Schoolondersteuningsprofiel ZML- school Prisma te Alphen aan den Rijn Datum: 26 mei 2014

Transcriptie

1 Schoolondersteuningsprofiel ZML- school Prisma te Alphen aan den Rijn Datum: 26 mei 2014 Naam adviseur: Egbert W. Vleeming Inschool Postbus CA Amersfoort Utrechtseweg 29-G 3811 NA Amersfoort T F info@inschool.nl

2 2

3 Inhoud 1. Inleiding Algemene gegevens Algemene gegevens van de school Kengetallen leerlingenpopulatie van de afgelopen schooljaren Leerling aantallen Aantal terugplaatsingen naar regulier basisonderwijs Aantal leerlingen die gebruik maken van de compensatie regeling AWBZ op uw school Basisondersteuning Basiskwaliteit Ondersteuningsstructuur en planmatig werken Standaarden handelingsgericht werken Teamdeskundigheid en specifieke deskundigheid Aandacht en tijd Voorzieningen Ruimtelijke omgeving Samenwerking Conclusie

4 4

5 1. Inleiding In dit schoolondersteuningsprofiel wordt een beeld gegeven van de mogelijkheden, grenzen en ambities die de school heeft als het gaat om het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met specifieke (extra of aanvullende) onderwijsbehoeften. Uit dit document blijkt of de school voldoet aan de basisondersteuning die door het schoolbestuur en het samenwerkingsverband is vastgesteld of nog wordt vastgesteld. Bovendien wordt aangegeven voor welke leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften het team een arrangement heeft. Dit schoolondersteuningsprofiel geeft ook de ambities van het team weer. Deze ambities staan geformuleerd in concrete doelen van het schoolbeleid. Op basis van dit document kan de school een goede gesprekspartner zijn voor bestuur, ouders, het samenwerkingsverband, het speciaal onderwijs en organisaties voor welzijn en zorg. De optelsom van de gegevens van meerdere scholen van het samenwerkingsverband geven een beeld van het onderwijszorg continuüm op het niveau van het schoolbestuur, de gemeente en het samenwerkingsverband. Op basis van dit overzicht kan het samenwerkingsverband bepalen voor welke kinderen op welke plek voorzieningen en lesplaatsen worden ingericht. Het schoolbestuur en het samenwerkingsverband kunnen vervolgens beleid ontwikkelen om te voldoen aan de zorgplicht voor het bieden van passend onderwijs aan alle leerlingen uit de regio. Zo vormen de schoolondersteuningsprofielen van alle scholen samen een belangrijke bouwsteen voor het ontwikkelen van beleid op onder andere de ondersteuningstoewijzing, de verdeling van middelen en het arrangeren van een goed antwoord op de behoeften van leerlingen. Het schoolondersteuningsprofiel van de school is opgesteld door een adviseur van Inschool, op basis van de ingevulde facts& findings, de competentiescan van het team en de teamworkshop. Naar aanleiding hiervan is door Inschool een concept rapportage opgesteld welke aan de school is voorgelegd om te checken op feitelijke onjuistheden. Ook is gevraagd aan de school de concept rapportage te completeren waar het de ambities betreft ten aanzien van onderwijs(ondersteunings-) arrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Deze aanvullingen zijn meegenomen in de definitieve schoolrapportage van dit schoolondersteuningsprofiel. 5

6 2. Algemene gegevens 2.1 Algemene gegevens van de school School: SO ZML Prisma BRIN: 04EF De naam van de directeur is: R.A. Simon, directeur SO/VSO C. Pfauth, teamleider SO De namen van de intern begeleiders zijn: C.E. van Klaveren-du Bois en A. Sloof-de Heus Personele bezetting van Prisma per 1 augustus 2013: Onderwijskundig Personeel (OP, inclusief directie): 14 personen /8,3331 FT Onderwijskundig Ondersteunend Personeel (OOP): 5 personen / 3,0655 FTE De school maakt deel uit van het bestuur van de SCOPE scholengroep De school maakt deel uit van de samenwerkingsverbanden/heeft het voedingsgebied in het samenwerkingsverbanden : Stichting WSNS Samenwerkingsverband Rijnstreek. Het voedingsgebied van Prisma is Alphen aan den Rijn. Ongeveer de helft van de leerlingen woont in de omringende plaatsen o.a.: Bodegraven, Nieuwkoop, Zwammerdam, Hazerswoude of Ter Aar. Ongeveer 10 % van de leerlingen woont intern op één van de locaties van Ipse de Bruggen. 6

