Bijzonder deel internationaal privaatrecht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijzonder deel internationaal privaatrecht"

Transcriptie

1 Bijzonder deel internationaal privaatrecht 1. DE NATUURLIJKE PERSONEN...8 A. HET BESTAAN VAN EEN PERSOON EN DE AFWEZIGHEID Internationale bevoegdheid Het toepasselijk recht...8 B. DE STAAT EN DE BEKWAAMHEID VAN PERSONEN Internationale bevoegdheid Het toepasselijke recht...8 (1) Algemeen...8 (2) Bijzondere bepaling: geslachtsverandering Een beperkte renvoi Verandering van nationaliteit: geen invloed...9 C. DE NAAM VAN PERSONEN Internationale bevoegdheid Toepasselijk recht...9 (1) De vaststelling van de naam...9 (2) De verandering van de naam...9 (3) De zelfstandige aanknoping van de naam Nationaliteitsconflicten Exequatur van naamsrechtelijke beslissingen en akten DE BESCHERMING VAN ONBEKWAMEN, DE VOOGDIJ EN DE OUDERLIJKE ZORG...10 A. DE EUROPESE INTERNATIONALE BEVOEGDHEID EN EXEQUATUR VOOR OUDERLIJKE ZORGMAATREGELEN EN ECHTSCHEIDING OF NIETIGVERKLARING VAN EEN HUWELIJK (BRUSSEL IIBIS- VERORDENING) Toepassingsgebied...10 (1) Ratione temporis...10 (2) Ratione materiae...10 (3) Ratione loci et personae De bevoegdheidsgronden voor ouderlijke verantwoordelijkheid en voogdij...10 (1) Principe: de verblijfplaats van het kind...10 (2) Uitzonderingen...11 (a) (b) (c) (d) (e) (f) (g) De vorige verblijfplaats van het kind...11 Ontvoering...11 Terugkeer middels het Kinderontvoeringsverdrag...11 Prorogratie naar het echtscheidingsforum...11 Prorogratie naar een forum met een nauwe band...11 Opvangforum...11 Algemene afwijkingsmogelijkheid Doorverwijzen naar een meer geschikte rechter...11 (3) Bescherming versteklatende verweerder...12 (4) Aanhangigheid...12 (5) Voorlopige en bewarende maatregelen De erkenning...12 (1) Algemeen...12 (2) Erkennings van rechtswege of bij twijfel per proces De uitvoerbaarverklaring...12 (1) Algemeen...12 (2) De afschaffing van de exequaturprocedure voor sommige beslissingen De uitvoerbaarklaring...13 B. GEMEEN RECHT Toepassingsgebied en bevoegdheid Toepasselijk recht...13 (1) Voogdij en bescherming van onbekwamen...13 (2) Beschermingsmaatregelen ten aanzien van onbekwame meerderjarigen...13 (3) Recht van toepassing op het ouderlijk gezag (ouderlijke verantwoordelijkheid en omgangsrecht)...13 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 1

2 (4) Het nationale recht is aanvullend DE HUWELIJKSSLUITING EN DE ECHTSCHEIDING...13 A. ALGEMEEN...13 B. DE HUWELIJKSSLUITING Ambtelijke bevoegdheid Toepasselijk recht...14 (1) Overzicht en begrip...14 (2) Vormvoorwaarden...14 (3) Grondvoorwaarden...14 (a) (b) (c) Distributieve verwijzingsregel...14 De exceptie van internationale openbare orde...14 Gelijkslachtelijke huwelijksbanden...14 (4) Sancties voor het schenden van voorwaarden...15 (5) Schijnhuwelijken...15 (6) Huwelijksbelofte Erkenning van huwelijk gesloten in het buitenland...15 C. ECHTSCHEIDING De internationale bevoegdheid van de Belgische rechters...15 (1) Brussel IIbis- Verordening...15 (a) (b) (c) (d) Algemeen...15 Bescherming ingezetenen...15 Zeven alternatieve fora...16 Tegenvordering...16 (2) Gemeen recht Het toepasselijke recht...16 (1) Vorderingen ingeleid voor 1 oktober 2004: de wet van 27 juni (2) Huidige verwijzingsregeling...16 (a) (b) Principe...16 Een beperkte rechtskeuze van de twee partners De problematiek van erkenning van vreemde vonnissen...17 (1) Algemeen...17 (2) De verstoting...17 (a) (b) Principe...17 Uitzonderlijke erkenning DE HUWELIJKSGEVOLGEN...17 A. ALGEMEEN...17 B. DE PERSONELE GEVOLGEN VAN HET HUWELIJK De verwijzingsregel voor personele gevolgen...17 (1) Algemeen...17 (2) Uitzondering: rechten betreffende de gezinswoning...17 (3) Oud recht...18 C. DE VERMOGENSRECHTELIJKE GEVOLGEN VAN HET HUWELIJK Huwelijken gesloten voor 1 oktober (1) Algemeen...18 (2) Rechtskeuze...18 (3) Vorm huwelijkscontract...18 (4) Wijziging stelsel Huwelijken gesloten na 1 oktober (1) De rechtskeuze...18 (a) Algemeen...18 (2) Subsidiair...18 (3) Toepassingsgebied...19 (4) Veranderbaarheid DE SAMENWONING EN HET PARTNERSCHAP DE AFSTAMMING...19 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID...19 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 2

3 1 Rechterlijke bevoegdheid Ambtelijke bevoegdheid...19 B. TOEPASSELIJK RECHT Algemeen Positieve afstammingsconflicten Toepassingsgebied Vorm DE ONDERHOUDSVORDERINGEN...20 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID...20 B. TOEPASSELIJK RECHT Het Haags verdrag van 24 oktober (1) Algemeen...21 (2) Verwijzingsregel WIPR...21 (1) Algemeen...21 (2) Verwijzingsregel...21 (a) (b) Algemeen...21 Overeenkomst...21 (3) Toepassingsgebied...22 C. EXEQUATUR EN TENUITVOERLEGGING TESTAMENTEN EN ERFRECHT...22 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID...22 B. TOEPASSELIJK RECHT Wettelijke erfopvolging...22 (1) Algemeen...22 (2) Een beperkte rechtskeuze...22 (3) Toepassingsgebied Vereffening- verdeling...23 (1) Wijze van samenstelling en de toebedeling van de loten...23 (2) Het beheer en de overgang van de nalatenschap Testamenten...23 (1) Testeerbekwaamheid...23 (2) Vorm...23 (3) Interpretatie...23 (4) Registratie van testamenten...24 (5) Overgangsrecht HET ZAKENRECHT...24 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID Algemeen Intellectuele eigendomsrechten...24 B. TOEPASSELIJK RECHT Het zaakstatuut...25 (1) Algemene regel...25 (2) De verplaatsing van een goed (verandering van zaakstatuut)...25 (3) Bijzondere gevallen: rechtsalgemeenheden, goederen in transitu en transportmiddelen Bijzondere regels...25 (1) Zakelijke rechten op vorderingsrechten...25 (2) Zakelijke rechten op geldwaarden op bankrekeningen...25 (3) Zakelijke rechten op verhandelbare effecten (waardepapieren en effecten)...25 (4) Onrechtmatig geëxporteerde cultuurgoederen en gestolen goederen...26 (5) Werken van beeldende kunsten...26 (6) Intellectuele rechten...26 (7) Zakelijke zekerheden...26 (a) (b) (c) Onroerende zakelijke zekerheden...26 Roerende zakelijke zekerheden...26 Rechten van voorrang, rangorde en verdeling (art. 94, 2 WIPR)...26 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 3

4 (d) Mobiele zekerheden en zekerheden op vliegtuigmateriaal...27 C. EXEQUATUR INZAKE INTELLECTUELE EIGENDOMSRECHTEN DE CONTACTUELE VERBINTENISSEN...27 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID Brussel I- Vo WIPR...27 B. TOEPASSELIJK RECHT Bronnen Afbakening...27 (1) Rome I vs. EVO...27 (a) (b) (c) (d) (e) Ratione temporis...27 Ratione loci...27 Ratione Personae...28 Rationone materiae...28 Verhouding tot andere wetteksten...28 (2) Buiten Rome I: WIPR De rechtskeuze (subjectieve verwijzingsregel)...28 (1) Principe...28 (2) Expliciete of impliciete keuze...28 (3) Keuze voor een nationaal recht...28 (4) Gedeeltelijke of gesplitste rechtskeuze...28 (5) Moment van keuze...29 (a) (b) Algemeen...29 geen formele nietigheid of afbreuk aan rechten van derden...29 (6) Betwisting keuze...29 (7) Beperkingen...29 (a) (b) Zuiver nationale overeenkomsten...29 Zuiver communautaire overeenkomsten De objectieve verwijzingsregel...29 (1) De nauwste binding - EVO...29 (a) (b) (c) Principe...29 Uitzondering: geen kenmerkende prestatie + specifieke bepalingen...29 Algemene uitwijkmogelijkheid...30 (2) De nauwste binding Rome I...30 (a) Rechtstreekse aanknopingsregels voor eenvoudige contracten (art. 4 (1))...30 (i) Algemeen...30 (ii) Koopovereenkomsten...30 (iii) Zakelijke rechten op en huur van onroerende goederen...30 (iv) Dienstverleningsovereenkomsten...30 (b) Algemene aanknopingsregel voor overige contracten en complexe overeenkomsten (art. 4 (2)) (c) De ontsnappingsclausule (art. 4 (3))...30 (d) Geen dépecage? Geen renvoi Onderwerpen die beheerst worden door de lex contractus...31 (1) Algemeen...31 (2) Formele geldigheid: het begunstigingsprincipe...31 (3) Materiële geldigheid Bijzonder dwingende rechtsregels...31 C. BIJZONDERE CONTRACTEN Consumentenovereenkomsten...32 (1) Algemeen...32 (2) Toepassingsvoorwaarden...32 (a) (b) (c) Beschermde types van overeenkomsten...32 RomE I: Twee alternatieve voorwaarden voor bescherming...32 EVO: Drie alternatieve voorwaarden voor bescherming...32 (3) Methode van bescherming...32 (4) Bijzondere regelingen Arbeidsovereenkomsten...33 (1) Algemeen...33 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 4

