Toetsmodule Hoofdstuk 10: Probleemoplossend denken - Oplossingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Toetsmodule Hoofdstuk 10: Probleemoplossend denken - Oplossingen"

Transcriptie

1 Toetsmodule Hoofdstuk 10: Probleemoplossend denken - Oplossingen Procentberekeningen 1 Wat is het voordeligst? Luigi wil een draagbare CD/MP-speler van 99 euro kopen. Een eerste elektrozaak geeft 0% korting en daarboven nog een extra korting van 5,5% op het overblijvende bedrag. Een tweede elektrozaak geeft 5 % korting op het oorspronkelijke bedrag. Bereken nu het te betalen bedrag in beide gevallen (rond af op 1 eurocent). Oplossing: = 99 = = = 79, Eerste elektrozaak: 79, 5,5 45,6 79, = 79, = 79, 4,56 = 74, In de eerste elektrozaak moet Luigi 74,84 euro betalen. Tweede elektrozaak: = 99 = = = 74, In de tweede elektrozaak moet Luigi 74,5 euro betalen, dit is natuurlijk het voordeligst. Katrien zet euro op een spaarrekening. a) Na een jaar ontvangt ze 54 euro intrest. Wat was de intrest op die spaarrekening, uitgedrukt in procenten? b) Bereken de intrest als ze op 1 jaar een intrest van,5% ontvangt. Welk bedrag moet Katrien op een spaarrekening met 5% intrest zetten als ze na 1 jaar 105 euro intrest wil ontvangen? 54 7 Oplossing a) = = 0,086 =,86% De bank geeft,86%. b) ,05 = 49 Het kapitaal van Katrien neemt met 49 euro toe. c) = 105 : 0, Katrien moet 100 euro op een spaarrekening zetten.

2 Hoeveel procent van de volgende figuur is er gekleurd? Oplossing: + + = + + = + + = = 0,89 = 8,9% ,9% van de figuur is gekleurd. 4 Een supermarkt heeft de volgende aanbiedingen: a) kipburger (per kg) 6,0 5,60 b) Bordeaux Château Moulin Lafitte (per fles) 4,95 4,1 c) ontbijtgranen (per 750g) 4,,5 Hoeveel procent korting geeft de supermarkt op elk product? Rond de procenten af op 1 cijfer na de komma. Oplossing: a) kipburger: 6,0-5,60 = 0,6 0,6 : 6,0 = 0,097 = 9,7% b) Bordeaux: 4,95 4,1 =0,8 0,8 : 4,95 = 0,168 = 16,8% c) ontbijtgranen: 4, -,5 =1,08 1,08 : 4, = 0,49 = 4,9% 5 Roger belegt een bepaald bedrag in aandelen op de beurs. Na het eerste jaar heeft hij een winst van 10%, het jaar daarop boekt hij echter een verlies van 10%. Zijn aandelen zijn dan nog euro waard. Welk bedrag belegde Roger (los dit op aan de hand van een rekenschema)? : 1,10 0, :1,10 :0, : 0,9 :1,10 = 55,5 Roger belegde 5 5,5 euro.

3 Vergelijkingen en vraagstukken 6 Los de volgende vergelijkingen op. a) x 7 = 8 b) x + 6 x = -4 x = x x = 4 6 x = 1 x = 0 x = 1 : x = 0 x = 7 c) 4 8x = 0 d) 8x +. ( x) = 1 8x = 4 8x x = x = 8 5x = x = x = 4 5 e) 16 = x + f) x + = 16 x - 5 = x - = 5 x = 16 5x 0 9 = x = 19 5x = 9 x = 19 x = x g) 4 =. (x + 6) h) = (x + 6) = 4 x 7 = 5 11 x 18 = 4 x = x = x = x = 6 x = 10 x = 6 : ( ) x = 10 0 x = x = 1

4 i) 4. (8 x) = j) g +x = x = x = x = + 7x = x = 5 7x = 1 + x = 5 4 7x = 18 x = 18-7 Los de volgende vraagstukken op met een vergelijking. 7 De som van drie vijfde van een getal en 1 is 7. Zoek het getal. a) x = het getal b) + ( 1) = 7 5 x c) + ( 1) = 7 5 x 1= 7 5 x x = x = 9 x = 9. 5 x = 155 d) Het getal is 155. e) ( 1) = 9 1 = dus LL = RL

5 8 Deze maand moet Pienter 16,40 euro betalen voor zijn telefoonrekening. Maandelijks betaalt hij 4 euro abonnementsgeld. Hoeveel uren heeft hij gebeld als hij per minuut 0, euro moet betalen? a) x = het aantal minuten dat Pienter gebeld heeft. b) 4 + 0,x = 16,40 c) 4 + 0,x = 16,40 0,x = 16,40 4 0,x = 9,40 x = 9,40 : 0, x = 40 d) Pienter heeft 40 minuten of 7 uren gebeld. e) 4 + 0,. 40 = 4 + 9,40 = 16,40 16,40 dus LL = RL 9 Klaas, Jeroen en Hichem hebben samen 56 wafels verkocht. Hoeveel heeft elk er verkocht als Hichem er dubbel zoveel heeft verkocht als Klaas en Klaas er 4 meer verkocht heeft als Jeroen? a) x = aantal wafels dat Jeroen heeft verkocht. x + 4 = aantal wafels dat Klaas heeft verkocht.. (x + 4) = aantal wafels dat Hichem heeft verkocht. b) x + x (x + 4) = 56 c) x + x (x + 4) = 56 x + x x + 8 = 56 x + x + x = x = 44 x = 61 d) Jeroen heeft 61 wafels verkocht, Klaas (61 + 4) of 65 en Hichem (. 65) of 10 e) = = dus LL = RL

