D R I E M A A N D E L I J K S E U I T G A V E - J A N U A R I - F E B R U A R I - M A A R T

Transcriptie

1 D R I E M A A N D E L I J K S E U I T G A V E - J A N U A R I - F E B R U A R I - M A A R T NAVB Bundel Nr 109 Onthaal van nieuwkomers in de bouw

2 navbdossier 2 Inhoud Voorwoord Wat is onthaal? Waarom is onthaal belangrijk? De bouwsector en het welzijn De bouw Welzijn, preventie en bescherming in Europa en in België De drie fondsen De regelgeving in verband met het onthaal De wet op de Arbeidsovereenkomsten De CAO Onthaal van Werknemers De wet op de Arbeidsreglementen De CAO Onthaal van Uitzendkrachten De categorieën van nieuwe werknemers Wie is werknemer? De verplichtingen van de werkgever Vier categorieën Verboden werkzaamheden Jonge werknemers Stagiairs Uitzendkrachten Gezondheidstoezicht De werknemer in het algemeen Jonge werknemers Stagiairs Uitzendkrachten De organisatie van het onthaal, de opleiding, de informatie en de instructies Rol van de werkgever Rol van de IDPB Rol van de hiërarchische lijn Rol van het CPBW Rol van de gebruiker en het uitzendbureau Rol van de nieuwkomer Rol van de arbeidsinspectie Rol van het Ervaringsfonds Veilig werken: een kwestie van motivatie Veiligheidsgedrag beïnvloeden Betrokkenheid en invloed Praktisch gedeelte Nuttige adressen en informatie Onthaalwijzer Identificatie- en opvolgingsluik Beroepsfiche schilder Activiteitenfiche schilder Algemene preventiefiche ladders Overname toegestaan mits toelating van het NAVB. Deze bundels worden in het Frans gepubliceerd onder de titel CNAC dossier. De raadgevingen gepubliceerd door het NAVB binden enkel het Actiecomité, rekening houdend met de huidige stand van de wetgeving en de techniek, en onttrekken de lezer niet aan de verplichting om informatie in te winnen en de geldende wetgeving na te leven. Verschijnt 4 maal per jaar. De syndicaal afgevaardigden van de bouwondernemingen krijgen rechtstreeks één exemplaar toegestuurd samen met NAVB info. Individuele bouwvakkers kunnen een gratis exemplaar aanvragen via hun syndicale organisatie en dit zolang de voorraad strekt. Bestellingen en tarieven: zie of achteraan in NAVB info. In dezelfde reeks zijn nog andere dossiers beschikbaar (vroeger Veiligheidsnota s ). Eerste trimester 2006 Bundel Nr 109 Onthaal van nieuwkomers in de bouw Colofon NAVB dossier is een driemaandelijks informatieblad van het Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en hygiëne in het Bouwbedrijf (ook beschikbaar in het Frans onder de titel CNAC dossier ). Redactie : Raymond Brems, Christian Depue, Carl Heyrman, Véronique le Paige, Arlette Moonens, Christelle Schmitz, Emmy Streuve, Isabelle Urbain, Nicolaas Van Leeuwen Verantwoordelijke uitgever : Carl Heyrman - Sint-Jansstraat Brussel Inschrijvingsnummer bij de Koninklijke Bibliotheek (wettelijk depot) Het redactiecomité van NAVB dossier streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie. Het kan er echter niet aansprakelijk voor worden gesteld. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van de uitgever en duidelijke bronvermelding. Informatie en abonnement : NAVB Sint-Jansstraat Brussel Tel.: 02/ Fax: 02/ navb@navb.be - Website: Opmaak en drukwerk : NAVB

3 Voorwoord Wat is onthaal? Iemand verwelkomen op zijn eerste werkdag is het begin van een goede werkrelatie. Maar een goed onthaal gaat een stuk verder dan een handdruk en een glimlach. Volgens het woordenboek is het onthaal de wijze waarop men iemand als gast ontvangt, zoals in een feestelijk onthaal. Ook als werknemer mag je verwachten dat je misschien geen feestelijk, maar wel een degelijk onthaal krijgt wanneer je ergens begint te werken. Onthaal is méér dan een korte toelichting over het arbeidsreglement en andere formele regels. Om de nieuwkomer de weg te wijzen in zijn nieuwe omgeving, moet hij geïnformeerd worden: Wie is wie in de onderneming? Met wie zal hij samenwerken? Waar zijn de sociale voorzieningen? Wat moet hij doen als er een arbeidsongeval gebeurt? Bij wie kan hij terecht om de veiligheidsvoorschriften te bekomen? Wat wordt er van hem precies verwacht?... Gebruikte afkortingen CAO: Collectieve Arbeidsovereenkomst CBM: Collectieve Beschermingsmiddelen CPBW: Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk EDPB: Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk EHBO: Eerste Hulp Bij Ongevallen IDPB: Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk PBM: Persoonlijke Beschermingsmiddelen V&G: Veiligheid en gezondheid Waarom is onthaal belangrijk? Onthaal is eerst en vooral van belang om sociale redenen: een nieuwe werknemer moet zich kunnen integreren in de groep en dat begint bij een goede ontvangst. Een degelijke opvang waarin de nieuwkomer voldoende aandacht krijgt, zal hem helpen zich te ontplooien en te integreren in de groep. Zeker bij de tewerkstelling van jongeren en van uitzendkrachten in de bouw is meer dan gewone oplettendheid en begeleiding vereist. Door hun gebrek aan ervaring, hun beginnersenthousiasme en de onoplettendheid die daar vaak mee gepaard gaat, zijn ze kwetsbaarder voor arbeidsongevallen dan hun geroutineerde collega s. Er is echter ook een bedrijfseconomische reden: wie weet wat hij moet weten over zijn bedrijf en zich goed voelt op het werk, presteert ook beter. Ten slotte is de werkgever wettelijk verplicht de nodige zorg en aandacht te wijden aan het onthaal van werknemers, in het bijzonder van jeugdige werknemers. De werkgever (of zijn personeelsdienst) wordt daarin onder andere bijgestaan door de leden van de hiërarchische lijn, de leden van het CPBW en uiteraard de preventieadviseur. 3

