Wet algemene ouderdomsverzekering BES

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wet algemene ouderdomsverzekering BES"

Transcriptie

1 (Tekst geldend op: ) Wet algemene ouderdomsverzekering BES Hoofdstuk I. Algemene bepalingen Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. Onze Minister: Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; b. ingezetene: hij die in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woont; c. inspecteur: de bij regeling van Onze Minister van Financiën als zodanig aangewezen functionaris; d. ontvanger: de bij regeling van Onze Minister van Financiën als zodanig aangewezen functionaris. Artikel 2 1. Waar iemand woont, wordt naar de feitelijke omstandigheden beoordeeld, voor zover in de volgende leden niet anders is bepaald. 2. Degenen, die de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba als woonplaats verlaten, maar binnen een jaar zich daar opnieuw vestigen, worden geacht ook tijdens hun afwezigheid in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba te hebben gewoond, tenzij blijkt, dat zij tijdens hun afwezigheid op het grondgebied van Nederland, Aruba, Curaçao, Sint Maarten of van een andere Mogendheid hebben gewoond. 3. Degenen, die tijdelijk binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba verblijven, maar hetzij Nederland, Aruba, Curaçao of Sint Maarten als woonplaats hebben, hetzij geacht worden daar te wonen op grond van de daar geldende wetgeving inzake de inkomstenbelasting, worden als niet binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba wonend beschouwd, indien hun verblijf minder dan één jaar duurt. Artikel 3 1. Onze Minister is belast met de uitvoering van deze wet, met dien verstande, dat de heffing van de premie geschiedt door de inspecteur en de invordering daarvan door de ontvanger. 2. Voor zover de uitvoering van de in deze wet geregelde verzekering geschiedt door Onze Minister, kunnen bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld voor de te voeren administratie en de registratie van de verzekerden. Artikel 4 Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de uitvoering van deze wet. Hoofdstuk II. De kring van de verzekerden Artikel 5 1. Verzekerd overeenkomstig de bepalingen van deze wet is degene, die de leeftijd van vijftien jaar, doch niet die van 65 jaar heeft bereikt, indien hij: a. ingezetene is; b. geen ingezetene is, maar wiens belastbare som als bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting BES geheel of nagenoeg geheel binnen de openbare lichamen

2 Bonaire, Sint Eustatius of Saba aan de heffing van inkomstenbelasting of loonbelasting is onderworpen; c. geen ingezetene is en evenmin geacht kan worden blijvend buiten de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba te wonen, doch terzake van buiten de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba verrichte arbeid wedde of loon geniet ten laste van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba, mits hij Nederlander is. 2. Niet verzekerd is de vreemdeling, die niet geacht kan worden blijvend binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba te wonen en die terzake van binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba verrichte arbeid wedde of loon geniet ten laste van een andere Mogendheid. 3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen personen, die niet op grond van het eerste lid verzekerd zijn, als verzekerden op grond van deze wet worden aangemerkt. 4. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat het eerste lid niet van toepassing is: a. ten aanzien van vreemdelingen; b. ter voorkoming van samenloop van de verzekering op grond van deze wet met een overeenkomstige regeling buiten de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba; c. in de gevallen van tijdelijk verblijf of tijdelijke werkzaamheden binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba; d. ten aanzien van echtgenoten en overige gezinsleden van de in het tweede lid en van de in dit lid onder b. en c. bedoelde personen. Hoofdstuk III. Het ouderdomspensioen 1. Het recht op ouderdomspensioen Artikel 6 Degene, die verzekerd is geweest en de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt, heeft overeenkomstig de bepalingen van deze wet recht op ouderdomspensioen. Artikel 7 1. Het ouderdomspensioen bedraagt USD 365 [Red: per 1 januari 2011: USD 524] per maand. 2. Het pensioenbedrag, bedoeld in het eerste lid, wordt bij ministeriële regeling met ingang van elk kalenderjaar aangepast aan de ontwikkeling van het consumentenprijsindexcijfer. 3. De aanpassing van het pensioenbedrag, bedoeld in het tweede lid, vindt plaats met ingang van de eerste dag van enig kalenderjaar op basis van de stijging die het consumentenprijsindexcijfer voor het derde kwartaal daaraan voorafgaande aangeeft ten opzichte van het consumentenprijsindexcijfer voor het derde kwartaal van het voorafgaande jaar. Onze Minister bepaalt welk consumentenprijsindexcijfer, zoals vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek, voor de toepassing van de eerste zin wordt gebruikt. De consumentenprijsindexcijfers kunnen voor de onderscheiden openbare lichamen verschillend zijn. Artikel 7a 1. Degene aan wie een ouderdomspensioen is toegekend en die gehuwd is met iemand die jonger is dan 65 jaar heeft recht op een toeslag van ten hoogste USD 250 [Red: per 1 januari 2011: USD 359] per maand, voorzover het gezamenlijk inkomen niet meer dan USD [Red: per 1 januari 2011: USD 6.830] per jaar bedraagt. 2. De toeslag wordt door Onze Minister betaalbaar gesteld aan degene met wie degene aan wie het ouderdomspensioen is toegekend, gehuwd is. De betaling geschiedt per kalendermaand. 3. De toeslag eindigt:

3 a. wanneer degene met wie degene aan wie het ouderdomspensioen is toegekend, gehuwd is, de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt; b. bij ontbinding van het huwelijk in de gevallen, genoemd in artikel 248 van het Burgerlijk Wetboek BES; c. bij overlijden van degene aan wie het ouderdomspensioen is toegekend of van degene met wie degene aan wie het ouderdomspensioen is toegekend, gehuwd is; d. bij intrekking van het pensioen of de toeslag; e. wanneer het gezamenlijk inkomen, bedoeld in het eerste lid, meer dan USD [Red: per 1 januari 2011: USD 6.830] per jaar bedraagt. 4. Onder inkomen als bedoeld in het eerste lid en het derde lid, onderdeel e, wordt verstaan de belastbare som, bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting BES. 5. De toeslag eindigt met ingang van de maand, volgende op die, waarin het feit of de omstandigheid, bedoeld in het derde lid, heeft plaatsgevonden, dan wel is ontstaan, die het einde van de toeslag ten gevolge heeft. 6. De artikelen 12, 13, tweede tot en met vierde lid, 14, 15, 16, 18, 19, 22a tot en met 22c, 23, 34, 37, 44, eerste lid, 47 en 52 zijn van overeenkomstige toepassing op de toeslag. 7. Op de toeslag wordt een korting toegepast van: a. 2% voor elk kalenderjaar dat degene die gehuwd is met de pensioengerechtigde, behoudens in bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen gevallen, na het bereiken van zijn 15-jarige leeftijd, doch voor het bereiken van de leeftijd van 65 jaar van de pensioengerechtigde, niet verzekerd is geweest; b. 3% voor elke jaarpremie op grond van deze wet, die degene die gehuwd is met de pensioengerechtigde schuldig nalatig is geweest te betalen. 8. Artikel 20 is van overeenkomstige toepassing op de toeslag op grond van dit artikel met dien verstande dat bij overlijden van degene, met wie degene aan wie het ouderdomspensioen is toegekend, is gehuwd, een bedrag van viermaal het ouderdomspensioen, genoemd in artikel 7, eerste lid, wordt uitbetaald. 9. De bedragen, bedoeld in artikel 7a, eerste en derde lid, onderdeel e, worden ingeval van aanpassing van het pensioenbedrag als bedoeld in artikel 7, tweede lid, op overeenkomstige wijze aangepast. Artikel 7b 1. Degene, die woonachtig is in één van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba en die recht heeft op een ouderdomspensioen, heeft tevens recht op een tegemoetkoming, die is gerelateerd aan het prijsniveau van het openbare lichaam waarin de pensioengerechtigde woonachtig is, indien het prijsniveau in het desbetreffende openbare lichaam hoger ligt dan het prijsniveau van het openbare lichaam met het laagste prijsniveau. 2. De tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, wordt niet beschouwd als ouderdomspensioen op grond van deze wet. 3. De hoogte van de tegemoetkoming, die per openbaar lichaam kan verschillen, wordt bij ministeriële regeling vastgesteld. 4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de wijze van betaling van de tegemoetkoming. Artikel 8 1. Op het bedrag, bedoeld in artikel 7, eerste lid, wordt een korting toegepast van 2% voor elk kalenderjaar dat de pensioengerechtigde na het bereiken van de leeftijd van 15 jaar, doch voor het bereiken van de leeftijd van 65 jaar, niet verzekerd is geweest.