7 2.2 Kengetallen leerlingenpopulatie van de afgelopen schooljaren Leerling aantallen per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt per 1 okt Leerling aantallen Bovenstaand figuur laat zien dat het leerlingenaantal vanaf 2008 is gedaald van 91 leerlingen in 2009 naar nu (2012) 55 leerlingen. De school geeft aan dat de afname van het leerlingenaantal een direct verband heeft met de toename van het aantal ambulant begeleide leerlingen in het basisonderwijs en dus als het ware een communicerend vat is. De directie van de school geeft aan dat de verwachting is dat het leerlingenaantal nog meer zal dalen. Dit is te zien in onderstaand figuur. Er zijn in de nabije omgeving van Prisma geen andere ZML- scholen. De contacten tussen de collega scholen in de regio liggen voornamelijk op directie niveau. Het betreft dan vooral de contacten met de ZML scholen: De Korte Vliet in Leiden en De Duinpieper in Noordwijk. De school verwacht dat de contacten met ZML- school De Ark te Gouda toe zullen gaan nemen nu deze school straks deel uitmaakt van het nieuwe samenwerkingsverband Passend Onderwijs. De intern begeleiders van Prisma hebben overleg met de IB-ers van het eigen REC. 7

8 per 1 okt per 1 okt per 1 okt Verwachte leerling aantallen per 1 okt per 1 okt per 1 okt Aantal terugplaatsingen naar regulier basisonderwijs Aantal terugplaatsingen per schooljaar naar het regulier basisonderwijs De school heeft sinds leerlingen teruggeplaatst naar het regulier basisonderwijs. De school geeft aan dat terugplaatsingen naar het reguliere onderwijs tot nog toe slechts incidenteel plaatsvindt. Als uit de analyse van de gegevens van het leerlingvolgsysteem blijkt dat de ontwikkeling boven de profielen uitstijgt, bespreekt de Commissie van Begeleiding (CvB) of de leerling (eventueel met ambulante begeleiding vanuit Prisma) naar het speciaal basis onderwijs of naar het reguliere onderwijs kan. Als ingeschat wordt dat een leerling binnen een andere vorm van onderwijs meer vooruitgang kan boeken, of zodanig achteruitgang in de ontwikkeling wordt gesignaleerd dat het functioneren binnen de school niet meer als zinvol wordt ervaren, dan wordt er in overleg met de ouders naar een andere passende plek voor de leerling gezocht. 8

9 Bij de twee leerlingen die de afgelopen jaren zijn terug geplaatst ging het om de volgende situatie: 1. In de ene situatie betrof het een leerling bij wie de thuissituatie bij binnenkomst erg onrustig was. De school heeft toen veel geïnvesteerd in het aanreiken van handvatten aan de leerling en het gezin en hen als het ware leren omgaan met de beperking. Toen er voldoende stabiliteit was is de leerling met ambulante begeleiding terug geplaatst naar het reguliere basisonderwijs; 2. In de andere situatie betrof het een leerling met een forse taalachterstand. De school heeft toen veel geïnvesteerd om deze achterstand weg te werken en naar de terugplaatsing richting het reguliere basis onderwijs (met ambulante begeleiding vanuit Prisma) toegewerkt. Prisma vindt het belangrijk daarbij vooral een bereidheid van de ontvangende school te ontmoeten. Er moet een open houding naar het kind en de ouders zijn. Dat is ook waar de school zelf sterk in is: De beperking accepteren en van daaruit te werken aan de mogelijkheden. De school geeft aan dat het kind op Prisma mag zijn wie het is. Bij terugplaatsing let Prisma naast de pedagogische kracht van de ontvangende school en ook op de condities van de leeromgeving, zoals Prikkelarme inrichting van het lokaal; Mate van kunnen differentiëren Aantal leerlingen die gebruik maken van de compensatie regeling AWBZ op uw school. Aantal leerlingen die gebruik maken van de compensatie regeling AWBZ op uw school Sinds 2009 zijn er 9 leerlingen die gebruik gemaakt hebben van de compensatieregeling AWBZ. 9

