Verhouding CPBW EDPB Wettelijk kader Principes Ir. Christl Bolle RD Antwerpen

Transcriptie

1 Verhouding CPBW EDPB Wettelijk kader Principes Ir. Christl Bolle RD Antwerpen 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 1

2 Wettelijk Kader WW Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn: Hoofdstuk VI Preventie- en beschermingsdiensten: Afdeling 1 Algemene bepalingen, art Afdeling 3 Specifieke bepalingen betreffende de EDPB en hun afdelingen belast met het medisch toezicht v/d WN s alsook de EDTC, art. 40 Afdeling 4 Coördinatie in het kader van de DPBW, art. 41 Afdeling 5 Gemeenschappelijke bepalingen, art Hoofdstuk VIII Comité voor preventie- en bescherming op het werk: Afdeling 1 Toepassingsgebied, art. 48 Afdeling 2 Oprichting, art Afdeling 3 Samenstelling, art Afdeling 4 Bevoegdheden Onderafdeling 1, Algemene bevoegdheden, art. 65 Onderafdeling 2, Bijzondere bevoegdheden, art. 65bis art. 65undecies Afdeling 5 Werking, art Afdeling 6 Overgang van onderneming en overname van activa, art Hoofdstuk IX Aan de organen gemeenschappelijke bepalingen, art Hoofstuk X Beroep bij de arbeidsrechtbanken, art. 79 Hoofdstuk XI Toezicht en strafbepalingen, art en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 2

3 Boodschap Wet Welzijn DPB WG is verplicht een Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk op te richten. Daartoe beschikt iedere WG over tenminste 1 preventieadviseur. In onderneming met < 20 WN s mag WG zelf functie van preventieadviseur vervullen. IDPB staat WG en WN s bij in de toepassing van de maatregelen voorzien in art WW. Indien de IDPB niet alle opdrachten zelf kan uitvoeren, moet WG aanvullend een beroep doen op een erkende externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPB). (art. 33 2) Er moet voorzien worden in de oprichting van EDPB met 1 of meerdere preventieadviseurs. Binnen EDPB worden afzonderlijke afdelingen opgericht, die belast zijn met het medisch toezicht op de WN s. De Koning bepaalt de voorwaarden volgens welke een EDPB kan worden erkend, bepaalt ook de regelen betreffende zijn organisatie, zijn opdrachten, zijn juridisch statuut evenals betreffende de bekwaamheden van de preventieadviseurs. Afdelingen belast met het medisch toezicht voeren een aparte boekhouding en maken verslagen op van hun activiteiten inzake medisch toezicht en hun preventieopdrachten, werken onder het gezag van een arbeidsgeneesheer-directeur en kunnen door de Gemeenschappen worden erkend. (art. 40) 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 3

4 Boodschap Wet Welzijn DPB De Koning stelt de maatregelen vast om de samenwerking te bevorderen tussen afdelingen IDPB en EDPB, tussen IDPB en EDPB zelf en EDPB onderling zodat een gezamenlijk optreden van deze diensten in de ondernemingen de preventie zal bevorderen. (art. 41) De EDPB moet een contractuele relatie met de preventieadviseurs op zodanige wijze vaststellen dat zij voldoende garanties biedt om tot een duurzame samenwerking te komen tussen de WG en deze preventieadviseur. (art. 42) De preventieadviseurs vervullen hun opdracht in volledige onafhankelijkheid t.o.v. de WG en de WN s. (art. 43) 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 4

5 Boodschap Wet Welzijn CPBW Deze bepalingen zijn niet van toepassing op de inrichtingen en instellingen waarvan het personeel onderworpen is aan wettelijke of reglementaire bepalingen die hun syndicaal statuut vaststellen en die in maatregelen betreffende overleg inzake veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen voorzien. (art. 48) Een CPBW moet opgericht worden in ondernemingen die gewoonlijk gemiddeld ten minste 50 werknemers tewerkstellen. (art. 49) Wanneer in de onderneming geen CPBW is opgericht, is de vakbondsafvaardiging ermee belast de opdrachten van het CPBW uit te oefenen (genieten dezelfde bescherming). (art. 52) In de ondernemingen zonder CPBW en zonder vakbondsafvaardiging nemen de werknemers zelf rechtstreeks deel aan de behandeling van vraagstukken die betrekking hebben op het welzijn van de WN s bij de uitvoering van hun werk. (art. 53) 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 5

