HC4 Planschade en nadeelcompensatie
|
|
- Jacobus Maas
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 HC4 Planschade en nadeelcompensatie Planschade We hebben reeds gezien dat de overheid ook aansprakelijk kan zijn bij op zichzelf rechtmatig overheidshandelen. Nadeelcompensatie bij schade komt op grond van het égalitébeginsel voor vergoeding in aanmerking. In de jaren 50 vorige eeuw werden wetten aangenomen in de sfeer van ruimtelijke ordening e.d. Hierbij was te voorzien dat nadeel kan worden geleden die bepaalde burgers in het bijzonder zou treffen. Op initiatief van lagere overheden zijn er wetten tot stand gekomen met betrekking tot planschade. Inmiddels zijn ook veel regelingen met betrekking tot nadeelcompensatie tot stand gekomen. Geen formele wetten. Een belangrijk verschil wordt aangenomen tussen de regeling nadeelcompensatie en de planschaderegeling op grond van het Wro. Bij de planschaderegeling heeft lange tijd normaal maatschappelijk risico geen rol gespeeld. Nu met de Wro (nieuw) wel. Nederland was erg ruimhartig, hiervan was het buitenland onder de indruk. Nog steeds zijn we eigenlijk wel ruimhartig. Art. 6.1 lid 1 Wro definieert planschade. Het gaat om bepaalde vormen van schade: - Inkomensderving; - Vermindering waarde van een onroerende zaak. Het woord tegemoetkoming kende de oude regeling (vóór 2008) niet. Taxatieverschillen werden vergoed. Het begrip is teruggekomen om aan te geven dat het niet noodzakelijkerwijs gaat om een volledige schadevergoeding. Bij planschade geldt dat het criterium redelijkerwijs niet voor rekening. Dit geeft aan dat we wat terugwillen van de situatie die we voor 2008 hadden. Bij onteigening wordt wel de volledige schade vergoed. Een element van planschadevergoeding is dat de schadevergoeding niet nog een keer krijgt op grond van art. 6.1 lid 1 Wro, alleen voor zover niet voldoende anderszins is verzekerd. Een ander element in de definitie van planschade in art. 6.1 lid 1 Wro is als gevolg van in het tweede lid genoemde oorzaak. De aanvraag De wet van nu geeft een uitgebreider aantal voorschriften om in aanmerking te komen dan vroeger. Voor 2008 was het genoeg een brief te schrijven; je hoefde niet aan te geven waaruit die schade bestaat. Inmiddels heeft de wetgever voorschriften gegeven. Ze vinden hun basis in de wet en in het Besluit ruimtelijke ordening. De vereisten voor de aanvraag worden gegeven door art. 6.1 lid 3 Wro en art Bro. Ook een opgave van de reden voor de schade is vereist. Hoe ver moet die argumentatie gaan? Taxatierapport? De jurisprudentie eist niet dat je taxatierapport instuurt. In de adviescommissie zitten taxateurs. Gemeenten werken met een formulier en vragen daarin om bijv. het eigendomsbewijs bij te voegen. Geen adviescommissie vereist In het algemeen is er een adviescommissie dat advies uitbrengt, tenzij er een aanvraag is die kennelijk ongegrond is. Zie hiervoor art lid 1 Bro. Er is sprake van kennelijke ongegrondheid indien er: - Niet is voldaan aan indieningsvereisten (artikel 4:5 Awb) - Er sprake is van verjaring - De schade voor eigen rekening komt vanwege de 2% drempel - De schade had kunnen worden voorzien (voorzienbaarheid). Benodigde gegevens Nodig zijn: - Planologische gegevens (gemeente) - Feitelijke informatie (aanvrager). Feitelijke informatie is o.a.: de datum van de koop (voorzienbaarheid), de datum levering (belanghebbendheid; is de aanvrager op de peildatum eigenaar of anderszins gerechtigd?) en kadastrale gegevens. Inkomensderving of waardevermindering Je moet inkomensderving of waardevermindering op peildatum beoordelen. De peildatum is de datum waarop het schadeveroorzakende besluit in werking treedt. Je kijkt naar de waarde voor en na inwerkingtreding van een besluit; een taxatiekwestie. Uitsluitend en alleen bepalend voor het recht op schadevergoeding is wat er planologisch kan gebeuren en niet wat er feitelijk gebeurt! Niet bepalend is wat er onder het oude plan gebeurd was. Een voorbeeld: de bewoner van een huis dient een claim in omdat achter zijn huis kantoorgebouwen worden gebouwd. Eerst was er een school met twee verdiepingen. Een nieuw kantoorgebouw leidt er volgens de burger toe dat hij er zwaar op achteruit gaat. Niet bepalend
2 is dat er alleen een school stond, maar wat de maximale invulling van het oude bestemmingsplan was. Je kijkt wat er mag komen. Dit speelt alleen geen rol als je met aan zekerheid grenzende waarschijnlijk kunt zeggen dat zich dit niet zal voordoen. Een voorbeeld hiervan: een woonwijk wordt gebouwd aan rand van de stad. Er worden schadeclaims ingediend omdat het uitzicht verandert. In het tussenliggende gebied lag een oud bestemmingsplan zonder gebruiksvoorschriften. Er mocht zelfs een autosloperij komen. Als het nagenoeg ondenkbaar is dat zo n ongelukkige situatie zich voordoet, dan hoef je hem niet mee te nemen. Dit wordt echter niet snel toegepast! Je vergelijkt de juridisch mogelijke situatie met daarbij een maximale invloed. Het verlenen van de bouwvergunning of het feitelijk beginnen van de bouw speelt geen rol. Het gaat om het moment waarop het planologisch mogelijk is gemaakt. Redelijkerwijs Redelijkerwijs ten laste van betrokkene behoort te blijven wordt uitgewerkt in artikel 6.2 en 6.3. Art. 6.2: het normaal maatschappelijk risico. Art. 6.3 Risico aanvaarding (voorzienbaarheid) en schadebeperking. NB normaal maatschappelijk risico: in de stad kun je niet veronderstellen dat het altijd stil is. Stel dat je er al 20 jaar woont; je hebt niet 20 jaar lang de garantie dat het uitzicht net zo mooi blijft als toen je het kocht. Voor 2008 was dit wel vanzelfsprekend in de nadeelcompensatieregeling, maar nog niet bij planschade. Wat is het normaal maatschappelijk risico? Voor een bedrijf? Hoe bereken je het normaal maatschappelijk risico? Het is een beetje natte vinger werk. In de huidige regeling van de planschade is het zo dat in ieder geval 2% van de waardevermindering voor eigen rekening blijft (die 2% is een drempel en geen korting). Voorbeeld: Een middelgrote stad heeft al 20 jaar lang een rij bungalows met allemaal een terras aan het water. Ze hebben 20 jaar lang uitzicht op het weiland. Er werd een woonwijk gebouwd, daardoor ontstond er een ander uitzicht. Deze casus speelde onder het oude systeem waar het maatschappelijk risico geen rol speelde. Het viel te verwachten dat op gegeven moment daar de stad zou uitbreiden. De structuur van de omgeving deed dat vermoeden. ABRvS: het planschaderecht van toen kende het begrip maatschappelijk risico nog niet. Wel het begrip redelijkerwijs, wat inhield dat als je het kon voorzien, je dan geen schadevergoeding krijgt. In casu was het niet te voorzien, want er waren geen geschreven stukken. Nu zou het op grond van art. 6.2 hoogstwaarschijnlijk anders uitpakken. Onderscheid directe en indirecte planschade Schade die je lijdt als gevolg van de bestemming van je eigen perceel is directe planschade. De bouwgrond wordt een plantsoen, het word minder waard en daardoor onstaat planschade. Het forfait van 2% geldt niet voor directe planschade. Forfait geldt alleen voor schade als gevolg van de wijziging van de bestemming van de gronden in de omgeving (indirecte planschade). Peildatum Is het moment waarop de schadeveroorzakende nieuwe planologie in werking treedt. De schade wordt per deze datum beoordeeld. Schadeoorzaken artikel 6.1 lid 2 (sheet 10) a. Bepaling van bestemmingsplan, inpassingsplan of beheersverordening art Wro. Flexibiliteitsbepalingen in bestemmingsplan als bedoeld in art. 3.6 lid 1 Wro zijn uitgezonderd als schadeoorzaak. Dit is een belangrijke wijziging t.o.v. art. 49 Wro. b. Uitwerkingsplan, wijzigingsplan, binnenplanse ontheffing of nadere eis zijn zelfstandige schadeoorzaak. c. Ontheffing krachtens een beheersverordening art Wro. d. Projectbesluit, tijdelijke ontheffing, ontheffing kruimelgevallen, provinciaal- of rijksprojectbesluit, afwijken van beheersverordening. e. Aanhouding besluit bouw, -sloop of aanlegvergunning. f. Provinciale verordening art. 4.1 en AMvB art. 4.3 schadeoorzaak voor zover bepaling een weigeringsgrond bevat voor aanleg- en sloopvergunning. g. KB als bedoeld in 10.4 Wro (landsverdediging). Sub a: Dit is de primaire oorzaak. Voor de rest zijn er allerlei specifieke bepalingen die een verandering van een planologisch regime kunnen veroorzaken en die eronder vallen. Die schadeoorzaken beogen dekkend te zijn voor alle mogelijke oorzaken van planologische wijzigingen die mogelijk zijn op grond van Wro. Geen schadeoorzaken
