BRON A. Chapitre 5: Mon style est chic! 1 a 1) 2) 1 b foto 1 foto 2 foto 3 foto 4. 2 le café un croissant 3 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) 10)

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "BRON A. Chapitre 5: Mon style est chic! 1 a 1) 2) 1 b foto 1 foto 2 foto 3 foto 4. 2 le café un croissant 3 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) 10)"

Ruth Rosalia Brabander
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 1 a 1) 1 b foto 1 foto 2 foto 3 foto 4 2 le café un croissant la boulangerie la parfumerie le magasin de mode la librairie un parfum un coca un livre un jean 3 1) 7) 8) 9) 10) BRON A 4 1) A Wij zijn in Parijs B Wij ontdekken Parijs 5 a Couleurs Vêtements (kleren) et accessoires Physique (uiterlijk) Pagina 1 van 14

jean 3 1) 7) 8) 9) 10) BRON A 4 1) A Wij zijn in Parijs B Wij ontdekken Parijs

2 5 b 1) j adore / je porte descend / joue suis / déteste vois / rigoles peut-être / gris commencer / acheter 7) porte / découvre 8) entre / trouve 6 a 1) Wie is het? Is hij groot? Nee, hij is van gemiddelde lengte. Hij draagt een blauw en rood T-shirt en een blauwe joggingbroek. Ik vind dat hij erg mooi is. BRON B 8 a 1) A een internetsite B een blog C een tijdschriftartikel A de Galliërs B de Romeinen C Astérix en Obélix 8 b 1) 8 c 1) Pagina 2 van 14

Hij draagt een blauw en rood T-shirt en een blauwe joggingbroek. Ik vind dat hij erg mooi is.

3 8 d Il porte un pantalon rouge. Il porte des chaussures bleues. Il porte une ceinture verte. Il porte un pantalon bleu et blanc. Il porte des chaussures brunes. Astérix Obélix Panoramix Il porte un casque Il a une barbe. Il a une moustache. 10 a b ) Elle porte et Elle a les yeux bleus / verts / marron et Non, il a les yeux et Non, elle a les Pagina 3 van 14

Astérix Obélix Panoramix Il porte un casque Il a une barbe. Il a une moustache.

4 12 a 1) 12 b Haar Jurk Schoenen A kort B lang A blond B bruin C zwart D rood A blauw B oranje C rood D roze A bruin B grijs C zwart D blauw BRON C Aantekeningen: Het bijvoeglijk voornaamwoord 13 b 1) Le footballeur Jérémy Menez est grand. Il a une voiture grise. Il achète un nouveau sac. Il a des lunettes de soleil noires. Il a les cheveux bruns. Son T-shirt est noir. 7) Ses chaussures sont bleues. 8) Moi, j ai des chaussures brunes. 13 c 1) bleu / bleue brune / brunes noir / noire vert / verte petit / petite Pagina 4 van 14

Il a une voiture grise. Il achète un nouveau sac. Il a des lunettes de soleil noires. Il a les cheveux bruns. Son T-shirt est noir.

5 nouveau / nouvelle 7) blonde / blonds 8) grand / grands 14 a 1) 14 b 1) 7) 7) 8) 8) 9) 14 c 1) Les boutiques 7) 8) 14 d 1) 14 e Aujourd hui, je porte Wil je het bijvoeglijk naamwoord echt goed beheersen? Oefen dan ook op onze site: Pagina 5 van 14

porte Wil je het bijvoeglijk naamwoord echt goed beheersen?

6 BRON D Deze phrases-clés kun je hier beluisteren en bekijken: 16 b 1) J ai les cheveux courts. La robe est grise. Le parc est grand. Il a une moustache blonde. Tu portes des chaussures rouges? 7) La ceinture est verte. Elle est petite. 8) Je trouve qu il est intelligent 16 d C est qui Léa Castel? Elle est grande? Elle porte des lunettes? Tu trouves qu elle est belle? 18 a Nom : Âge : Ville : Classe : Frère(s) / sœur(s) : Les yeux : Taille : Vêtements : 18 b 1) 7) BRON E 19 a 1) A aller en ville B faire du shopping A bezienswaardigheden B winkels A openingstijden D soort winkel B adres E wanneer de uitverkoop begint C website F vakantiesluiting Pagina 6 van 14

Elle est grande? Elle porte des lunettes? Tu trouves qu elle est belle?

7 19 b 19 c De jongeren verdelen de taken rond het maken van de clip. Jeanne en Élise vinden dat Bastien geen verstand heeft van het onderwerp. De 4 jongeren gaan naar een terras. Élise presenteert het onderwerp. 1 Mathis en Bastien praten over het onderwerp van de clip. Vrai (waar) Faux (niet waar) 19 d 1) BRON F 22 a 1) 22 b Koopt tijdens de uitverkoop. Heeft veel verschillende spijkerbroeken. Houdt van baggy kleding. Zijn/haar favoriete winkel is niet duur. Draagt thuis een joggingbroek. Besteedt per maand meer aan kleding dan een ander. Zoé Omar Pagina 7 van 14

Vrai (waar) Faux (niet waar) 19 d 1) 20 1 2 3 4 5 6 21 BRON F 22 a 1) 22 b Koopt tijdens de uitverkoop. Heeft veel verschillende spijkerbroeken.

