HANDLEIDING 1 BLOK 3 ISBN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HANDLEIDING 1 BLOK 3 ISBN 978-11-301-4017-0"

Transcriptie

1 HANDLEIDING 1 BLOK 3 ISBN DWKA13H.indb :25

2 In dit boekje vind je de handleiding van een les van elk domein uit blok 3. Verder is er een voorbeeld van een toets. (uit blok 2)

3 De dagen van de week Les DOELEN Op het einde van deze les kunnen de leerlingen: de termen zoals de dagen van de week, vandaag, gisteren en morgen gebruiken; de begrippen nu, ervoor en erna gebruiken; de tijdsduur berekenen op een kalender in dagen binnen de periode van een week; maanden opnoemen; de datum die voluit geschreven is lezen. LESVERLOOP DEEL 1 Aanzet 5 1 Versje: De week van Leo Maat LEERLIJNEN Dit komt later aan bod. Tijdsduur meten en ervaren. (blok 3, les 18) MATERIAAL Kopieerblad Extra materiaal Leo Maat een weekkalender een jaarkalender, liefst met een grote foto bij elke maand die typisch is voor die maand een verjaardagskalender een scheurkalender VOOR DE LES Kern 20 2 De weekkalender 3 Is het vandaag, morgen of gisteren? 4 De maanden van het jaar Je kopieert de weekkalender en bijhorende foto s (kopieerblad 3.7.1) voor elke leerling. Je zorgt ook voor een klassikaal (uitvergroot) exemplaar. DEEL 2 Kern 20 5 De datum lezen en noteren 6 Tellen met de dagen van de week 7 Oefenen in het werkboek Reflectie 5 8 Even herhalen 7.1

4 DEEL 1 AANZET 5 LESVERLOOP 1 Versje: De week van Leo Maat Leo Maat zit klaar op de tafel vooraan in de klas. Je stelt volgende vragen aan de leerlingen: Kennen jullie de dagen van de week? Welke dag is de eerste dag van de week? (maandag) Hoeveel dagen zijn er in een week? (7) Leo Maat, ken jij geen versje over de 7 dagen van de week? Je laat Leo Maat antwoorden. Natuurlijk, ik heb zelf een versje gemaakt over mijn week. Luisteren jullie mee? De week van Leo Maat Wil je weten hoe dat gaat? Op maandag wandel ik in de zon. Op dinsdag blaas ik een mooie ballon. Op woensdag hang ik slingers op. Op donderdag komt de tafel met bordjes erop. Op vrijdag vul ik de bekertjes met sap. Op zaterdag ga ik met de lieveheersbeestjes op stap. Op zondag veeg ik heel zorgzaam de regendruppels van het raam. Een week is 7 dagen lang en mijn beste vriend is Sis de slang. Bron: Tanja Batens Je vraagt aan de leerlingen of ze ook een liedje/versje kennen over de dagen van de week. Je bouwt de les verder op aan de hand van de kalenders die de leerlingen al kennen vanuit de kleuterklas of vanuit een les wereldoriëntatie. Je overloopt samen met de leerlingen de verschillende kalenders die in de klas aanwezig zijn. Je verwoordt het lesdoel. Vandaag leren we over de dagen van de week en over verschillende kalenders. KERN 20 kopieerblad De weekkalender Je deelt aan elke leerling de weekkalender en bijhorende foto s uit. Je overloopt samen met de leerlingen de weekkalender. Hoeveel dagen zijn er in de week? (7) Welke dag is het vandaag? Welke dag is het morgen? Welke dag is het overmorgen? Wat betekent overmorgen? (de dag na morgen of 2 dagen na vandaag) Welke dag was het eergisteren? Wat betekent eergisteren? (de dag voor gisteren of 2 dagen voor vandaag) 7.2 Je oefent met de leerlingen de dagen van de week. Je gebruikt hiervoor de bijhorende prenten en kleeft ze onder de juiste dag. Welke dag komt er na zondag? (maandag) Op welke dag gaan we turnen? Welke dag komt daarna? Welke dag komt ervoor? Op welke dag gaan we zwemmen? Op welke dag is het maar een halve dag school? (woensdag) Wanneer is het geen school? (zaterdag en zondag) Hoe noemen we zaterdag en zondag samen? (weekend)

5 3 Is het vandaag, morgen of gisteren? Je vertelt aan de leerlingen een gebeurtenis van vandaag of gisteren. Je kunt ook iets vertellen dat morgen gaat gebeuren. Na het verhaal stel je de volgende vraag: Wanneer is dit gebeurd? Gisteren, vandaag of gaat het morgen gebeuren? Welke dag is/was het dan? Welke dag komt erna? Welke dag komt ervoor? Je vertelt gebeurtenissen die alle leerlingen weten. Als je iets vertelt dat morgen gaat gebeuren zorg er dan voor dat de leerlingen dit kunnen zien op hun weekkalender. 4 De maanden van het jaar Je toont een jaarkalender. Op nieuwjaar begint een nieuw jaar. De mensen kopen of krijgen dan een nieuwe kalender. Een jaar is verdeeld in maanden. We tellen die maanden eens. Je toont elke maand en laat de leerlingen tellen. Hoeveel maanden telden we? (12) Je overloopt de maanden en vertelt bij elke maand iets specifiek. Wanneer dit op de foto duidelijk is verwijs je daarnaar. Je vraagt telkens wie in die maand jarig is of je zegt het zelf indien de leerlingen het niet weten. Enkele suggesties: Januari is de eerste maand van het jaar. In januari is het winter. Op 1 januari lezen we onze nieuwjaarsbrief voor. Februari is een korte maand, in februari hebben we meestal een weekje vrij. Dan is het krokusvakantie. Krokussen, sneeuwklokjes en hyacinten bloeien. In maart kan het al warmer worden, in maart begint de lente. In april hebben we meestal paasvakantie. De knoppen aan de bomen en struiken barsten open en de blaadjes groeien. In mei leggen alle vogels een ei, of toch de meeste vogels. Er worden veel dieren geboren. Het kan al lekker warm zijn. Juni is de laatste maand van het schooljaar. We nemen afscheid van elkaar. De grote vakantie is in juli en augustus. Dat zijn zomermaanden, het kan heel warm worden. In september komen we terug naar school, dan gaan jullie al naar het tweede leerjaar. In die maand begint de herfst. In oktober vallen de blaadjes van de bomen, we rapen kastanjes en noten. In november kunnen we weer van een weekje vakantie genieten, het is dan herfstvakantie. Het kan aardig koud zijn. December is een feestmaand, we vieren sinterklaas, Kerstmis en/of oudjaar. De kerstvakantie begint. Koning winter doet zijn intrede. TIP Je bekijkt elke dag de weekkalender met de leerlingen. Je maakt er een vast ritueel van. Je hangt de naam van de maand boven de weekkalender en noemt elke dag de maand. Zo ervaren de leerlingen de lengte van een maand en leren ze de maand onthouden. Wanneer een leerling jarig is die week hang of schrijf je zijn/haar naam bij de verjaardag. Je kunt ook de datum van de verjaardag erbij schrijven. Je schrijft die voluit bv. 30 januari. Denk hierbij ook aan multi-culturele feestdagen indien er leerlingen in je klas zitten die deze ook vieren. 5 De datum lezen en noteren Je tekent op het bord het blaadje van de scheurkalender in het groot of werkt met de scheurkalender uit de klas. Welke dag is het vandaag? Leerling X, kun jij een kring maken rond de naam van de dag op het bord. De hoeveelste dag van de maand is het? DEEL 2 KERN

6 TIP Wanneer je in het vast ritueel de weekkalender bespreekt, kun je ook elke dag een blaadje van de scheurkalender trekken. Je kunt het blaadje bij de dag van de week op de klassikale weekkalender hangen. Leerling Y, kun jij een kring maken rond de getallen van de dag? Welke maand is het? Op de scheurkalender staat ook de maand. Leerling Z, kun jij een lijn trekken onder de maand? Welk jaar is het nu? (bv ) Je schrijft de volledige datum op het bord. (bv. donderdag 10 december 2018) Je schrijft vanaf nu elke dag de datum voluit op het bord of boven de weekkalender. 6 Tellen met de dagen van de week TIP Vertel aan de leerlingen dat je bij het tellen van de dagen begint te tellen van de volgende dag tot en met de dag die gevraagd wordt of bij het terugtellen van de vorige dag tot en met de dag die gevraagd wordt. Je kunt ook nachtjes slapen tellen, je vraagt dan wel welke dag het erna is. Samen met de leerlingen tel je klassikaal verder en terug op de weekkalender. Je vraagt telkens een andere leerlingen om je te helpen. Zet je vinger op maandag. Je springt met je vinger 3 dagen verder. Welke dag is het dan? (donderdag) Zet je vinger op woensdag. Hoeveel nachtjes slapen voor het zaterdag is? (3) Zet je vinger op zondag. Stap met je vinger 3 dagen terug. Welke dag is het dan? (donderdag) 7 Oefenen in het werkboek werkboek p. 22 oefening 1 TIP Je kunt de leerlingen zelf tekeningen laten bedenken, zij zijn daar vaak heel creatief in. De leerlingen nemen hun werkboek. Je vult oefening 1 klassikaal in. Deze oefening bestaat uit twee onderdelen. Eerst laat je ze in de vakjes onder de weekdagen tekeningen maken die typisch zijn voor die dagen. Dat is verschillend van klas tot klas. Op de dag van de turnles kun je een bal laten tekenen, op de zwemdag blauwe golfjes water, Vervolgens laat je hen in de vakjes onder die tekeningen onderstaande opdrachten uitvoeren. Kleur de dagen dat we niet naar school gaan groen. Welke dagen zijn dat? Kleur de dag dat we een halve dag naar school gaan blauw. Welke dag is dat? Zet een kruisje in het vak van vandaag. Welke dag is dat? Zet een bolletje in het vak van gisteren. Welke dag is dat? Zet twee bolletjes in het vak van eergisteren. Welke dag is dat? Zet een driehoekje in het vak van morgen. Welke dag is dat? Zet twee driehoekjes in het vak van overmorgen. Welke dag is dat? REFLECTIE 5 8 Even herhalen Wat hebben we vandaag geleerd? (We leerden over de dagen van de week en de maanden, we leerden een datum lezen.) Hoeveel dagen zijn er in een week? (7) Hoeveel dagen gaan we in een week naar school? (5) Hoeveel maanden zijn er in een jaar? (12) Welke maanden ken je nog? Je herhaalt met de leerlingen het versje van Leo Maat. 7.4

