Het ontwikkelen van een gestandaardiseerd assessment meetkunde voor het 6 de leerjaar. Frederik Rosseel. Hanne Van Holderbeke
|
|
- Raphaël Verstraeten
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Het ontwikkelen van een gestandaardiseerd assessment meetkunde voor het 6 de leerjaar Frederik Rosseel Hanne Van Holderbeke
2 INLEIDING Deze bundel bestaat uit twee onderdelen: deel A: de test, deel B: handleiding. Deel A omvat de originele test die ontwikkeld is om de kennis en vaardigheden omtrent meetkunde na te kunnen gaan bij leerlingen van het 6e leerjaar. Deel B omvat de handleiding van de ontworpen test.
3 Deel A: De test
4 Toets meetkunde Naam: Datum: NODIG: een vulpen of balpen, potlood, kleurpotloden (rood, geel, groen en blauw), een gom, slijper, geo-driehoek, een meetlat en een passer. Deze toets bestaat uit 15 vragen. Elke vraag wordt klassikaal met jullie besproken. Als je nog vragen hebt over één of meerdere oefeningen mag je deze tijdens de bespreking stellen. Nadien worden er geen vragen meer gesteld. Iedereen krijgt om te beginnen 1 kladblad. Als je nog een kladblad wil mag je dit steeds vragen door je vinger in de lucht te steken. Je mag zoveel kladbladen gebruiken als je wil. Schrijf wel op elk kladblad je naam en geef al je kladbladen af samen met de toets. Je krijgt voor de hele toets 30 minuten de tijd. Als je na die bepaalde tijd niet klaar bent met één of meerdere oefeningen is dit niet erg, maar je geeft sowieso wel af. Als je het antwoord van één bepaalde vraag niet weet, sla deze dan over zodat je de oefeningen die wel lukken binnen de tijd kan oplossen. Lees de vragen goed en werk nauwkeurig. Heel veel succes! 1
5 1 Kleur in de juiste kleur : driehoeken rood, trapeziums geel, parallellogrammen blauw, rechthoeken groen. 2
6 2 Je bent bezig aan een wandeltocht in de bergen. Het einde is waar de vlag staat. Jij staat op de plaats van het mannetje. Kan je de vlag al zien? Kruis het juiste antwoord aan. O JA O NEE 3
7 3a Kruis het juiste antwoord aan. Een vierkant heeft O vier gelijke zijden en twee rechte hoeken. O vier gelijke zijden en vier rechte hoeken. O vier ongelijke zijden en vier rechte hoeken. Een rechthoek is O altijd een vierkant. O nooit een vierkant. O soms een vierkant. Een ruit heeft O vier gelijke hoeken. O vier ongelijke zijden. O vier gelijke zijden. Een trapezium heeft O één paar zijden. O twee paar zijden. O geen paar zijden. 4
8 3 b Kruis het juiste antwoord aan. Een vierhoek O is altijd een vierkant. O is altijd een rechthoek. O hoeft niet altijd een vierkant of rechthoek te zijn. Een vlakke figuur is O altijd een veelhoek. O soms een vierhoek. O nooit een veelhoek of een vierhoek. 5
9 4 Teken a L b. 6
10 5 Schrijf bij elke foto de juiste naam van de ruimtefiguur die je ziet.... 7
11 6 Schrijf bij elke figuur het juiste aanzicht: bovenaanzicht, achteraanzicht, vooraanzicht, zijaanzicht rechts, zijaanzicht links
12 7 Teken een cirkel met een straal [MN] van 4 centimeter. 9
13 8 Teken de weg van punt A naar punt C via punt B. Je moet ook minstens 1 keer de spoorweg oversteken. A B C 10
14 9 Waar of niet waar? Omcirkel het juiste. Figuur A en figuur C zijn congruent. Figuur B en figuur G zijn gelijkvormig. waar / niet waar waar / niet waar Figuur D en figuur H zijn niet gelijkvormig. waar / niet waar Figuur E en figuur F zijn niet congruent. waar / niet waar A B C D E F G H 11
15 10 Teken : een lijnstuk [AB] c. 12
16 11 Omcirkel alle symmetrische voorwerpen. 13
17 12 Teken een trapezium ABCD met een grote basis van 6 centimeter. 14
18 13 Vul aan. Figuur. heeft minstens 1 stompe hoek. Figuur. heeft enkel scherpe hoeken. Figuur. heeft 1 rechte hoek. Figuur. heeft geen scherpe hoeken hoeken. A B C D 15
19 14 Spiegel de onderstaande figuur. 16
20 15 Teken een hoek van 132. Welk soort hoek is dit? Een.. hoek. 17
21 Deel B: Handleiding
22 HANDLEIDING 1.1 Inleiding Deze handleiding geeft een houvast bij het afnemen en het scoren van de test meetkunde voor het zesde leerjaar. De handleiding werd ontworpen na een korte analyse van de inhoud van de handleidingen van de Kortrijkse Rekentest Revisie (Baudonck, Debusschere, Dewulf, Samyn, Desoete & Revalidatiecentrum Overleie, 2006) en Tedimath (Van Nieuwenhoven, Grégoire & Noël, 2006) Doelstelling Deze test is specifiek ontworpen om objectief de kennis en vaardigheden omtrent meetkunde na te gaan bij leerlingen van het zesde leerjaar Doelgroep Deze test kan afgenomen worden bij alle leerlingen van het zesde leerjaar. De test is gebaseerd op de eindtermen van het lager onderwijs in 2010, en dus mogelijk te gebruiken in alle onderwijskoepels. Bij deze test zijn er richtinggevende percentielscores opgesteld gebaseerd op de resultaten van 100 leerlingen uit Oost-Vlaanderen, afgenomen in januari De test De test bestaat uit 15 vragen. Daarnaast bevat de test ook nog een voorblad, een scoreformulier, een percentieltabel, een correctiesleutel en deze handleiding. Elke vraag staat op een andere pagina, uitgezonderd oefening 3 die verspreid is over twee pagina s. Zo is het gemakkelijk om het overzicht te bewaren. De totale test (inclusief voorblad) telt 17 pagina s.
