Verslag werkgroep Zorg

Transcriptie

1 Datum vergadering: Aanwezig: Michèle Delbecque (RTC West-Vlaanderen), Hilde Van Brussel (Ter Bruyninge), Myriam Arnaut (Instituut Mariawende Blydhove), Alain Crombez (Houtlandinstituut), Erik De Jonghe (Onze Jeugd), Chloë De Vreese (RESOC Brugge), Christa Deceuninck (Margareta Maria Instituut), Caroline Decraene (St Theresia Instituut), Christel Dekeerle (VDAB Ieper), Francine Demeulemeester (KA Tielt), Bjorn Vannieuwenhuyse (VTI Diksmuide), Els Gevaert (OLV Ter Duinen), Katrien Kempinaire (KA Roeselare), Ann Lammens (stimul), Sabine Langbeen (De Varens), Els Laurez (Da Vinci Atheneum Koekelare), Lieven Lust (H.-Hart Ziekenhuis Roeselare-Menen), Linda Marico (Houtlandinstituut), Hilde Meesseman (Instituut Mariawende Blydhove), Nele Mesure (WZC Ter Berken), Eveline Moreel (De Ster), Sarah Mouton (VDAB), Ann Opsomer (OLV Hemelvaart Instituut), Lut Rooryck (Technisch Instituut Immaculata), Nele Lyphout (Technisch Instituut Immaculata), Luc Bosmans (Technisch Instituut Immaculata), Vitalie Six (KA Menen), Ivan Tanghe (KTA Brugge), Frank Vandenbussche (Haverlo), Lieven Delvoye (OLV Instituut Poperinge), Annemie Deroo (De Ast Poperinge), Geert Vergotte (Onze Jeugd), Johan Desmadryl (KTA Diksmuide), Trui Verriest (Sint Vincentiusinstituut), Katrien Verstraete (Familiezorg West-Vlaanderen), Gislaine Vlietinck (KTA Brugge), Inge Vromant (RESOC Midden-West- Vlaanderen), Karine Willocx (DPB Brugge), Dorine Lehouck (KA Waregem), Christine Lannoo (De Kouter), Chris Bakelandt (Vesaliusinstituut Oostende), Patrick Vanhaecke (Syntra West). Verontschuldigd: Ellen De Ruwe (AZ Sint-Jan Brugge-Oostende), Els Vandaele (Sint Jorisschool), Hannelore Deceuninck (Ic Dien), Paulette Vandenberghe (Ic Dien), Martine Vandecandelaere (VISO), Sharron D Hondt (KTA Ieper), Catherine Vandommele (Annuntiata Instituut), Marjan Valcke (St Jozefsinstituut), Herman Cosyns (Sint Jan Sint Jozef), Ronny Sanders (CVO VTI Brugge), Martine Vanwanseele (Instituut Sancta Maria), Antoon Vermeulen (VDAB), Johny Vandekerckhove (VDAB Ieper), Veerle Noerens (VIVO Social Profit), Trees Coucke (stimul), Valerie Desmet (VSPW Vorming), Tine Decuypere (RESOC Brugge), Robrecht Delputte (RESOC Zuid-West-Vlaanderen), Sofie Mattheeuws (Voka West-Vlaanderen), Benedikte Tryhou (Unizo), Werking van het RTC Korte samenvatting. RTC is een samenwerkingsplatform met als doel de brug te maken tussen onderwijs en arbeidsmarkt. De werking van het RTC is gebaseerd op 4 pijlers: - ten eerste een samenwerking bewerkstelligen tussen alle partijen; - ten tweede de toegang faciliteren van leerlingen & leerkrachten tot apparatuur en knowhow door samenwerking met VDAB, Syntra West, hogescholen en bedrijven; - ten derde een kader uitbouwen voor werkplekleren en nascholing om zo een vaste partner te zijn voor continue updating van technologische kennis; 1

2 - ten vierde de dialoog tussen alle scholen te bevorderen, netoverschrijdend én tussen scholen en bedrijven. Evaluatie Lopende Projecten 2010 Het is de bedoeling om te bekijken in welke mate er beroep wordt gedaan op de huidige projecten. Positieve punten? Aandachtspunten? Zullen jullie er terug beroep op doen als die kans zich voordoet? Waarom hebben jullie er (nog) geen beroep op gedaan en zullen jullie dit in de toekomst wel doen? Wat zijn nodige aanpassingen om het project aantrekkelijk te houden / te maken? 