Ruimte voor de Rivier Nederrijn Obstakelverwijdering machinistenschool Elst

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ruimte voor de Rivier Nederrijn Obstakelverwijdering machinistenschool Elst"

Transcriptie

1 Ruimte voor de Rivier Nederrijn Obstakelverwijdering machinistenschool Elst Projectplan ex. artikel 5.4, lid 1 Waterwet Ontwerpbesluit Pagina 1 van 27

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding Aanleiding Locatie plangebied Projectplanplicht Leeswijzer Besluit Beschrijving waterstaatswerken Beschrijving van het gebied Beschrijving van het plan Afgraven terp fabrieksterrein, tasveld Verwijderen begroeiing laaggelegen weide Aanleg van ooibos Watergang en oevers Verlagen van de zomerkade Wijzigen Rivieroever Langzaamverkeersbrug Hooggelegen (boom-)weide Voorlopige plannen inrichting terp en gebied rondom Uitvoeringswijze en tijdelijke depots Wijzigen van waterstaatswerken Toetsing aan Waterwet Overstromingen, wateroverlast en waterschaarste Chemische en ecologische kwaliteit Maatschappelijke functies Natuur Recreatie Visserij Scheepvaart Landbouw Conclusie toetsing doelstellingen Waterwet Wijze van uitvoering Wijze van uitvoering; kaders en uitgangspunten Planologische inpassing Relatie met andere vergunningen Globale uitvoeringsplannen Uitvoering en zorgplicht Kabels en leidingen Archeologie Niet gesprongen explosieven Beheer en onderhoud Bodem Grondverwerving Uitvoeringsaspecten Calamiteiten en ongewone voorvallen Voorkomen en beperken van nadelige gevolgen Geen transport door dorpskernen Geen stofoverlast Eventuele financiële overlast Procedure Zienswijzen...27 Pagina 2 van 27

3 1. Inleiding Voor u ligt het Projectplan op grond van de Waterwet voor Ruimte voor de Rivier, Nederrijn - Obstakelverwijdering machinistenschool Elst. In dit Projectplan wordt een beschrijving gegeven van de aanleg en/of wijziging van waterstaatswerken zoals bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Waterwet. De werken worden door of vanwege Rijkswaterstaat uitgevoerd Aanleiding In 1993 en 1995 hadden de Rijn en de Maas te kampen met zeer hoge waterstanden. Naar aanleiding van deze hoge waterstanden is gebleken dat de Rijntakken en de (bedijkte) Maas grotere hoeveelheden water af moeten kunnen voeren dan de hoeveelheid waarmee tot dusver rekening is gehouden. Omdat de dijken op de meeste plaatsen hierdoor niet aan de wettelijke veiligheidsnorm tegen overstromen voldoen, zijn maatregelen nodig. In 2000 heeft het kabinet het Rijksprogramma Ruimte voor de Rivier gekozen als uitgangspunt voor een nieuwe aanpak van hoogwaterbescherming: in plaats van het verhogen en versterken van dijken, moet de rivier meer ruimte krijgen. Daarbij is als uitgangspunt genomen geen dijkversterking, tenzij. Dit Rijksprogramma heeft geleid tot de Planologische Kernbeslissing (PKB) Ruimte voor de Rivier (december 2006, op 26 januari 2007 in werking getreden) die bestaat uit negenendertig samenhangende maatregelen, het Basispakket, dat de rivier meer ruimte moet geven. De doelstellingen die ten grondslag liggen aan PKB Ruimte voor de Rivier zijn: het vergroten van de veiligheid door het op het vereiste niveau brengen van de bescherming van het rivierengebied tegen overstromingen; het leveren van een bijdrage aan het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit van het rivierengebied. Het project Ruimte voor de Rivier Nederrijn heeft betrekking op een viertal maatregelen uit het Basispakket, te weten: 1. uiterwaardvergraving Doorwerthse Waarden; 2. uiterwaardvergraving Middelwaard; 3. uiterwaardvergraving De Tollewaard; 4. obstakelverwijdering machinistenschool Elst. Onderhavig projectplan heeft betrekking op de maatregel obstakelverwijdering machinistenschool Elst. Ten aanzien van deze obstakelverwijdering machinistenschool Elst blijkt dat het terrein van de voormalige machinistenschool en steenfabriek in de Elster Buitenwaarden bij extreem hoogwater een knelpunt vormt voor de afvoer van rivierwater. In totaal beslaat het terrein 5,5 hectare, een oppervlakte die zelfs bij extreem hoog water droog blijft. Het afgraven van het terrein, zoals de terp van de steenfabriek, biedt kansen om de Rijn meer ruimte te geven, zodat het water sneller wordt afgevoerd en daarmee bijdraagt aan de hoogwaterveiligheid. Het overvloedig Rijnwater kan zich zo via de Elster Buitenwaarden een weg banen naar de Amerongse Bovenpolder. Tevens geeft de verbinding van de Amerongse Bovenpolder en Elster Buitenwaarden geeft de natuur andere kansen Locatie plangebied De locatie is weergegeven in onderstaande figuur. Figuur 1: Locatie Pagina 3 van 27

4 De kadastrale gegevens van het plangebied zijn opgenomen in NR-TEK-KAD-252-2A-E, bijlage Projectplanplicht Artikel 5.4, eerste lid Waterwet geeft aan dat de aanleg of wijziging van een waterstaatswerk door of vanwege de beheerder overeenkomstig een daartoe door hem vast te stellen projectplan geschiedt. Met de aanleg of wijziging van een waterstaatswerk wordt gelijkgesteld de uitvoering van een werk tot beïnvloeding van een grondwaterlichaam. De beheerder is het bevoegde bestuursorgaan dat belast is met het beheer. Het genoemde waterstaatswerk betreft een oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied, waterkering of ondersteunend kunstwerk. In Bijlage II, onder 1, sub c en artikel 3.1 Waterbesluit is de Nederrijn aangemerkt als oppervlaktewaterlichaam in Rijksbeheer. Op kaartbladen 148 en 149 (waterstaatkundig beheer) uit de bijlage IV van de Waterregeling is dit oppervlaktewaterlichaam nader aangegeven met de exacte grenzen. Hieruit volgt dat Rijkswaterstaat beheerder is van het oppervlaktewaterlichaam de Nederrijn. Gezien de voorgenomen wijzigingen van dit oppervlaktewaterlichaam dient een Projectplan, als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid Waterwet te worden vastgesteld. Dit document omvat het Projectplan, zoals bedoeld in art. 5.4 Waterwet, voor obstakelverwijdering Elst Leeswijzer In hoofdstuk 1 wordt ingegaan op de aanleiding van het Ruimte voor de Rivierproject Vier maatregelen Nederrijn, obstakelverwijdering machinistenschool Elst. De locatie van het plangebied wordt aangegeven en er wordt beknopt ingegaan op de projectplanplicht. In hoofdstuk 2 wordt de wijziging van het waterstaatswerk aangegeven, waarvoor de projectplanplicht geldt. In hoofdstuk 3 wordt de toetsing aan de Waterwet weergegeven. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de wijze van uitvoering van het project. In hoofdstuk 5 wordt de procedure van het project aangegeven. In hoofdstuk 6 tenslotte is ruimte opgenomen voor eventuele zienswijzen en is de naam van de contactpersoon van het project vermeld. 2. Besluit De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, gelet op artikel 5.4, eerste lid van de Waterwet, besluit het onderhavige Projectplan voor de Ruimte voor de Rivier Nederrijn Obstakelverwijdering machinistenschool Elst vast te stellen en uit te voeren in overeenstemming met het bepaalde in dit Projectplan. Dit ontwerpbesluit (Projectplan) wordt gelijktijdig ter inzage gelegd met de volgende ontwerpbesluiten: Vaststelling bestemmingsplan Buitengebied Rhenen 2010; Ontgrondingenvergunning; Omgevingsvergunning; Waterwetvergunning; Ontheffing landschapsverordening; Vergunning Natuurbeschermingswet; planmer. Pagina 4 van 27

5 3. Beschrijving waterstaatswerken 3.1. Beschrijving van het gebied De Machinistenschool en de steenfabriek zijn hoogwatervrije gebieden langs de`noordoever van de Nederijn nabij Elst (provincie Utrecht), globaal tussen rkm 916,8 en rkm 917,1. De hoogwatervrije terreinen liggen in het stuwpand Amerongen, hebben een hoogte van globaal NAP + 9 m en belemmeren de vrije uitstroming van water richting Amerongse Bovenpolder. Tussen beide hoogwatervrije terreinen ligt een smalle waterloop. Aan de westkant van het plangebied ligt een steenfabriek. Verder is de oostkant van het gebied in gebruik als natuurgebied. In de zuidoosthoek van het plangebied ligt een monumentale boerderij De Opslag. Het gebied wordt ontsloten met 2 toegangswegen: een insteekweg naar de steenfabriek (Fabrieksweg) en een weg naar de monumentale boerderij (De Opslag). Deze laatste toegangsweg komt uit bij de loswal. Verder is het gebied niet toegankelijk. Ook de oever van de Nederijn is niet toegankelijk. Afstemming zal nog plaatsvinden met het aangrenzende project Amerongse Bovenpolder voor de hoogwatervluchtplaats (HVP), die gedacht is aangrenzend aan de terp. Afstemming is nodig voor wat betreft locatie, afmeting (inclusief hoogteligging) van deze HVP, en wel zodanig dat de opstuwing van deze HVP nihil is. Het plangebied is het gebied waar de daadwerkelijke aanpassingen plaatsvinden. Dit is aangegeven in de figuur in hoofdstuk 1. In de volgende figuur is het plan opgenomen. Figuur 2: Plangebied Obstakelverwijdering Machinistenschool Elst 3.2. Beschrijving van het plan In deze paragraaf wordt een overzicht van het plan gegeven. In paragraaf 2.3 is een overzicht opgenomen van de wijzigingen aan het waterstaatswerk, waarop dit projectplan van toepassing is. In bijlage 2 zijn de volgende inrichtingstekeningen en dwarsprofieltekeningen opgenomen:, NR-TEK-SIT-173-2A; NR-TEK-SIT-174-2A; NR-TEK-DWP-175-2A; NR-TEK-DWP-176-2A; Pagina 5 van 27

