Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2013"

Transcriptie

1 Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2013 september 2013 nederlandfietsland.nl

2 Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2013 Stichting Landelijk Fietsplatform september

3 2

4 Inhoudsopgave Samenvatting blz Inleiding Nederland Fietsland Aanleiding kwaliteitsmonitor fietsregio s 9 2. Opzet kwaliteitsmonitor Vakoordeel plus consumentenoordeel Kwaliteitscertificering Fietsregio s Vakinhoudelijk onderzoek Aanpak Resultaten vakoordeel 13 - Hoofdindicator 1: landschap 16 - Hoofdindicator 2: toegankelijkheid 18 - Hoofdindicator 3: kwaliteit routenetwerken 20 - Hoofdindicator 4: voorzieningen langs de routes 22 - Hoofdindicator 5: beheer routenetwerk 24 - Hoofdindicator 6: onderhoud bewegwijzering Bronnen/ verantwoording Consumentenonderzoek Aanpak Resultaten consumentenoordeel Totaalbeeld en conclusies 33 Bijlagen A. Overzicht per regio Groningen Friesland Friesland: Friese Waddeneilanden Drenthe Overijssel Overijssel: Kop van Overijssel, IJsseldelta, Vechtdal Overijssel: Salland Overijssel: Twente Gelderland Gelderland: Achterhoek Gelderland: Veluwe Gelderland: Rivierengebied Gelderland: Regio Arnhem-Nijmegen Flevoland Utrecht Noord-Holland Noord-Holland: Texel Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Limburg: Noord- en Midden-Limburg Limburg: Zuid-Limburg 84 B. Vragenlijst provinciaal beleid 86 C. Vragenlijst regionaal beleid 88 D. Lijst met personen die hebben gereageerd 92 E. Uitleg CVO en CVTO

5 Samenvatting Dat Nederland bij uitstek een land is om er met de fiets op uit te trekken behoeft geen betoog. Jaarlijks stappen miljoenen mensen op de fiets voor een korte of langere recreatieve fietstocht. Om deze grote belangstelling vast te houden is het zaak te blijven investeren in het recreatieve fietsen. Een belangrijke en grote stap is gezet met de ontwikkeling van de recreatieve fietsroutestructuur: een netwerk van maar liefst km Landelijke Fietsroute (LF-route) en aansluitende regionale knooppuntroutes. Sprake is van een nagenoeg landsdekkend netwerk. Nu de ontwikkeling goeddeels achter de rug is komt het aan op het bewaken en waar nodig verbeteren van de kwaliteit van de recreatieve fietsmogelijkheden. Verder op aanvullende productontwikkeling en promotie. De afgelopen jaren zijn er verschillende initiatieven ontplooid op het gebied van vergelijkend onderzoek naar het fietsproduct van verschillende regio s. Veel van deze onderzoeken zijn uitgevoerd op initiatief van één of enkele provincies en toeristische regio s en zijn niet landsdekkend. Ook zijn er diverse websites die een eigen onderzoek doen naar de mooiste of de populairste fietsregio. Verschillende provincies en/of regio s claimen op basis van deze onderzoeken dat zij fietsregio nr. 1 van Nederland zijn. Doordat vaak slechts een beperkt aantal indicatoren wordt meegenomen, zijn deze onderzoeken niet 100% representatief voor heel Nederland. De kwaliteitsmonitor is een benchmark die regio s moet prikkelen om het recreatieve fietsen in Nederland op een hoog niveau te houden en/of naar een hoger kwaliteitsniveau te tillen. Het Fietsplatform ziet, vanuit haar positie als onafhankelijk orgaan, een rol bij het ontwikkelen en uitvoeren van dit objectief landelijk vergelijkend onderzoek naar de kwaliteit van fietsregio s. Voor het stimuleren van kwaliteitsbehoud en -verbetering is een landelijk vergelijkend kwaliteitsonderzoek een effectief instrument gebleken. De kwaliteitsmonitor 2012 heeft veel aandacht gekregen en heeft diverse regio s gestimuleerd om de kwaliteit van het fietsroutenetwerk te verhogen. De kwaliteitsmonitor 2013 zet deze trend door. De kwaliteitsmonitor richt zich op Nederlandse regio s. De geografische indeling van de doelregio s van het onderzoek volgt in eerste instantie de indeling van de twaalf Nederlandse provincies. Deze indeling sluit aan op de wijze waarop het beheer, onderhoud en de aanleg van het recreatieve fietsen in Nederland is georganiseerd. Daarnaast zijn enkele belangrijke toeristische regio s meegenomen Ten opzichte van de kwaliteitsmonitor 2012 zijn enkele regio s toegevoegd. Op verzoek van de regio s zelf, is een splitsing gemaakt tussen Noord-en Midden Limburg en Zuid-Limburg en zijn de regio s Arnhem Nijmegen en Rivierenland ieder als aparte regio beoordeeld. Om regio s te prikkelen te blijven investeren in het fietsen wordt gewerkt met een sterrensysteem. Regio s kunnen 1 tot 5 sterren krijgen. Het gaat dus hier niet zozeer om wat de beste regio is maar om hoeveel sterren ze verdienen op grond van hun inspanningen. Het Fietsplatform zal de objectieve kwaliteitscertificering, uitgedrukt in het aantal sterren van de regio s, ook communiceren richting het publiek. Daartoe is een logo ontworpen dat regio s ook mogen gebruiken in hun uitingen. De kwaliteitsmonitor bestaat uit twee onderdelen: een vakinhoudelijk onderzoek en de inbreng van de fietser. Zes hoofdindicatoren zijn uitgewerkt: landschap, toegankelijkheid, kwaliteit routenetwerken, voorzieningen, beheer routenetwerken en onderhoud bewegwijzering. Elke hoofdindicator heeft enkele meetbare subindicatoren. 4

6 In het vakinhoudelijke deel is zoveel mogelijk gewerkt met objectief meetbare indicatoren. De inbreng van de fietser levert subjectieve metingen op. Het vakoordeel en het consumentenoordeel zijn uiteindelijk samengebracht. Dit is gedaan op basis van een weging van factoren. Het belang dat consumenten aan bepaalde factoren hechten speelt daarbij een belangrijke rol. De resultaten in een samenvattend overzicht: provincies regios weging per hoofdindicator weging vak-/ cons.oordeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 1. Landschap 2,5 3,5 4,1 3,5 3,8 3,6 3,9 3,4 3,3 2,8 3,8 3,3 3,0 4,5 3,6 3,7 3,6 3,7 3,8 3,7 2,6 4,5 3,2 2,5 vakoordeel (0-5 sterren) 1 3,0 4,3 3,0 3,2 2,7 4,1 2,3 2,0 0,9 3,2 2,3 1,8 4,3 3,0 3,0 2,5 3,0 3,4 2,5 0,5 4,5 2,3 0,7 consumentenoordeel (0-5 sterren) 2 3,7 4,0 3,7 4,1 4,1 3,8 4,0 4,0 3,8 4,1 3,8 3,5 4,5 3,9 4,1 4,1 4,0 4,0 4,3 3,7 4,5 3,7 3,5 2. Toegankelijkheid 1,5 2,7 2,7 4,6 4,2 3,7 3,2 2,2 1,8 2,3 4,6 3,7 3,1 4,7 4,2 4,1 4,1 4,7 4,2 2,7 2,2 4,7 4,1 2,6 vakoordeel (0-5 sterren) 2 2,1 2,1 5,0 4,3 3,6 2,9 1,4 0,7 1,4 5,0 3,6 2,9 5,0 4,3 4,3 4,3 5,0 4,3 2,1 1,4 5,0 4,3 2,1 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,8 3,9 3,8 4,1 4,0 4,0 3,9 3,9 3,9 3,9 3,9 3,6 4,1 3,9 3,8 3,8 4,0 3,9 3,9 3,7 4,1 3,7 3,4 3. Kwaliteit routenetwerken 2,0 3,8 4,3 2,7 4,5 3,8 3,0 4,1 3,6 3,4 4,4 3,6 3,9 nvt 4,8 4,8 4,5 4,8 4,0 4,8 4,4 4,4 4,4 3,7 vakoordeel (0-5 sterren) 4 3,8 4,4 2,5 4,6 3,8 2,9 4,2 3,5 3,3 4,6 3,5 4,0 nvt 5,0 5,0 4,6 5,0 4,0 5,0 4,6 4,4 4,6 3,8 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,8 3,9 3,7 4,0 4,0 3,2 3,7 4,0 3,6 3,9 4,0 3,5 4,1 3,9 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 3,7 4,1 3,7 3,6 4. Voorzieningen langs de routes 1,0 2,3 3,4 3,6 3,8 3,6 1,4 3,4 3,8 3,1 3,3 3,0 4,2 3,1 3,4 4,1 3,3 3,3 4,1 2,5 2,9 4,7 3,8 4,2 vakoordeel (0-5 sterren) 4 2,3 3,5 3,8 4,0 3,7 1,3 3,5 4,0 3,2 3,3 3,0 4,5 3,0 3,5 4,3 3,3 3,3 4,3 2,3 2,8 5,0 4,0 4,5 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 2,4 3,2 2,7 3,1 3,1 1,7 2,8 2,9 2,9 3,3 3,1 3,0 3,7 3,0 3,1 3,1 3,0 3,2 3,2 3,0 3,7 3,0 3,2 5. Beheer routenetwerk 2,0 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 vakoordeel (0-5 sterren) 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 6. Onderhoud bewegwijzering 2,0 4,7 3,3 4,4 3,3 3,1 2,6 1,8 2,5 2,4 3,5 2,1 4,0 nvt 4,8 2,8 3,8 4,3 4,5 2,6 2,7 4,8 3,1 4,7 vakoordeel (0-5 sterren) 4 5,0 3,1 4,6 3,1 2,9 2,5 1,3 2,1 2,1 3,3 1,7 4,2 nvt 5,0 2,5 3,8 4,4 4,6 2,3 2,5 5,0 2,9 5,0 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Totaalwaardering, exact 3,76 3,69 3,80 4,04 3,54 2,84 2,89 2,88 2,91 3,85 3,49 3,49 3,51 4,23 3,89 4,08 4,22 3,98 3,48 3,03 4,62 3,84 3,42 Totaalwaardering, afgerond Het gaat goed met het aanbod voor de recreatieve fietser in Nederland. De gemiddelde score van alle regio s (provincies en uitgelichte regio s) is gestegen van 3,3 naar 3,6. Geen enkele regio scoort onder de 3 sterren bij de totaalwaardering. Dit klopt met het algemene beeld: in Nederland Fietsland bestaan geen slechte fietsgebieden, hooguit minder goede. Texel behaalt als enige 5 sterren. Zij scoort op alle fronten goed, maar zeker het beheer en onderhoud van het routenetwerk springt er uit. Voor sommige regio s zal het behalen van 5 sterren een lastige opgave worden omdat een aantal aspecten niet beïnvloedbaar is. Dit geldt met name voor het landschap; sommige gebieden zijn qua afwisseling en structuur nu eenmaal geliefder bij het gemiddelde publiek dan andere. Maar geconcludeerd kan worden dat voor vele regio s nog winst te boeken is; alle regio s zouden op grond van beïnvloedbare aspecten, zoals kwaliteit van het routenetwerk, aanbod van specifieke voorzieningen en beheer en onderhoud, op 4 of 5 sterren uit moeten kunnen komen. Het Fietsplatform heeft hiermee voor de tweede maal de landelijke kwaliteitsmonitor fietsregio s afgeleverd en is voornemens dit jaarlijks te doen. Daarbij zullen we voor 2014 kijken naar uitbreiding van of wijzigingen in de onderwerpen. 5 2

7 1. Inleiding 1.1. NEDERLAND FIETSLAND Nederland mag met recht een fietsland worden genoemd. Niet alleen is fietsen in ons land een heel handige en efficiënte manier om van A naar B te komen, het is ook bij uitstek een activiteit om te genieten van natuur en landschap, om erop uit te trekken voor een korte of langere recreatieve tocht. De basisomstandigheden voor het maken van recreatieve fietstochten in ons land zijn in principe ideaal: veel afwisseling op korte afstanden, weinig hoogteverschillen en veel paden en wegen. Routes, maar ook aanvullende voorzieningen zoals afstappunten (o.a. horeca) maken de fietsmogelijkheden compleet. Wat betreft recreatieve routes is de afgelopen jaren in Nederland in een hoog tempo een groot aantal regionale netwerken op basis van knooppuntroutes ontwikkeld. In 2012 kwam daar het netwerk van Groningen bij. Inmiddels is sprake van een bijna landsdekkend aanbod van deze knooppuntnetwerken. De knooppuntnetwerken sluiten aan op het landelijke netwerk van LF-routes (landelijke fietsroutes)

8 De routenetwerken het LF-net en de regionale knooppuntnetwerken bieden de fietser een uitgebreide, aantrekkelijke selectie uit het aanbod van paden en wegen in ons land; ruim kilometer route, waarvan km LF-net. Op basis van deze recreatieve fietsroutestructuur kan de fietser eenvoudig zelf een route naar keuze samenstellen maar worden ook vele thematische routes aangeboden. De twee soorten netwerken zijn daarbij complementair; ze vullen elkaar aan, ook qua doelgroep. Het LF-net is met name bedoeld voor lange-afstand tochten, zoals fietsvakanties. De knooppuntnetwerken zijn vooral geschikt voor kortere (dag)tochten. De routenetwerken blijken een groot succes; zowel de LF-routes als de knooppuntroutes worden goed gebruikt, investeringen worden snel terugverdiend. Om dit succes vast te houden en zo mogelijk verder uit te bouwen is het zaak om samen met alle betrokkenen de komende jaren de kwaliteit te bewaken en waar nodig te verbeteren. De recreatieve fietsroutestructuur vormt een prachtige basis voor de verdere promotie van Nederland Fietsland. Investeren in routenetwerken loont! 8,5 miljoen Nederlanders maken jaarlijks 170 miljoen recreatieve fietstochten, waarvan 22 miljoen (13%) via de routenetwerken *); Routenetwerken vormen stimulans voor regionale economie. Recreatieve fietstochten resulteren in 500 miljoen/jaar aan bestedingen onderweg, in de vorm van consumpties en overnachtingen *); Routenetwerken ontsluiten en verbinden natuur/landschap/platteland en gastronomie/verblijf; Routenetwerken dragen bij aan prettig woon- en vestigingsklimaat. Ze stimuleren bovendien het verblijf in de regio (eigen bewoners/toeristen); Routenetwerken stimuleren fietsgebruik en dus bewegen; goed voor gezondheid! *) Fietsrecreatiemonitor 2013 Fietsplatform i.s.m. NBTC/NIPO (CVO/CVTO) Niet investeren (in nazorg, de puntjes op de i) kost geld! Slechte kwaliteit leidt tot imagoschade, negatieve publiciteit; Ontevreden gebruikers zullen afhaken succes zal niet aanhouden; Kapitaalvernietiging! 7 2

9 LF-netwerk en (50!) regionale knooppuntnetwerken 8

10 1.2. AANLEIDING KWALITEITSMONITOR FIETSREGIO'S Het stadium van ontwikkeling van de routestructuur is goeddeels achter de rug. Nu komt het aan op het bewaken en waar nodig verbeteren van de kwaliteit van de mogelijkheden voor het recreatieve fietsen. Verder op aanvullende productontwikkeling en promotie. Voor het stimuleren van kwaliteitsbehoud en -verbetering is een landelijk vergelijkend kwaliteitsonderzoek een effectief instrument. De afgelopen jaren zijn er verschillende initiatieven ontplooid op het gebied van vergelijkend onderzoek naar het fietsproduct van verschillende regio s. Veel van deze onderzoeken zijn uitgevoerd op initiatief van één of enkele provincies en toeristische regio s en zijn niet landsdekkend. Ook zijn er diverse websites die een eigen onderzoek doen naar de beste, mooiste of de populairste fietsregio. Verschillende provincies en/of regio s claimen op basis van deze onderzoeken dat zij fietsregio nr. 1 van Nederland zijn. Doordat vaak slechts een beperkt aantal indicatoren wordt meegenomen, zijn deze onderzoeken niet 100% representatief voor heel Nederland. Het Fietsplatform ziet, vanuit zijn onafhankelijke positie, een duidelijke rol bij het ontwikkelen en uitzetten van een landelijke benchmark voor het monitoren van de kwaliteit van fietsregio s. In opdracht van het Fietsplatform heeft Alterra in 2004 al een model ontwikkeld om de kwaliteit van het fietsproduct meetbaar en vergelijkbaar te maken. Het model is toen toegepast in een pilot studie, waarin 5 Nederlandse fietsregio s onder de loep zijn genomen. In 2011 is besloten een landelijke benchmark te gaan opzetten en uitvoeren, een kwaliteitsmonitor van de Nederlandse fietsregio s waarbij met name ook wordt gekeken naar beïnvloedbare aspecten. In de in dat voorjaar verschenen publicatie Recreatieve fietsroutenetwerken welke kant op analyseert het Fietsplatform het recreatieve fietsaanbod en geeft het adviezen voor het beheer, de productontwikkeling en de promotie van de netwerken. De kwaliteitsmonitor die het Fietsplatform in 2012 voor het eerst presenteerde kan worden gezien als een logisch vervolg op genoemde publicatie. De hierin opgenomen aandachtspunten en checklist vormen een goed bruikbaar toetsingskader. De kwaliteitsmonitor 2012 heeft veel aandacht gekregen en heeft diverse regio s gestimuleerd om de kwaliteit van het fietsroutenetwerk te verhogen. De kwaliteitsmonitor 2013 zet deze trend door. De landelijke benchmark moet provincies en regio s prikkelen om het fietsproduct naar een hoger kwaliteitsniveau te tillen. Dat lukt alleen als de verantwoordelijken zich committeren aan de kwaliteitsmonitor en de onafhankelijke positie daarbij van het Fietsplatform erkennen. Het Fietsplatform ziet de kwaliteitsmonitor als een groeimodel. Voorzien wordt dat deze ieder jaar herhaald wordt, waarbij zowel het aantal regio s als het aantal indicatoren kan worden gewijzigd. Indeling publicatie In hoofdstuk 2 wordt de opzet van de kwaliteitsmonitor toegelicht. In hoofdstuk 3 wordt het vakinhoudelijk onderzoek verder uitgewerkt. In hoofdstuk 4 wordt weergegeven op welke wijze de mening van het publiek is meegenomen in de kwaliteitsmonitor. In hoofdstuk 5 tenslotte wordt een totaalbeeld gegeven en worden conclusies op een rijtje gezet. In de bijlagen wordt per regio een rapportage en conclusie gegeven. 9 2

11 2. Opzet kwaliteitsmonitor 2.1. VAKOORDEEL PLUS CONSUMENTENOORDEEL De kwaliteitsmonitor bestaat uit twee onderdelen, een vakinhoudelijk onderzoek en de mening van het publiek. Vakinhoudelijk onderzoek naar de kwaliteit van het fietsproduct Het Fietsplatform heeft voor de kwaliteitsmonitor 2013 gebruik gemaakt van dezelfde indicatoren als in Bij de voorbereidingen van het vakinhoudelijk onderzoek is gebruik gemaakt van externe expertise (De Afdeling Onderzoek, Monica Wagenaar). Het verzamelen van de informatie uit de diverse bronnen heeft het Fietsplatform ook in 2013 zelf uitgevoerd. De uitwerking van dit vakinhoudelijk onderzoek treft u aan in hoofdstuk 3. Mening van het publiek Om de mening van het publiek op een goede manier mee te kunnen laten wegen, is zo veel mogelijk gebruik gemaakt van gegevens uit het CVTO (Continu Vrijetijds onderzoek) en het CVO (Continu Vakantie Onderzoek), bestaande landelijke onderzoeken van het NBTC-NIPO die door de provincies veelal ook als standaard worden gebruikt. Het Fietsplatform werkt ook aan deze onderzoeken mee en laat hier ook specifieke extra vragen in meelopen over het gebruik van de routenetwerken. In deze onderzoeken heeft het publiek aangegeven welk belang zij hechten aan de verschillende aspecten van een fietstocht. Tevens zijn in deze onderzoeken gegevens opgenomen over de waardering die het publiek uitspreekt over verschillende aspecten van een fietstocht in de diverse gebieden in Nederland. Op welke wijze de mening van het publiek in de kwaliteitsmonitor is meegenomen wordt weergegeven in hoofdstuk KWALITEITSCERTIFICERING Voor beide onderdelen geldt dat het onderzoek niet gericht is op het aanwijzen van specifiek één regio die wordt uitverkoren als de beste fietsregio. Het Fietsplatform gaat uit van een kwaliteitsbeoordeling waarbij regio s die het beter doen dan anderen, ook beter scoren. Gekozen is voor een sterrensysteem waarbij maximaal 5 sterren kunnen worden behaald. Het aantal behaalde sterren moet de regio s prikkelen om dit aantal het volgende jaar te behouden of te vergroten. Een vergelijkbare aanpak wordt in Duitsland ook met succes gehanteerd door de ADFC, zij kennen een systeem van kwaliteitscertificering voor zowel regio s als thematische langeafstandroutes. Het Fietsplatform zal de objectieve kwaliteitscertificering, uitgedrukt in het aantal sterren van de regio s, ook communiceren richting het publiek. Daartoe is een logo ontworpen dat regio s ook mogen gebruiken in hun uitingen. Regio s met 4 of 5 sterren mogen met recht zeggen dat zij het op recreatief fietsgebied goed doen. Regio s met drie sterren hebben nog wat verbeterpunten. 10

12 2.3. FIETSREGIO S De kwaliteitsmonitor richt zich op Nederlandse regio s. De geografische indeling van de doelregio s van het onderzoek volgt in eerste instantie de indeling van de twaalf Nederlandse provincies. Deze indeling sluit aan op de wijze waarop het beheer, onderhoud en de aanleg van het fietsproduct in Nederland is georganiseerd. In de kwaliteitsmonitor wordt ook een aantal specifieke toeristische regio s meegenomen, als uitsplitsing van enkele provincies. Tabel 1 geeft een overzicht van de fietsregio s die zijn meegenomen in de kwaliteitsmonitor Ten opzichte van de kwaliteitsmonitor van 2012 zijn enkele regio s toegevoegd: Noord- en Midden-Limburg en Zuid-Limburg zijn in 2013 ieder apart beoordeeld. Datzelfde geldt voor Regio Arnhem Nijmegen en Rivierenland. Tabel 1: Overzicht fietsregio s fietsregio 1. Provincie Groningen 2. Provincie Friesland 3. Friese Waddeneilanden 4. Provincie Drenthe 5. Provincie Overijssel 6. Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal 7. Salland 8. Twente 9. Provincie Gelderland 10. Achterhoek 11. Veluwe 12. Rivierenland 13 Regio Arnhem-Nijmegen 13. Provincie Flevoland 14. Provincie Utrecht 15. Provincie Noord-Holland 16. Texel 17. Provincie Zuid-Holland 18. Provincie Zeeland 19. Provincie Noord-Brabant 20. Provincie Limburg 21. Noord- en Midden-Limburg 22. Zuid-Limburg 11 2