6 Regelmaat en formules 10 Bereken. a) = ( ) b) De som van de eerste 100 natuurlijke getallen ( ) c) = aantal termen = 59 = = = d) ( ) + 1 som eerste termen = 4 = = 561 ( ) som eerste 785 termen = = = Gevraagde som : =

7 11 Maak een tabel bij de volgende rijen en geef de formule. a) 5, 6, 7, 8, 9, Volgnummer (n) Getal in de rij (g) De formule: g = n + 4 b) -6, 0, 6, 1, 18, Volgnummer (n) Getal in de rij (g) De formule: g = 6n - 1 c) 1, 8, 7, 64, 15, Volgnummer (n) Getal in de rij (g) De formule: g = n³ d), 7, 1, 17,, Volgnummer (n) Getal in de rij (g) De formule: g = 5n -

8 1 Bekijk het volgende tegelpatroon. a) Teken het volgende patroon. b) Vul de tabel in. aantal zwarte tegels (z) aantal witte tegels (w) c) Zoek een formule waarmee we het aantal witte tegels kunnen berekenen als we het aantal zwarte tegels (z) weten. w = z. (z 1) d) Hoeveel witte tegels heeft een patroon met 60 zwarte tegels? w = 60. (60 1) = = 540 e) Is er een patroon dat 1 00 witte tegels heeft? Verklaar. Neen, het patroon gaat van 99 ( zwarte tegels) naar ( zwarte tegels).

9 1 Bekijk onderstaande patronen. a) Teken het volgende patroon. b) Vul onderstaande tabel in. Aantal blokjes zijde vierkant (a) aantal zwarte blokjes (z) c) Zoek een formule waarmee we het aantal zwarte blokjes kunnen berekenen als we het aantal blokjes weten van een zijde van een figuur. z = a - 1 d) Hoeveel zwarte blokjes heeft een patroon met 0 blokjes als zijde. z =. 0 1 z = 60 1 z = 59

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen: 6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen: 1) Haakjes wegwerken 2) Vermenigvuldigen en delen van links naar rechts 3) Optellen en aftrekken van links naar rechts Schrijf ALLE stappen ONDER

Nadere informatie

Compex wiskunde A1-2 vwo 2004-I

Compex wiskunde A1-2 vwo 2004-I KoersSprint In deze opgave gebruiken we enkele Excelbestanden. Het kan zijn dat de uitkomsten van de berekeningen in de bestanden iets verschillen van de exacte waarden door afrondingen. Verder kunnen

Nadere informatie

e) 124 op 300 b) 15 op 45 f) 412 op 500 c) 38 op 45

e) 124 op 300 b) 15 op 45 f) 412 op 500 c) 38 op 45 Extra oefeningen hoofdstuk 0: Probleemoplossend denken Schrijf de volgende resultaten in procenten. a) 20 op 30 e) 24 op 300 b) 5 op 45 f) 42 op 500 c) 38 op 45 g) 42 op 60 d) 8 op 25 h) 625 op 800 2 Vul

Nadere informatie

7 a patroonnummer a patroonnummer a h = z

7 a patroonnummer a patroonnummer a h = z Hoofdstuk 3 FORMULES 3.1 PATRONEN EN FORMULES 3 a 10 22 c? d De beweringen a b = b a en a + b = b + a zijn juist. e 15 a 12 a 18 a f a + 8 10 + a a + 14 b zijde vierkant 3 4 5 6 7 aantal gekleurde hokjes

Nadere informatie

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen: 6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen: 1) Haakjes wegwerken 2) Vermenigvuldigen en delen van links naar rechts 3) Optellen en aftrekken van links naar rechts Schrijf ALLE stappen ONDER

Nadere informatie

Onderzoek of de rijen rekenkundig, meetkundig of geen van beide zijn. Geef bij de rekenkundige rijen v en t 7 en bij de meetkundige rijen q en t 7.

Onderzoek of de rijen rekenkundig, meetkundig of geen van beide zijn. Geef bij de rekenkundige rijen v en t 7 en bij de meetkundige rijen q en t 7. Herhalingsoefeningen Rijen Van de opgaven die geel gemarkeerd zijn, vind je achteraan de oplossingen. De oplossingen van de andere mag je steeds afgeven of er vragen over stellen. Oef 1 Onderzoek of de

Nadere informatie

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd?

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd? Procenten Zoals op de basisschool is aangeleerd kunnen we een taart verdelen in een aantal stukken. Hierbij krijgen we een breuk. We kunnen ditzelfde stuk taart ook aangegeven als een percentage. Procenten:

Nadere informatie

Naam:... Datum:... 36 + 12 =. 2 x 15 =. 47 + 43 =. 4 x 12 =. 25 + 11 =. 6 x 7 =. 38-16 =. 100 : 4 =. 17-6 =. 36 : 6 =.

Naam:... Datum:... 36 + 12 =. 2 x 15 =. 47 + 43 =. 4 x 12 =. 25 + 11 =. 6 x 7 =. 38-16 =. 100 : 4 =. 17-6 =. 36 : 6 =. Opvraging Wiskunde W1 36 + 12 =. 2 x 15 =. 47 + 43 =. 4 x 12 =. 25 + 11 =. 6 x 7 =. 38-16 =. 100 : 4 =. 17-6 =. 36 : 6 =. 2 Goed lezen en oplossen. Ik koop in de supermarkt een krant (80 cent), een brood

Nadere informatie

Hieronder zie je een figuur die bestaat uit vier rijen. De figuur is gemaakt van witte en grijze vierkanten.