6 Boodschap Wet Welzijn CPBW Het CPBW heeft hoofdzakelijk als opdracht alle middelen op te sporen en voor te stellen en actief bij te dragen tot alles wat wordt ondernomen om het welzijn van de WN s te bevorderen. (art. 65) Prestaties leden CPBW = werkelijke arbeidstijd. (art. 66) Het CPBW kan andere personeelsleden horen i.v.m. de kwesties die zij onderzoeken. (art. 67) Elk CPBW bepaalt in een huishoudelijk reglement zijn nadere werkingsmodaliteiten. (art. 68) 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 6

7 Boodschap Wet Welzijn strafbepalingen Gestraft met gevangenisstraf van 8 dagen tot 1 jaar en met geldboete van 50 tot 1000 EUR of met 1 van die straffen alleen, de WG die de opdrachten van het CPBW belemmert door het CPBW geen informatie te verstrekken of niet te raadplegen over de materies en op de wijze bedoeld bij of krachtens de artikelen 65bis tot 65undecies. (art. 81) De WG, zijn lasthebbers of aangestelde worden gestraft met geldboete van 100 EUR, vermenigvuldigd met het aantal in de onderneming tewerkgestelde werknemers, zonder dat die boete EUR mag te boven gaan, indien in de onderneming geen Dienst of Comité is opgericht, de werking ervan verhinderd wordt, de uitoefening van hun opdrachten belemmerd wordt,. (art. 82) 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 7

8 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk II EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling I Algemene bepalingen betreffende de externe dienst (art. 1-3): Art. 1: Definities, o.a. preventieadviseur van de externe dienst = natuurlijke persoon verbonden aan EDPB, belast met opdrachten van afd. II, KB IDPB en gespecialiseerd in 1 van de disciplines bedoeld in art. 21 en voldoet aan de voorwaarden van art. 22. Art. 2: Telkens WG beroep doet op EDPB doet hij beroep op 1 EDPB. EDPB voert opdrachten uit bedoeld in afd. II, KB IDPB, werkt samen met IDPB en staat ter beschikking van de WG, van de leden HL en van de WN s. WG doet beroep op 2 e EDPB wanneer een TBE gelegen is op het grondgebied van een Gemeenschap waarvoor de 1 e EDPB niet over een erkenning beschikt of wanneer bijzondere bekwaamheden niet aanwezig zijn in de 1 e EDPB. Art. 3: WG moet voorafgaand advies vragen aan CPBW inzake beroep doen op EDPB of op meerdere EDPB. Indien geen overeenstemming, advies vragen aan de met het toezicht belaste ambtenaar. Ambtenaar hoort betrokken partijen en poogt standpunten te verzoenen. Geen verzoening gaat toezicht houdend ambtenaar advies verstrekken per aangetekend schrijven aan WG. WG stelt CPBW in kennis van advies binnen 30 dagen na kennisgeving, vooraleer hij de beslissing neemt. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 8

9 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk II EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling II Oprichting EDPB en algemene principes betreffende het beheer (art. 4-13) Art. 4: EDPB wordt opgericht door WG s, de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de openbare instellingen, de provincies en de gemeenten. EDPB wordt opgericht ofwel voor het volledig Belgische grondgebied, ofwel voor een gebied waarvoor 1 of meerdere gemeenschappen bevoegd zijn, ofwel voor een te bepalen gebied, ofwel voor een bepaalde activiteitensector of voor verschillende activiteitensectoren binnen een bepaald gebied. De territoriale of sectoriële bevoegdheid van de EDPB wordt uitsluitend bepaald door de erkenning (zie art. 40, WW), met inbegrip van de afdeling belast met het medisch toezicht. Art. 5: EDPB = Vereniging zonder winstoogmerk (VZW) Art. 6: Maatschappelijk doel van de rechtspersoon van de EDPB is het beheer EDPB, het vervullen van de opdrachten EDPB en andere preventieactiviteiten die er onmiddellijk verband mee houden (zie WW, Codex, ). EDPB sluit overeenkomst met WG. De afdelingen EDPB mogen geen eigen rechtspersoonlijkheid hebben. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 9

