubscribers-database. Opmerking: Zie De Kaseya Server verplaatsen (pagina 64) voor instructies over hoe het archief opnieuw te installeren. Opmerking: Zorg dat het archief in een veilige locatie wordt bewaard. Het LeesMij-bestand voorbereiden 1. Meld u als een hoofdbeheerder aan op uw huidige Kaseya Server. 2. Voeg de volgende informatie toe aan het LeesMij-bestand: Huidig adres van de Kaseya Server - Dit veld bevindt zich op de pagina Systeem > Configureren, rechts van het label Externe naam/ip-adres van Server wijzigen. Huidig poortnummer van de Kaseya Server - Dit veld bevindt zich op de pagina Systeem > Configureren, rechts van het label Poort aangeven waarmee agenten op server inchecken. Licentiecode van de Kaseya Server - Voor 4.7 en ouder bevindt dit veld zich op de pagina Systeem > Configureren, rechts van het label Licentiecode. Voor 4.8 en nieuwe bevindt dit veld zich op de pagina Systeem > Licentiebeheerder. Opmerking: U gebruikt in uw nieuwe Kaseya Server dezelfde licentiecode. Als u enige problemen ondervindt als u uw licentiecode in uw nieuwe Kaseya Server gebruikt, dient u een ondersteuningsticket in te dienen via het Kaseya Portal ( en een geüpdate licentiesleutel verzoeken. Aanmelding SQL Server - De aanmelding voor de systeembeheerder (sa) en het wachtwoord voor de SQL Server die uw ksubscribers-database host. Aanmelding VSA-hoofdgebruiker - De VSA-gebruikersnaam en -wachtwoord voor aanmelding van een hoofdbeheerder. Kaseya installatiemap - De volledig gekwalificeerde padnaam van de <Kaseya Install directory>. Host uitgaande - De hostnaam en poort voor de VSA uitgaande s. Server binnenkomende s - De server, poort en, indien nodig, de referentie voor binnenkomende s die in de pagina Ticketing > lezer wordt gedefinieerd. 67

74 De Kaseya Server verplaatsen Een Archiveringsmappenstructuur maken Maak van de volgende mappen een lege mappenstructuur die op de hieronder gegeven afbeelding lijkt. Hernoem de Kaseya-map die in de afbeelding wordt getoond, zodat deze, indien van toepassing, overeenkomt met de naam van de installatiemap van uw Kaseya Server. Kopieer bestanden en mappen van uw bestaande Kaseya Server naar deze lege mappenstructuur, zoals hieronder wordt beschreven. U hoeft niet alle mappen te gebruiken die in de afbeelding worden weergegeven. <Kaseya_Installation_Directory>\UserProfiles (exclusief - Deze map bevat de bestanden die aan uw beheerde computers zijn verwant. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\ManagedFiles (exclusief VSAHiddenFiles) - Deze map bevat de scripts en beheerde bestanden die aan elke beheerder behoren, evenals KES-profielen. Waarschuwing: Kopieer geen VSAHiddenFiles, die in de map WebPages\Managed files worden gevonden, van een oud systeem naar een nieuw systeem. Deze map bevat veel systeem-helpbestanden. U nieuwe systeeminstallatie bevat de nieuwste versies van deze bestanden. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\DataReports - Deze map bevat geplande rapporten. Deze volgende mappen moeten alleen worden gearchiveerd als aanpassing van de VSA ze heeft gecreëerd: <Kaseya_Installation_Directory>\Kserver\ignoresubject.txt - Dit bestand bestaat alleen als binnenkomende met het bewerkingsvak Binnenkomende s met het volgende in de onderwerpregel weigeren in Ticketing > lezer wordt gefilterd. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\themes\banner\images\new - Deze map, als het bestaat, bevat aangepaste pictogrammen voor rapporten en de agent wanneer het vaandelthema wordt gebruikt. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\themes\classic\images\new - Deze map, als het bestaat, bevat aangepaste pictogrammen voor rapporten en de agent wanneer het klassieke thema wordt gebruikt. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\themes\compact\images\new - Deze map, als het bestaat, bevat aangepaste pictogrammen voor rapporten en de agent wanneer het compacte thema wordt gebruikt. 68