13 12

14 3. Vakinhoudelijk onderzoek 3.1. AANPAK Het Fietsplatform heeft voor het maken van een eerste opzet van de kwaliteitsmonitor 2012 de kennis en ervaring ingeroepen van het Kenniscentrum Recreatie. Het Kenniscentrum Recreatie heeft vervolgens in overleg met het Fietsplatform gekeken naar meetbare factoren die de kwaliteit van een fietsroutenetwerk in beeld kunnen brengen. Daarbij is een opzet gemaakt van een aantal hoofdindicatoren op basis waarvan de kwaliteit van een fietsregio bepaald kan worden. De kwaliteit van de verschillende regio s op deze hoofdindicatoren wordt weergegeven in een aantal sterren. Daarbij is het maximum aantal sterren per hoofdindicator 5. Het aantal sterren dat een regio voor een hoofdindicator krijgt, wordt bepaald door de score die zij op een aantal subonderdelen behalen. Dit noemen wij de subindicatoren. Voor deze subindicatoren is gezocht naar items die objectief meetbaar zijn. Deze in 2012 gekozen opzet is ook gehanteerd voor de kwaliteitsmeting van fietsregio s in 2013 die door het Fietsplatform is uitgevoerd met hulp van informatie uit verschillende bronnen. Om tot een zo objectief en gelijkwaardig mogelijk beeld te komen van de kwaliteit van het fietsproduct in de doelregio s is rekening gehouden met de volgende zaken: De mate van beschikbaarheid van de benodigde gegevens. Om de kwaliteit van het fietsproduct van de doelregio s zorgvuldig te bepalen is het noodzakelijk dat de benodigde gegevens ook daadwerkelijk voorhanden zijn. Het Fietsplatform beschikt zelf over een aantal benodigde gegevens. De resterende gegevens zijn opgevraagd bij onder meer de provincies en regio s. De mate van interpreteerbaarheid van de aangeleverde gegevens. De gegevens zijn zo helder en zuiver mogelijk verzameld. Daarom is er met schriftelijk vragenlijsten voor provincies en regio s gewerkt. In de vragenlijst is zo min mogelijk ruimte voor interpretatie open gelaten in de vraagstelling. Daarnaast zijn er aan de antwoorden eisen gesteld zoals de vermelding van bronnen of de verwijzing naar beleidstukken. De zorgvuldigheid en compleetheid van de gegevens. De zorgvuldigheid van de aangeleverde gegevens is afhankelijk van de deskundigheid van de persoon die daarvoor is benaderd. Om de zorgvuldigheid van de gegevens zoveel mogelijk te garanderen is bij de schriftelijke vragenlijst specifiek aangegeven dat- indien nodig- de vragenlijst geheel of gedeeltelijk door collega s ingevuld kan worden RESULTATEN VAKOORDEEL Het doel van de kwaliteitsmonitor is om de regio s te stimuleren de kwaliteit van het fietsproduct te behouden of naar een hoger niveau te tillen. Dit gaat het best als de regio s invloed kunnen uit oefenen op de score die zij behalen in de kwaliteitsmonitor. De kwaliteitsmonitor richt zich daarom voornamelijk op beïnvloedbare indicatoren. De kwaliteit van de fietsregio s is gemeten op 6 hoofdindicatoren waarvan de kwaliteit is bepaald op basis van aantal meetbare subindicatoren. Tabel 1 geeft een overzicht van de hoofd- en subindicatoren. Per subindicator is vermeld welke definitie is gehanteerd, hoe de exacte waarde is berekend en welke bron is gebruikt. 13 2

15 Tabel 2: Beoordelingskader Indicator (hoofd-/sub-) Meeteenheid Bron 1. Landschap a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap Oppervlakte agrarisch terrein (uitgezonderd glastuinbouw) + natuurlijk terrein + bos + binnenwater in km2 - in percentage van totale oppervlakte regio Oppervlakte Nationaal Park + Nationaal Landschap in km2 - in percentage van totale oppervlakte regio CBS Statline Nationaal Georegister en Top10NL c Bezienswaardigheden Gemiddeld aantal attracties en musea per 100 km2 NBTC Hollanddatabase, Top10NL 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden b Mate van compartimentering Wegen met hoofdverkeersgebruik fietsers en bromfietsers + type weg lokale weg in km per 1000 inwoners Aantal km rijksweg/spoorweg/kanaal/rivier/vaargeul per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij toegankelijk (entreeheffing)? TOP10NL en CBS Statline NWB, Top250vector, Top50NL en Top10NL Vragenlijst provincies en regio's 3. Kwaliteit Routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk b Aansluiting bewegwijzering routenetwerk op netwerk aangrenzende regio's c Synchronisatie bewegwijzering LF-routes met knooppuntroutes d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten 4. Voorzieningen langs de routes Bewegwijzering knooppunten wel/niet conform landelijke standaard Aansluiting netwerken binnen en buiten regio/provincie gecontroleerd? In veld problemen aangepakt? Volledige of onvolledige synchronisatie bewegwijzering LFroutes en fietsknooppunten? Wel/geen rondritten, wel/geen sanering plaatsgevonden, termijn geplande sanering, afwijking aantal rondritten van landelijke norm Fietsplatform Vragenlijst provincies en regio's Fietsplatform en Vragenlijst provincies en regio's a Aanwezigheid bankjes b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten Gemiddeld aantal bankjes/picknickplaatsen per 100 km fietsmogelijkheid Gemiddeld aantal ANWB Fietsservicepunten per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca Gemiddeld aantal Fietsers Welkom! daghoreca adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke campings en verblijfsaccommodaties e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Gemiddeld aantal Fietsers Welkom! campingadressen en logies per 100 km fietsmogelijkheid Zijn er op-/overstap-/rustplaatsen ingericht voor fietsers (regionale initiatieven)? Fietsersbond (2012) en TOP10NL ANWB.nl en TOP10NL Fietsers Welkom! en TOP10NL Fietsers Welkom! en TOP10NL Vragenlijst provincies en regio's 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid b Actualisatie tracé routenetwerk Aanwezigheid provinciale beleidsnota (specifiek voor fietsen, als onderdeel van recreatienota, geen)? Aangewezen verantwoordelijke voor actualisatie tracégegevens? Actualisatie vindt wel/niet plaats? c Digitalisering bordlocaties Bordlocaties volledig/onvolledig leesbaar in GIS beschikbaar? d Actualisatie gegevens bordlocaties e Budget actualisatie GIS bestanden tracé en bordlocaties Aangewezen verantwoordelijke voor actualisatie bordgegevens? Actualisatie vindt wel/niet plaats? Wel/onzeker/geen budget voor actualisatie GIS-bestanden voor komende jaren? Vragenlijst provincies en regio's Inventarisatie netwerken Fietsplatform Vragenlijst provincies en regio's Vragenlijst provincies en regio's Vragenlijst provincies en regio's f Verantwoordelijkheid routenetwerken Wel/niet bekend wie beheerder is van alle netwerken? Routedatabank Fietsplatform g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden b Clustering onderhoud LF- en knooppuntbewegwijzering Provincies: wel/geen overleg tussen alle verschillende routenetwerkbeheerders in de provincie? Regio's: wel/geen overleg tussen alle/deel van de beheerders van aangrenzende regio's? Wel/niet in de vorm van een regulier overleg? Wel/niet voor elke bordlocatie verantwoordelijke voor onderhoud en financiering vastgelegd? Wel/niet dezelfde partij verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderhoud van LF en knooppuntbewegwijzering? Zo ja, koppeling wel/niet vastgelegd in een overeenkomst? Vragenlijst provincies en regio's Meldsysteem fietsroutenetwerken Onderhoudscontracten Fietsplatform c Oplossingspercentage klachten Oplossingspercentage meldingen Meldsysteem fietsroutenetwerken d Gemiddelde oplossingstermijn klachten Gemiddelde oplostermijn van opgeloste meldingen. Exclusief melding met kortste en langste oplosperiode. Meldsysteem fietsroutenetwerken 14

16 Toekenning punten subindicatoren Voor iedere subindicator zijn antwoordcategorieën gemaakt waaraan een bepaald aantal punten is toebedeeld. Bij het toekennen van punten aan de diverse antwoordcategorieën is zoveel mogelijk getracht de maximale score alleen toe te kennen aan de gewenste situatie. Uitgangspunt is dat alleen regio s die voldoen aan de gewenste situatie het maximum aantal punten krijgen. Daarmee kan het dus voorkomen dat geen enkele regio het maximum aantal punten scoort. Het kan echter ook zijn dat alle regio s maximale score behalen. In veel gevallen is een gewenste situatie of een gewenst percentage niet bekend. Dit geldt bijvoorbeeld voor de indicatoren landschap en toegankelijkheid. Er zijn geen cijfers bekend over het percentage nationaal park dat een regio zou moeten hebben of de hoeveelheid bezienswaardigheden die er per 100 km2 zouden moeten zijn. Bij deze indicatoren wordt daarom uitgegaan van een gemiddelde waarde over heel Nederland. De fietsregio s die ruim boven deze gemiddelde waarde scoren ontvangen het maximum aantal punten, regio s die er ruim onder scoren ontvangen geen punten. Het hanteren van deze werkwijze heeft tot gevolg dat er altijd regio s zijn die boven en onder het gemiddelde scoren. Het zal dus nooit zo zijn dat alle regio s op deze punten de maximale of minimale score behalen. De puntentoekenning is op gelijk wijze gedaan als bij de kwaliteitsmonitor Toekenning sterren Per hoofdindicator wordt het aantal sterren bepaald op basis van het aantal punten dat is gescoord op de subindicatoren. Het totaal aantal punten van de subindicatoren wordt afgezet tegen de maximaal te behalen score. Per hoofdindicator is steeds de volgende verdeling toegepast: Tabel 3: omrekening scores naar sterren Totaalscore Aantal sterren 80%-100% van de maximale score 60%-80% van de maximale score 40%-60% van de maximale score 20%-40% van de maximale score 0%-20% van de maximale score In enkele gevallen is het onmogelijk om voor een bepaalde regio punten toe te kennen aan een subindicator omdat deze niet van toepassing is of omdat het antwoord ontbreekt. In dat geval is gekeken naar de subindicatoren die wel van toepassing zijn en is daarvan de score ten opzichte van de maximaal te behalen punten bepaald. Op basis van dat percentage is een aantal sterren toegekend. Enkele provincies hebben in de vragenlijst andere antwoorden gegeven dan de regio s uit dezelfde provincie. Het Fietsplatform heeft daarbij een zo goed mogelijk passend antwoord gezocht. Als een provincie aangeeft dat het onderhoud goed geregeld is, maar één van de regio s geeft aan dat dat niet het geval is, dan is het Fietsplatform ervan uitgegaan dat het in een groot deel van de regio s goed geregeld is, maar niet in alle. De provincie heeft dan een deel van de punten gekregen. Veelal onder de categorie anders. Ook komt het voor dat de score op een subindicator niet van iedere regio apart bekend is. Dit komt bijvoorbeeld doordat gegevens niet altijd per regio worden bijgehouden. In die gevallen is de score van de gehele provincie gebruikt voor de individuele regio. Hierna is per hoofdindicator aangegeven welke aspecten zijn meegenomen, hoe de puntenverdeling is opgebouwd en hoe de verschillende regio s hierop hebben gescoord. In hoofdstuk 4 is per regio een tabel opgenomen met de weergave van de exacte waarden per subindicator. 15 2

17 Hoofdindicator 1: Landschap/fietsomgeving Deze hoofdindicator geeft aan hoe aantrekkelijk het gebied in potentie voor een fietser is. Bij deze indicator gaat het, in tegenstelling tot de andere indicatoren, deels om zaken die niet beïnvloedbaar zijn. Toch is het Fietsplatform van mening dat de kwaliteit van het landschap of breder: fietsomgeving niet mag ontbreken bij het bepalen van de kwaliteit van een fietsregio. Als subindicatoren zijn de volgende aspecten meegenomen: a. Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water De kwaliteit en/of aantrekkelijkheid van landschap/fietsomgeving is moeilijk objectief te meten. Daarom is gekeken naar aspecten die in het algemeen als aantrekkelijk worden ervaren. Voor een recreatieve tocht fietst men het liefst de groene ruimte in: door landbouwgebied, langs water, in het bos of door de duinen. Stedelijk gebied spreekt veel minder aan. Om fietsregio s op dit onderdeel met elkaar te kunnen vergelijken is daarom gebruik gemaakt van het percentage oppervlakte van de regio dat bestaat uit agrarisch terrein (uitgezonderd glastuinbouw), natuurlijk terrein, bos en binnenwater b. Aanwezigheid nationaal parken nationaal landschap Nationale parken en nationale landschappen worden gezien als aantrekkelijke gebieden. De aanwezigheid van een nationaal park of nationaal landschap verhoogt daarmee de aantrekkelijkheid van het landschap van dat fietsgebied. De oppervlakte van het gebied van het nationaal park en nationaal landschap als percentage van de totale oppervlakte van de regio is meegenomen als subindicator voor landschap en toegankelijkheid. In 2013 kon gebruik gemaakt worden van de bestanden uit het Nationaal Georegister. Zo konden enkele overlappen tussen nationale Landschappen uit de dataset te halen. Zo hebben bijvoorbeeld De stelling van Amsterdam, het Groen Hart en de Hollandse Waterlinie overlap met elkaar. Doordat deze overlap eruit gehaald kon worden, is het percentage nationaal park/nationaal landschap ten opzichte van het totale oppervlak gedaald. 16

18 c. Bezienswaardigheden Daarbij is het aantal bezienswaardigheden vanuit de database van NBTC, per 100 km2 als indicator genomen. Het NBTC geeft aan dat het voor kan komen dat een bezienswaardigheid niet is opgenomen in de database of dat een bezienswaardigheid niet meer bestaat. Omdat dit voor alle regio s in gelijke mate zal gelden, kan deze database prima gebruikt worden om de onderlinge verhouding te bepalen. Tabel 4 laat zien hoe de diverse regio s hebben gescoord wat betreft het vakoordeel voor het onderdeel landschap/fietsomgeving. Op deze hoofdindicator scoren de provincie Friesland en Flevoland goed. Opvallend is dat deze regio s hoog scoren op de subindicator aanwezigheid landbouwgebied, bos/water/natuur maar laag scoren op bezienswaardigheden. Texel en de Friese Waddeneilanden scoren van alle regio s het hoogst. Zuid-Holland, Regio Arnhem-Nijmegen en Zuid-Limburg scoren opvallend laag op het enige aspect uit de kwaliteitsmonitor dat zij niet kunnen beïnvloeden: het landschap. Dit komt mede door de verstedelijkingsgraad. Daarbij moet aangetekend worden dat het om het om een gemiddelde van het totale gebied gaat. Tabel 4: Vakoordeel landschap/fietsomgeving provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 1. Landschap/fietsomgeving a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur/ water , , , , ,5 0 ruim onder gemiddelde (<75%) onder gemiddelde (75-80%) rond gemiddelde (80-85%) 4,5 4,5 4,5 4,5 4,5 4,5 boven gemiddelde (85-90%) ruim boven gemiddelde (90%>) b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 0 0,5 0 0, ,5 1 0,5 0 0, ,5 0, ,5 0,5 0 1 onder gemiddelde (<20%) rond gemiddelde (20-35%) 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 boven gemiddelde (35%>) c Bezienswaardigheden 0,5 0 0,5 0,5 0, ,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0 0,5 0 0,5 0,5 0,5 0,5 2 of minder bezienswaardigheden per 100 km bezienswaardigheden per 100 km2 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 6 of meer bezienswaardigheden per 100 km totaalscore 6,5 9,5 6, , ,5 6,5 6,5 5,5 6,5 7,5 5, ,5 maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 3,0 4,3 3,0 3,2 2,7 4,1 2,3 2,0 0,9 3,2 2,3 1,8 4,3 3,0 3,0 2,5 3,0 3,4 2,5 0,5 4,5 2,3 0,7 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) 17 2

19 Hoofdindicator 2: Toegankelijkheid Hiervoor zijn de volgende subindicatoren meegenomen: a. Aantal fietsmogelijkheden De hoeveelheid paden en wegen waarop gefietst kan worden bepaalt het aantal keuzemogelijkheden. De hoeveelheid mensen die hiervan gebruik moet maken bepaalt de druk die zal ontstaan op deze paden en wegen. Vandaar dat is gekozen om het aantal fietsmogelijkheden uit te drukken in km fietsmogelijkheden per 1000 inwoners. Om de fietsmogelijkheden te bepalen is uitgegaan van de TOP10NL van het Kadaster. Daarin is het gebruik van paden en wegen gedefinieerd. De wegen met gebruik: fiets en met gemengd gebruik (lokale wegen) worden gezien als fietsmogelijkheden. Ten opzichte van de kwaliteitsmonitor 2012 zijn enkele kleine wijzingen aangebracht in de regioafbakening, door CBS regio s nauwkeuriger te laten aansluiten op de bestuurlijke regio s die in het rapport gehanteerd worden. b. Mate van compartimentering Mooie fietsgebieden die omsloten zijn door snelwegen, spoorwegen of water zijn minder toegankelijk voor fietsers. Vaak zijn er maar enkele paden en wegen die deze gebieden ontsluiten. Dit heeft negatieve invloed op zowel de beleving als het gebruik van deze gebieden. Hoe meer barrières er zijn, hoe groter de kans op compartimentering. Een indicatie van de compartimentering is de hoeveelheid snelwegen, waterwegen en spoorwegen die door een gebied lopen. In de kwaliteitsmonitor is het aantal km waterwegen, snelwegen en spoorwegen afgezet tegen het aantal km fietsmogelijkheid. In de Kwaliteitsmonitor 2012 waren er door het gebruik van de CBS cijfers - geen regionale cijfers beschikbaar voor dit onderdeel, toen zijn de provinciale cijfers gebruikt voor de regio s. Voor de Kwaliteitsmonitor 2013 is gebruik gemaakt 18

20 van andere bronnen dan het CBS. Deze bronnen zijn voor deze gegevens actueler, transparanter en completer en geven een realistischer beeld. Door gebruik te maken van andere bronnen konden wel regionale cijfers gebruikt worden. Dit heeft gevolgen voor de scores van regio s op dit onderdeel. Nieuwe bronnen zijn: snel- en autowegen (Top250vector, Top50NL), spoorwegen (NWB) met toevoegingen van Prorail, vaarwegen (NWB), fietspaden + lokale wegen (TOP10NL ). Op basis van het gemiddelde zijn de antwoordcategorieën aangepast, ook dit beïnvloedt de score. Infrastructurele barrières in beeld Bron: Routedatabank Fietsplatform Infrastructurele barrières in beeld Bron: Routedatabank Fietsplatform gratis toegankelijk zijn van de paden en wegen. c. Toegankelijkheid routenetwerken De toegankelijkheid van fietsroutenetwerken wordt bepaald door de vraag of deze al dan niet vrij toegankelijk zijn en of deze toegang gratis is. Wanneer paden niet vrij toegankelijk zijn of wanneer betaald moet worden om een bepaalde route of deel van een route te fietsen, heeft dit een negatief effect op de toegankelijkheid. Als indicator is meegenomen: het al dan niet vrij en Tabel 5 geeft inzicht in de scores van de regio s op het onderdeel toegankelijkheid. Net als vorig jaar, scoren de Achterhoek, Drenthe en Zeeland scoren op het gebied van toegankelijkheid het maximaal aantal sterren dat behaald kan worden in het vakinhoudelijk onderzoek. Ook Texel scoort met deze nieuwe berekening 5 sterren op het onderdeel toegankelijkheid. Tabel 5: Vakoordeel toegankelijkheid provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden onder gemiddelde (<4 km per 100 inwoners) rond gemiddelde (4-6 km per 100 inwoners) boven gemiddelde (6-8 km per 100 inwoners) ruim boven gemiddelde (>8 km per 1000 inwoners) b Mate van compartimentering ruim boven gemiddelde (0,21 km>) boven gemiddelde (0,17-0,21 km) rond gemiddelde (0,13-0,17 km) onder gemiddelde (<0,13 km) c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken openbaar toegankelijk, op bepaalde plaatsen entree geheven openbaar toegankelijk, nergens entree geheven totaalscore maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 2,1 2,1 5,0 4,3 3,6 2,9 1,4 0,7 1,4 5,0 3,6 2,9 5,0 4,3 4,3 4,3 5,0 4,3 2,1 1,4 5,0 4,3 2,1 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) 19 2

21 Hoofdindicator 3: Kwaliteit routenetwerken In de publicatie Recreatieve fietsroutenetwerken - welke kant op? (Fietsplatform 2011) zijn adviezen gegeven over onder meer de dichtheid van het netwerk, de uitvoering van de bewegwijzering en de synchronisatie met de LF-routes. Gekeken is hoe de verschillende fietsregio s de adviezen uit deze notitie binnen hun eigen netwerk hebben toegepast. Als subindicatoren zijn de volgende aspecten meegenomen: a. Uitvoering bewegwijzering routenetwerken Het Fietsplatform acht het positief voor de kwaliteit van een fietsregio als het netwerk conform de landelijke standaard is bewegwijzerd. Dat wil zeggen: witte rechthoekige borden met groene opdruk in maximaal twee vaste formaten. Op die manier weten fietsers wat zij van een knooppuntnetwerk kunnen verwachten. Voor deze subindicator is gekeken of de bewegwijzering van het fietsroutenetwerk is uitgevoerd conform de landelijke standaard. Dit is in de meeste regio s het geval. Er zijn enkele regio s die hiervan zijn afgeweken. Zo wordt in Noord-Brabant gebruik (nog) gemaakt van centrumverbindingen die niet tot de landelijke standaard behoren en is er in Zuid-Holland een regio die in plaats van de standaard witte borden, groene borden gebruikt. In Drenthe wordt een bewegwijzeringsystematiek gebruikt waarbij de borden van de rondritten onderdeel uitmaken van de knooppuntbewegwijzering. Gesignaleerd wordt dat dit leidt tot verwarring bij de fietser. b. Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio s Aan iedere regio zitten grenzen. Het komt de kwaliteit van Nederland als fietsland ten goede als de fietser zo min mogelijk van deze grenzen merkt. Hij moet via de knooppuntbewegwijzering en LF-routes ongestoord van de ene naar de andere regio kunnen fietsen. Om dit mogelijk te maken dienen bewegwijzering en tracering tussen twee aangrenzende regio s naadloos in elkaar over te lopen. Niet alleen op papier, maar ook in het veld. Aangezien het ondoenlijk is om alle grenzen in het vel te controleren, is aan de regio s gevraagd of de aansluitingen met de aangrenzende netwerken zijn gecontroleerd en zijn aangepakt. c. Synchronisatie bewegwijzering LF-routes en knooppuntroutes Landelijk wordt gestreefd naar een situatie waarbij LF-routes altijd over een knooppunttracé lopen en de bewegwijzering van beide routenetwerken gezamenlijk aan één drager is bevestigd. Dit is handig voor de recreatieve fietser, minder ontsierend 20

22 in het landschap en bovendien kan hiermee efficiencyvoordeel in het onderhoud worden behaald. Het al dan niet gesynchroniseerd zijn is als kwaliteitsindicator meegenomen. Eind 2012 zijn in alle regio s de LF-routes en knooppuntroutes zo goed mogelijk gesynchroniseerd. In veel regio s is sprake van volledige synchronisatie. In enkele regio s lukte dat niet. Redenen hiervoor waren bijvoorbeeld: gemeenten die niet instemden met verplaatsing van het tracé of regio s die toezeggingen hebben gedaan de knooppuntroute te verplaatsen naar het LF-tracé maar dit nog niet hebben uitgevoerd. In deze regio s zijn de netwerken dus niet volledig gesynchroniseerd. d. Sanering thematische bewegwijzerde rondritten In de publicatie Knooppuntnetwerken - welke kant op? wordt ook advies gegeven ten aanzien van het saneren van bestaande bewegwijzerde rondritten. Saneren kan omdat knooppuntnetwerken en bewegwijzerde rondritten dezelfde doelgroep bedienen. Door het saneren van de rondritten, kan het woud aan borden worden verminderd en bovendien kunnen onderhoudskosten in de toekomst worden bespaard. Om aan te beoordelen of er in een regio een sanering heeft plaatsgevonden, werd in 2012 gebruik gemaakt van antwoorden van de regio s op enkele vragen en van de Fietsideeënkaart waarop het aantal fietsroutes zichtbaar was. In 2013 is er geen Fietsideeënkaart meer met een uitgebreid overizicht van bewegwijzerde rondritten in Nederland. Daarom is gebruik gemaakt van de informatie op Tabel 6 geeft aan hoe het staat met de kwaliteit van de routenetwerken in de verschillende regio s. Het is goed te constateren dat vrijwel alle regio s inmiddels zover zijn dat de aansluiting met de omliggende netwerken is gecontroleerd. Binnen het vakinhoudelijk onderzoek scoren meerdere regio s de maximale 5 sterren: Waterreijk, IJsseldelta en Vechtdal, Salland, de Achterhoek en Rivierenland hebben de kwaliteit van hun routenetwerk goed op orde. Drenthe scoort laag omdat in Drenthe voor de bewegwijzering van knooppuntnetwerken wordt afgeweken van de landelijke standaard. In Flevoland is nog niet overal een knooppuntnetwerk ontwikkeld. Daar wordt wel aan gewerkt. Dit zal betekenen dat de score bij een volgende kwaliteitsmonitor op dit onderdeel hoogstwaarschijnlijk hoger zal zijn. Tabel 6: Vakoordeel kwaliteit routenetwerken provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk nvt niet conform standaard 0 0 grotendeels conform standaard conform standaard b Aansluitingnetwerk op aangrenzende regio's , nvt niet gecontroleerd 0 controle in uitvoering 1 wel gecontroleerd, problemen nog niet aangepakt 1 wel gecontroleerd, problemen worden aangepakt wel gecontroleerd, problemen zijn aangepakt anders 1,5 nvt c Synchronisatie LF- en knooppuntroutes , , ,5 3 nvt ,5 3 3 nvt 3 3 niet gesynchroniseerd 0 grotendeels gesynchroniseerd 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 volledig gesynchroniseerd d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten 0 1, , , ,5 nvt rondritten niet gesaneerd, geen plannen sanering rondritten niet gesaneerd, tussen heden-5 jaar sanering 1,5 1,5 rondritten niet gesaneerd, tussen heden-2 jaar sanering 2 2 rondritten gesaneerd, afwijking norm >4 2 2 rondritten gesaneerd, afwijking norm anders 0 1, ,5 1,5 nvt totaalscore , ,5 9, , maximaal haalbare score nvt vakoordeel (0-5 sterren) 3,8 4,4 2,5 4,6 3,8 2,9 4,2 3,5 3,3 4,6 3,5 4,0 nvt 5,0 5,0 4,6 5,0 4,0 5,0 4,6 4,4 4,6 3,8 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) 21 2