1. Improvisatietheater Dementie Voor dit project werd er gekozen voor 5 locaties geografisch verspreid over West-Vlaanderen. De inschrijvingen zijn alvast een succes, met bijna 700 leerlingen ingeschreven. Het doel van dit improvisatietheater met Inspinazie is om op een interactieve en vernieuwende manier kennis te maken met het ziektebeeld Dementie. Feedback omtrent dit theater ontvangen wij graag en is onontbeerlijk om dit project op het einde van het jaar te evalueren. 2. Snoezelruimte Bij snoezelen wordt er gezocht naar toegang tot de zorgbehoevende die in zijn eigen belevingswereld leeft, voornamelijk dementerenden en verstandelijk gehandicapten. Het prikkelen van de mensen gebeurt door in te spelen op de zintuigen. Deze indrukwekkende ruimte gelegen in het WZC Sint Augustinus te Torhout wordt aangevuld door een reeks aan beschikbare materialen. Deze boeiende ruimte kan bezocht worden door alle klassen binnen de zorgsector, iedere dinsdag en vrijdag, door uw aanvraag te richten aan het RTC West- Vlaanderen. Sinds de officiële opening van de snoezelruimte in januari dit jaar hebben er een 8-tal scholen gebruik gemaakt van de snoezelruimte. Wat is de reden dat alle andere scholen hiervan nog geen gebruik hebben gemaakt? Een aantal scholen geven aan dat ze een eigen snoezelruimte hebben. Een aantal scholen zullen er in de toekomst gebruik van maken. Tenslotte zijn er een aantal scholen die benieuwd zijn wat deze snoezelruimte precies te bieden heeft, om op basis daarvan te oordelen of ze er in de toekomst gebruik van zullen maken. Conclusie, een nieuwe kennismaking met de ruimte en een tweede opleidingsdag omtrent het gebruik ervan is aangewezen. 2

3 3. Snoezelinstrumenten Terwijl de snoezelruimte specifiek naar zorgbehoevende mensen is gericht, zijn de snoezelinstrumenten naar mensen en kinderen in het algemeen gericht en kadert dit project in het thema van belevingsgericht communiceren zowel binnen de zorg als binnen het (bijzonder) onderwijs. In het kader van het gebruik van deze instrumenten is er een opleiding doorgegaan. Deze opleiding werd positief geëvalueerd en is voor herhaling vatbaar. Niettemin worden de instrumenten niet ten volle benut door de scholen. RTC benadrukt dat door creativiteit aan de dag te leggen deze snoezelinstrumenten in heel wat activiteiten kan worden ingepast. Na het aanvragen van de snoezelinstrumenten laat het RTC deze leveren en ophalen op een moment dat voor beide partijen past. Voor de scholen is het dus volledig gratis! Er wordt gemeld vanuit de werkgroep dat er nood is aan nog zo n opleiding om zo te leren werken met de snoezelinstrumenten. Bovendien wordt er opgemerkt dat het bezoeken van de snoezelruimte kan gecombineerd worden met het uitlenen van de snoezelinstrumenten. 4. PST voor Leerkrachten Deze opleiding is iedereen zeer goed bevallen. De leerkrachten hebben veel bijgeleerd die zij op hun beurt hebben overgebracht naar hun leerlingen. Het aantal beschikbare plaatsen was te weinig volgens de vraag en een vervolg van deze opleiding wordt gevraagd vanuit de werkgroep. 