LISO-PROJECT: TOETSEN FRANS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LISO-PROJECT: TOETSEN FRANS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten"

Transcriptie

1 LISO-PROJECT: TOETSEN FRANS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, I. Fidlers, C. Custers, B. De Fraine & J. Van Damme

2

3 LISO-PROJECT: TOETSEN FRANS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, I. Fidlers, C. Custers, B. De Fraine & J. Van Damme Promotoren coördinatieteam: B. De Fraine, K. Verschueren, K. Petry, S. Gielen, J. Van Damme, A. Vandenbroecke, M. Van Houtte & J.P. Verhaeghe Research paper SSL/ /2.1 Leuven, februari 2015

4 Het Steunpunt Studie- en Schoolloopbanen is een samenwerkingsverband van KU Leuven, UGent, VUB, Lessius Hogeschool en HUB. Gelieve naar deze publicatie te verwijzen als volgt: Dockx J., Stevens E., Fidlers I., Custers C., De Fraine B. & Van Damme J. (2015), LiSO-project: toetsen Frans begin eerste leerjaar instrumentontwikkeling en resultaten, Steunpunt Studie- en Schoolloopbanen, Leuven. Voor meer informatie over deze publicatie: Deze publicatie kwam tot stand met de steun van de Vlaamse Gemeenschap, Programma Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek. In deze publicatie wordt de mening van de auteur weergegeven en niet die van de Vlaamse overheid. De Vlaamse overheid is niet aansprakelijk voor het gebruik dat kan worden gemaakt van de opgenomen gegevens. D/2015/4718/typ het depotnummer ISBN typ het ISBN nummer 2015 STEUNPUNT STUDIE- EN SCHOOLLOOPBANEN p.a. Secretariaat Steunpunt Studie- en Schoolloopbanen HIVA - Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving Parkstraat 47 bus 5300, BE 3000 Leuven Deze publicatie is ook beschikbaar via

5 Voorwoord Dit technisch rapport kadert binnen de derde generatie van het Steunpunt Studie en Schoolloopbanen ( ). Dit steunpunt omvat verschillende onderzoeksdomeinen, waarvan één betrekking heeft op de schoolloopbanen van leerlingen (onderzoekslijn 2.1). Binnen dit onderzoeksdomein werd in het schooljaar gestart met het onderzoek Loopbanen in het Secundair Onderwijs, kortweg het LiSO-project. Dit onderzoek wil de wijze waarop leerlingen het secundair onderwijs doorlopen in kaart brengen en verklaren. Dit rapport beschrijft de instrumentontwikkeling en resultaten van de toetsen Frans begin eerste leerjaar A en B. Deze toetsen zijn respectievelijk gericht op het eerste leerjaar A en het eerste leerjaar B van het secundair onderwijs. Deze toetsen werden in functie van het LiSO project afgenomen in september en oktober van het schooljaar We danken het coördinatieteam en de promotoren van het LiSO project voor hun medewerking en feedback tijdens de selectie van deze toetsen. We danken ook het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen om hun toetsen beschikbaar te stellen. Tevens zijn we alle scholen die deelnemen aan het LiSO project dankbaar. We denken hierbij specifiek aan alle leerkrachten die deze toetsen afnamen en alle leerlingen die deze toetsen invulden. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten v

6

7 Inhoud Voorwoord Inhoud v vii Inleiding 1 Hoofdstuk 1 Ontwikkeling en beschrijving Ontwikkeling en selectie toetsen Frans begin eerste leerjaar Ontwikkeling toetsen Frans begin eerste leerjaar Selectiecriteria toetsen Frans begin eerste leerjaar Beschrijving toetsen Frans begin eerste leerjaar 6 Hoofdstuk 2 Afnameprocedure en verwerking Afnameprocedure Afnameprocedure op schoolniveau Afnameprocedure in de klas Verwerking Relatie databank en fases van verwerking Fase 1: Invoer Fase 2: Scoring Fase 3: Berekening vaardigheidsscores 15 Hoofdstuk 3 Responsgegevens en resultaten Responsgegevens Afnamedata Validiteit Betrouwbaarheid Verdelingskenmerken Opmerkingen bij toetsafname IRT: Moeilijkheidsgraad en discriminatiegraad 28 Bijlagen 31 Bibliografie 71 Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten vii

8 Inleiding Dit technisch rapport kadert binnen het LiSO-project (Loopbanen in het Secundair Onderwijs) van het Steunpunt Studie en Schoolloopbanen ( ). Dit onderzoek wil de wijze waarop leerlingen het secundair onderwijs doorlopen in kaart brengen en verklaren. Hierbij is het uitgangspunt dat niet alleen factoren op het niveau van de individuele leerling (leerlingkenmerken) en zijn thuisomgeving van belang zijn, maar ook factoren op school, klas en leerkrachtniveau. Het LiSO project wil hierover een bron van informatie zijn voor scholen en beleidsmakers. Ze wil daarbij specifiek inzicht bieden in school, klas en leerkrachtkenmerken die effectief zijn voor prestaties (van onder meer Nederlands, wiskunde en Frans) en voor non cognitieve uitkomsten (zoals schoolwelbevinden, betrokkenheid en interesse). De focus ligt vooral op factoren die door de school of het beleid kunnen worden beïnvloed om zo de individuele leerlingprestaties te maximaliseren en te komen tot meer gelijke onderwijskansen voor iedere leerling. Het LiSO project wil op deze manier bijdragen tot beslissingen die de onderwijseffectiviteit in Vlaanderen zullen doen toenemen. Om deze doelstelling te bereiken, volgen we vanaf de start van het schooljaar een cohorte van ongeveer leerlingen doorheen hun gehele secundaire schoolloopbaan. Deze leerlingen bevonden zich in september 2013 in het eerste leerjaar van de eerste graad van het secundair onderwijs. Om de schoolse prestaties voor Frans aan de start van het secundair onderwijs te kennen, werd bij alle leerlingen een toets Frans afgenomen. Er waren toetsen voor leerlingen in de A stroom en voor leerlingen in de B stroom. De afname vond plaats in september en oktober van het schooljaar Deze toetsen zijn belangrijk omdat ze dienen als startmeting. Op basis van deze resultaten zal de leerwinst vanaf het begin van het secundair onderwijs weergegeven worden en kan zo onderzocht worden welke andere factoren hierop van invloed zijn. Dit technische rapport beschrijft de instrumentontwikkeling en de resultaten van de toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B. De toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B zijn één van de instrumenten die worden afgenomen binnen het LiSO project. Als startmeting voor de schoolse prestaties van leerlingen werden daarnaast toetsen Nederlands begin eerste leerjaar A & B en toetsen wiskunde begin eerste leerjaar A & B afgenomen. Zo kennen we de schoolse prestaties van de leerlingen aan de start van het secundair onderwijs voor zowel Frans, Nederlands als wiskunde. Deze beginmetingen zullen opgevolgd worden door tussentijdse metingen tijdens de verdere schoolloopbaan. Naast deze toetsen worden er ook vragenlijsten afgenomen van leerlingen, ouders, vakleerkrachten, klastitularissen en directies. De toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B kunnen niet los gezien worden van de hierboven vernoemde instrumenten. In hoofdstuk 1 wordt de ontwikkeling en beschrijving gegeven van de toetsen Frans. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 de afnameprocedure en verwerking besproken. In hoofdstuk 3 worden ten slotte de responsgegevens en resultaten besproken. In bijlage 1 wordt de brief voor de LiSO-contactpersoon van elke school weergegeven. Deze brief werd meegeleverd met elk pakket toetsmateriaal van een school. In deze brief staat beschreven welk Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 1

9 toetsmateriaal werd geleverd aan de school en hoe dit materiaal verspreid moest worden binnen de school. Vervolgens wordt beschreven hoe het materiaal ingeleverd moest worden. In bijlage 2 wordt de handleiding voor de leerkracht van de toets Frans begin eerste leerjaar A weergegeven. Deze handleiding bevat informatie over de concrete afname, richtlijnen over het verloop van de toetsafname, een onderdeel vaak gestelde vragen en contactgegevens. In bijlage 3 wordt de handleiding voor de leerkracht van de toets Frans begin eerste leerjaar B weergegeven. Deze handleiding bevat informatie over de concrete afname, richtlijnen over het verloop van de toetsafname, een onderdeel vaak gestelde vragen en contactgegevens. In bijlage 4 wordt het aanwezigheidsblad weergegeven. Op deze aanwezigheidsbladen moesten de leerkrachten aangeven welke leerlingen al dan niet aanwezig waren tijdens de toetsafname. Tevens moest de klassikale afnamedatum hierop ingevuld worden. Indien een leerling de toets op een andere datum invulde moest dat ook hier ingevuld worden. In bijlage 5 wordt het antwoordblad van de toets Frans begin eerste leerjaar A variant 1 weergegeven. De leerlingen van het eerste leerjaar A die het toetsboekje Frans begin eerste leerjaar A variant 1 ontvingen, dienden hun antwoorden op de opgaven hier te noteren. In bijlage 6 wordt het antwoordblad van de toets Frans begin eerste leerjaar A variant 2 weergegeven. De leerlingen van het eerste leerjaar A die het toetsboekje Frans begin eerste leerjaar A variant 2 ontvingen, dienden hun antwoorden op de opgaven hier te noteren. In bijlage 7 wordt het antwoordblad van de toets Frans begin eerste leerjaar A variant 3 weergegeven. De leerlingen van het eerste leerjaar A die het toetsboekje Frans begin eerste leerjaar A variant 3 ontvingen, dienden hun antwoorden op de opgaven hier te noteren. In bijlage 8 wordt het antwoordblad van de toets Frans begin eerste leerjaar A variant 4 weergegeven. De leerlingen van het eerste leerjaar A die het toetsboekje Frans begin eerste leerjaar A variant 4 ontvingen, dienden hun antwoorden op de opgaven hier te noteren. In bijlage 9 wordt het antwoordblad van de toets Frans begin eerste leerjaar B weergegeven. De leerlingen van het eerste leerjaar B dienden hun antwoorden op de opgaven hier te noteren. In bijlage 10 worden de screeplots van de factoranalyses weergegeven van de verschillende varianten van de toets Frans eerste leerjaar A. In bijlage 11 wordt de volgorde van de items voor elke variant van de toetsen Frans begin eerste leerjaar weergegeven. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 2

10 Hoofdstuk 1 Ontwikkeling en beschrijving Het afnemen van toetsen Frans aan de start van het LiSO project past binnen de doelstellingen van dit project. Het LiSO-project wil immers inzicht bieden in de wijze waarop leerlingen het secundair onderwijs doorlopen. Schoolse prestaties zijn een belangrijk kenmerk van de schoolloopbanen. Aangezien het LiSO project een longitudinale studie maakt van de volledige schoolloopbanen van leerlingen in het secundair onderwijs is het noodzakelijk om een startmeting uit te voeren van deze schoolse prestaties. Het is immers belangrijk de aanvangssituatie van de leerlingen te kennen. Op basis van deze resultaten zal de leerwinst voor Frans doorheen het secundair onderwijs beschreven worden door op regelmatige tijdstippen telkens nieuwe (gekalibreerde) toetsen Frans af te nemen bij dezelfde groep leerlingen. De toetsen Frans die aan het begin van het eerste leerjaar worden afgenomen bestaan uit twee versies: één versie voor de leerlingen in het eerste leerjaar A en één versie voor de leerlingen in het eerste leerjaar B. Deze toetsen worden in de tekst respectievelijk toets Frans begin eerste leerjaar A en toets Frans begin eerste leerjaar B genoemd. Van de toets Frans begin eerste leerjaar A worden er vier varianten onderscheiden. Wanneer beide versies toetsen besproken worden, wordt naar deze toetsen gerefereerd als toetsen Frans begin eerste leerjaar. In de volgende paragrafen van dit hoofdstuk wordt de ontwikkeling en selectie beschreven van de toetsen Frans begin eerste leerjaar. Vervolgens wordt een inhoudelijk beschrijving gegeven van deze toetsen. 1.1 Ontwikkeling en selectie toetsen Frans begin eerste leerjaar Ontwikkeling toetsen Frans begin eerste leerjaar Voor de toetsen Frans begin eerste leerjaar van het secundair onderwijs werd gebruikgemaakt van het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen ( Het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen heeft als doel na te gaan in welke mate leerlingen de eindtermen of ontwikkelingsdoelen behalen. Ze doet dit steeds op basis van een representatieve steekproef van Vlaamse scholen en leerlingen. In functie hiervan worden peilingsinstrumenten ontwikkeld waarmee men kan nagaan in welke mate leerlingen de eindtermen of ontwikkelingsdoelen behalen. Het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs is één van deze peilingsinstrumenten. De items (dit zijn de concrete opgaven) van het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs werden ontwikkeld door toetsontwikkelaars onder leiding van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen. Bij de ontwikkeling van de items voor Frans werden als uitgangspunt de eindtermen en ontwikkelingsdoelen genomen van het basisonderwijs voor Frans. Op basis van deze gegevens werd Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 3

11 vervolgens een toetsmatrijs opgesteld. Deze toetsmatrijs beschreef welke inhouden aan bod dienden te komen in het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs om een valide meting te zijn van de prestaties Frans van leerlingen. Op basis van deze inhoudelijke ordening werden verschillende schalen opgesteld die uit meerdere eindtermen of ontwikkelingsdoelen bestaan. Vervolgens werden verschillende items ontwikkeld per schaal van de toetsmatrijs. Er werden in eerste instantie meer items ontwikkeld per schaal dan nodig opdat de beste van deze items later uitgekozen konden worden voor de definitieve testen. Vervolgens werden er verschillende voorstudies opgezet waarbij de items werden voorgelegd aan een beperkte steekproef leerlingen. Tevens werden de items ook beoordeeld door deskundigen uit de onderwijspraktijk. In beide gevallen werd nagegaan of er een voldoende spreiding was qua moeilijkheidsgraad, of de items valide waren en of er nog onvolkomenheden in de vragen waren. Op basis van deze feedback werden de toetsen verbeterd en werden de minder goede items weggelaten. De resterende items werden vervolgens bij een steekproef leerlingen afgenomen. Op basis van deze data werden per item de IRT-parameters geschat (de moeilijkheidsgraad 1 en discriminatiegraad 2 ) en vervolgens de beste items geselecteerd. Op basis hiervan werd dan het definitieve peilingsinstrument opgesteld met een voldoende spreiding van items in moeilijkheidsgraad en discriminatiegraad. Hierbij werden er steeds twee versies ontwikkeld van het peilingsinstrument: de peilingsversie en de parallelversie. Het LiSO-project maakte gebruik van de parallelversie van het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs. Hierbij werd niet het volledige peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs opgenomen. Er werd enkel gebruikgemaakt van het onderdeel lezen. Dit onderdeel is gericht op de receptieve vaardigheid lezen. Naast lezen omvatte dit instrument ook de receptieve vaardigheid luisteren en de productieve vaardigheden schrijven en spreken. Deze onderdelen werden echter niet opgenomen in de toets van het LiSO project. Het onderdeel lezen van het peilingsinstrument Frans voor het basisonderwijs was ontwikkeld voor een niveau einde zesde leerjaar. Bijgevolg was ze op het juiste niveau voor de leerlingen begin eerste leerjaar A en kon de toets in zijn geheel afgenomen worden bij deze groep leerlingen. Voor het eerste leerjaar B was deze toets echter van een te hoog niveau en werden de moeilijkste items verwijderd (op basis van de moeilijkheidsgraden van de IRT analyses). Op deze manier werd een toets bekomen die op het juiste niveau was voor het eerste leerjaar B. Omdat deze paralleltoets dateert van 2007 en de eindtermen van het basisonderwijs sindsdien aangepast zijn, was deze toets niet meer volledig actueel. Daarom werden 13 nieuwe items ontwikkeld die de nieuwe inhouden van de vernieuwde eindtermen dienen te meten. Deze nieuwe items werden opgenomen in de toets Frans begin eerste leerjaar A. Omdat door het toevoegen van 13 nieuwe items de toets Frans begin eerste leerjaar A te lang zou worden voor de leerlingen, werd ervoor gekozen om de nieuwe items te spreiden over 4 varianten van de toets Frans eerste leerjaar A. Elke variant bevat dus slechts enkele van de nieuwe items. Op die manier werd de toets niet te 1 2 De moeilijkheidsgraad van een item is een parameter die aangeeft hoe moeilijk een item is. De moeilijkheidsgraad wordt gebruikt om de kans te bepalen dat leerlingen met een bepaald niveau van vaardigheid het item juist oplossen. De discriminatiegraad van een item is een parameter die aangeeft hoe sterk een item onderscheid maakt tussen leerlingen met een verschillend vaardigheidsniveau. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 4