10 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling II Oprichting EDPB en algemene principes betreffende het beheer (art. 4-13) Art. 7: EDPB mag geen rechtstreeks of onrechtstreeks belang hebben in de ondernemingen of instellingen waarin hij zijn opdrachten moet vervullen. EDPB oefent zijn opdrachten uit volgens de principes van integrale kwaliteitszorg en beschikt over een beleidsverklaring inzake integrale kwaliteitszorg. EDPB past een kwaliteitssysteem toe volgens norm NBN EN ISO 9001 en levert hiervan het bewijs. Art. 8: EDPB beschikt over nodige materiële, technische, wetenschappelijke en financiële middelen, vastgesteld door de raad van bestuur, om zijn opdrachten volledig en doeltreffend te kunnen vervullen. Art. 9: Boekhouding EDPB Art. 10: Tariefregeling EDPB volgens verplichte minimumbijdragen uit hoofde van de prestaties van de preventieadviseurs vastgesteld in afdeling IIbis, mee te delen aan de Minister. Art. 11: De verplichte forfaitaire minimumbijdragen mogen niet verlaagd worden. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 10

11 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk II EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling II Oprichting EDPB en algemene principes betreffende het beheer (art. 4-13) Art. 12: De werkingsopbrengsten EDPB worden aangewend om de dienst in staat te stellen zijn opdrachten te vervullen. Wat overblijft moet uitsluitend worden besteed aan: het verrichten van wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot het welzijn van de WN s, het uitwerken van specifieke actieprogramma s met betrekking tot het welzijn van de WN s bij de uitvoering van hun werk in de ondernemingen of instellingen of voor een bepaalde sector. Art. 13: EDPB sluit met WG die op zijn diensten een beroep doet een schriftelijke overeenkomst die aan het voorafgaand advies van het CPBW wordt voorgelegd en waarin inzonderheid volgende bedingen zijn opgenomen: 1. Opdracht of opdrachten toevertrouwd aan EDPB 2. Aard, omvang en minimumduur prestaties die aan de WG zullen worden geleverd 3. Middelen die WG ter beschikking stelt van de EDPB o.v.v. lokalen en uitrusting in zijn onderneming of instelling 4. Wijze waarop samengewerkt wordt met IDPB 5. Betrekkingen met CPBW 6. Wijze waarop overeenkomst, gesloten voor een onbepaalde tijd, wordt beëindigd: a) ambtshalve, wanneer de EDPB niet meer erkend is b) door opzegging door 1 van de partijen, met naleving van een opzeggingstermijn van ten minste 6 maanden die aanvangt op de 1 e dag van de maand die volgt op deze waarin de opzegging werd gegeven en die eindigt op 31 december van, al naargelang het geval, hete lopende of het volgende kalenderjaar. (NVT op de opzeggingen die gegeven werden voor 18 juni 2009). Overeenkomst ter beschikking houden van de met het toezicht belaste ambtenaar EDPB MOET de opdrachten die het voorwerp zijn van de overeenkomst ZELF uitvoeren. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 11

