Tweede Kamer der Staten-Generaal
|
|
- Nina Claes
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting Rijksbegroting voor het jaar Hoofdstuk VI Departement van Justitie Nr.42 ' Samenstelling: Leden: Haas-Berger (PvdA), Stoffelen (PvdA), G. C. van Dam (CDA), Kosto (PvdA), voorzitter, Salomons (PvdA), Patijn (PvdA), K. G. de Vries (PvdA), Evenhuis-van Essen (CDA), Wessel- Tuinstra (D'66), Faber (CDA), Tripels (VVD), ondervoorzitter, Buikema (CDA), Van der Burg (CDA), Schutte (GPV), Krajenbrink (CDA), Lankhorst (PPR), Van Es (PSP), Daies (PvdA), Janmaat (Centrumpartij), Korthals (WD), Wiebenga (VVD), De Grave (VVD), Lucassen- Stauttener (VVD). Plv. leden: Van den Bergh (PvdA), vacature PvdA, Hermes (CDA), Stemerdink (PvdA), Van Kemenade (PvdA), Wallage (PvdA), Gualthérie van Weezel (CDA), Kraaijeveld-Wouters (CDA), Laning-Boersema (CDA), Dees(VVD), Cornelissen (CDA), Van den Toorn (CDA), Leerling (RPF), Dijkman (CDA), Brouwer (CPN), Van Ooijen (PvdA), Van Dis (SGP), Hermans (VVD), Jacobse (VVD), Rempt-Halmmans de Jongh (VVD), Lauxtermann (VVD). 2 Samenstelling: Leden: Van der Spek (PSP), Ter Beek (PvdA), voorzitter, Scholten (CDA), ondervoorzitter, Aarts (CDA), De Kwaadsteniet (CDA), Patijn (PvdA), Meijer (PvdA), Engwirda (D'66), Stemerdink (PvdA), De Boer (CDA), Beckers-de Bruijn (PPR), Gualthérie van Weezel (CDA), Van den Bergh (PvdA), Nijpels (WD), Frinking (CDA), Blaauw (VVD), Wagenaar (RPF), De Waart (PvdA), Wallage (PvdA), Van den Toorn (CDA), Schreuders (CPN), Ubels-Veen (EVP), Voorhoeve (VVD), Weisglas (VVD), Van Heemskerck Pillis-Duvekot (VVD). Plv. leden: Knol (PvdA), G. C. van Dam (CDA), Couprie (CDA), Van der Linden (CDA), Tazel3ar (PvdA), Den Uyl (PvdA), Wessel-Tuinstra (D'66), Poppe (PvdA), Van der Mei (CDA), Van lersel (CDA), Herfkens (PvdA), Evenhuis (VVD), B. de Vries (CDA), Waalkens (VVD), Van Rossum (SGP), K. G. de Vries (PvdA), Zijlstra (PvdA), Schutte (GPV), Jacobse (VVD), Den Ouden-Dekkers (WD), Terpstra (WD). VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 5 september 1983 De vaste Commissies voor Justitie 1 en voor Buitenlandse Zaken 2 en de Bijzondere Commissie 3 voor Culturele Minderheden hebben zich onlangs intern beraden over de problematiek met betrekking tot de recentelijk uit Suriname uitgeweken Surinaamse onderdanen. Daarbij hebben zij besloten een aantal bij hen gerezen vragen aan de Staatssecretaris van Justitie en de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Binnenlandse Zaken ter schriftelijke beantwoording te doen toekomen. Een lijst van de desbetreffende vragen gaat als bijlage hierbij. Aan de hand van de ingekomen antwoorden zal worden nagegaan, of nadien alsnog een mondeling overleg terzake met u wenselijk is. De Commissies stellen het op prijs uw antwoord op deze vragen zo mogelijk op korte termijn te ontvangen. De voorzitter van de vaste Commissie voor Justitie, Kosto De voorzitter van de vaste Commissie voor Buitenlandse Zaken, Ter Beek De voorzitter van de Bijzondere Commissie voor Culturele Minderheden, Van Ooijen De griffier van de vaste Commissie voor Justitie, Kerkhofs Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 1
2 3 Samenstelling: Leden: Van Rossum (SGP), Haas-Berger (PvdA), Van Ooijen (PvdA), voorzitter, G. C. Van Dam (CDA), Weijers (CDA), Faber (CDA), Evenhuis-van Essen (CDA), Jacobse (VVD), Müller-van Ast (PvdA), Hermans (VVD), Andela-Baur (CDA), Van Kemenade (PvdA), Jabaaij (PvdA), Buurmeijer (PvdA), Buikema (CDA), Mik (D'66), Krajenbrink (CDA), Lankhorst (PPR), Brouwer (CPN), Van Es (PSP), Dales (PvdA), Ubels-Veen (EVP), Janmaat (Centrumpartij), Den Ouden-Dekkers (VVD), Wiebenga (VVD), Jorritsma-Lebbink (VVD), Plv. leden: Leerling (RPF), Knol (PvdA), Vacature PvdA, Cornelissen (CDA), Kraaijeveld-Wouters (CDA), Hermsen (CDA), Dijkman (CDA), Weisglas (VVD), Stoffelen (PvdA), Korthals (VVD), Aarts (CDA), Salomons (PvdA), Kosto (PvdA), Van den Bergh (PvdA), vacature CDA, Wessel-Tuinstra (D'66), De Kok (CDA), Herfkens (PvdA), Schutte (GPV), Evenhuis (VVD), Terpstra (VVD), Kamp (VVD). BIJLAGE Vragen over de problematiek met betrekking tot de recentelijk uit Suriname uitgeweken Surinaamse onderdanen A1. Hoeveel Surinamers zijn er sedert december 1982 naar Nederland gekomen? Hoeveel hebben er een verblijfsvergunning gevraagd? Hoeveel vroegen asiel? Hoe groot is het percentage van afwijzing van de verschillende categorieën? Hoe groot is het percentage van aanvragen dat gehonoreerd is? Hoeveel verblijfstitels zijn er verstrekt als A-status, respectievelijk B-status? Welke criteria worden bij een en ander gehanteerd? Neemt het aantal aanvragen om een verblijfsvergunning toe of af? Hoeveel aanvragen liggen er voor naturalisatie? Wat is in concreto de versoepeling van het toelatingsbeleid? Moeten de Surinamers aan wie een verblijfsvergunning is geweigerd terug naar Suriname? A2. Deelt de Regering de opvatting dat het beleid voorshands er op gericht zou moeten zijn dat Surinamers, die op grond van de politieke situatie in Suriname zijn uitgeweken, tijdelijk in ons land op verantwoorde wijze moeten worden opgevangen en daartoe een adequate verblijfstitel dienen te verkrijgen en bij verandering van het politieke klimaat in Suriname weer snel zouden moeten kunnen repatriëren? A3. Zo ja, welke beleidsinstrumenten staan daarvoor ter beschikking, resp. kunnen worden gecreëerd? A4. Welk beleid wordt door Justitie gevoerd in de gevallen, dat illegaal in Nederland verblijvende Surinamers voor dienstplicht in Suriname worden opgeroepen, doch deze dienst in verband met de politieke situatie in dat land weigeren? A5. Hoe moet voor de Surinamers het criterium worden geïnterpreteerd, dat er «vrees voor hun veiligheid bestaat»? Hoeveel personen vragen juist op grond van dit criterium verblijf in Nederland aan? Welke gevolgen trekt de Staatssecretaris van Justitie