Van werknemer naar ondernemer

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Van werknemer naar ondernemer"

Transcriptie

1 Van werknemer naar ondernemer Een verkennend onderzoek naar de directe financiële gevolgen Michel Winnubst Mickey Folkeringa Paul Vroonhof Pauline de Jong Zoetermeer, maart 2009

2 ISBN: Bestelnummer: A Prijs: 35,- Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken. Voor alle informatie over MKB en Ondernemerschap: De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM bv. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van EIM bv. EIM bv aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. The responsibility for the contents of this report lies with EIM bv. Quoting numbers or text in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of EIM bv. EIM bv does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Achtergrond onderzoek Inhoud onderzoek en afbakening Leeswijzer 6 2 De keuze tussen werknemerschap en ondernemerschap Inleiding Determinanten van de keuze Persoonskenmerken (potentiële) succesvolle ondernemers vanuit werknemerschap 8 3 Direct opportunity costs Inleiding Inkomen Heffingen Informatiekosten Sociale zekerheid 14 4 Conclusies en aanknopingspunten Inleiding Beleving van direct opportunity costs Aanknopingspunten voor beleid 24 Literatuurlijst 25 Bijlage I Verdiepende informatie over werknemers en ondernemers 27 3

4

5 1 Inleiding 1.1 Achtergrond onderzoek Uit longitudinaal onderzoek naar slaagfactoren van nascent entrepreneurs en starters (zowel in de VS als in Nederland) blijkt dat hoog opgeleide, energieke werknemers (van tussen de 30 en 40 jaar) met relevante branche-ervaring relatief vaak succesvolle ondernemers kunnen worden 1. Indien zij de stap wagen, is bij hen tevens de kans relatief groot dat ze personeel in dienst zullen nemen en wellicht bedrijfsgroei zullen nastreven. In dat opzicht is deze groep beleidsmatig interessant. Tegelijkertijd bestaat de indruk dat in Nederland relatief weinig personen uit deze categorie potentiële ondernemers daadwerkelijk voor het ondernemerschap kiezen. In elk geval kunnen de financiële gevolgen van zelfstandig ondernemen in Nederland erg ingrijpend zijn. Werknemers hebben doorgaans een vaste baan met goede primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden en een goede pensioenvoorziening. Ook hebben ze vaak een carrièreperspectief. Ze moeten dus relatief veel opgeven om ondernemer te worden. Daarbij hebben ze vaak een hoge hypotheek en opgroeiende kinderen, waardoor de gepercipieerde risico's van een eigen bedrijf extra groot zijn. Uit econometrisch landenvergelijkend onderzoek weten we dat deze financiële gevolgen in het algemeen remmend werken op het nascent entrepreneurship (Brouwer e.a., 2005). 1.2 Inhoud onderzoek en afbakening Om hier verder de vingers achter te krijgen is onderzoek uitgevoerd naar de financiële veranderingen van een werknemer die ervoor kiest om de stap naar het ondernemerschap te maken. De kosten en baten die dit met zich meebrengt kunnen gezien worden als 'direct opportunity costs'. In deze paragraaf gaan we verder in op de definitie van dit begrip en de afbakening van dit begrip. Definitie In dit onderzoek wordt de volgende definitie gehanteerd van het begrip 'direct opportunity costs': Direct opportunity costs van zelfstandig ondernemerschap zijn de directe kosten en gemiste opbrengsten als gevolg van de keuze voor het ondernemerschap in plaats van een baan in loondienst. Met 'direct' wordt bedoeld dat het gaat om de kosten en baten (de opportunity costs) verbonden aan de overgang van werknemerschap (baan in loondienst) naar het zelfstandig ondernemerschap. Het gaat hier dus om de keuze 'werknemer blijven' of 'ondernemer worden'. De langetermijngevolgen (zoals loonontwikkeling van de werknemer en winstontwikkeling van de ondernemer) worden hierbij buiten beschouwing gelaten. Ook de personen die geen baan in loondienst hebben (gehad) worden bij dit onderzoek buiten beschouwing gelaten. 1 Zie o.a. Snel en Meijaard, 2006; Brummelkamp en Te Peele, 2007; Reynolds,

6 Afbakening van de direct opportunity costs De gehanteerde definitie heeft een aantal praktische implicaties voor het onderzoek met betrekking tot de afbakening van de kostencategorieën die bij de keuze horen. Hierover het volgende. Het verschil tussen de hoogte van het (bruto en netto) salaris in loondienst en de hoogte van de (bruto en netto) winst uit onderneming bij de bedrijfsstart moet tot de direct opportunity costs worden gerekend. Direct opportunity costs kunnen ontstaan bij zowel de inkomensvorming als bij de bestedingen/afdrachten. Bij de inkomensvorming gaat het vooral om het verschil tussen loon en winst (zie vorige punt) en veranderingen van afdrachten en uitkeringen voor diverse inkomensverzekeringen. Sommige vaste lasten zijn verbonden aan een huishouden, zoals lopende hypotheek, energie, waterschapslasten etc., en behoren niet tot de direct opportunity costs. Dit geldt meer algemeen voor alle vaste lasten waarvan de hoogte niet afhankelijk is van de vraag of een persoon als werknemer of als ondernemer arbeid verricht. De absolute omvang van deze vaste lasten zal niet veranderen bij de overgang van werknemerschap naar ondernemerschap. 1 In dit onderzoek staan de materiële beloningen en kosten die verband houden met het afdekken van risico's centraal. Immateriële aspecten zoals de waardering van vrije tijd en voldoening in het werk vallen buiten het onderzoekskader. 1.3 Leeswijzer Voordat wij ingaan op de direct opportunity costs bij de overgang van werknemerschap naar ondernemerschap is het zinvol om eerst stil te staan bij twee belangrijke onderwerpen. Het gaat hier om determinanten achter de keuze om ondernemer te worden en eigenschappen van een succesvolle ondernemer. Die komen aan bod in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 zullen verschillende categorieën van direct opportunity costs beschreven worden. Het gaat hier om een omschrijving van de categorieën en een indicatie van de omvang. In hoofdstuk 4 worden de conclusies en aanknopingspunten voor het overheidsbeleid gegeven. Hierbij wordt een koppeling gemaakt tussen de beschreven direct opportunity costs in hoofdstuk 3 en de resultaten van interviews die gevoerd zijn met ondernemers. 1 De relatieve omvang (ten opzichte van het inkomen) kan wel veranderen. 6