Hieronder zie je een figuur die bestaat uit vier rijen. De figuur is gemaakt van witte en grijze vierkanten. VIERKANTEN LEGGEN Hieronder zie je een figuur die bestaat uit vier rijen. De figuur is gemaakt van witte en grijze vierkanten. rijnummer 1 rijnummer 2 rijnummer 3 rijnummer 4 Onder rij 3 wordt nog een

Nadere informatie

Toets gecijferdheid augustus 2005

Toets gecijferdheid augustus 2005 Toets gecijferdheid augustus 2005 Naam: Klas: score: Datum: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing - Denk aan de tijd

Nadere informatie

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Blok 7 G/B vraag : natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren 0 2 0,5 0,75,25,8 2 3 4 en 4 Kijk

Nadere informatie

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Blok 7 G/B vraag : natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren 0 2 0,5 0,75,25,8 2 3 4 en 4 Kijk

Nadere informatie

Doel Leerlingen kunnen in eigen woorden formuleren waarvoor en wanneer de berekeningen nodig zijn en deze op een correcte manier uitrekenen.

Doel Leerlingen kunnen in eigen woorden formuleren waarvoor en wanneer de berekeningen nodig zijn en deze op een correcte manier uitrekenen. Algemene informatie: De aankomende 2 lessen ga je in groepjes van drie personen je bezig houden met het berekenen van procenten. Er zijn drie vormen en iedereen behandeld alle vormen. Jullie wisselen om

Nadere informatie

3 Formules. 8 x 6 = x 3 = 12. r-w-w b-w-w g-w-w r-w-r b-w-r g-w-r r-z-w b-z-w g-z-w r-z-r b-z-r g-z-r 6 x 7 = x 100 = 500.

3 Formules. 8 x 6 = x 3 = 12. r-w-w b-w-w g-w-w r-w-r b-w-r g-w-r r-z-w b-z-w g-z-w r-z-r b-z-r g-z-r 6 x 7 = x 100 = 500. 31 32 1 2 8 x 6 = 48 3 Formules 4 x 3 = 12 r-w-w b-w-w g-w-w r-w-r b-w-r g-w-r r-z-w b-z-w g-z-w r-z-r b-z-r g-z-r 6 x 7 = 42 12 5 x 0 = 500 5 0 12 x 150 = 1800 12 12 x 200 = 2400 1440 : 12 = 120 3 4 29

Nadere informatie

Examenopgaven VMBO-KB 2003

Examenopgaven VMBO-KB 2003 Examenopgaven VMBO-KB 2003 tijdvak 21 donderdag woensdag 22 18 mei juni 13.30-15.30 uur WISKUNDE CSE KB WISKUNDE VBO-MAVO C Bij dit examen hoort een uitwerkboekje. Dit examen bestaat uit 24 vragen. Voor

Nadere informatie

Examen VWO-Compex. wiskunde A1,2

Examen VWO-Compex. wiskunde A1,2 wiskunde A1,2 Examen VWO-Compex Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 1 juni 13.30 16.30 uur 20 04 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen; het examen bestaat uit 22 vragen.

Nadere informatie

Oplossing zoeken kwadratisch verband vmbo-kgt34

Oplossing zoeken kwadratisch verband vmbo-kgt34 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 23 May 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74207 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs

Nadere informatie

Paracetamol in het bloed

Paracetamol in het bloed Paracetamol in het bloed Paracetamol is een veelgebruikte pijnstiller, die in tabletvorm te koop is. Voor volwassenen zijn er tabletten die 500 mg paracetamol bevatten. Na het innemen van een tablet wordt

Nadere informatie

Wortel en Machten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Wortel en Machten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 12 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74200 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein

Nadere informatie

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6. Opgave 5 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6. De Stichting Bedrijfspensioenfonds voor Medewerkers in het Notariaat (hierna te noemen Het Pensioenfonds) verzorgt de pensioenen van

Nadere informatie

1.1 Rekenen met letters [1]

1.1 Rekenen met letters [1] 1.1 Rekenen met letters [1] Voorbeeld 1: Een kaars heeft een lengte van 30 centimeter. Per uur brand er 6 centimeter van de kaars op. Hieruit volgt de volgende woordformule: Lengte in cm = -6 aantal branduren

Nadere informatie

percent = procent per cent betekent per 100.

percent = procent per cent betekent per 100. Taak na blok 4 les TAAK 5 Naam: Klas: Datum: Klasnummer: Tip! Percenten G/B 4 percent = procent per cent betekent per 00 45 % is 45 per 00 45 van de 00 45 op 00 45 00 00 % is geheel 50 % is de helft 5

Nadere informatie

Examen VBO-MAVO-C. Wiskunde

Examen VBO-MAVO-C. Wiskunde Wiskunde Examen VBO-MAVO-C Voorbereidend Beroeps Onderwijs Middelbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 6 mei 13.30 15.30 uur 0 00 Dit examen bestaat uit 3 vragen. Voor elk vraagnummer is

