Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
|
|
- Josephus van der Linden
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2007
2 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2007 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Copyright Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2007 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en / of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of worden opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Dit verbod betreft tevens de gehele of gedeeltelijke bewerking. Uitgevers en samenstellers verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en samenstellers op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en samenstellers aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en / of beslissingen die gebaseerd zijn op de in deze uitgave opgenomen informatie. Gebruikers van de in deze uitgave opgenomen informatie wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar tevens af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te allen tijde te controleren. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 2 van 214
3 VOORWOORD Voor u ligt de landelijke taxatiewijzer NSW-landgoederen naar waardepeildatum 1 januari Deze taxatiewijzer is in opdracht van het Strategieberaad WOZ-Datacenter tot stand gekomen in de Taxatietechnische Kerngroep. Daarin hebben deelgenomen de VNG, de Waarderingskamer, de gemeenten Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht en de taxatiebedrijven Oranjewoud, Taxon, TOG Nederland en SenS Vastgoed. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 3 van 214
4 Verschillen ten opzichte van de vorige Taxatiewijzer NSW-landgoederen, prijspeil 2005 Omdat er per geen taxatiewijzer NSW-landgoederen is gemaakt kunnen de verschillen ook niet in beeld gebracht worden. Onderstaande tabel is hierom niet ingevuld. Hoofdstuk Onderwerp Wijziging 1 Inleiding 2 3 De rangschikking van een landgoed onder de Natuurschoonwet 1928 De waardebepaling van een onroerende zaak gelegen op een NSWlandgoed 4 Berekening instandhoudingsfactoren 5 Rekenvoorbeeld 6 Beschrijving van het marktniveau 7 Grond 8 Taxatieverslag Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bronnen Verklarende woordenlijst Diverse publicaties ministerie Bijlage 4 Natuurschoonwet 1928 Bijlage 5 Bijlage 6 Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928 Overzicht gerangschikte landgoederen Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 4 van 214
5 INHOUDSOPGAVE 1 Strekking van deze taxatiewijzer De rangschikking van een landgoed onder de Natuurschoonwet Algemeen Voorwaarde voor rangschikking onder de NSW De afgifte van een NSW-beschikking De waardebepaling van een onroerende zaak gelegen op een NSW-landgoed Inleiding De afbakening van onroerende zaken (WOZ-objecten) De afbakening van een NSW-landgoed Waardebegrippen en taxatiemethode Uitzondering voor onroerende zaken gelegen op een NSW-landgoed Stappenplan Berekenen van de bestemmingswaarde Berekening instandhoudingsfactoren Instandhoudingsfactor ongebouwd Instandhoudingsfactor gebouwd Rekenvoorbeeld Beschrijving van het marktniveau Grond Taxatieverslag Bijlage 1 - Bronnen Bijlage 2 - Verklarende woordenlijst Bijlage 3 - Diverse publicaties ministerie Bijlage 4 - Natuurschoonwet Bijlage 5 - Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet Bijlage 6 - Overzicht gerangschikte landgoederen Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 5 van 214
6 1 Strekking van deze taxatiewijzer In Nederland zijn veel landgoederen met een historisch karakter gelegen. Dergelijke landgoederen bestaan veelal voor een groot gedeelte uit natuurschoon. Om dit natuurschoon te behouden, is de Natuurschoonwet 1928 (NSW 1928) vastgesteld. Op grond van de NSW 1928 kan de eigenaar, de vruchtgebruiker of de erfpachter een landgoed laten rangschikken onder de NSW Overigens komen niet alle landgoederen voor deze rangschikking in aanmerking. Een landgoed kan alleen onder de NSW 1928 worden gerangschikt, indien aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden zijn opgenomen in het Rangschikkingsbesluit NSW. Alvorens in te gaan op de waardebepaling van onroerende zaken die op een NSWlandgoed zijn gelegen, wordt ingegaan op de rangschikking van landgoederen onder de NSW Vervolgens wordt ingegaan op de waardebepaling van een onroerende zaak die is gelegen op een NSW-landgoed. Volledigheidshalve wordt nog opgemerkt dat een ontwerpbesluit tot wijziging van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928 is opgesteld en in behandeling genomen is. Indien dit besluit wordt vastgesteld, dan leidt dat tot verruiming van de mogelijkheden om een landgoed te doen rangschikken onder de NSW Deze taxatiewijzer is expliciet bedoeld voor het waarderen van NSW-objecten in het kader van de wet WOZ. In deze taxatiewijzer wordt de systhematiek van het waarderen van NSWlandgoederen uitgelegd. Kengetallen voor het waarderen zijn niet opgenomen. De reden hiervoor ligt in het feit dat de waardering van de opstallen met hun ondergrond afhankelijk zijn van de plaatselijke en/of regionale markt. Zie hiervoor verder hoofdstuk 6. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 6 van 214
7 2 De rangschikking van een landgoed onder de Natuurschoonwet Algemeen De eigenaar, vruchtgebruiker of erfpachter van een landgoed kan een verzoek indienen om dit landgoed te rangschikken onder de NSW Indien een dergelijk verzoek wordt gehonoreerd, kan gebruik worden gemaakt van fiscale faciliteiten die een tegemoetkoming vormen om het landgoed als zodanig in stand te houden. Deze faciliteiten kunnen betrekking hebben op: Successierecht; Schenkingsrecht; Recht van overgang; Onroerende-zaakbelastingen; Overdrachtsbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting. Voor de drie eerstgenoemde belastingen worden extra fiscale faciliteiten verleend als het landgoed is opengesteld voor het publiek. Indien een landgoed op zichzelf niet aan de voorwaarden voldoet, bestaat de mogelijkheid om de rangschikking samen met de eigenaar, vruchtgebruiker of erfpachter van een ander landgoed aan te vragen. In dat geval dienen de beide landgoederen aan elkaar te grenzen en dienen de landgoederen samen aan de gestelde voorwaarden te voldoen. Indien een landgoed voor rangschikking onder de NSW 1928 in aanmerking komt, dient de eigenaar ervan een Aanvraag Rangschikking als landgoed in te dienen bij de Dienst Regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit te Roermond. 2.2 Voorwaarde voor rangschikking onder de NSW 1928 Een landgoed dient aan bepaalde voorwaarden te voldoen alvorens als een NSW-landgoed te kunnen worden gerangschikt. Deze voorwaarden hebben betrekking op: De grootte van het gebied Het gebied van het landgoed dient minstens vijf hectare groot te zijn. Het gaat om de oppervlakte van alle terreinen en opstallen die meetellen voor de rangschikking. Indien sprake is van een historische buitenplaats dient de oppervlakte tenminste één hectare te zijn. Van een historische buitenplaats is sprake, indien het landgoed over een tuin of park van vóór 1850 beschikt, waarbij de eerste aanleg van de tuin of het park nog herkenbaar aanwezig is. Daarnaast dient op de buitenplaats een beschermd monument aanwezig te zijn, dat is ingeschreven in het Monumentenregister van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Tot slot dient het landgoed één samenhangend geheel te zijn. Bijvoorbeeld een (spoor)weg of een dijk die over een landgoed loopt, kan de samenhang van dat landgoed verstoren en een inbreuk maken op het natuurschoon De houtopstanden die op het landgoed aanwezig zijn Een landgoed moet tenminste 30 procent bos of andere houtopstanden bevatten. Onder bos en andere houtopstanden worden tevens begrepen lijnvormige houtopstanden zoals lanen, houtsingels en hagen, snelgroeiend bos, kapvlakten die afzonderlijk kleiner zijn dan 0,5 hectare, kapvlakten die afzonderlijk groter zijn dan 0,5 hectare en hakgrienden, die minstens twee jaar eerder zijn geplant en aangeslagen. Onder bos en andere houtopstanden worden niet begrepen kweekgoed, laagstamboomgaarden, kerstboomteelten en snijgrienden (grienden die jaarlijks of tweejaarlijks op de stobben worden afgezet). Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 7 van 214
