VISIE TRANSUMO OP DUURZAME MOBILITEIT 2040
|
|
- Rudolf ten Hart
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 VISIE TRANSUMO OP DUURZAME MOBILITEIT 2040 Een beeld van duurzame mobiliteit in 2040 en een transitiepad daar naar toe TRANSUMO
2 INHOUDSOPGAVE P.03 INLEIDING P VISIE TRANSUMO OP DUURZAME MOBILITEIT 2040 P DE SETTING VAN (DUURZAME) MOBILITEIT EN VERVOER P MOBILITEIT EN VERVOER P INFRASTRUCTUREN EN SYSTEMEN P VERKEER EN VOERTUIGEN P TRANSITIEPADEN P DE SETTING EN DE INVLOED OP MOBILITEIT EN VERVOER P MOBILITEIT EN VERVOER P INFRASTRUCTUREN EN SYSTEMEN P VERKEER EN VOERTUIGEN P.30 BRONNEN
3 INLEIDING Mobiliteit speelt een belangrijke rol in de Nederlandse economie. De groei van de Nederlandse economie leidt tot een toename in de vraag naar vervoer van mensen en goederen. Het tegemoet komen aan deze vraag door middel van een continue toename van het aantal voertuigbewegingen komt steeds meer op gespannen voet te staan met strenger wordende milieu- en duurzaamheiddoelstellingen met betrekking tot bereikbaarheid, ruimtegebruik, luchtkwaliteit, geluid en klimaatveranderingen. Schone en efficiënte voertuigen en alternatieve brandstoffen kunnen helpen om de nadelige effecten op het milieu te verminderen, maar met name met betrekking tot congestie en klimaatveranderingen zullen maatregelen met betrekking tot voertuigtechnologieën niet voldoende zijn om de meer ambitieuze duurzaamheiddoelstellingen op de langere termijn tegemoet te komen. Structurele veranderingen zijn nodig in de organisatie van het mobiliteitsysteem om de systeemefficiëntie te verbeteren, transport te verschuiven naar duurzame modaliteiten en de economische groei en groei in transportvolumes te ontkoppelen. Transumo heeft een visie ontwikkeld op hoe duurzame mobiliteit in 2040 er mogelijk uit kan zien en op het ontwikkelingspad daar naar toe. Transumo (TRANsition to SUstainable MObility) is een platform van meer dan 300 bedrijven, overheden en kennisinstellingen die gezamenlijk kennis ontwikkelen op het gebied van duurzame mobiliteit. Transumo streeft naar een transitie vanuit het huidige, inefficiënte Nederlandse mobiliteitssysteem naar een duurzaam systeem dat bijdraagt aan versterking van de economische concurrentiepositie, met aandacht voor mens en milieu. Transumo s activiteiten zijn gestart in 2005 en lopen tot eind Momenteel wordt binnen Transumo gewerkt aan meer dan 35 projecten. Duurzame mobiliteit 2040 De Transumo visie Duurzame mobiliteit 2040 schetst een mogelijk beeld van mobiliteit en goederenvervoer in een periode rond 2040 die als duurzaam betiteld kan worden, in de zin dat: er ten opzichte van de situatie nu een zeer significante daling van (netto) CO2 uitstoot plaatsvindt, andere vervuilende emissies sterk zijn gereduceerd, geluidhinder van verkeer en vervoer is verminderd, en doorsnijding/barrièrewerking niet verder is toegenomen ( planet ); het personenvervoersysteem (in combinatie met de ruimtelijke inrichting) zorgdraagt voor het efficiënt, betrouwbaar en betaalbaar accommoderen van de mobiliteitsbehoefte, waarbij het vervoersysteem voor eenieder toegankelijk is (geen sociale uitsluiting) ( people ); het goederenvervoersysteem zodanig is ingericht dat het benodigde goederenvervoer efficiënt, betrouwbaar en betaalbaar kan worden afgewikkeld ( people ); de bereikbaarheid van, in economische zin, belangrijke concentraties van activiteiten (steden, mainports, industriële centra, logistieke centra) voor personen- en goederenvervoer goed op orde is ( prosperity/profit ); de aan internationale handel en logistieke processen gerelateerde goederenstromen (o.a. mainports achterland) efficiënt worden afgewikkeld ( prosperity/profit ), en de (strategische) afhankelijkheid van niet-hernieuwbare brandstoffen aanmerkelijk verminderd is. Om tot een dergelijke situatie te komen, is een fundamentele verandering van culturen, gebruiken, werkwijzen en instituties noodzakelijk een transitie zal moeten optreden. Daarom schetst Transumo in het verlengde van de visie ook een mogelijk transitiepad, waarin stappen zijn beschreven die de transitie naar duurzame mobiliteit begeleiden zodanig dat de transitie zich met zo min mogelijk negatieve effecten kan voltrekken en er op bepaalde 3
4 DUURZAME MOBILITEIT IS ONDERDEEL VAN EEN DUURZAME SAMENLEVING. EISEN TEN AANZIEN VAN EMISSIES, ENERGIE- GEBRUIK EN VEILIGHEID ZIJN SCHERP EN DE MAATSCHAPPIJ HECHT GROOT BELANG AAN BETROUWBAARHEID EN ROBUUSTHEID VAN HET MOBILITEITSYSTEEM. 01 4
5 punten zelfs maatschappelijke voordelen te behalen zijn indien voor een voortrekkersrol gekozen wordt. Naast het streven naar duurzame mobiliteit, reflecteren de geschetste visie en transitiepad twee andere kernwaarden van Transumo, namelijk dat: voor een ( geleide ) transitie naar duurzame mobiliteit private partijen, publieke partijen én kennisinstellingen samen op moeten trekken (tripartiete aanpak) en er niet slechts één oplossingsrichting is om tot duurzame mobiliteit te komen, maar dat daarvoor technologische én ruimtelijke/fysieke én organisatorische én economische (incl. fiscale) én juridische en op sommige punten zelfs sociale/maatschappelijke innovaties in samenhang noodzakelijk zijn. Doelen Transumo visie De doelen van de Transumo-visie zijn drieledig: 1. de projecten binnen Transumo van een integraal, langetermijnkader voorzien; 2. de Transumo-activiteiten plaatsen binnen een breder kader, waarin dus ook ontwikkelingen aan de orde komen die niet in Transumo-projecten worden behandeld; 3. de eerste stap zetten naar een kennisagenda voor een transitie naar duurzame mobiliteit. Achtergrond Gedurende de looptijd van Transumo zijn rond 2003 en 2006 aanzetten gegeven tot visies op duurzame mobiliteit, met als belangrijkste doelen het vinden van geschikte onderwerpen voor het Transumo programma (2003) respectievelijk het plaatsen in een kader van lopende projecten en herschikken van de projectenportfolio (2006). Die visies bevatten belangrijke inzichten, maar blijken toch een onvolledig kader te bieden: ze zijn teveel gericht op Transumo zelf en omvatten nog te weinig de nieuwste inzichten rondom klimaatuitdagingen. Ook boden de visies onvoldoende handvatten voor het opstellen van een nationale kennisagenda. Daarom is in 2008 gestart met het visietraject Transumo. Onderdeel daarvan is het vision capturing traject waarin AT Osborne bij belangrijke actoren in de mobiliteit- en vervoerwereld ideeën over duurzame mobiliteit heeft verzameld. Daarnaast heeft Actors Procesmanagement/DRIFT een aantal workshops met respectievelijk Transumo themaleiders, Transumo-betrokkenen en bezoekers van Transumo-evenementen georganiseerd, en in samenwerking met AT Osborne ook met medewerkers van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Voorts waren voor de Transumo-thema s en voor veel projecten al (partiële) visies ontwikkeld, die een belangrijke bron van ideeën leverden. Belangrijkste conclusie uit deze activiteiten is dat er heel interessante denkbeelden zijn over wat elementen van duurzame mobiliteit zouden kunnen zijn, maar dat er eigenlijk geen integrale, veelomvattende, intern consistente visies op duurzame mobiliteit zijn. Ook valt op dat veel van de interessante denkbeelden gebaseerd zijn op impliciete maar dus niet uitgesproken of omschreven veronderstellingen over maatschappelijke normen, waarden, gedragspatronen etc. Vandaar dat in deze brochure wél wordt getracht een integrale, samenhangende en consistente visie te ontvouwen 1. Daarbij is er relatief veel ruimte ingenomen voor de beschrijving van de omgeving / het landschap van het eigenlijke domein van mobiliteit, vervoer en verkeer. Opzet De indeling in hoofdthema s van de visie is grofweg afgeleid uit het lagenmodel verkeer en vervoer 2 dat ook enige gelijkenis vertoont met het zogeheten marktenmodel verkeer en vervoer. De modellen zijn voor deze visie uitgebreid met een sterke omgevingscomponent 1 Voor een uitgebreide versie van deze visiebrochure wordt verwezen naar de achterliggende visierapportage. 2 Het lagenmodel voor verkeer en vervoer: Een model voor een functionele systeembeschrijving, December 2001, R2001/05, TRAIL Reports in Transportation Planning, Delft University Press, The Netherlands 5
6 die in transitietermen is aangeduid als landschap en zijn verder gebruikt als een systematische kapstok. De schets van het landschap is gebaseerd op de normatieve veronderstelling dat er in de toekomst een maatschappelijke wens is om te leven in een duurzame samenleving. Voor het overige zijn de omgevingscomponenten zoveel mogelijk consistent en globaal trendextrapolerend beschreven. socio-economic & spatial structure societal/economical interaction mobility management supply chain management transport policy passenger mobility freight transport mobility/transport need (demand) mobility/transport services (supply) public transport services logistics services transport information services passenger flows freight flows physical transport needs (demand) transport means provision (supply) transport means vehicles infrastructure use (demand) infrastructure provision (supply) physical infrastructures (line, terminals, interchanges) car lease / car ownership / car rental truck / rail / vessel services transport means development drive train development in-vehicle technology development information technology developments traffic management slot allocation driving behaviour network development policy intelligent roads terminal development infrastructure development resource management resources Figuur 1: Lagenmodel voor verkeer en vervoer: een model voor een functionele systeembeschrijving Verantwoording De visie Transumo poogt een consistent beeld te formuleren van vanuit het nu geredeneerd één mogelijk beeld van duurzame mobiliteit in een bepaalde maatschappelijke, ruimtelijke, economische context en één mogelijk transitiepad daar naartoe. Transumo beoogt met de visie inzichtelijk te maken dat duurzame mobiliteit onder bepaalde niet al te vergaande condities en veronderstellingen denkbaar is, hoe met elkaar samenhangende aspecten van dat toekomstbeeld kunnen samenhangen en schetst enkele mogelijke stappen hoe de transitie naar dat specifieke beeld zou kunnen plaatsvinden. De Transumo-visie is géén voorkeursbeeld en ook niet het enige, het meest logische of het meest waarschijnlijke beeld van duurzame mobiliteit (of het transitiepad daar naar toe). De visie dient ter inspiratie en als element in een discussie over wat duurzame mobiliteit nu eigenlijk kan zijn. De visie is opgebouwd uit elementen die uit interviews, themavisies, projectresultaten, en diverse documentatie zijn ontleend (zie ook onder bronmateriaal ), maar is niet de enig mogelijke compilatie van die elementen: bij het opstellen van de visie zijn interpretaties en 6