7 Les 7 De dagen van de week Dit kan ik al! Ik kan vertellen over het verloop van de dag. Ik kan begrippen gebruiken als middag, avond, morgen, gisteren, vandaag, voor, na, eerst, laatst, nu Ik kan gebeurtenissen ordenen in de tijd. 1 Teken in de eerste rij iets passend bij elke dag. Luister goed en kleur in tweede rij. Kleur de dagen dat we niet naar school gaan groen. Kleur de dag dat we een halve dag naar school gaan blauw. Luister goed en teken in de tweede rij. Zet een kruisje in het vak van vandaag. Zet een bolletje in het vak van gisteren. Zet twee bolletjes in het vak van eergisteren. Zet een driehoekje in het vak van morgen. Zet twee driehoekjes in het vak van overmorgen. dinsdag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag eigen antwoord Dit heb ik vandaag geleerd. Ik leerde de dagen van de week opnoemen. Ik leerde wat vandaag, gisteren, eergisteren, morgen, overmorgen is. Ik leerde de maanden kennen. Ik leerde de datum lezen

8 Les Vlakke figuren DOELEN Op het einde van deze les kunnen de leerlingen: meetkundige figuren herkennen en benoemen; vlakke figuren vergelijken en classificeren volgens zelfgekozen criteria. LESVERLOOP DEEL 1 Aanzet 5 1 Bob en de vlakke figuren Kern 20 2 Vlakke figuren benoemen en vergelijken 3 Vlakke figuren classificeren DEEL 2 Kern 20 4 Vlakke figuren race Reflectie 5 5 Even herhalen LEERLIJNEN Dit kwam eerder aan bod. Figuren uit de omgeving naar de vorm indelen. (blok S, les 7) Dit komt later aan bod. Het begrip hoek ontdekken door te experimenteren met vlakke figuren en met ruimtefiguren. (blok 4, les 9) MATERIAAL Kopieerblad Multimedia Film Kloddertje Extra materiaal kabouter Bob krijtjes of bordstiften in 4 verschillende kleuren eventueel een enveloppe per leerling VOOR DE LES Bij slecht weer zorg je voor een vrije ruimte om het tweede deel van de les te geven. Je kopieert het kopieerblad met de vormen (kopieerblad ) voor elke leerling. Je laat het verknippen of je geeft deze opdracht mee als huiswerk. In dat geval kijk je voor elke leerling na of de inhoud van de enveloppe correct is. In de enveloppe moeten 4 grote en 4 kleine vormen (een driehoek, een vierkant, een rechthoek en een cirkel) zitten. NA DE LES Je houdt de enveloppen met de vormen bij voor de volgende les meetkunde. (blok 3, les 21) Je vraagt aan de leerlingen om van thuis 1 figuur mee te brengen waar ze een vlakke figuur in herkennen. Deze heb je nodig voor de volgende les meetkunde. (blok 3, les 21) 15.1

9 LESVERLOOP 1 Bob en de vlakke figuren Je legt op de tafel 4 verschillende gekleurde krijtjes klaar. Kabouter Bob zegt: Vandaag wil ik heel graag leren tekenen. Deze 4 krijtjes gaan mij daarbij helpen. DEEL 1 AANZET 5 Bob denkt even na en zegt: Haha, ik weet het al. Jullie weten dat ik van vormen en figuren houd. Ik wil graag vormen leren tekenen. Maar hoe moet ik daaraan beginnen? Willen jullie mij helpen? Welke vormen zijn er allemaal? (een rondje of een cirkel, een vierkant, een driehoek, een rechthoek ) Die vormen wil ik wel leren tekenen. Welke vormen staan op mijn broek? (een rechthoek en een vierkant) Welke vorm staat op mijn T shirt? (een rondje of een cirkel) Oh, zo moeilijk zal het dan niet zijn, misschien lukt het mij wel om de vormen te tekenen. Ik kijk gewoon naar de vormen op mijn broek en mijn T shirt. Juf/meester, kun jij mij even helpen? Ik wil graag een gele cirkel tekenen. Je tekent op het bord een gele cirkel. Ik wil ook een groen vierkant en een blauwe rechthoek. Je tekent op het bord een groen vierkant en een blauwe rechthoek. Dit zijn de vormen die op mijn T shirt en mijn broek staan. We hebben het toch ook nog over een andere vorm gehad? Welke vorm ontbreekt nog? (een driehoek) Je tekent op het bord een rode driehoek. Bob zegt: mijn kaboutermuts lijkt een beetje op een driehoek. Je verwoordt het lesdoel. Vandaag leren we over deze vormen. We gaan ze vergelijken en sorteren. 2 Vlakke figuren benoemen en vergelijken KERN 20 Je laat de leerlingen een vorm uit hun enveloppe kiezen. Je laat de leerlingen in duo s even praten over hun vorm. Vertel aan je vriend wat je allemaal ziet aan je vorm. Welke verschillen zijn er? Welke gelijkenissen zijn er? Samen met kabouter Bob ga je rond in de klas. Je stelt individueel vragen aan de leerlingen. Welke vorm heb jij? Hoeveel hoeken heeft je vorm? Welke kleur heeft je vorm? Is je vorm groot of klein? Je wijst op het bord de grote gele cirkel aan. Welke vorm is dit? (een cirkel) Hoeveel hoeken tel je? (geen hoeken) Wat kun je nog vertellen over de cirkel? (De cirkel is rond, groot en geel.) 15.2

10 Je wijst ook de andere vormen aan die nog op het bord staan van de aanzet. De leerlingen benoemen de vormen. Je tekent alle vormen in het klein. Je zorgt ervoor dat je verschillende kleuren gebruikt. Je bouwt met de leerlingen hetzelfde onderwijsleergesprek op zoals hierboven. 3 Vlakke figuren classificeren Je vraagt een leerling vooraan in de klas. De leerling brengt zijn/haar zelfgekozen figuur mee. Welke figuur heb jij? Zoek bij de andere leerlingen een figuur die goed bij je eigen figuur past. Waarom neem je die figuur erbij? Je mag bij de andere leerlingen nog figuren zoeken die goed bij je eigen figuur passen. Waarom neem je deze figuren erbij? Je herhaalt deze oefening met enkele leerlingen. Je zorgt ervoor dat er verschillende figuren aan bod komen. Je laat de leerlingen de verschillende criteria voor classificatie goed verwoorden (bv. mijn figuur is rood, rond en groot). We gaan onze figuren sorteren volgens iets wat we zelf kiezen. Bv. Ik zoek alle grote figuren. Dan mogen de leerlingen die een grote figuur hebben de figuur in de lucht steken. Luister goed welke figuur ik zoek. Je zorgt ervoor dat alle figuren met hun verschillende criteria aan bod komen. Lukt dit goed dan kun je ook enkele leerlingen een figuur laten omschrijven. DEEL 2 KERN 20 TIP Je start het tweede deel van de les best na de speeltijd. Je blijft met de leerlingen buiten. Zorg ervoor dat je een aantal enveloppen met de verschillende vormen in meeneemt, zodat elke leerling een vorm heeft. Bij slecht weer kun je deze les in een vrije ruimte laten doorgaan. 4 Vlakke figuren-race Je geeft alle leerlingen een figuur. De leerlingen gaan naast elkaar aan de ene kant van de speelplaats staan. Je trekt met krijt een streep waar de leerlingen allemaal achter staan. Je tekent een eind verder nog een streep tot waar de leerlingen mogen lopen. We gaan een racespel spelen. Je luistert goed naar de opdracht die ik geef. Als je de juiste vorm hebt, mag je naar de overkant lopen. Je zorgt ervoor dat in de opdracht de verschillende vormen en criteria aan bod komen. (bv. Alle leerlingen met een grote gele driehoek mogen naar de overkant lopen.) Je controleert of de leerlingen het goed doen. Lukt het dan kun je de opdrachten moeilijker maken door meer criteria op te noemen. (bv. Alle leerlingen die een vorm hebben met hoeken mogen naar de overkant lopen.) Je kunt de leerlingen ook groepjes laten maken. (bv. Alle leerlingen met een rechthoek gaan samen staan.) Je doet dit ook voor de andere vormen. Als de groepen gevormd zijn kun je verder classificeren in de groepjes. (bv. Alle leerlingen met een kleine rechthoek gaan samen staan.) 15.3

