Het LVB-screeningsinstrument

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het LVB-screeningsinstrument"

Transcriptie

1 Het LVB-screeningsinstrument Toegepast in de context van het verhoren van jeugdige verdachten Masterthesis Forensische Orthopedagogiek Pedagogische en onderwijskundige wetenschappen Universiteit van Amsterdam Merel Klinkien Studentnummer: Begeleiding: dr. X.M.H. Moonen Tweede beoordelaar: drs. E. Kornelis Amsterdam (augustus 2012)

2 Inhoudsopgave Abstract 4 Inleiding 5 Aanleiding 5 Wat is een licht verstandelijke beperking? 5 Jongeren met een LVB in aanraking met politie en justitie 7 Het verhoor van kwetsbare verdachten 8 Consequenties van een LVB voor een verhoor 10 Kwetsbaarheden van mensen met een LVB 10 Acquiescence 10 Compliance 11 Suggestibiliteit 11 Het screeningsinstrument 11 Vraagstelling 13 Methoden 14 Participanten 14 Procedure Meetinstrumenten Data-analyse 17 Resultaten 20 Resultaten behaald op de verkorte screener Beoordeling door verhoorder over aanwezigheid van licht verstandelijke beperking bij verdachte Overeenstemming tussen boordeling verhoorder en de uitslag behaald op de verkorte screener Praktische problemen bij het gebruik van de verkorte screener Gemiddelde tijd Problemen bij de afname Discussie 27 Conclusies 27 2

3 Beperkingen van het onderzoek 28 Implicaties 30 Aanbevelingen voor vervolgonderzoek 32 Literatuur Dankwoord Bijlagen Bijlage 1: Verkorte screener 37 Bijlage 2: Scoreformulier verkorte screener 44 Bijlage 3: Afname-instructies verkorte screener 46 Bijlage 4: Informed consent formulier jongere 47 Bijlage 5: Brief voor ouders 49 Bijlage 6: Vragenlijst verhoorders 50 Bijlage 7: Beantwoording vraag Waren er problemen in de 53 communicatie met de verdachte? door verhoorders Bijlage 8: Tabellen χ 2 analyse 54 Bijlage 9: Tabellen vragen met een significant verschil Bijlage 10: Beantwoording vraag Wat zijn volgens u de kenmerken van een licht verstandelijke beperking? door verhoorders 3

4 Abstract The screener to assess mild intellectual disabilities and borderline intelligence. Application in the context of police interrogation of young suspects In this study 50 young suspects, age 14 to 25 years, were asked to answer questions of a shortened version of a screener in the context of police interrogation. This screener intends to asses a (mild) intellectual disability. The results obtained with the instrument were compared with the personal assessment of the interrogators concerning the intellectual disabilities of the subjects. The results showed that interrogators made an underestimation of the intellectual capacities of the young suspects, compared to the results obtained with the screener (κ=.255). The results obtained with the screener also showed that suspects with a minority background (non-dutch) showed lower intellectual abilities compared to Dutch suspects and that participants below 18 years old showed lower intellectual abilities (according to the results obtained by the screener) compared to participants of 18 years and older. Finally, the screener as such appeared difficult to be applied in the situation of a police interrogation. 4

5 Inleiding Aanleiding Jongeren met een licht verstandelijke beperking (LVB) komen vaker in aanraking met de politie dan leeftijdsgenoten zonder beperking (Moonen, de Wit, & Hoogeveen, 2011). De aanwezigheid van een LVB brengt kwetsbaarheden met zich mee, onder andere tijdens het verhoor door de politie. Er zijn in Nederland wel voorzieningen om het verhoor van een kwetsbare verdachte beter te laten verlopen, maar verhoorders zijn vaak niet in staat om op het juiste moment van deze voorzieningen gebruik te maken. Er wordt momenteel onderzoek uitgevoerd door Kaal (Hogeschool Leiden) in samenwerking met Moonen (Universiteit van Amsterdam) en Nijman (Universiteit van Nijmegen) naar een screeningsinstrument dat op een relatief eenvoudige, maar voldoende accurate, manier de aanwezigheid van een licht verstandelijke beperking (LVB) kan vaststellen bij justitiabelen. In deze masterthesis wordt dit screeningsinstrument voor het eerst getest in een politiesetting, voorafgaand aan of na afloop van het verhoor van jeugdige verdachten. Als verhoorders op de hoogte zijn van de (licht) verstandelijke beperking van hun verdachte, kunnen zij daar rekening mee houden. Het doel van het instrument is het verbeteren van de kwaliteit van de verhoren en bescherming van de kwetsbare verdachten met een LVB. In dit inleidende hoofdstuk wordt de definitie van een licht verstandelijke beperking (LVB) toegelicht, vervolgens wordt uiteengezet waarom mensen met een LVB vaker met politie en justitie in aanraking komen. Dan wordt de verhoorsituatie van kwetsbare verdachten uitgewerkt en de consequenties van de kwetsbaarheden van een persoon met een licht verstandelijke beperking. Als laatste wordt het screeningsinstrument van Kaal, Nijman en Moonen (2010) omschreven om te eindigen met de vraagstelling van dit onderzoek. Wat is een licht verstandelijke beperking? De internationaal gehanteerde definitie van een verstandelijke beperking is afkomstig van de American Association on Intellectual and Developmental Disabilities (AAIDD). Deze definitie luidt (in een vertaling uit het Engels door de auteur): een verstandelijke beperking wordt gekenmerkt door significante beperkingen zowel in het intellectueel functioneren als in het sociaal aanpassingsvermogen, hetgeen een breed spectrum aan dagelijkse sociale en praktische vaardigheden beslaat. De beperking manifesteert zich voor de leeftijd van 18 jaar (Schalock et al., 2010). Een verstandelijke beperking betreft dus zowel de (vaak aangeboren) beperkte intellectuele vermogens, als beperkingen in de sociale en praktische vaardigheden en het beperkte vermogen om zich aan de omgeving aan te passen (Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ), 2011). 5

6 In Nederland wordt doorgaans een bredere definitie van een licht verstandelijke beperking gehanteerd, onder andere om in aanmerking te komen voor AWBZ-zorg (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). De groep mensen die wij zwakbegaafd noemen wordt dan ook tot de groep LVB gerekend. De Nederlandse criteria voor een licht verstandelijke beperking zijn drieledig (zie figuur 1). De beperking moet ontstaan zijn voor het achttiende levensjaar. Daarnaast ligt de totale IQ-score van iemand met een LVB tussen de vijftig en de zeventig, of tussen de zeventig en de vijfentachtig als er daarnaast sprake is van complexe problemen die tot uiting komen in ernstige gedragsproblemen en het vermoeden bestaat dat deze problemen chronisch zijn (Moonen, de Wit & Hoogeveen, 2011). Ten derde moet er sprake zijn van tekorten in de sociale vaardigheden, de sociale aanpassing en de zelfredzaamheid. Hiermee wordt bedoeld in hoeverre iemand zich staande weet te houden in sociale situaties zonder hulp (Moonen & Verstegen, 2006). De American Association on Intellectual and Developmental Disabilities (AAIDD) omschrijft aanpassingsgedrag aan de hand van de volgende drie typen vaardigheden: - conceptuele vaardigheden: taalvaardigheid en begrip van geld, tijd en getallen; - sociale vaardigheden: communicatieve vaardigheden, sociale verantwoordelijkheid, zelfvertrouwen, alertheid, oplossen van sociale problemen, volgen van regels - praktische vaardigheden: activiteiten van het dagelijks leven (persoonlijke verzorging, beroepsvaardigheden, gebruik van geld, telefoon, vervoer, gezondheidszorg). De sociale aanpassing kan beïnvloed worden door het intelligentieniveau, maar ook door de aanwezigheid van medisch-organische aandoeningen, problemen in de gezinssituatie, leerproblemen en/of psychiatrische stoornissen. Deze beperkingen kunnen bij mensen met een LVB leiden tot ernstige gedragsproblemen (Van Kuijk, 2011; Moonen & Verstegen, 2006). Een licht verstandelijke beperking omvat dus meer dan alleen een tekort in de intelligentie. Het gaat veelal om beperkingen en stoornissen op verschillende ontwikkelingsgebieden. Samengevat zijn de belangrijkste kenmerken van een LVB (Moonen, de Wit & Hoogeveen, 2011): - problemen met informatieverwerking; begrip en geheugen - problemen met regulerende functies; aandacht, inhibitie en planning - gebrekkig probleemoplossend vermogen; zelfregulatie en perspectief nemen - problemen met het generaliseren van kennis - bijkomende problemen 6

7 LVG-specifieke kenmerken en bijkomende komen tot uiting in: kenmerken/problematiek Intelligentie: IQ Leerproblemen Ernstige gedragsproblemen Beperkt sociaal aanpassingsvermogen Psychiatrische stoornissen Medisch-organische problemen Problemen in gezin en sociale context en leiden tot: chronische/langdurige behoefte aan ondersteuning Figuur 1. Model van het Landelijk Kenniscentrum voor een licht verstandelijke beperking (LKC LVG)van de bij een LVB behorende kenmerken en problematiek (Moonen & Verstegen, 2006) Om een integratief beeld op te kunnen stellen van iemand met een LVB dienen zowel de lichamelijk-biologische factoren, de intrapsychische factoren, de omgangsfactoren als de omgevingsfactoren in kaart gebracht te worden. Verschillende vormen van diagnostiek zijn hierbij relevant, zoals gedragsobservatie, milieuonderzoek, medisch onderzoek en psychiatrisch onderzoek (Neijmeijer, 2008). Mensen met een LVB kunnen sterk van elkaar verschillen: dé persoon met een verstandelijke beperking bestaat niet (Van der Sleen & Heestermans, 2010, p ). Het is belangrijk om per individu te bekijken hoeveel en welke ondersteuning iemand nodig heeft (Moonen, Buntinx & Didden, 2011). Daarbij verschillen personen in de mate waarin iemand moeite heeft met sociale situaties en in welke mate het beperkte sociaal aanpassingsvermogen problemen veroorzaakt (Moonen & Verstegen, 2006). Het exacte aantal mensen met een LVB is lastig te bepalen. Naar schatting heeft 2.14% van de Nederlandse bevolking een IQ dat gerelateerd is aan een LVB (Mutsears, Blekman & Schipper, 2007). Deze schatting is echter puur gebaseerd op het intelligentieniveau, de andere criteria van een LVB zijn hierin dus niet meegenomen. De Raad voor de Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (2008) schat dat er bij 15 tot 25 procent van de gedetineerden sprake is van een bepaalde mate van een verstandelijke beperking. Dit betekent dat personen met een licht verstandelijke beperking oververtegenwoordigd zijn in het justitiële circuit. Jongeren met een LVB in aanraking met politie en justitie Bij personen met een LVB is er vaak sprake van comorbide problematiek. Het complex van factoren uit zich in ernstige gedragsproblemen, op zowel internaliserend als externaliserend gebied (Moonen & Verstegen, 2006). Bij mensen met een LVB is er vaker sprake van psychopathologische stoornissen (Vermeulen, Jansen, & Feltzer, 2007). Veel gestelde diagnoses bij mensen met een LVB zijn gedragsstoornissen, oppositioneel-opstandige gedragsstoornis (ODD) en attention deficitit hyperactivity disorder (ADHD). Ook worden jeugdigen met een LVB vaker geconfronteerd met gezinsproblemen. Personen met een totaal IQ tussen de 70 en 85 hebben vaak zelfs complexere 7