6 Afgraven terp fabrieksterrein, tasveld Het fabrieksterrein van de steenfabriek Elst is gelegen op een terp. De steenfabriek is inmiddels buiten gebruik geraakt en is gesloopt. De terp wordt vlak afgewerkt. De schoorsteen van de voormalige steenfabriek is een markant punt in het landschap. De wens bestaat om deze schoorsteen te behouden. Of dit mogelijk is hangt af van de financiële haalbaarheid. Het gedeelte van de bestaande terp nabij de rivieroever heeft een niveau van 9,6m +NAP. Daar wordt veel puin aangetroffen, waardoor een zekere doorlatendheid in de terp bestaat. Bij hoog water kan daardoor de grondwaterdruk in de terp oplopen. Bij een snelle val van het buitenwater blijft in de terp dan een wateroverspanning achter. Daarom wordt het talud afgewerkt met een toplaag met een dikte van 0,5m, die voor een situatie na hoogwater aan de onderzijde een dikte van minimaal 1,25 m moet hebben om opbarsten na een val van het hoogwater te voorkomen. De toplaag bestaat uit lokaal ontgraven kleiig materiaal dat als afdeklaag op de terp wordt gebruikt. De teen van het talud ligt op circa 7,0m +NAP. De toplaag wordt ingezaaid met graszaad, waardoor de combinatie van klei met gras voldoende erosiebestendig is. Het talud bedraagt 1:4. De uiterwaard wordt na realisatie een groot begrazingsgebied met de Amerongse Bovenpolder. Afstemming zal nog plaatsvinden met het aangrenzende project Amerongse Bovenpolder voor de hoogwatervluchtplaats (HVP), die gedacht is aangrenzend aan de terp. Afstemming is nodig voor wat betreft locatie, afmeting (inclusief hoogteligging) van deze HVP, en wel zodanig dat de opstuwing van deze HVP nihil is Verwijderen begroeiing laaggelegen weide Het gedeelte van de laaggelegen weide ten oosten van de Fabrieksweg, is recentelijk door Utrechts Landschap opnieuw ingericht. Om de taakstelling voor de waterstandsdaling te halen, wordt in een gedeelte van in dit gebied de aanwezige begroeiing verwijderd. Ondanks dat de hoogte van het maaiveld hier op sommige delen lager is dan 7,00 m +NAP, wordt hier geen grondwerk verricht. Voor het grootste deel van de laaggelegen weide is een maaiveldhoogte gekozen van 7,50 m+nap, waardoor de hoeveelheid te ontgraven (puinhoudend) materiaal beperkt blijft. Omdat het westelijke gedeelte van de laaggelegen weide fysiek en in functie aansluit op het bestaande natuurgebied de Amerongse Bovenpolder, wordt ter plaatse van de overgang naar de Amerongse Bovenpolder geen grondwerk verricht. In de laaggelegen weide liggen een tweetal nutsleidingen waar in het ontwerp rekening mee is gehouden. De gasleiding die vanaf de hooggelegen (boom)weide richting de dam in de watergang loopt, moet voldoende dekking houden. Doordat een maaiveldhoogte van 7,50m+NAP is aangehouden, is deze dekking gegarandeerd. Ook ligt er een persleiding van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden in het gebied. Door de te vergraven watergang in zuidelijke richting te verschuiven, blijft ook de dekking voor deze leiding gehandhaafd Aanleg van ooibos Het ooibos ligt tegen de noord en de westzijde van de terp, in de overstromingsluwte daarvan. Het vervult in deze uiterwaard vooral de functie van een regelmatig langs de rivier terugkomend habitattype. Die functie krijgt het door de ontwikkeling van de natuurdoeltypen zachthoutooibos en hardhoutooibos. Daarnaast zorgt het noordelijk deel van het bos er voor dat de terp georiënteerd wordt op de rivier. Er wordt 1,0 ha. ooibos gerealiseerd. Een deel van het ooibos wordt opgehoogd, waardoor er verschillende overstromingsfrequenties ontstaan in het ooibos. Daarbij wordt het volledige maaiveld onder helling gelegd, dus zonder onderbreking met vlakke stukken. De helling wordt opgespannen tussen terphoogte (9,60m +NAP) en de hoogte van de laaggelegen weide (7,0+NAP). Op het hoogste gedeelte van het ooibos worden eiken, iepen en essen aangeplant, waardoor op dit gedeelte een hardhoutooibos ontstaat. Op het lagere gedeelte wordt allen de rand van het ooibos aangeplant, met bosplantsoen. Op het overige gedeelte kan zich door regelmatige overstroming zachthoutooibos ontwikkelen. Uitgangspunt hierbij is dat ooibos ontstaat op die plaatsen, die eens in de ten jaar of vaker inunderen met rivierwater. Er wordt zodanig ingeplant, dat het aandeel hardhoutooibos 50% bedraagt. Doordat de ophoging geschiedt met niet te zandige grond, zal de bodem in de ophoging vochtig blijven waardoor het ooibos zich er kan ontwikkelen. Hardhoutooibos wordt ingeplant met de (inheems genetische) boomsoorten Eik (Quercus robur), Iep (Ulmus laevis en Ulmus minor ) en Es (Fraxinus excelsior), elke soort minimaal 20%. De plantafstand van 1,5 x1,5 meter in combinatie met het planten in groepen van 15 tot 25 stuks zorgt er voor dat het bos zich als aaneengesloten bosstructuur kan uitgroeien. Pagina 6 van 27

7 De bosrand (mantel) wordt ingeplant met tenminste 2-jarig bosplantsoen, van de soorten meidoorn (Crataegus monogyna), sleedoorn (Prunus spinosa), wegedoorn (Rhamnus cathartica), kardinaalsmuts (Euonymus europaeus) en vogelkers (Prunus padus). Ook dit plantmateriaal is van Nederlandse herkomst (inheems genetisch). Het zachthoutooibos wordt niet aangeplant maar zal zich als gevolg van de rivierdynamiek spontaan ontwikkelen Watergang en oevers Binnen het project wordt de watergang vergraven die in oost-west richting de laaggelegen weide doorkruist. Hierbij wordt een natuurvriendelijke oever aangelegd. Door de aanwezigheid van een leiding in het gebied is de watergang wat meer naar een zuidelijke richting opgeschoven ten opzichte van het voorkeursalternatief. De watergang vormt een natuurlijke slinger door de uiterwaard. Tussen de watergang en de persleiding ligt een natuurvriendelijke oever die daarmee een wisselende breedte krijgt (tussen 0 en maximaal 20 meter). Vanwege de gewenste natuur wordt een deel van de natuurvriendelijk oever vlak aangelegd. Hier zal min of meer een vast waterpeil van 0,30 meter aanwezig zijn. De bodemhoogte van de nieuwe watergang zal ter hoogte van de aansluiting op de bestaande watergang niet worden verlaagd. Dit in verband met de kruising van de leiding. De bodemhoogte wordt hier gelijk gehouden aan de bodemhoogte in de Amerongse Bovenpolder. Er is een bovengrond op de taluds voorzien van 0,5 meter. Gezien de te verwachten stroomsnelheden tot 1 m/s bij hoogwater, moeten de taluds wel van een begroeiing worden voorzien, waarvoor de deklaag met graszaad wordt ingezaaid. Op de bodem wordt geen klei aangebracht, zodat een zekere voeding door kwel optreedt. De stijghoogte in de zandondergrond is volgens de geohydrologische studie circa 6m +NAP. Verwacht mag worden dat de waterstand in de watergang onder normale omstandigheden nagenoeg eenzelfde niveau zal bereiken. Dit komt ook overeen met het stuwpeil in dit rivierpand, zodat geen overspanning aanwezig is en de stabiliteit van de taluds verzekerd zijn. Door de wens om lichte kwel toe te staan in verband met voeding van de Amerongse Bovenpolder met kwelwater en het ontstaan van kwelminnende vegetatie, wordt het peil verlaagd tot 5,80+ NAP. Ten behoeve van het reguleren van het peil wordt in het benedenstroomse deel van de watergang (bij de overgang naar de Amerongse Bovenpolder) een stuw geplaatst Verlagen van de zomerkade De zomerkade wordt over de gehele lengte verlaagd ten opzichte van de huidige zomerkade. Het tracé blijft hetzelfde. De toekomstige kruinhoogte ligt op 8,10 m+ NAP. De aanwezige zomerkade bestaat uit zandige klei over de gehele hoogte. De kruinbreedte wordt 2m, het buitentalud wordt onder 1:2 en het binnentalud onder 1:3 afgewerkt. Op die diepte bestaat de kade ook uit een vergelijkbare zandige klei als aan de huidige kruin. Na het inzaaien met graszaad ontstaat daarbij weer een voldoende erosiebestendige kade Wijzigen Rivieroever De rivieroever bestaat uit kribben en zandstranden in de kribvakken. De rivieroever wordt over het volledige tracé, met uitzondering van het oostelijke gelegen kribvak, verlaagd. Het oostelijk kribvak bij de Opslag wordt opgevuld. De aanwezige deklaag wordt afgegraven om de oevers een ruimtelijk en netter beeld te geven. Het losse zand komt direct achter de krib aan de oppervlakte. Om te voorkomen dat de kribben achterloops worden, moet dit met erosiebestendig materiaal afgedekt worden. Daarvoor kan de aan het maaiveld aanwezige kleiige grond worden gebruikt. Rond de wortel van de krib wordt een breedte van 2 meter gehandhaafd, of als de hoogte van het maaiveld ver boven de hoogte van de krib uit steekt wordt 2 meter horizontaal afgegraven en voorzien van 0,5 meter nieuwe kleiige grond, waarna onder een helling van 1;10 op de afgegraven oever wordt aangesloten. De kleilaag wordt ingegraven zodat de wortel van de krib na uitvoering niet achterloops kan worden. Tussen de kribben wordt vanaf de teen van de kade naar de oever onder een variabele helling afgegraven, totdat aan de oever een peil van 6m +NAP wordt bereikt. Dit is gelijk aan het nu aanwezige maaiveldniveau en het stuwpeil op dit riviervlak. Pagina 7 van 27

8 Langzaamverkeersbrug De langzaamverkeersbrug verbindt de uiterwaard met de hoge weide en zorgt er voor dat de uiterwaard en de terp vanaf de N225 en het dorp Elst bereikbaar zijn voor wandelaars, fietsers en minder validen. Een gedeelte van de brug vormt een uitzichtpunt. Op dit punt staat een langgerekte bank, geschikt voor (minimaal) 5 personen Hooggelegen (boom-)weide De hoge weide vormt een van de verbindingen tussen het dorp en de uiterwaard. Het is een van de weinige plekken waar vanaf de N225 de rivier zichtbaar kan zijn. De schoorsteen van de voormalige steenfabriek is daarbij een opvallend element. De relatie weg-weide-uiterwaard met de elementen langzaam verkeersbrug en schoorsteen daarin, is leidend geweest in het ontwerp. De weide grenst aan de achterkant van tuinen. Van de hoge weide wordt een groot deel beplant met verspreid staande bomen, met voldoende doorzicht van de woningen en de N255 naar de uiterwaard, schoorsteen en rivier. Door de weide loopt een halfverhard pad dat de N255, parkeerplaats en weide verbindt met de uiterwaard. Dit pad eindigt in de brug (uitzichtpunt). Er wordt een parkeerplaats gerealiseerd in de meest oostelijke hoek van de weide. De bestaande wadi en het speeltoestel blijven behouden. De halfverharde beheerdersweg loopt vanaf de huidige Fabrieksweg via een nieuwe coupure in de zomerkade en een doorwaadbare plaats in de watergang, naar de terp. De weg is 3,50 meter breed, met uitzondering van de doorwaadbare plaats. Hier is de weg 4,00 meter breed. Zie voor een uitgebreidere beschrijving van de weg de subparagraaf terp Voorlopige plannen inrichting terp en gebied rondom Er bestaan plannen om de terp in de toekomstig een kleinschalige horecafunctie te geven. Er wordt een nutstracé aangelegd voor elektra en waterleiding. De bestaande persleiding voor de afvoer van rioolwater wordt in het nieuwe nutstracé aangelegd. Voor de toegang van de terp voor voertuigen is een halfverharde weg voorzien vanaf de Fabrieksweg via een doorwaadbare plaats in de watergang, tot bovenop de terp. Deze weg is bestemd voor hulpdiensten en beheerders. De waterdiepte op de doorwaadbare plaats bedraagt 0,25 m. Om de terp verder toegankelijk te maken, worden de struinpaden vanaf de zomerkade en vanaf de langzaamverkeersbrug doorgetrokken tot bovenop de terp. Ook wordt een struinpad vanaf de passantensteiger tot bovenop het hoge gedeelte van de terp gecreëerd, waardoor de terp en de eventuele toekomstige horecagelegenheid ook vanaf deze steiger voor voetgangers bereikbaar is Uitvoeringswijze en tijdelijke depots De uitvoering van de maatregel bij Elst is reeds gestart met de sloop van de oude steenfabriek op basis van een Omgevingsvergunning van de gemeente Rhenen. De tweede fase (september 2012-maart 2013) betreft de sanering van het verontreinigde tasveld; dit is verontreinigd met asbest vanuit gestort sloopafval. Hiervoor is een afzonderlijke saneringsbeschikking afgegeven door de provincie Utrecht. In het kader van de sanering wordt de nieuwe watergang gerealiseerd. Nadat het terrein als schoon is vrijgegegeven wordt de terp afgewerkt met een leeflaag, wordt de langzaam verkeersbrug aangebracht en worden de bomen voor het ooibos geplant. (voorjaar/zomer 2013). In die fase wordt ook de zomerkade verlaagd en de passantensteiger aangelegd. Er zijn drie depotruimtes voorzien. Deze zijn aangegeven in bijgaande illustratie. Depot 1 ligt nabij de tijdelijke loswal voor het afvoer over water; dit depot zal preferent worden gebruikt. Pagina 8 van 27