uit het rapport van de International Commission of Jurists van 21 maart 1983? A6. Kan de Regering meedelen of het toelatingsbeleid ten aanzien van Surinamers momenteel verschilt van het toelatingsbeleid ten aanzien van anderen, bij voorbeeld de Polen, en hoe komt dat tot uiting? BI. Hoeveel visa, respectievelijk toeristenvisa, zijn er sinds 8 december 1982 aan Surinamers verstrekt? B2. Hoeveel daarvan zijn er na drie maanden verlengd? B3. Werkt er op het ministerie van Buitenlandse Zaken een apart informatiebureau ten behoeve van Surinamers? Hoe functioneert dat bureau? B4. Welke instructies heeft het departement van Buitenlandse Zaken aan de betreffende ambassades gestuurd met betrekking tot de aan de Surinamers te verlenen visa? B5. Waaruit bestaat het mandaat dat de ambassade in Suriname heeft om visa te verlenen? Is er een stormloop op visa? B6. Wat is de positie van de uitgeweken Surinamers in de Nederlandse Antillen en de VS (Miami)? Is er duidelijke beweging van deze groepen richting Nederland? Is er contact met de desbetreffende regeringen? B7. Is het waar dat Surinamers, die via Frans Guyana naar Nederland kwamen aanzienlijk minder problemen ondervonden dan zij die via de VS uitweken? Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 2
3 B8. Hoeveel uitgewekenen zijn tot nu toe niet via de Nederlandse ambassade te Paramaribo in Nederland binnengekomen, en hoeveel zijn er Nederland niet binnengekomen die niet via deze ambassade hun reispapieren hebben gekregen? B9. Is het waar dat de weg via de Nederlandse ambassade te Paramaribo juist liever wordt vermeden door mensen die uit Suriname weg willen vanwege het militaire regime aldaar? Is het waar dat men daar in de rij moet staan en derhalve gemakkelijk gefotografeerd kan worden, zodat bij voorbeeld achterblijvende familieleden last ondervinden van het regime? B10. Is het waar, dat op de Franse ambassade te Paramaribo veel gemakkelijker en op veel kortere termijn visa te verkrijgen zijn? B11. Is het mogelijk aan te geven hoeveel uitgewekenen deze weg bewandelen? B12. Is het waar, dat de grootste hoeveelheid vluchtelingen eerst naar Frans Guyana gaat? Is het waar dat er aldaar een groep wordt opgevangen door de Franse autoriteiten in een ziekenhuis in de grensplaats St. Laurent? Is het waar dat juist deze mensen «spontaan» zijn gevlucht met achterlating van alles en zonder de juiste reispapieren? B13. Kan worden vermeld hoeveel Surinamers via Frans Guyana, met het daar van de Franse autoriteiten ontvangen visum, naar Parijs reizen en bij de Nederlandse ambassade te Parijs alsnog een Nederlands visum pogen te verwerven? Is het waar dat zij aldaar een visum voor Nederland niet kunnen verkrijgen, omdat ze een tijdje in Parijs hebben doorgebracht? B14. Is het mogelijk aan te geven hoeveel uitgewekenen tot nu toe met de trein vanuit Parijs via Roosendaal naar Nederland gekomen zijn? Hoevelen zijn hiervan bij de grens aangehouden en teruggestuurd? B15. Is het waar dat in de trein tussen Antwerpen en Roosendaal de conducteur reeds nagaat in welke coupé's personen met een zwarte huidskleur zitten, zodat ze voor de Nederlandse grens reeds door de marechaussee eruit gehaald kunnen worden? B16. Is het waar, dat in Parijs een gezin uit elkaar is gehaald, doordat de Nederlandse ambassade aldaar alleen aan de man en niet aan de vrouw en hun twee kinderen een verblijfsvergunning van 30 dagen heeft gegeven? C1. Kunnen Surinamers met een visum, op grond van de politieke situatie in Suriname, een uitkering krijgen, of krijgen ze die pas nadat ze een vergunning tot verblijf hebben gekregen? Voor welke uitkeringen komen ze eventueel in aanmerking? Welk beleid wordt ten deze gevoerd? C2. Zijn duidelijke instructies gegeven aan de gemeentelijke sociale diensten betreffende de bijstandsverlening aan de hier sinds december 1982 gekomen Surinamers? Zo ja, welke? C3. Wordt een bijstandsregeling analoog aan die van de gevluchte Polen na de opstand aldaar overwogen? C4. Wat voor rechten op woonruimte hebben Surinamers met een verlengd visum? C5. Hoe is de positie van Surinaamse studenten die naar Nederland komen, met name nu de Surinaamse universiteit gesloten is? Welke knelpunten doen zich voor bij de komst van Surinaamse studenten naar Nederland? Om welke aantallen studenten gaat het? Wie betaalt hun opvang en studie? Kunnen ze aanspraak maken op bestaande regelingen of Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 3
4 worden aparte regelingen gemaakt? Hoe staat het met de studiefinancieringsfaciliteiten? Hoe is hun juridisch-verblijfsrechtelijke positie? Welke criteria gelden er voor toelating van deze studenten? Geldt bij voorbeeld de eis van terugkeer? Welke gevolgen heeft het opschorten van de overeenkomst met Suriname voor de positie (juridisch en financieel) van deze studenten? Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 4
5 MINISTERIE VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de vaste Commissie voor Justitie uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 19 mei 1983 In antwoord op uw brief van 30 maart jl. inzake bovenvermelde aangelegenheid doe ik u hierbij, mede namens de Ministers van Buitenlandse Zaken, van Binnenlandse Zaken, van Onderwijs en Wetenschappen, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, de antwoorden op de gestelde vragen toekomen. De Staatssecretaris van Justitie, V. N. M. Korte-van Hemel Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 5