5 (2) Methode van bescherming...33 (3) Vormvereisten...33 (4) Detacheringsrichtlijn Koop- Verkoop CISG...34 (1) Algemeen...34 (2) Toepassingsgebied Overeenkomsten met betrekking tot bankrekeningen Kredietovereenkomsten Dienstverleningsovereenkomsten Overeenkomsten met betrekkking tot onroerende goederen...34 (1) Overdracht van zakelijke rechten op onroerend goed...34 (2) Huurcontracten op onroerende goederen Franchiseovereenkomsten Distibutie- en concesssieovereenkomsten Dading Overeenkomsten met tussenpersonen lasthebber, handelsagent, commissionair Pandovereenkomsten Ruilovereenkomsten Schenkingen DE ONRECHTMATIGE DAAD...35 A. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID...35 B. TOEPASSELIJK RECHT De Rome II- Vo...36 (1) Toepassingsgebied...36 (a) (b) (c) (d) Ratione temporis...36 RAtione materiae...36 Ratione loci...36 Verhouding tot andere akten...36 (2) Hoofdregel: lex locus damnum...36 (a) (b) (c) Prinicipe...36 Het recht van het land van gemeenschappelijk verblijf...36 Ontsnappingsclausule...36 (3) Rechtskeuze...36 (4) Specifieke gevallen...36 (a) (b) (c) (d) (e) (f) (g) Productenaansprakelijkheid...36 Oneerlijke concurrentie en daden die de concurrentie beperken...37 Beperking van de mededinging...37 Milieuschade...37 Inbreuk op intellectuele eigendomsrechten...37 Collectieve actie bij arbeidsconflicten...37 Precontractuele aansprakelijheid...37 (5) Algemene bepalingen...37 (6) Toepassingsgebied toepasselijk recht...37 (7) Enkele specifieke rechtsvragen...37 (a) (b) (c) Rechtstreekse vordering...37 Meervoudige aansprakelijkheid...38 Vorm Gemeen recht...38 (1) Toepassingsgebied...38 (2) Keuze van toepasselijk recht...38 (3) Accessoire aanknoping...38 (4) Algemene aanknoping...38 (5) Lokale gedragsregels...38 (6) Specifieke regels...38 (7) Subrogatie en rechtstreekse vordering...39 (a) (b) Subrogatie...39 Rechtstreekse vordering...39 (8) Schade via internet Het Verdrag van Den Haag inzake verkeersongevallen op de weg...39 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 5

6 (1) Toepassingsgebied...39 (a) (b) (c) Ratione temporis...39 Ratione materiae...39 Ratione loci...39 (2) Principe: lex loci deliciti...39 (3) Rechtskeuze...39 (4) Toepassingsgebied...40 (5) De rechtstreekse vordering tegen de verzekeraar van de schuldige partij DE RECHTSPERSONEN...40 A. ALGEMEEN...40 B. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID Brussel I- Vo Gemeen recht...40 C. TOEPASSELIJK RECHT Het recht van de plaats van de voornaamste vestiging...41 (1) De verwijzingsregel...41 (2) De renvoi Erkenning van vreemde vennootschappen...41 (1) Algemeen...41 (2) Invloed Europees recht...41 (a) (b) Verdrag...41 Rechtspraak EHJ...41 (3) Zetelverplaatsing Toepassingsgebied...42 D. EXEQUATUR Brussel I- Vo Gemeen recht DE INSOLVENTIEPROCEDURES...42 A. UNIVERSALITEIT VS. TERRITORIALITEIT...42 B. DE INSOLVENTIEVERORDENING Inleiding Toepassingsgebied...43 (1) Ratione temporis...43 (2) Ratione materiae...43 (3) Ratione loci De bevoegdheidsregels Toepasselijk recht...44 (1) Algemeen...44 (2) Toepassingsgebied...44 (3) Uitzonderingen Erkenning van Europese uitspraken...44 (1) Principe en grond tot weigering...44 (2) Welke beslissingen? Uitvoerbaarverklaring van Europese uitspraken...45 C. GEMEEN RECHT Algemeen Toepassingsgebied Specifieke en gemeenrechtelijke bevoegdheidsregels Het toepasselijke recht op de insolventie...45 (1) Principe...45 (2) Uitzonderingen De eenzijdig uitgedrukte wens dat curatoren over de grens zouden samenwerken Specifieke regels van erkenning inzake vreemde beslissingen...46 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 6

7 Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 7

8 1. De natuurlijke personen A. Het bestaan van een persoon en de afwezigheid 1 Internationale bevoegdheid De gewone bevoegdheidsregels gelden. Voor de afwezigheid is de forum domicilii (art. 5 WIPR) wel uitgesloten. De bevoegdheid wordt dan wel weer uitgebreid door art. 40 WIPR, dat bepaalt dat de Belgische rechters bevoegd zijn als de verdwenen persoon Belg was of Belg was bij zijn verdwijning, of als de vordering betrekking heeft op goederen die zich in België bevinden. 2 Het toepasselijk recht De vraag wanneer een persoon juridisch begint te staan valt onder de lex patriae, als onderdeel van het personeel statuut. Inzake afwezigheid voorziet art. 41 WIPR in twee facetten: Het statuut en de gevolgen van afwezigheid worden beheerst door de lex patriae, tenzij het land van de nationaliteit geen afwezigheid kent. Dan wordt het recht van de laatste gewone verblijfplaats toegepast. Het voorlopig beheer van goederen wordt geregeld volgens het recht van de laatste gewone verblijfplaats van de afwezige. Regelt dat recht niets, dan is Belgisch recht van toepassing. B. De staat en de bekwaamheid van personen 1 Internationale bevoegdheid Art. 32 WIPR breidt de normale bevoegdheidsregel uit wat de staat en bekwaamheid van personen betreft. De Belgische rechters zijn bevoegd als de persoon Belg is of zijn gewone verblijfplaats in België heeft. 2 Het toepasselijke recht (1) Algemeen Behalve in gevallen waar de wet anders bepaalt, worden de staat en de bekwaamheid geregeld door de lex patriae (art. 34, 1, lid 1 WIPR). Het toepassingsgebied van deze regel is evenwel beperkt tot geschillen waarin geen bijzondere regel is, en die dus in principe louter met de staat en de bekwaamheid te maken hebben. De omvang van de onbekwaamheid wordt geregeld door art. 35 WIPR. Onbekwaamheden betreffende een bepaalde rechtsverhouding (zoals de vraag of iemand kan erkennen), worden niet beheerst door de lex patriae, maar door het recht dat die bepaalde rechtsverhouding beheerst (hier bijvoorbeeld het recht dat de afstamming beheerst). (2) Bijzondere bepaling: geslachtsverandering In navolging van de rechtspraak van het EHRM moet België geslachtsveranderingen erkennen. Art. 35bis WIPR bepaalt dat de aangifte daarvan gebeurt bij de Burgerlijke Stand, voor Belgen en voor vreemdelingen met hoofdverblijf in België. Het toepasselijke recht is dat van de lex patriae, tenzij dat de geslachtsverandering niet toestaat (art. 35ter WIPR) (cf. homohuwelijk). Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 8

9 3 Een beperkte renvoi Art. 34, 1, lid 2 WIPR voorziet in een uitzondering op het verbod van renvoi. De bekwaamheid wordt beheerst door het Belgisch recht als de buitenlandse verwijzingsregels naar ons recht verwijzen. 4 Verandering van nationaliteit: geen invloed Eens een persoon bekwaam is, kan hij die niet meer verliezen door Belg te worden (art. 34, 1, lid 3 WIPR). Een bekwame 16-jarige die Belg wordt, blijft bekwaam. Dit is een oplossing voor een conflit mobile. C. De naam van personen 1 Internationale bevoegdheid Wat de vaststelling van een naam betreft, zijn de Belgische rechters bevoegd voor personen die hun gewone verblijfplaats in België hebben of die Belg zijn (art. 36, lid 1 WIPR). De wijziging van een naam is daarentegen een administratieve aangelegenheid, waardoor enkel Belgen de vordering kunnen instellen (art. 36, lid 2 WIPR). 2 Toepasselijk recht (1) De vaststelling van de naam De vaststelling van de naam wordt beheerst door de lex patriae (art. 37, lid 1 WIPR). De gevolgen van een nationaliteitsverandering worden beheerst door het recht van de staat van de nieuwe nationaliteit (art. 37, lid 2 WIPR). Een conflit mobile heeft dus weldegelijk invloed. (2) De verandering van de naam De verandering wordt beheerst door de lex patriae (art. 38, lid 1 WIPR). (3) De zelfstandige aanknoping van de naam Gevolgen van een verandering van staat op een naam (zoals de mogelijkheid om een huwelijksnaam te verkrijgen) worden evenzeer beheerst door de lex patriae, ook al gaat om veranderingen die het Belgisch recht niet toestaat. Een huwelijksnaam zal worden genoteerd op de huwelijksakte (art. 38, lid 2 WIPR). 3 Nationaliteitsconflicten Als iemand twee nationaliteiten heeft, waaronder de Belgisch, wan wordt die persoon zoals gezegd als een Belg beschouwd. Het EHJ oordeelde evenwel (2003) dat als iemand een dubbele Europese nationaliteit heeft en via administratieve weg een naamsverandering aanvraagt, die persoon de naam moet kunnen dragen zoals die door de wet van de andere lidstaat wordt toegestaan. In de rechtsleer was discussie over de vraag of dit ook voor de initiële vaststelling van de naam geldt. Uiteindelijk werd in het parlement geoordeeld van niet, maar werd dat niet vastgelegd in art. 38 WIPR. Toch wordt de rechtspraak van het EHJ geacht voorrang te hebben op de wet. Een recente zaak (2008) bracht daar verandering in. Het EHJ oordeelde dat een naam die initieel verkregen is in een andere lidstaat, ook erkend moet worden in een andere lidstaat. Dat arrest heeft ook voor België gevolgen. Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 9

10 4 Exequatur van naamsrechtelijke beslissingen en akten De erkenning van vreemde akten en vonnissen inzake naamsbepaling of wijziging is aan bijkomende voorwaarden onderworpen (art. 39 WIPR). Een vrijwillige verandering van naam in het buitenland wordt in België niet erkend. Daarbij moeten we wel de rechtspraak van het EHJ in het achterhoofd houden. De vaststelling van een naam wordt slechts erkend als zij in overeenstemming is met het Belgische recht. De naamswijziging of vaststellingen van vreemdelingen wordt slechts erkend als ze kan erkend worden volgens de lex patriae. 2. De bescherming van onbekwamen, de voogdij en de ouderlijke zorg A. De Europese internationale bevoegdheid en exequatur voor ouderlijke zorgmaatregelen en echtscheiding of nietigverklaring van een huwelijk (Brussel IIbis-verordening) 1 Toepassingsgebied (1) Ratione temporis De Brussel II-Verordening was van toepassing van 1 maart 2001 tot 1 juli Sindsdien geldt de Brussel IIbis-verordening (BB p. 299), die er een uitbreiding op is (+alle ouderlijke verantwoordelijkheid). Art. 64 en 72 regelen de moeilijke overgang in de tijd. Principieel is de verordening van toepassing vanaf 1 maart (2) Ratione materiae De verordening is in de eerste plaats van toepassing op geschillen betreffende huwelijkszaken (art. 1 (1)(a)), vorderingen over de beëindiging van huwelijken: nietigverklaring, echtscheiding en scheiding van tafel bed. Processen over huwelijksgevolgen en huwelijksvermogensrecht vallen buiten de toepassing. Ten tweede is de verordening van toepassing op zaken die betrekking hebben op de burgerrechtelijke aspecten van de ouderlijke verantwoordelijkheid (art. 1 (1)(b). WIPR). Dat is breder dan in de Brussel II-Verordening het geval was. Het gaat inderdaad om een zeer ruim begrip, dat alle geschillen inzake verplichtingen die iemand heeft tegenover de persoon of het vermogen van een kind (art. 2 (7)). (3) Ratione loci et personae De Brussel IIbis-Verordening is van toepassing in alle lidstaten behalve in Denemarken (art. 2 (3)). De woonplaats of nationaliteit van de verweerder is daarbij niet van tel (dus ook voor niet-eg-burgers). Het enige wat van belang is zijn de bevoegdheidscriteria. De verordening is van toepassing zodra haar bevoegdheidscriteria een rechter van een lidstaat bevoegd maken. Die criteria zijn in de eerste plaats de gewone verblijfplaats van de verwerende partij of kind (tenzij er ontvoering is (art. 4), maar ook de laatste gemeenschappelijke verblijfplaats van de echtgenoten, of de verblijfplaats van één van de ouders. 2 De bevoegdheidsgronden voor ouderlijke verantwoordelijkheid en voogdij (1) Principe: de verblijfplaats van het kind Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 10

