Vermindering onroerende voorheffing

Transcriptie

1 Vermindering onroerende voorheffing Betreft compensatieregeling voor gederfde opbrengsten uit de gemeentelijke opcentiemen op 3 soorten verminderingen OV= Vermindering onroerende voorheffing voor energiezuinige woningen Sinds het aanslagjaar 2009 kan voor een nieuw energiezuinige gebouw (woning, appartement,...) een vermindering van de OV verkregen worden. Die vermindering wordt automatisch toegekend op het aanslagbiljet. De vermindering wordt bepaald door het E-peil van het gebouw. Hoe lager het E-peil, hoe energiezuiniger het gebouw en de vaste installaties erin zijn. Het E-peil hangt af van de: compactheid van het gebouw thermische isolatie luchtdichtheid ventilatie verwarmingsinstallatie en het systeem voor warmwatervoorziening oriëntatie en bezonning koelinstallatie verlichtingsinstallatie (enkel bij kantoren en scholen). Deze vermindering kan worden gecombineerd met andere verminderingen van de OV, zoals de vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor personen met een handicap, of voor een bescheiden woning. Het toegekende E-peil moet betrekking hebben op het volledige gebouw/woning. De vermindering kan enkel toegekend worden voor: o nieuwbouw (een nieuw gebouw met een stedenbouwkundige vergunning verkregen na 1 januari 2006 en met EPB-aangifte bij het Vlaamse Energieagentschap (VEA) vanaf 1 januari 2008) o herbouw na volledige afbraak o casco verbouwing (= een specifiek type verbouwing van een gebouw groter dan 3000 m³ waarvan de HVAC-installaties en 75% van de gevels vervangen worden). De eigenaar hoeft niet gedomicilieerd te zijn in het gebouw. De vermindering wordt ook toegekend voor een tweede verblijf. Sinds 2013 geldt de vermindering voor een periode van vijf jaar. U kunt de vermindering alleen krijgen als het E-peil laag genoeg is: versie 02/2016 pagina 1 / 8

2 E-peil Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor 1/1/2013 Het E-peil E is een maat voor het energieverbruik van een gebouw. Hoe lager het E- E peil, hoe energiezuiniger de woning is. woningen = ten Vermindering Periode hoogste E60 20% 10 jaar andere gebouwen = ten hoogste E70 E 40 40% 10 jaar tussen 1/1/2013 en 31/12/2013 tussen 1/1/2014 en 31/12/2015 vanaf 1/1/2016 E50 50% 5 jaar E30 100% 5 jaar E40 50% 5 jaar E30 100% 5 jaar E30 50% 5 jaar E20 100% 5 jaar Als een onroerend goed in aanmerking komt voor deze vermindering, zal de vermindering automatisch toegekend worden op het aanslagbiljet. Is dat niet het geval en denkt u dat u toch recht hebt op deze vermindering? Dien dan een bezwaarschrift in bij de Vlaamse Belastingdienst (Vaartstraat 16, 9300 Aalst). De vermindering wordt toegekend vanaf het aanslagjaar dat volgt op het jaar waarin het E-peil wordt toegekend. Als de woning van eigenaar verandert, dan krijgt de nieuwe eigenaar de vermindering voor de resterende periode. Bedrag Sinds 2013 is er een korting van 50% of 100% op de onroerende voorheffing en dat voor een periode van vijf jaar. versie 02/2016 pagina 2 / 8

3 Vermindering onroerende voorheffing voor sociale verhuurkantoren Sinds 2014 hebben eigenaars die hun woning verhuren aan een SVK recht op een verlaagd tarief voor hun onroerende voorheffing. Ze betalen dan nog 1,6% ipv 2,5%, hetzelfde tarief dat sociale huisvestingsmaatschappijen betalen. Woningen die op 01/01 van een bepaald jaar verhuurd zijn aan een SVK, komen in aanmerking voor dit verlaagd tarief (op voorwaarde dat het SVK vóór 31 maart van het desbetreffede jaar de gegevens van de eigenaar en het pand registreert in de applicatie die de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) hiervoor heeft ontwikkeld. Deze registratie dient te gebeuren door het SVK voor 31/03. SVK s zouden bij de eigenaars het aanslagbiljet moeten opvragen inzake onroerende voorheffing. Hierop staan verschillende gegevens vermeld die van belang zijn voor het verlaagd tarief, namelijk: Rijksregisternummer of ondernemingsnummer van de eigenaar. De afdeling van het betrokken onroerend goed. De perceelcode. Niet-geïndexeerd kadastraal inkomen. Bedrag Het gaat om meer dan een daling van 0,9% van het totale bedrag aan onroerende voorheffing! Het basisbedrag (geïndexeerd KI*1,6% ipv 2,5%) wordt immers als basis gebruikt voor de berekening van de opcentiemen, wat het grootste deel van het bedrag OV uitmaakt. Dit kan dus al snel een verschil maken van 100 euro of zelfs enkele honderden euro's op de uiteindelijke aanslag. Een voorbeeld om dit te illustreren: Een woning in Antwerpen met een niet-geïndexeerd KI van 745 euro. Geïndexeerd betekent dit een KI van 1267 euro. Provinciale opcentiemen bedragen 290, gemeentelijke Berekening privé verhuurd: Simulatie SVK verhuurd: 1) Aandeel Vlaams Gewest: 2,5 %* 1267 EUR = EUR 1,6 %* 1267 EUR = 20,27 EUR 2) Aandeel provincie: * 290/100 = 91,87 EUR 20,27 * 290/100 = 58,78 EUR 3) Aandeel gemeente: * 1350/100 = 427,68 EUR 20,27 * 1350/100 = 273,65 EUR Totaal te betalen: 551,23 EUR 352,7 EUR versie 02/2016 pagina 3 / 8