11 5 Even herhalen Je reflecteert samen met de leerlingen over de les. Welke figuren staan op de broek van kabouter Bob? (een vierkant en een rechthoek) Welke figuur staat op zijn T-shirt? (een cirkel of een rondje) Waarop lijkt kabouter Bob zijn muts? (op een driehoek) Hoe hebben we de figuren gesorteerd? (naar vorm, grootte, kleur) REFLECTIE 5 ICT-TIP Via de LerarenKit kun je de film Kloddertje laten zien, een leuk verhaaltje over de vormen. Je kunt ook met het computerprogramma Paint vlakke figuren laten maken. 15.4

12 Les Handig tellen en turven DOELEN LEERLIJNEN Op het einde van deze les kunnen de leerlingen: hoeveelheden tot en met 8 handelend tellen, verinnerlijkt tellen en onmiddellijk overzien; hoeveelheden tot en met 20 tellen door structuur aan te brengen; hoeveelheden tot en met 8 handig tellen door te turven. LESVERLOOP DEEL 1 Aanzet 10 1 Tientje Tel is ordelijk Kern 15 2 Hoeveelheden tot en met 8 onmiddellijk overzien 3 Tellen met sprongen van 2 DEEL 2 Kern 20 4 Hoeveelheden turven 5 Het resultaat van een turving lezen en noteren in een getal 6 Oefenen in het werkboek Dit kwam eerder aan bod. Rekenhandelingen tot en met 8 uitvoeren. (blok 3, les 13) Dit komt later aan bod. Enkelvoudige vraagstukken oplossen door optellen en aftrekken tot en met 10 te gebruiken. (blok 5, les 4) MATERIAAL Werkboek p Extra materiaal een klein krijtbord of de achterkant van een groot krijtbord 4 puzzels van 20 stukken individueel en klassikaal MAB materiaal doosje Tientje Tel 8 magneten VOOR DE LES Je tekent vier rechthoeken verdeeld in 10 gelijke vakjes (2 rijen van 5). Als je op de achterkant van je bord kunt tekenen, is dat nog gemakkelijker. Je zorgt dat je een doosje hebt met 10 MAB blokjes. Reflectie 5 7 Even herhalen 19.1

13 LESVERLOOP 1 Tientje Tel is ordelijk Je vertelt: Tientje Tel nodigt soms vrienden uit om te blijven slapen. Dat vindt ze altijd heel leuk. Ze vindt het minder leuk als de vrienden veel rommel maken. Opruimen vindt ze een heel karwei. De laatste keer dat haar vrienden kwamen logeren hebben ze gepuzzeld. Tientje Tel wil dat alle puzzels weer ordelijk bij elkaar zitten. Ze wil ook dat er geen stukjes van de puzzel ontbreken. Het waren 4 puzzels met elk 20 stukjes. Tientje vraagt zich af hoe ze snel kan weten of alle puzzelstukjes er nog zijn. Hoe kan ze dat te weten komen? (de puzzel maken of de stukjes tellen) DEEL 1 AANZET 10 Je verdeelt de klasgroep in 4 groepen en geeft elke groep een andere opdracht om te weten te komen of alle stukjes in de doos zitten. Groep 1: de puzzel leggen Groep 2: de stukjes tellen door alleen maar te kijken Groep 3: de stukjes tellen door ze te verleggen (structuur aanbrengen) Groep 4: de stukjes tellen door aanwijzend te tellen Als je met je groep klaar bent steekt iemand van de groep zijn hand op. Je laat dan elke groep even verwoorden hoe het controleren van het aantal stukjes verlopen is. In welke groep zijn er 20 puzzelstukjes? Wat ging het snelste: puzzelen of tellen? Ging het tellen in elke groep even gemakkelijk en snel? Waarom wel/niet? Je verwoordt het lesdoel. We leren vandaag hoe we hoeveelheden op een handige manier kunnen tellen. Op het einde van de les kunnen we dat vlot met hoeveelheden tot en met 8. 2 Hoeveelheden tot en met 8 onmiddellijk overzien KERN 15 Je toont op het bord 1 van de rechthoeken met 10 vakjes. Je telt samen met de leerlingen het aantal vakjes. Je laat ze ook ervaren dat er 5 hokjes in de eerste rij zijn en 5 hokjes in de tweede rij, net zoals bij het kwadraatbeeld. Je laat de leerlingen ontdekken dat ze op twee manieren kunnen tellen: elke rij van links naar rechts; elke kolom van boven naar onder. Je laat de leerlingen hun hoofd op de bank leggen terwijl jij de vakken kleurt zoals hieronder. De leerlingen mogen even kijken en na enkele seconden houden ze opnieuw hun handen voor hun ogen. Hoeveel gekleurde vakken heb je gezien? (8) Je vraagt het aan een aantal leerlingen. Hoe weet je dat zo snel? (4 aan de linkerkant en 4 aan de rechterkant) Hoe heb je dat geteld? 19.2

14 Je laat de leerlingen zien of het juist is. Je maakt nog enkele oefeningen. Je voert met de leerlingen hetzelfde leergesprek zoals bij de voorgaande oefening. Je laat de leerlingen ondervinden dat een structuur het onmiddellijk overzien makkelijker maakt. Dit zijn allemaal oefeningen met de hoeveelheid 8, telkens anders voorgesteld. Er zullen leerlingen zijn die deze hoeveelheden snel kunnen overzien. Je geeft elke leerling de tijd om mee te tellen en mee na te denken. 3 Tellen van een hoeveelheid door te structureren per 2 Tientje Tel heeft een doos met MAB-materiaal gevonden. Je zet de doos op de instructietafel. Je maakt de doos leeg op de tafel. Je zorgt ervoor dat er 10 blokken op een ongestructureerde manier op de tafel liggen. De leerlingen komen rond de instructietafel staan. Tientje zegt: Mijn puzzels zijn al netjes opgeruimd. Maar hier hebben we nog wel een beetje werk. Ik wil graag weten hoeveel blokjes in de doos zitten. Tellen jullie voor mij hoeveel blokjes op tafel liggen. Je geeft de leerlingen even tijd om eerst te tellen met de ogen. Daarna laat je een leerling aanwijzend tellen. De leerlingen ervaren nu dat een ongestructureerde hoeveelheid nauwkeurig tellen niet makkelijk is. Hoeveel blokjes heb je geteld? Je laat de leerlingen verwoorden hoe ze telden en welke moeilijkheden ze hierbij hadden. Wat was moeilijk bij het tellen? (een blokje vergeten te tellen of een blokje twee keer tellen) Hoe kunnen we handiger tellen denken jullie? Je structureert nu de hoeveelheid blokjes per 2 naast elkaar. Je laat de leerlingen opnieuw tellen met de ogen en daarna aanwijzend. De leerlingen gaan terug op hun plaats zitten. Je roept nu alle leerlingen vooraan die in de middelste rij zitten. De leerlingen staan in een groepje dicht bij elkaar. 19.3

15 De andere leerlingen tellen het aantal leerlingen die vooraan staan eerst met de ogen en daarna aanwijzend. Daarna brengen de leerlingen structuur aan in het groepje door ze per 2 naast elkaar in een rij te plaatsen. De leerlingen tellen opnieuw. Tellen jullie het aantal leerlingen die vooraan in de klas staan. Hoeveel leerlingen staan vooraan? Wat is het handigste om te tellen: de groep leerlingen of de 2 rijen leerlingen? (de 2 rijen leerlingen) Waarom is dit handiger? (Je hebt minder kans dat je iemand vergeet te tellen of dat je iemand 2 keer telt.) Je kunt nog enkele teloefeningen doen met andere materialen. Je werkt op dezelfde manier. diff.: uitdaging Rekensterke leerlingen geef je de kans om hoeveelheden tot 20 te tellen. Voor de ander leerlingen gebruik je hoeveelheden tot en met 8. Bijvoorbeeld 8 jassen van de leerlingen, 8 krijtjes 4 Hoeveelheden turven Je hangt 8 magneten in een groepje dicht bij elkaar op het bord. Je laat Tientje het aantal magneten tellen. Maar halfweg maakt ze een fout en moet ze herbeginnen. Ze begint een tweede keer, maar weer vergist ze zich en moet ze helemaal opnieuw beginnen. Geen nood Tientje Tel, ik help je, luister maar mee. Ik weet een goede manier om te tellen zodat je niet telkens opnieuw moet beginnen als je even verstrooid bent. We maken groepjes van 5. Ik doe het even voor. DEEL 2 KERN 20 Je laat Tientje Tel tellen en ondertussen turf jij op het bord. Je zet telkens een streepje en het vijfde streepje zet je schuin doorheen de 4 verticale streepjes? Daarna zet je nog 3 streepjes. Je wijst de leerlingen op het groepje van 5 en dan nog een groepje van 3. Hoe noemen we deze manier van tellen? (turfen) Wat is turfen? (voor elk voorwerp dat je telt een streepje zetten) Je laat Tientje Tel 7 magneten tellen. Bij het zesde streepje maakt Tientje Tel een fout en ze begint opnieuw te tellen. Je wijst Tientje erop dat ze niet telkens opnieuw moet beginnen tellen. Tientje, tel jij het aantal magneten. 1, 2, 3, 4, 5, 7. Stop, Tientje! Je telt fout. Ik zal opnieuw beginnen. Je houdt Tientje tegen en vertelt dat dit niet nodig is. Je wijst op het groepje van 5 dat je niet telkens opnieuw moet tellen. Je weet dat dit een groepje van 5 is en dan kun je vanaf 5 verder tellen. Je laat Tientje Tel nog enkele hoeveelheden tot en met 8 tellen. Telkens als ze een fout maakt, begint ze opnieuw vanaf 5 verder te tellen. 19.4