9 Figuur 3: Locaties tijdelijke depots 3.3. Wijzigen van waterstaatswerken Op basis van bovenstaande beschrijving blijkt dat er een aantal wijzigingen aan het waterstaatswerk plaatsvinden. De concrete wijzigingen betreffen: Afgraven terp fabrieksterrein en tasveld; Verwijderen begroeiing laaggelegen weide; Aanleg van een grondlichaam ten behoeve van ooibos; Wijzigen van watergang en oevers; Verlagen van de zomerkade; Wijzigen van de rivieroever. Onderhavig projectplan ziet toe op genoemde wijzigingen aan het waterstaatswerk. NB. De aanleg van de passantensteiger wordt niet in dit projectplan meegenomen, maar hiervoor wordt apart een watervergunning aangevraagd. Pagina 9 van 27

10 4. Toetsing aan Waterwet De Waterwet geeft in artikel 2.1 de doelstellingen van het waterbeheer aan. De doelstellingen zijn in het eerste lid van dit artikel genoemd en betreffen 1 : a. voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste, in samenhang met; b. bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen en c. vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen. In dit hoofdstuk vindt toetsing van het plan aan deze doelstellingen plaats Overstromingen, wateroverlast en waterschaarste Onderhavig projectplan richt zich op een Ruimte voor de Rivierproject. Het Rijksprogramma Ruimte voor de Rivier bestaat uit 39 maatregelen om het Nederlandse rivierengebied in 2015 veiliger én aantrekkelijker te maken. Het rivierengebied moet beter beschermd worden tegen overstromingen. Hiertoe is een planologische Kernbeslissing (PKB) genomen ter verlaging van het waterpeil. Het Ruimte voor de Rivierproject Vier maatregelen Nederrijn, Obstakelverwijdering machinistenschool Elst is een van de 39 maatregelen uit de PKB. Het project heeft de volgende taakstelling meegekregen: Ingreep Taakstelling Locatie (rkm) Elst 5,0 cm 916,0 917,0 Hydraulisch De rivierkundige maatregelen in Elst bestaan uit het verwijderen van een deel van het hoogwatervrije terrein (machinistenschool) en het verlagen van de zomerkade, waardoor er meer water door de uiterwaard kan stromen bij hoogwater. Verder wordt het beheer na realisatie aangepast en wordt de wetering verbreed. De terp wordt aan de benedenstroomse zijde aangevuld, hierop wordt ooibos gesitueerd. Afstemming zal nog plaatsvinden met het aangrenzende project Amerongse Bovenpolder voor de hoogwatervluchtplaats (HVP), die gedacht is aangrenzend aan de terp. Afstemming is nodig voor wat betreft locatie, afmeting (inclusief hoogteligging) van deze HVP, en wel zodanig dat de opstuwing van deze HVP nihil is. De oever langs het zomerbed wordt verlaagd. De werktaakstelling van Elst is 5,0 cm. Op basis van hydraulische berekeningen en een inrichting volgens de interventiekaart blijkt dat een waterstandsdaling van 13,00 cm wordt gerealiseerd (bijlage 5). Deze overwaarde is ontstaan door de aankoop en sloop van de steenfabriek. Uitgaande van de interventiekaart wordt er dus 8,00 cm extra waterstanddaling gerealiseerd ten opzichte van de taakstelling. Er is dus sprake van een forse overruimte, aangezien het verruimende effect in bovenstroomse richting doorwerkt (stuwkromme-effect). Deze overruimte in Elst wordt grotendeels ingezet om de werktaakstelling van De Tollewaard te realiseren en is gebaseerd op de inrichting volgens de interventiekaart. De overruimte op basis van de interventiekaart die nog resteert ter plaatse van De Tollewaard (hier is de overruimte van Elst ongeveer gehalveerd vanwege het stuwkromme-effect) is volledig benut om de werktaakstelling van De Tollewaard te behalen. De beheerruimte voor Elst is dus gelijk aan het verschil tussen de interventie- en inrichtingskaart en is gelijk aan 0,14 cm. Het beheer en onderhoud van Elst moet erop geënt zijn dat de vegetatie niet mag verruigen ten opzichte van de interventiekaart. Mocht toch verruiging ontstaan, dan kan niet meer aan de werktaakstelling van De Tollewaard voldaan worden. De beheerruimte is daarmee beperkt en dient nauwkeurig gemonitord te worden door de beheerder. De interventiekaart zal gebruikt worden voor toetsing van het behalen van de taakstelling. Morfologie Er wordt een onderscheid gemaakt in sedimentatie en erosie in het zomerbed en sedimentatie en erosie in de uiterwaarden. 1 het tweede lid biedt ruimte voor de toepasselijkheid voor specifiek aanvullende kaders, zoals de werking van de zuiveringstechnische werken. Pagina 10 van 27

11 Als gevolg van de rivierverruiming stroomt er in de toekomst meer water door de uiterwaard bij hoogwater. Hierdoor zal de snelheid in het zomerbed afnemen en kan er meer aanzanding plaats vinden. Op basis van de informatie uit het Hydraulisch en morfologisch rapport,nr-rap-090-2a (in bijlage 3), blijkt dat de maximale sedimentatie 0,38 m bedraagt. De aanzanding vindt plaats benedenstrooms van het ingreepgebied. Door de ingreep wijzigt de bodemligging van het zomerbed. De bodemvormen, waaronder ook de jaarlijkse aanzanding, verplaatsen zich in de loop van de tijd door het systeem. Uit berekeningen blijkt dat de jaarlijkse aanzanding zich lokaal niet zal opstapelen. Een hogere gemiddelde bodemligging in de loop van de tijd is dus niet aan de orde. Ondanks dat er als gevolg van de ingreep wel aanzanding plaats vindt hoeft dit geen problemen voor de scheepvaart op te leveren. Om het baggerbezwaar bij een vaardiepte van 3,5 meter te bepalen is de bodemligging na uitvoering van de maatregel Elst vergeleken met de minimale bodemhoogte bij een vaardiepte van 3,5 meter, zie hiervoor de eerder genoemde rapportage in bijlage 5. Na uitvoering van de maatregel Elst is er geen sprake van baggerbezwaar om de minimale vaardiepte van 3,5 meter te garanderen. Uit het morfologische onderzoek blijkt dat de effecten beperkt zijn, er is geen sprake van baggerbezwaar. Zowel voor de huidige situatie als voor de situatie na de verwijdering van de knelpunten bij Elst is de vaardiepte overal groter dan de gegarandeerde minimale vaardiepte van 3,5 m en de breedtegemiddelde vaardiepte van 4,9 m. Baggerwerk als gevolg van de rivierverruiming is bij Elst niet nodig. Ten aanzien van sedimentatie en erosie in de uiterwaard worden de belangrijkste bevindingen en conclusies hierna weergegeven. Voor de nadere beschrijving en onderbouwing wordt verwezen naar het rapport in bijlage 3. In deze rapportage is basis van stroomsnelheden en waterdiepten bij verschillende afvoerniveaus bekeken of er risico s zijn wat betreft erosie en sedimentatie in het winterbed. Uit de analyse blijkt dat er geen grote risico s te verwachten zijn. De volgende aandachtspunten worden genoemd: - In en rondom de riviergeul zijn de stroomsnelheden nagenoeg gelijk aan de huidige situatie. Bij een Bovenrijn-afvoer van m 3 /s en m 3 /s is geen overstroming van de vergraven uiterwaard en zijn de snelheden vrijwel identiek. Bij maatgevend hoogwater zijn de snelheden in de geul 0,1 tot 0,3 m/s hoger dan in de huidige situatie. Verwachting is dat er geen verandering is in baggerintensiteit (zie bijlage 3). - Stroomsnelheden langs de oevers en in de rivier zijn bij hoge afvoeren lager na uitvoering van de werkzaamheden dan in de referentiesituatie. Bij de zomerkade ten zuiden van de steenfabriek zijn stroomsnelheden aanwezig die enige erosie van een onbeschermde rivieroever tot gevolg kunnen hebben. Ten opzichte van de bestaande situatie vinden er praktisch geen veranderingen plaats. Er zijn derhalve geen aanvullende maatregelen nodig. De oever is voldoende beschermd. - Stroomsnelheden in de uiterwaard tussen de steenfabriek en de watergang zijn bij een Bovenrijnafvoer van m 3 /s en m 3 /s ongeveer 1 m/s en daarmee groot genoeg om erosie van onbeschermde bodem te veroorzaken. Uit de verschillenanalyse van de stroomsnelheden blijkt dat in de huidige situatie deze stroomsnelheden bij vergelijkbare afvoeren ook voorkomen. Bij uitvoering van het DO wordt eenzelfde kleiige bovengrond teruggebracht als nu aanwezig is. Grasland op kleiige bodem kan stroomsnelheden van 1 m/s redelijk goed hebben en er is geen gevaar voor beschadiging van objecten. Het beheer dient, net als nu het geval is - middels controles na hoogwater rekening te houden met enige erosie en sedimentatie op de uiterwaard. Achter de zomerkade ten zuiden van de terp zijn stroomsnelheden boven 1,0 m/s aanwezig. Ook hier wordt ter plaatse gewonnen kleiige bodem aangebracht met een beheer van grasland. Bij maatgevend hoogwater kan hier lokaal erosie optreden. Het beheer dient ook hier, net als nu het geval is - middels controles na hoogwater rekening te houden met enige erosie. Stroomafwaarts neemt de stroomsnelheid af en zal er naar verwachting enige sedimentatie op de uiterwaard plaatsvinden. Er zijn niet direct problemen te verwachten op de uiterwaard m.b.t. bergingcapaciteit als gevolg van erosie en sedimentatie. In het beheer zal hier rekening mee gehouden moeten worden. - Er komen stroomsnelheden voor in de watergang van ongeveer 1 m/s bij een Bovenrijn-afvoer van m 3 /s en m 3 /s. Snelheden in de orde van 1 m/s kunnen voor erosie van de bodem en oever van de watergang zorgen. De watergang wordt op een natuurlijke manier beheerd, erosie wordt in zekere mate toegestaan. Het beheer is hierop afgestemd. - Verlagen van de zomerkade ten zuiden van de terp creëert bij een Bovenrijn-afvoer van m 3 /s en hoger een overloop naar het lager gelegen achterland. Hierbij zijn de stroomsnelheden achter de Pagina 11 van 27