3 Schaduwschade: schade die men lijdt als gevolg van een planologische wijziging die in de lucht hangt. De ontwikkeling is er nog niet, er is nog geen wettelijke basis. Wel heeft het feitelijke werking. Bijvoorbeeld structuurvisies, aanwijzing rijk en provincie, een voorbereidingsbesluit en een provinciale verordening (anders dan genoemd onder art 6.1 lid 2 sub f Wro). Structuurvisie behoeft nog uitwerking, maar heeft wel feitelijk effect. Planvergelijking Niet de feitelijke situatie is bepalend, maar de planologische situatie. Geen cumulatie, wat wil zeggen dat bij meerdere plannen die elkaar in de tijd opvolgen steeds het nieuwe plan vergeleken moet worden met het direct daaraan voorafgaand geldende plan. Bijvoorbeeld als je drie plannen hebt moet je a met b vergelijken en b met c vergelijken. Uitgangspunt is de maximale invulling. Zelfs als het uitermate onwaarschijnlijk is dat er autowrakken komen, is dit niet uitgesloten en moet de uitzondering niet worden toegepast. Een uitzonderingsituatie is het geval waarin verwezenlijking van de oorspronkelijk bestemming met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid is uitgesloten. Flexibiliteitsbepalingen Onder art. 49 Wro (oud) werden flexibiliteitsbepalingen (vrijstelling, uitwerking) in de planvergelijking betrokken bij de maximale invulling van de oorspronkelijke planologie. Uitzondering was de wijzigingsbepaling, dit was een zelfstandige schadeoorzaak en werd niet betrokken bij maximale invulling. Onder art Wro geldt voor alle flexibiliteitsbepalingen dat ze zelfstandige schadeoorzaak zijn. Er is een toename in het aantal gevallen van schaduwschade. Schadefactoren Is eigenlijk alles behalve immateriële schade (is in de waardevermindering inbegrepen) en tijdelijke schade. Subjectieve factoren mogen ook geen rol spelen. Gevoelswaarde speelt vaak een rol. Situeringswaarde waar veel over wordt geklaagd, wordt door subjectieve factoren beïnvloed. Die mogen geen rol spelen. Taxateurs hebben de neiging een formule te gebruiken, maar dat mogen ze niet van de Afdeling. Ze moeten motiveren. Op grond van intuïtie en ervaring is niet toegestaan. Een voorbeeld van tijdelijke schade: er moet een tunnel worden gebouwd onder de spoorlijn door. Vlakbij ligt een hotel die gedurende de 5 maanden dat tunnel daar gebouwd wordt minder klanten heeft. Het hotel lijdt omzetschade, een forse schade. Na 6 maanden was die tunnel afgedekt en had het hotel er geen last meer van. Onder art. 6.1 Wro kon dit niet meer worden vergoed. Wordt weggemanoeuvreerd onder het normale bedrijfsrisico. Planschade is het niet want het is het gevolg van werkzaamheden die leiden tot uitvoering van het plan. Als het een tijdelijke bestemming is dan wordt het anders. Tijdelijke verandering planologisch regime kan wel tot schadevergoeding leiden. Tijdelijke uitvoeringsschade is echter uitgesloten. Hoogte van het schadebedrag Een nieuwe woonwijk wordt vlakbij een bestaande boerderij gerealiseerd. Het gat tussen boerderij en stadsrand wordt opgevuld door een woonwijk. De Wijkontsluitingsweg is zodanig dat koplampen van de auto s in woning betrokkene schijnen. Tot dan toe lag die boerderij in een rafelige stadsrand (half stad / half platteland). Nu worden er dure huizen gebouwd. Taxateur meent dat hij er niet minder van wordt. Het pand wordt geïntegreerd in nieuwe woonwijk. Rechter oordeelt dat niet voldoende goed wordt gemotiveerd dat waardevermindering wordt gecompenseerd door die mooie nieuwe wijk. Geen planologische verslechtering die redelijkerwijs niet ten laste van betrokkene behoort te blijven moet beter worden gemotiveerd. Rechter legt enorme zware motiveringsplicht op de besluitvorming. Het drempelbedrag is E300 (in 2005 ingevoerd). Een casus: betrokkene had zich niet gerealiseerd dat hij niets kreeg. De Gemeente zei dat hij niet veel kans had en dat hij E300 moest betalen voordat zij de aanvraag in behandeling namen. De Gemeente moet mensen waarschuwen om niet kansloze aangelegenheden aan te vechten. Voor het schadebedrag vindt taxatie plaats per peildatum. De waarde vlak voor inwerkingtreding moet met de waarde vlak na inwerkingtreding worden vergeleken. Het verschil is de waardevermindering. Dit is een planlogische vergelijking en geen feitelijke vergelijking. Geeft vaak verwarring. De wettelijke rente over het schadebedrag geldt vanaf het moment van de ontvangst van de aanvraag (art. 6.5 sub b Wro). Het drempelbedrag van E300 krijg je retour bij (gedeeltelijke) toekenning van de aanvraag (art. 6.4 lid 4 Wro). Deskundigen Doorgaans wordt er een adviescommissie ingesteld. Tegenwoordig komen aanvragers steeds meer met tegenrapporten. De commissie is daar niet aan gehouden. De Gemeente hoeft ook niet af te wegen welk rapport meer geloofwaardig is. Uitgangspunt is dat de adviseur of de commissie deskundig is (art ) en de gemeente (of andere overheidsinstantie) mag uitgaan van het advies tenzij dit onjuistheden of onvolledigheden bevat. Vergoeding van deskundigenkosten vindt plaats op grond van art. 6.5 sub a Wro. In de fase van de aanvraag zijn de deskundigenkosten (was het uitgangspunt onder de oude regeling) voor eigen rekening. Nu komen deskundigenkosten
4 ook voor in de fase dat je de claim indient; dit ligt ook wel in de rede in de eisen die het Wro stelt aan de aanvraag. Goed denkbaar is dan dat in het kader van de aanvraag de deskundigenkosten worden vergoed. Deskundigenkosten krijg je alleen vergoed als je terecht een planschadeclaim hebt ingediend en die gehonoreerd krijgt. Normaal maatschappelijk risico Art. 6.2 Wro regelt dat in ieder geval 2% van het inkomen of van de waarde van een onroerende zaak blijft voor rekening van de aanvrager (lid 2). Dit is een drempel en geen korting! Daarnaast dient een beoordeling plaats te vinden van het normale maatschappelijke risico. De 2% drempel geldt niet voor directe planschade. Wel moet er getoetst worden aan het normaal maatschappelijk risico. Deze bepaling bestond niet in de oude WRO. Art. 6.3 Wro: eigen risico Er zijn twee soorten van risicoaanvaarding. Passieve risico-aanvaarding: als je zelf niet actief genoeg bent geweest om de schade af te wenden. Dit houdt niet in dat je je altijd hebt moeten verzetten tegen de schadeoorzaak van de claim. Ook al ben je op het punt van bezwaar volledig passief geweest heeft dit geen betekenis. Je krijgt ook niet meer schadevergoeding als je extra je best hebt gedaan het plan te voorkomen. Als de schade voortvloeit uit onrechtmatige karakter van het besluit, dan kun je geen planschade claimen. De schade die voortvloeit uit de uitvoering van het plan valt ook niet onder de planschade. Een voorbeeld: de fundering van het huis gescheurd. Is dit planologische verslechtering? Er was eerst geen bestemmingsplan, alles mocht. Dus is er geen sprake van planologische verslechtering en wordt er dus geen schadevergoeding gegeven. De grote schade aan het huis is niet het gevolg van een rechtmatige daad van de overheid dus moet de aannemer aangesproken worden. Als het bestemmingsplan onrechtmatig is gewijzigd, maar bezwaartermijn is verstreken dan is er geen planschade. Sommige rechters beschouwen het als planschade maar de vraag is of de RvS het goed vindt. Bij de eigen risico spelen dus voorzienbaarheid (risicoaanvaarding passief of actief) en schadebeperkingsplicht een rol. Actieve risicoaanvaarding Bestond er op moment van de koopovereenkomst of investeringsbeslissing aanleiding om rekening te houden met de kans op een nadelige planologische wijziging? Ga daarvoor terug naar de bekendgemaakte concrete beleidsvoornemens op het moment dat de aanvrager kocht of investeerde (koopovereenkomst, geen akte). Was de voorzienbaarheid volledi? Dan geen aanspraak. De voorzienbaarheid kan gedeeltelijk zijn; dan blijft een deel van de schade voor rekening van de aanvrager. Passieve risicoaanvaarding Ziet op de situatie dat de bouw- en gebruiksmogelijkheden van het eigen perceel verslechteren. Zijn er pogingen ondernomen? Dan kan het niet worden tegengeworpen. Is er stilgezeten? De vraag is dan voor hoelang en of er concrete beleidsvoornemens bekend waren gemaakt? Een ander aspect van de eigen risico (art. 6.3 Wro) is de schadebeperkingsplicht. Anderszins verzekerd (art. 6.1 Wro) Dit moet worden beoordeeld aan de hand van alle feiten en omstandigheden. Overgangsrecht Voor de vraag welk recht van toepassing is zijn twee data van belang: 1 september 2005 en 1 juli HC5 De overheidsovereenkomst Typen overheidsovereenkomsten - Privaatrechtelijke overeenkomsten - Bevoegdhedenovereenkomsten - Gemengde overeenkomsten; bevatten beide elementen. Wordt niet apart behandeld omdat de regels over de privaatrechtelijke overeenkomst en bevoegde overeenkomst ook hierop van toepassing zijn op hun eigen elementen in deze overeenkomst. Deze typen onderscheiden zich door het recht wat toepasselijk is op die overeenkomsten. Privaatrechtelijke overeenkomsten Object: subjectieve privaatrechtelijke vermogensrechten. Het gaat voornamelijk over eigendom. In deze overeenkomsten vinden we geen afspraken over hantering van publiekrechtelijke bevoegdheden, anders wordt het een gemende overeenkomst. Het is ook niet mede een besluit. De benoemde overeenkomsten in boek 7 BW zijn in ieder geval