16 5 Het resultaat van een turving lezen en noteren in een getal Je oefent met de leerlingen ook het tegenovergestelde. Je zet bijvoorbeeld 6 streepjes (5 1) op het bord. Hoeveel staat er op het bord? (6) Hoe weet je dat zo snel? (We weten dat er een groepje van 5 staat en tellen dan verder met de losse streepjes. (5-6) Doe dit met de hoeveelheden tot en met 8. 6 Oefenen in het werkboek werkboek p oefeningen 1-6 De leerlingen nemen hun werkboek en werken onder jouw leiding de kernoefeningen 1 t.e.m. 5 af. De kinderen die de kernoefeningen probleemloos opgelost hebben, werken verder aan uitdagingsoefening 6. REFLECTIE 5 7 Even herhalen Je reflecteert samen met de leerlingen nog even over deze les. Hoe hebben we handig geteld? (door groepjes te maken, door alles wat je moet tellen per 2 bij elkaar te leggen, door te turven.) Wat is turven? (Streepjes zetten om sneller te kunnen tellen. Je groepeert telkens 5 streepjes: 4 rechte streepjes en daarover een schuine streep. Daarna kun je onmiddellijk verder tellen tot bij het juiste aantal.) We kun je nu goed na deze les? (handig tellen) Wat is voor jou de beste manier van tellen? 19.5

17 Handig tellen en turven Les 19 4 Vul het juiste getal in. Dit kan ik al! Ik kan hoeveelheden tot en met 8 vergelijken met elkaar. Ik ken de getallen van 0 tot en met Turven tot en met Tel de kousen. Maak sprongen van 2 en schrijf het juiste getal. 5 Vul het getal in. Teken evenveel cirkels Tel de ronde knopen. Maak groepjes van 5. Schrijf daarna het juiste getal in het vak. 8 6 Turf het aantal jongens in je klas. Turf het aantal meisjes in je klas. eigen antwoord 3 Turf het aantal kralen aan elke ketting. Dit heb ik vandaag geleerd Ik leerde hoeveelheden tot en met 8 handig tellen, door structuur aan te brengen. Ik leerde hoeveelheden tellen door te turven. 19.6

18 Les Optellen en aftrekken tot en met 8 DOELEN LEERLIJNEN Op het einde van deze les kunnen de leerlingen: handelingen die verwijzen naar de optelling als bijvoegen, vermeerderen, bijdoen of naar de aftrekking als wegdoen, wegnemen, verminderen verwoorden, schematiseren en daarbij de begrippen aftrekken, aftrekking, min, verschil, optellen, optelling, plus en som correct gebruiken; bij vergelijkingsopgaven en bij oorzaak veranderingsopgaven de passende formule noteren bij een verhaal en bij een formule een rekenverhaal maken; de elementaire optellingen en aftrekkingen oplossen waarbij de som of het aftrektal 8 is. LESVERLOOP DEEL 1 Aanzet 5 1 Vertel een verhaal Kern 20 2 Oorzaak veranderingsopgaven 3 Vergelijkingsopgaven DEEL 2 Dit kwam eerder aan bod. Optellen tot en met 8. (blok 3, les 16) Aftrekken tot en met 8. (blok 3, les 17) Dit komt later aan bod. Optellen tot en met 9. (blok 4, les 6) Aftrekken tot en met 9. (blok 4, les 8) MATERIAAL Werkboek p Onthoudboek G/B 2 Extra materiaal kaarten met prenten (bijlage 3.2.3) kaarten met optellingen tot en met 8 (bijlage ) Flitskaarten (enkel kwadraatbeelden) tot en met 8 (bijlagen , , 1.6.1, 2.4.3, , en ) individueel en klassikaal legschema (kopieerblad 1.4.1) klassikale symboolkaarten (bijlagen S.6.4, S.6.6 en S.10.1) individuele splitshuizen (kopieerblad 1.5.1) individueel MAB materiaal groene, rode en zwarte uitwisbare stift en een doekje per duo eventueel LEGO mannetjes en speelgoedauto s Tientje Tel Kern 20 4 Oefenen in het werkboek Reflectie 5 5 Klasgesprek 20.1

19 LESVERLOOP 1 Vertel een verhaal Je neemt een kaart met een bewerking tot en met 7 (bijlagen ) en een kaart met een prent (bijlage 3.2.3). Je leest de bewerking voor. De leerlingen zoeken per 2 een rekenverhaal en de uitkomst. Je laat ze goed verwoorden. Ik toon jullie een kaart met een bewerking en een kaart met een prent. Jullie gaan per twee een rekenverhaal zoeken dat bij de bewerking en de prent past. Let goed op het bewerkingsteken op de kaart! DEEL 1 AANZET 5 Je controleert samen met Tientje Tel. Je laat enkele leerlingen de bewerking en de uitkomst verwoorden. Je legt nog eens de nadruk op de begrippen: EERST, BIJ, SAMEN en EERST, WEG en OVER. Je herhaalt deze oefening met een andere opdracht. Je verwoordt het lesdoel. In deze les lossen we oefeningen met min en plus tot en met 8 op. Bij de bewerkingen vertellen we een verhaal of bij een verhaal noteren we een bewerking. 2 Oorzaak-veranderingsopgaven KERN 20 Je roept 8 leerlingen naar voren. Deze leerlingen zitten op de bus. Er stappen leerlingen in en leerlingen uit. Jullie zoeken de bewerking en de uitkomst. Er zitten 8 leerlingen op de bus. Er stappen 6 leerlingen uit. De leerlingen vooraan voeren de bewerking uit. Leerling x, vertel eens wat er gebeurd is. (EERST waren er 8 leerlingen in de bus. Er gaan 6 leerlingen WEG. Nu zijn er nog 2 leerlingen OVER.) Leerling y, noteer jij de bewerking op het bord? (8 6 = 2) Leerling z, lees de bewerking eens voor. (8 min 6 is gelijk aan 2.) Je geeft een nieuwe opdracht, maar gaat wel verder op de vorige oefening, dus er zitten nog 2 leerlingen in de bus. Er stappen 4 leerlingen op. Je volgt dezelfde werkwijze als hierboven. Wanneer dit voldoende ingeoefend is, geven de leerlingen zelf opdrachten. Gebruik de begrippen optelling, aftrekking, som en verschil bij het verwoorden. diff.: uitdaging De leerlingen van de uitdagingsgroep kunnen al aan de kernoefeningen 3 t.e.m. 5 in hun werkboek beginnen. werkboek p oefeningen Vergelijkingsopgaven Je laat de leerlingen individueel werken. Elke leerling neemt zijn legschema (kopieerblad 1.4.1), uitwisbare stiften en doekje. De leerlingen uit de aanloopgroep mogen, indien nodig, hun MAB materiaal gebruiken. Je bouwt ondertussen het legschema mee op aan het bord. Je tekent zelf of gebruikt het klassikale legschema en werkt met de kwadraatbeelden. Je kunt daarbij ook de 20.2

20 klassikale symboolkaarten (bijlagen S.6.4 en S.6.6) gebruiken. Met een digitaal bord kun je het schema ook projecteren. Je schrijft het gelijkheidsteken op het bord. Wat staat op het bord? (het gelijkheidsteken) Wat betekent dat? (dat de linkerkant evenveel moet zijn als de rechterkant) Je hangt de kwadraatbeelden op het bord. Je werkt met het legschema. Bijvoorbeeld Aan de linkerkant hang je het kwadraatbeeld van 8 en aan de andere kant dat van 5. Klopt deze bewerking? (nee) Waarom niet? (omdat 8 niet evenveel is als 5) Hoe kunnen we 8 gelijkmaken aan 5? (door weg te doen bij het grootste of bij te doen bij het kleinste) De leerlingen werken met hun MAB-materiaal en hun legschema. Vandaag gaan we werken met de pakjes en de strikken van les 17 Aftrekken tot en met 8. Kijk naar het kwadraatbeeld en leg het juiste aantal blokken (pakjes) in het linkervak. Hoeveel blokken leggen we in het linkervak? (8) Je tekent in het linkervak 8 pakjes en je schrijft er 8 onder. Kijk naar het kwadraatbeeld en leg het juiste aantal blokken (strikken) in het rechtervak. Hoeveel blokken leggen we in het rechtervak? (5) Je tekent in het rechtervak 5 strikken en schrijft er 5 onder. We willen evenveel pakjes als strikken. Hoe doen we dat? (Ik neem 3 pakjes weg of ik zet er 3 strikken bij.) Eerst gaan we wegdoen. Wat nemen we weg? (pakjes, want daarvan zijn er het meeste) Hoe noteren we wegdoen? (door met rood door te strepen) Hoeveel cadeautjes nemen we weg zodat we evenveel strikken als pakjes hebben? (3) Een leerling vult de tekening aan en schrijft de bewerking op het bord: 8 3 = 5. Je laat een leerling het verhaal nog eens verwoorden. We beginnen nog eens opnieuw. Kunnen we nog een andere bewerking bij dit verhaal schrijven? (ja, met plus) Wat betekent plus? (bijdoen) Waar doen we bij? (bij de strikken, want daarvan zijn er het minste.) Hoe noteren we bijdoen? (met een groene kring) Hoeveel stri kken nemen we bij zodat we evenveel pakjes als strikken hebben? (3) Een leerling vult de tekening aan en schrijft de bewerking op het bord: 8 = Je laat een leerling het verhaal nog eens verwoorden. Je herhaalt en oefent met de leerlingen die het nog nodig hebben in dit deel van de les de veranderings- en de vergelijkingsopgaven met plus en min, zowel van het verhaal naar de bewerking als van de bewerking naar het verhaal. Je geeft zeker voldoende aandacht aan het verwoorden. 20.3