8 problemen dan personen met een totaal IQ tussen de 50 en 70, aangezien er bij hen veelal sprake is van hogere verwachtingen van zowel de omgeving als van de persoon zelf (RSJ, 2011). Daarbij komt dat een LVB niet zonder meer zichtbaar is. Iemand met een LVB ziet er niet anders uit dan anderen en het contact en taalgebruik lijkt vaak in eerste instantie normaal. Afwijkend gedrag van hen wordt aangezien voor asociaal of onaangepast gedrag terwijl onwil of impulsiviteit het directe gevolg kan zijn van een LVB (RSJ, 2011). De belangrijkste voorspellers van een persoon om in contact te komen met het rechtssysteem zijn jonge leeftijd en mannelijk geslacht (Jones, 2007). Daarnaast lijkt het hebben van een LVB het risico op illegaal en antisociaal gedrag te vergroten (Holland, Clare & Mukhopadyay, 2002). Een LVB is geen voorspeller van delinquent gedrag, maar personen met een LVB hebben wel kenmerken die bijdragen aan een verhoogd risico op delinquent gedrag. Voorbeelden van deze kenmerken zijn impulsiviteit, instabiliteit en labiliteit, geringe zelfbeheersing, beïnvloedbaarheid, vroegtijdig schoolverlaten en negatieve of irreële toekomstverwachtingen (Kaal, 2010). Zoals eerder opgemerkt, is het momenteel erg lastig om de prevalentie van mensen met een LVB binnen het justitiële circuit vast te stellen. Dit heeft te maken met een gebrek aan screeningsinstrumenten binnen het gevangeniswezen, het gebrek aan vaardigheden van het justitiële personeel om mensen met een LVB te kunnen detecteren en de neiging van mensen met een LVB om hun beperking te maskeren (Glaser & Deane, 1999). Op dit moment wordt in Nederland een verdachte die binnenkomt in het strafrechtelijk systeem niet routinematig gescreend op de aanwezigheid van een verstandelijke beperking. Dit gebeurt pas wanneer daar aanleiding toe is. De verantwoordelijkheid daartoe ligt dus bij de professionals binnen het strafrechtelijke systeem, die zoals eerder opgemerkt niet altijd over voldoende kennis beschikken om een LVB te herkennen. Het bij Kaal, Nijman en Moonen (2010) in ontwikkeling zijnde screeningsinstrument kan bijdragen aan het vaststellen van de prevalentie en daarmee aan het tijdig herkennen van een LVB. Het verhoor van kwetsbare verdachten De bewustwording van specifieke begeleidings- en behandelingsbehoeften van personen met een LVB is de laatste jaren in de hulpverleningssector aanzienlijk gestegen. Echter, in het strafrechtelijke systeem is deze bewustwording nog onvoldoende terug te vinden (Hayes, 2007). Als een jeugdige verdacht wordt van het plegen van een delict kan hij of zij in verzekering worden gesteld. De jeugdige heeft recht op rechtsbijstand voor de duur van de inverzekeringstelling. Sinds 2009 heeft een jeugdige recht op de bijstand van een vertrouwenspersoon óf advocaat tijdens het politieverhoor (Doek & Vlaardingerbroek, 2009, p ). Deze mogen dus niet allebei tegelijk aanwezig zijn bij het verhoor. De jeugdige mag voor het verhoor eerst met zijn advocaat overleggen, dit wordt consultatiebijstand genoemd. Wat de jeugdige met zijn advocaat bespreekt, mag de 8

9 advocaat niet aan anderen vertellen. De vertrouwenspersoon, of appropriate adult, is een meerderjarige die behoort tot de directe kring van familie of bekenden van de verdachte (dit kan dus ook een ouder zijn) en mag evident niet bij het strafbare feit betrokken zijn. De taak van deze vertrouwenspersoon is niet om juridisch advies te geven, maar om erop toe te zien dat de verhoorders rekening houden met de toestand van de verdachte. De vertrouwenspersoon mag alleen maar luisteren (Merkelbach, Peters & Jelicic, 2007). Gudjonsson (2006) toonde in onderzoek aan dat de aanwezigheid van een vertrouwenspersoon er toe leidt dat de politie minder oneigenlijke pressie uitoefent op kwetsbare verdachten. Mensen met een licht verstandelijke beperking worden, net als minderjarigen en mensen met bepaalde psychische of cognitieve stoornissen, beschouwd als kwetsbare getuigen en verdachten (Van der Sleen & Heestermans, 2010, p. 610), maar er bestaan weinig specifieke richtlijnen voor het verhoren van verdachten met een LVB. In Nederland hebben aangehouden meerderjarige verdachten, waaronder ook die met een verstandelijke beperking of cognitieve functiestoornis geen recht op verhoorbijstand door een vertrouwenspersoon. Alleen kinderen onder de achttien hebben zoals gezegd recht op de aanwezigheid van een vertrouwenspersoon. Het verhoor van iemand waarvan bekend is dat hij een (licht) verstandelijke beperking heeft moet volgens de Aanwijzing auditief en audiovisueel registeren van verhoren van aangevers, getuigen en verdachten audiovisueel geregistreerd worden (college van procureurs-generaal, 2009), dus zowel het beeld, als het geluid moet opgenomen worden. Indien er achteraf vragen zijn over de verloop van het verhoor, kan de advocaat van de verdachte of de rechter de beelden van het verhoor terugkijken. Tot 2009 werd het verhoor van kwetsbare personen in Nederland vaak uitgevoerd door daartoe speciaal opgeleide orthopedagogen of psychologen. Deze maatregel is afgeschaft vanwege de sterk wisselende kwaliteit van deze verhoren. De betrokken gedragswetenschappers zouden zich teveel opstellen als hulpverlener en te weinig juridische kennis van bewijsgaring bezitten (Ministerie van justitie, 2009). De hier boven aangehaalde maatregelen, het recht op een vertrouwenspersoon, het audiovisueel registeren van het verhoor en ondersteuning door een gedragsdeskundige, kunnen slechts getroffen worden indien de verhoorders op de hoogte zijn van de licht verstandelijke beperking van de verdachte. Met andere woorden; de voorzieningen zijn er wel, maar men weet niet (altijd) wanneer deze zouden moeten worden ingezet. Een screeningsinstrument zou dit probleem kunnen voorkomen. Daarmee kan de verhoorder snel zicht krijgen op het intellectuele niveau van de verdachte. Als verhoorders op de hoogte zijn van de aanwezigheid van een LVB bij de verdachte, kunnen zij hier rekening mee houden gedurende het verhoor en kan het verhoor audiovisueel worden opgenomen. 9

10 Consequenties van een LVB voor een verhoor Een verhoorsituatie is problematisch voor iemand met een LVB omdat deze veel stress en onduidelijkheid oplevert. Dit kan leiden tot angst en vervolgens tot heftig ontkennend of agressief gedrag. Er is daardoor een vergroot risico op het afleggen van een onvolledige, inaccurate en inconsistente verklaring (Van der Sleen & Heestermans, 2010, p. 612). Daarnaast zijn veel mensen met een verstandelijke beperking autoriteitsafhankelijk. Ze willen de verhoorder een plezier doen door datgene te zeggen wat ze denken dat deze wil horen (Foppen, 2010). Deze neiging wordt veroorzaakt door zowel respect als angst. Personen met een LVB vertrouwen op autoriteitsfiguren bij het oplossen van problemen (Perske, 1994). Verder hebben mensen met een verstandelijk beperking vaak moeite met het begrijpen en gebruiken van taal (De Wit, Moonen & Douma, 2011). De verhoorder moet er dus voor zorgen dat zijn taalgebruik niet te ingewikkeld is. Tevens is het van belang dat het verhoor niet te lang duurt, omdat iemand met een LVB snel is afgeleid. Te lange verhoren kunnen daardoor leiden tot valse bekentenissen. Ook moet een verhoorder oppassen met het herhalen van vragen. Bij de persoon met een verstandelijke beperking kan dan de indruk ontstaan dat hij of zij verkeerde antwoorden heeft gegeven, waarop hij of zij het antwoord verandert. Tevens kan door een te lange tijd tussen meerdere verhoren de kans op het ontstaan van herinneringsfouten en beïnvloeding toenemen (Van Ooijen, 2011). Als een politie- of justitiefunctionaris zich niet bewust is van de LVB van de gesprekspartner en daarmee van alle valkuilen binnen de verhoorsituatie die dientengevolge kunnen optreden, kunnen er dus aanzienlijke problemen ontstaan. Een risico bij het niet tijdig vaststellen van de LVB is dat de betreffende persoon overschat wordt. Overschatting leidt tot overvraging en dit kan weer leiden tot gedragsproblemen en onjuiste antwoorden tijdens het verhoor. Bovendien heeft iemand met een LVB minder kennis van de procedures rondom en de consequenties van een aanhouding en het afleggen van een verklaring en kan hij of zij derhalve daaromtrent verkeerde inschattingen maken die nadelig voor hem kunnen zijn (Moonen, de Wit & Hoogeveen, 2011), zoals het afleggen van een valse bekentenis. Kwetsbaarheden van mensen met een LVB Personen met een LVB zijn gevoeliger voor acquiescence, compliance en suggestibiliteit dan personen zonder een verstandelijke beperking. Acquiescence. Met acquiescence wordt de neiging van een persoon bedoeld om ja te zeggen op vragen of stellingen of om anderszins in te stemmen, ongeacht de inhoud van deze items en de daadwerkelijke mening of voorkeur van de persoon. Acquiescence lijkt vaker voor te komen bij mensen met een verstandelijke beperking (Finlay & Lyons, 2002). Foppen (2010) toont aan dat er bij 10