23 Hoofdindicator 4: Voorzieningen langs de routes Fietsers willen niet alleen fietsen, ze willen ook afstappen. Om de kwaliteit van het voorzieningenniveau voor fietsers in een regio te meten zijn de volgende subindicatoren gebruikt: a. Aanwezigheid bankjes Het aantal bankjes en een regio is afgezet tegen het aantal fietsmogelijkheden in een regio. Er bestaat geen landsdekkend bestand van alle picknick- en rustbanken in Nederland. Wel heeft de Fietsersbond, met hulp van vrijwilligers, een groot deel van deze bankjes geïnventariseerd. De Fietsersbond heeft aangegeven het bestand niet volledig is. Er kunnen in het land meer bankjes zijn dan in het bestand zijn opgenomen. Logischerwijs geldt deze onvolledigheid voor het hele land op eenzelfde manier, waardoor de verhouding tussen de regio s gelijk blijft. Om aan te geven of een regio wat betreft het aantal bankjes onder, op of boven het landelijk gemiddelde zit, biedt dit bestand voldoende informatie. Het totaal aantal bankjes dat in de inventarisatie van de Fietsersbond is opgenomen is hoger dan vorig jaar. Dit betekent dat ook het gemiddeld aantal bankjes per 100 km fietsmogelijkheid is gestegen. Als gevolg daarvan is ook de schaal aangepast. Texel is niet in de inventarisatie van de Fietsersbond opgenomen en wordt daarom buiten beschouwing gelaten. b. Aanwezigheid Fietsservicepunten Fietsservicepunten zijn een initiatief van de ANWB. Het betreft locaties waar de fietser met behulp van een fietsservicebox eenvoudige reparaties aan zijn fiets kan uitvoeren. Op deze locaties kunnen ook elektrische fietsen worden opgeladen en is een toilet aanwezig. Vaak kan er ook een consumptie worden genuttigd. De aanwezigheid van fietsservicepunten in een regio verhoogt daarmee het voorzieningenniveau binnen de fietsregio. Gekeken is naar de dichtheid van de fietsservicepunten in 22

24 de regio s. Ten opzichte van de vorige kwaliteitsmonitor is het aantal fietsservicepunten toegenomen. Ook hier geldt dat het gemiddelde is gestegen en dat daarom ook de schaal is veranderd. c. Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca Het voorzieningenniveau wordt mede bepaald door de aanwezigheid van daghoreca. Niet alle horeca is echter geschikt voor fietsers. Daarom is specifiek gekeken naar de aanwezigheid van fietsvriendelijke horeca die aangesloten zijn bij het landelijke kwaliteitslabel Fietsers Welkom! Gekeken is naar de dichtheid. In het afgelopen jaar hebben meer bedrijven zich aangemeld als Fietsers Welkom! Dit heeft geleid tot een kleine aanpassing in de schaalverdeling. d. Aanwezigheid fietsvriendelijke campings en andere verblijfsaccommodaties Hierbij is net als bij de daghoreca uitgegaan van het label Fietsers Welkom! Ook hierbij geldt als uitgangspunt dat een grotere dichtheid het voorzieningenniveau positief beïnvloed. In het afgelopen jaar hebben meer bedrijven zich aangemeld als Fietsers Welkom! Dit heeft geleid tot een kleine aanpassing in de schaalverdeling e. Pluspunten faciliteiten fietsers Veel regio s ontplooien regionale initiatieven om de fietser betere voorzieningen te leveren of de fietser beter bekend te maken met bestaande voorzieningen zoals bijvoorbeeld TOP s, rustpunten en overstappunten. Deze zijn niet standaard en kunnen daardoor niet landelijk gemeten worden, maar ze verhogen wel degelijk het voorzieningenniveau. Daarom is gekeken of er sprake is van regionale initiatieven. Aan de voorzieningen langs de routes kunnen diverse regio s nog wat verbeteren. Van de provincies scoort Limburg hier het hoogst op. Ook de provincies Noord-Holland en Overijssel scoren hoog op dit onderdeel. Van de specifiek benoemde regio s heeft Texel het voorzieningenniveau goed op orde, waarbij wel aangetekend moet worden dat de aanwezigheid van bankjes buiten beschouwing is gelaten (geen informatie beschikbaar). Ook Salland en de Veluwe scoren hoog. Tabel 7 geeft inzicht in de scores per regio. Tabel 7: Vakoordeel voorzieningen langs de routes provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 0 1,5 1, ,5 3 1, ,5 0 1, ,5 nb 0 1,5 onder gemiddelde (<15 bankjes) rond gemiddelde (15-25 bankjes) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 boven gemiddelde (25 bankjes >) b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten niet aanwezig 0 onder gemiddelde (<1,0) rond gemiddelde (1,0-1,4) boven gemiddelde (1,4>) c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca niet aanwezig 0 onder gemiddelde (<0,6) rond gemiddelde (0,6-1,0) boven gemiddelde (1,0>) d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodatie niet aanwezig 0 onder gemiddelde (<0,6) rond gemiddelde (0,6-1,0) boven gemiddelde (1,0>) e Pluspunten faciliteiten voor fietsers geen op-/overstap/rustpunten/andere regionale projecten 0 wel op-/overstap/rustpunten/andere regionale projecten totaalscore , , maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 2,3 3,5 3,8 4,0 3,7 1,3 3,5 4,0 3,2 3,3 3,0 4,5 3,0 3,5 4,3 3,3 3,3 4,3 2,3 2,8 5,0 4,0 4,5 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) 23 2

25 Hoofdindicator 5: Beheer routenetwerk Er is een verschil tussen beheer van het netwerk en het fysieke onderhoud daarvan. Daarom zijn deze onderdelen in de kwaliteitsmonitor gesplitst. Als subindicatoren zijn de volgende aspecten meegenomen: a. Recreatief fietsbeleid Gekeken is of er specifiek beleid is op het gebied van recreatief fietsen. Er kan sprake zijn van een aparte beleidsnota of het fietsbeleid kan onderdeel zijn van een groter geheel, bijvoorbeeld een beleidsnotitie recreatie. Uitgangspunt is dat specifiek beleid voor fietser een betere basis biedt voor het realiseren en het borgen van een kwalitatief hoogwaardig netwerk. b. Verantwoordelijkheid actualisatie tracé Het Fietsplatform heeft alle knooppuntnetwerken ingevoerd in de routedatabank en zal deze actueel houden. De informatie over routewijzigingen en het actuele tracé dient echter vanuit de regio s te komen. Daarbij is het belangrijk dat er duidelijkheid bestaat over wie verantwoordelijk is voor het bijhouden van wijzigingen. Gevraagd is of afspraken zijn gemaakt over de verantwoordelijkheid voor het actualiseren van het tracé en of actualisatie daadwerkelijk plaatsvindt. Omdat het Fietsplatform de aangereikte wijzigingen in de netwerken doorvoert in de routedatabank, is voor vele regio s bekend of routes al dan niet worden geactualiseerd. c. Digitalisering bordlocaties Het beheren van een netwerk en het onderhouden van bewegwijzering gaat gemakkelijker wanneer de gegevens hierover digitaal aanwezig zijn en uitgewisseld kunnen worden. Daarom is het digitaal aanwezig zijn van deze gegevens als onderdeel van goed beheer meegenomen. Opvallend is dat er slechts vier provincies zijn waarin alle regio s de bordlocaties digitaal beschikbaar hebben. Op dit onderdeel is nog veel winst te behalen. d. Actualiseren gegevens bordlocaties Een goed beheerder heeft niet alleen een digitaal bestand, hij zorgt er ook voor dat dit actueel wordt gehouden. Daarom is het actualiseren van de bordgegevens als onderdeel van goed beheer meegenomen. Daarbij is gevraagd of afspraken zijn gemaakt over het actualiseren en hoe frequent deze actualisatie wordt uitgevoerd. Hierbij is uitgegaan van het antwoord van de regio s omdat praktijkinformatie ontbreekt. e. Budget voor actualisatie GIS bestanden Het actueel houden van de bestanden van de routenetwerk kost geld. Dit is iets dat vaak wordt vergeten of iets waar geen tijd/geld voor wordt vrijgemaakt. Wanneer er budget voor gereserveerd is, zal het actualiseren van de bestanden onderdeel van het takenpakket blijven. Daarom is dit als onderdeel van goed beheer meegenomen. f. Verantwoordelijkheid routenetwerken Om goed beheer van het netwerk te kunnen waarborgen is het belangrijk dat één 24

26 partij aanspreekbaar is voor het gehele netwerk. Het is belangrijk dat bekend is wie verantwoordelijk is voor de routenetwerken. Dit is bijvoorbeeld belangrijk als het gaat om routewijzigingen, publicatie, belangenbehartiging enz. g. Overleg verschillende netwerkbeheerders Een fietsroutenetwerk staat niet op zichzelf, maar grenst altijd aan andere netwerken. Het meest praktische voorbeeld is de aansluiting van de bewegwijzering en informatiepanelen. Maar het is ook goed om op de hoogte te zijn van elkaars plannen en beleid. Overleg met andere netwerkbeheerders verhoogt de kwaliteit van het beheer van het routenetwerk. Aan de provincies is daarom gevraagd of er sprake is van een regulier overleg tussen netwerkbeheerders binnen de provincie. Aan de regio s is gevraagd of er sprake is van overleg met de aangrenzende netwerken. Dit staat los van de provinciegrenzen. Zo kan het voorkomen dat er binnen een provincie wel sprake is van een regulier overleg, maar dat de individuele regio s geen regulier overleg hebben met de aangrenzende netwerkbeheerders buiten de provincie. Tabel 8 geeft een overzicht van de scores van de regio s op het onderdeel beheer netwerken. De provincie Noord-Brabant scoort het maximaal aantal punten op het beheer van het routenetwerk. Ook Groningen, Overijssel en Texel scoren hoog op het beheer van routes. Voor de provincies Utrecht, Noord-Holland en Flevoland is op dit gebied nog winst te behalen. Tabel 8: Vakoordeel beheer routenetwerken provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 3 1,5 1,5 1, ,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 geen recreatief fietsbeleid 0 0 fietsbeleid ingebed in groter geheel (recreatienota) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 aparte beleidsnota recreatief fietsen b Verantwoordelijkheid en actualisatie tracé routenetwerk ,5 1, nvt geen afspraken verantwoordelijkheid 0 0 wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie vindt niet 1,5 1,5 plaats wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie vindt plaats anders 1,5 nvt c Digitalisering bordlocaties nvt bordlocaties niet in GIS bordlocaties deel netwerken in digitaal bestand (leesbaar in GIS) bordlocaties van alle netwerken in GIS anders d Actualisatie gegevens bordlocaties 3 1, ,5 0 nvt 1,5 1,5 1,5 3 1,5 nvt ,5 1,5 nvt 3 3 nvt geen afspraken verantwoordelijkheid 0 wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie < 1x/jr 1,5 1,5 1,5 1,5 wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie >= 1x/jr anders 1,5 1,5 gg nvt 1,5 1,5 1,5 nvt nvt nvt e Budget voor actualisatie GIS bestanden ,5 0 nvt 3 3 1,5 3 1,5 nvt nvt 3 3 nvt geen budget gereserveerd 0 0 beschikbaarheid budget onzeker 1,5 1,5 budget gereserveerd anders 1,5 gg nvt 1,5 nvt nvt nvt f Verantwoordelijkheid routenetwerken , nvt niet voor alle netwerken verantwoordelijke beheerder 0 wel voor alle netwerken verantwoordelijke beheerder anders 1,5 nvt g Overleg met verschillende routenetwerkbeheerders nvt geen overleg overleg met deel van beheerders, niet regulier overleg met deel van beheerders, regulier 2 2 overleg met alle beheerders, niet regulier overleg met alle beheerders, regulier één beheerder anders totaalscore ,5 7, , , ,5 maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) nvt nvt 25 2

27 Hoofdindicator 6: Onderhoud bewegwijzering Het onderhoud van de bewegwijzering is voor de fietser het meest in het oog springende onderdeel. Wanneer het onderhoud goed geregeld is en goed wordt uitgevoerd, zal de fietser weinig borden missen. Om de kwaliteit van het onderhoud te meten zijn de volgende drie subindicatoren gebruikt: a. Afspraken uitvoering en financiering onderhoud routeborden Goed onderhoud begint met goede afspraken. Voor ieder bord dient duidelijk te zijn wie het onderhoud uitvoert en wie de kosten daarvoor draagt. In theorie lijkt dit eenvoudig, maar in de praktijk blijkt het niet altijd duidelijk te zijn waar de exacte grens van de regio of onderhoudsverplichting ligt. Daardoor ontstaan stukken niemandsland waar geen onderhoud wordt uitgevoerd. Deze situaties waarin afspraken niet duidelijk zijn, komen naar voren wanneer op die locaties meldingen in het landelijk meldsysteem worden gedaan. De melding wordt automatisch doorgestuurd naar de regio waarbinnen de melding valt. De netwerkbeheerder geeft aan dat het niet zijn verantwoordelijkheid is. Vervolgens gaat dezelfde melding naar de aangrenzende regio. Als die aangeeft dat het ook niet zijn verantwoordelijkheid is, is duidelijk dat de grenzen niet goed op elkaar aansluiten. b. Clustering onderhoud LF-en knooppuntbewegwijzering Er zijn investeringen gedaan om de LF-bewegwijzering en de knooppuntbewegwijzering te synchroniseren (beide borden samen op één paal). Om deze synchronisatie in stand te houden is het belangrijk dat beide borden door dezelfde organisatie worden onderhouden. De kans bestaat dat anders iedere onderhoudsinstantie zijn eigen bord terugplaatst op een eigen paal. Daarmee wordt de investering in synchronisatie teniet gedaan. Samenbrengen van het onderhoud van beide netwerken levert dus efficiencyvoordelen op. Gewenst is dat afspraken wat betreft het clusteren van het onderhoud duidelijk zijn vastgelegd in overeenkomsten. In 2012 is gebleken dat de clustering ook daadwerkelijk noodzakelijk is. In een van de regio s waar deze clustering van het onderhoud niet geregeld is, is de knooppuntroute het afgelopen jaar verlegd zonder dat de LFroute mee is genomen. Door controle van vrijwilligers van het Fietsplatform werd dit geconstateerd. De betrokken regio had er niet bij stilgestaan dat de LF-route samen met de knooppuntroute aangepast diende te worden. Als het onderhoud van beide netwerken was geclusterd, was dit niet gebeurd. c. Oplossing klachten Het aantal klachten en de oplossing daarvan zegt veel over de kwaliteit van het onderhoud van de bewegwijzering. Inventariseren van alle klachten die bij alle instanties binnenkomen is niet haalbaar. Daarom is gekeken naar het landelijk meldsysteem. In dit systeem kunnen meldingen worden ingevoerd over alle netwerken in Nederland. Omdat sommige regio s naast het landelijk meldsysteem ook hun eigen meldsysteem hanteren, geeft het aantal meldingen geen goed beeld van de kwaliteit van het onderhoud. Daarom is gekeken naar de oplossing van de ontvangen klachten. Dit geeft een goede indicatie van de wijze waarop het onderhoud wordt geregeld. Daarbij is per regio het oplossingspercentage berekend. 26

28 Om tot een goed beeld te komen is begin februari 2013 een bevriezing gemaakt van het meldsysteem. Er is gekeken naar het aantal meldingen uit 2012 dat is opgelost en naar de hoeveel tijd die er tussen de melding en de oplossing heeft gezeten. Door uit te gaan van de situatie van eind januari 2012, hebben de regio s ook nog een maand de tijd gehad om de meldingen die in december zijn gedaan, op te lossen. Opvallend is dat enkele regio s het vorig jaar beter deden dan dit jaar. d. Oplossingstermijn Hierbij is gekeken hoe snel na de melding een klacht wordt opgelost. Dit noemen we de oplossingstermijn. De gemiddelde oplossingtermijn is berekend in weken. Om te voorkomen dat uitschieters het gemiddelde teveel bepalen, zijn de langste en de kortste oplossingstermijn niet meegenomen. Het Fietsplatform ziet natuurlijk het liefst dat meldingen direct worden opgelost, maar in de praktijk is een gemiddelde oplossingstermijn onder de vier weken acceptabel. Alle regio s hebben hun medewerking aan het meldsysteem toegezegd. Daar hoort ook het afmelden van een melding bij. Het Fietsplatform gaat ervan uit dat meldingen die zijn opgelost, ook worden afgemeld. Het aantal afgemelde meldingen wordt daarom als basis genomen. In de regio Salland waren dermate weinig meldingen opgelost, dat geen verantwoorde oplossingstermijn berekend kon worden. Tabel 9 geeft weer hoe het onderhoud van de bewegwijzering in de diverse regio s is geregeld. Groningen heeft in 2012 het onderhoud goed op orde en scoort daarmee als enige provincie de volle 5 sterren op onderhoud. Waterreijk, IJsseldelta en Vechtdal heeft van de onderzochte regio s het onderhoud het best op orde. Op Texel waren zodanig weinig meldingen gedaan dat een oplossingspercentage en oplossingstermijn niet aangegeven kon worden. De verschillen in de scores van deze (beïnvloedbare) hoofdindicator zijn aanzienlijk; hier valt voor vele regio s winst te boeken! Tabel 9: Vakoordeel onderhoud bewegwijzering provincies regios punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 6. Onderhoud bewegwijzering a afspraken uitvoering en financiering onderhoud bordlocaties nvt verantwoordelijkheid niet voor elke locatie bekend verantwoordelijkheid voor elke locatie bekend b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes 3 1,5 3 1, nvt 3 1,5 3 1,5 3 1,5 0 nvt 3 3 geen clustering wel clustering, koppeling niet in overeenkomst vastgelegd 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 wel clustering, koppeling wel in overeenkomst vastgelegd c Oplossingspercentage klachten nvt nvt 0 3 oplossingspercentage lager dan 50% oplossingspercentage tussen de 50%-75% oplossingspercentage tussen 75%-85% oplossingspercentage hoger dan 85% d Oplossingstermijn klachten nvt 3 gg nvt 1 3 Gemiddelde oplostermijn langer dan 12 weken Gemiddelde oplostermijn ligt tussen 6-12 weken Gemiddelde oplostermijn ligt tussen 4-6 weken Gemiddelde oplostermijn is korter dan 4 weken totaalscore 12 7,5 11 7, nvt 12 4, , maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 5,0 3,1 4,6 3,1 2,9 2,5 1,3 2,1 2,1 3,3 1,7 4,2 nvt 5,0 2,5 3,8 4,4 4,6 2,3 2,5 5,0 2,9 5,0 Voor de exacte waarden zie de regiopagina s (hoofdstuk 6). Voor de definitie van de subindicatoren zie tabel 2 (blz. 14) 27 2

29 3.3. BRONNEN/ VERANTWOORDING Het vakinhoudelijk onderzoek is uitgevoerd op basis van intern en extern onderzoek. Bij het Fietsplatform is al veel informatie in huis: - Landelijke routedatabank recreatief fietsen - TOP10NL - Meldsysteem bewegwijzering fietsroutenetwerken - Onderhoudscontracten - Informatie over netwerkbeheer en bewegwijzering Op basis van deze informatie konden vele antwoorden worden verstrekt, maar aanvullende informatie was nog nodig. Deze is verkregen via: - Fietsersbond (informatie rustbankjes) - ANWB (informatie over fietsservicepunten) - CBS (informatie over aantal inwoners) - CVO (continu vakantie onderzoek, NBTC-NIPO, informatie over belang en waardering) - CVTO (continu vrijetijdsonderzoek, NBTS-NIPO, informatie over belang en waardering) Daarnaast is veel informatie verkregen via de contactpersonen bij provincies en fietsregio s. Het opvragen van gegevens bij de provincies is schriftelijk gebeurd via de contactpersonen van het Fietsplatform. Voor de subregio s is eenzelfde vragenlijst toegestuurd aan de contactpersonen van het Fietsplatform bij de recreatieschappen en andere regionale organisaties. De provincies en regio s zijn gevraagd om de informatie schriftelijk aan te leveren door middel van het invullen van een online vragenlijst (zie bijlage B en C). Bijlage D geeft een overzicht van degenen die hebben gereageerd. 28

30 4. Consumentenonderzoek In aanvulling op het vakinhoudelijk onderzoek, waarbij de feitelijke kwaliteit van het fietsproduct in de doelregio s is onderzocht, is het ook belangrijk om te weten hoe de recreatieve fietsers zelf het fietsen in de fietsregio s ervaren. De uitkomsten van dit consumentenonderzoek bieden naast de feitelijke kwaliteit inzicht in de kwaliteitsbeleving en het imago van de fietsregio s AANPAK Voor het meten van het consumentenoordeel is gebruik gemaakt van bestaande onderzoeken: het CVO en het CVTO (NBTC-NIPO). Binnen deze bestaande onderzoeken is aan de deelnemers een aantal extra vragen voorgelegd over het belang dat zij aan bepaalde aspecten hechten en de beoordeling van deze aspecten. Doordat gebruik gemaakt is van bestaande onderzoeken, kunnen de gegevens van deze extra vragen gekoppeld worden aan allerlei gegevens die in deze onderzoeken standaard worden bevraagd. Een van die gegevens is de regio waar men heeft gefietst. Dit levert een duidelijk beeld van de beoordeling van de diverse aspecten per regio. ContinuVakantieOnderzoek (CVO) Het ContinuVakantieOnderzoek is een grootschalig consumentonderzoek naar het vakantiegedrag van de Nederlandse bevolking. Basis voor het onderzoek vormt een consumentenpanel van ca personen (representatief voor de Ned. bevolking). In het CVO wordt standaard gevraagd of er tijdens de vakantie een fietstocht is ondernomen. Aan personen die één of meer fietstochten hebben ondernomen wordt aanvullend gevraagd of sprake was van een fietsvakantie, waarbij dit gedefinieerd is als een vakantie waarbij meer dan de helft van de dagen aan fietsen besteed is. Meer informatie over het CVO is te vinden in Bijlage E. In 2012 heeft het Fietsplatform extra vragen laten meelopen in het CVO, te weten: 1. Hoe belangrijk vindt u de volgende aspecten bij een fietsvakantie? a) aantrekkelijkheid van de omgeving (stilte/rust, natuur(gebieden), uitzicht, diversiteit e.d.) b) kwaliteit van de fietspaden en wegen (comfort, veiligheid) c) kwaliteit van de bewegwijzering fietsroutes d) kwaliteit van het routeverloop fietsroutes e) drukte op de fietsroutes f) aanwezigheid bezienswaardigheden g) aanwezigheid horecapunten 2. Hoe beoordeelt u deze aspecten bij de door u gemaakte fietsvakantie? (uitgedrukt in een rapportcijfer, waarbij 1=zeer slecht, 10=uitstekend. aantrekkelijkheid van de omgeving (stilte/rust, natuur(gebieden), uitzicht, diversiteit e.d.) a) kwaliteit van de fietspaden en wegen (comfort, veiligheid) b) kwaliteit van de bewegwijzering fietsroutes c) kwaliteit van het routeverloop fietsroutes d) drukte op de fietsroutes e) aanwezigheid bezienswaardigheden f) aanwezigheid horecapunten 3. Wat is uw totaaloordeel over de fietsvakantie? (uitgedrukt in een rapportcijfer, waarbij 1=zeer slecht, 10=uitstekend), inclusief weet niet. ContinuVrijeTijdsOnderzoek (CVTO) Het CVTO brengt de vrijetijdsmarkt van Nederlanders in kaart. Hierbij wordt de volgende definitie van vrijetijdsactiviteiten gehanteerd: alle (dag)recreatieve activiteiten die worden ondernomen buiten de eigen woning en waarbij men minimaal een uur 29 2

