Wethouder. Aan de Dagelijks Besturen van de Gemeenschappelijke Regelingen in de regio Hollands Midden Ter attentie van de Secretaris DIV

Transcriptie

1 Wethouder Bereikbaarheid, Financiën en Economie Retouradres: Postbus 9100, 2300 PC Leiden Aan de Dagelijks Besturen van de Gemeenschappelijke Regelingen in de regio Hollands Midden Ter attentie van de Secretaris Bezoekadres Stadhuis Stadhuisplein 1 Postadres Postbus PC LEIDEN Telefoon sleutel@leiden.nl Website Datum 17 decern ber 2012 DIV Ons kenmerk Onderwerp Financieel kader gemeenschappelijke regelingen 2014 Contactpersoon Hans Smit Doorkiesnummer 5062 Verzonden Geacht Bestuur, Vooraf. Allereerst onze excuses voor de late verzending van deze brief. Door de financiële plannen van het nieuwe kabinet hebben wij, de Colleges van B&W van de gemeenten in het samenwerkingsgebied Hollands Midden, extra tijd genomen om de gevolgen voor de gemeenten en de gemeenschappelijke regelingen te beoordelen. Het resultaat hiervan is, na terugkoppeling naar de diverse colleges, dat wij uitgaan van de nul-lijn voor Dit betekent een volgende bezuinigingstaakstelling voor uw regeling van 1,54 0 Zo vanaf Wij denken dat het hier niet bij zal blijven. Wij vrezen dat wij vanaf 2015 opnieuw een bijdrage van u zullen vragen in de onontkoombare gemeentelijke bezuinigingen veroorzaakt door het rijksbeleid. Samenvatting: Financieel kader voor 2014: 1. Indexering 1,54 0 Zo 2. Nadere taakstelling door toepassen nul-lijn, Dit betekent een aanvullende bezuinigingstaakstelling voor 2014 van 1,54 0 Zo Verdere verzoeken: 3. Voorbereiding op nieuwe taakstelling vanaf Inventarisatie gevolgen BTW verhoging per 1 oktober Inventarisatie gevolgen mogelijke afschaffing BTW-compensatiefonds. Toelichting. Gemeenten in het samenwerkingsgebied Hollands Midden hebben in 2011 afgesproken dat zij voorafgaande aan een nieuwe begrotingscyclus gezamenlijk afspraken willen maken over de financiële kaderstelling van gemeenschappelijke regelingen. Wij hebben u hiervan op 28 april 2011 op de hoogte gesteld. Deze afspraken gelden vooralsnog voor een periode van vier jaar t/m Met deze brief informeren wij u over de indexering voor de begroting 2014 en de bijdrage van gemeenschappelijke regelingen in de nieuwe rijksbezuinigingen. De indexering voor 2014 is in overleg met de controllers van de gemeenschappelijke regelingen bepaald.

2 Pagina Vaststelling indexering voor Kader: De indexering vanaf 2012 te baseren op de publicatie van de nominale ontwikkeling (gebaseerd op het BBP uit de MEV)in de septembercirculaire (T-2) van het nieuwe begrotingsjaar. In de septembercirculaire 2012 wordt een ontwikkeling van het BBP verwacht voor 2014 van i,75yo. Het percentage wordt op basis van het kader in het begrotingjaar zelf nog eenmaal bijgesteld op basis van de septembercirculaire. De indexering voor 2013 wordt in deze brief daarom bijgesteld. Het verschil wordt verrekend met de indexering voor (De bijstelling heeft dus geen gevolgen voor uw begroting van 2013.) Uitwerking nacalculatie: De indexering voor 2013 bedraagt o.b.v. de septembercirculaire 2012, 1 J5 0 Zo. Voor de nacalculatie 2013 wordt het BBP uit de septembercirculaire 2012 gehanteerd. Het verschil tussen beide BBP's wordt gecorrigeerd op de indexering voor de begroting Onderstaand wordt de index voor 2014 bepaald volgens de afgesproken rekenmethode: 2014 Algemene prijsontwikkeling - prijsmutatie BBP 1 J5 D Zo Index begroting 2014 Gemeenschappelijke Regelingen Index (Septembercirculaire 2011), toegepast in begrotingen 2013 Nacalculatie 2013 Begroting ,96 0 Zo Index (septembercirculaire 2012) ^J5% ÎJ5 0 Zo Verschil 2013 (verrekenen in 2014) -0,21 "/O -0,21 0 A Index begroting ,54Vo De indexering voor de begroting 2014 bedraagt 1,54 0 Zo Indexering De indexering die voor 2012 is afgesproken bedraagt 1,96 0 7o. De septembercirculaire 2012 vermeldt thans een verwachte prijsmutatie van 1,25 0 Zo. Op basis van de afgesproken methodiek vindt er geen verrekening van de indexering plaats tijdens het begrotingsjaar. Voor 2012 valt de afgesproken systematiek positief voor u uit

