voorwoord Waarom heeft dit examen in het nieuwe inburgeringsstelsel zo n centrale rol? Laurette Spoelman, projectleider Frontoffice Inburgering

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "voorwoord Waarom heeft dit examen in het nieuwe inburgeringsstelsel zo n centrale rol? Laurette Spoelman, projectleider Frontoffice Inburgering"

Transcriptie

1 Laurette Spoelman, projectleider Frontoffice Inburgering Waarom heeft dit examen in het nieuwe inburgeringsstelsel zo n centrale rol? voorwoord In het nieuwe inburgeringsstelsel vervult het inburgeringsexamen Nederland een cruciale rol. Het examen maakt haarscherp duidelijk of iemand voldoende de taal spreekt en genoeg kennis heeft van de Nederlandse samenleving om mee te kunnen doen. Het verplichte inburgeringsexamen is een nieuw fenomeen. Het is dan ook begrijpelijk dat iedereen die bij inburgering betrokken is, of het nu gaat om inburgeringsplichtigen, gemeenten of aanbieders, veel interesse hebben voor de inhoud en de eisen van het examen. Het is voor een goede voorbereiding op het nieuwe inburgeringsstelsel en het ontwikkelen van trajecten noodzakelijk om te weten hoe het inburgeringsexamen eruit gaat zien en op welke manier het examen wordt afgenomen. Daarom geeft de Frontoffice Inburgering nu al dit boekje uit, terwijl nog niet alle details van het examen bekend zijn. In het eerste hoofdstuk schetsen we de achtergronden van het verplichte inburgeringsexamen. Waarom heeft dit examen in het nieuwe inburgeringsstelsel zo n centrale rol? Wat is eigenlijk de gedachte achter het examen? Vervolgens behandelen we in het tweede hoofdstuk in detail de inhoud van het examen. Welke eisen en onderdelen zijn er? Hoe wordt het examen afgenomen? Het derde hoofdstuk gaat ten slotte in op de manier waarop inburgeringsplichtigen zich kunnen voorbereiden op het examen. Welke rol kunnen aanbieders hierbij spelen? inburgeringsexamen 3

2 voorwoord Hoewel in hoofdlijnen vaststaat hoe het inburgeringsexamen eruit komt te zien, zijn er nog enkele details die de komende maanden duidelijk worden. Via de website, de digitale nieuwsbrief en de schriftelijke kwartaalnieuwsbrief van de Frontoffice Inburgering houden we u voortdurend op de hoogte van de laatste stand van zaken. Ik wens u veel inspiratie en succes bij de voorbereidingen op het nieuwe inburgeringstelsel. Laurette Spoelman, projectleider Frontoffice Inburgering Het verplichte inburgeringsexamen is een nieuw fenomeen. 4 inburgeringsexamen

3 1 achtergronden van het inburgeringsexamen De eigen verantwoordelijkheid van nieuw- en oudkomers staat centraal. Het fenomeen inburgering is nog betrekkelijk nieuw in Nederland. Sinds 1998 kennen we de Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN). Volgens deze wet heeft iedereen die nieuw in Nederland komt de plicht een inburgeringsprogramma te volgen. Het is in het huidige stelsel de taak van de gemeente nieuwkomers dit programma aan te bieden. Onderdelen hiervan zijn naast taalles ook maatschappijoriëntatie en beroepenoriëntatie. Sinds 1999 zijn er tevens de diverse oudkomersregelingen. Deze zijn gericht op de inburgering van oudkomers die al langer in Nederland wonen, maar nog niet voldoende in onze samenleving zijn geïntegreerd. Kritiek op resultaten van het huidige stelsel Hoewel Nederland met de WIN lange tijd voorop liep in Europa, is de laatste jaren de kritiek op het stelsel sterk toegenomen. Die kritiek richt zich met name op de resultaten, die achterblijven bij de ambities. Het taalniveau van deelnemers stijgt te langzaam, de uitval is hoog en de integratie stokt. Er bestaat dan ook een brede consensus in Nederland dat inburgering minder vrijblijvend georganiseerd moet worden. Het kabinet-balkenende heeft bovendien besloten dat niet de ondersteunende regierol van de gemeente centraal moet staan, maar de eigen verantwoordelijkheid van nieuw- en oudkomers. Het is in principe hun verantwoordelijkheid en niet die van de (gemeentelijke) overheid, dat zij de Nederlandse taal leren en participeren in de maatschappij. inburgeringsexamen 5

4 achtergronden Wet Inburgering Om de inburgering in Nederland te verbeteren is een nieuwe wet in de maak, de Wet Inburgering (WI). Kern van deze wet is de inburgeringsplicht. Er gaat een algemene inburgeringsplicht gelden voor in beginsel alle vreemdelingen die niet gedurende ten minste acht jaar van de leerplichtige leeftijd in Nederland hebben gewoond. Daarnaast wordt de inburgeringsplicht ingevoerd voor enkele specifieke categorieën genaturaliseerde Nederlanders. Het betreft uitkeringsgerechtigden, ouders met minderjarige kinderen en geestelijke bedienaren. Daarnaast is een centraal onderdeel van de nieuwe wet het inburgeringsexamen. Wie de inburgeringsplicht heeft, moet dit examen halen of aantonen dat hij aan de eindtermen van het examen voldoet. Wie het examen niet haalt krijgt te maken met sancties, in de financiële of soms verblijfsrechtelijke sfeer. Inburgering is niet meer vrijblijvend. Het inburgeringsexamen is dan ook niet te vergelijken met de huidige profieltoets die scholingsinstellingen als afsluiting van een inburgeringstraject afnemen. Deze toets meet weliswaar het inburgeringsniveau, maar er zijn geen consequenties verbonden aan de resultaten. Dat wordt dus met het inburgeringsexamen heel anders. Profieltoets achterhaald Sinds de invoering van de WIN bestaan er toetsen die de taalvaardigheid van inburgeraars meten: de Profieltoetsen NT2. Deze toetsen meten hun taalvaardigheidsniveau. De score geeft aan waar iemand wat zijn taalvaardigheid betreft zit. De Profieltoetsen NT2 zijn bedoeld om de taalvorderingen vast te stellen aan het eind van het traject of binnen een jaar na de start van een traject. Er is echter geen norm voor zakken of slagen. Daarmee zijn de huidige Profieltoetsen NT2 geen echte examens. Veel aanbieders werken met andere toetsen als afsluiting. Toetsen die soms sterk verouderd zijn of al heel vaak zijn afgenomen en daardoor bekende kost zijn. Ook is er onvoldoende controle op de afname en de beoordeling van de toetsing. 6 inburgeringsexamen

5 achtergronden Al met al een situatie waarvan we kunnen zeggen dat er wel beleid is maar te weinig zicht op resultaat. De huidige generatie toetsen is bovendien gericht op een dwarsdoorsnede aan kennis en vaardigheden in het Nederlands. Veel lageropgeleiden hebben daarbij moeite om te laten zien dat zij al veel Nederlands hebben geleerd, omdat ze niet worden getoetst op hun functionele taalvaardigheid. Succesfactoren De kwaliteit van inburgeringstrajecten staat zoals gezegd sterk ter discussie. Dit heeft met allerlei elementen te maken. Hieronder bespreken we een aantal cruciale succesfactoren. De achterblijvende resultaten hebben onder meer te maken met onvoldoende maatwerk. Vraaggericht maatwerk De achterblijvende resultaten hebben onder meer te maken met onvoldoende maatwerk. De doelgroep is zeer divers wat vooropleiding, taalervaring, leeftijd, ambities en competenties betreft. Om goede resultaten te bereiken is dus maatwerk nodig. Gemeenten, maar ook opdrachtgevers als UWV, werkgevers en branches, kopen trajecten in bij aanbieders. Voor de aanbieders is het van belang de trajecten vol te hebben en te zorgen dat de deelnemers de eindstreep halen want daar is in het huidige stelsel de financiering mede op gebaseerd. Dit leidt ertoe dat er niet altijd met evenveel zorg gekeken wordt naar wat het best passende traject is voor een deelnemer. Het NT2-onderwijs is nog altijd erg aanbodgericht en lang niet zo vraaggericht als wenselijk zou zijn, zeker gezien de zeer gedifferentieerde groep. Het komt dan ook nogal eens voor dat een inburgeraar in een traject geplaatst wordt dat niet past bij zijn niveau, zijn ambities en zijn mogelijkheden en wensen. Dit is een punt van zorg als het gaat om het rendement van inburgering. inburgeringsexamen 7

6 achtergronden Als deelnemers het geleerde in de praktijk ook echt nodig hebben, neemt de interesse toe. Praktijkgericht Daarnaast staat vast dat het effect van het taalaanbod toeneemt naarmate de band met de praktijk groter is. Als deelnemers het geleerde in de praktijk ook echt nodig hebben, neemt de interesse toe. Als je dingen leert en vervolgens nooit nodig hebt, gaat taalverwerving hand in hand met taalverlies. Met name voor lageropgeleiden is het erg belangrijk dat zij de taal leren die voor hen persoonlijk van belang is. Dit is een belangrijke factor in het vergroten van het rendement. De afgelopen jaren is er meer en meer aandacht gekomen voor trajecten die leren en participeren combineren. Bijvoorbeeld een combinatie van taalleren en functioneren op de werkvloer of een traject waarbij allochtone ouders de taal leren gecombineerd met de taalontwikkeling van hun eigen kinderen op school. Daarnaast komt er steeds meer aandacht voor leren in de praktijk. Stagelopen wordt een steeds belangrijker onderdeel van het onderwijstraject. Om al deze redenen is ervoor gekozen het inburgeringsexamen zoveel mogelijk te laten aansluiten bij de praktijk. Hoofdstuk 2 gaat dieper in op dit praktijkgerichte karakter van het examen. Opleiding docenten In tegenstelling tot wat in het onderwijssysteem gebruikelijk is, bestaat er voor NT2-docenten geen lerarenopleiding. Ze beschikken op dit terrein dus ook niet over een akte van bekwaamheid of een diploma. Docenten die werkzaam zijn in het NT2-onderwijs hebben in het beste geval een nascholingscursus gevolgd. Dit is echter lang niet overal verplicht en het overgrote deel geeft dan ook les zonder daar specifiek voor te zijn opgeleid. De nog niet zo lang geleden opgerichte beroepsvereniging van NT2-docenten wil hier wat aan gaan doen. Dat is een goede ontwikkeling. De inhoud van het nieuwe inburgeringsexamen zou hierbij leidend moeten zijn. 8 inburgeringsexamen