4 2. Op het bedrag, genoemd in artikel 7, eerste lid, wordt een korting toegepast van 3% voor elke jaarpremie op grond van deze wet, die de pensioengerechtigde schuldig nalatig is geweest te betalen. 3. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de herleiding van gedeelten van jaarpremies tot gehele jaarpremies en van gedeelten van kalenderjaren, bedoeld in het eerste en tweede lid, en artikel 7a, tot gehele kalenderjaren. 4. Na de korting, bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt het ouderdomspensioen afgerond op hele dollars. 2. Toekenning, ingang, intrekking, herziening, betaling en einde van het ouderdomspensioen Artikel 9 1. Het ouderdomspensioen alsmede een verhoging van het ouderdomspensioen wordt op aanvraag toegekend door Onze Minister. 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid is Onze Minister bevoegd het ouderdomspensioen alsmede een verhoging van het ouderdomspensioen ambtshalve toe te kennen. Artikel 10 De aanvraag om ouderdomspensioen of om een verhoging van het ouderdomspensioen wordt ingediend bij Onze Minister. Artikel Het ouderdomspensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgende op de maand, waarin de verzekerde aan de voorwaarden voor het recht op ouderdomspensioen voldoet. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan een ouderdomspensioen niet eerder ingaan dan een jaar vóór de eerste dag van de maand, volgende op de maand, waarin de aanvraag werd ingediend of waarin de ambtshalve toekenning plaats vond. Onze Minister kan voor bijzondere gevallen van het bepaalde in de vorige zin afwijken. Artikel Het ouderdomspensioen wordt door Onze Minister ingetrokken of herzien, wanneer degene aan wie het is toegekend, ingevolge het op grond van deze wet bepaalde, daarvoor niet of niet of niet meer in aanmerking komt, dan wel voor een hoger of lager ouderdomspensioen in aanmerking komt. 2. De herziening van het ouderdomspensioen, die voortvloeit uit een wijziging van de omstandigheden en die een verhoging van dit pensioen tot gevolg heeft, gaat in op de eerste dag van de maand, volgende op de maand waarin de wijziging van die omstandigheden heeft plaats gevonden. Het bepaalde in artikel 11, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing. 3. De intrekking van het ouderdomspensioen of de herziening daarvan, die een verlaging van dit pensioen tot gevolg heeft, gaat, behoudens in bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen gevallen, in op de eerste dag van de maand, volgende op die, waarin de dag van de dagtekening van de kennisgeving op grond van artikel 37, eerste lid, onderdeel a, is gelegen. 4. De herziening van het ouderdomspensioen in verband met artikel 7, derde lid, gaat, in afwijking van het bepaalde in het tweede en derde lid, in op de dag, met ingang waarvan op grond van artikel 7, derde lid, de in dat artikel genoemde bedragen van het ouderdomspensioen zijn herzien. 5. Ter uitvoering van het bepaalde in dit artikel kunnen bij algemene maatregel van bestuur nadere voorschriften worden gegeven. Daarbij kunnen tevens nadere regels worden gesteld met

5 betrekking tot schorsing en opschorting van de uitbetaling van het ouderdomspensioen. Artikel Het ouderdomspensioen wordt betaalbaar gesteld door Onze Minister. De betaling geschiedt maandelijks. 2. In geval het pensioen in het buitenland wordt uitbetaald, worden de daaraan verbonden kosten van overmaking op het pensioen in mindering gebracht. 3. Wanneer een gepensioneerde een ander machtigt om het ouderdomspensioen in ontvangst te nemen, dan wel een verleende machtiging intrekt, wordt daaraan gevolg gegeven met ingang van een betalingstermijn, aanvangend na de dag, waarop de machtiging wordt ingediend, dan wel waarop van haar intrekking mededeling wordt gedaan, doch niet later dan de eerste dag van de tweede maand na de dag van indiening, dan wel intrekking van de machtiging. 4. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden vastgesteld ten aanzien van de betaalbaarstelling van het ouderdomspensioen door organen, die belast zijn met de uitbetaling van pensioen uit anderen hoofde dan op grond van deze wet. Artikel Indien een op grond van deze wet gepensioneerde in een inrichting voor verpleging van geesteszieken of van zwakzinnigen is opgenomen of in een instelling van weldadigheid, door het openbare lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba erkend, wordt verzorgd of verpleegd, en de kosten van verzorging of verpleging geheel of gedeeltelijk ten laste komen van dat openbare lichaam of de erkende instelling van weldadigheid of een instelling van weldadigheid als vorenbedoeld, kan op verzoek van het desbetreffende orgaan het ouderdomspensioen over volle kalendermaanden, gelegen binnen de duur van de verzorging of verpleging, voor zover het over die maanden nog niet is uitbetaald, aan het desbetreffende orgaan worden uitbetaald, met dien verstande, dat aan dat orgaan niet meer wordt uitbetaald dan de te zijnen laste komende kosten van verzorging en verpleging bedragen. 2. Voorzover in verband met het bepaalde in dit artikel het ouderdomspensioen niet werd uitbetaald aan de gepensioneerde, wordt het na het overlijden van de gepensioneerde, voorzover nodig in afwijking van het in artikel 17 bepaalde, tot en met de laatste dag van de maand, waarin het overlijden plaats vond, uitbetaald aan het in het eerste lid van dit artikel bedoelde orgaan. Artikel 15 De termijnen van het ouderdomspensioen, die niet zijn ingevorderd binnen twee jaar na de eerste dag waarop zij konden worden ingevorderd, worden niet meer uitbetaald. Artikel Behoudens het bepaalde in het tweede lid zijn de eenmaal uitbetaalde termijnen van het ouderdomspensioen niet vatbaar voor terugvordering. 2. Indien het ouderdomspensioen op grond van het bepaalde in artikel 12, derde lid met terugwerkende kracht is herzien of ingetrokken, kan hetgeen aan pensioen te veel of ten onrechte is uitbetaald, geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd, dan wel op het later uit te betalen pensioen in mindering worden gebracht. Artikel Behoudens in de gevallen bepaald in deze wet eindigt het ouderdomspensioen door overlijden van de pensioengerechtigde of door intrekking. 2. Het ouderdomspensioen eindigt, behoudens het overigens in deze wet bepaalde, met ingang van