12 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling IIbis. Verplichte forfaitaire minimumbijdragen uit hoofde van de prestaties van de preventieadviseurs van de externe diensten (art. 13bis-13duodecies) Art. 13ter: WG betaalt aan EDPB een forfaitaire bijdrage die de algemene minimumprestatie dekt die moet worden geleverd om: 1. de opdrachten en taken uit te voeren bedoeld in artikelen 5 tot 7 KB IDPB die met toepassing van artikelen 8 en 11 KB IDPB worden uitgevoerd door de EDPB en die beschreven zijn in de overeenkomst gesloten met toepassing van art. 13, 1 e lid, 1 en 2 ; 2. de adviezen te verstrekken bedoeld in art. 31bis KB van 3 mei 1999 betreffende de opdrachten en de werking van CPBW 3. de opdrachten en taken i.v.m. de preventie en bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, die aan de preventieadviseur zijn toegewezen in toepassing van Hoofdstuk Vbis van de Wet Welzijn. Art. 13quater: De forfaitaire bijdrage is een jaarlijkse minimumbijdrage en bedraagt: 1. 13,58 EURO per WN voor wie de risicoanalyse heeft aangetoond dat medisch toezicht overbodig is 2. 95,09 EURO per WN die onderworpen is aan verplicht medisch toezicht In de totale forfaitaire bijdrage zijn de eventuele verplaatsingsonkosten van de preventieadviseurs en van de personen die hen bijstaan, niet inbegrepen. Art. 13quinquies: De andere prestaties die WG aan EDPB toevertrouwt, inzonderheid studies, onderzoek, metingen en controles uitgevoerd in het kader van de opdrachten van risicobeheer en die deel uitmaken van de analyse- en expertisemethoden, worden beschouwd als aanvullende prestaties bij de algemene prestaties en worden afzonderlijk aangerekend aan ten minste 81,51 EURO per uur. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 12

13 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling IIbis. Verplichte forfaitaire minimumbijdragen uit hoofde van de prestaties van de preventieadviseurs van de externe diensten (art. 13bis-13duodecies) Art. 13sexies: De kosten van de analyses, radiologische onderzoeken, functionele of andere gerichte tests uitgevoerd in het kader van medisch toezicht, worden vastgesteld conform de erelonen die zijn opgenomen in de nomenclatuur van de gezondheidsprestaties, die is opgesteld in uitvoering van art. 35 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli Art. 13septies: WG met minder dan 20 WN s in dienst en waarvoor de risicoanalyse heeft aangetoond dat een medisch toezicht niet nodig is, betaalt aan de EDPB een éénmalig forfaitaire minimum bijdrage van: 1. 81,51 EURO voor het geheel van de onderneming indien het aantal WN s gelijk is aan 9 of minder; ,02 EURO voor het geheel van de onderneming indien het aantal WN s hoger is dan 9. Art. 13octies: Welk aantal WN s moet in aanmerking genomen worden? Indien geen medisch toezicht vereist: dit aantal stemt overeen met het gemiddelde aantal WN s die vermeld staan op de 4 driemaandelijks aangiften bij de RSZ van het afgelopen burgerlijk jaar. Indien wel medisch toezicht vereist:: dit aantal stemt overeen met het aantal WN s ingeschreven op de in de artikelen 6, 1 en 7, 1, KB van 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de WN s bedoelde nominatieve lijsten. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 13

14 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling IIbis. Verplichte forfaitaire minimumbijdragen uit hoofde van de prestaties van de preventieadviseurs van de externe diensten (art. 13bis-13duodecies) Art. 13nonies: Indien een niet-jaarlijkse periodiciteit van de periodieke gezondheidsevaluatie voor een WN is voorzien volgens de uitvoeringsbepalingen, dan betaalt de WG de EDPB een jaarlijkse forfaitaire bijdrage die equivalent is aan het bedrag van 95,09 EURO, gedeeld door het aantal jaren tussen elk periodiek geneeskundig onderzoek. Art. 13decies: De forfaitaire minimum bijdragen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Enkel de gezuiverde gezondheidsindex mag in aanmerking genomen worden voor de sociale prestaties (vrijwaring concurrentievermogen). De basisspilindex bedraagt 107,30. Art. 13undecies: De EDPB ontvangt de bedragen overeenkomstig de met de WG gesloten overeenkomst voor zover de vastgestelde betalingstermijnen in dit artikel niet zijn overschreden. Art. 13 duodecies: Alle geschillen die kunnen voortvloeien uit de toepassing van de bepalingen van deze afdeling, moeten worden voorgelegd aan de Medische arbeidsinspectie. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 14