6 Antwoord op vragen over de problematiek met betrekking tot de recentelijk uit Suriname uitgeweken Surinaamse onderdanen A1, B1, B2: Sedert december 1982 tot en met 25 maart j.l. zijn door de Ambassade te Paramaribo 1404 visa verleend. Hoeveel personen van dit visum daadwerkelijk gebruik hebben gemaakt is niet bekend. Het aantal visa dat in genoemde periode door andere Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland is afgegeven bedraagt ongeveer 40. Van de verlenging van de geldigheidsduur van visa wordt geen registratie bijgehouden. Naar schatting gaat het om enkele tientallen verzoeken. Aangetekend zij dat in plaats van verlenging van de geldigheidsduur van een visum een vergunning tot verblijf of asiel kan worden gevraagd. Van de hier bedoelde personen hebben er 125 een vergunning tot verblijf aangevraagd. Zoals tijdens de behandeling van de begroting voor Justitie is gezegd, is het niet raadzaam gegevens te verstrekken over asielaanvragen en asielverlening. Dit kunnen aanwijzingen zijn die de veiligheid van de betrokkenen in gevaar kunnen brengen. Wel kan worden gezegd dat het aantal asielaanvragen betrekkelijk gering is. Bij de beoordeling van asielaanvragen worden de gebruikelijke criteria gehanteerd. Verwezen moge worden naar de «Notitie Vluchtelingenbeleid) (Tweede Kamer, , nr ). Aan 45 personen is een vergunning tot verblijf verleend. De overige aanvragen zijn nog in behandeling. Hierbij worden eveneens de gebruikelijke criteria gehanteerd, tenzij sprake is van aanvragers die voor hun veiligheid hebben te vrezen doch die geen asielverzoek willen indienen. Deze aanvragen worden vanuit dat gezichtspunt bezien. Het aantal aanvragen om een vergunning tot verblijf in gevallen als hier bedoeld neemt af. Er zijn 39 verzoeken om naturalisatie in behandeling. 17 verzoeken zijn reeds ingewilligd. Wat het toelatingsbeleid aangaat bestaat thans het volgende beeld. Degenen die een visum hebben gekregen of op andere wijze Nederland zijn binnengekomen en om redenen van veiligheid niet terug kunnen, hebben hier te lande een toevlucht gevonden c.q. hun zal een toevlucht worden geboden. Zij die geen redenen hebben te vrezen voor hun veiligheid en die ook overigens niet voor verblijf in aanmerking komen zullen ons land weer moeten verlaten. A2. Uit het bovenstaande moge blijken dat het beleid er inderdaad op gericht is om Surinamers die op grond van de huidige situatie in Suriname om veiligheidsredenen hun land hebben moeten verlaten verblijf in ons land toe te staan zolang zulks nodig is. Het staat vanzelfsprekend iedereen vrij op het door hem gekozen moment terug te keren ongeacht de verblijfstitel waarop men zich hier te lande bevindt. A3. Een speciaal op de situatie in Suriname gericht beleid met wijziging van de bestaande wettelijke regelingen op het punt van het verblijf is gezien het voorgaande onnodig. De bestaande beleidsinstrumenten bieden afdoende voorziening. A4. Indien een illegaal in Nederland verblijvende Surinamer niet naar Suriname kan terugkeren in verband met de situatie aldaar bestaat de mogelijkheid een verzoek om verblijf c.q. asiel hier te lande in te dienen. Dit verzoek zal worden behandeld overeenkomstig hetgeen daarover reeds is gesteld. A5. Het criterium «vrees voor veiligheid» dient zowel voor Surinamers als voor andere asielzoekers geïnterpreteerd te worden zoals aangegeven in de notitie vluchtelingenbeleid (zie het antwoord op vraag 1). Uit het in deze vraag bedoelde rapport en op grond van andere ter beschikking staande gegevens worde de conclusie getrokken dat in Suriname een situatie is ontstaan op grond waarvan bepaalde personen gegronde redenen kunnen hebben te vrezen voor hun veiligheid. Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 6
7 A6. Indien het gaat om personen zoals hierboven bedoeld, is er geen verschil tussen de beoordeling van verzoeken om toestemming tot verblijf hier te lande van Surinamers en van andere vreemdelingen. Wel wordt, gelet op de bijzondere banden tussen Nederland en Suriname, het criterium «land van eerste opvang» ten aanzien van Surinamers niet gehanteerd. Uitgeweken Surinamers die zich reeds in een derde land bevinden zal derhalve desgevraagd niettemin een toevlucht in Nederland worden geboden. B3. Op het ministerie van Buitenlandse Zaken functioneert geen apart informatiebureau ten behoeve van Surinamers. Uiteraard worden door het ministerie vragen ter zake - indien mogelijk - beantwoord c.q. voorgelegd aan andere ministeries. B4, 5. Ten einde Surinamers die zich in moeilijkheden bevinden als gevolg van de gebeurtenissen in december 1982 te helpen, is de mogelijkheid geopend dat de Nederlandse ambassade ter plaatse zelfstandig terstond visa afgeeft. Ook bestaat de mogelijkheid gebruik te maken van een versnelde procedure waardoor de consultatie minder dan 24 uur in beslag neemt. In de maanden december 1982 tot en met 25 maart 1983 is een sterke toename van het aantal visumaanvragen geconstateerd in vergelijking met de maanden december 1981 tot en met maart In laatstgenoemde maanden bedroeg het aantal aanvragen Sedert december 1982 tot en met 25 maart 1983 zijn 4107 aanvragen ingediend. Het aantal aanvragen neemt langzaam af. B6. Omtrent het aantal uitgeweken Surinamers in de Nederlandse Antillen en de VS zijn geen gegevens beschikbaar. In de VS hebben ongeveer 30 Surinamers visa voor Nederland aangevraagd die vrijwel alle zijn verleend. In de Antillen zijn enkele aanvragen ingediend die evenmin problemen hebben opgeleverd. Er is dan ook geen reden voor een bijzonder contact met de betreffende regeringen. B7. Het aantal Surinamers dat volgens de beschikbare gegevens via Frans Guyana naar Nederland is gekomen bedraagt ongeveer 40. In hoeverre zij meer of minder moeilijkheden ondervonden dan degenen die via de Verenigde Staten reisden is niet bekend. Wat de visaverlening in de Verenigde Staten betreft waren er aanvankelijk, zoals reeds tijdens de behandeling van de begroting van Justitie is gezegd, enige problemen omdat de honoraire consul te Miami niet bevoegd is visa te verlenen. Dit probleem is inmiddels door de afgifte van verklaringen opgelost. B8. Verwezen moge worden naar het antwoord op de vragen B6 en B7. B9. Uit