5 privaatrechtelijk. Bijvoorbeeld huur, pacht, aanneming van werk. Het privaatrecht is rechtstreeks van toepassing. Schakelbepalingen zoals bijv. 3:14 BW hoeven hier dus niet worden gebruikt. Echter kan het publiekrecht wel invloed hebben op het privaatrecht door de hoedanigheid van de overheid in de rechtsverhouding. De bevoegdhedenovereenkomst Deze overeenkomst wordt beheerst door het publiekrecht. Soms zijn er specifieke wettelijke regels, bijv. de exploitatieovereenkomst art. 8 WGR, de uitvoeringsovereenkomst bij subsidie, de madateringsovereenkomst. Er is geen algemene wettelijke regeling. Om geen gat in de rechtsbescherming te krijgen is het privaatrecht van overeenkomstige toepassing, tenzij de aard van de overeenkomst zich daartegen verzet. De bevoegdhedenovereenkomst is geen Awb-besluit, want ze zijn niet eenzijdig. De overeenkomst is tweezijdig, tegenover de uitvoering van een publiekrechtelijke bevoegdheid staat een tegenprestatie van de burger. Regels ten aanzien van het nemen van besluiten kunnen worden toegepast op bevoegdhedenovereenkomsten (de Awb). Zowel privaatrecht als publiekrecht hebben hun invloed op deze overeenkomst. Algemene voorwaarden bij bevoegdheden kunnen worden aangemerkt als beleidsregels. In wezen zijn dat namelijk geen andere typen van regels. Ze hebben dezelfde mate van bindendheid. Hier dus ook weer een mix van privaatrecht en publiekrecht. Is een besluit tot het aangaan van bevoegdheden overeenkomsten appellabel? Je zou dit kunnen aannemen omdat het gaat om een besluit tot het verrichten van een publiekrechtelijke handelen. Dat leidt echter tot problemen. Want als dit een besluit zou zijn wat bij de bestuursrechter kan worden aangevochten, dan heb je een dubbele bevoegdheid en kan dit leiden tot verschillende uitspraken in vergelijkbare zaken. We hadden namelijk al gezien dat de burgerlijke rechter zich op het gebied van de bevoegdhedenovereenkomst bevoegd had verklaard. Gemengde overeenkomsten Dit zijn overeenkomsten die veelal een combinatie van afspraken zijn over hantering van publiekrechtelijke bevoegdheden en het beschikken over de eigendom. Legaliteit en overeenkomsten Wat is de wettelijke grondslag van overheidsovereenkomsten? De overheid heeft in beginsel geen bevoegdheden zonder wettelijke grondslag. Nederland is hier soepel in; de bevoegdheid tot het aangaan van de privaatrechtelijke overeenkomst vloeit voor uit de privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid van art. 2 BW. De bevoegdhedenovereenkomst is een publiekrechtelijke overeenkomst, voor dit type geldt dus wat anders. Deze heeft wellicht een specifieke wettelijke grondslag nodig. Het gaat vaak om bevoegdheden waarbij de overheid een bepaalde beleidsvrijheid heeft, anders zou er niets te contracteren zijn omdat de overheid dan gebonden is om een besluit te nemen in een bepaalde richting als een bepaalde situatie zich voordoet. Deze overeenkomsten vooronderstellen dus altijd een zekere mate van keuzevrijheid. Goed verdedigbaar is dan dat er geen wettelijke grondslag nodig is maar dat het aangaan van deze overeenkomsten is terug te voeren op de beleidsvrijheid die de overheid heeft bij de uitvoering van het in het contract opgenomen bevoegdheid. In Duitsland kan een bestuursorgaan in plaats van een besluit te nemen ook een contract sluiten. Dan komt het contract in de plaats van een besluit. Dit is iets anders. Dit moet inderdaad specifiek geregeld zijn. Dit kent Nederland niet. Geldigheid algemeen Art BW: bepalingen betreffende de nietigheid zijn ook buiten het vermogensrecht van toepassing, tenzij de aard van de rechtshandeling of de rechtsbetrekking zich daartegen verzet. Art 3:40 BW: strijd met de wet, openbare orde of goede zeden leidt tot nietigheid. In het bestuursrecht wordt nietigheid nauwelijks aangenomen. Dit heeft ook doorwerking op het overheidscontractenrecht. Geldigheid van de privaatrechtelijke overeenkomst Art. 3:40 e.v. BW zijn van toepassing. Schending van publiekrechtelijke normen kunnen via art. 3:40 BW op zichzelf nietigheid met zich meebrengen (bijv. grondrechten). Strijd met publiekrechtelijke normen levert niet altijd nietigheid op. Art. 36 Compabiliteitswet geeft een aantal begrotingsregels. Een schending van een begrotingsregel doet niet af aan een betalingsverplichting van de overheid. Voor aanbestedingsregels geldt hetzelfde, schending kan een vernietigbaarheid opleveren. Hier kun je een beroep op doen. Geldigheid bevoegdhedenovereenkomst Soms staat er een specifiek wettelijk verbod tot het aangaan van overeenkomsten (bijv. art. 122 Woningwet). Ook kan een overschrijding plaatsvinden van de ruimte die bij beleidsvrijheid wordt gegeven. Soms bij zijn delegatie en mandaat
6 wettelijk geregeld dat geen overdracht van bevoegdheden mag plaatsvinden bij overeenkomst. Soms mag geen beschikkingsvervangende overeenkomst worden gesloten zonder wettelijke grondslag. Een overeenkomst laat bestuursrechtelijke procedureregels onverlet. Derdebelangen moeten worden beschermd. In zo n situatie is de overeenkomst betrekkelijk zwak, een rechter kan oordelen dat de overeenkomst met het oog op het belang van een derde niet kan worden nagekomen. Bedingen van vergoedingen Het gaat om een wilsovereenstemming. Maar de overheid heeft een monopolie als het gaat om de uitvoering van die bepaalde bevoegdheid. In beginsel is een wettelijke grondslag vereist voor het vragen van de burger van een tegenprestatie. S en S (boek) vinden dat het evenredigheidsbeginsel soms de grondslag kan zijn van een vergoedingsplicht. Bijvoorbeeld als derden schade lijden. Er is een bepaling ingevoerd het mogelijk maakt dat de schade wordt verhaald op degene die baat heeft bij de vergunning maar volgens S en S kan dit reeds op grond van het evenredigheidsbeginsel worden gebaseerd. Er is congruentie met het antwoord op de vraag of en in hoeverre aan een vergunning financiële voorwaarden mogen worden verbonden. Eventuele wettelijke voorschriften zijn van toepassing. Beperking van toegang tot de bestuursrechter Kun je contracteren dat een grondrecht (recht op een eerlijk proces, EVRM) wordt geschonden door toegang tot de bestuursrechter te verbieden? Sommigen menen dat dit niet mogelijk is. Is echter wel feitelijk mogelijk bij vaststellingsovereenkomst, tenzij er strijd is met de openbare orde. Strijd met dwingend (bestuurs)recht levert niet altijd strijd op met de openbare orde. Afstand van een grondrecht is alleen mogelijk bij een concreet geschil. Je moet weten waar je afstand van doet. Algemene arbitrageclausules zijn wellicht problematisch (o.m. de positie van derdebelanghebbenden). Maar daarbij is altijd een escape voor de rechter dus vindt de leraar dit niet zo problematisch. Doorkruisingsproblematiek Dit speelt alleen bij de privaatrechtelijke overeenkomst. Kan niet spelen bij bevoegdhedenovereenkomsten volgen S en S (boek), omdat het in hun ogen publiekrechtelijke overeenkomsten zijn. De Windmill-criteria gelden voor de privaatrechtelijke overeenkomst. Mogelijkheden van bedingen van tegenprestaties is groter bij een privaatrechtelijke overeenkomst dan bij een bevoegdhedenovereenkomst. Dit leidt uitzondering in het geval van het bedingen van een geldelijke vergoeding voor het gebruik van openbare zaken (zie het college van week 6). Gevolgen van nietigheid Voor privaatrechtelijke overeenkomsten gelden de artt. 3:41, 3:42, 3:58 en 6:203 e.v. BW. Voor de bevoegdhedenovereenkomst gelden deze artikelen ook, tenzij het rechtskarakter van de overeenkomst daaraan in de weg staat. De gevolgen zijn verschillend al naar gelang de overeenkomst al dan niet reeds is uitgevoerd. In het laatste geval zijn de mogelijkheden om de nietigheid te verdisconteren beperkter. Ook belangen van derden spelen een rol. Vernietigbaarheid Bepalingen over vernietigbaarheid zijn conform art. 3:59 BW in beginsel van toepassing buiten het vermogensrecht. Voor privaatrechtelijke overeenkomsten gelden de regels omtrent bedreiging, bedrog en misbruik van omstandigheden (art. 3:44 BW) en dwaling (art. 6:228 BW). Ook hier wel de inkleuring door het bestuursrecht. Een overheid zal hier moeilijker een beroep op kunnen doen dan de burger. Bij bevoegdhedenovereenkomsten kunnen de regels omtrent vernietigbaarheid als algemene bestuursrechtelijke regels van toepassing zijn. Bij de invulling van de criteria wordt door de bestuursrechter gekeken naar de algemene bestuursrechtelijke regelingen. Vergelijk de dwaling en de intrekking van beschikkingen. Voorwaarden en tijdsbepalingen Dat rechtshandelingen in beginsel onder voorwaarde of tijdsbepaling kunnen worden aangegaan geldt voor het privaatrecht en bestuursrecht gelijkelijk (de schakelbepaling van art. 3:59 BW verklaard art. 3:38 BW van toepassing). De regels over de voorwaarden in Boek 6 (met name afd BW) gelden niet zonder meer, er staat namelijk geen schakelbepaling. Het verbod van potestatieve voorwaarden geldt zowel voor de privaatrechtelijke als voor de bevoegdhedenovereenkomst. De uitoefening van bestuursbevoegdheid onder de voorwaarde dat een overeenkomst wordt gesloten kan alleen op grond van een wettelijke grondslag (bijv. art. 4:33 Awb bij subsidiebeschikkingen). De leraar ziet niet zo in waarom dit meer belastend is voor de burger dan voorwaarden bij een beschikking. De overheid mag namelijk bij overeenkomst niet een grotere tegenprestatie eisen dan bij een vergunning.