5. CMS het elektronisch zorgdossier Ook hier wordt overtuigend gereageerd vanuit de groep dat het ter beschikking stellen van deze software in combinatie met een opleiding voor leerkrachten een grote meerwaarde is. Dit wordt ook bevestigd vanuit het arbeidsveld. In het arbeidsveld maken zowel verpleegkundigen, als verzorgenden als de logistieke assistenten er gebruik van. In de toekomst zal deze technologie er niet meer weg te denken zijn, zowel voor de verpleegkundige, de verzorgende alsook de logistiek assitent. Een kanttekening wordt gemaakt: bij de terugkomdag was de opleiding (opnieuw) te veel gericht op verpleegkundigen in de plaats van verzorgenden. Bovendien blijken er om de zoveel maanden updates beschikbaar die niet bij de juiste persoon in de scholen terecht komen, waardoor sommige scholen al een hele tijd de software niet upgraden. Er moet dus herbekeken worden bij wie deze updates in de desbetreffende scholen terecht komt. Bij andere scholen verloopt dit wel goed en ontvangen zij die regelmatig per mail. 6. stimul Tot en met vorig schooljaar kwam RTC tussen in de kost van het volgen van een sessie bij stimul. stimul is een zorg-ethisch lab, waarbij zij dankzij inleefsessies en andere tools tot een unieke invalshoek komen om 3

4 zorgethiek in praktijk gestalte te geven. Doen doet denken. Ideeën en denken over zorg wordt geëvalueerd en bijgestuurd door een doorgedreven simulatie van de zorgende praktijk, wat een fundament legt voor later. Een aantal mensen waren nog niet vertrouwd met stimul. De scholen die reeds sessies hebben gevolgd zijn lovend en beschrijven het als een unieke ervaring voor hun leerlingen om in een andere rol te kruipen. 4

5 7. Hef & Til Dit project is momenteel in opstartfase. Bepaalde scholen voorzien zelf in deze nood door eigen contact met kinesitherapeuten die actief zijn waar leerlingen op stage gaan. Er is echter geen vaste omkadering, wat wel gewenst is. Ook het arbeidsveld benadrukt het belang van dit project en de problematiek rond nek- & rugklachten. Bovendien worden de leerlingen op stage reeds met veel nieuwe situaties geconfronteerd. Een goede basis omtrent het gebruik van liften en samen heffen is essentieel om er tijdens de stage op verder te bouwen. 8. Conclusie lopende projecten De lopende projecten worden positief geëvalueerd. RTC benadrukt dat het project snoezelruimte en instrumenten nog niet zijn volle capaciteit bereikt heeft. Een warme oproep aan alle scholen om beroep te doen op hun creativiteit in het kader van snoezelen!!! Ook voor BuSo leerlingen valt er heel wat te beleven in het kader van verschillende projecten: snoezelen, CMS, Improvisatietheater, stimul. Er moet bekeken worden in welke mate de opleiding van CMS kan afgestemd worden naar Verzorgenden en naar Logistiek Assistenten. Andere projectvoorstellen die reeds aan bod kwamen 1. EHBO attest voor LK en Dit project werd niet toegekend omwille van de reden dat de rol van het RTC ligt in het toegankelijk maken van het innovatieve en niet de basis. De vraag van de scholen kwam er omdat zij dienen te voorzien in leerkrachten met een brevet wat hen toelaat leerlingen op te leiden en op hun beurt een attest te behalen. Ondertussen hebben de scholen zelf in deze nood voorzien en wordt dit op Vlaams niveau georganiseerd via het Rode Kruis. 2. Digitale leermiddelen Twee van deze middelen zijn knooppunt.net en zorgcontext.nl. Knooppunt.net geeft leerlingen en leerkrachten op een eenvoudige manier toegang tot diverse digitale leermiddelen en inhouden die ontwikkeld worden door educatieve uitgevers. Zorgcontext.nl is een databank die de leerling in staat stelt om zelf opzoekingen te doen, zich te baseren op betrouwbare informatie en dit op een moderne manier. Het wordt beschouwd als een leerrijke tool, maar vrij prijzig. De vraag is of deze digitale leermiddelen een grote meerwaarde bieden aan de competenties van de schoolverlater? 5