6 de maand volgende op die, waarin het feit heeft plaats gehad of de omstandigheid is ontstaan, die het einde ten gevolge heeft Artikel Het ouderdomspensioen is: a. onvervreemdbaar; b. niet vatbaar voor verpanding of belening; c. behoudens voor zover dit dient tot verhaal van onderhoud, waartoe de gepensioneerde volgens wettelijke regeling is gehouden, niet vatbaar voor executoriaal of conservatoir beslag, noch voor faillissementsbeslag. 2. Voor zover op grond van het eerste lid, onderdeel c beslag wordt gelegd, mag dit niet meer bedragen dan een derde gedeelte van het bedrag van het ouderdomspensioen. 3. Volmacht tot ontvangst van ouderdomspensioen, onder welke vorm of welke benaming ook, door de gepensioneerde verleend, is steeds herroepelijk. 4. Elk beding, strijdig met enige bepaling van dit artikel, is nietig. Artikel 18a 1. Onze Minister is bevoegd om op grond van verdragen, convenanten en andersoortige overeenkomsten met uitvoerders van instellingen van sociale voorzieningen, het ouderdomspensioen van een pensioengerechtigde te verminderen ter ontneming van een ten onrechte verkregen voordeel van de pensioengerechtigde op het gebied van sociale voorzieningen. 2. Onze Minister is eveneens bevoegd om het ouderdomspensioen van een pensioengerechtigde te verminderen ter ontneming van een ten onrechte verkregen voordeel van de pensioengerechtigde op het gebied van de door Onze Minister uitgevoerde sociale verzekeringswetten. 3. De in het eerste en tweede lid bedoelde vermindering kan ineens geschieden indien het ten onrechte genoten voordeel niet groter is dan een derde deel van het door Onze Minister verstrekte ouderdomspensioen. In alle andere gevallen kan de vermindering niet meer bedragen dan een derde deel van het ouderdomspensioen. 3. De gevolgen van het overlijden van een pensioengerechtigde, dan wel van het overlijden van zijn echtgenote, respectievelijk haar echtgenoot Artikel Na het overlijden van degene, aan wie een ouderdomspensioen is toegekend, wordt het pensioen tot en met de laatste dag van de maand waarin het overlijden heeft plaats gehad, uitbetaald. 2. De uitbetaling, bedoeld in het eerste lid, geschiedt aan de persoon of personen, die daarvoor naar het oordeel van Onze Minister op billijkheidsoverwegingen in aanmerking komt, dan wel komen, mits deze daartoe binnen zes maanden na het overlijden een verzoek bij Onze Minister heeft, dan wel hebben, ingediend. Artikel Na het overlijden van degene, aan wie een ouderdomspensioen is toegekend, wordt een bedrag ineens, gelijk aan viermaal het ouderdomspensioen, genoemd in artikel 7 eerste lid, uitbetaald aan de persoon of personen, die daarvoor naar het oordeel van Onze Minister op billijkheidsoverwegingen in aanmerking komt, dan wel komen, mits deze daartoe binnen zes maanden na het overlijden een verzoek bij Onze Minister heeft, dan wel hebben, ingediend.

7 2. De uitkering, bedoeld in het eerste lid, wordt betaalbaar gesteld in de maand volgende op die, waarin een verzoek als bedoeld in het eerste lid, bij Onze Minister is ingediend. 4. Voorziening bij vertrek uit de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Artikel Aan de verzekerde, die de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba als woonplaats verlaat, wordt door Onze Minister op diens verzoek een verklaring afgegeven, vermeldende het aantal jaren dat de verzekerde voor zijn rechten op grond van deze wet kan doen gelden tot aan de dag van zijn vertrek uit de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Alvorens deze verklaring wordt afgegeven moet de verzekerde de door hem verschuldigde premie, tot aan de dag van zijn vertrek, voldoen. 2. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels vastgesteld voor de toekenning en betaalbaarstelling van ouderdomspensioenen, aan personen die buiten de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba wonen. 5 [Vervallen per ] Artikel 22 [Vervallen per ] 6. Kerstuitkering Artikel 22a 1. Degene, die recht heeft op ouderdomspensioen in de maand september, heeft recht op kerstuitkering. 2. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt onder degene, die recht heeft op ouderdomspensioen, mede verstaan degene, aan wie op grond van artikel 19 ouderdomspensioen wordt uitbetaald. Artikel 22b 1. De kerstuitkering bedraagt 100 procent van het bedrag aan ouderdomspensioen, waarop recht bestond in de maand september. 2. De uitbetaling van de kerstuitkering vindt eenmaal per jaar ambtshalve plaats in de eerste helft van de maand december. 3. Het bedrag van de kerstuitkering, dat niet is ingevorderd binnen zes maanden na de eerste dag waarop het kon worden ingevorderd, wordt niet meer uitbetaald. Artikel 22c 1. Het bepaalde bij of krachtens de artikelen 13, 14, 16, 18, 19 en 34 vindt overeenkomstige toepassing ten aanzien van de kerstuitkering, voor zover bij of krachtens deze paragraaf niet anders is bepaald. 2. Onze Minister kan met betrekking tot het bepaalde in deze paragraaf nadere regels stellen. Daarbij kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 22b, tweede lid. Hoofdstuk IV. De op te brengen middelen Artikel Ter zake van de kosten verbonden aan deze wet is door de verzekerden een premie verschuldigd.

8 2. De premie komt ten gunste van het Rijk. 3. De op grond van deze wet uit te keren pensioenen, de tegemoetkomingen, bedoeld in artikel 7b, de uitkeringen, bedoeld in artikel 20, en de aan de uitvoering van deze wet verbonden kosten komen ten laste van het Rijk.24 [Vervallen per ] Artikel 25 [Vervallen per ] Artikel De premie ten behoeve van deze wet wordt geheven over het inkomen, met overeenkomstige toepassing van de hoofdstukken V, VI, VII en IX van de Wet inkomstenbelasting BES, de hoofdstukken III en VI van de Wet loonbelasting BES en de hoofdstukken I, VII en VIII van de Belastingwet BES. 2. Onder inkomen wordt verstaan: de belastbare som, bedoeld in artikel 24, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting BES. 3. Indien het inkomen meer bedraagt dan het in artikel 24A, zevende lid, van de Wet inkomstenbelasting BES genoemde bedrag, wordt over dat meerdere geen premie geheven. Artikel 27 Het percentage van de premie, bedoeld in artikel 26, eerste lid, wordt door Onze Minister met ingang van elk kalenderjaar voor de periode van één jaar bij ministeriële regeling in overeenstemming met Onze Minister van Financiën vastgesteld. Artikel 28 Onze Minister is bevoegd, met inachtneming van het vastgestelde premiepercentage, de op grond van deze wet verschuldigde premies te doen berekenen volgens tabellen. Bij het opstellen van deze tabellen en voor de toepassing daarvan bepaalt Onze Minister de door hem nodig geachte afrondingen.29 [Vervallen per ] Artikel 29a 1. De werkgever is verplicht de premie, die hij over een tijdvak van een maand of korter heeft ingehouden of had moeten inhouden binnen vijftien dagen na het einde van die maand, op aangifte af te dragen. Indien de inhouding over een tijdvak van langer dan een maand geschiedt, is de werkgever verplicht de premie, binnen vijftien dagen na het einde van dat tijdvak, op aangifte af te dragen. 2. De aangifte wordt gedaan bij de inspecteur onder gelijktijdige afdracht aan de ontvanger. 3. Heffing en invordering van de premie geschiedt met overeenkomstige toepassing van hoofdstuk VIII van de Belastingwet BES. 4. De inspecteur kan van de werkgever die de premie over een tijdvak van langer dan een maand moet afdragen, vorderen dat hij binnen vijftien dagen na het einde van elke maand een gedeelte van de in te houden premie bij wijze van voorlopige betaling afdraagt. 5. Ook in de gevallen, dat geen premie hoeft te worden ingehouden, moet aangifte op de in de vorige leden aangegeven tijden ingediend worden. 6. Personen, die stellen geen werkgever te zijn, moeten niettemin de hen verstrekte aangifteformulieren binnen vijftien dagen na het einde van de maand, waarin de aangifteformulieren hen zijn verstrekt, indienen. 7. De inspecteur verstrekt de werkgever, dan wel de verzekerde indien de verzekerde geen werkgever, het benodigde aantal aangifteformulieren, hetzij op diens verzoek, hetzij ambtshalve.