7 Nakoming Het uitgangspunt is pacta sunt servanda als algemeenrechtelijk beginsel. De primaire vordering is nakoming. Voor een privaatrechtelijke overeenkomst gelden de regels over de wijzen van nakoming (art. 6:27-51 en art. 6: BW). De rechter kan niet worden omzeild door toepassing van bestuursdwang. Regels omtrent niet-nakoming (schadevergoeding) zijn ook van toepassing (art. 6:74 en 6:81 BW). De bevoegdhedenovereenkomst kent 2 situaties. Er wordt nakoming van de overeenkomst wordt gevorderd door de overheid. Er is meer garantie dat de burger nakomt bij een overeenkomst dan bij een vergunning. Ten opzichte van de begunstigende besluiten is er het voordeel voor de overheid dat kan worden afgedwongen dat de toegestane activiteiten daadwerkelijk worden ontplooid. Ten opzichte van verplichtende besluiten zijn bestuursrechtelijke handhavingsmiddelen voldoende, er is geen behoefte aan een nakomingsvordering. Bij vorderingen ingesteld door de burger blijven bestuursrechtelijke regels van procesrecht bij het uitvoeringsbesluit van toepassing (termijnen; formele rechtskracht kan nakoming onmogelijk maken). Vernietiging van de weigering het uitvoeringsbesluit te nemen levert nog geen nakoming op. Belangen van derden maken nakoming soms onmogelijk. De regels van de 4 e tranche Awb over bestuursrechtelijke geldschulden zijn goeddeels van overeenkomstige toepassing op financiële verplichtingen voortvloeiend uit bevoegdhedenovereenkomsten. Soms doen er zich onvoorziene omstandigheden voor; HR 23 juni 1989, NJ 1991, 673 (GCN-Nieuwegein II), zie klapper. S en S (boek) menen dat art. 6:258 BW niet van toepassing is op bevoegdhedenovereenkomsten; binding op grond van het vertrouwensbeginsel is sterker dan de regels in het privaatrecht. Daarom moet er vrijwel altijd schadevergoeding worden toegekend. De leraar is het hier niet mee eens. Bij beleidswijzigingen zijn de aard van de overeenkomst, de aard van de overheidstaak en de aard en het gewicht van de betrokken maatschappelijke belangen bepalend. De rechter toets dit marginaal (HR 19 februari 1993, NJ1995, 704). HC6 Overheid en eigendom Privaatrechtelijk eigendom en domain public Er is geen algemene publiekrechtelijke regeling van de overheidseigendom. Overheidseigendom is in beginsel het privaatrechtelijk eigendomsrecht. Maar er vindt wel inkleuring plaats door het publiekrecht (vergelijk art. 3:14 BW). De overheid heeft namelijk niet het absolute recht op een bepaald goed. De overheid behartigt ook niet de eigen belangen, maar in eerste instantie het algemene belang. De inkadering door het publiekrecht wordt steeds sterker. Zie daarvoor o.a. de zaak HR 5 juni 2009, AB 2009, 327 (Amsterdam-Geschiere). De gemeente had een parkeervergunning verleend maar meende later dat de eigenaar toch niet meer gebruik mocht maken van de parkeerplaats. Als je er vanuit gaat dat de gemeente eigenaar is dan zou dit mogelijk zijn. De HR oordeelde echter dat het niet was toegestaan omdat dan misbruik van een recht wordt gemaakt. Er wordt een publiekrechtelijke vergunning verleend dan maak je misbruik van het privaatrecht door het alsnog onmogelijk te maken. Wettelijke regeling De bestaande wettelijke regeling is lacuneus (art. 5:24-28 BW). Verplichtingen en bevoegdheden behoeven een wettelijke grondslag. De Haan meent dat de tweegrondslagleer van toepassing is: 1. de regeling van de eigendom van openbare zaken dient in het BW te zijn geregeld, en 2. de regeling van de openbare bestemming moet in de Awb en bijzondere wetgeving zijn geregeld. Noch het een, noch het ander hebben wij. Effect van openbare bestemming op bijzonder gebruik HR , NJ 151 (Huizen / Staat). Aan de staat komen dezelfde eigenaarsbevoegdheden toe als aan de gewone eigenaar. Een door hemzelf niet gegeven toestemming kan niet alleen langs publiekrechtelijke weg, maar ook langs privaatrechtelijke weg worden beëindigd. Al zou de publiekrechtelijke bestemming het opnemen van afvalwater inhouden, dan nog is het aan de Staat de belangen af te wegen. De rechter toetst die belangenafweging marginaal. Alleen bij kennelijke onredelijkheid grijpt de rechter in. Daar was hier echter geen sprake van. NB: ten tijde van deze uitspraak waren er geen publiekrechtelijke regelingen terzake. Zijn die er wel, dan gelden die. Sedert 1992 zijn openbare wateren niet meer vatbaar voor eigendom. De redenering van het arrest blijft echter gelden. Onderscheid tussen gewoon en bijzonder gebruik HR , NJ 644 (Parlevinker). De parlevinker moest een vergunning hebben van de beheerder van de vaarwegen. Heeft de vergunning gekregen. Vervolgens wilde het Rijk 1500 gulden per jaar hebben omdat hij eigenaar is. Er was sprake van bijzonder gebruik van de vaarwegen.
8 HR: bij bijzonder gebruik is er plaats voor een op de privaatrechtelijke eigenaarsbevoegdheid gebaseerde betalingsverplichting. HR , LJN AA5860 (Den Haag / Staat). De gemeente Den Haag baggert de haven van Schevingen uit. Wil loodsen in de Noordzee. De Staat wil als eigenaar zoveel gulden per ton ontvangen voor het loodsen. HR: door het verlenen van een publiekrechtelijke ontheffing wordt in beginsel bijzonder gebruik tot gewoon gebruik. Op die grondslag is er geen bevoegdheid tot het eisen van een vergoeding als eigenaar. De toepasselijke wettelijke regeling (WVZ) geeft wel de mogelijkheid aan de vergunning doelgebonden financiële voorwaarden te verbinden. Niet duidelijk is in hoeverre het laatste (mogelijkheid in een toepasselijke regeling) van doorslaggevend belang is geweest bij de HR. Effect van de openbare bestemming op de omgeving HR , NJ 433 (Gorsselse bomen). De gemeente plant bomen langs de weg op een afstand die niet overeenkomt met de regels van het burenrecht. De HR oordeelt dat het burenrecht in beginsel van toepassing is, tenzij deze toepassing onverenigbaar is met de openbare bestemming. Of dat zo is toets de rechter vervolgens marginaal. Het overheidsprivaatrecht botst hier eigenlijk met het gewone privaatrecht. Openbare wegen Heeft een wettelijke regeling gekregen maar munt niet uit in duidelijkheid. Onder openbare wegen wordt soms het een of soms het ander verstaan. Feitelijke openbaarheid betekent een voor het openbaar verkeer openstaande weg (Wegenverkeerswet). Dit hoeft niet te betekenen dat ze openbaar zijn in juridische zin (Wegenwet). Openbaarheid in juridische zin is de plicht tot het dulden van gebruik door het verkeer (art. 14 Wegenwet). Beperkingen staan in art. 6 Wegenwet. Vaak gaat het om wegen in eigendom van een overheidslichaam, maar soms is de weg in eigendom van een particulier. Bij tijdelijke afsluiting van de weg bijv. voor een circus is de weg feitelijk niet meer openbaar, maar het tast de juridische openbaarheid niet aan. Entreeheffing voor een evenement op de openbare weg is niet in strijd met het tolverbod van art. 53 Wegenwet. Soms worden openbare wegen gebruikt voor iets anders dan het verkeer te laten rijden. Bijv. het verhuren van de weg aan een bedrijf voor het parkeren van auto's. Mag dit ondanks dat een deel van de weg is aangemerkt als openbare weg in juridische zin? Dit mag nooit zo ver gaan dat je de weg helemaal uitsluit van verkeer zodat de primaire functie van de weg komt te vervallen. Een tijdelijke fysieke uitsluiting zou wel kunnen. Art. 6 Wegenwet geeft geen basis voor beperking van de fysieke toegankelijkheid. De beperking van de toegang door bij huurovereenkomst een gedeelte van de openbare weg af te sluiten is in strijd met art. 14 en 6 Wegenwet. Een besluit tot onttrekking aan de openbaarheid is nodig voor afsluiting en bijzonder gebruik. Een laatste situatie die de leraar wilde bespreken (geen sheet) Een situatie waar de privaatrechtelijke toestemming die wordt gegeven in het kader van een festival, wordt overgedragen aan een privaatrechtelijke organisatie. Het ging om het uitdelen van standplaatsen op een festivalterrein. Een voorlopige voorziening was aangevraagd. Oordeel van de rechter: als je als gemeente een vergunningssysteem hebt, dan moet je ook zorgen dat als iemand een vergunning heeft, diegene de vergunning dan ook kan gebruiken. De locatiebepaling kun je overlaten aan de privaatrechtelijke organisatie, maar het kan niet zover gaan dat die mag zeggen dat er helemaal geen plaats is. Geen delegatie of mandaat aan een privaatrechtelijke organisatie is toegestaan. In Nederland heeft de overheid een gewoon eigendomsrecht dat steeds ongewoner wordt omdat het door publiekrechtelijke vergunningsystemen wordt ingekaderd. HC7 Rechtsmachtverdeling Uitgangspunten De burgerlijke rechter neemt wat schadevergoeding betreft wel een grotere rol dan de bestuursrechter, maar het is tegenwoordig niet meer zo dat vordering tot schadevergoeding perse bij de burgerlijke rechter ingediend moeten worden. Er mogen geen gaten vallen in de rechtsbescherming, geen negatieve competentieconflicten. Er mogen geen tegenstrijdige uitspraken voorkomen, geen dubbele competenties (leer van de formele rechtskracht). De burgerlijke rechter respecteert de uitspraken van de bestuursrechter en omgekeerd. De burger mag niet de dupe worden van onduidelijke competentieverdeling. Stel dat de burger zich tot de verkeerde rechter heeft gewend en tegen de tijd dat de burger zich bij de goede rechter meldt, de termijn daarvoor is verstreken, dan mag dit voor de burger geen negatieve gevolgen hebben. Hiervoor kent de wet ook een voorziening gelukkig. De rechtsbedeling moet zo weinig mogelijk