7 2 De keuze tussen werknemerschap en ondernemerschap 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden twee belangrijke onderwerpen van dit onderzoek theoretisch uitgediept. Ten eerste zullen wij stilstaan bij de vraag wat mogelijke keuzedeterminanten zijn voor een individu om de overstap te maken van het werknemerschap naar het ondernemerschap (paragraaf 2.2). Verder staat in dit onderzoek (en de casestudies daarbinnen) de succesvolle ondernemer centraal. In paragraaf 2.3 zal daarom beschreven worden wat persoonskenmerken zijn van (potentiële) succesvolle ondernemers, startend vanuit een positie als werknemer. 2.2 Determinanten van de keuze De keuze in dit onderzoek betreft de keuze van een werknemer op enig moment in zijn of haar carrière tussen (I) werknemer blijven en (II) de overstap naar het ondernemerschap maken. Om inzicht te krijgen in de determinanten van de keuze voor het ondernemerschap kan gebruik worden gemaakt van theorieën die proberen te verklaren waarom individuen voor een baan in loondienst kiezen, dan wel voor een eigen bedrijf opteren. In de literatuur wordt ook wel gesproken van 'occupational choice'-modellen. De essentie van deze modellen is dat individuen een keuze maken tussen deze twee alternatieven, door de waargenomen beloningen (zowel materieel als immaterieel) en risico's van deze alternatieven tegen elkaar af te wegen. De waargenomen beloningen en risico's worden beïnvloed door de (door het individu zelf ingeschatte) kansen voor ondernemerschap en persoonlijke capaciteiten, die op hun beurt weer samenhangen met de persoonlijke attitude en voorkeuren van het individu. Verschillende factoren kunnen een bijdrage leveren aan de voorkeur voor het ondernemerschap boven het werknemerschap 1. Zo kan de keuze voor het ondernemerschap voortkomen uit zowel pushfactoren (o.a. dreigende werkloosheid, beperkte arbeidsmarkt) als pullfactoren (o.a. meer autonomie en het vooruitzicht op winst). Deze factoren kunnen een impuls zijn voor een individu om te kiezen voor het zelfstandig ondernemerschap. Hoge (direct) opportunity costs kunnen hierbij weer een negatieve invloed hebben op de keuze voor het ondernemerschap. Zo zijn bijvoorbeeld de sociale zekerheid en de pensioenvoorziening veelal goedkoper voor een werknemer in loondienst. Ook zijn de (nationale) cultuur en de maatschappelijke positie van ondernemers van invloed op de keuze voor het ondernemerschap. Het zijn voornamelijk de technologische en economische trends die voor een opleving (kunnen) zorgen in de keuze voor ondernemerschap. Door deze trends worden er kansen gecreëerd (voor potentiële ondernemers) en daarbij zijn culturele en institutionele factoren van invloed op de manier waarop de kansen worden benut. De keuze om ondernemer te worden heeft een aantal gevolgen voor de persoon, zowel persoonlijk als financieel gezien. Op het persoonlijke vlak zal onder andere 1 Wennekers (2006). 7

