Kort verslag netwerkbijenkomst BOUW & INFRA

Transcriptie

1 Kort verslag netwerkbijenkomst BOUW & INFRA Woensdag 30 oktober 2013 Aanwezigen: Chris Giebels, Hans Poppe, Rene van Mourik, Francisco Navarro, Sjoerd Wiersma, Patrick Maas, Mark van der Pijl, Jan Jongsma, Mirella Asunis, Frits Meiering, Gerk Hogerhuis, Arie Mak, Chiel Kroezen, Irma van der Laan Sessie 1 1. A Welkom Irma heet iedereen welkom. We beginnen met een korte voorstelronde, waarna we het programma voor vanmiddag doornemen. Mededeling van Irma, In mag je een pilot draaien moeten scholen werken met de nieuwe KD. 2. B Kwalificatiedossier Middenkaderfunctionaris bouw en infra Eisen van de minister: KD is opgebouwd uit 3 nieuwe delen, minder crebo s aanbieden. Die delen zijn: Basisdeel. Deze is voor alle leerlingen verplicht. Profieldeel. Bouwkunde, Infra, Landmeten, Renovatie en als laatste Verkeer en stedebouw. Keuze deel. De inhoud en vorm zijn nog niet bekend. Het keuze deel staat los van de secuur, wordt dus niet geëxamineerd. Je moet wel aantonen dat een leerling dat deel heeft gedaan. Het keuze deel is 15% van de studie last. Nieuw is de aanvulling van vakkennis. Bouwkunde heeft 4 verschillende kerntaken. De Infra heeft 3 kerntaken. De namen van de verschillende werkprocessen is niet meer gelijk aan elkaar. Bouwkunde heeft andere benamingen van de werkprocessen dan Infra. 1

2 De werkprocessen zijn meer samengevoegd. Hierdoor zijn voor de opleiding bouwkunde en de opleiding infra de werkprosessen van 25 naar 10 werkprocessen zijn gegaan. Inhoudelijk mocht er niets aangepast worden in het nieuwe KD. Alleen de structuur is aangepast. De competenties zijn weg, daarvoor is het gedrag nu uitgebreid. De prestatie indicatoren blijven bestaan. Er komen geen duidelijkere richtlijnen voor het beoordelen. Hoe we willen beoordelen en waarop we willen beoordelen is iets wat nog ontwikkeld moet worden. Samen met de scholen willen we gaan kijken hoe we daar inhoud aan gaan geven. Sessie 2 1. Uitgangspunten voor nieuwe consortium producten (brainstormronde 1) Inleiding Er wordt gevraagd naar de input vanuit de aanwezigen omtrent de vraag hoe men het onderwijs op dit moment heeft vormgegeven en wat de wensen zijn. Uitgangspunten voor didactiek - Landelijke trend voor meer aandacht voor kennis en vaardigheden. - Project leidend voor vaklessen. > Lukt het om een volledige integratie te krijgen van kennis en vaardigheden? Vragen - Moeten we een gezamenlijk basisdeel creëren voor bouw en infra of twee verschillende basisdelen? Hoe wordt onderwijs op dit moment vormgegeven bij de verschillende MBO instellingen? Arie Mak (ROC Midden-Nederland): Bouw - Wij zijn dit jaar gestart met een driejarig traject. Er staat nog niet veel op papier. Ik kan nog niet veel zeggen over de invulling voor het hele traject. 2