12 zwaar voor de leerlingen. Er werden geen nieuwe items opgenomen in de toets Frans begin eerste leerjaar B Selectiecriteria toetsen Frans begin eerste leerjaar De selectie van geschikte toetsen Frans voor het LiSO project verliep aan de hand van verschillende criteria. Het eerste criterium was dat de toetsen de mogelijkheid moesten bieden voor herhaalde metingen in een longitudinale studie. Er moesten met andere woorden meerdere toetsen beschikbaar zijn die over de schoolloopbaan heen afgenomen kunnen worden. Het tweede criterium was vergelijkbaarheid. Dit betekent dat de scores van deze herhaalde metingen vergelijkbaar moeten zijn met elkaar. Het derde criterium was dat Frans op een valide manier gemeten wordt door de toetsen. Het vierde criterium betrof een voldoende spreiding qua moeilijkheidsgraad. De toetsen moesten met andere woorden in staat zijn om de prestaties van een divers leerlingenpubliek te meten. Nauw samenhangend daarmee moesten de toetsen ook een betrouwbare meting zijn van de prestaties voor Frans, dit is het vijfde criterium. Aan het eerste criterium, dat de toetsen de mogelijkheid moeten bieden voor herhaalde metingen in een longitudinale studie, voldoen de toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen. Dit criterium dient vervuld te zijn om de evolutie van de prestaties van leerlingen voor Frans op lange termijn te kunnen beschrijven. Naast de toetsen die in het eerste jaar secundair onderwijs kunnen worden afgenomen (gebaseerd op de toetsen van het basisonderwijs), heeft het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen ook toetsen Frans die in de daaropvolgende leerjaren afgenomen kunnen worden. Ook aan het tweede criterium, dat de scores vergelijkbaar zijn over verschillende toetsen (en dus leerjaren), voldoen de toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen. Vergelijkbaarheid betekent, in het kader van het LiSO project, dat de scores voor prestaties Frans bij de startmeting vergeleken kunnen worden met de scores voor prestaties Frans bij de volgende metingen. Dit criterium hangt nauw samen met het eerste criterium. Aangezien we de evolutie in prestaties willen beschrijven, is vergelijkbaarheid tussen de scores van de herhaalde metingen strikt noodzakelijk. Om aan deze voorwaarde van vergelijkbaarheid te voldoen, hebben de verschillende toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen steeds enkele items gemeenschappelijk. Deze gemeenschappelijke items geven de mogelijkheid om scores over verschillende toetsen te vergelijken (via IRT analyses). Het derde criterium betreft de validiteit, de toetsen dienen Frans valide te meten. In functie van het LiSO project beschouwen we dit als een meting die inhoudelijk aansluit bij de eindtermen en leerplannen van Frans van de verschillende onderwijskoepels. De toetsen Frans moeten immers een meting zijn van de inhoudelijke kennis en vaardigheden waarover er een relatieve consensus is dat deze de onderdelen zijn van het vakgebied Frans. De eindtermen van Frans voor de eerste graad secundair onderwijs omvatten de inhouden en vaardigheden waarvan men algemeen aanneemt dat ze noodzakelijk zijn voor een goede beheersing van Frans. De leerplannen van de verschillende onderwijskoepels bieden een goede aanvulling hierop omdat zij de eindtermen meer concreet maken. Aangezien de eindtermen en leerplannen het uitgangspunt waren bij de opstelling van de items in de toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen wordt ook aan deze vereiste voldaan. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 5

13 Het vierde criterium betreft een voldoende spreiding van de moeilijkheidsgraad van de items binnen de toetsen voor het eerste leerjaar secundair onderwijs. Dit betekent dat er binnen elke toets items moeten zijn van verschillende moeilijkheidsgraden opdat de test kan differentiëren tussen leerlingen van verschillende prestatieniveaus. De toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen voldoen aan dit criterium omdat bij het opstellen van deze toetsen items van verschillende moeilijkheidsgraden werden geselecteerd (op basis van IRT procedures waarin het bepalen van de moeilijkheidsgraden van items centraal staat). De reeds berekende moeilijkheidsgraden stellen het LiSO project ook in staat twee aparte toetsen op te stellen, één voor het eerste leerjaar A en één voor het eerste leerjaar B. Per toets is de spreiding van de moeilijkheidsgraden van de items zo aangepast aan de doelgroep. Zo is de moeilijkheidsgraad van de items voor het eerste leerjaar A rond het niveau einde zesde leerjaar en is de moeilijkheidsgraad van de items voor het eerste leerjaar B rond het niveau einde vierde leerjaar. Het vijfde criterium betreft een voldoende betrouwbaarheid van de test. De betrouwbaarheid van een test geeft weer in welke mate de testscore vrij is van de invloed van storende factoren. Hoe hoger de betrouwbaarheid van een test, hoe kleiner het risico dat de testscore afwijkt van de ware vaardigheid van de leerling. De toetsen van het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen voldoen aan het criterium van voldoende betrouwbaarheid. Bij het opstellen van deze testen zijn immers enkel items opgenomen die de gewenste betrouwbaarheid hadden. Hierbij is er ook specifiek aandacht besteed om voldoende items per moeilijkheidsgraad te hebben om zo voor de verschillende vaardigheidsgroepen voldoende betrouwbaar te zijn. 1.2 Beschrijving toetsen Frans begin eerste leerjaar De toets Frans begin eerste leerjaar A bestond uit 36 items voor varianten 1, 2 en 3 en 35 items voor variant 4 verspreid over vier tekstsoorten. De toets Frans begin eerste leerjaar B bestond uit 21 items verspreid over vier tekstsoorten. In tabel 1 wordt de exacte spreiding van de tekstsoorten over de toetsen weergegeven. In de toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B komen de volgende tekstsoorten aan bod: Informatief: Informatie overbrengen (vb. een mededeling) Prescriptief: Aansporen iets te doen, een handeling sturen (vb. een recept) Narratief: Feiten of gebeurtenissen vertellen (vb. een verhaal) Artistiek-literair: Bevat een esthetische component (vb. een aftelrijmpje) Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 6

14 Tabel 1 Aantal items per tekstsoort voor elke toets N items Tekstsoorten Eerste leerjaar A versie 1 Eerste leerjaar A versie 2 Eerste leerjaar A versie 3 Eerste leerjaar A versie 4 Eerste leerjaar B Informatief Prescriptief Narratief Artistiekliterair TOTAAL Bron: Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 7

15

16 Hoofdstuk 2 Afnameprocedure en verwerking In dit hoofdstuk wordt eerst beschreven hoe de afnameprocedure van de toetsen Frans verliep. Er wordt daarbij besproken hoe het toetsmateriaal verspreid en afgenomen werd. Aansluitend wordt weergegeven hoe de verwerking van het ingevulde testmateriaal gebeurde, waaronder de invoer van de antwoorden, de scoring van de antwoorden en het berekenen van de vaardigheidsscores. 2.1 Afnameprocedure In de volgende paragrafen wordt de verspreiding van het toetsmateriaal over de verschillende scholen, klassen en leerlingen besproken. Vervolgens wordt beschreven hoe de afname van het toetsmateriaal in de klassen verliep en hoe het ingevulde toetsmateriaal nadien terug verzameld werd. We omschrijven dit proces als de afnameprocedure Afnameprocedure op schoolniveau De toetsen Frans begin eerste leerjaar maakten deel uit van een geheel van toetsmateriaal dat verspreid werd onder de scholen in september Dit bestond uit: toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B, toetsen Nederlands begin eerste leerjaar A & B, toetsen wiskunde begin eerste leerjaar A & B, leerlingvragenlijsten, oudervragenlijsten, bijhorende aanwezigheidslijsten en bijhorende handleidingen. De inhoud van deze toetsen en vragenlijsten wordt besproken in de betreffende rapporten. In wat volgt, bespreken we enkel wat relevant is voor de toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B. Het toetsmateriaal werd per school persoonlijk geleverd door het LiSO team. Voor elke school werd een brief voorzien voor de LiSO-contactpersoon 3 (zie bijlage 1). In deze brief werd besproken hoe het toetsmateriaal geordend was, hoe toetsen & vragenlijsten afgenomen dienden te worden, welk extra toetsmateriaal werd voorzien en wat de ophaaldatum was van het ingevulde materiaal. De LiSO-contactpersoon was tevens verantwoordelijk voor de verspreiding van het materiaal onder de klassen/leerkrachten. Dit was afhankelijk van welke informatie reeds bekend was over de populatie leerlingen. Bij de start van het 1 ste jaar van het secundair onderwijs, in september 2013, waren immers nog niet overal alle leerlingen en alle klasindelingen gekend. Er konden zich drie situaties voordoen: 1) Zowel de klassen als de leerlingen waren op voorhand gekend. In dit geval was het toetsmateriaal gepersonaliseerd (voorzien van identificatiegegevens) en reeds geordend per klas. Concreet houdt dit in dat op elk toetsboekje Frans een sticker kleefde met de naam van de leerling en enkele andere persoonsgegevens. Ook de 3 De LiSO contactpersoon is de verantwoordelijke binnen een school voor de coördinatie van het LiSO project. Wie de LiSO contactpersoon was van een school werd bij de aanvang van het schooljaar vastgelegd. Deze persoon was vaak een leerkracht, directeur, secretariaatsmedewerker of zorgcoördinator. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 9

17 antwoordbladen waren op eenzelfde wijze gepersonaliseerd per leerling. Het toetsmateriaal kon daardoor door de LiSO contactpersoon onder de juiste klassen verspreid worden. 2) De leerlingen waren op voorhand gekend, maar de klasindelingen niet. In dit geval was het toetsmateriaal gepersonaliseerd (voorzien van identificatiegegevens), maar niet geordend per klas. In dit geval moest de LiSO contactpersoon het toetsmateriaal ordenen per klas om deze vervolgens onder de juiste klassen te verspreiden. 3) Noch de leerlingen, noch de klasindelingen waren op voorhand gekend. In dit geval was het toetsmateriaal niet voorzien van identificatiegegevens (dit benoemen we verder als blanco ) noch geordend per klas. De hoeveelheid blanco toetsmateriaal werd bepaald op basis van het geschatte aantal leerlingen per stroom. In dit geval moest de LiSOcontactpersoon de juiste hoeveelheid blanco toetsmateriaal verdelen per klas. Wanneer leerkrachten of leerlingen vragen hadden over het toetsmateriaal of LiSO project functioneerde de LiSO coördinator steeds als aanspreekpunt. Deze persoon gaf dan ook vragen door aan het LiSO team wanneer leerkrachten, leerlingen of anderen deze stelden. De periode waarin de 50 scholen (bestaande uit 68 instellingsnummers) 4 het toetsmateriaal ontvingen was op 5, 6, 12 en 13 september De scholen mochten starten met de afname van de toetsen Frans vanaf het moment dat ze het toetsmateriaal ontvingen. De deadline voor de afname van de toetsen Frans was 1 oktober Negen scholen konden de toetsen niet in al hun klassen afnemen voor 1 oktober In deze klassen werden de toetsen afgenomen op latere data (In hoofdstuk 3 worden de exacte afnamedata van de toetsen in meer detail besproken). Wanneer de afname van het toetsmateriaal binnen de klassen was afgelopen, diende al het materiaal terug verzameld te worden bij de LiSO-contactpersoon. De LiSO contactpersoon zette het materiaal vervolgens klaar voor de persoonlijke ophaling door het LiSO team op 3, 4, 10 en 11 oktober. Deze persoonlijke aanpak bood ook de kans aan scholen om feedback te geven over de afname van de toetsen Frans aan het LiSO team. Wanneer het toetsmateriaal op een latere datum werd afgenomen, werd een nieuwe ophaaldatum afgesproken en werd het materiaal door het LiSOteam opgehaald. Enkele late scholen stuurden het toetsmateriaal op met de post. Het LiSO project had terugzendetiketten voorzien opdat scholen dit kosteloos konden opsturen Afnameprocedure in de klas Nadat de LiSO contactpersoon het nodige toetsmateriaal verspreid had in de school had elke klas een apart pakket voor de afname van de toetsen Frans. De inhoud van dit pakket verschilde naargelang het een eerste leerjaar A of een eerste leerjaar B betrof. Het pakket voor een eerste leerjaar A bevatte een handleiding voor de afname van de toets Frans (zie bijlage 2), 4 Een school kan meerdere instellingsnummers hebben, bijvoorbeeld per gebouw of vestiging van de betreffende school of per onderwijsvorm. Om deze reden interpreteren wij scholen als pedagogische gehelen. De onderwijsinspectie definieert een pedagogisch geheel als volgt: Het gaat om twee of meer scholen van hetzelfde onderwijsniveau, met een verschillend instellingsnummer. Deze scholen werken vanuit een gemeenschappelijk bestuurlijk beleid, hebben een gemeenschappelijke pedagogisch didactische organisatie en profileren zich naar de buitenwereld als één school (Een vraag over pedagogisch geheel, 2014). Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 10

18 aanwezigheidsbladen (zie bijlage 4), toetsboekjes en antwoordbladen (zie bijlages 5, 6, 7 en 8). Van de toetsboekjes en de antwoordbladen werden de vier versies steeds zo gelijk mogelijk per klas verdeeld. Het pakket voor een eerste leerjaar B bevatte een handleiding voor de afname van de toets Frans (zie bijlage 3), aanwezigheidsbladen (zie bijlage 4), toetsboekjes en antwoordbladen (bijlage 9). In beide pakketten werden ook steeds enkele blanco toetsen Frans voorzien als reservemateriaal. In de volgende paragrafen geven we aan de hand van dit materiaal weer hoe de afnameprocedure in de klas verliep. De handleidingen (zie bijlagen 2 en 3) voor de toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B hadden dezelfde inhoud en waren gericht op de leerkracht 5 van de klas. Deze handleidingen bevatten informatie over de concrete afname, richtlijnen over het verloop van de toetsafname, een onderdeel met vaak gestelde vragen over de toetsen Frans en het LiSO project en contactgegevens. De leerkracht was verantwoordelijk voor de afname van de toetsen Frans in de klas 6. De leerkracht diende eerst te controleren of al het nodige materiaal voor afname aanwezig was, zoals beschreven in de handleiding. Vervolgens moest op het aanwezigheidsblad (zie bijlage 4) gecontroleerd worden welke leerlingen aan en afwezig waren. Indien een leerling afwezig was, moest telkens genoteerd worden wat de reden was. Er moest hier ook aangegeven worden wat de afnamedatum was van de toets in de klas. Indien een leerling de toets aflegde op een andere dan de klassikale datum, moest dit ook hier genoteerd worden. Op dit blad werd ook plaats voorzien waar leerkrachten opmerkingen konden schrijven (zowel over de afname als algemene bedenkingen). Vervolgens mocht de leerkracht dit materiaal uitdelen. Indien de toetsen reeds gepersonaliseerd waren moest elk exemplaar aan de juiste leerling gegeven worden. Indien het blanco toetsmateriaal betrof, moest de leerkracht aan elke leerling blanco toetsmateriaal geven. Op het voorblad van het toetsboekje Frans begin eerste leerjaar A moesten de leerlingen indien nodig eerst hun identificatiegegevens invullen. Op het eerste blad stonden de instructies voor de leerlingen: welke pen ze mochten gebruiken, waar ze de antwoorden moesten noteren en wat ze wel en niet mochten doen tijdens de afname. Vervolgens werden de 36 opgaven van de toets Frans gegeven. Op het laatste blad werd ook informatie voorzien over de bescherming van de privacy en de contactgegevens van het LiSO project. Op het antwoordblad (zie bijlages 5, 6, 7 en 8) van de toets Frans begin eerste leerjaar A moesten de leerlingen ook hun identificatiegegevens en datum van de dag invullen. Hoe men dit antwoordformulier moest invullen, werd beschreven in het toetsboekje. Op het voorblad van het toetsboekje Frans begin 1 ste leerjaar B moesten de leerlingen eveneens indien nodig eerst hun identificatiegegevens en de datum van de dag invullen. Op het eerste blad stonden de instructies van de leerlingen: welke pen ze mochten gebruiken, waar ze de antwoorden moesten noteren en wat ze wel en niet mogen doen tijdens de afname. Vervolgens werden de 21 opgaven van de toets Frans gegeven. Op het laatste blad van het toetsboekje werd tot slot ook informatie voorzien over de bescherming van de privacy en de contactgegevens van het LiSO project. Op het antwoordblad (zie bijlages 5, 6, 7 en 8) van de toets Frans begin eerste leerjaar B moesten de 5 6 In sommige gevallen nam niet de leerkracht Frans van de klas, maar een andere leerkracht of een secretariaatsmedewerker de toets af. In sommige gevallen werd de toets niet klassikaal afgenomen, maar werden verschillende klassen samengenomen om de toets in één keer van een grotere groep leerlingen af te nemen. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 11