9 Artikel 29b 1. Indien de premie geheel of gedeeltelijk niet binnen de voorgeschreven tijd is afgedragen kan de te weinig afgedragen premie door middel van een aanslag, op te leggen ten name van de werkgever, worden ingevorderd met overeenkomstige toepassing van hoofdstuk VIII, titel 5, van de Belastingwet BES. De werkgever is gerechtigd het nageheven bedrag te verhalen op zijn werknemer voor zover het bedrag betrekking heeft op van de werknemer ten onrechte niet ingehouden premie. 2. Zo nodig in afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de in de aanslag inbegrepen premie bij wijze van boete worden verhoogd met ten hoogste honderd procent, maar tenminste met USD 14. De werkgever is niet gerechtigd deze boete op zijn werknemers te verhalen. 3. Indien aan de verplichting opgelegd in artikel 29a, vijfde lid, niet wordt voldaan en ten gevolge daarvan de aanslag in zijn geheel moet worden verminderd, bedraagt de boete USD 14. Artikel 30 Voor zover op grond van deze wet niet anders is bepaald is ten aanzien van de premieheffing op grond van artikel 26 en de invordering daarvan hoofdstuk VIII van de Belastingwet BES van overeenkomstige toepassing.31 [Vervallen per ] Artikel 32 [Vervallen per ] Artikel 33 [Vervallen per ] Hoofdstuk V. Het verstrekken van inlichtingen Artikel De pensioengerechtigde, zijn echtgenoot en zijn wettelijke vertegenwoordiger of het orgaan waaraan op grond van artikel 14 ouderdomspensioen wordt uitbetaald, zijn verplicht aan Onze Minister op zijn verzoek of uit eigen beweging alle feiten en omstandigheden mee te delen, waarvan hun redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op pensioen, de hoogte van het pensioen of op het bedrag van het pensioen, dat wordt betaald. 2. De verplichting, bedoeld in het eerste lid, geldt niet indien feiten en omstandigheden door Onze Minister kunnen worden vastgesteld op grond van bij wettelijk voorschrift als authentiek aangemerkte gegevens of door Onze Minister kunnen worden verkregen uit bij ministeriële regeling aan te wijzen administraties. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald voor welke gegevens de vorige zin van toepassing is. Artikel Een ieder is verplicht aan Onze Minister door hem gevraagde inlichtingen te geven in het kader van deze wet. 2. De inlichtingen moeten desgevraagd schriftelijk worden verstrekt binnen een door Onze Minister schriftelijk te stellen termijn. 3. Een ieder is verplicht om aan Onze Minister desgevraagd inzage te verlenen van boeken, bescheiden en andere informatiedragers, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van deze wet. Artikel Publiekrechtelijke lichamen zijn verplicht kosteloos hun medewerking te verlenen tot het verkrijgen van de inlichtingen, benodigd voor de uitvoering van deze wet. 2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het

10 eerste lid. Hoofdstuk VI. Bezwaar en beroep Artikel Aan de belanghebbende wordt schriftelijk kennis gegeven van een beslissing op grond van deze wet, die verband houdt met het recht op en de uitbetaling van pensioen of uitkering of kerstuitkering. 2. Een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid vermeldt de dagtekening van de beslissing, de gronden, waarop deze berust, alsmede waar beroep kan worden ingesteld. 3. Het in het vorige leden bepaalde is ten aanzien van een beslissing inzake het recht op kerstuitkering slechts van toepassing, indien de belanghebbende zulks verzoekt.38 [Vervallen per ] Artikel Voor zover bij of krachtens deze wet niet anders is bepaald zijn de voor de heffing van de inkomstenbelasting geldende bepalingen betreffende de rechtsmiddelen van overeenkomstige toepassing. 2. De inspecteur doet op een bezwaarschrift eerst uitspraak nadat is komen vast te staan, dat geen feiten en omstandigheden in geding zijn, die tevens van belang zijn voor de heffing van inkomstenbelasting, dan wel voor zover dat het geval is, de beslissing daaromtrent voor de heffing van de inkomstenbelasting onherroepelijk is geworden. 3. Met betrekking tot een naheffingsaanslag, die geheel of gedeeltelijk berust op feiten, die mede tot het opleggen van een naheffingsaanslag in de inkomstenbelasting ten laste van belanghebbende aanleiding hebben gegeven, neemt de termijn voor het instellen van beroep eerst een aanvang op de datum, waarop laatstbedoelde naheffingsaanslag onherroepelijk is geworden. 4. Tegen hetgeen omtrent de toepassing van artikel 2 van deze wet, alsmede omtrent het zuiver inkomen in de zin van de Wet inkomstenbelasting BES voor de heffing van de inkomstenbelasting onherroepelijk is geworden, is beroep op grond van deze wet niet toegelaten. Hoofdstuk VII. Overgangsbepalingen Artikel 39a 1. In afwijking van de artikelen 5, eerste lid, 6, 7a, eerste lid, derde lid, onderdeel a, en zevende lid, en 8, eerste lid, wordt: a. voor degene die voor 1 januari 2013 de leeftijd van 60 jaar bereikt, in die artikelen in plaats van «65 jaar» gelezen: 60 jaar; b. voor degene die in 2013 de leeftijd van 60 jaar bereikt, in die artikelen in plaats van «65 jaar» gelezen: 62 jaar; c. voor degene die in 2014 de leeftijd van 60 jaar bereikt, in die artikelen in plaats van «65 jaar» gelezen: 63 jaar; d. voor degene die in 2015 de leeftijd van 60 jaar bereikt, in die artikelen in plaats van «65 jaar» gelezen: 64 jaar. 2. De artikelen 7a, zevende lid, onderdeel a, en 8, eerste lid, zoals die luidden onmiddellijk voorafgaand aan inwerkingtreding van de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, blijven van toepassing op de pensioengerechtigde die voor 1 januari 2013 de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. Artikel 40

11 1. Degene, die voor 1 september 1960 de leeftijd van 15, doch nog niet die van 65 jaar heeft bereikt, en die al dan niet onafgebroken gedurende zes jaren na de voleindiging van zijn 54ste levensjaar in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba, Nederland, Suriname of Nederlands Nieuw-Guinea heeft gewoond, wordt voor wat betreft het tijdvak gelegen binnen het bereiken van de leeftijd van 15 jaar en het tijdstip van inwerking treden van deze wet voor de toepassing van het bepaalde in artikel 8, eerste en tweede lid, geacht verzekerd te zijn geweest. Voor de toepassing van het bepaalde in de vorige volzin wordt de gehuwde vrouw, die jonger is dan haar man, dan wel de echtgenoot van de gehuwde vrouw, bedoeld in artikel 7, tweede lid, geacht het 54ste levensjaar te hebben voleindigd op dezelfde dag als haar echtgenoot, dan wel zijn echtgenote. 2. De gehuwde vrouw, die in tegenstelling tot haar echtgenoot voor of op de 1 september 1960 de leeftijd van 65 heeft bereikt, maar overigens voldoet aan de voorwaarden, van de eerste zin van het eerste lid wordt voor de toepassing van het bepaalde in artikel 8, eerste en tweede lid, gedurende het tijdvak, gelegen tussen de voleindiging van haar 15de en de voleindiging van haar 65ste levensjaar, geacht verzekerd te zijn geweest. 3. Degene, die voldoet aan het bepaalde in de eerste volzin van het eerste lid, maar nooit op grond van deze wet verzekerd is geweest, wordt nochtans voor de toepassing van artikel 6 geacht verzekerd te zijn geweest. Artikel Degene, die vóór of op 1 september 1960 van artikel 6 de leeftijd van 15 heeft bereikt en die al dan niet onafgebroken gedurende zes jaren na de voleindiging van zijn 54ste levensjaar in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba, Nederland, Suriname of Nederlands Nieuw-Guinea heeft gewoond, heeft recht op ouderdomspensioen. 2. Het bepaalde in het vorige lid is niet van toepassing op de gehuwde vrouw, behoudens in het geval waarin: a. haar echtgenoot de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt en geen recht op ouderdomspensioen kan doen gelden; of b. haar huwelijk plaatsvond nadat zowel zijzelf als haar echtgenoot recht op ouderdompensioen hadden verkregen; of c. zij als kostwinster is aan te merken en haar echtgenoot de leeftijd van 65 jaar nog niet heeft bereikt. 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 11, eerste lid, gaat het op grond van dit artikel toegekende pensioen in op 1 september Ten aanzien van het bedrag van het op grond van dit artikel toegekende pensioen blijft artikel 8 buiten toepassing. 5. Het bepaalde in artikel 7, tweede lid is van toepassing. Artikel 42 De voordelen, voortvloeiende uit de artikelen 40 en 41 komen uitsluitend toe aan degene, die a. Nederlander is, en b. binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woont. Artikel 43 Bij algemene maatregel van bestuur kan onder daarbij te stellen voorwaarden worden bepaald, dat a. voor de toepassing van artikel 42 niet-nederlanders met Nederlanders worden gelijkgesteld; b. voor de toepassing van de artikelen 40, 41 en 42 het wonen buiten de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba wordt gelijkgesteld met het wonen in de openbare lichamen