7 keuzes gemaakt die ook op een andere manier gemaakt hadden kunnen worden. De hier gepresenteerde visie is ook niet alomvattend in de zin dat alle gedachten, ideeën uit het bronmateriaal overgenomen zijn. De visie is op het bronmateriaal wel een aanvulling: ze geeft integraliteit, consistentie en samenhang tussen de vele suggesties die in interviews en tijdens workshops gegeven zijn. Basismateriaal Bij de samenstelling van dit document is gebruik gemaakt van eerdere visiedocumenten van Transumo (geschreven ten behoeve van de nulmeting en bij de herziening van het programma in 2006), documentatie met verslaglegging van workshops en interviews en commentaren van Wim Gideonse (AT Osborne), Henk Diepenmaat (Actors Procesmanagement), Julia Wittmayer en Nanny Bressers (EUR-FSW/DRIFT), Richard Smokers (CE/TNO), Teije Gorris en Jan Klinkenberg (Transumo); verder is inspiratie opgedaan gedurende de verschillende Transumo visie-workshops, waarvan de laatste medio 2009 is georganiseerd. Het document is opgesteld door Arjan van Binsbergen (Transumo/TRAIL). Leeswijzer In het onderstaande komen achtereenvolgens aan de orde de eigenlijke visie (deel I) met daarbij genoemd een aantal kernbegrippen, elementen van het transitietraject (deel II) met diezelfde kernbegrippen en een toelichting van Transumo-projecten die die transitieelementen hebben opgepakt. 7
8 DE MAATSCHAPPIJ IS PLURIFORM EN KENT EEN GROTE VARIËTEIT AAN LEEFSTIJLEN EN MOBILITEITS-PREFERENTIES. ER IS EEN STERK GESPREIDE MOBILITEITS- BEHOEFTE IN RUIMTE EN TIJD ( KRIS-KRAS RELATIES). DE FACTOR GELD BLIJFT DAARBIJ EEN BELANGRIJK ZELFSTURINGS- EN BEÏNVLOEDINGS INSTRUMENT. 02A 8
9 01.00 VISIE TRANSUMO OP DUURZAME MOBILITEIT DE SETTING VAN (DUURZAME) MOBILITEIT EN VERVOER 8 1 Duurzame mobiliteit kan alleen bestaan binnen het kader van een op duurzaamheid gerichte samenleving; energietransitie en concepten als cradle to cradle zijn daar onderdelen van. Er is in planet termen zowel aandacht voor mitigatie als adaptatie. Met betrekking tot mitigatie, zijn scherpe milieudoelen ten aanzien van mobiliteit en vervoer maatschappelijk aanvaard: CO2 reductie (-80%), NO2 en PM10 (zero-effect), verkeersveiligheid, geluid (- 10 db(a)). Veiligheid is een belangrijk thema, zowel in termen van safety en security, als bijvoorbeeld in termen van externe en verkeersveiligheid. In relatie tot adaptatie wordt veel belang gehecht aan de robuustheid van het mobiliteitsysteem voor verstoringen door bijvoorbeeld weersinvloeden en calamiteiten. Met betrekking tot de people doelstelling zijn welzijn en welvaart van belang, en daarmee in het verlengde een goede toegankelijkheid van voorzieningen en een goede beschikbaarheid aan fysieke goederen. De kwaliteit van leven en leefomgeving worden hoog gewaardeerd; het kunnen ondergaan van plezierige ervaringen en het kunnen benutten van diensten en faciliteiten wordt meer gewaardeerd dan het bezit van fysieke goederen. Een goed economisch functioneren ( profit/prosperity ) is een randvoorwaarde om planet en people doelstellingen te kunnen realiseren. Niet-duurzame diensten, processen en goederen worden maatschappelijk als inferieur beschouwd; het is vanzelfsprekend dat kosten voor onduurzaamheid in rekening worden gebracht. Kwaliteit van het leven en van de leefomgeving zijn belangrijker dan welvaart. Hoewel globalisering en de uitbreiding en versterking van de economische machtsblokken (o.a. de Europese Unie) voortschrijdt, is er ook sprake van decentralisatie, specialisatie en een grotere gebruiksoriëntatie: dichter naar de mens / menselijke maat. Er is daardoor oog voor lokale en regionale oplossingen (o.a. energievoorziening, mobiliteit). De maatschappij kent verder een grote variëteit aan leefstijlen en daaruit voortvloeiende activiteiten-, bestemmings- en vervoerwijzekeuzen; huishoudens beschikken veelal over een tweede of zelfs derde woon- of verblijfplaats, zodat hun verplaatsingenpatroon meerdere bases heeft. Hoewel duurzaam gedrag met de meeste lifestyles vervlochten is, blijven individuen inconsistent in hun (mobiliteits-) gedrag door de tijd heen. Veruit het grootste deel van de dagelijkse verplaatsingen vindt plaats binnen verstedelijkte gebieden, in Nederland zijnde de Randstad met de aansluitende lobben naar respectievelijk 9
10 5 3 Almere, Amersfoort, Arnhem-Nijmegen, Brabantse stedenrij en verder naar Maastricht/Aken/Keulen/ Heerlen/Luik en naar het zuiden Antwerpen en Brussel. Dit maatschappelijk/ economisch cruciale deltagebied is tegelijkertijd kwetsbaar in relatie tot de effecten van klimaatverandering. Voor de economische activiteiten is deze conurbatie, waarbinnen de mainports liggen, van cruciaal belang. Voor hoogwaardige landbouw en recreatieve activiteiten (die steeds belangrijker worden) zijn juist de aanliggende buitengebieden interessanter: Groene Hart en kuststrook, Friesland, Drenthe/Overijssel, Limburg, Ardennen, Zeeland en West Vlaanderen. Gebieden hebben scherpe, onderscheidende profielen ten aanzien van omgevingskwaliteit, aanwezige functies, functiedichtheid en bereikbaarheidskwaliteit. Er valt daardoor in ruimtelijke zin echt wat te kiezen als het gaat om de vestigingsplaats- en bestemmingskeuze. Er zijn sterk verstedelijkte gebieden met internationaal aansprekende metropolitaanse allure, rurale bijna autarkische leefgemeenschappen, parksteden en drijvende / watersteden. In bijvoorbeeld waterrijke gebieden wordt (ook) voor mobiliteit dit medium veel ingezet, in meer landelijke gebieden zijn infrastructurele oplossingen gevonden die de natuurlijke leefomgeving ontzien; in verstedelijkte gebieden staan (stedelijke) belevingswaarde en efficiënt ruimtegebruik centraal. Binnen de conurbatie neemt de bevolkingsomvang toe; de dichtheidsverschillen nemen af: er heeft bevolkings- en functieverdichting plaatsgevonden in de juist wat minder geconcentreerde gebiedsdelen van de conurbatie. Buiten de conurbatie worden grote gebieden geconfronteerd met een netto bevolkingskrimp, hetgeen leidt tot een relatief minder groot draagvlak voor voorzieningen. Daarnaast treedt vergrijzing op, waarvan het effect buiten de conurbatie aanmerkelijk sterker is dan daarbinnen. Demografische ontwikkelingen hebben geleid tot een verdere toename van kris kras relaties (spreiding vervoerpatroon in de ruimte) en tot grote spreiding in tijd, en tot speciale eisen aan fysieke toegankelijkheid/ gebruiksmogelijkheden van het vervoersysteem. Bedrijven en instellingen zijn zich bewust van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid waar het duurzaamheid betreft, en dus ook waar het duurzame mobiliteit en bereikbaarheid betreft ze ontwikkelen arrangementen waarmee hun operaties, hun medewerkers en eventueel hun bezoekers geprikkeld worden duurzaam mobiel te zijn. Hergebruik van afval en componenten (recycling, cradle to cradle, closed loop supply chains), efficiëntere voortbrengingsketens in relatie tot grondstoffen, energie, hulpstoffen en transport worden als normaal gezien. Een significant aandeel in de energievoorziening is gebaseerd op hernieuwbare bronnen (zonne-, wind-, water-, geothermische energie). Individuele vrijheid en zelfsturing zijn in de maatschappij van 2040 kernwaarden, maar internationale concurrentie en grote globale uitdagingen hebben ertoe geleid dat de zeggenschap en slagvaardigheid van de collectieve sector zijn toegenomen. Daarbij is sprake van gelijkwaardige partnerships tussen de publieke en private sector. 10
11 DE INDIVIDUELE VRIJHEID IS KERNWAARDE, MAAR ONDUURZAME KEUZES ZIJN ONAAN- TREKKELIJK. NIET-DUURZAME PROCESSEN WORDEN ALS INFERIEUR BESCHOUWD. MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDER- NEMEN LEIDT TOT ANDER BEDRIJFSGERELA- TEERD PERSONEN- EN GOEDERENVERVOER 02B 11
12 DE BEVOLKING VERGRIJST; STEDELIJKE GEBIEDEN VERDICHTEN VERDER, LANDELIJKE GEBIEDEN VERDUNNEN. ER IS EEN RIJKE VARIATIE AAN SAMEN- LEVINGS-/RUIMTELIJKE INRICHTINGS- VORMEN - ER VALT ECHT IETS TE KIEZEN. DE RANDSTAD MET MAINPORTS EN UIT- STRALINGSGEBIEDEN ZIJN BELANGRIJKE ECONOMISCHE CENTRA, DE GEBIEDEN DAARBUITEN ZIJN STEEDS BELANG- RIJKER T.B.V. RECREATIE, NATUUR EN HOOGWAARDIGE LANDBOUW