Nadere informatie

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 tot en met 9. In deze opgave blijft de vermogensrendementsheffing buiten beschouwing.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 tot en met 9. In deze opgave blijft de vermogensrendementsheffing buiten beschouwing. Opgave 5 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 tot en met 9. In deze opgave blijft de vermogensrendementsheffing buiten beschouwing. Tot ongeveer het jaar 2010 stegen de gemiddelde prijzen van verkochte

Nadere informatie

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar bevat: werkbladen uit de map van Wibbel bij Rekensprong Plus, aansluitend bij de wiskundeopdrachten op de poster; de correctiesleutel bij deze werkbladen. Meer informatie

Nadere informatie

10 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

10 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde 10 Junior Wiskunde Olympiade 2001-2002: eerste ronde De eerste ronde bestaat uit 30 meerkeuzevragen Het quoteringssysteem werkt als volgt: per goed antwoord krijgt de deelnemer 5 punten, een blanco antwoord

Nadere informatie

Oplossingen toetsmodule hoofdstuk 11: Diagrammen en grafieken

Oplossingen toetsmodule hoofdstuk 11: Diagrammen en grafieken Oplossingen toetsmodule hoofdstuk 11: Diagrammen en grafieken 1 Op de verpakking van voedingsmiddelen vinden we vaak een tabel met de samenstelling van het voedingsproduct. Op een pak ontbijtgranen vinden

Nadere informatie

---9. r-:- ------------------ I Getallenkenni:li. Tips voor de toets. Meetkunde. Bewerldngen. Meten en metend rekenen

---9. r-:- ------------------ I Getallenkenni:li. Tips voor de toets. Meetkunde. Bewerldngen. Meten en metend rekenen 5 r-:- ------------------ Getallenkenni:li Wat leerde ik? Een verhouding uitdrukken in percent en i omgekeerd Breuken vermenigvuldigen met een natuurlijk getal en omgekeerd Waar staat dit in het onthoudboek?

Nadere informatie

Voorbeeld 1 In een klas van 29 leerlingen hebben 3 leerlingen een onvoldoende behaald voor een toets.

Voorbeeld 1 In een klas van 29 leerlingen hebben 3 leerlingen een onvoldoende behaald voor een toets. 1. Het berekenen van een percentage Voorbeeld 1 In een klas van 29 leerlingen hebben 3 leerlingen een onvoldoende behaald voor een toets. Bereken (in 1 decimaal nauwkeurig) hoeveel procent van de leerlingen

Nadere informatie

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 2

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 2 Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 2 2.4.1 Basis Verhoudingen 1 13 cm : 390 km, dat is 13 cm : 390.000 m. Dat komt overeen met 13 cm : 39.000.000 cm en dat is te vereenvoudigen tot 1 : 3.000.000. 2 De schaal

Nadere informatie

Meer verbanden vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Meer verbanden vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 12 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74201 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter.

Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter. 70 blok 5 les 23 C 1 Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 60 981 540 C 2 Welke maten horen erbij? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter.

Nadere informatie

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1] 4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1] Voorbeeld 1: 5 x 3 = 15 (3 + 3 + 3 + 3 + 3 = 15) Voorbeeld 2: 5 x -3 = -15 (-3 +-3 +-3 +-3 +-3 = -3-3 -3-3 -3 = -15) Voorbeeld 3: -5 x 3 = -15 Afspraak: In plaats

Nadere informatie

UNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO 2010

UNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO 2010 MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENBUREAU UNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO 200 VAK : BEDRIJFSREKENEN DATUM : DINSDAG 06 JULI 200 TIJD : 09.45.25 UUR (MULO-III KANDIDATEN)

Nadere informatie

7 De getallenlijn = -1 = Nee = 0 = = = 7 -7 C. -2 a 1 b 4 = a b -77 = -10

7 De getallenlijn = -1 = Nee = 0 = = = 7 -7 C. -2 a 1 b 4 = a b -77 = -10 B M De getallenlijn 0 + = = + = = Nee 0 0 = 9 = 0 6 = = 9 = 6 = 6 = = C a b a b 0 = 0 0 = 0 a b < 0 ; a b < 0 ; a > b ; b > a = = = = C Nee, hij loopt steeds maar verder. < x H x < x < x < x + + = x +

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Grafieken en formules

Hoofdstuk 2: Grafieken en formules Hoofdstuk 2: Grafieken en formules Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 2: Grafieken en formules Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde

Nadere informatie

4 a naam. 1 Reken uit. 2 Reken uit, haal af tot Reken uit, haal eerst af tot = 10 8 = 10 5 = 10 1 = 10 6 = 10 7 = 10 2 = 10 9 =

4 a naam. 1 Reken uit. 2 Reken uit, haal af tot Reken uit, haal eerst af tot = 10 8 = 10 5 = 10 1 = 10 6 = 10 7 = 10 2 = 10 9 = 4 a naam hulp blad 1 1 Reken uit 10 3 = 10 8 = 10 5 = 10 1 = 10 6 = 10 7 = 10 2 = 10 9 = 2 Reken uit, haal af tot 10 13 3 = 10 15 = 10 17 = 10 12 = 10 14 = 10 16 = 10 18 = 10 11 = 10 3 Reken uit, haal

Nadere informatie

Compex wiskunde A1 vwo 2006-I

Compex wiskunde A1 vwo 2006-I Beschuit Gewone beschuiten worden verkocht in beschuitrollen van 13 stuks. Een gewone beschuit weegt gemiddeld 8,0 gram. Er zijn ook grotere, zogeheten Twentsche beschuiten die worden verkocht in zakken