6 3. Ontlenen van materiaal bij thuiszorgwinkels Onderhandelingen werden door het RTC Netwerk voor zich genomen. Gezien dit niet tot een definitieve uitkomst is gekomen, wil RTC West-Vlaanderen bij de werkgroep nagaan in welke mate het ontlenen van materiaal bij thuiszorgwinkels als een meerwaarde kan dienen. Er zijn nu reeds een aantal scholen die langsgaan bij een thuiszorgwinkel om zo de leerlingen te laten kennis maken met alle beschikbare materiaal. Het uitlenen ervan zou echter een verruiming van didactisch materiaal betekenen. Familiezorg West-Vlaanderen merkt op dat ook de materialen rond maaltijdbegeleiding interessant kunnen zijn om mee kennis te maken. 4. Vormingsmomenten over Omgaan met ziekteverschijnselen Dit is een thema dat reeds eerder dit jaar ter sprake kwam, voornamelijk gericht naar BuSo scholen. Het werkveld geeft echter aan dat dit voor alle schoolverlaters een belangrijk thema is. Het moet beginnen bij het herkennen van bepaalde ziekteverschijnselen. Verzorgenden hebben in de meeste contexten een zeer hechte band met de zorgbehoevende en vervullen een belangrijke rol in de herkenning van ziektebeeld en andere problematieken. Zo kan het stigma dat op de psychiatrische problematiek kleeft mede verbroken worden. De verzorgende leert de signalen herkennen, signaleren en er mee omgaan. 5. Manège Voor dit project bleek er onvoldoende draagvlak te bestaan. Het doel was om met gehandicapten (kinderen) naar een paardenmanège te gaan als een vorm van therapie. Bovendien leert de verzorgende zo omgaan met dergelijke situaties. Toekomstvisie 2011 Eind december 2010 loopt de huidige beheersovereenkomst af. Vanaf 2011 treedt er een nieuwe in werking, geldig tot 2015, waardoor de spelregels voor de toekomst hertekend worden. Opmerking: deze beheersovereenkomst wordt op dit ogenblik afgewerkt en is met andere woorden nog niet definitief, wat betekent dat er nog verschuivingen of nuancering mogelijk zijn. Wat zal er veranderen? Ten eerste zullen we ieder jaar opnieuw starten vanuit een lokale arbeidsmarktanalyse en kijken we welke knelpuntberoepen er bestaan. Aan de hand van deze analyse kunnen we ons de vraag stellen wat de oorzaak/oorzaken is/zijn hiervoor: een kwantitatief probleem, kwalitatief probleem, vooroordelen rond een beroep, speciale werkomstandigheden, te laag loon. 6

7 Ten tweede hanteren we vanaf nu een projectmatige aanpak, wat betekent dat we na het identificeren van probleemgebieden zelf kunnen invullen hoe we daarop inspelen. Met andere woorden krijgen we de nodige vrijheid en verantwoordelijkheid in het formuleren van een project. Er kan nood zijn aan opleiding voor leerlingen, nood aan toegang tot bepaalde infrastructuur, nood aan nascholing voor leerkrachten, mobiliteit en ga zo maar verder. We kunnen dus de nodige creativiteit aan de dag leggen! Pas op, gezien alles in een project dient te passen, zal RTC in mobiliteitskosten en terugbetaling van nascholingen die los staan van een project vanaf 2011 niet meer tussen komen. Ten derde starten we met een procesmatige aanpak. Alle projecten starten door het brainstormen en sprokkelen van ideeën binnen de werkgroep. In de plaats van de rugzakjes wordt er nagegaan of er voldoende draagvlak is voor een bepaald idee. Dat idee wordt vervolgens uitgewerkt en dient te voldoen aan een aantal criteria: doel & meerwaarde, openheid naar scholen, verantwoording van de middelen, aansluiten op