13 4 2 De gebruikersoriëntatie respecterend, is er ten aanzien van het mobiliteit- en vervoersysteem daarom meer aandacht voor coördinatie, samenwerking en afstemming in de ontwikkeling, exploitatie en gebruik. De factor geld blijft een belangrijke drijfveer voor actorengedrag en blijft de centrale verrekeningseenheid. Betalen voor onduurzaam mobiliteitsgedrag en belonen voor duurzaam mobiliteitsgedrag zijn daarom geaccepteerd. De centrale overheid stimuleert duurzame mobiliteit via fiscale maatregelen en hanteert strikte regelgeving ten aanzien van emissieplafonds, geluidoverlast en natuurwaarden. Op decentraal niveau stuurt de overheid met structuurmaatregelen (Ruimtelijke Ordeningsingrepen, OV-concessies, weg- en fietspadeninfrastructuur), stimuleert het gedragsverandering van mobilisten (door bv. mobiliteitsmanagement), zorgt het voor een goede informatievoorziening en faciliteert het vernieuwende initiatieven van het bedrijfsleven. Individuen hechten in 2040 meer waarde aan de functionaliteit van het mobiliteits- en goederenvervoersysteem dan aan bijvoorbeeld de imagowaarde van het eigen autobezit MOBILITEIT EN VERVOER De ruimtelijke configuratie van activiteitenplaatsen blijft een belangrijke determinant in keuzegedrag ten aanzien van mobiliteit. Met name in de verstedelijkte gebieden is de ruimtelijke inrichting zodanig van aard, dat de mobiliteitsbehoefte prima kan worden geaccommodeerd met lopen, fietsen (eventueel elektrisch) en collectief personenvervoer. Op de hoofdverbindingsassen tussen verstedelijkte gebieden (zowel binnen Nederland als internationaal) is het collectief personenvervoer de meest aantrekkelijke optie. In gebieden met lagere (functie-) dichtheden is individueel gemotoriseerd vervoer dominant, maar toegankelijkheid tot het vervoersysteem voor niet autogebruikers is gegarandeerd door een effectief collectief vervoeraanbod. Via ICT diensten (ondersteund door hoogwaardige ICT infrastructuren) wordt er veel thuisgewerkt ook vanuit tweede woningen of gewerkt in openbare, kleinschalige kantoren in de woonomgeving (werken op afstand). Deze ontwikkelingen worden ondersteund door passende arrangementen met werkgevers. Het grote relatieve aandeel van thuiswinkelen/teleshoppen wordt gefaciliteerd door efficiënte thuisbezorgdiensten en kleinschalige (lokale) afhaalcentra. De logistieke en personenvervoerdiensten werken zeer efficiënt door de inzet van zelfsturingmechanismen en door de inzet van nieuwe coördinatie-mechanismen in de logistiek. Ten opzichte van de huidige situatie is er eerder sprake van méér dan van minder vervoer, maar wel tot een (in termen van capaciteitsbenutting) gunstiger spreiding over de dag, een meer evenwichtige verdeling in reisrichting, en daar waar zinvol ook in meer gebundelde vorm. Intermodale informatie- en mobiliteitsdiensten vervullen een belangrijke rol in het accommoderen van de mobiliteit- en goederenvervoerbehoefte. Infrastructurele, technische, 13
14 organisatorische en financiële voorzieningen faciliteren de uitvoering van die diensten. Het dienstenaanbod in mobiliteit en vervoer kenmerkt zich door een hoge mate van individualisering van diensten, gekoppeld aan energie/ecologisch efficiënte vervoerwijzen. Dit wordt vooral gerealiseerd door inzet op intermodaliteit en (vracht-) uitwisseling- en bundelingconcepten. De mainports Amsterdam/Schiphol en Rotterdam zijn belangrijke centra voor de economie met een sterke nadruk op de regierol in globale logistieke en transportketens, op het bewerkstelligen van toegevoegde waarde en op aan logistiek en handel gerelateerde diensten. De regierol wordt niet alleen benut om goederenstromen in economische termen efficiënter, maar ook duurzamer en veiliger te laten verlopen. Bovendien wordt de regierol aangewend om gesloten voortbrengingscycli te accommoderen, waardoor veel meer hergebruik van componenten en materialen kan plaatsvinden en onnodig leeg vervoer wordt gereduceerd INFRASTRUCTUREN EN SYSTEMEN Naadloos functionerende intermodale mobiliteitsdiensten vergen passende fysieke overstap- /overslagvoorzieningen zoals transferia voor personenvervoer of geavanceerde terminals voor goederenvervoer. Deze voorzieningen moeten zorgvuldig in de ruimtelijke omgeving zijn ingepast en zijn relatief snel gerealiseerd. Ten behoeve van een grotere robuustheid ( resilience ) van het mobiliteit- en vervoersysteem is redundantie van wegverkeer- en OV-netwerken gerealiseerd. Dit vermindert de kwetsbaarheid van de systemen voor extremer weersomstandigheden en calamiteiten. Nieuwe partijen, zoals investeerders (waaronder pensioenverzekeraars), zijn betrokken in investeringen in fysieke infrastructuren, omdat ze gekoppeld zijn aan bijvoorbeeld de exploitatie van die infrastructuren, ander vastgoed of complete gebieden. Vooral in de sterk verstedelijkte gebieden vullen nieuwe concepten specifieke niches in het collectief personenvervoersysteem, zoals Personal Rapid Transitsystemen voor de ontsluiting van kantorenlocaties, grootschalige onderwijsfaciliteiten, ziekenhuizen en bedrijvenlocaties. Peoplemoversystemen dragen, in de daarvoor in aanmerking komende verstedelijkte gebieden, bij aan de gebiedsontsluiting. Binnenvaartshuttles, (geautomatiseerde) railshuttles of (geautomatiseerde) wegvoertuigen verzorgen in het goederenvervoer intra- en interterminal transport VERKEER EN VOERTUIGEN Verkeersmanagement is helemaal ingericht op het kunnen omgaan met meervoudige doelstellingen op netwerken en (stedelijke) gebieden. Doorstroming/bereikbaarheid, emissies, geluid en veiligheid zijn als regeldoelen nevengeschikt, het bijbehorende monitoring- en beïnvloedinginstrumentarium en het informatie-dienstenaanbod zijn daar 14
15 EEN AANGEPASTE RUIMTELIJKE INRICHTING EN ANDERE ARBEIDS-, EN LOGISTIEKE PROCESSEN ZIJN DE SLEUTELS VOOR NIEUW MOBILITEIT- EN VERVOERGEDRAG. INTEGRALITEIT VAN DUURZAAMHEID- UITDAGINGEN STAAT CENTRAAL BIJ GEBIEDS(HER)ONTWIKKELING
16 ONDERSTEUND DOOR HOOGWAARDIGE ICT-INFRASTRUCTUREN EN DIENSTEN, KUNNEN MEER ACTIVITEITEN VANUIT (EEN TWEEDE) HUIS WORDEN VERRICHT 05 16
17 op afgestemd. Er wordt volop gebruik gemaakt van de in voertuigen aanwezige ICT; de technieken worden ingezet om een aanmerkelijk veiliger, betrouwbaarder, comfortabeler, efficiënter en emissiearmer verkeerssysteem te realiseren. Onderdeel van de mobiliteitsrevolutie is dat (geïntegreerde) informatie over de huidige en toekomstige status van het (intermodale) mobiliteitsysteem overal en op ieder moment voorhanden is. De informatiediensten zijn gekoppeld aan betaling/tariferingsystemen en waar zinvol reserveringssystemen. De mobiliteitsdiensten maken veelal deel uit van een breder pakket van diensten (werknemersvoorwaardenpakketten, combinatietickets reizen en recreatieve voorzieningen) Door de aangepaste ruimtelijke structuur en het grotere belang van verstedelijkte gebieden, is het aandeel langzaam vervoer heel behoorlijk; naast het traditionele lopen en fietsen heeft het gebruik van elektrisch gemotoriseerde persoonlijke vervoersystemen ( Segway, elektrische fiets/brommer) een enorme vlucht genomen. Voor zowel het individuele personenvervoer als het kortere-afstand goederen-vervoer zijn voertuigen goeddeels geëlektrificeerd of voorzien van motoren die rijden op synthetische brandstoffen (GTL, ethanol, syngas en waterstof ). De systemen voor energievoorziening en -opslag van elektrische voertuigen (Full Electric Vehicles en Plug-in Hybrides) zijn volledig geïntegreerd en verweven met systemen voor decentrale opwekking en opslag van elektrische energie. De aanzienlijke reductie van verkeersgeluid en van lokale emissies maakt dat een veel grotere verscheidenheid van activiteiten in de directe omgeving van verkeersaders is gealloceerd. 17
18 DE COLLECTIEVE SECTOR IS SLAGVAARDIG, NIEUWE ACTOREN PARTICIPEREN BIJVOORBEELD IN INVESTERINGS- PROGRAMMA S VOOR INFRASTRUCTUUR 06 18
19 02.00 TRANSITIEPADEN DUURZAAMHEID MOBILITEIT 3a: Waar willen we wel naartoe? ( mandje van eindbeelden ) 5: Wat zijn potentiële eerste stappen? altijd goed analyse 2: Waar komen we vandaan? 3b: Waar willen we niet naartoe? 1: Waar staan we nu? 4: Hoe ziet de weg daar naartoe eruit? Wat zijn belangrijke gebeurtenissen? (Transitiepaden) 6: Wat is de bijdrage van TRANSUMO daaraan? TIJD 1, 2 : probleemdefinitie, probleemperceptie 3, 4 : visie (zie hoofdstuk I) 5, 6 : experimenten, zoals projecten in Transumo Figuur 2: Lagenmodel voor verkeer en vervoer: een model voor een functionele systeembeschrijving Figuur 2: Transitiepaden De concrete rol van Transumo projecten en andere relevante initiatieven zijn in de tekst in blauw opgenomen. Indien het een Transumo project of een aan Transumo gerelateerde activiteit betreft staat deze vet gedrukt DE SETTING EN DE INVLOED OP MOBILITEIT EN VERVOER De in de visie geschetste maatschappelijke setting van mobiliteit die op duurzaamheid gericht is, vergt een omslag in denken die waarschijnlijk niet vanzelf zal gaan: triggers lijken nodig om die omslag te doen plaatsvinden. Voorbeelden van dergelijke triggers zijn een scherpe stijging van de olieprijs bijvoorbeeld door een samengaan van economisch herstel en de voortdurende enorme consumptievraag uit China, India en andere in ontwikkeling zijnde landen, die niet kan worden bijgehouden door (tijdige) productiestijgingen. Regionale conflicten (Midden-Oosten, Venezuela, voormalige Sovjet-Unie) kunnen leiden tot haperingen in de toevoer van fossiele brandstoffen, waardoor een gevoel van afhankelijkheidsrisico s kan toenemen. Crises buiten het eigenlijke mobiliteitssysteem (voedsel, financieel, water-beschikbaarheid) kunnen leiden tot het inzicht dat de huidige westerse leefwijze niet duurzaam is en aan herijking toe is. Tenslotte kunnen milieurampen en aan de verandering van klimatologische omstandigheden toe te schrijven extreme weersomstandigheden bijdragen aan een verandering in het denken over duurzaamheid. Triggers kunnen ook zijn mensen, individuen of organisaties, die eigenlijk al bestaande uitdagingen met gezag en inzichtelijk op de agenda weten te zetten (a la Gore) of met aanlokkelijke oplossingsrichtingen komen (William McDonough en Michael Braungart 19