Nadere informatie

Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch

Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch Werkblad 4 Bedrijfsmiddelen Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch Via Day for Change heeft jullie klas een microkrediet gekregen. Hier gaan jullie je eigen bedrijf mee beginnen. Dit bedrag

Nadere informatie

Les 20: gelijknamige breuken, gelijkwaardige breuken en breuken vereenvoudigen

Les 20: gelijknamige breuken, gelijkwaardige breuken en breuken vereenvoudigen Getallenkennis Target 1 Les 1: getalbegrip to 10 000 000 wb. p. 1+2, sb 1 Les 5: kommagetallen tot 0,001 wb. p. 8-9, sb 5 Les 12: breuken vergelijken en sorteren wb. p. 15-16, sb 10 Les 13: breuk als operator,getal,verhouding,

Nadere informatie

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg. Zwijsen jaargroep naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs! jij rekentrainer Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg. Groep blad 1 Hoe komt de hond bij het bot? Teken. Kleur de tegels. Kleur

Nadere informatie

Taak na blok 1 startles 8

Taak na blok 1 startles 8 Taak na blok startles 8 TAAK Klas: Datum: Klasnummer: Geef de meest passende naam voor elke figuur. Teken de vierhoek. De diagonalen zijn even lang ( cm) en halveren elkaar of snijden elkaar middendoor.

Nadere informatie

In de handel is het gebruikelijk om korting te geven als een klant veel exemplaren van een bepaald product bestelt.

In de handel is het gebruikelijk om korting te geven als een klant veel exemplaren van een bepaald product bestelt. Korting In de handel is het gebruikelijk om korting te geven als een klant veel exemplaren van een bepaald product bestelt. Kwantumkorting Een manier om klanten korting te geven, is de kwantumkorting.

Nadere informatie

Extra oefeningen Hoofdstuk 8: Rationale getallen

Extra oefeningen Hoofdstuk 8: Rationale getallen Extra oefeningen Hoofdstuk 8: Rationale getallen 1 Noteer met een breuk. a) Mijn stripverhaal is voor de helft uitgelezen. Een kamer is voor behangen. c) van de cirkel is gekleurd. 15 Gegeven : 18 teller

Nadere informatie

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 8 Blok 4. Van...

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 8 Blok 4. Van... Routeboekje bij Pluspunt Groep 8 Blok 4 Van... Groep 8 Blok 4 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 8 38 1 De perenoogst van fruitkweker Wim maken LB 8 38 1 De perenoogst van fruitkweker Wim meedoen en maken LB

Nadere informatie

Rekenkundige en meetkundige rijen

Rekenkundige en meetkundige rijen CAMPUS BRUSSEL Opfriscursus Wiskunde Rekenkundige en meetkundige rijen Rekenkundige en meetkundige rijen 1 Kapitaal op samengestelde interest Een kapitaal van 10 000 euro staat uit aan een samengestelde

Nadere informatie

Vergelijkingen met één onbekende

Vergelijkingen met één onbekende - 89 - Hoofdstuk 3: ergelijkingen met één onbekende Opgave boek pag 67 nr. 5: Los op in R a. 3 ( + ) 4 7.................. {... }... proef : 1 e lid :... e lid :... b. ( 3 ) + 7 5 ( )........................

Nadere informatie

Examen VBO-MAVO-D Wiskunde

Examen VBO-MAVO-D Wiskunde Examen VBO-MAVO-D Wiskunde Voorbereidend Beroeps Onderwijs Middelbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni 13.30 15.30 uur 20 01 Voor dit examen zijn maximaal 87 punten te behalen;

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Voorkennis V-a Hester houdt e 5,00 3 e,85 3 e 3,9 5 e 5,00 e 3,70 e 6,58 5 e,7 over. b e 5,00 3 (e,85 e 3,9) 5 e 5,00 3 e 5, 5 e 5,00 e 0,8 5 e,7 V-a 6 3 5 36 9 5 7 b 9 (5 ) 5 9 (5 ) 5 9 5 c 0 3 6 5 000

Nadere informatie

Naam:... Nr... SPRONG 7

Naam:... Nr... SPRONG 7 Naam:... Nr.... SPRONG 7 G Vul de verhoudingstabel aan. Tijdens de winterperiode worden de karretjes van de roetsjbaan geschilderd. Voor karretje is /5 liter rode verf, 3/5 liter zwarte verf en /2 liter

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Blok - Vaardigheden Extra oefening - Basis B-a De formules a = en s= t 8 zijn lineaire formules. Bij tael A hoort een lineair verand omdat de toename in de onderste rij steeds + is. Bij tael B hoort geen

Nadere informatie

Examen VWO-Compex. wiskunde A1

Examen VWO-Compex. wiskunde A1 wiskunde A1 Examen VWO-Compex Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 1 juni 13.30 16.30 uur 20 04 Voor dit examen zijn maximaal 87 punten te behalen; het examen bestaat uit 24 vragen.

Nadere informatie

Hieronder zie je hoe dat gaat. Opgave 3. Tel het aantal routes in de volgende onvolledige roosters van linksboven naar rechtsonder.