12 kade in de orde van 1 tot 1,3 m/s bij maatgevende afvoer. Hierdoor is er bij maatgevende afvoer kans op erosie. De kade wordt bedekt met kleiige grond met een grasbekleding ter bescherming. In het beheer dient rekening gehouden te worden met kans op erosie door controle na extreme hoogwaters. - De kribben zijn rondom beschermd met kleiig materiaal. De aansluitingen van de kribben worden zonodig aangevuld met kleiig materiaal. Het beheer dient, net als nu het geval is - middels controles na hoogwater rekening te houden met de kans op erosie en zal bestaan uit het opvullen van mogelijke erosiegaten. - De voetgangers/verkeersbrug krijgt te maken met stroomsnelheden rond 1 á 1,3 m/s. De pijlers/palen kunnen dit goed hebben. De bodem rondom de pijlers wordt beschermd met een betonblokkenmat. Verdere maatregelen zijn niet nodig. - Langs de noordelijke oever van de watergang loopt een gasleiding in het lager gelegen grasland. Stroomsnelheden zijn hier bij een afvoer met een herhalingstijd van 1250 jaar hoog genoeg voor enige bodemerosie. Het is belangrijk voldoende dekking te houden op de leiding. In het ontwerp is hierin voorzien door gedeeltelijk toepassing van betonblokkenmatten. Op de leiding is geen betonblokkenmat aanwezig op aanspraak van de beheerder van de leiding. De belangrijkste aandachtspunten betreffen de hoge stroomsnelheden die kunnen optreden direct achter de zuidwestelijke zomerkade. Bij hoge afvoeren kan daar enige erosie van de uiterwaard en de kade zelf verwacht worden. Aangezien in de huidige situatie vergelijkbare stroomsnelheden kunnen optreden bij extreme afvoeren betekent dit niet een wezenlijke verandering. Het beheer moet, net als in de huidige situatie, daarop zijn afgestemd door het uitvoeren van controles na inundatieperioden, aanvullen van erosiegaten en geulen. Samenvatting hydraulica en morfologie Een samenvatting van de toetsing aan het rivierkundig beoordelingskader is weergegeven in onderstaande tabel. In de paragrafen volgend op deze tabel worden de belangrijkste bevindingen weergegeven. Voor nadere informatie en een onderbouwing van de bevindingen wordt verwezen naar bijlage 3 Hydraulisch en morfologisch rapport. Dit rapport is tevens doorgesproken met Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden. VEILIGHEID Te beoordelen effect Criterium Effect Conclusie Stroomvoerend: geen waterstandsverhoging (bij m³/s Boven-Rijn) 1.1 Maatregel in stroomvoerend deel rivier: MHW stand op de as van de rivier Maatregel in bergend deel rivier: volume waterberging 1.2 MHW stand buiten as van de rivier 1.3 Afvoerverdeling bij MHW (bij Pannerdensche Kop en IJsselkop) Bergend: geen vermindering bergend volume Toename waterstand (bij m³/s Boven-Rijn) Project binnen enkele km splitsing: verandering afvoerverdeling < 5 m³/s bij Boven-Rijn afvoer van m³/s 13,14 cm waterstandsdaling bij rkm 916,4. 7 mm opstuwing net bovenstrooms n.v.t. Opstuwing van 4,1 cm langs de hoge gronden in de Amerongse Bovenpolder. Langs de Lekdijk ten westen van Amerongen is sprake van maximaal 2 cm opstuwing. De verandering in afvoerverdeling bij het splitsingspunt IJsselkop is 2,1 m 3 /s. Werktaakstelling van 5,0 cm wordt gerealiseerd n.v.t. Opstuwing is groter dan 1 mm. Bij de hoge gronden zal dit geen gevolgen hebben voor het achterland. Verwaarloosbaar effect op de afvoerverdeling (< 5 m 3 /s) 1.4 Afvoerverdeling bij normaal hoogwater (bij Pannerdensche Kop en IJsselkop) Project verder weg: geen verandering waterstand bij splitsing Verandering afvoerverdeling < 20 m³/s bij Boven-Rijn afvoer van m³/s De verandering in afvoerverdeling bij het splitsingspunt IJsselkop is 0,4 m 3 /s. Geen effect. Pagina 12 van 27

13 HINDER/SCH ADE MORFOLOGIE 2.1 Waterstanden en/of inundatiefrequentie van de uiterwaard 2.2 Stroombeeld in de uiterwaard 2.3 Stroombeeld in hoofdgeul bij de aan- en aftakking van nevengeul 2.4 Afvoerverdeling bij normaal hoogwater 2.5 Afvoerverdeling bij lage afvoeren 3.1 Aanzanding en erosie van het zomerbed (+ oevers) 3.2 Aanzanding en erosie van uiterwaard en nevengeulen Verandering waterstanden en/of inundatiefrequentie bij afvoeren die afhankelijk zijn van lokale omstandigheden. Verandering grootte en richting stroomsnelheden bij Boven-Rijn afvoer van m³/s Bankfull afvoer nevengeul < 50 m³/s: dwarsstroming vaarweg 0,3 m/s Bankfull afvoer nevengeul > 50 m³/s: dwarsstroming vaarweg 0,15 m/s Verandering afvoerverdeling bij Boven-Rijn afvoer van m³/s Afwijking afvoerverdeling < 1 m³/s bij Boven-Rijn afvoer van m³/s (OLR) Bij erosie: - geen verlaging gemiddelde bodemligging; - geen oevererosie; - beperkte ontgronding bij constructies per hoogwater; Bij sedimentatie: - geen vermindering vaargeulafmetingen bij lage tot gemiddelde rivierafvoeren; - geen verhoging MHW op lange termijn; In het algemeen: - beperkte hinder door baggeren en/of terugstorten en behouden veiligheid scheepvaartverkeer; - geen onacceptabele terugschrijdende erosie of sedimentatie i.v.m. risico verandering afvoerverdeling bij MHW of OLR. Bij sedimentatie: - beperkte sedimentatie t.o.v. beheerskosten; Bij erosie: - geen ongewenste zijdelingse verplaatsing van de nevengeul / nevengeul minimaal m Door het minder ver verlagen van de zomerkade tot 8,1 m +NAP i.p.v. 7,7 m +NAP (VKV) blijft de overstromingsfreque ntie vrijwel gelijk In de uiterwaard nemen stroomsnelheden op verschillende locaties toe. Er is hier geen sprake van een nevengeul. De dwarsstroming is beperkt en vrijwel overal < 0,15 m/s. Er is er 1 locatie in het projectgebied waar de dwarsstroming > 0,15 m/s. Deze is richting de uiterwaard gericht. Optimalisatiemogelij kheden zijn onderzocht. Zie 2.1 Doordat onder deze omstandigheden (Q m 3 /s, stuwpeil op nederrijn) de verlaagde zomerkade bij Elst nog niet is overstroomd zijn er geen effecten van de ingreep merkbaar op de afvoerverdeling. In het zomerbed zijn de veranderingen in stroomsnelheid beperkt waardoor er slechts beperkte effecten op aanzanding en erosie is. Minimale vaardiepte van 3,5 m (bij Qbovenrijn = m 3 /s) blijft gehandhaafd. Breedtegemiddelde vaardiepte (bij Qbovenrijn = m 3 /s) blijft gehandhaafd. Op een locatie is sprake van een baggerbezwaar, maar dat betreft een verbetering van de referentie. De belangrijkste aandachtspunten betreffen de hoge stroomsnelheden die kunnen optreden direct achter de zuidwestelijke zomerkade. Bij hoge Geen effect. Door toepassen van de huidige kleiige bovengrond wordt een situatie bereikt gelijk aan de huidige. Het beheer dient hierop te zijn afgestemd. Zeer beperkt. Optimalisatie door aanpassing van het ontwerp is niet mogelijk binnen de eisen van de vraagspecificatie. Geen effect Geen effect Geen baggerbezwaar Door toepassen van de huidige kleiige bovengrond wordt een situatie bereikt gelijk aan de huidige. Op Pagina 13 van 27

14 van waterkering / geen bodemerosie langs waterkering; - stroomsnelheid nevengeul bankfull < 0,3 m/s; geen bodemerosie langs waterkering Overzicht van de effecten van DO Elst op de aspecten van het rivierkundig beoordelingskader afvoeren kan daar enige erosie van de uiterwaard en de kade zelf verwacht worden. kritische punten wordt extra bescherming in de vorm van betonblokkenma tten toegepast. Het beheer dient hierop te zijn afgestemd. Gevolgen voor overstromingen Zoals in het rapport in bijlage 3 wordt aangegeven, worden in de huidige situatie, bij een waterstand van 14,80 m +NAP bij Lobith en een voorspelde verdere stijging van de afvoer, de coupures geopend. In de praktijk zullen de polders dus niet in alle gevallen instromen wanneer een waterstand van 14,80 m +NAP bij Lobith wordt bereikt. In de voorkeursvariant (VKV) is daar wel vanuit gegaan waardoor de zomerkade verlaagd kon worden tot 7,7 m +NAP, de waterstand bij Elst die overeenkomt met 14,80 m +NAP bij Lobith, zonder dat daarmee de overstromingsfrequentie toe zou nemen. Deze aanname bleek niet juist te zijn, bij deze hoogte van de verlaagde kade neemt de overstromingsfrequentie in de praktijk juist toe. Daarom is het definitief ontwerp (DO) op dit punt geoptimaliseerd, waardoor ten opzichte van de voorkeursvariant de situatie verbeterd is en er ten opzichte van de huidige situatie er geen verslechtering optreedt. De zomerkade wordt integraal verlaagd naar 8,1 m +NAP. Qua hoogte is dit circa 0,15 m boven het laagste punt (7,95m +NAP) in de huidige zomerkade waardoor de overstromingsfrequentie niet toeneemt en zelfs afneemt, zie ook de volgende tabel. Waterstand Lobith Q Lobith (m 3 /s) Herhalingsfrequentie Waterstand Elst 14, jaar 7,7 15, >5 jaar 8,1 Herhalingstijden van verschillende afvoerniveaus 4.2. Chemische en ecologische kwaliteit Algemene conclusie chemische en ecologische kwaliteit Door het aanleggen van de kwelgeul in de Elster uiterwaarden inclusief een natuurvriendelijke oever, treedt geen directe meerwaarde op voor de KRW-kwaliteitselementen van het watertype R7, waaronder het waterlichaam Nederrijn, Lek is ingedeeld (langzaam stromende rivier/nevengeul op zand/klei). Laagfrequent overstroomde kwelgeulen zijn echter juist kenmerkend voor de Nederrijn en de maatregel heeft dan ook wel degelijk meerwaarde voor de kwaliteit van de uiterwaardwateren in dit waterlichaam. De maatregelen hebben in die zin wel KRW-waarde, maar dit komt niet tot uitdrukking in de huidige maatlatten. De maatregel levert wel een bijdrage aan de realisatie van de aquatische N2000-doelen. De kwaliteit van de kwelgeul bij Elst kan verder geoptimaliseerd worden door de verbinding met de kwelgeul in de Amerongse Bovenpolder voor organismen te verbeteren. De chemische kwaliteit van het oppervlaktewater van de Nederrijn blijft gelijk. De ingreep obstakelverwijdering machinistenschool Elst is getoetst aan de volgende (beleids)documenten: Beheer- en ontwikkelplan Rijkswateren (BPRW) ; Kader Richtlijn Water (KRW); Nationaal Waterplan (NWP). Het Beheer- en ontwikkelplan Rijkswateren (BPRW) beschrijft het beheer van de rijkswateren voor de periode Rijkswaterstaat voert het beheer uit. Het BPRW is opgesteld binnen de kaders van Europese richtlijnen, nationale wetgeving en nationaal beleid. Onderdeel van het BPRW is een gebiedsgericht programma waarin de beheeropgave is opgenomen van Waterbeheer 21e eeuw (WB21), Kaderrichtlijn Water (KRW) en Natura In de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is voor rivieren en kanalen de doelstelling vastgelegd dat in 2015 het oppervlaktewater een goede chemische en ecologische kwaliteit heeft bereikt. De KRW eist ook dat de chemische en ecologische kwaliteit niet achteruitgaan. In het Besluit kwaliteitseisen monitoring water 2009 (Bkmw ) zijn ter implementatie van de KRW eisen gesteld waaraan de kwaliteit van het oppervlaktewater in beginsel moet voldoen. 2 Bkmw (2009). Pagina 14 van 27