3 Chris Giebels/ Hans Poppe (ROC van Twente): Bouw. (Its learning), team van 15 ft en 20 collegae. 3 klassen per lj. 2 e jaar start coflex. - 1 e jaar : start met eigen projecten, gezamenlijk 1 e halfjaar bouw/infra. Vanaf jan. 2 projecten voor zowel bouw/ infra. - 2 e jaar: start met consortium projectwijzers: 6 en 9 en dan 7 en 10 - Het project is basis. Vaklessen aangepast op project. Wis / Na. Zo goed als mogelijk aangepast op project - 3 e jaar: eerste halfjaar project 11/12. Daarna examinering. Fransisco Navarro (Landstede Harderwijk): mbo bouwkunde naar interieur/ architectuur. 25 ll in 1 e jaar. Gebruik van projectwijzer. Maken keuze in uitvoeren welke taken. Bedenken van beroepsvaardige opdrachten. Theorie gekoppeld aan project. 4 jarige opleiding. Geen infra. Sjoerd Wiersma (ROC Mondriaan): Bouw en Infra. 1 e half jaar gezamenlijk bouw en infra. Stage 10 weken in leerjaar 1. Tot vorig jaar getracht alle projecten te doen. Dit jaar niet meer. Vaklessen gekoppeld aan de projecttaken 1 e en 2 e leerjaar. Patrick Maas/ Chiel Koenen (Gilde opleidingen): 1 e en 2 e leerjaar BOL traject met gebruik van alle projectwijzers. 3 e en 4 e leerjaar BBL traject. 2 locaties. Leerjaar 1 bouw/ infra. Vanaf leerjaar 2 keuze naar bouw/ infra. Gebruik van projectwijzers en vaklessen (zijn ondersteunend aan project). Examinering in 3 e en 4 e leerjaar. Mark van der Pijl/ Jan Jongsma / Frits Meijering (Noorderpoort): 1 e jaar: 5 projectwijzers, met niet alle taken. Hadden coflex, overgestapt naar Thieme. Gebruik boek voor lessen. Elke jaar stagemoment. Examinering in leerjaar 4. Wis/ Na geprobeerd af te stemmen op projectlessen. Rek. Ne. Niet meer geïntegreerd. Arie/ René (ROC MN): lj 1: 5 projecten met ondersteunend vaklessen. Lj2 projecten. Vanaf leerjaar 3 BPV net en eigen projecten. Infra werk niet met projectwijzers. Infra apart. 2 locaties A foort en Nieuwegein. Gerk Hogerhuis (Drenthe College): Bouw. 1 e leerjaar 5 projecten vanaf niveau C. voornamelijk lijnlessen in 1 e periode. 2 e leerjaar projectwijzers 6,7,8. 3 e leerjaar pr. Wijzers 9 t/m 12. Goed presterende leerlingen kunnen in leerjaar 3 werkprocessen examineren. In Leerjaar 4 examineren va n 20 wp. 10 weken op school en 30 weken stage. 3

4 Wensen en ontwikkelingen. - Kennis en vaardigheden rondom projecten. - Kennistoetsen: noorderpoort veel kennistoetsen van bijna alle vakken. - Harderwijk: meer kennistoetsen in de toekomst. - Noorderpoort: in 1 e en 2 e leerjaar alleen individuele werken. - Chris/ Hans: vanaf leerjaar 2 groepswerk. - 3 scholen bieden bouw en infra apart waarvan 2 scholen keuze vanaf 1e halfjaar in leerjaar 1. Vierjarig traject De Middenkaderopleiding bouw en infra is vierjarig. Het nieuwe KD is geschreven voor een vierjarig traject. Is het wenselijk een productserie te ontwikkelen op basis van vier jaar met de mogelijkheid tot een driejarig arrangement? (Irma) Als een opleiding 4 jaar is moet je deze ook als 4 jaar aanbieden. De bouwkunde en infra opleiding wordt hierdoor verplicht 4 jaar. De bekostiging wordt: Leerjaar 1-1,2. Dit is vanwege een groter aantal contacturen. Leerjaar 2 1. Leerjaar 3 1. Leerjaar 4 1. Sessie 3 2. A. Beroepstaak en productserie van de toekomst Moet een projecttaak er zo uit zien zoals hij nu is of kan dat ook anders? Er zijn ondertussen scholen die werken met digitale projectwijzers. Wat gaat er goed en wat gaat er niet goed? Om de projectwijzers beter leesbaar te maken en omdat we een nieuwe serie gaan ontwikkelen zijn er door Consortium een aantal verschillende models (lay-outs) en een andere indeling ontwikkeld. Na een compacte omschrijving (read less) kan de student de uitgebreidere opdracht lezen (read more). De student kan in eerste instantie snel zien wat hij of zij moet doen, waarna de opdracht omschrijving uitgebreider staat omschreven. Uiteindelijk zal het zal de digitale kant op gaan. Er komen bijvoorbeeld links naar Coflex en de monitoren. Consortium heeft daarom vier verschillende nieuwe modellen voor projectwijzers aan studenten laten zien. 4