19 leerlingen ook hun identificatiegegevens en datum van de dag invullen. Hoe men dit antwoordformulier moest invullen, werd beschreven in het toetsboekje. De leerkrachten/toetsleiders overliepen samen met de leerlingen de afnamerichtlijnen die vooraan in de toetsboekjes van de leerlingen stonden. In de handleiding voor de leerkrachten/toetsleiders werden verschillende richtlijnen voorzien waarop zij moesten toezien. De duurtijd die gespendeerd mocht worden aan de toetsen Frans was minimaal 1 lestijd van 50 minuten en maximaal 2 lestijden van 50 minuten. De leerkrachten mochten geen vragen beantwoorden die zouden helpen bij het oplossen van de toetsopgaven. De instructies en de precieze verwoording hiervan worden beschreven in de handleiding voor de leerkracht (zie bijlagen 2 en 3). Wanneer de leerlingen klaar waren met hun toets leverden ze hun toetsboekjes en/of antwoordbladen in bij de leerkracht. De leerkracht bezorgde vervolgens alles aan de LiSOcontactpersoon van de school. 2.2 Verwerking Het toetsmateriaal werd door het LiSO team verzameld, gesorteerd, gecontroleerd, voorzien van de nodige identificatiegegevens van de leerlingen en op volgorde gelegd. Vervolgens kon met de verwerking van het toetsmateriaal gestart worden. Deze verwerking verliep in verschillende fases waarvan de resultaten per fase steeds verwerkt werden in de databank. In de volgende paragraaf bespreken we de relatie tussen organisatie van de databank en de verschillende fases van verwerking. In de daaropvolgende paragrafen worden de verschillende fases meer uitvoerig besproken Relatie databank en fases van verwerking De verwerking verliep in drie fases. De eerste fase was de invoer van de antwoorden van de leerlingen. Deze invoer heeft als doel een waarheidsgetrouwe weergave te zijn van de antwoorden die leerlingen gaven. De tweede fase was de scoring van deze antwoorden. Deze fase heeft als doel een duidelijke weergave te zijn van wat leerlingen juist of fout hebben. Vervolgens werd in de derde fase een vaardigheidsscore berekend die de vaardigheid van een leerling weergeeft. De resultaten van deze drie fases hebben elk hun plaats in de databank van het LiSO project. Zo wordt de invoer van de antwoorden (fase 1) weggeschreven in de invoervariabele. Indien het niet mogelijk was het antwoord letterlijk weg te schrijven (omdat het antwoord ongeldig was) in de invoervariabele werd het antwoord weggeschreven in de bisvariabele. In paragraaf worden de invoer, de invoervariabele en de bisvariabele in detail besproken. De invoer werd vervolgens gescoord (fase 2) op basis van de vooropgestelde correcte antwoorden. Dit resulteerde in een 0 of 1 score voor het betreffende item, deze score werd vervolgens weggeschreven in de bijhorende scorevariabele. Deze scoring wordt in detail besproken in paragraaf Op basis van deze scorevariabelen werd met behulp van IRT procedures de vaardigheidsscore van een leerling berekend (fase 3). Deze vaardigheidsscore werd vervolgens weggeschreven in een aparte kolom met vaardigheidsscores. De berekening van deze vaardigheidsscore wordt in paragraaf in detail besproken. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 12

20 In tabel 2 wordt de organisatie van de databank weergegeven voor de toetsen Frans in het LiSOproject. Hierbij dient LiSO-ID ter identificatie van de leerling. Afnamedatum geeft weer op welke datum de leerling de toets invulde. V001 en V002 zijn invoervariabelen en geven weer wat de leerlingen invulden voor de vragen V001 en V002 (1, 2, 3 en 4 betekenen bij multiple choice vragen respectievelijk A, B, C en D). BISV001 en BISV002 zijn bisvariabelen en geven weer welke ongeldige antwoorden de leerlingen gaven voor V001 en V002 of opmerkingen die zij schreven bij V001 en V002. S001 en S002 zijn scorevariabelen die weergeven welke score de leerlingen respectievelijk kregen voor de antwoorden op V001 en V002. De kolom Vaardigheidsscore geeft weer welke vaardigheidsscore voor een leerling berekend werd over alle scores heen. Tabel 2 Organisatie databank LiSO voor Frans LiSO ID Afnamedatum V001 V002 BISV001 BISV002 S001 S002 Vaardigheidsscore /09/ , /09/ Maison , /09/ Ville Je ne comprends pas votre question ,21 In de volgende paragrafen worden deze verschillende fases in detail besproken Fase 1: Invoer De invoer van de antwoorden van de leerlingen begrijpen we als het wegschrijven van de antwoorden in de databank van het LiSO project. Het LiSO project nam als uitgangspunt dat de antwoorden die leerlingen gaven steeds zo waarheidsgetrouw mogelijk in de LiSO databank weergegeven worden. Met andere woorden: wat een leerling invult op zijn antwoordblad of in zijn toetsboekje wordt letterlijk weggeschreven in de databank. Alle antwoorden die zo ingevoerd werden, worden in de LiSO databank beschouwd als invoervariabelen. De vragen in de toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B bestonden enkel uit multiple choice vragen. Zowel voor de toets Frans begin eerste leerjaar A als de toets Frans begin eerste leerjaar B werden de multiple choice vragen ingelezen van het antwoordblad door een scanner (via Teleformsoftware). De antwoorden op de multiple choice vragen werden weggeschreven in de LiSO database in de bijhorende kolom van de invoervariabele. Voor ongeldige en blanco antwoorden alsook voor opmerkingen werden in de database bijzondere codes voorzien. Deze worden in de volgende paragrafen besproken. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 13

21 Soms gaven leerlingen een antwoord dat niet ingelezen kon worden door de scanner. Deze antwoorden werden geclassificeerd als ongeldige antwoorden. Voorbeelden van ongeldige antwoorden zijn: Bij multiple choice vragen een antwoord schrijven in plaats van (een) bolletje(s) in te kleuren. Bij multiple choice vragen waar maar één bolletje ingekleurd mag worden toch meerdere bolletjes inkleuren. In deze gevallen werd het antwoord ingevoerd als ongeldig en meer concreet als code We kiezen voor een numerieke code in functie van diverse databasesoftware waarbij het belangrijk is dat voor bepaalde variabelen enkel numerieke antwoorden worden weggeschreven. Om later toch een beeld te krijgen op deze ongeldige antwoorden, werd in de database vervolgens een extra kolom voorzien waarin het werkelijk gegeven antwoord van de leerling genoteerd wordt (of een beschrijving in het geval van een tekening). Dit is de zogenaamde bisvariabele. Dit is een kolom in de database waar het werkelijk gegeven antwoord weggeschreven kan worden indien het een ongeldig antwoord betreft. Wanneer leerlingen een bepaalde opgave onbeantwoord lieten en dus geen antwoord gaven, werd dit als een blanco antwoord beschouwd. Er zijn verschillende situaties waarin een blanco antwoord geregistreerd wordt: Een antwoord op een multiple choice vraag werd als blanco beschouwd wanneer geen enkel bolletje ingekleurd was. Wanneer leerlingen een antwoord gaven, maar dit doorstreepten zonder een nieuw antwoord te geven, werd dit als een blanco antwoord beschouwd. Wanneer leerlingen enkel een vraagteken of een kleine krabbel invulden, werd dit als een blanco antwoord beschouwd. In al deze gevallen werd het antwoord ingevoerd als blanco en meer concreet als code We kiezen voor een numerieke code in functie van diverse databasesoftware waarbij het belangrijk is dat voor bepaalde variabelen enkel numerieke antwoorden worden weggeschreven. Wanneer leerlingen de vragen wel op een geldige manier beantwoordden, maar nog een opmerking opschreven, werd het antwoord weggeschreven op de normale manier. De opmerking van de leerling werd echter ook bijgehouden bij de bisvariabele Fase 2: Scoring Na de invoer werden de antwoorden van de leerlingen gescoord. Onder scoring begrijpen we enkel het juist of fout rekenen van de antwoorden. Dit juist of fout rekenen, resulteert vervolgens in een score 1 of 0 voor respectievelijk een juist of een fout antwoord op een item. In de volgende paragrafen bespreken we hoe dit proces verliep voor de multiple choice vragen. De multiple choice vragen bestonden uit twee types: er waren vragen waarbij slechts één bolletje aangeduid moest worden en vragen waarbij meerdere bolletjes aangeduid moesten worden. Bij het eerste type werd een antwoord enkel juist gerekend indien de leerling het juiste bolletje aanduidde. Bij het tweede type werd het antwoord enkel juist gerekend wanneer de leerling alle juiste bolletjes aanduidde. Enkel wanneer leerlingen het juiste bolletje of de juiste bolletjes hadden aangeduid werd Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 14

22 hun antwoord als juist beoordeeld en kreeg het antwoord de score 1. In alle andere gevallen (waaronder ook blanco en ongeldige antwoorden) werd de score 0 gegeven. Dit proces waarin de multiple choice vragen werden gescoord resulteerde in een score 0 of 1 per item per leerling. Deze scores werden in de LiSO databank weggeschreven als scorevariabelen Fase 3: Berekening vaardigheidsscores In deze paragraaf wordt beschreven hoe de vaardigheidsscore van iedere leerling berekend werd. We bespreken hiervoor eerst kort de item respons theorie (IRT). Dit is het model waarmee de vaardigheidsscore van iedere leerling bepaald wordt. Vervolgens bespreken we kort hoe de berekening van deze vaardigheidsscore door middel van IRT verloopt. Zowel in de klassieke testtheorie (KTT) als in de item-respons theorie (IRT) wordt de vaardigheid van een leerling berekend op basis van het al dan niet correct beantwoorden van een aantal items binnen een test. Tevens wordt in beide theorieën de moeilijkheid van een item berekend op basis van het aantal personen dat een juist antwoord geeft op het item. Waarin IRT echter verschilt van KTT is dat tussen de moeilijkheidsgraad van items en de vaardigheid van leerlingen een specifieke relatie wordt gelegd. Door deze relatie worden zowel de moeilijkheid van de items als de vaardigheden van leerlingen op één figuurlijke meetschaal vastgelegd. Hoe lager een item zich op deze meetschaal bevindt, hoe makkelijker dit is; hoe hoger een item zich op deze meetschaal bevindt, hoe moeilijker dit is. Hoe lager een leerling zich op deze meetschaal bevindt, hoe minder vaardigheid deze heeft, hoe hoger de leerling zich op deze meetschaal bevindt, hoe meer vaardigheid deze heeft. Het is hierbij de afstand tussen de vaardigheid van een persoon en de moeilijkheid van een item die bepaalt wat de kans is dat een item correct wordt opgelost. Wanneer de vaardigheid en de moeilijkheid zich op hetzelfde punt van de meetschaal bevinden, is de kans 50% dat de persoon het item juist heeft. Op deze manier komt IRT tot één figuurlijke meetschaal waarop zowel moeilijkheid als vaardigheid gesitueerd kunnen worden. Dankzij IRT analyses kan deze meetschaal ook over verschillende toetsen heen geconstrueerd worden. Hierdoor kunnen de scores op verschillende toetsen met elkaar vergeleken worden. De enige voorwaarde hiervoor is dat de verschillende toetsen steeds enkele items gemeenschappelijk hebben. Het LiSO-project gebruikt IRT-analyses omdat de scores op verschillende testen met elkaar vergeleken moeten worden. Eén gemeenschappelijke meetschaal over verschillende testen is dan ook noodzakelijk. Enkel zo kan de vooruitgang van leerlingen doorheen de tijd beschreven worden. Bijgevolg zijn IRT analyses noodzakelijk voor de berekening van de vaardigheidsscore. Deze vaardigheidsscore kan als volgt geïnterpreteerd worden: hoe hoger de vaardigheidsscore van een leerling, hoe hoger zijn of haar vaardigheid is voor Frans. Leerlingen kunnen door middel van deze vaardigheidsscore met elkaar vergeleken worden. Binnen één test is er steeds een minimum en maximum vaardigheidsscore. Deze worden bepaald door de moeilijkheid van de items behorende tot deze test. Toch is er in principe geen minimum of maximum vaardigheidsscore, aangezien er steeds testen ontwikkeld kunnen worden met moeilijkere en/of gemakkelijkere items. De berekening van de vaardigheidsscore verloopt in twee zich steeds herhalende stappen. De eerste stap is dat op basis van de 0 en 1 scores de tijdelijke moeilijkheidsparameters berekend worden per item. De tweede stap is de berekening van de tijdelijke vaardigheidsparameters op basis van de 0 en Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 15

23 1 scores en de tijdelijke moeilijkheidsparameters. Vervolgens is er een herhaling van de eerste stap. Nu worden de moeilijkheidsparameters echter niet enkel berekend op basis van de 0 en 1 scores, maar worden ook de tijdelijke vaardigheidsparameters in de berekening opgenomen. Vervolgens is er een herhaling van stap 2 waar rekening gehouden wordt met de nieuwe tijdelijke moeilijkheidsparameters. Deze twee stappen herhalen zich een aantal keer totdat de moeilijkheidsen vaardigheidsparameters stabiel blijven (convergentie). Wanneer deze stabiliteit bereikt is, zijn de vaardigheidsscores en de moeilijkheidsparameter van de items berekend. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 16

24 Hoofdstuk 3 Responsgegevens en resultaten 3.1 Responsgegevens De totale LiSO-steekproef aan het begin van het eerste leerjaar secundair onderwijs (september 2013) bestond uit leerlingen in 51 scholen (bestaande uit 69 instellingsnummers). Binnen de steekproef waren leerlingen ingeschreven in het eerste leerjaar A en 824 leerlingen ingeschreven in het eerste leerjaar B. In tabel 3 wordt de steekproef van leerlingen weergegeven. Tabel 3 Steekproef leerlingen september 2013 Stroom N leerlingen (%) Eerste leerjaar A (87,28%) Eerste leerjaar B 824 (12,72%) TOTAAL (100%) Van het totaal aantal scholen in de LiSO steekproef namen er 50 deel aan de toetsen Frans begin eerste leerjaar. Eén school nam dus niet deel aan de eerste afname. Deze school had op 1 september leerlingen, waarvan 64 leerlingen in het eerste leerjaar A en 49 leerlingen in het eerste leerjaar B. Zo komen we tot de substeekproef voor Frans die op september 2013 bestond uit leerlingen, waarvan leerlingen in het eerste leerjaar A en 775 in het eerste leerjaar B zaten. In tabel 4 wordt de substeekproef van leerlingen weergegeven. Alle leerlingen waarvan een ingevuld antwoordblad ontvangen werd met minstens één antwoord werd beschouwd als een respons. Indien er toetsen ontvangen werden zonder dat er iets ingevuld werd, werd dit beschouwd als een non respons. Op basis van de hiervoor beschreven substeekproef werd vervolgens de leerlingenrespons berekend. In tabel 4 wordt de respons van de leerlingen in de substeekproef weergegeven. We merken op dat de respons van de leerlingen iets lager is op deze toets dan op de andere toets. De oorzaak hiervan is dat enkele klassen niet hebben deelgenomen aan de toetsen Frans. Van de ontvangen ingevulde antwoordbladen beschouwen we er enkele als onbetrouwbaar voor analyses. Bij enkele leerlingen stellen we immers vast dat zij zeer weinig items van de betreffende toets invulden en/of heel wat items op een ongeldige manier invulden. We vermoeden dat de toetsen van deze leerlingen geen betrouwbare meting zijn van hun vaardigheid. Daarom besluiten we om de betreffende toetsscores uit de analyses weg te laten. We nemen als criterium dat een toets pas betrouwbaar is voor analyses wanneer meer dan de helft van de items op een geldige manier werd ingevuld. Dit wil zeggen dat alle toetsen waarbij de helft of meer items ongeldig of blanco werden ingevuld (zie hoofdstuk 2 voor beschrijving blanco en ongeldig) als onbetrouwbaar voor analyses worden beschouwd. Voor de toets Frans eerste leerjaar A registreren we vijf toetsen waarbij minder dan de helft van de items geldig werd ingevuld. Voor de toets Frans eerste leerjaar B Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 17

25 registreren we zeven toetsen waarbij minder dan de helft van de items geldig werd ingevuld. In tabel 4 geven we het aantal geldige toetsen weer op het totaal aantal ontvangen toetsen. Tabel 4 Responsgegevens N leerlingen (%) Stroom Substeekproef Respons Leerlingen (binnen de substeekproef) Geldig ingevulde toetsen (binnen de respons) Eerste leerjaar A 5.591/5.655 (98,87%) Eerste leerjaar B 775/824 (94,05%) TOTAAL 6366/6479 (98,26%) 5.300/5.591 (94,80%) 671/775 (86,58%) 5.971/6.366 (93,80%) 5.295/5.300 (99,91%) 664/671 (98,96%) 5.959/5.971 (99,80%) 3.2 Afnamedata De scholen kregen vanaf het ontvangstmoment (5, 6, 12 en 13 september) tot 1 oktober de tijd om het toetsmateriaal bij de leerlingen af te nemen. Voor de meeste leerlingen werd hieraan voldaan, maar niet voor alle leerlingen. In een aantal gevallen werden de toetsen aanzienlijk later afgenomen (tot en met 15 oktober). In tabel 5 wordt weergegeven voor hoeveel leerlingen de afnamedatum van 1 oktober overschreden werd. Tabel 5 Overschrijding uiterste afnamedatum N leerlingen (%) Stroom Afname 10/09 01/10 Afname 02/10 15/10 Eerste leerjaar A 4.780/5.295 (90,27%) Eerste leerjaar B 599/664 (90,21%) TOTAAL 5379/5.959 (90,27%) 515/5.295 (9,73%) 65/664 (9,79%) 580/5.959 (9,73%) Dit betekent dat er sprake is van een vrij lange toetsperiode (van 10 september tot 15 oktober). Dit kan de vergelijkbaarheid van de toetsresultaten tussen verschillende scholen en klassen in het gedrang brengen. We verwachten immers dat leerlingen bij wie de toets werd afgenomen na 1 oktober hoger scoren dan leerlingen waarbij de toets werd afgenomen tot en met 1 oktober. De eerste groep heeft namelijk al meer lesuren Frans gevolgd dan de tweede groep. Uit de gegevens van de toets Frans begin eerste leerjaar A blijkt het verschil tussen beide groepen echter verwaarloosbaar te zijn. De groep waarbij de toets werd afgenomen na 1 oktober behaalde een gemiddelde vaardigheidsscore van 0,02 (SD=0,77) terwijl de groep waarbij de toets werd afgenomen Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 18