15 Rijkswaterstaat heeft het bereiken van de KRW-doelstellingen uitgewerkt in het BPRW. Dit is een wettelijke verplichting. Bij de totstandkoming van het BPRW is getoetst aan de KRW en aan het Bkmw. Een projectplan als bedoeld in de Waterwet moet aan het BPRW worden getoetst. Het Nationaal Waterplan NWP (RWS ) beschrijft de maatregelen die in de periode genomen moeten worden om Nederland ook voor toekomstige generaties veilig en leefbaar te houden en de kansen die water biedt te benutten. Chemische kwaliteit De fysische en chemische waterkwaliteit in de Nederrijn wordt vooral bepaald door het aangevoerde rivierwater vanuit de Rijn. De invloed van de aan van een kwelgeul in de uiterwaarden van Elst is hieraan ondergeschikt. De wijze van uitvoering zal moeten voldoen aan diverse eisen uit vergunningen, besluiten en algemene regels. Op deze wijze wordt er op toegezien dat het hele proces, van ontgraven tot toepassen, op een verantwoorde wijze wordt uitgevoerd. Afhankelijk van de wijze van uitvoering kan een Watervergunning benodigd zijn voor lozingsaspecten (zoals depots, retourwaterlozingen, etc.). Dit is afhankelijk van de wijze van uitvoering door de aannemer en zal in de uitvoeringsfase worden bepaald. Ecologische kwaliteit Tijdens de uitvoering zijn negatieve effecten, ondanks zorgvuldig werken, niet geheel uit te sluiten. Hiervoor is een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet aangevraagd en een ontheffing voor de Flora- en faunawet. De werkzaamheden worden uitgevoerd conform de voorschriften uit deze vergunning en ontheffing. Daarmee wordt gewaarborgd dat negatieve effecten zoveel mogelijk worden voorkomen of gemitigeerd, en geen onaanvaardbare negatieve effecten optreden. KRW-toets In de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is voor rivieren en kanalen de doelstelling vastgelegd dat in 2015 het oppervlaktewater een goede chemische en ecologische kwaliteit heeft bereikt. De KRW eist ook dat de chemische en ecologische kwaliteit niet achteruitgaan. In het Besluit Kwaliteitseisen en Monitoring Water (Bkmw) zijn ter implementatie van de KRW eisen gesteld waaraan de kwaliteit van het oppervlaktewater in beginsel moet voldoen. Het projectgebied ligt in het zogenaamde KRW-waterlichaam : Nederrijn/Lek (NL93_7). Dit waterlichaam is gedefinieerd als een sterk veranderd waterlichaam van het riviertype R7, met veel andere doelen. Deze doelen zijn: scheepvaart, waterbeheersing, drinkwatervoorziening via de IJssel, veiligheid, landbouw, industrie, infrastructuur en wonen en bescherming buitendijks land tegen erosie. Omdat deze doelen om technische en financiële redenen niet op een andere voor het milieu gunstigere manier bereikt kunnen worden, zijn ze als irreversibel betiteld en hoeven niet verwijderd te worden. Met als gevolg dat het waterlichaam niet meer aan een natuurlijke referentie getoetst (Goede Ecologische Toestand = GET) hoeft te worden maar aan een afgeleide daarvan (Goed ecologisch Potentieel= GEP). Vanuit de Europese Kaderrichtlijn Water zijn chemische en ecologische doelen opgesteld voor dit waterlichamen. Aan deze doelen zit een resultaatverplichting: in 2015 of eventueel 2027 dienen de doelen van de Kaderrichtlijn Water behaald te zijn. Vanuit de Waterwet (Besluit kwaliteitseisen en monitoring water (Bkmw), 2009) is er een wettelijke verplichting om nieuwe ruimtelijke ingrepen in KRW-waterlichamen te toetsen aan de ecologische KRW-doelen. Dit is een onderdeel van de toetsing aan de doelstellingen van de Waterwet. Om met de daadwerkelijke uitvoeringsmaatregelen te kunnen starten, moet een KRW-waterkwaliteitstoets ecologie uitgevoerd worden. De waterkwaliteitstoets bepaalt per stap of de geplande uitvoeringsmaatregelen een negatief effect kunnen hebben op het behalen van de KRW-doelen in de betreffende waterlichamen voor de biologische kwaliteitselementen (in dit geval macrofyten, macrofauna en vis). De uiterwaardvergraving Elst is een Ruimte voor de Rivier (RvR) maatregel met positieve effecten op de KRW doelstellingen en als zodanig opgenomen als een ecologische KRW maatregel in het Beheer en Ontwikkelingsplan Rijkswateren in bijlage 13 (RWS ). Hierin is het project als volgt beschreven: Optimalisatie PKB Ruimte voor de Rivier, Machinistenschool Elst, verlengen kwelgeul Amerongen-Elst resulterend in 0,5 km leefgebied. Ook in het Brondocument Nederrijn/Lek (RWS 20095) staat de maatregel x2356_6c in tabel 4.2 beschreven als zodanig beschreven. 3 RWS (2009). Nationaal waterplan RWS (2009). Programma Rijkswateren ; Uitwerking waterbeheer 21e eeuw, Kaderrichtlijn water en Natura 2000, Beheer en Ontwikkelingsplan Rijkswateren , december RWS (2009). Brondocument waterlichaam Nederrijn Lek (NL93_7); Doelen en maatregelen rijkswateren Ministerie van VenW, Rijkswaterstaat. Pagina 15 van 27

16 MIRT en/of BPRW toetsing? Het uiteindelijke ontwerp voor de Elst wijkt niet wezenlijk af van de plannen zoals in het BPRW opgenomen. De toetsingsschema s van de BPRW-toets kunnen nu relatief gemakkelijk doorlopen worden, omdat er bij KRWmaatregelen toch een uitgebreide toets (MIRT-toets) gedaan wordt op positieve effecten. Kwelgeul Er komt in totaal bijna 2,5 ha geïsoleerd water bij met een moerassige oever (0,2 ha). Dit heeft meerwaarde voor soorten van laagdynamisch water en soorten die aan kwel gebonden zijn. Dit zijn specifiek doelstellingen voor dit deel van de Nederrijn, waar ingezet wordt op laagdynamische natuurwaarden. Dit geldt zowel voor vis (bijv. de Grote modderkruiper) als voor macrofyten (bijv. Wwaterviolier) en macrofauna (bijv. Glassnijder). Zolang geen meetpunten voor de KRW-monitoring in de kwelgeul liggen, zullen de positieve effecten echter niet terug te zien zijn in de EKR-score voor dit waterlichaam, omdat deze soorten zich niet in de rivier zelf ophouden. Ook is er geen verbinding (vistrap) met de rivier, waardoor soorten uit de kwelgeul de rivier niet kunnen bereiken (en andersom). De verbinding met de kwelgeul in de Amerongse bovenpolder is suboptimaal: de stuw op de overgang is niet passeerbaar voor vis en macrofauna. Door de stuw passeerbaar te maken hebben organismen (met name vis) een veel grotere kwelgeul tot hun beschikking en neemt de draagkracht en kwaliteit van systeem toe. Toegevoegde waarde hebben met name ook de zeer flauwe moerassige oevers, waar oeverplanten tot ontwikkeling kunnen komen. Hierdoor neemt de kwaliteit in de geul toe ten opzichte van de huidige situatie. Dit is ook positief voor de soortdiversiteit (en dichtheid) van de kwaliteitselementen macrofauna en vis. Kenmerkende (reofiele) riviersoorten profiteren nauwelijks van de ingrepen, omdat de stroomsnelheid in de kwelgeul laag is en de uitwisseling met de hoofdstroom (overstromingsfrequentie) in het gebied niet toeneemt. Limnofiele soorten, die ook onderdeel uitmaken van de maatlat voor R7, profiteren wel van de ingrepen, maar er is door de lage overstromingsfrequentie van de uiterwaard (eens per 4/5 jaar) weinig mogelijkheid voor uitwisseling met de rivier. Daardoor dragen de maatregelen niet significant bij aan de KRW-doelen voor R7. Als de overstromingsfrequentie van de uiterwaarden toe zou nemen door de kades verder te verlagen, zou de maatregel meer effect hebben op de visstand in de rivier zelf (meer uitwisseling met de rivier). Ook kan de uitwisseling met de rivier verbeterd worden door een vistrap bij de aansluiting met de kwelgeul in de Amerongse Bovenpolder aan te leggen. Deze kwelgeul heeft benedenstrooms een open verbinding met de Nederrijn. De voorgenomen ingrepen hebben geen direct effect op de KRW-doelen voor watertype R7, maar laagfrequent overstroomde kwelgeulen zijn juist wel kenmerkend voor het gestuwde riviersysteem van de Nederrijn. De maatregel heeft dan ook wel degelijk meerwaarde voor de kwaliteit van de uiterwaardwateren in dit waterlichaam. In die zin hebben ze ook KRW-waarde, maar dit komt niet tot uitdrukking in de huidige maatlatten voor dit watertype. Aanleg stuw in de watergang ten behoeve van de KRW opgave Met de aanleg van de stuw in de watergang zal niet eerder worden gestart dan nadat ter beoordeling van de beheerder (bevoegd gezag van dit projectplan; Rijkswaterstaat Oost-Nederland) met een nadere onderbouwing is aangetoond of en op welke wijze de stuw passeerbaar zal zijn voor vissen. Uitgangspunt daarbij is om gelet op de KRW-opgave de stuw voor zoveel mogelijk als zodanig aangepast uit te voeren. Kadeverlaging Kadeverlaging heeft in dit geval geen effect op KRW-waarden omdat de overstromingsfrequentie niet toeneemt ten opzichte van de huidige situatie. Uiterwaardverlaging Het effect van uiterwaardverlaging hangt samen met kadeverlaging. Een verlaagde uiterwaard overstroomt vaker. Voor bepaalde vissoorten kan dit gunstig zijn, omdat ze bijvoorbeeld paaien op ondergelopen grasland. Ook zal dit leiden tot een bepaald vegetatietype dat bestand is tegen frequenter overstromen. Voor geïsoleerde plassen is frequenter overstromen niet altijd gunstig als er macrofyten van laagdynamische situaties in groeien. In dit geval zal de uiterwaardverlaging echter weinig effect hebben op de KRW-waarden, omdat de overstromingsfrequentie niet toeneemt en relatief laag blijft (1x per 4/5 jaar). Wel is een groter deel van de uiterwaard inundeerbaar, wat in principe de functie als paaigebied voor bepaalde soorten iets kan verbeteren. De combinatie met de aanwezige kwelgeul is waardevol (bij terugtrekkend water kunnen de vissen hierin terecht). Verflauwen rivieroevers De oevers van de rivier worden flauwer afgewerkt, wat in potentie meer ondiep stromend water oplevert. De ingreep vindt echter plaats tot op gemiddeld stuwpeil (6m+ NAP), dus levert voor de KRW-kwaliteitselementen nauwelijks meerwaarde. De verlaagde oevers staan weliswaar iets vaker onder water (1 x per jaar), maar dit is Pagina 16 van 27