7 achtergronden Betrouwbaarheid van toetsen Veel opdrachtgevers werken met financiële prikkels. Het behalen van resultaten in termen van niveaustijging is een belangrijk kenmerk van het huidige inburgeringsstelsel. Hoe groter de niveaustijging, hoe groter de financiële bonus. Zodra de aanbieder zelf verantwoordelijk is voor het bepalen van de gerealiseerde niveaus per deelnemer en de keuze van de in te zetten toets, rijst ook de vraag hoe betrouwbaar de gemeten resultaten zijn. Omdat naar schatting niet meer dan 5 procent van de inburgeraars een onafhankelijke begin- en eindmeting heeft gehad, is het niet mogelijk een betrouwbaar beeld te krijgen van het rendement van de huidige trajecten. Leren buiten het klaslokaal In een wereld waarin vakinhoud snel verandert, is het vooral van belang dat deelnemers competenties verwerven waarmee ze kunnen bijblijven op het vakgebied. In het onderwijs wordt steeds meer aandacht besteed aan het vermogen jezelf te blijven ontwikkelen. Voor het NT2-onderwijs geldt hetzelfde: ook hier is het vooral van belang dat je weet hoe je informatie kunt verzamelen, hoe je zelf verantwoordelijk kunt zijn voor het op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen en hoe je je het beste kunt gedragen in allerlei situaties. Taalvaardigheid is daarbij belangrijk maar niet de enige succesfactor. Het gaat ook om taalvaardigheid kunnen gebruiken en in veel situaties durven gebruiken. Een aspect dat daarmee samenhangt is de plaats waar je leert. De afgelopen jaren is wel duidelijk geworden dat het rendement van taalonderwijs voor met name laagopgeleide groepen beperkt is. Dit rendement zou veel groter kunnen zijn als het taalleren niet beperkt bleef tot de lestijd en het klaslokaal. Het oefenen buiten de muren van de school is van groot belang. Inburgering moet vooral leiden tot het vermogen jezelf te kunnen redden in allerlei situaties. inburgeringsexamen 9

8 Daar moet het inburgeringsonderwijs op gericht zijn en daar moet het onderwijs ook stimulerend in zijn. Het buitenschools leren dient daarom een meer prominente plek te krijgen in inburgeringstrajecten. achtergronden 10 inburgeringsexamen

9 2 inburgeringsexamen: eisen en onderdelen De eigen situatie van de inburgeringsplichtige staat centraal. De invoering van het inburgeringsexamen heeft ingrijpende gevolgen voor iedereen die met inburgering te maken heeft: de inburgeringsplichtigen, de aanbieders en de (lokale) overheid. Dat is ook precies de bedoeling. Het examen is erop gericht om de kwaliteit én het rendement van inburgering te verbeteren. De eigen situatie van de inburgeringsplichtige staat centraal. In dit hoofdstuk 2.1 Model 2.2 Taalniveau 2.3 Twee profielen 2.4 Opbouw examen 2.5 Praktijkdeel: portfolio 2.6 Praktijkdeel: assessment 2.7 Centraal: examen KNS 2.8 Centraal: elektronisch praktijkexamen 2.9 Centraal: examen spreek- en luistervaardigheid 2.10 Relatie met andere diploma s en toetsen inburgeringsexamen 11

10 2.1 De resultaten moeten zo betrouwbaar mogelijk worden vastgesteld. model Voor een geslaagde inburgering zijn drie partijen nodig. Natuurlijk allereerst de inburgeringsplichtige. Hij zal er primair zelf voor moeten zorgen dat zijn inburgering succesvol verloopt. Een ondersteunende rol spelen aanbieders van inburgeringsvoorzieningen. Die vervullen een belangrijke taak bij het realiseren van een zo hoog mogelijk niveau van taalverwerving. En dan is er nog de overheid die erop moet toezien of de beoogde effecten ook echt worden gehaald. De resultaten moeten zo betrouwbaar mogelijk worden vastgesteld. Het model dat bij het inburgeringsexamen wordt gehanteerd, sluit nauw aan bij deze verdeling van rollen. Het examen bestaat uit twee onderdelen: een praktijkdeel en een centraal deel. Het praktijkdeel bestaat uit het portfolio en/of een assessment, ook wel praktijktoetsen genoemd. Hierbij kan de inburgeringsplichtige kiezen tussen het samenstellen van het portfolio of het afleggen van de praktijktoetsen. Beide kunnen ook worden gecombineerd. Het centraal deel bestaat uit drie examenonderdelen: het examen Kennis van de Nederlandse Samenleving (KNS), het elektronische praktijkexamen (digitale praktijktoets) en een examen spreek- en luistervaardigheid oftewel de Toets Gesproken Nederlands (TGN). De inburgeringsplichtigen en de aanbieders zorgen voor de voorbereiding op het inburgeringsexamen. De overheid, vertegenwoordigd door de aangewezen exameninstellingen of de IB-groep, gaat na of de eindtermen van het praktijkdeel zijn gehaald. De resultaten van 12 inburgeringsexamen

11 de inburgeringsplichtigen bij het verwerven van taalvaardigheden en Kennis van de Nederlandse Samenleving worden door de overheid (vertegenwoordigd door de IB-groep) beoordeeld door middel van het afnemen van het centrale deel van het examen. model Schematisch model inburgeringsexamen Het examen bestaat uit twee onderdelen: een praktijkdeel en een centraal deel. assessment portfolio examen kennis van de nederlandse samenleving elektronisch praktijkexamen examen spreek- en luistervaardigheid inburgeringsexamen 13

12 model Voordelen van model Het model biedt twee grote voordelen: het examen is toegankelijk voor zeer veel klantgroepen van inburgeringsplichtigen en de aanpak zorgt voor een nauwe aansluiting van het geleerde op het functioneren in de praktijk. Deze voordelen worden gerealiseerd door een variatie in toetsvormen, maatwerk in de lesstof en een goede relatie tussen alle onderdelen van het examen. De inburgeringsplichtige heeft de touwtjes bij de eigen inburgering stevig in handen. De inburgeringsplichtige heeft baat bij deze aanpak, omdat wat hij leert relevant is voor zijn eigen situatie. Dit bevordert het rendement van het gevolgde traject. De inburgeringsplichtige neemt zijn eigen verantwoordelijkheid bij zijn inburgering. Het portfolio is in dit opzicht van essentieel belang. De inburgeringsplichtige kan hiermee zelf werken aan zijn inburgering, overzicht houden op de voortgang en - indien van toepassing - zijn positie als klant van een aanbieder vormgeven. Op deze manier heeft de inburgeringsplichtige de touwtjes bij de eigen inburgering stevig in handen. De aanbieder wordt door het model van het inburgeringsexamen gestimuleerd om inburgeringstrajecten op maat te leveren. Het buitenschools leren is van groot belang voor een goede uitvoering van de verschillende onderdelen van het inburgeringsexamen. Het komt de kwaliteit en het rendement van inburgeringstrajecten ten goede dat de resultaten met centrale toetsing worden beoordeeld. Aanbieders hebben met het portfolio en de praktijktoetsen ook voldoende houvast om die rol te kunnen vervullen. De overheid krijgt door het centraal deel van het examen een goed zicht op de resultaten van inburgering. De invoering van dit examen betekent dan ook een keerpunt in het Nederlandse inburgeringsbeleid. Voor het eerst kunnen de resultaten van de beleidsinspanningen op dit terrein op een betrouwbare wijze worden gemeten. 14 inburgeringsexamen

13 model Termijn voor behalen examen De asielmigranten onder de nieuwkomers krijgen vijf jaar de tijd om alle onderdelen van het inburgeringsexamen te halen. Gezinsvormers en -herenigers hebben na invoering van de Wet inburgering buitenland al in het land van herkomst een basisexamen inburgering op niveau A1 min afgelegd. Zij hebben daarmee aangetoond over een zekere taalvaardigheid te beschikken. Voor hen geldt een termijn van drieënhalf jaar. Oudkomers hebben een termijn van vijf jaar om het examen met succes af te leggen. inburgeringsexamen 15

14 2.2 Voor nieuwkomers is de norm van het inburgeringsexamen op niveau A2 vastgesteld. taalniveau In het inburgeringsexamen staat het taalniveau van de basisgebruiker centraal. Dit sluit aan bij de niveau-indelingssystematiek in het Common European Framework of References for Languages (CEFR). Het CEFR is een indelingsystematiek waarmee taalverwervingsniveaus worden beschreven. Dit raamwerk is bedoeld om communicatie over taalbeheersing in Europa mogelijk te maken. Het CEFR maakt onderscheid tussen zes taalverwervingsniveaus: van startende taalgebruiker tot zeer ervaren taalgebruiker. De Adviescommissie Normering Inburgeringseisen, beter bekend als Commissie Franssen, heeft in 2004 een advies uitgebracht over de niveaus die bij het inburgeringsexamen kunnen worden gehanteerd. De commissie raadt in het tweede deeladvies Normering Inburgeringsexamen (juni 2004) aan om uit te gaan van twee niveaus: A1 en A2 (het eerste en tweede taalverwervingsniveau). Dit advies is gevolgd bij het opstellen van de eisen voor het inburgeringsexamen. Verschil tussen nieuw- en oudkomers Voor nieuwkomers die zich vrijwillig in Nederland vestigen, is de norm van het inburgeringsexamen op niveau A2 vastgesteld. Dit geldt voor alle taalvaardigheden: spreken, luisteren, gespreksvaardigheden, lezen en schrijven. A2 is volgens de commissie Franssen minimaal nodig om te kunnen participeren in de Nederlandse samenleving. 16 inburgeringsexamen

15 taalniveau Voor de oudkomers is de norm voor de mondelinge vaardigheid eveneens op A2 bepaald, maar voor schriftelijke vaardigheden wordt het lagere niveau A1 gevraagd. Verreweg de meeste communicatie vindt mondeling plaats. Een minimum niveau van A2 is dan noodzakelijk. Omdat een deel van de oudkomers - met name de eerste generatie - laag opgeleid of analfabeet is, worden minder hoge eisen aan hun schriftelijke vaardigheden gesteld. Verreweg de meeste communicatie vindt mondeling plaats. Taalniveaus basisgebruiker De taalverwervingsniveaus A1 en A2 waarop het inburgeringsexamen is gebaseerd, zijn in het Common European Framework of References for Languages als volgt geformuleerd: Niveau A1 Kan vertrouwde dagelijkse uitdrukkingen en basiszinnen gericht op de bevrediging van concrete behoeften begrijpen en gebruiken. Kan zichzelf aan anderen voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens zoals waar hij woont, mensen die hij kent en dingen die hij bezit. Kan op een simpele wijze reageren, aangenomen dat de andere persoon langzaam en duidelijk praat en bereid is om te helpen. Niveau A2 Kan zinnen en regelmatig voorkomende uitdrukkingen begrijpen die verband hebben met zaken van direct belang (bijvoorbeeld persoonsgegevens, familie, winkelen, plaatselijke geografie, werk). Kan communiceren in simpele en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling over vertrouwde en alledaagse kwesties vereisen. Kan in eenvoudige bewoordingen aspecten van de eigen achtergrond, de onmiddellijke omgeving en kwesties op het gebied van diverse behoeften beschrijven. Deze taalverwervingsniveaus zijn nader uitgewerkt voor de taalvaardigheden spreken, luisteren, gespreksvaardigheden, lezen en schrijven. De uitwerking is opgenomen in de bijlage op pagina 46. inburgeringsexamen 17