26 tot en met 1 oktober een gemiddelde vaardigheidsscore van 0,11 behaalde (SD=0,80). Uit de gegevens van de toets Frans begin eerste leerjaar B blijkt er eveneens een verwaarloosbaar effect te zijn. De groep waarbij de toets werd afgenomen na 1 oktober behaalde een gemiddelde vaardigheidsscore van 1,14 (SD=0,77) terwijl de groep waarbij de toets werd afgenomen tot en met 1 oktober een gemiddelde vaardigheidsscore van 1,11 behaalde (SD=0,77) De hypothese dat de enkele weken meer les tot hogere resultaten zou leiden, wordt dus verworpen. Het is echter cruciaal dat de grote spreiding van afnamedata niet leidt tot een vertekening van de resultaten. Daarom werden alle volgende analyses in dit rapport zowel uitgevoerd met als zonder de leerlingen die na 1 oktober hun toetsen invulden. Equivalente resultaten werden steeds bekomen en er was geen indicatie van vertekening. Om deze reden worden enkel de resultaten besproken waarbij alle leerlingen opgenomen zijn. In figuur 1 wordt de cumulatieve frequentieverdeling weergegeven van de afnamedata van het eerste leerjaar A. Deze grafiek geeft per dag weer hoeveel leerlingen de toetsen tot dan toe invulden. Hierbij zien we dat de meeste leerlingen hun toetsen aflegden tussen 22 september en 6 oktober. Figuur 1 Cumulatieve frequentieverdeling afnamedata 1A In figuur 2 wordt de cumulatieve frequentieverdeling weergegeven van de afnamedata van het eerste leerjaar B. Deze grafiek geeft per dag weer hoeveel leerlingen de toetsen tot dan toe invulden. Hierbij zien we dat ook in het eerste leerjaar B de meeste leerlingen hun toetsen aflegden tussen 22 september en 6 oktober. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 19

27 Figuur 2 Cumulatieve frequentieverdeling afnamedata 1B In tabel 6 worden percentiel 10, percentiel 25, de mediaan, percentiel 75 en percentiel 90 van de afnamedata weergegeven. De percentielen van de afnamedata geven weer op welke datum dat minstens 10%, 25%, 75% of 90% van de leerlingen de toets reeds hadden ingevuld. De mediaan geeft weer wanneer minstens 50% van de leerlingen de toets reeds hadden ingevuld, deze is dus gelijk aan percentiel 50. Hier zien we dat minstens 50% van de toetsen van het eerste leerjaar A werden ingevuld tussen 23/09 en 29/09. Voor het eerste leerjaar B is er een iets grotere spreiding en werden minstens 50% van de toetsen ingevuld tussen 21/09 en 30/09. Minstens 90% van de toetsen van het eerste leerjaar A werden ingevuld voor 01/10 terwijl minstens 90% van de toetsen van het eerste leerjaar B werden ingevuld voor 03/10. Tabel 6 Verdelingskenmerken afnamedata begin eerste leerjaar A en B P10 P25 P50 P75 P90 Eerste leerjaar A 18/09 23/09 26/09 29/09 01/10 Eerste leerjaar B 16/09 21/09 26/09 30/09 03/10 Bron: LiSO project (Schooljaar ) 3.3 Validiteit Er werd onderzocht of de toetsen Frans begin eerste leerjaar één of meerdere achterliggende vaardigheden meten. Indien er slechts evidentie is voor één vaardigheid dan verleent dit steun aan de hypothese dat de toets enkel vaardigheid in Frans meet. Daarom werd een exploratieve factoranalyse uitgevoerd op de items van zowel de toets Frans begin eerste leerjaar A als de toets Frans begin eerste leerjaar B. Het doel van deze factoranalyse is om na te gaan of een één Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 20

28 factoroplossing de beste factoroplossing is voor een geheel van items. Indien dit zo blijkt te zijn is dit een sterke indicatie van een valide toetsinstrument. Om te bepalen of een één factoroplossing de beste factoroplossing is, wordt zowel gebruik gemaakt van een screeplot als van de proportie verklaarde variantie 7 van de verschillende factoren. Voor de toets Frans begin eerste leerjaar A werd de factoranalyse enkel uitgevoerd op de 33 items die in de vier varianten voorkomen. Immers, er kan geen factoranalyse uitgevoerd worden op alle items en alle leerlingen tezamen omdat bepaalde items uniek zijn per variant (zie paragraaf 1.1.1). Op basis van de analyses besluiten we voor de toets Frans begin eerste leerjaar A dat de éénfactoroplossing de beste factoroplossing is. We vinden immers dat 13,71% van de variantie in de toetsscores verklaard wordt door de eerste factor. Ook de screeplot (zie figuur 3) wijst op een éénfactoroplossing als de beste factoroplossing. Deze zelfde factoranalyse werd ook uitgevoerd op elke toetsvariant apart met alle items en daarbij werden respectievelijke 13,52%, 13,47%, 12,53% en 12,65% van de totale variantie verklaard door de eerste factor. De screeplots van deze factoranalyses wijzen ook op de één factoroplossing als de beste factoroplossing (zie bijlage 11). Figuur 3 Screeplot factoranalyse toets Frans begin eerste leerjaar A Op basis van dezelfde criteria besluiten we voor de toets Frans begin eerste leerjaar B dat de éénfactoroplossing de beste factoroplossing is. We vinden immers dat 15,77% van de variantie in de toetsscores verklaard wordt door de eerste factor. Ook de screeplot (zie figuur 4) wijst op een éénfactoroplossing als de beste factoroplossing. 7 Criterium Proportie verklaarde variantie : enkel factoren die minstens 5% van de variantie verklaren worden weerhouden. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 21

29 Figuur 4 Screeplot factoranalyse toets Frans begin eerste leerjaar B 3.4 Betrouwbaarheid Om de betrouwbaarheid van de toetsen Frans eerste leerjaar A en B na te gaan, werden de Cronbachs alfacoëfficiënten 8 berekend voor beide toetsen. In tabel 7 worden de Cronbachs alfacoëfficiënten (Alfa) weergegeven voor het eerste leerjaar A, eerste leerjaar A variant één, eerste leerjaar A variant twee, eerste leerjaar A variant drie, eerste leerjaar A variant vier en het eerste leerjaar B. De alfa voor het eerste leerjaar A werd berekend op basis van alle gemeenschappelijke items over de vier varianten. Er wordt ook weergegeven op hoeveel geldig ingevulde toetsen de Cronbachs alfacoëfficiënten werden berekend. 8 Een Cronbachs alfacoëfficiënt is een maat voor de interne consistentie van de items van een test. Hoe hoger deze maat hoe consistenter de items zijn in het meten van een bepaalde vaardigheid. Hoe dichter bij 1 de Cronbachs alfa, hoe meer betrouwbaar de schaal is. Hierbij is wat als voldoende betrouwbaar beschouwd wordt grotendeels afhankelijk van de context waarin men de schaal gebruikt. In dit technisch rapport kiezen we ervoor om de meest gangbare cutoff van 0,70 te hanteren om een schaal als voldoende betrouwbaar te beschouwen (Lance, Butts & Michels, 2006). Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 22

30 Tabel 7 Betrouwbaarheid toetsen Frans begin eerste leerjaar A en begin eerste leerjaar B N Alfa Eerste leerjaar A ,79 Eerste leerjaar A Variant ,80 Eerste leerjaar A Variant ,80 Eerste leerjaar A Variant ,78 Eerste leerjaar A Variant ,78 Eerste leerjaar B 664 0,70 De toetsen Frans begin eerste leerjaar A en B hebben een voldoende hoge betrouwbaarheid volgens de berekende Cronbachs alfacoëfficiënten. Deze uitkomst bevestigt dat bij het opstellen van de toetsen de betrouwbaarheid een belangrijk criterium was. Bij de berekening van de Cronbachs alfacoëfficiënten werden blanco en ongeldige antwoorden mee opgenomen. Zij werden logischerwijs als een foutief antwoord beschouwd. De alfacoëfficiënten konden niet verder verhoogd worden door het weglaten van één of meerdere items. 3.5 Verdelingskenmerken Tabel 8 bevat verschillende verdelingskenmerken van de toetsen Frans: het aantal leerlingen dat de gemeenschappelijke items van de toetsen Frans eerste leerjaar A en B op een geldige manier heeft ingevuld (N), de gemiddelde ruwe score 9 voor het eerste leerjaar A en voor het eerste leerjaar B, de bijbehorende standaardafwijking (SD), de laagste en de hoogste geregistreerde score (Min en Max) en de scheefheidcoëfficiënt. Tabel 8 Verdelingskenmerken toetsen Frans begin eerste leerjaar A & B Toets N Ruwe score SD Min Max Scheefheid Frans 1A ,32 4, ,71 Frans 1A Variant ,57 5, ,53 Frans 1A Variant ,66 5, ,67 Frans 1A Variant ,13 5, ,54 Frans 1A Variant ,23 4, ,65 Frans 1B ,34 3, ,01 9 De ruwe score van een leerling is de som van het aantal juiste antwoorden dat een leerling gaf op de items van de toets. Voor een juist antwoord krijgt een leerling één punt, voor een fout antwoord krijgt een leerling nul punten. Er wordt bij de berekening van de ruwe score dus geen rekening gehouden met de moeilijkheid van de items. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 23

31 De toets Frans begin eerste leerjaar A bestond uit 32 gemeenschappelijke items, waardoor de leerlingen maximaal een ruwe score van 32 en minimaal een ruwe score van 0 konden behalen. De gemiddelde ruwe score van 24,32 ligt boven het theoretisch gemiddelde 10 van 16. Dit wijst er op dat voor de leerlingengroep de toets gemiddeld genomen relatief gemakkelijk was. De spreiding is op basis van de standaarddeviatie van 4,63 niet te hoog. Geen enkele leerling behaalde een nulscore. De maat voor scheefheid wijst op een links scheve verdeling. Dit wijst er op dat er beter gedifferentieerd kan worden tussen leerlingen met lagere scores dan tussen leerlingen met hogere scores. In figuur 5 zien we dat de hierboven beschreven verdelingskenmerken bevestigd worden, tevens zien we hier een beperkt plafondeffect 11. Voor de verschillende varianten worden er gelijkaardige resultaten gevonden, deze worden weergegeven in tabel 9. Figuur 5 Frequentieverdeling ruwe scores Frans begin eerste leerjaar A (gemeenschappelijk items) De toets Frans begin eerste leerjaar B bestond uit 21 items, waardoor de leerlingen maximaal een ruwe score van 36 en minimaal een ruwe score van 0 konden behalen. De gemiddelde ruwe score van 12,34 ligt niet ver boven het theoretisch gemiddelde van 10,5. De spreiding is op basis van de standaarddeviatie van 3,71 niet te hoog. Geen enkele leerling behaalde een nulscore noch de maximale score. De maximale ruwe score die behaald werd is 21, dit is ook het maximum dat behaald kon worden op deze toets. De maat voor scheefheid wijst op een verwaarloosbare linksscheve verdeling. In figuur 6 zien we dat de hierboven beschreven verdelingskenmerken bevestigd worden. De testscores volgen daarbij in grove mate de standaardnormale verdeling. 10 Een theoretisch gemiddelde van een test is het gemiddelde van het totaal aantal items in een test. 11 Een plafondeffect bij een toets duidt erop dat een groot aantal respondenten de maximale testscore behaald. Bijgevolg kan de test niet differentiëren in de vaardigheid van de leerlingen die de maximale testscore behalen. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 24

32 Figuur 6 Frequentieverdeling ruwe scores Frans begin eerste leerjaar B De tabellen 9 en 10 geven de itemkenmerken weer voor de toetsen Frans begin eerste leerjaar A en B. Beide tabellen bevatten per item de proportie leerlingen die het juiste antwoord hebben ingevuld (P juist ) en de proportie leerlingen die een fout antwoord hebben ingevuld (P fout ). Indien een leerling een item niet of ongeldig heeft ingevuld, wordt dit ook als een fout antwoord beschouwd. Daarnaast wordt ook de proportie blanco antwoorden per item weergegeven (Blanco) alsook de proportie ongeldige antwoorden (Ongeldig). Verder wordt de proportie leerlingen weergegeven die een fout antwoord hebben ingevuld, zonder de ongeldige en blanco antwoorden mee te tellen (P Fout Aangepast ) Tot slot wordt ook per item de item totaalcorrelatie gegeven (R it ). We onderscheiden een gematigde moeilijkheidsgraad (P juist waarde tussen 0,40 en 0,60), een gemakkelijke moeilijkheidsgraad (P juist waarde groter dan 0,60) en een moeilijke moeilijkheidsgraad (P juist waarde kleiner dan 0,40). Ook de zeer moeilijke items (P juist waarde kleiner dan 0,10) als de zeer gemakkelijke items worden benoemd (P juist waarde groter dan 0,90). 10 items van de toets Frans begin eerste leerjaar A hebben een gematigde moeilijkheidsgraad, 25 items zijn gemakkelijk en 4 items zijn moeilijk. Geen enkel item kan als zeer moeilijk gecategoriseerd worden, terwijl 6 items zeer gemakkelijk zijn. 8 items van de toets Frans begin eerste leerjaar B hebben een gematigde moeilijkheidsgraad, 11 items zijn gemakkelijk en 2 items van de zijn moeilijk. Geen enkel item kan als zeer gemakkelijk of zeer moeilijk gecategoriseerd worden. De itemtotaalcorrelaties 12 voor de toets Frans begin eerste leerjaar A situeren zich tussen 0,04 en 0,46. 9 items hebben een itemtotaalcorrelatie lager dan 0,20. Voor de toets Frans begin eerste 12 Een itemtotaalcorrelatie geeft weer hoe sterk een item samenhangt met de andere items van een test. Er wordt verwacht dat deze itemcorrelatie steeds positief is. Immers, de verschillende items meten dezelfde vaardigheid en horen bijgevolg samen te hangen. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 25

33 leerjaar B situeren de itemtotaalcorrelaties zich tussen 0,09 en 0,37. 4 items hebben een itemtotaalcorrelatie lager dan 0,20. Tabel 9 Itemkenmerken toets Frans begin eerste leerjaar A Item P Juist P Fout Blanco Ongeldig P Fout Aangepast R it S001 0,92 0,08 0,00 0,00 0,08 0,13 S002 0,97 0,03 0,00 0,00 0,03 0,16 S003 0,77 0,23 0,00 0,00 0,23 0,43 S004 0,60 0,4 0,00 0,01 0,39 0,22 S005 0,78 0,22 0,00 0,00 0,22 0,31 S006 0,78 0,22 0,00 0,00 0,22 0,35 S007 0,85 0,15 0,00 0,00 0,15 0,34 S008 0,94 0,06 0,00 0,00 0,06 0,28 S009 0,95 0,05 0,00 0,00 0,05 0,15 S010 0,85 0,15 0,00 0,00 0,15 0,32 S011 0,79 0,21 0,00 0,00 0,21 0,37 S012 0,93 0,07 0,00 0,00 0,07 0,29 S013 0,47 0,53 0,00 0,00 0,53 0,20 S014 0,55 0,45 0,00 0,00 0,45 0,46 S015 0,79 0,21 0,00 0,00 0,21 0,29 S016 0,57 0,43 0,00 0,00 0,43 0,29 S017 0,70 0,30 0,00 0,00 0,3 0,33 S018 0,61 0,39 0,00 0,01 0,38 0,20 S019 0,75 0,25 0,00 0,02 0,23 0,20 S020 0,85 0,15 0,00 0,00 0,15 0,18 S021 0,75 0,25 0,00 0,00 0,25 0,41 S022 0,68 0,32 0,00 0,01 0,31 0,29 S023 0,63 0,37 0,00 0,00 0,37 0,33 S024 0,82 0,18 0,01 0,00 0,17 0,22 S025 0,91 0,09 0,01 0,00 0,08 0,32 S026 0,67 0,33 0,01 0,00 0,32 0,25 S027 0,86 0,14 0,00 0,00 0,14 0,22 S028 0,86 0,14 0,00 0,00 0,14 0,15 S ,55 0,45 0,00 0,00 0,45 0,24 S030 0,72 0,28 0,01 0,00 0,27 0,39 S031 0,55 0,45 0,01 0,00 0,44 0,31 S032 0,62 0,38 0,01 0,00 0,37 0,25 S033 0,86 0,14 0,01 0,00 0,13 0,24 Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 26