3 Pagina Bepaling nadere algemene bezuinigingstaakstelling vanaf De gemeenschappelijke regelingen hebben in 2011 een bezuinigingstaakstelling opgelegd gekregen van -10 o Zo in Een aantal regelingen realiseert deze taakstelling in Een aantal regelingen verwacht deze taakstelling uiterlijk in de begroting 2014 te kunnen afronden. Een meerderheid van gemeenten in de regio verwachten van de gemeenschappelijke regelingen een aandeel in de bezuinigingsopgave die op hen afkomt. Om die reden willen wij ook de nul-lijn toepassen op de gemeenschappelijke regelingen. Concreet betekent dat een volgende bezuinigingstaakstelling van 1,54Vo structureel met ingang van Dit percentage is gelijk aan de onder 1 berekende indexering voor Voorbereiding op nieuwe taakstelling vanaf Zoals wij als bekend veronderstellen zal de vorming van een nieuw kabinet ook zijn invloed hebben op de omvang van het gemeentefonds. In het algemeen wordt verwacht dat de berekende groei van het gemeentefonds zoals opgenomen in de septembercirculaire 2012 niet reëel is. Op dit moment valt volstrekt niet in te schatten welke bedragen er gekort zullen gaan worden op het gemeentefonds. Maar dat gemeenten zullen gaan bijdragen in de nieuwe rijksbezuinigingen is onontkoombaar. Om die reden verzoeken wij u in 2013 te starten met de voorbereidingen voor het bepalen van een methode voor het uitvoeren van een volgende bezuinigingsronde voor 2015 en verder. De hoogte van de bezuinigingsstaakstelling hangt sterk af van de kortingen die het rijk doorvoert op het gemeentefonds. Het aandeel van de gemeenschappelijke regelingen hierin kan pas bepaald worden als de gevolgen van het kabinetsakkoord door het ministerie van BZK bekend gemaakt worden. Redelijkerwijs mag verwacht worden dat dit uiterlijk bij de Mei/junicirculaire 2013 het geval zal zijn. Bij het bepalen van de nieuwe taakstelling houden wij rekening met de nieuwe taakstelling voor Wij verzoeken u in 2013 te starten met de voorbereidingen voor het bepalen van een methode voor het realiseren van een volgende bezuinigingsronde voor 2015 en verder 4. Inventarisatie gevolgen BTW verhoging per 1 oktober De gevolgen van de btw-verhoging kunnen door gemeenten grotendeels worden opgevangen door declaratie van de (doorschuif)btw bij het BTW-compensatiefonds (BCF). Een deel van de BTW die omgaat in de gemeenschappelijke regelingen is mogelijk niet compensabel bij het BCF of op aangifte. Deze" niet verrekenbare btw" werkt voor de gemeenschappelijke regelingen en haar deelnemers kostprijs verhogend. Wij verzoeken u om voor 2013 en verder de gevolgen van de BTW verhoging afzonderlijk inzichtelijk te maken. Binnen uw regeling kunt u zelf bepalen of compensatie via een hogere deelnemersbijdrage noodzakelijk is.

4 Pagina Inventarisatie gevolgen mogelijke afschaffing BTW-compensatiefonds. Het regeerakkoord gaat uit van afschaffing van het BCF met ingang van Met afschaffing van het BCF is een bezuiniging gemoeid van C.510 miljoen. Gemeenten worden geconfronteerd met het feit dat de BTW weer als kostenverhogende component meetelt. Gemeenten zullen daarom streven naar het verlagen van de BTW component in de bijdrage. Om de gevolgen van de afschaffing van het BCF in kaart te brengen verzoeken wij u bij de begroting een overzicht te geven van de financiële gevolgen voor uw regeling door afschaffing van het BCF. Voor nadere informatie over deze brief kunt u terecht bij de heer H. Smit van de gemeente Leiden. ( , h.smit@leiden.nl Hoogachtend, Namens het bestuurlijk overleg financiële kaderstelling gemeenschappelijke regelingen van gemeenten in het samenwerkingsgebied Hollands Midden, R.C.L. Strijk Voorzitter bestuurlijk overleg Samenwerkingsgebied Hollands Midden

5 Pagina 515 Kader 1. De indexering vanaf 2012 te baseren op de publicatie van de nominale ontwikkeling (gebaseerd op het BBP uit de MEV)in de septembercirculaire (T-2) van het nieuwe begrotingsjaar, (zie pagina 33, septembercirculaire 2010) ) 2. Voor 2012 bedraagt de verwachte nominale ontwikkeling 2 0 ĥ. 3. De indexering toepassen op de bijdrage per inwoner of een andere van toepassing zijnde verrekengrondslag. 4. De indexering op basis van de vastgestelde index BBP voor begroting jaar T-0 op basis van septembercirculaire jaar T-1 na te calculeren per bijdrage inwoner of een andere van toe passing zijnde verreken grondslag en deze nacalculatie te verwerken in de begroting T+l. 5. de Meerjarenramingen bij voorkeur op te stellen op basis van constante prijzen. 6. Indien de Gemeenschappelijke Regeling zijn meerjarenraming in lopende prijzen opstelt, de Gemeenschappelijke Regeling te verzoeken ter informatie ook een overzicht van de meerjarenraming te leveren op basis van constante prijzen. 7. De Gemeenschappelijke Regelingen een uniforme taakstelling mee te geven ten opzichte van de meerjarenraming De taakstelling bedraagt voor 2012, 5Vo t.o.v En vanaf 2013, 10 o A structureel t.o.v De taakstelling is van toepassing op de bijdrage per inwoner of een andere verrekengrondslag zoals kostprijs product of uurtarief; 11. Het gaat om een reële verlaging van de bijdrage, dus onder verrekening van de prijsontwikkeling op basis van de index BBP en taakwijziging. 12. Aan de Gemeenschappelijke Regeling te verzoeken zelf aan te tonen hoe de taakstelling gerealiseerd kan worden. 13. Indien een Gemeenschappelijke Regeling een zwaarwegende reden heeft om deze taakstelling niet haalbaar of reëel te achten, zij hiertoe een actieve melding doet bij het bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling. De bezuinigingslijn is dus standaard. De uitzondering vraagt om bewijsvoering. 14. De Veiligheidsregio Hollands Midden (brandweer) gelet op de lopende taakstellingen uitzonderen van de uniforme taakstelling onder 8 en Nieuwe bezuinigingstaakstelling vanaf 2014 van 1,547o structureel.