21 Bv. de veranderingsopgaven 8 2 = = = = 8 Bv. de vergelijkingsopgaven met 8 en 1, met 4 en 8, met 0 en 8 De andere leerlingen beginnen aan de kernoefeningen 3 en 4 in hun werkboek. werkboek p oefeningen 3-5 diff.: uitdaging De uitdagingsleerlingen die al klaar waren met de kernoefeningen 3 en 4 kunnen beginnen aan kernoefening 5. 4 Oefenen in het werkboek De leerlingen van wie je tijdens de les merkte dat ze de leerstof begrijpen, laat je aan de kernoefeningen 3 t.e.m. 5 beginnen. Ze mogen materiaal (MAB-blokken en het legschema) gebruiken indien nodig. Sommige leerlingen waren al aan deze oefeningen begonnen tijdens de les en werken gewoon verder. De leerlingen die de kernoefeningen probleemloos opgelost hebben tijdens de les, werken daarna verder aan de uitdagingsoefeningen 6 en 7. DEEL 2 KERN 20 werkboek p oefeningen 3-7 Verlengde instructie Je herhaalt en oefent met de leerlingen die het nog nodig hebben in dit deel van de les de veranderings- en de vergelijkingsopgaven met plus en min, zowel van het verhaal naar de bewerkingen als van de bewerking naar het verhaal. Je kunt werken met de veranderingsopgaven: 8 6 = = = = 8 en de vergelijkingsopgaven: 8 = = 7. 8 = = 8. Je geeft zeker voldoende aandacht aan het verwoorden. De leerlingen uit de aanloopgroep maken eerst de aanloopoefeningen 1 en 2. Daarna gaan ze verder met de kernoefeningen 3 t.e.m. 5, maar ze hoeven ze niet allemaal te maken. Van oefeningen 4 en 5 maken ze enkel de eerste kolom. werkboek p oefeningen Klasgesprek REFLECTIE 5 Je voert met de leerlingen even een kort klasgesprek over de ingeoefende leerstof. Welk soort oefeningen maakten we? (optellingen en aftrekkingen tot en met 8) Kunnen jullie al goed een bewerking bij een verhaal schrijven? Hoe doe je dat? Kunnen jullie bij een bewerking een verhaal vertellen? Hoe doe je dat? Wat kunnen jullie al goed? Wat vinden jullie nog moeilijk? 20.4

22 Optellen en aftrekken tot en met 8 Les 20 Dit kan ik al! Ik kan optellen tot en met 8. Ik kan aftrekken tot en met 8. = = 1 Vul de bewerking in. = = = = = 3 3 Vul in. 2 Vul in. G/B 2 = = = = = = = = 8 = = = = = = Los op. 7 Vul in. Kleur de vakken waar je 8 invult = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = Vul in = = = = = = = = = = = = = = = = = = 5 Volg de weg van Tientje naar haar huisje. Doe + 2 of = = = = = = 5 Dit heb ik vandaag geleerd. Ik leerde bij een rekenverhaal een bewerking schrijven. Ik leerde bij een bewerking een rekenverhaal vertellen. Ik leerde optellen en aftrekken tot en met 8. SPELLETJESKAART Puzzelen Zet jij de stukken van de Wiskanjer op de juiste plaats?

23 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 5 Kopieerblad 1.5.1

24 Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 7 Kopieerblad 3.7.1

25 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 15 Kopieerblad

26 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 1 Bijlage 1.1.1

27 0 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 1 Bijlage 1.1.2

28 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 2 Bijlage 1.2.1

29 2 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 2 Bijlage 1.2.2

30 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 6 Bijlage 1.6.1

31 4 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 1 Les 6 Bijlage 1.6.2

32 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 2 Les 4 Bijlage 2.4.3

33 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 2 Les 14 Bijlage

34 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 4 Bijlage 3.4.2

35 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 12 Bijlage

36 De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 2 Bijlage 3.2.3

37 0 + 6 = = = = = = = = = = = = = = = =. De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 16 Bijlage

38 2 + 4 = = = = = = = = = = = = = = = =. De Wiskanjers 1, Plantyn Blok 3 Les 16 Bijlage

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter. WERKBOEK 3 Meetkundige begrippen Les 11 Dit kan ik al! Ik ken verschillende soorten lijnen. Ik weet wat een punt en een lijn is en kan die tekenen en noteren. Ik kan van een figuur zeggen of het een driehoek,

Nadere informatie

W E R K B O E K 4 B L O K _Wiskanjers_Ljr4.indb :46

W E R K B O E K 4 B L O K _Wiskanjers_Ljr4.indb :46 WERKBOEK 4 BLOK 3 4-3-12_Wiskanjers_Ljr4.indb 1 12-02-16 13:46 8 150 Aftrekken tot 100 000 zonder brug Les 12 Dit kan ik al! Ik kan natuurlijke getallen tot 10 000 aftrekken zonder brug. 1 Vul de rekenboom

Nadere informatie

Analyse van getallen tot (2)

Analyse van getallen tot (2) WERKBOEK 5 Les 7 Analyse van getallen tot 1 000 000 (2) Dit kan ik al! Ik kan getallen tot 1 000 000 lezen en schrijven. Ik kan getallen tot 1 000 000 op een getallenas plaatsen. Ik kan getallen tot 1

Nadere informatie

W E R K B O E K 2 B L O K _Wiskanjers_Ljr2.indb :21

W E R K B O E K 2 B L O K _Wiskanjers_Ljr2.indb :21 WERKBOEK 2 BLOK 3 2-3-13_Wiskanjers_Ljr2.indb 1 15-02-16 14:21 De maal- en deeltafel van 2, 10 en 5 Les 13 Dit kan ik al! Ik kan het keer- of maalteken benoemen en correct gebruiken. Ik kan de maal- en

Nadere informatie

WERKBOEK 2. WB_WK_LJ2_BL1_Lessen_ indb 1

WERKBOEK 2. WB_WK_LJ2_BL1_Lessen_ indb 1 WERKBOEK 2 WB_WK_LJ2_BL1_Lessen_8-10-11-17.indb 1 12-10-15 13:55 Schatten en handig tellen Les 17 Dit kan ik al! Ik kan hoeveelheden handig tellen door te turven. 1 Bepaal het juiste aantal ballen. Zo

Nadere informatie

Lesopbouw: instructie. 2 Instructie. 1 Start. Blok 4 Week 2 Les 1

Lesopbouw: instructie. 2 Instructie. 1 Start. Blok 4 Week 2 Les 1 Blok Week 2 Les 1 0 70 30 0 35 5 20 10 1 36 2 11 12 1 0 739 00 96 325 10 71 02 9 327 330 69 56 1 210 332 700 566 20 212 59 29 3 599 76 551 300 5 1 770 99 0 00 109 3 991 10 02 111 350 70 270 96 596 150

Nadere informatie

De Wiskanjers Welkom op de Zomerschool

De Wiskanjers Welkom op de Zomerschool De Wiskanjers Welkom op de Zomerschool 22-23-24 augustus 2016 1ste leerjaar Waarom deze zomerschool? Een globaal beeld krijgen van de methode De krachtlijnen in het 1 ste lj De opbouw van de lessen De

Nadere informatie

LES. les 1 rap rat, rap! THEMA 5. dit kan ik al! deze les gaat over... de a van rat. aan de slag! man, man, man SPELLINGBOEK

LES. les 1 rap rat, rap! THEMA 5. dit kan ik al! deze les gaat over... de a van rat. aan de slag! man, man, man SPELLINGBOEK THEMA 5 LES 1 les 1 rap rat, rap! dit kan ik al! ik kan de letter a schrijven. ik kan woorden met de korte a lezen. SPELLINGBOEK deze les gaat over... 1 de a van rat schrijf a driemaal over. a schrijf

Nadere informatie

Kleur de clowns met een dikke buik.

Kleur de clowns met een dikke buik. Naam: Datum: deel Kwalitatieve begrippen Kleur de clowns met een dikke buik onderwerp Dik Oefenen doel Het kind kent het begrip dik 2 Boei Plantyn Naam: Luister naar de juf / meester Knip en Datum: deel

Nadere informatie

Uitgeverij Schoolsupport

Uitgeverij Schoolsupport [1] Regelmaat, 2006, Niveau *, Volgorde Hermelien tekent poppetjes. Steeds dezelfde drie achter elkaar. Welk poppetje komt er op de plaats van het vraagteken? TIP: Kijk goed naar de armen. Welke poppetjes

Nadere informatie

Gebruikte pictogrammen

Gebruikte pictogrammen WERKBOEK BLOK Gebruikte pictogrammen Domeinpictogrammen Getallen/Bewerkingen (Tientje Tel) Metend rekenen (Leo Maat) Meetkunde (Bob de kabouter) Toepassingen Instructiepictogrammen tekenen verbinden inkleuren

Nadere informatie

Kijk na! Buiten spelen

Kijk na! Buiten spelen De wereld in getallen Lessuggestie groep Handleiding Omschrijving Werkbladen voor groep B. Ze sluiten aan bij de minimumtoets en projecttoets van blok 3. De kinderen oefenen: vermenigvuldigen, automatiseren

Nadere informatie

Beginsituatie Dit is een herhalingsles. De leerkracht heeft een korte toets afgenomen om de beginsituatie vast te leggen.