31 van huis is (inclusief reistijd). Bezoek aan familie/vrienden/kennissen en activiteiten ondernomen tijdens vakanties blijven buiten beschouwing. In 52 wekelijkse metingen worden in totaal zo n respondenten ondervraagd. Om op jaarbasis ook uitspraken te kunnen doen over de deelname van de Nederlandse bevolking aan diverse activiteiten wordt aanvullend één keer per jaar bij personen de participatie en frequentie voor alle te onderscheiden activiteiten gemeten. Van de respondenten zijn reeds de nodige socio-economische en demografische kenmerken bekend, evenals het mediagebruik. Voor meer informatie over het CVTO zie Bijlage E. Het Fietsplatform heeft van mei 2010 tot en met mei 2011 extra vragen mee laten lopen in het CVTO voor wat betreft de ondernomen fietstochten voor plezier: 1. Hoe belangrijk vindt u de volgende aspecten bij een fietstocht? (uitgedrukt in een rapportcijfer, waarbij 1=volstrekt onbelangrijk, 10=zeer belangrijk. a) aantrekkelijkheid van de omgeving b) rust c) kwaliteit van de fietspaden en wegen (comfort, veiligheid) d) kwaliteit van de fietsroutes (routeverloop, bewegwijzering) e) aanbod bezienswaardigheden f) aanbod en kwaliteit horecapunten 2. Hoe beoordeelt u deze aspecten bij de door u gemaakte fietstocht? (uitgedrukt in een rapportcijfer, waarbij 1=zeer slecht, 10=uitstekend. a) aantrekkelijkheid van de omgeving b) rust c) kwaliteit van de fietspaden en wegen (comfort, veiligheid) d) kwaliteit van de fietsroutes (routeverloop, bewegwijzering) e) aanbod bezienswaardigheden f) aanbod en kwaliteit horecapunten 3. Wat is uw totaaloordeel over de door u gemaakte fietstocht? (uitgedrukt in een rapportcijfer, waarbij 1=zeer slecht, 10=uitstekend), Voor de kwaliteitsmonitor 2013 zijn geen nieuwe gegevens beschikbaar vanuit het CVTO. Deze zijn pas eind 2013 beschikbaar. Om deze reden zijn dezelfde gegevens gebruikt als bij de kwaliteitsmonitor De waardering is zowel in het CVO als in het CVTO bevraagd. Dat wil zeggen dat er een waardering is uitgesproken door fietsvakantiegangers en door mensen die een fietsdagtocht hebben ondernomen. In deze resultaten is het gemiddelde van beide waarderingen gebruikt. Voor het CVTO zijn daarbij de cijfers van de kwaliteitsmonitor 2012 blijven staan. Omzetting rapportcijfers naar aantal sterren De waardering van de consumenten is weergeven in een rapportcijfer. Deze cijfers moeten worden omgezet naar een aantal sterren. Omdat rapportcijfers worden gegeven op een schaal van 1 tot 10 en sterren op een schaal van 1 tot 5, lijkt het logisch om het rapportcijfer door 2 te delen om zodoende tot het juiste aantal sterren te komen. In de praktijk nivelleert dat de verschillen in de rapportcijfers echter te veel. De rapportcijfers liggen dicht bij elkaar. Als deze door de deling ook nog eens genivelleerd worden, komen alle waarderingen in de middenmoot terecht. Daarom is gekeken naar de waarde die men normaliter aan rapportcijfers hecht. Deze waardering is toegepast op het sterrensysteem. Een 9 wordt normaliter gezien als heel goed en zou in sterrensysteem 5 sterren krijgen. Een 8 is nog altijd heel goed, maar zou in een sterrensysteem niet de maximale 5 sterren krijgen, maar 4 sterren enz. In de berekening betekent dit dat steeds 4 punten van het rapportcijfer worden afgehaald om zodoende het aantal sterren te bepalen. Een rapportcijfer van een 7,2 levert zo 3,2 sterren op. In tabel 10 zijn zowel de rapportcijfers als de vertaling naar het aantal sterren zichtbaar gemaakt. 30

32 4.2. RESULTATEN CONSUMENTENOORDEEL De waardering die consumenten aan de diverse aspecten van hun fietstocht geven is gekoppeld aan een van de hoofdindicatoren. Bij sommige hoofdindicatoren is sprake van twee aspecten waarop de consumenten hun oordeel hebben gegeven. Deze aspecten zijn niet altijd even belangrijk. Daarom is hierop een weging toegepast. In tabel 10 is weergegeven welke aspecten van de consumentenwaardering aan welke indicatoren zijn gekoppeld. Tevens is in deze tabel te zien hoe de fietser de verschillende regio s waardeert. Naast een waardering op de individuele aspecten is de fietser ook gevraagd en totaaloordeel over zijn fietstocht te geven. Omdat ook dit totaaloordeel binnen CVO en CVTO gekoppeld kan worden aan de regio waarin is gefietst kan een totaaloordeel per regio worden weergegeven. Tabel 10: Consumentenoordeel, uitgesplitst per indicator provincies regios Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 1. Landschap 3,5 4,1 3,5 3,8 3,6 3,9 3,4 3,3 2,8 3,8 3,3 3,0 4,5 3,6 3,7 3,6 3,7 3,8 3,7 2,6 4,5 3,2 2,5 a Aantrekkelijkheid omgeving 4,0 4,3 4,1 4,4 4,3 4,2 4,3 4,3 4,0 4,3 4,1 3,8 4,9 4,2 4,4 4,4 4,4 4,2 4,5 4,0 4,9 4,0 3,7 Waardering consument (rapportcijfer) 8,0 8,3 8,1 8,4 8,3 8,2 8,3 8,3 8,0 8,3 8,1 7,8 8,9 8,2 8,4 8,4 8,4 8,2 8,5 8,0 8,9 8,0 7,7 b Aanwezigheid bezienswaardigheden 3,1 3,2 2,6 3,3 3,3 2,7 3,1 3,2 3,1 3,4 3,0 2,9 3,5 3,3 3,3 3,3 3,0 3,4 3,8 3,0 3,5 3,0 2,9 Waardering consument (rapportcijfer) 7,1 7,2 6,6 7,3 7,3 6,7 7,1 7,2 7,1 7,4 7,0 6,9 7,5 7,3 7,3 7,3 7,0 7,4 7,8 7,0 7,5 7,0 6,9 consumentenoordeel (0-5 sterren) 3,7 4,0 3,7 4,1 4,1 3,8 4,0 4,0 3,8 4,1 3,8 3,5 4,5 3,9 4,1 4,1 4,0 4,0 4,3 3,7 4,5 3,7 3,5 2. Toegankelijkheid 2,7 2,7 4,6 4,2 3,7 3,2 2,2 1,8 2,3 4,6 3,7 3,1 4,7 4,2 4,1 4,1 4,7 4,2 2,7 2,2 4,7 4,1 2,6 a Kwaliteit fietspaden en wegen 3,9 4,1 4,0 4,3 4,2 4,2 4,1 4,2 4,0 4,1 4,1 3,7 4,3 4,0 3,9 3,9 4,1 4,1 4,1 3,9 4,3 3,9 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,9 8,1 8,0 8,3 8,2 8,2 8,1 8,2 8,0 8,1 8,1 7,7 8,3 8,0 7,9 7,9 8,1 8,1 8,1 7,9 8,3 7,9 7,6 b Drukte op fietspaden 3,7 3,6 3,5 3,7 3,7 3,6 3,4 3,5 3,7 3,5 3,7 3,3 3,9 3,7 3,7 3,7 3,9 3,7 3,6 3,4 3,9 3,4 3,1 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 7,6 7,5 7,7 7,7 7,6 7,4 7,5 7,7 7,5 7,7 7,3 7,9 7,7 7,7 7,7 7,9 7,7 7,6 7,4 7,9 7,4 7,1 consumentenoordeel (0-5 sterren) 3,8 3,9 3,8 4,1 4,0 4,0 3,9 3,9 3,9 3,9 3,9 3,6 4,1 3,9 3,8 3,8 4,0 3,9 3,9 3,7 4,1 3,7 3,4 3. Kwaliteit routenetwerken 3,8 4,3 2,7 4,5 3,8 3,0 4,1 3,6 3,4 4,4 3,6 3,9 nvt 4,8 4,8 4,5 4,8 4,0 4,8 4,4 4,4 4,4 3,7 a Kwaliteit bewegwijzering 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 8,0 7,7 8,0 8,1 7,2 7,8 8,0 7,6 8,0 8,0 7,5 8,1 7,8 8,0 8,0 8,1 8,0 7,9 7,7 8,1 7,7 7,6 b Kwaliteit routeverloop 3,8 3,9 3,7 4,0 4,0 3,2 3,6 4,0 3,6 3,8 4,0 3,6 4,2 4,0 3,9 3,9 4,0 4,0 4,1 3,7 4,2 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,8 7,9 7,7 8,0 8,0 7,2 7,6 8,0 7,6 7,8 8,0 7,6 8,2 8,0 7,9 7,9 8,0 8,0 8,1 7,7 8,2 7,7 7,6 consumentenoordeel (0-5 sterren) 3,8 3,9 3,7 4,0 4,0 3,2 3,7 4,0 3,6 3,9 4,0 3,5 4,1 3,9 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 3,7 4,1 3,7 3,6 4. Voorzieningen langs de routes 2,3 3,4 3,6 3,8 3,6 1,4 3,4 3,8 3,1 3,3 3,0 4,2 3,1 3,4 4,1 3,3 3,3 4,1 2,5 2,9 4,7 3,8 4,2 a Aanwezigheid horecapunten 2,4 3,2 2,7 3,1 3,1 1,7 2,8 2,9 2,9 3,3 3,1 3,0 3,7 3,0 3,1 3,1 3,0 3,2 3,2 3,0 3,7 3,0 3,2 Waardering consument (rapportcijfer) 6,4 7,2 6,7 7,1 7,1 5,7 6,8 6,9 6,9 7,3 7,1 7,0 7,7 7,0 7,1 7,1 7,0 7,2 7,2 7,0 7,7 7,0 7,2 consumentenoordeel (0-5 sterren) 2,4 3,2 2,7 3,1 3,1 1,7 2,8 2,9 2,9 3,3 3,1 3,0 3,7 3,0 3,1 3,1 3,0 3,2 3,2 3,0 3,7 3,0 3,2 5. Beheer routenetwerk 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 6. Onderhoud bewegwijzering 4,7 3,3 4,4 3,3 3,1 2,6 1,8 2,5 2,4 3,5 2,1 4,0 nvt 4,8 2,8 3,8 4,3 4,5 2,6 2,7 4,8 3,1 4,7 a Kwaliteit bewegwijzering 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 8,0 7,7 8,0 8,1 7,2 7,8 8,0 7,6 8,0 8,0 7,5 8,1 7,8 8,0 8,0 8,1 8,0 7,9 7,7 8,1 7,7 7,6 consumentenoordeel (0-5 sterren) 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Algemeen oordeel consument (rapportcijfer; bron CVTO en CVO) 8,0 8,0 8,0 8,1 8,2 7,7 8,1 8,1 8,0 8,2 7,9 7,9 8,3 8,1 8,2 8,2 8,2 8,1 8,0 8,0 8,0 8,0 7,9 Algemeen oordeel consument (0-5 sterren) 4,0 4,0 4,0 4,1 4,2 3,7 4,1 4,1 4,0 4,2 3,9 3,9 4,3 4,1 4,2 4,2 4,2 4,1 4,0 4,0 4,0 4,0 3,9 De rapportcijfers die de fietsers als algemeen oordeel van hun fietstocht in de verschillende regio s geven, ontlopen elkaar niet veel. Het varieert van een 7,7 in Flevoland tot een 8,3 voor de Friese Waddeneilanden. Toch geven ook deze kleine verschillen wel degelijk een verschil in waardering aan. Van de provincies scoren Gelderland en Zeeland het hoogst met een 8,2. De laagste gemiddelde waardering van fietsers wordt gegeven voor de aanwezigheid van horecapunten. De hoogste gemiddelde waardering is voor de aantrekkelijkheid van de omgeving. 31 2

33 32

34 5. Totaalbeeld en conclusies In hoofdstuk 3 is het vakoordeel uitgebreid beschreven. In hoofdstuk 4 is het consumentenoordeel behandeld. In dit hoofdstuk worden beide zaken bij elkaar gevoegd tot een totaaloordeel per regio met daarbij de bijbehorende sterren. Weging consumentenoordeel-vakoordeel Gekozen is om de eindscore van de regio s niet te bepalen door simpelweg de mening van consument met het vakoordeel te middelen. Er is een weging toegepast. De weging is weergegeven in tabel 12. Zo is te zien dat op de hoofdindicator landschap de mening van de consument zwaarder meeweegt dan de vakoordeel en op het onderdeel kwaliteit routenetwerken het vakoordeel weer zwaarder weegt. Weging hoofdindicatoren Niet iedere hoofdindicator beïnvloedt in gelijke mate de kwaliteit van de fietsregio. Daarom is ervoor gekozen aan de hoofdindicatoren een wegingsfactor toe te kennen. Zodoende kan de ene indicator een grotere invloed uitoefenen op de eindscore dan de ander. Voor het bepalen van de weging van de diverse kwaliteitsindicatoren is gekeken naar het belang dat fietsers hechten aan de verschillende indicatoren. In de periode april-september 2011 heeft het Fietsplatform een extra vraag mee laten lopen in het CVTO (continu vrijetijdsonderzoek) waarin fietsers konden aangeven hoe belangrijk zij een bepaald aspect van hun fietstocht vonden op een schaal van 1 op 10. Eenzelfde vraag heeft het Fietsplatform laten meenemen in het CVO (continu vakantie onderzoek van april-september 2010). Het Fietsplatform heeft ervoor gekozen de weging van factoren gelijk te laten aan weging die is toegepast in de kwaliteitmonitor van Dit om de vergelijkbaarheid te behouden en omdat er nog geen actuele gegevens van CVTO beschikbaar zijn. Bij de volgende kwaliteitsmonitor zal de wegingsfactor opnieuw worden bepaald. De items waarvan de fietsers het belang hebben aangegeven zijn verdeeld onder de hoofdindicatoren en vertaald naar de wegingsfactor. De wijze waarop dit is gedaan is weergegeven in tabel 11. Tabel 11: Weging hoofdindicatoren op basis van belang aspecten CVTO en CVO 2010/2011 Fietsdagtochten (CVTO) Fietsvakanties (CVO) Gemiddeld rapportcijfer Weging aspect Totaal belang Weging totaal 1. Landschap 2,5 Belang aantrekkelijkheid omgeving 8,0 8,5 8,3 3 8,0 Belang aanwezigheid bezienswaardigheden 6,8 7,3 7, Toegankelijkheid 2 Belang kwaliteit fietspaden en wegen 8,2 8,3 8,3 1 7,9 Belang drukte op fietspaden 7,4 7,6 7, Kwaliteit Routenetwerken 2 Belang kwaliteit bewegwijzering 7,5 8,3 7,9 1 7,9 Belang kwaliteit routeverloop 7,5 8,2 7, Voorzieningen langs de routes 1 Belang aanwezigheid horecapunten 6,4 7,3 6,9 1 6,9 5. Beheer routenetwerk 2 Geen relevant aspect 6. Onderhoud bewegwijzering 2 Belang kwaliteit bewegwijzering 7,5 8,3 7,9 1 7,9 Het consumentenoordeel en het vakoordeel zijn op basis van bovenstaande wegingen bij elkaar gebracht in tabel 12. In de kwaliteitsmonitor van 2012 scoorden 4 van de 12 provincies maar liefst 4 sterren. Dit jaar is dit gestegen naar 6 van de 12 provincies. Van de specifiek benoemde regio s scoren maar 6 regio s 4 sterren en 1 regio scoort de maximale 5 sterren: Texel. 33 2

35 Tabel 12: Totaaloordeel provincies regios weging per hoofdindicator weging vak-/ cons.oordeel weging per onderdeel punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 1. Landschap 2,5 3,5 4,1 3,5 3,8 3,6 3,9 3,4 3,3 2,8 3,8 3,3 3,0 4,5 3,6 3,7 3,6 3,7 3,8 3,7 2,6 4,5 3,2 2,5 vakoordeel: a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur/ water , , , , ,5 0 ruim onder gemiddelde (<75%) onder gemiddelde (75-80%) rond gemiddelde (80-85%) 4,5 4,5 4,5 4,5 4,5 4,5 boven gemiddelde (85-90%) ruim boven gemiddelde (90%>) b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 0 0,5 0 0, ,5 1 0,5 0 0, ,5 0, ,5 0,5 0 1 onder gemiddelde (<20%) rond gemiddelde (20-35%) 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 boven gemiddelde (35%>) c Bezienswaardigheden 0,5 0 0,5 0,5 0, ,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0 0,5 0 0,5 0,5 0,5 0,5 2 of minder bezienswaardigheden per 100 km bezienswaardigheden per 100 km2 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 6 of meer bezienswaardigheden per 100 km totaalscore 6,5 9,5 6, , ,5 6,5 6,5 5,5 6,5 7,5 5, ,5 maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 1 3,0 4,3 3,0 3,2 2,7 4,1 2,3 2,0 0,9 3,2 2,3 1,8 4,3 3,0 3,0 2,5 3,0 3,4 2,5 0,5 4,5 2,3 0,7 consumentenoordeel: a Aantrekkelijkheid omgeving 3 4,0 4,3 4,1 4,4 4,3 4,2 4,3 4,3 4,0 4,3 4,1 3,8 4,9 4,2 4,4 4,4 4,4 4,2 4,5 4,0 4,9 4,0 3,7 Waardering consument (rapportcijfer) 8,0 8,3 8,1 8,4 8,3 8,2 8,3 8,3 8,0 8,3 8,1 7,8 8,9 8,2 8,4 8,4 8,4 8,2 8,5 8,0 8,9 8,0 7,7 b Aanwezigheid bezienswaardigheden 1 3,1 3,2 2,6 3,3 3,3 2,7 3,1 3,2 3,1 3,4 3,0 2,9 3,5 3,3 3,3 3,3 3,0 3,4 3,8 3,0 3,5 3,0 2,9 Waardering consument (rapportcijfer) 7,1 7,2 6,6 7,3 7,3 6,7 7,1 7,2 7,1 7,4 7,0 6,9 7,5 7,3 7,3 7,3 7,0 7,4 7,8 7,0 7,5 7,0 6,9 consumentenoordeel (0-5 sterren) 2 3,7 4,0 3,7 4,1 4,1 3,8 4,0 4,0 3,8 4,1 3,8 3,5 4,5 3,9 4,1 4,1 4,0 4,0 4,3 3,7 4,5 3,7 3,5 2. Toegankelijkheid 1,5 2,7 2,7 4,6 4,2 3,7 3,2 2,2 1,8 2,3 4,6 3,7 3,1 4,7 4,2 4,1 4,1 4,7 4,2 2,7 2,2 4,7 4,1 2,6 vakoordeel: a Aantal fietsmogelijkheden onder gemiddelde (<4 km per 100 inwoners) rond gemiddelde (4-6 km per 100 inwoners) boven gemiddelde (6-8 km per 100 inwoners) ruim boven gemiddelde (>8 km per 1000 inwoners) b Mate van compartimentering ruim boven gemiddelde (0,21 km>) boven gemiddelde (0,17-0,21 km) rond gemiddelde (0,13-0,17 km) onder gemiddelde (<0,13 km) c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken openbaar toegankelijk, op bepaalde plaatsen entree geheven openbaar toegankelijk, nergens entree geheven totaalscore maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 2 2,1 2,1 5,0 4,3 3,6 2,9 1,4 0,7 1,4 5,0 3,6 2,9 5,0 4,3 4,3 4,3 5,0 4,3 2,1 1,4 5,0 4,3 2,1 consumentenoordeel: a Kwaliteit fietspaden en wegen 2 3,9 4,1 4,0 4,3 4,2 4,2 4,1 4,2 4,0 4,1 4,1 3,7 4,3 4,0 3,9 3,9 4,1 4,1 4,1 3,9 4,3 3,9 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,9 8,1 8,0 8,3 8,2 8,2 8,1 8,2 8,0 8,1 8,1 7,7 8,3 8,0 7,9 7,9 8,1 8,1 8,1 7,9 8,3 7,9 7,6 b Drukte op fietspaden 1 3,7 3,6 3,5 3,7 3,7 3,6 3,4 3,5 3,7 3,5 3,7 3,3 3,9 3,7 3,7 3,7 3,9 3,7 3,6 3,4 3,9 3,4 3,1 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 7,6 7,5 7,7 7,7 7,6 7,4 7,5 7,7 7,5 7,7 7,3 7,9 7,7 7,7 7,7 7,9 7,7 7,6 7,4 7,9 7,4 7,1 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,8 3,9 3,8 4,1 4,0 4,0 3,9 3,9 3,9 3,9 3,9 3,6 4,1 3,9 3,8 3,8 4,0 3,9 3,9 3,7 4,1 3,7 3,4 34

