Praktijkkaart SAW Basisfase Kinderopvang 2014

Transcriptie

1 Praktijkkaart SAW Basisfase Kinderopvang 2014 Instructie voor de praktijk: Allereerst danken wij u hartelijk voor de begeleiding van onze student. De stageperiode is voor de student een belangrijke, leerzame periode. Wij zijn dan ook heel erg blij dat u in deze periode de student ondersteunt bij de ontwikkeling van vaardigheden en competenties van de student. Voor u ligt de praktijkkaart van uw stagiaire. De praktijkkaart is een middel om 1 e jaars studenten gericht activiteiten te laten uitvoeren. Met het uitvoeren van activiteiten ontwikkelen leerlingen beroepsvaardigheden en tonen ze beroepscompetenties aan. De competentiemeter biedt handvatten om het gedrag van de student te bespreken. De praktijkkaart wordt altijd in samenhang met de competentiemeter besproken. De student zal de praktijkkaart en competentiemeter met u doorspreken. De activiteiten: De instelling of de doelgroep kan binnen het onderwijs heel divers zijn. De student werkt volgens de visie van de instelling waar hij/zij werkt. Als er activiteiten op de lijst staan die bij de doelgroep/instelling niet van toepassing zijn, kan deze worden vervangen door activiteiten die wél van toepassing zijn. Dit doet de student altijd in overleg met de praktijk. De verslagen: Op de praktijkkaart staat meerdere malen een opdracht waarin de student gevraagd wordt een verslagje te schrijven over een situatie of activiteit. In de basisfase bepaalt de praktijk aan welke eisen het verslag moet voldoen. De praktijk bepaalt wanneer het verslag voldoende is. Het is belangrijk daarbij rekening te houden met het oriënterende karakter van de stageperiode. Achterin de praktijkkaart vindt u een hulpmiddel om de verslagen mee te beoordelen. Eisen vanuit school: De praktijkkaart moet per onderdeel (1 t/m 7) voor 80% zijn ingevuld. De student bespreekt in de eerste twee weken van de stage de praktijkkaart en de competentiemeter met de praktijk. De student maakt een planning voor de uit te voeren opdrachten en bespreekt deze met de praktijk. Iedere bladzijde van de kaart is door de student voorzien van zijn/haar naam, niveau en klas. De praktijk tekent de activiteit af indien hij/zij vindt dat de student deze activiteit heeft uitgevoerd op beginnersniveau. Beginnersniveau betekent dat de student de opdracht op het niveau van een 1 e jaars student heeft uitgevoerd. Van een niveau 4 student mag worden verwacht dat hij/zij extra inzet laat zien op het gebied van: zelfstandigheid en pro-activiteit, zelf oplossend vermogen, plannen en ordenen van werk, inzicht en reflectie. Indien mogelijk voert de student de opdrachten zelfstandig uit. Voor een 1 e jaars stage is dit niet altijd noodzakelijk en mogelijk. Zo is het ook niet altijd noodzakelijk en mogelijk om de opdrachten eerst onder begeleiding uit te voeren. De student bespreekt dit vooraf met u. Verdiepingsopdrachten: De student werkt aan verdiepingsopdrachten. Deze opdrachten worden in de stage uitgevoerd. De opdrachten vallen soms samen met de opdrachten op de praktijkkaart (bijvoorbeeld het voeren van een gesprek of het observeren van een cliënt). Uitgevoerde opdrachten kunnen op de praktijkkaart worden afgetekend. Praktijkkaart SAW basisfase kinderopvang MBO College Hilversum 1

2 datum datum 1. Kennismaken Kennismaken met begeleiding Je hebt in de eerste twee weken een kennismakingsgesprek gevoerd met je praktijk. Je hebt leerdoel(en) uit je POP besproken. Je hebt je praktijkkaart, competentiemeter en stage informatiegids in de eerste of de tweede week met je praktijk doorgenomen Je hebt de verdiepingsopdrachten laten lezen en afspraken gemaakt over de planning daarvan. Je hebt je voorgesteld aan je collega s Kennismaken met de doelgroep Je stelt je voor op een manier die bij de doelgroep past. Je doet moeite om de namen te onthouden. Je maakt contact met de doelgroep door middel van bijvoorbeeld een namenspel Kennismaken met de ouders/verzorgers Je hebt jezelf aan de ouders/verzorgers voorgesteld. Je hebt korte gesprekjes gevoerd met de ouders/verzorgers Kennismaken met de ruimte Je de ruimte waar je werk ontdekt; je weet waar de dingen liggen die belangrijk zijn. Je stelt vragen over de ruimte en de materialen waar je mee werkt. Kennismaken met de activiteiten Je hebt een verslag van de dagelijkse activiteiten van de doelgroep gemaakt Je hebt een verslag van de dagelijkse activiteiten van je directe gemaakt Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum

3 datum datum 2. Algemene activiteiten Ontvangst kinderen/ouders Je maakt oogcontact en begroet de kinderen/ouders Je helpt de kinderen bij het afscheid nemen Opening van de dag Je zet de kring klaar/ je zet de spullen klaar voor de start van de dag. Je voert een kringspel /lied uit met de doelgroep Je leidt de kring. Feest (verjaardag) Je bereidt een verjaardag of ander feest voor Je maakt een aankondiging voor een feest Je begeleidt een feestmoment en zorgt voor een positieve sfeer Je ruimt op en stimuleert kinderen op te helpen Overdracht Je schrijft een dagverslag over kind, voor een collega. Je schrijft een verslag over een kind, voor een ouder of verzorger. Je houdt een lijst bij over het eten en slapen. Je zet je in voor een goede mondelinge overdracht. Veiligheid Je controleert de aanwezigheid van de kinderen Je inspecteert het speelgoed (loszittend materiaal) Je inspecteert kleine voorwerpen. Je sluit de deuren/ hekjes en bent alert op de veiligheid. Je hebt kennis van het protocol over veiligheid. Je past de kennis over veiligheid toe. Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum

4 datum datum 3. Verzorgende activiteiten Tussendoortje Je zet het tussendoortje klaar Je begeleidt het tussendoortje Je helpt met opruimen en stimuleert anderen om op te ruimen Lunch Je zet de maaltijd klaar Je ondersteunt de kinderen bij het eten Je begeleidt de lunch Je helpt met opruimen en stimuleert anderen om op te ruimen Fruithap Je bereidt de fruithap. Je zet de fruithap klaar Je begeleidt de fruithap Je helpt met opruimen en stimuleert anderen om op te ruimen Flesvoeding Je bereidt de kunstvoeding Je brengt de borstvoeding op temperatuur Je geeft de baby de fles Je volgt het dagritme Je laat zien dat je kunt berekenen hoeveel melkpoeder je nodig hebt voor een flesje Verschonen Je verschoont een plasluier Je verschoont een poepluier Je verschoont een plasbroek Je verschoont een poepbroek Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum

5 Zindelijkheid Je volgt het dagritme Je past een passend ritueel toe Je begeleidt het kind naar het toilet Rusten Je past het slaapritueel toe Je past de veiligheid toe (zak/ventilatie/rugligging) Je brengt het kind naar bed (individueel) Je brengt de kinderen naar bed (groepje) Je haalt het kind/ de kinderen uit bed Aan- en uitkleden Je stimuleert het kind om zichzelf aan en uit te kleden. Je helpt het kind met aan- en uitkleden Je helpt een groepje kinderen met aan- en uitkleden Begeleiden naar buiten/binnen Je let op de veiligheid Je begeleidt een kleine groep Je begeleidt een grote(re) groep EHBO Je neemt de temperatuur op van een kind Je verzorgt een wond(je) Je smeert de kinderen in met zonnebrand Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum

6 datum datum 4. Creatieve activiteiten Kleine creatieve activiteiten Je bereidt een creatieve activiteit voor Je voert een creatieve activiteit uit met een kind Je voert een creatieve activiteit uit met groepje kinderen Je ruimt op en je stimuleert de kinderen te helpen met opruimen Liedje zingen Je bereidt een lied voor die past bij je doelgroep Je zingt een lied met een kind Je zingt een lied met een groepje kinderen Boekje voorlezen Je kiest een boekje uit en bereidt het voorlezen voor Je leest voor aan een individueel kind Je leest voor aan een groepje kinderen Spelletje Je bereidt een spel voor Je voert een spel uit met individueel kind Je voert een spel uit met een groepje kinderen Observaties (zie verdiepingsopdracht) Je maakt een plan voor de observatie van een kind/jongere Je observeert een kind/jongere op 2 verschillende manieren Je schrijft een observatieverslag Gespreksverslag (zie verdiepingsopdracht) Je voert een gesprek met een kind/jongere/ Je maakt een verslag van dit gesprek Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum

7 datum datum 5. Huishoudelijke activiteiten Wassen Je vult de wasmachine en stelt het wasprogramma in Je vult de droger en stelt het droogprogramma in Je vouwt de was op en bergt de was op Je verwijdert vlekken uit kleding/textiel Vaatwassen Je vult de vaatwasser en stelt de vaatwasmachine in Je ruimt de vaatwasmachine uit. Schoonmaken/opruimen Je ruimt de buitenspeelplaats op Je ruimt de groepsruimte op Je ordent het spelmateriaal Je verschoont een bedje/ je maakt een bedje op Je kookt spenen uit Je scheidt de verschillende soorten afval Hygiëne Je stimuleert en helpt bij het handen wassen Je helpt bij het uitkoken van spenen Je inspecteert de koelkast Je hebt kennis van het protocol hygiëne Keuze activiteit: Praktijkkaart basisfase SAW Kinderopvang MBO College Hilversum