Hieronder zie je hoe dat gaat. Opgave 3. Tel het aantal routes in de volgende onvolledige roosters van linksboven naar rechtsonder. Groepsopdracht 1: Volledige en onvolledige roosters Voor een volledig rooster kun je de driehoek van Pascal gebruiken om te weten te komen hoeveel routes er van A naar B zijn. Bij onvolledige roosters

Nadere informatie

Toets gecijferdheid mei 2004

Toets gecijferdheid mei 2004 Toets gecijferdheid mei 2004 Naam: Datum: Klas: score cijfer Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing - Denk aan de

Nadere informatie

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN a De standaardprocedure: getallen splitsen Zo lukt het altijd: 98 + 476 = 98 + 400 + 70 + 6 = 698 + 70 + 6 = 768 + 6 = 774 b Van plaats wisselen Uitsluitend te gebruiken

Nadere informatie

extra oefeningen HOOFDSTUK 4 VMBO 4

extra oefeningen HOOFDSTUK 4 VMBO 4 extra oefeningen HOOFDSTUK 4 VMBO 4 1. a. Teken in één assenstelsel de grafieken bij de formules y = 4x - 3 en y = 7 - x b. Bereken de coördinaten van het snijpunt c. Teken in hetzelfde assenstelsel de

Nadere informatie

... 1% = 1/100 = 0,01 = 1 van de % = 2/10 = 0,2 = 20 van de % = 1/4 = 0,25 = 25 van de % = 1/2 = 0,5 = 50 van de 100

... 1% = 1/100 = 0,01 = 1 van de % = 2/10 = 0,2 = 20 van de % = 1/4 = 0,25 = 25 van de % = 1/2 = 0,5 = 50 van de 100 3.4 Procenten Procenten worden in de retail veel gebruikt, bijvoorbeeld om btw of kortingen te berekenen. Procenten geven een verhouding aan tussen het geheel (100%) en een deel hiervan (bijvoorbeeld 10%

Nadere informatie

2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de getallenas. nr. 8

2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de getallenas. nr. 8 Toetswijzer extra Naam : Klasnr: Getallenkennis 1 Noteer de getallen met cijfers nrs 6,7,19,en 20 5,9 miljoen vierhonderd en tien duizendste 2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de

Nadere informatie

6.0 Voorkennis AD BC. Kruislings vermenigvuldigen: Voorbeeld: 50 10x. 50 10( x 1) Willem-Jan van der Zanden

6.0 Voorkennis AD BC. Kruislings vermenigvuldigen: Voorbeeld: 50 10x. 50 10( x 1) Willem-Jan van der Zanden 6.0 Voorkennis Kruislings vermenigvuldigen: A C AD BC B D Voorbeeld: 50 0 x 50 0( x ) 50 0x 0 0x 60 x 6 6.0 Voorkennis Herhaling van rekenregels voor machten: p p q pq a pq a a a [] a [2] q a q p pq p

Nadere informatie

Toets gecijferdheid april 2006 versie 3

Toets gecijferdheid april 2006 versie 3 Toets gecijferdheid april 2006 versie 3 Naam: Klas: score: Datum: Studentnummer: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing

Nadere informatie

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN a De standaardprocedure: getallen splitsen Zo lukt het altijd: 98 + 476 = 98 + 400 + 70 + 6 = 698 + 70 + 6 = 768 + 6 = 774 b Van plaats wisselen

Nadere informatie

Examen VWO. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid. Voorbeeldopgaven PNO. PNO Voorbeeldopgave VWO.

Examen VWO. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid. Voorbeeldopgaven PNO. PNO Voorbeeldopgave VWO. Examen VWO 2017 Voorbeeldopgaven PNO Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid PNO Voorbeeldopgave VWO.doc - 23-6-2016 Voorbeeldopgave nieuwe programma onderdelen bij Bedrijfseconomie,

Nadere informatie

Deze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen.

Deze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen. Meetkunde Inleiding We beginnen met het doorlezen van alle theorie uit hoofdstuk 3 van het boek. Daar staan een aantal algemene regels goed uitgelegd. Waar je nog wat extra uitleg over nodig hebt, is de

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. inhoudstafel... 2

INHOUDSTAFEL. inhoudstafel... 2 INHOUDSTAFEL inhoudstafel... 2 getallenkennis waarde van cijfers in een getal... 6 grote getallen... 7 rekentaal... 8 rekentaal deel 2... 9 soorten getallen... 9 rekentaal deel 3... 10 de ongelijke verdeling...

Nadere informatie

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (  15 x 3 = 45 15 x 3 = 45 2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (http://www.youtube.com/watch?v=cceqwwj6vrs) 15 x 3 is een product. 15 en 3 zijn de factoren van het product. 15 : 3 = 5 15 : 3 is een

Nadere informatie

Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,-

Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,- Honderd procent goed Deel 1 Breuken en procenten blz.6 Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,- 1% = 3,- 2% = 6,- 3% = 9,- Opdracht 1 1% van 500,- = 5,-

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde A1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur

Examen VWO. wiskunde A1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur Examen VWO 2008 tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur wiskunde A1,2 Dit examen bestaat uit 21 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 82 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten

Nadere informatie

In de bovenstaande voorbeelden legden Einstein en jijzelf verbanden tussen grootheden. We spreken over een verband als de ene grootheid afhangt van

In de bovenstaande voorbeelden legden Einstein en jijzelf verbanden tussen grootheden. We spreken over een verband als de ene grootheid afhangt van 47 3.0 INTRO Einstein ontdekte de beroemde formule E = m c 2 (in dit hoofdstuk leer je wat de en c 2 betekenen). Dankzij die formule kunnen we kernenergie opwekken en - helaas - atoombommen maken. In hoofdstuk

Nadere informatie

Bereken hoeveel er voor de patat betaald moest worden. Schrijf je berekening op. ... ...