8 de tijdsbesteding en tijdsindeling van het werk veranderen, wat van invloed is op de tijdsbesteding privé waarbij eventueel een gezin in het geding is. Ook de (eigen) verantwoordelijkheid van een ondernemer is groter dan die van een werknemer. Verder kan het zelfstandig werken als ondernemer eenzaamheid tot gevolg hebben. Ondernemerschap resulteert ook in de mogelijkheid om zelf te bepalen hoe bepaalde activiteiten uitgevoerd moeten worden. Dit kan voor een ondernemer meer voldoening bieden dan een baan in loondienst. Op financieel gebied bestaan op veel terreinen verschillende regelingen voor werknemers en ondernemers (zoals sociale zekerheid, fiscale regelingen en pensioenwetgeving). De hoogte van het (toekomstig) inkomen en bepaalde afdrachten en/of kosten zullen veranderen wanneer de werknemer de overstap maakt naar het ondernemerschap. 2.3 Persoonskenmerken (potentiële) succesvolle ondernemers vanuit werknemerschap In deze paragraaf worden de persoonskenmerken van (potentiële) succesvolle ondernemers omschreven. Het begrip succesvol is deels persoonlijk en subjectief. Succesvol startende ondernemers hebben vaak jonge bedrijven die met een nieuw concept in een korte tijd een sterke groei hebben gerealiseerd. Het criterium groei heeft hier in de eerste plaats betrekking op omzetgroei, in de tweede plaats refereert het aan de ontwikkeling van het marktaandeel. 1 Uit literatuurstudie van een aantal grotendeels kwantitatieve onderzoeken komt een redelijk eenduidig beeld naar voren van 'voor het ondernemerschap potentieel zeer interessante' categorieën werknemers. Een aantal van deze categorieën zijn meetbaar via 'harde' demografische en persoonskenmerken. De andere categorieën zijn zachter en minder goed meetbaar via objectieve maatstaven. Deze categorieën worden voor het totaaloverzicht meegenomen, maar zijn slechts zeer beperkt operationaliseerbaar. Harde demografische en persoonskenmerken Tot de categorie 'voor het ondernemerschap potentieel zeer interessante' werknemers behoren over het algemeen mannen 2 van 25 t/m 44 jaar 3 (een onderzoek geeft bijvoorbeeld aan dat de ondernemer jong genoeg begonnen moet zijn, een ander onderzoek heeft het over een leeftijd van 39 jaar). Zij werken in een sector waar redelijk makkelijk te starten is. In het algemeen starten de succesvolle ondernemers in de sector waarin zij al werkzaam zijn 4 en hebben zij daar bij voorkeur al redelijk veel succes 5. Het is al met al niet onwaarschijnlijk aan te nemen dat de meeste succesvolle starters starten in een sector waarin het vrij makkelijk is een bedrijf op te richten. De categorie 'voor het ondernemerschap potentieel zeer interessante werknemers' is maximaal 10 jaar werkzaam als 1 Zie: Brummelkamp en Te Peele, Bronnen: Buyens et. al., 2002, Burke et al., 2006 en Bhola, Vrouwen voeren vaker hun onderneming in deeltijd en hebben vaker minder groeiambities. 3 Bronnen: Van der Zwan, 2007, Buyens et. al., 2002, Nandram et al., 2002, jonge ondernemers richten zich meer op expansie. 4 Bronnen: Brummelkamp et al., 2007 en Buyens et. al., Bron: Brummelkamp et al.,

9 werknemer 1 (werknemers die het meest waarschijnlijk een voltijd ondernemer worden werken minder dan 3 jaar als werknemer. Ook de categorie die 4 tot 10 jaar werkzaam is heeft een grotere kans door te stromen naar het ondernemerschap dan degenen die langer werken). Ook heeft deze categorie een redelijk hoge opleiding (HBO of Universiteit) 2. Een interessante groep uit deze categorie is de groep werknemers die al een keer ervaring heeft gehad als ondernemer 3. Tot slot worden vooral werknemers die werkzaam zijn in kleine bedrijven, in potentie sneller ondernemer. Deze werknemers zijn van zichzelf al minder risicoavers en zijn als het ware al voorgeselecteerd 4. Zachte persoonskenmerken Daarnaast zijn er 'zachtere' persoonskenmerken van de 'voor het ondernemerschap potentieel zeer interessante' werknemers te vinden. Deze kenmerken zijn vaak moeilijker meetbaar volgens objectieve maatstaven; ze worden meestal via enquêtes uitgevraagd. Zo zijn ondernemers die het relatief makkelijk vinden om leiding te geven en die bij de start al de beschikking hebben over een redelijk netwerk 5, vaak succesvol. Zij hebben de wil om onafhankelijk te zijn 6. In de vroege fase van de onderneming zijn creativiteit, prestatiegerichtheid en inlevings- en doorzettingsvermogen voor de ondernemers cruciaal, terwijl in de expansiefase ook doelmatigheid, daadkracht en betrouwbaarheid cruciale factoren zijn voor succes 7. In de volwassen fase zijn eveneens daadkracht en betrouwbaarheid belangrijk voor succes maar ook doorzettingsvermogen, inzicht in de marktomgeving en een vastbesloten houding van de ondernemer 8. Tot slot hebben de in potentie succesvolle ondernemers vaak al een goed voorbeeld: een ouder (over het algemeen de vader) werkt(e) vaak ook als ondernemer 9. 1 Uit Visee en Zwinkels (1999) komt naar voren dat starters (die eveneens nog werkzaam zijn als werknemer) de meeste kans hebben een voltijdondernemer te worden wanneer zij minder dan 3 jaar werken. Ook de categorie die 4 tot 10 jaar werkzaam is heeft een grotere kans door te stromen naar het ondernemerschap dan degenen die langer werken. 2 Bronnen: Van der Zwan, 2007, Buyens et. al., 2002, Burke et al., 2006 en Bhola, Bron: Burke et al., Bron: Parker, Bronnen: Brummelkamp et al., 2007, Nandram et al., 2002 en Visee en Zwinkels Bronnen: Brummelkamp et al., 2007, Nandram et al., 2002 en Visee en Zwinkels Bron: Nandram et al., Bron: Nandram et al., Bronnen: Buyens et al. en Bhola,