36 (vervolg tabel 12) 3. Kwaliteit routenetwerken 2,0 3,8 4,3 2,7 4,5 3,8 3,0 4,1 3,6 3,4 4,4 3,6 3,9 nvt 4,8 4,8 4,5 4,8 4,0 4,8 4,4 4,4 4,4 3,7 vakoordeel: a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk nvt niet conform standaard 0 0 grotendeels conform standaard conform standaard b Aansluitingnetwerk op aangrenzende regio's , nvt niet gecontroleerd 0 controle in uitvoering 1 wel gecontroleerd, problemen nog niet aangepakt 1 wel gecontroleerd, problemen worden aangepakt wel gecontroleerd, problemen zijn aangepakt anders 1,5 nvt c Synchronisatie LF- en knooppuntroutes , , ,5 3 nvt ,5 3 3 nvt 3 3 niet gesynchroniseerd 0 grotendeels gesynchroniseerd 2,5 2,5 2,5 2,5 2,5 volledig gesynchroniseerd d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten 0 1, , , ,5 nvt rondritten niet gesaneerd, geen plannen sanering rondritten niet gesaneerd, tussen heden-5 jaar sanering 1,5 1,5 rondritten niet gesaneerd, tussen heden-2 jaar sanering 2 2 rondritten gesaneerd, afwijking norm >4 2 2 rondritten gesaneerd, afwijking norm anders 0 1,5 gg 2 1,5 1,5 nvt totaalscore 9 10, , ,5 9, , maximaal haalbare score nvt vakoordeel (0-5 sterren) 4 3,8 4,4 2,5 4,6 3,8 2,9 4,2 3,5 3,3 4,6 3,5 4,0 nvt 5,0 5,0 4,6 5,0 4,0 5,0 4,6 4,4 4,6 3,8 consumentenoordeel: a Kwaliteit bewegwijzering 1 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 8,0 7,7 8,0 8,1 7,2 7,8 8,0 7,6 8,0 8,0 7,5 8,1 7,8 8,0 8,0 8,1 8,0 7,9 7,7 8,1 7,7 7,6 b Kwaliteit routeverloop 1 3,8 3,9 3,7 4,0 4,0 3,2 3,6 4,0 3,6 3,8 4,0 3,6 4,2 4,0 3,9 3,9 4,0 4,0 4,1 3,7 4,2 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,8 7,9 7,7 8,0 8,0 7,2 7,6 8,0 7,6 7,8 8,0 7,6 8,2 8,0 7,9 7,9 8,0 8,0 8,1 7,7 8,2 7,7 7,6 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,8 3,9 3,7 4,0 4,0 3,2 3,7 4,0 3,6 3,9 4,0 3,5 4,1 3,9 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 3,7 4,1 3,7 3,6 4. Voorzieningen langs de routes 1,0 2,3 3,4 3,6 3,8 3,6 1,4 3,4 3,8 3,1 3,3 3,0 4,2 3,1 3,4 4,1 3,3 3,3 4,1 2,5 2,9 4,7 3,8 4,2 vakoordeel: a Aanwezigheid bankjes 0 1,5 1, ,5 3 1, ,5 0 1, ,5 nb 0 1,5 onder gemiddelde (<15 bankjes) rond gemiddelde (15-25 bankjes) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 boven gemiddelde (25 bankjes >) b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten onder gemiddelde (<1,0) rond gemiddelde (1,0-1,4) boven gemiddelde (1,4>) c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca onder gemiddelde (<0,6) rond gemiddelde (0,6-1,0) boven gemiddelde (1,0>) d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties onder gemiddelde (<0,6) rond gemiddelde (0,6-1,0) boven gemiddelde (1,0>) e Pluspunten faciliteiten voor fietsers geen op-/overstap/rustpunten/andere regionale projecten 0 wel op-/overstap/rustpunten/andere regionale projecten gg totaalscore 7 10,5 11, ,5 12 9, ,5 9 10, , ,5 maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 4 2,3 3,5 3,8 4,0 3,7 1,3 3,5 4,0 3,2 3,3 3,0 4,5 3,0 3,5 4,3 3,3 3,3 4,3 2,3 2,8 5,0 4,0 4,5 consumentenoordeel: a Aanwezigheid horecapunten 2,4 3,2 2,7 3,1 3,1 1,7 2,8 2,9 2,9 3,3 3,1 3,0 3,7 3,0 3,1 3,1 3,0 3,2 3,2 3,0 3,7 3,0 3,2 Waardering consument (rapportcijfer) 6,4 7,2 6,7 7,1 7,1 5,7 6,8 6,9 6,9 7,3 7,1 7,0 7,7 7,0 7,1 7,1 7,0 7,2 7,2 7,0 7,7 7,0 7,2 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 2,4 3,2 2,7 3,1 3,1 1,7 2,8 2,9 2,9 3,3 3,1 3,0 3,7 3,0 3,1 3,1 3,0 3,2 3,2 3,0 3,7 3,0 3,2 35 2

37 (vervolg tabel 12) provincies regios weging per hoofdindicator weging vak-/ cons.oordeel weging per onderdeel punten per onderdeel Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Friese Waddeneilanden Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal Salland Twente Achterhoek Veluwe Rivierenland Regio Arnhem-Nijmegen Texel Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg 5. Beheer routenetwerk 2,0 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 vakoordeel: a Recreatief fietsbeleid 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 3 1,5 1,5 1, ,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 geen recreatief fietsbeleid 0 0 fietsbeleid ingebed in groter geheel (recreatienota) 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 aparte beleidsnota recreatief fietsen b Verantwoordelijkheid en actualisatie tracé routenetwerk ,5 1, nvt geen afspraken verantwoordelijkheid 0 0 wel afspraken verantwoordelijkheid, geen actualisatie 1,5 1,5 wel afspraken verantwoordelijkheid, wel actualisatie anders 1,5 nvt c Digitalisering bordlocaties nvt bordlocaties niet in GIS bordlocaties deel netwerken in digitaal bestand (leesbaar in GIS) bordlocaties van alle netwerken in GIS d Actualisatie gegevens bordlocaties 3 1, ,5 0 nvt 1,5 1,5 1,5 3 1,5 nvt ,5 1,5 nvt 3 3 nvt geen afspraken verantwoordelijkheid 0 wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie < 1x/jr 1,5 1,5 1,5 1,5 wel afspraken verantwoordelijkheid, actualisatie >= 1x/jr anders 1,5 1,5 gg nvt 1,5 1,5 1,5 nvt nvt nvt e Budget voor actualisatie GIS bestanden ,5 0 nvt 3 3 1,5 3 1,5 nvt nvt 3 3 nvt geen budget gereserveerd 0 0 beschikbaarheid budget onzeker 1,5 1,5 budget gereserveerd anders 1,5 gg nvt 1,5 nvt nvt nvt f Verantwoordelijkheid routenetwerken , nvt niet voor alle netwerken verantwoordelijke beheerder 0 wel voor alle netwerken verantwoordelijke beheerder anders 1,5 nvt g Overleg met verschillende routenetwerkbeheerders nvt geen overleg overleg met deel van beheerders, niet regulier overleg met deel van beheerders, regulier 2 2 overleg met alle beheerders, niet regulier overleg met alle beheerders, regulier één beheerder totaalscore 19, ,5 19,5 14,5 8,5 7, ,5 14, ,5 1,5 18, , ,5 19,5 19,5 9,5 maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 4,6 3,8 4,2 4,6 3,5 2,0 2,5 2,4 3,5 3,5 5,0 3,2 2,5 4,4 4,0 5,0 4,4 3,6 3,8 3,2 4,6 4,6 3,2 6. Onderhoud bewegwijzering 2,0 4,7 3,3 4,4 3,3 3,1 2,6 1,8 2,5 2,4 3,5 2,1 4,0 nvt 4,8 2,8 3,8 4,3 4,5 2,6 2,7 4,8 3,1 4,7 vakoordeel: a afspraken uitvoering en financiering onderhoud bordlocaties nvt verantwoordelijkheid niet voor elke locatie bekend verantwoordelijkheid voor elke locatie bekend b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes 3 1,5 3 1, nvt 3 1,5 3 1,5 3 1,5 0 nvt 3 3 geen clustering wel clustering, koppeling niet in overeenkomst vastgelegd 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 wel clustering, koppeling wel in overeenkomst vastgelegd c Oplossingspercentage klachten nvt nvt 0 3 oplossingspercentage lager dan 50% oplossingspercentage tussen de 50%-75% oplossingspercentage tussen 75%-85% oplossingspercentage hoger dan 85%

38 (vervolg tabel 12) verantwoordelijkheid voor elke locatie bekend b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes 3 1,5 3 1, nvt 3 1,5 3 1,5 3 1,5 0 nvt 3 3 geen clustering wel clustering, koppeling niet in overeenkomst vastgelegd 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 wel clustering, koppeling wel in overeenkomst vastgelegd c Oplossingspercentage klachten nvt nvt 0 3 oplossingspercentage lager dan 50% oplossingspercentage tussen de 50%-75% oplossingspercentage tussen 75%-85% oplossingspercentage hoger dan 85% d Oplossingstermijn klachten nvt 3 gg nvt 1 3 Gemiddelde oplostermijn langer dan 12 weken Gemiddelde oplostermijn ligt tussen 6-12 weken Gemiddelde oplostermijn ligt tussen 4-6 weken Gemiddelde oplostermijn is korter dan 4 weken totaalscore 12 7,5 11 7, nvt 12 4,5 9 10,5 11 5, maximaal haalbare score vakoordeel (0-5 sterren) 4 5,0 3,1 4,6 3,1 2,9 2,5 1,3 2,1 2,1 3,3 1,7 4,2 nvt 5,0 2,5 3,8 4,4 4,6 2,3 2,5 5,0 2,9 5,0 consumentenoordeel: a Kwaliteit bewegwijzering 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Waardering consument (rapportcijfer) 7,7 8,0 7,7 8,0 8,1 7,2 7,8 8,0 7,6 8,0 8,0 7,5 8,1 7,8 8,0 8,0 8,1 8,0 7,9 7,7 8,1 7,7 7,6 consumentenoordeel (0-5 sterren) 1 3,7 4,0 3,7 4,0 4,1 3,2 3,8 4,0 3,6 4,0 4,0 3,5 4,1 3,8 4,0 4,0 4,1 4,0 3,9 3,7 4,1 3,7 3,6 Totaalwaardering, exact 3,76 3,69 3,80 4,04 3,54 2,84 2,89 2,88 2,91 3,85 3,49 3,49 3,51 4,23 3,89 4,08 4,22 3,98 3,48 3,03 4,62 3,84 3,42 Totaalwaardering, afgerond

39 Conclusies Welke algemene conclusies kunnen worden getrokken wat betreft het totaaloverzicht? In de eerste plaats kan worden vastgesteld dat er geen enkele regio is die slecht scoort. Geen enkele regio scoort minder dan 3 sterren op de totaalwaardering. Dit klopt ook wel met het algemene beeld: in Nederland Fietsland bestaan geen slechte fietsgebieden, wel minder goede. In de tweede plaats kan worden geconstateerd dat de meeste regio s ten opzichte van vorig jaar een hoger score hebben gehaald. Texel haalt dit jaar het maximaal aantal sterren. Voor sommige regio s zal dat een lastige opgave worden omdat een aantal aspecten niet beïnvloedbaar is. Dit geldt met name voor het landschap; sommige gebieden zijn qua afwisseling en structuur nu eenmaal geliefder bij het gemiddelde publiek dan andere. Maar geconcludeerd kan worden dat voor alle regio s nog winst te boeken is; alle regio s zouden op grond van beïnvloedbare aspecten, zoals kwaliteit van het routenetwerk, aanbod van specifieke voorzieningen en beheer en onderhoud, op 4 of 5 sterren uit moeten kunnen komen. Hieronder een overzicht van de provincies en de regio s en het aantal sterren dat ze dit jaar en vorig jaar hebben behaald. Provincie/Regio Provincie Score 2012 Score 2013 Aantal sterren 2013 Groningen 2,28 3,76 Friesland 3,26 3,69 Drenthe 3,60 3,80 Overijssel 3,83 4,04 Gelderland 3,57 3,54 Flevoland 2,94 2,84 Utrecht 3,0 2,89 Noord-Holland 2,32 2,88 Zuid-Holland 2,30 2,91 Zeeland 2,64 3,85 Noord-Brabant 3,33 3,49 Limburg 3,40 3,49 Regio Friese Waddeneilanden 3,89 3,51 Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal 3,86 4,23 Salland 3,88 3,89 Twente 3,76 4,08 Achterhoek 4,0 4,22 Veluwe 3,2 3,98 Rivierenland - 3,48 Regio Arnhem-Nijmegen - 3,03 Texel 3,88 4,62 Noord-en Midden-Limburg - 3,84 Zuid-Limburg - 3,42 38

40 Bijlage A: Rapportage per regio Op de volgende pagina s per regio een rapportage en conclusie. 39 2

41 1. GRONINGEN Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,4 3,5 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,2 2,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 0 3,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 2,7 2,3 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) n.v.t. 4,6 Aantal knooppuntnetwerken 0 1 Onderhoud bewegwijzering n.v.t. 4,7 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 2,3 3,76 Totaalwaardering, afgerond 40

42 Tabel 13: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Groningen Groningen - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 88% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 4% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,2 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,22 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Rondritten niet gesaneerd, geen plannen sanering 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 7 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid (bron Fietsersbond) b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers 16 TOP's en plannen voor TOP's/rustpunten in 2013/ Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 100% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 3,9 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Groningen: De provincie Groningen scoort in totaal 4 sterren. Daarmee heeft de provincie Groningen van alle beoordeelde regio s in één jaar de meeste verbetering weten aan te brengen. Het zal voor de provincie Groningen lastig worden om in de totaalscore 5 sterren te behalen, wel moet het mogelijk zijn om de exacte totaalscore te verbeteren. De snelste winst is normaal gesproken te behalen op de onderdelen beheer en onderhoud. Groningen scoort echter al zeer goed op deze onderdelen. Met een oplossingspercentage van 100% en een gemiddelde oplossingstermijn van 3,9 weken, scoort Groningen de maximale score in het vakoordeel op het onderdeel onderhoud. Groningen scoort minder hoog op de onderdelen toegankelijkheid en voorzieningen langs de route. Bij de toegankelijkheid zit het probleem vooral in de mate van compartimentering. Daarbij zijn het met name de waterwegen die de fietsmogelijkheden doorkruisen. De score op dit onderdeel is op korte termijn lastig te verbeteren. Op het onderdeel Voorzieningen langs de route is het wel mogelijk een hogere score te behalen. Het aantal picknickbankjes per km fietsmogelijkheid ligt met 7 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid ver onder het gemiddelde van 19 bankjes. Het (stimuleren van het) plaatsen van picknickbanken zou de score op dit onderdeel kunnen verhogen. De provincie Groningen heeft in verhouding tot de andere provincies weinig fietsvriendelijke daghoreca, verblijfsaccommodatie en fietsservicepunten. Wellicht dat de komst van het fietsroutenetwerk ondernemers zal stimuleren om zich als fietsvriendelijk te profileren. De provincie zou hierin een stimulerende rol kunnen spelen. Op het onderdeel kwaliteit routenetwerken scoort de provincie Groningen goed: 3,8. Deze score kan echter binnen afzienbare tijd verbeterd worden door de bestaande bewegwijzering van fietsrondritten te saneren. Als dit wordt gedaan, kan de provincie hier de maximale score in het vakoordeel behalen. 41 2

43 2. FRIESLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 4,1 4,1 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,2 2,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,4 4,3 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,4 3,4 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 1,7 3,8 Aantal knooppuntnetwerken 5 5 Onderhoud bewegwijzering 3,3 3,3 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,3 3,69 Totaalwaardering, afgerond 42

44 Tabel 14: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Friesland Friesland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 92% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 24% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 2 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,9 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,25 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 8 rondritten norm is 5. Er is niet gesaneerd, plannen voor sanering <5 jr. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 22 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,0 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Op diverse plaatsen voorzieningen voor fietsers geplaatst. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid actualisatie tracé. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties deel van de netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Beheer gaat over op Marrekite, vanaf dat moment actualisatie minimaal één keer per jaar. Op dit moment nog niet alles over naar Marrekite. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Beheer GIS bestanden wordt overgenomen door Marrekite, inclusief budget voor actualisatie. f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Regelmatig overleg tussen Recreatiegemeenschap Marrekite, provincie en andere betrokkenen. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, niet in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 98% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 12,3 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Friesland: De provincie Friesland scoort 4 sterren. De provincie Friesland doet het over het geheel genomen goed. Slechts op het onderdeel toegankelijkheid scoort de provincie minder dan 3 sterren. Dit komt omdat er in Friesland veel water is. De meren en waterwegen vormen barrières voor fietsers en zorgen voor een hoge mate van compartimentering. Daar kan de provincie op korte termijn geen verbetering in aanbrengen. Een verbetering van de score zal voor de provincie Friesland vooral gezocht moeten worden in kleine verbeteringen op alle onderdelen. Daarbij zal het lastig worden om in de totaalscore 5 sterren te behalen. Wel moet het mogelijk zijn om de maximale score op enkele hoofdindicatoren te behalen en om de exacte totaalscore te verbeteren. De kwaliteit van het netwerk in Friesland is al goed, maar wanneer in Friesland de bestaande bewegwijzering van rondritten gesaneerd wordt, kan de maximale score van 5 sterren in het vakoordeel op dit onderdeel worden gehaald. Op het onderdeel voorzieningen langs de route is vooral winst te boeken door toename van het aantal picknickbankjes en fietsvriendelijke daghoreca. Het beheer van de netwerken kan verbeterd worden door alle bordlocaties te digitaliseren en deze ook actueel te houden. Als dit wordt gedaan, zal de score op het vakoordeel voor beheer stijgen naar 4,6. Ook op het onderdeel onderhoud kan winst behaald worden. Het oplossingspercentage van meldingen is in Friesland goed; meer dan 85% van de meldingen werd opgelost. Het oplossen duurde echter te lang. Wanneer Friesland komend jaar de oplossingstermijn weet terug te brengen naar minder dan 4 weken, dan zal de score op onderhoud stijgen van 3,3 naar 4,3. Als dan ook goede onderhoudsovereenkomsten worden gesloten sluiten waarin een koppeling wordt vastgelegd tussen het onderhoud van LF- en knooppuntbewegwijzering, kan de maximale score van 5 sterren op dit vakoordeel over onderhoud worden behaald. 43 2

45 3. FRIESLAND FRIESE WADDENEILANDEN Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 4,4 4,5 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,8 4,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) n.v.t. n.v.t. Totale lengte routenetwerk (km) 0 0 Voorzieningen langs de routes 2,7 3,1 Waarvan lengte LF-netwerk (km) 0 0 Beheer routenetwerk(en) n.v.t. 2,5 Aantal knooppuntnetwerken 0 0 Onderhoud bewegwijzering n.v.t. n.v.t. Aantal knooppunten 0 0 Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,9 3,51 Totaalwaardering, afgerond 44

46 Tabel 15: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor de Friese Waddeneilanden Friese Waddeneilanden - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 95% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 15% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 35,4 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,00 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Geen netwerk b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Geen netwerk c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes Geen netwerk d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er is 1 rondrit. Sanering is niet van toepassing. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 9 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers geen op-/overstap/rustpunten/andere regionale initiatieven 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen in Friesland. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Geen netwerk c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Geen netwerk d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Geen netwerk e Budget voor actualisatie GIS bestanden Geen netwerk f Verantwoordelijkheid routenetwerken Geen netwerk g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Geen netwerk 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Geen netwerk b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Geen netwerk c Oplossingspercentage klachten Geen netwerk d Oplossingstermijn klachten Geen netwerk Resultaat kwaliteitsmonitor Friese Waddeneilanden: De Friese Waddeneilanden scoren met 3,51 als exacte waarde 4 sterren in de kwaliteitsmonitor. Omdat op deze eilanden geen knooppuntnetwerk aanwezig, zijn niet alle onderdelen van toepassing. Deze zijn dan ook niet meegewogen in het totaaloordeel. De Friese Waddeneilanden scoren goed voor wat betreft het landschap en de toegankelijkheid voor fietsers. Winst moet vooral gezocht worden in het beheer en in de voorzieningen. Op alle onderdelen van de fietsvoorzieningen scoren de Friese Waddeneilanden in de middenmoot. Het stimuleren van fietsvriendelijke voorzieningen langs de routes zou de score kunnen verbeteren. De lage score op het beheer van de routenetwerken wordt mede veroorzaakt door het feit dat er geen fietsroutenetwerk aanwezig is. Deze onderdelen worden niet meegewogen waardoor de score op beheer netwerken wordt bepaald door de waarde op het onderdeel fietsbeleid. Deze score zal hoger zijn wanneer een aparte beleidsnota voor recreatief fietsen wordt ontwikkeld. 45 2

47 4. DRENTHE Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,5 3,5 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,6 4,6 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 2,7 2,7 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,6 3,6 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 5,0 4,2 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 2,9 4,4 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,6 3,80 Totaalwaardering, afgerond 46

48 Tabel 16: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Drenthe Drenthe - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 89% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 18% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 10,3 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,11 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Niet conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 27 rondritten, norm is 4. Geen sanering gepland (routes geïntegreerd in netwerk). 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 16 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,1 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,1 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's en andere extra faciliteiten. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (als onderdeel van het standaard onderhoud) f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg deel beheerders, niet regulier 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, niet in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 75% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 1,6 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Drenthe: De provincie Drenthe scoort 4 sterren. Drenthe doet goed op het gebied van recreatief fietsen en scoort slechts op één onderdeel minder dan 3 sterren: kwaliteit routenetwerken. In Drenthe is gekozen voor een systematiek van bewegwijzering van het routenetwerk die afwijkt van de landelijke standaard. Dat is verwarrend voor de fietser en heeft gevolgen voor de score op deze indicator in de kwaliteitsmonitor. Dat het verwarrend is blijkt ondermeer uit het aantal meldingen via het meldsysteem bewegwijzering. Door de keuze van een afwijkend systeem zal het voor Drenthe niet mogelijk zijn om binnen de huidige meetwijze 5 sterren te behalen. Drenthe heeft het afgelopen jaar duidelijk verbeteringen aangebracht in het onderhoud van de bewegwijzering; de provincie is van een score van 2,9 sterren naar 4,4 sterren gegaan. Met het aantal voorzieningen zit Drenthe rond het gemiddelde, een prima score. Maar hier zou nog een kleine verbetering behaald kunnen worden. 47 2

49 5. OVERIJSSEL Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,7 3,8 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,1 4,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,1 4,5 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,8 3,8 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,6 4,6 Aantal knooppuntnetwerken 3 3 Onderhoud bewegwijzering 3,5 3,3 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,8 4,04 Totaalwaardering, afgerond 48

50 Tabel 17: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Overijssel Overijssel - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 87% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 21% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 4 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,5 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,11 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 6 rondritten, norm is 5. Er is gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 34 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's, Rustpunten, Fietsvriendelijke bedrijven 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, voor een deel van de regio's in een overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 89% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 16,8 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Overijssel: Overijssel scoort 4 sterren. Overijssel scoort op de hoofdindicatoren ongeveer gelijk aan vorig jaar. Als Overijssel toe wil werken naar 5 sterren, zal de verbetering gezocht moeten worden in kleine verhogingen op meerdere subindicatoren. De kwaliteit van de routenetwerken kan nog wat verhoogd worden door de problemen met de aangrenzende netwerken die zijn geconstateerd ook daadwerkelijk aan te pakken in het veld. Als dat wordt gedaan, zal de provincie de maximale 5 sterren scoren in het vakoordeel op deze indicator. Het aantal fietsvriendelijke voorzieningen langs de route ligt rond het gemiddelde. Als er meer fietsvriendelijke voorzieningen komen, zal de score op dit onderdeel toenemen. De meeste verbetering kan behaald worden op het onderdeel onderhoud bewegwijzering. Opvallend is dat vorig jaar ook werd aangegeven dat de score op dit onderdeel verhoogd zou kunnen worden. Het Fietsplatform gaf toen aan dat de relatief lage score deels verklaard kon worden door het feit dat een van de regio s niet alle problemen had afgemeld. Verwacht werd dat de score dit jaar hoger zou liggen. Helaas ligt de score op het onderdeel onderhoud dit jaar lager dan vorig jaar. Deze score kan verhoogd worden door voor alle regio s overeenkomsten aan te gaan waarbij een koppeling wordt vastgelegd tussen het onderhoud van de LF-routes en de knooppuntroutes. Op dit moment is een dergelijke overeenkomst in Salland niet aanwezig. De meeste winst kan echter worden behaald door de oplossingstermijn van klachten te verminderen. Gemiddeld genomen duurt het nu ruim 16 weken voordat een melding wordt opgelost. Als de provincie Overijssel dat terug weet te brengen naar minder dan 4 weken, dan zal de score op dit onderdeel verbeteren. 49 2

51 6. OVERIJSSEL WATERREIJK, IJSSELDELTA, VECHTDAL Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,5 3,6 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,6 4,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,4 4,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,6 3,4 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,4 4,4 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 3,4 4,8 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,9 4,23 Totaalwaardering, afgerond 50