10 3. Basisondersteuning De basisondersteuning geeft het niveau van ondersteuning weer, waaraan alle scholen in het samenwerkingsverband (gaan) voldoen. Mede op basis van de schoolondersteuningsprofielen van alle deelnemende scholen stelt het samenwerkingsverband het niveau van basisondersteuning vast. De basisondersteuning omvat vier aspecten: - basiskwaliteit (het oordeel van de inspectie over de school); - onderwijsondersteuningsstructuur (goede afspraken over de organisatie binnen de school en samenwerking met specialisten); - planmatig werken (het volgen van de resultaten van de leerlingen en het inrichten van het onderwijs op basis daarvan) en - preventieve en licht curatieve interventies (zoals een aanpak voor pesten of dyslexie). In de vragenlijst die voor deze rapportage is gebruikt, zijn deze vier aspecten van basisondersteuning bevraagd. De school heeft kunnen aangeven wat het meest recente oordeel van de inspectie was over de basiskwaliteit van de school. De kwaliteit van de ondersteuningsstructuur en het planmatig werken is in beeld gebracht aan de hand van een aantal standaarden. Deze standaarden zijn voor een deel ontleend aan de standaarden die de inspectie hanteert, en voor een ander deel hebben ze betrekking op de mate waarin de school het handelingsgericht werken beheerst. De kwaliteit van de ondersteuningsstructuur en het planmatig werken is verder in beeld gebracht door gegevens over de groepsgrootte (aandacht/tijd), voorzieningen, mogelijkheden van het gebouw en samenwerkingsrelaties van de school weer te geven. Vervolgens heeft de school kunnen aangeven welke preventieve en licht curatieve interventies zij aanbiedt. Om de kwaliteit van deze interventies verder in te vullen is ook gevraagd welke (gecertificeerde) deskundigen in het team aanwezig zijn. 3.1 Basiskwaliteit De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op de school voor speciaal onderwijs Prisma te Alphen aan den Rijn als voldoende. De inspectie concludeert dat de school na het vorige bezoek erin is geslaagd om in korte tijd het systeem van leerlingenzorg op orde te krijgen, waardoor de inspectie drie van de vier normindicatoren als voldoende beoordeelt. Op grond van de beslisregels kent zij de school het basisarrangement toe. De school ondernam in de afgelopen maanden effectieve acties om aan de prestatieafspraken met de inspectie te voldoen en de tekortkomingen in de handelingsplannen en de leerlingenzorg op te heffen. De directie ziet het als enorme winst dat het team nu positief is over de resultaten van de verbeteractiviteiten en tevens enthousiast is over het nemen van de volgende stappen. De inspectie merkt op dat een belangrijke factor in de bereikte verbeteringen is dat de directie in de afgelopen maanden krachtig sturing heeft gegeven aan het verbeterproces. Een van de resultaten daarvan is dat de school de 10

11 systematiek in het systeem van leerlingenzorg verbeterde. Daarnaast realiseerde zij een doorgaande lijn tussen de afdeling speciaal onderwijs en de afdeling voortgezet speciaal onderwijs. Tegelijkertijd verbeterde de school onderdelen van het systeem van kwaliteitszorg. Uit Inspectierapport d.d. 23 oktober 2012 Met de door de Inspectie aangereikte ontwikkelpunten is de school aan de slag gegaan: De leeropbrengsten worden zowel op leerling niveau als op leerkrachtniveau als op groepsniveau door de CvB besproken; De resultaten worden met de groepsleiding, de leerkrachten en ouders besproken; De groepsindeling geschiedt nu ook meer mede op basis van de leerroutes, hierbinnen heeft een accentverschuiving plaatsgevonden; Voor de leerlingen wordt een OPP vastgesteld. 3.2 Ondersteuningsstructuur en planmatig werken Standaarden handelingsgericht werken Onderstaand schema geeft weer in hoeverre de school zichzelf op dit moment beoordeelt betreffende de ontwikkeling van handelingsgericht werken (HGW). Zwak Voldoende Goed Excellent Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en het analyseren van toetsen Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de leerkracht, de groep en de leerstof om de onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af te stemmen Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega s Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen, de leerkrachten, de ouders en het schoolteam Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten de ideeën en oplossingen van leerlingen Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partner bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak Leerkrachten benoemen hoge, reële SMARTI-doelen voor de lange (einde schooljaar) en voor de korte (tussendoelen) termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega s Leerkrachten werken met een groepsplan waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven Leerkrachten bespreken minstens drie keer per jaar hun vragen 11