10

11 3 Direct opportunity costs 3.1 Inleiding De stap van werknemer naar ondernemer brengt op verschillende gebieden kosten en baten met zich mee. Wij kijken in dit onderzoek naar de directe financiële gevolgen van deze stap (de direct opportunity costs). Deze posten kunnen verdeeld worden over een aantal onderwerpen. Het inkomen verandert. Voor ondernemers wordt het bruto-inkomen winst (uit bedrijfsomzet) in plaats van loon. De heffingen veranderen. Voor ondernemers zijn er verschillende belastingmogelijkheden die niet beschikbaar zijn voor werknemers. Daardoor veranderen ook de te betalen premies voor de Nederlandse volksverzekeringen. De informatiekosten veranderen. Als ondernemer ben je mogelijk meer geld kwijt aan het 'inkopen' van informatie, zoals het op de hoogte blijven van nieuwe (technische) ontwikkelingen in de branche, belastingadvies en het mogelijk inhuren van bijvoorbeeld een administratiekantoor. De kosten voor de sociale zekerheid veranderden. Als ondernemer moet je zelf meer regelen wanneer het aankomt op sociale voorzieningen voor de korte, middellange en lange termijn. Ook de kosten voor zorg zullen veranderen. In dit hoofdstuk gaan wij verder in op de hierboven beschreven gebieden waarop direct opportunity costs kunnen voorkomen. In bijlage I is in meer detail beschreven wat de verschillen zijn tussen werknemer en ondernemer op de verschillende direct opportunity costs. Figuur 1 geeft een totaaloverzicht van de verschillende onderwerpen die in dit hoofdstuk aan bod zullen komen. Er zal in dit hoofdstuk ook een indicatie worden gegeven van de gevolgen voor de direct opportunity costs. Een onderwerp kan de direct opportunity costs verhogen (een negatief effect), verlagen (een positief effect) of het kan beide kanten op gaan (gevolgen individueel bepaald door situatie). 11

12 Figuur 1 Overzicht direct opportunity costs 1. Inkomen - Inkomensverschil - Ontslagvergoeding 2. Heffingen - Ondernemersfaciliteiten - Belastingen c.q. premies volksverzekeringen 3. Informatiekosten 4. Sociale zekerheid Inkomen kort (<2jr) - werkloosheid - ziekte - zwangerschaps- & bevallingsverlof midden (>2jr) - arbeidsongeschikt lang - oude dag - lange termijn (levensloop/spaarloon) Zorg - kinderopvang - ziektekosten 3.2 Inkomen Inkomensverschil: inkomen vs. bedrijfsresultaat Een werknemer die de overstap naar het ondernemerschap maakt, krijgt te maken met een andere wijze van inkomensvorming. De zekerheid van het vaste salaris dat iedere maand op de rekening wordt bijgeschreven, wordt vervangen door de onzekerheid van de inkomsten uit de onderneming. Het inkomen van een ondernemer is sterk afhankelijk van ontwikkelingen in de markt en van de prestaties van de ondernemer. Een werknemer heeft bovendien vaak een redelijk zeker carrièreperspectief. Voor ondernemers is de toekomst veel onzekerder. De verwachting is dat het inkomen van de ondernemer gemiddeld lager zal zijn in de eerste jaren na de start, ten opzichte van het gemiddelde inkomen als werknemer voor de start. Uit onderzoek blijkt dat het besteedbaar inkomen van een starter uit 1998 gemiddeld genomen 9 procent lager lag dan dat van een werknemer. 1 In 2004 was het gemiddeld besteedbaar inkomen van een werknemer euro. Van een zelfstandige was dit euro. 2 Deze inkomensaspecten laten de direct opportunity costs toenemen. 1 Zie: Folkeringa en Vroonhof, Zie: Inkomenspanelonderzoek CBS, bewerking EIM, in Folkeringa en De Jong-'t Hart,

13 3.2.2 Ontslagvergoeding Wanneer een werknemer ontslagen wordt, kan de werknemer mogelijk een ontslagvergoeding krijgen. Werknemer en werkgever kunnen zelf afspraken maken over de hoogte van de ontslagvergoeding, of er kan gebruik worden gemaakt van de zogenaamde kantonrechterformule. Als dit zo is, kan dit gezien worden als een (eenmalige) inkomstenbron bij de overstap naar het ondernemerschap. Ook kan er sprake zijn van een sociaal plan waarin afspraken zijn gemaakt over de (financiële) ondersteuning van ontslagen personeel dat wil starten als ondernemer. Dit verlaagt dus de direct opportunity costs. Daarbij past wel de kanttekening dat in deze situaties push-factoren de belangrijkste motivatie vormen om te starten. Voorts is het van belang op te merken dat we binnen de direct opportunity costs geen rekening houden met het risico dat ontslag/te weinig klanten/etc. daadwerkelijk plaatsvindt, en dus ook niet met de (toekomstige) kosten die hieraan verbonden zijn. 3.3 Heffingen Ondernemersfaciliteiten Ondernemers kunnen gebruik maken van een groot aantal fiscale ondernemersfaciliteiten, die gerelateerd zijn aan de activiteiten voor het eigen bedrijf. Het gebruik van deze ondernemersfaciliteiten verlaagt het belastbaar inkomen en leidt tot een verlaging van de af te dragen belasting. De belangrijkste faciliteiten zijn de zelfstandigenaftrek (en eventueel de startersaftrek) en de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). De zelfstandigenaftrek kent meerdere doelen, waarvan de belangrijkste is dat het tegemoetkomt aan de specifieke kenmerken van het ondernemersinkomen (zowel consumptie- als investeringsfunctie). De KIA is in het leven geroepen om investeringen van een beperkte omvang te bevorderen. Beide faciliteiten betreffen een vermindering op de te belasten winst onder bepaalde voorwaarden 1. Werknemers hebben vanzelfsprekend niet de beschikking over deze ondernemersfaciliteiten. Bij de overgang van werknemerschap naar ondernemerschap ontstaat zodoende een financieel voordeel (via de fiscus). Om dit voordeel te bepalen moet het netto-effect worden berekend van het gebruik van de ondernemersfaciliteiten (hoe vertaalt het gebruik ervan zich in de hoogte van het besteedbaar inkomen). Dit element verlaagt de totale direct opportunity costs Belasting c.q. premies volksverzekeringen Als werknemer moet men loonheffing betalen aan de belastingdienst. Als ondernemer moet men inkomstenbelasting betalen. Daarnaast moet iedere Nederlander premies afdragen voor de nationale volksverzekeringen (AOW, ANW, AWBZ en de AKW). Niet iedereen die zichzelf als ondernemer beschouwt, is ook in de ogen van de belastingdienst ondernemer; hiervoor wordt door de Belastingdienst 1 Voor uitgebreide overzichten en evaluatie van de diverse ondernemersfaciliteiten, zie Vroonhof e.a., 2005, en Folkeringa en De Jong (2007). 13