16 2.3 Het leren van de taal is gericht op het functioneren in de eigen situatie. twee profielen Het leidende idee achter het inburgeringsexamen is dat integreren gemakkelijker gaat vanuit praktijkleren en dat taalverwerving het beste slaagt in een functionele context. De nadruk ligt dan ook niet op kennis, maar op vaardigheden en gedrag. Dit betekent dat het examen op een zodanige manier is vormgegeven dat de inburgeringsplichtigen worden gestimuleerd om kennis en ervaring op te doen die voor hun eigen situatie van belang is. Er wordt daarom een onderscheid gemaakt tussen mensen die zich voornamelijk bezighouden met de opvoeding van hun kinderen en mensen die (gaan) werken. Vanuit dit onderscheid zijn twee profielen ontwikkeld: Opvoeding, Gezondheid en Onderwijs (OGO) en Werk. Deze profielen zijn maatgevend voor de inhoud van de examenonderdelen. Aan beide profielen wordt daarnaast het onderwerp Burgerschap toegevoegd. Dat is voor iedereen verplicht. 18 inburgeringsexamen Het profiel Werk is bedoeld voor inburgeringsplichtigen die de Nederlandse taal vooral leren om te kunnen gebruiken op de werkvloer of omdat dit hen een betere kans op het vinden van werk geeft. Het profiel OGO geldt voor inburgeringsplichtigen voor wie - in ieder geval voorlopig - werk geen optie is. Het leren van de taal is vooral gericht op het functioneren op het terrein van opvoeding, gezondheid en onderwijs. Wel wordt van hen verwacht dat het leren van de Nederlandse taal wordt gecombineerd met het kunnen zoeken en vinden van werk. Voor beide profielen geldt dat inburgeringsplichtigen hun taalleren ook moeten kunnen toepassen in allerlei alledaagse situaties die voortvloeien uit het feit dat ze burger in Nederland zijn (het profiel Burgerschap).

17 2.4 De IB-groep neemt het centraal deel van het examen af. opbouw examen Het inburgeringsexamen is samengesteld uit twee onderdelen: een praktijkdeel en een centraal deel. In het praktijkdeel gaat het om het portfolio en/of het assessment (de praktijktoetsen). Het portfolio is een verzameling bewijzen waaruit blijkt dat de inburgeringsplichtige in zogeheten cruciale praktijksituaties (CP s) in het Nederlands heeft gefunctioneerd. Het assessment omvat praktijktoetsen, waarbij de inburgeringsplichtige laat zien dat hij bepaalde taalhandelingen kan uitvoeren. De inburgeringsplichtigen en de aanbieders hebben hierbij de mogelijkheid om te werken met het portfolio of de praktijktoetsen, of met een combinatie van beide. Het centraal deel van het examen bestaat uit drie examens: het examen Kennis van de Nederlandse Samenleving (KNS), het elektronische praktijkexamen (digitale praktijktoets) en een examen spreek- en luistervaardigheid oftewel de Toets Gesproken Nederlands (TGN). De IB-groep neemt het centraal deel van het examen af. Verspreid over het land worden uiteindelijk minstens tien examenlocaties ingericht. Het beoordelen van het portfolio kan zowel door een aangewezen exameninstelling als door de IB-groep. Alleen aangewezen exameninstellingen kunnen het assesment (de praktijktoetsen) afnemen. Voorwaarde is wel dat deze exameninstelling aangewezen is. Dit betekent dat zij moeten voldoen aan de eisen die gelden, zoals een deskundige examencommissie en een examenreglement. De IB-groep is verantwoordelijk voor de aanwijzing en houdt toezicht op de exameninstellingen. inburgeringsexamen 19

18 opbouw examen Praktijkdeel In het praktijkdeel van het inburgeringsexamen worden vijf functionele taalvaardigheden getoetst: spreken, luisteren, lezen, schrijven en gespreksvaardigheid. De inburgeringsplichtige kan via drie routes het deel vervullen: 1. Portfolio 2. Praktijktoetsen 3. Combinatievorm: portfolio en praktijktoetsen In het portfolio en de praktijktoetsen gaat het om cruciale praktijksituaties. In het portfolio en de praktijktoetsen gaat het om situaties die voor inburgeringsplichtigen van wezenlijk belang zijn om adequaat te kunnen functioneren in de Nederlandse samenleving: de cruciale praktijksituaties. In elk van de twee profielen Werk en OGO zijn een twintigtal van dergelijke situaties beschreven. Aan de cruciale praktijksituaties (CP s) zijn verschillende taalhandelingen gekoppeld: de cruciale handelingen (CH s). Voorbeelden cruciale praktijksituaties Twee voorbeelden van cruciale praktijksituaties en de bijbehorende cruciale handelingssituaties. Uit profiel Werk: CP7: Werkoverleg/teamvergaderingen CH1: Een werkoverleg voorbereiden CH2: Het werkoverleg CH3: Een verslag maken tijdens een werkoverleg Uit profiel Opvoeding, Gezondheidszorg en Onderwijs: CP2: De speelzaal CH1: Een bezoekje aan de peuterspeelzaal CH2: In gesprek met andere ouders over de speelzaal CH3: Gesprekjes bij halen en brengen over de gang van zaken CH4: In gesprek met de leidster van de speelzaal over de ontwikkeling van het kind 20 inburgeringsexamen

19 opbouw examen Centraal deel Het centraal deel van het examen bestaat uit drie examenonderdelen: het examen Kennis van de Nederlandse Samenleving (KNS), het elektronische praktijkexamen (digitale praktijktoets) en een examen spreek- en luistervaardigheid oftewel de Toets Gesproken Nederlands (TGN). Deze toetsen worden afgenomen in een examenlocatie die door de overheid wordt gecontroleerd. Hiervoor worden minimaal tien locaties ingericht. De IB-groep is verantwoordelijk voor het beheer, de aanmelding en de afname van de examinering. Voordat een inburgeringsplichtige examen kan doen, wordt zijn identiteit gecontroleerd. Alle centrale examens worden met behulp van de computer afgelegd. De kandidaat krijgt de uitslag niet direct te horen maar ontvangt die later. Inburgeringsdiploma Een inburgeringsplichtige ontvangt een uitslag wanneer hij een examenonderdeel heeft gehaald. Als de kandidaat de vier verplichte examenonderdelen met succes heeft afgelegd, ontvangt hij van de IB-groep het inburgeringsdiploma. Hij heeft dan aan zijn inburgeringsplicht voldaan. Als iemand zakt voor een deelexamen, kan hij zich opnieuw aanmelden en dit opnieuw afleggen. Wie vrijstellingsbewijzen voor bepaalde onderdelen van het examen heeft, komt in aanmerking voor het diploma als hij voor de overige onderdelen een positieve uitslag heeft gekregen. Bij een volledige vrijstelling of ontheffing wordt geen inburgeringsdiploma gegeven. Kosten Voor het afleggen van het inburgeringsexamen is examengeld verschuldigd. Dit moet de inburgeringsplichtige vooraf voldoen. De bedragen voor de examenonderdelen bij de IB-groep worden vastgesteld in een ministeriële regeling. De onderwijsinstellingen bepalen zelf de hoogte van het examengeld voor de decentrale onderdelen. Als de inburgeringsplichtige een inburgeringsvoorziening door de gemeente wordt aangeboden, omvat dit aanbod eenmaal inburgeringsexamen 21

20 opbouw examen het kosteloos afleggen van een examen. De inburgeringsplichtige betaalt wel een (beperkte) eigen bijdrage. Een deel van de inburgeringsplichtigen moet zelf het initiatief nemen om zich te kwalificeren voor het examen. Zij moeten ook de kosten voor de inburgering zelf dragen. Om ze daartoe financieel in staat te stellen bevat de Wet Inburgering enkele financiële regelingen. De inburgeringsplichtige kan bij de IB-groep geld lenen om zijn scholing in te kopen en het examengeld te betalen. Daarnaast kan hij aanspraak maken op een vergoeding, als hij het examen binnen de voor hem gestelde termijn heeft gehaald. Deze vergoeding dekt in ieder geval de kosten van het eenmalig afleggen van het inburgeringsexamen. Een deel van de inburgeringsplichtigen moet zelf het initiatief nemen om zich te kwalificeren voor het examen. Eisen aan exameninstellingen Een exameninstelling moet aan een aantal voorwaarden voldoen om in aanmerking te komen voor aanwijzing: Er is een deskundige examencommissie die de examens organiseert en afneemt. Deze commissie moet uit ten minste drie leden bestaan, onder wie één of meer examinatoren. De instelling moet zich bij het afnemen van het praktijkexamen houden aan het examenreglement. De continuïteit van de instelling moet zijn gewaarborgd. De normen voor een aanwijzing en de gang van zaken bij dit proces worden vastgesteld in een ministerieel besluit. De Raad van Toezicht van de IB-groep houdt toezicht op de naleving van deze normen en voorwaarden. 22 inburgeringsexamen

21 2.5 praktijkdeel: portfolio De inburgeringsplichtige moet zichzelf bewijzen in een minimum aantal cruciale praktijksituaties. Het portfolio is een verzameling van bewijzen waarmee de inburgeringsplichtige kan laten zien dat hij in bepaalde praktijksituaties in het Nederlands heeft gefunctioneerd. Als bewijs geldt een verklaring met een handtekening van een functionaris uit de praktijk. Zo n verklaring kan bijvoorbeeld worden afgegeven door een gemeenteambtenaar, een intercedent van het uitzendbureau of een verpleegkundige van het consultatiebureau. Die geeft daarmee aan dat de inburgeringsplichtige een gesprek in het Nederlands heeft gevoerd. De functionaris hoeft niet het niveau van taalvaardigheid te beoordelen. Het portfolio is een overzicht van alle situaties en taalhandelingen die de inburgeringsplichtige moet verwerven om het praktijkdeel en het centraal examen te kunnen halen. Hij moet zichzelf bewijzen in een minimum aantal cruciale praktijksituaties. Het portfolio wordt beoordeeld door een exameninstelling of de IB-groep. Het portfolio is uitsluitend erop gericht dat de inburgeringsplichtige bewijst dat hij in het Nederlands heeft gefunctioneerd in een vooraf bepaald aantal situaties. Hoe meer verklaringen de kandidaat heeft, des te beter heeft hij zich voorbereid op de andere onderdelen van het examen. inburgeringsexamen 23