11 De rechter van de verblijfplaats van het kind is principieel bevoegd (art. 8 (1)). Die verblijfplaats wordt bepaald op moment dat de vordering aanhangig wordt gemaakt. De rechter controleert zijn bevoegdheid ambtshalve (art. 17). Wat de gewone verblijfplaats is, is een feitenkwestie die rechter beoordeelt op basis van het belang van het kind en diens binding met het gerecht. (2) Uitzonderingen (A) DE VORIGE VERBLIJFPLAATS VAN HET KIND Art. 9 bepaalt dat gedurende drie maanden na de verhuis van een kind naar een andere listaat, de lidstaten van de vorige lidstaat gedurende drie maanden bevoegd blijven. De voorwaarden zijn evenwel zeer streng, en vinden in de praktijk waarschijnlijk weinig toepassing. (B) ONTVOERING Art. 10 en 11 willen voorkomen dat het kind zou ontvoerd worden om de bevoegdheid te manipuleren. In principe blijft de vorige verblijfplaats van het kind bevoegd. Het forum wordt slechts in twee gevallen verlegd: Alle personen met ouderlijke verantwoordelijkheid hebben in de ontvoering berust. Het kind is geworteld in zijn nieuwe omgeving, waar hij gedurende een bepaalde tijd verbleven heeft. In dat geval wordt het forum in vier gevallen verlegd. (C) TERUGKEER MIDDELS HET KINDERONTVOERINGSVERDRAG Art. 11 verwijst naar het Haags Kinderontvoeringsverdrag (1980) (BB p. 116), dat onverkort van toepassing blijft. Art. 11 bevat evenwel ook een aantal afwijkingen, die met name het kind en de verzoekende partij beter moeten beschermen. Er is een ook regeling voor het geval het verzoek tot terugkeer wordt afgewezen (art. 11 (6)-(7) WIPR). Art. 12 van het Kinderontvoeringsverdrag legt de bevoegdheid in het land waar het kind illegaal werd heengebracht. (D) PROROGRATIE NAAR HET ECHTSCHEIDINGSFORUM De rechter die bevoegd is voor een vordering in huwelijkszaken kan onder bepaalde voorwaarden ook kennisnemen van een geschil inzake ouderlijke verantwoordelijkheid (art. 12 (1)). Die bevoegdheid duurt tot de procedure over de huwelijkszaak definitief beëindigd is (art. 12 (2)). (E) PROROGRATIE NAAR EEN FORUM MET EEN NAUWE BAND Art. 12 (3) voorziet in de mogelijkheid om een geschil inzake ouderlijke verantwoordelijkheid te brengen voor het gerecht van een lidstaat waarmee het kind een nauwe band heeft, bijvoorbeeld omdat het de nationaliteit van dat land heeft, of omdat de persoon die de ouderlijke verantwoordelijkheid uitoefent daar zijn gewone verblijfplaats heeft. Alle partijen moet dat evenwel aanvaarden, en de prorogatie moet in het belang van het kind gebeuren. (F) OPVANGFORUM Als de gewone verblijfplaats van het kind niet kan worden vastgesteld, en art. 12 evenmin van toepassing is, dan kan de vordering ook voor de gerechten van de lidstaat waar het kind zich bevindt gebracht worden (art. 13). (G) ALGEMENE AFWIJKINGSMOGELIJKHEID DOORVERWIJZEN NAAR EEN MEER GESCHIKTE RECHTER Als een rechter van oordeel is dat hij niet de geschikte rechter is m een geschil te behandelen, kan hij in het belang van het kind de zaak (geheel of gedeeltelijk) doorverwijzen naar het gerecht van een andere lidstaat. De ontvangende rechtbank Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 11

12 oordeelt binnen de zes weken of zij de zaak opneemt. Zij kan weigeren in het belang van het kind. (3) Bescherming versteklatende verweerder De rechter kan zich niet uitspreken over een zaak zolang niet duidelijk blijkt dat de verwerende partij het gedinginleidend stuk ontving, of dat al het mogelijke daartoe gedaan is (art 18). Die bepaling doet geen afbreuk aan de Europese Betekeningsverordening of het Haagd Betekeningsverdrag. (4) Aanhangigheid Als er reeds een vordering aanhangig is met hetzelfde voorwerp en dezelfde oorzaak, houdt de rechter zijn beslissing tot de bevoegdheid van de eerste rechter vaststaat (art. 19, (1) en (2)). Als die bevoegd blijkt, moet de tweede rechter de partijen verwijzen naar de eerste rechter (art. 19, (3)). Dat betekent evenwel slechts dat hij zich onbevoegd moet verklaren. (5) Voorlopige en bewarende maatregelen Art. 20 laat toe dat een rechter voorlopige en bewarende maatregelen neemt ten aanzien van personen en goederen die zich in zijn lidstaat bevinden. Art. 20 is geen autonome bevoegdheidsgrond, maar laat slechts toe dat het nationale recht wordt toegepast. Of en welke maatregelen mogelijk zijn wordt dan ook bepaald door het nationale recht. Vereist is bovendien dat het gaat om een spoedeisend geval. De rechter mag bovendien geen maatregelen nemen die afbreuk doen aan de beslissingsmacht van het bevoegde gerecht. 3 De erkenning (1) Algemeen De verordening regelt de wijze waarop beslissingen, akten en overeenkomsten kunnen worden erkend in een andere lidstaat. Beslissingen en akten moeten begrepen worden zoals in de Brussel I-Vo.. Een overeenkomst is elke overeenkomst die uitvoerbaar is in een bepaalde lidstaat, zonder rechterlijke of procedurele tussenkomst. De regels inzake exequatur gelden in beslissingen die binnen het materiële toepassingsgebied van de verordening vallen. Het temporeel toepassingsgebied wordt geregeld in art. 64. (2) Erkennings van rechtswege of bij twijfel per proces De art. 21 e.v. regelen de erkenning. Die geschiedt volgens de principes van de Brussel I- Vo, dus in beginsel de plano. 4 De uitvoerbaarverklaring (1) Algemeen Om uitvoerbaar verklaard te worden moeten beslissingen aan drie voorwaarden voldoen (art. 28 en 31): Ze moeten uitvoerbaar zijn in het land van herkomst. Ze moeten voorafgaand betekend zijn. Er mag geen grond tot weigering van de erkenning zijn. Voor de rest is de procedure gelijkaardig aan van de Brussel I-Vo. De eigenlijke uitvoering geschiedt volgens nationaal recht, met de waarborgen van art Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 12

13 (2) De afschaffing van de exequaturprocedure voor sommige beslissingen Voor beslissingen (of delen van beslissingen) inzake omgangsrecht en inzake en de terugkeer van een kind is geen exequaturprocedure vereist (art. 40). Er moet enkel in het land van herkomst een certificaat verkregen worden, waarbij er een minimale rechterlijke controle is. 5 De uitvoerbaarklaring B. Gemeen recht 1 Toepassingsgebied en bevoegdheid Het WIPR wordt toegepast voor geschillen die buiten de Brussel IIbis-Verordening vallen. De bevoegdheid wordt geregeld door art WIPR. 2 Toepasselijk recht (1) Voogdij en bescherming van onbekwamen Principieel bepaalt de gewone verblijfplaats van het kind welk recht van toepassing is (art. 35 WIPR). Die wordt gefixeerd op het tijdstip van de feiten die aanleiding geven tot voogdij of beschermingsmaatregelen, zodat er geen conflit mobile mogelijk is. (2) Beschermingsmaatregelen ten aanzien van onbekwame meerderjarigen De Belgische regeling is zowel van toepassing op minderjarigen als op meerderjarigen. (3) Recht van toepassing op het ouderlijk gezag (ouderlijke verantwoordelijkheid en omgangsrecht) Principieel bepaalt de gewone verblijfplaats van het kind welk recht van toepassing is (art. 35 WIPR) (zie evenwel art. 56 WIPR als verplicht akkoord echtgenoten over maatregelen). Voor de vaststelling van het ouderlijk gezag wordt die gefixeerd op het moment van de feiten die aanleiding gaven tot het ouderlijk gezag. Wat de uitoefening van het ouderlijk gezag betreft, wordt de verblijfplaats evenwel gefixeerd op het tijdstip dat de vraag wordt aangevoerd (art. 35, 1, lid 2 WIPR). Voor onroerende goederen stellen zich in dat verband praktische problemen. (4) Het nationale recht is aanvullend Als het aangewezen recht de vereiste bescherming niet kan waarborgen, wordt de bescherming beheerst door de lex patriae. Als de maatregelen uit het buitenlands recht materiaal of juridisch niet kunnen uitgevoerd worden, dan is het Belgisch recht van toepassing (art. 35, 2, lid 2 WIPR). 3. De huwelijkssluiting en de echtscheiding A. Algemeen Betwistingen inzake de geldigheid van een huwelijkssluiting vallen onder de bevoegdheidsregeling van gemeen recht (art. 42 WIPR). De Brussel IIbis-Vo. is immers mar van toepassing in zaken die de ontbinding en nietigheid van een huwelijk betreffen (art. 1 (1)(a) Brussel IIbis-Vo.). Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 13