14 gekeken naar verscheidene criteria als winst, zelfstandigheid, kapitaal en reikwijdte opdrachtgevers Informatiekosten Een werknemer die besluit om een eigen bedrijf te beginnen, krijgt te maken met allerlei verplichtingen waaraan hij als ondernemer moet voldoen. Met veel van deze verplichtingen had hij in het werknemerschap niet of nauwelijks te maken. Zowel aan het uitzoeken van de verplichtingen als aan het daadwerkelijk voldoen aan de verplichtingen, zijn tijd en kosten verbonden. Strikt genomen moeten deze kosten volgens de door ons gehanteerde definitie van direct opportunity costs worden meegenomen. Het betreft vooral 'hidden costs', die zich uiten in tijdsbesteding en niet zozeer in out-of-pocket costs. Met de gefaseerde afschaffing van de Vestigingswet zijn veel vestigingsvereisten komen te vervallen. Desondanks blijven er nog tal van verplichtingen over waarin de (aspirant)ondernemer zich moet verdiepen. Voorbeelden hiervan zijn inschrijving in het Handelsregister, aanmelden bij de Belastingdienst en het zich op de hoogte stellen van de fiscale wet- en regelgeving, regels voor het in dienst nemen van personeel etc. Daarnaast geldt voor specifieke branches of productgroepen verplichte deelname aan regelingen, bijvoorbeeld op pensioengebied of (verplichte) aanmelding bij een bedrijfs- of productschap. Ondernemers met horecabedrijven moeten wel de beschikking hebben over verplichte vergunningen volgens de Drank- en Horecawet. Soms zijn hieraan expliciete kosten verbonden. Naast de financiële kosten is er ook tijd verbonden aan het inwinnen van informatie. Indien ondernemers voor bepaalde ondernemerszaken een (financieel) adviseur in de arm nemen, moeten de kosten hiervan ook tot de direct opportunity costs worden gerekend. 3.5 Sociale zekerheid Inkomen voor de korte termijn Zwangerschaps- en bevallingsuitkering Een zwangerschapsuitkering voor een werknemer duurt minimaal 16 weken. De uitkering kan ingaan tussen 4 en 6 weken voor de uitgerekende bevallingsdatum. Een werknemer kan zelf bepalen op welke dag binnen deze periode de uitkering begint. In juni 2008 is de regeling Zelfstandig en Zwanger (ZEZ) ingevoerd. In deze regeling is geregeld dat zelfstandigen recht hebben op een zwangerschaps- en bevallingsuitkering. Deze regeling is een onderdeel van de Wet Arbeid en Zorg (WAZO). De uitkering is nooit hoger dan het minimuminkomen, tenzij de ondernemer ook een vrijwillige verzekering bij het UWV heeft afgesloten. Zelfstandigen die minstens uur werken krijgen een uitkering op dit niveau. Voor zelfstandigen die minder dan uur werken, hangt de uitkering af van de 1 Zie: rworden-02.html ( ). 14

