HET NIEUWE FISCALE PARTNERBEGRIP IN 2011

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HET NIEUWE FISCALE PARTNERBEGRIP IN 2011"

Transcriptie

1 HET NIEUWE FISCALE PARTNERBEGRIP IN 2011 Mr. F.H. van der Kamp CFP is werkzaam als zelfstandig fiscaal juridisch adviseur en docent aan diverse postacademische- en beroepsopleidingsinstituten. Dit artikel is op persoonlijke titel geschreven en bijgewerkt tot en met 13 januari Met ingang van 1 januari 2011 kennen wij in Nederland een nieuwe invulling van het fiscale partnerbegrip. Met het oog op de al lang tevoren aangenomen wetsvoorstellen (in 2009) mag het verbazingwekkend lijken dat er begin november 2010 weeffouten werden geconstateerd. In allerijl werd voor scheidingssituaties een (eerste?) noodverband gelegd voor duurzaam gescheiden levende partners, die volgens de nieuwe hoofdregel met ingang van 2011 anders weer officieel fiscaal partner zouden zijn. Dit noodverband strekt zich enkel uit over de eigen woning en ziet niet op de aanpassing van het nieuwe fiscaal partnerbegrip in het algemeen. Het noodverband illustreert mooi het belang van het partnerschap: het gaat om (optimale) renteaftrek, om (algemene) heffingskortingen, om de inhoud van zo ongeveer elke bron in de inkomstenbelasting en om allerlei antimisbruikbepalingen. Dit roept de vraag op in hoeverre de nieuwe regeling goed is doordacht. In deze bijdrage ga ik in op de inhoud van het fiscale partnerbegrip anno Daarbij vermeld ik de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de oude regeling tot en met 31 december Vervolgens sta ik stil bij een aantal specifieke onderdelen, die naar mijn mening evenzo tot ondoordachte uitkomsten kunnen leiden. Of deze ongewenst zijn, laat ik graag aan de wetgever. Het betreft de onderdelen: eigen woning; de kapitaalverzekering eigen woning (KEW); lijfrenten. Wel vraag ik op voorhand aandacht voor het vrijwel geheel ontbreken van overgangsrecht ter begeleiding van deze belangrijke fiscale wijziging. Het is mijn inschatting dat nog veel ad hoc reparaties gaan plaatsvinden in de vorm van aangepaste wetgeving, dan wel beleidsbesluiten. In VFP 2009/12 blz. 35 schreef ik eerder over de contouren van het nieuwe partnerbegrip. Volledigheidshalve verwijs ik naar de uitgebreidere algemene inleiding aldaar, vooral op het punt van de gelaagdheid en samenhang tussen AWR en IB-regeling. ACHTERGROND Hoe ziet de nieuwe fiscale partner voor de inkomstenbelasting eruit? Waarom een andere partnerinhoud? De contouren zijn met het wetsvoorstel Fiscale vereenvoudigingswet (FVW) 2010 geïntroduceerd met als ingangsdatum 1 januari Voor de toeslagen regelingen geldt een datum die later bij KB wordt vastgesteld. Het uitgangspunt van het nieuwe partnerbegrip is dat partnerschap aan de hand van objectieve criteria bepaald kan worden. Een geharmoniseerd partnerbegrip tussen de inkomstenbelasting en de toeslagen zorgt voor duidelijker regelgeving voor de burger. Het werken met objectieve criteria brengt een administratieve lastenverlichting voor burgers mee. Voor de belastingdienst betekent het een welkome vereenvoudiging van de uitvoering. Het hanteren van objectieve criteria past tot slot in de ontwikkelingen rond het voorinvullen van de aangifte. WETTELIJKE DEFINITIE PARTNER Voor een volledig helder beeld, om misverstanden te voorkomen, maar ook ter ondersteuning van mijn verdere opmerkingen over de onduidelijkheid van de rangorderegeling heb ik hierna het nieuwe partnerbegrip opgenomen zoals dat met ingang van 2011 in de AWR 1 in combinatie 32 VAKBLAD FINANCIËLE PLANNING - MAART 2011 NUMMER 3 VFP2011_03_BW.indd :20:51

2 met de Wet IB staat, opgenomen. Als basispartner hebben dan te gelden: 1. gehuwden (art. 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR); 2. geregistreerde partners (vanwege de fiscale gelijkstelling in art. 2, zesde lid, AWR sinds 1998); en 3. samenwonenden met een notarieel samenlevingscontract die in de gemeentelijke basis administratie (GBA) staan ingeschreven op hetzelfde woonadres (art. 5a, eerste lid, onderdeel b, AWR). Het vervolg van de algemene partnerdefinitie uit de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) luidt: 2. Degene die ingevolge het eerste lid voor een deel van het kalenderjaar als partner wordt aangemerkt, wordt ook als partner aangemerkt in de andere perioden van het kalenderjaar, voor zover hij in die perioden op hetzelfde woonadres als de belastingplichtige staat ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens of een daarmee naar aard en strekking overeenkomende administratie buiten Nederland. 3. Voor de toepassing van het eerste lid wordt een persoon die van tafel en bed is gescheiden, aangemerkt als ongehuwd. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van de uitvoering van dit lid. 4. In afwijking van het eerste lid wordt een persoon niet meer als partner aangemerkt ingeval: a. een verzoek, zoals bedoeld in artikel 150, respectievelijk 169 van Boek I van het Burgerlijk Wetboek tot echtscheiding, respectievelijk tot scheiding van tafel en bed is ingediend, en b. hij niet meer op hetzelfde woonadres in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens of een daarmee naar aard en strekking overeenkomende administratie buiten Nederland staat ingeschreven als de belastingplichtige. 5. Een persoon kan op enig moment slechts één partner hebben. Ingeval een persoon meer dan één echtgenoot heeft, wordt alleen de echtgenoot uit de oudste verbintenis als partner aangemerkt. Bij meer dan één notarieel samenlevingscontract, wordt alleen het oudste samenlevingscontract in aanmerking genomen. Een notarieel samenlevingscontract met meer dan één persoon, wordt niet in aanmerking genomen. 6. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld op basis waarvan iemand die niet in Nederland woont, geacht wordt op zijn woonadres te zijn ingeschreven in een naar aard en strekking met de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens overeenkomende administratie buiten Nederland. 7. Personen die partners waren op grond van het eerste lid, onderdeel b, blijven als partners aangemerkt nadat de in dat onderdeel bedoelde inschrijving op hetzelfde woonadres niet langer mogelijk is als gevolg van opname in een verpleeghuis of verzorgingshuis vanwege medische redenen of ouderdom van een van hen, zolang na het einde van die inschrijving op hetzelfde woonadres ten aanzien van geen van beiden een derde persoon als partner wordt aangemerkt. De eerste volzin vindt geen toepassing meer indien één van beiden door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de inspecteur laat weten dat zij niet langer als partners willen worden aangemerkt. Bij ministeriele regeling kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van de uitvoering van dit lid. Als aanvulling voor de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001) geldt de volgende tekst, met ingang van 2011: ( ) Artikel 1.2 Uitbreiding en beperking partnerregeling 1. In aanvulling op artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen onder partner mede verstaan degene die op hetzelfde woonadres als de belastingplichtige staat ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens en: a. uit wiens relatie met de belastingplichtige een kind is geboren; b. die een kind van de belastingplichtige heeft erkend dan wel van wie een kind door de belastingplichtige is erkend; c. die voor de toepassing van een pensioenregeling als partner van de belastingplichtige is aangemeld, of d. die samen met de belastingplichtige een woning heeft, die hun anders dan tijdelijk als hoofdverblijf ter beschikking staat in eigendom, waaronder begrepen economisch eigendom, of een recht van lidmaatschap van een coöperatie. 2. Degene die ingevolge het eerste lid voor een deel van het kalenderjaar als partner wordt aangemerkt, wordt ook als partner aangemerkt in de andere perioden van het kalenderjaar, voor zover hij in die perioden op hetzelfde woonadres als de belastingplichtige staat ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens. 3. Een persoon kan op enig moment slechts één partner hebben. Indien de belastingplichtige op grond van het eerste lid op dat moment meer dan één partner zou hebben, geldt als partner van de belastingplichtige degene die ingevolge artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen op dat moment als partner wordt aangemerkt; mocht op grond van artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen op dat moment geen persoon als partner zijn aangemerkt, geldt als partner degene die op grond van de in het eerste lid eerstgenoemde categorie als partner wordt aangemerkt. 4. In afwijking van artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en het eerste lid wordt niet als partner aangemerkt: a. een bloedverwant in de eerste graad van de belastingplichtige, tenzij beiden bij de aanvang van BELASTINGEN VFP - MAART 2011 NUMMER 3 33 VFP2011_03_BW.indd :20:51