12 Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Hoofdstuk VIIA. Toezicht Artikel 43a 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze wet bepaalde zijn de daartoe bij ministeriële regeling aangewezen functionarissen belast. 2. De op grond van het eerste lid aangewezen functionarissen zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs noodzakelijk is, bevoegd: a. alle inlichtingen te vragen: b. inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe tijdelijk mee te nemen; c. alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen. 3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, verschaft met behulp van de sterke arm. 4. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van taakuitoefening van de op grond van het eerste lid aangewezen functionarissen. 5. Een ieder is verplicht aan de op grond van het eerste lid aangewezen functionarissen alle medewerking te verlenen die in het kader van de toezicht uitoefening op grond van het tweede lid wordt gevorderd. Hoofdstuk VIII. Strafbepalingen Artikel Hij, die niet voldoet aan de verplichting, opgelegd op grond van artikel 34, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de eerste categorie. 2. De werkgever die niet voldoet aan de verplichting, opgelegd in artikel 58, wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste zes maanden of een geldboete van de eerste categorie. Deze straf kan worden opgelegd voor elk geval, waarin een werkgever voor een zijner werknemers de in dit lid bedoelde verplichting niet nakomt. 3. Hij, die niet of niet volledig voldoet aan de verplichting hem opgelegd in artikel 29a wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de derde categorie. Artikel 45 Hij, die op grond van bij of krachtens deze wet vastgestelde bepalingen gehouden is inlichtingen of gegevens te verstrekken, een aangifte of mededeling te doen of een verklaring af te leggen en daarbij opzettelijk een valse opgave doet dan wel opzettelijk in strijd met bedoelde gehoudenheid iets verzwijgt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren. Artikel 46 Hij, die op andere wijze dan door het valselijk opmaken of vervalsen van een geschrift, dat bestemd is tot bewijs van enig feit te dienen, opzettelijk een opgave doet in strijd met de waarheid, zulks met het oogmerk om aldus een uitkering of een hogere uitkering ingevolge deze wet te verkrijgen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren. Artikel 47

13 Overtredingen van bepalingen van een op grond van deze wet vastgesteld algemene maatregel van bestuur, voor zover uitdrukkelijk als strafbaar feit in de zin van dit artikel aangeduid, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van de eerste categorie. Artikel 48 [vervallen] Artikel Met de opsporing van de bij deze wet strafbaar gestelde feiten zijn, naast de in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering BES bedoelde functionarissen, belast de door Onze Minister van Justitie, in overeenstemming met Onze Minister, aangewezen ambtenaren. 2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de vereisten waaraan de op grond van het eerste lid aangewezen functionarissen dienen te voldoen. Artikel 50 [vervallen] Artikel De in artikel 43a bedoelde personen zijn verplicht tot geheimhouding van hetgeen hun bij het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze wet vastgestelde bepalingen is bekend geworden, voor zover die geheimhouding niet in strijd is met deze of een andere wet. 2. Hij, die de bij het vorige lid opgelegde geheimhouding opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de eerste categorie. 3. Hij, aan wiens schuld schending van die geheimhouding te wijten is, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de eerste categorie. 4. Geen vervolging heeft plaats dan op aangifte van degenen ten aanzien van wie de geheimhouding is geschonden. Artikel 52 De in de artikelen 44, derde lid, 45, 46 en 51 bedoelde strafbare feiten worden als misdrijven, de in de artikelen 44, eerste en tweede lid, en 47 bedoelde strafbare feiten als overtredingen beschouwd. Hoofdstuk IX. Slotbepalingen Artikel 53 Hetgeen overigens nog ter uitvoering van deze wet nodig is, wordt bij algemene maatregel van bestuur geregeld. Artikel Indien in de pensioenregeling van een pensioenfonds of van een werkgever vóór 28 mei 1960 bepalingen zijn opgenomen op grond waarvan op het uit te keren pensioen een wettelijk ouderdomspensioen geheel of gedeeltelijk in mindering wordt gebracht, dient bij de toepassing van deze bepalingen in acht te worden genomen: a. dat het uit te keren of reeds toegekende pensioen met niet meer wordt verminderd dan met het deel van het ouderdomspensioen, dat evenredig is aan het gedeelte van de op grond van deze wet verschuldigde premie, dat de werkgever of het pensioenfonds voor zijn rekening neemt;

14 b. dat, behoudens in door Onze Minister aan te wijzen gevallen, een verhoging van het ouderdomspensioen op grond van deze wet, die plaats vindt na de datum van beëindiging van de actieve deelneming aan de pensioenregeling, niet op het pensioen in mindering wordt gebracht; c. dat niet in mindering mag worden gebracht 2% van het ouderdomspensioen voor elk jaar, dat de pensioengerechtigde na zijn pensionering de volle premie voor eigen rekening heeft betaald; d. dat niet in mindering mag worden gebracht 2% van het ouderdomspensioen van de weduwe van de pensioengerechtigde voor elk jaar, dat de pensioengerechtigde na zijn pensionering de volle premie voor eigen rekening heeft betaald; e. dat het uit te keren reeds toegekende pensioen, indien dat wegens het niet bereiken van het voor een volledig pensioen benodigde aantal dienst- of deelnemersjaren niet volledig is, met niet meer wordt verminderd dan met het deel van het voor vermindering in aanmerking komende gedeelte van het ouderdomspensioen op grond van deze wet, dat evenredig is aan het deel, dat het door de werkgever of het pensioenfonds uit te keren pensioen uitmaakt van het volledig pensioen; f. dat indien een ouderdomspensioen uit meer dan één vervulde dienstbetrekking wordt genoten en op grond van onderdeel a van dit artikel meerdere werkgevers of meerdere pensioenfondsen een korting op het door hen uit te keren ouderdomspensioen kunnen toepassen, het totale voor vermindering in aanmerking komende gedeelte van het op grond van deze wet toegekende ouderdomspensioen over deze werkgevers of pensioenfondsen dient te worden verdeeld in verhouding tot het aantal dienst- of deelnemersjaren van de pensioengerechtigde bij elk van deze werkgevers of pensioenfondsen; g. dat niet in mindering mogen worden gebracht aanpassingen van de pensioenbedragen op grond van artikel 7, tweede lid. 2. Indien in een pensioenregeling van een pensioenfonds of van een werkgever vóór 28 mei 1960 geen bepalingen zijn opgenomen als bedoeld in dit artikellid en op 1 september 1960 nog geen wijzigingen zijn aangebracht als bedoeld in artikel 55, kan niettemin het ouderdomspensioen geheel of gedeeltelijk in mindering worden gebracht op het door het pensioenfonds of de werkgever uit te keren of reeds toegekende pensioen met inachtneming van de bepalingen van het eerste lid. Artikel Wijzigingen in de pensioenregeling van een pensioenfonds of werkgever, waarbij: a. bepalingen worden opgenomen op grond van welke het ouderdomspensioen op grond van deze wet geheel of gedeeltelijk in mindering wordt gebracht op het door het fonds of de werkgever in uitzicht gestelde of reeds toegekende pensioen dan wel b. bepalingen, als bedoeld in artikel 54, worden herzien dan wel hieraan een nadere inhoud wordt gegeven; c. de pensioenregeling, geldend voor de reeds in dienst zijnde werknemers, wordt aangepast aan de voorzieningen op grond van deze wet, behoeven de goedkeuring van Onze Minister. 2. Indien in een Pensioenregeling, bepalingen worden opgenomen als bedoeld in lid 1 onder a, dient bij de toepassing van deze bepalingen in acht te worden genomen, dat, behoudens in door Onze Minister aan te wijzen gevallen, een verhoging van het ouderdomspensioen op grond van deze wet, die plaats vindt na beëindiging van de actieve deelneming aan de Pensioenregeling niet op het pensioen in mindering wordt gebracht. Artikel 56 Ter uitvoering van het bepaalde in de artikelen 54 en 55 kunnen bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden vastgesteld. Artikel 57