11 ongeveer 25% van de mensen met een LVB die zij onderzocht sprake is acquiescence. Uit onderzoek van Finlay en Lyons (2002) blijkt dat acquiescence meerdere redenen kent: onderdanigheid, suggestibiliteit, het niet of verkeerd begrijpen van de vraag en de context. Het gevolg van acquiescence voor een verdachtenverhoor is dat een verdachte gemakkelijk instemt met vragen van de verhoorder, ongeacht of dit op de waarheid berust. Dit is bedreigend voor de waarheidsvinding, het belangrijkste doel van een verdachtenverhoor. Compliance. Inschikkelijkheid, oftewel compliance, betreft de neiging om naar autoriteiten op te kijken, hun richtlijnen op te volgen en conflicten te vermijden. Personen stemmen ergens mee in, omdat ze denken dat het zo hoort in de specifieke sociale context waarin ze verkeren. Of ze voelen zich verplicht door sociale druk die op dat moment wordt ervaren (Gudjonsson & Young, 2011). Verwacht wordt dat iemand met een LVB deze druk ervaart in een politieverhoor. Mogelijk legt een verdachte dan een bepaalde verklaring af die niet op de waarheid berust. De mate van compliance bepaalt hoe gevoelig iemand is voor suggestibiliteit (Smeets, 2004). Suggestibiliteit. Personen met een LBV zijn gevoeliger voor suggestieve vragen, dan personen met een gemiddelde intelligentie. Personen met een lage intelligentie geven veelal toe aan suggestieve vragen, omdat zij niet vertrouwen op hun eigen oordeel. Tevens is de neiging groot om sociaal wenselijke antwoorden te geven (Wijnands, 1997). Personen met een LVB proberen de verhoorder te pleasen (Hoogeveen, 2011). Een oorzaak voor deze verhoogde mate van suggestibiliteit is de dagelijkse praktijk, waarin personen met een LVB gewend zijn om te luisteren naar hun ouders, docenten of begeleiders. Ze krijgen normaliter beperkte ruimte voor het vormen van een eigen mening. In een verhoorsituatie wordt van een verdachte verwacht dat hij of zij veel zelf aan het woord is en een verhoorder eventueel verbetert als die iets verkeerds zegt (Van den Bergh, Douma & Hoekman, 1999). Tijdens een verhoor heeft een verdachte het gevoel dat hij of zij op iedere vraag antwoordt moet geven, hij of zij zal dan eerder meegaan met de suggestie als hij of zij het antwoord eigenlijk niet weet. Deze vorm van suggestibiliteit kan voorkomen worden door van te voren duidelijk aan te geven dat de verdachte de mogelijkheid heeft om te zeggen dat hij of zij het niet weet (Rassin & Candel, 2002). Vermoeidheidsklachten, spanning en druk kunnen de mate van suggestibiliteit vergroten. Het screeningsinstrument Deze kwetsbaarheden van personen met een LVB en de consequenties voor het verhoor wijzen op het belang van tijdige herkenning van een LVB bij het verhoren van een verdachte. Het benadrukt het belang van de ontwikkeling van een screeningsinstrument om de aanwezigheid van een LVB te kunnen vaststellen. Tot op heden bestaan er nog geen instrumenten om een vermoeden van een LVB op een relatief eenvoudige en snelle manier vast te stellen (Dekker, 2012). Vandaar dat 11

12 Kaal, Nijman en Moonen (2010) momenteel de bruikbaarheid testen van een screeningsinstrument dat ingezet kan worden om een vermoeden van een LVB te bevestigen. De basisvragenlijst LVB is waarschijnlijk bruikbaar voor het schatten van de verstandelijke vermogens en beperkingen van jongeren (vanaf 12 jaar) en van volwassen. Op dit moment vindt er onderzoek plaats naar itemselectie en validiteit (Dekker, 2012). Op termijn kan dit instrument ingezet worden voorafgaande aan het (verder) verhoren van een persoon waarbij twijfel bestaat over de verstandelijke vermogens. Dit instrument kent een afkapwaarde waardoor er een duidelijke uitspraak kan worden gedaan over de aanwezigheid van een LVB. Verwacht wordt dat het eerste onderzoek naar de validiteit van dit screeningsinstrument in september 2012 zal zijn afgerond. Het doel van het screeningsinstrument is om vast te stellen of het zinvol is om de cognitieve vermogens van iemand verder te onderzoeken. Vanwege gebrek aan tijd in een verhoorsituatie is het belangrijk dat het instrument snel en gemakkelijk kan worden afgenomen, terwijl de eisen die gesteld worden aan de vaardigheden van de persoon die het instrument afneemt beperkt moeten blijven. Zo moeten verschillende mensen het instrument kunnen toepassen, zonder daar een specifieke opleiding voor te hebben gevolgd. Potentiële gebruikers van het screeningsinstrument zijn penitentiaire inrichtingsmedewerkers (PIW ers), reclasseringsmedewerkers, politie en wetenschappelijke onderzoekers. Deze masterthesis richt zich op de politiepraktijk, specifiek op de verhoorsituatie, omdat dit een moment is waarop het screeningsinstrument ingezet kan worden in de politiepraktijk. Het instrument is nog niet eerder in deze setting getest. Het screeningsinstrument is tot stand gekomen op basis van een brochure met tips van De Borg, een samenwerkingsverband van SGLVG-, sterk gedragsgestoord licht verstandelijk gehandicapt, instellingen (Kaal, 2010). In deze brochure werd aangeraden om bij een vermoeden van een (L)VB aandacht te besteden aan de volgende onderwerpen: - informatie over de schoolopleiding; - informatie over sociale contacten en hobby s; - rekenen, door de respondent rekensommen te laten maken; - schrijven, door de respondent iets te laten schrijven; - het taalbegrip en dit te controleren bijvoorbeeld door middel van het laten uitleggen van spreekwoorden of grapjes; - het gedrag te observeren, bijvoorbeeld op het gebied van klokkijken, hobby s, traagheid Naast de tips van De Borg is er ook gebruik gemaakt van een aantal buitenlandse screeningsinstrumenten om de basisvragenlijst LVB te ontwikkelen. Deze instrumenten zijn: de Learning Disabilities in the Probaction Service (LIPS), ontwikkeld door Mason en Murphy (2002), de Hayes Ability Screening Index (HASI), ontwikkeld door Hayes (2002) en de Learning Disability Screening Questionnaire (LDSQ), ontwikkeld door McKenzie en Paxton (2005). Het 12

13 screeningsinstrument van Kaal, Nijman & Moonen richt zich op vier domeinen: schoolopleiding, sociale contacten, schoolse vaardigheden en begrip en gedrag. De vragen van het instrument zijn zo specifiek mogelijk om gebrek aan begrip en sociaal wenselijke antwoorden te voorkomen. In dit onderzoek wordt een verkorte versie van het screeningsinstrument getest (van Kuijk, 2011), omdat deze minder tijd in beslag neemt (verder te noemen: verkorte screener). Deze verkorte screener is te vinden in bijlage 1. In het volgende hoofdstuk wordt de inhoud van de verkorte screener uitgebreid toegelicht. Vraagstelling Het is van groot belang dat er wordt gekeken hoe de verkorte screener in de praktijk ingezet kan worden. Belangrijke vragen zijn: op welk moment kan het instrument afgenomen worden en hoe lang duurt het afnemen van de verkorte screener? Ook is het interessant om de uitkomst van de verkorte screener te vergelijken met de inschatting die verhoorders zelf maken van de jeugdige verdachte. Aangezien de betrouwbaarheid en validiteit van de verkorte screener nog niet zijn vastgesteld en er in dit onderzoek geen vergelijkingsmateriaal beschikbaar is, bijvoorbeeld een IQtest, kan dit onderzoek geen antwoord geven op de vraag of de verkorte screener een (L)VB beter kan herkennen bij een verdachte dan een verhoorder of andersom. Op grond van zeer voorlopige normen, naar aanleiding van het onderzoek van van Kuijk (2011), wordt een in dat onderzoek gevonden afkapscore gehanteerd om een vermoeden van een LVB vast te kunnen stellen. Daarnaast is verhoorders individueel gevraagd welke kenmerken zij kunnen benoemen van het begrip licht verstandelijke beperking en op basis van welke kenmerken zij een inschatting maken van de intellectuele capaciteiten van de jeugdige verdachte? In aansluiting op bovenstaande luiden de onderzoeksvragen van dit onderzoek als volgt: 1. Welke score behalen de respondenten op de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010) en is er daarbij een verschil in geslacht, culturele achtergrond en leeftijd? 2. Op basis van welke kenmerken beoordeelt een verhoorder of er sprake is van een licht verstandelijke beperking bij een jeugdige verdachte? 3. Hoe is de overeenstemming tussen de boordeling van de verhoorder en de uitslag van de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010)? 4. Zijn er in de praktijk problemen bij het gebruik van de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010), in de context van het verhoren van jeugdige verdachten? 13