15 winst/inkomsten. De uitkering duurt minimaal 16 weken. Aangezien hier geen aparte premie voor betaald hoeft te worden, heeft dit geen invloed op de direct opportunity costs. Kijken we alleen naar de zwangerschapsuitkering, dan treden er dus geen direct opportunity costs op. Dat is alleen het geval wanneer de zwangerschapsuitkering gecombineerd is met de vrijwillige verzekering van het UWV (hierover meer verder in deze paragraaf). Werkloosheidsuitkering Werknemers lopen het risico dat zij hun baan verliezen, in een situatie van werkloosheid belanden en daarmee het inkomen verliezen dat zij in die baan verwerven. De Werkloosheidswet (WW) verzekert de werknemer tegen de financiële gevolgen van werkloosheid. Bij werkloosheid heeft de werknemer recht op een uitkering op basis van de WW, waarbij de hoogte van de uitkering afhankelijk is van het arbeidsverleden, en waarvoor de werknemer premie afdraagt. Voor de ondernemer komt het risico op werkloosheid met name voort uit te weinig werk en (gedwongen) bedrijfsbeëindiging. Het UWV biedt geen vrijwillige WW-verzekering aan. Inkomstenverlies door een afname in werk wordt gezien als een ondernemersrisico 1. Er is voor ondernemers ook geen mogelijkheid om zichzelf (particulier) te verzekeren tegen het risico van 'geen werk'. Zij betalen dus ook geen premie om dit risico af te dekken. Bij de directe overgang van het werknemerschap naar het ondernemerschap ontstaat dus in eerste instantie een positief effect op het inkomen: immers het totaal aan af te dragen premies voor inkomensverzekeringen wordt verlaagd, en daarmee de direct opportunity costs. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat wanneer er zich voor de ondernemer daadwerkelijk een situatie van 'geen werk' voordoet, de ondernemer niet kan bogen op een uitkering van een verzekering. Een uitzondering hierop is wanneer de desbetreffende ondernemer eerder ontslagen is en op grond hiervan nog recht heeft op een WW-uitkering. Ziekte-uitkering Zowel werknemers als ondernemers lopen het risico dat ze als gevolg van ziekte geen inkomen kunnen verwerven via hun arbeid. Dit kan een paar dagen zijn, maar ook een langere periode. Werknemers hebben recht op doorbetaling van het loon op basis van de Wet Uitbreiding Loondoorbetalingsplicht Bij Ziekte (WULBZ) en de Wet Verlenging Loondoorbetalingsverplichting Bij Ziekte (VLZ). De werkgever is wettelijk verplicht het eerste ziektejaar ten minste zeventig procent van het loon door te betalen. De loondoorbetaling kent een wettelijk vastgesteld maximum. Dit geldt ook voor het tweede ziektejaar. Over twee ziektejaren betaalt de werkgever, inclusief eventuele aanvullingen, maximaal 170 procent van het laatstverdiende loon. Na deze periode (104 weken) wordt de ziekte 1 Vossen en Bouwmeester (2002) noemen de Bbz als regeling die voor zelfstandigen (zonder personeel) het risico van geen werk kan afdekken. Dit lijkt niet helemaal juist, aangezien het een regeling is die voorziet in inkomenssteun voor zelfstandigen met financiële problemen. Dat is veel breder gedefinieerd dan 'geen werk'; dat kan bijvoorbeeld ook liggen aan lage winstmarges en hoge kosten waardoor de uiteindelijke winst uit onderneming tegenvalt. In principe gaat het om een tijdelijke regeling (lening en/of uitkering). 15

16 verder als arbeidsongeschiktheid gezien (zie verder in deze paragraaf onder de sociale zekerheid voor de middellange termijn). Voor de zelfstandige ondernemer bestaat een dergelijke voorziening niet. Wel bestaat voor hem de mogelijkheid om bij het UWV een vrijwillige Ziektewetverzekering af te sluiten voor de eerste 104 weken ziekte 1. Een ondernemer kan er ook voor kiezen om een particuliere verzekering af te sluiten. De verschillende manieren waarop werknemers en ondernemers zich laten verzekeren voor inkomstenderving als gevolg van ziekte leiden tot direct opportunity costs indien een werknemer de overstap maakt naar het ondernemerschap. Als de werknemer die ondernemer wordt een verzekering afsluit (vrijwillig bij UWV of particulier), worden de direct opportunity costs verhoogd met het premiebedrag van deze verzekering. Immers, een werknemer hoeft geen premie af te dragen voor de uitkering bij eventuele ziekte. Dat geldt overigens wel voor zijn of haar werkgever Inkomen voor de middellange termijn Naast ziekte is ook (langdurige) arbeidsongeschiktheid een belangrijk risico waarmee werknemers en ondernemers te maken hebben. Een werknemer is via de werknemersverzekeringen verplicht verzekerd binnen de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). De werknemer kan zich aanvullend particulier laten verzekeren, bijvoorbeeld om het inkomen aan te vullen in geval van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. De WIA voorziet vooral in een redelijke uitkering voor mensen die volledig arbeidsongeschikt worden verklaard. De werknemer betaalt hiervoor geen premie, zijn of haar werkgever wel. Zelfstandigen zijn sinds de afschaffing van de WAZ aangewezen op de vrijwillige WIA-verzekering die door het UWV wordt aangeboden 2, of op het afsluiten van een particuliere verzekering tegen inkomensderving als gevolg van arbeidsongeschiktheid. Er ontstaan vooral direct opportunity costs wanneer de werknemer de overstap naar het ondernemerschap maakt en een particuliere verzekering afsluit voor de inkomensgevolgen van arbeidsongeschiktheid. Indien de nieuwe ondernemer voldoet aan de voorwaarden om een vrijwillige verzekering bij het UWV af te sluiten en besluit dit ook te doen, zullen er ook direct opportunity costs optreden. Voor de vergelijking van premies tussen WIA en particulier is het van belang om van een vergelijkbare dekkingsgraad uit te gaan Inkomen voor de lange termijn Oudedagsvoorziening Zowel werknemers als ondernemers moeten een oudedagsvoorziening opbouwen om zichzelf van een inkomen te voorzien voor de periode dat ze te oud zijn om te kunnen/willen werken. In Nederland is het pensioenstelsel gestoeld op drie pijlers. 1 Hiervoor gelden wel een aantal voorwaarden. Zie ( ). 2 Hierbij gelden grotendeels dezelfde voorwaarden als bij de verplichte WIA-verzekering voor werknemers (zie paragraaf 3.5.1). 16