3 het kalenderjaar de leeftijd van 27 jaar hebben bereikt; b. een persoon die geen inwoner is van Nederland en niet kiest voor behandeling als binnenlandse belastingplichtige. 5. Personen die partners waren op grond van het eerste lid, blijven als partners aangemerkt nadat de in dat onderdeel bedoelde inschrijving op hetzelfde woonadres niet langer mogelijk is als gevolg van opname in een verpleeghuis of verzorgingshuis vanwege medische redenen of ouderdom van een van hen, zolang na het einde van die inschrijving op hetzelfde woonadres ten aanzien van geen van beiden een derde persoon als partner wordt aangemerkt. De eerste volzi vindt geen toepassing meer indien één van beiden door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de inspecteur laat weten dat zij niet langer als partners willen worden aangemerkt. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van de uitvoering van dit lid. 6. Voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen worden twee ongehuwde personen die met toepassing van de vorige leden en artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen als elkaars partners worden aangemerkt, voor de bepaling van aanverwantschap gelijkgesteld met gehuwden. DE BELANGRIJKSTE VERSCHILLEN TUSSEN DE OUDE EN DE NIEUWE PARTNER 1. De jaarlijkse keuzemogelijkheid voor het fiscaal partnerschap voor samenwoners (zoals tot en met 2010 nog mogelijk) is vervallen en het notarieel contract of feiten als vormvoorschrift Samenlevende stellen een inschrijving op hetzelfde adres in de GBA is daarbij de objectivering van deze samenwoning worden in twee categorieën onderscheiden: met en zonder notarieel samenlevingscontract. Met een dergelijk contract zijn zij verplicht fiscaal partner van elkaar. Zonder een samenlevingscontract zijn zij slechts fiscaal partner als zij aan feitelijke voorwaarden voldoen, zie art. 1.2, eerste lid, Wet IB Indien er een gezamenlijk kind is (dan wel erkenning daarvan), een aanmelding in de pensioenregeling heeft plaatsgevonden of er gezamenlijke eigendom bestaat van de eigen woning, dan is het betreffende stel verplicht fiscaal partner. Een uitzondering op deze regeling is op een laat 3 moment alsnog per 2011 in de wet opgenomen en ziet op de mogelijkheid om fiscaal partner te blijven ingeval één van beiden wordt opgenomen in een verpleeg- of verzorgingshuis om medische redenen. Was men reeds partner, dan blijft men dat, tot één van beiden schriftelijk aan de belastinginspectie laat weten dat niet meer te willen. Ik verwijs voor deze regeling naar art. 1.2, vijfde lid, Wet IB 2001 en art. 5a, zevende lid, AWR. De tekst is gelijkluidend en had naar mijn mening in de Wet IB 2001 dan ook beter achterwege kunnen blijven. Dit raakt en beïnvloedt namelijk naar mijn mening ook de interpretatie van de aanvullende werking van de bepalingen van art. 1.2 in de Wet IB 2001 ten opzichte van de hoofdregels in de AWR. 2. De 6 maandstermijn is niet meer relevant voor samenwoners/fiscaal partners Voor samenwoners geldt niet meer de eis dat ze ten minste 6 maanden in de GBA moeten zijn ingeschreven. Voldoende is de inschrijving. Dat betekent dat je als samenwoner, mits aan de feitelijke voorwaarden is voldaan, sneller fiscaal partner bent van elkaar. VOORBEELD 1 (2010) Mark en Hannie schrijven zich in april 2010 in op hetzelfde GBA-adres. Ze hebben geen gezamenlijk kind, pensioen of eigen woning in eigendom. In 2010 bestaat de mogelijkheid om te opteren voor het fiscaal partnerschap voor de duur van de samenleving, dus van april tot en met december VOORBEELD 2 (2011) Johan en Bertine schrijven zich in september 2011 in op hetzelfde GBA-adres. Ze hebben een gezamenlijke eigen woning in eigendom. Zij zijn (verplicht) fiscaal partner van elkaar. 3. Het vervallen van het criterium duurzaam gescheiden leven Waar in de oude regeling het fiscaal partnerschap eindigde op het moment dat gehuwden duurzaam gescheiden gingen leven, heeft dat in de nieuwe regeling geen zelfstandige betekenis meer. In wezen wordt deze regeling, die een nogal beïnvloedbaar karakter had, vervangen door de meer formele eisen inzake het einde van het fiscaal partnerschap. Dat sluit goed aan bij de objectivering van het partnerbegrip en is noodzakelijk voor een goed functionerende vooringevulde aangifte. Kanttekening: in de inleiding vermeldde ik het noodverband dat voor scheidingssituaties is gelegd betreffende de eigen woning. Daar sluipt het criterium duurzaam gescheiden leven toch weer de wetgeving in. 4. Wijziging einde fiscaal partnerschap bij gehuwden Gehuwden blijven verplicht fiscaal partner, totdat zij aan twee cumulatieve voorwaarden voldoen, te weten: indiening van het verzoek tot echtscheiding; én inschrijving op een ander adres (door één van beiden volstaat dan). 5. Verplichte meetrekregeling over gezamenlijke GBA-periode Ook nieuw is de regeling dat als het fiscaal partnerschap een gedeelte van een jaar beslaat, de overige perioden in dat jaar worden meegetrokken voor zover er een gezamenlijke inschrijving in de GBA bestaat/bestond. Dit brengt een 34 VAKBLAD FINANCIËLE PLANNING - MAART 2011 NUMMER 3 VFP2011_03_BW.indd :20:51