14 Methoden Participanten Dit onderzoek is uitgevoerd bij 4 districten van de politie Amsterdam-Amstelland, (Amsterdam centrum, Amsterdam noord, Amsterdam zuidoost en Bos en Lommer). In 50 verhoorsituaties is door de onderzoeker met de verdachten de verkorte screener ingevuld (zie bijlage 1) en is verhoorders de vraag voorgelegd of zij na het verhoor van een jeugdige verdachte, in de leeftijd van 12 tot 25 jaar, een aantal vragen wilden beantwoorden (zie bijlage 6). Voor dit onderzoek was het niet van belang van welk type delict de jeugdige verdacht werd. Enerzijds om de privacy van de respondenten te waarborgen, de onderzoeker hoefde dan niet op de hoogte gesteld te worden van de reden van het verhoor. Anderzijds omdat dit onderzoek zich richt op de algemene situatie van een verdachtenverhoor, en daarbij is de aard van het delict niet relevant. De verhoorder mocht de jeugdige nog niet eerder verhoord hebben, omdat hij of zij dan wellicht al op de hoogte was van de intellectuele capaciteiten van de verdachte. Voor de respondenten golden de volgende inclusiecriteria: - de verdachte was in de leeftijd van 12 tot 25 jaar - de verdachte en verhoorder beheersten de Nederlandse taal - de verdachte gaf toestemming om mee te werken aan het onderzoek, in de vorm van een informed consent formulier - de verhoorder had de verdachte nog niet eerder verhoord. Dus, indien de verhoorder vraag 1 op de vragenlijst (Is dit de eerste keer dat u deze verdachte verhoort?) met nee beantwoordde, dan werden zijn/haar antwoorden niet meegenomen in de analyse - de verhoorder was niet op de hoogte van het IQ van de verdachte. Dus, indien de verhoorder vraag 2 op de vragenlijst (Weet u wat het intelligentieniveau van de verdachte is?) met ja beantwoordde, dan werden zijn/haar antwoorden niet meegenomen in de analyse In totaal zijn er 50 respondenten onderzocht, 72% mannen (N=36) en 28% vrouwen (N=14). De leeftijd van de respondenten lag tussen de 14 en 25 jaar. De gemiddelde leeftijd was 18 jaar (M=18.24, SD=2.77). De groep respondenten bestond voor 58% uit allochtonen (N=29) en voor 42% uit autochtonen (N=21). Met een allochtoon wordt in dit onderzoek bedoeld, iemand van wie beide ouders in een niet-nederlandstalig land geboren zijn. Deze definitie is gehanteerd omdat de taalbeheersing bij het invullen van de verkorte screener van belang is. Als (één van) de ouders in een Nederlandstalig land is opgegroeid kan er vanuit worden gegaan dat de respondent (deels) Nederlandstalig is opgevoed. 14

15 De meeste respondenten die benaderd werden, wilden deelnemen aan het onderzoek. Slechts 4 verdachten gaven aan niet te willen meewerken. Een respondent wilde stoppen met de vragenlijst na de tiende vraag. Zijn antwoorden zijn niet meegenomen in de analyse. De respondenten waren over het algemeen rustig en deden hun best om de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden. Vier respondenten gaven zelfs expliciet aan dat ze het leuk vonden om aan het onderzoek mee te werken. Procedure De onderzoeker belde naar de districten met de vraag of er op dat moment een verdachte aanwezig was die in de doelgroep van het onderzoek paste. Indien dit het geval was ging de onderzoeker naar het betreffende politiebureau of cellencomplex toe om de verdachte en verhoorder voorafgaand of direct na afloop van het verhoor de vragenlijsten voor te leggen. De onderzoeker ging samen met de verhoorder of een andere politiemedewerker naar de verdachte toe om te vragen of de verdachte mee wil werken aan het onderzoek. Om de veiligheid van de onderzoeker te waarborgen ging zij nooit alleen. Er werd steeds op de volgende manier toestemming gevraagd: Ik ben Merel en ik ben niet van de politie, maar van de Universiteit van Amsterdam. Ik doe een onderzoek naar een vragenlijst die vast probeert te stellen hoe goed iemand kan leren. De vragen hebben niets met jou zaak te maken en jouw naam zal niet op het antwoordformulier komen te staan. Wil je hieraan meewerken? Je zou mij er enorm mee helpen. Indien de verdachte instemde overhandigde de onderzoeker een informed consent formulier (zie bijlage 4). De respondent diende dit formulier te tekenen voordat de afname van de vragenlijst van start ging. Ook kreeg de verdachte een brief mee voor zijn of haar ouders (zie bijlage 5) met informatie over het onderzoek. Indien zij bezwaar wilden maken tegen de medewerking van hun kind aan het onderzoek, dan konden zij de onderzoeker een sturen en zouden de gegevens worden vernietigd. De onderzoeker benadrukte aan de verdachte dat hij of zij volledig anoniem bleef en dat zijn of haar naam nergens op kwam te staan. Op de ingevulde vragenlijst stond alleen een uniek respondentnummer (bestaande uit de datum en een letter) 1. De resultaten van dit onderzoek hadden geen invloed op het eventuele verdere proces tegen de verdachte. De uitslag werd niet bekendgemaakt aan de verhoorders en ook niet aan de verdachten. Als de verdachte toestemming gaf om aan het onderzoek mee te werken gaf de onderzoeker vervolgens uitleg over de opbouw van 1 Ook op de vragenlijst van de verhoorders kwam een uniek respondentnummer te staan, bestaande uit het respondentnummer van de verdachte plus de voorletter van de verhoorder. Indien dezelfde verhoorder de vragen invulde (in een andere verhoorsituatie) werd dezelfde voorletter ingevuld om dit te kunnen verwerken in de analyse. 15

16 de vragenlijst. Dan startte de afname van de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010; zie bijlage 1). Verwacht werd dat het invullen van dit instrument ongeveer een kwartier zou duren. Na afloop bedankte de onderzoeker de verdachte voor zijn of haar medewerking en benadrukte zij nogmaals dat de naam van de verdachte anoniem was. Om de procedurele betrouwbaarheid te waarborgen zijn er voorafgaande aan de eerste afname, standaard afname-instructies opgesteld (zie bijlage 3) waarin exact beschreven staat hoe de procedures omtrent de afname uitgelegd dienden te worden aan de verdachte, hoe de vragen gesteld dienden te worden en welke toelichting er bij de vragen gegeven mocht worden. Na afname van het instrument schreef de onderzoeker op een formulier of er eventueel problemen waren bij het invullen van de vragenlijst. Ze beantwoordde daarbij de volgende vragen: Hoe lang duurde het invullen van de verkorte screener? En: Waren er problemen bij het invullen van de verkorte screener? Als er problemen waren met een bepaalde vraag; met welke vraag (nummer)? De vragenlijst voor de verhoorders werd voorafgaand aan het verhoor door de onderzoeker aan de verhoorder aangereikt en na het verhoor weer opgehaald. In een enkel geval heeft de verhoorder het formulier gescand en naar de onderzoeker g d. De onderzoeker was zelf in de meeste gevallen niet aanwezig bij het verhoor, maar bleef in de buurt om eventuele vragen te kunnen beantwoorden. In totaal duurde het invullen van de vragen voor de verhoorder maximaal 5 minuten. Meetinstrumenten In dit onderzoek is er gebruik gemaakt van een tweetal meetinstrumenten. In de eerste plaats de verkorte screener (Kaal, Nijman & Moonen, 2010; van Kuijk, 2011). Deze verkorte screener bestaat uit 13 vragen en opdrachten (zie bijlage 1). Twee van de items, te weten rekenen en schrijven zijn verdeeld in respectievelijk 2 en 4 items. Hiermee komt het totaal aantal items uit op 17. De uitkomst van de verkorte screener werd bepaald door de onderzoeker, door middel van een scoreformulier(zie bijlage 2). Aan het antwoord op de vragen werd een score toegekend en aan de hand hiervan werd een totaalscore berekend. De antwoorden die de respondenten gaven op de items van de verkorte screener werden gerekend als goed of fout. Voor ieder fout antwoord kreeg de respondent een punt. De respondent kon een totaalscore tussen de 0 en 17 behalen. Bij een totaalscore onder de 7.5 werd de verdachte naar alle waarschijnlijkheid normaal begaafd geacht. Als de verdachte hoger scoorde dan 7.5 dan werd er geacht dat er aanwijzingen voor de aanwezigheid van een (licht) verstandelijke beperking. Verder onderzoek naar de cognitieve vermogens zou dan geadviseerd zijn. Als een respondent geen antwoord gaf op de vraag, dan werd dit antwoord gescoord als fout, dus ook wanneer de respondent weet ik niet als antwoord gaf. Wanneer een 16

17 antwoord, zonder opgaaf van reden, niet werd ingevuld werd deze ingevoerd als missing value. Dit geldt zowel voor de verkorte screener als voor de vragenlijst voor de verhoorders. Uit eerder onderzoek (Van Kuijk, 2011) is gebleken dat het handschrift van respondenten vaak lastig te lezen is. Vandaar dat ervoor is gekozen om de respondenten de instructie te geven zo duidelijk mogelijk te schrijven. Dit leidt er echter toe dat de respondenten langzamer schrijven, daarom is de tijdsduur van de schrijfopdracht niet gemeten en dus ook niet meegenomen in de totaalscore. In de tweede plaats is er gebruik gemaakt van een vragenlijst, die door de onderzoeker zelf is ontwikkeld (zie bijlage 6). Deze vragenlijst is voorgelegd aan de verhoorders van de verdachten en bestond uit de volgende 5 vragen: 1. Is dit de eerste keer dat u deze verdachte verhoort? 2. Weet u wat het intelligentieniveau van de verdachte is? 3. Waren er problemen in de communicatie met de verdachte? 4. Denkt u dat de verdachte een licht verstandelijke beperking heeft? 5. Wat zijn volgens u de kenmerken van een licht verstandelijke beperking? Vraag 1 tot en met 4 kon met ja of nee beantwoordt worden en indien vraag 2, 3 of 4 met ja beantwoordt werd kon de verhoorder nog kiezen uit respectievelijk 3, 9 en 3 antwoordmogelijkheden. Bij iedere vraag was het toegestaan om meerdere antwoordmogelijkheden aan te kruisen. Bij iedere vraag was ook de antwoordcategorie anders toegevoegd, om de respondenten de ruimte te geven iets anders op te schrijven als hun antwoord er niet bij stond. Vraag 5 was een open vraag. Data analyse In dit onderzoek is gebruik gemaakt van 19 afhankelijke variabelen en 4 onafhankelijke variabelen. De afhankelijke variabelen zijn de 17 items van de verkorte screener, de totaalscore en de uitkomst van dit instrument; wel of geen (L)VB. De laatste afhankelijke variabele is de inschatting die de verhoorder maakte van de verdachte, namelijk de verdachte heeft wel of geen licht verstandelijke beperking. De onafhankelijke variabelen zijn: de leeftijd, het geslacht en de culturele achtergrond (al dan niet Nederlands) van de respondent. Voor alle analyses is een betrouwbaarheidsgrens (alpha) van 5% gehanteerd. De methode van data-analyse zal hieronder per onderzoeksvraag verder uitgelegd worden. Allereerst werd er berekend of er een significant verschil is tussen de uitslag op de verkorte screener (wel of geen (L)VB) en het geslacht, de culturele achtergrond en de leeftijd van de respondent. Indien er sprake was van een normale verdeling, werd een t-toets uitgevoerd. Indien de variabele niet normaal verdeeld was, werd de Mann-Whitney U toets uitgevoerd. In alle drie de 17