4 De bouwsector en het welzijn De bouw We moeten u de sector niet meer leren kennen: u werkt elke dag in de bouw. Maar toch heeft onze sector enkele specifieke kenmerken die van groot belang zijn voor het welzijn en daarom een woordje uitleg verdienen. Een essentiële eigenschap van de sector wat betreft het welzijn, is de voortdurende evolutie van de werkplek, door de voortgang van de werken zelf en door de ligging van de werven. Elke bouwplaats is anders qua grootte en duur van de werken, gebruikte technieken, coactiviteit, organisatorische aspecten, opgelegde termijnen, weersomstandigheden enz. Elke bouwplaats verandert ook naarmate de tijd vordert, van het begin tot het einde van de werken. Bovendien voeren aannemers vaak voor een bepaalde tijd werken uit in alle hoeken van het land of soms zelfs in het buitenland, waardoor de ploegen soms veel verplaatsingen moeten maken. De tijdelijke en veranderlijke aard van de werken, de evolutie van technieken en werkwijzen, coactiviteit, de weersomstandigheden, de organisatorische aspecten en het zware handwerk zorgen voor moeilijke en vaak risicovolle arbeidsomstandigheden, zoals risico s veroorzaakt door werken op hoogte, door manueel hanteren van lasten, door het gebruik van gevaarlijke producten, door het gebruik van arbeidsmiddelen... In de bouwsector ligt de frequentie- en de ernstgraad van de arbeidsongevallen immers erg hoog, vooral bij jonge werknemers. En ook de gezondheidsproblemen in onze sector zijn niet verwaarloosbaar. Welzijn, preventie en bescherming in Europa en in België Welzijn, preventie en bescherming zijn belangrijke elementen bij het onthaal van nieuwe werknemers in een bedrijf. Die materie wordt geregeld door Europese en Belgische wetteksten. We zetten de belangrijkste op een rijtje. Europa De Kaderrichtlijn: de richtlijn van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk. De Kaderrichtlijn wordt aangevuld door verschillende andere richtlijnen (bv. Arbeidsmiddelen, Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen). België De Welzijnswet: de wet van inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk vormt het algemeen kader van de regelgeving in verband met het welzijn, de preventie en de bescherming van werknemers. Het bevat o.a. de algemene preventiebeginselen bij de bevordering van het welzijn van de werknemers. Het ARAB en de Codex: het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB) bevatte vroeger alle reglementaire en algemene bepalingen over de gezondheid en de veiligheid van de werknemers. Omdat het onoverzichtelijk was geworden, werd beslist om het ARAB te vervangen door een nieuwe structuur, de codex over het welzijn op het werk. Een aantal artikels uit het ARAB zijn vandaag nog geldig; veel andere werden afgeschaft of vervangen door artikels in de Codex. Andere belangrijke welzijnsbepalingen staan in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI), in diverse CAO s van het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf en in een aantal normen. Gezien de eigenschappen van de bouw is het niet altijd eenvoudig om de preventieprincipes in praktijk te brengen, maar het is daarom niet minder essentieel. Om het aantal arbeidsongevallen en beroepsziekten te doen dalen, is de medewerking van alle intervenanten op de bouwplaatsen absoluut noodzakelijk. 4

5 De drie fondsen In de bouwsector zijn er drie fondsen ten dienste van werknemers en werkgevers: Het Fonds voor Bestaanszekerheid van de Werklieden uit het Bouwbedrijf (FBZ), wiens opdracht erin bestaat een hele reeks sociale voordelen te financieren en aan te bieden, ter vervollediging of ter aanvulling van de algemene sociale zekerheid, met als belangrijkste begunstigden de werknemers uit de bouwsector. Het Fonds voor Vakopleiding in de Bouw (FVB), wiens opdracht erin bestaat de opleiding van arbeiders die vandaag en morgen in de sector actief zijn, te bevorderen en te ondersteunen. Dit fonds garandeert ook de kwaliteit en het resultaat van hun opleiding. Het Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en hygiëne in het Bouwbedrijf (NAVB) is het preventie-instituut van de sector. Zijn belangrijkste opdracht bestaat erin het welzijn van de werknemers op de werkplek te bevorderen. Zijn beleid rust op drie pijlers: Raadgevingen aan aannemers en bouwvakkers Onderzoek en ontwikkeling Opleidingen De regelgeving in verband met het onthaal De werkgever is wettelijk verplicht om de nodige zorg en aandacht te besteden aan het onthaal van nieuwkomers in het bedrijf. Dat ligt o.a. besloten in de wet op de Arbeidsovereenkomsten (03/07/78), de CAO Onthaal van Werknemers (26/06/75), de wet op de Arbeidsreglementen (08/04/65) en de CAO Onthaal van Uitzendkrachten (10/12/01, Paritair Comité voor de Uitzendarbeid). Bij de organisatie van het onthaal horen o.a. de volgende taken: Het arbeidsreglement overhandigen. Sociale informatie verstrekken (i.v.m. bezoldiging, arbeidstijdregeling, betaalde feestdagen, klein verlet, educatief verlof, bestaanszekerheidstelsels...). De rechtsinstrumenten en maatregelen betreffende welzijn, preventie en bescherming van de werknemers signaleren. Passende opleidingen, informatie en instructies verstrekken inzake welzijn, preventie en bescherming.... We overlopen de inhoud van de verschillende wetteksten die het onthaal regelen. De wet op de Arbeidsovereenkomsten Elke werkgever heeft de volgende verplichtingen: Als een goed huisvader zorgen voor de veiligheid en gezondheid van zijn werknemers, onder meer door een EHBO-post te voorzien. De nodige zorg en aandacht wijden aan het onthaal van de werknemers, in het bijzonder van de jeugdige werknemers. De CAO Onthaal van Werknemers De CAO Onthaal van Werknemers is van toepassing op alle werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bedienden of werklieden of met een leerovereenkomst. De werkgever organiseert het onthaal en de aanpassing van de nieuw aangeworven werknemers in de onderneming. Afhankelijk van de omvang en de structuur van de onderneming gebeurt de coördinatie van de verschillende aspecten van het onthaal van de nieuwkomers door de werkgever of één van zijn aangestelden, door een bevoegd persoon of een bevoegde dienst. De ondernemingsraad moet vooraf ingelicht en geraadpleegd worden i.v.m. het onthaal. 5