9 gehinderd worden door vragen van rechterlijke competentie. Op het punt van overheidsaansprakelijkheid kunnen er zich nog problemen voordoen, vooral bij besluiten die bij de bestuursrechter appellabel zijn. Handelingen en besluiten Het artikel van de Graaf en Marseille gaat uit van een bepaalde versimpliceerde definitie van handelingen en besluiten. Handelingen zijn die activiteiten en besluiten die niet onder de competentie van de bestuursrechter vallen. Besluiten zijn besluiten ten aanzien waarvan de bestuursrechter bevoegd is. Handelingen Bij onrechtmatige handelingen dient een vordering tot schadevergoeding bij de burgerlijke rechter te worden gedaan. Schadeveroorzakende rechtmatige handelingen kun je via schending van het gelijkheidsbeginsel aankaarten. Dan wordt de handeling onrechtmatig op het moment dat de schade niet wordt vergoed. De burgerlijke rechter is in deze zaken bevoegd. Art. 6:15 en 8:71 Awb beschermen de burger tegen gevolgen van het bewandelen van de verkeerde weg. De rechter heeft een doorzendplicht op het moment dat de burger zich tot de verkeerde rechter heeft gewend. Alles wat expliciet niet tot de bestuursrechter behoort, behoort dus tot de burgerlijke rechter. Onrechtmatige besluiten Bij schade als gevolg van de door de bestuursrechter onrechtmatig geoordeelde besluiten is zowel de bestuursrechter als de burgerlijke rechter bevoegd (art. 8:73 Awb). Ondanks ABRvS 6 mei 1997, AB 1997, 229 (Van Vlodrop), waarin werd bepaald dat de bevoegdheid van het bestuur tot het nemen van een schadebesluit berust op het algemene rechtsbeginsel dat degene die schade veroorzaakt heeft door toerekenbaar onrechtmatig handelen gehouden is die schade te vergoeden. Het rechtsgevolg van het schadebesluit is dat naar publiekrecht al dan niet een aanspraak op schadevergoeding bestaat. Als de schade veroorzaakt wordt door een bij de bestuursrechter appellabel besluit is ook het schadebesluit appellabel. Hier is dus de bestuursrechter ook bevoegd verklaard bij de beoordeling van zelfstandige schadebesluiten. Toch heeft de HR geoordeeld in Groningen-Raatgever (HR 17 december 1999, NJ 2000, 88) geoordeeld dat art. 8:73 Awb niet als doel heeft de gang naar de burgerlijke rechter uit te sluiten. Schadebesluiten krijgen geen formele rechtskracht, dus de burgerlijke rechter kan ook worden benaderd nadat de termijn voor het instellen van beroep bij de bestuursrechter is verstreken. Bij de bestuursrechter beginnen en overschakelen naar de burgerlijke rechter mag ook, totdat de bestuursrechter een oordeel heeft geveld. Rechtmatige besluiten Bij een wettelijk of op beleidsregel gebaseerd zelfstandig nadeelcompensatiebesluit is er geen beroep tegen het nadeelveroorzakend besluit noodzakelijk (bijv. planschade). Bij een onzelfstandig nadeelcompensatiebesluit moet beroep tegen het nadeelveroorzakend besluit worden ingediend. De Paul Kruger brug-zaak, ABRvS 22 november 1983m AB 1984, 154: vernietiging vindt plaats wegens strijd met het égalitébeginsel waarbij de noodzaak is om een nieuw besluit te nemen, een onzelfstandig nadeelcompensatiebesluit. Bij een buitenwettelijke zelfstandig nadeelcompensatiebesluit geldt ook van Vlodrop: de bevoegdheid van het bestuur tot het nemen van een besluit op een verzoek op nadeelcompensatie, voor zover het nadeel betreft dat is ontstaan door de rechtmatige uitoefening van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid. De bevoegdheid rust op het égalitébeginsel. Het rechtsgevolg is al dan niet aanspraak naar publiekrecht op betaling van een geldsom. Het besluit is appellabel als het nadeelveroorzakende besluit appellabel was bij de bestuursrechter (connexiteit). Er is geen sprake van een specifieke wettelijke grondslag. Praktische onzekerheden over het buitenwettelijk nadeelcompensatiebesluit In het nadeelveroorzakende besluit wordt überhaupt niet gesproken over het al dan niet vergoeden van schade. In zo n geval kun je twee dingen doen. Of je zegt dat daarom het besluit onrechtmatig is en dit dan leidt tot een onzelfstandig nadeelcompensatiebesluit. Of je zegt dat het besluit an sich niet aan de orde is, en dan kan er een buitenwettelijk zelfstandig nadeelcompensatiebesluit worden aangevraagd. Er is onduidelijkheid over de keuzemogelijkheid als het nadeel veroorzakende besluit wel iets bepaalt over nadeelcompensatie. Dogmatische onduidelijkheid over het buitenwettelijk zelfstandig nadeelcompensatiebesluit Als in art. 3:4 lid 2 Awb het égalitébeginsel is gecodificeerd dan moet het bestuur, wil het niet in strijd met de wet handelen, in het nadeel veroorzakende besluit compensatie bieden. Ook moet dan de burger desgewenst het nadeelveroorzakende besluit aanvechten. Ook sluit dan het beginsel van de formele rechtskracht een toekomstig verzoek om nadeelcompensatie, resulterend in een buitenwettelijk nadeelcompensatiebesluit, af. Dus of art. 3:4 lid 2 Awb codificeert het égalitébeginsel of het buitenwettelijk nadeelcompensatiebesluit is mogelijk, het is 2 van 1. Rol van de burgerlijke rechter
10 De gang naar de burgerlijke rechter, terwijl de openstaande weg bij de bestuursrechter tegen danwel een onzelfstandig nadeelcompensatiebesluit dan wel een buitenwettelijk zelfstandig nadeelcompensatiebesluit niet is gevolgd, stuit af op de leer van de formele rechtskracht (Pannekoekhhuis en ook Asha-Amersfoort, HR 28 maart 2008, NJ 2008, 475). Er wordt dus in de jurisprudentie onderscheid gemaakt tussen schadevergoeding en nadeelcompensatie. De geschiedenis van art. 8:73 Awb is doorslaggevend. Wenselijke rechtsmachtverdeling: De burgerlijke rechter uitsluitend bevoegd maken bij geschillen die gaan over schade of nadeel tengevolge van niet bij de bestuursrechter appellabele handelingen. De bestuursrechter bij uitsluiting bevoegd maken bij geschillen betreffende schade en nadeel ten gevolge van appellabele besluiten. De Graaf en Marseille zeggen dat het ontbreken van een aan art. 8:73 Awb parallelle regeling bij nadeelcompensatie ertoe leidt dat de benadeelde in beginsel 1 moment heeft om een nadeelcompensatieclaim aan de bestuursrechter voor te leggen: bij het nemen van een zelstandig nadeelcompensatiebesluit (de gevolgen hiervan staan op sheet 8). Voorontwerp algemene wettelijke regeling nadeelcompensatie (Over het voorontwerp voor de onrechtmatige daad is de docent minder te spreken en het maakt weinig kans om er door te komen dus wordt het niet besproken). Art : Lid 1: indien een bestuursorgaan in de rechtmatige uitoefening van zijn publiekrechtelijke bevoegdheid of taak schade veroorzaakt die uitgaat boven het normaal maatschappelijk risico en een benadeelde in vergelijking met anderen onevenredig zwaar treft, kent het bestuursorgaan de benadeelde op zijn aanvraag een vergoeding toe. Lid 2: schade blijft in ieder geval voor rekening van de aanvrager voor zover: a. hij het risico van het ontstaan van de schade heeft aanvaard b. hij heeft nagelaten redelijke maatregelen ter voorkoming of beperking van schade te nemen c. de vergoeding van de schade anderszins is verzekerd. Lid 3: indien de schadeoorzaak als bedoeld in het eerste lid tevens voordeel oplevert wordt die bij de vaststelling van de te vergoeden schade in aanmerking genomen. Twee dingen die opvallen: 1. Er wordt gesproken over een rechtmatige uitoefening van een publiekrechtelijke bevoegdheid of taak. Daar valt onder niet alleen het besluit, maar ook het verrichten van een feitelijke handeling. Je kan dan dus ook bij schade veroorzaakt door feitelijke handelingen bij de bestuursrechter terecht. Je kan alles in 1 keer aan de orde stellen. 2. Er wordt gesproken over de bijzondere last (boven het maatschappelijk risico) en de speciale last (onevenredig zwaar getroffen ten opzichte van een ander) in genoemd. MvT bij dit voorontwerp wordt op Nestor gezet. Alleen ter informatie, is geen examenstof.