23 1.3 Afname van de test Totale duur afname: minuten Duur test: 30 minuten Deze test kan zowel individueel als in groep worden afgenomen. Lokaal: een rustige ruimte waarbij er zo min mogelijk storende externe factoren zijn. In het lokaal moeten ook eventuele externe hulpmiddelen m.b.t. meetkunde, bijvoorbeeld foto s van de verschillende ruimtefiguren, afgedekt of weggehaald worden. Het gebruik van individuele hulpkaarten is ook niet toegestaan. Benodigdheden onderzoeker: kopijen van de test, eventueel deze handleiding, kladpapier voor elke leerling Benodigdheden voor de leerling: een vulpen of balpen, potlood, kleurpotloden (rood, geel, groen en blauw), een gom, slijper, geo-driehoek, een meetlat en een passer. Opmerking: Het is belangrijk om de instructies nauwkeurig op te volgen. Anders kunnen de resultaten niet gebruikt worden om de percentielscore te bepalen, en dus de test te vergelijken Algemene instructies Er wordt aan de kinderen meegegeven dat ze 30 minuten de tijd krijgen om de test op te lossen. Deze tijd start na het overlopen van de vragen en het eventueel beantwoorden van vragen. Het nodige materieel wordt overlopen, en vervolgens krijgen de kinderen de tijd om alles klaar te leggen. Bij afname in groep worden er mappen geplaatst tussen de kinderen indien de ruimte te beperkt is om elke kind op voldoende afstand van elkaar te laten zitten. Zoals eerder al vermeld worden alle hulpmiddelen afgedekt of verwijderd. De testexemplaren worden uitgedeeld (met de voorpagina als eerste pagina) samen met een kladblad. Elke leerling mag gedurende de test zoveel kladbladen gebruiken als gewenst. Als het kind een testexemplaar heeft gekregen, dan vult hij/zij naam en datum in op de voorpagina van de test. Indien de test in groep wordt afgenomen dan worden er afspraken gemaakt rond het indienen.
24 Vervolgens worden de vragen overlopen. De leidraad hiervoor is beschreven in Specifieke instructies. Indien een kind een vraag heeft mag hij/zij deze stellen. Na het ingaan van de 30 minuten mogen er geen vragen meer gesteld worden. Indien een kind nog een kladblad wenst steekt hij/zij zijn vinger in de lucht. Afhankelijk van de soort vraag wordt er al dan niet een antwoord gegeven op de vraag. Indien de test recto verso is gekopieerd, dan wordt dit eerst specifiek vermeld. Daarnaast wordt meegegeven dat rechts onderaan de paginanummers staan Specifieke instructies De instructies hieronder beschreven zijn bedoeld om op te volgen tijdens het overlopen van de oefeningen en het starten van de test. Per oefening zijn er specifieke instructies. Bij verschillende oefeningen zijn deze gelijklopend, maar bij andere oefeningen zijn er duidelijk verschillen. Instructies die letterlijk moeten worden gezegd zijn aangegeven in het cursief. Bij enkele oefeningen worden ook mogelijke vragen van kinderen beschreven, gebaseerd op de testafnames bij 100 leerlingen in eind januari begin februari 2013 te Oost-Vlaanderen. Op deze vragen is er een standaardantwoord geformuleerd. Het zijn dus vragen die wel mogen beantwoord worden. Bij enkele oefeningen wordt ook aangegeven welke soort vragen niet mogen beantwoord worden. Bij elke oefening wordt eerst de opgave luidop voorgelezen, tenzij anders vermeld. De opgave mag indien nodig maximaal drie keer volledig herhaald worden Oefening 1 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Theoretische vragen worden niet beantwoord. Mogelijke vragen en standaardantwoorden: Moeten de vierkanten ook gekleurd worden? Kleur alle figuren die opgesomd zijn. Als er verschillende figuren zijn die samen bijvoorbeeld een rechthoek vormen, moet deze dan nogmaals apart ingekleurd worden? Nee, je moet enkel de individuele figuren inkleuren Oefening 2 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn.
25 Oefening 3 De opgave wordt luidop voorgelezen. Alle vragen met mogelijke antwoorden worden ook luidop voorgelezen. Er wordt ook vermeld dat er steeds maar één antwoord correct is. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 4 Teken wat er gevraagd wordt. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Vragen over wat de letters en/of symbolen betekenen worden niet beantwoord Oefening 5 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 6 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 7 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 8 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Vragen omtrent dingen die duidelijk worden door het lezen van de legende, bijvoorbeeld vragen wat de spoorweg is, worden niet beantwoord. Mogelijke vragen en standaardantwoorden: Loopt de weg in Punt B door? Nee, deze weg stopt Oefening 9 De opgave wordt luidop voorgelezen. Voor de term congruentie mag het synoniem gelijkheid gebruikt worden. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn.
26 Oefening 10 Teken wat er gevraagd wordt. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Vragen over wat de letters en/of symbolen betekenen worden niet beantwoord Oefening 11 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Het begrip symmetrie mag niet worden uitgelegd Oefening 12 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 13 De opgave wordt luidop voorgelezen. Vervolgens wordt verteld dat het dus de bedoeling is dat de leerlingen de juiste letter van de figuur moeten invullen bij de vragen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn Oefening 14 De opgave wordt luidop voorgelezen. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn. Vragen omtrent het begrip spiegeling worden niet beantwoord Oefening 15 De opgave wordt luidop voorgelezen. Het symbool mag uitgesproken worden als graden. Nadien wordt gevraagd of er vragen zijn.
27 Na het overlopen van alle oefeningen wordt een laatste keer gevraagd of er vragen zijn. Indien ja, worden deze al dan niet beantwoord. Vervolgens wordt er vermeld dat ze niet moeten blijven vastzitten bij één oefening, maar dan beter verdergaan naar een andere oefening die ze misschien wel kunnen oplossen. Tot slot wordt er succes gewenst. Nadien starten de 30 minuten. Indien een leerling klaar is, dan dient hij/zij de test in. Als de leerlingen 15 minuten en 25 minuten bezig zijn, dan wordt deze tijd doorgegeven zodat de leerlingen zich ongeveer een beeld kunnen vormen hoeveel tijd hij/zij nog heeft. Op 30 minuten wordt gevraagd om af te ronden en in te dienen. 1.4 Score Verbeter de test aan de hand van de correctiesleutel (zie 1.4.1). Verder (zie Tabel scores) wordt een tabel weergegeven met hoe oefening per oefening gescoord wordt. De test staat in totaal op 100 punten. Vul alle deelscores in op het scoreformulier (zie Scoreformulier). Om de ruwe score te bekomen tel je alle punten per oefening op. Als de ruwe score berekend is kan het percentiel berekend worden aan de hand van de percentieltabel (zie Percentielscores). Zoek de ruwe score in de tabel, en kijk rechts welk percentiel erbij staat. Zo hebt u de percentielscore en kan het resultaat vergeleken worden zodat er een beeld gevormd wordt in hoeverre het kind van het 6e leerjaar de kennis en vaardigheden van meetkunde bezit. Het percentiel geeft namelijk weer waar het kind staat in een rangorde van 100 kinderen. Hoe hoger het percentiel, hoe beter de score.