17 De eerste pijler is een basispensioen, door de staat geregeld. Op 65-jarige leeftijd ontvangt iedere inwoner van Nederland een uitkering uit de Algemene Ouderdomswet (AOW). Iedere inwoner draagt premie af voor de financiering daarvan. De tweede pijler is een secundaire arbeidsvoorwaarde (uitgesteld loon) die een aanvullend pensioen opbouwt tot de fiscaal toegestane grens (maximaal). Pensioen in de tweede pijler wordt altijd opgebouwd in de relatie werkgeverwerknemer. In Nederland wordt de tweede pijler pensioenregeling vaak verplicht gesteld in de CAO en opgebouwd bij een pensioenfonds of pensioenverzekeraar, waaraan de werkgever, of werkgever en werknemer beiden premie betalen. De derde pijler is vrijwillig. Als aanvulling op de eerste twee pijlers kan iemand extra maatregelen treffen om te zorgen dat hij of zij op zijn oude dag een goed inkomen heeft. Het gaat in feite om commerciële spaarproducten met fiscale concessies en beperkingen. Zelfstandigen kunnen een pensioenvermogen opbouwen binnen de Fiscale Oudedagsreserve (FOR). Deze is in het leven geroepen om voor zelfstandigen de mogelijkheid te creëren binnen hun onderneming te sparen voor de oudedag. Analoog aan de situatie die geldt voor werknemers wordt pas afgerekend als de gelden uiteindelijk via een jaarlijkse lijfrente uitgekeerd worden. Een zelfstandige kan 12 procent van de winst aan de reserve doteren, met een maximum. Veel ondernemers zien daarnaast de (verkoop)waarde van hun onderneming als hun pensioenvoorziening. Een overstap van werknemerschap naar ondernemerschap heeft grote gevolgen voor de pensioenvoorziening. Uiteraard blijft de eerste pijler, de AOWverzekering, ongewijzigd aangezien het om een volksverzekering gaat. Maar de pensioenregeling die tussen werkgever en werknemer wordt geregeld, komt te vervallen. Daarom hangt veel af van de individuele regelingen die de ondernemer kan treffen met particuliere (pensioen)verzekeraars, en in hoeverre hij gebruik maakt van de FOR om een pensioenvermogen op te bouwen. Voor een aantal beroepsgroepen is deelname van zelfstandigen aan een bedrijfstakpensioenfonds verplicht. Dit geldt met name voor zelfstandigen in de bouw. Naast de bedrijfstakpensioenfondsen bestaan er ook beroepspensioenfondsen, die vrijwel altijd verplicht zijn voor zelfstandigen. Dit betreft vooral de vrijeberoepsbeoefenaren in de zorg (medisch specialisten), in het notariaat en de beroepen in kunst en cultuur. Sterk gegeneraliseerd kan gesteld worden dat de direct opportunity costs omlaag gaan als geen regeling ter aanvulling op de AOW getroffen is (het inkomen op lange termijn, de pensioenuitkering, blijft hier buiten beschouwing). Bij een regeling voor een pensioen op gelijk niveau zullen de kosten meestal omhoog gaan, en de direct opportunity costs dus toenemen. Sparen voor langetermijndoeleinden Werknemers hebben de mogelijkheid om een deel van hun brutosalaris te sparen voor langetermijndoeleinden. De belangrijkste regelingen zijn de levensloop- en de spaarloonregeling. Binnen de regelingen kunnen jaarlijks bedragen opzij worden gezet, waarover geen belasting hoeft te worden afgedragen. De levensloopregeling is per 1 januari 2006 ingevoerd en biedt werknemers de mogelijkheid 17