Actualiteiten aansprakelijkheid
Actualiteiten aansprakelijkheid Zo, nu eerst overheidsaansprakelijkheid en nadeelcompensatie! Mr.dr. C.N.J. Kortmann 7 november 2016 Sessie 1G Onderwerpen vandaag Korte verkenning van het veld en de spelers
Nadere informatieAansprakelijkheid en schadevergoeding Awb
Aansprakelijkheid en schadevergoeding Awb Contactgroep Algemeen Bestuur Prof. mr. G.A. van der Veen AKD Rotterdam Rijksuniversiteit Groningen 9 april 2014 Inhoud lezing 1. Inleiding: de nieuwe regeling
Nadere informatieAANVRAAGFORMULIER TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE. afdeling Ruimte en Leefomgeving postbus 9000 6600 AH Wijchen
AANVRAAGFORMULIER TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE Gegevens gemeente (datum ontvangst) Verzendadres: Gemeente Wijchen afdeling Ruimte en Leefomgeving postbus 9000 6600 AH Wijchen De Wet ruimtelijke ordening
Nadere informatieArtikel 2: Indiening van de aanvraag en mededeling van ontvangst Eerste lid
Toelichting bij de Procedureregeling planschadevergoeding 2005 Algemene toelichting Op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) heeft een belanghebbende de mogelijkheid om van de
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming in schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro
Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro Ingevolge artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening kennen Burgemeester en wethouders degene die in de vorm van een inkomensderving
Nadere informatiePlanschade & nadeelcompensatie: actuele ontwikkelingen StAB 19 september 2017
Planschade & nadeelcompensatie: actuele ontwikkelingen StAB 19 september 2017 Berthy van den Broek g.m.vandenbroek@uu.nl Onderwerpen 1. (G)één uniforme nadeelcompensatieregeling op basis van het égalitébeginsel?
Nadere informatieTegemoetkoming in planschade 2014
Tegemoetkoming in planschade 2014 Achtergrond informatie De Wet ruimtelijke ordening stelt in artikel 6.1 dat belanghebbenden die schade hebben geleden door een ruimtelijk besluit in aanmerking kunnen
Nadere informatieDEEL I DE RECHTSMACHT 1
VOORWOORD V DEEL I DE RECHTSMACHT 1 1 DE GRONDWET 3 1 Waarborg 3 2 Exclusiviteit 4 3 Doorbreking bij de wet 5 4 Het begrip rechterlijke macht 5 5 Burgerlijke rechten 6 6 Conclusie burgerlijke en bestuursrechtelijke
Nadere informatieVerzoek om tegemoetkoming in planschade als bedoeld in artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro)
Aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenburg a/d Geul T.a.v. de afdeling Bouwen en Wonen Postbus 998 6300 AZ Valkenburg aan de Geul Verzoek om tegemoetkoming in planschade
Nadere informatieBehorend bij artikel 2 van de Procedureverordening voor tegemoetkoming in planschade 2009.
Aan burgemeester en wethouders van de gemeente Schijndel t.a.v. de afdeling Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Postbus 5 5480 AA Schijndel AANVRAAG TEGEMOETKOMING PLANSCHADE Behorend bij artikel
Nadere informatieBehalve bovenstaand artikel is er nog meer geregeld in de Wro en het bijbehorende Besluit ruimtelijke ordening. Hieronder volgt enige toelichting:
AANVRAAG TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE Toelichting De Wet ruimtelijke ordening (Wro) geeft in artikel 6.1 aan dat in bepaalde gevallen een tegemoetkoming in schade gevraagd kan worden. Deze wet is op 1
Nadere informatie1. Gegevens aanvrager Naam en voorletters:... Adres:... Postcode en woonplaats:... Telefoonnummer:...
Aanvraagformulier tegemoetkoming in planschade (aanvraagformulier ex artikel 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht) In de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is geregeld dat burgers onder bepaalde voorwaarden
Nadere informatieAANVRAAG OM TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE
Bezoekadres Osdorpplein 1000 1068 TG Amsterdam Postbus 90460 1006 BL Amsterdam Telefoon 020 518 0800 Fax 020 619 9426 www.osdorp.amsterdam.nl AANVRAAG OM TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE In te vullen door
Nadere informatieWat en hoe. druk: Huisdrukkerij gemeente Smallingerland
Wat en hoe PLANSCHADE druk: Huisdrukkerij gemeente Smallingerland 2008 afdeling Bestuursondersteuning / COM-EJ-102008 2 11 Als de nieuwe wet en de twee procentregel van toepassing is op het voorbeeld dan
Nadere informatieAANVRAAGFORMULIER TEGEMOETKOMING SCHADE EX ARTIKEL 6.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro)
AANVRAAGFORMULIER TEGEMOETKOMING SCHADE EX ARTIKEL 6.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro) De vragen gemarkeerd met een * hoeft u alleen te beantwoorden als ze voor u van toepassing zijn. Gegevens aanvrager
Nadere informatie3. Relatie met bestaand beleid De gevolgen kunnen worden uitgesplitst in wijzigingen en het overgangsrecht.
Raadsnota Raadsvergadering d.d.: Agenda nr: Onderwerp: Planschade, de gevolgen van de nieuwe Wro Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het raadsvoorstel Uw raad te informeren over de
Nadere informatieKees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur.
Spreker: Kees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur. De SAOZ adviseert overheden inzake o.a. planschade- en nadeelcompensatieclaims van burgers en bedrijven (objectief
Nadere informatieAd a. Algemeen belang Elke handeling met een publieke grondslag wordt geacht genomen of gedaan te zijn in het algemeen belang.
Toelichting Algemene toelichting Inleiding Artikel 7.14 van de Waterwet bevat een algemene regeling die voorziet in de vergoeding van schade als gevolg van de rechtmatige uitoefening van een taak of bevoegdheid
Nadere informatiePlanschadevergoeding. t Mr. G.M. van den Broek. Het recht op schadevergoeding bij wijziging van het pianologische regime. door
Planschadevergoeding Het recht op schadevergoeding bij wijziging van het pianologische regime door t Mr. G.M. van den Broek Kluwer - Deventer - 2002 Inhoudsopgave Voorwoord Lijst van gebruikte qflcortingen
Nadere informatieArtikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.
Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking
Nadere informatieAanvraagformulier Tegemoetkoming in planschade, gemeente Simpelveld 2011 Als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro)
Toelichting Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die in de vorm van inkomensderving of vermindering van de waarde van een onroerende zaak schade lijdt of zal lijden als
Nadere informatieSchadevergoeding in de Waterwet Seminar VVOR17 januari 2013. Dr.mr. Frank Groothuijse
Schadevergoeding in de Waterwet Seminar VVOR17 januari 2013 Dr.mr. Frank Groothuijse Plan van behandeling 1. Hoofdlijnen Waterwet 2. Schadevergoedingsregeling: 7.14 Wtw 3. Gedoogplicht aanleg/wijziging
Nadere informatieNadeelcompensatie onder de Omgevingswet. Mr. dr. Dirk Sanderink
Nadeelcompensatie onder de Omgevingswet Mr. dr. Dirk Sanderink Algemene regeling van art. 4:126 e.v. Awb (1) Art. 4:126 lid 1 Awb (Stb. 2013/50 nog niet in werking) Indien een bestuursorgaan in de rechtmatige
Nadere informatieGeregistreerd partnerschap. Planschade
Geregistreerd partnerschap Planschade Planschade Deze folder gaat over planschade. U krijgt antwoord op vragen zoals: 1. Wat is planschade? 2. In welke gevallen kan ik aanspraak maken op een tegemoetkoming?
Nadere informatieKees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur.
Spreker: Kees van der Lee Sinds 1996 werkzaam voor de SAOZ, vanaf 2001 als adjunctdirecteur. De SAOZ adviseert overheden inzake o.a. planschade- en nadeelcompensatieclaims van burgers en bedrijven (objectief
Nadere informatieAanvraagformulier Tegemoetkoming Planschade
De gang van zaken is als volgt. U dient het aanvraagformulier bij het college in, waarna u een bevestiging van ontvangst krijgt met een acceptgirokaart met het verschuldigde bedrag. Dit bedrag dient binnen
Nadere informatieToelichting Procedureverordening voor tegemoetkoming in planschade 2008
Toelichting Procedureverordening voor tegemoetkoming in planschade 2008 Tegemoetkoming in schade in de Wro en Bro Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die in de vorm van
Nadere informatieOnderwerp: Notitie Planschade en Procedureverordening advisering tegemoetkoming in planschade
Raadsvergadering, 12 mei 2009 Voorstel aan de Raad Nr: 302 Agendapunt: 8 Datum: 21 april 2009 Onderwerp: Notitie Planschade en Procedureverordening advisering tegemoetkoming in planschade Onderdeel raadsprogramma:
Nadere informatieToelichting bij de Procedureverordening planschade gemeente Tiel
Nr. 5a,afdeling SO Toelichting bij de Procedureverordening planschade gemeente Tiel Algemene toelichting Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die in de vorm van inkomensderving
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming in de schade op grond van de Wet ruimtelijke ordening, art. 6.1
Stempel datum ontvangst Aanvraagformulier tegemoetkoming in de schade op grond van de Wet ruimtelijke ordening, art. 6.1 In te vullen door medewerker gemeente Eindhoven Dossiernummer Behandelaar De Wet
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 355 8 januari 2010 Beleidsregel houdende bepalingen met betrekking tot het aanvragen en behandelen van aanvragen voor
Nadere informatieINFORMATIEFOLDER PLANSCHADE
INFORMATIEFOLDER PLANSCHADE Gemeente Landgraaf Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Maart 2010 N.b.: hoewel nu ook nog planschadeclaims kunnen worden ingediend op grond van oude wetgeving (artikel 49 WRO)
Nadere informatieToelichting Planschade
Toelichting Planschade Wat is planschade? De Wet ruimtelijke ordening bepaalt in artikel 6.1 de mogelijkheden voor het verhalen van schade als gevolg van planologische wijzigingen, ook wel planschade genoemd.