4 verdere objectivering mee. Aan uiterlijke kenmerken wordt verplicht een verlengd fiscaal partnerschap in het betreffende jaar toegedicht. Deze verplichte verlenging staat verrassenderwijs geheel los van de mogelijkheid om na afloop van het fiscaal partnerschap in het betreffende kalenderjaar te kunnen kiezen voor het fiscaal partnerschap in de zin van art Wet IB Dit om over het gehele jaar (niet een bepaald deel) de vrije inkomenstoerekening te kunnen benutten. In het tweede geval zijn er ingrijpende gevolgen. De man houdt kennelijk geen hoofdverblijf meer in de gezamenlijke woning en heeft derhalve geen renteaftrek meer op grond van de hoofdregel. De scheidingsregeling van 24 maanden na feitelijk vertrek is evenmin van toepassing, zolang er geen scheidingsverzoek is ingediend!! De vrouw en de man zouden op grond van de partnerdefinitie nog steeds elkaars fiscaal partner zijn. Met dit verschil dat de man kennelijk is vertrokken en een ander hoofdverblijf heeft. DE EIGEN WONING Betreffende de eigen woning merk ik als belangrijkste op het volledig niet doordacht hebben van de scheidingsscenario s. De scheidingsregeling en de regeling dat fiscaal partners slechts één eigen woning als hoofdverblijf kunnen hebben, werden qua werking fors beïnvloed door het nieuwe partnerbegrip. Het euvel is inmiddels verholpen door een noodverband. Ik beschrijf hierna in een voorbeeld de fiscale behandeling zonder dit noodverband en daarna mét. Regeling vanaf 2011 zonder noodverband inzake duurzaam gescheiden leven Recapitulerend meld ik eerst even de vertrouwde regeling bij echtscheiding vóór De regeling voor duurzaam gescheiden levenden in 2010 leidde tot verval van het fiscale partnerschap, hetgeen nodig was om als gewezen partners door het leven te gaan en in aanmerking te komen voor de vertrekregeling in art , vierde lid, Wet IB Indien er geen wetsaanpassing was geweest (zie hierna), zouden de volgende scenario s zich massaal hebben voorgedaan. Ik beschrijf ze, omdat de werking van de regeling duidelijk wordt alsmede het volstrekt achterwege blijven van inzicht hierin bij de totstandkoming van het nieuwe fiscaal partnerbegrip. Ik ga uit van een veel voorkomend voorbeeld van een gehuwd stel dat een eigen woning in gezamenlijk eigendom heeft. In april 2011 vertrekt de man uit de gezamenlijke woning, maar dient nog niet direct een scheidingsverzoek in. VOORBEELD 3 Als voorbeeld kan men denken aan een situatie waarin Arend en Henriëtte onder het maken van huwelijkse voorwaarden, inhoudende een koude uitsluiting, zijn gehuwd. Gezamenlijk hebben zij een eigen woning (Alkmaar) gekocht. Deze heeft een waarde en de eigenwoningschuld bedraagt Arend vertrekt in het kader van een aanstaande echtscheiding in 2011 uit de woning en koopt een nieuwe eigen woning voor met een financiering van (Hoofddorp). Hij schrijft zich voor de GBA in op zijn nieuwe adres. De woning te Alkmaar is vanaf wijziging GBA niet langer zijn eigen woning, ook niet op grond van de scheidingsregeling. Het gevolg is als volgt: er bestaat geen recht meer op aftrek van de eigenwoningrente over de lening van Arend ter grootte van ; evenmin krijgt hij dan het forfait toegerekend. Zijn aandeel in de woning wordt belast in box 3. er is niet langer sprake van een eigen woning voor Arend, dus treedt er ook vervreemding op voor de bijleenregeling; de woning te Alkmaar wordt voor het aandeel van Arend, zijnde , verminderd met zijn aandeal in de schuld, zijnde , geacht te zijn verkocht, hetgeen een eigenwoningreserve van meebrengt. Deze eigenwoningreserve beperkt direct de aftrek over de nieuwe woning. Arend heeft nog maar aftrek over / = Dit terwijl de lasten voor hem over een schuld van doorlopen. BELASTINGEN VFP Vanaf het feitelijke vertrek van de man zou er geen sprake meer zijn van de scheidingsregeling voor zijn aandeel in de woning. De wetgever heeft aangegeven dat er als leidend principe van uitgegaan wordt dat de GBA-inschrijving het hoofdverblijf bepaalt. Er zijn daarbij twee scenario s denkbaar: 1. de man blijft ingeschreven op hetzelfde GBA-adres als de vrouw; 2. de man schrijft zich elders in de GBA in. In het eerste geval wijzigt er niets aan de fiscale positie van de man betreffende de renteaftrek van zijn aandeel in de eigen woning vóór en na het feitelijke vertrek. Het is nog steeds zijn hoofdverblijf bij GBA-fictie en derhalve zijn eigen woning op grond van de hoofdregel. De conclusie luidt dat veelvuldig bij standaardgevallen bij de eigen woning een (soms fors) verlies aan renteaftrek zou optreden door de werking van het nieuwe partnerbegrip. Afhankelijk van de verdere afspraken en financiële situatie kon dit deelprobleem eigen woning worden opgelost door: 1. een verzoek tot scheiding in te dienen (en ingeval gewenst in het kader van overleg aan te houden); en 2. inschrijving GBA op het nieuwe adres te vestigen. Daarmee bleef enerzijds gedurende maximaal 24 maanden nog de aftrek van de rente van de woning te Alkmaar intact voor Arend. Verder heeft hij gedurende deze periode nog geen bijleengevolg te vrezen voor de aftrek over zijn nieuwe woningschuld (pand te Hoofddorp). Pas uiterlijk na afloop van de 24-maandsperiode krijgt hij te maken met een eigenwoningreserve van MAART 2011 NUMMER 3 35 VFP2011_03_BW.indd :20:51