Beginsituatie Dit is een herhalingsles. De leerkracht heeft een korte toets afgenomen om de beginsituatie vast te leggen. Les 23 De kalender Beginsituatie Dit is een herhalingsles. De leerkracht heeft een korte toets afgenomen om de beginsituatie vast te leggen. Lesdoelen De leerlingen kunnen/kennen: - aan de hand van een

Nadere informatie

LEERJAAR 3 WISKUNDE VOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX. P Metend Rekenen RONDJES LOPEN De leerlingen berekenen de omtrek en duiden hem aan.

LEERJAAR 3 WISKUNDE VOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX. P Metend Rekenen RONDJES LOPEN De leerlingen berekenen de omtrek en duiden hem aan. VOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX LEERJAAR 3 WISKUNDE P. 02-03 Metend Rekenen RONDJES LOPEN De leerlingen berekenen de omtrek en duiden hem aan. P. 0-05 Getallenkennis BINGO De leerlingen lezen kommagetallen.

Nadere informatie

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING LES De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING SUGGESTIES VOOR LINKEN Een determinatietabel is vaak uitsluitend opgebouwd uit ja-neevragen. In de les WO kun je samen met de leerlingen een eenvoudige determinatietabel

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

De liefjes van Doe! 2 Geef de liefjes die bij elkaar horen dezelfde kleur. Getallenkennis

De liefjes van Doe! 2 Geef de liefjes die bij elkaar horen dezelfde kleur. Getallenkennis Getallenkennis De liefjes van doel Ik kan de hoeveelheid splitsen. Onze monsters hebben elk een liefje. Ze vormen altijd een paar zodat ze samen vormen. Ook al wisselen de twee monsters van plaats, ze

Nadere informatie

Proefwerken juni 2017

Proefwerken juni 2017 Proefwerken juni 2017 Donderdag 15 juni Bewerkingen & toepassingen Luisteren & taalsystematiek* Vrijdag 16 juni Begrijpend lezen * Getallenkennis & toepassingen Maandag 19 juni Dinsdag 20 juni Spelling

Nadere informatie

oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd

oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd oefenbundel voor het tweede leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd leerinhoud aard bron de helft en het dubbel hoofdrekenen: aftrekken TE-E de tafels van 2, 3,, 5, 10 de tafels van 2, 3,, 5, 10 dagen, maanden,

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

Thema 1 Activiteit 4. Een leesworm in de boekenhoek (2A) Ra ra ra, wat ben ik?

Thema 1 Activiteit 4. Een leesworm in de boekenhoek (2A) Ra ra ra, wat ben ik? : Overzicht lesverloop 25 1 De leerlingen lezen individueel een aantal eenvoudige raadsels over voorwerpen uit een boekentas om ze daarna in duo s aan elkaar voor te lezen. Ze zoeken telkens samen naar

Nadere informatie

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen 1 Basisstof t/m 10 Lesdoelen De kinderen: kunnen hoeveelheden t/m ; kunnen een optelsom met voorwerpen t/m in de abstracte vorm noteren; kunnen werken met de rekentekens en. Materialen Klassikaal: Per

Nadere informatie

Steekkaart: nummer 5W

Steekkaart: nummer 5W Steekkaart: nummer 5W Onderwerp Ruimtefiguren herkennen in voorwerpen in de klas en hun eigenschappen benoemen Leeftijd/Doelgroep 5 e leerjaar Leergebied Wiskunde Organisatie Tijdsduur 50 minuten Beschrijving

Nadere informatie

SMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen

SMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen SMART-finale 2019 Ronde 1: 5-keuzevragen Ronde 1 bestaat uit 16 5-keuzevragen. Bij elke vraag is precies één van de vijf antwoorden juist. Geef op het antwoordformulier duidelijk jouw keuze aan, door per

Nadere informatie

Basisschool Toermalijn KOBA Zuiderkempen Lichtaartseweg Olen TEL:

Basisschool Toermalijn KOBA Zuiderkempen Lichtaartseweg Olen TEL: Basisschool Toermalijn KOBA Zuiderkempen Lichtaartseweg 129 2250 Olen TEL: 014215588 www.toermalijn-olen.be H Leerlijn kalenders Kleuterschool Daglijn 2,5 3 jarigen 4- jarigen 5-jarigen Prenten Dag Jules:

Nadere informatie

Project 'positief opvoeden' Maandag: complimentendag! Aangezien we werken rond positief opvoeden, starten we de projectweek met een positieve dag.

Project 'positief opvoeden' Maandag: complimentendag! Aangezien we werken rond positief opvoeden, starten we de projectweek met een positieve dag. Project 'positief opvoeden' Maandag: complimentendag! Aangezien we werken rond positief opvoeden, starten we de projectweek met een positieve dag. De leerlingen gaan elkaar vandaag eens extra veel complimenten

Nadere informatie

Lesopbouw: instructie. 1 Start. 2 Instructie. Blok 4 Week 2 Les 1

Lesopbouw: instructie. 1 Start. 2 Instructie. Blok 4 Week 2 Les 1 Blok 4 Week Les 1 40 40 70 80 0 70 0 40 5 1 4 3 33 3 73 4 8 9 7 37 17 57 47 34 4 3 1 17 5 4 5 35 37 43 8 33 57 81 4 55 39 3 4 74 8 4 44 41 31 34 74 4 47 37 Lesinhoud Bewerkingen: aftrekken vanaf een tiental

Nadere informatie

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A Puzzelvierkanten Werkblad 1 Vierkant linksboven Zoek eerst uit hoeveel één hartje waard is. Daarna kun je ook berekenen hoeveel een rondje waard is. Vierkant

Nadere informatie

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? w 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 1 X 2 X X 3 X X X 4 X X X X 5 X X X X X 6 X X X X X X 7 X X X X X X X 8 X X X X X X X X ö 1. D e n k e n D e

Nadere informatie

Eerst en vooral. heet ik jullie. van harte. Welkom. in het. leerjaar

Eerst en vooral. heet ik jullie. van harte. Welkom. in het. leerjaar Eerst en vooral heet ik jullie van harte Welkom in het leerjaar 1. Welkom Ik ben juf Sarah en ik kijk er enorm naar uit om dit schooljaar samen met jullie kinderen heel wat nieuwe dingen te leren. In de

Nadere informatie

Getallen. 1 Doel: getallen plaatsen op de getallenlijn. 2 Doel: getallen invullen op het 60-veld. 3 Doel: 5-structuur aangeven.

Getallen. 1 Doel: getallen plaatsen op de getallenlijn. 2 Doel: getallen invullen op het 60-veld. 3 Doel: 5-structuur aangeven. 1 Getallen Basisstof getallenstructuur t/m 60 Lesdoelen De kinderen: kunnen tellen/doortellen t/m 60; kunnen de getallen in het 60-veld schrijven; kunnen werken met de begrippen 2 en meer en 2 en minder

Nadere informatie

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties.

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties. 21. Verjaardagstabel Leeftijdsgroep Kerndoel Leerstofonderdeel Doel van de les Ongeveer 16-20 jaar Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse

Nadere informatie

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke Spinners Een nieuwe rage: spinners! Heb jij ze al gespot in jouw klas? Vervelend, al dat speelgoed op school, of handig! spinners in de klas, daar kun je leuke, leerzame activiteiten mee doen! Wij bedachten

Nadere informatie

aantal evaluatielessen

aantal evaluatielessen Jaarplanning Rekensprong Plus Rekensprong Plus heeft voor elk leerjaar een eenduidig jaarwerkplan. Elk werkschriftje van Rekensprong Plus overspant een periode tussen twee schoolvakanties werkschrift a

Nadere informatie

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING SUGGESTIES VOOR LINKEN In de les WO kun je een echte buddyboom planten op een zichtbare plaats op school. Gebruik dat moment om uit te leggen wat een boom nodig heeft

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

DIT IS HET DiKiBO-ZAKBOEK VAN

DIT IS HET DiKiBO-ZAKBOEK VAN Groep 3 4 & 2 2 DIT IS HET DiKiBO-ZAKBOEK VAN HOE WAT PAS OP TIP 3 COLOFON DiKiBO presenteert het complete reken-zakboek voor groep 3 & 4 3 Auteur: Nicolette de Boer Vanderwel B.V. www.nicolettedeboer.com

Nadere informatie

W E R K B O E K 6 B L O K _Wiskanjers_Ljr6.indb :57

W E R K B O E K 6 B L O K _Wiskanjers_Ljr6.indb :57 WERKBOEK 6 BLOK 6--_Wiskanjers_Ljr6.indb -0-6 :7 Breuken weergeven en interpreteren () Les Dit kan ik al! Ik kan breuken op een getallenas plaatsen. Ik kan breuken rangschikken. Ik kan breuken weergeven

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam: Zwijsen jaargroep naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs recept voor glazen bananenmilkshake bananen, l ijs, l melk,1 l limonadesiroop 1 cl ijs 1 liter Schil de bananen. Snijd ze in grote

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam: Zwijsen jaargroep 6 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs recept voor 6 glazen bananenmilkshake 2 bananen 0,25 l ijs 0,40 l melk 0,10 l limonadesiroop 100 cl 0 ijs 1 liter 0 Schil de bananen.