14 B. De huwelijkssluiting 1 Ambtelijke bevoegdheid Het huwelijk kan voor de Belgische ambtenaren van de Burgerlijke Stand voltrokken worden als een van de partners Belg is, zijn woonplaats in België heeft of gedurende minstens drie maanden zijn gewone verblijfplaats in België heeft (art. 44 WIPR). De interne bevoegdheidsverdeling wordt geregeld door het BW. 2 Toepasselijk recht (1) Overzicht en begrip Het WIPR is zeer soepel wat de definitie van het huwelijk betreft. Het gaat om elke juridische verhouding met analoge gevolgen als het Belgische huwelijk, dus ook samenwoningscontracten, voor zover de betreffende personen niet konden trouwen. Het WIPR maakt een onderscheid tussen de vorm- en grondvoorwaarden van een huwelijk. Wat vorm- en grondvoorwaarden zijn wordt bepaald door de lex fori. De verwijzingsregels moeten beoordeeld worden op het moment van de sluiting van het huwelijk. Ze zijn van toepassing op huwelijk gesloten vanaf 1 oktober (2) Vormvoorwaarden De vormvereisten van een huwelijk worden beheerst door het recht van de staat op wiens grondgebied het huwelijk voltrokken wordt (lex loci celebrationis) (art. 47 WIPR). Voor vreemdelingen betekent dat bijvoorbeeld dat als zij in België willen huwen, zij eerst burgerlijk moeten trouwen alvorens zij religieus kunnen trouwen. Art. 47, 2 WIPR geeft voorbeelden van vormvoorwaarden. Voor huwelijken gesloten door diplomatieke en consulaire ambtenaren geldt evenwel het principe auctor regit actum (zie wet 12 juli 1931 en een reeks bilaterale verdragen). In principe gaat het enkel om huwelijk tussen twee Belgen. Voor een huwelijk tussen een Belg en een vreemdeling gelden beperkingen. Omgekeerd aanvaarden wij in principe niet dat een Belg trouwt op een Belgisch consulaat van een vreemd land. (3) Grondvoorwaarden (A) DISTRIBUTIEVE VERWIJZINGSREGEL Voor wat de grondvoorwaarden betreft (=alles wat geen vormvoorwaarde is), wordt voor elke echtgenoot de lex patriae toegepast (art. 46 WIPR). Er is dus een distributieve toepassing. Zo wordt de leeftijdsvereiste of een eventuele beoordeeld volgens de lex patriae. Wat betreft tweehoofdige vereisten (zoals het verbod om te trouwen met bloedverwanten), worden de voorwaarden cumulatief toegepast. De beide echtgenoten moeten aan beide nationale wetten voldoen. Bij een dubbele nationaliteit moeten wel niet beide nationaliteiten worden toegepast (zie eerder voor regels). (B) DE EXCEPTIE VAN INTERNATIONALE OPENBARE ORDE Bij de beoordeling van de voorwaarden moet steeds de exceptie van internationale openbare orde in het achterhoofd gehouden worden. Zo aanvaarden wij geen huwelijken met jonge kinderen, polygamie of gedwongen huwelijk. Dat is ook van belang voor de exequatur. (C) GELIJKSLACHTELIJKE HUWELIJKSBANDEN Art. 46, 2 WIPR voorziet een uitzondering voor personen die omwille van hun lex patriae niet zouden kunnen trouwen met personen van hetzelfde geslacht. Het volstaat dat één lex Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 14

15 patriae het huwelijk van personen van hetzelfde geslacht toestaat, of dat één van beide partners zijn gewone verblijfplaats heeft in een land dat zo n huwelijk toestaat. (4) Sancties voor het schenden van voorwaarden De wet die overtreden is (zowel voor vorm- als grondvereisten) bepaalt wat de sancties zijn, wat hun aard en effect is. Zo bepaalt de betreffende wet of de nietigheid relatief of absoluut is, of de werking retroactief is en of er verzachting bestaat, zoals de figuur van het putatief huwelijk. Toch moet het beginsel fraus omnia corrumpit steeds in het achterhoofd gehouden worden. (5) Schijnhuwelijken Art. 146bis BW bepaalt dat er geen huwelijk kan zijn als de loutere bedoeling van minstens één van de echtgenoten was om een verblijfsrechterlijke voordeel te verkregen. Als er zo n huwelijk is, kan de ambtenaar van de Burgerlijke Stand weigeren het huwelijk te voltrekken. Ambtenaren worden geïnformeerd door een omzendbrief, die een aantal criteria geeft die een aanwijziging kunnen zijn. Het Openbaar Ministerie kan zo n huwelijk ook sanctioneren en opsporen. De gehuwden beroepen zich vaak op art. 8 EVRM (recht op privacy) en art. 12 EVRM (recht om te huwen), maar het Hof van Cassatie aanvaardt die argumentatie niet. Art. 43 WIPR voorziet dat het Openbaar Ministerie kan optreden als het huwelijk in België is gesloten of als een van de partners een Belg is, of zijn gewone verblijfplaats in België. De rechter kan in dat geval het huwelijk nietig verklaren op basis van art. 146bis BW of op basis van strijdigheid met de internationale openbare orde. (6) Huwelijksbelofte Art. 45 WIPR bepaalt welk recht van toepassing is huwelijksbeloften. 3 Erkenning van huwelijk gesloten in het buitenland Art. 27, 1 WIPR is ook van toepassing voor de erkenning van huwelijken en dus van huwelijksakten. Vereist is dat het huwelijk rechtsgeldig is afgesloten en dat er een voorafgaande legalisatie is. De erkenning kan geweigerd willen omwille van wetsontduiking en strijdigheid met de internationale openbare orde, dus ook omdat het zou gaan om een schijnhuwelijk. Voor partners van hetzelfde geslacht bestaat zelfs gezegd een uitzondering inzake de voorwaarden, die bovendien retroactief werkt (art. 46, lid 2 en art. 127, 3 WIPR) en teruggaat tot 1 juni De niet-erkenning van een huwelijk werkt ex tunc en is tegenwerpelijk in België. Huwelijken in het buitenland moeten wel aangemeld worden in Belgë (?). C. Echtscheiding 1 De internationale bevoegdheid van de Belgische rechters (1) Brussel IIbis-Verordening (A) ALGEMEEN Op geschillen inzake echtscheiding is de Brussel IIbis-Verordening van toepassing. Die werd hierboven al gesproken. Er zijn enkele specifieke regels voor huwelijkszaken : burgerlijke zaken in de beëindiging van een huwelijk. (B) BESCHERMING INGEZETENEN Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 15

16 Wanneer de verweerder (met nationaliteit/gewone verblijfplaats van/in lidstaat) een band heeft met een lidstaat, kan hij slechts in een andere lidstaat gedaagd worden op basis van de Brussel IIbis-Vo (art. 7 WIPR). Het nationale recht speelt dus slechts een rol voor: Verweerders zonder verblijfplaats een lidstaat en zonder nationaliteit van een lidstaat, op voorwaarde dat de Brussel IIbis-Vo geen gerecht van een bepaalde lidstaat aanwijst. Verweerders met een gewone verblijfplaats buiten de lidstaten, maar met de nationaliteit van een lidstaat, als de Brussel IIbis-Verordening geen oplossing biedt. (C) ZEVEN ALTERNATIEVE FORA Art. 3 somt de fora op waar een vordering in huwelijkszaken kan ingeleid worden. De partijen hebben de keuze tussen zeven alternatieven. (D) TEGENVORDERING Het gerecht dat bevoegd is voor de hoofdvordering is ook bevoegd voor de tegenvordering (art. 4). (2) Gemeen recht Inzake echtscheiding zijn de gewone bevoegdheidsgronden van toepassing. Daarnaast zijn er toch enkele bijzondere bevoegdheidsgronden, die worden opgesomd in art. 42 en 43 WIPR. Het praktische belang van deze bepalingen wordt evenwel sterk ingeperkt door het ruime toepassingsgebied van de Brussel IIbis-Verordening. 2 Het toepasselijke recht (1) Vorderingen ingeleid voor 1 oktober 2004: de wet van 27 juni 1960 De oude regeling paste bijna consequent de lex fori toe. Zodra er één Belg betrokken was bij de echtscheiding, werd het Belgische recht toegepast. Ook indien de beide echtgenoten vreemdelingen waren werd het Belgisch toegepast als het ging om een echtscheiding wegens bepaalde feiten of wegens langdurige feitelijke scheiding. Slecht bij een echtscheiding op basis van onderlinge toestemming, waarbij geen Belg betrokken was, moest het Belgische recht plaatsruimen voor een cumulatieve toepassing van de leges patriae. Beide leges moesten de echtscheiding op basis van onderlinge toestemming kennen. De verstoting werd in België niet aanvaard. Ook de procedure werd geregeld door het Belgische recht. (2) Huidige verwijzingsregeling (A) PRINCIPE Art. 55, 1 WIPR regelt alle soorten echtscheiding door middel van een ladderverwijzing, die wordt beheerst door het verblijfsplaatscriterium. Art. 55, 3 WIPR bepaalt dat als een recht de echtscheiding niet kent (zoals Malta), moet gekeken worden wat het volgende rechtsstelsel is dat art. 55, 1 invoert. Er is dus een materieelrechtelijk oogmerk. Art. 56 WIPR bepaalt wat het aangewezen onder meer regelt. (B) EEN BEPERKTE RECHTSKEUZE VAN DE TWEE PARTNERS Art. 55, 2 WIPR voorziet dat partijen een beperkte rechtskeuze mogen uitdrukken bij de eerste verschijning. Ze hebben evenwel slecht de keuze tussen hun gemeenschappelijke lex patriae of het Belgisch recht. De rechter moet waarborgen dat de echtgenoten met kennis van zaken een keuze maken. Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 16

17 3 De problematiek van erkenning van vreemde vonnissen (1) Algemeen De erkenning van echtscheidingsvonnissen wijkt niet van de algemene erkenningsleer, zoals die hierboven werd besproken. Voor de Brussel IIbis-Verordening moet er wel nog op gewezen worden dat het exequaturregime enkel geldt voor vonnissen die de beëindigd van het vonnis uitspreken, niet voor vonnissen die het huwelijk bevestigen. Waarschijnlijk is een nationaalrechtelijke betekening wel nog mogelijk. Art. 22 somt daarnaast limitatie vier gronden op basis waarvan een vonnis uit een EG-lidstaat kan geweigerd worden. (2) De verstoting (A) PRINCIPE Verstoting is een ontbinding van het huwelijk op (eenzijdige) wil van de man (art. 57 WIPR). De bedoeling was om zo neutraal mogelijke definitie te vinden, die verscheidende varianten van de verstoting kan omvatten. Een verstoting kan in principe erkend, maar de voorwaarden zijn zo streng dat er de facto een quasi-verbod is. Een vonnis waarbij een vrouw zich niet kon verweren is trouwens ook in strijd met art. 25 WIPR. (B) UITZONDERLIJKE ERKENNING Art. 57, 2 WIPR bepaalt vijf voorwaarden waaraan cumulatief moet voldaan zijn om een verstoting toch te erkennen. Die hebben tot doel de vrouw te beschermen en echtscheidingstoerisme te vermijden. 4. De huwelijksgevolgen A. Algemeen De materie van de huwelijksgevolgen wordt uitsluitend geregeld door het WIPR. Er zijn geen Europese of internationale bronnen. De bevoegdheid wordt geregeld volgens art en 42 WIPR, zoals hierboven besproken. B. De personele gevolgen van het huwelijk 1 De verwijzingsregel voor personele gevolgen (1) Algemeen Art. 48 IPR verbindt de huwelijksgevolgen principieel aan de gewone verblijfplaats van de partijen. Slechts in andere gevallen is de lex patriae of de lex fori van toepassing. De aanknopingsfactor wordt gefixeerd op het moment waarop de gevolgen worden ingeroepen of een ingeroepen bepaling een rechtshandeling beïnvloedt. Art. 48, 2 WIPR geeft een aantal voorbeelden van materies die onder het personeel statuut vallen. Het primair stelsel is dus niet van dwingend recht. Het komt indirect wel terug via de exceptie van internationale openbare orde. (2) Uitzondering: rechten betreffende de gezinswoning De gezinswoning en de daarom aanwezige roerende goederen vallen evenwel onder de lex rei sitae (art. 48, 3 WIPR). Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 17