Bereken hoeveel er voor de patat betaald moest worden. Schrijf je berekening op. ... ... Voor het goede doel Op school De Cirkel verzorgen de leerlingen dit jaar een braderie voor een kinderziekenhuis in Sierra Leone. 2p 1 Anouk, Fatima en Vincent zorgen voor de verkoop van patat. Ze hebben

Nadere informatie

9.1 Recursieve en directe formules [1]

9.1 Recursieve en directe formules [1] 9.1 Recursieve en directe formules [1] Voorbeeld: 8, 12, 16, 20, 24, is een getallenrij. De getallen in de rij zijn de termen. 8 is de eerste term (startwaarde, u 0 ) 12 is de tweede term (u 1 ) 24 is

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen. Examen VMBO-GL en TL 2018 tijdvak 1 dinsdag 15 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE GL en TL Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift

Nadere informatie

Leerjaar 1 Periode 2. Grafieken en formules

Leerjaar 1 Periode 2. Grafieken en formules Leerjaar Periode 2 Grafieken en formules Onderwerpen vandaag Herhaling Hoofdstuk 2 Het tekenen van een grafiek Stap : Vul twee waarden in voor Bijvoorbeeld: 0 en 2. = 0 = 2 0 = 0 punt (0,0) = 2 = 2 2 =

Nadere informatie

UNIFORM HEREXAMEN MULO tevens 2 e ZITTING STAATSEXAMEN 2008

UNIFORM HEREXAMEN MULO tevens 2 e ZITTING STAATSEXAMEN 2008 MNSTERE VN ONERWJS EN VOLKSONTWKKELNG EXMENUREU VK : ERJFSREKENEN TUM: ONERG 07 UGUSTUS 008 TJ : 07.30 09.30 UUR EZE TK ESTT UT 36 TEMS. UNFORM HEREXMEN MULO tevens e ZTTNG STTSEXMEN 008 NTREST e juiste

Nadere informatie

STADSBOERDERIJ DE KEUKEN

STADSBOERDERIJ DE KEUKEN STADSBOERDERIJ DE KEUKEN Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Module Stadsboerderij De keuken Leerlingtekst Versie 1.0. November 2012 Auteurs:

Nadere informatie

Trainingsexamens rekenen 3F

Trainingsexamens rekenen 3F Trainingsexamens rekenen 3F Proe fkate Jerry de Bruijn Jack Nouwens rn Voorbeeld trainingsexamen 3F deel I 17 opgaven zonder rekenmachine Vraag 1 Vraag 4 95,50 27,75 = 12 + 36 : 4 3 = Vraag 2 Vraag 5 4365

Nadere informatie

Lineaire formules.

Lineaire formules. www.betales.nl In de wiskunde horen bij grafieken bepaalde formules waarmee deze grafiek getekend kan worden. Lineaire formules zijn formules die in een grafiek een reeks van punten oplevert die op een

Nadere informatie

A. B. C. D. Opgave 3. In een groot vierkant is een kleiner vierkant getekend. Wat is de oppervlakte van het kleine vierkant? A. B. C. D.

A. B. C. D. Opgave 3. In een groot vierkant is een kleiner vierkant getekend. Wat is de oppervlakte van het kleine vierkant? A. B. C. D. FAJALOBI 2015 Opgave 1 Het getal heet een palindroom. Dat is een getal dat als je het van achter naar voren leest het hetzelfde is als van voor naar achter. Een palindroom begint niet met een nul. Wat

Nadere informatie

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Lees de opgave goed, zodat je precies weet wat er gevraagd wordt. Zoek naar grootheden en eenheden. Schrijf de gegevens die je nodig denkt te hebben overzichtelijk

Nadere informatie

Extra oefeningen wiskunde 3lawe 3wet Transformaties, Stelling van Thales, Homothetie. Meetkunde. Transformaties en Stelling van Thales.

Extra oefeningen wiskunde 3lawe 3wet Transformaties, Stelling van Thales, Homothetie. Meetkunde. Transformaties en Stelling van Thales. Etra oefeningen wiskunde 3lawe 3wet Transformaties, Stelling van Thales, Homothetie. Meetkunde Transformaties en Stelling van Thales.. Waar of niet waar? a. Het beeld van een rechte door de projectie op

Nadere informatie

Examen Rekenen/ Wiskunde

Examen Rekenen/ Wiskunde Examen Rekenen/ Wiskunde Deel Niveau :

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 16 mei uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 16 mei uur Wiskunde B Profi (oude stijl) Eamen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak Woensdag 6 mei 3.30 6.30 uur 20 0 Voor dit eamen zijn maimaal 9 punten te behalen; het eamen bestaat uit 7 vragen.

Nadere informatie

Examen HAVO. wiskunde A. tijdvak 2 woensdag 24 juni 13.30-16.30 uur

Examen HAVO. wiskunde A. tijdvak 2 woensdag 24 juni 13.30-16.30 uur Examen HAVO 2009 tijdvak 2 woensdag 24 juni 13.30-16.30 uur wiskunde A Dit examen bestaat uit 21 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 81 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met

Nadere informatie

Examen HAVO. Wiskunde A1,2

Examen HAVO. Wiskunde A1,2 Wiskunde A1,2 Examen AVO oger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 1.0 16.0 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 21 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 36. Intrest

DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 36. Intrest EZE TK ESTT UT 36 TEMS. MULO- kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-V kandidaten maken de items 1 t/m 36. ntrest eschouw de volgende beweringen: 1 ntrest is een vergoeding voor geleend geld. Het intrestbedrag