75 Installaties zonder internet <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\themes\default\images\new - Deze map, als het bestaat, bevat aangepaste pictogrammen voor rapporten en de agent wanneer het standaardthema wordt gebruikt. <Kaseya_Installation_Directory>\WebPages\access> - Deze map bevat twee bestanden, DefaultHeader.htm en LeftHeader.htm die kunnen worden aangepast. Maak van de Kaseya Servergegevens een SQL Server-back-up 1. Gebruik SQL Server Management Studio om een back-up te maken van de ksubscribers-database. 2. Kopieer deze nieuwste SQL Serverback-up naar uw archiveringsmappenstructuur. De typische locatie voor de Kaseya Server-back-ups is: <Kaseya_Installation_Directory>\UserProfiles\@dbbackup. Opmerking: Ga terug naar De Kaseya Server verplaatsen (pagina 64) als u deze procedure uitvoert. Installaties zonder internet Als u KInstall.exe zonder internettoegang start en dit is een nieuwe installatie, wordt de pagina van de wizard Kinstall Package Import weergegeven. U moet KInstall.exe met internettoegang activeren om op basis van uw licentie een pakket van alle downloads die u nodig hebt, te maken. Een Kaseya Server Setup Package maken of bijwerken 1. Start op een computer met internettoegang KInstall.exe met de volgende parameter. KInstall.exe /CreatePackage 2. Voer uw licentiecode in en klik op de knop Volgende. 69

76 Installaties zonder internet Uw licentiecode geeft alle installatiebestanden aan waarvoor u geautoriseerd bent deze te downloaden. 3. Een prompt vraagt u of u ook voor SQL Express het installatieprogramma wilt downloaden. Klik op Ja als u wilt dat KInstall.exe SQL Express downloadt, zodat deze later kan worden geïnstalleerd. Klik op Nee als u een andere SQL Server handmatig wilt installeren of al hebt geïnstalleerd. 4. Wacht tot alle installatiebestanden zijn gedownload. Op het bureaublad van uw computer met internettoegang wordt een KInstallPackage.zip-bestand gemaakt. Dit zipbestand bevat alle bestanden die nodig zijn voor uw installatie zonder internettoegang. 5. Kopieer het KInstallPackage.zip-bestand van de computer met internettoegang, naar de computer zonder internettoegang. 6. Geef de pagina van de wizard KInstall Package Import opnieuw weer op de computer zonder internettoegang als deze nog niet wordt weergegeven. 70

77 Installaties zonder internet Als u de installatie op de computer zonder internet hebt geannuleerd, activeert u KInstall.exe opnieuw en wordt dezelfde pagina opnieuw weergegeven. U kunt de vertraging die is genomen om op internettoegang te testen, voorkomen door KInstall.exe met de parameter /nietinternettoegang te activeren. De eerste weergegeven optie is, afhankelijk van of u hiervoor een pakket hebt geïnstalleerd, of Nieuw of Update. 7. Als Nieuw de eerste optie is, klikt u op de knop Bladeren [...] om de KInstallPackage.zip te zoeken die u van de computer met internettoegang hebt gekopieerd. 8. Als Update de eerste optie is, dan is tenminste één keer al een KInstallPackage.zip geïnstalleerd. Selecteer één of twee opties. Update - U hebt een nieuwe KInstallPackage.zip gedownload. Klik op de knop Bladeren [...] om de KInstallPackage.zip te zoeken die u van de computer met internettoegang hebt gekopieerd. Import bestaande KinstallPackage gebruiken - U hebt besloten om de KInstallPackage.zip te gebruiken die u al hebt geïnstalleerd. 9. Klik op de knop Volgende. Het bestand KinstallPackage.zip wordt op de computer zonder internettoegang naar een nieuwe, permanente locatie verplaatst en de installatiebestanden worden uitgepakt. 71