6 Ook de syndicale afvaardiging heeft bevoegdheden inzake onthaal. In de bouw voeren de syndicale afvaardiging en de werkgever en/of zijn aangestelde alle opdrachten uit van het CPBW en de ondernemingsraad. Daarnaast vervult de syndicale afvaardiging haar eigen rol met betrekking tot de louter syndicale aspecten van het onthaal van de nieuwkomer en zijn sociale aanpassing in de groep. Ze draagt daarentegen geen enkele verantwoordelijkheid voor de aspecten van het onthaal waarvoor, volgens overeenkomst, de werkgever verantwoordelijk is. De onthaalperiode begint vanaf de eerste contacten tussen de werkgever en de nieuwkomers. In de bouwsector hangt de duur af van de grootte van het bedrijf. De werknemers worden schriftelijk ingelicht over hun arbeidsvoorwaarden, de bedrijvigheid en de structuur van hun onderneming, hun rol binnen het kader van de onderneming en de collectieve betrekkingen in de onderneming en in de bedrijfstak. Ze mogen ook vragen om aanvullende inlichtingen. De paritaire comités bepalen de inhoud van de inlichtingen, rekening houdend met de bedrijfssector en de omvang van de onderneming. Wat reeds in het arbeidsreglement staat, moet niet opgenomen worden in het geschreven document. Een aantal bepalingen i.v.m. het onthaal hangen af van de grootte van het bedrijf: meer of minder dan 20 werknemers. Opmerking: in sommige sectoren (andere dan de bouw) wordt deze materie geregeld door een CAO van het paritair comité. De bouw doet dat niet en volgt dus gewoon de algemene CAO Onthaal. Specifieke bepalingen voor (o.a.) bouwondernemingen die ten minste 20 werknemers tellen De onthaalperiode duurt maximum één maand. De nieuwe werknemer krijgt op het gepaste moment de volgende schriftelijke inlichtingen: (1) De regels i.v.m. bezoldiging (berekeningswijze van het loon; premies en inhoudingen), arbeidsduur en andere arbeidsvoorwaarden, sociale zekerheid, bovenwettelijke voordelen en sociale werken. (2) De maatregelen m.b.t. arbeidsveiligheid en gezondheid, preventie van arbeidsongevallen en beroepsziekten. (3) De sociale diensten, de geneeskundige diensten, de personeelsdiensten en de opleidings- en vervolmakingsdiensten in de onderneming, aangevuld met de regels in verband met de betrekkingen van deze diensten met het personeel. (4) De bedrijvigheid en de algemene structuur van de onderneming. (5) Zijn rol binnen het kader van de bedrijvigheid van de onderneming, de kennis van de arbeidspost en van zijn omgeving en de controle van de prestaties, de kwantiteit en de kwaliteit van zijn arbeid. (6) De maatregelen i.v.m. educatief verlof. (7) De benaming van het paritair comité, het bestaan van de ondernemingsraad, het comité voor veiligheid en gezondheid en de syndicale afvaardigingen en ook de namen en de aanduiding van de arbeidsposten van de werknemersvertegenwoordigers in deze organen. Nieuwe werknemers ontvangen ook het arbeidsreglement van de onderneming; gegevens die in dat reglement staan, moeten niet meer voorkomen in deze schriftelijke inlichtingen. De werkgever geeft ook mondelinge verduidelijking, met name i.v.m. het loon. Specifieke bepalingen voor (o.a.) bouwondernemingen die minder dan 20 werknemers tellen Een nieuwe werknemer krijgt het arbeidsreglement, aangevuld met de volgende inlichtingen: (1) De regels i.v.m. bezoldiging (berekeningswijze van het loon; premies en inhoudingen), arbeidsduur en andere arbeidsvoorwaarden, sociale zekerheid, bovenwettelijke voordelen en sociale werken. (2) De maatregelen m.b.t. arbeidsveiligheid en gezondheid, preventie van arbeidsongevallen en beroepsziekten. (3) Zijn rol binnen het kader van de activiteiten van de onderneming. (4) De maatregelen i.v.m. educatief verlof. (5) De benaming van het paritair comité. Bij zijn indiensttreding ontvangt de werknemer ook een geschreven document, ondertekend door de werkgever met daarop het bedrag van zijn loon, de beschrijving van zijn werk, de bestaande veiligheids- en gezondheidsmaatregelen en de specifieke maatregelen voor de werknemer die aan beroepsrisico s zou zijn blootgesteld. 6

7 De wet op de Arbeidsreglementen Een werkgever is verplicht een arbeidsreglement op te maken, dat nageleefd moet worden door werkgever en werknemers. In het arbeidsreglement staan de algemene arbeidsvoorwaarden en informatie over de arbeidsorganisatie in de onderneming. Het vermeldt ook nuttige informatie i.v.m. de EHBO-organisatie en de organen die van belang zijn i.v.m. welzijn. De CAO Onthaal van Uitzendkrachten Voor het onthaal van uitzendkrachten bestaan specifieke regels. Het uitzendbureau en de gebruiker (de aannemer) zijn samen verantwoordelijk voor het preventiebeleid ten aanzien van de uitzendkracht. Het uitzendbureau staat onder meer in voor de informatie en begeleiding inzake loon, premies en inhoudingen, arbeidsduur en arbeidsvoorwaarden, sociale zekerheid en aanvullende sociale voordelen. Het brengt de werknemer ook op de hoogte van het bestaan van verschillende diensten van het bureau waarop hij een beroep kan doen en geeft hem een kopie van het arbeidsreglement. De gebruiker is verantwoordelijk voor het onthaal en de informatie inzake veiligheidsvoorschriften en de arbeidspost. De categorieën van nieuwe werknemers Wie is werknemer? Een werknemer wordt doorgaans gedefinieerd als een arbeider, een bediende, een handelsvertegenwoordiger of een dienstbode die zich ertoe verbindt om, tegen loon, arbeid te verrichten onder het gezag van een werkgever. Bovendien worden bepaalde personen gelijkgesteld met werknemers, o.a. personen die een vorm van arbeid verrichten in het kader van een beroepsopleiding, personen met een leerovereenkomst en stagiairs. De verplichtingen van de werkgever Een werkgever moet de nodige maatregelen treffen om het welzijn van de werknemers te bevorderen en daarbij de algemene preventiebeginselen toepassen, zoals de werknemers informeren over de aard van zijn activiteiten, over de restrisico s en de maatregelen om deze gevaren te voorkomen of te beperken, o.a. tijdens het onthaal. Hij moet bovendien opleiding, informatie of instructies voorzien voor de werknemer vooraleer deze laatste zijn taken begint uit te voeren. Voor jonge werknemers, stagiairs en uitzendkrachten zijn er bijkomende specifieke maatregelen die de werkgever moet naleven, speciaal i.v.m. het onthaal. Vier categorieën In dit NAVB dossier onderscheiden we vier categorieën nieuwe werknemers: De werknemer in het algemeen De jonge werknemer De stagiair De uitzendkracht 7