28 1.4.1 Correctiesleutel
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43 1.4.2 Tabel scores Hieronder wordt in een tabel weergeven hoe elke oefening gescoord moet worden. De totale test staat op 100 punten. Bij tekenoefeningen wordt er één punt afgetrokken per afwijking van twee millimeter. Er worden geen punten afgetrokken indien er een afwijking is van één millimeter. Oefening Maximum Uitleg over scoring aantal punten per oefening punt per 2 juiste antwoorden 2 4 juist = 4 punten punten per juiste oplossing benoemen: 1 punt - tekenen rechte: 2 punten - a loodrecht op b: 2 punten punten per juiste oplossing punten per juiste oplossing tekenen cirkel: 2 punten - benoemen: 1 punt - straal 4 centimeter: 2 punten over spoorweg: 2 punten - langs punt B: 2 punten - 1 weg naar eindpunt C: 2 punten punten per juiste oplossing lijnstuk tekenen: 2 punten - rechte tekenen: 2 punten - benoemen: 2 punten (rechte + lijnstuk) - evenwijdig: 2 punten punt per juiste oplossing trapezium? Ja: verder scoren Nee: 0 punten - tekenen trapezium: 3 punten - benoemen: 1 punt - basis 6 cm: 1 punt punt per juiste oplossing punt per juist gespiegeld onderdeel (5) - nauwkeurigheid (met lat o.a.): 1 punt soort hoek correct ingevuld: 1 punt - hoek 132 getekend: 4 punten - OF hoek 133 of 131 getekend: 3 punten - OF hoek 134 of 130 getekend: 2 punten - OF hoek 135 of 129 getekend: 1 punt Tabel 1: Score oefeningen
44 1.4.3 Scoreformulier Hieronder is een blanco scoreformulier toegevoegd. Bij het verbeteren van de test kan dit formulier gebruikt worden om de scores in te vullen, en de eindscore te berekenen. Er is ook ruimte voorzien om eventuele opmerkingen en observatiegegeven te noteren. Oef. Punten Max. aantal punten 1 8 Eindterm 3.2 De leerlingen kunnen op basis van volgende eigenschappen meetkundige objecten herkennen en benoemen: - in het vlak: [ ] vlakke figuren (driehoeken, vierhoeken, cirkels); - - in de ruimte: veelvlakken (kubus, balk, piramide) en bol en cilinder. 3.4 De leerlingen kunnen [ ] de verschillende soorten vierhoeken classificeren op grond van zijden en hoeken [ ] De leerlingen zijn in staat: [ ] zich in de ruimte mentaal te verplaatsen en te verwoorden wat ze dan zien De leerlingen kunnen op basis van volgende eigenschappen meetkundige objecten herkennen en benoemen: - in het vlak: [ ] vlakke figuren (driehoeken, vierhoeken, cirkels) [ ]. 3.3 De leerlingen kunnen de symbolen (van de loodrechte stand en) van de evenwijdigheid lezen en noteren De leerlingen kunnen de symbolen van de loodrechte stand (en van de evenwijdigheid) lezen en noteren De leerlingen kunnen op basis van volgende eigenschappen meetkundige objecten herkennen en benoemen: [ ] - in de ruimte: veelvlakken (kubus, balk, piramide) en bol en cilinder De leerlingen kunnen begrippen en notaties waarmee de ruimte meetkundig wordt bepaald aan de hand van concrete voorbeelden verklaren De leerlingen kunnen met een passer een cirkel tekenen De leerlingen zijn in staat: - zich ruimtelijk te oriënteren op basis van plattegronden, kaarten, foto s en gegevens over afstand en richting. [ ]
45 De leerlingen kunnen de begrippen symmetrie, gelijkvormigheid en gelijkheid ontdekken in de realiteit. [ ] 3.2 De leerlingen kunnen op basis van volgende eigenschappen meetkundige objecten herkennen en benoemen: - in het vlak: punten, lijnen, [ ]. 3.3 De leerlingen kunnen de symbolen (van de loodrechte stand en) van de evenwijdigheid lezen (en noteren). 3.6 De leerlingen kunnen de begrippen symmetrie, gelijkvormigheid en gelijkheid ontdekken in de realiteit [ ]. 3.4 De leerlingen kunnen de verschillende soorten hoeken classificeren en de verschillende soorten vierhoeken classificeren op grond van zijden en hoeken. Zij kunnen deze ook concreet vormgeven. 3.4 De leerlingen kunnen de verschillende soorten hoeken classificeren. [ ] 3.6 De leerlingen kunnen de begrippen symmetrie, gelijkvormigheid en gelijkheid ontdekken in de realiteit. Ze kunnen zelf eenvoudige geometrische figuren maken. 3.4 De leerlingen kunnen de verschillende soorten hoeken classificeren [ ]. Zij kunnen deze ook concreet vormgeven. Totaal 100 Opmerkingen en observaties:
46 1.4.4 Percentielscores Hieronder staat een tabel met algemene en richtinggevende percentielscores. Na het verbeteren van de test is het dus mogelijk om het resultaat van de leerling te gaan vergelijken. Deze richtinggevende percentielscores zijn opgesteld aan de hand van resultaten van 100 leerlingen uit het gewoon lager onderwijs te Oost-Vlaanderen (eind januari - begin februari 2013). Ruwe score op 100 Percentiel
47 < 50 1 Tabel 2: Percentielen
48 1.5 Referenties Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming & Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming. (2010). Ontwikkelingsdoelen en eindtermen voor het gewoon basisonderwijs. Brussel: Enschedé - Van Muysewinkel. Baudonck, M., Debusschere, A., Dewulf, B., Samyn, F., Desoete, A. & Revalidatiecentrum Overleie. (2006). Kortrijkse Rekentest Revisie: handleiding. Kortrijk. Van Nieuwenhoven, C., Grégoire, J., Noël, M.P. (2006). Tedi-math (testprotocol). Parijs.