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming planschade
Aanvraagformulier tegemoetkoming planschade Wat is planschade? Onder planschade wordt verstaan inkomensderving of waardevermindering van een onroerende zaak, die het gevolg is van een beslissing van de
Nadere informatieBIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade (artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening) (in tweevoud indienen bij de gemeente)
BIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade ) Dossier nr. RO: Datum ontvangst: Aan burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe 1. Gegevens aanvrager: a. Naam en voorletters: b. Adres:
Nadere informatieDe waarde van een overeenkomst over ruimtelijke ontwikkeling. prof. mr. Peter van Buuren
De waarde van een overeenkomst over ruimtelijke ontwikkeling prof. mr. Peter van Buuren Voorbeeld bevoegdhedenovereenkomst 1. De gemeente zal bestemmingsplan opstellen dat een planologische basis biedt
Nadere informatieTOELICHTING PROCEDUREVERORDENING VOOR ADVISERING TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE 2008
TOELICHTING PROCEDUREVERORDENING VOOR ADVISERING TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE 2008 Algemene toelichting Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die in de vorm van inkomensderving
Nadere informatieGemeente Heumen Procedureverordening tegemoetkoming in planschade, gemeente Heumen 2008
Gemeente Heumen Procedureverordening tegemoetkoming in planschade, gemeente Heumen 2008 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Vastgesteld
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming planschade. Let op: Velden gemarkeerd met een * moeten verplicht worden ingevuld.
Aanvraagformulier tegemoetkoming planschade Let op: Velden gemarkeerd met een * moeten verplicht worden ingevuld. In artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) staat dat het college op aanvraag
Nadere informatieBestuurs(proces)recht II- B Samenvatting van de stof - Bestuursrecht in het Awb- tijdperk, T. Barkhuysen e.a., Kluwer 2014.
AthenaSummary Universiteit van Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bachelorjaar 2 Bestuurs(proces)recht II- B Samenvatting van de stof - Bestuursrecht in het Awb- tijdperk, T. Barkhuysen e.a., Kluwer
Nadere informatiePROCEDUREVERORDENING VOOR ADVISERING TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE GEMEENTE HARDENBERG
PROCEDUREVERORDENING VOOR ADVISERING TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE GEMEENTE HARDENBERG Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. aanvrager: degene die een aanvraag om tegemoetkoming
Nadere informatieRaadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 7 Datum :
Ag nr. : 7 Datum :07-10-08 Onderwerp procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade Boxtel 2008 Status besluitvormend Voorstel 1) de procedureverordening voor advisering tegemoetkoming
Nadere informatieProcedureverordening tegemoetkoming in planschade gemeente Tiel
Nr. 5a, afdeling SO De raad van de gemeente Tiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op hoofdstuk 6, afdeling 6.1 'Tegemoetkoming in schade', Wet ruimtelijke ordening (Wro); gelet
Nadere informatieHet terugdringen van planologische overcapaciteit en het risico van (plan)schade
Het terugdringen van planologische overcapaciteit en het risico van (plan)schade Arjan Bregman Masterclass II 2015 Provincie Zuid-Holland New Babylon Den Haag 21 april 2015 Plan van behandeling Planschade
Nadere informatieAndere voorbeelden waarbij mogelijk sprake kan zijn van planschade zijn verlies van privacy, (toename van) geluidsoverlast of andere hinder.
Wat is planschade? Planschade is financiële schade die een persoon of een bedrijf lijdt als gevolg van een planologische maatregel. Zo n maatregel is in de meeste gevallen een wijziging van het bestemmingsplan
Nadere informatieLeidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009
Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel
Nadere informatieLijst van afkortingen. 1 Inleiding Inleiding Opzet van het boek; terminologie Opzet van het boek
Inhoud Voorwoord V Lijst van afkortingen XVII 1 Inleiding 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Opzet van het boek; terminologie 3 1.2.1 Opzet van het boek 3 1.2.2 Terminologie 3 2 Overheidshandelen en schade 7 2.1 Inleiding
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming planschade Artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening
Aanvraagformulier tegemoetkoming planschade Artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening De Wet ruimtelijke ordening (Wro) geeft in artikel 6.1 aan dat een belanghebbende die schade heeft geleden onder bepaalde
Nadere informatieStaats- en bestuursrecht
F.C.M.A. Michiels (red.) Staats- en bestuursrecht Tekst en materiaal Met bijdragen van Gio ten Berge Leonard Besselink Henk Kummeling Lex Michiels Rob Widdershoven KLUWER J ^ Deventer - 2003 Thema 1 -
Nadere informatieECGR/U201300637 Lbr. 13/058
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten uw kenmerk ons kenmerk ECGR/U201300637 Lbr. 13/058 bijlage(n)
Nadere informatieHet risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen
Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen Arjan Bregman Leerkring Kantoren- en winkelleegstand G32-steden Rol en mogelijkheden gemeenten bij bestrijding kantoren-
Nadere informatieProcedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Borger-Odoorn 2010.
Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Borger-Odoorn 2010. Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. aanvrager: degene die een aanvraag
Nadere informatieHC 9, , Nadeelcompensatie
HC 9, 01-10-2018, Nadeelcompensatie Nadeelcompensatie wegens rechtmatige overheidsdaad Een voorbeeld van schade na een rechtmatige overheidsdaad is de schade die winkeliers lijden wanneer een hele straat
Nadere informatieProcedureregeling planschadevergoeding 2006 gemeente Helmond
Procedureregeling planschadevergoeding 2006 gemeente Helmond Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Helmond; overwegende dat een regeling getroffen dient te worden teneinde op zorgvuldige
Nadere informatieOverheidsaansprakelijkheid een klein variété van wetgeving en rechtspraak. VMR 20 maart 2014
Overheidsaansprakelijkheid een klein variété van wetgeving en rechtspraak VMR 20 maart 2014 Titel 8.4 Awb Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten (Stb. 2013/50) 2 onderwerpen:
Nadere informatieBijlage 1: standaardaanvraagformulier behorend bij artikel 2 van de verordening voor advisering tegemoetkoming in planschade van de gemeente Langedijk
Bijlage 1: standaardaanvraagformulier behorend bij artikel 2 van de verordening voor advisering tegemoetkoming in planschade van de gemeente Langedijk De Wet ruimtelijke ordening (Wro) geeft in artikel
Nadere informatieSchadevergoeding in de vorm van nadeelcompensatie en planschade. Datum 10 oktober 2014
Schadevergoeding in de vorm van nadeelcompensatie en planschade Datum 10 oktober 2014 Inleiding Burgers, bedrijven en organisaties kunnen door het optreden van de overheid tijdelijk of blijvend nadeel
Nadere informatieEerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging
ECLI:NL:RVS:2014:110 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-01-2014 Datum publicatie 22-01-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201300676/1/A2 Eerste
Nadere informatieWat en hoe PLANSCHADE
Wat en hoe PLANSCHADE 1 2 Planschade In het kort komt planschade erop neer dat paticulieren en bedrijven die schade lijden door een verandering van een bestemmingsplan in bepaalde gevallen van de overheid
Nadere informatieA26a Overheidsprivaatrecht
MONOGRAFIEËN BW A26a Overheidsprivaatrecht Algemeen deel Mr. G. Snijders Raadsheer in de Hoge Raad, Staatsraad in buitengewone dienst Tweede druk Kluwer a Wolters Kluwer business Deventer - 2011 INHOUD
Nadere informatieProcedureregeling planschadevergoeding Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vianen;
Procedureregeling planschadevergoeding 2005 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vianen; gelet op de artikelen 49 en 49a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, besluit vast te stellen
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet
Nadere informatieBIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade (artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening) (in tweevoud indienen bij de gemeente)
BIJLAGE 1 Aanvraagformulier tegemoetkoming in schade ) Dossier nr. RO: Datum ontvangst: Aan burgemeester en wethouders van de gemeente Neder-Betuwe 1. Gegevens aanvrager: a. Naam en voorletters: b. Adres:
Nadere informatie: beleid naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad inzake planschade-overeenkomsten
Raad : 30 september 2003 Agendanr. : 11 Doc.nr : B 2003 11821 Afdeling: : Bouwen en Wonen RAADSVOORSTEL Onderwerp : beleid naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad inzake planschade-overeenkomsten
Nadere informatiePROCEDUREREGELING PLANSCHADEVERGOEDING ARTIKEL 49 WRO 2005 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,
Gemeente Den Haag Ons kenmerk DSO/2005.3396 RIS133161_24-NOV-2005 PROCEDUREREGELING PLANSCHADEVERGOEDING ARTIKEL 49 WRO 2005 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gezien de ledenbrief van de Vereniging
Nadere informatieProvinciale Staten. Provincie Zeeland. RMW-091 Agenda nr: Vergadering GS: 16 december 2008 N r: Waveren, H. van
Provinciale Staten Provincie Zeeland Gedeputeerde belast met behandeling: Waveren, H. van Vergadering PS: 13-03-2009 Nr: RMW-091 Agenda nr: Vergadering GS: 16 december 2008 N r: 08036299118 VOORSTEL Aan
Nadere informatieHet Subsidierecht. VNG Juridische 2-daagse Sandra van Heukelom-Verhage
Het Subsidierecht VNG Juridische 2-daagse 2013 Sandra van Heukelom-Verhage 28 oktober 2013 Subsidiedefinitie Artikel 4:21, lid 1 Awb: de aanspraak op financiële middelen (1) door een bestuursorgaan verstrekt
Nadere informatieVerordening schade-advisering ruimtelijke ordening Flevoland
Verordening schade-advisering ruimtelijke ordening Flevoland Artikel 1: Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder : aanvraag : adviseur: commissie: Besluit: deskundige belanghebbende:
Nadere informatieGemeente Landgraaf - Planschadeverordening provincie Limburg, Buitenring Parkstad Limburg
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Landgraaf. Nr. 24933 2 maart 2016 Gemeente Landgraaf - Planschadeverordening provincie Limburg, Buitenring Parkstad Limburg Aldus vastgesteld door Provinciale
Nadere informatieGEMEENSCHAPPELIJKE VERORDENING NADEELCOMPENSATIE, PLANSCHADETEGEMOETKOMING EN SCHADEVERGOEDING VOOR ONRECHTMATIGE HANDELINGEN ROTTERDAMSEBAAN 2014:
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rijswijk. Nr. 69895 2 december 2014 GEMEENSCHAPPELIJKE VERORDENING NADEELCOMPENSATIE, PLANSCHADETEGEMOETKOMING EN SCHADEVERGOEDING VOOR ONRECHTMATIGE HANDELINGEN
Nadere informatiePaul Krugerbrug II 13-12-2013 EN RECENTE JURISPRUDENTIE ABRVS 22 NOVEMBER 1983, AB 1984, 154 (I)
PAUL KRUGERBRUG II EN RECENTE JURISPRUDENTIE ANITA NIJBOER 13 DECEMBER 2013 PAUL KRUGERBRUG II, ABRVS 22 NOVEMBER 1983, AB 1984, 154 (I) Korte schets van de situatie - De Minister van Verkeer en Waterstaat
Nadere informatieToelichting Procedureverordening planschade Coevorden Algemene toelichting
Toelichting Procedureverordening planschade Coevorden 2016 Algemene toelichting Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die in de vorm van inkomensderving of vermindering
Nadere informatieToelichting bij Procedureverordening planschade Westerwolde 2019.