noden van het onderwijs en van socio-economische actoren en ten slotte projectgebonden cofinanciering, nascholing & mobiliteit. Of het voorstel aan deze criteria voldoet wordt vervolgens zowel door onze Raad van Bestuur alsook door het Departement afgetoetst. De goedgekeurde voorstellen worden opgenomen in ons Jaaractieplan voor In dit proces voorziet het Departement een controle van de resultaatsverbintenissen. Ieder voorstel moet gepaard gaan met een projectfiche dat aangeeft hoeveel leerlingen, leerkrachten en onderwijsinstellingen in aanmerking komen voor de deelname van het project. Minstens 50% van deze onderwijsinstellingen dienen effectief gebruik te maken van het project, hetzij door deelname met leerlingen, hetzij door deelname met leerkrachten. Ten vierde blijft het zoeken naar cofinanciering een belangrijk aspect voor ieder project. Het departement verhoogt het streefdoel van 25% naar 35%. Arbeidsmarktanalyse Vaststellingen: er wordt een toenemend belang van de zachte sector vastgesteld, waarbij de sector een natuurlijke groei kent. We kunnen spreken van net geen 5000 leerlingen in 3 e graad TSO & BSO in een verzorgende richting binnen West-Vlaanderen. Als we kijken naar de arbeidsmarkt in Vlaanderen (bron: Verso) zijn er ongeveer arbeidsplaatsen, wat betekent dat ongeveer 16% van alle loontrekkenden in de Social Profit zijn tewerkgesteld. Bovendien is het studiegebied Zorg nu eenmaal sterk evoluerend studiegebied op vlak van technologieën en heeft het ook te kampen met een sterke vergrijzing van de werknemers. De belangrijkste knelpuntberoepen voor West-Vlaanderen (bron VDAB): Verpleegkundige (Hoofd-, Ziekenhuis-, Psychiatrisch, Geriatrisch- & Thuisverpleegkundige) Gekwalificeerde Verzorgende Opvoeder Begeleider Buitenschoolse Kinderopvang Begeleider Kinderopvang 7

8 Professionele Schoonmaker De belangrijkste oorzaak voor Verpleegkundige is het onvoldoende aanwezig zijn van dergelijke profielen op de markt, met andere woorden studeren er te weinig verpleegkundigen af. In tegenstelling hiermee wordt de voornaamste oorzaak voor Verzorgende, Opvoeder en Begeleider Kinderopvang toegeschreven aan de kwaliteit van de beschikbare profielen: de vacatures raken zeer moeilijk ingevuld omdat het niet evident is iemand te vinden met de juiste competenties. Voor Begeleider Buitenschoolse Kinderopvang en Professionele Schoonmaker worden de voornaamste oorzaken gevonden in het bestaan van vooroordelen omtrent de job, moeilijke werkomstandigheden zoals werkuren en tenslotte een te laag loon. Enkele mensen aan het woord 1. Chloë Devreese RESOC Brugge RESOC Brugge richt samen met zijn projectpartners (de Provincie West-Vlaanderen, de POM West-Vlaanderen, Ons Erf, KHBO, Howest en OCMW Brugge) een Zorgplatform in voor de Brugse regio. De zorgsector heeft in die regio immers een zeer belangrijke economische en sociale betekenis. In de aanloop hiervan is op 20 mei 2010 een Trefdag Zorg doorgegaan, wat een groot succes is geworden: 285 deelnemers en 33 standhouders vanuit het werkveld op de Goede Ideeënbeurs. Bovendien is de Trefdag er in geslaagd om de zorgsector als bron van welzijn in de kijker te zetten. RESOC Brugge en de projectpartners willen via het zorgplatform acties en projecten helpen initiëren en ondersteunen die het werkveld binnen de zorg, de ganse onderwijssector, en de link tussen beide ten goede komt. Vandaar ook hun aanwezigheid op deze werkgroep Zorg van het RTC West-Vlaanderen, omdat voeling krijgen van wat leeft in het secundair onderwijs een belangrijke schakel is in dit proces. Zij zagen een duidelijke overlap tussen de noden van het werkveld en deze van het onderwijs! Meer informatie over de Trefdag Zorg en het Zorgplatform is terug te vinden op Mochten jullie verdere toelichting wensen, neem dan contact op met Chloë Devreese 050/ ). 