Rivierkundige berekeningen Randwijkse Waard Rivierkundige analyse

Rivierkundige berekeningen Randwijkse Waard Rivierkundige analyse Rivierkundige berekeningen Randwijkse Waard 9T5318.A0 Definitief 24 maart 2010 A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND B.V. KUST & RIVIEREN Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen (024) 328 42 84 Telefoon

Nadere informatie

Rapportage hydraulisch en morfologisch onderzoek DO Elst

Rapportage hydraulisch en morfologisch onderzoek DO Elst 2 9 maart 2012 versie2a Document historie Revisienummer. Revisie datum Aanpassingen 0a 24 oktober 2011 Eerste concept 0b 12 december 2011 Tweede concept 0c 15 december 2011 Opmerkingen DJZ verwerkt. 1a

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier Nederrijn - Tollewaard

Ruimte voor de Rivier Nederrijn - Tollewaard Ruimte voor de Rivier Nederrijn - Tollewaard Projectplan ex. artikel 5.4, lid 1 Waterwet Ontwerpbesluit Datum 03-07-2012 Pagina 1 van 27 Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 1.1. Aanleiding...3 1.2. Projectplanplicht...3

Nadere informatie

Samenvatting PlanMER, obstakelverwijdering Elst

Samenvatting PlanMER, obstakelverwijdering Elst 2 21 mei 2012 versie 1a Document historie Revisienummer. Revisie datum Aanpassingen 0a 13 april 2012 Eerste concept 1a 21 mei 2011 Alle opmerkingen verwerkt 3 21 mei 2012 versie 1a 1 Samenvatting Voor

Nadere informatie

notitie Grondbank GMG 1. INLEIDING

notitie Grondbank GMG 1. INLEIDING notitie Witteveen+Bos van Twickelostraat 2 postbus 233 7400 AE Deventer telefoon 0570 69 79 11 telefax 0570 69 73 44 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt

Nadere informatie

Hydraulische beoordeling nieuwe waterkering Alexander, Roermond. WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag

Hydraulische beoordeling nieuwe waterkering Alexander, Roermond. WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag nieuwe waterkering Alexander, Roermond WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag i Datum 17 maart 2014 Status Concept, versie 0.2 Project P0056.9 Naam Paraaf Datum Auteur Drs. R.C. Agtersloot 17-03-2014

Nadere informatie

Witteveen+Bos, RW /torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning

Witteveen+Bos, RW /torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning 2 Witteveen+Bos, RW1809-303-20/torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning BIJLAGE O1-4 PROJECTBESCHRIJVING 1. PROJECTBESCHRIJVING 1.1. Aanleiding De hoogwatersituaties

Nadere informatie

Rapportage Morfologische effecten deelproject De Tollewaard

Rapportage Morfologische effecten deelproject De Tollewaard Rapportage Morfologische effecten deelproject De Tollewaard NR-RAP-104 2 9 maart 2012 versie 2a Rapportage Morfologische effecten deelproject De Tollewaard NR-RAP-104 Document historie Revisienummer. Revisie

Nadere informatie

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn

Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Ecologische verbindingszone Omval - Kolhorn Watertoets Definitief Provincie Noord Holland Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 11 december 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Inrichting watersysteem...

Nadere informatie

Rivierkundige effecten terreinuitbreiding Putman te Westervoort

Rivierkundige effecten terreinuitbreiding Putman te Westervoort Rivierkundige effecten terreinuitbreiding Putman te Westervoort Putman Exploitatiemaatschappij b.v. 7 mei 2010 Definitief rapport 9V1079.A0 A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND B.V. KUST & RIVIEREN Barbarossastraat

Nadere informatie

Rapportage hydraulisch en morfologisch onderzoek DO Middelwaard

Rapportage hydraulisch en morfologisch onderzoek DO Middelwaard 2 9 maart 2012- versie 2a Document historie Revisienummer. Revisie datum Aanpassingen 0a 24 oktober 2011 Eerste concept 0b 10 december 2011 Tweede concept 0c 15 december 2011 Derde concept 1a 23 december

Nadere informatie

Rivierkundige beoordeling Gendtse Polder

Rivierkundige beoordeling Gendtse Polder Rivierkundige beoordeling Gendtse Polder Provincie Gelderland juli 2014 Concept Rivierkundige beoordeling Gendtse Polder dossier : BD2962-101-100 registratienummer : RDC_BD2962-101_M20140716_NL04500_c0.1

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop

Watervergunning. Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop Watervergunning Voor het verwijderen van een brug en het aanleggen van een dam met duiker op de locatie bij Gruttostraat 1 in Benschop Datum 14 juli 2017 Zaaknummer 13919 Poldermolen 2 Postbus 550 3990

Nadere informatie

Gemeente Zwolle. Morfologisch gevoeligheidsonderzoek Westenholte. Witteveen+Bos. Willemskade postbus 2397.

Gemeente Zwolle. Morfologisch gevoeligheidsonderzoek Westenholte. Witteveen+Bos. Willemskade postbus 2397. Gemeente Zwolle Morfologisch gevoeligheidsonderzoek Westenholte Willemskade 19-20 postbus 2397 3000 CJ Rotterdam telefoon 010 244 28 00 telefax 010 244 28 88 Gemeente Zwolle Morfologisch gevoeligheidsonderzoek

Nadere informatie

Projectplan (ontwerpbesluit) Aanpassen Heelsumse beek

Projectplan (ontwerpbesluit) Aanpassen Heelsumse beek Projectplan (ontwerpbesluit) Aanpassen Heelsumse beek 1 Projectbeschrijving 1.1 Wat wordt aangelegd of gewijzigd? Dit Projectplan gaat over het aanpassen van de Heelsumse beek vanaf de N225 tot aan de

Nadere informatie

Om in aanmerking te komen voor een beoordeling op basis van Artikel 6d moet de verlaging van waterstanden ten minste 1 cm bedragen.

Om in aanmerking te komen voor een beoordeling op basis van Artikel 6d moet de verlaging van waterstanden ten minste 1 cm bedragen. Afgedrukt: 21 februari 2014 Project : Ontwerp landgoederen Ossenwaard Datum : 17 februari 2014 Onderwerp : Resultaten van de berekeningen Van : Anne Wijbenga; Joana Vieira da Silva Aan : M. van Berkel

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570 Watervergunning Voor het dempen, graven en verbreden van (een) watergang(en) en het aanleggen van plasbermen op de locatie bij Heeswijk 120 in Montfoort Datum 27 september 2017 Zaaknummer 16570 Poldermolen

Nadere informatie

1 Verslag 2 effectbepaling Rivierkundige effecten Via15 Depots Scherpekamp

1 Verslag 2 effectbepaling Rivierkundige effecten Via15 Depots Scherpekamp 1 Verslag 2 effectbepaling Rivierkundige effecten Via15 26/08/15 06-83 98 30 64 claus@uflow.nl www.uflow.nl Hoenloseweg 3 8121 DS Olst Aan: Mevr. I. Dibbets, Dhr. F. Berben Cc Mevr. S. Malakouti Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017.

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017. Watervergunning Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht Datum 16 juni 2017 Zaaknummer 13429 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634 57 00 post@hdsr.nl

Nadere informatie

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221

: KRW Bentinckswelle : Aanvulling op aanvraag watervergunning LW-AF20122221 HaskoningDHV Nederland B.V. Logo MEMO Aan : Waterschap Vallei en Veluwe Van : Esther van den Akker Kopie : Dossier : BA7927-101-100 Project : KRW Bentinckswelle Betreft : Aanvulling op aanvraag watervergunning

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Watervergunning Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Datum 4 juli 2017 Zaaknummer 13832 Poldermolen 2 Postbus

Nadere informatie

18 april 2017 RWS-2017/17157 Kadeverlaging Scherpekamp, Projectplan Waterwet, Pannerdensch Kanaal, linkeroever kmr

18 april 2017 RWS-2017/17157 Kadeverlaging Scherpekamp, Projectplan Waterwet, Pannerdensch Kanaal, linkeroever kmr Besluit Onderwerp RWS-2017/17157 Kadeverlaging Scherpekamp, Projectplan Waterwet, Pannerdensch Kanaal, linkeroever kmr. 872.600-873.500 RWS Oost Nederland Eusebiusbuitensingel 66 6828 HZ Arnhem Postbus

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Ministerie van tnftastructuur en Milieu

Rijkswaterstaat Ministerie van tnftastructuur en Milieu Rijkswaterstaat Ministerie van tnftastructuur en Milieu M.E.R.-BEOORDELINGSNOTITIE STROOMLI]N MAAS, FASE 3, TRANCHE $ Deelgebied Lithse Ham Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Datum

Nadere informatie

ontwerpbesluit 1. Projectbeschrijving

ontwerpbesluit 1. Projectbeschrijving ontwerpbesluit www.rijkswaterstaat.nl Contactpersoon Monique Bouwman Kenmerk De Minister van Infrastructuur en Milieu besluit, gelet op artikel 5.4, eerste lid van de Waterwet, het onderhavige projectplan

Nadere informatie

Doel van de informatiebijeenkomst

Doel van de informatiebijeenkomst Zomerbedverlaging Beneden-IJssel Jacqueline Bulsink Informatiebijeenkomst 12 oktober 2011 Doel van de informatiebijeenkomst Informeren over resultaten planstudie Zomerbedverlaging Beneden- IJssel Gelegenheid

Nadere informatie

Nieuwe Uitslag van Putten

Nieuwe Uitslag van Putten Beleidslijn Grote Rivieren voor de Willemspolder De gemeente Spijkenisse werkt aan een nieuw bestemmingsplan voor het Buitengebied Zuidoost. Dit bestemmingsplan is deels conserverend van aard, deels worden

Nadere informatie

Rivierverruiming Uiterwaarden Neder-Rijn

Rivierverruiming Uiterwaarden Neder-Rijn Nieuwsbrief Jaargang 1 Nummer 1 Maart 2010 Rivierverruiming Uiterwaarden Neder-Rijn Beste bewoner, Alstublieft. We bieden u de eerste nieuwsbrief aan over rivierverruiming in de uiterwaarden van de Neder-Rijn.