15 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Art. 14: Binnen EDPB wordt een adviescomité opgericht (paritair samengesteld / 4 jaar / herbenoembaar / Hoge Raad voor Preventie en Bescherming / aantal / voorzitter / plaatsvervanger). Bij onenigheid aanduiding leden beslist de Vaste Operationele Commissie (VOC). Adviescomité stelt huishoudelijk reglement op (aanwezigheidsquorum rechtsgeldig vergaderen, wijze waarop wordt vastgesteld dat een akkoord werd bereikt). Art. 15: Adviescomité is i.v.m. de organisatie en het beheer EDPB bevoegd voor een 10-tal domeinen (advies- en voorafgaand akkoord functies / relatie Raad van Bestuur (RvB) adviescomité / geen akkoord: advies ambtenaar belast met het toezicht na de VOC te hebben ingelicht horen van betrokken partijen verzoenen geen verzoening: advies per aangetekend schrijven aan de RvB RvB stelt adviescomité in kennis binnen 30 dagen en neemt dan een beslissing). Art. 16: Adviescomité vergadert driemaandelijks om zijn opdrachten te kunnen vervullen (verslag / jaarrekeningen / schriftelijk verslag bedrijfsrevisor / ambtshalve deelname aan vergadering door de met het toezicht belaste ambtenaren). 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 15

16 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Art. 17: Binnen EDPB wordt een persoon aangeduid die belast is met de leiding en het beheer van de dienst en die de eindverantwoordelijkheid voor deze leiding en dat beheer draagt (voorwaarden). Art. 18: Opdrachten persoon belast met de leiding van de EDPB (6): deze persoon is enkel tegenover de RvB verantwoording voor zijn activiteiten i.v.m. de leiding van de EDPB verschuldigd. Art. 19: EDPB bestaat uit 2 afdelingen, nl. afdeling belast met risicobeheersing die multidisciplinair is samengesteld en een afdeling belast met het medisch toezicht. EDPB is samengesteld uit deskundige preventieadviseurs (niveau I of universitair niveau) die kunnen bijgestaan worden door verpleegkundigen, sociaal assistenten of preventieadviseurs niveau II. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 16

17 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Een eerste bezoek aan de arbeidsplaatsen bij een WG moet uitgevoerd worden door een deskundige preventieadviseur (niveau I of universitair niveau). Bij WG met WN s zonder medisch toezicht of onderworpen aan een niet-jaarlijks medisch toezicht, wordt het volgende bezoek aan de arbeidsplaatsen om de 3 jaar uitgevoerd door een persoon die de deskundige preventieadviseur bijstaat en die met succes een erkende aanvullende vorming van ten minste niveau II heeft gevolgd. Bij WG waar WN s een veiligheidspost waarnemen of blootstaan aan een fysieke, mentale of psychosociale belasting, wordt het jaarlijks bezoek aan de arbeidsplaatsen uitgevoerd door een persoon die de preventieadviseur bijstaat bedoeld in het voorgaande lid of wordt het bezoek om de 2 jaar uitgevoerd door een deskundige preventieadviseur in het kader van de permanente risicoanalyse. Bij WG waar WN s blootstaan aan fysische, chemische of biologische agentia, die verantwoordelijk zijn voor beroepsziekten of aandoeningen die hun oorsprong vinden in het beroep, wordt een jaarlijks bezoek aan de arbeidsplaatsen uitgevoerd door een preventieadviseur bedoeld in het voorgaande lid. De persoon belast met de leiding van een afdeling draagt de eindverantwoordelijkheid voor de uitvoering van de activiteiten van de afdeling. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 17