20 met het Cradle-to-Cradle concept, Clinton met duurzame steden). Of bedrijven die een voortrekkersrol wensen te spelen en daarmee uiteindelijk toch een grote impact op de maatschappij weten te bewerkstelligen (IKEA, Nike, Rabobank). > Floriade Venlo / Klavertje vier initiatief gebaseerd op het Cradle to Cradle concept Het thema CO 2 emissiereductie staat sinds de Kyoto-akkoorden op de agenda, voor Transumo zijn de consequenties voor de mobiliteit en vervoersector uitgewerkt. > Planet traject duurzaamheid De scherpe planet doelstellingen (CO 2 emissies, geluid, ruimtebeslag) onder de randvoorwaarden van behoud en/of versterking van people (toegankelijkheid) en profit (bereikbaarheid) aspecten, vergen een ingrijpende aanpassing van mobiliteit en vervoer in de komende decennia. > Gebiedsgericht Integraal Veilig: volwaardige aandacht voor verkeersveiligheid Hoewel elektrisch vervoer veel potentie heeft, is duidelijk dat technology fix die alle problemen afdoende oplost, zonder dat we gedrag etc. hoeven aan te passen, niet bestaat. Aandacht voor safety en security is als direct effect van de aanslagen op het WTC in New York op de agenda gekomen, en daar gebleven vanwege de aanhoudende terreurdreiging. > Project Beveiliging in de logistieke keten (PROTECT): hoe aandacht voor safety en security de efficiëntie van logistieke processen kunnen verbeteren. Aandacht voor adaptatie, het leren omgaan met klimaatveranderingen, komt de laatste jaren steeds prominenter op de onderzoeks- en beleidsagenda s, en is bijvoorbeeld een belangrijk thema in het NWO DBR programma (NWO Duurzame Bereikbaarheid van de Randstad) en het nieuwe Fonds Economische Structuurversterking (FES) programma rond ruimte, klimaat, water, mobiliteit en bouw. > Project Adaptatie transport klimaatveranderingen De ruimtelijke structuur en de wijze waarop mensen die ruimtelijke structuur gebruiken, wordt al decennia gezien als een belangrijke factor die de mobiliteitsbehoefte beïnvloed. Op de langere termijn wordt een (her)inrichting van de ruimtelijke structuur dan ook wel gezien als middel om duurzame mobiliteit te ondersteunen: fysieke nabijheid maakt meer inzet van langzaam vervoer mogelijk, kan sommige verplaatsingen overbodig maken (co-siting) of tenminste verplaatsingsafstanden verkorten en kan ook bijdragen aan een bundeling van stromen waardoor railvervoer en voor goederen ook binnenvaartvervoer aantrekkelijker worden. > NWO-DBR project The value of recreation: Now, and in a completely different future > Project DESigning SUStainable accessibility (DESSUS): naar nieuwe arrangementen voor integratie van ruimtelijke ordening en mobiliteit / bereikbaarheid in de praktijk Ruimtelijke aanpassingen vergen veel tijd en de positieve effecten op de mobiliteit kunnen deels teniet gedaan worden door zogeheten rebound effecten. Niettemin lijkt een netto positief effect realiseerbaar, waarbij de ervaring inmiddels leert dat een herinrichting van de ruimtelijke structuur altijd slechts een deel van de verduurzaming van mobiliteit en vervoer kan bewerkstelligen. > Project Bereikbaarheid en vastgoedwaarde: inzichtelijk maken waardevermeerdering vastgoed door betere bereikbaarheid die meerwaarde terugploegen in verbeteren van bereikbaarheid. Van belang is dat bij gebieds(her)ontwikkeling de integraliteit van duurzaamheidopgaven, de noodzaak tot sectoroverstijgende aanpakken van ruimtelijke duurzaamheidvraagstukken (ruimtelijke inrichting, verkeersvoorzieningen, wateropgaven) centraal dienen te staan. 20
21 ER IS GROOT BELANG VAN GEÏNDIVIDU- ALISEERDE / OP SPECIFIEKE MARKTEN GERICHTE, DUURZAME (INTERMODALE) VERVOERDIENSTEN. ER ZIJN NIEUWE PERSONEN- EN GOEDERENVERVOER- SYSTEMEN VOOR SPECIFIEKE NICHES. 07A 21
22 DIENSTEN WORDEN STEEDS BELANGRIJKER, TERWIJL HET BEHANDELEN VAN FYSIEKE STROMEN AAN RELATIEF (ECONOMISCH) BELANG IN BOET. GEAVANCEERDE TRANSFERPUNTEN FACILITEREN NAADLOOS KETEN-VERVOER VOOR PERSONEN EN GOEDEREN. 07B 22
23 Planning, financiering, realisatie en exploitatie van infrastructuren (voor mobiliteit/vervoer, informatie, energie), vastgoed en daaraan gerelateerde diensten moeten integraal in beschouwing genomen. > Project Waarde vastgoed en bereikbaarheid (onderdeel Value capturing): bij ruimtelijke en infrastructuurplanning wordt de private sector uitdrukkelijk betrokken. Zo ontstaat er een grotere drive om tot integrale oplossingen te komen. Er is een betere afstemming nodig tussen de (te beïnvloeden) ontwikkeling van de ruimtelijke inrichting en de (te beïnvloeden) ontwikkeling van het mobiliteit- en vervoersysteem. Die afstemming zou moeten plaatsvinden binnen de publieke sector op verschillende ruimtelijke schaal-niveaus, maar ook tussen actoren uit private en publieke sector. Daarbij is er niet sprake van één centraal, over heel Nederland uitgerold concept. Er ontstaat een rijke variatie aan woon-/leefgebieden met bij elkaar passende samenlevingsvormen, ruimtelijke inrichtingsvormen en bijpassende/ondersteunende vervoersystemen. Betere afstemming zal leiden tot een ruimtelijke inrichting en een daarbij behorende vervoervraag die in duurzaamheidtermen efficiënter kan worden afgewikkeld dan het geval zou zijn in een ongecoördineerde ontwikkeling. Dit komt doordat stromen evenwichtiger zijn (efficiënter gebruik van infrastructuren en daardoor betrouwbare bereikbaarheidskwaliteit), beter kunnen worden gebundeld (efficiëntere voertuiginzet en inzet van efficiëntere modaliteiten met als resultaat lagere kosten en minder emissies), en voor bepaalde typen activiteiten kortere afstanden behoeven te worden afgelegd waar licht- of ongemotoriseerd vervoer een belangrijke rol kan spelen. Dit alles vergt belangrijke aanpassingen in beleid, bestuur, organisatie, regelgeving en financiering en financieringvoorwaarden. Het vergt ook een veel inniger en gelijkwaardiger samenwerking tussen de publieke en de private sector. > Project De ecologie van Infrastructuur: sommige gebieden worden sterk zelfvoorzienend door allerhande functies te koppelen aan de woonomgeving. Co-siting en functiemenging en verdichting vormen ruimtelijke randvoorwaarden voor transportbesparing en gebruik van langzaam vervoer en gebundeld-vervoer faciliteiten. Om co-siting en functiemenging te kunnen bewerkstelligen is (bestendige) samenwerking tussen vele partijen nodig, is onderling vertrouwen van groot belang en zijn vernieuwende (financiële) arrangementen noodzakelijk. > Project Transumo A15: Van Maasvlakte naar achterland; duurzaam vervoer als uitdaging: in een multi-actor en multi-objective omgeving samen leren werken bij het vinden van oplossingen voor bereikbaarheidsproblematiek. Tot een inniger samenwerking tussen private en publieke partijen en een effectiever optreden van de collectieve sector (bestuur) komt het niet vanzelf. Maar internationale concurrentie en grote globale uitdagingen stellen ons wel voor een steeds grotere uitdaging: ook de OESO constateert dat de economische ontwikkeling in Nederland achterblijft, ondermeer door trage besluitvorming. We kunnen wegen vinden om daarmee om te gaan (van polderen tot dansen tussen de schalen ), maar wellicht komt het op enige wijze tot herstructurering. Bijvoorbeeld omdat externe uitdagingen dat nodig maken, nieuwe initiatieven (Olympische Spelen, WK) daarom vragen of omdat het succes van regio s waar daadkrachtige gezamenlijke aanpak werkt, inspireert tot soortgelijke aanpak elders. > Essays Mobiliteitsaanpak > Project Fresh Corridor: met een stimulerende rol regio rond Venlo. Succesvolle lobby Breda rond Topinstituut Supply Chains. 23
24 Ruimtelijke (her-) ontwikkeling is een zaak van lange adem - zelfs in een periode van 30 jaar verandert er in essentie niet heel veel - en lost zeker niet alle duurzaamheidproblemen rond mobiliteit op. De Nederlandse bevolking vergrijst, maar in die ontwikkelingen zijn er verschillen per regio. Landelijke gebieden - met name die gebieden die wat verder weg liggen van stedelijke agglomeraties (in Nederland of in buurlanden) - verdunnen, zowel in termen van bevolkingsdichtheid als in termen van voorzieningendichtheid. Verstedelijkte gebieden verdichten, maar op een Nederlandse manier, dus zonder extreme bevolkingdichtheidsconcentraties. Door deze demografische ontwikkelingen, maar ook door ontwikkeling en lifestyles neemt kris-kras verkeer in tijd en ruimte toe. Veel huishoudens hebben meerdere bases (tweede huis) of zijn door complexere gezinsrelaties verspreid over verschillende locaties. Veel werkplekken in de steeds meer op diensten gerichte economie zijn footloose en ook de diversiteit aan sociaal, recreatieve en andersoortige bestemmingsplekken neemt toe. > NWO DBR, Randstad 2030: Randstad weer helemaal in beeld als motor en zwaartepunt voor de Nederlandse economie Vooral de mainport bedrijven zoals (lucht-) havenbedrijven zijn zich bewust van de noodzakelijke maatschappelijke licence to operate. Dat heeft onder meer te maken met het feit dat hun activiteiten merkbaar zijn in een zeer groot gebied en er voor de facilitering van die activiteiten significante maatschappelijke offers noodzakelijk zijn (denk alleen al aan realisatie van infrastructuren). Deze bedrijven ontwikkelen daarom nu al strategieën om te verduurzamen. Dat doen ze door de eigen (vervoer-) processen te verduurzamen, door werknemersfaciliteiten, door eisen te stellen aan hun leveranciers en door faciliteiten te bieden aan hun klanten. Daarnaast zijn er bedrijven die om redenen van maatschappelijke betrokkenheid of soms ook vanwege ingeschatte marktkansen duurzaam wensen te opereren, en daar eveneens actief zijn naar eigen processen, werknemers, leveranciers en klanten. Binnen logistiek en goederenvervoer vormt daarnaast ook de marktwaarde van restmaterialen en componenten naast internationale regelgeving een belangrijke incentive om het duurzaamheidgehalte van voortbrengingsketens inclusief de transportactiviteiten door te lichten. > Project Effective Closed loop supply chain Optimization (ECO): op vernieuwende wijze aandacht voor closed-loop-supply chains. > Project Europese Netwerken: waste paper casus: leerervaring hoe wet/regels en machtsverhoudingen efficiënt hergebruik van materialen in de weg kunnen staan. > Project Transitie naar duurzame mainportontwikkeling (TRANSPORTS): Transitie naar duurzame MainPortontwikkeling door gezamelijke aanpak (mobiliteits-) uitdagingen door betrokken actoren. > Project Duurzame Bereikbaarheid Rotterdam (DuBRo) / Cost-effective And Sustainable Employer (CASE): actieve betrokkenheid werkgevers bij spreiden vervoervraag over de dag en reduceren onnodige mobiliteit door financiële prikkels medewerkers via het cafetariamodel arbeidsvoorwaarden. Internationale concurrentie uit o.a. China, India en Rusland, en grote globale uitdagingen (veiligheid, energie, water, financiële crises) maken dat het westerse marktdenken niet langer onomstreden en wereldwijd geaccepteerd is. Toch blijven in onze wereld de westerse waarden en normen van belang. Wel hebben de ontwikkelingen genoodzaakt tot een slagvaardiger collectieve sector en bijvoorbeeld processen, wetten en regelgeving die besluitvormingsprocessen versnellen. > Project NETwork for the dissemination of knowledge on the management and organisation of Large Infrastructure ProjectS in Europe NL (NETLIPSE NL, voorheen DYNAMIPS): realiseren van nieuwe infrastructuren binnen tijd- en geldbudgetten. > Project Verzekeren per kilometer: op weg naar volledig gebruiksafhankelijk beprijzen mobiliteitssysteem. > Project Spits mijden: nieuwe manier van verrekenen maatschappelijke baten en kosten. 24