18 (3) Oud recht De gevolgen van huwelijk worden sinds 1 oktober 2004 geregeld door het WIPR. Daarvoor was er heel wat discussie over de vraag of het primaire stelsel van imperatieve aard was. Het Hof van Cassatie was van mening dat het primaire stelsel zo nauw aan het huwelijk verwant is het personeel statuut bepalend is, zoals bijvoorbeeld het geval was voor vorderingen inzake de gezinswoning of de nietigverklaring van risicovolle rechtshandelingen zoals een borgstelling. C. De vermogensrechtelijke gevolgen van het huwelijk 1 Huwelijken gesloten voor 1 oktober 2004 (1) Algemeen Voor de vermogensrechtelijke gevolgen van huwelijken gesloten voor 1 oktober 2004 blijft de oude regeling van toepassing. Van toepassing was: De lex patriae communis (op moment sluiten huwelijk) Subsidiair, bij een huwelijk met verschillende nationaliteit: de lex domicilii matrimonii (eerste vaste domicilie). Dat gaf aanleiding tot een conflit mobile op beide treden van de ladder. Cassatie besliste dat een statuutsverandering door een conflit mobile niet mogelijk was. (2) Rechtskeuze Discussie in rechtsleer of rechtskeuze mogelijk was in huwelijkscontract. In elk geval geen geen dépeçage mogelijk. (3) Vorm huwelijkscontract Volgens lex causae (recht dat huwelijksvermogen beheerst) of lex loci actus). (4) Wijziging stelsel Mogelijk als mogelijk volgen toepasselijke recht. Mogelijk bij conflit mobile. 2 Huwelijken gesloten na 1 oktober 2004 (1) De rechtskeuze (A) ALGEMEEN Art. 49 WIPR bepaalt dat de partijen principieel kunnen kiezen welk recht hun secundair huwelijksstelsel beheerst. De keuze is evenwel beperkt tot drie opties: het recht van de staat waar één van hen woont, het recht van de staat waar de partners gaan wonen en de lex patriae. Een vermogen kan niet opgesplitst worden. Retroactiviteit mogelijk, maar slechts als de rechten van derden niet geschaad worden. De vorm van het contract moet voldoen aan ofwel de lex loci of ofwel de lex causae (art. 52 WIPR). (2) Subsidiair Art. 51 WIPR voorziet in een verwijzingsladder als de echtgenoten geen keuze hebben gemaakt. Achtereenvolgens is de lex domicilii communis, de lex patriae of de lex celebrationis van toepassing. Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 18

19 Voor de gemeenschappelijke woonplaats wordt gekeken naar de eerste gemeenschappelijke woonplaats. Dat voorkomt dat er een conflit mobile optreedt. Alleen de vraag naar de wilsvrijheid van de echtgenoten wordt niet op deze manier beoordeeld. (3) Toepassingsgebied Art. 53, 1 WIPR somt op met wat met name door het toepasselijke recht geregeld worden. Er is een uitzondering voor de samenstelling en toebedeling van loten in de vereffeningverdeling: de lex rei sitae geldt (art. 53, 2 WIPR). Een andere uitzondering moet derden beschermen. Als de schuldeiser van een echtgenoot dezelfde gewoonlijke verplaats had, is in beginsel de lex domicilii communis van toepssing. Op dat principe bestaan uitzonderingen (art. 54, 1 WIPR). (4) Veranderbaarheid Een conflit mobile heeft zoals gezegd geen invloed, maar echtgenoten kunnen toch hun huwelijksvermogensrecht aanpassen naar een nieuw recht. Als het aangewezen recht dat niet toelaat kunnen ze eerst op basis van art WIPR het recht wijzigen. 5. De samenwoning en het partnerschap De afbakening tussen een samenwoning en huwelijk is bijzonder moeilijk. De samenwoning is alles wat geen huwelijk is, maar toch een vorm van samenwonen is die door de overheid wordt geregistreerd. Maar omdat voor het huwelijk een functionele bepaling wordt gehanteerd, is het toepassingsgebied niet zo groot. Toch is de kwalificatie van bepaling, omdat er verschillende conflictenrechtelijke regels van toepassing. De benadering is evenwel eerder administratiefrechtelijk. 6. De afstamming A. Internationale bevoegdheid 1 Rechterlijke bevoegdheid Naast de algemene bevoegdheidsregels (woonplaats, samenhang) zijn de Belgische rechters op basis van art. 61 WIPR alternatief bevoegd indien: Het kind zijn gewone verblijfplaats in België heeft. De persoon van wie het ouderschap wordt aangevoerd of betwist zijn gewone verblijfplaats in België heeft. Of het kind en de vermeende ouder Belg zijn op het moment dat de vordering wordt ingesteld. In de eerste gevallen kan dus een forum actoris mogelijk zijn. 2 Ambtelijke bevoegdheid Art. 64 WIPR geeft de Belgische ambtenaren ruime bevoegdheden. Een akte van erkenning kan in België worden opgesteld als: De erkenner Belg is, of zijn woon- of verblijfplaats in België heeft. Het kind in België geboren is. Het kind zijn gewone verblijfplaats in België heeft bij het opstellen van de akte. Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 19

20 B. Toepasselijk recht 1 Algemeen Het ouderschap van een persoon wordt beheerst door zijn lex patriae (art. 62, 1 WIPR) op het moment van de geboorte van het kind, of, bij vrijwillige erkenning, op het tijdstip van de erkenning. Vroeger werd een opsplitsing gemaakt: het vaderschap werd betwist op basis van de lex patriae van het kind, het moederschap op basis van de lex patriae van de moeder. De vraag of het kind al dan niet moet toestemmen wordt geregeld door de lex patriae van de vermeende ouder, maar als dat recht geen instemming vereist, wordt het recht van de gewone verblijfplaats (op het moment van de instemming) van het kind toegepast (art. 62, 1 WIPR). Over de toestemming van de andere ouder is niets geregeld. 2 Positieve afstammingsconflicten Als twee verschillende rechtsstelsels elk een vader aanwijzen is er een positief afstammingsconflict. Als het gaat om twee erkenningen, primeert de eerste erkenning (art. 62, 2, lid 2 WIPR). Gaat het om dezelfde wet die twee vaders aanwijst, dan bepaalt de wet toepasselijk op de afstamming van rechtswege welk gevolg een erkenning daarop heeft. Gaat het om twee rechtsstelsels waarbij de afstamming van rechtswege wordt vastgesteld, dan wordt gekeken naar de het stelsel dat de nauwste band heeft met het geschil (art. 62, 2, lid 1 WIPR). 3 Toepassingsgebied Art. 63 WIPR bepaalt wat het aangewezen recht in het bijzonder bepaalt. 4 Vorm De vorm wordt beheerst door ofwel de lex causae ofwel de lex loci actus (art. 64 WIPR). De ruimst mogelijkheden gelden. 7. De onderhoudsvorderingen A. Internationale bevoegdheid Tot midden 2011 moet gewoon de Brussel I-Vo. worden toegepast. Art. 2 is van toepassing (forum verweerder), en art. 5 (2) voorziet bovendien in een alternatief forum. De overheid die een onderhoudsvordering wil invorderen kan zich evenwel slechts beroepen op art. 2. Als Brussel I niet van toepassing is, moet het WIPR worden toegepast. Naast de gewone bevoegdheidsgronden voorziet art. 73 WIPR in een bijkomende bevoegdheid inzake onderhoudsvorderingen, als: De onderhoudsgerechtigde zijn gewone verblijfplaats in België heeft. De beide partijen de Belgische nationaliteit hebben. Het gaat om een aanhangsel van een vordering inzake de staat waarvoor een Belgische rechter bevoegd is. Vanaf 2011 wordt een nieuwe verordening van kracht. Er is ook een Haags Verdrag van 1958 inzake de uitvoering van onderhoudsverplichtingen, maar dat heeft weinig praktisch belang. Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 20

21 B. Toepasselijk recht 1 Het Haags verdrag van 24 oktober 1956 (1) Algemeen Het Haags verdrag van 1956 (BB p. 34) regelt de gevallen waarin een kind een alimentatievordering kan verkrijgen tegen zijn vermoedelijke vader, alsook het recht toepasselijk op de vordering tot het bekomen van een voorlopige onderhoudsvordering in kader van een echtscheidingsprocedure. Een kind is elk wettig of onwettig of geadopteerd kind, dat ongehuwd is en nog geen 21 jaar oud is (art. 1, lid 4). (2) Verwijzingsregel Principieel is het recht van de gewone verblijfplaats van het kind toepasselijk (art. 1). Dat geldt wel enkel als die gewone verblijfplaats in een verdragsstaat gelegen is. Art. 6 vereist immers verdragswederkerigheid. Art. 2 bepaalt dat op drie voorwaarden kan worden afgeweken van art. 1: Als de partijen een gemeenschappelijke nationaliteit hebben, namelijk die van het forum. Als het verzoek wordt gedaan of de vordering ingesteld bij het land. Als de onderhoudsplichtige zijn gewone woonplaats in dat land heeft. België past dat toe. Art. 3 voorziet dat het verdrag niet wordt toegepast als het aangewezen recht geen onderhoudsrecht toekent. Art. 4 bepaalt dat kan afgeweken worden omwille van de internationale openbare orde. Het aangewezen recht regelt of het kind gerechtigd is, wie onderhoudsplichtig is, wat de omvang van de onderhoudsplicht is, wie de onderhoudsvordering kan instellen en binnen welke termijn dat moet gebeuren. 2 WIPR (1) Algemeen Het WIPR maakt in tegenstelling tot het Haags verdrag geen onderscheid tussen de verschillende soorten onderhoudsverplichtingen. Ook die tussen echtgenoten vallen bijvoorbeeld onder deze regeling. (2) Verwijzingsregel (A) ALGEMEEN Art. 74 WIPR is van toepassing als er geen overeenkomst is. De hoofdregel is dat de vordering beheerst wordt door het recht van de gewone verblijfplaats van de onderhoudsgerechtigde. Daar wordt evenwel van afgeweken als de partijen dezelfde nationaliteit hebben en op hetzelfde moment de onderhoudsplichtige zijn gewone verblijfplaats in die staat heeft. Als het aangewezen recht geen onderhoudsrecht voorziet voor minderjarige kinderen of tussen echtgenoten, dan moet eerst gekeken worden naar de lex patriae. Als die evenmin voorziet in een onderhoudsrecht, dan moet Belgisch recht worden toegepast. Vroeger werd daarvoor een beroep gedaan op de internationale openbare orde, maar volgens Cassatie (2007) geldt dat niet tussen ex-echtgenoten. (B) OVEREENKOMST Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 21