15 De wijzigingen, bedoeld in artikel 55, waarvoor de goedkeuring van Onze Minister is verkregen, zijn bindend voor al degenen, die onder de desbetreffende pensioenregeling zijn gepensioneerd, dan wel recht krijgen op een pensioen.58 [Vervallen per ] Artikel 59 [Vervallen per ] Artikel 60 Alle op grond van deze wet opgemaakte en overgelegde stukken, verzoekschriften en beschikkingen zijn vrij van het recht van zegel en van de formaliteit van registratie. Artikel 61 Deze wet wordt aangehaald als: Wet algemene ouderdomsverzekering BES.

A 2014 N 56 (G.T.) PUBLICATIEBLAD

A 2014 N 56 (G.T.) PUBLICATIEBLAD A 2014 N 56 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 27 ste mei 2014, no. 14/1149, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering. Op de voordracht

Nadere informatie

: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering

: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Intitulé : Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Vindplaats : AB 1990 no. GT 33 (m.v. AB 1990 no. 33A) Wijzigingen: AB 1990 no. 96;

Nadere informatie

Intitulé : Landsverordening algemene ouderdomsverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering

Intitulé : Landsverordening algemene ouderdomsverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Intitulé : Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Citeertitel: Landsverordening algemene ouderdomsverzekering Vindplaats : AB 1990 no. GT 33 (m.v. AB 1990 no. 33A) Wijzigingen: AB 1990 no. 96;

Nadere informatie

LANDSVERORDENING ALGEMENE OUDERDOMSVERZEKERING

LANDSVERORDENING ALGEMENE OUDERDOMSVERZEKERING LANDSVERORDENING ALGEMENE OUDERDOMSVERZEKERING Landsverordening van 14 mei 1960, regelende een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering tegen geldelijke gevolgen van ouderdom. Tekst

Nadere informatie

Lvo- V P.B. 2014, no. 56 (G.T.)

Lvo- V P.B. 2014, no. 56 (G.T.) Lvo- V P.B. 0, no. 56 (G.T.) LANDSBESLUIT van de 7 ste mei 0, no. /9, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering. Tekst in: P.B. 0, no. 56

Nadere informatie

: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering

: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Intitulé : Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Vindplaats : AB 1996 no. GT 30 Wijzigingen: AB 1997 no. 34; AB 2000

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 593 Beschikking van de Minister van Justitie van 31 augustus 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Vakantiewet 1949 BES, zoals

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 604 Beschikking van de Minister van Justitie van 21 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet algemene weduwen-

Nadere informatie

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : Landsverordening minimumlonen Citeertitel: Landsverordening minimumlonen Vindplaats : AB 1989 no. GT 26 Wijzigingen: AB 1992 no. 81; AB 1993 nos. 2, 77; AB 1994 nos. 66, 67; AB 1995 no. 84;

Nadere informatie

: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering

: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering. Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Intitulé : Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Citeertitel: Landsverordening algemene weduwen- en wezenverzekering Vindplaats : AB 1996 no. GT 30 Wijzigingen: AB 1997 no. 34; AB 2000

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 521 Introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken met het oog op compensatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 275 Vaststelling van een algemene kinderbijslagvoorziening voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Wet kinderbijslagvoorziening

Nadere informatie

Artikel 1 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN WET van 20 maart 1981 tot instelling van een Algemeen Oudedagsvoorzieningsfonds (S.B. 1981 no. 30), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij S.B. 1981 no. 190, S.B. 1982 no. 74, S.B.

Nadere informatie

A 2014 N 57 (G.T.) PUBLICATIEBLAD

A 2014 N 57 (G.T.) PUBLICATIEBLAD A 2014 N 57 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 27 ste mei 2014, no. 14/1150, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening Algemene Weduwen- en wezenverzekering. Op

Nadere informatie

4009 (Tweede Kamer, zitting )

4009 (Tweede Kamer, zitting ) 4009 (Tweede Kamer, zitting 1954 1955) EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Zitting 1955 1956 \ No. 149 NADER GEWIJZIGD ONTWERP VAN WET inzake een algemene ouderdomsverzekering. WIJ JULIANA, BIJ DE GRATIE

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 231 Wet van 21 april 2011, houdende introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken

Nadere informatie

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl Zoek regelingen op overheid.nl Koninkrijksdeel Curaçao Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSVERORDENING van de 27 ste juli 1998 houdende regels, ter uitvoering

Nadere informatie

A 2012 N 18 (G.T.) PUBLICATIEBLAD

A 2012 N 18 (G.T.) PUBLICATIEBLAD A 2012 N 18 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 7 de maart 2012 no. 12/1758, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening ter bevordering van grondontwikkeling. DE GOUVERNEUR

Nadere informatie

DECREET van 19 november 1980, houdende machtiging tot oprichting van de Stichting Staatsziekenfonds (S.B no. 120).

DECREET van 19 november 1980, houdende machtiging tot oprichting van de Stichting Staatsziekenfonds (S.B no. 120). DECREET van 19 november 1980, houdende machtiging tot oprichting van de Stichting Staatsziekenfonds (S.B. 1980 no. 120). Artikel 1 Het decreet verstaat onder: de Minister: de Minister van Arbeid en Volksgezondheid.

Nadere informatie

2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 27 november 2014 houdende regeling van een bijzondere heffing ten behoeve van de Centrale Bank van Aruba (Landsverordening koersmargevergoeding

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het brandweerwezen. 1. Algemene bepalingen. Artikel 1

: LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het brandweerwezen. 1. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het brandweerwezen Citeertitel: Landsverordening brandweer Vindplaats : AB 1991 no. 64 Wijzigingen: AB 1993 no. 68; AB 1997 no. 34 1. Algemene

Nadere informatie

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO HOOFDSTUK 1, ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 begripsbepalingen 1. Voor de toepassing van dit reglement gelden de begripsbepalingen als omschreven in artikel

Nadere informatie

WET VEREVENING PENSIOENRECHTEN BIJ SCHEIDING

WET VEREVENING PENSIOENRECHTEN BIJ SCHEIDING WET VEREVENING PENSIOENRECHTEN BIJ SCHEIDING Artikel 1 1. Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder: a. scheiding: echtscheiding of scheiding van tafel en bed dan

Nadere informatie

Wet verevening pensioenrechten bij scheiding

Wet verevening pensioenrechten bij scheiding Wet verevening pensioenrechten bij scheiding Wet van 28 april 1994, tot vaststelling van regels met betrekking tot de verevening van pensioenrechten bij echtscheiding of scheiding van tafel en bed (Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 462 Beschikking van de Minister van Justitie van 31 augustus 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet grensoverschrijdende

Nadere informatie

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder.

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder. Intitulé : Bioscoopverordening Citeertitel: Bioscoopverordening Vindplaats : AB 1990 no. GT 12 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder Artikel 1 1. Het

Nadere informatie

LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING

LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING 0 LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING Lv. van dec. regelende een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte weduwenen wezenverzekering. Tekst in P.B., ; inwtr. m.i.v. jan.