Nadere informatie

BLOKMENU BLOKLESSEN. halfslagsymmetrie. 2 De wereld in getallen groep 4 Handleiding Malmberg 's-hertogenbosch. toetsboek. werkboek

BLOKMENU BLOKLESSEN. halfslagsymmetrie. 2 De wereld in getallen groep 4 Handleiding Malmberg 's-hertogenbosch. toetsboek. werkboek BLOKMENU BLOKLESSEN werkboek toetsboek les inhoud domein lesdoel 1 x 2 x doel 1 Eureka De kinderen gaan aan de slag met keerkunst. Dit is kunst die je een halve slag kunt draaien zonder dat je het ziet.

Nadere informatie

K 1 Symmetrische figuren

K 1 Symmetrische figuren K Symmetrische figuren * Spiegel Plaats de spiegel zó, dat je twee gelijke figuren ziet. Plaats de spiegel nu zó op het plaatje, dat je dezelfde figuur precies éénmaal ziet. Lukt dat bij alle plaatjes?

Nadere informatie

leerjaar WISo wijsen wiskunde onderwijs leerjaar doelenkatern reken- en wiskundemethode voor het lager onderwijs

leerjaar WISo wijsen wiskunde onderwijs leerjaar doelenkatern reken- en wiskundemethode voor het lager onderwijs leerjaar 1 WISo wijsen wiskunde onderwijs leerjaar 1 doelenkatern reken- en wiskundemethode voor het lager onderwijs Voorafgaande toelichting bij doelenkatern, leerjaar 1 leerjaar 1 Beste leerkracht Voor

Nadere informatie

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING LES 9 De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING SUGGESTIES VOOR LINKEN Je kunt het kopieerblad met de dobbelsteen (de 5 W-vragen en de H-vraag) kopiëren voor alle leerlingen. Laat ze zelf de dobbelsteen versieren

Nadere informatie

Wie ben jij? HANDLEIDING

Wie ben jij? HANDLEIDING HANDLEIDING Wie ben jij? Korte omschrijving lesactiviteit Iedereen legt vijf vingers op tafel. Om de beurt vertel je iets over jezelf, waarvan je denkt dat het uniek is. Als het inderdaad uniek is, dan

Nadere informatie

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop:

Pak de jas! Werkvorm: Spel. Materiaal: Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes. Verloop: Pak de jas! Spel Dobbelsteen Zes gekleurde jasjes De leerkracht gooit met de dobbelsteen. De leerlingen nemen om ter snelste dezelfde kleur jas als de kleur van de dobbelsteen. De leerlingen verwoorden

Nadere informatie

Tafels bloemlezing. Inhoud 1

Tafels bloemlezing.   Inhoud 1 Tafels bloemlezing Leer- en oefenboek 49 bladzijden. Hier zie je de hele pdf, waarin veel geschrapt is, maar waarin je een prima indruk krijgt hoe deze methode is opgebouwd. Dit is een methode die niet

Nadere informatie

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip-fase 5 Zegt samen met de PM-er en andere kinderen de telrij tot en met 3 op, bijv. in de context van een telliedje enoemt de begrippen meer en minder

Nadere informatie

BEWERKINGEN. B0 Doelstellingen

BEWERKINGEN. B0 Doelstellingen BEWERKINGEN B0 Doelstellingen Deze doelstellingen zijn bedoeld voor de studenten kleuteronderwijs Arteveldehogeschool. Ze geven een beeld van wat verwacht wordt voor het examen. Toch is het ook voor anderen

Nadere informatie

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN 1 2 3 11628_rv_wb_breuken_bw.indd 2 13-11-12 23:2611628_rv_wb_breuken_bw.indd 3 13-11-12 23:27 4 5 6 Rekenvlinder Rekenen met breuken Toelichting Uitgeverij Zwijsen B.V.,

Nadere informatie

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING SUGGESTIES VOOR LINKEN Je kunt de leerlingen vertellen dat 30 jaar geleden de meeste mensen in ons land dagelijks een krant kochten of via de post ontvingen. Dat aantal

Nadere informatie

SPELLINGBOEK 2 DEEL B

SPELLINGBOEK 2 DEEL B SPELLINGBOEK 2 DEEL B LES 6 Echte, rechte en slechte tanden DIT KAN IK AL! Ik schrijf woorden met het dubbele staartje -gt. Deze les gaat over... We stegen met een zucht, tot boven in de lucht. We zaten

Nadere informatie

Lesleidraad. Beste docent

Lesleidraad. Beste docent 2 Lesleidraad Beste docent De zomer van Atlas komt eraan. Honderden anderstaligen kunnen zich de laatste week van juni inschrijven voor het zomeraanbod bij Atlas. We willen de cursisten de kans geven om

Nadere informatie

Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 1/2/3)

Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 1/2/3) Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 1/2/3) Zakelijke gegevens naam student: Bente Veenstra stageschool: De Ontdekking in Didam Iselinge klas: VR2C mentor/mentrix: Hetty Bennink datum:06-11-2014 aantal leerlingen:

Nadere informatie

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A Omtrek en oppervlakte (1) Werkblad 1 Van een rechthoek die mooi in het rooster past zijn lengte en breedte hele getallen. Lengte en breedte zijn samen gelijk

Nadere informatie

Wat doen de kleuters deze week?

Wat doen de kleuters deze week? 5 juni tot vrijdag 9 juni 2017 Wat doen de kleuters deze week? Bij juf Nathalie in de instap- 1 e kleuterklas: De laatste maand van het schooljaar is van start gegaan en er staan nog heel wat leuke dingen

Nadere informatie

Diagnostisch rekenonderzoek

Diagnostisch rekenonderzoek Doel: Zicht krijgen op het niveau van tellen, kennis van cijfers en getalbegrip, vergelijken van hoeveelheden en bewerkingen tot 10 en tot 20 (splitsen, aanvullen, koppeling materiaal som en vv, sommen

Nadere informatie

BESPREKING 1e KLAS 1e REKENPERIODE MM Luc Cielen

BESPREKING 1e KLAS 1e REKENPERIODE MM Luc Cielen BESPREKING 1e KLAS 1e REKENPERIODE MM Luc Cielen Ik ben zo vrij om aan de hand van commentaar op de voorbereiding van je eerste rekenperiode een en ander te verduidelijken. Algemeen: Goed geformuleerde

Nadere informatie

werkboek groep 4 blok 7 en 8 naam

werkboek groep 4 blok 7 en 8 naam 1 2 3 4 5 6 werkboek groep 4 7 8 9 11 12 naam 10 blok 7 en 8 blok 8 x les xx 8 1 Hoeveel schroeven liggen hier? Vul in.... 2 34 Het konijnenhok x 4 schroeven is... schroeven. Reken uit. 2 groepjes van

Nadere informatie

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen Titel Eerlijk verdelen 2 Groep / niveau Groep 5/6 Leerstofaspecten Benodigdheden Organisatie Bedoeling Voorwaardelijke vaardigheden Lesactiviteit Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Nadere informatie

Eerst en vooral. heet ik jullie. van harte. Welkom. in het. leerjaar

Eerst en vooral. heet ik jullie. van harte. Welkom. in het. leerjaar Eerst en vooral heet ik jullie van harte Welkom in het leerjaar 1. Welkom Ik ben juf Sarah en ik kijk er enorm naar uit om dit schooljaar samen met jullie kinderen heel wat nieuwe dingen te leren. In de

Nadere informatie

2. Puzzelen naar 5 december grote groep

2. Puzzelen naar 5 december grote groep 2. Puzzelen naar 5 december grote groep Tijdens deze activiteit: tellen de kinderen af tot aan de komst van Sinterklaas. leggen de kinderen elke dag een puzzelstukje op de kalender. Hoofddoel Rekenen Meten

Nadere informatie

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht Wat is? Met de kaarten van Kraak Kracht evalueert u Kraak de Klas. U gaat door middel van de vragen die op de kaarten staan in gesprek met de leerlingen over de vaardigheden die ze hebben gebruikt. U kunt

Nadere informatie

T-shirts op een rij. Doel van de les - de telrij opzeggen tot en met 20 - terugtellen vanaf een willekeurig getal in het getallengebied

T-shirts op een rij. Doel van de les - de telrij opzeggen tot en met 20 - terugtellen vanaf een willekeurig getal in het getallengebied T-shirts op een rij Leeftijdsgroep Kerndoel 8-12 jaar Deze les levert een bijdrage aan het kerndoel: 2 De leerlingen leren rekenhandelingen uitvoeren voor het functioneren in dagelijkse situaties Leerstofonderdeel

Nadere informatie

De zomer van Atlas 2018

De zomer van Atlas 2018 De zomer van Atlas 2018 Beste docent Naar jaarlijkse gewoonte organiseert Atlas leuke en leerrijke activiteiten tijdens de zomermaanden. Hieronder vind je belangrijke informatie. Vermeld je deze info zeker

Nadere informatie

Genoeg ruimte? In de methodes

Genoeg ruimte? In de methodes Genoeg ruimte? Het berekenen van de oppervlakte van rechthoekige figuren komt in alle methoden voor. Vaak staat in de tekening aangegeven wat de te gebruiken eenheid is, bijvoorbeeld een vierkante meter.

Nadere informatie

naam :... datum :... klas :... Vul de juiste data in. Vandaag is het... (dag van de week). Ik schrijf de datum van vandaag

naam :... datum :... klas :... Vul de juiste data in. Vandaag is het... (dag van de week). Ik schrijf de datum van vandaag naam :... datum :... klas :... Vul de juiste data in. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 Vandaag is het... Ik schrijf de datum van vandaag (dag van de week).