22 praktijkdeel: portfolio Het portfolio draagt ertoe bij dat de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeringsplichtige wordt vergroot. Voordelen Het portfolio draagt ertoe bij dat de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeringsplichtige wordt vergroot. Het portfolio geeft een overzicht van wat hij allemaal moet leren in zijn inburgeringstraject ter voorbereiding op zijn examen. Hij hoeft niet voor iedere praktijksituatie een bewijs te verzamelen, maar hij moet wel in staat zijn om in alle in het portfolio beschreven situaties te functioneren. Daarmee is dit een belangrijk middel voor de inburgeringsplichtige om zijn taalontwikkeling te sturen. Ook wordt het buitenschools leren gestimuleerd. De inburgeringsplichtige wordt gedwongen om bewijzen te verzamelen van zijn functioneren in het Nederlands buiten de klas. 24 inburgeringsexamen

23 2.6 praktijkdeel: assessment De praktijktoetsen worden afgenomen door aangewezen exameninstellingen. Het assessment is een praktijktoets die uit meerdere onderdelen bestaat. De inburgeringsplichtige laat daarbij zien dat hij de taalhandelingen kan uitvoeren die horen bij een cruciale praktijksituatie. De praktijktoets is gebaseerd op werkelijke situaties, maar wordt als een simulatie afgenomen. Als inburgeringsplichtigen vaak in de praktijk hebben geoefend, is de simulatieomgeving voor hen voldoende vertrouwd om een praktijktoets goed te kunnen uitvoeren. Daarmee ontstaat een betrouwbaar beeld van het taalniveau van de kandidaat. Verloop toets De praktijktoetsen worden afgenomen door aangewezen exameninstellingen. Speciaal opgeleide assessoren voeren de praktijktoetsen uit, terwijl getrainde beoordelaars hun oordeel geven over het taalniveau van de inburgeringsplichtigen. De praktijktoetsen zijn gebaseerd op dezelfde set CP s en CH s die ook bij het portfolio gelden. Welke praktijktoetsen de inburgeringsplichtige moet uitvoeren, is van te voren onbekend. Het gaat om een steekproef, waarbij de praktijktoetsen willekeurig worden gekozen. Dit zorgt ervoor dat de inburgeringsplichtige zich op alle relevante praktijksituaties binnen zijn profiel voorbereidt en in iedere situatie kan functioneren. inburgeringsexamen 25

24 assessment De praktijktoetsen vormen een belangrijk sturingsinstrument voor de inrichting van inburgeringstrajecten. Voordelen In de praktijktoetsen wordt het taalniveau van de inburgeringsplichtigen beoordeeld. Dit gebeurt door getrainde beoordelaars. Hun expertise is van groot belang, omdat de kandidaten open vragen moeten beantwoorden. Door de inzet van de beoordelaars wordt de kwaliteit van de beoordeling gewaarborgd. De aanbieder kan de inburgeringsplichtigen met behulp van het assessment goed voorbereiden op het centrale deel van het inburgeringsexamen. Een bijkomend voordeel is dat deze toetsvorm vanwege de directe koppeling met de eigen praktijk bij uitstek geschikt is voor lager opgeleiden. Daarmee vormen de praktijktoetsen een belangrijk sturingsinstrument voor de inrichting van inburgeringstrajecten. 26 inburgeringsexamen

25 2.7 Het examen KNS meet vooral of iemand kennis kan toepassen. centraal: examen KNS Naast taalvaardigheden moet de inburgeringsplichtige Kennis van de Nederlandse Samenleving (KNS) verwerven. Dit examenonderdeel wordt centraal door de IB-groep afgenomen. Het gaat om een computertoets. Daarbij geldt voor iedereen hetzelfde niveau. De toets KNS meet vooral of iemand kennis kan toepassen. Acht domeinen Het examen KNS bestaat uit een reeks van eindtermen op acht verschillende domeinen: werk en inkomen omgangsvormen, waarden en normen wonen gezondheid en gezondheidszorg geschiedenis en geografie instanties staatsinrichting en rechtstaat onderwijs en opvoeding De eindtermen van het examen KNS zijn geformuleerd op basis van de resultaten van een onderzoek dat het bureau Euro RSCG Bikker onder een grote groep allochtonen en autochtonen heeft gehouden. Dit heeft geleid tot het vaststellen van de acht domeinen. Op grond van hetzelfde onderzoek, aangevuld met de aanbevelingen van de Commissie Franssen en het Brondocument Leren en Burgerschap van Cinop, zijn de acht domeinen uitgewerkt. inburgeringsexamen 27

26 centraal: examen KNS Daarbij zijn situaties gekarakteriseerd die cruciaal zijn voor alle burgers om deel te kunnen nemen aan de Nederlandse samenleving. Net als bij de taaltoetsen worden deze situaties cruciale praktijksituaties (CP s) genoemd. Vervolgens is per CP beschreven welke kennis daarbij hoort. Omdat het examen KNS vooral meet of iemand kennis kan toepassen, zijn er indicatoren voor gedrag geformuleerd. Een voorbeeld: in het examen wordt niet gevraagd naar de inhoud van artikel 1 van de Grondwet, maar worden wel situaties geschetst waarin de kandidaat moet laten zien dat hij weet hoe artikel 1 wordt toegepast. Dit betekent bijvoorbeeld dat de inburgeringsplichtige niet alleen moet weten dat homoseksualiteit bij wet geaccepteerd is, maar vooral hoe hij daarop moet reageren als hij ermee wordt geconfronteerd. Relatie met taaltoetsen De praktijksituaties in de opgaven voor de toets KNS komen grotendeels overeen met de situaties in de taaltoetsen. Een kandidaat die zich voorbereidt op het inburgeringsexamen, kan zich de inhoud van het examenonderdeel KNS én de inhoud van het portfolio, de praktijktoetsen en de Digitale praktijktoets geïntegreerd eigen maken. Verloop examen KNS Het examen KNS is een computertoets. De kandidaat krijgt op het beeldscherm vragen te zien. Die zijn geformuleerd als meerkeuzevragen, waarbij maar één antwoord goed is. Voor het examen KNS is een groot aantal vragen beschikbaar, waaruit voor de kandidaat een eigen, uniek examen wordt samengesteld. De vragen worden ondersteund met beeldmateriaal. De kandidaat raakt zo snel vertrouwd met de situatie waar een vraag over gaat. 28 inburgeringsexamen

27 centraal: examen KNS De inburgeringsplichtige leert de wettelijke kaders kennen voor het functioneren als burger in Nederland. Voordelen Het examen KNS draagt ertoe bij dat de kandidaat op de hoogte is van een aantal wezenlijke gegevens van Nederland. Hij is hierdoor ook in staat om voor hem belangrijke informatie op een goede manier te achterhalen. Verder leert de inburgeringsplichtige de wettelijke kaders kennen voor het functioneren als burger in Nederland. Daar vallen de rechten en plichten onder die voor alle inwoners gelden. De inburgeringsplichtige weet zo wat wel en niet mag en wat wel en niet wordt getolereerd. Tot slot leert hij wat gangbaar is in de omgang met en tussen Nederlanders. Dit voorkomt dat de inburgeringsplichtige in dergelijke contacten de plank misslaat, omdat hij niet goed op de hoogte is van de passende omgangsvormen. inburgeringsexamen 29

28 2.8 centraal: elektronisch Dit examenonderdeel wordt via de computer afgenomen. praktijkexamen (digitale praktijktoets) In het elektronisch praktijkexamen oftewel de Digitale praktijktoets, zijn lezen, schrijven, spreken en luisteren geintegreerd. Daarbij geldt dat spreek- en luistervaardigheid slechts op indirecte wijze worden getoetst. De basis voor de Digitale praktijktoets wordt gevormd door dezelfde cruciale praktijksituaties als bij het portfolio en de praktijktoetsen. Dit examenonderdeel wordt via de computer afgenomen. Verloop examen De kandidaat krijgt via het beeldscherm allerlei taalopdrachten, die gekoppeld zijn aan cruciale praktijksituaties. Elke situatie wordt ingeleid met beeldmateriaal om te zorgen dat de inburgeringsplichtige snel inzicht krijgt in wat er aan de hand is. Wie met deze situatie geoefend heeft, zal die herkennen. De kandidaat krijgt meerkeuzevragen, waarbij maar één antwoord goed is. Het kan gaan om het beantwoorden van vragen over een leestekst, het aanvullen van woorden of zinnen uit een brief of het volgen van een kort gesprek en aanklikken van de beste reactie. Op basis van de praktijksituaties worden passende opgaven geselecteerd. De kandidaat krijgt ongeveer veertig opdrachten. Voor iedereen wordt een eigen, unieke toets samengesteld uit een grote set van opdrachten. De taaltaken bij de Digitale praktijktoets sluiten aan bij het profiel (OGO/Werk én Burgerschap) van de inburgeringsplichtige. Voor een nieuwkomer zijn alle vragen op niveau A2. Een oudkomer wordt bij mondelinge taken getoetst op niveau A2 en bij schriftelijke taken op niveau A1. 30 inburgeringsexamen

29 elektronisch praktijkexamen Voordelen Met het elektronisch praktijkexamen wordt beoordeeld welk taalniveau de inburgeringsplichtige heeft. Uit zijn antwoorden op een willekeurige selectie van opgaven wordt duidelijk of hij het vereiste niveau echt beheerst en zich in alle situaties kan redden. Tevens gaat het om een controle van het praktijkdeel van het examen. Een kandidaat die zich met behulp van het portfolio en/of de praktijktoetsen voldoende heeft voorbereid, komt bij de Digitale praktijktoets niet voor verrassingen te staan. inburgeringsexamen 31

30 2.9 De kandidaat krijgt van de computer via de telefoon opdrachten. centraal: examen spreeken luistervaardigheid (TGN) Het examen spreek- en luistervaardigheid oftewel de Toets Gesproken Nederlands (TGN) beoordeelt op een directe wijze de spreekvaardigheid. De toets meet of kandidaten Nederlands kunnen verstaan en verstaanbaar Nederlands kunnen spreken. Daarbij wordt ook gemeten hoe goed ze de taal kunnen spreken. Daarmee vormt het deelexamen TGN een goede aanvulling op de Digitale praktijktoets waarbij alleen indirect deze vaardigheid wordt getoetst. Dit onderdeel van het centrale inburgeringsexamen wordt afgenomen via de telefoon. Sommige mensen hebben het dan ook over de telefoontoets. Maar deze benaming is misleidend, omdat de telefoon in verbinding staat met een computer. De kandidaat krijgt van de computer via de telefoon opdrachten te horen en antwoordt op die opdrachten door de telefoon. De opdrachten zijn door mensen ingesproken; de kandidaat hoort een gewone stem. In de computer zijn de goede antwoorden opgeslagen. Wanneer de kandidaat spreekt, vergelijkt de computer diens antwoord met het goede antwoord en bepaalt dan of het antwoord van de kandidaat klopt. De computer weet ook hoe een kandidaat het antwoord zou kunnen uitspreken. Want de computer is getraind met de antwoorden van zeer veel Nederlanders en anderstaligen. Kandidaten kunnen zich met behulp van oefenvragen voorbereiden op de Toets Gesproken Nederlands. Deze oefenvragen geven een beeld van het soort vragen dat zij bij het deelexamen kunnen tegenkomen. Dit geeft, samen met de eindtermen in het portfolio, inburgeringsplichtigen en aanbieders voldoende houvast bij de voorbereiding. 32 inburgeringsexamen