34 Var1S ,39 0,61 0,00 0,00 0,61 0,35 Var1S ,65 0,35 0,00 0,00 0,35 0,20 Var1S ,60 0,40 0,00 0,00 0,4 0,34 Var2S ,46 0,54 0,00 0,00 0,54 0,09 Var2S ,67 0,33 0,01 0,00 0,32 0,23 Var2S ,38 0,62 0,00 0,00 0,62 0,23 Var3S ,34 0,66 0,00 0,00 0,66 0,16 Var3S ,51 0,49 0,00 0,00 0,49 0,26 Var3S ,25 0,75 0,00 0,00 0,75 0,04 Var4S ,45 0,55 0,00 0,00 0,55 0,15 Var4S ,80 0,20 0,00 0,00 0,2 0,21 Var4S ,63 0,37 0,00 0,00 0,37 0,30 1 De itemkenmerken van items Var1S001, Var1S002 en Var1S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 1. 2 De itemkenmerken van items Var2S001, Var2S002 en Var2S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 2. 3 De itemkenmerken van items Var3S001, Var3S002 en Var3S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 3. 4 De itemkenmerken van items Var4S001, Var4S002 en Var4S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 4. 5 De itemkenmerken van item S029 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A varianten 1, 2 en 3. Tabel 10 Itemkenmerken Toets Frans Begin Eerste Leerjaar B Item P Juist P Fout Blanco Ongeldig P Fout Aangepast R it S001 0,68 0,32 0,01 0,00 0,31 0,19 S002 0,81 0,19 0,00 0,00 0,19 0,29 S004 0,27 0,73 0,01 0,01 0,71 0,09 S005 0,45 0,55 0,00 0,02 0,53 0,33 S006 0,43 0,57 0,01 0,01 0,55 0,29 S007 0,4 0,6 0,01 0,01 0,58 0,35 S008 0,61 0,39 0,01 0,00 0,38 0,33 S009 0,76 0,24 0,01 0,01 0,22 0,36 S010 0,51 0,49 0,00 0,00 0,49 0,31 S012 0,64 0,36 0,01 0,00 0,35 0,31 S015 0,49 0,51 0,00 0,01 0,51 0,29 S017 0,48 0,52 0,01 0,01 0,5 0,25 S019 0,49 0,51 0,01 0,01 0,49 0,14 S020 0,72 0,28 0,01 0,01 0,26 0,27 S024 0,67 0,33 0,02 0,01 0,30 0,23 Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 27

35 S025 0,73 0,27 0,01 0,00 0,26 0,37 S026 0,52 0,48 0,02 0,02 0,44 0,23 S027 0,76 0,24 0,00 0,00 0,24 0,22 S028 0,77 0,23 0,01 0,00 0,22 0,19 S029 0,38 0,62 0,01 0,00 0,61 0,25 S033 0,76 0,24 0,01 0,00 0,23 0, Opmerkingen bij toetsafname Leerkrachten kregen op het aanwezigheidsblad van de toetsen Frans begin eerste leerjaar A en B steeds de mogelijkheid om opmerkingen te schrijven over de testafname. De meeste leerkrachten schreven geen opmerkingen op de aanwezigheidsbladen. De opmerkingen die wel geschreven werden, werden gecategoriseerd volgens inhoud. Hieruit bleek dat er één categorie was waarin meerdere keren een opmerking werd gegeven, namelijk opmerkingen over specifieke leerlingen. De meeste van deze opmerkingen hebben betrekking op het gedrag van de leerling tijdens de toetsafname. Andere opmerkingen hebben betrekking op leer/gedragsproblemen van leerlingen die mogelijk een impact hebben op de toetsafname. 3.7 IRT: Moeilijkheidsgraad en discriminatiegraad In tabel 11 worden voor de toetsen Frans begin eerste leerjaar de moeilijkheidsgraden en de discriminatiegraden van de items weergegeven zoals berekend door de IRT-analyses. De moeilijkheidsgraad van een item is een parameter die aangeeft hoe moeilijk een item is. De moeilijkheidsgraad wordt gebruikt om de kans te bepalen dat leerlingen met een bepaald niveau van vaardigheid het item juist oplossen. De discriminatiegraad van een item is een parameter die aangeeft hoe sterk een item onderscheid maakt tussen leerlingen met een verschillend vaardigheidsniveau. Var3S003 werd niet opgenomen in de finale IRT scoring omdat dit item niet kon onderscheiden tussen leerlingen met verschillende vaardigheidsniveaus. Dit is conform aan de itemkenmerken van dit item in tabel 9. Hier zien we dat leerlingen niet beter scoren voor dit multiple choice item dan we op basis van toeval kunnen verwachten. Tabel 11 Moeilijkheidsgraad en discriminatiegraad toets Frans begin eerste leerjaar Item Discriminatiegraad Moeilijkheidsgraad S001 0,79 2,92 S ,67 S S S ,14 S ,04 Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 28

36 S ,23 S ,80 S ,49 S ,41 S ,07 S ,80 S ,35 S ,04 S ,30 S ,25 S ,85 S ,69 S ,58 S ,54 S ,87 S ,88 S ,50 S ,18 S ,90 S ,01 S ,53 S ,47 S ,83 S ,80 S ,14 S ,63 S ,33 Var1S ,62 Var1S ,17 Var1S ,35 Var2S ,85 Var2S ,04 Var2S ,00 Var3S ,63 Var3S ,05 Var3S003 3 Var4S ,63 Var4S ,89 Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 29

37 Var4S ,54 1 De itemkenmerken van items Var1S001, Var1S002 en Var1S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 1. 2 De itemkenmerken van items Var2S001, Var2S002 en Var2S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 2. 3 De itemkenmerken van items Var3S001, Var3S002 en Var3S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 3. 4 De itemkenmerken van items Var4S001, Var4S002 en Var4S003 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A variant 4. 5 De itemkenmerken van item S029 zijn berekend op de scores van de toets Frans 1A varianten 1, 2 en 3. Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 30

38 BIJLAGEN Toetsen Frans begin eerste leerjaar: instrumentontwikkeling en resultaten 31

39 Bijlage 1 Brief LiSO-contactpersoon

40 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven Beste school, U ontving van ons het nodige afnamemateriaal voor de LiSO bevraging van september oktober 2013 van alle leerlingen die in het eerste jaar van de eerste graad zitten in uw school. Graag geven wij hierbij een woordje uitleg. De pakketten werden u aangeleverd per instellingsnummer en zijn geordend per klas met de leerlingen in alfabetische volgorde. Indien we nog niet over de indeling in klassen beschikten bij het opmaken van het afnamemateriaal, werden alle leerlingen per stroom (1A vs. 1B) alfabetisch geordend. We rekenen op uw hulp voor de correcte verdeling van het afnamemateriaal. Er moeten drie toetsen worden afgenomen: een toets Frans, een toets wiskunde en een toets Nederlands. U kiest als school zelf of u deze toetsen laat afnemen door de betreffende vakleerkracht dan wel op een gezamenlijk moment voor alle leerlingen. Elke afname duurt 1 à 2 lestijden. Bij elke toets zit een handleiding voor de leerkracht/toetsleider alsook een aanwezigheidslijst om de deelnemende leerlingen te registreren. Daarnaast is er een leerlingvragenlijst die door elke leerling moet worden ingevuld. Ook hier laten we de keuze aan u of u deze vragenlijst laat afnemen door bijvoorbeeld de klastitularis dan wel tijdens een gezamenlijk moment voor alle leerlingen. De afname duurt hoogstens 1 lestijd. Bij elke leerlingvragenlijst zit een handleiding voor de leerkracht/toetsleider, alsook een aanwezigheidslijst om de deelnemende leerlingen te registreren. Tot slot ontving u ook oudervragenlijsten. We vragen aan elke leerling om deze te laten invullen door zijn/haar ouders. We raden aan om de oudervragenlijsten te laten uitdelen door de klastitularis. Hij of zij kan dan ook meteen registreren welke leerling de oudervragenlijst reeds ingevuld terugbracht. Bij elke oudervragenlijst zit opnieuw een handleiding voor de leerkracht/toetsleider, alsook een registratielijst om te registreren welke leerlingen de vragenlijst reeds ingevuld terugbrachten. Het kan zijn dat er, nadat het LiSO team uw administratieve gegevens opvroeg, leerlingen zijn bijgekomen in uw school. Dit is geen probleem. We voorzien bij elk pakket extra toetsen en vragenlijsten. De leerkracht/toetsleider dient dan wel het stamnummer van de leerling op de toets te schrijven, bij wijze van unieke identificatie. Het kan dus zijn dat de leerkracht deze informatie komt opvragen indien nodig. Indien er vragenlijsten of toetsen tekort zouden zijn, mag u ons uiteraard altijd contacteren. We vragen u om alle toetsen en vragenlijsten vóór 1 oktober terug te verzamelen. Gebruik hiervoor de dozen waarmee het onderzoeksteam het afnamemateriaal naar de school bracht. Het LiSO team zal het afnamemateriaal persoonlijk komen ophalen op donderdag 3 oktober Gelieve tegen die tijd alle dozen te hebben klaarstaan.

41 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven Indien het niet zou lukken alle vragenlijsten en toetsen tijdig te verzamelen, kan u de nog ontbrekende toetsen en vragenlijsten kosteloos nasturen via bpost. Indien het bijvoorbeeld gaat om enkele oudervragenlijsten, gebruik dan een A4 omslag. Indien het om een groter pakket gaat, gebruik dan één van de dozen waarmee het onderzoeksteam het afnamemateriaal naar de school bracht. Bij het terugzenden van meerdere dozen kan u deze afzonderlijke dozen stevig aan elkaar bevestigen met tape, plakband of touw. Om het u makkelijker te maken, hebben wij reeds een label met onze gegevens toegevoegd aan het pakket. Kleef deze sticker in de rechterbenedenhoek van de omslag, de doos of het pakket. Waak erover dat de barcode niet bedekt wordt met tape, plakband of touw. De barcode moet goed zichtbaar zijn. U hoeft de omslag, de doos of het pakket met afnamemateriaal niet te frankeren. Bpost rekent ons de verzendingskosten aan. Ga naar het postkantoor in de buurt. Indien de postbeambte het pakket weigert, gelieve in dat geval nog eens expliciet te vermelden dat het een verzending TAXIPOST EASY RETOUR betreft. Bij eventuele problemen kan u terecht bij LiSO medewerker Ilka Fidlers ( ). Alvast bedankt voor uw medewerking! Met vriendelijke groeten, Het LiSO team Indien u vragen of opmerkingen heeft, mag u ons altijd contacteren: Eef Stevens Coördinator LiSO Centrum voor Onderwijseffectiviteit en evaluatie KU Leuven Dekenstraat 2 bus Leuven E mail: eef.stevens@ppw.kuleuven.be of info@lisoproject.be Telefoon: (voor dringende zaken: ) Website:

42 Bijlage 2 Handleiding leerkracht eerste leerjaar A

43 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven HANDLEIDING VOOR DE LEERKRACHT/TOETSLEIDER TOETS FRANS 1A SEPTEMBER OKTOBER 2013

44 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven CONCRETE AFNAME-RICHTLIJNEN Dit is de toets Frans voor de leerlingen van 1A. Er is een toetsboekje en een antwoordblad voor elke leerling. Het toetsboekje bevat alle opgaven. De leerling mag hierin zoveel schrijven als hij/zij wil. De definitieve antwoorden moeten overgeschreven worden op het antwoordblad. De antwoordbladen zijn op naam. Elke leerling heeft dus een gepersonaliseerd antwoordblad. Op dit antwoordblad staat een unieke cijfercombinatie voor elke leerling, alsook zijn of haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas. Vraag aan de leerlingen om te controleren of alle voorgedrukte gegevens (voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas) correct zijn. Indien er iets niet juist is, mogen de leerlingen het doorstrepen en verbeteren. Vraag vervolgens aan de leerlingen dat ze hun unieke cijfercombinatie, voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas overschrijven op hun toetsboekje. Indien er leerlingen zijn waarvoor geen gepersonaliseerd antwoordblad is voorzien, geeft u hen een toetsboekje en een blanco antwoordblad. U schrijft dan zelf het unieke stamnummer van de betreffende leerling bovenaan op de eerste pagina van het antwoordblad. U lijst deze leerlingen met hun stamnummer ook op op de bijgevoegde aanwezigheidslijst. De leerling vult vervolgens zelf zijn/haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas in. Vraag ook aan de leerlingen om hun stamnummer, voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas over te schrijven op hun toetsboekje. Er zijn 4 verschillende versies van de toets Frans. Wij verdeelden deze reeds vooraf willekeurig onder de leerlingen. Indien er leerlingen zijn waarvoor geen gepersonaliseerde toets werd voorzien, mag u de 4 versies van de toets eveneens willekeurig verdelen. Vul samen met de leerlingen de datum van vandaag in op het antwoordblad. De uiterste datum voor de toetsafname is 1 oktober Overloop samen met de leerlingen de richtlijnen die vooraan in het toetsboekje staan. Laat de leerlingen vervolgens effectief starten met de toets. De maximum tijd die ze mogen besteden aan de toets is 2 lestijden van 50 minuten. Normaal gezien is 1 lestijd van 50 minuten voldoende, maar het kan zijn dat bepaalde leerlingen iets meer tijd nodig hebben (voor meer uitleg zie Bijkomende richtlijnen ). Gelieve op de bijgevoegde aanwezigheidslijst aan te geven of de leerling aanwezig was en de toets heeft afgelegd door een kruisje te zetten in de juiste kolom. Verzamel na afloop alle toetsboekjes en antwoordbladen van de leerlingen. Bezorg ze samen met de aanwezigheidslijst aan de LiSO contactpersoon van uw school.

45 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven BIJKOMENDE RICHTLIJNEN Zorg voor een toetssituatie waarin de leerlingen op een rustige manier en zonder bijkomende hulp kunnen werken. U kan de leerlingen gerust stellen door te vertellen dat de toets kadert in een onderzoek van de Universiteit van Leuven en dat de resultaten enkel dienen voor dit onderzoek en dus geen gevolgen hebben voor hun eigen schoolrapport. Door het invullen van de toets helpen ze de school in het verder ontwikkelen van de kwaliteit van het onderwijs. Bovendien dragen ze ook bij tot meer inzicht in het secundair onderwijs in Vlaanderen. Het onderzoek loopt immers in een 60 tal Vlaamse scholen. Zorg ervoor dat leerlingen ver genoeg uit elkaar zitten, zodat ze niet kunnen spieken. U mag tijdens de afname van de toets geen vragen van leerlingen beantwoorden die hen zouden helpen om een toetsopgave op te lossen. Voor het oplossen van de toets hebben de leerlingen enkel schrijfgerief nodig. Ze mogen geen woordenboek of andere hulpmiddelen gebruiken. De leerlingen lezen de teksten en maken de opgaven volledig zelfstandig. Teksten en opgaven worden niet luidop voorgelezen. Terwijl de leerlingen aan het werk zijn, kan u regelmatig eens door het lokaal lopen en kijken of iedereen op de juiste manier bezig is (bv. antwoorden invullen op antwoordblad en niet in het toetsboekje, slechts één antwoord aanduiden bij de meerkeuzevragen, etc.). Voor de toets is normaal gezien 1 lestijd van 50 minuten voldoende, maar het kan zijn dat bepaalde leerlingen iets meer tijd nodig kunnen hebben. Het is van belang dat alle leerlingen alle vragen op hun eigen tempo kunnen doornemen. Gelieve daarom ook een tweede lestijd te voorzien. Indien deze tweede lestijd aansluitend is, kan u een pauze voorzien tussen beide lestijden. De tweede lestijd kan ook op een andere dag vallen, maar het is best de tussentijd te beperken. Na maximaal 2 x 50 minuten moeten alle leerlingen (ook de leerlingen die nog niet klaar zijn) hun toetsboekje en antwoordblad afgeven.