78 Installaties zonder internet Voor de rest van de installatie is geen internettoegang vereist. U hebt alle bestanden die u nodig hebt! 10. Ga door met 7. SQL Server referenties leveren (page 6) in Installatie stapsgewijs. 11. Nadat de Installatie stapsgewijs is voltooid, moet u Kaseya-hotfixes handmatig downloaden en inzetten (page 72). Kaseya-hotfixes handmatig downloaden en inzetten 72 Opmerking: Dit onderwerp is van toepassing als uw Kaseya Server niet op internet is aangesloten of als u een vaste set hotfixes wilt testen. Kaseya post regelmatig hotfixes om kleine problemen in de nieuwste versie op te lossen. Elke Kaseya Server maakt regelmatig opnieuw verbinding met om op nieuwe hotfixes te controleren. Wanneer ingeschakeld, zal Kaseya Server zonder interactie van een gebruiker, automatisch hotfixes downloaden en toepassen. Wegens beveiligingsredenen wilt u misschien automatische downloads van hotfixes uitschakelen om te vermijden dat uw VSA open is naar het internet. U wilt misschien ook voorkomen dat hotfixes op een gefaseerde, installerende VSA worden getest voordat u uw productie-vsa bijwerkt. Wanneer u handmatig hotfixes uitvoert, dient u de hotfixes tussen drie locaties te verplaatsen: Een systeem van een toegewezen online client. 3. Uw offline VSA. Handmatig hotfixes uitvoeren betreft twee afzonderlijke procedures: 1. KInstall /Hotfix:Download 2. Kinstall /Hotfix:Inzetten /Hotfix:Download 1. Download het bestand van het KInstall.exe-installatiebestand naar een tweede systeem met internettoegang. Dit is het systeem dat als het online client-systeem handelt. Opmerking: Als u het bestand van het installatieprogramma, KI3> nog niet hebt, dient u naar de Kaseya-website ( te bladeren. 2. Maak voor KInstall.exe een snelkoppeling met de naam KInstall-Hotfix-Download die u voor herhaald uitvoeren van hotfixes kunt hergebruiken. De opdrachtenregel voor de snelkoppeling moet als volgt zijn: <pathtokinstall>\kinstall.exe /Hotfix:Download 3. Klik op de snelkoppeling KInstall-Hotfix-Download om KInstall.exe te activeren. 4. Aanvaard de licentieovereenkomst. 5. Voer uw klanten-licentiecode in en klik op Volgende. 6. Voer een hotfix-bestandsnaam in of accepteer de standaardnaam. 7. Zorg dat de versie van de geselecteerde VSA overeenkomt met de VSA waarop u hotfixes uitvoert. De instelling is standaard als die van de laatst beschikbare versie. 8. Verwijder voor het downloaden optioneel alle voorgaande hotfixes. Het wordt aangeraden dit keuzevak uitgeschakeld te laten.

79 SQL Server Reporting Services configureren 9. Klik op Hotfixpakket. Op aangegeven locatie wordt een zipbestand met hotfixes gemaakt. /Hotfix:Deploy 1. Kopieer het hotfix-zipbestand naar het systeem dat host is van uw VSA-server. 2. Op het systeem dat host is van uw VSA-server maakt u voor KInstall.exe een snelkoppeling met de naam KInstall-Hotfix-Deploy dat u voor het herhaald uitvoeren van hotfixes kunt gebruiken. De opdrachtenregel voor de snelkoppeling moet als volgt zijn: <pathtokinstall>\kinstall.exe /Hotfix:Deploy 3. Klik op de snelkoppeling KInstall-Hotfix-Deployom KInstall.exe te activeren. 4. Aanvaard de licentieovereenkomst. 5. Selecteer het hotfix-zipbestand dat u in stap 1 hebt gekopieerd. 6. Klik op Hotfixes importeren. De hotfixes worden op uw VSA-server toegepast. SQL Server Reporting Services configureren Rapportservices met een nieuwe installatie van de VSA Een nieuwe installatie van de VSA biedt een ingebouwde, proprietary-rapportenserver om op kleinere implementaties van de VSA rapporten te activeren. Deze rapportenserver wrodt standaard gebruikt voor nieuwe installaties van de VSA. SQL Server Reporting Services (SSRS) iwordt nog steeds voor grotere implementaties ondersteund. Rapportservices bij het bijwerken van een bestaande VSA Om SQL Server Reporting Services (SSRS) te gebruiken, zijn vorige versies nodig. Na VSA bij te werken wordt dezelfde rapportenserver gebruikt. Als u SSRS moet configureren of opnieuw configureren, dient u de onderwerpen hieronder te raadplegen. 73