18 gevallen werd er zowel een vergelijking gemaakt tussen de groepen respondenten en de uitkomst van het instrument en de afzonderlijke vragen van de verkorte screener. Dit laatste is gedaan om te bepalen of er een groot verschil was tussen jongens en meisjes, autochtone en allochtone jongeren en jongeren met een bepaalde leeftijd bij de beantwoording van de afzonderlijke vragen van de verkorte screener. Het antwoord op onderzoeksvraag 1, Op basis van welke kenmerken beoordeelt een verhoorder of er sprake is van een licht verstandelijke beperking bij een jeugdige verdachte?, is gebaseerd op het antwoord dat de verhoorders gaven op vraag 4 van de vragenlijst: Denkt u dat de verdachte een licht verstandelijke beperking heeft? Zo ja, waarom denkt u dit?. In een frequentietabel wordt weergegeven hoe vaak iedere antwoordcategorie is aangekruist. Ook is verkend over welke kennis verhoorders beschikken met betrekking tot LVB, aan de hand van vraag 5 van de vragenlijst: Wat zijn volgens u de kenmerken van een licht verstandelijke beperking? (zie bijlage 6). Het beantwoorden van onderzoeksvraag 2, Hoe is de overeenstemming tussen de beoordeling van de verhoorder en de uitslag van de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010)?, heeft als volgt plaatsgevonden. Er werd een vergelijking gemaakt tussen de inschatting van de verhoorder (op grond van vraag 4 van de vragenlijst: Denkt u dat de verdachte een licht verstandelijke beperking heeft? ) en de uitkomst van de verkorte screener. De samenhang tussen de uitspraak van de verhoorder en de uitkomst van de verkorte screener is vervolgens getoetst door middel van de bepaling van Cohen s Kappa (κ). Dit is een correlatiemaat die de voor kans gecorrigeerde overeenkomst tussen beoordelingen weergeeft. Bij een uitkomst van 1 is er perfecte overeenstemming, bij 0 is de overeenstemming gelijk aan kansniveau en bij -1 is overeenstemming geheel afwezig (Van de Sande, 1999). Deze mate van overeenstemming toont aan of verhoorders dezelfde inschatting maken van de verdachte als vastgesteld door middel van de verkorte screener Benadrukt dient te worden dat dit onderzoek niets zegt over de validiteit van de verkorte screener. Ook zegt dit onderzoek niets over wel of geen aan- of afwezigheid van een LVB bij de verdachten. Het gaat slechts om de beoordeling van de verhoorder en de uitkomst van de (nog niet gevalideerde) verkorte screener. Hier is voor gekozen omdat er, zoals eerder gesteld, nog onderzoek loopt naar de validiteit en de betrouwbaarheid van het instrument. Ook is het niet mogelijk om het oordeel van de verhoorder te vergelijken met IQ-gegevens van de verdachte, omdat die vaak simpelweg niet beschikbaar zijn. Tot slot heeft de beantwoording van onderzoeksvraag 3, Zijn er in de praktijk problemen bij het gebruik van de verkorte screener van Kaal, Nijman en Moonen (2010), in de context van het verhoren van jeugdige verdachten?, plaatsgevonden aan de hand van het commentaar dat de onderzoeker heeft opgeschreven naar aanleiding de afname van de verkorte screener. In een 18

19 frequentietabel is bijgehouden hoe vaak er problemen waren met elk van de vragen van de verkorte screener. Bij iedere vraag konden opmerkingen geplaatst worden over de aard van het probleem. Tevens is berekend wat de gemiddelde afnametijd was van het instrument. 19

20 Resultaten Allereerst wordt weergegeven welke score de respondenten hebben behaald op de verkorte screener. Vervolgens wordt er per onderzoeksvraag een overzicht gegeven van de resultaten. Resultaten behaald op de verkorte screener Tabel 2 Samenvatting resultaten verkorte screener N 50 Gemiddelde 6,84 Std. Deviatie 2,53 Minimum 1 Maximum 13 In tabel 2 is te lezen dat de respondenten een gemiddelde score van 6.84 behaalden op de verkorte screener. De minimaal te behalen score was 0 en de maximale score was 17. Vanaf een score van 7.5 zijn er aanwijzingen voor een (licht) verstandelijke beperking bij de respondent. Uit tabel 2 blijkt tevens dat de respondenten die deelnamen aan het onderzoek minimaal een score van 1 behaalden en maximaal een score van 13. Tabel 3.1 Resultaat van de verkorte screener in relatie tot het geslacht van de respondenten Man Vrouw N M SD In tabel 3.1 is te lezen dat jongens gemiddeld meer vragen van de verkorte screener fout beantwoordden dan meisjes. Dit betekent dat er bij jongens bij de toepassing van de verkorte screener vaker aanwijzingen gevonden kunnen worden voor de aanwezigheid van een (L)VB. Met een Mann-Whitney U toets is berekend of het geslacht van invloed is op de totaalscore op de verkorte screener. Hieruit blijkt dat U=169.00, p =.69. Uitgaande van p >.05, is er geen significant verschil tussen jongens en meisjes in de uitkomst van de verkorte screener. Ook is iedere vraag van de screener afzonderlijk bekeken. Met een Chi-kwadraat toets is berekend of er een significant verschil is tussen jongens en meisjes in de beantwoording van de vragen. Er is alleen een significante samenhang gevonden tussen geslacht en de beantwoording van de vraag Wat is de hoogste opleiding die je hebt gevolgd? (χ 2 (1, N=50)=4.69, p=.042). Jongens hebben vaker een lage opleiding gevolgd (N=29) dan meisjes (N=7). 20

21 Tabel 3.2 Resultaat van de verkorte screener in relatie tot de culturele achtergrond van de respondenten Allochtoon Autochtoon N M SD In tabel 3.2 is te lezen dat allochtone jongeren, dat wil zeggen jongeren waarvan beiden ouders in een niet-nederlandstalig land zijn geboren, gemiddeld meer fouten maakten dan autochtone jongeren. Uit de Mann-Whitney U toets blijkt dat U=174.50, p=.010. In dit geval is p <.05 en is het verschil in de uitslag van de verkorte screener dus significant tussen jongeren met een Nederlandse achtergrond en jongeren met een niet-nederlandse achtergrond. De samenhang tussen de culturele achtergrond van de respondenten en de beantwoording van de vragen is voor een aantal vragen significant. Dit zijn de vragen: Wat is de hoogste opleiding die je hebt gevolgd? (χ 2 (1, N=50)=10.68,p=.002), Wat betekent: nou breekt mijn klomp? (χ 2 (1, N=50)=7.41, p=.011), de schrijfopdracht De mensen juichen als de scheidsrechter eindelijk voor het einde van de finale fluit (χ 2 (1, N=50)=6.27,p=.016) en de opdracht waarbij de respondenten een spoor moeten maken door bolletjes met elkaar te verbinden (χ 2 (1, N=50)=4.97, p=.033). Deze laatste opdracht meet de verwerkingssnelheid van de respondent. Allochtone jongeren gaven relatief vaker een fout antwoord dan autochtone jongeren op alle vier de vragen. Zie bijlage 9 voor een volledig overzicht van de scores en percentages. Tabel 3.3 Resultaat van de verkorte screener in relatie tot de leeftijd van de respondenten N M SD In tabel 3.3 wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde scores op de verkorte screener per leeftijd. Jongeren met een leeftijd van 17 jaar gaven gemiddeld de meeste foute antwoorden en jongeren met een leeftijd van 20 jaar gemiddeld de minste. Er is een t-toets op onafhankelijke groepen uitgevoerd om het verschil tussen jongeren van 18 jaar en ouder en jongeren onder de 18 jaar op de uitslag van de verkorte screener te bepalen. Deze leeftijdsgrens is gehanteerd omdat dit de grens is tussen minderjarig en volwassen, die in het strafrecht relevant is. Tevens omdat het 21

22 aantal respondenten onder de 18 (N=23) en van 18 jaar en ouder (N=27) redelijk gelijk verdeeld is. Jongeren onder de 18 beantwoordden gemiddeld meer vragen fout (M=8,00) dan jongeren van 18 jaar en ouder (M=5,85). Uit de t-toets blijkt dat het verschil significant is (t=3,28, df=48, p=.002, twotailed). Als er naar de beantwoording van de afzonderlijke vragen wordt gekeken is er bij vier vragen een significante samenhang tussen de leeftijd van de respondenten en de beantwoording van de vraag. Dit geldt voor de vragen: Wat is de duur van je laatste betaalde baan? (χ 2 (9, N=50)=16.60, p=.042), Wie kookt er meestal? (χ 2 (9, N=50)=22,99, p=.001), de schrijfopdracht De chauffeur moest s nachts uitwijken voor een hert met een groot gewei (χ 2 (9, N=50)=17.55, p=.019) en de opdracht waarbij de respondenten een spoor moeten maken door bolletjes met elkaar te verbinden (χ 2 (9, N=50)=20.64, p=.031). Het is echter niet zo dat jongeren onder de 18 slechter scoorden op deze vragen. Zie bijlage 9 voor een volledig overzicht van de scores. Onderstaand worden de resultaten van de analyses besproken per onderzoeksvraag. Beoordeling door verhoorder over aanwezigheid van licht verstandelijke beperking bij verdachte De beantwoording van deze onderzoeksvraag heeft plaatsgevonden naar aanleiding van vraag 4 van de vragenlijst voor de verhoorders. Deze vraag luidde: Denkt u dat de verdachte een LVB heeft en zo ja, waarom? 2 Tabel 4 Mening verhoorder over LVB verdachte (N=49) 3 Nee 41 Ja 8 U was al op de hoogte van het IQ van de verdachte 0 Gedrag 5 Uiterlijk 2 Anders 2 a. Het was mogelijk om meerdere antwoorden aan te kruisen. Eén verhoorder heeft 2 antwoorden aangekruist. In tabel 4 is te lezen dat verhoorders in 41 gevallen van mening waren dat de verdachte geen licht verstandelijke beperking heeft. In 8 gevallen denken zij wel dat er sprake is van een LVB bij de verdachte. De 8 verschillende verhoorders gaven 5 keer aan dat zij deze mening baseerden op het gedrag van de verdachte. De volgende gedragingen werden hierbij benoemd: ongeïnteresseerd zijn in de zaak waarin de respondent verdachte is, geen antwoord willen geven op de vragen, onbegrijpelijke antwoorden geven, moeite hebben om duidelijk te maken wat hij/zij bedoelde, de 2 De vragenlijst is een aantal keer door dezelfde verhoorder ingevuld. Er is dus sprake van geneste data. Echter, slechts 4 verhoorders hebben de vragenlijst meerdere malen ingevuld tot een maximum van 4 keer per verhoorder. Vandaar dat ervoor gekozen is om hiermee geen rekening te houden in de analyse. 3 Eén verhoorder heeft de vragenlijst niet ingevuld, daarbij is het dus niet duidelijk welke inschatting hij maakte van de respondent. 22