handleiding pagina s 434 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 12: bladzijde Werkboek
week 13 les 5 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 434 tot 443 nuttige informatie 1 Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina s 374 en 375: vierhoeken pagina 376: eigenschappen van diagonalen in vierhoeken
Nadere informatiehandleiding pagina s 1005 tot 1015 1 Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 122, 147, 150 en 156 5 Cd-rom
week 32 les 2 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 1005 tot 1015 nuttige informatie 1 Handleiding 11 Kopieerbladen pagina 812: gelijkvormig / vervormen pagina 813: patronen pagina 814: kubus pagina
Nadere informatiehandleiding pagina s 965 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 117, 123, 129, 140 en Cd-rom
week 32 les 2 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 95 tot 974 nuttige informatie 1 Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram pagina 754: puzzel geometrische figuren pagina 837: diverse gezichtspunten
Nadere informatieMEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN
120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een
Nadere informatieRuimtelijke oriëntatie: plaats en richting
Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting 1 Lijnen en rechten Hoe kunnen lijnen zijn? gebogen of krom gebroken recht We onthouden: Een rechte is een rechte lijn. c a b Een rechte heeft geen begin- en
Nadere informatieA. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen
A. Cooreman Ink ijke xe mp la ar MV 3D volume, constructies en problemen Leerjaar kk Groep 2 Remediëring 1 3 2 3 Naam: D/201/13280/ ISBN 9 7892 18 i.s.m 7 8 Klas: digitaal Legende iconen Leer dit vanbuiten.
Nadere informatieMEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN
120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN een rechte lijn A het punt A a de rechte a een kromme lijn of een kromme een gebroken lijn a A b a B het lijnstuk [AB] evenwijdige rechten a // b een plat oppervlak of een
Nadere informatieLes 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.
WERKBOEK 3 Meetkundige begrippen Les 11 Dit kan ik al! Ik ken verschillende soorten lijnen. Ik weet wat een punt en een lijn is en kan die tekenen en noteren. Ik kan van een figuur zeggen of het een driehoek,
Nadere informatiehandleiding pagina s 241 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 59: wandelplannen pagina 60: grondplannen constructies 2 Werkboek
week 8 les 5 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 2 tot 29 nuttige informatie Handleiding. Kopieerbladen pagina 59: wandelplannen pagina 60: grondplannen constructies.2 Huistaken huistaak 5: bladzijde
Nadere informatieHerhalingsles 3 Meetkunde Weeroefeningen
HB13 Herhalingsles 3 Meetkunde Weeroefeningen 1 MK 1 Help Weeroefeningen de kunstenaar bij het versieren van zijn schilderij Kleur alle vierkanten geel Kleur alle rechthoeken die geen vierkant zijn rood
Nadere informatiehandleiding pagina s 687 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram 2 Werkboek 3 Posters
week 22 les 4 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 687 tot 695 nuttige informatie 1 Handleiding 11 Kopieerbladen pagina 444: tangram 12 Huistaken huistaak 14: bladzijde 445 (vierhoeken tekenen)
Nadere informatieBRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN
BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN Brugpakket 8: Vlakke figuren 1 Vlakke figuren 1.1 Vlakke figuren: Veelhoeken en niet-veelhoeken Een veelhoek is enkel begrensd door rechte lijnen. OEFENING Zet een kruisje
Nadere informatieHerhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen
Herhalingsles Meetkunde Weeroefeningen HB. MK Kruis aan wat juist is. Deze figuur is een vierhoek, maar geen vierkant. een vierkant, maar geen ruit. een ruit, maar geen vierkant. een vierkant en een ruit.
Nadere informatieHerhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen
Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen HB1.5 1 Teken de vierhoek die aan de opgesomde eigenschappen voldoet. Geef de best passende naam. eigenschappen teken best passende naam vier gelijke vier rechte
Nadere informatieSteekkaart: nummer 5W
Steekkaart: nummer 5W Onderwerp Ruimtefiguren herkennen in voorwerpen in de klas en hun eigenschappen benoemen Leeftijd/Doelgroep 5 e leerjaar Leergebied Wiskunde Organisatie Tijdsduur 50 minuten Beschrijving
Nadere informatieWISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR
WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR Getallenkennis: getalbegrip 1. Noteer het getal: 5D 2H 6HD 7t 9d 2. Noteer het getal: MMXVIII Getallenkennis: werken met gegevens 3. Hoeveel maanden
Nadere informatieHoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN
1 / 6 H2 Vlakke figuren Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN 1. Wat moet ik leren? (handboek p. 46-74) 2.1 Herkennen van vlakke figuren In verband met een veelhoek: a) een veelhoek op de juiste wijze benoemen.
Nadere informatiePARATE KENNIS & VAARDIGHEDEN WISKUNDE 1 STE JAAR 1. TAALVAARDIGHEID BINNEN WISKUNDE. a) Begrippen uit de getallenleer ...
PARATE KENNIS & VAARDIGHEDEN WISKUNDE 1 STE JAAR 1. TAALVAARDIGHEID BINNEN WISKUNDE a) Begrippen uit de getallenleer Bewerking optelling aftrekking vermenigvuldiging Symbool deling : kwadratering... machtsverheffing...
Nadere informatieGecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen. Instap. Een opgave uit de oefentoets:
Gecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen Instap Een opgave uit de oefentoets: Van welke verpakkingen is de vorm een prisma? A. Pak spaghetti blikje chocomel doosje
Nadere informatieEindtermen wiskunde. 1. Getallen. Nr. Eindterm B MB NB Opm. B = behaald MB = meer behaald NB = niet behaald Opm. = opmerking
Eindtermen wiskunde B = behaald MB = meer behaald NB = niet behaald Opm. = opmerking 1. Getallen 1.1 Tellen en terugtellen met eenheden, tweetallen, vijftallen en machten van tien 1.2 Functies van natuurlijke
Nadere informatieActualisering leerplan wiskunde Eerste graad A-stroom. Deel 2 Meetkunde
Actualisering leerplan wiskunde Eerste graad A-stroom Deel 2 Meetkunde Sessie 5 Begeleiding wiskunde Leerplancommissie wiskunde VVKSO Stuurgroep Hilde De Maesschalck, Maggy Van Hoof, Philip Bogaert, Michel
Nadere informatieHoofdstuk 4: HOEKEN. 4.5 Overstaande hoeken, aanliggende hoeken en nevenhoeken
1-10 H4.Hoeken Hoofdstuk 4: HOEKEN 1. Wat moet ik leren? (handboek p. 144 170) 4.1 Hoeken Op de tekening van een hoek de benen, het hoekpunt en het binnengebied herkennen en benoemen. De definities van
Nadere informatieSoorten lijnen. Soorten rechten
Soorten lijnen ik zeg ik teken ik noteer ik weet een punt A A een rechte a a Een rechte heeft geen begin- en eindpunt. een halfrechte [A een halfrechte heeft B] een beginpunt of een eindpunt een lijnstuk
Nadere informatieBlok 7 MK vraag 1: een oplossing voor een ruimtelijk probleem vinden
Blok 7 MK vraag : een oplossing voor een ruimtelijk probleem vinden Een oplossing voor een ruimtelijk probleem vinden omtrek vierkant rechthoek parallellogram driehoek zijden of 4 z zijden of 2 (b + h)
Nadere informatie1. Ik kan vormen en figuren herkennen en gebruiken met bijbehorende wiskundige vaktaal.