8 Indien het landgoed twintig procent bos of andere houtopstanden bevat, dient het landgoed tenminste voor de helft uit natuurterreinen te bestaan. Met natuurterrein wordt gelijkgesteld heidevelden, hoogveenterreinen, zandverstuivingen, duinterreinen, kwelders, schorren, gorzen en slikken, laagveenmoerassen, riet- en ruiglanden inclusief schraalland, eventueel met opslag van bomen, zoals vliegdennen inclusief plassen. Van schraalland is sprake indien hooi- of weiland niet of nauwelijks wordt bemest en een soortenrijke flora heeft. Indien een landgoed niet aan voornoemde voorwaarden voldoet, kan toch een rangschikking worden aangevraagd, mits een beplantingsplan wordt opgesteld en wordt uitgevoerd De oppervlakte en de omzoming van landbouwterreinen Per landbouwterrein dient te worden bekeken of het op basis van de maximaal toegestane oppervlakte mee kan in de rangschikking. Van één landbouwterrein is sprake indien het niet wordt doorsneden. Indien het landbouwterrein wordt doorsneden door sloten en paden die geen inbreuk maken op het natuurschoon, dan is er toch sprake van één landbouwterrein. Indien een landgoed beschikt over één of meerdere landbouwterreinen kunnen deze worden meegenomen in de rangschikking, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden hebben met name betrekking op de oppervlakte van de terreinen en de omzoming ervan. Per landbouwterrein dient te worden bekeken of het mee kan in de rangschikking. Onder landbouwterrein wordt verstaan: Bouwland; Grasland; Tuinbouwland; Snijgriend; Laagstamboomgaard; Terrein voor kerstboomteelt; Terrein voor kweekgoed; Volkstuinen (mits er geen recreatieve opstallen op voorkomen). Een landbouwterrein dient te worden omzoomd door houtopstanden. Daarbij geldt dat de bomen niet verder dan acht meter (bomenrij) respectievelijk tien meter (laan) uit elkaar mogen staan. Als omzoming kan worden aangemerkt: Houtwallen; Houtkaden; Houtsingels; Hagen hoger dan een meter; Boomrijen en lanen; Bossen. Daarnaast kan ook een landschapsbepalende boom of boomgroep onderdeel uitmaken van een omzoming. De boom(groep) moet een zekere omvang en hoogte hebben, relatief gaaf zijn, in het oog springen en als zodanig in stand worden gehouden. Opgekroonde en geknotte bomen voldoen daar niet aan. Verder moeten de bomen een stamomtrek hebben van minimaal twintig centimeter op borsthoogte (ongeveer 130 centimeter boven het maaiveld). Van een historische zichtas is sprake indien een zichtas wordt vrijgehouden van opgaand geboomte om vanuit het hoofdhuis of vanuit een andere opstal van een vrij uitzicht te kunnen genieten. Een landbouwterrein kan daarvan onderdeel uitmaken. Er gelden echter wel voorwaarden: de opstal van waaruit de zichtas loopt, moet dateren van de periode vóór 1850; het cultuurhistorische karakter van de zichtas laat toe dat eventueel in de zichtas gelegen gronden worden gebruikt als landbouwgrond; de zichtas wordt aan beide zijden begrensd door bossen of bomen die zich op het landgoed bevinden Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 8 van 214
9 Aangrenzende landbouwterreinen kunnen worden aangemerkt als twee of meer landbouwterreinen, mits het landbouwareaal is te verdelen in verschillende, aangrenzende landbouwterreinen. Die terreinen mogen in elk geval samen niet groter zijn dan twintig hectare en de gezamenlijke omtrek van deze terreinen moet geheel bezet zijn met houtopstanden. Twee of meer landbouwterreinen kunnen dus deels met open zijden aan elkaar grenzen. Wel moeten dan de afzonderlijke landbouwterreinen voldoen aan de oppervlakte- en omzomingseisen De opstallen Ook ten aanzien van de op het landgoed gelegen opstallen geldt dat beoordeeld moet worden of deze meekunnen in de rangschikking Het gebruik van de grond van het landgoed Ten aanzien van het gebruik van de grond van een landgoed geldt, dat dit gebruik het karakter van het landgoed/het natuurschoon niet mag schaden. Tevens mag de samenhang van het landgoed niet worden verstoord. Blijft de schade beperkt tot een opstal of een bepaald terrein, dan telt die opstal of dat terrein niet mee in de rangschikking. Daarbij wordt ook gekeken naar de uitstralingseffecten die zo n opstal of terrein heeft op de omgeving. Ook deze omgeving wordt dan niet meegenomen in de rangschikking. Een terrein kan niet in de rangschikking worden meegenomen, indien het terrein bijvoorbeeld wordt gebruikt voor: Industriële doeleinden; Mijnbouw; Zandafgravingen, Glastuinbouw; Stortplaatsen van afval; Opslagplaatsen voor andere mate rialen dan die afkomstig zijn uit of bestemd zijn voor de land- en bos- bouw op het landgoed; Auto- of motorsport; Intensieve dag- of verblijfsrecreatie. Ten aanzien van kampeerterreinen geldt dat deze: afzonderlijk niet groter mogen zijn zijn dan 1 hectare; minstens 500 meter uit elkaar moeten liggen; niet in een historisch park of tuin of op een natuurterrein gelegen mogen zijn; niet voorzien mogen zijn van vaste standplaatsen, winkels of kantines; alleen voorzieningen mogen hebben voor de toevoer van gas, elektriciteit en water en voor sanitaire behoeften. De gronden van het landgoed mogen worden opengesteld voor publiek, maar dat hoeft niet. Indien de gronden worden opengesteld, dient daartoe een verzoek te worden gedaan. Indien het verzoek om openstelling bij Dienst Regelingen binnen is gekomen en aan alle voorwaarden voor openstelling wordt voldaan, kan tot openstelling van de gronden worden overgegaan. De voorwaarden zien op: Wegen en paden De wegen en paden dienen samen aan een minimum aantal meters padlengte per hectare te voldoen (50 meter voor bos en 25 meter voor overige terreinen zoals landbouwterreinen, natuurterreinen en overige terreinen). Daarnaast worden nog eisen aan wegen en paden gesteld die betrekking hebben op de verspreiding, de openstelling, het eigendom. Openstellingsborden De openstelling van het landgoed dient duidelijk en waarneembaar te zijn aangeven door middel van borden. De borden moeten voldoen aan het model dat is voorgeschreven bij de Regeling functiebeloning bos en natuurterreinen. Bezoekers mogen worden geweerd indien Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 9 van 214
10 zij zich niet aan de gedragsregels houden of als ze deelnemen aan georganiseerde evenementen die schade aan het landgoed kunnen aanbrengen. De volgende gedragsregels zijn veelal van toepassing: o Het is niet toegestaan zich buiten de paden te begeven; o Het is verboden om bloemen, bladeren en vruchten te plukken of te vervoeren; o Het is verboden om takken af te snijden; o Het is verboden om bomen, struiken en andere gewassen te beschadigen; o Het is verboden om hout te sprokkelen; o Het is verboden om te zwemmen, vuur te maken of te roken; o Het is verboden om orde en rust te verstoren, wild of vogels te verontrusten; o Het is verboden om loslopende honden bij zich te hebben; o Het is verboden om te vissen; o Het is verboden om papier en ander afval achter te laten. Afsluiting Gedeelten van het landgoed mogen tijdelijk of zelfs permanent gesloten worden gehouden voor de bescherming van de privacy, voor bijzondere natuurwetenschappelijke of cultuurhistorische waarden of voor de jacht. Deze gedeelten hebben betrekking op stukken grond rondom huizen of boerderijen. Bij een historische buitenplaats van maximaal twee hectare mag een halve hectare afsluiten, terwijl bij maximaal vijf hectare grond één hectare gesloten gehouden mag worden. Voor het afsluiten voor bijzondere natuurwetenschappelijke of cultuurhistorische waarden met in begrip van een beperkte bufferzone dient een verzoek te worden gedaan. Het afsluiten van een terrein voor de jacht mag gedurende maximaal zeven dagen per jaar. Toegangskaarten Indien het landgoed in de nabijheid van een grootstedelijk gebied is gelegen of om een andere reden kwetsbaar is voor intensieve betreding, kan worden verzocht om het landgoed open te stellen op vertoon van toegangskaarten. Daarbij kan een limiet worden gesteld aan het aantal dag- en jaarkaarten dat mag worden uitgegeven. De toegangskaarten kunnen gratis of tegen een geringe toegangsprijs worden verstrekt. Onder een geringe toegangsprijs wordt verstaan een bedrag van ten hoogste 0,22 per persoon per dag of 1,13 per persoon per kalenderjaar. Deze prijzen kunnen hoger zijn indien sprake is van historische of educatieve tuinen, mits daartoe een verzoek wordt gedaan. Van historische of educatieve tuinen is sprake indien: o Jaarlijks meer dan tweeduizend bezoekers komen; o Het opengestelde deel van het landgoed in een redelijke staat van onderhoud verkeert; o De kosten van het instandhouden hoger zijn dan de inkomsten uit de toegangskaarten. 2.3 De afgifte van een NSW-beschikking Indien het landgoed onder de NSW 1928 kan worden gerangschikt en daartoe een aanvraag is ingediend, zal het Ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit een beschikking afgeven. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 10 van 214
11 3 De waardebepaling van een onroerende zaak gelegen op een NSW-landgoed 3.1 Inleiding Hoofdstuk III van de Wet WOZ heeft betrekking op de waardebepaling van een onroerende zaak. Alvorens aan een onroerende zaak een waarde toe te kunnen kennen, dient een objectafbakening plaats te vinden aan de hand van de in artikel 16 van de Wet WOZ opgenomen objectafbakeningsregels. Vervolgens wordt aan de afgebakende onroerende zaak een waarde toegekend. 3.2 De afbakening van onroerende zaken (WOZ-objecten) Op grond van artikel 16 van de Wet WOZ wordt als een onroerende zaak aangemerkt: a. een gebouwd eigendom; b. een ongebouwd eigendom; c. een gedeelte van een in onderdeel a of onderdeel b bedoeld eigendom dat blijkens zijn indeling is bestemd om als een afzonderlijk geheel te worden gebruikt; d. een samenstel van twee of meer van de in onderdeel a of onderdeel b bedoelde eigendommen of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren; e. een geheel van twee of meer van de in onderdeel a of onderdeel b bedoelde eigendommen, of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan, of in onderdeel d bedoelde samenstellen, dat naar de omstandigheden beoordeeld één terrein vormt bestemd voor verblijfsrecreatie en dat als zodanig wordt geëxploiteerd; f. het binnen de gemeente gelegen deel van een in onderdeel a of onderdeel b bedoeld eigendom, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan, van een in onderdeel d bedoeld samenstel of van een in onderdeel e bedoeld geheel. Na toepassing van voornoemde objectafbakeningsregels zijn onroerende zaken (WOZobjecten) afgebakend, waaraan op grond van artikel 17, lid 1, van de Wet WOZ een waarde moet worden toegekend. Alvorens in te gaan op deze waarde, dient ook een afbakening van het landgoed plaats te vinden. 3.3 De afbakening van een NSW-landgoed De afbakening van het NSW-landgoed is van belang bij het toekennen van een waarde aan de afgebakende onroerende zaken (WOZ-objecten). Van een NSW-landgoed is sprake indien het betreft: een, in Nederland gelegen, geheel of gedeeltelijk met bossen of andere houtopstanden bezette onroerende zaak - daaronder begrepen die waarop een buitenplaats of andere, bij het karakter van het landgoed passende, opstallen voorkomen - voor zover het blijven voortbestaan van die onroerende zaak in zijn karakteristieke verschijningsvorm voor het behoud van het natuurschoon wenselijk is. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 11 van 214