25 LANGZAAM EN GEËLEKTRIFICEERD VERVOER WORDEN VAN GROOT BELANG, NAAST VOERTUIGEN DIE RIJDEN OP SYNTHETISCHE BRANDSTOFFEN 08 25
26 VERKEERSMANAGEMENT STREKT ZICH UIT OVER ALLE WEG BEHEERDERS EN IS MULTI-OBJECTIVE. DE INFORMATIEVOOR- ZIENING EN BEPRIJZING VORMEN INTEGRAAL ONDERDEEL VAN VERKEERSMANAGEMENT. VERVOERINFORMATIE IS OP IEDER MOMENT EN OVERAL BESCHIKBAAR 09 26
27 > Project C,mm,n 2.0 en project De Integratie van Elektrische Mobiliteit In de Gebouwde Omgeving (DIEMIGO): ontwikkelen van een nieuw geïntegreerd vervoerconcept waar elektrische auto onderdeel van is MOBILITEIT EN VERVOER Er circuleren theorieën die erop duiden dat de wereld rijp zou zijn voor een nieuw vervoersysteem (na trein, auto, vliegtuig). Er zijn echter geen sterke indicaties welke vorm dat nieuwe systeem zou moeten hebben. Wellicht zit het vernieuwende niet zozeer in de vervoertechniek, maar veel meer in de toepassing van nieuwe diensten die gebruik maken van (bestaande en verbeterde) informatieen communicatietechnieken. In vervoer geïntegreerde ICT zou dan als die nieuwe (inter)modaliteit kunnen worden gezien. Op verschillende vlakken binnen en buiten Transumo wordt gewerkt aan modaliteitdiensten die modaliteiten aan elkaar verknopen of vervoerstromen zo beïnvloeden dat ze beter gebundeld kunnen worden, zowel in het personen als in het goederenvervoer. > Project DIstributed PLanning and Optimization with Multi-Agents (DIPLOMA): naar nieuwe instrumenten ten behoeve van ladinguitwisseling en bundeling, om te komen tot in efficiënter goederenvervoer in termen van kosten en milieudruk. > Projecten Nationale en Europese netwerken: ontwikkeling naar samenwerkings/ bundelingsmodellen voor goederenvervoer met ontwikkeling fysieke lading-uitwisselingsfaciliteiten in publiek-private parnerships. Door middel van ICT lijkt het mogelijk collectieve/gezamenlijke vervoerdiensten in personen en goederenvervoer te personificeren door op maat gesneden informatievoorziening, aanvullende faciliteiten en tarifering. De daar achterliggende vraag of behoefte komt enerzijds voort uit de wens van (mobiliteit-) consumenten om gepersonificeerde diensten aangeboden te krijgen en anderzijds met de tendens om diensten van groter belang te achten dan de fysieke middelen waarmee die diensten worden uitgevoerd (met andere woorden: mobiel kunnen zijn wordt belangrijker geacht dan een auto bezitten). > Project Ketensynchronisatie in logistieke netwerken: herontwerp distributielogistiek met focus op reductie onnodige verplaatsingen. > Project Betrouwbaarheid TransportKetens: opstap naar verbeteren betrouwbaarheid openbaar vervoerketens om zodoende volwaardiger alternatief voor individueel personenvervoer te vormen. > Project Regierol Knooppunten in supply chains: naar nieuwe economische verdienmodellen voor Nederland met meer aandacht voor diensten en relatief minder voor het eigenlijke vervoeren. > Project C,mm,n 2.0 en Project Carsharing: niet zozeer het voertuig, of het voertuigbezit, maar het kunnen gebruik maken mobiliteitsdiensten staat centraal in de mobiliteit van de toekomst. > Projectonderdeel Individuele deur-tot-deur reisinformatie en geleiding (TRANSPORTS) en Project Individuele benadering: bewust mobiel, bewust bereikbaar: de eerste stappen in openbaar vervoer dienstconcepten zijn al gezet INFRASTRUCTUREN EN SYSTEMEN Ook voor het realiseren van duurzame mobiliteit zal nog veel infrastructuur ontwikkeld moeten worden. Maar ook dat moet op een duurzame wijze gebeuren: behalve kostenefficiëntie en het minimaliseren van overlast voor bijvoorbeeld overig verkeer, spelen ook emissies, ruimtegebruik en ecologische randvoorwaarden een rol. Al bij het ontwerpen van voorzieningen moet met deze aspecten rekening gehouden worden. De noodzaak om infrastructurele voorzieningen binnen vooraf geschatte tijd- en geldbudgetten te realiseren neemt toe; ook of misschien juist - duurzame infrastructuurprojecten moeten aan die voorwaarden voldoen. 27
28 Daarnaast is het van belang nieuwe bronnen aan te boren om infrastructurele voorzieningen te financieren; in nieuwe arrangementen spelen ook infrastructuur- en vastgoedexploitatie alsmede het aanbieden van diensten een rol. > Project Transitie naar hindervrij en duurzaam bouwen: aandacht voor infrastructurele bouwprocessen die omgeving ontzien en doorstroming zo min mogelijk verstoren. > Project NETwork for the dissemination of knowledge on the management and organisation of Large Infrastructure ProjectS in Europe NL (NETLIPSE NL, voorheen DYNAMIPS): naar procedures en processen om binnen tijd- en geldbudgetten infrastructuurprojecten realiseren. > Project Publiek Private Samenwerking-Projectversneller (PPS-Projectversneller): nieuwe arrangementen voor het betrekken van investeerders in mobiliteit/transport/infra-structuur. De introductie van vernieuwende systemen in het personen- en in het goederenvervoer is niet alleen een technologisch vraagstuk: ook bedrijfseconomische, juridische/wettelijke en ruimtelijke inpassingvraagstukken moeten worden opgelost. Vooral bij automatische systemen speelt ook het belang van maatschappelijke acceptatie. > Project Peoplemovers op Weg (PoW): bewerkstelligen maatschappelijke en juridisch draagvlak voor introduceren automatische voertuigen in gemengd verkeersituatie. > Project Nieuwe VervoersSystemen (NiVeS): vernieuwende concepten voor collectief personenvervoer die het gat tussen massaal en individueel vervoer dichten VERKEER EN VOERTUIGEN Traditioneel wordt verkeersmanagement uitgevoerd met het hoofddoel doorstroming en met als achterliggend doel het zoveel mogelijk benutten van beschikbare infrastructuurcapaciteit. Veelal vond verkeersmanagement plaats op het niveau en binnen het beïnvloedingsgebied van de wegbeheerder. Doordat het uitnutten van wegcapaciteit de kwetsbaarheid voor verstoringen vergroot, is er meer aandacht aan het komen voor betrouwbaarheid; bij o.m. het railvervoer was dit al langer een aandachtspunt. Vooral binnen stedelijke gebieden wordt ook al gedacht aan het inzetten van verkeersmanagement om redenen van milieukwaliteit en verkeersveiligheid. Zo langzamerhand dringt het besef door dat er verschillende doelstellingen zijn voor verkeersmanagement en dat het management zich ook niet langer kan beperken tot het beïnvloedingsgebied van één wegbeheerder. Ontwikkelingen in de voertuiggerelateerde ICT alsmede ontwikkelingen op het gebied van beprijzen (Anders Betalen voor Mobiliteit) betekenen dat er meer aandacht wordt gegeven aan de interacties tussen informatievoorziening, verkeersmanagement en beprijzing. > Project TRAnsitie naar DUurzaam VErkeersManagement (TRADUVEM): op weg naar nieuwe vormen van multi-objective, gebiedsgericht verkeersmanagement. > Project Advanced Traffic MAnagement (ATMA): nieuwe informatiesystemen voor wegvervoer én openbaar vervoer. > Project Intelligent Vehicles (IV): ICT in voertuigen voor voertuig-voertuig en voertuig-wegcommunicatie, op weg naar geheel nieuwe vormen van verkeersbeheersing. > Project Transitie naar duurzame stedelijke distributie: naar nieuwe regels, stuur-instrumenten en concepten voor reguleren toegankelijkheid van stedelijke gebieden voor goederenvervoer. Weg- en spoorwegbeheerders verzamelen via weg-/railkantsystemen informatie over de systeemstatus en geven informatie direct of via intermediairs door aan reizigers. Met name in het wegvervoer zijn er echter verschillende wegbeheerders die informatie inzamelen en pas sinds relatief kort komt dergelijke informatie samen (Nationale Databank Wegverkeersgegevens). Het is vanwege redenen van reeds gedane investeringen, onderlinge verhoudingen, informatietechnische en verkeerskundige redenen op het moment niet heel vanzelf- 28
29 sprekend om al die informatie met reizigers te delen. Door o.a. TomTom komt er nu een nieuwe speler op de reizigersinformatiemarkt. Langzamerhand moeten wegbeheerders en informatieproviders gaan nadenken over samenwerking: de uiteindelijke afnemer (reizigers) is immers gebaat bij correcte, consistente informatie. Via de lijn van bestuurlijke samenwerking (wegbeheerders), publiek-private samenwerking (wegbeheerders, railnetwerkbeheerder, OV-exploitanten, informatieverstrekkers) kan uiteindelijk gekomen worden tot een integraal aanbod van intermodale verkeers-/reisinformatie. In sommige gevallen moeten nieuwe inwintechnieken en algoritmiek ingezet worden om correcte informatie en vooral voorspellende informatie te genereren. Voorspellende informatie is onder andere nuttig in relatie tot de (ervaren) betrouwbaarheid van het vervoersysteem. > Project Advanced Traffic MOnitoring (ATMO): methoden en technieken voor intelligente informatie-inwinning en met name prognostistiek. > Project Prognostic Integrated LOgisTics (PILOT): nieuwe vormen van prognostische logistiek om betrouwbaarheid van systemen te bevorderen. > Project DIstributed PLanning and Optimization with Multi-Agents (DIPLOMA): door inzet van intelligent agents wordt noodzakelijke informatie uitgewisseld, maar blijft vertrouwelijke en bedrijfsgevoelige informatie geheim. Voor de marktintroductie van elektrisch vervoer is niet alleen de ontwikkeling van elektrische voertuigen (en in het bijzonder efficiënte accusystemen) van groot belang. Ook de inbedding van elektrische voertuigen in het bredere mobiliteitsaanbod, aandacht voor energievoorziening en zelfs consequenties voor ruimtelijke inrichting spelen een belangrijke rol. Technische ontwikkelingen richten zich vooral op het in de markt zetten van een elektrische variant van de huidige verbrandingsmotor aangedreven voertuigen (actieradius, prestatieniveau). Andere, bijvoorbeeld intermodale, marktmodellen zouden echter kunnen resulteren tot andersoortige eisen aan vervoermiddelen: voertuigen bijvoorbeeld voor specifieke doeleinden. De energietransitie van centrale naar decentrale opwekking van elektrische energie wordt versneld en ondersteund door de introductie van elektrische voertuigen: deze kunnen in tijden van dalbelasting worden opgeladen. De capaciteit van accu s in voertuigen kan zo ingezet worden als tijdelijke opslagcapaciteit voor overproductie. Scholen en woningen herbergen kwetsbare functies die in termen van geluidbelasting en emissies moeten worden ontzien; de komst van elektrische aandrijving (auto s, brommers ) maakt dat geluidproductie en de productie van lokale emissies enorm teruglopen, waardoor ook rond hoofdvervoerassen meer functies kunnen worden gerealiseerd. Dit is van grote positieve invloed op de uitnutting van ruimte in gebieden met hoge dichtheden. > Project C,mm,n 2.0 en project De Integratie van Elektrische Mobiliteit In de Gebouwde Omgeving (DIEMIGO): ontwikkelen van een nieuw geïntegreerd vervoerconcept waar elektrische auto onderdeel van is. 29