18 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Art. 20: Afdeling risicobeheersing wordt geleid door een ingenieur preventieadviseur niveau I die academisch gevormd is, of industrieel ingenieur met nuttige beroepservaring van 10 jaar i.v.m. preventie en bescherming op het werk. Art. 21: Afdeling risicobeheersing bestaat uit preventieadviseurs die deskundig zijn op het gebied van: de arbeidsveiligheid de arbeidsgeneeskunde de ergonomie de bedrijfshygiëne de psycho-sociale aspecten van de arbeid waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Art. 22: Voorwaarden waaraan deskundig preventieadviseur moet voldoen en overgangsbepalingen. Art. 23: Bij de uitoefening van eenzelfde opdracht inzake risicobeheersing mag 1 enkele preventieadviseur terzelfdertijd niet meer dan 2 disciplines vertegenwoordigen. In elk geval mag de discipline inzake arbeidsveiligheid en deze inzake arbeidsgeneeskunde nooit door 1 en dezelfde persoon beoefend worden. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 18

19 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Art. 24 en 25: Afdeling medisch toezicht. Art. 26: Het aantal en de deskundigheid van de preventieadviseurs rekening houdend met de eisen die gesteld worden aan de prestaties te verrichten bij elke WG die een overeenkomst gesloten heeft met de EDPB en rekening houdend met het feit dat hun opdrachten te allen tijde volledig en efficiënt moeten worden vervuld, wordt als volgt bepaald: Het minimum aantal preventieadviseurs wordt berekend volgens de volgende verdeling van hun prestaties:» Voor de prestaties van een PA-AG, gemiddeld» Voor de prestaties van de preventieadviseurs die belast zijn met risicobeheer, gemiddeld 10 minuten per WN geteld onder de personeelsleden Art. 27: Prestaties van een preventieadviseur = geheel van activiteiten die deze preventieadviseur moet verrichten teneinde de activiteiten toegewezen aan de EDPB te allen tijde volledig en doeltreffend te kunnen verwezenlijken. De verplaatsingen naar de WG s aangesloten bij EDPB behoren niet tot deze prestaties, de tijd besteed aan studies en onderzoek nodig om opdrachten integraal en gewetensvol te vervullen, wel. Art. 28: EDPB organiseert het werk zodanig dat bij eenzelfde WG de verschillende opdrachten steeds worden vervuld door dezelfde ploeg van preventieadviseurs (mee te delen door WG aan zijn CPBW). 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 19

20 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling III. De organisatie van de externe dienst (art ) Art. 29: EDPB stelt voor elke interventie uitgevoerd in het kader van haar overeenkomst op algemene wijze een verslag op dat de volgende gegevens bevat: Aanduiding WG waar interventie is gebeurd; Naam PA s die interventie verrichten evenals hun kwalificatie; Verwijzing naar kwaliteitshandboek Datum van interventie Beschrijving van interventie met aanduiding van de reglementaire bepaling Adviezen en besluiten. Art. 30: Verslag voor de WG die een beroep doet op EDPB en wordt bijgehouden door de IDPB. Het wordt ter beschikking gehouden van de met het toezicht belaste ambtenaren en wordt ter informatie voorgelegd aan het CPBW. Art. 31: EDPB stelt een jaarverslag op waarvan de inhoud bepaald wordt door de Minister. Dit jaarverslag wordt voorgelegd aan de RvB, het adviescomité, AD TWW en wordt ter beschikking gehouden van de met toezicht belaste ambtenaar. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 20

21 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling IV. Het statuut van de preventieadviseurs (art ) Art. 32: RvB EDPB duidt de PA s of hun tijdelijke plaatsvervangers aan, vervangt hen of verwijdert hen uit hun functie na voorafgaand akkoord van het adviescomité. RvB vraagt, indien geen akkoord wordt bereikt, het advies van de met het toezicht belaste ambtenaar (zie ook procedure art. 15). Art. 33: Bij toepassing van art. 43 WW, vervullen de PA s hun opdrachten in volledige onafhankelijkheid ten overstaan van de WG s en WN s bij wie zij hun opdrachten uitvoeren, evenals ten overstaan van de RvB. Meningsverschillen worden op verzoek van 1 van de betrokken partijen onderzocht door de met het toezicht belaste ambtenaar (zie ook procedure art. 15). Art. 34: WG verzoekt de RvB de PA te vervangen, wanneer deze PA die bij deze WG opdrachten uitvoert overeenkomstig artikel 28 niet langer het vertrouwen geniet van de WN s en indien het geheel van de leden die de WN s in het CPBW vertegenwoordigen hierom verzoekt. De RvB vervangt de PA en lilcht het Adviescomité en de WG hierover in. Art. 35: PA s worden betaald door de RvB van de EDPB. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 21