5 Opmerkingen studenten over model 1 (huidige model probleemsituatie) Ik weet niet wat ik moet doen, lastig, beter lezen, compacter, eerst inloggen, juiste taak, allemaal handelingen waardoor de motivatie terugloopt. Opdrachten op papier is prettiger. Ik moet veel te lang zoeken om bij een opdracht te komen Huidige opdrachten zijn onoverzichtelijk (wat is de bedoeling) Opmerkingen studenten over model 2 Over het algemeen is de tekst vrij moeilijk te lezen. Opmerkingen studenten over model 3 Studenten zijn zeer tevreden over model 3 Is prettig lezen en overzichtelijker Met bronnenvermelding Opmerkingen studenten over model 4 Foto met een korte omschrijving, waarna read more. Gebaseerd op een krantenartikel. Met bronnenvermelding Wat vinden jullie van een andere lay-out? Persoonlijk model 3. Misschien kunnen we de lay-out van Fundeon overnemen/vergelijken ter inspiratie? Opmerkingen aanwezige docenten: 1. Leerlingen kunnen zeer lastig lezen van computer. Er wordt misbruik gemaakt van knippen en plakken. 2. De tekst zijn voor de leerlinge vrij moeilijk leesbaar. Leerlingen lezen maar begrijpen niet wat er staat. Daarnaast pakken zij liever een papieren versie. 3. In de projectwijzers moet je heel veel scrollen door het bladersysteem. Docenten hebben liever 1 pdf. Opmerking: Je kan nu via de inhoudsopgave doorlinken. Gewoon met het wieltje door scrollen is fijner dan klikken. Je hebt meer klikhandelingen. 4. Door de digitale projectwijzers heb je het voordeel dat je lesstof kunt koppelen aan de projectwijzer. 5. Is het mogelijk om de overzichten van leerlijnen aan de projectwijzers te koppelen? 5

6 6. Waarom heeft iedere projectwijzer projecttaak 1,2? Het is steeds herhaling, zodat je de student dwingt dat te doen wat er van de student wordt verwacht, namelijk oriënteren en terugkijken. Graag een schil houden van oriënteren en plan van aanpak. Dit is een goede manier van starten met een projectwijzer. 7. Het tutor uur hebben de meeste scholen niet meer. Docenten geven in de klas de uitleg over de taak. 8. Er zijn geen dubbele projectwijzers meer zoals de projectwijzer duurzaamheid. 9. Wanneer ze de projectwijzer lezen, weten studenten niet precies wat ze moeten doen. De taken zijn zodanig omschreven dat het nodig is dat de docent met de studenten de projecttaken in de projectwijzer bespreekt. Willen we dat op deze manier blijven doen? Is er voldoende tijd om de projecttaken te bespreken? Docenten geven aan van niet. Moet er een andere insteek voor komen? 10.Inloggen in de projectwijzers op school kost veel tijd. 11.Werkprocessen hoeven niet verplicht twee keer aan bod te komen. Je moet een beoordeling voor een werkproces hebben. Hoe je daartoe komt ligt niet vast. De wet zegt dat je de 3 punten schaal moet hanteren. Toetsen en beoordelingen moeten transparant zijn. 12.Een O en een G moet je verantwoorden. Schriftelijk is het prima te doen. Tips: Het voordeel van het digitale materiaal zou zijn om een link aan te brengen naar lesstof. Dat zou een verbetering zijn van het huidige materiaal. Kijken naar lesstof van Fundeon voor niveau 2. Chiel zal het materiaal een keer in de werkgroep laten zien. De leerlingen zijn heel enthousiast over het materiaal. Overdenking: Willen we terug naar een cijfer voor producten? Dat is geen probleem maar voor inspectie moet je duidelijk aangeven waarom iets voldoende en onvoldoende is. De voorkeur is een driepuntsschaal. Deze is makkelijker te verantwoorden naar de inspectie. Maar scholen mogen zelf bepalen welke schaal gebruikt wordt, mits deze verantwoordt wordt. 6

7 B. Nieuwe ontwikkelingen in het vakgebied Iedereen ziet het zitten om deze moderne enquête uit te zetten binnen hun ROC. De looptijd van de enquête is ongeveer 2 a 3 maanden. C. Niveaubepaling examenprojecten via eigen verzamelbank Doel is voorbeeldprojecten te krijgen in plaats van de projecten van Fundeon. De bedrijven klagen over het niveau van de Fundeon projecten, het niveau is soms te hoog en niet duidelijk. Door een projectenbank te maken van producten van de aangesloten scholen krijgen we beter inzicht in het eindniveau dat de verschillende scholen hanteren. D. Klankbordgroep 19 maart is er een volgende netwerkbijeenkomst. Wanneer de ontwikkelgroep eerder behoefte heeft aan reflectie van de scholen worden er extra bijeenkomsten ingelast. Bijlagen: - Presentatie Consortium netwerkbijeenkomst_ _uitleg bij concept KD - Presentatie Consortium netwerkbijeenkomst uitgangspunten nieuwe productserie - Planning productlijn Consortium Ontwikkelgroep BI