22 Voor onderhoudsverplichtingen uit ouderschap, huwelijk of verwantschap kan ook een overeenkomst worden gesloten (art. 75 WIPR). De lex patriae van een van de partijen moet worden gekozen, ofwel de gewone verblijfplaats van één van de partijen. Die criteria worden beoordeeld op het moment van de keuze. Is er geen rechtskeuze, dan voorzien art. 75, 2 en 3 WIPR in een regeling die lijkt op die van art. 74. De vorm van de overeenkomst moet voldoen aan de lex causae of de lex locus acti. (3) Toepassingsgebied Art. 76 WIPR somt elementen van het toepassingsgebied van het aangewezen recht op. C. Exequatur en tenuitvoerlegging 8. Testamenten en erfrecht A. Internationale bevoegdheid Er zijn nauwelijks relevante internationale bronnen (ook niet voor toepasselijk recht/exequatur), waardoor we moeten kijken naar het WIPR. Dat bepaalt in art. 77 WIPR dat de Belgische rechters bevoegd kunnen zijn op de algemene bevoegdheidspalingen, met uitzondering van art. 5 (woon- verblijfplaats verweerder in België). Wel voorziet het artikel in een alternatief forum. De Belgische rechters zijn bevoegd: Indien de decujus bij het overlijden zijn gewone verblijfplaats in België had. Indien de vordering goederen betreft die in België gelegen zijn (enkel voor die goederen). B. Toepasselijk recht 1 Wettelijke erfopvolging (1) Algemeen Art. 78 WIPR splitst het vermogen van de decujus op, en bepaald het toepasselijke recht naargelang het goed om roerende of onroerende goederen. De voorvraag is dus of een goed roerend of onroerend is. Dat wordt bepaald door de lex rei sitae (art. 87 WIPR). Voor roerende goederen geldt het recht van de gewone verblijfplaats van de dejucus bij zijn overlijden (mobilia sequuntur personam). Voor onroerende goederen geldt de lex rei sitae, maar in deze materie aanvaarden we wel een beperkt renvoi: als de lex rei sitae verwijst naar het recht van de gewone verblijfplaats zullen wij dat recht toepassen. De eenheid heeft daar immers baat bij. (2) Een beperkte rechtskeuze Art. 79 WIPR laat de dejucus toe om voor zijn hele vermogen - een beperkte rechtskeuze te maken tussen de wet zijn gewone verblijfplaats (naar keuze op moment van de aanwijzing of het overlijden), of de lex patriae (op moment aanwijzing of het overlijden). Die keuze mag wel geen nadeel met zich meebrengen voor de erfgenamen die recht hebben op een voorbehouden deel, die hem gewaarborgd wordt door het recht dat art.78 WIPR aanwijst. De keuze moet uitdrukkelijk worden gemaakt in de vorm van een uiterste wilsbeschikking. (3) Toepassingsgebied Academiejaar samenvatting IPR (2) - Jeroen De Mets 22

MATERIE BEVOEGDHEID TOEPASSELIJK RECHT EXEQUATUR EXTRA Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 WbIPR Art. 39 WbIPR Boek blz.

MATERIE BEVOEGDHEID TOEPASSELIJK RECHT EXEQUATUR EXTRA Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 WbIPR Art. 39 WbIPR Boek blz. Bestaan en afwezigheid Boek blz. 420 Art. 41 Art. 39 Boek blz. 419 Naam Art. 36 Art. 37 - vaststelling Art. 39 Boek blz. 426 Art. 38 - verandering Staat en bekwaamheid Art. 3, Art. 32 Art. 34 Art. 39 Boek

Nadere informatie

BELGISCH INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT

BELGISCH INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT A.J.T. - MEMO'S - nr. 1. BELGISCH INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT Ingrid D'HAEYER Adjunct-hoofdadviseur Juridische Zaken NV KBC Bank INHOUD DEEL I. BELGISCH INTERNATIONAAL PRIVAATRECHTELUK PROCESRECHT Hoofdstuk

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1

HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1 Inhoud HOOFDSTUK 1. AUTHENTIEKE AKTEN (ART. 28 WIPR)... 1 Afdeling I. Inleiding...... 3 1. Algemeen...... 3 2. Omschrijving.... 3 3. Bewijskracht.... 4 A. Het oude recht... 4 B. Het huidige recht.....

Nadere informatie

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten

De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten De erkenning en uitvoerbaarverklaring van vreemde rechterlijke beslissingen en akten EXEQUATURRECHT Vroeger onduidelijkheid omtrent begrippen art. 22 31 WbIPR geeft definities + moet er een rechtelijke

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1 Inleiding J 5

Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1 Inleiding J 5 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding J 5 1.1 Karakter van het rechtsgebied; grensoverschrijdend 15 1.2 Rechtsverscheidenheid en grensoverschrijdend rechtsverkeer 17 1.3 Internationaal privaatrecht is geen

Nadere informatie

BEVOEGDHEID NA UITSLUITING ARBITRAGE

BEVOEGDHEID NA UITSLUITING ARBITRAGE 1 BEVOEGDHEID NA UITSLUITING ARBITRAGE BRUSSEL I 1. TOEPASSINGSGEBIED verbintenissen in geld uitdrukbaar onrechtmatige daad zakelijke rechten in betwisting vennootschapskwesties Personeel Woonplaats verweerder

Nadere informatie

INHOUD. INLEIDING... 1 A. De wet... 3 B. De rechtspraak... 28 C. De rechtsleer... 32 D. De gewoonte... 32 E. De algemene rechtsbeginselen...

INHOUD. INLEIDING... 1 A. De wet... 3 B. De rechtspraak... 28 C. De rechtsleer... 32 D. De gewoonte... 32 E. De algemene rechtsbeginselen... INHOUD INLEIDING... 1 A. De wet.... 3 B. De rechtspraak.... 28 C. De rechtsleer... 32 D. De gewoonte.... 32 E. De algemene rechtsbeginselen.... 34 BOEK I. PERSONENRECHT TITEL I PERSONENRECHT.... 39 Hoofdstuk

Nadere informatie

HET INTERNATIONAAL PRIVAATRECHTELIJK PROCESRECHT

HET INTERNATIONAAL PRIVAATRECHTELIJK PROCESRECHT HET INTERNATIONAAL PRIVAATRECHTELIJK PROCESRECHT Europees internationaal bevoegdheidsrecht Brussel I verordening in burgerlijke en handelszaken (Br I Vo) * Toepassingsgebied Br I Vo - temporeel : rechtsvorderingen

Nadere informatie

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht)

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) Steeds meer worden we in de rechtspraktijk geconfronteerd met internationale echtscheidingen op basis van de volgende elementen:

Nadere informatie

Inhoud Voorwoord 11 Lijst van afkortingen Verkort geciteerde literatuur

Inhoud Voorwoord 11 Lijst van afkortingen Verkort geciteerde literatuur Inhoud Voorwoord 11 Lijst van afkortingen 13 Verkort geciteerde literatuur 17 Inleiding 21 Hoofdstuk 1. Het Nederlandse internationaal bevoegdheidsrecht: eex-verordening ii, eex-verdrag en Lugano Verdrag

Nadere informatie

Conflictenrecht. Technieken v afwijking van het normaal toepasselijke vreemde recht

Conflictenrecht. Technieken v afwijking van het normaal toepasselijke vreemde recht Conflictenrecht Aanwijzen van het toepasselijk recht Een verwijzingsregel of conflictenregel De herverwijzing Verwijzing naar een niet-geunificeerd rechtsstelsel De federale clausule : art. 17 WIPR Kwalificatieconflicten

Nadere informatie

Afkortingen. Inleiding

Afkortingen. Inleiding Inhoud Afkortingen 11 I 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Deel 1 II 12 III 13 14 15 16 Inleiding Inhoud internationaal privaatrecht (ipr) Bestaansgrond ipr Primair doel ipr Hoofdonderdelen ipr Internationale rechtshulp

Nadere informatie

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00)

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 26.6.2012 2011/0059(CNS) AMENDEMENTEN 26-38 Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE473.957v01-00) inzake het voorstel

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.07.2006 COM(2006) 400 definitief GROENBOEK OVER COLLISIEREGELS OP HET GEBIED VAN HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS, MET INBEGRIP VAN DE KWESTIE VAN DE RECHTERLIJKE

Nadere informatie

Afstamming. U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind

Afstamming. U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind Afstamming U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind Inhoud Afstamming in het Belgische recht...3 Afstamming krachtens de wet...4 Afstamming langs moederszijde...4 Afstamming langs

Nadere informatie

INHOUD. Woord vooraf VII. Inhoud XVII. Afkortingen

INHOUD. Woord vooraf VII. Inhoud XVII. Afkortingen INHOUD Woord vooraf Afkortingen V VII XVII Hoofdstuk 1. Inleiding 1 1.1. Begrip en functie van het internationaal privaatrecht 1 1. Literatuur 1 2. Bestaansvoorwaarden; doel 1 3. Hoofdonderdelen 2 4. Aangrenzende

Nadere informatie

Minderjarigheid in het recht

Minderjarigheid in het recht Minderjarigheid in het recht Minderjarigen zijn personen onder de 18 jaar, tenzij voor hun 18e levensjaar huwelijk, geregistreerd partnerschap (GP) of meerderjarigverklaring van moeder van 16/17 jr Twee

Nadere informatie

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK WETTELIJKE SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK BOEK III TITEL Vbis WETTELIJKE SAMENWONING Artikel 1475 Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan de toestand van samenleven

Nadere informatie

InhOud Voorwoord 5 Inhoud 7 Lijst van afkortingen Verkort geciteerde literatuur

InhOud Voorwoord 5 Inhoud 7 Lijst van afkortingen Verkort geciteerde literatuur Inhoud Voorwoord 5 Inhoud 7 Lijst van afkortingen 17 Verkort geciteerde literatuur 19 Behandelde prejudiciële uitspraken van het Hof van Justitie van de EG/EU 21 Hoofdstuk 1. Korte schets van de rechtsontwikkeling

Nadere informatie

Sabine Heijning. het Notarieel Bureau. voor vragen:

Sabine Heijning. het Notarieel Bureau.  voor vragen: Sabine Heijning het Notarieel Bureau www.hetnb.nl voor vragen: ipr@hetnb.nl De Verordening in de tijd Nalatenschap opengevallen vóór of na 17 augustus 2015 Wanneer oud ipr toepassen? Welk ipr? Wat valt

Nadere informatie

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 7 Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Wat is recht? 15 1.2 Indelingen van het recht 16 A Privaatrecht publiekrecht 16 B Enkele andere indelingen 17 1.3 De bronnen van het recht 18 A Wetgeving

Nadere informatie

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt:

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt: Verdrag inzake de wet die van toepassing is op onderhoudsverplichtingen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende de wet

Nadere informatie

Inhoud... Voorwoord... 1. Gebruikte afkortingen... 3. Verkort geciteerde boeken, wetenschappelijke artikelen en rapporten... 5

Inhoud... Voorwoord... 1. Gebruikte afkortingen... 3. Verkort geciteerde boeken, wetenschappelijke artikelen en rapporten... 5 Inhoud................................................ V Voorwoord............................................. 1 Gebruikte afkortingen..................................... 3 Verkort geciteerde boeken,

Nadere informatie

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel

Nadere informatie

www.asser.nl/cursusaanbod-advocatuur

www.asser.nl/cursusaanbod-advocatuur Cursusaanbod Onderhoud Vakbekwaamheid (PO) voor de advocatuur T.M.C. Asser Instituut 6 dec 2013 IPR Familierecht. Echtscheiding en nevenvoorzieningen inzake boedelscheiding en alimentatie gewezen echtgenoten

Nadere informatie

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier...