23 vragen en uitleg van de verhoorders niet begrijpen, traag zijn in het geven van antwoorden, snel boos worden en schreeuwen, niet willen meewerken en niet begrijpen wat er gebeurt. Daarnaast gaven de verhoorders 2 keer aan dat het uiterlijk van de respondent een rol speelde bij de beoordeling of er sprake is van een LVB. De volgende uiterlijke kenmerken werden hierbij genoemd: een sloom uiterlijk en een ingevallen gezicht en een uiterlijk en voorkomen van een minder begaafd iemand (er werd geen uitleg gegeven wat daarmee bedoeld werd). Ook gaven 2 verhoorders aan dat zij hun beslissing baseerden op een combinatie van facetten, gedrag en uiterlijk. In 6 gevallen kwam de inschatting van de verhoorders overeen met het instrument. In 2 gevallen gingen de verhoorders uit van een LVB, terwijl uit de uitslag op de verkorte screener bleek er bij deze verdachten geen sprake was van een LVB. Deze verhoorders baseerden hun beslissing op de problemen in de communicatie met de verdachte en op het feit dat de verdachte niet begreep wat er gebeurde. Bij de beantwoording van de tweede onderzoeksvraag wordt verder ingegaan op de overeenkomst tussen de inschatting van de verhoorder en de uitslag op de verkorte screener. Vervolgens is geïnventariseerd over welke kennis verhoorders beschikken met betrekking tot het begrip licht verstandelijke beperking. De verhoorders is de volgende vraag voorgelegd: Wat zijn volgens u de kenmerken van een licht verstandelijke beperking?. Deze vraag is door 39 unieke verhoorders ingevuld. Hieruit blijkt dat de verhoorders de volgende kenmerken noemen van een LVB Figuur 2. Kenmerken van een LVB genoemd door verhoorders. 23

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB)

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Zwakzinnigheid (DSM-IV-TR) Code Omschrijving IQ-range Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Xavier Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Onderzoeker Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Mijn kind heeft een LVB

Mijn kind heeft een LVB Mijn kind heeft een LVB Wat betekent een licht verstandelijke beperking nu precies? Informatie voor ouders van kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking in de leeftijd van 6 tot 23 jaar

Nadere informatie

Tips bij het in gesprek gaan met een burger met een licht verstandelijke beperking

Tips bij het in gesprek gaan met een burger met een licht verstandelijke beperking Tips bij het in gesprek gaan met een burger met een licht verstandelijke beperking S.N. Kuik (2014, ongepubliceerd) Inleiding Het in Gesprek gaan met iemand met een LVB vergt nogal wat van Gespreksvoerders.

Nadere informatie

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN!

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! Zorgverlening aan mensen met licht verstandelijke beperkingen SPV Studiemiddag 16 mei 2019 1 Agenda 1. Licht verstandelijke beperkingen en groei 2. Tweesystemen model 3. Beperkt

Nadere informatie

Handleiding interviews leefklimaat onderzoek bij kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking

Handleiding interviews leefklimaat onderzoek bij kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking Handleiding interviews leefklimaat onderzoek bij kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking Auteurs: Evelyn Heynen Peer van der Helm Xavier Moonen Deze handleiding is mogelijk gemaakt

Nadere informatie

De invloed van LVB en PTSS op behandelresultaten. Birgit Seelen-de Lang (GZ psycholoog) Berry Penterman (Psychiater) GGZ Oost Brabant, FACT

De invloed van LVB en PTSS op behandelresultaten. Birgit Seelen-de Lang (GZ psycholoog) Berry Penterman (Psychiater) GGZ Oost Brabant, FACT De invloed van LVB en PTSS op behandelresultaten Birgit Seelen-de Lang (GZ psycholoog) Berry Penterman (Psychiater) GGZ Oost Brabant, FACT 19 juni 2019 Vignet 33 jarige man, boerenzoon. Sinds 2010 bekend

Nadere informatie

MEE Utrecht, Gooi & Vecht. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking.

MEE Utrecht, Gooi & Vecht. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. MEE Utrecht, Gooi & Vecht Ondersteuning bij leven met een beperking Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Voor verwijzers Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Veel

Nadere informatie

Samenvatting. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier 2010-11 5

Samenvatting. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier 2010-11 5 Samenvatting Aanleiding Zowel in de politiek als bij DJI bestaat al lang de wens tot het ontwikkelen van beleid en het programmeren van onderzoek ten aanzien van licht verstandelijk beperkte (LVB) gedetineerden.

Nadere informatie

verhoor van kwetsbare personen u komt deze mensen tegen maar weet het vaak niet!

verhoor van kwetsbare personen u komt deze mensen tegen maar weet het vaak niet! Kwetsbare mensen zoals mensen die functioneren op het niveau van een (licht) verstandelijke beperking (L)VB in aanraking met politie en justitie Dr. Xavier M.H. Moonen Bijzonder lector Zuyd Hogeschool

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

GGNet:ScreenerLVB. 23 april 2013

GGNet:ScreenerLVB. 23 april 2013 GGNet:ScreenerLVB 23 april 2013 1 Dr. Xavier M.H. Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Docent en onderzoeker Universiteit van Amsterdam Beleidsadviseur Koraal Groep Sittard Voorzitter Landelijk Kenniscentrum

Nadere informatie

Presentatie voor 3 e jaarcongres Behandeling van patiënten met een laag IQ in de GGZ

Presentatie voor 3 e jaarcongres Behandeling van patiënten met een laag IQ in de GGZ Presentatie voor 3 e jaarcongres Behandeling van patiënten met een laag IQ in de GGZ 16 mei 2019, Nieuwegein Dr. Jannelien Wieland Goedemorgen. Ik ben ontzettend blij en trots dat ik vanochtend iets mag

Nadere informatie

Ervaren problemen door professionals

Ervaren problemen door professionals LVG en Verslaving Lectoraat GGZ-Verpleegkunde Ervaren problemen door professionals Kennisdeling 11 november 2010, Koos de Haan, deel 2 1 Wat komt aan bod? Onderzoek naar problemen door professionals ervaren

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.

Nadere informatie

Gebruik ICT binnen Content and Language Integrated Learning

Gebruik ICT binnen Content and Language Integrated Learning Evaluatierapport Gebruik ICT binnen Content and Language Integrated Learning Bevindingen van leraren en leerlingen Drs. Gerard Baars Inleiding In de tweede helft van 2008 is op zes basisscholen in Rotterdam

Nadere informatie

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. Voor verwijzers

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking. Voor verwijzers MEE Ondersteuning bij leven met een beperking Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Voor verwijzers Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Veel mensen met een licht

Nadere informatie

Onderzoek naar de bruikbaarheid van de Screener voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking

Onderzoek naar de bruikbaarheid van de Screener voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking Onderzoek naar de bruikbaarheid van de Screener voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking Toepassing bij jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 23 jaar Masterscriptie Forensische Orthopedagogiek

Nadere informatie

Stoute jongens ondervraagd: verdacht of minderjarig?

Stoute jongens ondervraagd: verdacht of minderjarig? Protecting young suspects in interrogations: a study on safeguards and best practice Lecture 3: Thursday 28 th of February 2013 Stoute jongens ondervraagd: verdacht of minderjarig? CPS studiedag Jongeren

Nadere informatie

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Leercentrum Nijmegen Oberon, november 2012 1 Inleiding Playing for Success heeft, naast het verhogen van de taal- en rekenprestaties van de

Nadere informatie

Licht verstandelijke beperking onder cliënten van CVD Havenzicht nachtopvang in 2017

Licht verstandelijke beperking onder cliënten van CVD Havenzicht nachtopvang in 2017 Licht verstandelijke beperking onder cliënten van CVD Havenzicht nachtopvang in 2017 Augustus 2018 Colofon Licht verstandelijke beperking onder cliënten van CVD Havenzicht nachtopvang in 2017 Auteurs:

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Paper 3: Onderzoeksinstrumenten Aantal woorden (exclusief bijlage, literatuur en samenvatting): 581 Jeffrey de Jonker Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Jeffrey de Jonker Biologie Differentiëren

Nadere informatie

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme

Deel VI Verstandelijke beperking en autisme Deel VI Inleiding Wat zijn de mogelijkheden van EMDR voor cliënten met een verstandelijke beperking en voor cliënten met een autismespectrumstoornis (ASS)? De combinatie van deze twee in een en hetzelfde

Nadere informatie

Leefstijltraining PLUS. LEDD 27 november Tonko Hoffman, Psycholoog Petra Pols, GGZ Verpleegkundig Specialist i.o. Forensisch FACT-LVB Palier

Leefstijltraining PLUS. LEDD 27 november Tonko Hoffman, Psycholoog Petra Pols, GGZ Verpleegkundig Specialist i.o. Forensisch FACT-LVB Palier Leefstijltraining PLUS LEDD 27 november 2014 Tonko Hoffman, Psycholoog Petra Pols, GGZ Verpleegkundig Specialist i.o. Forensisch FACT-LVB Palier Agenda Voorstellen Achtergrond team F-FACT-LVB Achtergrond