5 De scheidingsregeling met noodverband: herstel van oude regeling Op 12 november 2010 bedacht de wetgever zich en herstelde de oude en bekende scheidingsregeling voor de eigen woning. 4 De tekstwijziging die voor de continuïteit van de bekende toepassing van de eigenwoningregeling bij scheiding nodig was luidde: Aan artikel 3.111, vierde lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: Voor de toepassing van dit lid en van het achtste lid wordt onder de gewezen partner mede verstaan de duurzaam gescheiden levende echtgenoot. Ondanks dat men op grond van de hoofdregel van het fiscale partnerbegrip nog steeds fiscaal partner is zonder verzoek tot scheiding, blijft men voor de toepassing van deze regeling gewezen partner. Bij vertrek (blijkend uit de GBA, zie hierna!) heeft de man voor zijn aandeel in de woning nog maximaal twee jaar renteaftrek en bijtelling van het forfait met verdere toepassing van de eventuele alimentatieregeling in natura. 5 Er verandert dus niets, of toch? De GBA-inschrijving wordt als leidend principe voor de vooringevulde aangifte vermeld bij de totstandkoming in 2009 van het nieuwe partnerbegrip. Om als duurzaam gescheiden te kunnen worden aangemerkt, moet er wel een andere GBA-inschrijving hebben plaatsgevonden. In de toelichting op het gewijzigde partnerbegrip voor de toepassing van de vertrekregeling zie ik mij daarin gesteund. De relevante tekst luidt: Onder het nieuwe partnerbegrip wordt bij gehuwden de eis dat de (ex-)partners niet alleen niet meer op hetzelfde woonadres in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens staan ingeschreven, maar dat tevens een verzoek tot echtscheiding is ingediend. Dit zou bij gehuwden tot gevolg hebben dat in de periode voorafgaand aan het indienen van het verzoek tot echtscheiding de partner die de woning heeft verlaten geen recht op aftrek van (hypotheek)rente heeft. Dit acht het kabinet ongewenst. Het blijft dus oppassen, juist met goedbedoelde noodverbanden! DE KAPITAALVERZEKERING EIGEN WONING Bij de bron eigen woning is er kennelijk wel voldoende aandacht geweest voor het verzekeringsdeel, de kapitaalverzekering eigen woning (KEW). Er is overgangsrecht van toepassing voor de gevallen waarin onbedoeld KEW s fictief tot uitkering zouden komen vanwege het gewijzigde partnerbegrip. Wat is hier aan de hand? In samenhang met het nieuwe partnerbegrip worden de bepalingen die gebruikmaken van het begrip duurzaam voeren van een gezamenlijke huishouding aangepast aan het nieuwe partnerbegrip. Dat betekent dat voor het zijn van een KEW een beperkter partnerbegrip wordt gehanteerd. De wettekst luidt op dit punt sinds 2011: Van een kapitaalverzekering eigen woning is sprake zolang de verzekeringnemer of zijn partner een eigen woning heeft ( ). Zonder de eerder vermelde kinderen, pensioenregelingen dan wel de gezamenlijke eigendom van een eigen woning is de samenwoner geen partner meer. Dit zou betekenen dat afgerekend moet worden over de rentecomponent die is begrepen in de fictieve uitkering die dan op 1 januari 2011 in aanmerking zou moeten worden genomen. Als overgangsmaatregel is geregeld dat art , derde lid, onderdeel a, Wet IB 2001 buiten toepassing blijft indien de verzekering niet meer voldoet aan de voorwaarden van het tweede lid van dat artikel uitsluitend doordat degene met wie de belastingplichtige tot 1 januari 2011 een gezamenlijke huishouding voerde, vanaf 1 januari 2011 niet als partner als bedoeld in art. 5a AWR of art. 1.2 Wet IB 2001 van de belastingplichtige wordt aangemerkt. 6 Als toelichting en waarschuwing meldt de wetgever: andere partnergerelateerde onderdelen van het vrijstellingsregime voor de kapitaalverzekering eigen woning volgen het nieuwe partnerbegrip zonder overgangsregime. Voor dergelijke regelingen, zo is de gedachte, bestaat nog gelegenheid om het partnerschap te formaliseren overeenkomstig de eisen van het nieuwe partnerbegrip. Om dezelfde reden is ook voor andere partnergerelateerde faciliteiten, zoals de overdraagbaarheid van de heffingskorting of de vrije toerekening van inkomen/vermogen, geen overgangsrecht geregeld. EEN GOED GEREGELDE NABESTAANDENLIJFRENTE MET ONBEDOELD GEVOLG Een nabestaandenlijfrente kan zeer goed worden gebruikt als vervangende inkomensvoorziening indien de alimentatieplichtige komt te overlijden. Het kruislings afsluiten van een dergelijk contract bij samenwoners verdient vanaf 2011 ten zeerste aandacht. Samenwoners zonder notariële overeenkomst moeten vanaf 2011 immers aan strikte voorwaarden voldoen (gezamenlijk eigendom van een woning of een gezamenlijk kind of opgenomen in elkaars pensioenregeling) om in aanmerking te komen voor het fiscaal partnerschap. Is dat niet het geval, dan voldoen in 2011 kruislings afgesloten lijfrenten niet meer. Het gevolg laat zich raden: de reguliere lijfrentesancties negatieve uitgaven evenals revisierente zijn ten volle van toepassing. Aangezien er geen overgangsrecht is voor bestaande gevallen die in 2010 wel voldoen, gelden deze sancties ook voor lopende gevallen. VOORBEELD 4 Erik had een kruislingse nabestaandenlijfrente afgesloten op het leven van Janine, met wie hij heeft samengewoond in het pand van Janine. Janine is in 2010 overleden. De huidige waarde in het economische verkeer van de uitkerende termijnen bedraagt bij aanvang van Deze waarde is in beginsel 36 VAKBLAD FINANCIËLE PLANNING - MAART 2011 NUMMER 3 VFP2011_03_BW.indd :20:51

6 belast met maximaal een 52%-heffing inkomstenbelasting alsmede 20% revisierente. Vanwege het ontbreken van overgangsrecht voor deze reeds ingegane nabestaandenlijfrente (bestaand geval) die in 2010 nog volstrekt fiscaal legitiem is, wordt deze toch direct bij aanvang van het nieuwe partnerbegrip op 1 januari 2011 getroffen met in beginsel 72% heffing! De nieuwe definitie geldt zonder overgangsrecht voor oude gewezen partners. Indien vanuit het nieuwe partnerbegrip bezien de ex-samenwoners daaraan nooit hebben voldaan, dus geen gezamenlijke eigen woning, kind of pensioenregeling of een notarieel contract zijn ze geen gewezen partners in de zin van de wet. Het gevolg is dat lopende uitkeringen van gemelde lijfrente bij aanvang van 2011 voor de volle waarde in de heffing worden betrokken. Een problematische zaak die de wetgever waarschijnlijk geheel niet heeft onderkend. De oplossing is niet om dit bij besluit te regelen, maar de wet in de kern van het partnerschap aan te passen. Gezien het belang van de vooringevulde aangifte, acht ik een dergelijke ingreep niet voor de hand liggen. We zullen nog vele besluiten tegemoet zien. TOT SLOT In deze bijdrage ben ik ingegaan op de inhoud, achtergrond en enkele praktische gevolgen van het nieuwe fiscale partnerbegrip met ingang van 2011 in de Wet IB Het nieuwe fiscale partnerbegrip is aangetreden. In allerlei standaard gevallen bij scheiding, in echtscheidingsgerelateerde levensverzekeringen en nog vele andere situaties zal dit zijn impact hebben. De wetgever heb ik al eerder opgeroepen tot versoepeling en overgangsrechtmaatregelen. De belangrijkste aanpassing is inmiddels dat duurzaam gescheiden leven in de vertrekregeling voor gescheiden levende echtgenoten vrijwel ongewijzigd blijft vergeleken bij de oude regeling uit Wel wees ik nadrukkelijk op de invloed van de GBA, die een grote rol gaat spelen. Het is te hopen dat de wetgever het gewijzigde fiscale partnerbegrip nog eens scherp onder de loep neemt als het gaat om de vele ongewenste en waarschijnlijk ook deels onvoorziene en onbedoelde praktische gevolgen. Het fiscale partnerschap en de verbreking hiervan heeft immers op veel meer plaatsen in de fiscale wet gevolgen. Zo telt voor de beoordeling van de vraag of iemand een aanmerkelijk belang heeft mee in hoeverre de belastingplichtige samen met de fiscale partner 5% van de aandelen bezit. De verbreking van het partnerschap of het duurzaam gescheiden leven kan voor de woningrenteaftrek bij scheiding voordelig zijn maar een averechts effect hebben op de aanmerkelijkbelangregeling. Kortom: werk aan de winkel! Informatie: fritsvanderkamp@gmail.com 1 Art. 5a, Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). 2 Art. 1.2 Wet inkomstenbelasting 2001 (tekst 2011). 3 Bij memorie van toelichting van 21 september 2010 inzake wetsvoorstel Overigen fiscale maatregelen Vierde nota van wijziging d.d. 12 november 2010 inzake Overige fiscale maatregelen Art. 6.3, tweede lid, Wet IB Tweede nota van wijziging d.d. 29 oktober 2009, art. XXVIa, inzake de Fiscale vereenvoudigingswet BELASTINGEN VFP - MAART 2011 NUMMER 3 37 VFP2011_03_BW.indd :20:51

Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt

Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt Partnerschap 2013 Stroomlijning partnerbegrip Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt (artikel 1.2 Wet IB 2001) Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Wie zijn partners? echtgenoot, geregistreerd

Nadere informatie

Partnerschap 2014/2015

Partnerschap 2014/2015 Partnerschap 2014/2015 Stroomlijning partnerbegrip Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt (artikel 1.2 Wet IB 2001) Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Wie zijn partners? echtgenoot, geregistreerd

Nadere informatie

Partnerschap 2014. Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt. (artikel 1.2 Wet IB 2001)

Partnerschap 2014. Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt. (artikel 1.2 Wet IB 2001) Partnerschap 2014 Stroomlijning partnerbegrip Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt (artikel 1.2 Wet IB 2001) 1 Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Wie zijn partners? echtgenoot, geregistreerd

Nadere informatie

Partnerschap 2011. Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr)

Partnerschap 2011. Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Partnerschap 2011 Stroomlijning partnerbegrip Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt (artikel 1.2 Wet IB 2001) Partnerregeling (artikel 5a Awr ) Wie zijn partners? echtgenoot, geregistreerd

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S-GRAVENHAGE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S-GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S-GRAVENHAGE Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag

Nadere informatie

INKOMSTENBELASTING. Inkomstenbelasting Art. 1.1 Onder de naam inkomstenbelasting wordt een belasting geheven van natuurlijke personen.