31 gesproken toets Verloop examen Aan het begin controleert de computer of het geluid goed genoeg is en of de kandidaat hard genoeg spreekt. De computer zegt: We testen eerst het geluid. Zeg alstublieft de naam van de stad en van het land waar u nu bent. Als dat allemaal goed gaat, begint de eigenlijke toets. Deze toets bestaat uit vijf delen. Ieder deel begint met een uitleg van de soort opdrachten die gaan komen en geeft ook voorbeelden. De delen zijn aangeduid met de letters A tot en met E. Deel A: Nazeggen De kandidaat hoort losse zinnen, gesproken in normaal spreektempo en moet deze zinnen nazeggen. De computer zegt bijvoorbeeld Dat is een mooi verhaal en de kandidaat zegt dat letterlijk na. De zinnen variëren in lengte tussen de drie en vijftien woorden. Ze worden steeds iets moeilijker. De computer is getraind met de antwoorden van zeer veel Nederlanders en anderstaligen. Deel B: Vragen De examenkandidaat hoort korte vragen, gesproken in een normaal spreektempo. Hij antwoordt met een enkel woord of een kort zinnetje. De vragen zijn niet moeilijk. Het gaat er alleen om dat de kandidaat ze verstaat en duidelijk in het Nederlands kan antwoorden. Bijvoorbeeld: Een auto, heeft die twee wielen of vier wielen? De kandidaat zegt dan Vier of Vier wielen. Voor het beantwoorden van de vragen hoeft de kandidaat niet te beschikken over specifieke kennis van bijvoorbeeld de Nederlandse cultuur en geschiedenis. Deel C: Nazeggen Dit onderdeel van het examen is identiek aan deel A: er worden zinnen aangeboden die de kandidaat moet herhalen. inburgeringsexamen 33

32 Deel D: Tegenstellingen De kandidaat hoort een woord en reageert door een woord met een tegenovergestelde betekenis te noemen. Hij hoort bijvoorbeeld hoog en antwoordt dan met laag. gesproken toets Deel E: Navertellen van verhalen De examenkandidaat hoort twee korte verhalen, die in normaal spreektempo worden verteld. Hij vertelt met eigen woorden het verhaal zo goed mogelijk na. Het volledige deelexamen duurt ongeveer twaalf minuten. Dit is een gemiddelde omdat niet alle kandidaten even snel spreken. De computer wacht steeds totdat de kandidaat is uitgesproken, voordat de volgende opdracht wordt gegeven. De kandidaat hoort bijvoorbeeld hoog en antwoordt dan met laag. 34 inburgeringsexamen

33 2.10 relatie met andere diploma s en toetsen In sommige gevallen is vrijstelling van het inburgeringsexamen mogelijk In sommige gevallen is een (gedeeltelijke) vrijstelling van het inburgeringsexamen mogelijk. Drie belangrijke voorbeelden zijn: het behalen van het diploma Staatsexamen Programma I of Programma II, het behalen van een diploma voor het beroepsonderwijs en het behalen van de Naturalisatietoets. Staatsexamen Programma I of II Wie het Staatsexamen Programma I of II haalt, is vrijgesteld van alle onderdelen van het inburgeringsexamen. Het nieuwe inburgeringsexamen is vooral toegankelijk gemaakt voor lageropgeleiden. Inburgeringsplichtigen die meer in hun mars hebben, zijn erbij gebaat hun inburgering naar een hoger plan te tillen. Zij doen er goed aan hun traject af te sluiten met het behalen van een Staatsexamendiploma: Programma I voor inburgeringsplichtigen die willen doorstromen naar werk of een opleiding op het hoogste niveau van het beroepsonderwijs of Programma II voor inburgeringsplichtigen die willen doorstromen naar werk of een opleiding op HBO- of universitair niveau. Met het behalen van een dergelijk diploma sluiten ze hun inburgering op een hoog taalniveau af. Ze hebben daarmee gelijk een toegangsbewijs voor de arbeidsmarkt of een opleiding die past bij hun niveau. Bij de begeleiding van hogeropgeleide inburgeringsplichtigen is het van groot belang dit aspect onder hun aandacht te brengen. inburgeringsexamen 35

34 diploma s en toetsen Diploma beroepsonderwijs Het behalen van een regulier onderwijsdiploma in Nederland is een andere manier om vrijgesteld te worden van het inburgeringsexamen. Met het diploma voor het beroepsonderwijs (BVE, HBO of wetenschappelijk onderwijs) heeft de inburgeringsplichtige een grotere kans op doorstroom naar werk of een vervolgopleiding dan met het halen van het inburgeringsexamen. Daarmee biedt de route via de startkwalificatie een betere garantie op succes dan de route via het inburgeringsexamen. Naturalisatietoets Wie in het verleden de naturalisatietoets heeft behaald, hoeft geen inburgeringsexamen te doen. Het niveau van de naturalisatietoets ligt op A2. Dit is hetzelfde taalniveau als voor het nieuwe inburgeringsexamen gaat gelden. Ook in de toekomst blijft deze uitzondering bestaan: het behalen van de naturalisatietoets gaat dan vrijstelling bieden voor deelname aan het inburgeringsexamen en omgekeerd. Op termijn zal de naturalisatietoets verdwijnen. Er blijft dan één toets over: het inburgeringsexamen. Op termijn zal de naturalisatietoets verdwijnen. 36 inburgeringsexamen

35 3 ontwikkelen van een aanbod op maat Het taalleren bij de buurvrouw en de winkelier om de hoek is een veelbesproken fenomeen. Een goed aanbod is in het nieuwe inburgeringsstelsel minstens zo belangrijk als in de huidige situatie. Niet alleen omdat gemeenten voor specifieke doelgroepen inburgeringstrajecten blijven inkopen, maar ook omdat individuele inburgeringsplichtigen op zoek zullen gaan naar een goede manier om zich voor te bereiden op het examen. Het taalleren bij de buurvrouw en de winkelier om de hoek is de afgelopen tijd een veelbesproken fenomeen. De praktijk leert echter dat er maar weinig inburgeringsplichtigen zijn die uitsluitend door hun omgang met Nederlanders een hoog taalniveau bereiken. Sommige inburgeringsplichtigen bereiken met behulp van kennissen een niveau in de vreemde taal waarmee ze zich kunnen redden. Maar de meeste inburgeringsplichtigen komen zonder een gericht traject niet veel verder dan een minimaal niveau. Het ontwikkelen van passend aanbod is primair de taak van aanbieders van inburgeringstrajecten. De opzet en inrichting van het inburgeringsexamen, met de sterke nadruk op praktijksituaties, vormen hierbij een belangrijk aanknopingspunt. Dit hoofdstuk gaat in op de manier waarop onderwijs en inburgeringsexamen op elkaar kunnen aansluiten. Praktijkgericht examen én onderwijs Een cruciaal element is het praktijkgerichte karakter van het inburgeringsexamen. Het inzicht dat het rendement van onderwijs sterk toeneemt als de taalactiviteiten gerelateerd zijn aan de praktijk is inburgeringsexamen 37

36 aanbod op maat Praktijkgerichte examens vragen om praktijkgerichte inburgeringstrajecten. leidend geweest bij de inrichting van het examen. Ook bij het ontwikkelen van een aanbod op maat zou daarom zoveel mogelijk een relatie moeten worden gelegd met de praktijk. In interactie met de maatschappelijke omgeving wordt die kennis opgebouwd en ook daar, in de praktijk, getoetst. Het een kan niet zonder het ander. Om die reden gaan we in dit hoofdstuk dieper in op de verbindingen die in de uitvoering gelegd kunnen worden. Praktijksituaties als handvat De cruciale praktijksituaties (CP s) zijn bewust zo geformuleerd dat ze niet alleen kunnen fungeren als onderlegger bij het examen, maar ook een blauwdruk kunnen zijn voor het inburgeringsaanbod. Met name de groep lagergeschoolde deelnemers profiteert van zo n hechte verbinding tussen toets en het gevolgde scholingstraject. Dit effect wordt nog eens versterkt als een deel van de oefeningen in de klas plaatsvindt én een ander deel in realistische buitenschoolse situaties. De deelnemer herkent in het scholingstraject activiteiten en omstandigheden die hij al eerder heeft meegemaakt en waar nu de taal bij geleerd wordt. Vervolgens kan de deelnemer van die bekende situaties weer volop gebruikmaken door daar meer en vaker te oefenen. Het ligt dus voor de hand dat aanbieders de verschillende CP s als basis voor hun scholingsmodules gebruiken. De inburgeringsopleiding bestaat dan uit een reeks van op CP s gebaseerde modules. Het is goed voorstelbaar dat een CP meteen aan het einde van de module wordt getoetst. Het is ook mogelijk verschillende modules tegelijkertijd te volgen omdat het verzamelen van informatie en het buitenschools oefenen veel tijd vraagt. 38 inburgeringsexamen

37 aanbod op maat Buitenschools oefenen Het is een goede zaak als deelnemers niet alleen in opleidingsverband oefenen, maar ook op de werkvloer, in de wijk, bij instellingen of bedrijven. Praktijkgerichte examens vragen om praktijkgerichte inburgeringstrajecten. Bij buitenschoolse oefening is een goede verbinding met de binnenschoolse aanpak belangrijk. Hoewel deelnemers veel zelf kunnen uitzoeken, is het als aanbieder belangrijk ondersteuning te leveren. Het is bijvoorbeeld verstandig om enige structuur aan te brengen in de buitenschoolse oefening door specifieke praktijkopdrachten. De opbrengsten van de buitenschoolse opdrachten moeten zoveel mogelijk in de inburgeringsopleiding terugkomen en omgekeerd. Het nut van praktijktoetsen Met name oudkomers presteren slecht bij toetsen, terwijl ze zich in de praktijk vaak juist heel goed weten te redden. Het blijkt dat oudkomers hun kennis en ervaring niet goed in algemene toetsen kunnen tonen. Dat zal met het nieuwe examen beter kunnen. Via de CP s in het profiel Werk kunnen bijvoorbeeld inburgeringsplichtigen die al jarenlang ervaring op de werkvloer hebben, hun eerder verworven kennis verzilveren. Wie op het werk regelmatig deelneemt aan werkoverleg, kan in een echte praktijksituatie tonen wat hij kan. Dat gaat zeker op als de inburgeringsplichtige dit deel van zijn examen op het werk aflegt. inburgeringsexamen 39