12 3.4 Waardebegrippen en taxatiemethode Op grond van de Wet WOZ wordt de WOZ-waarde per de geldende waardepeildatum bepaald op de waarde die aan de onroerende zaak dient te worden toegekend, indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin die zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen (= waarde in het economische verkeer). De WOZ-waarde per de geldende waardepeildatum wordt echter, voor zover sprake is van een onroerende zaak die niet tot woning dient, dan wel sprake is van een onroerende zaak die is ingeschreven in een van de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers van beschermde monumenten, bepaald op de vervangingswaarde indien dit leidt tot een hogere waarde dan de waarde in het economische verkeer. Bij de berekening van de vervangingswaarde wordt rekening gehouden met: a. de aard en de bestemming van de zaak; b. de sedert de stichting van de zaak opgetreden technische en functionele veroudering, waarbij de invloed van latere wijzigingen in aanmerking wordt genomen. Teneinde de waarde in het economische verkeer te kunnen bepalen, is in artikel 4, lid 1, onderdelen a en b, van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken opgenomen op basis van welke methode voor woningen respectievelijk nietwoningen de bepaling van de waarde in het economische verkeer plaatsvindt: "De waarde, bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de wet, wordt bepaald voor: a. woningen: door middel van een methode van systematische vergelijking met woningen waarvan marktgegevens beschikbaar zijn; b. niet-woningen: door middel van een methode van kapitalisatie van de bruto huur, door middel van een methode van vergelijking als bedoeld onder a, dan wel door middel van een discounted-cash-flowmethode. De gecorrigeerde vervangingswaarde wordt berekend door bij de waarde van de grond van de onroerende zaak op te tellen de waarde van de opstal(len) van de onroerende zaak. Daarbij wordt de waarde van de grond bepaald door middel van een methode van vergelijking, rekening houdende met de bestemming van de onroerende zaak. De waarde van de opstal(len) wordt gesteld op de kosten die herbouw van een vervangend identiek object zouden vergen, gecorrigeerd met een factor wegens technische veroudering en met een factor wegens functionele veroudering. De correctiefactor wegens technische veroudering wordt gebaseerd op de verstreken en de resterende levensduur en met inachtneming van een restwaarde. De correctiefator functionele veroudering wordt gebaseerd op economische veroudering, verouderde bouwwijze, ondoelmatigheid en excessieve gebruikskosten. In artikel 17, lid 5, van de Wet WOZ is een specifieke bepaling opgenomen voor het bepalen van de waarde van een gebouwd eigendom dat tot woning dient en deel uitmaakt van een NSW-landgoed. Daarbij geldt dat gebouwde eigendommen die dienstbaar zijn aan de woning geacht worden deel uit te maken van die woning. Voor deze gebouwde eigendommen wordt de waarde bepaald rekening houdende met een vooronderstelde verplichting om het landgoed gedurende een tijdvak van 25 jaren als zodanig in stand te houden en geen opgaand hout te vellen anders dan volgens de regels van normaal bosbeheer noodzakelijk of gebruikelijk is. Het resulaat is de bestemmingswaarde. De bestemmingswaarde geldt dus niet voor gebouwde eigendommen die bijvoorbeeld dienen als bedrijfsruimte. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 12 van 214
13 Uit de handelingen van de Tweede Kamer 1981/1982, , nr. 4 blz. 2, werd met betrekking tot de bestemmingswaarde het volgende gesteld: Op vragen vanuit de Vaste Commissie voor Financiën van de Tweede Kamer van de Staten- Generaal lichtte de minister van Financiën deze bestemmingswaarde nog als volgt toe: De bestemmingswaarde van aangewezen landgoederen bedraagt grosso modo 80% van de waarde in het economische verkeer omdat de waardedrukkende invloed van de instandhoudingsverplichting grosso modo op 20% wordt geschat. Deze 20% is het gemiddelde zoals dat tot stand komt door alle betrokken landgoederen in ogenschouw te nemen. De depreciërende invloed van de instandhoudingsverplichting varieert naar gelang de aard van de gronden waaruit een landgoed bestaat. Met betrekking tot de invloed van het ongebouwde op de bestemmingswaarde werd nog het volgende gesteld: Bestaat het landgoed in overwegende mate uit bos- of natuurgronden en bevindt zich daarop een historische buitenplaats dan drukt de last van de instandhouding zwaarder tot veel zwaarder dan in geval het landgoed in overwegende mate bestaat uit cultuurgronden. In het eerste geval zal de depreciërende invloed op 30 tot 40% kunnen worden geschat, in het laatste geval op 5 tot 10%. Gemiddeld resulteert een depreciërende invloed van 20%. Met betrekking tot de invloed van het gebouwde op de bestemmingswaarde werd door het Gerechtshof s-hertogenbosch in de uitspraak van 28 november 2000, nr. 98/01576, Belastingblad 2001, blz. 451, het volgende overwogen: Ervan uitgaande dat bij de waardebepaling van een gebouwd eigendom rekening wordt gehouden met alle waardebepalende factoren, zoals in het bijzonder de staat van onderhoud en de op de korte, middenlange en lange termijn te verwachten onderhouds- en renovatiekosten is er geen aanleiding bij het bepalen van de instandhoudingsverplichting rekening te houden met de staat van onderhoud van de onroerende zaak die tot woning dient. Indien van een andersluidende visie wordt uitgegaan zou twee keer rekening worden gehouden met de last van het onderhoud van de woning, te weten één keer bij het vaststellen van de waarde en één keer bij de herleiding van de waarde van de woning tot de bestemmingswaarde. 3.5 Uitzondering voor onroerende zaken gelegen op een NSW-landgoed Bij de waardebepaling van onroerende zaken die onderdeel uitmaken van een NSW-landgoed, dient rekening te worden gehouden met de uitzondering van artikel 2, lid 1, onderdeel b, van de Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet WOZ: lid 1. onderdeel b. Bij de bepaling van de waarde wordt buiten aanmerking gelaten de waarde van: één of meer onroerende zaken die deel uitmaken van een op de voet van de Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed dat voldoet aan de in artikel 1, derde lid, onderdeel b, van die wet bedoelde voorwaarden, met uitzondering van de daarop voorkomende gebouwde eigendommen; Op grond van deze uitzondering dient de waarde van ongebouwde eigendommen buiten aanmerking te worden gelaten. De WOZ-waarde heeft derhalve alleen betrekking op de gebouwde eigendommen (inclusief de exacte ondergrond van het gebouwde eigendom). Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 13 van 214
14 3.6 Stappenplan Bij de waardebepaling van een onroerende zaak, die deel uitmaakt van een landgoed, zijn de volgende stappen van belang: 1. bepaal de waarde in het economische verkeer; 2. is de onroerende zaak gelegen op een NSW-landgoed?; 3. welke gebouwde eigendommen komen op het landgoed voor?; 4. ten aanzien van de gebouwde eigendommen die dienen tot woning en de gebouwde eigendommen die dienstbaar zijn aan de woning wordt de bestemmingswaarde bepaald. Ad 1. Ad 2. Ad 3. Ad 4. Alvorens de specifiek voor onroerende zaken die op een NSW-landgoed geldende bepalingen toe te passen, wordt de waarde in het economische verkeer (op basis van de vergelijkingsmethode/huurwaardekapitalisatiemethode) bepaald. Is er sprake van een NSW-landgoed? In artikel 1, eerste lid, van de NSW 1928 wordt onder een landgoed verstaan een, in Nederland gelegen, geheel of gedeeltelijk met bossen of andere houtopstanden bezette onroerende zaak daaronder begrepen die waarop een buitenplaats of andere, bij het karakter van het landgoed passende, opstallen voorkomen voor zover het blijven voortbestaan van die onroerende zaak in zijn karakteristieke verschijningsvorm voor het behoud van het natuurschoon wenselijk is. Alleen indien er sprake is van een NSW-landgoed worden de stappen 3 en 4 nog uitgevoerd. Komen op het landgoed gebouwde eigendommen voor? Op grond van de uitzonderingsbepaling zijn één of meer onroerende zaken die deel uitmaken van een NSW-landgoed uitgezonderd, met uitzondering van de daarop voorkomende gebouwde eigendommen. Dat betekent dat deze eigendommen in de WOZ-waarde moeten worden betrokken. Speciaal waarderingsvoorschrift Nadat de gebouwde eigendommen in beeld zijn gebracht, dient aan deze eigendommen een waarde te worden toegekend. Op grond van artikel 17, vijfde lid, van de Wet WOZ dient voor gebouwde eigendommen die tot woning dienen en die deel uitmaken van een op de voet van de NSW 1928 aangewezen landgoed alsmede voor de gebouwde eigendommen die dienstbaar zijn aan de woning de bestemmingswaarde te worden bepaald. Bij deze waarde dient rekening te worden gehouden met de vooronderstelde verplichting om het landgoed gedurende 25 jaren als zodanig in stand te houden en geen opgaand hout te vellen dan volgens de regels van normaal bosbeheer noodzakelijk of gebruikelijk is. Deze instandhoudingsverplichting is een waardedrukkende factor en dient bij de waardebepaling tot uitdrukking te worden gebracht. Bij het bepalen van deze factor dient uit te worden gegaan van de verplichting om het landgoed gedurende 25 jaren als zodanig in stand te houden. De bepaalde factor wordt vervolgens per afgebakende onroerende zaak toegepast. Er wordt dus niet per onroerende zaak een instandhoudingsfactor bepaald. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 14 van 214