*ZEB6649E43F* Zaaknummer: Z/19/082779/D-234353 Toelichting bij Procedureverordening planschade Westerwolde 2019. Algemene toelichting Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene
Nadere informatie3 Onrechtmatige overheidsdaad
Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE
Nadere informatiePLANSCHADE SPECIALS, AFLEVERING 1: EISEN WAARAAN EEN PLANSCHADEVERZOEK MOET VOLDOEN EN DE PLANSCHADEPROCEDURE
PLANSCHADE SPECIALS, AFLEVERING 1: EISEN WAARAAN EEN PLANSCHADEVERZOEK MOET VOLDOEN EN DE PLANSCHADEPROCEDURE Deze eerste aflevering heeft betrekking op de vraag waaraan een verzoek om planschade dient
Nadere informatieMr. T.A.P. Langhout Schadeconsultant, beëdigd rentmeester NVR, ingeschreven in het Register Deskundigen Onteigening en Bestuursrechtelijke Schadevergoeding (DOBS) en Register-Taxateur RT. Inleiding Wat
Nadere informatieMandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd
Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,
Nadere informatieAdvies. Dossiernummer: 10001049. Het bestreden besluit
Advies van de commissie bezwaarschriften (mr. E.M. Kroese-Rink, mr. G.H. Hamelink-Bouwman, dhr. B.C. Star) aan het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad van Heerenveen over het bezwaarschrift
Nadere informatieWetstechnische informatie
Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Oosterhout Officiële naam regeling Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade 2008 Citeertitel Procedureverordening
Nadere informatieProcedureverordening aanvragen om tegemoetkoming in planschade
CVDR Officiële uitgave van Ede. Nr. CVDR8623_1 3 januari 2017 Procedureverordening aanvragen om tegemoetkoming in planschade De raad van de gemeente Ede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders
Nadere informatieVerordening nadeelcompensatie Arnhem 2011
1 Begripsbepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. aanvraag: een aanvraag als bedoeld in artikel 2, eerste lid van deze verordening b. adviseur: een persoon of
Nadere informatieHet terugdringen van planologische overcapaciteit en het risico van (plan)schade.
1 Het terugdringen van planologische overcapaciteit en het risico van (plan)schade. Inleiding. De gevolgen van de gewijzigde economische omstandigheden en de veranderde demografische ontwikkelingen zijn
Nadere informatieRoger Vermeulen, projectleider Wabo. Wabo procedures
Roger Vermeulen, projectleider Wabo Wabo procedures 1 Doel: Kennis overdragen Wabo Wat verandert er voor de medewerkers Waar moet je rekening mee houden. 2 Het gaat om een project of activiteit met plaatsgebonden
Nadere informatieProcedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum
Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum De raad van de gemeente Renkum; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 december 2012; Gelet op artikel
Nadere informatieAanvraagformulier tegemoetkoming in planschade
Aanvraagformulier tegemoetkoming in planschade Wat is planschade? Planschade kan voorkomen als de gemeente besluit een bestemming te wijzigen. Door zo n besluit kan iemand benadeeld worden. Dat nadeel
Nadere informatieECGR/U200801064 Lbr. 08/127
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Modelverordening advisering planschade uw kenmerk ons kenmerk ECGR/U200801064 Lbr. 08/127 bijlage(n) 1 datum
Nadere informatieAanvraagformulier Tegemoetkoming in planschade De Centrale As
Aanvraagformulier Tegemoetkoming in planschade De Centrale As Aan het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Fryslân t.a.v. Projectbureau De Centrale As Postbus 213 9250 AE Burgum Met dit formulier
Nadere informatieVerordening Nadeelcompensatie Hoogheemraadschap van Delfland. De Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland,
Verordening Nadeelcompensatie Hoogheemraadschap van Delfland De Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland, Gezien het voorstel van Dijkgraaf en Hoogheemraden van 25 oktober 2016; Gelet
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet
Nadere informatiet 072 535 66 66 GEMEENTEHUIS f 072 535 67 88
t 072 535 66 66 GEMEENTEHUIS f 072 535 67 88 Raadhuisplein 1 Postbus 1 e info@heiloo.nl bankrekening: Heiloo 1850 AA Heiloo i www.heiloo.nl 28.50.03.658 AANVRAAG TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE artikel 6.1
Nadere informatie003. Verordening advisering planschade
003. Verordening advisering planschade Inhoudsopgave 003. Verordening advisering planschade... 2 Raadsvoorstel verordening planschade... 3 003. Verordening advisering planschade 003. Verordening advisering
Nadere informatieProcedureverordening planschade Arnhem 2011
Artikel 1 Begripsbepalingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. aanvraag: aanvraag om een tegemoetkoming in de schade als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening;
Nadere informatiePLANSCHADE SPECIALS, AFLEVERING 3: VOORZIENBAARHEID
PLANSCHADE SPECIALS, AFLEVERING 3: VOORZIENBAARHEID In deze aflevering van de Nieuwsbrief de derde episode van de serie planschadespecials. Als vaste planschadecommissie voor een groot aantal gemeenten
Nadere informatieAanvraagformulier behorend bij de Planschadeverordening 2009 Als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro)
Aanvraagformulier behorend bij de Planschadeverordening 2009 Als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) Krachtens artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan degene die
Nadere informatieLRGD Symposium donderdag 26 november 2015
LRGD Symposium donderdag 26 november 2015 De deskundige in (toekomst)perspectief: uitwisseling gewenst. Mr. J.H.J. van Erk De deskundige bij planschade en nadeelcompensatie Advisering door een deskundige
Nadere informatiePlanschade en compensatie in natura
0074 Land- en Tuinbouw Bulletin (LTB), oktober 2018, Afl. 10, LTB 2018/40 Door Mr. W.J.E. van der Werf 1 Planschade en compensatie in natura Wie schade lijdt als gevolg van planologische besluitvorming
Nadere informatieAlgemene voorwaarden Snelontruiming.nl 1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere offerte, de website en de overeenkomst tussen
Algemene voorwaarden Snelontruiming.nl 1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere offerte, de website en de overeenkomst tussen Snelontruiming.nl, en u de opdrachtgever. 2. Alle offertes en aanbiedingen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het dagelijks bestuur van het Waterschap Hollandse Delta
WATERSCHAPSBLAD Officiële uitgave van het dagelijks bestuur van het Waterschap Hollandse Delta Nr. 8135 30 augustus 2017 Bekendmaking ontwerp Verordening schadevergoeding bij rechtmatig overheidshandelen
Nadere informatieMr. T.A.P. Langhout Schadeconsultant, rentmeester, ingeschreven in het Register Deskundigen Onteigening en Bestuursrechtelijke Schadevergoeding (DOBS) en Register-Taxateur RT. 0513 650 665 06 5495 4780
Nadere informatieWerken met de Wet nadeelcompensatie. Wat, wie en hoe
Werken met de Wet nadeelcompensatie Wat, wie en hoe Uw inleider Mr. Olaf Schuwer Woonplaats: Zwolle Gewerkt bij: 4 gemeenten Werkzaam als: opleider/adviseur Awb en Gemeenterecht, tevens publicist Te behandelen
Nadere informatie