8 De werknemer in het algemeen Dit is een nieuwe werknemer die niet noodzakelijk ervaring heeft op bouwplaatsen en in elk geval niet op de hoogte is van de werkwijze van zijn nieuw bedrijf. Deze werknemer in het algemeen is geen categorie op zich; hij omvat alle types werknemers. De werkgever heeft verplichtingen tegenover hem i.v.m. onthaal, opleiding en informatie. Voor elk van de andere categorieën gelden bijkomende bijzonderheden, bovenop de basismaatregelen die van toepassing zijn op de werknemer in het algemeen. De jonge werknemer De volgende personen worden beschouwd als jonge werknemers: personen met een leerovereenkomst, studenten-werknemers, leerlingen en studenten en alle minderjarige werknemers die 15 jaar of ouder zijn en die niet meer onderworpen zijn aan de voltijdse schoolplicht. De werkgever van de jonge werknemer is diegene die hem tewerkstelt. Deze werkgever moet een analyse uitvoeren van de risico s waaraan de jonge werknemer blootgesteld kan worden en de preventiemaatregelen bepalen die nageleefd moeten worden. Als de jonge werknemer een leerling of een student is die een vorm van arbeid verricht in de school, dan is de werkgever de school. De stagiair Een stagiair is een leerling of een student die in het kader van een leerprogramma opgesteld door de school, effectief arbeid verricht bij een werkgever, in omstandigheden die gelijkaardig zijn aan die van werknemers die deze werkgever tewerkstelt, met de bedoeling om beroepservaring op te doen. Wie enkel een kijkstage doet of een bedrijfsbezoek aflegt, wordt dus niet beschouwd als stagiair. De werkgever van de stagiair is diegene die hem tewerkstelt. Deze werkgever moet een analyse uitvoeren van de risico s waaraan de stagiair blootgesteld kan worden en de preventiemaatregelen bepalen die nageleefd moeten worden. De uitzendkracht Een uitzendkracht is een werknemer die zich ertoe verbindt, op grond van een overeenkomst voor uitzendarbeid, ter beschikking te worden gesteld van een of meerdere gebruikers. De werkgever van de uitzendkracht is het uitzendbureau, maar de gebruiker (de aannemer) moet ervoor zorgen dat de uitzendkracht dezelfde graad van bescherming van zijn veiligheid en gezondheid op het werk geniet als de andere werknemers van de onderneming. In de bouw is uitzendarbeid enkel toegestaan in de twee volgende gevallen: ter vervanging van een werkonbekwame vaste werknemer (ziekte, beroepsziekte, ongeval, arbeidsongeval, zwangerschap); in geval van een tijdelijke vermeerdering van het werkvolume. In elk geval moet de gebruiker (de aannemer) erover waken dat de uitzendkracht een attest (veiligheidspas) kan voorleggen waaruit blijkt dat hij een veiligheidsopleiding gevolgd heeft van ten minste 16 uur. Verboden werkzaamheden Jonge werknemers Sommige werkzaamheden die als gevaarlijk worden beschouwd, zijn verboden voor jongeren (behoudens afwijkingen). De werkgever moet een analyse uitvoeren van de bestaande risico s verbonden aan hun werk vóór de jongeren het werk aanvatten. De analyse moet het mogelijk maken om de verboden werkzaamheden te herkennen en, indien er afwijkingen van toepassing zijn, om geschikte preventiemaatregelen te nemen. Verbodsbepalingen Het verbod om jongeren tewerk te stellen bij werkzaamheden die als gevaarlijk worden beschouwd, houdt verband met: de blootstelling van de jongere aan bepaalde fysische, biologische of chemische agentia; sommige procédés en werkzaamheden (bv. sloopwerkzaamheden, werkzaamheden met springstoffen, met bepaalde werktuigen, gevaarlijke machines enz.); plaatsen waar o.a. werkzaamheden gebeuren met gevaar voor brand, een ernstige ontploffing of blootstelling aan asbest. 8

9 Zijn eveneens verboden: werkzaamheden die de jongere, objectief gezien, lichamelijk of psychisch niet aankan of die risicofactoren voor ongevallen inhouden waarvan vermoed kan worden dat jongeren, gezien hun leeftijd, ze niet kunnen beseffen of voorkomen. Afwijkingen op de verbodsbepalingen De volgende personen worden beschouwd als jonge werknemers: personen met een leerovereenkomst, studenten-werknemers, leerlingen en studenten en alle minderjarige werknemers die 15 jaar of ouder zijn en die niet meer onderworpen zijn aan de voltijdse schoolplicht. De werkgever van de jonge werknemer is diegene die hem tewerkstelt. Deze werkgever moet een analyse uitvoeren van de risico s waaraan de jonge werknemer blootgesteld kan worden en de preventiemaatregelen bepalen die nageleefd moeten worden. Als de jonge werknemer een leerling of een student is die een vorm van arbeid verricht in de school, dan is de werkgever de school. Stagiairs Sommige werkzaamheden die als gevaarlijk worden beschouwd, zijn verboden voor stagiairs (behoudens afwijkingen). De werkgever moet een analyse uitvoeren van de bestaande risico s verbonden aan het werk vóór de jongeren het werk aanvatten. De analyse moet het mogelijk maken de verboden werkzaamheden te herkennen en, indien er afwijkingen van toepassing zijn, geschikte preventiemaatregelen te nemen. De verbodsbepalingen en de afwijkingen erop zijn dezelfde als diegene die van toepassing zijn op de jongeren en die we hoger hebben behandeld, met uitzondering van de afwijkingen die van toepassing zijn op studenten-werknemers. Uitzendkrachten Uitzendkrachten mogen geen sloopwerkzaamheden uitvoeren en evenmin werken van asbestverwijdering, uitroking of verwijdering van giftig afval. Gezondheidstoezicht De bedoeling van het gezondheidstoezicht is om de gezondheid van werknemers te bevorderen door risicopreventie. Het wordt uitgevoerd door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer. Het gezondheidstoezicht wordt op een aparte manier geregeld voor jongeren, stagiairs en uitzendkrachten. In het kader van dit NAVB dossier over het onthaal beperken we ons tot de voorafgaande gezondheidsbeoordeling voor de verschillende categorieën van werknemers. De werknemer in het algemeen De werkgever moet de werknemers onderwerpen aan een voorafgaande gezondheidsbeoordeling indien ze aangeworven zijn om te worden tewerkgesteld : in een veiligheidsfunctie (gevaar verbonden aan arbeidsmiddelen, werktuigen, installaties en wapens); in een functie met verhoogde waakzaamheid (permanent toezicht op de werking van een gevaarlijke installatie); bij een activiteit met welbepaald risico (risico s i.v.m. fysische, biologische of chemische agentia of i.v.m. een fysieke, mentale of psychosociale belasting); bij een activiteit i.v.m. voedingsmiddelen. Werknemers die een nieuwe taak krijgen en aangesteld worden in een van de functies of bij een van de activiteiten die hierboven worden vernoemd, zijn eveneens onderworpen aan een voorafgaande gezondheidsbeoordeling. Concreet moet elke bouwvakker op een bouwplaats een voorafgaande gezondheidsbeoordeling ondergaan. Enkele andere belangrijke punten i.v.m. het gezondheidstoezicht, die gelden voor elke werknemer: Het gezondheidstoezicht is niet verplicht als de risicoanalyse aantoont dat het niet nodig is. De werkgever moet zijn werknemers vooraf informeren over het gezondheidstoezicht. Het gezondheidstoezicht is gratis voor de werknemers. 9