38 aanbod op maat Leerdoel Het is belangrijk dat elke opdracht een duidelijk doel heeft. Doelen kunnen geformuleerd worden in termen van opbrengst van de handeling: de deelnemer heeft telefonisch een afspraak gemaakt. Doelen kunnen ook geformuleerd worden in termen van vaardigheden of strategieën: de deelnemer oefent manieren van informatie krijgen. Ook kan een praktijkopdracht betrekking hebben op het verzamelen van socioculturele kennis: hij zoekt uit wat de verschillen zijn tussen kranten en weekbladen. Voorbeelden van praktijkopdrachten Veiligheid op de werkvloer Zoek op het infobord van je afdeling het Ontruimingsplan. Bedenk twee vragen bij dat ontruimingsplan en schrijf die op. Probeer in de pauze die vragen te stellen aan een collega. Lees het ontruimingsplan daarna nog een keer en onderstreep belangrijke woorden die je niet goed begrijpt. Vraag de betekenis van de woorden aan een collega of zoek ze op in een woordenboek. Neem de tekst en je vragen en woordenlijstje mee. (Doel van deze opdracht: de deelnemer leest het Ontruimingsplan en voert naar aanleiding hiervan gesprekken.) Gesprek met de mentor van je kind Ga samen met een andere deelnemer naar de school om een gesprek te voeren met de mentor van je kind. Je hebt je kind al laten vragen of je een bezoek kunt brengen. Je stelt minstens drie vragen over je kind en noemt ook zelf een probleem waar je je zorgen over maakt. De drie vragen en het probleem heb je in je lesgroep voorbereid. Je vraagt de andere deelnemer aantekeningen te maken tijdens het gesprek. (Doel deelnemer 1: kennismaken met de mentor en een gesprek voeren dat de basis kan vormen voor een vervolggesprek later in het jaar. Deelnemer 2: mee voorbereiden van het bezoek en zorgen voor aantekeningen in telegramstijl of in één-woord-zinnen tijdens het gesprek. Beide deelnemers: nabespreken in de lesgroep). 40 inburgeringsexamen

Het inburgeringsexamen

Het inburgeringsexamen Het inburgeringsexamen Als gevolg van de Nieuwe Wet Inburgering zijn zowel de oud- als de nieuwkomers niet alleen verplicht een inburgeringsprogramma te volgen, ze moeten op het inburgeringsexamen ook

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35494 11 december 2014 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 3 december 2014, 2014-0000179202,

Nadere informatie

INBURGEREN EXAMEN DOEN EXAMEN DOEN VOOR INBURGERING OF NATURALISATIE

INBURGEREN EXAMEN DOEN EXAMEN DOEN VOOR INBURGERING OF NATURALISATIE INBURGEREN EXAMEN DOEN EXAMEN DOEN VOOR INBURGERING OF NATURALISATIE Wilt u zich aanmelden voor het inburgeringsexamen? In deze folder leest u welke examens er zijn. Ook leest u hoe u de examens kunt doen.

Nadere informatie

Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?

Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN? Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1 Inleiding Dit is informatie over de Toets Gesproken Nederlands (of TGN) 1. De TGN maakt deel uit van het inburgeringsexamen buitenland. Moet u de TGN

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie 1. Waarom deze publicatie? Als u via naturalisatie Nederlander wilt worden, moet u onder andere zijn ingeburgerd. Dit wil zeggen dat u behoorlijk Nederlands

Nadere informatie

Dit is het schema zoals dat vanaf 1 januari 2015 geldt.

Dit is het schema zoals dat vanaf 1 januari 2015 geldt. ( jan 2015) Dit is het schema zoals dat vanaf 1 januari 2015 geldt. Wijziging: Het onderdeel KNS van het inburgeringsexamen is uitgebreid Informatie over naturalisatie en inburgering Wil de klant door

Nadere informatie

Handleiding Panelgesprek Geestelijke bedienaren

Handleiding Panelgesprek Geestelijke bedienaren Bijlage 14 Handleiding panelgesprek bij artikel 3.7, vierde lid, van de Regeling inburgering Handleiding Panelgesprek Geestelijke bedienaren Kennis van de Nederlandse samenleving (KNS) Aanvullend deel

Nadere informatie

Informatie over naturalisatie en inburgering

Informatie over naturalisatie en inburgering ( november 2012) Dit is het schema zoals dat vanaf 1 januari 2013 zal gelden. Wijziging: de inburgeringstaken worden per 1 januari 2013 overgeheveld van de gemeente naar DUO. Tot 1 januari 2015 zijn er

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26085 24 december 2012 Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 3 december 2012, nummer 2012-0000703808,

Nadere informatie

examen doen voor inburgering of naturalisatie

examen doen voor inburgering of naturalisatie InburgerEN EXAMEN DOEN examen doen voor inburgering of naturalisatie Wilt u zich aanmelden voor het inburgeringsexamen? In deze folder leest u welke examens er zijn. Ook leest u hoe u de examens kunt doen.

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie 1. Waarom deze publicatie? Als u via naturalisatie Nederlander wilt worden, moet u onder andere voldoende zijn ingeburgerd. Dit wil zeggen dat u behoorlijk

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland 1. Waarom deze publicatie? U moet het inburgeringsexamen halen om Nederlander te kunnen worden. Dit geldt ook als u in het buitenland

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland 1. Waarom deze publicatie? U moet het inburgeringsexamen halen om Nederlander te kunnen worden. Dit geldt ook als u in het buitenland

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland 1. Waarom deze publicatie? U moet het inburgerings examen (naturalisatietoets) halen om Nederlander te kunnen worden. Dit geldt ook als

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie 1. Waarom deze publicatie? Als u via naturalisatie Nederlander wilt worden, moet u onder andere voldoende zijn ingeburgerd. Dit wil zeggen dat u behoorlijk

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18055 19 november 2010 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 5 november 2010, nr.

Nadere informatie

Bijlage 11 Handleiding portfolio, bij artikel 3.5, eerste lid, van de Regeling inburgering Handleiding Portfolio

Bijlage 11 Handleiding portfolio, bij artikel 3.5, eerste lid, van de Regeling inburgering Handleiding Portfolio Bijlage 11 Handleiding portfolio, bij artikel 3.5, eerste lid, van de Regeling inburgering Handleiding Portfolio (behorend bij het praktijkdeel van het inburgeringsexamen) Het goedkeuren van het portfolio

Nadere informatie

Integratie en Samenleving. Nieuwe beleidsontwikkelingen

Integratie en Samenleving. Nieuwe beleidsontwikkelingen Integratie en Samenleving Nieuwe beleidsontwikkelingen Onderwerpen 1. Politieke achtergrond 2. Overeenkomsten en verschillen oude en nieuwe regelingen 3. Nieuwe examenonderdelen 4. Vrijstellingsregelingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 609 8 januari 2015 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 29 december 2014, nummer WBN 2015/1,

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst BVNT2. Mohammed el Hamdaoui Beleidsadviseur DUO

Informatiebijeenkomst BVNT2. Mohammed el Hamdaoui Beleidsadviseur DUO Informatiebijeenkomst BVNT2 Mohammed el Hamdaoui Beleidsadviseur DUO 14 november 2014 Presentatie - Globaal overzicht van taken en activiteiten DUO - Inzoomen: - Informatievoorziening - Kennisgeving -

Nadere informatie

Doel van de Wet inburgering is ervoor te zorgen dat vreemdelingen die zich in Nederland vestigen:

Doel van de Wet inburgering is ervoor te zorgen dat vreemdelingen die zich in Nederland vestigen: Bijlage 1 Wat is inburgeren? Doel van de Wet inburgering is ervoor te zorgen dat vreemdelingen die zich in Nederland vestigen: * Nederlands kunnen spreken, verstaan, lezen en schrijven * leren hoe de Nederlandse

Nadere informatie

Inburgerings- examen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgerings- examen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Deze brochure legt uit hoe het nieuwe inburgeringsexamen werkt. Vanaf 1 januari 2007 moet u dit examen

Nadere informatie

Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland

Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland Nieuwkomers die in Nederland moeten inburgeren zijn verplicht Nederlands te leren en zich te verdiepen in de Nederlandse samenleving, waarden en normen. Ook

Nadere informatie

Informatie over naturalisatie en inburgering

Informatie over naturalisatie en inburgering DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE 10.2.4.57 Informatie over naturalisatie en inburgering algemene informatie bronnen NVVB brochure Ontheffing inburgeringsexamen april 2008 NVVB brochure Informatie

Nadere informatie

De online inburgeringscursus ter voorbereiding op het basisexamen inburgering buitenland:

De online inburgeringscursus ter voorbereiding op het basisexamen inburgering buitenland: Heeft u een buitenlandse partner waarmee u in Nederland wilt wonen? Komt u voor langere tijd naar Nederland of wilt u een MVV aanvragen? Dan moet u voor uw komst al basiskennis hebben van de Nederlandse

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting Kaderstelling van het onderzoek De Wet inburgering buitenland (Wib) De Wib is op 15 maart 2006 in werking getreden. De doelstelling van de Wib is nieuwkomers vóór hun komst naar

Nadere informatie

Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland

Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland Voortgangscijfers inburgering Totaal Nederland Nieuwkomers die in Nederland moeten inburgeren zijn verplicht Nederlands te leren en zich te verdiepen in de Nederlandse samenleving, waarden en normen. Ook

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20949 30 december 2010 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 15 december 2010, nr.

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2011 No. 7 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 15 december 2010, nr. 5678825/10, tot vaststelling van de Regeling naturalisatietoets

Nadere informatie

VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN 2012

VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN 2012 CVDR Officiële uitgave van Alphen aan den Rijn. Nr. CVDR131348_1 4 april 2017 VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN 2012 (vastgesteld door de gemeenteraad op 22 december 2011, ingaande

Nadere informatie

Wat is duaal inburgeren?

Wat is duaal inburgeren? Wat is duaal inburgeren? Duaal is participeren Voldoende van Nederland en de Nederlandse taal leren om actief te kunnen deelnemen aan de Nederlandse samenleving Duaal is gelijktijdigheid Les en praktijk

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Regeling inburgering allochtone vrouwen niet-g31

Regeling inburgering allochtone vrouwen niet-g31 JU Regeling inburgering allochtone vrouwen niet-g31 Regeling van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 9 juni 2006, nr. DDS 5426381/06, tot bevordering van de inburgering van allochtone

Nadere informatie

2. Overzicht van modules en prijzen

2. Overzicht van modules en prijzen 2. 1. Blokken en domeinen 2. Doorlooptijden en invulling 3. Prijzen 1. Blokken en domeinen De methode KleurRijker dekt het taalniveau vanaf A0 + (zeer beperkte kennis van de Nederlandse taal, gealfabetiseerd)

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland 1. Waarom deze publicatie? 2. Hoe ziet het inburgeringsexamen eruit? U moet het inburgeringsexamen halen om Nederlander te kunnen worden.