80 SQL Server Reporting Services configureren In This Section Richtlijnen SSRS-configuratie 74 De SSRS URL aangeven 75 Voor SSRS 2005 opnieuw standaardinstellingen toepassen 81 Configuratie externe SSRS Configuratie externe SSRS Aan een externe rapportserver aangepaste referenties toevoegen 92 De URL van het rapportlogo instellen 98 Richtlijnen SSRS-configuratie Zorg dat de SQL Server met Reporting Services wordt geïnstalleerd. Zorg dat u voor K2 de Reporting Services hebt voorbereid. Zie de Kaseya kennisbasis ( -configuration-manager.aspx) voor meer informatie. Als de SQL Server 2005 x64 lokaal op Windows Server 2003 x64 (IIS 6) wordt geïnstalleerd, moet u de x64 SSRS verwijderen en x86 SSRS installeren. Bekijk het volgende Microsoft KB-artikel voor details: Kaseya VSA 6.x met Windows Server 2003 x64 met actieve SQL Server 2005 x64 configureren ( Andere artikelen die van enig belang kunnen zijn, inclusief: Inzet MS Reporting Services 2008 ( Inzet MS Reporting Services 2005 ( SQL Server 2005 Reporting Services installeren en configureren ( onfiguring-sql-server-2005-reporting-services.aspx) Verifieer de installatie van de Reporting Services door naar de rapporten Server te bladeren. Deze URL wordt door de VSA-installatie vereist. Gebruik als een localhost-installatie wordt gebruikt. U moet, zonder te moeten verifiëren, een startpagina van Reporting Services krijgen. Als SQL zich op een afzonderlijke server bevindt, moet deze pagina met behulp van vanaf de Kaseya Server toegankelijk zijn. De URL wordt als u niet de standaardinstantie gebruikt. Opmerking: Zie De SSRS URL aangeven in de Gebruikershandleiding voor Kaseya SSRS-configuratie ( 74

81 SQL Server Reporting Services configureren De SSRS URL aangeven Kaseya 2 vereist een URL om verbinding te maken met SQL Server Reporting Services (SQL Server rapportservices). De SSRS kan lokaal of extern van de Kaseya Server worden geïnstalleerd. Wanneer u de Kaseya Server installeert of bijwerkt, probeert de installatie deze URL automatisch te identificeren en maakt het verbinding met de rapportservices. Als de verbinding mislukt, wordt een wizard-pagina weergegeven en moet u de URL handmatig invoeren. Dit onderwerp biedt richtlijnen over hoe vast te stellen welke URL dit moet zijn, door in drie verschillende softwarepakketten instellingen te gebruiken. Als alle drie de pakketten succesvol worden geïntegreerd, moeten deze instellingen consistent zijn ten opzichte van elkaar. Configuratie rapportservices IIS De pagina VSA > Systeem > Configureren, zodra Kaseya 2 is geïnstalleerd Indeling van de SSRS URL De URL die door VSA wordt gebruikt om met de Rapportservices verbinding te maken, heeft de volgende indeling: U kunt in de hierboven gegeven indeling localhost met <SSRS-system-name> vervangen als u lokaal op de SQL-server aanmeldt. Gebruik ReportService2005.asmx voor zowel de SQL Server 2005 en de SQL Server Als u niet de standaardnaam van de instantie van MSSQLServer gebruikt, moet u de instantienaam ingedeeld als $InstanceName opnemen. Bijvoorbeeld: rvice2005.asmx Bijvoorbeeld, als de naam van uw SSRS SQL Server 2008 OhioStar is en het gebruikt de standaardnaam van de instantie van MSSQLServer, dan is de URL als volgt: 75