LEERLIJN WISKUNDE VMBO-BKTG (Leerjaar 1-periode 1) VMBO BKTG LJ1 Vmbo BKTG Periode 1 Wat ga ik leren? Wanneer? Welke inhoud heb ik nodig? Wat ga ik doen om dit te leren? Hoe bewijs ik dat ik dit geleerd
Nadere informatieVOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX LEERJAAR 6 WISKUNDE
VOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX LEERJAAR 6 WISKUNDE P. 02-03 Metend Rekenen PROESSOR SUPERICIE De leerlingen berekenen de oppervlakte van een balk, kubus, cilinder. P. 0-05 Bewerkingen CIJERSLAG De leerlingen
Nadere informatieHoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren
Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren 141 Eventjes herhalen : Wat is een homothetie? h (o,k) : Een homothetie met centrum o en factor k Het beeld van een punt Z door de homothetie met centrum O en factor
Nadere informatieHandig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde
Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Erratum Meetkunde Je vindt hier de correcties voor Handig met getallen 4 (ISBN: 978 94 90681 005). Deze correcties zijn ook bedoeld voor het Rekenwerkboek
Nadere informatieMeten en Meetkunde 3. Doelgroep Meten en Meetkunde 3. Omschrijving Meten en Meetkunde 3
Meten en Meetkunde 3 Meten en Meetkunde 3 besteedt aandacht aan het onderhouden en uitbreiden van de basisvaardigheden van het rekenen met maten, oppervlaktes en inhouden, coördinaten en assenstelsels,
Nadere informatiewerkschrift driehoeken
werkschrift driehoeken 1 hoeken 11 Rangschik de hoeken van klein naar groot. 14 b Teken een lijn l met daarop een punt A. Teken met je geodriehoek een lijn die l loodrecht snijdt in A. c Kies een punt
Nadere informatieWiskunde C vwo. Workshop Noordhoff wiskundecongres 19 november 2015 Jan Dijkhuis en Sabine de Waal. Programma
Wiskunde C vwo Workshop Noordhoff wiskundecongres 19 november 2015 Jan Dijkhuis en Sabine de Waal Programma 1. Vorm en ruimte in Getal & Ruimte 2. Logisch redeneren in Getal & Ruimte 1. Examenprogramma
Nadere informatie1. INLEIDING... 3 2. PERSPECTIEVEN... 4 3. PROJECTIEMETHODEN... 8 4. AANZICHTEN TEKENEN... 10 5. PERSPECTIEF TEKENEN... 14 6. BRONVERMELDING...
1. INLEIDING... 3 2. PERSPECTIEVEN... 4 3. PROJECTIEMETHODEN... 8 4. AANZICHTEN TEKENEN... 10 5. PERSPECTIEF TEKENEN... 14 6. BRONVERMELDING... 22 Leerplandoelstellingen Perspectieftekenen 9. De afgewerkte
Nadere informatieTussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo
Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo Domein A: Inzicht en handelen Subdomein A1: Vaktaal wiskunde 1. vmbo passende vaktaal voor wiskunde herkennen en gebruiken voor het ordenen van het eigen denken
Nadere informatieZESDE KLAS MEETKUNDE
ZESDE KLAS MEETKUNDE maandag 1. Het vierkant. Eigenschappen. 2. Vierkanten tekenen met passer en lat vanuit zeshoek 3. Vierkanten tekenen met passer en lat binnen cirkel 4. Vierkanten tekenen met passer
Nadere informatieREKENEN. Les Probleemoplossend Rekenen. Hoofdstuk 13 -
REKENEN Les 2.3.7 Probleemoplossend Rekenen Hoofdstuk 13 - VANDAAG Studiewijzer Terugblik Probleemoplossend Rekenen Tijd om te oefenen Opgaven Proefexamen STUDIEWIJZER 2.3.2 Lengte en Oppervlakte 2.3.3
Nadere informatieThema 02 a: Meetkunde 1 vmbo-b12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/56945
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 24 mei 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/56945 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van
Nadere informatieoefenbundeltje voor het vijfde leerjaar
oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar bevat: werkbladen uit de map van Wibbel bij Rekensprong Plus, aansluitend bij de wiskundeopdrachten op de poster; de correctiesleutel bij deze werkbladen. Meer informatie
Nadere informatieWillem-Jan van der Zanden
Enkele praktische zaken: Altijd meenemen een schrift met ruitjespapier (1 cm of 0,5 cm) of losse blaadjes in een map. Bij voorkeur een groot schrift (A4); Geodriehoek: Deze kun je kopen in de winkel. Koop
Nadere informatieDomein A: Inzicht en handelen
Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo Preambule Domein A is een overkoepeld domein dat altijd in combinatie met de andere domeinen wordt toegepast (of getoetst). In domein A wordt benoemd: Vaktaal: het
Nadere informatieMeten en Meetkunde 2. Doelgroep Meten en Meetkunde 2. Omschrijving Meten en Meetkunde 2
Meten en Meetkunde 2 Muiswerk Meten en Meetkunde 2 besteedt aandacht aan de uitbreiding van de basisvaardigheden van het rekenen met maten, oppervlaktes en inhouden, en coördinaten. In niveau 2 komen de
Nadere informatieNaam:... Nr... SPRONG 6
Naam:... Nr.... SPRONG 6 G 1 Percenten a Bereken het percent. Schrijf de tussenuitkomsten op. 5 % van 500 = van 500 = x = 15 % van 200 = van 200 = x = 4 % van 2 000 = van 2 000 = x = 10 % van 700 = van
Nadere informatieMeten en Meetkunde 3. Doelgroep Meten en Meetkunde 3. Omschrijving Meten en Meetkunde 3
Meten en Meetkunde 3 Meten en Meetkunde 3 besteedt aandacht aan het onderhouden en uitbreiden van de basisvaardigheden van het rekenen met maten, oppervlaktes en inhouden, coördinaten en assenstelsels,
Nadere informatieHoofdstuk 4: Meetkunde
Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen Assenstelsel Lineair
Nadere informatieVlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig
Vlakke Meetkunde Les 1 Congruentie en gelijkvormig (Deze les sluit aan bij het paragraaf 1 van Vlakke Meetkunde van de Wageningse Methode. Vlakke Meetkunde kun je downloaden vanaf de site van de Open Universiteit.