Nadere informatie

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet Datum: 10 februari 2016 Kenmerk: 201600150 Onderwerp: ontwerp-projectplan voor de realisatie van maatregelen ten behoeve van het nieuwe peilgebied Nieuw-Lekkerland

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866 Watervergunning Voor het slopen van een woning en het afdekken van de fundering met grond bij een waterkering op de locatie bij Provincialeweg Oost 29 in Haastrecht Datum 17 oktober 2017 Zaaknummer 16866

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu M.E.RBEOORDELINGSNOTITIE STROOMLIJN MAAS, DEELGEBIED 3, TRANCHE 1 Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Datum RWS-2016/4724 Onderwerp

Nadere informatie

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer

WATERVERGUNNING Datum Zaaknummer WATERVERGUNNING Voor het aanleggen van een tijdelijke dam met duikers op de locatie Landschapsbaan in Vleuten Datum 13 oktober 2017 Zaaknummer 18014 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK 2 VOORSCHRIFTEN...4

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584 Watervergunning Voor het hebben van een tijdelijke gedeeltelijke verondieping in een tertiair oppervlaktewaterlichaam (=natuursloot) op de locatie achter Meije 89 te Bodegraven Datum 29 augustus 2017 Zaaknummer

Nadere informatie

Ruimte voor de Waal - Nijmegen Verificatie Ruimtelijk Plan Hydraulica

Ruimte voor de Waal - Nijmegen Verificatie Ruimtelijk Plan Hydraulica Ruimte voor de Waal - Nijmegen Verificatie Ruimtelijk Plan Hydraulica Gemeente Nijmegen 1 oktober 2010 Definitief rapport 9V0718.05 A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND B.V. KUST & RIVIEREN Barbarossastraat

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu M.E.RBEOORDELINGSNOTITIE STROOMLI]N MAAS, DEELGEBIED 3, TRANCHE 3 Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu RWS-2017/8211 Onderwerp

Nadere informatie

Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren

Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren Versie 4.0 23 januari 2017 Rivierkundig Beoordelingskader versie 4.0 - Colofon Versie Beheer: Versie Datum Omschrijving 2.0 1/1/2009 Volledig

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885 Watervergunning Voor het graven van een watergang ter compensatie van het versneld afvoeren en lozen van hemelwater vanaf nieuw verhard oppervlak op de locatie Van Musschenbroekbaan 13 in Nieuwegein Datum

Nadere informatie

Kadeverlaging Scherpekamp

Kadeverlaging Scherpekamp Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Ruimte voor de Rivier Kadeverlaging Scherpekamp Rivierkundige beoordeling VKV2 EINDRAPPORT PR3175.40 september 2016 Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Ruimte voor de Rivier

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier

Ruimte voor de Rivier Ruimte voor de Rivier Huub Hector Projectmanager Juni 2014 Ruimte voor de rivier Doelstelling Ruimte voor de Rivier: Doelstelling & ontwerp Met wie doen we dat? Uitvoering 2 Programma Ruimte voor de Rivier

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede WATERVERGUNNING Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede Datum 28 november 2017 Zaaknummer 19098 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier / Obstakelverwijdering Nederrijn Elst, gemeente Rhenen

Ruimte voor de Rivier / Obstakelverwijdering Nederrijn Elst, gemeente Rhenen Ruimte voor de Rivier / Obstakelverwijdering Nederrijn Elst, gemeente Rhenen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 15 oktober 2012 / rapportnummer 2705 57 1. Oordeel over het MER Boskalis werkt

Nadere informatie

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f 26 juni 2013 1 1 Projectbeschrijving 1.1 Wat wordt aangelegd of gewijzigd? Zowel binnen als buiten het natuurgebied Empese

Nadere informatie

: Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal

: Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal Onderwerp Status : Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal : Ontwerpbesluit Datum vastgesteld door het college van dijkgraaf en heemraden : 3 december

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 13 juli Zaaknummer 13497

Watervergunning. Datum 13 juli Zaaknummer 13497 Watervergunning Voor het graven en dempen van watergangen en het aanleggen en verwijderen van dammen met duiker op de locatie Laag Nieuwkoop 30 in Kockengen Datum 13 juli 2017 Zaaknummer 13497 Poldermolen

Nadere informatie

Ecologische doelstelling

Ecologische doelstelling Nevengeulen langs de grote rivieren Leren van de praktijk Margriet Schoor Oost Nederland Platform beek- en rivierherstel Vreugderijkerwaard, oktober 2009 14 december 2011 Waarom nevengeulen? Hoofdgeul

Nadere informatie

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A ONDERWERP Aangepaste leggerwijziging Tradeportsloot DATUM 14-4-2016 PROJECTNUMMER C01031.000363.0900 ONZE REFERENTIE 078903199 A VAN Joost Veltmaat AAN Waterschap Peel en Maasvallei Inleiding Klaver 6a

Nadere informatie

Figuur 1: Hoogteligging plangebied ( AHN, Rijkswaterstaat)

Figuur 1: Hoogteligging plangebied ( AHN, Rijkswaterstaat) 2.6 Geohydrologie 2.6.1 Algemeen Ten behoeve van het ontwerp van de locatie dient inzicht te worden verkregen in de opbouw van de bodem, de heersende grondwaterregimes en de terreingesteldheid. In deze

Nadere informatie

Datum 14 december Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel. Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe

Datum 14 december Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel. Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe PROJECTPLAN WATERWET Datum 14 december 2015 Projectnummer P205508 Onderwerp Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe besluit het

Nadere informatie

Ruimte voor de Rivier - praktijktoepassing met Simona. Simona Gebruikersmiddag, 12 juni 2013

Ruimte voor de Rivier - praktijktoepassing met Simona. Simona Gebruikersmiddag, 12 juni 2013 Ruimte voor de Rivier - praktijktoepassing met Simona Simona Gebruikersmiddag, Inhoud 1. Ruimte voor de Rivier projecten 2. Dwarsstroming 3. Morfologische analyses 4. Limieten grofmazigheid, pijlers 5.

Nadere informatie

Rivierkundige effecten voorkeursalternatief Millingerwaard

Rivierkundige effecten voorkeursalternatief Millingerwaard Rivierkundige effecten voorkeursalternatief Millingerwaard Samenvatting rivierkundig onderzoek VKA Millingerwaard november 2009 21 november 2009 N.G.M. van den Brink 9-nov-09, Rivierkunde Millingerwaard

Nadere informatie

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Rijkswaterstaat beheert de grote rivieren in Nederland. Het stuwensemble Nederrijn en Lek speelt hierin een

Nadere informatie

Definitief ontwerp. Rapportage. Stroomlijn perceel 5 - IJssel Zaaknummer:

Definitief ontwerp. Rapportage. Stroomlijn perceel 5 - IJssel Zaaknummer: Rapportage Definitief ontwerp Stroomlijn perceel 5 - IJssel Kenmerk 31091368-TECM-TEKE-00151-20150408-KT-ontwerp 13110_De Staat_GemKampen V2 Datum 26 maart 2015 Revisienummer 1 Revisiedatum 26 maart 2015

Nadere informatie

Het groeiende beek concept

Het groeiende beek concept Het groeiende beek concept Een ontwikkelingsstrategie voor de Wilderbeek Aanleiding In juni 07 is de Wilderbeek verlegd ten behoeve van de aanleg van de A73. De Wilderbeek kent over het traject langs de

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017 Watervergunning Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt Datum 19 juni 2017 Zaaknummer 13121 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634

Nadere informatie

Notitie. : Aanvulling op rivierkundige beoordeling

Notitie. : Aanvulling op rivierkundige beoordeling Notitie HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. RIVERS, DELTAS & COASTS Aan : Waterschap Peel en Maasvallei Van : Tjeerd Driessen, Marcel van den Berg Datum : 7 april 2015 Kopie : George Peters Onze referentie : 9X4447/N/904200/Nijm

Nadere informatie

hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon

hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon memo Witteveen+Bos Postbus 2397 3000 CJ Rotterdam telefoon 010 244 28 00 telefax 010 244 28 88 hydraulische, morfologische en scheepvaarteffecten dijkversterking BR636-1 BR636-1/smei/147 ir. A. Zoon datum

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15058 5 juni 2015 Besluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 4 juni 2015, nr. IENM/BSK-2015/101689 tot

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142 WATERVERGUNNING Voor het vervangen van een verkeersregelinstallatiekast (VRI kast) bij een watergang en een waterkering op de locatie Boerendijk ter hoogte van de brug in de Chrysantstraat in Woerden Datum

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 15 mei Zaaknummer 11154

Watervergunning. Datum 15 mei Zaaknummer 11154 Watervergunning Voor het aanpassen van de waterhuishouding t.b.v. de uitbreiding van de carpoolvoorziening op de locatie Streektransferium Linielanding te Nieuwegein Datum 15 mei 2017 Zaaknummer 11154

Nadere informatie

Samen werken aan waterkwaliteit. Voor schoon, voldoende en veilig water

Samen werken aan waterkwaliteit. Voor schoon, voldoende en veilig water Samen werken aan waterkwaliteit Voor schoon, voldoende en veilig water D D Maatregelenkaart KRW E E N Z D E Leeuwarden Groningen E E W A IJSSELMEER Z Alkmaar KETELMEER ZWARTE WATER MARKER MEER NOORDZEEKANAAL

Nadere informatie

SIMONA gebruikersdag. Quintijn van Agten 19 June 2014

SIMONA gebruikersdag. Quintijn van Agten 19 June 2014 SIMONA gebruikersdag Quintijn van Agten 19 June 2014 Quintijn van Agten Project Engineer & GIS specialist - Rivers, Deltas & Coasts at Royal HaskoningDHV ITC, Enschede Utwente, Civiele Techniek, Master,

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280 Watervergunning Voor het aanleggen van een steiger bij een primaire watergang en een regionale waterkering op de locatie Jacob Barneveldstraat 99 in Linschoten. Datum 14 september 2017 Zaaknummer 16280

Nadere informatie

Beheer- en onderhoudsplan Elst

Beheer- en onderhoudsplan Elst Beheer- en onderhoudsplan Elst Boskalis bv Project: 4 Maatregelen Nederrijn Zaaknummer: 310384 Documentnummer: Werkpakketcode: 3.3.1 Documentstatus: Versie: a Datum: 9 maart 01 Naam Paraaf Datum Opgesteld:

Nadere informatie

Rivierkundige beoordeling Duurzaam Beheer Project Stroomlijn

Rivierkundige beoordeling Duurzaam Beheer Project Stroomlijn Rivierkundige beoordeling Duurzaam Beheer Project Stroomlijn Perceel 1: Zaaknr: 31082368 Waal/Merwede, Maas Perceel 2: Boven-Rijn, Waal, Zaaknr: 31082369 Pannerdensch Kanaal Gegevens opdrachtgever: Ministerie

Nadere informatie

* * Omgevingsvergunning * * Aanvraagnummer (OLO) :

* * Omgevingsvergunning * * Aanvraagnummer (OLO) : *16-0435795* *16-0435795* Omgevingsvergunning Kenmerk : WABO-2015-0609 Aanvraagnummer (OLO) : 2068731 Aanvrager : ARCADIS Nederland Onderwerp : het vellen/rooien van houtgewas en het kappen van bomen Locatie

Nadere informatie

26 Aanbrengen van grond bij een waterkering

26 Aanbrengen van grond bij een waterkering 26 Aanbrengen van grond bij een waterkering 26.1 Inleiding In dit hoofdstuk staat het aanbrengen van grond bij waterkeringen centraal. Onder deze handeling wordt verstaan: - opvullen van gaten en kuilen;

Nadere informatie

Zomerbedverlaging Beneden-IJssel. Kampen

Zomerbedverlaging Beneden-IJssel. Kampen Zomerbedverlaging Beneden-IJssel Notitie Samenhang RvRmaatregelen rond Zwolle en Kampen 20 mei 2010 Samenvatting In deze notitie wordt de relatie en samenhang tussen de maatregelen van Ruimte voor de Rivier

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het gemotoriseerd varen op de benedenloop van de Kromme Rijn met vier elektrisch aangedreven boten. Datum 16 januari 2018

Watervergunning. Voor het gemotoriseerd varen op de benedenloop van de Kromme Rijn met vier elektrisch aangedreven boten. Datum 16 januari 2018 Watervergunning Voor het gemotoriseerd varen op de benedenloop van de Kromme Rijn met vier elektrisch aangedreven boten Datum 16 januari 2018 Zaaknummer 21634 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T

Nadere informatie

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2 Bruggen en andere volledige overkluizingen 2.1 Inleiding Een brug is een verbinding tussen twee percelen, die door een watergang van elkaar worden gescheiden. Een brug vormt een volledige overkluizing

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018 WATERVERGUNNING Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern Datum 28 maart 2018 Zaaknummer 24339 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Hydraulische toetsing Dijkverlegging Westenholte. Verslag van hydraulische toetsing variant Hanken Dijkverlegging Westenholte.