INKOMSTENBELASTING. Inkomstenbelasting Art. 1.1 Onder de naam inkomstenbelasting wordt een belasting geheven van natuurlijke personen. I INKOMSTENBELASTING Wet van 11 mei 2000 tot vaststelling van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Belastingherziening 2001), Stb. 2000, 215, zoals laatstelijk gewijzigd op 30 december 2014, Stb. 2014, 196

Nadere informatie

Het nieuwe partnerbegrip in de fiscaliteit

Het nieuwe partnerbegrip in de fiscaliteit Regelingen en voorzieningen CODE 3.2.1.2146 Het nieuwe partnerbegrip in de fiscaliteit bronnen Brief staatssecretaris van Financiën aan Tweede Kamer d.d. 5.11.2010 nr. 22, behorende bij kamerstuk 32130

Nadere informatie

Actualiteiten in de fiscale scheidingspraktijk anno 2012

Actualiteiten in de fiscale scheidingspraktijk anno 2012 Actualiteiten in de fiscale scheidingspraktijk anno 2012 - de fiscale partner en de lijfrenteverdeling - mr. F.H. van der Kamp CFP *Mr. Frits van der Kamp is fiscaal juridisch adviseur in de echtscheidingspraktijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 130 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale vereenvoudigingswet 2010) Nr. 12 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen

Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen Dit document bevat vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en de heffingskortingen. ib 801-1z*1fd INKOMSTENBELASTING

Nadere informatie

Echtscheiding en eigen woning

Echtscheiding en eigen woning Echtscheiding en eigen woning 25 april 2013 Echtscheiding is aan de orde van de dag. Ruim 36 % van alle huwelijken eindigt door echtscheiding. Onder ondernemers ligt dat percentage nog wat hoger. Bij een

Nadere informatie

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2013

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2013 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2013 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen 3 2 De fiscale partnerregeling

Nadere informatie

Instituut Financieel Management

Instituut Financieel Management FFEBLR0111 IB (niet-winst) Instituut Financieel Management Opdracht 1b (inleveren in week 3) De tekst van artikel 1.2 Wet IB is per 1 januari 2011 ingrijpend gewijzigd. Vanaf 2001 t/m 2010 luidde de tekst

Nadere informatie

Alumni-Mfp. Actualiteiten estate planning. Theo Hoogwout woensdag 12 februari 2014

Alumni-Mfp. Actualiteiten estate planning. Theo Hoogwout woensdag 12 februari 2014 Alumni-Mfp Actualiteiten estate planning Theo Hoogwout woensdag 12 februari 2014 1 Programma Fiscaal partnerschap Huwelijks vermogensrecht Erven & AWBZ Erven of schenken woning & WOZ Schenken Uniform partnerbegrip

Nadere informatie

- Actualiteiten leven & banksparen 2011 / 2010-03 -

- Actualiteiten leven & banksparen 2011 / 2010-03 - 3 Inhoudsopgave bundel actualiteiten leven & banksparen (2011) Inleiding 7 1. Fiscale vereenvoudigingswet 2010 (FVW 2010-I; Stb. 2009, 611) 9 1.1. Algemeen 9 1.1.1. Stroomlijnen van het partnerbegrip 9

Nadere informatie

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2015

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2015 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen 3 2 De fiscale partnerregeling

Nadere informatie

1. Inkomstenbelasting/premie

1. Inkomstenbelasting/premie Tabellen IB/PH 1.1 1. Inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2016 1.1 Inkomstenbelasting 1.1.1 Belastingplicht Inkomstenbelasting wordt geheven van natuurlijke personen. Binnenlandse belastingplichtigen

Nadere informatie

Vijf jaar Wet IB 2001; Kapitaalverzekeringen. Herman M. Kappelle. 1. Wat wilde de wetgever bereiken?

Vijf jaar Wet IB 2001; Kapitaalverzekeringen. Herman M. Kappelle. 1. Wat wilde de wetgever bereiken? Vijf jaar Wet IB 2001; Kapitaalverzekeringen Herman M. Kappelle 1. Wat wilde de wetgever bereiken? Terzake van de wijzigingen van het fiscale regime van de kapitaalverzekeringen in de Wet IB 2001, had

Nadere informatie

Inkomstenbelasting. Kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning en beleggingsrecht eigen woning. Overgangsrecht KEW.

Inkomstenbelasting. Kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning en beleggingsrecht eigen woning. Overgangsrecht KEW. Inkomstenbelasting. Kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning en beleggingsrecht eigen woning. Overgangsrecht KEW. Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 27 juni

Nadere informatie

Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars

Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars Besluit 31-03-2006 nr CPP06-507 Invorderingswet 1990. Aansprakelijkheid verzekeraars in verband met een inkomensvoorziening, een arbeids- of

Nadere informatie

Dossier. Eigen woning en echtscheiding

Dossier. Eigen woning en echtscheiding Editie 1 September 2006 Dossier Eigen woning en echtscheiding Verdeling inkomsten uit eigen woning 4 De scheidingsregeling in de praktijk 5 Renteaftrek eigen woning bij echtscheiding 8 Een uitgebreid voorbeeld

Nadere informatie

Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW

Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW KENNISGROEP VERZEKERINGSPRODUCTEN 31 juli 2013 INLEIDING De Kennisgroep Verzekeringsproducten heeft na afstemming met het ministerie van

Nadere informatie

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning bij aangifte inkomstenbelasting 2013 13 Verkocht u of uw fiscale partner in 2013 een? Had deze woning overwaarde? En kocht u een andere? Dan hebt u te maken met de bijleenregeling. Daardoor is uw (hypotheek)renteaftrek

Nadere informatie

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2014

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2014 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2014 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen 3 2 De fiscale partnerregeling

Nadere informatie

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning bij aangifte inkomstenbelasting 2014 voor buitenlands belastingplichtigen IB 291 1T41FD BUI Verkocht u of uw fiscale partner in 2014 een? Had deze woning overwaarde? En kocht u een andere? Dan hebt u te

Nadere informatie

Fiscale en financiele aspecten bij echtscheiding. PFP Forum 30 januari 2008 mr. Frits van der Kamp

Fiscale en financiele aspecten bij echtscheiding. PFP Forum 30 januari 2008 mr. Frits van der Kamp Fiscale en financiele aspecten bij echtscheiding PFP Forum 30 januari 2008 mr. Frits van der Kamp Onderwerpen Pensioen (eigen beheer) en echtscheiding Levensverzekeringen: verdeeld of verrekend? De bijleenregeling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 405 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met de herziening van de fiscale behandeling van de eigen

Nadere informatie

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld.