2. Inge Vromant RESOC Midden-West-Vlaanderen RESOC Midden-West-Vlaanderen start met het project Cura B, waarbij het beter afstemmen van ontwikkelde producten en hulpmiddelen op de noden van de gebruikers centraal staat. Er worden immers te veel nieuwe technologieën op de markt gebracht die na verloop van tijd te weinig van nut zijn of zelfs de zorgbehoevende niet ten goede komt. Één van de partners van dit project, vzw In Ham, legt hun expertise aan de dag om te bewerkstelligen hoe zorgtechnologie een ondersteunde rol kan spelen in de zorg van personen. 8

9 3. Lut Rooryck Technisch Instituut Immaculata Lut kreeg onlangs de mogelijkheid om kennis te maken het project PRoF Patient Room of the Future. Een uniek consortium van gebruikers, onderwijs- en kennisinstellingen, fabrikanten en beroepsorganisaties hebben namelijk de krachten verenigd om een totaal nieuw concept van patiëntenkamer te ontwikkelen, waarbij de nadruk ligt op comfort en huiselijkheid. Deze patiëntenkamer is een eindresultaat van een vooronderzoek naar behoeften en vragen van de medische wereld. Patiënten alsook bezoekers willen alsmaar meer privacy, autonomie en keuzevrijheid. Het medisch personeel wordt op zijn beurt geconfronteerd met meer patiënten, een kortere opnameduur, een verhoogde rendabiliteit en efficiëntie. PRoF speelt hierop in door de patiënt en zijn omgeving centraal te stellen, met oog voor duurzaamheid, functionaliteit, gebruiksgemak en hedendaags design. Hier stopt het ook niet bij. Dit consortium heeft de ambitie om ieder jaar dergelijke prototypes te realiseren, die als basis kunnen worden gebruikt voor onderzoeks- en innovatiedoelstellingen. Voor meer informatie, zie PRoF wil het secundair onderwijs in dit project betrekken. Door het bezoeken van dit prototype komen de leerlingen in aanraking met de nieuwste technologieën en de werkomgeving van de toekomst. Het zet de zorgsector niet alleen in een positief en aantrekkelijk daglicht, het maakt alles wat de leerlingen reeds hebben geleerd ook tastbaar en herkenbaar. Zo is bijvoorbeeld de software GERNIS verweven in de kamer. Het toegankelijk maken van deze PRoF kamer kan zich vertalen in een RTC-project, mits hiervoor voldoende draagvlak bestaat. Brainstormen, nieuwe initiatieven voor 2011 De vraag van dit brainstorm moment was om in groepen samen aan tafel te gaan zitten en te discussiëren over een aantal thema s die reeds aan bod zijn gekomen en mogelijke initiatieven in het algemeen. Start bij wat belangrijk is voor de arbeidsmarkt, luister naar welke vaardigheden onontbeerlijk om met een goede basis aan de slag te gaan op het werkveld. Bekijk ook even de lopende projecten, wat dient verder gezet te worden, wat dient herhaald te worden? Volgende problematieken kwamen naar boven, af en toe gekoppeld aan een projectvoorstel: Logistiek Assistent binnen OV4 wordt niet toegelaten om in te richten, nochtans goede resultaten van deze leerlingen in het werkveld met ouderen. BuSo leerlingen ondervinden problemen, eens ze afstuderen als Logistiek Assistent, om aan de bak te geraken in die rol. Projecten gaan te weinig over psychische of opvoedkundige problematieken. Het gaat altijd over ouderenzorg, fysieke zorg, ook te weinig over het kind. Er moet hierin gestreefd worden naar meer diversiteit. 9