Nadere informatie1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde
Junior Wiskunde Olympiade 008-009: tweede ronde ( 7) = (A) 7 (B) 7 (C) 7 of + 7 (D) 7 (E) onbepaald Beschouw de rij opeenvolgende natuurlijke getallen beginnend met en eindigend met Wat is het middelste
Nadere informatieGEOGEBRA 6 IN DE eerste graad B
GEOGEBRA 6 IN DE eerste graad B Heel tof? R. Van Nieuwenhuyze Oud-hoofdlector wiskunde aan Odisee, Brussel Auteur Van Basis tot Limiet en van Nando roger.van.nieuwenhuyze@gmail.com Roger Van Nieuwenhuyze
Nadere informatieHandleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar)
www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 3.11 (einde derde leerjaar / begin vierde leerjaar) Algemene instructies - De toets dient afgenomen te worden bij de ganse klasgroep.
Nadere informatieStap 1: Ga naar Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden.
Stap 1: Ga naar www.wiskundewereld.be/bzl-ruimtemeetkunde.html Stap 2: Klik rechts op de witte knop. Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden. Stap 4: Links zie je waar je je in
Nadere informatieWiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde
Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde Vierhoeken Vierkant Rechthoek Parallellogram Ruit Trapezium Vlieger Vierhoek 1. Vierkant zijde zijde Een vierkant is een vierhoek met vier rechte hoeken én vier
Nadere informatieDE basis WISKUNDE VOOR DE LAGERE SCHOOL
Inhoud GETALLENKENNIS 13 1 Getallen 13 2 Het decimale talstelsel 14 3 Breuken 16 Begrippen 16 Soorten breuken 16 Een breuk vereenvoudigen 17 4 Breuken, percenten, kommagetallen 18 Breuk omzetten in een
Nadere informatieWiskunde-onderdeel Meetkunde november Cijfer=aantal behaalde punten : 62 x Pagina 1 van 7. Vestiging Westplas Mavo
Vestiging Westplas Mavo vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S05 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten : 62 punten cesuur : 31 punten toetsvorm : Schriftelijk hulpmiddelen :Geodriehoek,
Nadere informatieNaam:... Datum:... 36 + 12 =. 2 x 15 =. 47 + 43 =. 4 x 12 =. 25 + 11 =. 6 x 7 =. 38-16 =. 100 : 4 =. 17-6 =. 36 : 6 =.
Opvraging Wiskunde W1 36 + 12 =. 2 x 15 =. 47 + 43 =. 4 x 12 =. 25 + 11 =. 6 x 7 =. 38-16 =. 100 : 4 =. 17-6 =. 36 : 6 =. 2 Goed lezen en oplossen. Ik koop in de supermarkt een krant (80 cent), een brood
Nadere informatieNovum, wiskunde LTP leerjaar 1. Wiskunde, LTP leerjaar 1. Vak: Wiskunde Leerjaar: 1 Onderwerp: In de Ruimte H1 Kerndoel(en):
Wiskunde, LTP leerjaar 1 Onderwerp: In de Ruimte H1 26 De leerling leert te werken met platte en ruimtelijke vormen en structuren, leert daarvan afbeeldingen te maken en deze te interpreteren, en leert
Nadere informatieDE basis. Wiskunde voor de lagere school. Jeroen Van Hijfte en Nathalie Vermeersch. Leuven / Den Haag
DE basis Wiskunde voor de lagere school Jeroen Van Hijfte en Nathalie Vermeersch Acco Leuven / Den Haag Inhoud GETALLENKENNIS 13 1 Getallen 13 2 Het decimale talstelsel 14 3 Breuken 16 Begrippen 16 Soorten
Nadere informatieTaak na blok 5 les 1 TAAK 33
Taak na blok 5 les TAAK Naam: Klas: Datum: Klasnummer: Bekijk de blokkenbouwsels. Teken bij elk bouwsel het vooraanzicht, de zijaanzichten en het bovenaanzicht. Er zijn geen blokken verborgen. vooraanzicht
Nadere informatieCool 2.3 Oppervlakte en volumematen
A. Cooreman & M. Bringmans Ink ijke xe mp la ar Cool 2.3 Oppervlakte en volumematen B-stroom vmbo 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6 Versie oktober 2013 Naam: ISBN 9 789462 560550 i.s.m Versie oktober 2013 Klas:
Nadere informatie4 Jaarplan. 1 Leerplan
Formule 1_Handleiding.indb 9 1/07/15 13:50 9 4 Jaarplan 1 Leerplan Het jaarplan is opgesteld volgens het leerplan VVKSO BRUSSEL D/2011/7841/021. De nummers van de doelstellingen in het jaarplan verwijzen
Nadere informatieaantal evaluatielessen
Jaarplanning Rekensprong Plus Rekensprong Plus heeft voor elk leerjaar een eenduidig jaarwerkplan. Elk werkschriftje van Rekensprong Plus overspant een periode tussen twee schoolvakanties werkschrift a
Nadere informatieGEOGEBRA 5. Ruimtemeetkunde in de eerste graad. R. Van Nieuwenhuyze. Oud-hoofdlector wiskunde aan Odisee, lerarenopleiding Brussel
GEOGEBRA 5 Ruimtemeetkunde in de eerste graad R. Van Nieuwenhuyze Oud-hoofdlector wiskunde aan Odisee, lerarenopleiding Brussel Auteur Van Basis tot Limiet en auteur van Nando. roger.van.nieuwenhuyze@gmail.com
Nadere informatieHoe groot is de kans?
Hoe groot is de kans? 1 Met een witte en een grijze dobbelsteen gooien en het product maken Wat denk jij spontaan? Noteer je antwoord in de denkballon Welke producten zijn er allemaal mogelijk als je met
Nadere informatietoetswijzer wiskunde curriculumdifferentiatie 6de leerjaar *De waarde van natuurlijke getallen en kommagetallen, bv = 8 D + 5 H + 6 T + 0 E
toetswijzer wiskunde curriculumdifferentiatie 6de leerjaar naam:... Getallenkennis *De waarde van natuurlijke getallen en kommagetallen, bv. 8 560 = 8 D + 5 H + 6 T + 0 E *Getallen in de positietabel noteren
Nadere informatiepercent = procent per cent betekent per 100.