15 3.7 Berekenen van de bestemmingswaarde Het bepalen van de factor om de bestemmingswaarde te kunnen berekenen, is regelmatig onderwerp van geschil. In de praktijk werd de bestemmingswaarde veelal op 80% van de vrije verkoopwaarde bepaald. In dit verband wordt onder andere verwezen naar de uitspraken van het Gerechtshof 's-hertogenbosch van 28 november 2000, nr. 98/01576, Belastingblad 2001, blz. 451, van Gerechtshof Arnhem van 29 april 2003, nr. 02/1531, Belastingblad 2003, blz. 1086, van Gerechtshof s-gravenhage 28 november 2003, nr. 02/01781 en van Gerechtshof Amsterdam 11 juni 2004, nr. 02/ Van recentere datum zijn de uitspraken van: Rechtbank s-gravenhage 21 april 2006, nr. 05/2719; Rechtbank Haarlem 9 augustus 2006, nr. 05/4753; Rechtbank Arnhem 6 oktober 2006, nr. 06/2373; Rechtbank Utrecht 30 oktober 2006, nr. 05/4155. Rechtbank s-gravenhage 21 april 2006, nr. 05/2719 In de onderliggende casus heeft de gemeente de instandhoudingsfactoren ongebouwd en gebouwd bepaald op 0,708 respectievelijk 0,94. Volgens de rechtbank weegt de instandhoudingsfactor ongebouwd zwaarder dan de instandhoudingsfactor gebouwd. De rechtbank bepaald de verhouding in deze op 75:25, zodat de factor voor het gehele landgoed 0,7 (75% x 0, % x 0,94) bedraagt. Rechtbank Haarlem 9 augustus 2006, nr. 05/4753 In de onderliggende casus heeft de gemeente de instandhoudingsfactoren ongebouwd en gebouwd bepaald op 0,608 respectievelijk 0,98. De rechtbank volgt de gehanteerde instandhoudingsfactoren ongebouwd en gebouwd, omdat deze niet in geschil waren tussen partijen. Rechtbank Arnhem 6 oktober 2006, nr. 06/2373 In de onderliggende casus heeft de gemeente de instandhoudingsfactoren ongebouwd en gebouwd bepaald op 0,805 respectievelijk 0,98. De rechtbank volgt de instandhoudingsfactor ongebouwd, maar hanteert voor de instandhoudingsfactor gebouwd de middelste van de zeven bandbreedtes die bij deze factor in aanmerking worden genomen (volgens de taxatiewijzer NSW ), omdat de gemeente geen berekening heeft gemaakt van de instandhoudingskosten van het aandeel gebouwd op de totale instandhoudingskosten. Rechtbank Utrecht 30 oktober 2006, nr. 05/4155 In de onderliggende casus zijn de instandhoudingsfactoren ongebouwd en gebouwd niet bekend, maar hebben partijen ter zitting overeenstemming bereikt over de bestemmingswaarde (in casu 80% van de waarde in het economische verkeer). Uit het voorgaande blijkt dat twee instandhoudingsfactoren worden berekend, namelijk de in instandhoudingsfactor ongebouwd en de instandhoudingsfactor gebouwd. De onderverdeling van de instandhoudingsfactor ongebouwd is gebaseerd op de soorten terrein van het landgoed. De berekening van de instandhoudingsfactor gebouwd is gebaseerd op de instandhoudingskosten voor het gebouwde gedeelte in relatie tot de totale instandhoudingskosten. In hoofdstuk 4 wordt dit verder toegelicht. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 15 van 214
16 4 Berekening instandhoudingsfactoren Uit paragraaf 3.7 blijkt dat twee instandhoudingsfactoren worden berekend, namelijk de instandhoudingsfactor ongebouwd en de instandhoudingsfactor gebouwd. De onderverdeling van de instandhoudingsfactor ongebouwd is gebaseerd op de soorten terrein van het landgoed. De verschillende soorten terrein staan vermeld op het aanvraagformulier tot rangschikking. Daarnaast bestaan er verschillende beheerspakketten voor de verschillende soorten terreinen, die van belang kunnen zijn voor het berekenen van de instandhoudingsverplichting ongebouwd. De verschillende deelfactoren, zoals opgenomen in Tabel 1 hierna, worden bij elkaar opgeteld. Uit jurisprudentie is vooralsnog niet gebleken dat de gehanteerde deelfactoren onjuist zijn, zodat deze factoren nog steeds worden gehanteerd. 4.1 Instandhoudingsfactor ongebouwd De onderverdeling van de instandhoudingsfactor ongebouwd is gebaseerd op de soorten terrein van het landgoed. De verschillende soorten terrein moet worden vermeld op het aanvraagformulier tot rangschikking. In de bijlage Aanvraag rangschikking als landgoed en bijlage Werkboek staan de verschillende terreintypen weergegeven. Het gebeurt zeer regelmatig dat de eigenaar van een landgoed besluit om landbouwgronden om te vormen tot natuur. Zo n omvorming tot natuur kan uiteraard geheel vrijblijvend op eigen titel maar, in Nederland kennen we hiervoor ook 2 belangrijke subsidie mogelijkheden, te weten: SAN, tegenwoordig PSAN (Provinciale Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer); SN, tegenwoordig PSN (Provinciale Subsidieregeling Natuurbeheer 2000). De gronden binnen een landgoed waarvoor een SN/PSN regeling is getroffen moeten worden ingeschaald als Natuurterrein. Factoren instandhoudingsverplichting ONGEBOUWD Soort grondgebruik Factor Bosbouw - lichtgroen 0,70 Bosbouw - donkergroen 0,60 Cultuurgrond - verpacht 0,95 Cultuurgrond - overig 0,80 Anderszins productief (bijvoorbeed houtzagerij, boerderijwinkel) 0,95 Natuurterrein / water 0,60 Wallen / sloten 0,80 Park / vijvers / oude tuinen 0,60 Direct rond de gebouwen gesitueerd en dienstbaar 0,95 Tabel instandhoudingsfactor ongebouwd Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 16 van 214
17 4.2 Instandhoudingsfactor gebouwd De instandhoudingsfactor gebouwd wordt bepaald op basis van het aandeel gebouwd op de totale instandhoudingskosten. Voor een goede berekening van de factor kan het belangrijk zijn dat de totale instandhoudingskosten opgevraagd worden, waarbij een opsplitsing wordt gemaakt tussen kosten voor het gebouwde en ongebouwde gedeelte van het landgoed. Volgens de Vastgoed Exploitatiewijzer 2005 liggen de kosten voor onderhoud van monumentale gebouwen op circa 8,-- tot 8,50 per bruto m². Bij jongere panden ligt dit fors lager. Volledigheidshalve wordt nog opgemerkt dat de kosten van de instandhouding betrekking hebben op de staat van het landgoed ten tijde van de rangschikking. De eventuele kosten van renovatie, verbetering en vernieuwing van het object behoren derhalve niet tot de instandhoudingskosten. Het gaat slechts om de kosten voor het instandhouden van de gebouwen. Factoren instandhoudingsverplichting GEBOUWD Bandbreedte Aandeel "gebouwd" op de totale instandhoudingskosten Factor % 0, % 0, % 0, % 0, % 0, % 0, % 0,86 Tabel instandhoudingsfactor gebouwd Als de instandhoudingskosten van het aandeel gebouwd zeer gering zijn (ingeschat op 0-5%) dan is een kleine correctie (factor 0,98) voldoende. Indien de instandhoudingskosten hoog worden ingeschat (35-40%) dan is een grotere correctie terecht (factor 0,86). De berekening van de instandhoudingsfactor gebouwd is gebaseerd op het aandeel "gebouwd" van de totale instandhoudingskosten van het gehele landgoed. Naarmate er meer historische elementen gerangschikt zijn, zullen de instandhoudingskosten voor de gebouwde delen een groter deel van de totale instandhoudingskosten beslaan. De tabel "berekening instandhoudingskosten gebouwd" kent 7 bandbreedtes. Afhankelijk van de mate waarin instandhoudingskosten voor het gebouwde deel een beslag nemen op het totaal moet een deelfactor bepaald worden Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 17 van 214
18 Voorbeeld van bandbreedte 1 (deelfactor 0,98). In dit voorbeeld betreft het nieuwere gebouwen die normaal functioneel zijn. Er zijn geen monumentale elementen aanwezig waarbij sprake is van hoge onderhoudskosten. De gebouwen zijn functioneel en voldoen aan hedendaagse gebruikseisen. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 18 van 214
19 Voorbeeld van bandbreedte 7 (deelfactor 0,86). In dit voorbeeld betreft het veelal oude (oudere) gebouwen die normaal functioneel zijn. Er zijn monumentale elementen aanwezig. Hierbij is sprake van hoge onderhoudskosten. De gebouwen zijn deels functioneel en voldoen gedeeltelijk aan de hedendaagse gebruikseisen. Delen van de gebouwen hebben geen (of zeer beperkt) functioneel nut. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 19 van 214