12 betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplannen met de intern begeleider De onderwijs- en begeleidingsstructuur is voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer Alle teamleden zijn open naar collega s, leerlingen en ouders over het werk dat gedaan wordt of is. Motieven en opvattingen worden daarbij inzichtelijk gemaakt De school beoordeelt zichzelf op een van de twaalf standaarden van handelingsgericht werken als voldoende, op zes als goed en op vijf als excellent. De school geeft aan zoveel mogelijk de uitgangspunten van HGW te hanteren en illustreert dit met een aantal voorbeelden: Prisma geeft de leerlingen inspraak bij de gedragsregels; Prisma geeft de leerling inspraak in wat nodig is om het gewenste gedrag te kunnen bereiken; Prisma heeft de afgelopen jaren ingezet op het vergroten van de autonomie van de leerling en gaan gericht met hen in gesprek; Bij het opstellen van een signaleringsplan stelt Prisma de vraag: Wat heb jij nu nodig als je je zo voelt en wat kunnen wij doen? ; De verschillende leerroutes op Prisma vragen afstemming m.b.t. samenwerking, waardoor Prisma in samenspraak op zoek is naar samenwerkingsvormen waarin gedifferentieerd kan worden; Prisma stemt communicatie met ouders af vraagt zich af: Wat vraagt deze ouder in de communicatie van mij? ; Prisma durft te differentiëren in goed gedrag; De grondhouding van de leerkracht op Prisma is: Ik constateer iets en vraag me af wat dit voor mij betekent? De school geeft aan dat het reflecteren van leerkrachten op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega s ook plaatsvindt met de intern begeleiders op aanvraag en daarnaast in leerling- en groepsbespreking en tijdens de geplande intervisie momenten. De school heeft een protocol voor medische handelingen: Ja Nee Prisma hanteert de scholenwijzer voor het basis- en speciaal onderwijs van GGD Hollands Midden 12

13 Teamdeskundigheid en specifieke deskundigheid Onderstaande deskundigheid is in de school aanwezig. aanwezig zonder diploma aanwezig met diploma niet aanwezig Orthopedagoog Psycholoog Schoolmaatschappelijk werker Fysiotherapeut Ergotherapeut Remedial teacher Motorische Remedial Teaching Logopedist Intern Begeleider Taal/leesspecialist Reken/wiskundespecialist Gedragsspecialist Coaching en Video Interactie Begeleiding Speltherapeut Dyslexie specialist Autismespecialist met diploma. De Intern begeleiders zijn zeer breed geschoold, maar hebben niet de specifieke IB opleiding maar wel een master SEN, speltherapie, opleiding tot AB er etc. De school geeft aan de laatste tijd veel geïnvesteerd te hebben in: Opbrengst gericht werken; HGW; Omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag ( Een verschuiving van het fysiek beheersen naar een meer preventieve benadering.) Oplossingsgericht werken. De school benoemt dit als Een bijna ongelimiteerde oplossingsgerichtheid. Binnen Passend Onderwijs zijn dit belangrijke basisprincipes voor de grondhouding van de leerkracht. 13

14 Aandacht en tijd De gemiddelde groepsgrootte op Prisma is 14. De groep met jonge leerlingen en de praktijkgroep zijn kleiner. Er zijn twee professionals in de klas gedurende meerdere dagdelen per week. Op Prisma zijn de groepen samengesteld op basis van: Het te verwachten uitstroomniveau van de leerling; Leeftijd; Zwaarte van eventuele gedragsproblematiek; Behoefte aan extra structuur; Gedragsbepalende interacties tussen leerlingen; Het aantal jaren dat een leerling al bij een leerkracht zit; Prisma streeft ernaar dat een leerling niet langer dan drie jaar bij dezelfde leerling zit. De extra ondersteuning vindt zowel in de klas als daarbuiten plaats. Met betrekking tot Passend Onderwijs geeft de school aan open te staan voor: Samenwerking met de scholen; De dialoog met ouders en de andere scholen binnen het Samenwerkingsverband; Uitwisseling van goede, praktische en haalbare tips. Naast leerkrachten en onderwijsassistenten is er in het team van de Prisma de volgende expertise aanwezig: niet aanwezi g wel aanwezi g geen formati e 0, 1 0, 2 0, 3 0, 4 0, 5 mee r dan 0,5 mee r dan 1 mee r dan 2 Orthopedagoog Psycholoog Schoolmaatschappelijk werker Fysiotherapeut Remedial teacher Ergotherapeut Motorische remedial teacher Intern begeleider Logopedist Taal/leesspecialist Reken/wiskundespecial ist 14