10 De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer moet zijn beslissing m.b.t. de geschiktheid van de werknemer meedelen aan die werknemer en aan de werkgever vooraleer de werknemer effectief wordt tewerkgesteld in de functie of bij de activiteit in kwestie. De werkgever mag geen andere tests of medische onderzoeken laten uitvoeren met een ander doel dan het staven van de beslissing i.v.m. de arbeidsgeschiktheid. Jonge werknemers De werkgever moet jonge werknemers, voor ze beginnen te werken, onderwerpen aan een voorafgaande gezondheidsbeoordeling als ze nog geen 18 zijn op het moment dat ze beginnen te werken, als ze nachtwerk verrichten of als ze werken in een situatie met een specifiek gezondheidsrisico (zie p. 8-9 voor de verbodsbepalingen en afwijkingen). Deze bepalingen zijn nog niet van toepassing op leerlingen en studenten. Stagiairs De risicoanalyse en het gezondheidstoezicht De werkgever moet een risicoanalyse uitvoeren en de toe te passen preventiemaatregelen bepalen, op voorwaarde dat de werken die de stagiair moet uitvoeren voor hem niet verboden zijn. De werkgever brengt de school op de hoogte van de resultaten van de analyse. Indien de risicoanalyse aantoont dat het gezondheidstoezicht nodig is, is de regelgeving i.v.m. het gezondheidstoezicht van toepassing (zie de werknemer in het algemeen op p.9). Stagiairs moeten altijd onderworpen worden aan een voorafgaande gezondheidsbeoordeling als ze nog geen 18 zijn op het moment dat ze beginnen te werken, als ze nachtwerk verrichten of als ze werken in een situatie met een specifiek gezondheidsrisico (zie p. 8-9 voor de verbodsbepalingen en afwijkingen). De werkgever moet aangeven of er inentingen verplicht zijn en of onmiddellijke preventiemaatregelen i.v.m. moederschapsbescherming noodzakelijk zijn. De eerste werkgever, bij wie de stagiair zijn allereerste stage doet, moet ervoor zorgen dat de stagiair een voorafgaande gezondheidsbeoordeling ondergaat voor de bestaande risico s. Wie voert het gezondheidstoezicht uit? De afdeling of het departement belast met het medisch toezicht van de IDPB of de EDPB van de werkgever, voert het gezondheidstoezicht uit en draagt er de kosten van, die afhankelijk zijn van het aantal werknemers in de onderneming (meer of minder dan 20 werknemers). Maar: De werkgever kan een beroep doen op de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer van de EDPB van de school van de stagiair. Als hij bepaalde formaliteiten vervult, worden de kosten van de voorafgaande gezondheidsbeoordeling gedragen door een federaal fonds. Als de stagiair op school een activiteit uitvoert die gelijkaardig is aan het werk dat hij bij de werkgever zal uitvoeren, moet de school de risicoanalyse voor deze activiteiten uitvoeren, de preventiemaatregelen bepalen en de werkgever op de hoogte brengen van de resultaten van de risicoanalyse. Als daaruit blijkt dat er een gezondheidstoezicht moet gebeuren, neemt de school dat voor zijn rekening. Ze moet de werkgever dan een kopie bezorgen van het gezondheidsbeoordelingsformulier. 10 Uitzendkrachten Uitzendkrachten die een veiligheidsfunctie of een functie met verhoogde waakzaamheid hebben, die een activiteit met welbepaald risico of i.v.m. voedingsmiddelen vervullen, moeten het gezondheidstoezicht ondergaan, onder verantwoordelijkheid van de werkgever, m.a.w. van het uitzendbureau. Ook de wettelijk vastgelegde inentingen en de bepalingen m.b.t. de moederschapsbescherming vallen onder de verantwoordelijkheid van het uitzendbureau. De gebruiker (de aannemer) moet een werkpostfiche opstellen voor elke te bemannen werkpost en voor elke uitzendkracht, op basis van de risicoanalyse. Op deze fiche staat o.a. of het verplichte gezondheidstoezicht van toepassing is of niet.

11 Er moet een gezondheidsbeoordelingsformulier ingevuld worden en bijgevoegd worden in het centraal medisch dossier van de uitzendkracht. Dat medisch dossier bevat ook de verschillende werkpostfiches en de risico s die de uitzendkracht heeft gelopen bij vorige gebruikers. Zo kan het uitzendbureau de geldigheid van de gezondheidsbeoordeling nagaan telkens wanneer de uitzendkracht wordt uitgeleend. De gebruiker moet nagaan of de uitzendkrachten medisch geschikt zijn bevonden voor de te bemannen werkpost. Daartoe bezorgt het uitzendbureau de gezondheidsbeoordelingsformulieren van de betrokken uitzendkracht aan de arbeidsgeneesheer van de gebruiker. De voorafgaande gezondheidsbeoordeling valt ten laste van de uitzendbureaus. Desalniettemin stort de gebruiker, ten gunste van zijn EDPB, per tewerkgestelde uitzendkracht een bepaald bedrag, vastgesteld per overeenkomst. De organisatie van het onthaal, de opleiding, de informatie en de instructies De werkgever moet het onthaal en de aanpassing van de nieuwkomers in de onderneming organiseren en coördineren, maar andere deskundigen, zoals de IDPB, de leden van de hiërarchische lijn, de EDPB, het CPBW,... moeten eveneens hun steentje bijdragen om deze procedure tot een goed einde te brengen. We overlopen de voornaamste verplichtingen van de werkgever en de verschillende deskundigen. Rol van de werkgever De werkgever heeft een aantal verplichtingen tegenover zijn werknemers, werknemers van buitenaf, de hiërarchische lijn en het CPBW. Tegenover zijn werknemers Informatie i.v.m.: - aard van de werkzaamheden van de werknemer; - restrisico s en preventiemaatregelen; - noodprocedures; - maatregelen bij ernstig en onmiddellijk gevaar; - maatregelen i.v.m. EHBO, brandbestrijding en evacuatie van de werknemers. Passende instructies en begeleidingsmaatregelen om ze te doen naleven. Vormingsprogramma welzijn van de werknemers. Rekening houden met zijn bekwaamheid inzake V&G bij de toewijzing van een bepaalde taak. Alleen werknemers met passende instructies toelaten in zones met ernstige en specifieke gevaren. Werkpostspecifieke welzijnsvorming. Instructies die toelaten om bij ernstig en onmiddellijk gevaar de arbeidsplaats meteen te verlaten. Tegenover werknemers van buitenaf Informatie i.v.m. risico s en maatregelen aan hun werkgever. Controle van hun instructies en opleiding. Tegenover de hiërarchische lijn Informatie i.v.m.: - risico s en preventiemaatregelen; - noodprocedures; - maatregelen bij ernstig en onmiddellijk gevaar; - maatregelen i.v.m. EHBO, brandbestrijding en evacuatie van de werknemers. Vormingsprogramma welzijn van de werknemers. 11