Nadere informatie

Toetsen voor de Moderne Vreemde Talen en het Nederlands

Toetsen voor de Moderne Vreemde Talen en het Nederlands Toetsen voor de Moderne Vreemde Talen en het Nederlands bij het Common European Framework Instructie voor de kandidaat - 2 - Instructie voor de kandidaat Lees deze instructie voordat je een examen gaat

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie Inhoudsopgave 1. Waarom deze publicatie? 2. Hoe ziet het inburgeringsexamen eruit? 3. Wanneer hoef ik het inburgeringsexamen niet te doen? 4. Wat moet

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE 10.2.4.58 vervallen: het gelijknamige bericht, datumnr 0805-554 Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie brochure bronnen brochure van de IND ' Inburgeringsexamen:

Nadere informatie

Inburgeren voor asielmigranten

Inburgeren voor asielmigranten Inburgeren voor asielmigranten Inhoudsopgave Inburgeren bladzijde 1 Welke examens moet u doen? bladzijde 2 Participatieverklaring bladzijde 2 Inburgeringsplicht bladzijde 2 Inburgeringsexamen bladzijde

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 207 208 34 584 Wijziging van de Wet inburgering en enkele andere wetten in verband met het toevoegen van het onderdeel participatieverklaring aan het inburgeringsexamen

Nadere informatie

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland

Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inburgeringsexamen: voorwaarde voor naturalisatie in het buitenland Inhoudsopgave 1. Waarom deze publicatie? 2. Hoe ziet het inburgeringsexamen eruit? 3. Wanneer hoef ik het inburgeringsexamen niet te

Nadere informatie

INBURGEREN VERGOEDING INBURGERINGSDIPLOMA: GELD TERUG

INBURGEREN VERGOEDING INBURGERINGSDIPLOMA: GELD TERUG INBURGEREN VERGOEDING INBURGERINGSDIPLOMA: GELD TERUG U heeft het inburgeringsexamen of het Staatsexamen NT2 gedaan of u gaat nog examen doen. Een cursus en examen kosten geld. Als u het diploma heeft

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 16 mei 2017 Betreft Motie Voortman

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 16 mei 2017 Betreft Motie Voortman > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Regeling instelling adviescommissie normering inburgeringseisen

Regeling instelling adviescommissie normering inburgeringseisen REGELING VAN 7 JANUARI 2004, DDS 5250340/03; Regeling instelling adviescommissie normering inburgeringseisen De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie en de Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11168 25 april 2013 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 16 april 2013, nummer WBV 2013/6, houdende

Nadere informatie

hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering

hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering Inhoud 2 Wet inburgering 3 Wat is inburgeren? 4 Waarom inburgeren? 5 Wie moeten inburgeren? 6 Wanneer hoeft u niet in te burgeren? 9 Hoe

Nadere informatie

College van B&W. Leden van de gemeenteraad. Informatie over de uitvoering van Wet inburgering. Geachte dames en heren,

College van B&W. Leden van de gemeenteraad. Informatie over de uitvoering van Wet inburgering. Geachte dames en heren, College van B&W Uw contact R.J.A. Berkvens T (020) 540 46 27 F (0297) 38 76 76 r.berkvens@amstelveen.nl Leden van de gemeenteraad Postbus 253, 1430 AG Aalsmeer Vermeld bij reactie ons kenmerk en datum

Nadere informatie

hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering

hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering hoe moet ik inburgeren? informatiebrochure over de wet inburgering Inhoud Wet inburgering Wet inburgering Wat is inburgeren? Waarom inburgeren? Wie moeten inburgeren? Wanneer hoeft u niet in te burgeren?

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9757 25 juni 2010 Besluit van de Minister van Justitie van 16 juni 2010, nummer WBN 2010/6, houdende wijziging van de

Nadere informatie

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk)

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk) Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk) Naam: Mevrouw Bea Voorbeeld Adviseur: De heer Administrator de Beheerder Datum: 19 juni 2015 Inleiding In dit rapport wordt ingegaan op alle afgeronde onderdelen.

Nadere informatie

inburgering.graafschapcollege.nl

inburgering.graafschapcollege.nl Inburgeren bij het Graafschap College Bij de Taalschool van het Graafschap College zijn alle inburgeraars welkom. De Taalschool geeft lessen op drie verschillende taalniveaus. De Taalschool kijkt wat voor

Nadere informatie

maak kennis met Het College voor examens

maak kennis met Het College voor examens maak kennis met Het College voor examens College voor Examens 030 28 40 700, info@cve.nl Postbus 315, 3500 AH Utrecht www.cve.nl Het is enorm belangrijk dat de focus altijd gericht blijft op de leerling

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Noordoostpolder. Nr. 22908 29 februari 2016 Beleidsregels wet taaleis Noordoostpolder Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder,

Nadere informatie

Ellis Delken. Emmeke Boot

Ellis Delken. Emmeke Boot 2005 Ellis Delken Emmeke Boot Keurmerk Intake intake-toets leertempo opleiding werkervaring andere taal beoogd examendoel budget Cursusaanbod 2016 Fase A: van 0 naar A2 Fase B: op weg naar het examen Alfabetisering

Nadere informatie

Beleidsregels Wet taaleis gemeente Schouwen-Duiveland

Beleidsregels Wet taaleis gemeente Schouwen-Duiveland Beleidsregels Wet taaleis gemeente Schouwen-Duiveland Betreffende de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en gedeeltelijk arbeidsongeschikte

Nadere informatie

Algemene toelichting

Algemene toelichting Algemene toelichting De Wet inburgering (WI) regelt de inburgeringsplicht voor in beginsel alle onderdanen van derdelanden van 18 tot 65 jaar die duurzaam in Nederland willen en mogen verblijven. Aan de

Nadere informatie

7. Soc. voorzieningen en maatsch. dienstverlening

7. Soc. voorzieningen en maatsch. dienstverlening RAADSVOORSTEL status: B Agendapunt: 14 Onderwerp: Gemeentelijk beleid vanwege de invoering van de Wet inburgering Nederland 2007 en de Regeling 2007 en de vaststelling van de verordening wet inburgering.l

Nadere informatie

Project Taalcoaches. 1 januari 2009 31 december 2011. Locatie Moerdijk. Vluchtelingenwerk Brabant-West. Projectvoorstel taalcoaches.

Project Taalcoaches. 1 januari 2009 31 december 2011. Locatie Moerdijk. Vluchtelingenwerk Brabant-West. Projectvoorstel taalcoaches. Locatie Moerdijk VluchtelingenWerk Brabant-West Postbus 173 4250 DD Werkendam Telefoon (0183) 50 90 16 Fax (0183) 50 90 17 afdeling@vluchtelingenwerk.org Project Taalcoaches 1 januari 2009 31 december

Nadere informatie

Inburgeren voor asielmigranten

Inburgeren voor asielmigranten Inburgeren voor asielmigranten Inburgeren U hebt een verblijfsvergunning Asiel bepaalde tijd. En u hebt van DUO een brief gekregen. In de brief staat dat u moet inburgeren. Als u gaat inburgeren leert

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft, CVDR Officiële uitgave van Delft. Nr. CVDR466925_1 3 oktober 2017 Beleidsregel Wet taaleis 2016 (Participatiewet) Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft, gelet op artikel 18b

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 645 Besluit van 5 december 2006 tot uitvoering en vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet inburgering (Besluit inburgering)

Nadere informatie

nieuwkoop Giiolfl' Verordening Wet Inburgering Gemeente Nieuwkoop 2012

nieuwkoop Giiolfl' Verordening Wet Inburgering Gemeente Nieuwkoop 2012 nieuwkoop Giiolfl' Verordening Wet Inburgering Gemeente Nieuwkoop 2012 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 4 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking 4 Artikel 1 Begripsomschrijvingen 4 Artikel 2 Nadere regels

Nadere informatie

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, Regeling van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 6 december 2006, nr. DDS 5456934, houdende regels tot bevordering van vrijwillige inburgering in de niet-g31 gemeenten De Minister voor

Nadere informatie

Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Verordening Wet Inburgering Gemeente Boxmeer. Nummer: de Raad van de gemeente Boxmeer

Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Verordening Wet Inburgering Gemeente Boxmeer. Nummer: de Raad van de gemeente Boxmeer Gemeente Boxmeer Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Verordening Wet Inburgering Gemeente Boxmeer. Nummer: AAN de Raad van de gemeente Boxmeer Boxmeer, 22 mei 2007 Aanleiding Per 1 januari 2007

Nadere informatie

jaarrapportage examenbureau KCE

jaarrapportage examenbureau KCE jaarrapportage examenbureau KCE maart 2013- maart 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Aantal aanmeldingen 4 3. Uitslag examen 6 4. Aantal afgenomen examens per onderdeel 7 5. Examencommissie / examinatoren

Nadere informatie

BELEIDSREGELS WET INBURGERING

BELEIDSREGELS WET INBURGERING Burgemeester en wethouders van de gemeente Wormerland, Gelet op de hoofdstukken 2, 3 en 5 van de Verordening Wet Inburgering Wormerland 2007 besluit: vast te stellen de: BELEIDSREGELS WET INBURGERING Artikel

Nadere informatie

Beleidsregel Wet taaleis 2016

Beleidsregel Wet taaleis 2016 Toelichting op de beleidsregel Wet taaleis 2016 Algemeen Op 1 januari 2016 is de Wet taaleis Participatiewet in werking getreden, die artikel 18b in de Participatiewet toevoegt. Dit artikel bepaalt kort

Nadere informatie

Inge Aarnoudse & Sible Andringa Het belang van het Staatsexamen NT2

Inge Aarnoudse & Sible Andringa Het belang van het Staatsexamen NT2 Inge Aarnoudse & Sible Andringa Het belang van het Staatsexamen NT2 Onderzoek naar de motieven van Staatsexamenkandidaten Modellen van taalverwerving (Gardner 2001; Schumann 1986; Spolksy, 1989) Aarnoudse

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Zorgcampus Rotterdam BV

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Zorgcampus Rotterdam BV KWALITEITSONDERZOEK MBO Zorgcampus Rotterdam BV Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 30NZ Onderzoeksnummer : 294248 Datum onderzoek : 19 oktober 2017 Datum vaststelling : 14 december 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

Kadernotitie Wet inburgering Smallingerland. Gemeente Smallingerland Mei 2007

Kadernotitie Wet inburgering Smallingerland. Gemeente Smallingerland Mei 2007 Kadernotitie Wet inburgering Smallingerland Gemeente Smallingerland Mei 2007 Inhoudsopgave Inleiding Hoofdstuk 1 Wettelijk kader 1.1 Doelgroepen 1.2 Inburgeringexamen 1.3 Marktwerking 1.4 Leningsfaciliteit

Nadere informatie

overwegende dat het om redenen van rechtszekerheid en doelmatigheid wenselijk is om beleidsregels vast te stellen inzake de taaleis Participatiewet;

overwegende dat het om redenen van rechtszekerheid en doelmatigheid wenselijk is om beleidsregels vast te stellen inzake de taaleis Participatiewet; Beleidsregels taaleis Participatiewet 2018 Het Dagelijks Bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek; gelet op artikel 18b van de Participatiewet, overwegende dat het om redenen van rechtszekerheid en

Nadere informatie

Mbo, toets je taal! Taalvaardigheid Nederlands beoordelen in competentiegericht onderwijs

Mbo, toets je taal! Taalvaardigheid Nederlands beoordelen in competentiegericht onderwijs . Competentieleren Hajer, M. & T. Meestringa (2004). Handboek taalgericht vakonderwijs. Bussum: Coutinho. Ministerie van OC&W (2004). Van A tot Z betrokken. Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2010 (http://taalinmbo.kennisnet.nl/bronnen/aanvalsplan).