15 Gedragsspecialist Coaching en video interactie specialist Speltherapeut Dyslexiespecialist Anders (vul in welke deskundigheid nog meer aanwezig en beschikbaar is bij het veld toelichting) Autismespecialist, wel aanwezig geen formatie Voorzieningen Prisma kan de volgende voorzieningen voor kinderen binnen het SO en voor kinderen binnen het samenwerkingsverband bieden: DGM ( Denk Stimulerende Gespreks Methodiek; Het hanteren van de leerlijnen CED; Relatief kleine groepen; Het werken in niveaugroepen; Expertise op het gebied van gedragsproblematiek (ADHD, autisme en andere stoornissen en syndromen); Mogelijkheden om gebruik te maken van fysiotherapie, logopedie, ergotherapie onder schooltijd en gebruik kunnen maken van de expertise van deze disciplines door personeelsleden en ouders; Speciale aandacht voor prikkelverwerking leerlingen door toepassingen vanuit richtlijnen sensorische integratie. Positief pedagogisch en didactisch klimaat met een bijna ongelimiteerde oplossingsgerichte grondhouding. Een Ontwikkelingsperspectiefplan van de leerling met daarin o.m. duidelijk omschreven onderwijsbehoeften van de leerling Ruimtelijke omgeving Geef aan wat de mogelijkheden van uw schoolgebouw zijn om tegemoet te komen aan speciale onderwijsbehoeften van leerlingen Er is ruimte in de groep voor één-op-één begeleiding Er is ruimte op de gang voor één-op-één begeleiding Er is een prikkelarme werkplek Er is ruimte voor een time-out De lokalen zijn aangepast voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften Er zijn ruimten met specifieke functies voor bewegings- en leerbehoeften (fysiotherapie, schooltuin, enzovoort) Er zijn werkplekken voor leerlingen beschikbaar op de gang of in flexibele ruimten Anders (vul in bij Toelichting) 15

16 Bij het lokaal van leerroute A is de multifunctionele ruimte ingericht als snoezel/rustkamer. Slecht Matig Voldoende Goed Zeer goed Zijn de werkruimten afgestemd op de onderwijsbehoeften van kinderen? Is de inrichting van de lokalen afgestemd op de onderwijsbehoeften van kinderen? De ruimtelijke omgeving biedt in het kader van Passend Onderwijs veel goede mogelijkheden voor nu en in de toekomst. De directie merkt daarbij echter op dat zij als school enige zorg heeft ten aanzien van de bekostiging van het gebouw. Enige volume grootte qua leerlingenaantal blijft nodig om als school de organisatie voldoende kwalitatief en professioneel draaiende te kunnen houden Samenwerking Geef aan met welke onderwijspartners uw school structureel samenwerkt of afgesproken heeft hoe de samenwerking verloopt als het nodig is. Regionaal onderwijs Samenwerkingsverband (bijv ib groepen) SBO andere (V)SO Prisma Swv vo Anders (vul in bij toelichting) Geef aan met welke externe instanties uw school structureel samenwerkt of afgesproken heeft hoe de samenwerking verloopt als het nodig is. Lokale overheid/gemeente Consultatieteam/ZAT Bureau jeugdzorg Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Maatschappelijk werk GGZ Leerplicht Politie Anders (vul in bij toelichting) Prisma geeft daarnaast aan met de volgende partners samen te werken: Stichting MEE; Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE); 16

17 Kristal Centrum Psychiatrie en Verstandelijke Beperking; BSO De Schatkist; Ambulante Educatie Dienst (AED); Participe (vrijwilligers vacaturebank); Het huidige Regionaal Expertise Centrum; Ipse de Bruggen. Prisma geeft aan dat zij over de samenwerking met de partners goed te spreken is en dat hun eigen openheid daarbij goed werkt. Prisma geeft aan geen moeite te hebben met het aangeven iets niet te weten en zoekt ook dan weer naar de mogelijkheden.( Bijna ongelimiteerde oplossingsgerichtheid.) Wat de samenwerking met de partners geeft Prisma aan twee wensen te houden: 1. Soms zou men vanuit Prisma willen dat het allemaal wat sneller zou kunnen, de druk in de verschillende agenda s is echter vaak erg hoog; 2. Prisma zou graag over de toekomst in gesprek willen met het SBO en zoekt de dialoog met samenwerkingsverband als geheel. 17