82 SQL Server Reporting Services configureren Met een webbrowser de SSRS URL verifiëren Als de hierboven besproken indeling genoeg was voor u om aan te geven wat de SSRS URL zou zijn, kunt u met uw favoriete webbrowser onmiddellijk de URL testen. Als de verbinding succesvol is, wordt voor u een bevestigingspagina van de rapportserver, zoals de afbeelding hieronder, weergegeven. Opmerking: Als u zich extern aanmeldt, moet u mogelijk een authenticatie geven. Voer alleen het eerste deel van de URL in, zonder de bestandsnaam ReportService2005.asmx. Wanneer u zich lokaal aanmeldt, voert u het volgende in: Als u zich extern aanmeldt, voert u de SSRS-systeemnaam in, in plaats van localhost. Bijvoorbeeld: Een SSRS 2005 URL identificeren Als het testen in de browser van de URL, zoals hierboven wordt beschreven, mislukt en u gebruikt SSRS 2005, dan dient u de volgende instellingen te controleren. 1. Selecteer de virtuele map van Standaardwebsite > ReportServer in IIS 6.0 op het systeem dat uw SSRS host. U zou in het rechterpaneel nu de pagina ReportService2005.asmx moeten zien. 76

83 SQL Server Reporting Services configureren 2. Klik met de rechtermuisknop op de pagina ReportService2005.asmx en selecteer de optie Bladeren. 3. Meestal wordt in de browserpagina een SOAP XML-verklaring weergegeven. De URL in de browser is de URL die uw VSA moet gebruiken om met de SSRS verbinding te maken. In de voorbeeldafbeelding hieronder, ziet de URL als volgt uit: Opmerking: Als de pagina met deze URL een foutbericht weergeeft, betekent dit dat de SSRS niet juist is geconfigureerd. Een SSRS 2008 URL identificeren Als het testen in de browser van de URL, zoals hierboven wordt beschreven, mislukt en u gebruikt 77

84 SQL Server Reporting Services configureren SSRS 2008, dan dient u de volgende instellingen te controleren. 1. Zoek en open Configuratiebeheerder rapportservices. 2. Maak verbinding met uw SSRS-server en instantie. 78

85 SQL Server Reporting Services configureren 3. Selecteer de menu-optie URL webservice. Klik daarna op de koppeling URL's Webservice rapportserver. 79

86 SQL Server Reporting Services configureren 4. De bevestigingspagina van de Rapportserver wordt weergegeven. Naar de Wizard-pagina terugkeren Zodra u hebt geverifieerd dat uw SSRS URL werkt, kunt u in het bewerkingsveld van de wizard-pagina de SSRS URL invoeren en doorgaan met de update of nieuwe installatie van Kaseya 2. Als u de update of installatie hebt geannuleerd en toch hetzelfde foutbericht van de wizard-pagina krijgt, moet u proberen de werkende SSRS URL in te voeren en kijken of de update of installatie doorgaan. Soms wordt het foutbericht van de wizard-pagina zelfs weergegeven als de SSRS juist is geconfigureerd. U hoeft alleen de juiste URL handmatig in te voeren om door te gaan. Binnen de VSA de SSRS URL aangeven Zodra Kaseya 2 is geïnstalleerd, kunt u vanuit de VSA met de pagina Systeem > Configureren altijd een andere SSRS URL aangeven. Klik op de knop URL wijzigen om: de URL weer te geven of te wijzigen die door VSA wordt gebruikt om met de SSRS verbinding te maken; een referentie in te stellen die wordt gebruikt om rapporten te activeren (pagina 92); de URL met de rapportlogo in te stellen (pagina 98). 80