46 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven VAAK GESTELDE VRAGEN WAAROM EEN TOETS FRANS? De algemene doelstelling van het LiSO project bestaat erin een beschrijving te geven van de (verschillen in) schoolloopbanen en ontwikkeling van leerlingen vanaf het eerste jaar van het secundair onderwijs. Vervolgens willen we ook een verklaring bieden voor de individuele verschillen in schoolloopbanen, waarbij gekeken wordt naar de invloed van leerling en gezinskenmerken enerzijds en school, leerkracht en klaskenmerken anderzijds. De bedoeling van de toets Frans is een beeld te krijgen van het niveau van de leerlingen bij de start van het secundair onderwijs. AFNAMEPERIODE Van zodra het afnamemateriaal in uw school is aangekomen (begin september) kan u de toetsen afnemen bij de leerlingen. Gelieve wel steeds de afnamedatum duidelijk te (laten) noteren. De uiterste datum voor de toetsafname is 1 oktober Nadien wordt het afnamemateriaal immers terug opgehaald in uw school voor verwerking. WAAROM WORDT HET AFNAMEMATERIAAL GEPERSONALISEERD VOOR ELKE LEERLING? In het LiSO project proberen we onder meer de (schoolse) ontwikkeling van individuele leerlingen in kaart te brengen. Daarom is het belangrijk dat we van elke toets precies weten door welke leerling hij werd ingevuld. Om het werk van de leerkracht/toetsleider wat te vergemakkelijken, hebben we alle antwoordbladen van de nodige leerlinggegevens en identificatiecodes voorzien. Dit maakt dat er bijvoorbeeld geen tijd verloren wordt met het invullen van namen. Dit alles betekent ook dat antwoordbladen strikt persoonlijk zijn. We zouden u dan ook willen vragen om in geen geval het antwoordblad van de ene leerling door een andere leerling te laten invullen. Indien we niet tijdig de nodige gegevens van uw school ontvingen, zijn de antwoordbladen nog niet gepersonaliseerd. In dit geval schrijft u het unieke stamnummer van de betreffende leerling bovenaan op de eerste pagina van het antwoordblad. De leerling vult vervolgens zelf zijn/haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas in (zie ook de concrete afname richtlijnen). WAT TE DOEN BIJ TE WEINIG TOETSBOEKJES OF ANTWOORDBLADEN? Voor elke school voorzien we enkele blanco reserve exemplaren van al het afnamemateriaal. Indien er toch afnamemateriaal tekort is, gelieve ons dan zo snel mogelijk te contacteren. Onze contactgegevens vindt u op de laatste pagina van deze bundel. WAT ALS EEN LEERLING AFWEZIG IS WEGENS ZIEKTE OF OM EEN ANDERE REDEN? Indien een leerling afwezig is op de dag van de toetsafname, vragen we dat u de leerling de toets alsnog laat afleggen binnen de voorgeschreven afnameperiode (ten laatste op 1 oktober 2013). Indien de leerling afwezig was gedurende de volledige periode dat de toetsen afgenomen moeten worden, kan u dit aangeven op de aanwezigheidslijst van de klas. Alle niet ingevulde toetsboekjes en antwoordbladen dient u met de rest van het materiaal aan ons terug te bezorgen.

47 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven MOGEN DE LEERLINGEN GEHOLPEN WORDEN OF STICORDI-MAATREGELEN GEBRUIKEN TIJDENS DE TOETSAFNAME? Neen. Toetsen hebben tot doel de vaardigheden van leerlingen in een bepaald domein te meten. Door leerlingen bij het maken van een toets meer te helpen dan nodig is, verstoort u deze meting. Dit levert een vertekend beeld op van de vaardigheden van de leerling, zowel voor uzelf als voor de school en voor de onderzoekers. Daarom zouden we u willen vragen om u strikt aan de voorgeschreven instructies te houden en leerlingen niet méér te helpen dan nodig is voor een goed verloop van de toetsafname. Uiteraard is het wenselijk om leerlingen op hun gemak te stellen. Ook hulp bij eventuele administratieve problemen (bv. invullen van afnamedatum) mag geboden worden. Tijdens de afname van de LiSO toetsen mogen geen STICORDI-maatregelen gebruikt worden. Dit zijn maatregelen die leerlingen ondersteunen (stimuleren, compenseren, remediëren, differentiëren, dispenseren) zoals bijvoorbeeld de leerlingen extra tijd geven of de opgaven van toetsen luidop voorlezen. Om de vergelijkbaarheid zo groot mogelijk te houden, dienen de toetsomstandigheden overal hetzelfde te zijn. Wij zijn er ons van bewust dat voor leerlingen die onder normale omstandigheden wel hulp krijgen, de LiSO toetsen niet gemakkelijk zullen zijn. In komende vragenlijsten zal bevraagd worden welke leerlingen (leer)stoornissen hebben. Hiermee zal rekening gehouden worden bij het verwerken van de toetsresultaten. MOETEN DE TOETSEN DOOR DE LEERKRACHT/TOETSLEIDER VERBETERD WORDEN? Neen. De toetsen worden niet door de leerkracht/toetsleider verbeterd. Het LiSO onderzoeksteam neemt de volledige verwerking op zich. We streven ernaar om zo snel mogelijk schoolfeedback te geven over de resultaten van de toets. WORDEN DE VERZAMELDE GEGEVENS ANONIEM VERWERKT? Ja. De namen en de codes op het afnamemateriaal worden enkel gebruikt om de gegevens van de verschillende instrumenten aan elkaar en aan de juiste leerling te koppelen. We garanderen een vertrouwelijke verwerking van alle onderzoeksgegevens. Persoonlijke identificatiegegevens van leerlingen worden onder geen enkele voorwaarde doorgegeven aan derden. MAG DE SCHOOL EEN KOPIE VAN DE TOETSEN MAKEN VOOR LATER GEBRUIK BINNEN DE EIGEN SCHOOLWERKING? Neen. De toetsen die worden afgenomen in het kader van het LiSO project zijn toetsen waarin heel wat mensen en organisaties veel tijd, energie en geld geïnvesteerd hebben. We zouden u dan ook nadrukkelijk willen vragen om de rechten van de verschillende auteurs te respecteren en om geen kopies van de toetsboekjes en/of handleidingen te maken.

48 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven CONTACT Indien u vragen heeft, mag u altijd contact opnemen met het LiSO onderzoeksteam: Eef Stevens Coördinator LiSO Centrum voor Onderwijseffectiviteit en evaluatie KU Leuven Dekenstraat 2 bus Leuven E mail: eef.stevens@ppw.kuleuven.be of info@lisoproject.be Telefoon: (voor dringende zaken: ) Website:

49 Bijlage 3 Handleiding leerkracht eerste leerjaar B

50 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven HANDLEIDING VOOR DE LEERKRACHT/TOETSLEIDER TOETS FRANS 1B SEPTEMBER OKTOBER 2013

51 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven CONCRETE AFNAME-RICHTLIJNEN Dit is de toets Frans voor de leerlingen van 1B. Er is een toetsboekje en een antwoordblad voor elke leerling. Het toetsboekje bevat alle opgaven. De leerling mag hierin zoveel schrijven als hij/zij wil. De definitieve antwoorden moeten overgeschreven worden op het antwoordblad. De antwoordbladen zijn op naam. Elke leerling heeft dus een gepersonaliseerd antwoordblad. Op dit antwoordblad staat een unieke cijfercombinatie voor elke leerling, alsook zijn of haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas. Vraag aan de leerlingen om te controleren of alle voorgedrukte gegevens (voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas) correct zijn. Indien er iets niet juist is, mogen de leerlingen het doorstrepen en verbeteren. Vraag vervolgens aan de leerlingen dat ze hun unieke cijfercombinatie, voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas overschrijven op hun toetsboekje. Indien er leerlingen zijn waarvoor geen gepersonaliseerd antwoordblad is voorzien, geeft u hen een toetsboekje en een blanco antwoordblad. U schrijft dan zelf het unieke stamnummer van de betreffende leerling bovenaan op de eerste pagina van het antwoordblad. U lijst deze leerlingen met hun stamnummer ook op op de bijgevoegde aanwezigheidslijst. De leerling vult vervolgens zelf zijn/haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas in. Vraag ook aan de leerlingen om hun stamnummer, voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas over te schrijven op hun toetsboekje. Vul samen met de leerlingen de datum van vandaag in op het antwoordblad. De uiterste datum voor de toetsafname is 1 oktober Overloop samen met de leerlingen de richtlijnen die vooraan in het toetsboekje staan. Laat de leerlingen vervolgens effectief starten met de toets. De maximum tijd die ze mogen besteden aan de toets is 2 lestijden van 50 minuten. Normaal gezien is 1 lestijd van 50 minuten voldoende, maar het kan zijn dat bepaalde leerlingen iets meer tijd nodig hebben (voor meer uitleg zie Bijkomende richtlijnen ). Gelieve op de bijgevoegde aanwezigheidslijst aan te geven of de leerling aanwezig was en de toets heeft afgelegd door een kruisje te zetten in de juiste kolom. Verzamel na afloop alle toetsboekjes en antwoordbladen van de leerlingen. Bezorg ze samen met de aanwezigheidslijst aan de LiSO contactpersoon van uw school.

52 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven BIJKOMENDE RICHTLIJNEN Zorg voor een toetssituatie waarin de leerlingen op een rustige manier en zonder bijkomende hulp kunnen werken. U kan de leerlingen gerust stellen door te vertellen dat de toets kadert in een onderzoek van de Universiteit van Leuven en dat de resultaten enkel dienen voor dit onderzoek en dus geen gevolgen hebben voor hun eigen schoolrapport. Door het invullen van de toets helpen ze de school in het verder ontwikkelen van de kwaliteit van het onderwijs. Bovendien dragen ze ook bij tot meer inzicht in het secundair onderwijs in Vlaanderen. Het onderzoek loopt immers in een 60 tal Vlaamse scholen. Zorg ervoor dat leerlingen ver genoeg uit elkaar zitten, zodat ze niet kunnen spieken. U mag tijdens de afname van de toets geen vragen van leerlingen beantwoorden die hen zouden helpen om een toetsopgave op te lossen. Voor het oplossen van de toets hebben de leerlingen enkel schrijfgerief nodig. Ze mogen geen woordenboek of andere hulpmiddelen gebruiken. De leerlingen lezen de teksten en maken de opgaven volledig zelfstandig. Teksten en opgaven worden niet luidop voorgelezen. Terwijl de leerlingen aan het werk zijn, kan u regelmatig eens door het lokaal lopen en kijken of iedereen op de juiste manier bezig is (bv. antwoorden invullen op antwoordblad en niet in het toetsboekje, slechts één antwoord aanduiden bij de meerkeuzevragen, etc.). Voor de toets is normaal gezien 1 lestijd van 50 minuten voldoende, maar het kan zijn dat bepaalde leerlingen iets meer tijd nodig kunnen hebben. Het is van belang dat alle leerlingen alle vragen op hun eigen tempo kunnen doornemen. Gelieve daarom ook een tweede lestijd te voorzien. Indien deze tweede lestijd aansluitend is, kan u een pauze voorzien tussen beide lestijden. De tweede lestijd kan ook op een andere dag vallen, maar het is best de tussentijd te beperken. Na maximaal 2 x 50 minuten moeten alle leerlingen (ook de leerlingen die nog niet klaar zijn) hun toetsboekje en antwoordblad afgeven.

53 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven VAAK GESTELDE VRAGEN WAAROM EEN TOETS FRANS? De algemene doelstelling van het LiSO project bestaat erin een beschrijving te geven van de (verschillen in) schoolloopbanen en ontwikkeling van leerlingen vanaf het eerste jaar van het secundair onderwijs. Vervolgens willen we ook een verklaring bieden voor de individuele verschillen in schoolloopbanen, waarbij gekeken wordt naar de invloed van leerling en gezinskenmerken enerzijds en school, leerkracht en klaskenmerken anderzijds. De bedoeling van de toets Frans is een beeld te krijgen van het niveau van de leerlingen bij de start van het secundair onderwijs. AFNAMEPERIODE Van zodra het afnamemateriaal in uw school is aangekomen (begin september) kan u de toetsen afnemen bij de leerlingen. Gelieve wel steeds de afnamedatum duidelijk te (laten) noteren. De uiterste datum voor de toetsafname is 1 oktober Nadien wordt het afnamemateriaal immers terug opgehaald in uw school voor verwerking. WAAROM WORDT HET AFNAMEMATERIAAL GEPERSONALISEERD VOOR ELKE LEERLING? In het LiSO project proberen we onder meer de (schoolse) ontwikkeling van individuele leerlingen in kaart te brengen. Daarom is het belangrijk dat we van elke toets precies weten door welke leerling hij werd ingevuld. Om het werk van de leerkracht/toetsleider wat te vergemakkelijken, hebben we alle antwoordbladen van de nodige leerlinggegevens en identificatiecodes voorzien. Dit maakt dat er bijvoorbeeld geen tijd verloren wordt met het invullen van namen. Dit alles betekent ook dat antwoordbladen strikt persoonlijk zijn. We zouden u dan ook willen vragen om in geen geval het antwoordblad van de ene leerling door een andere leerling te laten invullen. Indien we niet tijdig de nodige gegevens van uw school ontvingen, zijn de antwoordbladen nog niet gepersonaliseerd. In dit geval schrijft u het unieke stamnummer van de betreffende leerling bovenaan op de eerste pagina van het antwoordblad. De leerling vult vervolgens zelf zijn/haar voornaam, familienaam, geboortedatum, geslacht en klas in (zie ook de concrete afname richtlijnen). WAT TE DOEN BIJ TE WEINIG TOETSBOEKJES OF ANTWOORDBLADEN? Voor elke school voorzien we enkele blanco reserve exemplaren van al het afnamemateriaal. Indien er toch afnamemateriaal tekort is, gelieve ons dan zo snel mogelijk te contacteren. Onze contactgegevens vindt u op de laatste pagina van deze bundel. WAT ALS EEN LEERLING AFWEZIG IS WEGENS ZIEKTE OF OM EEN ANDERE REDEN? Indien een leerling afwezig is op de dag van de toetsafname, vragen we dat u de leerling de toets alsnog laat afleggen binnen de voorgeschreven afnameperiode (ten laatste op 1 oktober 2013). Indien de leerling afwezig was gedurende de volledige periode dat de toetsen afgenomen moeten worden, kan u dit aangeven op de aanwezigheidslijst van de klas. Alle niet ingevulde toetsboekjes en antwoordbladen dient u met de rest van het materiaal aan ons terug te bezorgen.

54 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven MOGEN DE LEERLINGEN GEHOLPEN WORDEN OF STICORDI-MAATREGELEN GEBRUIKEN TIJDENS DE TOETSAFNAME? Neen. Toetsen hebben tot doel de vaardigheden van leerlingen in een bepaald domein te meten. Door leerlingen bij het maken van een toets meer te helpen dan nodig is, verstoort u deze meting. Dit levert een vertekend beeld op van de vaardigheden van de leerling, zowel voor uzelf als voor de school en voor de onderzoekers. Daarom zouden we u willen vragen om u strikt aan de voorgeschreven instructies te houden en leerlingen niet méér te helpen dan nodig is voor een goed verloop van de toetsafname. Uiteraard is het wenselijk om leerlingen op hun gemak te stellen. Ook hulp bij eventuele administratieve problemen (bv. invullen van afnamedatum) mag geboden worden. Tijdens de afname van de LiSO toetsen mogen geen STICORDI-maatregelen gebruikt worden. Dit zijn maatregelen die leerlingen ondersteunen (stimuleren, compenseren, remediëren, differentiëren, dispenseren) zoals bijvoorbeeld de leerlingen extra tijd geven of de opgaven van toetsen luidop voorlezen. Om de vergelijkbaarheid zo groot mogelijk te houden, dienen de toetsomstandigheden overal hetzelfde te zijn. Wij zijn er ons van bewust dat voor leerlingen die onder normale omstandigheden wel hulp krijgen, de LiSO toetsen niet gemakkelijk zullen zijn. In komende vragenlijsten zal bevraagd worden welke leerlingen (leer)stoornissen hebben. Hiermee zal rekening gehouden worden bij het verwerken van de toetsresultaten. MOETEN DE TOETSEN DOOR DE LEERKRACHT/TOETSLEIDER VERBETERD WORDEN? Neen. De toetsen worden niet door de leerkracht/toetsleider verbeterd. Het LiSO onderzoeksteam neemt de volledige verwerking op zich. We streven ernaar om zo snel mogelijk schoolfeedback te geven over de resultaten van de toets. WORDEN DE VERZAMELDE GEGEVENS ANONIEM VERWERKT? Ja. De namen en de codes op het afnamemateriaal worden enkel gebruikt om de gegevens van de verschillende instrumenten aan elkaar en aan de juiste leerling te koppelen. We garanderen een vertrouwelijke verwerking van alle onderzoeksgegevens. Persoonlijke identificatiegegevens van leerlingen worden onder geen enkele voorwaarde doorgegeven aan derden. MAG DE SCHOOL EEN KOPIE VAN DE TOETSEN MAKEN VOOR LATER GEBRUIK BINNEN DE EIGEN SCHOOLWERKING? Neen. De toetsen die worden afgenomen in het kader van het LiSO project zijn toetsen waarin heel wat mensen en organisaties veel tijd, energie en geld geïnvesteerd hebben. We zouden u dan ook nadrukkelijk willen vragen om de rechten van de verschillende auteurs te respecteren en om geen kopies van de toetsboekjes en/of handleidingen te maken.