het voorgaande blijkt duidelijk dat verreweg het grootste deel van de Surinamers die hun land wilden verlaten zich tot de Nederlandse ambassade hebben gewend om een visum aan te vragen. Van moeilijkheden voor de aanvragers en hun familieleden is tot op heden niet gebleken. B10, 11. Zoals uit het antwoord op de vragen B4, 5 blijkt, kunnen door de Nederlandse ambassade in de daar bedoelde gevallen zelfstandig visa worden verleend. Uitgewekenen konden (en kunnen) zonder uitstel vertrekken. Indien het gaat om visa voor een toeristisch bezoek dan kan het zich inderdaad voordoen dat een visum voor Frankrijk eerder wordt verleend dan voor Nederland. Bij een bezoek aan Nederland zal in bepaalde gevallen controle op het reisdoel noodzakelijk zijn waardoor de verlening van het visum wordt vertraagd. Volgens recente opgave zouden door de Franse ambassade te Paramaribo enkele tientallen visa per week voor een bezoek aan Frankrijk worden verleend. B12. Zoals in het antwoord op vraag B7 is gesteld hebben zich 40 personen aangemeld die op deze wijze naar Nederland zijn gereisd. Het is waar dat een groep Surinamers is opgevangen in het in deze vraag bedoelde Tweede Kamer, zitting , 17600, hoofdstuk VI, nr. 42 7
8 ziekenhuis. Ineen enkel geval betrof het hier mensen die zonder reispapieren Suriname hadden verlaten. B13. Verwezen moge worden naar het antwoord op vraag B7 en B12. Betrokkenen zijn in Nederland toegelaten. Zoals uit het antwoord op vraag A6 blijkt wordt het criterium «land van eerste opvang» in deze gevallen niet gehanteerd. B14, 15. Hieromtrent zijn geen gegevens bekend. Overigens moge worden opgemerkt dat voor zover bekend op het traject Antwerpen-Roosendaal geen personencontrole plaatsvindt. De marechaussee kan op Belgisch grondgebied geen controle uitoefenen. B16. Zonder nadere gegevens kan het gestelde in deze vraag niet worden geverifieerd. C1. De uitkering welke eventueel aan hier te lande verblijvende Surinamers kan worden verleend, vindt plaats op grond van de Algemene Bijstandswet. Met betrekking tot het bijstandsbeleid ten aanzien van de hierbedoelde groep geldt als uitgangspunt, dat Surinamers vreemdelingen zijn en dat derhalve met betrekking tot de mogelijkheden van bijstandsverlening geen onderscheid wordt gemaakt tussen Surinamers en andere vreemdelingen. Het vorenstaande houdt in dat de mogelijkheid tot bijstandsverlening eerst ontstaat wanneer een vergunning tot verblijf is aangevraagd c.q. is verleend. C2. Via de Rijksconsulenten Bijstandszaken zijn de gemeenten uitdrukkelijk geïnformeerd omtrent het onder C1 geformuleerde uitgangspunt. In de praktijk blijken hieromtrent - voor zover de gegevens beschikbaar zijn - geen problemen te bestaan. C3. De situatie met de Polen verschilt in die zin, dat deze geen vergunning tot verblijf wilden aanvragen om hun mogelijke terugkeer niet in gevaar te brengen. Voor zover bekend is ten aanzien van Surinamers van een dergelijke situatie (nog) geen sprake. C4. De betekenis van het al dan niet verlengde visum is niet meer dan dat het betrokkene is toegestaan een bepaalde periode in Nederland te verblijven. In beginsel heeft iedereen die in Nederland met een geldige titel verblijft recht op zelfstandige woonruimte. Wel zal voor zover relevant moeten worden voldaan aan plaatselijke regelingen. In de praktijk betekent dit dat iemand met een al dan niet verlengd visum veelal aangewezen zal zijn op inwoning. Bij kennissen of families, huur van kamers of duurdere woningen. C5. Ten aanzien van de positie van Surinaamse studenten geldt de huidige regeling. Deze regeling ziet er als volgt uit. a. Toelating tot w.o. - eerste cursusjaar - Geen recht op studiefinanciering. - Bij studierichtingen zonder numerus fixus: overigens geen belemmeringen voor de toelating van studenten die aan de vooropleidingseisen voldoen. - Bij numerus fixusstudierichtingen: toelating via deelname aan de gewogen loting. Bij studierichtingen waarvoor een quotum geldt voor niet-nederlanders: Surinamers kunnen als Nederlanders deelnemen aan de gewogen loting. - Voor Surinamers werden tot op heden jaarlijks 12 voorrangsplaatsen beschikbaar gesteld, die door de Surinaamse regering mochten worden verdeeld over de studierichtingen met een numerus fixus, onder de Tweede Kamerzitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 8
9 beperking dat het studierichtingen moet betreffen die niet aan de universiteit te Paramaribo kunnen worden gevolgd. De betrokken studenten konden dus rechtstreeks zonder gewogen loting worden toegelaten. Binnenkort zal contact worden opgenomen met de Minister van Buitenlandse Zaken over de vraag of de aanwijzing van de 12 personen met ingang van het komende studiejaar op een andere wijze dient te geschieden. b. Toelating tot w.o. 2e en volgende cursusjaren (gevorderde studenten) - Geen recht op studiefinanciering. - Studierichtingen zonder numerus fixus: overigens geen belemmering voor gekwalificeerde studenten. - Studierichtingen met numerus fixus: de universiteiten hebben krachtens artikel 3 quater Machtigingswet inschrijving studenten de bevoegdheid de toelating tot een hoger cursusjaar te weigeren aan studenten die van buiten komen. Het college van bestuur heeft evenwel de bevoegdheid in bijzondere gevallen ontheffing te verlenen. c. Toelating tot h.b.o. - eerste en hogere cursusjaren - Geen recht op studiefinanciering. - Het bevoegd gezag van een school beslist over de toelating. De knelpunten welke zich voordoen bij de komst van Surinaamse studenten naar Nederland spitsen zich vooral toe op: - verblijfsvergunning; - studiefinanciering; - opvang en begeleiding in Nederland. Voor wat betreft het aantal Surinaamse studenten, dat na 8 december 1982 Suriname heeft verlaten en dat thans in Nederland verblijft, kan worden uitgegaan van een aantal van 200 studenten. De Surinaamse studenten dienen zelf te beschikken over voldoende middelen van bestaan om onder meer de studie te betalen. Surinaamse studenten, die zijn toegelaten als vluchteling en aan wie een A-status is verleend kunnen voor een rijksstudietoelage in aanmerking komen. d. Verblijfsrechtelijke positie Met betrekking tot hun toelating en hun verblijfsrechtelijke positie geldt het gestelde in de Vreemdelingencirculaire, Hoofdstuk B10, onder Dit houdt onder meer in dat - tenzij van een asielsituatie sprake is - Hoofdstuk B14 van de Vreemdelingencirculaire van toepassing is en derhalve de te verlenen vergunningen tot verblijf in deze gevallen worden beperkt voor studiedoeleinden. Tweede Kamer, zitting , , hoofdstuk VI, nr. 42 9