8 22 c Zoé Omar 23,,,,,,,,,,,,,,,,,,,, euro euros 23 c 1) 23 d 1) 500 / / / / / / ) 7) 200 / 202 8) 8) 82 / a 1) A winkeliers B winkelende jongeren C winkelende ouders A op school B in een winkelcentrum C op de Champs-Élysées A kledingwinkels B schoenenwinkels C warenhuizen 24 b Les vêtements Les couleurs le jean rouge la jupe bleu la robe vert le T-shirt rose la chemise noir le pull blanc 24 c Favoriete winkel : Kosten van de outfit : kledingstuk 1 : Kosten van de outfit : kledingstuk 2 : Pagina 8 van 14

kledingwinkels B schoenenwinkels C warenhuizen 24 b Les vêtements Les couleurs le jean rouge la jupe bleu la robe vert le T-shirt rose la

9 Favoriete winkel : Kosten van de outfit : kledingstuk 1 : Kosten van de outfit : kledingstuk 2 : 25 1) 7) 8) Wil je de getallen echt goed kennen? Oefen dan ook op onze site: BRON G 27 a 1) 27 b Categorie Naam winkel sportkleding sieraden fanshop tassen en riemen knuffels en speelgoed beauty boeken, dvd s en games kleding voor meiden autoshowroom openbare toiletten 27 c Kleding Kleding 1) Cartier Sephora Louis Vuitton 7) Naf Naf Lacoste 8) Disney store Boutique Peugeot 9) Boutique PSG Fnac 10) Adidas France 28 Sportwinkel Multimedia store Speelgoedwinkel Parfumerie Pagina 9 van 14

html BRON G 27 a 1) 27 b Categorie Naam winkel sportkleding sieraden fanshop tassen en riemen knuffels en speelgoed beauty boeken, dvd s en games kleding

10 30 b 1) A B A B 30 c Kenmerk Versie 1 Versie 2 de originele versie houdt zich aan de tekst goed te volgen moeilijk te verstaan roch modern ouderwets de zanger is Frans de zanger is Engels BRON H Aantekeningen: Het werkwoord aller De futur proche 31 b 1) 7) 8) vais vas va allons allez vont Pagina 10 van 14

Engels BRON H Aantekeningen: Het werkwoord aller www.ticotac.org/aller-1.

11 31 c 1) 31 d 1) 7) 7) 8) 32 a 1) Vous allez faire les magasins? Anna va acheter une robe rose. Je vais porter un jean classique Tu vas découvrir la ville? Mes parents vont visiter Paris. 32 b 1) 32 c 1) 32 d 1) Vous achetez un nouveau sac? Nous visitons le Parc Astérix. Il entre dans le magasin Cartier. Elles portent des baskets Converse. Élise parle de shopping. Je cherche mon jean. Pagina 11 van 14

32 b 1) 32 c 1) 32 d 1) Vous achetez un nouveau sac? Nous visitons le Parc Astérix.

12 32 e 1) 32 f 1) BRON I Deze phrases-clés kun je hier beluisteren en bekijken: 34 b k zj g als in goal 1) la boutique le Paris Saint-Germain la question regarder génial gris 7) grand 8) Qu est-ce que c est? 34 d 1) 35 Pagina 12 van 14

html 34 b k zj g als in goal 1) la boutique le Paris Saint-Germain

13 36 a Nom: Âge: Ville: Nationalité : Anniversaire: Taille: Frère(s) / soeur(s): Physique: Vêtements préférés: Magasin préféré: 36 b 1) 7) 8) 9) 10) TÂCHE Étappe 1) 2 a Étappe A lievelingswinkel D lievelingskleur G lengte 2 b B kledinguitgaven E woonplaats H leeftijd C favoriete kleding F kleur haar I kleur ogen Étappe 1) 2 c Pagina 13 van 14

a Étappe A lievelingswinkel D lievelingskleur G lengte 2 b B kledinguitgaven E

14 Étappe Nom : 2 d Âge : Ville : Taille : Yeux : Cheveux : Des lunettes? oui / non Vêtements préférés : 1) Magasin préféré : petit(e) / de taille moyenne / grand(e) Étappe Nom : 2 d Âge : Ville : Taille : Yeux : Cheveux : Des lunettes? oui / non Vêtements préférés : 1) Magasin préféré : petit(e) / de taille moyenne / grand(e) Étappe 1) Il/elle 3 7) 8) 9) 10) 11) Pagina 14 van 14

Étappe 1) Il/elle 3 7) 8) 9) 10) 11) Pagina 14 van 14

Vergelijkbare documenten

Talenquest Frans 2thv: Grammatica

Talenquest Frans 2thv: Grammatica Épisode 1: Onregelmatige werkwoorden Er zijn in het Frans naast regelmatige werkwoorden ook onregelmatige werkwoorden. Het is lastig om van onregelmatige werkwoorden de