20 5 Rekenvoorbeeld Er is een landgoed, waarvan de verdeling van de gronden is: Bosbouw-lichtgroen 4,3000 Bosbouw-donkergroen 10,8000 Cultuurgrond-verpacht 13,7500 Natuurterrein / Water 0,5500 Wallen / Sloten 0,1250 Park / Vijvers / Oude tuinen 0,9330 Direct rond gebouwen gesitueerd / dienstbaar 1,8600 TOTAAL 33,3180 Op het landgoed liggen 3 WOZ-objecten: 1. Landhuis (villa) bestaande uit een landhuis, met paardenstallen, gastenverblijf en een theehuisje. 2. Woonboerderij bestaande uit woonruimte, een garage, hobbykas en een prieel. 3. Agrarisch bedrijf met woning bestaande uit woonruimte met bijbehorende garage en een bedrijfsgedeelte (ligboxenstal, jongveestal en werktuigenberging). De totale instandhoudingskosten voor het gehele landgoed is ,-- op jaarbasis. Voor het gebouwde gedeelte is dit 4.500,--. Dit wordt mede veroorzaak door de kosten voor instandhouding van het landhuis, theehuisje en de toegangspoort. Object 1 Nr. Omschrijving Inhoud Oppervlakte 1 Landhuis (villa) 2850 m m 2 2 Paardenstallen m m 2 3 Gastenverblijf 480 m m 2 4 Theehuisje 72 m 3 22 m 2 Object 2 Nr. Omschrijving Inhoud Woonhuis Hobbykas Prieel Garage 1205 m 3 m 3 m 3 m 3 Oppervlakte m 2 m 2 m 2 m 2 Object 3 Nr. Omschrijving Inhoud Oppervlakte 1 Woonhuis 880 m m 2 2 Garage m 3 60 m 2 3 Ligboxenstal m m 2 4 Jongveestal m 3 40 m 2 5 Werktuigenberging m 3 90 m 2 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 20 van 214
21 berekening bestemmingsfactor ongebouwd. Soort grondgebruik Factor oppervlakte in ha. % Deelfactor Bosbouw-lichtgroen 0,70 9,3000 = 28,78% = 0,201 Bosbouw-donkergroen 0,60 5,8000 = 17,95% = 0,108 Cultuurgrond-verpacht 0,95 13,7500 = 42,55% = 0,404 Cultuurgrond-overig 0,80 0,0000 = 0,00% = 0,000 Anderszins productief, bijv. Steenfabrieken 0,95 0,0000 = 0,00% = 0,000 Natuurterrein / Water 0,60 0,5500 = 1,70% = 0,010 Wallen / Sloten 0,80 0,1250 = 0,39% = 0,003 Park / Vijvers / Oude tuinen 0,60 0,9330 = 2,89% = 0,017 Direct rond gebouwen gesitueerd / dienstbaar 0,95 1,8600 = 5,76% = 0,055 Totalen 32, % 0,799 Bandbreedtes berekening factor instandhoudingsverplichting gebouwd. Aandeel "gebouwd" op de totale instandhoudingskosten. Deelfactor Te hanteren deelfactor % 5-10 % % % % 0,98 0,96 0,94 0,92 0,90 X % 0,88 0, % 0,86 Instandhoudingsfactor gebouwd 0, ,-- / ,-- = 25,7% Instandhoudingsfactor ongebouwd 0,799 Instandhoudingsfactor gebouwd 0,880 Totale instandhoudingsfactor = 0,799 * 0,880 = 0,702 De uiteindelijk berekende Totale instandhoudingsfactor is minimaal 0,600 en maximaal 0,950 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 21 van 214
22 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 22 van 214
23 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 23 van 214
24 6 Beschrijving van het marktniveau De objecten op landgoederen zijn zeer divers. In deze taxatiewijzer kunnen daarom geen kengetallen worden gegeven. Bij de waardering is het daarom belangrijk aan te sluiten bij het plaatselijke en/of regionale referentiestelsel. Bij woningen kan aansluiting worden gezocht bij transactiecijfers van vergelijkbare objecten; Voor agrarische objecten kan in eerste instantie gekeken worden naar de taxatiewijzers voor agrarische grond en gebouwen. Het is wel belangrijk om te blijven toetsen aan de plaatselijke markt; Voor overige courante niet-woningen kan aansluiting worden gezocht bij huurcijfers en kapitalisatiefactoren uit de plaatselijke referentiekengetallen. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 24 van 214
25 7 Grond De te hanteren grondprijs is afhankelijk van de resultaten uit de marktanalyse. Bij objecten die zijn gerangschikt onder de Natuurschoonwet 1928 wordt alleen de grond onder de gebouwde deelobjecten in de waardering betrokken. Indien uit de marktanalyse blijkt dat bij grotere kavels met een grondstaffeling moet worden gewerkt, moet bij de waardering van NSW-objecten de hoogste grondprijs aangehouden worden. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 25 van 214
26 8 Taxatieverslag Voor een beschrijving van het taxatieverslag wordt verwezen naar het algemene deel 1 van deze set taxatiewijzers. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 26 van 214
27 Bijlage 1 Bijlage 1 - Bronnen Bij het opstellen van deze taxatiewijzer is gebruikt gemaakt van de volgende bronnen: Vastgoed Exploitatiewijzer 2005; WOZ-datacenter; Taxatiewijzers NSW-objecten DUWOZ september 1999; Ontwikkelingen agrarisch grondmarkt; Internet o o o Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 27 van 214
28 Bijlage 2 Bijlage 2 - Verklarende woordenlijst Voor een verklarende woordenlijst wordt verwezen naar het algemene deel van deze set taxatiewijzers. Specifiek voor deze wijzer geldende termen zijn reeds in een eerder stadium nader verklaard en/of beschreven. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 28 van 214
29 Bijlage 3 Bijlage 3 - Diverse publicaties ministerie 3A 3B 3C 3D 3E 3F 3G 3H Rangschikking als landgoed: Voorwaarden Werkboek Aanvraag rangschikking als landgoed Toelichting bij aanvraag Terreinen en opstallen voor rangschikking als landgoed Plan voor beplanting Landgoed als Natuurschoon Fiscale faciliteiten Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 29 van 214
30 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 30 van 214
31 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 31 van 214
32 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 32 van 214
33 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 33 van 214
34 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 34 van 214
35 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 35 van 214
36 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 36 van 214
37 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 37 van 214
38 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 38 van 214
39 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 39 van 214
40 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 40 van 214
41 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 41 van 214
42 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 42 van 214
43 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 43 van 214
44 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 44 van 214
45 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 45 van 214
46 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 46 van 214
47 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 47 van 214
48 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 48 van 214
49 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 49 van 214
50 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 50 van 214
51 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 51 van 214
52 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 52 van 214
53 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 53 van 214
54 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 54 van 214
55 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 55 van 214
56 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 56 van 214
57 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 57 van 214
58 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 58 van 214
59 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 59 van 214
60 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 60 van 214
61 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 61 van 214
62 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 62 van 214
63 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 63 van 214
64 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 64 van 214
65 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 65 van 214
66 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 66 van 214
67 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 67 van 214
68 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 68 van 214
69 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 69 van 214
70 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 70 van 214
71 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 71 van 214
72 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 72 van 214
73 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 73 van 214
74 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 74 van 214
75 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 75 van 214
76 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 76 van 214
77 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 77 van 214
78 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 78 van 214
79 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 79 van 214
80 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 80 van 214
81 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 81 van 214
82 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 82 van 214
83 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 83 van 214
84 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 84 van 214
85 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 85 van 214
86 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 86 van 214
87 Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 87 van 214