Nadere informatie

Vaardigheden. 1. Q1000 Spelling- en grammatica 2. Q1000 Nauwkeurigheid 3. Q1000 Typevaardigheid 4. Q1000 Engels taalniveau

Vaardigheden. 1. Q1000 Spelling- en grammatica 2. Q1000 Nauwkeurigheid 3. Q1000 Typevaardigheid 4. Q1000 Engels taalniveau Vaardigheden Wat zijn vaardigheden? Vaardigheden geven aan waar iemand bedreven in is. Ze zijn meestal aan te leren. Voorbeelden van vaardigheden zijn typen en kennis van het Nederlands. Wat meet Q1000

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 11 Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 11 Datum : Raadsvoorstel Reg. nr : 0610700 Ag nr. : 11 Datum :21-12-06 Onderwerp Wet inburgering Voorstel 1 Vaststellen Verordening Wet inburgering gemeente Boxtel Inleiding Naar verwachting wordt op 1 januari 2007

Nadere informatie

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI.

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI. NOTITIE EN BELEIDSREGELS WI INLEIDING Sinds 1 januari 007 is de Wet Inburgering (WI) van kracht. Op grond van deze wet is er een algemene inburgeringsplicht voor personen van 16 tot 65 jaar die duurzaam

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Bent u inburgeringsplichtig? 4 Op tijd inburgeren 4 Zelf regelen 4 DigiD 4

Inhoudsopgave. Bent u inburgeringsplichtig? 4 Op tijd inburgeren 4 Zelf regelen 4 DigiD 4 Over inburgeren Inburgeren Als u gaat inburgeren leert u over Nederland. U leert de Nederlandse taal. En u leert over het leven in Nederland. Inburgeren helpt u bij het leven in Nederland. Bij boodschappen

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van Montferland,

Het college van burgemeester en wethouders van Montferland, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Montferland. Nr. 98601 20 juli 2016 Beleidsregels Wet taaleis 26-06-2016 Het college van burgemeester en wethouders van Montferland, gelet op artikel 18b van

Nadere informatie

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI.

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI. BELEIDSNOTITIE EN BELEIDSREGELS WET INBURGERING INLEIDING Sinds 1 januari 2007 is de Wet Inburgering (hierna te noemen: WI) van kracht. Op grond van deze wet is er een algemene inburgeringsplicht voor

Nadere informatie

Jaarverslag Examenbureau Inburgering PIBLW-Reintegratie

Jaarverslag Examenbureau Inburgering PIBLW-Reintegratie Jaarverslag 2013 Examenbureau Inburgering PIBLW-Reintegratie Samenstelling jaarverslag: Joanna Mocko, Coördinator Examenbureau Inburgering Het verslag wordt openbaar gemaakt via publicatie op de website

Nadere informatie

Besluit van tot uitvoering van de Wet inburgering (Besluit inburgering)

Besluit van tot uitvoering van de Wet inburgering (Besluit inburgering) Besluit van tot uitvoering van de Wet inburgering (Besluit inburgering) Op de voordracht van Onze Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van *, Directie Wetgeving, nr. *; Gelet op de artikelen

Nadere informatie

inburgering en werkgevers De Frontoffice Inburgering is een tijdelijke

inburgering en werkgevers De Frontoffice Inburgering is een tijdelijke frontoffice inburgering postbus 16118 2500 bc den haag tel: 070 370 91 00 fax: 070 370 62 74 info@frontoffice-inburgering.nl www.integratie.net www.inburgering.net www.integratie.net www.inburgering.net

Nadere informatie

Inburgeren; vergoeding

Inburgeren; vergoeding Regelingen en voorzieningen CODE 6.6.4.86 Inburgeren; vergoeding brochure bronnen DUO, Servicecentrum Inburgering, uitgave januari 2010 Inburgeringsdiploma: Geld terug U heeft het inburgeringsexamen of

Nadere informatie

CVO PANTA RHEI - Schoonmeersstraat GENT

CVO PANTA RHEI - Schoonmeersstraat GENT identificatie opleiding Talen modulenaam Spaans Richtgraad 1: niveau 1 en 2 (ERK = Breakthrough) code module 5870/5871 en 5872/5873 goedkeuring door aantal lestijden 120/jaar studiepunten datum goedkeuring

Nadere informatie

Inburgering De nieuwe Wet Inburgering

Inburgering De nieuwe Wet Inburgering Inburgering De nieuwe Wet Inburgering Else Roetering en Jan Laurier De nieuwe Wet Inburgering is per 1 januari 2007 ingegaan. Hoewel de totstandkoming met veel politiek rumoer gepaard ging, is er in de

Nadere informatie

: Verordening Wet Inburgering

: Verordening Wet Inburgering Nummer Onderwerp : B-1.10.2007 : Verordening Wet Inburgering Korte inhoud : Per 1 januari is de nieuwe Wet Inburgering (WI) ingegaan. De Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN) komt hiermee te vervallen. Er

Nadere informatie

CVO PANTA RHEI - Schoonmeersstraat GENT

CVO PANTA RHEI - Schoonmeersstraat GENT identificatie opleiding Talen modulenaam Italiaans Richtgraad 1: niveau 1 en niveau 2 (ERK = Breakthrough en Waystage) code module 5862/5863 en 5864/5865 goedkeuring door aantal lestijden 120/jaar studiepunten

Nadere informatie

inburgering geestelijke bedienaren inburgering geestelijke bedienaren informatiebrochure over de wet inburgering

inburgering geestelijke bedienaren inburgering geestelijke bedienaren informatiebrochure over de wet inburgering inburgering geestelijke bedienaren informatiebrochure over de wet inburgering Inhoud Waarom moet u inburgeren? Waarom moet u inburgeren 3 In Nederland wonen mensen uit veel verschillende landen. Wie moet

Nadere informatie

Notitie Wet Inburgering Gemeente Heusden

Notitie Wet Inburgering Gemeente Heusden Notitie Wet Inburgering Gemeente Heusden Januari 2010 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 - geschiedenis van inburgering in Nederland... 2 - introductie Wet Inburgering.. 3 - Deltaplan inburgering 3 2. Wet Inburgering.

Nadere informatie

Beleidsregels taaleis Participatiewet Sociale Dienst Oost Achterhoek

Beleidsregels taaleis Participatiewet Sociale Dienst Oost Achterhoek Het college van burgemeester en wethouders van [gemeente], gelet op artikel 18b van de Participatiewet, overwegende dat het om redenen van rechtszekerheid en doelmatigheid wenselijk is om beleidsregels

Nadere informatie

Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs

Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs Keuzedeel mbo Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0959 Penvoerder: Sectorkamer voedsel, groen en gastvrijheid Gevalideerd door: Sectorkamer Voedsel,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31592 10 november 2014 Advies Raad van State betreffende besluit van... tot wijziging van het Besluit inburgering en het

Nadere informatie

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Beginnerslessen Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Wat leert u in deze les? Gesprekken over het inburgeringsexamen begrijpen. Welke examens bij het inburgeringsexamen horen. Waar u kunt oefenen met de

Nadere informatie

Algemene toelichting Verordening Wet inburgering 2010

Algemene toelichting Verordening Wet inburgering 2010 Algemene toelichting Verordening Wet inburgering 2010 1. Inleiding De Wet inburgering (WI) is op 1 januari 2007 in werking getreden en is in de plaats gekomen van de Wet inburgering nieuwkomers (WIN) en

Nadere informatie

Beleidsregels behorend bij de Verordening Wet inburgering Helmond 2015

Beleidsregels behorend bij de Verordening Wet inburgering Helmond 2015 Beleidsregels behorend bij de Verordening Wet inburgering Helmond 2015 Inhoud Hoofdstuk 1 Voorzieningen...1 Hoofdstuk 2 Ontheffen inburgeringsplicht...1 Hoofdstuk 3 De bestuurlijke boete...4 Hoofdstuk

Nadere informatie

Schets van het onderwijsprogramma Route 1, 16+ (begeleid) werk, inburgering

Schets van het onderwijsprogramma Route 1, 16+ (begeleid) werk, inburgering Schets van het onderwijsprogramma, inburgering De leerlingen in route 1 uitstroomprofiel (begeleid) werk, inburgering stromen door naar (begeleid) werk. Dat betekent dat er in het onderwijsprogramma aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 308 Regels inzake inburgering in de Nederlandse samenleving (Wet inburgering) Nr. 102 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE

Nadere informatie

Algemene toelichting Regels over de informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen

Algemene toelichting Regels over de informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen Algemene toelichting De Wet inburgering (WI) treedt op 1 januari 2007 in werking en komt in de plaats van de Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN) en de verschillende oudkomersregelingen. De WI regelt de inburgeringsplicht

Nadere informatie

Aanwijzen deskundige taaltoets

Aanwijzen deskundige taaltoets Aanwijzen deskundige taaltoets Op grond van artikel 8, tweede lid, van het Besluit beëdigde tolken en vertalers (hierna: het Besluit btv) kan Bureau Wbtv, namens de minister van Veiligheid en Justitie,

Nadere informatie

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn Bestuurlijke afspraken tussen de HBO-raad en de Minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap, naar aanleiding van het advies Vreemde ogen dwingen van de Commissie externe validering examenkwaliteit hoger

Nadere informatie

Algemene toelichting

Algemene toelichting Algemene toelichting Met ingang van 1 januari 2013 is de Wet inburgering gewijzigd. In de wet zoals die gold tot 31 december 2012 was aan gemeenten een aantal belangrijke taken toebedeeld. Door de gewijzigde

Nadere informatie