87 SQL Server Reporting Services configureren Voor SSRS 2005 opnieuw standaardinstellingen toepassen Dit artikel beschrijft de stappen die nodig zijn om voor SSRS 2005 standaardinstellingen te herstellen. U moet deze stappen uitvoeren als u fouten ondervindt terwijl u in Infocentrum rapporten activeert. 1. Meldt u zich aan op de systeemhost SSRS Open de applicatie Configuratie rapportservices. 3. Maak verbinding met de instantie van de Rapportserver. 81

88 SQL Server Reporting Services configureren 4. Navigeer naar de Virtuele map rapportserver en schakel het keuzevak Standaardinstellingen toepassen in. 5. Klik op de knop Toepassen. 82

89 SQL Server Reporting Services configureren 6. Navigeer naar het Webservice-id en zorg dat alle applicatiepools zijn ingesteld op ReportServer. 7. Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen door te voeren. Op dit punt moet uw SSRS 2005-installatie opnieuw naar de standaardinstellingen worden ingesteld en moeten uw rapporten juist worden uitgevoerd. 83

90 SQL Server Reporting Services configureren Configuratie externe SSRS 2005 Als SSRS 2005 is extern van de Kaseya Server en poging een VSA-rapport te activeren de volgende verbindingsfout weergeeft... FOUT: De toestemmingen die aan gebruiker '<domain>\<username>' zijn toegekend, zijn onvoldoende om deze handeling uit te voeren... voert u de volgende configuratie uit. In Rapportbeheerder systeemgebruiker "voor hele site" maken De volgende procedure stelt voor alle gebruikers die toegang nemen tot SSRS, "voor hele site" beveiligingsinstellingen in. 1. Meldt u zich aan op de systeemhost SQL Server Open IIS-beheerder 3. Navigeer naar de virtuele map van Rapporten. 4. Klik met de rechtermuisknop op de pagina Home.aspx en selecteer de optie Bladeren. 84

91 SQL Server Reporting Services configureren 5. Klik op de koppeling Site-instellingen. 6. Klik daarna op Beveiliging voor hele site configureren. 85

92 SQL Server Reporting Services configureren 7. Klik daarna op Nieuwe roltoewijzing. 8. Maak een rol met de naam Iedereen als een Systeemgebruiker. Klik op OK. 86

93 SQL Server Reporting Services configureren 9. U bent klaar! Uw rapport moet nu werken. 87

94 SQL Server Reporting Services configureren Configuratie externe SSRS 2008 Als SSRS 2008 is extern van de Kaseya Server en poging een VSA-rapport te activeren de volgende verbindingsfout weergeeft... FOUT: De toestemmingen die aan gebruiker '<domain>\<username>' zijn toegekend, zijn onvoldoende om deze handeling uit te voeren... voert u de volgende configuratie uit. In Rapportbeheerder systeemgebruiker "voor hele site" maken De volgende procedure stelt voor alle gebruikers die toegang nemen tot SSRS, "voor hele site" beveiligingsinstellingen in. 1. Meldt u zich aan op uw SQL Server 2008-venster. 2. Open Configuratiebeheerder rapportenservice. 3. Maak verbinding met de instantie van de Rapportserver. 88

95 SQL Server Reporting Services configureren 4. Navigeer naar URL rapportbeheerder. Klik op de koppeling met URL's op het label. U wordt voor een gebruikersnaam en wachtwoord gevraagd. Gebruik gewoon uw domeinaccount. 5. U moet het volgende scherm kunnen zien. Klik op Site-instellingen. 89

96 SQL Server Reporting Services configureren 6. Klik daarna op de linkerkant van de pagina op Beveiliging. 7. Klik daarna op Nieuwe roltoewijzing. 90

97 SQL Server Reporting Services configureren 8. Maak een rol met de naam Iedereen als een Systeemgebruiker. Klik op OK. 9. U bent klaar! Uw rapport moet nu werken. 91