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier... III Inhoudstafel Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.... I Voorwoord.... 1 Hoofdstuk 1. Inleidende beschouwingen... 3 Afdeling 1. Algemeen.... 3 Afdeling 2. Invloed van

Nadere informatie

Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? KU Leuven

Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? KU Leuven Grensoverschrijdend erfrecht in Europa: wat moet elke notaris weten in 2015? Prof. dr. P. Wautelet ULg Dra. E. Goossens KU Leuven 1. Een eerste kennismaking Wat u moet weten vooraleer de ErfrechtVo te

Nadere informatie

» Samenvatting. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr.

» Samenvatting. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr. Brandt ) [De man] te [woonplaats], hierna: de man, advocaat: mr. C.A. Lucardie te s-gravenhage.

Nadere informatie

1. Wetgeving 2. Rechtspraak 3. Rechtsleer - Verdragen door EU - EU (Opgelet: VK, Ierland en Denemarken) - Verdragen - WIPR > 1 okt 2004

1. Wetgeving 2. Rechtspraak 3. Rechtsleer - Verdragen door EU - EU (Opgelet: VK, Ierland en Denemarken) - Verdragen - WIPR > 1 okt 2004 I. IPR 1.1. Basisprincipe 1. Internationale bevoegdheid 2. Toepasselijk recht 3. Erkenning en uitvoerbaarheid 1.2. Bronnen 1. Wetgeving 2. Rechtspraak 3. Rechtsleer - Verdragen door EU - EU (Opgelet: VK,

Nadere informatie

EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht

EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht 29-05-2018 1 EU-Verordeningen huwelijks- en partnerschapsvermogensrecht ALV en cursusdag EPN Amersfoort, 29 mei 2018 Mr. dr. J.G. (Jan-Ger) Knot Agenda 2 Inleiding Conflictregelkalender Rechtskeuze en

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord / 5. 1 Burgerlijk Wetboek Boek 1 (uittreksel) / 17. Titel 1 Algemene bepalingen / 17. Titel 2 Het recht op de naam / 17

INHOUD. Voorwoord / 5. 1 Burgerlijk Wetboek Boek 1 (uittreksel) / 17. Titel 1 Algemene bepalingen / 17. Titel 2 Het recht op de naam / 17 INHOUD Voorwoord / 5 1 Burgerlijk Wetboek Boek 1 (uittreksel) / 17 Titel 1 Algemene bepalingen / 17 Titel 2 Het recht op de naam / 17 Titel 3 Woonplaats / 22 Titel 4 Burgerlijke stand / 23 Afdeling 1 De

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) PUBLIC ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Vertaling C-83/17-1 Zaak C-83/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 februari 2017 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

.1.Wat de bevoegdheid van de vrederechter betreft. .2.Wat de bevoegdheid van de rechtbank van koophandel betreft

.1.Wat de bevoegdheid van de vrederechter betreft. .2.Wat de bevoegdheid van de rechtbank van koophandel betreft .1.Wat de bevoegdheid van de vrederechter betreft 1.1.Het optrekken van de algemene bevoegdheid van de vrederechter naar 2.500 ( komt van 1860 ).2.Het optrekken van de grens m.b.t. de aanleg ( dwz : onder

Nadere informatie

Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging. mr. dr. M. Freudenthal

Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging. mr. dr. M. Freudenthal Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging mr. dr. M. Freudenthal Sdu Uitgevers Den Haag, 2009 Inhoud Afkortingen / XI Woord vooraf/xiii 1. Historische ontwikkelingen / 1 1.1. Inleiding/l 1.1.1.

Nadere informatie

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts

Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Overwegend dat de trust zoals die is ontwikkeld door de equitygerechten

Nadere informatie

ZITTINGSDAG EN UUR TEL. GRIFFIER 057/ e Kamer. 1 en 1bis. 1e en 3e Ma. 09:00 u. 2bis

ZITTINGSDAG EN UUR TEL. GRIFFIER 057/ e Kamer. 1 en 1bis. 1e en 3e Ma. 09:00 u. 2bis KAMER 1e Kamer BEVOEGDHEID FAMILIE- EN JEUGDSECTIE 1. Vorderingen ten aanzien minderjarige kinderen (artikel 572bis, 4 Ger. 2.Onderhoudsverplichtingen (artikel 572bis, 7 Ger. 3. Betwistingen kinderbijslag

Nadere informatie

INHOUD. Inleiding... xvii DEEL I. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID

INHOUD. Inleiding... xvii DEEL I. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID INHOUD Inleiding........................................................... xvii DEEL I. INTERNATIONALE BEVOEGDHEID 1. Brussel I(bis)-Verordening: exclusieve bevoegdheids gronden en forumbedingen Geert

Nadere informatie

(Echt)scheiding en internationaal privaatrecht

(Echt)scheiding en internationaal privaatrecht (Echt)scheiding en internationaal privaatrecht mr. dr. A.R. van Maas de Bie 5e gewijzigde druk S d u U itg ev ers D e n H aag, 2014 Inhoudsopgave Voorwoord / 11 Afkortingenlijst / 17 i ï.i 1.2 1. 2.1 1.2.2

Nadere informatie

Rolnummer 3630. Arrest nr. 174/2005 van 30 november 2005 A R R E S T

Rolnummer 3630. Arrest nr. 174/2005 van 30 november 2005 A R R E S T Rolnummer 3630 Arrest nr. 174/2005 van 30 november 2005 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 320, 4, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013

Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Datum van inontvangstneming : 16/09/2013 Vertaling C-442/13-1 Zaak C-442/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 augustus 2013 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51 INHOUD BOEK VIII. HUWELIJKSSTELSELS.... 1 Inleiding... 3 TITEL I HET HUWELIJKSCONTRACT.... 5 Hoofdstuk I. Inleiding.... 5 Hoofdstuk II. Inhoud van het huwelijkscontract.... 10 Afdeling I. Huwelijksovereenkomsten....

Nadere informatie

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek.

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. 30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. Publicatie : 18-05-1962 Inwerkingtreding : 28-05-1962 Dossiernummer : 1961-12-30/31 HOOFDSTUK VI : WEDERZIJDSE

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 5 WOORD VOORAF 3 Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Verantwoording 15 1.2 Het begrip recht 16 1.2.1 Algemeen 16 1.2.2 Een geheel van algemeen geldende normatieve regels 17 1.2.3

Nadere informatie

1 Tijdstip verwekking

1 Tijdstip verwekking Afstammingsrecht Geboorteakte Internationaal Privaatrecht Eddy Meulders Maurice Goffart 1 Tijdstip verwekking Minimum duur zwangerchap Maximum duur zwangerchap -300-299 -181-180 -179-2 -1 Verwekking 1

Nadere informatie

WOORD VOORAF... AUTEURSCHAP EN CITEERWIJZE... GEBRUIKTE AFKORTINGEN... VERKORT GECITEERDE BOEKEN, WETENSCHAPPELIJKE ARTIKELEN EN RAPPORTEN...

WOORD VOORAF... AUTEURSCHAP EN CITEERWIJZE... GEBRUIKTE AFKORTINGEN... VERKORT GECITEERDE BOEKEN, WETENSCHAPPELIJKE ARTIKELEN EN RAPPORTEN... Inhoud WOORD VOORAF.................................... AUTEURSCHAP EN CITEERWIJZE...................... INHOUD... GEBRUIKTE AFKORTINGEN.......................... VII VIII IX XXXIII VERKORT GECITEERDE

Nadere informatie

PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING

PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING Herhaaldelijk worden wij in een procedure vereffening en verdeling van een huwelijksgemeenschap na echtscheiding geconfronteerd met de vaststelling dat beide

Nadere informatie

3644 MRdi.doc23-2-2007 1

3644 MRdi.doc23-2-2007 1 Concept-antwoorden op de vragen, gesteld in het Groenboek over collisieregels op het gebied van huwelijksvermogensstelsels, met inbegrip van de kwestie van de rechterlijke bevoegdheid en van de wederzijdse

Nadere informatie

De Europese Erfrechtverordening

De Europese Erfrechtverordening De Europese Erfrechtverordening Vanaf 17 augustus 2015 wordt de Europese Erfrechtverordening 1 van toepassing, drie jaar na de inwerkingtreding. De Erfrechtverordening beoogt de Europese harmonisatie van

Nadere informatie

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2011)0126),

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2011)0126), P7_TA(2013)0338 Huwelijksvermogensstelsels * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 september 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke

Nadere informatie

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

Tel.: 011/ Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/ Naam:.. Voornaam:... Beroep: Adres:... Tel.:...GSM.:... .:...

Tel.: 011/ Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/ Naam:.. Voornaam:... Beroep: Adres:... Tel.:...GSM.:...  .:... VERZOEKSCHRIFT AANSTELLING BEWINDVOERING VREDEGERECHTEN HASSELT Parklaan 25 bus 7 3500 HASSELT Tel.: 011/37.44.05 Vrederechter Hasselt kanton 1 / 2 Fax: 011/37.44.62 De verzoekende partij: Naam:... Voornaam:...

Nadere informatie

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed *

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * P7_TA(2010)0477 Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 december 2010 over het voorstel voor een verordening van de

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 137 Vaststelling en invoering van Boek 10 (Internationaal privaatrecht) van het Burgerlijk Wetboek (Vaststellings- en Invoeringswet Boek 10

Nadere informatie

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid INTERNATIONAAL ADVOCATENKANTOOR ADVOCAAT DR. ALFONSO MARRA JURIST VERTALER BEVOEGDHEID VOOR DE TWEETALIGHEID DUITS ITALIAANS VAN DE ZELFSTANDIGE PROVINCIE BOLZANO GESLAAGD VOOR HET STAATSEXAMEN VAN DUITSE

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1994 Nr. 168

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1994 Nr. 168 71 (1989) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1994 Nr. 168 A. TITEL Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op erfopvolging; 's-gravenhage, 1 augustus 1989 B. TEKST De

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Vertaling C-478/17-1 Zaak C-478/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 augustus 2017 Verwijzende rechter: Tribunalul Cluj (Roemenië) Datum

Nadere informatie

Gezagsdragers hebben (anders dan pleegouders) de plicht te voorzien in het levensonderhoud van het kind waarover zij het gezag uitoefenen.