Nadere informatie

************************* AB 2010 no. 99 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 08 januari 2014 *************************

************************* AB 2010 no. 99 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 08 januari 2014 ************************* Intitulé : LANDSVERORDENING van 31 december 2010 houdende regels inzake het verstrekken van een toeslag aan werknemers in de private sector die een beperkt loon genieten en aan personen die een ouderdoms-,

Nadere informatie

Wijzigingen: AB 2013 no. 60; AB 2013 no. 96; AB 2018 no. 34 ====================================================================

Wijzigingen: AB 2013 no. 60; AB 2013 no. 96; AB 2018 no. 34 ==================================================================== Intitulé : LANDSVERORDENING van 31 december 2010 houdende regels inzake het verstrekken van een toeslag aan werknemers in de private sector die een beperkt loon genieten en aan personen die een ouderdoms-,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 644 Beschikking van de Minister van Justitie van 16 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet algemene verzekering

Nadere informatie

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : Landsverordening minimumlonen Citeertitel: Landsverordening minimumlonen Vindplaats : AB 1989 no. GT 26 Wijzigingen: AB 1992 no. 81; AB 1993 nos. 2, 77; AB 1994 nos. 66, 67; AB 1995 no. 84;

Nadere informatie

Wet arbeid Vreemdelingen

Wet arbeid Vreemdelingen Wav C22 C22 Wet arbeid Vreemdelingen Wet van 21 december 1994 tot vaststelling van de Wet arbeid vreemdelingen, Stb. 1994,959. Inwerkingtreding 1 september 1995. PARAGRAAF I Begripsbepalingen Artikel 1

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 605 Beschikking van de Minister van Justitie van 15 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Cessantiawet BES 0 De

Nadere informatie

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd:

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Wet waardering onroerende zaken en enige andere wetten in verband met de invoering van een basisregistratie inkomen en een basisregistratie waarde

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 666 Beschikking van de Minister van Justitie van 29 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van het Besluit beperking kring

Nadere informatie

Regeling zorgverzekering

Regeling zorgverzekering Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 1 september 2005, nr. Z/VV-2611957, houdende regels ter zake van de uitvoering van de Zorgverzekeringswet (), laatstelijk gewijzigd bij

Nadere informatie

2014 no. 9 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2014 no. 9 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2014 no. 9 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 3 februari 2014 houdende regels ter zake van de aansprakelijkheid voor belastingschulden en schulden van premies volksverzekering (Landsverordening

Nadere informatie

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA HOOFDSTUK 1, ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Voor de toepassing van dit reglement gelden de begripsbepalingen als omschreven in artikel

Nadere informatie

A 2012 N 19 (G.T.) PUBLICATIEBLAD

A 2012 N 19 (G.T.) PUBLICATIEBLAD A 2012 N 19 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 7 de maart 2012, no. 12/1759, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening ter bevordering van bedrijfsvestiging en hotelbouw.

Nadere informatie

==================================================================== I. Definities. Artikel 1

==================================================================== I. Definities. Artikel 1 Intitulé : Vakantieverordening Citeertitel: Vakantieverordening Vindplaats : AB 1993 no. GT 11 Wijzigingen: AB 1997 no. 34; 2013 no. 20; I. Definities Artikel 1 In deze landsverordening en de naar aanleiding

Nadere informatie

Lvo-IV_ LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN-EN WEZENVERZEKERING

Lvo-IV_ LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN-EN WEZENVERZEKERING Lvo-IV_ LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN-EN WEZENVERZEKERING Landsverordening van 21 dec. 1965 regelende een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte weduwen- en wezenverzekering. Tekst in

Nadere informatie

IN NAAM DER KONINGIN. DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen,

IN NAAM DER KONINGIN. DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen, Landsverordening van 4 december 1989 houdende regelen met betrekking tot het ter beschikking stellen van arbeidskrachten: tekst in P.B. 1989, no 73; gewijzigd bij: 1. Landsverordening van de 11de september

Nadere informatie

====================================================================

==================================================================== AB 1991 no. GT 63 Intitulé : Landsverordening loonbelasting Citeertitel: Landsverordening loonbelasting Vindplaats : AB 1991 no. GT 63 Wijzigingen: AB 1993 no. 73; AB 1997 nos. 34, 80; AB 2000 no. 101

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Hinderverordening Citeertitel: Hinderverordening Vindplaats : AB 1988 no. GT 27 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 Artikel 1 1. Het is verboden zonder vergunning van de minister van Justitie en

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen Stichting Pensioenfonds HAL Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen 1 Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor zover daarvan hierna in dit reglement niet wordt afgeweken, gelden in dit reglement de begripsbepalingen

Nadere informatie

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao;

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao; A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 3 de juni 2014, no. 14/1188, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Sanctielandsverordening. De Gouverneur van Curaçao, Op de voordracht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 461 Wet van 28 oktober 1999, houdende uitbreiding van de kring van verzekerden ingevolge de Ziekenfondswet met zelfstandigen voor wie, gelet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 383 Wet van 27 september 2000, houdende nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en

Nadere informatie

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011

Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 De Minister van Financiën, Handelende wat betreft de artikelen 8, 8a, 11, tweede lid, 12, 13 en 31 van de Wet op de loonbelasting

Nadere informatie

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Hoofdstuk I Algemene bepalingen LANDSVERORDENING van de 22ste december 1989 houdende regelen met betrekking tot het verbranden van lijken en tot wijziging van enige algemene verordeningen in verband met die regelen (Crematielandsverordening)

Nadere informatie

1965 No.10. Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening).

1965 No.10. Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening). HOOFDSTUK IX ARBEIDSBEMIDDELINGSVERORDENING 1965 No.10 GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening).

Nadere informatie

Werkgever: Metro, en de door de directie aangewezen verbonden. ondernemingen, waarmee de stichting, onder goedkeuring van de

Werkgever: Metro, en de door de directie aangewezen verbonden. ondernemingen, waarmee de stichting, onder goedkeuring van de Reglement WIA- excedentpensioen Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor zover daarvan hierna in dit reglement niet wordt afgeweken, gelden in dit reglement de begripsomschrijvingen van de statuten van de

Nadere informatie

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248 TER ILLUSTRATIE I. Boek 7 BW Artikel 248 1. De huurprijs kan worden verhoogd hetzij op grond van een beding in de huurovereenkomst dat in deze wijziging voorziet, hetzij indien een dergelijk beding niet

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Intitulé : LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Citeertitel: Landsverordening bestuurlijke handhaving arbeidswetgeving

Nadere informatie

2013 no. 96 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 96 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 96 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 20 december 2013 tot wijziging van onder meer de Landsverordening algemene ouderdomsverzekering (AB 1990 no. GT 33), de Landsverordening algemene

Nadere informatie

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van t/m heden

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van t/m heden De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van 01-01-2017 t/m heden Hoofdstuk VIII. S&O-afdrachtvermindering

Nadere informatie

AB 1990 no.gt 55 KvK 10 mei 2011 ================================================================

AB 1990 no.gt 55 KvK 10 mei 2011 ================================================================ Intitulé :LANDSBESLUIT van 19 juli 1990 no. 55, bepalende de opneming in de afzonderlijke afdeling van het Afkondigingsblad van Aruba van de geldende tekst van de Vestigingsverordening bedrijven Citeertitel

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 *************************

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 ************************* Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen Citeertitel: Sanctieverordening 2006 Vindplaats

Nadere informatie

ZITTING

ZITTING ZITTING 1954 1955 4009 Algemene ouderdomsverzekerin'j KONINKLIJKE BOODSCHAP No. 1 ONTWERP VAN WET No. 2 Wij bieden U hiernevens Ier overweging aan een ontwerp van Wet inzake een algemene ouderdomsverzekering.