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19160 Ontwikkelingsrelevante Exporttransacties Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 5 maart 1986 De vaste commissie voor Ontwikkelingssamenwerking
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1983-1984 18326 De ontruimingen in de Molukse wijk te Capeile aan den IJssel Nr. 2 ' Samenstelling: Leden: Haas-Berger (PvdA), Stoffelen (PvdA), G. C. van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET
Nadere informatieRapport. Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077
Rapport Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077 2 Klacht Op 14 oktober 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer M. te Assen, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-
Nadere informatieB 19 Voortgezet verbliif 19
B 19 Voortgezet verbliif 19 4 Voortgezet verblijf van vreemdelingen die voor verblijf bij (huwelijks-)partner of voor verruimde gezinshereniginp zijn toegelaten na verlies van de afhankeliike verblijfstitel
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20391 Buitenlandse militaire dienstplicht Nr. 2 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 17 december 1987 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 638 Mensenhandel Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18939 Remigratie Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 29 april 1985 De Bijzondere Commissie voor het Minderhedenbeleid 1 heeft ter voorbereiding
Nadere informatie5 Machtiging tot voorlopig verblijf
Machtiging tot voorlopig verblijf A415.1 5 Machtiging tot voorlopig verblijf 5.1 Inleiding De machtiging tot voorlopig verblijf is in art. 1 Vreemdelingenwet als volgt omschreven: het door een Nederlandse
Nadere informatieRapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148
Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel
Nadere informatieA 4 1. Vreemdelingen aan wie verblijf in Nederland is toegestaan (art Vw)
A 4 1 Hoofdstuk A 4 Toelating INHQUD 1 1.1 1.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.3.6 1.3.7 2 2.1 2.2 Inle_Lding Vreemdelingen aan wie verblijf in Nederland is toegestaan (art. 8-10 Vw) Verblijf in de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten Generaal
Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 18 386 Besluit afbreking zwangerschap Nr. 29 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 30 mei 1988 De vaste Commissie voor de Volksgezondheid 1 heeft onderstaande
Nadere informatieRapport. Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224
Rapport Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224 2 Klacht Op 12 januari 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. te Altforst, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 808 Inkomensbeleid 1989 Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 28 oktober 1988 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 heeft
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den
Nadere informatieBESCHIKKING VAN DE MINISTERIELE WERKGROEP VOOR HET PERSONENVERKEER VAN DE BENELUX ECONOMISCHE UNIE VAN 28 JUNI 1967
BESCHIKKING VAN DE MINISTERIELE WERKGROEP VOOR HET PERSONENVERKEER VAN DE BENELUX ECONOMISCHE UNIE VAN 28 JUNI 1967 betreffende de verwijdering en de overname van personen M/P (67) 1 (in werking getreden
Nadere informatieWijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in aanpassing van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in aanpassing van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieB 7 Asielzoekers en vluchtelinqen 3. Inleidinq
B 7 Asielzoekers en vluchtelinqen 3 Inleidinq Dit hoofdstuk heeft, wat de wijze van behandeling van asielverzoeken, in eerste aanleg betreft, met name betrekking op die gevallen, waarin een vreemdeling
Nadere informatieVerblijfsrechtelijke gevolgen van. (tijdelijk) verblijf buiten Nederland
Verblijfsrechtelijke gevolgen van (tijdelijk) verblijf buiten Nederland B2 1 Verblijfsrechtelijke gevolgen van (tijdelijk) verblijf buiten Nederland Inleiding Militaire dienstplicht en detentie buiten
Nadere informatieCENTRALE RAAD VAN BEROEP
CENTRALE RAAD VAN BEROEP KBW 1994/1 U I T S P R A A K in het geding tussen: het bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, appellant, en A., wonende te B., gedaagde. I. ONTSTAAN EN LOOP VAN HET GEDING Onder
Nadere informatieB1 O. Onderdanen van de Republiek Suriname
B1 O Onderdanen van de Republiek Suriname Onderdanen van de Republiek Suriname Algemeen Binnenkomst voor 25 november of na 24 november 1980 Binnenkomst voor 25 november 1980 (verkregen rechten) Binnenkomst
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1983-1984 17370 Taak en functie van de PTT met betrekking tot informatieen telecommunicatietechnologie Nr. 4 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 19 april 1984 De
Nadere informatie2017 no. 6 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2017 no. 6 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA RIJKSWET van 23 augustus 2016, houdende bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) (Stb. 2016, 320)