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Met ingang van 1 januari 2015 is de norm van een alleenstaande ouder gelijk aan de norm van een alleenstaande. Alleenstaande ouders

Nadere informatie

BACHELOR THESIS. Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling

BACHELOR THESIS. Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling BACHELOR THESIS Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling Auteur: Oktay Ozay ANR: 837230 Opleiding: Examencommissie: Fiscale economie Prof. Dr. J.A.G. van der Geld Mw. Mr. N.C.G. Gubbels 1

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE

VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE 30 432 Voorstel van wet van de leden Depla en B.M. de Vries houdende wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 en van enige andere wetten inzake fiscale facilitering banksparen ten behoeve van pensioenopbouw

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag 2511 DP Uw kenmerk

Nadere informatie

Casus 1. EW en verkoop, 3.111, lid 2. Aanstaande EW, 3.111, lid 3

Casus 1. EW en verkoop, 3.111, lid 2. Aanstaande EW, 3.111, lid 3 De eigen woning Algemeen en actualiteit Echtscheiding Bijleenregeling Kapitaalverzekering 1 1 Helga van Bijnen Programma Algemeen inkomsten eigen woning Echtscheiding en eigen woning Bijleenregeling Kapitaalverzekering

Nadere informatie

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning IB 291 1T11FD BUI (2565) Verkocht u of uw fiscale partner in 2011 een? Had deze woning overwaarde? En kocht u een andere? Dan hebt u te maken met de bijleenregeling. Daardoor is uw (hypotheek)renteaftrek

Nadere informatie

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2018

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2018 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2018 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen 3 2 De fiscale partnerregeling

Nadere informatie

Toetstermen RFEA particulier: kennis

Toetstermen RFEA particulier: kennis Toetstermen RFEA particulier: kennis De scheidingsprocedure 1. Juridische aspecten van de beëindiging van de relatie bij leven a. verbreken relatie samenwoners b. beëindigen geregistreerd partnerschap

Nadere informatie

Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen

Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE 3.2.1.6 Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen tekst bronnen Besluit van de staatssecretaris van Financiën d.d. 6.7.2009

Nadere informatie

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning bij aangifte inkomstenbelasting 2012 12 Verkocht u of uw fiscale partner in 2012 een? Had deze woning overwaarde? En kocht u een andere? Dan hebt u te maken met de bijleenregeling. Daardoor is uw (hypotheek)renteaftrek

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Belastingdienst/Noord. Datum: 20-11-2013. Rapportnummer: 2013/176

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Belastingdienst/Noord. Datum: 20-11-2013. Rapportnummer: 2013/176 Rapport Rapport over een klacht betreffende de Belastingdienst/Noord. Datum: 20-11-2013 Rapportnummer: 2013/176 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat ondanks dat hij al twaalf jaar gescheiden van tafel

Nadere informatie

INA onverdeelde eigen woning module

INA onverdeelde eigen woning module INA onverdeelde eigen woning module Met deze module wordt u geholpen om de posten met betrekking tot een onverdeelde eigen woning correct in te vullen. Door de vragen in de Onverdeelde eigen woning module

Nadere informatie

Uw hypotheek en de belasting in 2014

Uw hypotheek en de belasting in 2014 Uw hypotheek en de belasting in 2014 Hier vindt u een toelichting op het jaaroverzicht van uw BLG Hypotheek. Ook leest u hier de belangrijkste fiscale regels die in 2014 gelden voor de eigen woning, hypotheek,

Nadere informatie

Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW;

Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW; Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW; overwegende dat het wenselijk is regels te stellen over het beleid ten aanzien van de compensatie van personen die

Nadere informatie

De fiscale gevolgen van echtscheiding en de eigen woning

De fiscale gevolgen van echtscheiding en de eigen woning De fiscale gevolgen van echtscheiding en de eigen woning. Naam: J.C.M. (Esther) Rooijakkers Studie: Fiscaal Recht Plaats: Tilburg Faculteit: Rechtsgeleerdheid Studentnummer: 265601 Begeleidster: Mevr.

Nadere informatie

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2016

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2016 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2016 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen 3 2 De fiscale partnerregeling

Nadere informatie

Van der Helm Consultancy

Van der Helm Consultancy Eindejaarstips 2011 Van der Helm Consultancy Graag presenteert Van der Helm Consultancy u de Eindejaarstips 2011 Wat moet u echt nog deze laatste maand doen, of juist niet, om voordeel te behalen? Mocht

Nadere informatie

HRo - Inkomstenbelasting - Niet-winst -- Deel 2

HRo - Inkomstenbelasting - Niet-winst -- Deel 2 Inkomstenbelasting NW 2 programma Belastbare inkomsten uit eigen woning Eigen woning en eigenwoningforfait; Kapitaalverzekering eigen woning; Eigenwoningschuld en eigenwoningreserve; Aftrekbare kosten;

Nadere informatie

U of uw fiscale partner verkoopt een eigen woning of heeft een eigenwoningreserve

U of uw fiscale partner verkoopt een eigen woning of heeft een eigenwoningreserve UW WONING EN DE FISCUS U koopt een woning 2e woning Rente en kosten voor de eigenwoningschuld Niet aftrekbaar zijn: Eenmalig aftrekbare kosten Inkomsten Eigen Woning U sluit een spaar-, leven- of beleggingshypotheek

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001

Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 De Staatssecretaris van Financiën; Handelende na overleg met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Nadere informatie

2.5 Scheiden en fiscaliteit, een gecompliceerd huwelijk? John van Vliet Fred Thielemans Robbert Maassen

2.5 Scheiden en fiscaliteit, een gecompliceerd huwelijk? John van Vliet Fred Thielemans Robbert Maassen 2.5 Scheiden en fiscaliteit, een gecompliceerd huwelijk? John van Vliet Fred Thielemans Robbert Maassen Scheiden en fiscaliteit, een gecompliceerd huwelijk? J. (John) van Vliet mr. A.F.J.P. (Fred) Thielemans

Nadere informatie

2014 -- Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 1

2014 -- Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 1 Inkomstenbelasting inleiding 1 programma Natuurlijke personen Wonen Boxenstelsel Partnerregeling Toerekeningsregels Belastingplicht Artikel 1.1 Onder de naam inkomstenbelasting wordt een belasting geheven

Nadere informatie

Inhoud. A Inleiding 3

Inhoud. A Inleiding 3 Belastingdienst Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over overgangsrecht kapitaal verzekeringen eigen woning (KEW), spaarrekeningen eigen woning (SEW) en beleggingsrechten eigen woning (BEW) Inhoud

Nadere informatie

Jonggehandicapten: Jonggehandicaptenkorting 708 per jaar 59,00 per maand (Wajongkorting)

Jonggehandicapten: Jonggehandicaptenkorting 708 per jaar 59,00 per maand (Wajongkorting) Belastingscan 2013 d.d. 2 januari 2013 Algemeen en arbeid jonger dan AOW leeftijd: NAAM VTB & BEDRAGEN RELEVANTE CRITERIA VOOR TOEKENNING & WIJZE VAN AANVRAGEN Algemene * geldt voor alle belastingbetalers

Nadere informatie

Checklist Eigen woning Van aankoop tot verkoop

Checklist Eigen woning Van aankoop tot verkoop Checklist Eigen woning Van aankoop tot verkoop 1. Aankoop van de eigen woning De inkomstenbelasting heeft een speciale fiscale regeling voor eigenwoningbezitters (de zogenoemde eigenwoningregeling). Men

Nadere informatie

De eigen woning. Programma. Wat is een Eigen Woning, 3.111, lid 1. Algemeen Echtscheiding Bijleenregeling & Kapitaalverzekering