12 Tegenover zijn CPBW Informatie i.v.m.: - V&G-risico s; - preventiemaatregelen; - maatregelen i.v.m. EHBO, brandbestrijding en evacuatie van de werknemers. Rol van de IDPB De preventieadviseur(s) van de IDPB van de onderneming - in bedrijven met minder dan 20 werknemers kan dat de werkgever zelf zijn - helpt de werkgever, de hiërarchische lijn en de werknemers bij de toepassing van de welzijnsvoorschriften en bij alle andere preventieactiviteiten. Wanneer de IDPB alle vaardigheden niet kan vervullen, moet de werkgever een beroep doen op een EDPB. Verplichtingen van de IDPB De taken van de IDPB zijn erg divers. Zijn voornaamste taak bestaat erin advies, medewerking, coördinatie en informatie te geven aan o.a. het CPBW, externe ondernemingen en de EDPB inzake welzijn en welzijnsgerelateerde onderwerpen zoals vorming van de werknemers; propaganda, instructies, onthaal, informatie en sensibilisering i.v.m. welzijn; veiligheid en gezondheid; EHBOorganisatie; uitwerking van de interne noodprocedures en toepassing van de maatregelen bij ernstig en onmiddellijk gevaar. Rol van de hiërarchische lijn De leden van de hiërarchische lijn zijn de personen, van hoog tot laag, die de werkgever kunnen vertegenwoordigen of verbinden en mee het welzijnsbeleid uitvoeren. Verplichtingen van de hiërarchische lijn Waken over de naleving van de welzijnsinstructies. Waken over het juist begrip en de toepassing van de inlichtingen i.v.m. welzijn door de werknemers. Rol van het CPBW In bouwondernemingen met minstens 30 arbeiders nemen de syndicale afvaardiging en de werkgever en/of zijn afgevaardigde de opdrachten van het Comité op zich. Als er noch een Comité, noch een syndicale afvaardiging is, moeten de werknemers zelf inspraak hebben in de welzijnspolitiek. Het Comité moet de propagandamiddelen en de maatregelen i.v.m. onthaal en welzijnsinformatie en -opleiding uitwerken en in toepassing brengen. Rol van de gebruiker en het uitzendbureau In de bouw is uitzendarbeid enkel toegelaten bij vervanging van een werkonbekwame vaste arbeider of bij een tijdelijke vermeerdering van het werkvolume. Het uitzendbureau en de gebruiker (de aannemer) moeten bij elkaar nagaan of de verplichtingen inzake welzijn, preventie en bescherming van de werknemers nageleefd worden, wat voor een betere bescherming zorgt voor de uitzendkracht. De gebruiker moet het uitzendbureau op de hoogte brengen van de verlangde beroepskwalificatie en hen informeren i.v.m. de werkposten en de resultaten van de risico-evaluatie. Als de uitzendkracht een veiligheidsfunctie, een functie met verhoogde waakzaamheid of een activiteit met welbepaald risico uitoefent, stelt de gebruiker, in overleg met de IDPB, de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer en het CPBW, een werkpostfiche op met informatie over het werk en de verplichtingen van de uitzendkracht. Ook eventuele fysische, chemische en biologische agentia of een beroepsgebonden uitwendige belasting moeten worden vermeld. Het uitzendbureau speelt de informatie die het van de gebruiker krijgt, door aan de uitzendkracht. Indien nodig geeft het uitzendbureau de uitzendkracht ook een formulier tot aanvraag van een geneeskundig onderzoek bij indienstneming. 12

13 De gebruiker zorgt ervoor dat de V&G-voorwaarden van de uitzendkracht gelijkwaardig zijn aan die van andere werknemers en brengt hem op de hoogte van de specifieke V&G-risico s. Bij een activiteit met V&G-risico s zorgt de gebruiker voor informatie en veiligheidsinstructies, goede opleiding, werkkleding en PBM. Hij geeft ook aan wat de gevaarlijke toegangszones zijn. De arbeidsgeneesheer van de gebruiker moet zorgen voor het toezicht op de hygiëne, het onderzoek en de eventuele aanpassing van de werkpost en de gezondheidsbeoordeling. De gebruiker moet erover waken dat de uitzendkracht een attest (de veiligheidspas ) kan voorleggen waaruit blijkt dat hij een veiligheidsopleiding heeft genoten van ten minste 16 uur. Het attest, uitgereikt door het NAVB, is niet vereist voor uitzendkrachten die al een attest hebben, die al een veiligheidsopleiding bouw hebben gevolgd of die vijf jaar ervaring hebben in de bouw. Daarnaast moet de uitzendkracht ook een ingevuld C3.2A-werkloosheidsdocument van het FBZ hebben. Als de uitzendkracht een arbeidsongeval heeft, moet de gebruiker dat opnemen in zijn statistieken. Rol van de nieuwkomer De nieuwkomer moet zorgen voor zijn eigen veiligheid en gezondheid en die van de andere personen, overeenkomstig zijn opleiding en de instructies van de werkgever. Concreet betekent dat: Materiaal en materieel, PBM en veiligheidsvoorzieningen goed gebruiken. De werkgever en de IDPB informeren over vermoedelijke V&Grisico s. Bijstand verlenen aan de werkgever en de IDPB inzake welzijn en V&G en bijdragen tot het preventiebeleid. Rol van de arbeidsinspectie De algemene directies Toezicht op het Welzijn op het Werk en Toezicht op de Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg vervullen de taken van de vroegere technische, medische en sociale inspectie. De inspecteurs proberen een einde te maken aan de onregelmatigheden en de tekortkomingen die ze tijdens hun bezoek vaststellen door de aandacht te vestigen op een probleem, door een waarschuwing te geven, door onmiddellijk een proces-verbaal op te stellen of, in het ergste geval, de werken stop te zetten. Rol van het Ervaringsfonds Het Ervaringsfonds is een begrotingsfonds dat werd opgericht in het kader van de opkomende vergrijzingsproblematiek, maar het kan ook een bijdrage leveren in het kader van het onthaal van nieuwkomers. Het Ervaringsfonds wil werkgevers ertoe aanzetten de arbeidsomstandigheden van hun werknemers van 45 jaar of ouder te verbeteren om zo de deskundigheid in de onderneming te houden. Door de kennis en ervaring van oudere werknemers optimaal te benutten, wordt de overgang van beroepservaring van de ene op de andere generatie gewaarborgd en kunnen nieuwkomers sneller en efficiënter worden ingeschakeld. Werknemers van 45 jaar en ouder kunnen ingeschakeld worden in het onthaal van nieuwkomers. Dankzij middelen van het Ervaringsfonds worden ze omgeschoold tot coach, om hun competenties vlot te kunnen overdragen op jongere werknemers. Meer info op of via hua@meta.fgov.be. 13