Nadere informatie

De (h)erkenning van jongeren met een lichte verstandelijke beperking Dr. M. van Nieuwenhuijzen

De (h)erkenning van jongeren met een lichte verstandelijke beperking Dr. M. van Nieuwenhuijzen De (h)erkenning van jongeren met een lichte verstandelijke beperking Dr. M. van Nieuwenhuijzen ISBN 978 90 8850 154 8 NUR 847 2010 B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam Rede (in verkorte vorm) uitgesproken bij

Nadere informatie

De effectiviteit van preventieve. voorlichting aan migrantenouders in. Rotterdam over ggz problematiek en. licht verstandelijke beperking

De effectiviteit van preventieve. voorlichting aan migrantenouders in. Rotterdam over ggz problematiek en. licht verstandelijke beperking Nuray Dogan Nadia el Gharnati Erasmus Universiteit 19-11-2015 De effectiviteit van preventieve voorlichting aan migrantenouders in Rotterdam over ggz problematiek en licht verstandelijke beperking De Rotterdamse

Nadere informatie

Ondersteuning bij leven met een beperking

Ondersteuning bij leven met een beperking Ondersteuning bij leven met een beperking Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking MEE Omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Raad en daad als het om mensen met een verstandelijke

Nadere informatie

6 Psychische problemen

6 Psychische problemen psychische problemen 6 Psychische problemen Gonneke Stevens In onderzoek naar de gezondheid en het welzijn van jongeren is het relevant aandacht te besteden aan psychische problematiek, waarbij vaak een

Nadere informatie

Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016

Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Het ITS maakt deel uit van de Radboud Universiteit Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Samenvatting Roelof Schellingerhout Clarie Ramakers Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Samenvatting

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Verstandelijke beperkingen

Verstandelijke beperkingen 11 2 Verstandelijke beperkingen 2.1 Definitie 12 2.1.1 Denken 12 2.1.2 Vaardigheden 12 2.1.3 Vroegtijdig en levenslang aanwezig 13 2.2 Enkele belangrijke overwegingen 13 2.3 Ernst van verstandelijke beperking

Nadere informatie

De resultaten van het project

De resultaten van het project De resultaten van het project Project (On)Beperkte Opvang Mensen met Licht Verstandelijke Beperkingen in de Maatschappelijke Opvang Peter van den Broek Landelijk projectleider Agenda Het project De instrumenten

Nadere informatie

Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA)

Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) Instrument Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) De BSA is een screeningsinstrument waarmee het sociaal aanpassingsvermogen bij jeugdigen (4 t/m 23 jaar) in kaart kan worden gebracht. Met het instrument

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Consortium Effectieve Behandeling Gedragsproblemen LVG in het kader van het ZonMw-programma Onderzoek voor mensen met een verstandelijke beperking.

Consortium Effectieve Behandeling Gedragsproblemen LVG in het kader van het ZonMw-programma Onderzoek voor mensen met een verstandelijke beperking. Begeleiders in Beeld Consortium Effectieve Behandeling Gedragsproblemen LVG in het kader van het ZonMw-programma Onderzoek voor mensen met een verstandelijke beperking. Inleiding Begeleiders van mensen

Nadere informatie

Rapportage cliëntervaringsonderzoek

Rapportage cliëntervaringsonderzoek Rapportage cliëntervaringsonderzoek Versie 2.0.0 Drs. J.J. Laninga december 2017 www.triqs.nl Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Inleiding... 3 Leeswijzer... 4 Methode... 5 Uitkomsten meting... 6 Samenvatting...

Nadere informatie

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE

DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Netwerkthermometer DE NETWERKTHERMOMETER LEERLINGEN INSTRUCTIE Wat is De Netwerkthermometer De Netwerkthermometer is een test. Een test om een gedegen beeld te krijgen van hoe je zelf aan kijkt tegen je

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) * 132 Baby s die te vroeg geboren worden (bij een zwangerschapsduur korter dan 37 weken) hebben een verhoogd risico op zowel ernstige ontwikkelingproblemen (zoals mentale

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Jaarlijks doen vele jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking In Nederland een beroep op de hulpverlening. Een aanmerkelijk aantal van hen krijgt deze hulp van een LVG-instituut.

Nadere informatie

Richtlijn Effectieve Interventies LVB. Jolanda Douma Onderzoekscoördinator Landelijk Kenniscentrum LVG. Focus op Onderzoek 1 december 2011

Richtlijn Effectieve Interventies LVB. Jolanda Douma Onderzoekscoördinator Landelijk Kenniscentrum LVG. Focus op Onderzoek 1 december 2011 2 Richtlijn Effectieve Interventies LVB Jolanda Douma Onderzoekscoördinator Landelijk Kenniscentrum LVG Focus op Onderzoek 1 december 2011 Achtergrond Weinig interventies ontwikkeld voor jeugdigen met

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Marian Hickendorff & Jan Janssen Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode De LOVS-toetsen rekenen-wiskunde

Nadere informatie

Het Screeningsinstrument voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking (SCIL) toegepast bij dak- en thuislozen

Het Screeningsinstrument voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking (SCIL) toegepast bij dak- en thuislozen Het Screeningsinstrument voor Intelligentie en Licht verstandelijke beperking (SCIL) toegepast bij dak- en thuislozen Resultaten Evaluatie SCIL April 2018 Inleiding Achtergrond en doelstelling De focus

Nadere informatie

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen Een speciale uitdaging voor het huisartsenteam en het steunnetwerk Dr. Jany Rademakers, NIVEL Drs. Jeanny

Nadere informatie

Simon Voorbeeld VERTROUWELIJK. 360 Feedback Competentietest

Simon Voorbeeld VERTROUWELIJK. 360 Feedback Competentietest Simon Voorbeeld 360 Feedback Competentietest 2015 Testcentrum Groei De Algemene Voorwaarden van Testcentrum Groei B.V., die zijn na te lezen op www.testcentrumgroei.nl zijn van toepassing op het gebruik

Nadere informatie

Licht verstandelijk beperking? Hoe herken je mensen met een licht verstandelijke beperking. Hoe kom je samen verder?

Licht verstandelijk beperking? Hoe herken je mensen met een licht verstandelijke beperking. Hoe kom je samen verder? Licht verstandelijk Hoe herken je mensen met een licht verstandelijke beperking. Hoe kom je samen verder? Wat gaan we doen: Signalen van een licht verstandelijke beperking Wat is een licht verstandelijke

Nadere informatie

Waarom komt hij onze afspraken nooit na? Snapt ze nu wat ik zeg? Ik weet niet meer hoe ik dit anders kan aanpakken?

Waarom komt hij onze afspraken nooit na? Snapt ze nu wat ik zeg? Ik weet niet meer hoe ik dit anders kan aanpakken? Herkennen van LVB Waarom komt hij onze afspraken nooit na? Snapt ze nu wat ik zeg? Ik weet niet meer hoe ik dit anders kan aanpakken? Definitie LVB het intellectueel functioneren ligt duidelijk onder het

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Hoe herken ik mensen met een lichte verstandelijke beperking

Hoe herken ik mensen met een lichte verstandelijke beperking Hoe herken ik mensen met een lichte verstandelijke beperking Een beknopte handreiking en enkele tips voor de omgang bestemd voor medewerkers van politie & justitie, maatschappelijk werk en reclassering

Nadere informatie

Samenvatting De problematiek van gedetineerden met een lichte verstandelijke beperking in het gevangeniswezen

Samenvatting De problematiek van gedetineerden met een lichte verstandelijke beperking in het gevangeniswezen Samenvatting De problematiek van gedetineerden met een lichte verstandelijke beperking in het gevangeniswezen Dr. H.L. Kaal Drs. A.M. Negenman E. Roeleveld Prof. dr. P.J.C.M. Embregts Achtergrond onderzoek

Nadere informatie

MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE

MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE FACULTEIT DER MAATSCHAPPIJ- EN GEDRAGSWETENSCHAPPEN Graduate School of Childhood Development and Education MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE 2016-2017 De beïnvloeding van tijdoriëntatie, timemanagement en

Nadere informatie

Licht verstandelijke beperking. Praktische tips voor herkennen. voor professionals

Licht verstandelijke beperking. Praktische tips voor herkennen. voor professionals Licht verstandelijke beperking Praktische tips voor herkennen voor professionals Begrijp je wat ik bedoel? Kinderen en jongeren zijn er bij gebaat wanneer vroegtijdig wordt herkend of er sprake is van

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar metacognitieve vaardigheden van leerlingen

Nadere informatie

Informatie voor betrokkenen

Informatie voor betrokkenen Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie Nederla voor Forensische Psychiatrie en Psychologie Nederlands Instituut vo Psychiatrie en Psychologie Nederlands Instituut voor Forensisc

Nadere informatie

Omkadering van het verhoor: methoden en management. Jannie van der Sleen, Kinterview, advies en training forensisch interview, Zutphen, Nederland

Omkadering van het verhoor: methoden en management. Jannie van der Sleen, Kinterview, advies en training forensisch interview, Zutphen, Nederland Omkadering van het verhoor: methoden en management Jannie van der Sleen, Kinterview, advies en training forensisch interview, Zutphen, Nederland Evaluatieonderzoek in de Schiedammer Parkmoord (2005) In

Nadere informatie

Autisme spectrum stoornissen en delinquentie

Autisme spectrum stoornissen en delinquentie Autisme spectrum stoornissen en delinquentie Lucres Nauta-Jansen onderzoeker kinder- en jeugdpsychiatrie VUmc Casus Ronnie jongen van 14, goed en wel in de puberteit onzedelijke handelingen bij 5-jarig

Nadere informatie

De vragenlijst kunt u meegeven aan degene die de vragenlijst aan u heeft overhandigd.

De vragenlijst kunt u meegeven aan degene die de vragenlijst aan u heeft overhandigd. Datum daag: Onderwijsinstelling: Code (meting-unieke code): Locatie: Klas: Leiden, 2015 Beste docent, In opdracht management uw organisatie voert Hogeschool Leiden (Expertisecentrum Jeugd) onderzoek uit

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

De kennisbehoefte van de politie op het gebied van mensen met een licht verstandelijke beperking

De kennisbehoefte van de politie op het gebied van mensen met een licht verstandelijke beperking LVB en jeugdcriminaliteit Factsheet 1 - juli 2012 Lectoraat Jeugd Hogeschool Leiden De kennisbehoefte van de politie op het gebied van mensen met een licht verstandelijke beperking Door: José Marijt en

Nadere informatie

Hoe herken je ze en hoe ga je er mee om?