4 Verschil 1,6% <> 2,5% = 198,53 EUR Een SVK kan een simulatie doen, om het verschil te berekenen: Vermindering onroerende voorheffing voor wooninfrastructuur voor personen met een handicap Het verlaagd tarief 1,6% ipv 2,5% wordt na melding toegekend als de woningen toebehoren aan rechtspersonen die erkend zijn door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap en gebruikt worden voor wooninfrastructuur voor personen met een handicap. De melding moet uiterlijk op 31 maart van het aanslagjaar gebeuren. Enkel bij een tijdige melding kan het verlaagd tarief voor het desbetreffende jaar toegekend worden. analoog punt 2 Vermindering onroerende voorheffing voor sociale verhuurkantoren. versie 02/2016 pagina 4 / 8

5 In het Vlaams Gewest worden nog verminderingen toegekend op onroerende goederen voor huurders en eigenaars met gezinsleden (maar niet onder de compensatieregeling vallen): met een handicap; of met twee of meer kinderen die recht geven op kinderbijslag. En een proportionele vermindering onroerende voorheffing wegens leegstand en onproductiviteit. Vermindering onroerende voorheffing voor personen met een handicap De vermindering wordt toegekend voor de woning waarin een persoon met een handicap op 1 januari van het aanslagjaar zijn officiële woonplaats heeft volgens het bevolkingsregister. De feiten die de handicap veroorzaakt hebben, moeten overkomen en vastgesteld zijn voor de betrokkene de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt. Om vermindering van de onroerende voorheffing te kunnen genieten, moet de gehandicapte persoon op één januari van het aanslagjaar onder één van de volgende drie categorieën vallen: ofwel een invaliditeit van minstens 66% ofwel een vermindering van verdienvermogen tot één derde of minder ofwel een vermindering van zelfredzaamheid van minimaal 9 punten Volgende instanties leveren de nodige attesten voor het verkrijgen van de vermindering: ziekenfondsen RIZIV (Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering) de Directie-generaal voor Personen met een Handicap (FOD Sociale Zekerheid). U kunt eveneens bij deze dienst terecht wanneer u als buitenlander met een buitenlands attest een vermindering wegens gehandicapt persoon wenst te bekomen.... Deze attesten worden rechtstreeks naar de Vlaamse Belastingdienst gestuurd. De vermindering wordt dan in principe automatisch toegekend op het aanslagbiljet van de belastingplichtige (de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker). Wanneer u een aanslagbiljet krijgt waar geen vermindering op staat voor gehandicapte personen moet u schriftelijk bezwaar indienen. Burgers die melden dat ze voor hun pensioen automatisch vermindering gehandicapte persoon ontvingen, maar nu niet meer, moeten een bezwaar indienen bij de Vlaamse Belastingdienst en bij het bezwaar sturen ze het eenmalig attest bij oppensioenstelling of het attest van de FOD Sociale Zekerheid mee. De vermindering ook toegekend aan huurders van een woning die in het Vlaamse Gewest is gelegen. Omdat de onroerende voorheffing echter niet ten laste van de huurder valt, wordt de versie 02/2016 pagina 5 / 8