Boekpresentatie De Nederlandse Mainports Onder Druk: Speuren naar Ontwikkelkracht
Transumo Kennismiddag Bestuurlijke Processen Boekpresentatie De Nederlandse Mainports Onder Druk: Speuren naar Ontwikkelkracht LEF, Utrecht, 16 juni 2009 Marcel Hertogh, Themaleider Bestuurlijke Processen
Nadere informatieProject Transumo A15 Van Maasvlakte naar Achterland Innovatie input TU Delft
Project Transumo A15 Van Maasvlakte naar Achterland Innovatie input TU Delft Satish K. Beella, René van Someren september 2008 Inhoudsopgave Introductie 3 Schematisch overzicht transportpreventie (goederen)
Nadere informatieVerstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013
Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 1 PBL project Verstedelijking & Infrastructuur Analyseren van verwachte knelpunten en kansen bij afstemming verstedelijking en infrastructuur Samenhang
Nadere informatieWorkshop Afstemmen van ruimte en mobiliteit 23/11/15. Technologische innovatie
Workshop Afstemmen van ruimte en mobiliteit 23/11/15 Technologische innovatie Strategische visie BRV over Technologische innovatie 20/11/2015 2 Technologische innovatie, een kans Meer te doen met minder
Nadere informatieMANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND
MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND WERK ALS ÉÉN OVERHEID De fysieke en sociale leefomgeving van Nederland gaan de komende decennia ingrijpend veranderen. Transities in de energievoorziening, de landbouw,
Nadere informatie1/29/2016 Future Mobility. Essay. Roald Brink Lectoraal Vraagstuk B. Egeter / A. Westerduin IGOLIT01C
1/29/2016 Future Mobility Essay Roald Brink Lectoraal Vraagstuk B. Egeter / A. Westerduin IGOLIT01C Een autonoom verkeerssysteem is geen nabije toekomst Dagelijks maken miljoenen reizigers gebruik van
Nadere informatieWerkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg
Werkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg Op 11 september 2018 zijn zo n 80 medewerkers van verschillende Noord- en Midden-Limburgse gemeenten, het Waterschap, het Rijk, Provinciale Staten, andere
Nadere informatieSamenvatting ... 7 Samenvatting
Samenvatting... Concurrentie Zeehavens beconcurreren elkaar om lading en omzet. In beginsel is dat vanuit economisch perspectief een gezond uitgangspunt. Concurrentie leidt in goed werkende markten tot
Nadere informatieLessen en ervaringen met Geintegreerd Netwerkbreed Verkeersmanagement (GNV) 6 oktober 2016
Lessen en ervaringen met Geintegreerd Netwerkbreed Verkeersmanagement (GNV) 6 oktober 2016 Waarom PPA? PPA is geen doel en staat niet op zich! Problemen door verkeer: Milieu: 29,3 miljoen ton CO 2 uitstoot
Nadere informatieWorkshop Afstemmen van ruimte en mobiliteit. Mobiliteit tussen regio s met een stedelijk karakter 23/11/15
Workshop Afstemmen van ruimte en mobiliteit Mobiliteit tussen regio s met een stedelijk karakter 23/11/15 BRV strategische visie Het Vlaams ruimtelijk beleid maakt zich sterk voor een goede integratie
Nadere informatieTon Venhoeven, Rijksadviseur Infrastructuur
Geïntegreerde netwerken en knooppunten: veranderingen in de maatschappij Ton Venhoeven, Rijksadviseur Infrastructuur Project uitwerking en planvoorbereiding Advies verkenningen Onderzoek duurzame stedenbouw
Nadere informatieAny color so long as it is green
Any color so long as it is green Duurzame mobiliteit op lokaal niveau Richard Smokers Attero Minisymposium, Duurzame mobiliteit, Wijster, 2 Any color so long as it is green Inhoud Uitdagingen Wat valt
Nadere informatieKRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R
KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R 2 0 1 8 Wij Rijk, provincies, G5, metropoolen vervoerregio s kiezen ervoor om onze krachten te bundelen om met Smart Mobility maximale impact te hebben. Om
Nadere informatieThe Netherlands of
The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid
Nadere informatieDiscussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda
Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Kiezen om ruimte te maken Den Haag 2040 Den Haag is volop in beweging, de stad is in trek. Verwacht wordt dat Den Haag groeit, van 530.000 inwoners in 2017 naar
Nadere informatieUitnodiging Werkconferentie Logistiek in een Circulaire Economie 31 oktober :00-17:30
Uitnodiging Werkconferentie Logistiek in een Circulaire Economie 31 oktober 2018 13:00-17:30 Beste genodigde, Een urgenter vraagstuk dan de toekomst van onze planeet is er niet. Daarom is er ook geen urgentere
Nadere informatieSpitsmijden 1; Bijdragen aan Transities naar Duurzame Mobiliteit Teije Gorris, Transumo 24 november 2008
Spitsmijden 1; Bijdragen aan Transities naar Duurzame Mobiliteit Teije Gorris, Transumo 24 november 2008 Inhoud Doel presentatie Resultaten Spitsmijden 1 Transumo Van Spitsmijden 1 naar Spitsmijden 2x
Nadere informatieCHALLENGE LANDSCHAP Kwaliteit door ontwikkelen
CHALLENGE LANDSCHAP 2070 Kwaliteit door ontwikkelen 54 JAAR TERUG, 54 JAAR VOORUIT landschap in transitie - 1962 1962 54 JAAR TERUG, 54 JAAR VOORUIT landschap in transitie - 2016 2016 LANDSCHAP IN 2070
Nadere informatieen uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018
Energie-infrastructuur: overzicht en uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018 Indeling De drie fasen van ordening en regulering infrastructuur Nederland doorvoerland Wat is de opgave? Investeringen
Nadere informatieKRUISBESTUIVINGEN TUSSEN LUCHT EN ZEEHAVEN
KRUISBESTUIVINGEN TUSSEN LUCHT EN ZEEHAVEN Dick van Damme Lector Logistiek Hogeschool van Amsterdam Terneuzen 3 september 2015 AGENDA 1. Ontwikkelingen lucht- en zeehaven 2. Uitdagingen en strategierichtingen
Nadere informatieVoorop in de ontwikkeling van multimodale ketenregie
Voorop in de ontwikkeling van multimodale ketenregie Overseas Logistics Multimodal Inland Locations Supply Chain Solutions Advanced logistics for a smaller world Als het gaat om het optimaal beheersen
Nadere informatieDuurzaamheids- en milieueffecten van spoorvervoer. Huib van Essen
Duurzaamheids- en milieueffecten van spoorvervoer Huib van Essen CE Delft Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 Energie, transport en grondstoffen Economische, technische en beleidsmatige expertise
Nadere informatieDuurzame Ontwikkeling
Duurzame Ontwikkeling Korte toelichting op het begrip Praktische invulling - in bedrijven - technologie Invulling in het onderwijs J. Venselaar 17 november Duurzame ontwikkeling in het onderwijs 1 Duurzaam..
Nadere informatieHoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid
Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid Peter Cabus Duurzaam Ruimtegebruik Antwerpen, 23 maart 2018 Leiegardens 2014, Your Estate Solution Inhoud 1. Context 2. Witboek Beleidsplan
Nadere informatieTNO draagt bij aan de oplossing van verschillende complexe maatschappelijke vraagstukken op terreinen als energievoorziening, watermanagement,
TNO draagt bij aan de oplossing van verschillende complexe maatschappelijke vraagstukken op terreinen als energievoorziening, watermanagement, landbouw, gezondheidszorg, mobiliteit, veiligheid en bouw.
Nadere informatieBalans van de Leefomgeving
Balans van de Leefomgeving 14 september 2010 Maarten Hajer Agenda 2 In vogelvlucht Successen Resterende problemen Inzoomen op grote dossiers, inclusief beleidsopties Gevolgen van economische crisis Successen:
Nadere informatieMinder emissies, betere bereikbaarheid. Haags Milieucentrum, 26 februari 2013 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft
Minder emissies, betere bereikbaarheid Haags Milieucentrum, 26 februari 2013 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft Overzicht CE Delft Mobiliteit kost ons veel Mogelijkheden CO 2 -reductie transport
Nadere informatieDUURZAME INFRASTRUCTUUR
DUURZAME INFRASTRUCTUUR wisselwerking van stad, spoor, snelweg en fietspad TON VENHOEVEN VENHOEVENCS architecture+urbanism Krimp werkgelegenheid Percentage 65+ Woon-werkverkeer Grondprijzen 2007, Toegevoegde
Nadere informatieEnergietransitie bij Mobiliteit
Energietransitie bij Mobiliteit Aanpak openbaar vervoer in Zuid-Holland Jan Ploeger Presentatie voor Inspiratiedag KPVV 15 oktober 2015 In Zuid-Holland is pas 2,2 % van het energieverbruik duurzaam. Nationale
Nadere informatieWerkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg
Werkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg Na een regionale werkconferentie in Venlo, zijn op 24 september 2018 zo n 70 medewerkers van verschillende Zuid-Limburgse gemeenten, het Waterschap, het Rijk,
Nadere informatieStadsDashboard. Staat van de Stad brengt slimme logistiek in beeld. Merle Blok 12 mei 2015
StadsDashboard Staat van de Stad brengt slimme logistiek in beeld Merle Blok 12 mei 2015 Missie TNO verbindt mensen en kennis om innovaties te creëren die de concurrentiekracht van bedrijven en het welzijn
Nadere informatie1. Nota van antwoord. Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties.