88 Bijlage 4 Bijlage 4 - Natuurschoonwet 1928 Artikel 1 1. Deze wet verstaat onder: a. landgoed: een, in Nederland gelegen, geheel of gedeeltelijk met bossen of andere houtopstanden bezette onroerende zaak - daaronder begrepen die waarop een buitenplaats of andere, bij het karakter van het landgoed passende, opstallen voorkomen - voor zover het blijven voortbestaan van die onroerende zaak in zijn karakteristieke verschijningsvorm voor het behoud van het natuurschoon wenselijk is; b. eigenaar: 1. de eigenaar van een onroerende zaak die niet is bezwaard met het beperkt recht van vruchtgebruik of dat van erfpacht; 2. de vruchtgebruiker of de erfpachter van een onroerende zaak; 3. onder 1 of onder 2 bedoelde eigenaren van twee aan elkaar grenzende onroerende zaken; c. Onze Minister: Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; d. Onze Ministers: Onze Ministers van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en van Financiën. 2. Voor de toepassing van deze wet worden de in het eerste lid, onderdeel b, onder 3, bedoelde onroerende zaken aangemerkt als één onroerende zaak. 3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld inzake de voorwaarden waaraan een onroerende zaak moet voldoen om te kunnen worden aangemerkt als een landgoed. Die voorwaarden betreffen: a. de oppervlakte van de onroerende zaak; b. het percentage van de oppervlakte van de onroerende zaak die ten minste met bossen of andere houtopstanden bezet dient te zijn, alsmede de aard van de bossen en andere houtopstanden; c. de omvang en hoedanigheid van de niet met bossen of andere houtopstanden bezette terreinen; d. de wijze en de aard van de bebouwing; e. het soort gebruik dat van de terreinen en de opstallen wordt gemaakt. 4. In afwijking in zoverre van het derde lid worden bij algemene maatregel van bestuur regels gesteld inzake de voorwaarden waaraan een onroerende zaak, die voldoet aan de in het derde lid, onderdelen a, c, d en e bedoelde voorwaarden, doch niet aan de voorwaarden, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, moet voldoen om te kunnen worden aangemerkt als een landgoed. Artikel 2 1. De eigenaar die zijn onroerende zaak wenst aangemerkt te zien als een landgoed, doet aan Onze Ministers een daartoe strekkend verzoek dat wordt ingediend bij Onze Minister. 2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welke bescheiden, naast een beschrijving van de karakteristieke verschijningsvorm van de onroerende zaak alsmede uittreksels uit de kadastrale registratie en uit de kadastrale kaarten, bij het verzoek moeten worden overgelegd en worden regels gesteld betreffende de inhoud van die beschrijving en van die andere bescheiden. 3. Onze Ministers beslissen op het verzoek bij gezamenlijke beschikking. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 88 van 214
89 Bijlage 4 4. Indien aan het verzoek wordt voldaan, wordt de onroerende zaak als een landgoed aangemerkt met ingang van het tijdstip waarop het verzoek bij Onze Minister is ingekomen. Artikel 3 1. Een als landgoed aangemerkte onroerende zaak wordt niet langer als zodanig beschouwd in de gevallen waarin: a. de eigenaar of een van degenen bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, onder 3, Onze Minister schriftelijk mededeelt dat hij zijn onroerende zaak niet langer wenst aangemerkt te zien als een landgoed; b. het karakter van landgoed van de onroerende zaak is aangetast of verloren is gegaan door gebrek aan behoorlijk onderhoud of door andere omstandigheden; c. 1. de eigendom van de onroerende zaak is overgedragen; 2. het beperkt recht van vruchtgebruik of dat van erfpacht op de onroerende zaak is gevestigd, of een zodanig recht op de onroerende zaak is geëindigd; dan wel 3. de onroerende zaak bij verdeling is gesplitst en aan verschillende deelgenoten is toegedeeld. 2. Het eerste lid, aanhef en onderdeel c, vindt geen toepassing, voor zover Onze Ministers op verzoek van de eigenaar bij gezamenlijke beschikking beslissen dat de onroerende zaak blijft aangemerkt als een landgoed. Het verzoek dient binnen zes maanden na de overdracht, na de vestiging of het eindigen van het beperkt recht, onderscheidenlijk na de verdeling bij Onze Minister te worden ingediend. Onze Minister is bevoegd in bijzondere gevallen de termijn van zes maanden te verlengen. 3. In de gevallen waarin de onroerende zaak niet langer als een landgoed wordt aangemerkt ingevolge het eerste lid, onderdelen a of c, stellen Onze Ministers bij gezamenlijke beschikking vast dat de onroerende zaak niet langer als zodanig wordt beschouwd met ingang van het tijdstip waarop de mededeling bij Onze Minister is ingekomen, onderscheidenlijk het tijdstip van de overdracht, van de vestiging of het eindigen van het beperkt recht, dan wel van de verdeling. 4. In het geval waarin de onroerende zaak, naar het oordeel van Onze Ministers, niet langer als een landgoed wordt aangemerkt ingevolge het eerste lid, onderdeel b, beslissen Onze Ministers bij gezamenlijke beschikking dat de onroerende zaak niet langer als zodanig wordt beschouwd met ingang van de datum van die beschikking. 5. Een eigenaar kan aan Onze Ministers een verklaring vragen dat een door hem voorgenomen handeling niet zal leiden tot een beschikking, als bedoeld in het vierde lid. 6. Met betrekking tot een gedeelte van de onroerende zaak vinden het eerste tot en met het vijfde lid overeenkomstige toepassing. Taxatiewijzer NSW-landgoederen Pagina 89 van 214
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2011 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2011 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieRangschikking als landgoed Voorwaarden
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Rangschikking als landgoed Voorwaarden >> Duurzaam, Agrarisch, Innovatief en Internationaal ondernemen In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Inhoudsopgave
Nadere informatieNatuurschoonwet 1928. Successierecht, schenkingsrecht en recht van overgang; openstelling van Natuurschoonwet-landgoederen 1
Natuurschoonwet 1928. Successierecht, schenkingsrecht en recht van overgang; openstelling van Natuurschoonwet-landgoederen 1 Natuurschoonwet 1928. Successierecht, schenkingsrecht en recht van overgang;
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BY2512
ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2012 Datum publicatie 07-11-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201203945/1/A2 Eerste
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2012 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2012 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieBesluit van 10 april 2007, houdende wijziging van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928
Besluit van 10 april 2007, houdende wijziging van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928 De wijzigingen zijn cursief gedrukt Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Nadere informatieNatuurschoonwet 1928
Wet van 15 maart 1928, houdende regeling van sommige van landgoederen geheven belastingen tot bevordering van behoud van natuurschoon, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2009, 609 Artikel 1. 1. Deze wet verstaat
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten
Bijlage d behorend bij het besluit van de raad van de gemeente Nieuwkoop van 1 4 december 2017 en als zodanig gewaarmerkt door de griffier. Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; b e s l u i t :
De raad van de gemeente Gooise Meren; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer 305477; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:
Nadere informatieOnderwerp: Verordening op de heffing en invordering van roerende woon- en bedrijfsruimten 2018
Raadsbesluit Datum raadsvergadering Datum carrousel Raadsbesluitnummer Registratienummer Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 De raad van de gemeente
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2013 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2013 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015
Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015 De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders
Nadere informatiegezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013;
De raad van de gemeente Opmeer; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013; gelet op het advies van de commissie Bestuurlijke Zaken en Verantwoording van 28
Nadere informatieNOTITIE NATUURSCHOONWET 1928
NOTITIE NATUURSCHOONWET 1928 Het object gelegen aan de Kerkendelweg 22, 3775 KN te Kootwijk is gerangschikt onder de werking van de Natuurschoonwet 1928 (NSW). De NSW geeft fiscale faciliteiten ofwel tegemoetkomingen
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
Agendanummer: 6 Vergadering: 8 november 2012 De raad van de gemeente Winsum; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t
Nadere informatieWOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd
WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd De voorschriften voor het bepalen van de WOZwaarden van landgoederen die gerangschikt zijn onder de Natuurschoonwet 1928 (NSW) zijn gewijzigd. Dit valt
Nadere informatieSector : II Nr. : 66b. De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer
Sector : II Nr. : 66b 8/66.10; De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit:
Nadere informatieVERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op
VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2006 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015
VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015 De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en
Verordening op de heffing en invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2014 Status In werking Algemene informatie Deze verordening regelt de hoogte, de heffing en invordering van
Nadere informatieHandleiding Natuurschoonwet 1928
Handleiding Natuurschoonwet 1928 Inhoudsopgave pagina 1. Achtergrond... 2 2. De Natuurschoonwet 1928... 3 Fiscale faciliteiten... 3 De aanvragers... 5 3. De voorwaarden voor rangschikking... 6 Achtergrond...