10 Geestelijke gezondheidszorg integreren in opleiding / onderwijs / werkveld. Meer communicatie erover, betere omgangsvormen. Het taboe rond psychisch lijden moet worden doorbroken, en zeker bij het verzorgend personeel. Voorstel: TTT project bij stimul. Imago & klimaat verbeteren binnen de zorgsector, instroom verbeteren. Aantrekkelijkheid van de sector hangt ook af van goede stage en dit hangt af van goede begeleiding. Dus goede begeleiding zorgt voor goede stage ervaring en dit zorgt ervoor dat de leerlingen effectief doorstromen naar het werkveld met een positieve bagage. Hiervoor is er vorming nodig van de stagementoren én de stagebegeleiders. Er is een grote diversiteit aan stagedocumenten, en er is een nood vanuit het werkveld om dit te standaardiseren. Dit houdt in: regionaal afstemmen wat de nodige competenties zijn. Zo worden de leerlingen die stage lopen op een uniforme manier geëvalueerd. Late detectie van beginnend psychisch lijden (bijvoorbeeld de belangrijke rol dat thuiszorg hierin speelt). De symptomen leren herkennen, hoe ingrijpen, leren bespreekbaar maken. Voorstel: Ervaringsdeskundigen uitnodigen, sensibiliseren, stimul, Improvisatietheater. Basis attitude, werkattitude, werkethiek, etiquette. De leerlingen gaan op stage en worden verwacht om zomaar te weten hoe zich te gedragen in verschillende (moeilijke) omstandigheden. Communicatietechnieken, gedrag bij verschillende bewoners, diversiteit daarin, daarmee kunnen omgaan, privacy respecteren van de bewoners. Maatschappelijk probleem? Conclusie De lopende projecten van 2010 worden in grote lijnen positief geëvalueerd door de aanwezigen op de werkgroep. Ook voor BuSo leerlingen valt er heel wat te beleven in het kader van verschillende projecten: snoezelen, CMS, Improvisatietheater, stimul. De opmerking moet gemaakt worden dat de snoezelruimte en instrumenten nog niet ten volle benut worden. Hiervoor dienen we op zoek te gaan naar mogelijke initiatieven die dit bewerkstelligen. Andere projecten vragen naar meer en hebben hiervoor nu reeds het nodige draagvlak. Naast de bestaande projecten zijn er een aantal belangrijke thema s die aangehaald werden vanuit het werkveld en die een basis moeten zijn voor nieuwe projecten. We dienen hierin te streven naar een grote(re) diversiteit op vlak van wie de zorgbehoevende is. Hoe moet het nu verder? Deze werkgroepvergadering is de basis voor onze werking in Gebaseerd op de verzamelde informatie moeten verschillende projectvoorstellen bekeken worden en moet er ingezoomd worden op doelstellingen, doelgroep, financiële & operationele haalbaarheid. In het verder uitwerken van deze projecten hebben we jullie hulp nodig, gezien jullie de specialisten zijn in het onderwijs en het werkveld en jullie feedback & ideeën onontbeerlijk zijn in het realiseren van de RTC werking! 10

11 Noteer dus alvast maandag 25 oktober in jullie agenda! Op deze dag nemen wij het initiatief om jullie samen te brengen in subwerkgroepen aangaande één van volgende thema s: Snoezelen; Psychisch lijden/geestelijke Gezondheidszorg; Basisattitude/Werkethiek/Omgangsvormen. Daarnaast kijken wij uit naar jullie acties of projectvoorstellen! Hiervoor kunnen jullie contact opnemen met Michèle. Wordt vervolgd 11