Nadere informatieB 14 Buitenlandse studenten 3
B 14 Buitenlandse studenten 3 1 Inleidinq 1.1 Alqemeen Het beleid is erop gericht vreemdelingen in de gelegenheid te stellen in Nederland een studie of opleiding te volgen. Dit houdt in dat de voor studiedoeleinden
Nadere informatieRapport. Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/178
Rapport Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/178 2 Klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop de Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Migratiebeleid Asiel, Opvang en Terugkeer Schedeldoekshaven 100 2511
Nadere informatieRapport. Datum: 10 oktober 2002 Rapportnummer: 2002/307
Rapport Datum: 10 oktober 2002 Rapportnummer: 2002/307 2 Klacht Verzoeker klaagt over de lange duur van de behandeling door de Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18039 Sportbeleid Nr.7 De vroegere stukken zijn gedrukt in de zitting 1982-1983 en in het vergaderjaar 1983-1984 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG
Nadere informatieDatum 26 november 2015 Onderwerp De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-21 800 IX B Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk IX B (Ministerie van Financiën) voor het jaar Nr. 25 VERSLAG
Nadere informatieRapport. Datum: 30 juni 1999 Rapportnummer: 1999/295
Rapport Datum: 30 juni 1999 Rapportnummer: 1999/295 2 Klacht Op 17 juli 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer M. te Breda, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den
Nadere informatieRapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110
Rapport Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 2 Klacht Verzoeker, een Afghaanse asielzoeker, klaagt over de lange duur van de behandeling door de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie
Nadere informatieoverleg met de vreemdelingendienst ter plaatse waar de vreemdeling werd aangetroffen.
A 6 Uitzetting 2 7 overleg met de vreemdelingendienst ter plaatse waar de vreemdeling werd aangetroffen. Indien de uitzetting van de vreemdeling om enigerlei reden niet onmiddellijk kan worden geëffectueerd,
Nadere informatieRapport. Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218
Rapport Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218 2 Klacht Verzoekers klagen over de lange duur van de behandeling door de Visadienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie-
Nadere informatieC18-4 Uitvoeringsovereenkomst bij het Akkoord van Schengen (excerpt: Titel II, Hoofdstuk 7, artt. 28 t/m 381
Uitvoeringsovereenkomst bij het Akkoord van Schengen c1 8-4 C18-4 Uitvoeringsovereenkomst bij het Akkoord van Schengen (excerpt: Titel II, Hoofdstuk 7, artt. 28 t/m 381 Overeenkomst ter uitvoering van
Nadere informatieVoortgezet verblijf secundaire migranten
Voortgezet verblijf secundaire migranten B2 Voortgezet verblijf secundaire migranten 1 Inleiding 2 Wettelijke bepalingen 2.1 Afhankelijke verblijfstitels 2.1.1 De afhankelijke vergunning tot verblijf
Nadere informatieVreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing is
Vreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing is B6 Vreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 Rijksbegroting voor het jaar 1987 19 700 Hoofdstuk V Ministerie van Buitenlandse Zaken Nr. 28 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 20
Nadere informatieAFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN
AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2016 No. 48 Besluit van 13 september 2016 tot afkondiging van de Rijkswet van 23 augustus 2016 houdende bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang
Nadere informatieVreemdelingen- en vluchtelingenrecht
Vreemdelingen- en vluchtelingenrecht Visa Aanvraag van een MVV Aanvraag van een visum voor kort verblijf (toeristenvisum) Verblijfsvergunningen Aanvraag verblijfsvergunning voor gezinsvorming Aanvraag
Nadere informatieHet onderzoek van de IND richt zich op de vraag of de asielzoeker inderdaad gegronde(serieuze) redenen heeft.
Sociale kaart en sociale zekerheid Samenvatting door Sharon.D 20-10-16 Lesstof samengevat uit 24Boost.nl H5 Asielzoekers Asielzoekers/vluchtelingen zijn vreemdelingen die toelating tot ons land vragen
Nadere informatieB 2 Molukkers 3. 1 Inleidinq
B 2 Molukkers 3 1 Inleidinq Met betrekking tot Molukkers dient onderscheid gemaakt te worden tussen die Molukkers waarop de Wet betreffende de positie van Molukkers van toepassing is, en Molukkers waarop
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2260 29 12 12februari 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 20 januari 2009, nr. 2009/3, houdende
Nadere informatieB16 / Deel B16 Voortgezet verblijf
B16 / Deel B16 Voortgezet verblijf 7 Klemmende redenen van humanitaire aard Indien de vreemdeling niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning voor voortgezet verblijf op grond van artikel 3.50
Nadere informatieRapport. Hoe is jouw Zweeds? Oordeel
Rapport Hoe is jouw Zweeds? Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over de onderzochte gedraging, die wordt toegerekend aan de minister van Buitenlandse Zaken, gegrond. Datum: 1 september 2015
Nadere informatieRapport. Datum: 8 december 2000 Rapportnummer: 2000/370
Rapport Datum: 8 december 2000 Rapportnummer: 2000/370 2 Klacht Op 12 augustus 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer R. te Eindhoven, met een klacht over een gedraging van
Nadere informatieRapport. Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/180
Rapport Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/180 2 Klacht Verzoeker klaagt over de lange duur van de behandeling van zijn aanvraag van 16 oktober 1997 om toelating als vluchteling door de Immigratie-
Nadere informatieAan Land en Taal Ministerie van Buitenlandse Zaken. Directie Afrika. Cluster Ambtsberichten en Terugkeer Postbus T.a.v.