Gezagsdragers hebben (anders dan pleegouders) de plicht te voorzien in het levensonderhoud van het kind waarover zij het gezag uitoefenen. GEZAG EN VOOGDIJ WAT IS GEZAG? De wet geeft als omschrijving van gezag: de plicht en het recht om een minderjarig kind (dat is een kind jonger dan 18 jaar) te verzorgen en op te voeden. Wat betekent dit

Nadere informatie

Internationaal familierecht

Internationaal familierecht Internationaal familierecht Arresten van Hof van Justitie EU & Hoge Raad & Gerechtshof Arlette van Maas de Bie 24 juni 2015 1 24-06-2015 arresten Hof van Justitie EU & Opzet De volgende arresten zullen

Nadere informatie

Artikel 1240 van het Gerechtelijk Wetboek

Artikel 1240 van het Gerechtelijk Wetboek BIJLAGE 7 bij het koninklijk besluit van 31 augustus 2014 tot vaststelling van de inhoud en de vorm van modellen van verslagen, van vereenvoudigde boekhouding en van verzoekschrift ter uitvoering van de

Nadere informatie

Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en. Gezag. en voogdij

Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en. Gezag. en voogdij Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en Gezag en voogdij Inhoud Wat is gezag? 2 De ouder 3 Gezag en erfrecht 3 Wie heeft het gezag? 4 Huwelijk 4 Man en vrouw 4 Vrouw

Nadere informatie

OPLEIDING BEWINDVOERDERS MACHTIGINGEN. Walter Niewold Vrederechter Hasselt I

OPLEIDING BEWINDVOERDERS MACHTIGINGEN. Walter Niewold Vrederechter Hasselt I OPLEIDING BEWINDVOERDERS MACHTIGINGEN Walter Niewold Vrederechter Hasselt I WET 17 MAART 2013 TOT HERVORMING VAN DE REGELINGEN INZAKE ONBEKWAAMHEID EN TOT INSTELLING VAN EEN NIEUWE BESCHERMINGSSTATUS DIE

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T Rolnummer 4725 Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 323 van het Burgerlijk Wetboek, zoals van kracht vóór de opheffing ervan bij artikel

Nadere informatie

2. Soorten en verband

2. Soorten en verband Bij dit alles moet de rechter de rechten van verdediging eerbiedigen. Dit betekent dat hij, wanneer hij de rechtsgrond wenst te wijzigen en aan te passen, de debatten dient te heropenen om partijen toe

Nadere informatie

De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen

De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen Hof van beroep Antwerpen De familiekamer en de jeugdkamer in het hof van beroep te Antwerpen Vanaf 1 september 2014 wordt de wet betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank (zoals gerepareerd

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2005 COM(2005) 82 definitief GROENBOEK over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 27.10.2010 2010/0067(CNS) ONTWERPADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

Geregistreerd partnerschap

Geregistreerd partnerschap Geregistreerd partnerschap Pleidooi voor de institutionalisering van de homoseksuele tweerelatie P. SENAEVE en E. COENE Ten geleide van R. Burggraeve MAKLU Antwerpen-Apeldoorn Inhoud Woord vooraf 13 Lijst

Nadere informatie

Internationaal privaatrecht

Internationaal privaatrecht Mr. C. Assers Handleiding tot de beoefening van het Nederlands Burgerlijk Recht Internationaal privaatrecht Deel personen-, familie- en erfrecht mr. A.P.M.J. Vonken Universitair hoofddocent bij de vaksectie

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/01/2019

Datum van inontvangstneming : 23/01/2019 Datum van inontvangstneming : 23/01/2019 Samenvatting C-759/18-1 Zaak C-759/18 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen *

Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen * P7_TA(2013)0337 Vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 september 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad

Nadere informatie

Inhoudstafel. larcier

Inhoudstafel. larcier i Inhoudstafel Hoofdstuk 1. De openbare verkoping Wegens werken, gelieve de gps uit te schakelen...... 1 ALOÏS VAN DEN BOSSCHE 1. De openbare verkoping................................ 1 2. De openbare

Nadere informatie

Nota naar aanleiding van het verslag

Nota naar aanleiding van het verslag 34 795 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Steven Brouwers Echtscheiding door onderlinge toestemming www.larcier.be Onderwerp Echtscheiding door onderlinge toestemming. IPR-aspecten Datum 2010 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document

Nadere informatie

Begripsbepaling H OOFDSTUK

Begripsbepaling H OOFDSTUK H OOFDSTUK Begripsbepaling I 1. WETTELIJKE DEFINITIE Artikel 1075 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek (hierna BW) bepaalt: De vader, de moeder en andere bloedverwanten in de opgaande lijn kunnen hun goederen

Nadere informatie

Elementaire Rechtspraak

Elementaire Rechtspraak Boekenreeks Elementaire Rechtspraak ER 60 Recente Elementaire Vonnissen en Arresten (2009 2010 2011) Adoptie Dringende en Voorlopige Maatregelen Echtscheiding Erfrecht Geesteszieke Huwelijksvermogensrecht

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 795 Uitvoering van de Verordening (EU) nr. 2016/1103 van de Raad van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

Internationaal Privaatrecht 2017/2019

Internationaal Privaatrecht 2017/2019 Internationaal Privaatrecht 2017/2019 Verordeningen, Verdragen & Wetten Redactie Prof. Dr. K. Boele-Woelki & Mr. R. ter Rele Ars Aequi Libri Nijmegen 2017 Woord vooraf Het Nederlandse internationaal privaatrecht

Nadere informatie

Parlementaire Geschiedenis Burgerlijk Wetboek Boek 10. Internationaal Privaatrecht (IPR)

Parlementaire Geschiedenis Burgerlijk Wetboek Boek 10. Internationaal Privaatrecht (IPR) Parlementaire Geschiedenis Burgerlijk Wetboek Boek 10 Internationaal Privaatrecht (IPR) Prof. mr. M.H. ten Wolde Mr. dr. J.G. Knot Mr. ICC. Henckel Mr. A. Mens Mr. D.A. Pettengell ^ J.Kluwer a W o lte

Nadere informatie

De Belgische transgenderwet in een internationale context

De Belgische transgenderwet in een internationale context INSTITUUT VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Belgische transgenderwet in een internationale context Internationale context IPR Kunnen transgenderpersonen die geen Belg zijn, gebruik maken van de Belgische

Nadere informatie

HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN

HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN HUWELIJK MET INTERNATIONALE ASPECTEN HUWELIJK OVER DE GRENZEN Dit gedeelte van de site gaat over het huwelijksvermogensrecht in internationaal verband. De belangrijkste regels van het hiermee samenhangende

Nadere informatie

1. Internationaal privaatrechtelijk procesrecht

1. Internationaal privaatrechtelijk procesrecht 1. Internationaal privaatrechtelijk procesrecht 1.1 Europees internationaal bevoegdheidsrecht Voor de bepaling van de internationale bevoegdheid van de Belgische rechtbanken en rechters: Verdrag? Europese

Nadere informatie

DEEL I. DE WET VAN 27 APRIL 2007 INZAKE ECHTSCHEIDING. KNELPUNTEN VAN MATERIEEL RECHT EN VAN PROCES- RECHT

DEEL I. DE WET VAN 27 APRIL 2007 INZAKE ECHTSCHEIDING. KNELPUNTEN VAN MATERIEEL RECHT EN VAN PROCES- RECHT INHOUD VOORWOORD........................................... xv DEEL I. DE WET VAN 27 APRIL 2007 INZAKE ECHTSCHEIDING. KNELPUNTEN VAN MATERIEEL RECHT EN VAN PROCES- RECHT Frederik Swennen, Sven Eggermont

Nadere informatie

OMSTANDIGE GENEESKUNDIGE VERKLARING 1 - Artikel 1240 Ger. W. tot instelling van een

OMSTANDIGE GENEESKUNDIGE VERKLARING 1 - Artikel 1240 Ger. W. tot instelling van een OMSTANDIGE GENEESKUNDIGE VERKLARING 1 - Artikel 1240 Ger. W. tot instelling van een beschermingsmaatregel Ondergetekende Mevrouw/ De Heer... Geneesheer, waarvan het kabinet gevestigd is te... tel...gsm.:...e.mail:...

Nadere informatie

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken

Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken Verdrag inzake de voltrekking en de erkenning van de geldigheid van huwelijken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de voltrekking van huwelijken en de erkenning van de geldigheid

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 13/11/2018

Datum van inontvangstneming : 13/11/2018 Datum van inontvangstneming : 13/11/2018 Vertaling C-629/18-1 Zaak C-629/18 Prejudiciële verwijzing Datum van ontvangst: 8 oktober 2018 Verwijzende rechter: Sofiyski gradski sad (Bulgarije) Datum van de

Nadere informatie

Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W.

Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W. INHOUDSTAFEL A. FEITELIJKE SCHEIDING VO O R ECHTSCHEIDING 1 Model A.1. Verzoekschrift bij toepassing van artikel 213 BW (onderhoudsgeld tussen echtgenoten) de artikelen 1034bis e.v. en 1320 e.v. Ger.W.

Nadere informatie

De familie- en jeugdrechtbank

De familie- en jeugdrechtbank De familie- en jeugdrechtbank De familie- en jeugdrechtbank (*) is sinds 1 september 2014 operationeel in het hele land en is voortaan bevoegd voor zowat alle geschillen die betrekking hebben op het familieleven,

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES... 1 Frederik Tack. Hoofdstuk 2 STATUUT VAN DE AANDELEN EN KWALIFICATIE...

Inhoud. Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES... 1 Frederik Tack. Hoofdstuk 2 STATUUT VAN DE AANDELEN EN KWALIFICATIE... Inhoud Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES....................... 1 1.1. Inleiding Afbakening............................... 1 1.2. Enkele principes..................................... 2 1.2.1.

Nadere informatie

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II (Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning

Nadere informatie

Belgisch Internationaal Privaatrecht

Belgisch Internationaal Privaatrecht Belgisch Internationaal Privaatrecht Bart VOLDERS & Liselot SAMYN Maklu Antwerpen-Apeldoorn Inhoudstafel Lijst van afkortingen 11 Voorwoord 13 DEEL I. COMMUNAUTAIRE RECHTSBRONNEN 15 A. Internationaal en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 413 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter

Nadere informatie

De familierechtbank: rechtspraak op maat van de burger

De familierechtbank: rechtspraak op maat van de burger De familierechtbank Inleiding De familierechtbank is sinds 1 september 2014 operationeel in het hele land en is voortaan bevoegd voor zowat alle geschillen die betrekking hebben op het familieleven, op

Nadere informatie