De eigen woning. Programma. Wat is een Eigen Woning, 3.111, lid 1. Algemeen Echtscheiding Bijleenregeling & Kapitaalverzekering De eigen woning Algemeen Echtscheiding Bijleenregeling & Kapitaalverzekering 1 1 Helga van Bijnen Programma Algemeen inkomsten eigen woning Echtscheiding en eigen woning Bijleen-regeling Kapitaalverzekering

Nadere informatie

HRo - Inkomstenbelasting - Niet-winst -- Deel 2

HRo - Inkomstenbelasting - Niet-winst -- Deel 2 Inkomstenbelasting NW 2 programma Belastbare inkomsten uit eigen woning Eigen woning en eigenwoningforfait; Kapitaalverzekering eigen woning; Eigenwoningschuld en eigenwoningreserve; Aftrekbare kosten;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 169 Regeling van een verzekering voor nabestaanden (Algemene nabestaandenwet) Nr. 9 AMENDEMENTEN VAN HET LID KALSBEEK-JASPERSE C.S. Ontvangen

Nadere informatie

Kapitaalverzekeringen en de eigen woning

Kapitaalverzekeringen en de eigen woning Kapitaalverzekeringen en de eigen woning De Kapitaalverzekering Eigen Woning (KEW), Spaarrekening Eigen Woning (SEW) en Beleggingsrecht Eigen Woning (BEW) Met een KEW, SEW en BEW kunt u onder bepaalde

Nadere informatie

Uw hypotheek en de belasting in 2015

Uw hypotheek en de belasting in 2015 Uw hypotheek en de belasting in 2015 Hieronder vindt u een toelichting op het jaaroverzicht van uw BLG Hypotheek. Ook leest u hier de belangrijkste fiscale regels die in 2015 gelden voor een eigen woning,

Nadere informatie

Aandachtspunten in de eigenwoningregeling bij doorstromen

Aandachtspunten in de eigenwoningregeling bij doorstromen U aangeboden door: Aandachtspunten in de eigenwoningregeling bij doorstromen Rob Timmermans MFP Aandachtspunten bij doorstromen Overgangsrecht Verhuisregelingen Aflossingsverplichting Aflossingsstand Resterende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 11 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 oktober 2011

Nadere informatie

Je hypotheek en de belasting in 2015

Je hypotheek en de belasting in 2015 8.4360.0 (24-12-2013) Je hypotheek en de belasting in 2015 Hier vind je een toelichting op het jaaroverzicht van je SNS Hypotheek. Ook lees je hier de belangrijkste fiscale regels die in 2015 gelden voor

Nadere informatie

Kapitaalverzekeringen en de eigen woning

Kapitaalverzekeringen en de eigen woning Kapitaalverzekeringen en de eigen woning De Kapitaalverzekering Eigen Woning (KEW), Spaarrekening Eigen Woning (SEW) en Beleggingsrecht Eigen Woning (BEW) Met een KEW, SEW en BEW kunt u onder bepaalde

Nadere informatie

Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001

Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001 Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001 Wet van 11 mei 2000 tot vaststelling van de Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken.

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken. Den Haag, 3 Q QKT 017 Kenmerk: 2017-0000203694 Motivering van het beroepschrift n cassatie (rolnummer 17/04516) tegen de uitspraak van het Gëraçhtehof Arnhem-Leeüwarden van 15 augustus 2017, X 2 nr* 16/01369,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 30 432 Voorstel van wet van de leden Depla en Blok houdende wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 en van enige andere wetten inzake fiscale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 272 Wijziging van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 (aanpassing regime ter zake van de afkoop van verplichtingen tot alimentatie of tot verrekening

Nadere informatie

Cover Informatie over... AEGON Lijfrente uitstelrekening Voorwaarden

Cover Informatie over... AEGON Lijfrente uitstelrekening Voorwaarden Cover AEGON Informatie Lijfrente uitstelrekening over... Voorwaarden De AEGON Lijfrente uitstelrekening is een spaarrekening. Artikel 1 Definities 1. Als in de Voorwaarden AEGON Lijfrente uitstelrekening

Nadere informatie

2. In onderdeel II wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:

2. In onderdeel II wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende: 31 930 Wijziging van de Successiewet 1956 en enige andere belastingwetten (vereenvoudiging bedrijfsopvolgingsregeling en herziening tariefstructuur in de Successiewet 1956, alsmede introductie van een

Nadere informatie

Partnerbegrip kinderopvangtoeslag

Partnerbegrip kinderopvangtoeslag Regelingen en voorzieningen CODE 10.2.2.436 Partnerbegrip kinderopvangtoeslag bronnen Brief minister van SZW aan Tweede Kamer (referentie 2013-0000105336), 18.9.2013 Kamervragen aan de staatssecretaris

Nadere informatie

Uit de verstrekte gegevens blijkt dat de compensatieregelingen leiden tot de volgende tegemoetkomingen:

Uit de verstrekte gegevens blijkt dat de compensatieregelingen leiden tot de volgende tegemoetkomingen: Directoraat-Generaal Belastingdienst/ Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 22 januari 2010, nr. DGB 2010/415 M, Staatscourant 2010, 1372 De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Nadere informatie

Bachelor Thesis Fiscale Economie INVLOED VAN (ECHT)SCHEIDING OP DE EIGENWONINGREGELING

Bachelor Thesis Fiscale Economie INVLOED VAN (ECHT)SCHEIDING OP DE EIGENWONINGREGELING Bachelor Thesis Fiscale Economie INVLOED VAN (ECHT)SCHEIDING OP DE EIGENWONINGREGELING Naam: Maaike Baltussen ARN: 622404 Studierichting: Fiscale Economie Datum: 29 september 2014 Examencommissie: Prof.

Nadere informatie

Toedeling kapitaalverzekeringen en lijfrenten bij echtscheiding vergemakkelijkt?

Toedeling kapitaalverzekeringen en lijfrenten bij echtscheiding vergemakkelijkt? Drs. Rianne M. Kavelaars-Niekoop FB 1 Toedeling kapitaalverzekeringen en lijfrenten bij echtscheiding vergemakkelijkt? Een kapitaalverzekering kan alleen als een kapitaalverzekering eigen woning worden

Nadere informatie

Leergang Scheiden 7 juli Leergang Scheiden

Leergang Scheiden 7 juli Leergang Scheiden Leergang Scheiden Onderdeel: Fiscale aspecten algemeen Docent: mr. Johanna Jongekrijg mr. Cees Baard Dag 2: 7 juli 2016 Agenda Onderwerpen: Partnerbegrip / regeling Inkomenstoerekening in jaar van scheiden

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4802 31 maart 2010 Inkomstenbelasting. Vragen en antwoorden fiscale partnerregeling en heffingskortingen 18 maart 2010

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over het overgangsrecht KEW, SEW en BEW

Vragen en antwoorden over het overgangsrecht KEW, SEW en BEW Vragen en antwoorden over het overgangsrecht KEW, SEW en BEW 1 KENNISGROEP VERZEKERINGSPRODUCTEN EN EIGEN WONING Juni 2014 A. INLEIDING De Kennisgroep Verzekeringsproducten en Eigen Woning heeft na afstemming

Nadere informatie

Kwalificerende Buitenlandse Belastingplichtige 2015

Kwalificerende Buitenlandse Belastingplichtige 2015 Kwalificerende Buitenlandse Belastingplichtige 2015 Nicole MSH Janssen Team GWO Inhoud presentatie Belastingverdrag tot en met 2015 Werken in Nederland Uitkering uit Nederland Fiscaal partnerschap (fp)