55 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven CONTACT Indien u vragen heeft, mag u altijd contact opnemen met het LiSO onderzoeksteam: Eef Stevens Coördinator LiSO Centrum voor Onderwijseffectiviteit en evaluatie KU Leuven Dekenstraat 2 bus Leuven E mail: eef.stevens@ppw.kuleuven.be of info@lisoproject.be Telefoon: (voor dringende zaken: ) Website:

56 Bijlage 4 Aanwezigheidsblad

57 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven AANWEZIGHEIDSLIJST Beste leerkracht / toetsleider, Om de verwerking van de toets en/of vragenlijst vlot te laten verlopen, vragen we u hierna om een aantal praktische gegevens te noteren. Dit is de aanwezigheidslijst voor volgende toets of vragenlijst: Uw naam: Uw functie: Klas van de leerlingen: Afnamedatum van de toets: 2013 Hieronder vindt u een lijst van de leerlingen waarvoor een antwoordblad en/of vragenlijst en/of toetsboekje op naam werd voorzien. Gelieve telkens aan te geven of de leerling aanwezig was en de toets heeft afgelegd. Indien de leerling de toets op een later tijdstip heeft afgelegd, kan u dit ook noteren in de laatste kolom. Leerlingen waarvoor geen antwoordblad en/of vragenlijst en/of toetsboekje op naam werd voorzien, geeft u een blanco antwoordblad en/of vragenlijst en/of toetsboekje. Gelieve deze leerlingen hieronder aanvullend op te lijsten. Vermeld ook hun unieke stamnummer. Vul dit stamnummer ook in op het antwoordblad en/of de vragenlijst en/of het toetsboekje van de leerling. Voorgedrukt LiSO-id of Vul aan met stamnummer Voornaam + achternaam leerling Aanwezig Zet een kruisje Ja Nee Indien andere afnamedatum: noteer 1/2

58 LiSO Loopbanen in het Secundair Onderwijs Dekenstraat 2 bus Leuven Indien u opmerkingen heeft bij de afname van deze toets/vragenlijst of over bepaalde leerlingen, kan dit hieronder aangeven. Gelieve deze bijzonderheden enkel hier te vermelden en niet op het afnamemateriaal. 2/2

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, I. Fidlers, C. Custers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGIN

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE BEGIN EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, I. Fidlers, C. Custers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE BEGIN

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE EERSTE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, I. Fidlers, C. Custers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE DERDE LEERJAAR

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE DERDE LEERJAAR LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE DERDE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten N. Van den Branden, J. Dockx, E. Stevens, K. Denies & B. De Fraine LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE DERDE LEERJAAR

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE TWEEDE LEERJAAR

LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE TWEEDE LEERJAAR LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE TWEEDE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten J. Dockx, E. Stevens, & B. De Fraine LISO-PROJECT: TOETSEN WISKUNDE EINDE TWEEDE LEERJAAR Instrumentontwikkeling

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS EINDE DERDE LEERJAAR

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS EINDE DERDE LEERJAAR LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS EINDE DERDE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten S. Barbier, K. Denies, N. Van den Branden, J. Dockx, & B. De Fraine LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS EINDE DERDE

Nadere informatie

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGRIJPEND LEZEN EINDE VIERDE LEERJAAR

LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGRIJPEND LEZEN EINDE VIERDE LEERJAAR LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGRIJPEND LEZEN EINDE VIERDE LEERJAAR Instrumentontwikkeling en resultaten N. Van den Branden, K. Denies, J. Dockx, & B. De Fraine LISO-PROJECT: TOETSEN NEDERLANDS BEGRIJPEND

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Technische rapportering N. Van den Branden, E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJSTEN VOOR

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN FEBRUARI 2014 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN FEBRUARI 2014 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN FEBRUARI 2014 Technische rapportering J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN

Nadere informatie

GROEPSSAMENSTELLINGS- EFFECTEN IN HET LAGER ONDERWIJS Een propensity score matching onderzoek. Barbara Belfi, Carla Haelermans & Bieke De Fraine

GROEPSSAMENSTELLINGS- EFFECTEN IN HET LAGER ONDERWIJS Een propensity score matching onderzoek. Barbara Belfi, Carla Haelermans & Bieke De Fraine GROEPSSAMENSTELLINGS- EFFECTEN IN HET LAGER ONDERWIJS Een propensity score matching onderzoek Barbara Belfi, Carla Haelermans & Bieke De Fraine GROEPSSAMENSTELLINGSEFFECTEN IN HET LAGER ONDERWIJS Een

Nadere informatie

DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS

DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS Dockx J., De Fraine B., & Stevens E. DE ROL VAN DE EERDERE SCHOOL- LOOPBAAN BIJ DE OVERGANG NAAR HET SECUNDAIR ONDERWIJS

Nadere informatie

Het LiSO-project. Inhoud presentatie. 1. LiSO-project: wat, waar, hoe? 2. Instrumenten 3. Mei Opmerkingen, suggesties & vragen

Het LiSO-project. Inhoud presentatie. 1. LiSO-project: wat, waar, hoe? 2. Instrumenten 3. Mei Opmerkingen, suggesties & vragen Het LiSO-project Onderzoek Loopbanen in het secundair onderwijs Eef Stevens www.steunpuntssl.be Inhoud presentatie 1. LiSO-project: wat, waar, hoe? 17 11 2015 2 Promotor: Prof. dr. Bieke De Fraine Onderzoeksmedewerkers:

Nadere informatie

EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT

EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES &

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Technische rapportering N. Van den Branden, E. Stevens, J. Dockx, K. Denies & B. De Fraine LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Technische

Nadere informatie

Identificatie en typering van de PARALLELTOETSEN

Identificatie en typering van de PARALLELTOETSEN Identificatie en typering van de PARALLELTOETSEN Praktische Informatie 1. Productinformatie Paralleltoetsen van de Peilingsproeven Nederlands voor het basisonderwijs; in opdracht van de Vlaamse Overheid;

Nadere informatie

ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES. Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M.

ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES. Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. Promotor: B. De Fraine Research paper

Nadere informatie

EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID. Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N.

EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID. Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N. EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N. EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID Dockx J., De Fraine B. & Van den Branden N. Promotor:

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2014 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2014 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2014 Technische rapportering J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN

Nadere informatie

HET LiSO-PROJECT. Onderzoek Loopbanen in het secundair onderwijs : Een stand van zaken. Katrijn Denies

HET LiSO-PROJECT. Onderzoek Loopbanen in het secundair onderwijs : Een stand van zaken. Katrijn Denies HET LiSO-PROJECT Onderzoek Loopbanen in het secundair onderwijs : Een stand van zaken Katrijn Denies HET LiSO-PROJECT WIE, WAT, WAAR? LiSO-PROJECT: WIE? Promotor: Prof. dr. Bieke De Fraine Medewerkers:

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2015 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2015 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2015 Technische rapportering J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2017

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2017 LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2017 Technische rapportering N. Van den Branden, C. Struyve, J. Dockx, K. Denies & B. De Fraine LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2017 Technische

Nadere informatie

ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B.

ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B. ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J. & De Fraine B. ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J.& De Fraine B. Promotor: B. De Fraine Research paper SONO/2018.OL1.1/09 Gent, januari 2018 Het Steunpunt

Nadere informatie

ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT. Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M.

ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT. Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. Promotor: B. De Fraine Research

Nadere informatie

EFFECTIVENESS OF MATH LEARNING IN THE FIRST YEARS OF SPECIAL PRIMARY EDUCATION a Propensity Score Matching Approach

EFFECTIVENESS OF MATH LEARNING IN THE FIRST YEARS OF SPECIAL PRIMARY EDUCATION a Propensity Score Matching Approach EFFECTIVENESS OF MATH LEARNING IN THE FIRST YEARS OF SPECIAL PRIMARY EDUCATION a Propensity Score Matching Approach Gudrun Vanlaar, Machteld Vandecandelaere, Jan Van Damme, Bieke De Fraine & Katja Petry

Nadere informatie

14-3-2014. Het LiSO-project. Inhoud presentatie

14-3-2014. Het LiSO-project. Inhoud presentatie Het LiSO-project Onderzoek Loopbanen in het secundair onderwijs : een stand van zaken Eef Stevens www.steunpuntssl.be Inhoud presentatie 1. LiSO-project: wat, waar, hoe? 4. Ontvangen feedback 5. Opmerkingen,

Nadere informatie

Loopbanen in het Secundair Onderwijs (LiSO) Infosessie voor scholen

Loopbanen in het Secundair Onderwijs (LiSO) Infosessie voor scholen Loopbanen in het Secundair Onderwijs (LiSO) Infosessie voor scholen Inhoud presentatie 1. Voorstelling LiSO-team 2. Algemene doelstelling 3. Welke scholen? 4. Wat verwacht LiSO van scholen? 5. Wat mogen

Nadere informatie

Effectiviteit van leerresultaten meten met paralleltoetsen. Daniël Van Nijlen Jos Willems

Effectiviteit van leerresultaten meten met paralleltoetsen. Daniël Van Nijlen Jos Willems Effectiviteit van leerresultaten meten met paralleltoetsen Daniël Van Nijlen Jos Willems Ontwikkeling peilingsen paralleltoetsen Onderwijspeiling = Grootschalige toetsafname Bij een representatieve steekproef

Nadere informatie

Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 5.11 en BW 5.21 (einde vijfde leerjaar / begin zesde leerjaar)

Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 5.11 en BW 5.21 (einde vijfde leerjaar / begin zesde leerjaar) www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 5.11 en BW 5.21 (einde vijfde leerjaar / begin zesde leerjaar) Algemene instructies - De toets dient afgenomen te worden bij

Nadere informatie

LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Technische rapportering. J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J.

LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Technische rapportering. J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Technische rapportering J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Technische rapportering

Nadere informatie

Handleiding. Toets Nederlands leesvaardigheid

Handleiding. Toets Nederlands leesvaardigheid Handleiding Toets Nederlands leesvaardigheid Instructies voor de afname van de leestoetsen De feedback die uw school op basis van deze toetsafname zal ontvangen, is gebaseerd op een vergelijking van de

Nadere informatie

COMPARING (REQUIRED) COMPETENCE USE WITH (SELF- REPORTED) PROFICIENCY LEVEL OF COMPETENCES: DIFFERENT CONCEPTS, DIFFERENT PREDICTORS?

COMPARING (REQUIRED) COMPETENCE USE WITH (SELF- REPORTED) PROFICIENCY LEVEL OF COMPETENCES: DIFFERENT CONCEPTS, DIFFERENT PREDICTORS? COMPARING (REQUIRED) COMPETENCE USE WITH (SELF- REPORTED) PROFICIENCY LEVEL OF COMPETENCES: DIFFERENT CONCEPTS, DIFFERENT PREDICTORS? Heidi Knipprath & Katleen De Rick COMPARING (REQUIRED) COMPETENCE

Nadere informatie

Naar het secundair onderwijs: de rol van de eerdere schoolloopbaan

Naar het secundair onderwijs: de rol van de eerdere schoolloopbaan Jonas Dockx, Eef Stevens & Bieke De Fraine www.steunpuntssl.be Inleiding Nieuwe leerling SO onbeschreven blad? Schoolse kennis Studiekeuze Loopbaan LO Sociale achtergrond 2 Inleiding Uitdagingen nieuwe

Nadere informatie

INDIVIDUELE LEERLINGRESULTATEN

INDIVIDUELE LEERLINGRESULTATEN INDIVIDUELE LEERLINGRESULTATEN PARALLELTOETSEN PROJECT ALGEMENE VAKKEN TWEEDE LEERJAAR VAN DE DERDE GRAAD BSO 2019 997799 Secundaire school Z Hoofdstraat 1 9999 GLOOIGEM Inhoud 1. Over deze bundel... 1

Nadere informatie

CAREER COMPETENCES AND CAREER OUTCOMES A critical analysis of concepts and complex relationships. Heidi Knipprath & Katleen De Rick

CAREER COMPETENCES AND CAREER OUTCOMES A critical analysis of concepts and complex relationships. Heidi Knipprath & Katleen De Rick CAREER COMPETENCES AND CAREER OUTCOMES A critical analysis of concepts and complex relationships Heidi Knipprath & Katleen De Rick CAREER COMPETENCES AND CAREER OUTCOMES A critical analysis of concepts

Nadere informatie

Value added of primary schools with high proportions of minority students: A longitudinal study. J.P. Verhaeghe, J. Van Damme & H.

Value added of primary schools with high proportions of minority students: A longitudinal study. J.P. Verhaeghe, J. Van Damme & H. Value added of primary schools with high proportions of minority students: A longitudinal study J.P. Verhaeghe, J. Van Damme & H. Knipprath T Value added of primary schools with high proportions of minority

Nadere informatie

Handleiding voor de afname van de toetsen begrijpend lezen BL BL BL 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar)

Handleiding voor de afname van de toetsen begrijpend lezen BL BL BL 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar) www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toetsen begrijpend lezen BL 3.012 - BL 3.013 - BL 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar) Algemene instructies - De toetsen begrijpend

Nadere informatie

Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot G. Van Landeghem & J. Van Damme

Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot G. Van Landeghem & J. Van Damme Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot 2009 G. Van Landeghem & J. Van Damme Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon T lager onderwijs tot 2009 Auteurs:

Nadere informatie

Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar)

Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar) www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar) Algemene instructies - De toets dient afgenomen te worden bij de ganse klasgroep.

Nadere informatie

WELBEVINDEN, ACADEMISCH ZELFCONCEPT EN MOTIVATIE IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS

WELBEVINDEN, ACADEMISCH ZELFCONCEPT EN MOTIVATIE IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS WELBEVINDEN, ACADEMISCH ZELFCONCEPT EN MOTIVATIE IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS Het effect van een jaar naar school gaan op niet-cognitieve uitkomsten van leerlingen Naomi Van den Branden naomi.vandenbranden@kuleuven.be

Nadere informatie

Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo. Kenmerk. Datum november 2009

Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo. Kenmerk. Datum november 2009 Onderwerp Vooronderzoek en vrije afnames van diagnostische toetsen taal en rekenen Resultaten mbo Kenmerk Datum november 2009 Stichting Cito Instituut voor Toetsontwikkeling / KvK 09103470 1 Inleiding

Nadere informatie

ONGEOORLOOFD AFWEZIG ZIJN IN VLAANDEREN Een actuele beschrijving op basis van registratiegegevens. Gil Keppens & Bram Spruyt

ONGEOORLOOFD AFWEZIG ZIJN IN VLAANDEREN Een actuele beschrijving op basis van registratiegegevens. Gil Keppens & Bram Spruyt ONGEOORLOOFD AFWEZIG ZIJN IN VLAANDEREN Een actuele beschrijving op basis van registratiegegevens Gil Keppens & Bram Spruyt ONGEOORLOOFD AFWEZIG ZIJN IN VLAANDEREN Een actuele beschrijving op basis van

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 4.11 en BW 4.21 (einde vierde leerjaar / begin vijfde leerjaar)

Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 4.11 en BW 4.21 (einde vierde leerjaar / begin vijfde leerjaar) www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toetsen wiskunde BW 4.11 en BW 4.21 (einde vierde leerjaar / begin vijfde leerjaar) Algemene instructies - De toets dient afgenomen te worden bij

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2015 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2015 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN MEI 2015 Technische rapportering J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR KLASTITULARISSEN

Nadere informatie

DE SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING VAN LEERLINGEN IN DE EERSTE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS

DE SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING VAN LEERLINGEN IN DE EERSTE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS DE SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING VAN LEERLINGEN IN DE EERSTE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS Hoe evolueert het academisch zelfconcept, de motivatie, het schoolwelbevinden en de schoolse betrokkenheid van Vlaamse

Nadere informatie

Vlaamse versie Cito leerlingvolgsysteem voor taal

Vlaamse versie Cito leerlingvolgsysteem voor taal Vlaamse versie Cito leerlingvolgsysteem voor taal Het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Onderwijs stelt een leerlingvolgsysteem ter beschikking, gebaseerd op het CITO leerlingvolgsysteem.