Nadere informatieVERORDENING op de heffing en de invordering
VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2012 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders besluit :
Nr. 10-. PURMEREND De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit : vast te stellen de volgende
Nadere informatieLandgoed als natuurschoon
natuur particulier & instantie Landgoed als natuurschoon Bent u eigenaar, vruchtgebruiker of erfpachter van een landgoed? Dan kunt u uw landgoed laten rangschikken onder de Natuurschoonwet. U krijgt dan
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; b e s l u i t :
De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de
Nadere informatieHandleiding Natuurschoonwet pagina
Handleiding Natuurschoonwet 1928 Inhoudsopgave pagina 1. Achtergrond... 2 2. De Natuurschoonwet 1928... 4 Fiscale faciliteiten De aanvragers 3. De Rangschikkingsvoorwaarden... 7 Achtergrond De oppervlakte
Nadere informatieVerordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018
Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 De raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 september 2017, raadsstuk
Nadere informatieECGF/U201301598 Lbr. 13/105
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft NSW-status landgoederen Wet WOZ en OZB Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECGF/U201301598 Lbr. 13/105 bijlage(n)
Nadere informatieons kenmerk ECGF/U201301598 Lbr. 13/105
VNG Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Vereniging van Nederlandse Gemeenten informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft NSW-status landgoederen Wet WOZ en OZB Samenvatting ons kenmerk ECGF/U201301598
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2015 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2015 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2016:8771
ECLI:NL:RBAMS:2016:8771 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-12-2016 Datum publicatie 08-02-2017 Zaaknummer AMS 16 /805 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2016:8488
ECLI:NL:RBAMS:2016:8488 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 28-11-2016 Datum publicatie 04-01-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 264 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht
Nadere informatieLandgoed als natuurschoon
Landgoed als natuurschoon 2 Landgoed als natuurschoon Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 1.1 Wanneer komt u in aanmerking? 4 1.2 Welke fiscale faciliteiten zijn er voor u? 5 2 Samenwerken of aanleunen 6 2.1 Samenwerken
Nadere informatieVIUG '' DEC, 2011. , * a *A tl & i> Gemeente Woerden 13.031698. Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad (070) 373 8393 1
VIUG Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Vereniging van Nederlandse Gemeenten informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) 373 8393 1 betreft ons kenmerk datum NSW-status landgoederen
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2014 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2014 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieNatuurschoonwet landgoederen
Natuurschoonwet landgoederen na de wetswijziging per 28 december 2000 De Natuurschoonwet van 1928 geeft aan onroerende zaken die voldoen aan de gestelde rangschikkingscriteria de kwalificatie van Natuurschoonwet
Nadere informatieLandgoedWijzer. Als er ook een rijksmonument op het landgoed staat, leest u dan ook onze MonumentWijzer.
LandgoedWijzer U bent in het bezit van een landgoed dat voldoet aan de voorwaarden van de Natuurschoonwet 1928 (NSW-landgoed) of u bent van plan een dergelijk landgoed te kopen of te ontwikkelen? De overheid
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2016 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2016 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatieTaxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen
Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 23 NSW-landgoederen Waardepeildatum 1 januari 2017 Colofon Taxatiewijzer NSW-landgoederen, waardepeildatum 1 januari 2017 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging
Nadere informatie1. Lijst van afkortingen
Natuurschoonwet 1928 1 Natuurschoonwet 1928 Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector Brieven & Beleidsbesluiten Besluit van 11 oktober 2007, nr. CPP2007/205M, Stcrt. nr. 202
Nadere informatieLandgoed als natuurschoon
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Landgoed als natuurschoon >> Duurzaam, Agrarisch, Innovatief en Internationaal ondernemen In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Inhoudsopgave 1 Inleiding
Nadere informatieDE MEERWAARDE VAN KENNIS OVER ERFPACHT, NATUURSCHOONWET, WOZ EN FISCALITEITEN
DE MEERWAARDE VAN KENNIS OVER ERFPACHT, NATUURSCHOONWET, WOZ EN FISCALITEITEN 9 maart 2013 WAAROM DEZE WORKSHOP? WAT WILLEN WE VANDAAG BEREIKEN? WIE ZIJN WE? MET WELKE PARTIJEN HEEFT U TE MAKEN? PARTIJEN
Nadere informatieA 2013 N 54 PUBLICATIEBLAD
A 2013 N 54 PUBLICATIEBLAD Landsverordening van de 16 de mei 2013 houdende regels inzake de belastingheffing van onroerende zaken (Landsverordening onroerendezaakbelasting 2014). In overweging genomen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11993 7 juli 2011 Natuurschoonwet 29 juni 2011 Nr. BLKB2011/310M Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s/brieven
Nadere informatieHandleiding Natuurschoonwet landbouw, natuurbeheer en visserij. Tweede druk
landbouw, natuurbeheer en visserij Handleiding Natuurschoonwet 1928 Tweede druk Deze handleiding is informatief. U kunt er geen rechten aan ontlenen. bibliotheek Kiiiliilllim sig : érzrnéh^ bnr: \ ex :
Nadere informatieECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229
ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229 Instantie Datum uitspraak 11-12-2007 Datum publicatie 07-01-2008 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer AWB 06/2511, AWB 06/2530 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieOnderwerp : Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018
Raadsvoorstel *Z03EAC3347D* Aan de raad Documentnummer : INT-17-36609 Afdeling : Bedrijfsvoering Onderwerp : Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 Inleiding Jaarlijks worden
Nadere informatiegelet op het voorstel van het college van november 2015, nr. 15/
Raadsbesluit De raad der gemeente Emmen; gelet op het voorstel van het college van november 2015, nr. 15/ gelet op artikel 228 a van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de volgende VERORDENING
Nadere informatieBesluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing waterschap Rijn en IJssel 2019.
Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing waterschap Rijn en IJssel 2019. Het algemeen bestuur van Waterschap Rijn en IJssel; Op voordracht van het dagelijks bestuur van 9 oktober
Nadere informatieBesluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing Waterschap Veluwe 2011.
Besluit tot vaststelling van de Verordening op de watersysteemheffing Waterschap Veluwe 2011. Het algemeen bestuur van Waterschap Veluwe; Op voordracht van het dagelijks bestuur van 13 oktober 2010; Gelet
Nadere informatiede Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen
de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Ministerie van Financiën, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Ingediend op https://www.internetconsultatie.nl/nsw Amsterdam,
Nadere informatieVerordening bedrijveninvesteringszone eigenaren en gebruikers Centrum Papendrecht
Verordening bedrijveninvesteringszone eigenaren en gebruikers Centrum Papendrecht 2018-2022 De raad van de gemeente Papendrecht; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017;
Nadere informatieDe gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005;
De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november 2005; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2017:6102
ECLI:NL:RBDHA:2017:6102 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 30-05-2017 Datum publicatie 15-06-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 2676 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht
Nadere informatieVERKLARING COMPLEX ONROERENDE ZAKEN MET WOZ-BESCHIKKING
VERKLARING COMPLEX ONROERENDE ZAKEN MET WOZ-BESCHIKKING De energiebelasting (EB) en opslag duurzame energie (ODE) over elektriciteit en gas moeten worden berekend per aansluiting van de energieverbruiker
Nadere informatieVerordening watersysteemheffing waterschap Vechtstromen 2015
Verordening watersysteemheffing waterschap Vechtstromen 2015 Kenmerk: Het algemeen bestuur van het waterschap Vechtstromen; gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 28 oktober 2014; gelet op de
Nadere informatieLANDGOED BUITEN PEKELINGE Uniek wonen nabij zee en duin
LANDGOED BUITEN PEKELINGE Uniek wonen nabij zee en duin De Bakker Makelaardij biedt geheel vrijblijvend te koop aan 3 landgoederen op het landgoed Buiten Pekelinge te Oostkapelle (Zeeland) met ieder een
Nadere informatieOmslagenverordening Schieland en de Krimpenerwaard 2005
ONTWERP De verenigde vergadering van Schieland en de Krimpenerwaard; op voordracht van de voorbereidingscommissie van 22 november 2004; gelet op de artikelen 110 en 113, eerste lid, van de Waterschapswet;
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone Centrum Losser
CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR127902_2 5 december 2016 Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone Centrum Losser De raad van de gemeente
Nadere informatieZundertse Regelgeving Wetstechnische informatie
Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Rubriek: Financiën en Economie Naam regeling: Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen Zundert 2015 Citeertitel: Verordening
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen 2018 (Verordening onroerendezaakbelastingen Delft 2018).