6 vermindering toegekend aan de verhuurder (eigenaar) en mag de huurder het bedrag aftrekken van de huurprijs. Bedrag Voor de berekening van het forfaitaire bedrag van de vermindering wordt een gehandicapt persoon gelijkgesteld met twee kinderen (zie tabel hieronder). Tabel forfaitaire verminderingen Aantal Geïndexeerd bedrag vermindering kinderen aanslagjaar 2014 (in euro) 2 7,59 7, ,02 12, ,83 16, ,07 22, ,68 27,77 Geïndexeerd bedrag vermindering aanslagjaar 2015 (in euro) Vermindering onroerende voorheffing voor personen of met twee of meer kinderen die recht geven op kinderbijslag U komt in aanmerking voor de vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen als: op 1 januari van het aanslagjaar minstens 2 kinderen die recht hebben op kinderbijslag gedomicilieerd zijn op het adres van de woning waarvoor men vermindering wenst (en er effectief wonen). Ze worden automatisch op het aanslagbiljet verrekend. De toekenning hangt af van het automatisch aan elkaar koppelen van gegevens van een aantal externe instanties zoals: de Administratie van het Kadaster verscheidene kinderbijslagfondsen de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid de mutualiteiten het Rijksregister de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) een huurderbestand dat het agentschap Vlaamse Belastingdienst beheert en dat jaarlijks wordt verfijnd op basis van meldingen en bezwaarschriften met betrekking tot huurders Bedrag Het bedrag van de vermindering hangt af van het aantal kinderbijslaggerechtigde kinderen (zie tabel hierboven) en van de provinciale en gemeentelijke opcentiemen. versie 02/2016 pagina 6 / 8

7 Proportionele vermindering onroerende voorheffing wegens leegstand en improductiviteit Een proportionele vermindering of een kwijtschelding van de onroerende voorheffing kan verleend worden indien de belastingplichtige kan bewijzen dat het gaat om een nietgemeubileerd gebouwd onroerend goed dat tijdens het aanslagjaar gedurende een periode van minstens 90 dagen onafhankelijk van zijn wil niet in gebruik is genomen en volstrekt geen inkomsten heeft opgebracht. Proportionele vermindering kan ook worden toegekend ingeval van vernieling van het onroerend goed en voor materieel en outillage. LEEGSTAND het moet gaan om een niet-gemeubileerd gebouwd onroerend goed: gemeubelde gebouwen of ongebouwde onroerende goederen zoals gronden komen dus niet in aanmerking; de leegstand en de improductiviteit van het gebouw moeten tijdens het aanslagjaar minstens 90 dagen geduurd hebben. De periode van 90 dagen moet niet aaneensluitend zijn. De belastingplichtige moet de leegstand en de improductiviteit staven met bewijsstukken. maximumtermijn: Als het onroerend goed langer dan 12 maanden niet in gebruik genomen is, kan geen proportionele vermindering verleend worden, tenzij wanneer de leegstand en de improductiviteit te wijten zijn aan redenen onafhankelijk van de wil van de belastingplichtige. De termijn van 12 maanden is niet van toepassing in de volgende gevallen: o onteigening o ramp o verbouwing of renovatie met een sociaal of cultureel doel die uitgevoerd wordt door een sociale woonorganisatie of in opdracht van een overheid o overmacht o niet-afgehandelde erfenisprocedure ~ h, improductiviteit moet onvrijwillig (bvb. overmacht, economoische crisis, vernieling) zijn en moet door de belastingplichtige bewezen worden (bvb. dat kan onder andere door aan te tonen dat hij het gebouw heeft proberen te verhuren, te verkopen of te verhuren én te verkopen). versie 02/2016 pagina 7 / 8

8 VERNIELING volledige vernieling van het onroerend goed; gedeeltelijke vernieling voor zover het vernielde gedeelte minimaal 25 % van het kadastraal inkomen vertegenwoordigt. De vernieling moet veroorzaakt zijn door een buitengewone gebeurtenis, dus een ramp die onafhankelijk is van de wil van de eigenaar b.v. brand, instorting,... MATERIEEL EN OUTTILAGE betreft machines, installaties of toestellen die deel uitmaken van een bedrijf en die onroerend zijn door bestemming bvb. machines in een fabriek het materieel en outillage is tijdens het aanslagjaar ten minste 90 dagen buiten gebruik geweest een gedeelte van het materieel en outillage dat minstens 25% van het kadastraal inkomen vertegenwoordigt is het onvrijwillig karakter speelt niet. Het volstaat dat het materieel en outillage gedurende de vereiste periode buiten werking geweest is. het maximum van 12 maanden is hier niet van toepassing. Als u meent in aanmerking te komen voor een proportionele vermindering, moet u na ontvangst van het aanslagbiljet een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het agentschap Vlaamse Belastingdienst met als bijvoegsel een kopie van het aanslagbiljet onroerende voorheffing. Dit dient jaarlijks opnieuw aangevraagd te worden. Voor het indienen van een bezwaar wegens proportionele vermindering hebt u tijd tot 31 maart van het jaar dat volgt op het aanslagjaar waarvoor u een proportionele vermindering aanvraagt. Als u het aanslagbiljet in een ander jaar krijgt, dan geldt de gewone bezwaartermijn van 3 maanden te rekenen van de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Bijvoorbeeld: u krijgt op 13 juli 2015 een aanslagbiljet van 2013 u hebt tijd tot 13 oktober 2015 om proportionele vermindering aan te vragen. versie 02/2016 pagina 8 / 8