14 Veilig werken: een kwestie van motivatie Mensen motiveren om veilig te handelen is een evidente hoeksteen van het preventiebeleid in een onderneming. Veiligheid is immers niet louter een gevolg van controle, maar moet actief geproduceerd worden. Daarom is het belangrijk dat de werknemers betrokken worden bij het preventiebeleid, en dat begint best van zodra een nieuwe werknemer het bedrijf betreedt, bij het onthaal dus. Veiligheidsgedrag beïnvloeden Om mensen te motiveren om zich veilig te gedragen en veilige gewoonten te ontwikkelen, bestaan er verschillende strategieën, die we hieronder uit de doeken doen. Strategie 1: de voordelen van veilig gedrag vergroten De voordelen van veilig gedrag vergroten, d.w.z. veilig gedrag aantrekkelijker maken, kan door doeltreffende veiligheidsopleidingen te organiseren of door geregeld veiligheidsonderwerpen te bespreken (o.a. door medewerkers op de hoogte te houden van geboekte successen op het vlak van veiligheid). Veiligheid stimuleren met materiële voordelen is niet zo n aanrader, want het leidt vaak tot geconditioneerd gedrag: Ik werk veilig op voorwaarde dat ik voordeel X of Y krijg. Bovendien stimuleert het dikwijls ongewenst gedrag tussen werknemers: kwetsuren verbergen, of risicosituaties afwimpelen op zwakkeren. Strategie 2: de nadelen van veilig gedrag verkleinen Je kan veilig gedrag ook bevorderen door het minder lastig te maken, bv. door meer comfortabele PBM te kopen (in samenspraak met de arbeiders), door ervoor te zorgen dat de veiligheidsvoorzieningen goed bereikbaar zijn, door overzichtelijk en realistisch om te springen met voorschriften, procedures, middelen en maatregelen en door de nodige tijd te voorzien om het werk veilig uit te voeren. Strategie 3: de nadelen van onveilig gedrag vergroten De bedoeling van deze strategie is om onveilig gedrag minder attractief te maken, bv. door risico s herhaaldelijk en effectief aan te tonen, door (bijna)-ongevallen en de oorzaken en de preventie ervan te bespreken in groep, door duidelijk te maken dat een bepaald onveilig gedrag op langere termijn nadelig is (evt. aan de hand van concrete getuigenissen). Een andere manier is onveilig gedrag bekritiseren. Daarbij is het van groot belang dat de kritiek geformuleerd wordt door een geloofwaardig persoon en dat er gefocust wordt op het achterwege blijven van een positieve veiligheidsingesteldheid. Ten slotte kan je onveilig gedrag ook gaan bestraffen. Dat bevordert de veiligheid evenwel niet rechtstreeks. Het werkt soms wel als afschrikmiddel, maar de bruikbaarheid ervan is beperkt, doordat het meer het uiterlijk gedrag beïnvloedt dan de attitudes, die de onderbouw vormen voor dat uiterlijk gedrag. Verder leidt het vaak tot ontevredenheid of zelfs tot wrok, eerder dan dat het veilig gedrag bevordert. Straffen zijn daarom slechts een laatste redmiddel. Strategie 4: de voordelen van onveilig gedrag verkleinen Deze strategie bestaat erin onveilig gedrag lastiger of minder voordelig te maken, bv. door het fysiek te bemoeilijken of onmogelijk te maken of door machines enkel te laten functioneren als de nodige veiligheidsmaatregelen genomen zijn. 14

15 Betrokkenheid en invloed Hoe meer invloed werknemers hebben op het preventiebeleid, m.a.w. hoe meer ze erbij betrokken worden, des te gemotiveerder ze zullen zijn om veilig te werken. De betrokkenheid van de werknemers stijgt naarmate de werkgever er in zijn preventiebeleid voor kiest de werknemers te informeren, te raadplegen (consulteren), met hen te overleggen of te delegeren. Invloed van de chef Invloed van de medewerkers Informeren Consulteren na een beslissing Consulteren vóór een beslissing Overleggen Delegeren Spanningsveld tussen de invloed van de chef en de invloed van de medewerkers Wanneer een werkgever zijn beslissingen enkel meedeelt (informeren), zullen de werknemers zich minder betrokken voelen dan wanneer hij hun mening vraagt (consulteren) of hen mee laat beslissen (overleggen). Als de beslissing echt overgelaten wordt aan de werknemers (binnen de grenzen die de werkgever afbakent), spreken we van delegeren. De intrinsieke motivatie van medewerkers om veilig te werken groeit naarmate hun invloed op het preventiebeleid groter is. 15