De raad van de gemeente Delft; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 september 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; gezien het advies
Nadere informatieVerordening Bedrijven Investering Zone Binnenstad
Verordening Bedrijven Investering Zone Binnenstad 2019-2023 De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17-04-2018/57643; gelet op de Wet op de Bedrijveninvesteringszone;
Nadere informatieRaadsmededeling - Openbaar
Raadsmededeling - Openbaar Nummer : 183/2014 Datum : 25 november 2014 B&W datum : 2 december 2014 Beh. ambtenaar : D.J. den Hengst Portefeuillehouder : T.M.M. Kok Onderwerp : Bijstellen tarieven OZB 2015
Nadere informatieGezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 );
2005, no. 152 De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 ); gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
Nadere informatieVerordening BI-zone Twentekanaal 2010.
Verordening BI-zone Twentekanaal 2010. De raad van de gemeente Hengelo; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 oktober 2009, nummer 312003. gelet op artikel 1, eerste
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2016
Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2016 De raad van de gemeente Veghel; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2015;
Nadere informatieOnroerende zaakbelastingen
Onroerende zaakbelastingen Verordening op de heffing en de invordering van Onroerende zaakbelastingen 2018 Gemeenteblad Texel 2017 nr 48 datum 22-dec-17 Verordening op de heffing en de invordering van
Nadere informatieRangschikking als landgoed: fiscale faciliteiten
natuur particulier & instantie Rangschikking als landgoed: fiscale faciliteiten Bent u eigenaar, vruchtgebruiker of erfpachter van een landgoed? Dan kunt u uw landgoed laten rangschikken onder de Natuurschoonwet.
Nadere informatieVerordening BI-zone Groote Lindt Zwijndrecht 2016
Verordening BI-zone Groote Lindt Zwijndrecht 2016 De raad van de gemeente Zwijndrecht; gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2, eerste en tweede lid, 3, eerste lid, en 7, eerste en vierde
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016 (Gemeenteblad 2016, nr. XXX);
Onderwerp Datum 20 december 2016 Verordening op de heffing en invordering van Onroerende - Zaakbelasting 2017 Pagina 1 van 5 De raad van Venray, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en
Nadere informatieNijverdal, 12 december gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2017;
Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 12 december 2017 Nr. 17INT02672 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2017; gelet
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr.
De Raad van de gemeente Maassluis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr. 2010-4108 gelet op het bepaalde
Nadere informatieVerordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen
De raad van de gemeente Harderwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van november 2017, raadsbesluitnummer..; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
Nadere informatieVerordening op de heffing en de invordering van Onroerendezaakbelastingen. Citeertitel Verordening Onroerende zaakbelastingen 2015
Gemeente Zaanstad Verordening op de heffing en de invordering van Onroerende-zaakbelastingen 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Gemeente
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude;
VERORDENING ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2017. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 november ; Gelet op de artikelen
Nadere informatiegelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 4 en 24 september en van 13 november 2012;
No: /19122012 Onderwerp: Verordening onroerende zaakbelastingen De Raad van de gemeente Noordenveld; gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 4 en 24 september en van 13
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; VAN ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN
De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te
Nadere informatieVerordening bedrijveninvesteringszone Haarbrug-Noord gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van (datum en nummer);
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bunschoten. Nr. 51768 11 juni 2015 Verordening bedrijveninvesteringszone Haarbrug-Noord 2016 De raad van de gemeente Bunschoten; gelezen het voorstel van burgemeester
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017;
VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN 2018 De raad van de gemeente Waalwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met
Nadere informatieVerordening bedrijveninvesteringszone Bedrijventerrein Vianen
Verordening bedrijveninvesteringszone Bedrijventerrein Vianen 2016-2020 gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015 met kenmerk 36664. Gelet op artikel 1, eerste,
Nadere informatiegelet op de tussen de gemeente Breda en Ondernemersvereniging BiZ Steenakker gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 18 oktober 2016; B E S L U I T:
De raad van de gemeente Breda, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2, eerste lid, 3, eerste lid, en 7, eerste en vierde lid, van de
Nadere informatie*ZEA74E5ECFB* Raadsvergadering d.d. 20 december 2016
*ZEA74E5ECFB* Raadsvergadering d.d. 20 december 2016 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.16-41112/DV.16-634, afdeling Middelen en Advies. Sellingen, 8 december 2016 Onderwerp: Vaststellen Verordening onroerende-zaakbelastingen
Nadere informatiegelet op de tekst van de tussen de gemeente Zoeterwoude en BIZ-vereniging Grote Polder te sluiten Uitvoeringsovereenkomst;
Besluit van de raad Registernummer: to/z15-09375-2510-b De raad van de gemeente Zoeterwoude; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 juli 2015; gelet op de bepalingen van de Gemeentewet;
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 december 2016;
Raadsbesluit nr. Betreft: Verordening bedrijveninvesteringszone Verordening bedrijveninvesteringszone Centrum Zuidlaren 2017-2021 De raad van de gemeente Tynaarlo; gelezen het voorstel van burgemeester
Nadere informatieVerordening onroerendezaakbelastingen
Verordening onroerendezaakbelastingen Coevorden 2018 No. 2017/ De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlagenr. ; gelet op de artikelen 220 tot en met
Nadere informatieDe raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; B E S L U I T : vast te stellen de : VERORDENING OP DE HEFFING
Nadere informatieVerordening op de heffing en invordering Bedrijveninvesteringszone Smakterheide Venray 2017
, nummer Onderwerp Datum 20 december 2016 Verordening op de heffing en invordering Bedrijveninvesteringszone Smakterheide Venray 2017 Pagina 1 van 6 De raad van Venray, gelezen het voorstel van het college
Nadere informatieVerordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen
Raadsbesluit Nummer: 10 Wettelijke grondslag: artikel 220 tot en met 220h Gemeentewet Besloten in de raadsvergadering van: 17 januari 2018 Besluit om: de volgende verordening vast te stellen: Verordening
Nadere informatieOnderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014.
RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B&W-besluit d.d.: B&W-besluit nr.: Naam programma +onderdeel: Algemene middelen Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014. Aanleiding:
Nadere informatieRaadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : - Onderwerp : Verordening onroerende-zaakbelastingen
Raadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : - Onderwerp : Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014-1 Collegevergadering : 29 oktober 2013 Agendapunt : 16 Portefeuillehouder : Wethouder
Nadere informatieDe RAAD van de gemeente Dordrecht; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 6 januari 2009, Nr.
Nr. SBC/2008/1280 De RAAD van de gemeente Dordrecht; Raadsgriffie Spui boulevard 238 3311 GR DORDRECHT gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 6 januari 2009, Nr. SBC/2008/1280;
Nadere informatieVerordening bedrijveninvesteringszone De Krogten 2017 gemeente Breda
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Breda. Nr. 186015 28 december 2016 Verordening bedrijveninvesteringszone De Krogten 2017 gemeente Breda Bekendmaking Burgemeester en wethouders van Breda maken
Nadere informatiegezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2016.
Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelastingen Oss 2016 Volgnummer Dienst/afdeling G/ID De raad van de gemeente Oss; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; gelet op
Nadere informatieVerordening Bedrijveninvesteringszone de Briellaerd
Verordening Bedrijveninvesteringszone de Briellaerd 2018-2022 Nummer 17-68 De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 17-68 ; gelet op de artikelen 1,
Nadere informatieVERORDENING op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen
VERORDENING op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2006 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling VERORDENING
Nadere informatieVerordening Bedrijveninvesteringszone Nieuweweg. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 september 2017;
CVDR Officiële uitgave van Hardinxveld-Giessendam. Nr. CVDR603635_1 22 november 2017 Verordening Bedrijveninvesteringszone Nieuweweg De raad van de gemeente Hardinxveld-Giessendam; gelezen het voorstel
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018 b e s l u i t :
De raad van de gemeente Landgraaf; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018 gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; b e s l u i t :
Nadere informatieGemeenteraad: 14 december 2017
Verordening Onderwerp: BIZ Winkelhart Ridderkerk 2018-2022 Gemeenteraad: 14 december 2017 Commissie: Samen leven en Samen wonen 30 november 2017 BBVnr: 1281714 Verordeningsnr: 1281925 De raad van de gemeente
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;
De raad van de gemeente Houten; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november ; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende
Nadere informatie