Nadere informatie

Kennisgroep Verzekeringsproducten. Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 21 maart 2013

Kennisgroep Verzekeringsproducten. Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 21 maart 2013 Kennisgroep Verzekeringsproducten Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 21 maart 2013 Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW KENNISGROEP VERZEKERINGSPRODUCTEN

Nadere informatie

NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 31 januari 2007

NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 31 januari 2007 30 432 Voorstel van wet van de leden Depla en Blok houdende wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 en van enige andere wetten inzake fiscale facilitering banksparen ten behoeve van pensioenopbouw

Nadere informatie

Informatiewijzer Jaaropgave 2015 Uw hypotheek en de belasting in 2015

Informatiewijzer Jaaropgave 2015 Uw hypotheek en de belasting in 2015 Particulier Hypotheken Informatiewijzer Jaaropgave 2015 Uw hypotheek en de belasting in 2015 U heeft de jaaropgave van uw hypotheek van RegioBank over 2015 ontvangen. In deze informatiewijzer geven we

Nadere informatie

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting)

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting) Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting) 2 Nieuwe Successiewet 2010 Met ingang van 1 januari 2010 is de Successiewet gewijzigd. Om te beginnen verdwijnt al de naam successieen schenkings recht.

Nadere informatie

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning

Eigenwoningreserve of verkoop eigen woning 12345 20 Aanvullende toelichting bij aangifte inkomstenbelasting 20 u dat deel van de financiering toen niet tot de eigenwoningschuld rekenen? Dan mag u uw eigenwoningschuld op 1 januari 20 met dat bedrag

Nadere informatie

Je eigen woning en de Belastingdienst in 2012

Je eigen woning en de Belastingdienst in 2012 Je hypotheek en de belasting in 2012 Hier vind je een toelichting op het jaaroverzicht van je SNS Hypotheek. Ook lees je hier de belangrijkste fiscale regels die in 2012 gelden voor de eigen woning, hypotheek,

Nadere informatie

Kapitaalverzekering vormt geen KEW ook niet nu polis was verpand aan geldverstrekker en uitkering is benut voor aflossing hypotheek

Kapitaalverzekering vormt geen KEW ook niet nu polis was verpand aan geldverstrekker en uitkering is benut voor aflossing hypotheek Kapitaalverzekering vormt geen KEW ook niet nu polis was verpand aan geldverstrekker en uitkering is benut voor aflossing hypotheek ECLI:NL:RBZWB:2015:3188 Instantie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Datum

Nadere informatie

Datum 14 april 2017 Betreft Beantwoording vragen in verband met initiatiefwetsvoorstel Beperking wettelijke gemeenschap van goederen

Datum 14 april 2017 Betreft Beantwoording vragen in verband met initiatiefwetsvoorstel Beperking wettelijke gemeenschap van goederen > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

2. Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling

2. Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling Inkomstenbelasting. Vragen en antwoorden fiscale partnerregeling en heffingskortingen 1 Inkomstenbelasting. Vragen en antwoorden fiscale partnerregeling en heffingskortingen Belastingdienst/Centrum voor

Nadere informatie

Kennisgroep Verzekeringsproducten. Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 1 maart 2013

Kennisgroep Verzekeringsproducten. Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 1 maart 2013 Kennisgroep Verzekeringsproducten Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 1 maart 2013 Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW EN BEW KENNISGROEP VERZEKERINGSPRODUCTEN

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking

Nadere informatie

Om de bijleenregeling uit te leggen worden de volgende termen gebruikt:

Om de bijleenregeling uit te leggen worden de volgende termen gebruikt: De bijleenregeling: Deze regeling is in werking getreden per 1 januari 2004. Door deze regeling wordt het voor huiseigenaren ongunstig om de overwaarde te gaan gebruiken voor andere zaken dan de financiering

Nadere informatie

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83 Doorlopende tekst van de gewijzigde artikelen van de titels 1.6, 1.7 en 1.8 BW (nieuw), alsmede van artikel V (overgangsbepaling), zoals deze luidt volgens Kamerstukken I 2008/09, 28 867, A (gewijzigd

Nadere informatie

2. Verschil tussen het huidige standaard huwelijksgoederenstelsel en het nieuwe standaard huwelijksgoederenstelsel

2. Verschil tussen het huidige standaard huwelijksgoederenstelsel en het nieuwe standaard huwelijksgoederenstelsel 33 987 Voorstel van wet van de leden Swinkels, Recourt en Van Oosten tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet teneinde de omvang van de wettelijke gemeenschap van goederen

Nadere informatie

Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW

Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW Vragen en antwoorden inzake het overgangsregime KEW, SEW en BEW 1 KENNISGROEP VERZEKERINGSPRODUCTEN 26 april 2013 Inleiding De Kennisgroep Verzekeringsproducten heeft na afstemming met het ministerie van

Nadere informatie

Vragen en antwoorden Intermediairdagen 2012 sessie Inkomstenbelasting

Vragen en antwoorden Intermediairdagen 2012 sessie Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden Intermediairdagen 2012 sessie Inkomstenbelasting Eigenwoningschuld Vraag 1: Kan een eigenwoningschuld vrijwillig in box 3 worden geplaatst? Nee, dat is niet mogelijk. Een schuld aangegaan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 987 Voorstel van wet van de leden Swinkels, Recourt en Van Oosten tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet

Nadere informatie

Verdiepende special Exit tijdklemmen voor KEW, SEW en BEW. En nu?

Verdiepende special Exit tijdklemmen voor KEW, SEW en BEW. En nu? Verdiepende special Exit tijdklemmen voor KEW, SEW en BEW. En nu? Editie maart 2017 Op dit moment gelden strenge wettelijke voorwaarden bij de toepassing van de uitkeringsvrijstellingen voor een kapitaalverzekering

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2015:4313

ECLI:NL:RBGEL:2015:4313 ECLI:NL:RBGEL:2015:4313 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 02-07-2015 Datum publicatie 02-07-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 8132 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

voor de pensioenregeling van Henkel Nederland B.V. gevestigd te Nieuwegein

voor de pensioenregeling van Henkel Nederland B.V. gevestigd te Nieuwegein Addendum op het op 1 januari 2008 in werking getreden pensioenreglement-b (= middelloon) 2008 (Pensioenregling 55-minners) van Nationale-Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V. voor de pensioenregeling

Nadere informatie

2. Verdeling gemeenschap tussen samenwoners

2. Verdeling gemeenschap tussen samenwoners Overdrachtsbelasting. Vrijstelling; diverse onderwerpen 1 Overdrachtsbelasting. Vrijstelling; diverse onderwerpen Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector brieven & beleidsbesluiten

Nadere informatie

AEGON Lijfrenterekening. Voorwaarden

AEGON Lijfrenterekening. Voorwaarden AEGON Lijfrenterekening Voorwaarden Voorwaarden AEGON Lijfrenterekening De AEGON Lijfrenterekening is een beleggingsrekening en een spaarrekening. Artikel 1 Definities Als in de Voorwaarden AEGON Lijfrenterekening

Nadere informatie

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt.

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt. 33 955 Regeling voor Nederland en Curaçao tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie

Nadere informatie

Bachelor Thesis. Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling. Lennart van der Heijde Administratienummer:

Bachelor Thesis. Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling. Lennart van der Heijde Administratienummer: Bachelor Thesis Invloed van (echt)scheiding op de eigenwoningregeling Naam: Lennart van der Heijde Administratienummer: 344625 Studierichting: Fiscale Economie Datum: 19 november 2012 Examencommissie :

Nadere informatie