Nadere informatie

Verantwoording. ZIEN! als monitor voor sociale veiligheid op school. 6 juni 2017

Verantwoording. ZIEN! als monitor voor sociale veiligheid op school. 6 juni 2017 Verantwoording ZIEN! als monitor voor sociale veiligheid op school 6 juni 2017 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Wet Veiligheid op school... 3 Toezicht inspectie op de zorgplicht... 3 Definities... 3 Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Het Vlaams lager onderwijs in PIRLS 2016

Het Vlaams lager onderwijs in PIRLS 2016 Het Vlaams lager onderwijs in PIRLS 2016 Begrijpend lezen in internationaal perspectief en in vergelijking met 2006 5 december 2017 Kim Bellens, Bieke De Fraine, Kelly Tielemans, Jan Van Damme & Margo

Nadere informatie

Vragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar 2009-2010): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item

Vragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar 2009-2010): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item Vragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar 2009-2010): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item Integratie - Populariteit (sociale ontwikkeling) heeft

Nadere informatie

Afscheid van het Groepsrapport-gemiddelde

Afscheid van het Groepsrapport-gemiddelde Afscheid van het Groepsrapport-gemiddelde Waarom zie ik het Groepsrapport-gemiddelde niet meer in de rapporten vanaf de nieuwe versie 4.7b? Vanaf versie 4.7b van het Computerprogramma LOVS treft u het

Nadere informatie

Instroomkenmerken in het eerste jaar secundair onderwijs Jonas Dockx, Eef Stevens & Bieke De Fraine

Instroomkenmerken in het eerste jaar secundair onderwijs Jonas Dockx, Eef Stevens & Bieke De Fraine Instroomkenmerken in het eerste jaar secundair onderwijs Jonas Dockx, Eef Stevens & Bieke De Fraine www.steunpuntssl.be Inleiding Vaststelling 1: leerlingen verschillen 2 Inleiding Vaststelling 2: klassen

Nadere informatie

LISO-PROJECT: STEEKPROEF SEPTEMBER 2013. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme

LISO-PROJECT: STEEKPROEF SEPTEMBER 2013. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: STEEKPROEF SEPTEMBER 2013 E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: STEEKPROEF SEPTEMBER 2013 E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers,

Nadere informatie

SCHOOLFEEDBACKRAPPORT ONDERZOEK WELBEVINDEN Bevraging van de leerlingen van het lager onderwijs

SCHOOLFEEDBACKRAPPORT ONDERZOEK WELBEVINDEN Bevraging van de leerlingen van het lager onderwijs SCHOOLFEEDBACKRAPPORT ONDERZOEK WELBEVINDEN Bevraging van de leerlingen van het lager onderwijs Aan de directeur, de leerkrachten en de leerlingen van het vierde, vijfde en zesde leerjaar van school 1

Nadere informatie

o h o r t o n d e r z o e k o n d e r w ij s l o o p b a n e n stap voor stap

o h o r t o n d e r z o e k o n d e r w ij s l o o p b a n e n stap voor stap o h o r t o n d e r z o e k o n d e r w ij s l o o p b a n e n stap voor stap In dit overzicht worden, stap voor stap, de werkzaamheden voor het onderzoek COOL 5-18 beschreven. Bij elke stap vermelden

Nadere informatie

Vergelijking resultaten peiling. resultaten PIRLS

Vergelijking resultaten peiling. resultaten PIRLS Vergelijking resultaten peiling resultaten PIRLS 28 mei 2019 Brussel Bieke De Fraine, Koen Aesaert, Georges Van Landeghem, Jonas Dockx, Jan Van Damme Progress in International Reading Literacy Study 2

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2018 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2017 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2016 Technische rapportering

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2016 Technische rapportering LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR VAKLEERKRACHTEN MEI 2016 Technische rapportering C. Struyve, M. De Vos, C. Custers, N. Van den Branden, J. Dockx, K. Denies & B. De Fraine LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: Januari 2015 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen

Nadere informatie

Kwalitatieve prestatieverschillen in de peiling wiskunde tweede graad algemeen secundair onderwijs Daniël Van Nijlen, Hanne Damen en Rianne Janssen

Kwalitatieve prestatieverschillen in de peiling wiskunde tweede graad algemeen secundair onderwijs Daniël Van Nijlen, Hanne Damen en Rianne Janssen Kwalitatieve prestatieverschillen in de peiling wiskunde tweede graad algemeen secundair onderwijs Daniël Van Nijlen, Hanne Damen en Rianne Janssen Inhoud Inleiding Theoretisch kader Methode Resultaten

Nadere informatie

Een nieuwkomer onder de toetsen

Een nieuwkomer onder de toetsen Een nieuwkomer onder de toetsen Ricardo is een anderstalige nieuwkomer die in september op school is aangekomen. Hij kwam recht uit Colombia, sprak enkel Spaans, maar bleek al snel een vrij pientere leerling

Nadere informatie

Nieuwsbrief. Interactieve werkvormen in de klaspraktijk. Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk

Nieuwsbrief. Interactieve werkvormen in de klaspraktijk. Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk Interactieve werkvormen in de klaspraktijk Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk Lia Blaton, medewerker Onderzoek naar onderwijspraktijk In het kader van de opdracht van het Steunpunt Gelijke Onderwijskansen

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: februari 2014 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Met feedback op paralleltoetsen kunnen scholen, vakgroepen en leerkrachten bijvoorbeeld:

Met feedback op paralleltoetsen kunnen scholen, vakgroepen en leerkrachten bijvoorbeeld: Paralleltoetsen van peilingen Wat zijn paralleltoetsen? Paralleltoetsen zijn een instrument voor interne kwaliteitszorg en staan exclusief ter beschikking van Vlaamse basisscholen en secundaire scholen.

Nadere informatie

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken.

Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Goed, vlot en begrijpend lezen blijft één van de belangrijkste doelen die een leerling gedurende zijn of haar schoolloopbaan moet bereiken. Daarom hechten wij er dan ook veel belang aan dat dit op een

Nadere informatie

Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS. Luisteren

Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS. Luisteren Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS Luisteren Einde basisonderwijs Juni 2015 999999 Basisschool X Schoolstraat 1 9999 WITTEKERKE Inhoud van dit rapport 1. Inleiding 2. Over dit

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Instrumentontwikkeling. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J.

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Instrumentontwikkeling. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Instrumentontwikkeling E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2015 Instrumentontwikkeling

Nadere informatie

IEP Eindtoets 2016 TOETSREGLEMENT. Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens

IEP Eindtoets 2016 TOETSREGLEMENT. Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens IEP Eindtoets 2016 TOETSREGLEMENT Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens INHOUD Inleiding 2 1 Verantwoordelijkheden in proces rondom de IEP 3 2 Aanmelding voor de IEP Eindtoets 4 3 Privacy 5

Nadere informatie

Resultaten TIMSS 2015

Resultaten TIMSS 2015 Resultaten TIMSS 2015 wiskunde & wetenschappen 4 e leerjaar in internationaal perspectief prof. dr. Jan Van Damme 3 februari 2017 VLOR 19 januari 2017 2 Vlaams rapport 3 Wat is TIMSS? Trends in International

Nadere informatie

KOHNSTAMM INSTITUUT. Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011. Wat betekent dat praktisch voor de scholen?

KOHNSTAMM INSTITUUT. Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011. Wat betekent dat praktisch voor de scholen? KOHNSTAMM INSTITUUT Deelname aan het onderzoek COOL Speciaal in het schooljaar 2010-2011 Wat betekent dat praktisch voor de scholen? In deze notitie laten we in de vorm van een stappenschema zien wat het

Nadere informatie

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af. Leerlingvolgsysteem. Leerkrachten volgen de ontwikkeling van de kinderen in hun groep nauwgezet. Veel methoden die wij gebruiken, leveren toetsen die wij afnemen om vast te stellen of het kind de leerstof

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2016 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen)

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2016 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) 2016 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie januari 2016 Leerlingniveau (ten bate van de individuele analyse van de leerlingen) Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen

Nadere informatie

Wetenschappen in het basisonderwijs, hoe ondersteunen?

Wetenschappen in het basisonderwijs, hoe ondersteunen? Wetenschappen in het basisonderwijs, hoe ondersteunen? Bieke De Fraine Leuven, 30 maart 2017 19 januari 2017 2 TIMSS 2015: Trends in International Mathematics and Science Study Wat is TIMSS? Trends in

Nadere informatie

inzoomen op een bepaald gebied waarmee ze een probleem vaststelden;

inzoomen op een bepaald gebied waarmee ze een probleem vaststelden; Paralleltoetsen van peilingen Wat zijn paralleltoetsen? Paralleltoetsen zijn een instrument voor interne kwaliteitszorg en staan exclusief ter beschikking van Vlaamse basisscholen en secundaire scholen.

Nadere informatie

Toelichting Ankeronderzoek met Referentiesets. Ankeronderzoek. Beschrijving ankeronderzoek. Saskia Wools & Anton Béguin, Cito 2014

Toelichting Ankeronderzoek met Referentiesets. Ankeronderzoek. Beschrijving ankeronderzoek. Saskia Wools & Anton Béguin, Cito 2014 Toelichting Saskia Wools & Anton Béguin, Cito 2014 Ankeronderzoek Deze handleiding bevat een korte beschrijving van ankeronderzoeken. In het algemeen geldt dat meer informatie te vinden is in het boek

Nadere informatie

De relatie tussen geboortekwartaal en schools succes in de eerste jaren van het lager onderwijs

De relatie tussen geboortekwartaal en schools succes in de eerste jaren van het lager onderwijs De relatie tussen geboortekwartaal en schools succes in de eerste jaren van het lager onderwijs Verachtert P. De Fraine B. Onghena P. Ghesquière P. Katholieke Universiteit Leuven 1. Achtergrond A. Leeftijdsverschillen

Nadere informatie

Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS. Lezen

Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS. Lezen Schoolfeedbackrapport Paralleltoets van de peiling NEDERLANDS Lezen Einde basisonderwijs Juni 2015 99999 Basisschool Y Molenstraat 1 9999 ZONNEDORP Inhoud van dit rapport 1. Inleiding 2. Over dit schoolfeedbackrapport

Nadere informatie

Een Europees Referentiekader voor talenexamens. Een utopie?

Een Europees Referentiekader voor talenexamens. Een utopie? Een Europees Referentiekader voor talenexamens Een utopie? José Noijons VLoD 34. Jahreshochschultagung 07.11.2008 Stichting CITO Instituut voor Toetsontwikkeling 1 Europees Referentiekader (ERK) Ontwikkeld

Nadere informatie

HOE DE COLLECTIEVE DOELMATIGHEIDSBELEVING VAN LERARENTEAMS WORDT BEÏNVLOED DOOR SOCIAALECONOMISCHE SCHOOLCOMPOSITIE

HOE DE COLLECTIEVE DOELMATIGHEIDSBELEVING VAN LERARENTEAMS WORDT BEÏNVLOED DOOR SOCIAALECONOMISCHE SCHOOLCOMPOSITIE HOE DE COLLECTIEVE DOELMATIGHEIDSBELEVING VAN LERARENTEAMS WORDT BEÏNVLOED DOOR SOCIAALECONOMISCHE SCHOOLCOMPOSITIE Een onderzoek naar de rol van organisatieproceskenmerken Barbara Belfi, Sarah Gielen,

Nadere informatie

Wat betekent het twee examens aan elkaar te equivaleren?

Wat betekent het twee examens aan elkaar te equivaleren? Wat betekent het twee examens aan elkaar te equivaleren? Op grond van de principes van eerlijkheid en transparantie van toetsing mogen kandidaten verwachten dat het examen waarvoor ze opgaan gelijkwaardig

Nadere informatie

IEP Eindtoets 2017 TOETSREGLEMENT. Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens

IEP Eindtoets 2017 TOETSREGLEMENT. Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens IEP Eindtoets 2017 TOETSREGLEMENT Bureau ICE De nieuwe generatie toetsen en examens INHOUD Inleiding 2 1 Verantwoordelijkheden directeur 3 2 Aanmelding voor de IEP Eindtoets 4 3 Privacy 5 4 Toegestane

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN SEPTEMBER 2013 - MEI 2014 Instrumentontwikkeling

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN SEPTEMBER 2013 - MEI 2014 Instrumentontwikkeling LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN SEPTEMBER 2013 - MEI 2014 Instrumentontwikkeling E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, J. De Bilde, I. Van Droogenbroeck, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT:

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Instrumentontwikkeling. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J.

LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Instrumentontwikkeling. E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Instrumentontwikkeling E. Stevens, J. Dockx, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN MEI 2016 Instrumentontwikkeling

Nadere informatie

PIRLS 2016 Begrijpend lezen 4 e leerjaar

PIRLS 2016 Begrijpend lezen 4 e leerjaar PIRLS 2016 Begrijpend lezen 4 e leerjaar 15 januari 2018 Jan Van Damme, Kim Bellens, Bieke De Fraine, Kelly Tielemans & Margo Vandenbroeck Inhoud Wat is PIRLS? Vlaamse resultaten 2016 in internationaal

Nadere informatie

Cultuursurvey. Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT. Maaike Ketelaars Ton Klein

Cultuursurvey. Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT. Maaike Ketelaars Ton Klein Cultuursurvey Betrouwbaarheidsonderzoek voor Stichting LeerKRACHT Maaike Ketelaars Ton Klein Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Eerste voorstel voor de aanpassing van de vragenlijst... 7 2.1 Oorspronkelijke

Nadere informatie

LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Instrumentontwikkeling. J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J.

LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Instrumentontwikkeling. J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Instrumentontwikkeling J. Dockx, E. Stevens, C. Custers, I. Fidlers, B. De Fraine & J. Van Damme LISO-PROJECT: DIRECTIEVRAGENLIJST MEI 2015 Instrumentontwikkeling

Nadere informatie

First-grade retention: Effects on children s academic and psychosocial growth throughout primary education

First-grade retention: Effects on children s academic and psychosocial growth throughout primary education First-grade retention: Effects on children s academic and psychosocial growth throughout primary education Goos, M., Van Damme, J. Onghena, P., & Petry, K. T First-grade retention: Effects on children

Nadere informatie

Programma. Schaalconstructie. IRT: moeilijkheidsparameter. Intro: Het model achter het LOVS Mogelijkheden die het model biedt voor interpretatie

Programma. Schaalconstructie. IRT: moeilijkheidsparameter. Intro: Het model achter het LOVS Mogelijkheden die het model biedt voor interpretatie Programma LOVS Rekenen-Wiskunde Inhoud, rapportage en invloed van en Intro: Het model achter het LOVS Mogelijkheden die het model biedt voor interpretatie Marian Hickendorff Universiteit Leiden / Cito

Nadere informatie

3 Werkwijze Voordat een CQI meetinstrument mag worden ingezet voor reguliere metingen moet het meetinstrument in twee fases getest worden.

3 Werkwijze Voordat een CQI meetinstrument mag worden ingezet voor reguliere metingen moet het meetinstrument in twee fases getest worden. Procedure Psychometrische en discriminerend vermogen testfase Versie: 1.0 Datum: 01-04-2014 Code: PRO 04 Eigenaar: 1 Inleiding De richtlijnen en aanbevelingen voor de test naar de psychometrische en onderscheidende

Nadere informatie

Voorstelling SiBO-databank

Voorstelling SiBO-databank Voorstelling SiBO-databank Schoolloopbanen in en na het basisonderwijs (SiBO) Nathalie Vandenberghe, Bieke De Fraine & Jan Van Damme Stuurgroepvergadering 27 oktober 2011 Inhoud voorstelling Achtergrond

Nadere informatie

Zelfevaluatie-instrument

Zelfevaluatie-instrument Zelfevaluatie-instrument voor het bepalen van de kwaliteit van een toets Faculteit Management en Bestuur Zoëzi Opleidingsadvies Drs. Hilde ter Horst Drs. Annemiek Metz Versie 4.0, 11 september 2008 1.

Nadere informatie

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: januari 2015 Inleiding In dit document staan voor de meest voorkomende CITO-toetsen van het leerlingvolgsysteem weergegeven welke vaardigheidsscores bij welk

Nadere informatie

Parallellen tussen de peilingtoetsen en de OVSG-toets. Walter Dons Pedagogisch adviseur

Parallellen tussen de peilingtoetsen en de OVSG-toets. Walter Dons Pedagogisch adviseur Parallellen tussen de peilingtoetsen en de OVSG-toets Walter Dons Pedagogisch adviseur inhoud De OVSG-toets -Wat? Waarom? Hoe? -Voor wie? -Evolutie in onze toets Parallellen met de peilingstoetsen OVSG-toets

Nadere informatie

Protocol Methode-onafhankelijke toetsen

Protocol Methode-onafhankelijke toetsen Protocol Methode-onafhankelijke toetsen Sint Maartensschool Wijkerlaan 10 2271 EP Voorburg November 2016 Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 METHODE-ONAFHANKELIJKE TOETSEN EN DE TOETSKALENDER.... 3 3 ALGEMENE RICHTLIJNEN...

Nadere informatie

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014

Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Onderzoek naar de opbrengsten van de methode Lijn 3 10-11-2014 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 2 2. WINTERSIGNALERING... 3 3. ZOMERSIGNALERING... 6 4. CONCLUSIES... 9 1 1. Inleiding Inleiding Bureau ICE

Nadere informatie

Onderbouwing. AMN Eindtoets: adaptief met terugbladerfunctie. Hoe zit dat?

Onderbouwing. AMN Eindtoets: adaptief met terugbladerfunctie. Hoe zit dat? Onderbouwing AMN Eindtoets: adaptief met terugbladerfunctie. Hoe zit dat? In 2017 liet het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de AMN Eindtoets officieel toe als eindtoets in het basisonderwijs.

Nadere informatie

PEILPROEVEN WISKUNDE TWEEDE GRAAD ASO. 1 De resultaten

PEILPROEVEN WISKUNDE TWEEDE GRAAD ASO. 1 De resultaten PEILPROEVEN WISKUNDE TWEEDE GRAAD ASO 1 De resultaten Op 9 mei 2012 werden door de overheid de resultaten meegedeeld van de peilproeven over (een deel van) de eindtermen wiskunde van de tweede graad aso

Nadere informatie

Toelichting Ankeronderzoek met Ankersets. Ankeronderzoek. Beschrijving ankeronderzoek

Toelichting Ankeronderzoek met Ankersets. Ankeronderzoek. Beschrijving ankeronderzoek Toelichting Ankeronderzoek met Ankersets Onderstaande tekst is een aangepaste versie van het document Toelichting Ankeronderzoek met Referentiesets, geschreven door Saskia Wools & Anton Béguin (2014).

Nadere informatie

Peiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso + Vergelijking met ICCS 2016

Peiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso + Vergelijking met ICCS 2016 Peiling burgerzin en burgerschapseducatie in de derde graad aso, bso, kso en tso + Vergelijking met ICCS 2016 Inspiratiedag PAV sessie 5 7 december 2017 Margo Vandenbroeck Overzicht DEEL 1 Peiling burgerzin

Nadere informatie