22 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling V. De erkenning van de EDPB (art ) Art. 36: Aanvraag tot erkenning of tot vernieuwing erkenning wordt gericht tot de Minister (vereisten inhoud aanvraagdossier). De Minister of de met het toezicht belaste ambtenaar kan alle andere inlichtingen of documenten vragen die hij nodig acht. Art. 37: Erkenningsaanvraag wordt onderzocht door de met het toezicht belaste ambtenaar op basis van de stukken van het dossier, in voorkomend geval, aangevuld met bijkomende info en documenten. Zodra dossier volledig is, verricht hij een onderzoek ter plaatse en stelt verslag op. Dossier en verslag worden voorgelegd aan de Vaste Operationele Commissie (VOC) die binnen 3 maanden na de overzending van die documenten een advies aan de Minister bezorgt. Art. 38: Minister neemt de beslissing waarbij de erkenning al dan niet wordt toegekend. De beslissing wordt bij aangetekend schrijven ter kennis gebracht van de aanvrager. De VOC wordt ingelicht over de beslissing van de Minister. Art. 39: Eerste erkenning EDPB wordt verleend voor een termijn van 5 jaar. Uiterlijk 1 jaar voor verstrijken van die termijn vraagt de EDPB de hernieuwing van de erkenning aan bij de Minister (vereisten inhoud aanvraagdossier). Hernieuwing erkenning voor 5 jaar. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 22

23 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling V. De erkenning van de EDPB (art ) Art. 40: EDPB erkent door de MB van 5 januari 2000 en 1 februari 2000 moeten voor 31 december 2001 een aanvraag tot hernieuwing indienen. Art. 41: Elke aanvraag tot verdere hernieuwing van een erkenning wordt onderzocht en toegekend overeenkomstig de bepalingen van art. 39, met dien verstande dat het financieel verslag, het verslag over de werking en de organisatie van de EDPB en over de door de EDPB vermelde opdrachten, bedoeld in art. 39 1, 3 e lid, 2 en 3 betrekking hebben op de laatste 5 jaren. Art. 42: EDPB zijn ertoe gehouden, op eigen initiatief, de inlichtingen en documenten in dit artikel opgelijst te verstrekken aan de AD Toezicht Welzijn op het Werk. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 23

24 Codex, Titel II Organisatorische structuren, Hoofdstuk EDPB, KB 27 maart 1998 betreffende de EDPB (11 e wijziging) (B.S., ): Afdeling V. De erkenning van de EDPB (art ) Art. 43: EDPB zijn ertoe gehouden, op verzoek van de met het toezicht belaste ambtenaar, alle documenten of inlichtingen te verstrekken die betrekking hebben op hun activiteiten of hun werking of die noodzakelijk zijn voor het toezicht op de naleving van dit besluit (bijsturingsproces). Art. 44: De Vaste Operationele Commissie (VOC) opgericht in de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk, heeft als opdracht: Advies ter verstrekken over de aanvragen tot erkenning, tot hernieuwing van erkenning, tot uitbreiding territoriale bevoegdheid en tot uitbreiding van de sectoriële bevoegheid; Adviezen en voorstellen te formuleren over de erkenningsvoorwaarden, inzonderheid wat de principes van integrale kwaliteitszorg betreft; Jaarverslagen en financiële verslagen die door de EDPB worden opgesteld, onderzoeken. 25 en 26 november 2009 Verhouding CPBW-EDPB 24