Hoe herken je ze en hoe ga je er mee om? Hoe herken je ze en hoe ga je er mee om? Tips voor omgaan met mensen met een licht verstandelijke beperking Tel. 088-00 75 000 www.meewering.nl Waarom dit boekje? Iedere professional, die met cliënten,

Nadere informatie

Leren van eerder gemaakte fouten. Leren van Delict

Leren van eerder gemaakte fouten. Leren van Delict Leren van eerder gemaakte fouten. Leren van Delict Jongeren vinden het zinvol om hun gedrag te begrijpen. Leren van Delict Leren van Delict vermindert de kans op recidive bij jongeren die vanwege hun gewelddadige

Nadere informatie

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals Gedragsproblemen komen veel voor onder kinderen en adolescenten. Als deze problemen ernstig zijn en zich herhaaldelijk voordoen, kunnen ze een negatieve invloed hebben op het dagelijks functioneren van

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

6/03/2015. Marc Bockstaele (ere)hoofdcommissaris Federale Gerechtelijke Politie

6/03/2015. Marc Bockstaele (ere)hoofdcommissaris Federale Gerechtelijke Politie Marc Bockstaele (ere)hoofdcommissaris Federale Gerechtelijke Politie 1 In Nederland is er wel een definitie van verdachte. Artikel 27 lid 1 Sv.: - Als verdachte wordt vóór de vervolging is aangevangen,

Nadere informatie

Ik heb geen pasklare antwoorden

Ik heb geen pasklare antwoorden Ik heb geen pasklare antwoorden door Johan de Koning Mensen met een licht verstandelijke beperking komen vaker in aanraking met justitie dan anderen. Hoe worden zij begeleid? Lector Hendrien Kaal wil dat

Nadere informatie

Februari Kübra Ozisik. Frans Oldersma.

Februari Kübra Ozisik. Frans Oldersma. Kübra Ozisik Februari 2018 Frans Oldersma www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID Inhoud Inhoud... 1 1. Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Respons... 3 2.2 Definitie kindermishandeling... 3 2.3 Campagne

Nadere informatie

Workshop Herkennen van LVB

Workshop Herkennen van LVB Workshop Herkennen van LVB MEE in Leiden Onderdeel JGT s en Sociale wijkteams (kortdurende ondersteuning) Onafhankelijke cliëntondersteuning; WLZ Specialistenpool Deelname aan diverse regionale samenwerkingen;

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

Verraderlijk gewoon: Licht verstandelijk gehandicapte jongeren, hun wereld en hun plaats in het strafrecht

Verraderlijk gewoon: Licht verstandelijk gehandicapte jongeren, hun wereld en hun plaats in het strafrecht Verraderlijk gewoon: Licht verstandelijk gehandicapte jongeren, hun wereld en hun plaats in het strafrecht Landelijke PrO-dag Marigo Teeuwen Nijkerk 10 december 2014 Vandaag: onderzoek en praktijk Onderzoek

Nadere informatie

Datum 17 oktober 2011 Onderwerp Reactie op advies "Zorg voor ingesloten licht verstandelijk beperkte jongeren"

Datum 17 oktober 2011 Onderwerp Reactie op advies Zorg voor ingesloten licht verstandelijk beperkte jongeren 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming T.a.v. prof. mr. P.B. Boorsma, algemeen voorzitter Postbus 30137 2500 GC Den Haag Schedeldoekshaven 100

Nadere informatie

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?!

Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Kennis en rolopvatting van professionals gedurende Alcohol mij n zorg?! Integrale aanpak vroegsignalering alcoholgebruik bij ouderen in de eerstelijn Drs. Myrna Keurhorst Dr. Miranda Laurant Dr. Rob Bovens

Nadere informatie

Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding

Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding Verslag Clienttevredenheidsonderzoek Zorginstelling ETM: Edo ter Maat, Persoons Gebonden Begeleiding September 2018 Ans Herbers-Swennenhuis Toegepast Psycholoog September 2018 Inhoudsopgave Samenvatting...

Nadere informatie

Introductie LVB. Hans Willemsen, beleidsadviseur LVB

Introductie LVB. Hans Willemsen, beleidsadviseur LVB Introductie LVB Hans Willemsen, beleidsadviseur LVB Inhoud Zembla LVB? Boyke Problemen in de omgang -------------------------------------- Signalen en verklaring Bejegeningstips Zembla Liesbeth overziet

Nadere informatie

Lectoraat GGZ-Verpleegkunde. LVG en Verslaving. s Heerenloo 30 juni 2010

Lectoraat GGZ-Verpleegkunde. LVG en Verslaving. s Heerenloo 30 juni 2010 Lectoraat GGZ-Verpleegkunde LVG en Verslaving s Heerenloo 30 juni 2010 1 Wat komt aan bod? Overzicht programma LVG en verslaving Prevalentiegegevens Casus Brijder en s Heerenloo Discussie nav casuïstiek

Nadere informatie

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1 De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress en Energie bij Moeders The Effect of MBSR-training on Mindfulness, Perceived Stress

Nadere informatie

De ontwikkeling van depressie bij kinderen en adolescenten met ADHD

De ontwikkeling van depressie bij kinderen en adolescenten met ADHD De ontwikkeling van depressie bij kinderen en adolescenten met ADHD Samenvatting 10 tot 40% van de kinderen en adolescenten met ADHD (Attention Deficit Hyperactivity Disorder) ontwikkelen symptomen van

Nadere informatie

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen.

N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen. ADHD Wachtkamerspecial Onderbehandeling van ADHD bij allochtonen: kinderen en volwassenen N. Buitelaar, psychiater en V. Yildirim, psycholoog. Beiden werkzaam bij Altrecht Centrum ADHD Volwassenen. Inleiding

Nadere informatie

zeer jeugdige delinquenten in nederland: een zorgwekkende ontwikkeling? theo doreleijers lieke van domburgh vumc amsterdam

zeer jeugdige delinquenten in nederland: een zorgwekkende ontwikkeling? theo doreleijers lieke van domburgh vumc amsterdam zeer jeugdige delinquenten in nederland: een zorgwekkende ontwikkeling? theo doreleijers lieke van domburgh vumc amsterdam samenwerkingsverband vu medisch centrum amsterdam Prof. Dr Th. Doreleijers, kinder-

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Zedendelicten vormen een groot maatschappelijk probleem met ernstige gevolgen voor zowel het slachtoffer als voor de dader. Hoewel de meeste zedendelicten worden gepleegd door

Nadere informatie

Met een licht verstandelijke beperking in de justitiële keten

Met een licht verstandelijke beperking in de justitiële keten Met een licht verstandelijke beperking in de justitiële keten Dr. H.L. (Hendrien) Kaal Lector LVB en jeugdcriminaliteit Hogeschool Leiden / William Schrikker Groep kaal.h@hsleiden.nl Wat is LVB? AAIDD

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

RAPPORT ANALOGIEËNTEST (HOGER NIVEAU)

RAPPORT ANALOGIEËNTEST (HOGER NIVEAU) RAPPORT ANALOGIEËNTEST (HOGER NIVEAU) Respondent: Jill Voorbeeld E- mailadres: voorbeeld@testingtalents.nl Geslacht: vrouw Leef tijd: 30 Opleiding sniveau: hbo Verg elijking sg roep: Representatieve steekproef

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste

Nadere informatie

Intelligentieonderzoek bij Edu & ik

Intelligentieonderzoek bij Edu & ik Intelligentieonderzoek bij Edu & ik Testen Er zijn verschillende soorten intelligentietesten beschikbaar. Wij hebben de RAKIT-2 (4 tot 12,5 jaar), WISC-V (6 tot en met 16 jaar) en WAIS-IV (16 tot en met

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 134 Nederlandse samenvatting De inleiding van dit proefschrift beschrijft de noodzaak onderzoek te verrichten naar interpersoonlijk trauma en de gevolgen daarvan bij jongeren in

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Bijzonder lector Zuyd Hogeschool Heerlen Docent en onderzoeker UvA Beleidsadviseur Koraal Groep Sittard Voorzitter Landelijk Kenniscentrum LVB

Bijzonder lector Zuyd Hogeschool Heerlen Docent en onderzoeker UvA Beleidsadviseur Koraal Groep Sittard Voorzitter Landelijk Kenniscentrum LVB Screening en nader onderzoek bij kinderen en jongeren die functioneren op het niveau van een licht verstandelijke beperking (LVB) Dr. Xavier M.H. Moonen Bijzonder lector Zuyd Hogeschool Heerlen Docent

Nadere informatie

FACTSHEET DEFINITIE EN ACHTERGRONDEN LVB OP CURAÇAO

FACTSHEET DEFINITIE EN ACHTERGRONDEN LVB OP CURAÇAO FACTSHEET DEFINITIE EN ACHTERGRONDEN LVB OP CURAÇAO Kennisbank Jeugdontwikkeling www.desaroyodihubentut.cw DEFINITIE 0 1 Enkele jaren geleden is de Federatie Antilliaanse Jeugdzorg (FAJ) samen met de William

Nadere informatie

Huiswerk, het huis uit!

Huiswerk, het huis uit! Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument Het doel van deze opdracht is nagaan of je instrument geschikt is voor je onderzoek. Het is altijd verstandig

Nadere informatie

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology EDERLADSE SAMEVATTIG 157 Het komt regelmatig voor dat psychiatrische klachten clusteren in families. Met andere woorden, familieleden

Nadere informatie

Vroegsignalering van een LVB / zwakbegaafdheid - waarom en hoe

Vroegsignalering van een LVB / zwakbegaafdheid - waarom en hoe Vroegsignalering van een LVB / zwakbegaafdheid - waarom en hoe Jolanda Douma Onderzoekscoördinator LKC LVB 8 maart 2018 Praktijkdag Programmaraad Afgeleid van de training ontwikkeld voor het project Gewoon

Nadere informatie