Nadere informatie

Overgangsrecht Wet inkomstenbelasting 2001

Overgangsrecht Wet inkomstenbelasting 2001 hcersgnagreovewt nitsalebnetsmoknit 102g Overgangsrecht inhaal pensioentekorten (Besluit van 20 december 2000, Stb. 2000, 640, zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van 13 december 2002, Stb. 2002, 635)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 990 Wijziging van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst in verband met de Kaderwet dienstplicht Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede

Nadere informatie

Reglement. Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen. Stichting Metro Pensioenfonds

Reglement. Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen. Stichting Metro Pensioenfonds Reglement Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Metro Pensioenfonds 1 Inhoudsopgave pagina Artikel 1 Begripsomschrijvingen 2 Artikel 2 Deelnemerschap 2 Artikel 3 Terhandstelling van bescheiden

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 98 Wet van 5 maart 2007 tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving

Nadere informatie

Zorgverzekeringswet. Zorgverzekeringswet

Zorgverzekeringswet. Zorgverzekeringswet Wet van 16 juni 2005, houdende regeling van een sociale verzekering voor geneeskundige zorg ten behoeve van de gehele bevolking (), laatstelijk gewijzigd bij Stcrt. 2009, 15178 (uittreksel) Zorgverzekering

Nadere informatie

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen 6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt

Nadere informatie

LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING

LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING 0 LANDSVERORDENING ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENVERZEKERING Lv. van dec. regelende een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte weduwenen wezenverzekering. Tekst in P.B., ; inwtr. m.i.v. jan.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 212 Wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met het aanbrengen van grondslagen die hervorming van en

Nadere informatie

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 DECREET van 15 september 1981, houdende vaststelling van regelen inzake het verlenen van vergunningen voor het uitoefenen van enig bedrijf of beroep (Decreet Vergunningen Bedrijven en Beroepen) (S.B. 1981

Nadere informatie

6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening)

6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening) 6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening) Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. dienstverlener:

Nadere informatie

Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN

Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN 79 Volksgezondheidswetgeving Landsverordening beperking vestiging medische

Nadere informatie

: Landsverordening Sociale Verzekeringsbank. Citeertitel: Landsverordening Sociale Verzekeringsbank

: Landsverordening Sociale Verzekeringsbank. Citeertitel: Landsverordening Sociale Verzekeringsbank Intitulé : Landsverordening Sociale Verzekeringsbank Citeertitel: Landsverordening Sociale Verzekeringsbank Vindplaats : AB 1995 no. GT 1 Wijzigingen: Geen Artikel 1 Er is in Aruba een bank, genaamd Sociale

Nadere informatie

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 WET van 24 november 1975, houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot het verlenen van jaarlijkse vacantie aan werknemers (Vacantiewet 1975) (S.B. 1975 no. 164c). ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze

Nadere informatie

Wijzigingen: AB 1994 no. 3; AB 1997 nos. 33 en 34; AB 2002 no. 87 (inwtr. AB 2003 no. 78); AB 2010 no. 100; AB 2013 no. 46

Wijzigingen: AB 1994 no. 3; AB 1997 nos. 33 en 34; AB 2002 no. 87 (inwtr. AB 2003 no. 78); AB 2010 no. 100; AB 2013 no. 46 Intitulé : Landsverordening accijns op bier Citeertitel: Landsverordening accijns op bier Vindplaats : AB 1993 no. GT 20 Wijzigingen: AB 1994 no. 3; AB 1997 nos. 33 en 34; AB 2002 no. 87 (inwtr. AB 2003

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH Inhoudsopgave Artikel Titel 1. Algemene bepalingen 1 2. Deelnemers 1 3. Jaarsalaris 2 4. Arbeidsongeschiktheidspensioengrondslag

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 108 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten ter verbetering van

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 192 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet arbeid en zorg in verband met een uitkering aan zelfstandigen bij zwangerschap en bevalling

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. 1. Met de algemene zorg voor het statistiekwezen is belast het ABS.

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. 1. Met de algemene zorg voor het statistiekwezen is belast het ABS. WET van 3 december 2002, houdende voorzieningen met betrekking tot het Statistiekwezen in Suriname (Statistiekwet 2002) (S.B. 2002 no. 97), zoals zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij S.B.

Nadere informatie

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ]

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] 1. Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] Dit is een globaal overzicht van de wet en de ter uitvoering daarvan genomen besluiten, aan dit overzicht kan geen enkel

Nadere informatie

STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS WATERBOUW

STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS WATERBOUW REGLEMENT AANVULLINGSREGELING WAO /WIA STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS WATERBOUW 1 Reglement Aanvullingsregeling WAO/WIA van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw Inhoudsopgave Artikel 1 Definities...

Nadere informatie

************************* AB 1991 no. GT 63 *CENTRAAL WETTENREGISTER* *************************

************************* AB 1991 no. GT 63 *CENTRAAL WETTENREGISTER* ************************* Intitulé : Landsverordening loonbelasting Citeertitel: Landsverordening loonbelasting Vindplaats : AB 1991 no. GT 63 Wijzigingen: AB 1993 no. 73; AB 1997 nos. 34, 80; AB 2000 no. 101 (AB 2000 no. 102);

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 081 Nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 265 Wet van 7 juni 2012 tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet financiële markten BES in verband met het invoeren van

Nadere informatie

Provinciewet. Provinciewet

Provinciewet. Provinciewet Wet van 10 september 1992, houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot provincies, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2009, 609 1 Algemene bepalingen Titel IV De financiën van de provincie HOOFDSTUK XV DE

Nadere informatie

Wet afbreking zwangerschap

Wet afbreking zwangerschap Wet afbreking zwangerschap (Tekst geldend op: 08 02 2015) Wet van 1 mei 1981, houdende regelen met betrekking tot het afbreken van zwangerschap Artikel 1 Voor de toepassing van het bij of krachtens deze

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 221 Rijkswet van 8 mei 2003 tot wijziging van de rijkswet van 20 december 1989, houdende regeling van pensioenen en uitkeringen aan Gouverneurs

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) B GEWIJZIGD

Nadere informatie

A 2012 N 20 (G.T.) PUBLICATIEBLAD

A 2012 N 20 (G.T.) PUBLICATIEBLAD A 2012 N 20 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 7 de maart 2012, no. 12/1760, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Landsverordening belastingfaciliteiten industriële ondernemingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking

Nadere informatie

Gouverneur van de Nederlandse Antillen personeel en organisatie. Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gouverneur van de Nederlandse Antillen personeel en organisatie. Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd andsverordening verhoging leeftijdsgrens 1996 of 8 6/29/2012 12:53 PM Zoek regelingen op overheid.nl Nederlandse Antillen Ziet u een fout in deze regelin LANDSVERORDENING van de 27ste december 1995 tot

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT III

PENSIOENREGLEMENT III PENSIOENREGLEMENT III Anw-pensioen STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG April 2015 ARTIKEL 1 Individuele verzekering van Anw-pensioen Voor de werknemers in dienst van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Financiën;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Financiën; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26031 17 december 2012 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 7 december 2012, 2012-0000049118,

Nadere informatie

2010 no. 99 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2010 no. 99 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2010 no. 99 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 31 december 2010 houdende regels inzake het verstrekken van een toeslag aan werknemers in de private sector die een beperkt loon genieten en

Nadere informatie

Reglement Vakantiefonds. de Stichting Vakantiefonds Waterbouw. de Stichting Fondsenbeheer Waterbouw. het bestuur van het vakantiefonds

Reglement Vakantiefonds. de Stichting Vakantiefonds Waterbouw. de Stichting Fondsenbeheer Waterbouw. het bestuur van het vakantiefonds Reglement Vakantiefonds Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: Vakantiefonds: Stichting: Bestuur: Collectieve Arbeidsovereenkomst: Werkgever: Werknemer: Vakantiejaar: Vakantierechten:

Nadere informatie

Regelen verzekeringsovereenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet

Regelen verzekeringsovereenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet Regelen verzekeringsovereenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet Regeling van 16 juli 1987, Stcrt. 1976, 143m zoals deze regeling laatstelijk is gewijzigde bij regeling van 16 maart 2004, Stcrt. 2004, 58.

Nadere informatie

Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen.

Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen. HOOFDSTUK 11 Spaarloonregeling Doel Artikel 1 Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen. Deelneming

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 366 Wijziging van de Wet arbeid en zorg in verband met een uitkering aan zelfstandigen bij zwangerschap en bevalling en een verruiming van de

Nadere informatie