18 4. Conclusie De school geeft aan dat aan de basiszorg voldaan wordt en dat zij de zorgstructuur goed op orde heeft. De CvB bespreekt twee keer per jaar de resultaten op zowel leerling als leerkrachtniveau als groepsniveau. Ook de Rijksinspectie heeft dit tijdens haar laatste schoolbezoek vastgesteld. Ten aanzien van het handelingsgericht werken (HGW) vindt de school dat zij voldoende op weg is. Prisma geeft aan dat de uitgangspunten van HGW in de grondhouding van de leerkracht verweven zit. De open houding, de hoge mate van het zelfreflecterende vermogen van de leerkracht, gesprekken met kinderen en ouders zijn daar voorbeelden van. Ik constateer iets en wat betekent dit dan voor mij als leerkracht. De school staat open voor ontwikkeling en denkt verder dan de muren van de school en het onderwijs. Prisma hanteert de scholenwijzer voor het basis- en speciaal onderwijs van GGD Hollands Midden. De school is in staat om te gaan met leerlingen met een gebrekkig inzicht in sociale interacties en weet een evenwicht te vinden te vinden tussen het creëren van een veilige school en omgeving en ze tegelijkertijd ook weerbaar te maken en voor te bereiden op een minder veilige omgeving. In de contacten met de ouders hanteert de school de uitgangspunten van HGW. Voorafgaand aan het opstellen van het groeps-en handelingsplan vraagt het personeel middels een vragenlijst aan de ouders of zij wat betreft de leerdoelen van hun kind wensen hebben. Het groepsplan wordt altijd met de ouders besproken en geëvalueerd. Tijdens de drie voortgangsgesprekken worden het HP en de items uit het groepsplan besproken en geëvalueerd. Aan het eind van het schooljaar wordt ook de leerroute geëvalueerd met ouders. Prisma biedt speciale ondersteuning aan leerlingen, die door hun beperking niet in staat zijn om deel te nemen aan het reguliere basisonderwijs. Prisma werkt met drie niveaugroepen in clusters en met drie verschillende leerroutes. Alle groepen hebben een groepsplan voor de periode van een schooljaar. Zes wekelijks wordt dit plan besproken en indien nodig bijgesteld. Binnen het groepsplan wordt gewerkt met drie niveaus, per leerling zijn de doelstellingen in het groepsplan uitgewerkt. Als het niveau van de leerling onder of boven het groepsplan ligt, wordt voor deze leerling een individueel handelingsplan opgesteld. Prisma geeft aan te beschikken over een voldoende toegerust schoolgebouw. 18

19 Tegelijkertijd is de school in ontwikkeling en zal dat in de toekomst blijven. De volgende ontwikkelpunten voor de school kunnen uit het voorgaande worden geformuleerd, ten aanzien van: deskundigheid, aandacht en tijd, voorzieningen, gebouw en samenwerking. Deskundigheid: Behouden en bevorderen van deskundigheid op het gebied van kinderen met een verstandelijke beperking; Door ontwikkelen van deskundigheid op het gebied van moeilijk verstaanbaar gedrag; Het behouden van de deskundigheid op het gebied van autisme. Aandacht en tijd: Het behouden van de mogelijkheid om extra ondersteuning en/of expertise in te zetten voor leerlingen met een verstandelijke beperking; Het verkennen van de mogelijkheden tot het inzetten en/of uitwisselen van specifieke expertise in het samenwerkingsverband. Voorzieningen: Het verkennen en bespreekbaar maken van het behouden van het gekwalificeerde personeel bij een mogelijke afname van het leerlingenaantal. De dialoog met het samenwerkingsverband met betrekking tot de grootte van een school om een goede school te kunnen zijn. Gebouw: Het verkennen en bespreekbaar maken van het in stand houden / gebruik houden van het goed geoutilleerde schoolgebouw bij een mogelijke afname van het leerlingenaantal. Samenwerking: Het behouden van de goede samenwerking tussen de school en de huidige ketenpartners; Het verkennen van nieuwe samenwerkingsvormen en het ontwikkelen van nieuwe arrangementen. Tot slot: Prisma heeft de ambitie om een bijna ongelimiteerde oplossingsgerichte school te zijn. Daarin beweegt de school, net als de kleuren in hun logo, mee met de leerling,waarbij de leidraad voor de keuze in het lesaanbod is: 19 waar leerlingen goed in zijn: uitbouwen; wat leerlingen ook nog kunnen leren: opbouwen; wat leerlingen niet kunnen: compenseren.