1. Nota van antwoord Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties. Daarnaast zijn enkele petities/handtekeningenacties gevoerd: Petitie Voordorp 975 handtekeningen Petitie NMU meer dan 19.000
Nadere informatieSustainable solutions from a multidisciplinary approach
Sustainable solutions from a multidisciplinary approach Infrastructures & Mobility Delft Research Initiatives Delft Research Initiatives Energie, Gezondheid, Infrastructuren & Mobiliteit, en Leefomgeving
Nadere informatieTOEKOMST WEGTRANSPORT
TOEKOMST WEGTRANSPORT.. WEG VAN DE (SNEL) WEG..? Dr. D.A. (Dick) van Damme Lector Mainport Logistiek Hogeschool van Amsterdam Tilburg 4 februari 2016 1 AGENDA 1. Ontwikkelingen logistiek 2. Innovaties
Nadere informatieIenM begroting 2015: inzetten op betere verbindingen in een schonere leefomgeving
IenM begroting 2015: inzetten op betere verbindingen in een schonere leefomgeving 16 september 2014-15:25 Het ministerie van Infrastructuur en Milieu besteedt in 2015 9,2 miljard euro aan een gezond, duurzaam
Nadere informatieReconnecting Rotterdam Port Samenvatting
Reconnecting Rotterdam Port Samenvatting Aart de Koning, april 2010 De aanleiding: de concurrentiepositie van de haven van Rotterdam staat onder druk De haven van Rotterdam is altijd sterk verankerd geweest
Nadere informatieWerkplan Centrum XL 2015/2016
Werkplan Centrum XL 2015/2016 Maart 2015, Amsterdam Inleiding: toekomstperspectief Centrum XL Er zijn veel ontwikkelingen gaande in Amsterdam op het gebied van economie, logistiek en duurzaamheid die van
Nadere informatieStedelijke netwerken als focus voor kennisinfrastructuur
Stedelijke netwerken als focus voor kennisinfrastructuur Waarom stedelijke netwerken Het zijn concentratiepunten van: Infrastructuur, logistiek, multimodale overstap en verkeersmanagement. Mobiliteitsproblemen:
Nadere informatieThe Netherlands of 2040. www.nl2040.nl
The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid
Nadere informatieSessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit. provincie Zuid-Holland
Sessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit provincie Zuid-Holland Nieuwe visie op mobiliteit? Waarom? Nieuwe impulsen: Hoofdlijnenakkoord 2011-2015: versterking economie in combinatie
Nadere informatieSTRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA
STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA UPDATE 2016 SAMENVATTING STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA Opdrachtgever Gemeente Breda Afdeling Mobiliteit en Milieu Opdrachtnemer Evert
Nadere informatieBruggen bouwen voor het spoor van de toekomst 29 januari 2013
Bruggen bouwen voor het spoor van de toekomst 29 januari 2013 Joke van Veen Manager Business Development NS Reizigers Dimitri Kruik Manager Veranderprogramma 2012-2015 ProRail De NS strategie De NS strategie
Nadere informatieWat wordt de Randstad er beter van?
Wat wordt de Randstad er beter van? Afronding DBR Arie Bleijenberg I&M, Den Haag, 3 juni 2015 Verantwoording DBR: 10,6 M, 100 onderzoekers, 14 programma s, 6 jaar Betere Randstad? Gebaseerd op: 9 artikelen
Nadere informatieBeleidsplan Ruimte Vlaanderen. BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016
Beleidsplan Ruimte Vlaanderen BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016 Inhoud Ruimte in een veranderende wereld We nemen veel ruimte in, een hypotheek op de toekomst Resultaat van de structuur en gewestplanning
Nadere informatieDuurzaamheid en Responsible Care
Duurzaamheid en Responsible Care Verbond van Handelaren in Chemische producten Maart 2017 Samenvatting ESG Om te komen tot een meer duurzame wereld, vraagt het VHCP aandacht voor ESGfactoren Hoofdthema
Nadere informatieEEN DUIM VOOR DELEN. ik deel INFOFICHE. daar wordt iedereen beter van
daar wordt iedereen beter van EEN DUIM VOOR DELEN INFOFICHE 1 1.1 DEFINITIE Delen is een vorm van consuminderen (minder verbruiken) en consumanderen (anders verbruiken). Bij delen ligt het accent op gebruiken
Nadere informatieAdviescommissies VA & EV MRDH
ANALYSE- & OPLOSSINGSRICHTINGENFASE MIRT ONDERZOEK BEREIKBAARHEID ROTTERDAM DEN HAAG Adviescommissies VA & EV MRDH 12 april 2017 Investeringsstrategie MRDH RIJK -> MIRT: Samenhang strategische trajecten
Nadere informatieUW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT
UW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT Alstublieft, Dank voor uw deelname! 1 VOORWOORD De manier waarop we werken en reizen verandert snel. We werken steeds meer plaats- en tijdonafhankelijk en het
Nadere informatieGreen Value via tijdelijk locatiebeheer
Green Value via tijdelijk locatiebeheer 2/4 Voorwoord De westerse economie draait voor het overgrote deel op fossiele grondstoffen. Deze bronnen zijn eindig en het gebruik ervan leidt tot opwarming van
Nadere informatieNWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans
NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans NWA CIRCULAIRE ECONOMIE EN GRONDSTOFFENEFFICIËNTIE Een duurzame circulaire economie gaat uit van volledige herbruikbaarheid
Nadere informatieConvenant Bereikbaar Haaglanden en Rijnland
Convenant Bereikbaar Haaglanden en Rijnland Ondernemersverenigingen 2018 t/m 2020 Convenant Bereikbaar Haaglanden en Rijnland Ondernemersverenigingen 2018 t/m 2020 Optimale bereikbaarheid staat bij u hoog
Nadere informatieManagement van retour-logistieke ketens
Management van retour-logistieke ketens Erwin van der Laan RSM Erasmus Universiteit EVO dag 30 mei 2006 Duurzame Supply Chains Meet the needs of the present without compromising the ability of future generations
Nadere informatieZuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is
Klare taal Inleiding Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is ook een kwetsbare provincie. De bodem daalt en de zeespiegel stijgt door klimaatverandering. Er
Nadere informatie[COLUMN] Game Changers in het landschap
[COLUMN] Game Changers in het landschap AUTEUR LECTORAAT BRAINPORT DATUM 22 APRIL 2016 REACTIES: REAGEER Fontys is niet alleen een onderwijsinstelling maar ook een organisatie die nadrukkelijk wil bijdragen
Nadere informatieCentrale Werkplaatsen l Hallen 4 & 5
Centrale Werkplaatsen l Hallen 4 & 5 als PILOOTPROJECT duurzaam stedelijk leven? Contact: agsl@leuven.be l 016/27.26.77 1 KADER l Centrale werkplaatsen: de bakermat van Kessel Lo VROEGER: een efficiënte
Nadere informatieManifest onze manier van werken
6-11-2008 12:23 Manifest onze manier van werken De gemeente Lelystad ontwikkelt op dit moment de visie op haar toekomstige manier van werken. Hoe het stadhuis er na de renovatie uit komt te zien en ingedeeld
Nadere informatieAan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 13 september 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 SEPTEMBER Routekaart energietransitieopgave 2030
Aan de raad AGENDAPUNT NR. 8.3 ALDUS VASTGESTELD 21 SEPTEMBER 2017 Routekaart energietransitieopgave 2030 Te besluiten om: 1. De gidsprincipes voor de energietransitieopgave in Doetinchem vast te stellen,
Nadere informatieSmart Mobility. Marije de Vreeze Connekt / ITS
Smart Mobility Marije de Vreeze Connekt / ITS Netherlands Samenleving verandert Business modellen veranderen Klimaatverandering Bron: Nico Larco, 2018 Bron: Nico Larco, 2018 Waarom? Economy Accessibility
Nadere informatieDoel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017
1 Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017 Inhoud Samenvatting 1. Inleiding 2. Footprint 2016 3. Gerealiseerde reductie 4. Trends en ontwikkelingen 5. KPI 2017
Nadere informatiePaul de Vos. paul.de.vos@rhdhv.com. in voor in relatie tot
Trends en ontwikkelingen Paul de Vos paul.de.vos@rhdhv.com in voor in relatie tot railvervoer Bruggen bouwen Bruggen bouwen voor de toekomst van het spoor Page 2 Is of wordt het beter op het spoor? Dienstverlening?
Nadere informatieMichael Balmes Lüder Vollers Christian Vollers Matijs Brand
Onze Bedrijfsmissie In een wereld die permanent en steeds sneller verandert, vormt onze visie een kompas voor het bedrijfsdoel en de fundamentele waarden van de Vollers groep. Ze brengt onze bedrijfsfilosofie
Nadere informatieSamenvatting... Figuur S.1 De groei van de personenmobiliteit verklaard. Groei aantal reizigerskilometers. 60% bevolkingsgroei 40% overig.