Hydraulische toetsing Dijkverlegging Westenholte. Verslag van hydraulische toetsing variant Hanken Dijkverlegging Westenholte. Hydraulische toetsing Dijkverlegging Westenholte Verslag van hydraulische toetsing variant Hanken Dijkverlegging Westenholte. Ir. N.G.M van den Brink, 25 januari 2008 Inhoudsopgave........................................................................................

Nadere informatie

1 Rivierkundige Toetsing Definitief 1 Verbreding invaart Haaften

1 Rivierkundige Toetsing Definitief 1 Verbreding invaart Haaften 1 Rivierkundige Toetsing Definitief 1 27/05/2016 Rijkswaterstaat Oost Nederland Afdeling SLU p.a. K. Kroese, A.H. Thielking Postbus 25 6200 MA Maastricht Geachte lezer, Inleiding Op 18 april j.l. heeft

Nadere informatie

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve

Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve Waterhuishouding en riolering Groot Zonnehoeve Inleiding Dit document is opgesteld als vervolg en update van de analyse van de waterhuishouding, opgesteld in januari 2008. Toen is geconstateerd dat de

Nadere informatie

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch

Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Inleiding In deze notitie worden verscheidene scenario s berekend en toegelicht ter ondersteuning van de bepaling van inrichtingsmaatregelen voor de EVZ Ter Wisch.

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD

OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD VOORBLAD Besluit Op 21 juli 2015 hebben wij een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het verwijderen van bomen en struiken uit de stroombaan (activiteit aanleggen werken/werkzaamheden)

Nadere informatie

FAZ: Ja 2-4-2014. Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

FAZ: Ja 2-4-2014. Opdrachtgever: Jelmer Kooistra Onderwerp: Termunterzijldiep-Opdiep Nummer: Bestuursstukken\1575 Agendapunt: 6 DB: Ja 18-03-2014 BPP: Ja Workflow Opsteller: Boy de Vries, 0598-693409 Beleid, Projecten en Geoinformatie FAZ: Ja Opdrachtgever:

Nadere informatie

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd. partner in bouwputadvies en grondwatertechniek 1/5 Project : HT140056 Park Waterrijk Hekelingen Datum : 1 September 2014 Betreft : Nota waterhuishouding Opsteller : M. (Marco) Zieverink, MSc Documentstatus

Nadere informatie

Culemborg aan de Lek

Culemborg aan de Lek Ruimte voor de Rivier Culemborg aan de Lek informatieavond 27 oktober 2008 David Heikens Royal Haskoning Ruimte voor de Rivier Culemborg Inhoud 1. Hoogwaterveiligheid PKB Ruimte voor de Rivier 2. Het alternatief:

Nadere informatie

Assetmanagement van nevengeulen

Assetmanagement van nevengeulen Assetmanagement van nevengeulen Kennisdag Platform Beek- en Rivierherstel 15 november 2016 Luc Jans Oost-Nederland Assets; wat zijn dat? Bezittingen, eigendommen, onderdelen, objecten In de wegeninfrastructuur

Nadere informatie

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers.

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. 1 veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. verbeteren van chemische water kwaliteit verbeteren van de oever stabiliteit verbeteren van de ecologische kwaliteit 2 waarom aandacht voor NVO

Nadere informatie

PROJECTPLAN voor de wijziging van een waterstaatswerk Artikel 5.4 Waterwet

PROJECTPLAN voor de wijziging van een waterstaatswerk Artikel 5.4 Waterwet PROJECTPLAN voor de wijziging van een waterstaatswerk Artikel 5.4 Waterwet Verwijderen 2 bruggen vervangen door 2 duikers in Zandhoekse Loop en Landmeersche Loop Pagina 1 van 6 26-3-2019 projectplan verwijderen

Nadere informatie

RWSZ Beslissing m.e.r.-beoordelingsnotitie Programma Stroomlijn in de uiterwaarden van de IJssel (deelgebied 5) tranche 4.

RWSZ Beslissing m.e.r.-beoordelingsnotitie Programma Stroomlijn in de uiterwaarden van de IJssel (deelgebied 5) tranche 4. Contactpersoon C. Veldman medewerker advisering christel.veldman@rws.nl Ons kenmerk RWSZ2017-00003697 Beslissing m.e.r.-beoordelingsnotitie Programma Stroomlijn in de uiterwaarden van de IJssel (deelgebied

Nadere informatie

Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Auteur Registratienummer Datum

Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Auteur Registratienummer Datum Peilbesluit Waddenzeedijk Texel Toelichting bij het Auteur Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Registratienummer 15.18021 Datum April 2015 1. AANLEIDING PEILBESLUIT Het dient herzien te worden vanwege

Nadere informatie

Memo. Divisie Ruimte, Mobiliteit en Infra

Memo. Divisie Ruimte, Mobiliteit en Infra Aan Gemeente Horst aan de Maas Van drs. F.M. van Schie Telefoon 0302653276 RM193104 Toelichting bij aanvraag vergunningen dijkversterking Grubbenvorst Datum 13 mei 2016 Projectnummer Onderwerp Inleiding

Nadere informatie

Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen

Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen Auteur: N. van Rooij District: Raam Inhoudsopgave Pagina 1 van 7 Leeswijzer... 3 DEEL

Nadere informatie

Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren

Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren Rivierkundig Beoordelingskader voor ingrepen in de Grote Rivieren Versie 5.0 4 juni 2019 Rivierkundig Beoordelingskader versie 5.0 Colofon Versie Beheer: Versie Datum Omschrijving 2.0 1/1/2009 Volledig

Nadere informatie

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE Imandra: :D

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE Imandra: :D ONDERWERP Gemaal Korftlaan - advies wel of niet verbreden watergang aanvoertracé DATUM 7-7-2016, PROJECTNUMMER C03071.000121.0100 ONZE REFERENTIE Imandra: 078915484:D VAN Arjon Buijert - Arcadis AAN J.

Nadere informatie

Kadeverlaging Scherpekamp

Kadeverlaging Scherpekamp Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Ruimte voor de Rivier Kadeverlaging Scherpekamp VKV2a: Rivierkundige effectbepaling met het BenO2015 model PR3175.50 Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Ruimte voor de Rivier

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers langs de Lek

Natuurvriendelijke oevers langs de Lek Natuurvriendelijke oevers langs de Lek Evaluatie van 6 jaar monitoring SAMENVATTING W.M. Liefveld A. Bak In opdracht van Rijkswaterstaat Samenvatting Momenteel stellen de waterbeheerders hun maatregelenprogramma

Nadere informatie

Maascollege. Waterstanden in de Maas, verleden, heden, toekomst

Maascollege. Waterstanden in de Maas, verleden, heden, toekomst Maascollege Waterstanden in de Maas, verleden, heden, toekomst Inhoud presentatie kararkteristiek stroomgebied waar komt het water vandaan hoogwater en lage afvoer hoogwaterbescherming De Maas MAAS RIJN

Nadere informatie

: Projectplan Waterwet Realiseren open water verbinding vijver Coehoornsingel in Zutphen met de Berkel

: Projectplan Waterwet Realiseren open water verbinding vijver Coehoornsingel in Zutphen met de Berkel Onderwerp Status : Projectplan Waterwet Realiseren open water verbinding vijver Coehoornsingel in Zutphen met de Berkel : Besluit Datum vastgesteld door het college van dijkgraaf en heemraden : 21 november

Nadere informatie

BESLUIT LEGGERWIJZIGING

BESLUIT LEGGERWIJZIGING Definitief legger besl uit Z2016-0273 22 j uni 2016 J a BESLUIT LEGGERWIJZIGING De leggerwijziging heeft betrekking op: 1. het gedeeltelijk dempen (verleggen) van het primaire oppervlaktewater Trade Port

Nadere informatie

1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL

1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL Eusebiusbuitensingel 66 6828 HZ Arnhem Postbus 9070 6800 ED Arnhem Contactpersoon J. Bulsink T 0650909363 Adviesnota Zomerbedverlaging Beneden-IJssel 1 ADVIESNOTA ZOMERBEDVERLAGING BENEDEN-IJSSEL Bijlage(n)

Nadere informatie

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING, BEHOREND BIJ DE AANGEVRAAGDE VERGUNNING OMG-12-181 Voor de inrichting en het gebruik van een evenemententerrein in deelgebied De Druppels, tegenover Wagenweg 22/24 te Oudkarspel

Nadere informatie

ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik

ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik ontwerp-projectplan Waterwet Renovatie en vispassage stuw Schenkel Lopik Voornemen Het College van Dijkgraaf en Hoogheemraden van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden is voornemens, gelet op artikel

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Samenvatting Inleiding Deze samenvatting hoort bij de rapportage Notitie Kansrijke Oplossingsrichtingen (NKO) voor het project Dijkversterking Tiel Waardenburg en Rivierverruiming Varik - Heesselt. Werken

Nadere informatie

Hydraulische toetsing Alternatief dijkverlegging Westenholte. Verslag van hydraulische toetsing alternatief voor Dijkverlegging Westenholte.

Hydraulische toetsing Alternatief dijkverlegging Westenholte. Verslag van hydraulische toetsing alternatief voor Dijkverlegging Westenholte. Hydraulische toetsing Alternatief dijkverlegging Westenholte Verslag van hydraulische toetsing alternatief voor Dijkverlegging Westenholte. Ir. N.G.M van den Brink, 22 maart 2008 Inhoudsopgave........................................................................................

Nadere informatie

N.v.t. Nee (art. 5) Natuur. Riet en Ruigte. Stadsweide Roermond. Maaien. Waterstaat Stroomvoerend rivierbed. Nee (art. 9) N.v.t. Natuur. Nee (art.

N.v.t. Nee (art. 5) Natuur. Riet en Ruigte. Stadsweide Roermond. Maaien. Waterstaat Stroomvoerend rivierbed. Nee (art. 9) N.v.t. Natuur. Nee (art. ONDERWERP Bestemmingsplan check DO 9 DATUM 21-03-2016 VAN Simone Loohuizen In uiterwaarde 9 is het volgende bestemminsplan vigerend: Bestemmingsplan, aan de noordkant van de uiterwaarde In tabel 1 is per

Nadere informatie

Bijlage 1. Toelichting Aanvraag Omgevingsvergunning Stroomlijn Nederrijn en Lek spoor 1 Molenwaard

Bijlage 1. Toelichting Aanvraag Omgevingsvergunning Stroomlijn Nederrijn en Lek spoor 1 Molenwaard Bijlage 1. Toelichting Aanvraag Omgevingsvergunning Stroomlijn Nederrijn en Lek spoor 1 Molenwaard Onderwerp Dit document betreft de aanvraag voor het werkzaamheden in de uiterwaarden van de gemeente Molenwaard.

Nadere informatie

Projectplan: Realisatie natuurvriendelijke oever Linthorst Homankanaal te Beilen

Projectplan: Realisatie natuurvriendelijke oever Linthorst Homankanaal te Beilen Projectplan: Realisatie natuurvriendelijke oever Linthorst Homankanaal te Beilen Waterschap Drents Overijsselse Delta Dokter van Deenweg 186 8025 BM Zwolle Postbus 60, 8000 AB Zwolle e-mail: info@wdodelta.nl

Nadere informatie

Versie Omschrijving Auteur(s) Datum 1 D J Timmer 19-03-2013 2 Aanvullende tekst par 3.3.3

Versie Omschrijving Auteur(s) Datum 1 D J Timmer 19-03-2013 2 Aanvullende tekst par 3.3.3 COLOFON Opdrachtgever Project : Waterschap Rivierenland : Rivierverruiming Munnikenland Contractnummer : 110264 Status : Definitief Datum : 05-07-2013 Opsteller : D J Timmer Versie Omschrijving Auteur(s)

Nadere informatie