16 Praktisch gedeelte Nuttige adressen en informatie NAVB - website: navb@navb.be - tel.: 02/ FVB - website: info@fvbffc.be - tel.: 02/ PI - website: info@p-i.be - tel.: 02/ Het NAVB publiceert binnenkort een uitgebreid Vademecum en een Veiligheidszakboekje over dit onderwerp. Onthaalwijzer De bedoeling van deze onthaalwijzer is om de indiensttreding van een nieuwe werknemer vlot te laten verlopen, ongeacht of het gaat om een stagiair, een jobstudent, een uitzendkracht of een vaste werknemer. Naast de administratieve gegevens worden de risico s vermeld die verbonden zijn aan een bepaalde activiteit en de te treffen preventiemaatregelen. Door dit document samen met de nieuwe werkkracht te doorlopen, kunnen op een eenvoudige wijze de nodige afspraken worden gemaakt over de manier waarop bepaalde activiteiten moeten worden uitgevoerd. Het opstellen van deze onthaalwijzer is geen wettelijke verplichting. Het is enkel een praktisch hulpmiddel om te voldoen aan de wettelijke verplichtingen met betrekking tot het onthaal van nieuwe werknemers. Zo bevat hij de gegevens die noodzakelijk zijn om de werkpostfiche in te vullen en die de gebruiker aan het uitzendbureau moet bezorgen alvorens een uitzendkracht aan te vragen. De onthaalwijzer omvat twee grote luiken: het identificatie- en opvolgingsluik en het preventieluik per beroep. Identificatie en opvolgingsluik A. Gegevens van het bedrijf en de nieuwkomer Behalve de coördinaten van de nieuwkomer vind je hier: - zijn of haar huidig opleidingsniveau; - de eventuele voorafgaande gezondheidsbeoordeling; - de eventuele gebeurde inentingen. B. Opvolging Hier wordt onder andere de nieuwe ervaring genoteerd die de nieuwkomer, via opleiding of via coaching, heeft opgedaan. Indien er een begeleider/coach is, moeten diens gegevens ook hier opgenomen worden. In latere instantie kan dit ook gebruikt worden voor het opvolgen van de competenties. De opvolging van het gezondheidstoezicht kan hier eveneens aan bod komen. Ten slotte staat in het opvolgingsluik een gedeelte inzake de ontvangen persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM). Het vermeldt ook welke PBM altijd en welke enkel bij sommige activiteiten moeten worden gedragen. Preventieluik per beroep A. Beroepsfiche De werkgever duidt hierin aan welk opleidingsniveau vereist is voor de uitoefening van het beroep. Er is ook plaats voor de algemene welzijnsaspecten van het beroep. De werkgever duidt aan welke bijkomende beroepsspecifieke gezondheidsonderzoeken nodig zijn, bv. wegens werken op hoogte en/of werken met solventen... B. Activiteitenfiche Per activiteit die eigen is aan een bepaald beroep, wordt een fiche opgemaakt die de risico s en de preventiemaatregelen i.v.m. die activiteiten vermeldt. In deze activiteitenfiches wordt er soms ook verwezen naar algemene preventiefiches. Daarin staan algemene welzijnsprincipes voor o.a. brandpreventie, orde en netheid, gebruik van ladders, stellingen... Deze veiligheidsprincipes zijn van toepassing op meerdere beroepen en worden daarom apart behandeld. Hierna volgt het luik identificatie en opvolging en een voorbeeld van een preventieluik per beroep, toegepast op de schilder. Het luik identificatie en opvolging vindt u ook terug op de websites van het NAVB: en van Preventie en Interim: 16

17 Identificatie- en opvolgingsluik 1. Gegevens onderneming Naam onderneming : Adres: N r : Postcode : Gemeente : Tel. : Fax : Verantwoordelijke : Begeleider : Preventieadviseur : Gegevens nieuwkomer Naam : Geboortedatum : Type nieuwkomer Jongere Jobstudent Industrieel leerlingenwezen Uitzendkracht Stagiair Werknemer 2.2. Opleiding Huidig opleidingsniveau Technisch Beroeps Andere Welzijns- en veiligheids- en gezondheidsopleidingen Basisopleiding veiligheid VCA Veiligheidsopleiding voor leidinggevenden Basisopleiding uitzendkrachten Andere 2.3. Gezondheidsbeoordeling Algemeen klinisch neurologisch onderzoek Inentingen Tetanos Hepatitis b Tuberculose Andere Specificeer Door 17

18 3. Opvolging 3.1. Opleiding Voeg hierbij de opleidingskaart van de nieuwkomer 3.2. Begeleider Naam Functie Omschrijving begeleiding Begeleiding van tot 3.3. Gezondheidstoezicht Gezondheidstoezicht Periodiek gezondheidstoezicht Gericht onderzoek Veiligheidsfunctie Functie met verhoogde waakzaamheid Gezondheidsrisico s Specificeer Chemisch Biologisch Ioniserende stralingen Periodiciteit Ergonomische belasting Manueel hanteren van lasten Werken met beeldschermen Andere Psychologische belasting Ploegenarbeid Nachtarbeid 3.4. Werkkledij: persoonlijke beschermingsmiddelen Soort Specificeer Opvolging Werkkledij Veiligheidsschoenen Handschoenen Helm Veiligheidsbril Ademhalingsbescherming Gehoorbescherming Veiligheidsharnas Andere Naam Voornaam Handtekening Datum Nieuwkomer.../.../... Werkgever.../.../... 18

19 Beroepsfiche schilder Vereist opleidingsniveau Vereist opleidingsniveau Specificeer (door de werkgever) Opmerking 1. Basisopleiding Technisch Beroeps Andere 2. Welzijns- en veiligheids- en gezondheidsopleidingen Basisopleiding veiligheid VCA (Voor een VCA-gecertificeerd bedrijf) Veiligheidsopleiding voor leidinggevenden Basisopleiding uitzendkrachten Andere opleidingen Specifieke opleiding Veiligheids- en gezondheidsaspecten 1. Taakomschrijving met betrekking tot het welzijn op het werk Taak: Werken op hoogte Werken met gevaarlijke stoffen Gebruik van mechanische en elektrische arbeidsmiddelen Manueel hanteren van lasten Gezondheidstoestand Voorafgaand medisch onderzoek met volgende aspecten: Algemeen klinisch neurologisch onderzoek Longfunctie Inentingen: Tetanos Manueel hanteren van lasten Rugonderzoek Eventuele extra onderzoeken (aan te geven door de werkgever) Werken op hoogte Werken met solventen Veiligheidsfunctie Verhoogde waakzaamheid 19

20 3. Verboden werkzaamheden 1. Jongere (jobstudent, leerling uit industrieel leerlingenwezen) Opmerking: onderstaande werkzaamheden zijn wel toegelaten in het kader van een opleiding maar mits inachtneming van bijzondere voorzorgsmaatregelen Montage/demontage stellingen Werken met schiethamer Schilderwerken in hoogspanningscabines Schilderwerk waarbij gebruik gemaakt wordt van pigmenten met een loodgehalte >2% Lokalen waar asbestvezels kunnen vrijkomen Stagiair Opmerking: onderstaande werkzaamheden zijn wel toegelaten in het kader van een opleiding maar mits inachtneming van bijzondere voorzorgsmaatregelen Montage/demontage stellingen Werken met schiethamer Schilderwerken in hoogspanningscabines Schilderwerk waarbij gebruik gemaakt wordt van pigmenten met een loodgehalte >2% Lokalen waar asbestvezels kunnen vrijkomen Uitzendkracht Lokalen waar asbestvezels kunnen vrijkomen... Naam Voornaam Handtekening Datum Nieuwkomer.../.../... Werkgever.../.../... 20