52 Tabel 18: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Waterreijk, IJsseldelta en Vechtdal Waterreijk, IJssedelta, Vechtdal - Indicator (zie H 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 89% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 18% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 8,9 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,15 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen zijn aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 2 rondritten, norm is 2, afwijking norm 0-4. Er is wel gesaneerd 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 22 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Rustpunten, TOP's, P-WaterReijk, Verhalenpalen, Fietsvriendelijke bedrijven 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 95% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 2,2 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Waterreijk, IJsseldelta en Vechtdal: De regio Waterreijk, IJsseldelta en Vechtdal scoort op alle linies goed. Met een exacte totaalscore van 4,23 sterren, lijken de 5 sterren in zicht. Als de regio apart fietsbeleid weet te creëren en regulier overleg met alle aangrenzende regio s gaat invoeren, zal de score op het onderdeel beheer netwerk stijgen naar 5 sterren. De consument heeft geen invloed op deze score. De score op het aantal fietsvriendelijke voorzieningen in de regio is relatief laag. Als dit verhoogd kan worden, zal de totaalscore in het vakoordeel stijgen en zal hoogstwaarschijnlijk ook het oordeel van de consument op dit onderdeel in de toekomst hoger zijn. De regio heeft het afgelopen jaar duidelijk verbeteringen in het onderhoud van de bewegwijzering aangebracht. De score op deze indicator is sterk gestegen. Voor het vakoordeel wordt zelfs het maximaal aantal van 5 sterren behaald. Nu de regio het onderhoud beter op orde heeft, zal dit wellicht ook doorwerken in de score die de consumenten volgend jaar geven voor bewegwijzering. 51 2

53 7. OVERIJSSEL - SALLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,6 3,7 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,1 4,1 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,5 4,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 4,1 4,1 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,4 4,0 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 3,8 2,8 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,9 3,89 Totaalwaardering, afgerond 52

54 Tabel 19: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Salland Salland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 88% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 0% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 4 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 6,9 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,10 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen zijn aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 0 rondritten, norm is 1. Er is gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 46 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's, rustpunten, Fietsers Welkom 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Geen recreatief Fietsbeleid b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met deel beheerders van aangrenzende netwerken (Overijssel), regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, niet in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 15% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten Geen gegevens, onvoldoende afgeronde meldingen. Resultaat kwaliteitsmonitor Salland: De regio Salland scoort op de meeste indicatoren goed. Voor Salland is er zeker nog winst te behalen omdat deze regio het laagst scoort op de meest beïnvloedbare indicator. Als Salland de clustering van het LF-onderhoud en knooppuntonderhoud in een overeenkomst vastlegt stijgt de score op onderhoud enigszins. De meeste winst is te behalen door het onderhoud beter uit te voeren. Het oplossingspercentage lag in 2012 op slechts 15%. Dit moet vrij eenvoudig verhoogd kunnen worden. Als Salland het percentage weet te verhogen naar meer dan 85% en deze meldingen binnen 4 weken weet op te lossen, zal het vakoordeel op onderhoud stijgen naar 5 sterren. Als Salland apart fietsbeleid weet te bewerkstelligen en regulier overleg met de aangrenzende regio s arrangeert, stijgt ook de score op het onderdeel beheer naar 5 sterren. Als het vakoordeel op deze indicatoren naar 5 sterren stijgt, stijgt het totaaloordeel (bij gelijkblijvende overige scores) naar 4,43. Als op het onderdeel voorzieningen dan ook nog een kleine verbetering behaald kan worden, dan komen de 5 sterren voor deze regio in zicht. Salland moet er wel rekening mee houden dat het slechte onderhoud in 2012 zijn effecten kan hebben op het consumentenoordeel over de bewegwijzering. 53 2

55 8. OVERIJSSEL - TWENTE Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,4 3,6 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,1 4,1 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,1 4,5 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,3 3,3 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,6 5,0 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 3,8 3,8 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,8 4,08 Totaalwaardering, afgerond 54

56 Tabel 20: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Twente Twente - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 84% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 31% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 5 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 6,8 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,07 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden op dit moment aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 3 rondritten, norm is 2, afwijking norm 0-4. Er is wel gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 40 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP-locaties, TIP-locaties, rustpunten en steeds meer oplaadpunten 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Aparte beleidsnota Recreatief Fietsen. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 100% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 22,4 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Twente: Twente scoort vier sterren. Twente scoort op alle fronten meer dan drie sterren. Relatief het laagst wordt gescoord op het onderdeel voorzieningen langs de route. Hier is nog winst te behalen. De score op het onderdeel onderhoud is het afgelopen jaar niet verbeterd. Twente wist in 2012 wel alle klachten op te lossen, maar dit duurde te lang. De gemiddelde oplossingstermijn lag in 2012 op 22 weken. Als Twente dit terug weet te brengen naar minder dan 4 weken, zal de score op dit het onderdeel onderhoud stijgen naar 5 sterren. Als Twente het aantal fietsvriendelijke voorzieningen in de regio weet te verhogen, zal dit de score doen toenemen. Op het onderdeel kwaliteit netwerken kan Twente de maximale 5 sterren op het vakoordeel behalen door de problemen in de aansluitingen met andere werken daadwerkelijk in het veld aan te pakken. Of 5 sterren haalbaar is hangt mede af van het oordeel van de consumenten. Verbeteringen die Twente nu aanbrengt in bijvoorbeeld onderhoud en voorzieningen zullen echter pas later zichtbaar zijn in het oordeel van de consument. 55 2

57 9. GELDERLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,6 3,6 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,7 3,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 3,9 3,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,1 3,6 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,3 3,5 Aantal knooppuntnetwerken 4 4 Onderhoud bewegwijzering 3,3 3,1 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,6 3,54 Totaalwaardering, afgerond 56

58 Tabel 21: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Gelderland Gelderland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 84% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 52% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 6,3 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,12 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Niet alle fietsroutes vrij toegankelijk: Hoge Veluwe. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn deels gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 7 rondritten, norm is 5. In een deel van de regio s is gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 25 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,7 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's, Achterhoekse Gastvrijheidscultuur, Rustpunten, FietsStops 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties voor een deel van de regio's beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken voor deel regio's vastgelegd. Frequentie actualisatie verschilt per regio. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren door een deel van de regio's budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Deels vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 87% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 5,0 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Gelderland: De provincie Gelderland scoort in totaal 4 sterren. Op alle hoofdindicatoren wordt ongeveer gelijk gescoord. Op alle indicatoren is nog winst te boeken. Het eenvoudigst kunnen verbeteringen worden bewerkstelligd op de indicatoren kwaliteit routenetwerk, beheer routenetwerk en onderhoud bewegwijzering. Opvallend is dat de kwaliteit en beheer van het netwerk een lagere score hebben dan vorig jaar. Dit komt doordat voor de kwaliteitsmonitor wordt gewerkt met een vragenlijst en niet met veldstudie. Zo heeft Gelderland in haar antwoord aangegeven dat de netwerken zijn gecontroleerd en dat de problemen zijn aangepakt. De Veluwe heeft echter aangegeven dat problemen in die regio nog moeten worden aangepakt. Daaruit heeft het Fietsplatform geconcludeerd dat nog niet alle problemen in heel Gelderland daadwerkelijk aangepakt zijn. Wanneer ook de problemen in de aansluitingen op de Veluwe worden aangepakt, zal de score op de indicator kwaliteit routenetwerken voor Gelderland stijgen. Als dan ook nog de laatste stukjes knooppuntnetwerk worden gesynchroniseerd met de LF-route en de rondritten worden gesaneerd, dan zal de maximale score op het vakoordeel op kwaliteit routenetwerken worden gehaald. De score op de indicator beheer routenetwerk kan verhoogd worden door alle bordlocaties te digitaliseren en te zorgen dat dit actueel blijft. Een deel van de Gelderse regio s heeft dit al goed voor elkaar. Ook op het onderdeel onderhoud bewegwijzering is nog winst te behalen. Bij de kwaliteitsmonitor van 2012 ging het Fietsplatform er nog vanuit dat voor ieder routebord duidelijk was wie hiervoor verantwoordelijk was. In 2012 bleek dit echter niet het geval te zijn: tussen Rivierenland en Noord-Brabant bestond een stukje niemandsland waarvoor geen van beide partijen het onderhoud uitvoerde. Gelukkig is dit in 2013 opgelost. Verder is winst te behalen door de clustering van het onderhoud van LF-routes en knooppuntroutes vast te leggen in een overeenkomst en door klachten over de bewegwijzering iets sneller op te lossen. De oplossingstermijn ligt nu gemiddeld op 5 weken. Als dit teruggebracht kan worden naar minder dan 4 weken, dan stijgt de score. 57 2

59 10. GELDERLAND - ACHTERHOEK Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,7 3,7 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,7 4,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,5 4,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,3 3,3 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 4,4 4,4 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 4,8 4,3 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 4,0 4,22 Totaalwaardering, afgerond 58

60 Tabel 22: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor de Achterhoek Achterhoek - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 89% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 28% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 2 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 9,4 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,06 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen zijn aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er is 1 rondrit, norm is 2, afwijking norm 0-4. Er is wel gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 28 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,1 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers 40 TOP's, Rustpunten, Fietshulptassen 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, niet in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 96% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 2,1 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Achterhoek: De Achterhoek scoort ook dit jaar weer 4 sterren. Met een oplossingspercentage van 96% en een gemiddelde oplossingstermijn van 2 weken, is in de uitvoering van het onderhoud geen winst meer te halen. Wel kan winst behaald worden door de clustering van het LFonderhoud en het knooppuntonderhoud vast te leggen in een overeenkomst. Het vakoordeel op de indicator onderhoud zal dan stijgen naar 5 sterren. Op het onderdeel beheer kan de Achterhoek nog winst behalen door regulier te overleggen met alle aangrenzende regio s. Winst kan ook gezocht worden in verbetering van de score op het onderdeel voorzieningen. De Achterhoek heeft relatief veel picknickbanken en scoort daar dus goed op, maar er zijn relatief weinig fietsvriendelijke accommodaties en horeca. 59 2

61 11. GELDERLAND - VELUWE Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,7 3,8 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,6 4,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 3,4 4,0 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,8 4,1 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 2,3 3,6 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 3,4 4,5 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,2 3,98 Totaalwaardering, afgerond 60

62 Tabel 23: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor de Veluwe Veluwe - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 86% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 78% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 8,0 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,11 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Niet alle fietsroutes vrij toegankelijk: Hoge Veluwe. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn deels gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er is niet gesaneerd, geen plannen voor sanering. Er zijn 4 rondritten, norm is 2, afwijking norm Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 30 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,7 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Enkele TOP's, tientallen Rustpunten en enkele Veluwe Transferia 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties voor een deel beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minder dan één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd. f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 100% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 4,3 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Veluwe: De Veluwe scoort vier sterren. Op enkele onderdelen heeft de Veluwe ten opzichte van vorig jaar de score flink weten te verbeteren. De score op de indicator kwaliteit van het netwerk is sterk verbeterd. Dit komt doordat de LF-routes en knooppuntroutes voor het grootste deel zijn gesynchroniseerd. De Veluwe kan op dit aspect de maximale score van het vakoordeel behalen als de laatste stukjes route worden gesynchroniseerd, de geconstateerde problemen in de aansluitingen met andere netwerken worden opgelost en de bestaande rondritten in de regio worden gesaneerd. In de kwaliteitsmonitor van 2012 gaf het Fietsplatform aan dat investeren in digitaliseren de score op zowel het beheer als het daadwerkelijke onderhoud zou kunnen verbeteren. In de monitor van 2012 zien we dat deze verbetering ook daadwerkelijk is gehaald. Er is inmiddels budget voor het digitaliseren van de bordlocaties en een deel van deze locaties is gedigitaliseerd. Als dit digitaliseren compleet is, zal de score verder stijgen. Op de indicator Beheer routenetwerken is nog verdere winst te boeken. Door het beleid over recreatief fietsen in een aparte nota vast te leggen en regulier met aangrenzende regio s te overleggen. Als we kijken naar de uitvoering van het onderhoud dan scoort de Veluwe een oplossingspercentage van 100%. De winst op het onderhoud is te halen in de oplossingstermijn. Deze ligt nu op gemiddeld 4,3 weken. Als deze teruggebracht kan worden naar minder dan 4 weken, stijgt de score van het vakoordeel naar 5 sterren. 61 2

63 12. GELDERLAND RIVIERENLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap -- 3,7 Aantal inwoners Toegankelijkheid -- 4,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) -- 4,8 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes -- 2,5 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) -- 3,8 Aantal knooppuntnetwerken -- 1 Onderhoud bewegwijzering -- 2,6 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) -- 3,48 Totaalwaardering, afgerond -- 62

64 Tabel 24: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Rivierenland Rivierenland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 84% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 39% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 1 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,3 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,22 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn geen rondritten, geen afwijking norm. Er is wel gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 13 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,1 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers FietsStop in elke gemeente Rivierengebied 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties beschikbaar in GIS d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minder dan eens per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd. f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met deel beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Niet voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, niet in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 40% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 4,2 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Rivierenland: Rivierenland is dit jaar voor het eerst als aparte regio meegenomen. Een vergelijking met vorig jaar is daardoor niet mogelijk. De regio scoort 3 sterren, maar zit tegen de vier sterren aan. Met enkele verbeteringen moet het haalbaar zijn om 4 sterren te halen. Het eenvoudigst zijn verbeteringen aan te brengen in de scores op de indicatoren Beheer routenetwerk en Onderhoud bewegwijzering. Als het gaat om beheer van het netwerk, dan is het raadzaam om regulier te overleggen met de aangrenzende regio s. In 2012 was er sprake van een stukje niemandsland tussen Rivierenland en Noord-Brabant. Dit is in 2013 opgelost doordat het Fietsplatform beide netwerkbeheerders om tafel heeft gebracht. Wanneer er sprake was geweest van een regulier overleg tussen beide aangrenzende regio s, dan was dit probleem waarschijnlijk al veel eerder opgelost. Als een regulier overleg wordt gestart, zal de score op beheer routenetwerk stijgen. Bij de indicator onderhoud bewegwijzering kan de regio Rivierenland op alle onderdelen winst behalen. De meeste winst kan behaald worden door meer meldingen op te lossen en dit sneller te doen. Als het oplossingspercentage van 40% in 2012 kan worden verhoogd naar een gewenst minimum van 85% en de meldingen worden binnen 4 weken opgelost, dan stijgt het vakoordeel op de indicator Onderhoud van 2,6 naar 4 sterren. 63 2

65 13. GELDERLAND REGIO ARNHEM-NIJMEGEN Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap -- 2,6 Aantal inwoners Toegankelijkheid -- 2,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) -- 4,4 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes -- 2,9 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) -- 3,2 Aantal knooppuntnetwerken -- 1 Onderhoud bewegwijzering -- 2,7 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) -- 3,03 Totaalwaardering, afgerond -- 64

66 Tabel 25: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor de regio Arnhem Nijmegen Regio Arnhem-Nijmegen - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 74% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 29% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 5 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 2,7 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,18 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen zijn aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Geen sanering, ook geen plannen, afwijking norm Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 19 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Accommodatieborden langs de route, die verwijzen naar fietscafés, fietscampings en fietshotels 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties niet beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) n.v.t. e Budget voor actualisatie GIS bestanden n.v.t. f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Niet voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 92% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 6,4 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Regio Arnhem- Nijmegen: De Regio Arnhem-Nijmegen scoort 3 sterren. Deze regio is dit jaar voor het eerst als aparte regio meegenomen in de kwaliteitsmonitor. Een vergelijking met vorig jaar is daardoor niet mogelijk. De regio scoort relatief laag op de onderdelen landschap en toegankelijkheid. Dit zijn twee indicatoren waar de regio zelf niet veel invloed op uit kan oefenen. Het heeft vooral met de verstedelijkingsgraad te maken de score is een gemiddelde van het totale gebied. Regio Arnhem-Nijmegen heeft het afgelopen jaar hard gewerkt aan verbeteringen in het netwerk. Grote stappen zijn gezet. Dit is te zien aan de score van 4,4 op het onderdeel kwaliteit netwerk. Aan duidelijke afspraken over het onderhoud wordt hard gewerkt. Daarmee is het Fietsplatform ervan overtuigd dat de score op het deze indicator bij een volgende meting hoger zal zijn. Ook de score op beheer van het netwerk zal een volgende keer hoger zijn. Dit omdat de regio werkt aan het digitaliseren van de bordlocaties. Het zou voor deze regio goed zijn om een regulier overleg met de aangrenzende regio s te starten. Dat komt de kwaliteit van het netwerk ten goede en zal de score doen stijgen. Vier sterren in de totaalscore is voor deze regio zeker binnen bereik. 65 2

67 14. FLEVOLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,6 3,9 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,6 3,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 2,9 3,0 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 2,4 1,4 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 2,0 2,0 Aantal knooppuntnetwerken 2 3 Onderhoud bewegwijzering 3,3 2,6 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 2,9 2,84 Totaalwaardering, afgerond 66

68 Tabel 26: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Flevoland Flevoland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 92% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 1% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 1 bezienswaardigheid per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,1 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,19 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Grotendeels conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt (netwerken Almere en Noordoostpolder) c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn deels gesynchroniseerd (Almere niet) d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 8 rondritten, norm is 2. Geen gegevens over sanering. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 10 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Geen actuele gegevens 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats (Almere en Noordoostpolder) c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van deel netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Geen actuele gegevens f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Er vindt geen overleg plaats met alle beheerders van de netwerken. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 40% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 2,9 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Flevoland: Flevoland scoort drie sterren. Een deel van de uitvoering van de kwaliteitsmonitor gebeurt op basis van een vragenlijst die aan provincies en regio s is voorgelegd. Bij de provincie Flevoland was in het voorjaar van 2013 niemand beschikbaar om de vragenlijst in te vullen. Dit ondanks herhaalde verzoeken van de kant van het Fietsplatform. Om deze reden is voor sommige vragen uitgegaan van de antwoorden die de provincie heeft verstrekt voor de kwaliteitmonitor van 2012 en van de kennis die bij het Fietsplatform zelf aanwezig is. Flevoland scoort relatief laag op het voorzieningenniveau. Het stimuleren van de ontwikkeling van voorzieningen langs de route kan ook een hogere score tot gevolg hebben. De kwaliteit van het netwerk in Flevoland zal een hogere score krijgen zodra de laatste delen van Flevoland voorzien zijn van een fietsroutenetwerk. In het voorjaar van 2013 is met de opening van het netwerk van Zeewolde, weer een stukje verdichting gerealiseerd. Als Lelystad en Dronten ook een netwerk krijgen, zal de score op kwaliteit van het netwerk toenemen. In het beheer van het netwerk kunnen nog verbeteringen worden aangebracht. Digitaliseren van bordlocaties en deze actueel houden zou het beheer verbeteren. Ook zou een regulier overleg tussen de netwerkbeheerders zorgen voor verbetering van het beheer. In het onderhoud van de bewegwijzering is ook nog winst te behalen. Het sluiten van een overeenkomst waarin de clustering van het onderhoud van LF-routes en knooppuntroutes wordt vastgelegd, zal de score doen stijgen. Dit geldt ook voor het verhogen van het aantal opgeloste meldingen. 67 2

69 15. UTRECHT Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,3 3,4 Aantal inwoners Toegankelijkheid 1,7 2,2 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 3,5 4,1 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 2,8 3,4 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 3,9 2,5 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 2,5 1,8 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,0 2,89 Totaalwaardering, afgerond 68

70 Tabel 27: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Utrecht Utrecht - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 75% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 69% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 8 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 2,8 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,19 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's De aansluiting gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er is 1 rondrit, norm is 2, er is niet gesaneerd, ook geen plannen voor sanering. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 22 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,2 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 1,0 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOPs en poorten. Fietsvriendelijke horeca. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Geen afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé niet vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken niet beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) n.v.t. e Budget voor actualisatie GIS bestanden n.v.t. f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Er is één netwerkbeheerder. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 39% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 21,2 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Utrecht: Utrecht scoort 3 sterren. De score op het onderdeel toegankelijkheid is relatief laag. Daarbij gaat het om het aantal fietsmogelijkheden per 1000 inwoners. Dit ligt in Utrecht ver onder het gemiddelde van Nederland. Daarnaast gaat het om de mate van compartimentering van die fietsmogelijkheden: het aantal barrières. Hierop scoort de provincie Utrecht ook laag. Dit komt omdat er veel spoorwegen en wegen door Utrecht lopen en er gemiddeld genomen al weinig fietsmogelijkheden zijn. Deze barrières kunnen niet op korte termijn worden weggenomen. Dit onderdeel is moeilijk op korte termijn te beïnvloeden. Waar wel snel winst te behalen is, zijn de onderdelen beheer en onderhoud. De score zal toenemen wanneer duidelijke afspraken zijn gemaakt over verantwoordelijkheid voor het actueel houden van de bestanden van het tracé van de routes. In 2012 was hierover nog grote onduidelijkheid. In het voorjaar van 2013 zijn hierover afspraken gemaakt. Het Fietsplatform gaat er dan ook vanuit dat de score bij een volgende monitor hoger zal liggen. Ook kan de score verhoogd worden door de bordlocaties te digitaliseren en de bestanden daarvan deze actueel houden. Ook hier wordt in 2013 door de provincie hard aan gewerkt. In 2012 was het onderhoud van de LF-routes en het onderhoud van de bewegwijzering van de knooppuntroutes niet geclusterd. Alhoewel hier duidelijke redenen aan ten grondslag lagen, is dit geen gewenste situatie. Wanneer bestaande afspraken aflopen en het onderhoud in de toekomst wel geclusterd kan worden, zal de score toenemen. Een verbetering van de score is snel te behalen door het oplossingspercentage te verhogen. Deze lag in 2012 op 39%. Duidelijke afspraken over het onderhoud en goede controle op het werk van de onderhoudsinstantie zou moeten kunnen leiden tot het gewenste oplossingspercentage van meer dan 85%. Als ook de oplossingstermijn teruggeschroefd kan word naar minder dan 4 weken, zal de score nog verder stijgen. 69 2

71 16. NOORD-HOLLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,3 3,3 Aantal inwoners Toegankelijkheid 1,7 1,8 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 1,9 3,6 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,6 3,8 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 1,4 2,4 Aantal knooppuntnetwerken 11 9 Onderhoud bewegwijzering 2,4 2,5 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 2,3 2,88 Totaalwaardering, afgerond 70

72 Tabel 28: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Noord-Holland Noord-Holland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 77% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 29% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 8 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 2,7 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,20 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Niet alle fietsroutes vrij toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's De aansluiting gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn deels gesynchroniseerd (Gooi en Vechtstreek/ Naarden niet) d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 11 rondritten, norm is 4. Er is in deel regio's gesaneerd, afwijking >4. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 28 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's worden in 2013 gerealiseerd. Rustpunten zijn in gerealiseerd 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocatie netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Voor een deel regio's afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt voor een deel van de regio's plaats. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren voor deel regio's budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Niet voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is, soms individuele gemeenten g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Geen overleg met beheerders netwerken. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Niet voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 77% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 7 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Noord-Holland: De provincie Noord-Holland scoort 3 sterren, daarmee is de score ten opzichte van vorig jaar verbeterd. Op de indicator toegankelijkheid scoort de provincie laag. Deze score is op korte termijn niet sterk te verbeteren. Wel kan de score iets verbeterd worden door alle routes van de netwerken vrij en gratis toegankelijk te maken. Probleem in Noord-Holland is dat er veel verschillende fietsroutenetwerken zijn. Niet voor alle netwerken is één duidelijke verantwoordelijke partij aan te wijzen. Dit zorgt er bijvoorbeeld voor dat het lastig is om een regulier overleg met de netwerkbeheerders op te zetten. In de kwaliteitsmonitor van 2012 heeft het Fietsplatform geadviseerd om voor de regio s Kop van Noord Holland en Noord-Kennemerland één partij als aanspreekpunt/verantwoordelijke partij aan te wijzen. Dit is voor de regio Noord-Kennemerland gedaan. Daar is de aangrenzende regio West Friesland nu de netwerkbeheerder. Voor de Kop van Noord Holland blijft het probleem bestaan dat iedere gemeente verantwoordelijk is voor zijn eigen deel van het netwerk. De provincie scoort laag op de indicator onderhoud bewegwijzering. Deze score kan verhoogd worden door het onderhoud van de LF-routes en knooppuntroutes te clusteren en dit in een overeenkomst vast te leggen. Ook kan de score in het oplossingspercentage en de oplossingstermijn nog verbeterd worden. 71 2