Taak na blok 4 les TAAK 5 Naam: Klas: Datum: Klasnummer: Tip! Percenten G/B 4 percent = procent per cent betekent per 00 45 % is 45 per 00 45 van de 00 45 op 00 45 00 00 % is geheel 50 % is de helft 5
Nadere informatieWiskunde Opdrachten Vlakke figuren
Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren Opdracht 1. Teken in de figuren hieronder alle symmetrieassen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. Opdracht 2. A. Welke
Nadere informatie2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]
2.1 Cirkel en middelloodlijn [1] Hiernaast staat de cirkel met middelpunt M en straal 2½ cm In het kort: (M, 2½ cm) Op de zwarte cirkel liggen alle punten P met PM = 2½ cm In het rode binnengebied liggen
Nadere informatieOnderzoeksfiche nr. e00690.pdf. 1. Referentie
1. Referentie Referentie Gielen, S., Willem, L., De Meyst, M., Beringhs, S., Luyten, B. (2009). Peiling wiskunde in de eerste graad van het secundair onderwijs B-stroom - Eindrapport. Leuven: K.U.Leuven,
Nadere informatieActualisering leerplan eerste graad - Deel meetkunde / 2 Bijlage p. 83
Actualisering leerplan eerste graad - Deel meetkunde / 2 Bijlage p. 83 Bijlage p. 84 Actualisering leerplan eerste graad - Deel meetkunde / 2 Actualisering leerplan eerste graad - Deel meetkunde / 2 Bijlage
Nadere informatie2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de getallenas. nr. 8
Toetswijzer extra Naam : Klasnr: Getallenkennis 1 Noteer de getallen met cijfers nrs 6,7,19,en 20 5,9 miljoen vierhonderd en tien duizendste 2 Noteer de letter die de plaats aanduidt van het getal op de
Nadere informatieOefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3
Oefentoets Versie A Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (017/018) Periode: 3 Opmerkingen vooraf: Het gebruik van een rekenmachine en een tabellenboekje is toegestaan. Geef je antwoord alljd
Nadere informatieaantal evaluatielessen
Jaarplanning Rekensprong Plus Rekensprong Plus heeft voor elk leerjaar een eenduidig jaarwerkplan. Elk werkschriftje van Rekensprong Plus overspant een periode tussen twee schoolvakanties werkschrift a
Nadere informatieJAARPLANNING ZO GEZEGD, ZO GEREKEND - 5 leerjaar pag. 1 / 10
JAARPLANNING ZO GEZEGD, ZO GEREKEND - 5 leerjaar pag. 1 / 10 Op basis van 5 wiskundelessen per week Week 44: herfstvakantie Week 52 en 1: Kerstvakantie Week 10: krokusverlof Week 15 en 16: Paasvakantie
Nadere informatieRekensprong 5 boek A. Getallenkennis boek A sprong 1, 2 en 3
Rekensprong 5 boek A Getallenkennis boek A sprong 1, 2 en 3 Sprong 1 les 2 natuurlijke getallen tot 100 000 Sprong 1 les 6 kommagetallen Sprong 2 les 14 de breuk als operator Sprong 2 les 19 de breuk als
Nadere informatie3.1 Soorten hoeken [1]
3.1 Soorten hoeken [1] Let op: Een lijn heeft geen eindpunt; Een halve lijn heeft één eindpunt Een lijnstuk heeft twee eindpunten; Het plaatje is een bovenaanzicht; De persoon kan het gedeelte binnen de
Nadere informatieKernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde
Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde Aanzicht Een ruimtelijk figuur kun je van verschillende kanten bekijken, je noemt dat aanzichten. Er zijn 5 aanzichten: Vooraanzicht (van voren).
Nadere informatieLijnen van betekenis meetkunde in 2hv
Lijnen van betekenis meetkunde in 2hv Docentenhandleiding bij de DWO-module Lijnen van betekenis Deze handleiding bevat tips voor de docent bij het gebruiken van de module Lijnen van betekenis, een module
Nadere informatieHoofdstuk 2 boek 1 havo b Oppervlakte en inhoud.
Hoofdstuk boek havo b Oppervlakte en inhoud.. Vlakke figuren, oppervlakte.. Het halve cirkeltje boven past precies in het halve cirkeltje onder, dan komt er een rechthoek met breedte en lengte 4 + + +
Nadere informatie8.1 Inhoud prisma en cilinder [1]
8.1 Inhoud prisma en cilinder [1] Een prisma heeft twee evenwijdige grensvlakken. Een grondvlak en een bovenvlak. De andere grensvlakken zijn rechthoeken. De hoogte van de prisma is de lengte van de opstaande
Nadere informatieDag van de wiskunde. Ideeën voor de klaspraktijk. Kortrijk 26 november Spreker: E. Jennekens
Dag van de wiskunde Kortrijk 26 november 2009 Ideeën voor de klaspraktijk Spreker: E. Jennekens 1. De provincie West-Vlaanderen is 3144 km² groot. Kun je de hele wereldbevolking, 6,7 miljard, verwelkomen
Nadere informatieWETENSCHAPPELIJK TEKENEN
WETENSCHAPPELIJK TEKENEN TWEEDE GRAAD TSO TECHNIEK-WETENSCHAPPEN COMPLEMENTAIR LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS VVKSO BRUSSEL (Vervangt leerplan D/1998/0279/021A vanaf 1 september 2013) Vlaams Verbond van
Nadere informatieA 1 Welke vorm? tent tennisbal beker notitieblok ijshoorntje baksteen. Voorwerpen uit de omgeving
A Welke vorm? ** Voorwerpen uit de omgeving ekijk de afgebeelde voorwerpen. Welke geometrische (meetkundige) vormen kun je ontdekken? Zet de juiste letters in de tabel. Welk woord ontstaat er? U U J K
Nadere informatieInstructie taakspecifieke vragenlijst + observatie
Instructie taakspecifieke vragenlijst + observatie In tegenstelling tot de eerste vragenlijst is het doel van de taakspecifieke vragenlijst niet om over verschillende leersituaties heen het zelfregulerend
Nadere informatieAntwoordmodel - Vlakke figuren
Antwoordmodel - Vlakke figuren Vraag 1 Verbind de termen met de juiste definities. Middelloodlijn Gaat door het midden van een lijnstuk en staat er loodrecht op. Bissectrice Deelt een hoek middendoor.