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Evenredigheden en verhoudingen

Evenredigheden en verhoudingen WERKBOEK 4 Evenredigheden en verhoudingen Les 16 Dit kan ik al! Ik kan de verhouding tussen verschillende dingen behouden door alles evenveel keer groter of kleiner te maken. 1 Lees en los op. Gebruik

Nadere informatie

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING

De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING LES De Taalkanjers - Thema 1 HANDLEIDING SUGGESTIES VOOR LINKEN Je kunt de leerlingen speelgeld geven. Elk boek op de klasboekenmarkt krijgt een prijs, afgerond tot op 1. Ze mogen hun favoriete boek kopen

Nadere informatie

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven?

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Teken een beeldtafel. Kijk naar het voorbeeld en gebruik je eigen fantasie.

Nadere informatie

Acht leesadviezen voor thuis

Acht leesadviezen voor thuis Acht leesadviezen voor thuis Advies1 Advies 2 Advies 3 Advies 4 Advies 5 Advies 6 Advies 7 Advies 8 Overleg met uw kind over de tijdstippen waarop er het best kan worden ge. Als uw kind daarin inbreng

Nadere informatie

Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties 8. De verjaardagskalender Leeftijdsgroep Ongeveer 12-16 jaar Kerndoel Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3. De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties Leerstofonderdeel Doel van

Nadere informatie

oefenbundel voor het derde leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd

oefenbundel voor het derde leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd oefenbundel voor het derde leerjaar bij de Help Wibbel-wedstrijd leerhoud aard bron een stambreuk nemen oefenen Rekensprong Plus Map van Wibbel, oefenen, automatiseren en toepassgen cijferen: aftrekken

Nadere informatie

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start.

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start. EERLIJK DELEN EN OPRUIMEN In dit hoofdstuk zijn de activiteiten voor beschreven. Voor begint de Grote Rekendag met een gesprek over de meubels en materialen die in iedere kleutergroep te vinden zijn. Iedere

Nadere informatie

Kadoku. Rekenoefening groep 5&6 Doel. Materiaal. Voorbereiding. Beschrijving

Kadoku. Rekenoefening groep 5&6 Doel. Materiaal. Voorbereiding. Beschrijving Kadoku Rekenoefening groep 5&6 Doel Redeneren met en construeren van matrices Begrippen als rij, kolom, horizontaal en verticaal Logisch denken Materiaal Kopieerbladen 1 t/m 6: Kadoku Stiften of kleurpotloden

Nadere informatie

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard Extra spullen - Voor elk kind 1 exemplaar van Schaken op de basisschool. Werkboek 1: voor beginners in groepen 3, 4 en 5. - Schaakbordjes

Nadere informatie

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity Basisonderwijs Versie 22 mei 2018 INHOUD Inleiding... 2 Tijdsverloop... 2 Quiz: Waar gaat de gemeente over?... 3 Filmpje Hoe werkt de gemeenteraad?... 6 Wie is de baas in de gemeente?... 7 Van probleem

Nadere informatie

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesidee: Wat is weg? Speel dit spel met een klein groepje. Leg steeds vijf tot acht kaarten open op tafel. Geef de cursisten even de tijd om alle foto s in

Nadere informatie

Taak na blok 1 startles 8

Taak na blok 1 startles 8 Taak na blok startles 8 TAAK Klas: Datum: Klasnummer: Geef de meest passende naam voor elke figuur. Teken de vierhoek. De diagonalen zijn even lang ( cm) en halveren elkaar of snijden elkaar middendoor.

Nadere informatie

MAAL- en DEELTAFEL van ZEVEN

MAAL- en DEELTAFEL van ZEVEN MAAL- en DEELTAFEL van ZEVEN Luc Cielen Tweede klas. Aanbrengen en oefenen van de tafel van 7 (gespreid over 2 of 3 periodelessen) 01: Tellen van voorwerpen die per zeven verpakt zijn. Van elk van deze

Nadere informatie

Zweedse puzzel. Uitdager van de maand. Rekenen Wiskunde, Groep 7. Algemeen

Zweedse puzzel. Uitdager van de maand. Rekenen Wiskunde, Groep 7. Algemeen Uitdager van de maand Zweedse puzzel Rekenen Wiskunde, Groep 7 Algemeen Titel Zweeds puzzel Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen Eenvoudige getalsrelaties tussen optelsommen kunnen

Nadere informatie

De vraag is nu: hoe oud is Nina geworden?

De vraag is nu: hoe oud is Nina geworden? Titel Bloembollen Groep / niveau Eind groep 3, begin groep 4 Thematiek Kan in de lente Leerstofaspecten Structureren van grote vaststaande ongeordende hoeveelheden (tot 40) Verkennen van getallen tot 40

Nadere informatie

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard Extra spullen - Voor elk kind 1 exemplaar van Werkboek 1: voor beginners in groepen 3, 4 en 5. - Schaakbordjes 5x5. Een pdf staat

Nadere informatie

LES: Groepjes maken 2

LES: Groepjes maken 2 LES: Groepjes maken 2 DOEL strategieën ontwikkelen voor het bepalen van het aantal objecten in een rechthoekig groepje (bijv. herhaald optellen per rij, verdubbelen, een keersom maken); verband leggen

Nadere informatie

TOELICHTING BETEKENIS GEVEN AAN BREUKEN

TOELICHTING BETEKENIS GEVEN AAN BREUKEN TOELICHTING BETEKENIS GEVEN AAN BREUKEN 1 2 3 Rekenvlinder_betekenis_geven_aan_breuken.indd 2 27-06-13 21:57 4 5 6 13226_rv_wb_betekenis_geven_aan_breuken_bw.indd 3 04-07-13 17:26 liter 1 0 Rekenvlinder

Nadere informatie

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1 Versie 1 Datum: 11 juni 2011 Cursus: Docent: Taal in alle vakken Radha Gangaram Panday Door: Mario Hummeling, 1597628 Shafi Ilahibaks, 1540943 Cyril Bouwman, 1581806 Herman Hofmeijer, 1058201 Nico van

Nadere informatie

Getallen en breuken. 1 Doel: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen. Herhalen

Getallen en breuken. 1 Doel: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen. Herhalen Getallen en breuken Basisstof structuur van de getallen tot 000 000 breuken Lesdoelen De leerlingen kunnen: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen; helen en breuken verdelen; getallen op

Nadere informatie

Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 2.11 (einde tweede leerjaar / begin derde leerjaar)

Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 2.11 (einde tweede leerjaar / begin derde leerjaar) www.schoolfeedback.be Handleiding voor de afname van de toets wiskunde BW 2.11 (einde tweede leerjaar / begin derde leerjaar) Algemene instructies - De toets dient afgenomen te worden bij de ganse klasgroep.

Nadere informatie

Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre

Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Doelgroep Analfabete of gealfabetiseerde anderstaligen niveau 1.1. Deze les is gemaakt voor cursisten alfa mod. 4, maar is ook voor andere modules

Nadere informatie

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Blok 7 G/B vraag : natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren 0 2 0,5 0,75,25,8 2 3 4 en 4 Kijk

Nadere informatie

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Blok 7 G/B vraag : natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren Natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren 0 2 0,5 0,75,25,8 2 3 4 en 4 Kijk

Nadere informatie

Uitgeverij Schoolsupport www.schoolsupport.nl

Uitgeverij Schoolsupport www.schoolsupport.nl Sorteren kun je leren Leerinhoud: rubriceren, klanken onderscheiden. Materiaal: allerlei voorwerpen en bordjes. Locatie: klaslokaal (eventueel speelplaats). Groepsindeling: individueel. Tijdsduur: 10 minuten.

Nadere informatie

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten groep 5 vakantie instaples 1 taal Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal Lesduur 25 minuten Aanwijzingen bij de les

Nadere informatie

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal Dag van de Rechten van het Kind Kinderrechten Doelstellingen De kinderen verwoorden wat een kinderrecht is. De kinderen zien in hoe belangrijk het is dat kinderrechten gerespecteerd worden. De kinderen

Nadere informatie

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van...

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van... Routeboekje bij Alles telt Groep 3 Blok 1 Van... Groep 3 Blok 1 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 3A 2 1 Weer naar school. meedoen JJ LB 3A 2 2 Kijk en vertel. meedoen JJ GM 3 3.1 GM 3 3.2 LB 3A 3 3 Hoeveel

Nadere informatie

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok De Klimboom Een nieuw schoolplein. Hoeveel tegels samen? Eerst schatten, dan precies.

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok De Klimboom Een nieuw schoolplein. Hoeveel tegels samen? Eerst schatten, dan precies. jaargroep a n t w o o r d e n Zwijsen reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs blok De Klimboom w e r k b o e k = Een nieuw schoolplein. Hoeveel samen? Eerst schatten, dan precies. Les Overal getallen

Nadere informatie

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal Dag van de Rechten van het Kind Kinderrechten Doelstellingen De kinderen leiden uit concrete ervaringen af wat een kinderrecht is. De kinderen zien in hoe belangrijk het is dat kinderrechten gerespecteerd

Nadere informatie

6 Past je werk bij je privéleven? In deze prestatie ga je laten zien dat stage en privéleven best samen kunnen gaan.

6 Past je werk bij je privéleven? In deze prestatie ga je laten zien dat stage en privéleven best samen kunnen gaan. 6 Past je werk bij je privéleven? In deze prestatie ga je laten zien dat stage en privéleven best samen kunnen gaan. Ik ben een werkende moeder. Mijn vriend helpt thuis mee. Werken? Ik heb een kind, dat

Nadere informatie