Memo. Beleidsafspraken rondom inzet AWBZ zorg binnen onderwijs op het Prisma

Transcriptie

1 Concept Aan Ouders die extra hulp willen inzetten, zorgaanbieders, persoonlijk begeleiders, teamleden van het Prisma Van Nanske Lahaye Memo Beleidsafspraken rondom inzet AWBZ zorg binnen onderwijs op het Prisma Aanleiding De afgelopen jaren zijn er successievelijk steeds meer leerlingen binnen gekomen met persoonlijke begeleiding anders dan van ons eigen personeel. In de meeste gevallen was er hierbij sprake van AWBZ, in de vorm van Zorg in Natura (ZiN) of in de vorm van een Persoonsgebonden budget (PGB). Later zijn er leerlingen bijgekomen waarbij de ouders privé fulltime begeleiding hadden ingehuurd om hun kind te begeleiden op school. Zonder de inzet van deze mensen is onderwijs voor hun kind niet mogelijk. Het is van belang om een eenduidig beleid te voeren over wat we verwachten van deze begeleiding als school en de afspraken die we er rondom willen maken. In onderstaand document zal puntsgewijs worden ingegaan op doelstellingen en afspraken rondom extra inzet van buitenaf ten behoeve van de leerling. Om verwarring te voorkomen zal er in dit stuk gesproken worden over een Persoonlijk Begeleider (PB) 1. 1 van 1 Behandeld door N ans ke Lahaye n.lahaye@ prisma-arnhem.nl Het Prisma Onze school geeft voortgezet speciaal onderwijs aan leerlingen van 12 tot 20 jaar met een verstandelijke of meervoudige beperking. Heijenoordseweg 5a 6813 GG Arnhem T F info@prisma-arnhem.nl Doelstelling extra inzet Voorwaarden Contractafspraken Begeleiding Aanvraag Doelstelling extra inzet De leerling is onderdeel van de leerling-populatie van het Prisma en heeft, om zich voldoende te kunnen ontwikkelen binnen de onderwijssetting meer/intensievere begeleiding nodig dan het Prisma kan bieden. 1 Onder PB-er wordt verstaan een externe begeleider die niet in dienst is van het Prisma en extern is ingehuurd door ouders (PGB, ZiN of privé)

2 Voorwaarden De PB-er werkt binnen de groep met leerlingen en geeft, daar waar nodig, de extra hulp aan de leerling. Er kan geen sprake zijn van een klasje in een klas, de leerling moet deel uit kunnen maken van het groepsproces. Daar waar een leerling slechts één of enkele uren per week persoonlijke begeleiding heeft, ligt het genuanceerder. Het is mogelijk dat een leerling in een aparte ruimte extra RT ontvangt. In basis trachten we dit zo min mogelijk buiten het groepsproces te laten plaatsvinden. Bij een leerling die een fulltime PB-er heeft is deze begeleider er voor de hele groep zodat de betreffende leerling ook in die groep kan functioneren. Als participatie in de groep (op termijn) niet mogelijk is gaat de school met ouders in gesprek om aan te geven dat onderwijs binnen de omgeving van het Prisma geen geschikte oplossing is voor hun kind en dat er andere keuzes gemaakt moeten gaan worden in het belang van hun kind. Ouders, zorgaanbieders en PB-er onderschrijven de missie en visie van het Prisma. Indien de PB-er medicatie toedient gebeurt dit volgens het protocol van de zorgaanbieder. De PB-er draagt er zorg voor dat de mentor een kopie van het protocol krijgt. Deze stopt deze vervolgens in de dagmap van de leerling. Zorg wordt, indien haalbaar, minimaal 30 minuten aaneengesloten ingezet. PB-er kan alleen worden ingezet bij wederzijds akkoord tussen ouders en het Prisma. Bij hulp die gefinancierd wordt voor inzet van een PB-er geldt: Als de indicatie verlopen is en er is nog geen nieuwe indicatie binnen is kan de begeleiding stopgezet worden. De directeur, als voorzitter van de Commissie van Begeleiding, kan dan besluiten dat de leerling tijdelijk niet op school kan zijn. Voordat een PB-er ingezet gaat worden is er een startgesprek tussen ouders, mentor, teamleider en PB-er. Hierin wordt besproken wat de doelstelling van de begeleiding is en wat de opbrengst moet zijn. Het transitieplan, de verzorging en begeleiding zijn onderwerp van dit gesprek. Afspraken en acties worden door de mentor in het MLS gezet. Een nieuwe PB-er, bv als gevolg van ziektevervanging oid, start pas nadat er een gesprek heeft plaatsgevonden tussen de PB-er en de mentor. 2 van 2 Contractafspraken Het contract tussen PB-er is er een tussen hen en ouders. Het Prisma zal daar op geen enkele wijze verantwoordelijkheid in nemen. Als de PB-er afwezig is (bv door ziekte) dient de zorgaanbieder dan wel de ouders te zorgen voor een passende vervanger. Het Prisma onderneemt hier geen actie in. Indien een leerling slechts