Samenvatting... Personenmobiliteit: meer mensen en grotere woon-werkafstanden In de periode 1995-2005 is de personenmobiliteit met 10% gegroeid tot 184 miljard reizigerskilometers. Circa 60% van de groei
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Wereldwijd zijn meer dan 3 miljard mensen afhankelijk van biomassa brandstoffen zoals hout en houtskool om in hun dagelijkse energie behoefte te voorzien. Het gebruik van deze
Nadere informatieElektrisch Rijden. Transitie Wagenpark en Bestelbussen werksessie 1. Flip Oude Weernink, Mark Gorter 13 april 2018
Elektrisch Rijden Transitie Wagenpark en Bestelbussen werksessie 1 Flip Oude Weernink, Mark Gorter 13 april 2018 Introductie Middag 1 elektrisch rijden en jouw wagenpark Introductie en kennisvragen opstellen
Nadere informatieADVIES ONTWERP PIP N629 OOSTERHOUT-DONGEN
ADVIES ONTWERP PIP N629 OOSTERHOUT-DONGEN 17 mei 2018 Uitgebracht aan: het College van Gedeputeerde Staten Noord-Brabant Mevrouw N. Wester, programmamanager milieu en gezondheid van Provincie Noord-Brabant
Nadere informatieMogelijkheden voor CO 2. -reductie in verkeer. Haags Milieucentrum, 28 juni 2011 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft
Mogelijkheden voor CO 2 -reductie in verkeer Haags Milieucentrum, 28 juni 2011 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft Enkele belangrijke trends Mobiliteitsgroei, hangt samen met: Toename autobezit Enorme
Nadere informatieSMART MOBILITY: INNOVATIES IN STEDELIJKE MOBILITEIT. ir. Bart Vuijk
SMART MOBILITY: INNOVATIES IN STEDELIJKE MOBILITEIT ir. Bart Vuijk TNO: MISSIE TNO verbindt mensen en kennis om innovaties te creëren die de concurrentiekracht van bedrijven en het welzijn van de samenleving
Nadere informatieDe Raad en de Omgevingswet
De Raad en de Omgevingswet Inhoud - Wat is de Omgevingswet? - Wat betekent deze wet voor de gemeenten - Wat is de rol en de invloed van de raad op de wet - Waar liggen de kansen van de raad en waar moet
Nadere informatieDuurzame mobiliteit in de stad Klimaatavond Eindhoven Klimaatavond Eindhoven
Duurzame mobiliteit in de stad TNO Sustainable Transport & Logistics 2 Inhoud De uitdaging Veel om uit te kiezen: het palet aan mogelijke oplossingen Niet of-of maar en-en: bijdragen van heel veel oplossingen
Nadere informatieMIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam. Regiomarkt
MIRT onderzoek Noordwestkant Amsterdam Regiomarkt 10-3-2016 1 Brede Aanpak Aanleiding Eerder onderzoek: knelpunten A9 Achterliggende ontwikkelingen: toenemende verstedelijking, vergrijzing, technologische
Nadere informatieDuurzaamheid in Agrologistiek
Duurzaamheid in Agrologistiek Prof. dr. ir. Jack G.A.J. van der Vorst Wageningen Universiteit Doel sessie Gezamenlijk inzicht verkrijgen in duurzame logistiek. Discussie resulterend in: Actiepunten voor
Nadere informatieVvg. Kansen zien, kansen pakken! Leven in de stad van de toekomst. 13 november 2013
Kansen zien, kansen pakken! Vvg 13 november 2013 Leven in de stad van de toekomst Louis Bekker City Account Manager Programma manager Onderwijs (PO/MO) Smart Concurrentie Leefbaar Groen Samenwerking Onze
Nadere informatieImpact met slimme mobiliteit op de (snel)weg 20% CO 2
Programma DITCM Programma DITCM is hét programma in Nederland dat de opschaling van Cooperative Intelligent Transport Systems (C-ITS) en Connected-Automated Driving (C-AD) in Nederland wil versnellen.
Nadere informatieThe Netherlands of 2040 en de Olympische Spelen George Gelauff Hogeschool Amsterdam 1 februari 2012
The Netherlands of 2040 en de Olympische Spelen George Gelauff Hogeschool Amsterdam 1 februari 2012 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Scenariostudies Lange termijn vraagstukken Grote
Nadere informatieEnergieneutraal keten sluisdeur Goese Sas
Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas Door de vastgestelde energie- en klimaatdoelstelling binnen Europa om in 2050 energieneutraal te zijn, is het voor de hele samenleving maar met name voor bedrijven
Nadere informatieMIRT onderzoek bereikbaarheid metropoolregio Rotterdam Den Haag Metropolitaan Debat. 29 november 2016
MIRT onderzoek bereikbaarheid metropoolregio Rotterdam Den Haag Metropolitaan Debat 29 november 2016 Aantrekkelijk groen is van groot belang voor de economie. De fiets is het beste vervoermiddel om in
Nadere informatieGriffioenlaan LA Utrecht Postbus LA Utrecht Telefoonnummer:
Projectvoorstel Transitie naar hindervrij en duurzaam bouwen 1. Algemene gegevens project Naam Transumo-project: Transitie naar Hindervrij en Duurzaam Bouwen (voorstel voor een nieuw project) Startdatum:
Nadere informatieDe invloed van de residentiële mismatch op het verplaatsingsgedrag in Vlaanderen
De invloed van de residentiële mismatch op het verplaatsingsgedrag in Vlaanderen De laatste decennia is het autogebruik sterk toegenomen. Het toenemende gebruik van de wagen brengt echter negatieve gevolgen
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme. Voorstel voor een besluit (COM(2001) 94 C5-0087/2001 2001/0053(COD))
EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme 9 oktober 2001 PE 301.826/comp.1 COMPROMISAMENDEMENT 1 Ontwerpadvies (PE 301.826) Pierre Jonckheer over het meerjarenkaderprogramma
Nadere informatieSCRIPTS: Mobiliteitsdiensten voor toekomst Beginnend in heden. Prof. Dr. Henk Meurs, Radboud Universiteit
SCRIPTS: Mobiliteitsdiensten voor toekomst Beginnend in heden Prof. Dr. Henk Meurs, Radboud Universiteit Innovaties in verkeer en vervoer SURF: Smart Urban Regions of the Future (SURF) - Vanuit onder meer:
Nadere informatieGlobalisatie, met nieuwe opkomende economieën als China, Brazilië en
Globalisatie, met nieuwe opkomende economieën als China, Brazilië en India, heeft de wereld in veel opzichten in hoog tempo veranderd. Voor veel bedrijven betekent dit een strategische herbezinning op
Nadere informatieDuurzame mobiliteit: visie op 2050. Symposium Duurzame Mobiliteit, 27 januari 2011 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft
Duurzame mobiliteit: visie op 2050 Symposium Duurzame Mobiliteit, 27 januari 2011 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft Voorspellen is lastig 2 zeker de toekomst 3 Vele uitdagingen mobiliteitsbeleid
Nadere informatieABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving
ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving Voorzichtig herstel bedreigde soorten Verdere achteruitgang functioneren van ecosystemen en biodiversiteit Meer aandacht voor natuur als basisvoorwaarde
Nadere informatieRuimte voor oplossingen het inzetbare platteland! Kabinetsformatie 2017: de P10 biedt aan!
Ruimte voor oplossingen het inzetbare platteland! Kabinetsformatie 2017: de P10 biedt aan! RUIMTE VOOR OPLOSSINGEN 1 Inleiding Het inzetbare platteland Nederland kent de komende jaren een aantal urgente
Nadere informatieRuimte voor de Economie van morgen
Algemeen Ruimte voor de Economie van morgen Reactie van het Amsterdamse bedrijfsleven Juli 2017 Het is verheugend dat de gemeente een visie heeft ontwikkeld op de ruimtelijk economische toekomst van stad
Nadere informatieDe ontwikkeling van Smart grids. Our common future. Prof.dr.ir. Han Slootweg. 30 september 2016
De ontwikkeling van Smart grids Our common future Prof.dr.ir. Han Slootweg 30 september 2016 Agenda Het energiesysteem Verduurzaming van het energiesysteem De energietransitie Smart Grids 2 Energievoorziening
Nadere informatieBeleidsplan Ruimte Vlaanderen Werkgroep Logistiek Netwerk. Partnerforum Gent 18 oktober 2016
Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Werkgroep Logistiek Netwerk Partnerforum Gent 18 oktober 2016 Ruimtebeslag in Vlaanderen 33% Prognose VITO: kan oplopen tot 50% in 2050 Ruimtebeslag = Ruimte ingenomen door
Nadere informatieTransportinnovaties en ruimte: uitdagingen en dilemma s
Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Transportinnovaties en ruimte: uitdagingen en dilemma s George Gelauff Seminar NOVI Opzet Dilemma s in transitie: technologie en gedrag Gemengd verkeer Ontvlechten
Nadere informatieTrein van de Toekomst Jelte Bos, 22 februari 2017
Trein van de Toekomst Jelte Bos, 22 februari 2017 Status quo: bemande trein, lage frequentie Planning van personeel en materieel maakt het systeem kwetsbaar Capaciteit van het spoor wordt lang niet optimaal
Nadere informatieHet Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten
Het Energiebeleid van komende jaren dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Opbouw Ambities en hoofdlijnen Ontwikkelingen in het energieveld Keuzes van het kabinet Ambitie Regeerakkoord: 1. Minder
Nadere informatieicentrale: Publiek-privaat initiatief voor transities in centrales
icentrale: Publiek-privaat initiatief voor transities in centrales Het programma is een initiatief van 13 private partijen: Arcadis BE-Mobile BNV Mobility Cruxin DAT Mobility Dynniq MAPtm Siemens Sweco
Nadere informatieStrategieën voor ruimtelijke ontwikkeling. 1) Duurzame ontwikkeling, governance, gebiedsontwikkeling, monitoring en kennisvragen
Strategieën voor ruimtelijke ontwikkeling 1) Duurzame ontwikkeling, governance, gebiedsontwikkeling, monitoring en kennisvragen Ina Horlings Lezing Waddenacademie, 2-12- Opgaven voor de Waddenregio 1.
Nadere informatieEconomie, innovatie en duurzaamheid zijn van
Inter-Steunpunten Transitieplatform Economie, innovatie en duurzaamheid zijn van belang in transport Hilde Meersman, Cathy Macharis, a Christa Sys, Eddy Van de Voorde, Thierry Vanelslander, Ann Verhetsel
Nadere informatieFactsheet Verkeer. 1. Inleiding. 2. Ambities. Definities, bestaande wetgeving en beleid
Factsheet Verkeer 1. Inleiding In deze factsheet Verkeer staan de voertuigen en personen centraal die de openbare weg gebruiken. Het gaat hier dus niet om de fysiek aanwezige infrastructuur (die komt aan
Nadere informatieMobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer. www.alphabet.com
Mobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer www.alphabet.com Duurzame mobiliteit. Onderzoek naar gedrag en keuzes van leaserijders op gebied van duurzaamheid. Leaserijders steeds milieubewuster.
Nadere informatieKnelpunt 1: Elektrisch rijden wordt fiscaal zwaarder belast dan rijden op fossiele brandstoffen
Inbreng Nuon voor de Ronde Tafel Elektrisch Rijden 9 juni 2016, Kamercommissie voor Economische Zaken Contact: alied.wessels.boer@nuon.com of joris.hupperets@nuon.com Samenvatting Randvoorwaarde voor elektrisch
Nadere informatieTrends in mobiliteit. Huib van Essen, 23 januari 2018
Trends in mobiliteit CE Delft - Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 - Energie, transport en grondstoffen - Economische, technische en beleidsmatige expertise - 50 medewerkers - Not-for-profit
Nadere informatieDuurzaam Inkopen in onderwijs. Betty de Keizer De Keizer Kennismakelaar
Duurzaam Inkopen in onderwijs Betty de Keizer De Keizer Kennismakelaar Duurzaam inkopen, inleiding Duurzaam inkopen in onderwijs Spelers in het veld en hun rol Suggesties voor aanpak Informatiebronnen
Nadere informatieTechnologie & Maatschappij
Technologie & Maatschappij 2 november 2015 Voorlopige Resultaten Technologie & Maatschappij Doel en werkwijze Inventariseren welke technologische en maatschappelijke ontwikkelingen zich de komende periode
Nadere informatieSamen geven we richting aan de koers van de NKC
Samen geven we richting aan de koers van de NKC ₀ ₀ ₀ In de aanloop naar de klimaattop in Parijs is eind 2014 de Nederlandse Klimaatcoalitie van start gegaan om CO2 reductie bij bedrijven en andere organisaties
Nadere informatie