73 17. NOORD-HOLLAND - TEXEL Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 4,5 4,5 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,8 4,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,8 4,4 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 4,4 4,7 Waarvan lengte LF-netwerk (km) 0 0 Beheer routenetwerk(en) 2,5 4,6 Aantal knooppuntnetwerken 1 1 Onderhoud bewegwijzering 4,8 4,8 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,9 4,62 Totaalwaardering, afgerond 72

74 Tabel 29: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Texel Texel - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 92% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 26% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 4 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 24,0 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,00 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's N.v.t. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes N.v.t, geen LF-route d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn geen rondritten. Er is niet gesaneerd, geen plannen om te saneren. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes niet bekend b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 1,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Overstappunt bij de boot naar Texel. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Er is één beheerder, er zijn geen aangrenzende netwerken. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Geen LF-route c Oplossingspercentage klachten Niet van toepassing: geen meldingen d Oplossingstermijn klachten Niet van toepassing: geen meldingen Resultaat kwaliteitsmonitor Texel: Texel scoort het maximaal aantal van 5 sterren in de kwaliteitsmonitor van Daarmee is de score van vorig jaar flink verhoogd. Texel scoort over de volle breedte goed. In het afgelopen jaar zijn verbeteringen aangebracht in het onderdeel beheer routenetwerken waardoor de score op dit aspect sterk is gestegen. Voor Texel ligt de uitdaging niet zozeer in het verbeteren van de score, maar in het behouden ervan. Voor de onderdelen landschap, toegankelijkheid en kwaliteit netwerk zal dat niet heel lastig zijn. Ten aanzien van de fietsvriendelijke voorzieningen zal Texel waakzaam moeten blijven. De score hiervan wordt bepaald op basis van het gemiddeld aantal voorzieningen. Als andere regio s gaan investeren in voorzieningen, gaat het gemiddelde wellicht omhoog en kan het zijn dat Texel met gelijkblijvend aantal voorzieningen een lagere score behaalt. Ook ten aanzien van het onderhoud is waakzaamheid geboden. In 2012 werden geen meldingen over de bewegwijzering gedaan. Daardoor haalde Texel de maximale score in het vakoordeel op dit aspect. Als in 2013 wel meldingen worden gedaan, dienen deze binnen 4 weken opgelost te worden om de maximale score te behouden. Het Fietsplatform heeft er alle vertrouwen in dat Texel de hoge score kan behouden. 73 2

75 18. ZUID-HOLLAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 2,8 2,8 Aantal inwoners Toegankelijkheid 1,7 2,3 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 2,2 3,4 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,1 3,1 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 1,9 3,5 Aantal knooppuntnetwerken Onderhoud bewegwijzering 2,4 2,4 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 2,3 2,91 Totaalwaardering, afgerond 74

76 Tabel 30: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Zuid-Holland Zuid-Holland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 69% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 43% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 9 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 2,6 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,18 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Grotendeels conform landelijke standaard (Krimpenerwaard en Hoeksche Waard niet) b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden op dit moment aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 27 rondritten, norm is 4, afwijking >4. Plannen voor sanering <2 jaar. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 15 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,0 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,3 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP's 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van deel netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minder dan één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Er vindt overleg plaats met alle beheerders van de netwerken, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 65% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 11,2 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Zuid-Holland: Zuid-Holland scoort 3 sterren. Dat is verbetering ten opzichte van vorig jaar. Deze verbeteringen worden vooral gehaald op de indicatoren Kwaliteit routenetwerken en Beheer routenetwerken. De score op beheer routenetwerken kan nog verder verhoogd worden door alle bordlocaties te digitaliseren en te zorgen dat deze en de digitale informatie van routelijnen daadwerkelijk wordt geactualiseerd. De score op de kwaliteit van het netwerk kan ook nog stijgen. De provincie Zuid-Holland heeft alle problemen in aansluitingen tussen de netwerken geïnventariseerd. Als deze problemen in het veld daadwerkelijk worden aangepakt, zal de score stijgen. De grootste verbetering kan gehaald worden op het onderdeel onderhoud. Het clusteren van het onderhoud van LF-routes en knooppuntroutes in één overeenkomst verhoogt de score. De diverse netwerkbeheerders zullen in moeten zetten op verbetering van het onderhoud. Als zij het oplossingspercentage van 65% weten te verhogen naar meer dan 85% en de oplossingstermijn weten terug te brengen van 11 weken naar minder dan 4 weken, dan kan de maximale score op het vakoordeel worden gehaald. Om dit te bereiken is het noodzakelijk dat alle regio s in Zuid-Holland budget beschikbaar stellen voor het onderhoud. Zonder budget is goed onderhoud niet mogelijk. 75 2

77 19. ZEELAND Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,7 3,8 Aantal inwoners Toegankelijkheid 4,6 4,6 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,4 4,4 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,6 3,3 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 3,1 3,5 Aantal knooppuntnetwerken 5 1 Onderhoud bewegwijzering 3,6 3,5 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,6 3,85 Totaalwaardering, afgerond 76

78 Tabel 31: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Zeeland Zeeland - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 86% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 32% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 4 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 13,0 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,08 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 17 rondritten, norm is 3, er is gesaneerd 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 7 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 0,8 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 2,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers TOP-punten (rondom Veerse Meer) en uitbreiding aantal bankjes. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van deel netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats, exacte frequentie is nog niet bekend e Budget voor actualisatie GIS bestanden Gesprekken zijn gaande tussen provincie en routebureau over eenmalige investering Easygis f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Er is één beheerder 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 74% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 6 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Zeeland: Zeeland scoort net als vorig jaar 4 sterren. De scores op de hoofdindicatoren wijken niet veel af van vorig jaar. De score op voorzieningen is gedaald. Dit komt omdat gewerkt wordt met gemiddelden. Het gemiddeld aantal fietsservicepunten in Nederland is bijvoorbeeld gestegen. Zeeland zat vorig jaar nog rond het gemiddelde, dit jaar onder het gemiddelde. Voor Zeeland is nog winst te behalen op de onderdelen beheer routenetwerk en onderhoud bewegwijzering. In Zeeland is inmiddels gestart met het digitaliseren van de bordlocaties. Dat belooft voor volgend jaar een hogere score op het onderdeel beheer routenetwerk. Wil Zeeland een hogere score halen op het onderhoud, dan moet het oplossingspercentage omhoog. Dit ligt nu op 74% en moet naar minimaal 85% om de maximale score op dit onderdeel te behalen. De oplossingstermijn van gebreken in Zeeland is 6 weken. Als Zeeland dit terug weet te brengen naar minder dan 4 weken, dan kan de maximale score op het vakoordeel van het onderdeel onderhoud worden gehaald. 77 2

79 20. NOORD-BRABANT Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,3 3,3 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,7 3,7 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 3,4 3,6 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 2,8 3,0 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 3,6 5,0 Aantal knooppuntnetwerken 8 8 Onderhoud bewegwijzering 4,0 2,1 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,3 3,49 Totaalwaardering, afgerond 78

80 Tabel 32: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Noord-Brabant Noord-Brabant - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 80% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 11% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 5 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 5,2 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,11 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Grotendeels conform landelijke standaard (alleen grote borden en centrumverbindingen) b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden op dit moment aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn deels gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 3 rondritten, norm is 7, afwijking norm 0-4. Er is gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 11 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 1,0 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 0,9 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 0,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Natuurpoorten (Brabantse variant van TOP's), fietscafé's omzetten naar fietsers welkom 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Aparte beleidsnota Recreatief Fietsen. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocatie netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Niet voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken vindt plaats door verschillende instanties. c Oplossingspercentage klachten 71% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 7,2 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Noord-Brabant: De provincie Noord-Brabant scoort drie sterren. Dit is echter een zeer ruime 3 sterren die tegen de 4 sterren aan zit. Met enkele verbetering moet het voor deze provincie mogelijk zijn om bij een volgende monitor 4 sterren te scoren. De provincie Noord-Brabant heeft het afgelopen jaar hard gewerkt aan de verbetering van de organisatie van de netwerken. De provincie heeft een aparte beleidsnota voor recreatief fietsen. Het effect van beleid en budget voor recreatief fietsen komt nog niet tot uiting in de score van Noord-Brabant. Het Fietsplatform gaat ervan dat dit een kwestie van tijd is. De score op het onderdeel beheer is goed. De score op de onderdelen kwaliteit, voorzieningen en onderhoud blijft nog wat achter. In Noord-Brabant wordt voor de bewegwijzering van het fietsroutenetwerk nog gebruik gemaakt van centrumverbindingen. Daarmee wijkt deze provincie af van de standaard bewegwijzering van routenetwerken. Noord- Brabant heeft zelf geconstateerd dat fietsers dit niet altijd goed begrijpen en werkt aan het opheffen van deze centrumverbindingen. Als dat gereed is, zal de provincie hoger scoren op het onderdeel kwaliteit routenetwerken. Als dan ook de problemen in de aansluitingen met de aangrenzende netwerken worden aangepakt en de laatste stukjes knooppuntroute worden gesynchroniseerd met de LF-routes, zal Noord-Brabant de maximale score behalen in het vakoordeel op het onderdeel kwaliteit. Opvallend is dat de provincie dit jaar lager scoort op het onderhoud van de bewegwijzering dan vorig jaar. Verbetering in deze score kan gehaald worden door het LF-onderhoud en het knooppuntonderhoud te clusteren en dit in een overeenkomst vast te leggen. Verbetering van het oplossingspercentage en de oplossingstermijn zal ook leiden tot een hogere score. 79 2

81 21. LIMBURG Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap 3,0 3,0 Aantal inwoners Toegankelijkheid 3,6 3,1 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) 4,0 3,9 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes 3,0 4,2 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) 3,8 3,2 Aantal knooppuntnetwerken 2 3 Onderhoud bewegwijzering 3,7 4,0 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) 3,4 3,49 Totaalwaardering, afgerond 80

82 Tabel 33: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Limburg Limburg - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 77% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 23% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 4 bezienswaardigheden per 100 km2 (Holland-database NBTC) 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 4,9 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,14 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden op dit moment aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn 7 rondritten, norm is 3, afwijking norm 0-4. Deel regio's gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 15 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 2,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 1,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,7 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Met ondernemers bezig met Fietsers Welkom (Zuid-Limburg). Langs N271 worden TOP's gerealiseerd (Noord- en Midden-Limburg). 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid voor deel van regio's. Actualisatie deel tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van deel netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Geen afspraken verantwoordelijkheid e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren door een deel van de regio's budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Voor alle routenetwerken bekend wie verantwoordelijke beheerder is. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 63% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 3,8 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Limburg: Limburg scoort 3 sterren. Dit is echter een zeer ruime 3 sterren die tegen de 4 sterren aan zit. Met enkele verbetering moet het voor deze provincie mogelijk zijn om bij een volgende monitor 4 sterren te scoren. Met een verbetering van de score op de onderdelen kwaliteit, beheer en onderhoud, moet 4 sterren haalbaar zijn. Opvallend zijn de verschillen tussen de twee regio s in Limburg op de onderdelen beheer en onderhoud. Noorden Midden Limburg heeft het afgelopen jaar veel geïnvesteerd in het netwerk. De routes en bordlocaties zijn gedigitaliseerd. Dit heeft geleid tot een goede score op het onderdeel beheer voor deze regio. In Zuid-Limburg is nog niets gedigitaliseerd, waardoor de score voor deze regio en voor de gehele provincie laag blijft. Voor het onderhoud geldt het omgekeerde. Daar scoort Zuid-Limburg heel goed, maar haalt Noord- en Midden Limburg de score voor de provincie als geheel naar beneden. De score van de provincie als geheel zal snel stijgen als de regio Noord- en Midden Limburg het oplossingspercentage en de oplossingstermijn weet te verbeteren en de regio Zuid-Limburg een digitaliseringsslag maakt. 81 2

83 22. LIMBURG - NOORD- EN MIDDEN-LIMBURG Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap -- 3,2 Aantal inwoners Toegankelijkheid -- 4,1 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) -- 4,4 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes -- 3,8 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) -- 4,6 Aantal knooppuntnetwerken -- 2 Onderhoud bewegwijzering -- 3,1 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) -- 3,84 Totaalwaardering, afgerond -- 82

84 Tabel 34: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Noord- en Midden Limburg Noord- en Midden Limburg - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 83% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 5% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 3 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 7,3 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,12 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen worden aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Er zijn geen rondritten, afwijking norm 0-4, er is gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 14 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 2,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 1,6 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 2,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Er zijn TOP's, gepsprekken bij Provincie Limburg voor meer TOP's. Er wordt een onderzoek uitgevoerd naar hoeveelheid rustpunten. 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties van alle netwerken beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) Afspraken zijn vastgelegd. Actualisatie minimaal één keer per jaar. e Budget voor actualisatie GIS bestanden Voor komende jaren budget gereserveerd (vastgesteld beleid). f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met alle beheerders van aangrenzende netwerken, regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 47% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 6,4 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Noord- en Midden Limburg: De regio Noord- en Midden Limburg scoort 4 sterren. Deze regio is vorig jaar niet als aparte regio meegenomen in de monitor waardoor vergelijking van resultaten niet mogelijk is. De Regio Noord- en Midden Limburg heeft de afgelopen jaren een duidelijke ontwikkeling doorgemaakt. Er is geïnvesteerd in het digitaliseren van de data van de routenetwerken wat heeft geleid tot een goede score op het onderdeel beheer routenetwerken. Het onderhoud is in deze regio het afgelopen jaar duidelijk achter gebleven bij de ontwikkelingen op het gebied van beheer. Voor deze regio is het meeste winst te behalen door het onderhoud te verbeteren. Het oplossingspercentage lag in 2012 op 47%. Als dit verhoogd kan worden naar meer van 85% en deze oplossingen binnen 4 weken gerealiseerd kunnen worden, dan kan de score op het vakoordeel over onderhoud stijgen naar 5 sterren. Deze maximale score is ook haalbaar op het vakoordeel over kwaliteit routenetwerken als de regio de problemen in de aansluiting met andere netwerken oplost. 83 2

85 23. LIMBURG - ZUID-LIMBURG Kerncijfers Toekenning sterren (0-5 sterren) Oppervlakte in km Landschap -- 2,5 Aantal inwoners Toegankelijkheid -- 2,6 Totale lengte fietsmogelijkheden (km) Kwaliteit routenetwerk(en) -- 3,7 Totale lengte routenetwerk (km) Voorzieningen langs de routes -- 4,2 Waarvan lengte LF-netwerk (km) Beheer routenetwerk(en) -- 3,2 Aantal knooppuntnetwerken -- 1 Onderhoud bewegwijzering -- 4,7 Aantal knooppunten Totaalwaardering, gewogen (exact) -- 3,42 Totaalwaardering, afgerond -- 84

86 Tabel 35: Exacte waardes/ antwoorden bij de indicatoren voor Zuid-Limburg Zuid-Limburg - Indicator (zie Hoofdstuk 2) 1. Landschap Waarde/antwoord a Aanwezigheid landbouwgebied, bos/natuur, water 68% van totale oppervlakte b Aanwezigheid Nationaal Park en Nationaal Landschap 58% van totale oppervlakte c Bezienswaardigheden (attracties, musea) 5 bezienswaardigheden per 100 km2 2. Toegankelijkheid a Aantal fietsmogelijkheden 3,1 km per 1000 inwoners b Mate van compartimentering 0,15 km barrière per km fietsmogelijkheid c Toegankelijkheid fietsroutenetwerken Alle fietsroutes openbaar en vrij (gratis) toegankelijk. 3. Kwaliteit routenetwerken a Uitvoering bewegwijzering knooppuntnetwerk Conform landelijke standaard b Aansluiting bewegwijzering op aangrenzende regio's Aansluitingen gecontroleerd, problemen zijn aangepakt. c Synchronisatie LF-routes met knooppuntroutes LF-routes en knooppuntroutes zijn gesynchroniseerd. d Sanering thematische bewegwijzerde rondritten Norm is 1, er zijn 7 rondritten, afwijking norm >4. Er is niet gesaneerd. 4. Voorzieningen langs de routes a Aanwezigheid bankjes 16 bankjes per 100 km fietsmogelijkheid b Aanwezigheid ANWB Fietsservicepunten 2,4 adressen per 100 km fietsmogelijkheid c Aanwezigheid fietsvriendelijke daghoreca 1,8 adressen per 100 km fietsmogelijkheid d Aanwezigheid fietsvriendelijke verblijfsaccommodaties 1,5 adressen per 100 km fietsmogelijkheid e Pluspunten faciliteiten voor fietsers Er zijn initiatieven met "Fietsers Welkom" opgepakt met ondernemers. Er zijn tevens gesprekken gestart met de Provincie over het creëren van extra rustplaatsen en/of zogenaamde TOP's 5. Beheer routenetwerk a Recreatief fietsbeleid Specifiek aandacht voor recreatief fietsen. Geen aparte beleidsnota. b Verantwoordelijkheid, actualisatie tracé routenetwerk Afspraken verantwoordelijkheid. Actualisatie tracé vindt plaats. c Digitalisering bordlocaties (leesbaar in GIS) Bordlocaties niet beschikbaar in GIS. d Actualisatie gegevens bordlocaties (leesbaar in GIS) nvt e Budget voor actualisatie GIS bestanden nvt f Verantwoordelijkheid routenetwerken Er is één netwerkbeheerder. g Overleg verschillende routenetwerkbeheerders Overleg met deel beheerders van aangrenzende netwerken, niet regulier. 6. Onderhoud bewegwijzering a Uitvoering onderhoud borden Voor elke locatie vastgelegd wie verantwoordelijk is voor uitvoering en financiering ervan. b Clustering onderhoud LF- en knooppuntroutes Uitvoering onderhoud beide netwerken door dezelfde instantie, wel in overeenkomst vastgelegd. c Oplossingspercentage klachten 100% van de gemelde klachten is opgelost. d Oplossingstermijn klachten De gemiddelde oplostermijn is 0,6 weken. Resultaat kwaliteitsmonitor Zuid-Limburg: De regio Zuid-Limburg scoort 3 sterren. De score zit wel tegen de 4 sterren aan. Het Fietsplatform verwacht dat het mogelijk is om bij een volgende kwaliteitsmonitor 4 sterren te behalen. Opvallend is de lage score op landschap. Bij Zuid-Limburg wordt in eerste instantie alleen gedacht aan het zuidelijkste deel van Zuid- Limburg. De regio is echter groter dan dat landelijke zuidelijke deel. Het percentage bos en agrarisch- en natuurlijk terrein ligt voor de gehele regio ver onder het landelijk gemiddelde. Dit maakt het voor deze regio vrijwel onmogelijk om op het onderdeel landschap een hoge score te behalen. Het onderhoud wordt in deze regio zeer goed uitgevoerd. Met een oplossingspercentage van 100% en een oplossingtermijn van minder dan een week, behoort deze regio bij de top van Nederland. Verbetering van de score in de kwaliteitsmonitor moet voor deze regio gezocht worden in de kwaliteit en het beheer van het routenetwerk. Als bestaande bewegwijzerde rondritten gesaneerd worden, zal de score op de kwaliteit van het netwerk stijgen. Voor verbetering van de score op het beheer van het netwerk zal een digitaliseringsslag plaats moeten vinden. Het beschikbaar stellen van budget hiervoor is de eerste stap. Daarna kan digitalisering plaatsvinden. Vervolgens dienen deze gegevens actueel gehouden te worden. Als de regio deze digitaliseren weet te bewerkstelligen, zijn 4 sterren zeker haalbaar. 85 2

87 Bijlage B: Vragenlijst provinciaal beleid 86

88 87 2

89 88

90 89 2

91 Bijlage C: Vragenlijst regionaal beleid 90

92 91 2

Fietsrecreatiemonitor en kwaliteitsmonitor

Fietsrecreatiemonitor en kwaliteitsmonitor Jubileumsymposium Fietsplatform, Driebergen, 10 mei 2012 Fietsrecreatiemonitor en kwaliteitsmonitor Eric Nijland, directeur Fietsplatform beheer KWALITEIT! voorlichting monitoring 2 Monitoring kennis van

Nadere informatie

Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2015. mei 2015

Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2015. mei 2015 Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2015 mei 2015 Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2015 Stichting Landelijk Fietsplatform mei 2015 1 2 2 Inhoudsopgave Samenvatting blz. 4 1. Inleiding 6 1.1. Nederland Fietsland

Nadere informatie

Kwaliteitsmonitor fietsregio s

Kwaliteitsmonitor fietsregio s Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2017 Kwaliteitsmonitor fietsregio s 2017 Stichting Landelijk Fietsplatform mei 2017 1 2 Inhoudsopgave Samenvatting blz. 4 1. Inleiding 6 1.1. Nederland Fietsland 6 1.2.

Nadere informatie

Fietsrecreatiemonitor Cijfers Fietsdagtochten

Fietsrecreatiemonitor Cijfers Fietsdagtochten Stichting Landelijk Fietsplatform Postbus 846 3800 AV Amersfoort 033-4653656 info@fietsplatform.nl Fietsrecreatiemonitor Cijfers Fietsdagtochten Kerncijfers fietsdagtochten 2012/2013 Aantal fietsdagtochten

Nadere informatie

25 jaar Fietsplatform waar staan we?