Nadere informatie1BK2 1BK6 1BK7 1BK9 2BK1
Kern Subkern Leerdoel niveau BK begrippen vmbo waar in bettermarks 1.1.1. Je gebruikt positieve en negatieve getallen, breuken en decimale getallen in hun onderlinge samenhang en je ligt deze toe binnen
Nadere informatieDeze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen.
Meetkunde Inleiding We beginnen met het doorlezen van alle theorie uit hoofdstuk 3 van het boek. Daar staan een aantal algemene regels goed uitgelegd. Waar je nog wat extra uitleg over nodig hebt, is de
Nadere informatieHoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO
Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN c 1.0 INTRO 1 a Door een kael te spannen en daar langs te rijden. Met een kael van de juiste lengte die je evestigt aan een punt in de grond (het middelpunt) c Met twee latten die
Nadere informatieLes 20: gelijknamige breuken, gelijkwaardige breuken en breuken vereenvoudigen
Getallenkennis Target 1 Les 1: getalbegrip to 10 000 000 wb. p. 1+2, sb 1 Les 5: kommagetallen tot 0,001 wb. p. 8-9, sb 5 Les 12: breuken vergelijken en sorteren wb. p. 15-16, sb 10 Les 13: breuk als operator,getal,verhouding,
Nadere informatieVoorbereiding : examen meetkunde juni - 1 -
Voorbereiding : examen meetkunde juni - 1 - De driehoek : Congruentiekenmerken van een driehoek kennen Soorten lijnen in een driehoek kennen Bissectricestelling kennen Stelling van het zwaartelijnstuk
Nadere informatieNaam:... Nr... 5,20 5,21 5,24 5,27 5,28 5,30 5,270 5,271 5,274 5,278 5,280 1,555 1,505 6,250 6,025 0,07 0,007
1 JAARTALLEN RANGSCHIKKEN zie de handleiding 2-3 KOMMAGETALLEN TOT d 1 Vul de ontbrekende kommagetallen in. 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 5 5,2 5,3 5,5 5,8 6 5,20 5,21 5,24 5,27 5,28 5,30 5,270 5,271 5,274 5,278
Nadere informatieaantal evaluatielessen
Jaarplanning Rekensprong Plus Rekensprong Plus heeft voor elk leerjaar een eenduidig jaarwerkplan. Elk werkschriftje van Rekensprong Plus overspant een periode tussen twee schoolvakanties werkschrift a
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2008 tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen.
Nadere informatieBedoeling: Doelen: Leerplandoelen wiskunde (VVKBaO):
Bedoeling: De leerlingen leren M.C. Escher en zijn werken kennen. Ze ontdekken ook wat regelmatige vlakvulling is en maken kennis met de drie soorten symmetrie die Escher in zijn werken gebruikt. Na het
Nadere informatieWiskunde. Hoofdstuk 1 en hoofdstuk 5, paragraaf 5.1, 5.2 en 5.3 kennen en kunnen.
Toetsstof In de toets weken moet je dit kunnen toepassen Hoofdstuk 1 en hoofdstuk 5, paragraaf 5.1, 5.2 en 5.3 kennen en kunnen. Periodetaak Maak een mooie mandala met passer en kleur hem leuk in. Ga naar
Nadere informatie7.1 Symmetrie[1] Willem-Jan van der Zanden
7.1 Symmetrie[1] Al de drie figuren hierboven zijn lijnsymmetrisch; Je kunt ze op één of meerdere manieren dubbelvouwen zodat de ene helft het spiegelbeeld van de andere helft is; De vouwlijn heet de symmetrieas/spiegelas;
Nadere informatieA CONGRUENTIE EN GELIJKVORMIGHEID /46
PROEFWERK WISKUNDE SCHOOLJAAR 2007-2008 Vakleerkracht(en): K. De Beer, K. Verbouw, B. Carreyn Klas: 2 MW c Periode 2 Beurt 2 Sint-Pieterscollege Klasnummer: Datum: 2008-03-12 Sint-Jozefshandelsschool Weststraat
Nadere informatie1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde . (D)
Junior Wiskunde Olympiade 2006-2007: tweede ronde 9 is gelijk aan (A) 3 (B) 3 (C) 9 (D) 3 9 (E) 2 Het kwadraat van 3+ + 3 is gelijk aan (A) 2 (B) 6 (C) 0 (D) 2 2 (E) 4 3 Welk van volgende figuren is het
Nadere informatieUitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4
Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4 4.4.1 Basis Lijnen en hoeken 1 Het assenstelsel met genoemde lijnen ziet er als volgt uit: 4 3 2 1 l k -4-3 -2-1 0 1 2 3 4-1 -2-3 n m -4 - Hieruit volgt: a Lijn k en
Nadere informatieVl. M. Nadruk verboden 1
Vl. M. Nadruk verboden 1 Opgaven 1. Hoeveel graden, minuten en seconden zijn gelijk aan rechte hoek? van een rechte hoek resp van een 2. Als = 25 13 36, = 37 40 56, = 80 12 8 en = 12 36 25, hoe groot is
Nadere informatieBij deze PTA-toets hoort een uitwerkbijlage, die behoort bij opdracht 4c. Pagina 1 van 8. Vestiging Westplasmavo
Vestiging Westplasmavo vak : Wiskunde leerweg : TL toetsnummer : 4T-WIS-S06 toetsduur: : 100 minuten aantal te behalen punten : 56 punten cesuur : 28 punten toetsvorm : Schriftelijk hulpmiddelen : Geodriehoek,
Nadere informatieExtra oefenmateriaal H10 Kegelsneden
Deel 1 Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden 1. Bereken de inhoud van de volgende twee afgeknotte figuren. 2. Hiernaast zie je een afgeknot zeszijdig prisma. Het grondvlak is een regelmatige zeshoek met
Nadere informatie2. Antwoorden meetkunde
2. Antwoorden meetkunde In dit hoofdstuk zijn de antwoorden op de opgaven over Meetkunde opgenomen. Ze zijn kort en bondig per paragraaf gerangschikt. Dat betekent dat de antwoorden geen uitgebreide uitleg
Nadere informatieVakken en vlakken. lesuitwerking
Vakken en vlakken lesuitwerking Materiaal : verschillende ruimtefiguren : een piramide,een bol, een cilinder vlakke figuren : tafelkleedjes, handdoeken, afdrukken van ruimtefiguren, vloertegels, houten
Nadere informatie