3 één of enkele uren per week extra hulp heeft zal deze activiteit in principe komen te vervallen, als vervanging niet mogelijk is. Voor een leerling die zonder deze begeleiding niet in de groep kan participeren is schoolgang in principe niet mogelijk. De directeur, als voorzitter van de Commissie van Begeleiding, kan dan besluiten dat de leerling tijdelijk niet op school kan zijn. PB-er werkt binnen het team van het Prisma. Ze krijgen een eigen account op school en van hen zal vertrouwelijkheid rondom omgaan met informatie gevraagd worden. Om te kunnen functioneren binnen het Prisma is het van belang dat de PB-er passend gekwalificeerd 2 is en blijft. Bijscholing is hier onderdeel van. Het gaat hierbij om scholing die nodig is om participatie/communicatie in de groep mogelijk te maken (denk hierbij aan een gebarencursus). Zorg/begeleiding door de PB-er wordt ingezet waar deze voor toegekend is. Als er sprake is van hulp bij verzorging, voeding e.d. wordt deze ook voor die onderdelen door de PB-er ingezet. 3 van 3 Begeleiding Het Prisma is niet verantwoordelijk voor het functioneren van de PB-er. Indien er mogelijke problemen zijn zal dit eerst door de mentor met de PB-er zelf worden besproken. De mentor maakt hiervan altijd melding bij de teamleider, die dit op zijn beurt bespreekbaar maakt met de leidinggevende van de PB-er. Indien dit niet het gewenste resultaat heeft zullen ouders geïnformeerd worden. Soms begeleidt de PB-er de leerling cognitief. Indien de mentor de indruk heeft dat dit didactisch dan wel pedagogisch verbetering behoeft zal deze dat bespreekbaar maken met de PB-er. Bij onvoldoende resultaat zal dit bij de teamleider kenbaar gemaakt worden, die dit op zijn beurt bespreekbaar maakt met de leidinggevende van de PB-er. Indien dit niet het gewenste resultaat heeft zullen ouders geïnformeerd worden. Bij de start van elk schooljaar vindt er een startgesprek plaats tussen ouders, mentor, teamleider en PB-er. Hierin wordt besproken wat de doelstelling van de begeleiding is en wat de opbrengst moet zijn. Het transitieplan, de verzorging en begeleiding zijn onderwerp van dit gesprek. Afspraken en acties worden door de mentor in het MLS gezet. Eenmaal per jaar vindt er een evaluatie over de opbrengst van de extra inzet plaats. Hierbij zijn aanwezig: mentor, PB-er, ouders, contactpersoon zorgaanbieder en teamleider het Prisma. Naast evaluatie van opbrengsten zal bekeken worden hoe de inzet voor de komende periode zal moeten zijn. Afspraken en acties worden door de mentor in het MLS gezet. 2 Het Prisma levert de kwalificatie-eisen aan de zorgaanbieder, dan wel direct aan ouders. Als een PB-er didactische ondersteuning biedt moet deze ook dusdanig geschoold zijn. De kosten voor scholing liggen niet bij het Prisma.

4 4 van 4 Aanvraag Een zorgaanvraag wordt altijd binnen de Commissie van Begeleiding besproken. Het is niet mogelijk dat een mentor direct met ouders afspraken maakt over aanvraag tot of het inzetten van PB-er. Ook bij de aanvraag voor een herindicatie zal dit via de Commissie van Begeleiding lopen. De aanvraag verloopt via bijgeleverde stroomschema s.

5 Traject indicatie aanvraag Wil mentor of ouders een PB-er, dan gaat de mentor naar de teamleider (TL). 5 van 5 1. TL bespreekt in CvB en overlegt met ouders om totale zorgaanvraag op te starten (na de indicatie beslist TL hoeveel uren er daadwerkelijk worden ingezet) 2. Mentor stelt dagrooster op en leveren deze in bij TL 3. TL speelt dagrooster door aan ouders en deze starten de aanvraagprocedure bij CIZ op 4. CIZ indicatie komt binnen bij ouders (hoeveelheid beschikbare uren) 5. Ouders melden dit aan de zorgaanbieder (bij particuliere aanvraag zoeken ze eigen PGB-er en melden bij school) 6. TL-er bepaalt hoeveel uur van de indicatie werkelijk kan worden ingezet (wie is er al in de groep, wat is wenselijk, mogelijk enz) 7. Vanuit de cliëntenadministratie van de zorgaanbieder volgt een offerte naar ouders die ouders invullen op basis van de door de TL aangegeven aantal uren PB-er 8. Zodra de offerte getekend is en binnen is bij de zorgaanbieder: Melding van TL naar mentor dat het (wensen)rooster opgesteld kan worden klas maakt wensenrooster 9. Vervolgacties: Wie wordt de PB-er en per wanneer start het? TL geeft aan per wanneer de PB-er ingezet kan worden. PB-er maakt in overleg met de mentor een rooster. Mentor mailt rooster naar TL. TL brengt ouders op de hoogte door middel van een brief hoe de inzet voor hun kind is geregeld.

6 Traject herindicatie: 90 dagen voor einde indicatie krijgt TL een melding vanuit administratie zorgaanbieder (deze heeft dit bij ouders gemeld) Bij particuliere trajecten houden ouders dit zelf in de gaten. naar TL via het CvB 6 van 6 1. TL en mentor stemmen af wat er nodig is: a. uitbreiding huidige zorguren mentor past rooster aan b. korten huidige zorguren mentor past rooster aan c. handhaven huidige zorguren a-b-c 2. Mentor levert dagroosters aan TL 3. TL speelt dagroosters door aan ouders en deze starten de aanvraagprocedure op 4. Zorgaanbieder of ouders bewaken het hele herindicatietraject, nemen waar nodig contact op met ouders of desbetreffende mentor. 5. Als indicatie binnen is bekijkt TL wat de aanpassingen moeten zijn binnen de groep. 6. TL regelt de inzet van de PB-er en geeft seintje aan de mentor wanneer deze start. 7. TL brengt ouders op de hoogte door middel van een brief hoe de inzet voor hun kind is geregeld. Als er geen veranderingen zijn blijft zorg gecontinueerd.