98 SQL Server Reporting Services configureren Aan een externe rapportserver aangepaste referenties toevoegen U kunt alle VSA-gebruikers een referentie geven zodat ze SSRS-rapporten kunnen activeren. Dit vermindert de behoefte om voor elke VSA-gebruiker die toegang tot de SSRS vereist, toegangsrechten te onderhouden. Dit is in het bijzonder van toepassing op VSA-gebruikers in een werkgroep in plaats van een domein, die geen centrale methode voor verificatie hebben, zoals Active Directory, om toegangsrechten tot de SSRS te beheren. Deze procedure maakt in het systeem dat de SSRS host, voor een toegewijde gebruiker een referentie met de naam KaseyaReport. Rapportbeheerder wordt gebruikt om de KaseyaReport-gebruiker toegang te bieden om in de SSRS rapporten te activeren. Uiteindelijk wordt de referentie in Systeem > Configureren van de VSA geregistreerd. Van dat punt af gebruikt de VSA die referentie om, elke keer dat een VSA-gebruiker een rapport activeert, toegang te nemen tot de SSRS. 1. Voeg op het systeem dat de SSRS host, een KaseyaReport-gebruiker toe. Geef de gebruiker een sterk wachtwoord. Schakel het veld Gebruiker moet bij volgende aanmelding het wachtwoord wijzigen uit. Schakel de velden Gebruiker kan wachtwoord niet wijzigen en Wachtwoord verloopt nooit in. 2. Pas de juiste toestemmingen toe op de nieuwe gebruiker voor uw omgeving. 92

99 SQL Server Reporting Services configureren 3. Op het systeem die de SSRS host, opent u een browser en typt u met de Beheerdersaccount de URL in voor de Rapportbeheerder, bijvoorbeeld 4. Klik in de hoek rechtsboven op Site-instellingen. 5. Klik op de rechterzijbalk op Beveiliging. 93

100 SQL Server Reporting Services configureren 6. Klik op de menubalk op Nieuwe roltoewijzing. 7. Voer de gebruikersnaam die in stap 1 werd gemaakt in het veld Groeps- of gebruikersnaam in, bijvoorbeeld KaseyaReport. 8. Schakel het keuzevak Systeemgebruiker in 9. Klik op Toevoegen. 94

101 SQL Server Reporting Services configureren 10. Geef in de VSA de pagina Systeem > Serverbeheer > Conigureren weer. Klik op de knop URL wijzigen om het dialoogvenster Rapportconfiguratie te openen. 11. Klik bovenop de pagina op de knop Bewerken. 95

102 SQL Server Reporting Services configureren 12. Voer de referentie in die u in stap 1 hebt gedefinieerd en zorg dat het keuzevak Account aangeven is ingeschakeld. Dit betekent dat de SSRS de door u ingevoerde referentie zal gebruiken. Als de gebruiker, bijvoorbeeld KaseyaReport, geen domeingebruiker is, kunt u het veld Domein leeg laten. 13. Klik op Opslaan en klik dan op de knop Test om de wijzigingen te testen. 96

103 SQL Server Reporting Services configureren 14. Als alles in orde is, ziet u het volgende scherm. 15. Als u de referenties fout hebt getypt, ziet u het volgende foutbericht. Zorg dat de referenties juist zijn en test opnieuw. 97

104 SQL Server Reporting Services configureren De URL van het rapportlogo instellen Als het logo niet in SSRS-rapporten wordt weergegeven, kan dit door één van de volgende omstandigheden zijn gebeurd: SSRS wordt op dezelfde computer als de Kaseya Server geïnstalleerd. SSRS kan het logo niet ophalen wegens problemen met de firewall. Om dit probleem op te lossen, wijzigt u de URL vanaf het extern beschikbare URL-IP-adres, naar localhost. Deze oplossing vervangt eerder werk om de klant het hostbestand op hun computer te laten wijzigen. De,VSA. is met een zelfondertekend SSL-certificaat geconfigureerd. Om dit probleem op te lossen, wijzigt u het protocol van https naar http. Procedure 1. Geef in de VSA de pagina Systeem > Serverbeheer > Configureren weer. Klik op de knop URL wijzigen om het dialoogvenster Rapportconfiguratie te openen. 98