Nadere informatie

Examen VMBO-KB 2006 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 30 mei 13.3013.30-15.30. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-KB 2006 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 30 mei 13.3013.30-15.30. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VMBO-KB 2006 tijdvak 1 dinsdag 30 mei 13.3013.30-15.30 15.30 uur WISKUNDE CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 83 punten

Nadere informatie

Cijfers en letters 1 niveau 1 en 2

Cijfers en letters 1 niveau 1 en 2 Cijfers en letters 1 niveau 1 en 2 Los de twaalf vergelijkingen op. Het antwoord stelt een letter in het alfaet voor. X = 3 is een C, de derde letter. X = -5 is een V, de vijfde letter van achter. De oplossing

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2000 - II

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2000 - II Opgave 1 ypotheken Als je een huis koopt, moet je meer betalen dan alleen de koopsom. Je moet bijvoorbeeld belasting betalen en de kosten van de notaris. Deze bijkomende kosten zijn voor een nieuwbouwhuis

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde A1. tijdvak 1 maandag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde A1. tijdvak 1 maandag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2009 tijdvak 1 maandag 25 mei 13.30-16.30 uur wiskunde A1 Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 22 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 81 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Bij deze opgave blijven belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 3.

Bij deze opgave blijven belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 3. Opgave 2 Bij deze opgave blijven belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 3. Woningcorporaties zijn verenigingen of stichtingen met een volkshuisvestelijk

Nadere informatie

Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100

Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 Een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 510,8 : 23 =? Ik schat 500 : 20 = 25 Ik noteer de rekenhulp.

Nadere informatie

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen Deel C Breuken vermenigvuldigen en delen - 0 Sprongen op de getallenlijn. De sprongen op de getallenlijn zijn even groot. Schrijf passende breuken of helen bij de deelstreepjes. 0 Welk eindpunt wordt bereikt

Nadere informatie

Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100

Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 Blok 4 G/B vraag 1: een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 Een kommagetal cijferend delen door een natuurlijk getal < 100 510,8 : 23 =? Ik schat 500 : 20 = 25 Ik noteer de rekenhulp.

Nadere informatie

2.0 Voorkennis. Rekenregels machten: 5) a 0 = 1. p p q p q a p q q. p q pq p p p. Willem-Jan van der Zanden

2.0 Voorkennis. Rekenregels machten: 5) a 0 = 1. p p q p q a p q q. p q pq p p p. Willem-Jan van der Zanden 2.0 Voorkennis Voorbeeld: (a + b) 2 = a 2 + 2ab + b 2 (a + b) 3 = (a +b)(a2 + 2ab + b2) = a 3 + 2a 2 b + ab 2 + a 2 b +2ab 2 + b 3 = a 3 + 3a 2 b + 3ab 2 + b 3 Rekenregels machten: p p q pq a pq 1) a a

Nadere informatie

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN a De standaardprocedure: getallen splitsen Zo lukt het altijd: 98 + 476 = 98 + 400 + 70 + 6 = 698 + 70 + 6 = 768 + 6 = 774 b Van plaats wisselen

Nadere informatie

PADDESTOELEN. 3p 1 In de uitwerkbijlage bij vraag 1 staat de graaf nogmaals getekend. Daaronder staat een. Egmond.

PADDESTOELEN. 3p 1 In de uitwerkbijlage bij vraag 1 staat de graaf nogmaals getekend. Daaronder staat een.  Egmond. PADDESTOELEN In het duinengebied van Noord-Holland staan veel wegwijzers in de vorm van een paddestoel. Op zo n paddestoel staan pijlen die de richting naar een bepaalde plaats aangeven. Ook staat daarop

Nadere informatie

Een functie is een kant en klare formule. Via de knop Som in de groep Bewerken van het tabblad Start kun je een aantal veelgebruikte functies kiezen:

Een functie is een kant en klare formule. Via de knop Som in de groep Bewerken van het tabblad Start kun je een aantal veelgebruikte functies kiezen: SAMENVATTING HOOFDSTUK 6 De functies Gemiddelde en Afronding Een functie is een kant en klare formule. Via de knop Som in de groep Bewerken van het tabblad Start kun je een aantal veelgebruikte functies

Nadere informatie

RekenWijzer, uitwerkingen hoofdstuk 2 Gebroken getallen

RekenWijzer, uitwerkingen hoofdstuk 2 Gebroken getallen Uitwerkingen 2. Kennismaken met breuken 2.. Deel van geheel Opdracht B 8 deel. ( deel + 8 deel). Opdracht 2 C 5 deel Opdracht C Driehoek C past in driehoek A. Aangezien driehoek A deel is van de tekening,

Nadere informatie

Extra oefeningen: vergelijkingen en ongelijkheden

Extra oefeningen: vergelijkingen en ongelijkheden Extra oefeningen: vergelijkingen en ongelijkheden 1 3 Controleer of de gegeven reële getallen oplossingen zijn van de bijhorende vergelijking. Vergelijking Gegeven reële getallen a) x 7 = 3 5 en b). x

Nadere informatie

sfeerlichthouders. Daarnaast staat een tekening van het bovenaanzicht van deze figuur.

sfeerlichthouders. Daarnaast staat een tekening van het bovenaanzicht van deze figuur. SFEERLICHT Op de foto hieronder zie je een houder waarin een sfeerlichtje zit Deze sfeerlichthouder heeft de vorm van een prisma met een gelijkzijdige driehoek als grondvlak 2p 1 Op de foto hieronder zie

Nadere informatie