Postbus 20061 Infolijn 088 0430 T.a.v. 2500 BG Den Haag Aan Land en Taal Ministerie van Buitenlandse Zaken Cluster Ambtsberichten en Terugkeer Postbus 16275 2511 DP Den Haag Directie Afrika Turfmarkt 147
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 19 637 Vluchtelingenbeleid Nr. 636 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,
Nadere informatieMEDEDELING AAN DE LEDEN
EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie verzoekschriften 29.9.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 1240/2013, ingediend door Rodica Ionela Bazgan (Roemeense nationaliteit), over vrijheid
Nadere informatieRapport. Een onderzoek naar een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek. Oordeel
Rapport Een onderzoek naar een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek gegrond. Datum: 1 september 2015 Rapportnummer:
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:2279
ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste
Nadere informatieU vraagt asiel: asiel, krijgt u aanwijzingen van de grensbewakingsambtenaren
Bijlage C 39 Folder met informatie voor de asielzoeker (Nederlandse tekst) 1 Alqemeen Inhoud folder U vraagt asiel: Ministerie van Justitie Afdeling Asielzaken Als u asiel vraagt in Nederland, is het belangrijk
Nadere informatieVraag 1: Kent u de berichtgeving over het stijgende aantal asielaanvragen van Kosovaren in Nederland? 1)
Datum 26 augustus 2015 Onderwer p Antwoorden Kamervragen over het stijgende aantal asielaanvragen van Kosovaren in Nederland Directoraat-Generaal Vreemdelingenzaken Directie Migratiebeleid Asiel, Opvang
Nadere informatie2019 no. 40 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2019 no. 40 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 27 juni 2019 tot wijziging van het Toelatingsbesluit 2009 (AB 2009 no. 59) Uitgegeven, 3 juli 2019 De minister van
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 12 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers;
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 111 19 juni 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 15 mei 2009, nr. 5600380/09, houdende wijziging van
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Staten Generaal der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Staten Generaal der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Migratiebeleid Afdeilng Juridische en Algemene Zaken Schedeldoekshaven
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Afdeling Vreemdelingen- en Visumzaken Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.minbuza.nl Contactpersoon
Nadere informatieRaadsvoorstel 2003/434
Raadsvoorstel 2003/434 Onderwerp Portefeuillehouder H. Tuning Commissie Samenleving en Welzijn Datum 4 november 2003 Raadsvergadering 11 december 2003 Samenvatting Op 25 september jl. nam de Raad een motie
Nadere informatiede Belgische staat, vertegenwoordigd door de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding.
nr. 96 544 van 4 februari 2013 in de zaak RvV X / II In zake: X Gekozen woonplaats: X tegen: de Belgische staat, vertegenwoordigd door de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie
Nadere informatieInleiding Verblijf in de vrije termijn Visa voor kort verblijf Uitgevers (november )
1 Inleiding Verblijf in de vrije termijn Paspoort-, visum- of mw-vereiste Vrijstelling van paspoort-, visum- of mw-vereiste Ontheffing van paspoort-, visum- of mw-vereiste Verplichtingen in verband met
Nadere informatieInformatie over de rechten en plichten van asielzoekers in relatie tot het hoger onderwijs
Informatie over de rechten en plichten van asielzoekers in relatie tot het hoger onderwijs auteur: Albert de Voogd UAF, 9 oktober 2015 Hoe verloopt een asielaanvraag? Een vreemdeling die asiel wil aanvragen
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Datum: 15 november Rapportnummer: 2010/327
Rapport Rapport over een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Datum: 15 november 2010 Rapportnummer: 2010/327 2 Klacht Beoordeling Conclusie Aanbeveling Onderzoek Bevindingen Klacht
Nadere informatieUitspraak /1/A2 en /1/A2
Uitspraak 201707806/1/A2 en 201802043/1/A2 Datum van uitspraak: woensdag 7 november 2018 Tegen: de Belastingdienst/Toeslagen Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Geld ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:3603
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 159 Wet van 30 maart 1995 tot wijziging van de Huisvestingswet (voorziening in de huisvesting van bepaalde categorieën verblijfsgerechtigden)
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2014:3478
ECLI:NL:CRVB:2014:3478 Uitspraak 14/5824 WWB-VV 27 oktober 2014 Centrale Raad van Beroep Voorzieningenrechter Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening Partijen: [Verzoekster]te [woonplaats] (verzoekster)
Nadere informatieKoninklijk besluit betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen.
Datum : 30/10/1991 Gewijzigd door het K.B. van 17/10/2000 (B.S. : 21/11/2000) Gewijzigd door het K.B. van 25/05/2005 (B.S. : 13/06/2005) B.S. : 17/12/1991 (Bijgewerkt 14/06/2005) Koninklijk besluit betreffende
Nadere informatieRapport. Datum: 5 februari 2003 Rapportnummer: 2003/027
Rapport Datum: 5 februari 2003 Rapportnummer: 2003/027 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst
Nadere informatieBijlage C 37 Uittreksel uit het Vluchtelingenverdrag en uit het Protocol van 31 januari 1967 met artikelsgewijze toelichtinq
Bijlage C 37 Uittreksel uit het Vluchtelingenverdrag en uit het Protocol van 31 januari 1967 met artikelsgewijze toelichtinq Artikel 1 (Verdrag) Definitie van de term 'vluchteling' A, Voor de toepassing
Nadere informatieNL In verscheidenheid verenigd NL A8-0423/4. Amendement. Marek Jurek, Jussi Halla-aho, Branislav Škripek namens de ECR-Fractie
7.12.2018 A8-0423/4 4 Overweging A A. overwegende dat er, ondanks talrijke aankondigingen van en verzoeken om veilige en legale trajecten die toegang bieden tot Europees grondgebied voor personen die een
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 581 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011
Nadere informatieBeoordeling. h2>klacht
Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt over de werkwijze van het Ministerie van Buitenlandse Zaken waarbij de ambassade in Yaoundé (Kameroen) voor een visumaanvraag verwijst naar de Belgische ambassade,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18130 Goedkeuring van de op 24 februari 1983 te 's-gravenhage tot stand gekomen Culturele Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en
Nadere informatieRapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek.
Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek. Datum: 8 juli 2015 Rapportnummer: 2015/114 2 Aanleiding Verzoeker zat in vreemdelingenbewaring
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal i Zitting 1979-1980 Nr. 44e 15 800 VIM Hoofdstuk VIII (Departement van Onderwijs en Wetenschappen) van de begroting van uitgaven van het Rijk voor het jaar 1980; begroting
Nadere informatieU vraagt asiel aan in Nederland. Waarom is het belangrijk dat u de brochure goed doorleest?
asiel nederlands 22-03-2001 15:15 Pagina 1 U vraagt asiel aan in Nederland U heeft in Nederland een asielaanvraag ingediend. Met uw asielaanvraag verzoekt u de Nederlandse regering om een verblijfsvergunning
Nadere informatie2 Bezwaar en administratief beroep
Bezwaar en administratief beroep A8/2.1.1 2 Bezwaar en administratief beroep 2.1 Algemeen Onder het maken van bezwaar wordt verstaan: het gebruik maken van de ingevolge een wettelijk voorschrift bestaande
Nadere informatieRapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/192
Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/192 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie haar klacht van 16 april 2004 over de lange duur van de behandeling
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. Voorstel voor een richtlijn (COM(2002) 548 C5-2002/ /0242(CNS))
EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie werkgelegenheid en sociale zaken 16 december 2002 PE 316.394/10-24 AMENDEMENTEN 10-24 Ontwerpadvies (PE 316.394) Luciana Sbarbati inzake het voorstel voor een richtlijn
Nadere informatie3. Verzoekers konden zich met het voorgaande niet verenigen en dienden bij brief van 11 april 2007 een klacht in.
Rapport 2 h2>klacht Verzoekers klagen over de door de staatsecretaris van Justitie gevolgde intrekkingsprocedure van de aan hen verleende verblijfsvergunningen asiel voor bepaalde tijd. Met name klagen
Nadere informatieWet arbeid Vreemdelingen
Wav C22 C22 Wet arbeid Vreemdelingen Wet van 21 december 1994 tot vaststelling van de Wet arbeid vreemdelingen, Stb. 1994,959. Inwerkingtreding 1 september 1995. PARAGRAAF I Begripsbepalingen Artikel 1
Nadere informatieA 5 Toezicht Aantekeninqen in en het tijdelijk in bewarinq nemen van reis- en identiteitspapieren
A 5 Toezicht 44 5 Aantekeninqen in en het tijdelijk in bewarinq nemen van reis- en identiteitspapieren 5.1 Stellen van aantekeninqen 5.1.1 Alqemeen De met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen
Nadere informatieRichtlijn van de Raad d.d. 21 mei 1973, nr. 73/148/EEG, Pb EG 1973, nr. L1 72.
C14-6 Richtlijn inzake de opheffing van de beperkingen van de verplaatsing en het verblijf van onderdanen van de Lid-Staten binnen de Gemeenschap ter zake van vestiging en verrichten van diensten (73/148/EEG)
Nadere informatie7 Gedraesliin bil simaleringen in het o~s~orinesregister
7 Gedraesliin bil simaleringen in het o~s~orinesregister 7.1 Aleerneen - Dit hoofdstuk handelt met name over signaleringen die verband houden met de toepassing van de Vreemdelingenwet. Andere signaleringen
Nadere informatieRapport. Datum: 23 maart 2000 Rapportnummer: 2000/115
Rapport Datum: 23 maart 2000 Rapportnummer: 2000/115 2 Klacht Op 8 oktober 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw K. te Sri Lanka, ingediend door mevrouw mr. I. Gerrand, advocaat
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 2030 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 47 25 DP Den Haag Postbus 2030 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 549 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met nationale visa en enkele andere onderwerpen Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij
Nadere informatieIn bezwaar of beroep
In bezwaar of beroep Wanneer u het niet eens bent met een beslissing van de Nederlandse overheid op grond van de Vreemdelingenwet, dan kunt u hiertegen juridische stappen ondernemen. Dit informatieblad
Nadere informatieCM01-025 Utrecht, 23 oktober 2001. Betreft: implementatie Richtlijn 2001/55 inzake tijdelijke bescherming van ontheemden
Permanente commissie Secretariaat van deskundigen in internationaal vreemdelingen-, telefoon 31 (30) 297 42 14/43 28 telefax 31 (30) 296 00 50 e-mail cie.meijers@forum.nl postbus 201, 3500 AE Utrecht/Nederland
Nadere informatieDienst Terugkeer en Vertrek Ministerie van Veiligheid en Justitie
- Afdeling Dienst Terugkeer en Vertrek Ministerie van Veiligheid en Justitie > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Inhoudelijke Turfmarkt 147 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.dtenvni
Nadere informatieB17. Slachtoffers van vrouwenhandell
B17 Slachtoffers van vrouwenhandell B17 Slachtoffers van vrouwenhandel Algemeen Toezicht: opschorting van de verwijdering Algemeen Slachtoffers van vrouwenhandel Getuige-aangevers Vergunning tot verblijf
Nadere informatieDirectoraat-Generaal voor Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken
Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal voor Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland t.a.v. de algemeen
Nadere informatieC10-3 Circulaire inzake bijstandsverlening aan vreemdelingen
ABWlcirculaire bijstandsverlening c1 0-3 C10-3 Circulaire inzake bijstandsverlening aan vreemdelingen Circulaire van de staatssecretaris van SocialeZaken en Werkgelegenheid d.d. 28 mei 1991, nr. SZ/BV/UKB/MZM/551
Nadere informatieRegeling Briefadres gemeente Zoeterwoude 2014
Regeling Briefadres gemeente Zoeterwoude 2014 Het college van burgemeester en wethouders van Zoeterwoude, gelet op: - artikelen 2.23, 2.40, 2.41, 2.42, 2.45 van de Wet basisregistratie personen (Wet BRP);
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1961 Nr. 74
51 (1959) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1961 Nr. 74 A. TITEL Europees Verdrag inzake de academische erkenning van universitaire kwalificaties; Parijs, 14 december 1959
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 412 Protocol van de regeringsconferentie Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, van 20 en 21 mei te Paramaribo, en de conclusies van het
Nadere informatie