25 jaar Fietsplatform waar staan we? Jubileumcongres Fietsplatform, Driebergen, 10 mei 2012 25 jaar Fietsplatform waar staan we? Jan Dijkema, voorzitter Fietsplatform organisatie Vertegenwoordigd in bestuur: Strategische samenwerkingspartners:

Nadere informatie

Verdieping Fietsdagtochten

Verdieping Fietsdagtochten Verdieping Fietsdagtochten (2013) Het Fietsplatform presenteert met de Fietsrecreatiemonitor cijfers en trends rondom het recreatieve fietsen in Nederland. Deze verdieping is een aanvulling op de cijfers

Nadere informatie

Route-netwerk-bijeenkomst. 22 mei 2014, Geofort, Herwijnen

Route-netwerk-bijeenkomst. 22 mei 2014, Geofort, Herwijnen Route-netwerk-bijeenkomst 22 mei 2014, Geofort, Herwijnen Route-netwerk-bijeenkomst 22 mei 2014, Geofort, Herwijnen Wandelnet/Fietsplatform waar staan we/ waar gaan we naar toe? Spanningsveld: Wandelen/fietsen

Nadere informatie

Zicht op Nederland Fietsland

Zicht op Nederland Fietsland Zicht op Nederland Fietsland Samenvatting - juli 2009 Kansen verzilveren Investeren in recreatief fietsen loont! In Nederland worden jaarlijks miljoenen recreatieve fietstochten gemaakt. Ritjes van een

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

PROVINCIE FLEVOLAND. Provinciale Staten van Flevoland D.t.v. de griffier mevrouw A. Kost INTERN. Beantwoording statenvragen CU recreatief fietsen

PROVINCIE FLEVOLAND. Provinciale Staten van Flevoland D.t.v. de griffier mevrouw A. Kost INTERN. Beantwoording statenvragen CU recreatief fietsen PROVINCIE FLEVOLAND Postbus 55 8200 AB Lelystad Provinciale Staten van Flevoland D.t.v. de griffier mevrouw A. Kost Telefoon (0320)-265265 Fox (0320)-265260 E-mail provincie@flevoland. nl Website www.flevoland.nl

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s

Bekendheid Overijsselse regio s Rapport Bekendheid Overijsselse regio s Resultaten 2-meting december Rapportage: januari 2011 Bestemd voor: Aljona Wertheim-Davygora, Provincie Overijssel nbtc nipo research postadres Postbus 458 2260

Nadere informatie

Kracht van regiomerken onderzoek 2013 Provincie Flevoland. Den Haag, december 2013

Kracht van regiomerken onderzoek 2013 Provincie Flevoland. Den Haag, december 2013 Kracht van regiomerken onderzoek 2013 Provincie Flevoland Den Haag, december 2013 Aanleiding onderzoek regiobranding gaat tegenwoordig verder dan alleen promotie ontwikkeling van toeristisch merk inzicht

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s

Bekendheid Overijsselse regio s Rapport Bekendheid Overijsselse regio s Resultaten 0-meting december 2008 Rapportage: januari 2009 Bestemd voor: Jolanda Vrolijk, Provincie Overijssel nbtc nipo research postadres Postbus 458 2260 MG Leidschendam

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Groningen

Recreatief fietsen in Groningen Recreatief fietsen in Groningen Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Groningen en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Groningen mogelijk te maken? nov 16 Woord

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s

Bekendheid Overijsselse regio s Rapport Bekendheid Overijsselse regio s Resultaten 1-meting december Rapportage: januari 2010 Bestemd voor: Jolanda Vrolijk, Provincie Overijssel nbtc nipo research postadres Postbus 458 2260 MG Leidschendam

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s. Rapportage meting 4 (december 2012)

Bekendheid Overijsselse regio s. Rapportage meting 4 (december 2012) Bekendheid Overijsselse regio s Rapportage meting 4 (december 202) NBTCNIPO Research Postadres Postbus 63470 2502 JL Den Haag Bezoekadres Prinses Catharina Amaliastraat 5, Den Haag Grote Bickersstraat

Nadere informatie

Investeren in de fiets: gegarandeerd rendement 29 oktober 2008

Investeren in de fiets: gegarandeerd rendement 29 oktober 2008 De economische waarde van welkom recreatief fietsen Investeren in de fiets: gegarandeerd rendement 29 oktober 2008 De economische waarde van recreatief fietsen Voorzitter: Maartje Schlebusch bestuurslid

Nadere informatie

Verdieping Fietsvakanties

Verdieping Fietsvakanties Verdieping Fietsvakanties (2013) Het Fietsplatform presenteert met de Fietsrecreatiemonitor cijfers en trends rondom het recreatieve fietsen in Nederland. Deze verdieping is een aanvulling op de cijfers

Nadere informatie

Bekendheid Overijsselse regio s

Bekendheid Overijsselse regio s Rapport Bekendheid Overijsselse regio s Resultaten 3-meting december 2011 Rapportage: januari 2012 Bestemd voor: Aljona Wertheim-Davygora, Provincie Overijssel nbtc nipo research postadres Postbus 458

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Friesland

Recreatief fietsen in Friesland Recreatief fietsen in Friesland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Friesland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Friesland mogelijk te maken? nov 16 Woord

Nadere informatie

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006 Bedrijfsprofiel 1 & 2 sterrenhotels in beeld Van Spronsen & Partners horeca-advies December 26 In dit profiel: Aanbod - - - - - - - - - - - - - - - -2 Ontwikkeling - - - - - - - - - - - - 3 Branche onder

Nadere informatie

Fietsknooppuntensysteem 2.0. Rapportage van het onderzoek naar verbetermogelijkheden van het Zeeuwse fietsknooppuntensysteem

Fietsknooppuntensysteem 2.0. Rapportage van het onderzoek naar verbetermogelijkheden van het Zeeuwse fietsknooppuntensysteem Fietsknooppuntensysteem 2.0 Rapportage van het onderzoek naar verbetermogelijkheden van het Zeeuwse fietsknooppuntensysteem Achtergrond onderzoek Als onderdeel van de businesscase recreatieve infrastructuur

Nadere informatie

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012

Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Oktober 2013 Samenvatting Provinciebreed wordt er in 2012 met 91% van de medewerkers een planningsgesprek gevoerd, met 81% een voortgangsgesprek en met

Nadere informatie

Tenzij anders staat aangegeven, bevat het rapport gemiddelde scores (schoolcijfer).

Tenzij anders staat aangegeven, bevat het rapport gemiddelde scores (schoolcijfer). Instelling: (45) Stadsarchief Amsterdam Toelichting op het rapport Dit rapport bestaat uit 3 onderdelen. Deel 1 Resultaten Dit deel bevat de actuele resultaten van uw instelling. Indien eerder aan de Kwaliteitsmonitor

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Nederland

Recreatief fietsen in Nederland Recreatief fietsen in Nederland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Nederland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Nederland mogelijk te maken? nov 16 Woord

Nadere informatie

Verkiezing en methode

Verkiezing en methode Verkiezingsuitslag Verkiezing en methode Het Leukste uitje van het Jaar wordt bepaald op basis van een onderzoek onder ANWB leden. Dit onderzoek bestaat uit twee rondes, namelijk een nominatieronde en

Nadere informatie

Brug slaan tussen recreatief en utilitair fietsen. Eric Nijland, directeur Landelijk Fietsplatform

Brug slaan tussen recreatief en utilitair fietsen. Eric Nijland, directeur Landelijk Fietsplatform Brug slaan tussen recreatief en utilitair fietsen Eric Nijland, directeur Landelijk Fietsplatform www.fietsplatform.nl Nationaal Fietscongres; Rotterdam 21-06-2018 Inhoud Recreatief fietsen in NL Organisatie

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Zeeland

Recreatief fietsen in Zeeland Recreatief fietsen in Zeeland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Zeeland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Zeeland mogelijk te maken? nov 16 Woord vooraf

Nadere informatie

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Drenthe

Recreatief fietsen in Drenthe Recreatief fietsen in Drenthe Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Drenthe en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Drenthe mogelijk te maken? nov 16 Woord vooraf

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Overijssel

Recreatief fietsen in Overijssel Recreatief fietsen in Overijssel Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Overijssel en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Overijssel mogelijk te maken? nov 16

Nadere informatie

Financiering in het MKB

Financiering in het MKB M201004 Financiering in het MKB Onderzoek naar de financieringsbehoefte per provincie Johan Snoei Abdelfatah Ichou Zoetermeer, maart 2010 Financiering in het MKB Financieringsbehoefte in het MKB verschilt

Nadere informatie

Consumentenonderzoek Fiets en Wandelbeurs 2013

Consumentenonderzoek Fiets en Wandelbeurs 2013 Consumentenonderzoek Fiets en Wandelbeurs 2013 Uitgevoerd door: Ayla de Bone Marjoes van der Knokke Deltion WaterReijk Academie Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1. Doelstelling... 3 1.2. Onderzoeksopzet...

Nadere informatie

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Algemene Rekenkamer.., BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070 3424344 070 3424130 voorlichting@rekenkamer.nl

Nadere informatie

Diversiteit in de Provinciale Staten

Diversiteit in de Provinciale Staten Onderzoek Diversiteit in de Provinciale Staten Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale Staten (PS) onderzocht. Het gaat

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Utrecht

Recreatief fietsen in Utrecht Recreatief fietsen in Utrecht Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Utrecht en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Utrecht mogelijk te maken? nov 16 Woord vooraf

Nadere informatie

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016

Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016 MAAKT HET WAAR Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Flevoland

Recreatief fietsen in Flevoland Recreatief fietsen in Flevoland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Flevoland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Flevoland mogelijk te maken? nov 16 Woord

Nadere informatie

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Aanvullend advies aan het Interprovinciaal Overleg over de verdelingsvraagstukken samenhangend met de BBL-oud-grond Juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 2

Nadere informatie

Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op?

Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op? Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op? Adviesnotitie maart 2011 Advies voor beheer, productontwikkeling en promotie LF-netwerk en knooppunt - netwerken, uitgegeven door stichting Landelijk Fietsplatform.

Nadere informatie

Hartelijk welkom. Margot Tempelman Kenniscentrum (Kust)toerisme

Hartelijk welkom. Margot Tempelman Kenniscentrum (Kust)toerisme Hartelijk welkom Margot Tempelman Kenniscentrum (Kust)toerisme Harry van Waveren Gedeputeerde Recreatie & Toerisme Toeristische cijfers 2008 Marcia Besems Kenniscentrum (Kust)toerisme Cijfers van nu. Vakantiegedrag

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Gelderland

Recreatief fietsen in Gelderland Recreatief fietsen in Gelderland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Gelderland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Gelderland mogelijk te maken? nov 16

Nadere informatie

De Duitse gast in Overijssel

De Duitse gast in Overijssel De Duitse gast in Overijssel Onderzoek Duitse gast in Overijssel Diepte interviews Duitse gasten in Overijssel Zomer- en najaarsmeting Right Marktonderzoek Panelonderzoek NordRheinWestfalen en Niedersachsen

Nadere informatie

Kennis over routestructuren in Brabant 2013

Kennis over routestructuren in Brabant 2013 Kennis over routestructuren in Brabant 2013 Totale bestedinge paardensport Onderlegger bij factsheets fietsen, wandelen, mountainbiken, varen en paardensport in Brabant bestedingen Besteding door paardensporter

Nadere informatie

Recreatieve routenetwerken. Recreatieve Routenetwerken

Recreatieve routenetwerken. Recreatieve Routenetwerken Recreatieve routenetwerken Frans Meijdam TeVoet Jeanette van t Zelfde ANWB Wie is de recreant? Wandelaar Fietser Watersporter Type recreant: Ommetjes Dagrondjes Kilometermaker Wat wil de recreant? Beleving

Nadere informatie

Workshop 5 OP PAD DOOR ONZE REGIO ROUTEGEBONDEN RECREATIE & TOERISME

Workshop 5 OP PAD DOOR ONZE REGIO ROUTEGEBONDEN RECREATIE & TOERISME Workshop 5 OP PAD DOOR ONZE REGIO ROUTEGEBONDEN RECREATIE & TOERISME 10 stellingen 1 AUTOROUTES 1 WANDELEN 2 RUITEREN 3 FIETSEN 3 ROUTEGEBONDEN TOERISME Bewegwijzerde autoroutes moeten worden afgeschaft

Nadere informatie

Regiomonitor Overijssel. Kengetallenonderzoek 2015

Regiomonitor Overijssel. Kengetallenonderzoek 2015 Regiomonitor Kengetallenonderzoek 2015 Regiomonitor Kengetallenonderzoek 2015 4 Inhoud Inhoud 1 Inleiding 6 Regiomonitor 6 Werkwijze 6 2 Dagrecreatie 8 Ondernomen activiteiten 8 Bestedingen tijdens activiteiten

Nadere informatie

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer 20120679Na van Judith Terwijn datum 29 oktober 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks een arbeidsmarktonderzoek

Nadere informatie

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer 20130221N van Judith Terwijn datum 22 april 2013 Inleiding Het Colland Bestuursbureau

Nadere informatie

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL Veldwerk Optimaal B.V. 's-hertogenbosch, januari 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. ONDERZOEKSVERANTWOORDING 2 1.1

Nadere informatie

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL Veldwerk Optimaal B.V. 's-hertogenbosch, september 2013 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. ONDERZOEKSVERANTWOORDING 2

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Limburg

Recreatief fietsen in Limburg Recreatief fietsen in Limburg Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Limburg en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Limburg mogelijk te maken? nov 16 Woord vooraf

Nadere informatie

Benchmarking als stimulans voor de verdere ontwikkeling van het recreatieve fietsaanbod in regio's

Benchmarking als stimulans voor de verdere ontwikkeling van het recreatieve fietsaanbod in regio's Benchmarking als stimulans voor de verdere ontwikkeling van het recreatieve fietsaanbod in regio's In opdracht van de Stichting Landelijk Fietsplatform en met steun van het Ministerie van LNV en de provincies

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Noord-Holland

Recreatief fietsen in Noord-Holland Recreatief fietsen in Noord-Holland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Noord-Holland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Noord-Holland mogelijk te maken?

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 31 482 Cultuursubsidies Nr. 94 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 april 2015 De commissie voor de Rijksuitgaven en de vaste commissie

Nadere informatie

Analyse resultaten CVO 2014

Analyse resultaten CVO 2014 Analyse resultaten CVO 2014 Toelichting: Deze analyse heeft betrekking op toeristische binnenlandse vakanties. Vakanties van vaste standplaatshouders zijn hierin niet meegenomen, omdat de CVO cijfers van

Nadere informatie

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:

Nadere informatie

Inzicht kwaliteit routestructuren

Inzicht kwaliteit routestructuren Inzicht kwaliteit routestructuren Kwaliteitsimpuls Routestructuren 2015 Monica Wagenaar De Afdeling Onderzoek in opdracht van Marketing Oost Zwolle/Zutphen versie 16-07-2015 (concept) Inhoud 1 Inleiding...

Nadere informatie

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015.

Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2015. Graydon studie: Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven. Inleiding Als het gaat om betaalgedrag van het Nederlandse bedrijfsleven kunnen we met een tevreden gevoel terugkijken op. Dat blijkt als we niet

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Zuid-Holland

Recreatief fietsen in Zuid-Holland Recreatief fietsen in Zuid-Holland Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Zuid-Holland en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Zuid-Holland mogelijk te maken?

Nadere informatie

Inwoners grote steden mopperen meer over hun stad

Inwoners grote steden mopperen meer over hun stad Inwoners grote steden mopperen meer over hun stad Bewoners van grote steden zijn veel kritischer over hun woonplaats dan in kleinere steden. Ze klagen met name over de onveiligheid en onrust. Ook de medebewoners

Nadere informatie

Thematische fietsroutes

Thematische fietsroutes Stichting Landelijk Fietsplatform Postbus 846 3800 AV Amersfoort 033-4653656 info@fietsplatform.nl Aanvulling op notitie Recreatieve fietsroutenetwerken - Welke kant op? Thematische fietsroutes Adviesnotitie

Nadere informatie

Jaarverslag 2011 2013 Stichting Landelijk Fietsplatform

Jaarverslag 2011 2013 Stichting Landelijk Fietsplatform Jaarverslag 2011 2013 Stichting Landelijk Fietsplatform 2 Stichting Landelijk Fietsplatform, Amersfoort, juni 2014 Postbus 846, 3800 AV Amersfoort tel.: 033-4653656 e-mail: info@fietsplatform.nl internet:

Nadere informatie

Inleiding. De belangrijkste conclusies uit de BijBanen Monitor september 2007 zijn:

Inleiding. De belangrijkste conclusies uit de BijBanen Monitor september 2007 zijn: Inleiding De bijbanenmarkt is volop in ontwikkeling. De economie trekt aan en de schreeuw om jong talent wordt groter. De bijbaantjes liggen voor het oprapen en de jongeren hebben ruimschoots de keuze.

Nadere informatie

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt

Factsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt Factsheet Groothandel in Bloembollen 2013 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt Colland Bestuursbureau, 5 februari 2014 Pagina 2 26 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012 pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer 20120140N van Daniella van der Veen datum 21 februari 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert

Nadere informatie

Uitgangspunten voor selectie indicatoren

Uitgangspunten voor selectie indicatoren Uitgangspunten voor selectie indicatoren Startvragen 1 Beginnen met doorontwikkeling indicatoren OF eerst investeren in betere doelstellingen OF beide tegelijk? 4 commissies: grote verscheidenheid of grote

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen pagina 1 18 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 Documentnummer 20111098N van Daniella van der Veen datum 29 november 2011 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks

Nadere informatie

Stichting Landelijk Fietsplatform

Stichting Landelijk Fietsplatform Jaarverslag Jaaroverzicht 2011 2012 Stichting Landelijk Fietsplatform 2 Stichting Landelijk Fietsplatform, Amersfoort, juni 2013 Postbus 846, 3800 AV Amersfoort tel.: 033-4653656 e-mail: info@fietsplatform.nl

Nadere informatie

Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten

Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten Bijlage 4: Indicatieve provinciale verdeling prestaties en rijksbudgetten 2007-2013 De provinciale verdeling is in veel gevallen gebaseerd op de te realiseren prestatie en daarom nadrukkelijk indicatief.

Nadere informatie

StudentenBureau Stagemonitor

StudentenBureau Stagemonitor StudentenBureau Stagemonitor Rapportage Mei 2011 1 SAMENVATTING... 3 ERVARINGEN... 3 INLEIDING... 4 ONDERZOEKSMETHODE... 5 RESPONDENTEN... 5 PROCEDURE... 5 METING... 5 DEEL I ANALYSE... 6 1. STAGE EN ZOEKGEDRAG...

Nadere informatie

fjj; K provincie ^S& groningen

fjj; K provincie ^S& groningen fjj; K provincie ^S& groningen m bezoekadres: Martinilcerkhof 12 Aan Provinciale Staten postadres: algemeen telefoonnr: Postbus 610 9700 AP Groningen 050 316 49 II algemeen faxnr.: www.provinciegroningen.nl

Nadere informatie

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent.

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. Raadsvoorstel Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. AGENDAPUNT NO. 9. AAN DE RAAD Samenvatting Vanuit het ministerie van Infrastructuur en Milieu is met

Nadere informatie

Consumentenonderzoek Toerisme

Consumentenonderzoek Toerisme Consumentenonderzoek Toerisme 2009 Toerdata Noord is een samenwerkingsverband van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe. De uitvoering is in handen van het Stenden Instituut Service Management onderdeel

Nadere informatie

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN 1. ALGEMEEN 1.1 INHOUD Onderwerp Pagina 1. ALGEMEEN 1.1 Inhoud 1 1.2 Het onderzoek en

Nadere informatie

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt: Bijlage 1 Subsidie Het doel en de criteria voor het verlenen van subsidie worden in dit hoofdstuk besproken. De Algemene Wet Bestuursrecht en de Subsidieverordening evenementen gemeente Venray zijn hierbij

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

Jaaroverzicht 2010. drs. Jan Dijkema, voorzitter

Jaaroverzicht 2010. drs. Jan Dijkema, voorzitter Jaaroverzicht 2010 De Stichting Landelijk Fietsplatform is al bijna 25 jaar hét onafhankelijke coördinatiepunt voor het recreatieve fietsen in Nederland. In de stichting zijn sleutelorganisaties die met

Nadere informatie

VOORKANT!TOEVOEGEN!!!

VOORKANT!TOEVOEGEN!!! VOORKANTTOEVOEGEN VrijetijdseconomieDrenthe Feitenencijfers 2015 (versie2september2015) Colofon DitiseenuitgavevandeProvincieDrenthe Auteur:MonicaWagenaar,DeAfdelingOnderzoekwww.deafdelingonderzoek.nl

Nadere informatie

Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op?

Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op? Recreatieve fietsroutenetwerken Welke kant op? Adviesnotitie maart 2011 Advies voor beheer, productontwikkeling en promotie LF-netwerk en knooppunt - netwerken, uitgegeven door stichting Landelijk Fietsplatform.

Nadere informatie

Binnenlandse kustvakanties

Binnenlandse kustvakanties Binnenlandse kustvakanties Ontwikkelingen & trends Landelijke Kustdagen 12 november 2014 Kees van der Most Inhoud presentatie Ontwikkelingen en trends binnenlandse kustvakanties Uitdaging Nederlandse kust:

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Fietsroutenetwerk Zuid Kennemerland Bestuurlijke context. B&W-besluit:

Nota van B&W. Onderwerp Fietsroutenetwerk Zuid Kennemerland Bestuurlijke context. B&W-besluit: Onderwerp Fietsroutenetwerk Zuid Kennemerland Bestuurlijke context Nota van B&W Portefeuille M. Divendal Auteur M.R.J.M. Selten Telefoon 5113468 E-mail: seltenmr@haarlem.nl STZ/EC Reg.nr. 2008/25067 Bijlage

Nadere informatie

Resultaten Kwaliteitsmonitor Dienstverlening Archieven Instelling: (17) Regionaal Archief Leiden

Resultaten Kwaliteitsmonitor Dienstverlening Archieven Instelling: (17) Regionaal Archief Leiden Instelling: (17) Regionaal Archief Leiden Toelichting op het rapport Dit rapport bevat een samenvatting van de belangrijkste resultaten van de 2007-meting van de Kwaliteitsmonitor Dienstverlening Archieven.

Nadere informatie

Recreatief fietsen in Noord-Brabant

Recreatief fietsen in Noord-Brabant Recreatief fietsen in Noord-Brabant Hoe beoordelen recreatieve fietsers de fietsmogelijkheden in Noord-Brabant en welke verbeterpunten zien zij om de ideale fietstocht in Noord-Brabant mogelijk te maken?

Nadere informatie

Statenfractie Zuid-Holland

Statenfractie Zuid-Holland Statenfractie Zuid-Holland Voorstel: verkenning naar een thematische fietsroute, die de Kennisas in Zuid-Holland met elkaar verbindt; van Noordwijk naar Rotterdam: het Sciencepad. PvdA Zuid-Holland Petra

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

Toerisme en recreatie in zicht. Toeristisch-recreatief beleid gemeenten, tweede meting (2010)

Toerisme en recreatie in zicht. Toeristisch-recreatief beleid gemeenten, tweede meting (2010) Toerisme en recreatie in zicht Toeristisch-recreatief beleid gemeenten, tweede meting (2010) Colofon Uitgever: Kronenburgsingel 525 Postbus 9292 6800 KZ Arnhem internet: www.arnhem.kvk.nl Auteurs: Drs.

Nadere informatie

HOOFDRAPPORTAGE ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN.

HOOFDRAPPORTAGE ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN. ONDERZOEK TEVREDENHEID 2017 WMO VERVOER - VLISSINGEN HOOFDRAPPORTAGE www.klantok.nl O Inhoudsopgave Æ Inleiding 3 Æ Samenvatting 4 Æ Een overall beeld 5 Het onderzoek 5 Toegekend eindcijfer vervoer 6 Beoordeling

Nadere informatie

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Derde kwartaal Publicatie januari 2018

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. Derde kwartaal Publicatie januari 2018 REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK Derde 2017 Publicatie januari 2018 Regionale trendrapportage banenafspraak: derde 2017 UWV brengt op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Bezoek cultuurinstellingen

Bezoek cultuurinstellingen Staat van 2014 Bezoek cultuurinstellingen Hoeveel cultuurinstellingen bezoekt een inwoner gemiddeld per jaar? Een inwoner bezoekt gemiddeld 2,23 cultuurinstellingen per jaar De bezoek cultuurinstellingen

Nadere informatie

Documentatierapport Logies verstrekkende bedrijven naar provincie (LVB)

Documentatierapport Logies verstrekkende bedrijven naar provincie (LVB) Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Logies verstrekkende bedrijven naar provincie (LVB) Datum: 14 mei 2012 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt

Nadere informatie

Toeristen in Nederland

Toeristen in Nederland Toeristen in Nederland Het is bijna zomer. Veel Nederlanders gaan lekker op vakantie naar het buitenland. Maar er komen ook heel veel buitenlandse toeristen naar Nederland. Hoeveel zijn dat er eigenlijk?

Nadere informatie

Ruimte per inwoner,

Ruimte per inwoner, Indicator 1 oktober 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Door de sterke groei van de Nederlandse

Nadere informatie

Van Trambaan tot Fietsbaan

Van Trambaan tot Fietsbaan Maastricht Aken Van Trambaan tot Fietsbaan Economische Effect Rapportage Fietspad Maastricht Aken 27 november 2014 Luxemburg Van Trambaan tot Fietsbaan - Achtergrond Het projectinitiatief is voortgekomen

Nadere informatie

Factsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013

Factsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Factsheet Open teelten Landbouw 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 14 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 Graydon Studie Q3, 2016

Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 Graydon Studie Q3, 2016 Q3 Graydon studie Betaalgedrag Nederlands bedrijfsleven 2016 1 Voorwoord Inhoud Inleiding 2 Persbericht 3 Betaalgedrag 5 Betaalgedrag per kwartaal 6 Betaalgedrag per jaar 7 Disclaimer 8 Betaalgedrag per

Nadere informatie

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. 1e KWARTAAL publicatie augustus 2016

REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK. 1e KWARTAAL publicatie augustus 2016 REGIONALE TRENDRAPPORTAGE BANENAFSPRAAK 1e KWARTAAL 2016 publicatie augustus 2016 Regionale trendrapportage banenafspraak: stand 1e 2016 UWV brengt op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Kaart bodemgebruik van Nederland, 2010

Kaart bodemgebruik van Nederland, 2010 Indicator 17 december 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Nederland is een groen land;

Nadere informatie

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 24-06-2008, Bussum Etienne Lemmens, Orbis Inleiding Vergelijking Respons Regionale spreiding In de CAO voor de sector SW is opgenomen dat de verzuimbenchmark,

Nadere informatie