18 om jaarlijks tot 12 procent van het brutoloon belastingvrij te sparen om in de toekomst een periode van onbetaald verlof te financieren (bijvoorbeeld voor langdurend zorgverlof, sabbatical, ouderschapsverlof, prepensioen etc.). De loonbelasting en de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet hoeven pas te worden betaald als de gespaarde tegoeden worden opgenomen. De inleg en het beheer van het spaarvermogen worden ondergebracht bij een financiële dienstverlener (verzekeraar, bank, pensioenfonds, beheerder van een beleggingsinstelling etc.). Over de inleg op de levensloopregeling worden wel premies werknemersverzekeringen ingehouden. Daarnaast bestaat er een belastingkorting die wordt verschaft bij de opname van het tegoed voor de financiering van onbetaald verlof. Naast de levensloopregeling bestaat voor werknemers ook de mogelijkheid om aan de spaarloonregeling deel te nemen. Het karakter van beide regelingen verschilt. Bij de spaarloonregeling wordt niet voor een bepaald doel gespaard; het geld kan overal voor worden gebruikt. Het tegoed van de levensloopregeling mag alleen worden gebruikt om verlof te financieren. Binnen de levensloopregeling kan jaarlijks meer geld worden gespaard dan bij de spaarloonregeling. Sinds de invoering van de levensloopregeling zijn werknemers verplicht om jaarlijks te kiezen voor deelname aan óf de levensloopregeling óf de spaarloonregeling. Het is niet mogelijk om in beide regelingen tegelijkertijd geld in te leggen. Ondernemers kunnen geen gebruik maken van dergelijke regelingen om belastingvrij voor specifieke doeleinden te sparen. Zij zullen zelf iets moeten regelen, bijvoorbeeld bij particuliere verzekeraars en financiële instellingen. Uit onderzoek blijkt dat onder startende ondernemers 22% en onder niet-startende ondernemers 16% verwacht aan de levensloopregeling deel te nemen, indien deze zou worden opengesteld voor zelfstandigen. 1 Zowel veel starters als niet-starters geven daarbij aan de levensloopregeling te willen gebruiken om eerder met pensioen te kunnen gaan. Bij de overgang van werknemerschap naar ondernemerschap ontstaan direct opportunity costs, indien de werknemer gebruik maakt van (een van) de genoemde regelingen. Deze komen grosso modo neer op het gemiste belastingvoordeel enerzijds en het niet langer afdragen van inleg anderzijds Zorg Kinderopvang Op 1 januari 2007 is een verplichte werkgeversbijdrage aan de kosten voor de kinderopvang ingevoerd. De overheid verstrekt de werkgeversbijdrage voor kinderopvang aan ouders. Werknemers met kinderen ontvangen via de Belastingdienst een vaste inkomensonafhankelijke toeslag van een derde deel van de kosten van de kinderopvang. Daarnaast krijgen ouders ook een inkomensafhankelijke toeslag van de overheid. Werkgevers dragen bij aan de vaste toeslag via een wettelijke opslag op de sectorpremie. Het als premie af te dragen percentage van het loon wordt verhoogd met dat van de kinderopvangheffing. 2 1 Zie Westhof e.a., Een werkgever betaalt deze heffing over de totale loonsom, dus voor zowel werknemers met kinderen als voor werknemers zonder kinderen. 18

19 In principe verschilt de toeslag niet wezenlijk voor werknemers en zelfstandigen. Voor zelfstandigen wordt het inkomensafhankelijke deel van de kinderopvangtoeslag door de overheid vergoed. Toch werkt de regeling iets anders uit voor beide groepen. Dat komt door de inkomenstoets. Bij zelfstandigen gebeurt de toekenning aan de hand van het definitief vastgestelde belastbaar inkomen, terwijl bij werknemers de heffing over het premieloon wordt geheven. Dat betekent dat zelfstandigen over het algemeen een hogere tegemoetkoming krijgen dan werknemers bij een vergelijkbaar bruto-inkomen. Dit komt doordat de meeste zelfstandigen gebruik kunnen maken van een aantal fiscale faciliteiten (waarvan de zelfstandigenaftrek de belangrijkste is) waardoor het belastbaar inkomen gedrukt wordt. Bij deze post zal voor de (ex-)werknemer dus een financieel voordeel ontstaan in de nieuwe situatie als ondernemer. Hierdoor worden de totale direct opportunity costs verlaagd. Ziektekosten Elke inwoner van Nederland is sinds 1 januari 2006 verplicht verzekerd voor ziektekosten binnen de Zorgverzekeringswet (ZVW). Het pakket van de ZVW correspondeert min of meer met dat van de Ziekenfondswet (ZFW) en de Wet op de toegang tot de ziektekostenverzekering (WTZ), en wordt door de overheid bepaald. Daarnaast bestaat de mogelijkheid tot aanvullende verzekering voor behandelingen die buiten de zorgverzekering vallen. Premieplichtigen hebben te maken met inkomensafhankelijke bijdragen en nominale premies. De nominale premie is voor iedere volwassene min of meer gelijk, maar de exacte hoogte van de nominale premie wordt door elke verzekeringsmaatschappij afzonderlijk vastgesteld. Dit leidt tot enig verschil in premiehoogte. Personen jonger dan 18 jaar zijn verplicht verzekerd, maar voor hen hoeft geen premie te worden afgedragen. De inkomensafhankelijke bijdrage (6,5% in 2007) wordt geheven over het premieplichtig inkomen voor de ZVW tot aan de maximum premieinkomensgrens. In principe wordt deze premie betaald door de werkgever, maar de belastingdienst ziet de premie als loon, waardoor de werknemer loonbelasting en premies volksverzekeringen hierover moet betalen. Personen voor wie de premie in verhouding tot hun inkomen een te zware last vormt, kunnen in aanmerking komen voor de zorgtoeslag. De hoogte van de zorgtoeslag is afhankelijk van de financiële draagkracht van het huishouden, met een onderscheid tussen alleenstaanden en meerpersoonshuishoudens. Bij de overgang van werknemerschap naar ondernemerschap ontstaan direct opportunity costs voor de nieuwe ondernemer. Voor het pakket dat binnen de ZVW geldt, gaat het dan om de inkomensafhankelijke bijdrage. De nominale premie is in principe voor iedereen een vergelijkbaar bedrag. De inkomensafhankelijke bijdrage echter wordt voor de werknemer betaald door de werkgever. 1 Voor de werknemer komen, zoals gezegd, de kosten neer op een verhoging van belasting- en premieafdracht. De zelfstandige ondernemer moet zelf de inkomensafhankelijke bijdrage betalen, naast de nominale premie. Hij is immers zowel werkgever als werknemer. Overigens geldt voor zelfstandigen wel een lagere inkomensafhankelijke bijdrage: dit was 5,1% in Voor uitkeringsgerechtigden geldt dat de inkomensafhankelijke bijdrage door de uitkeringsinstantie wordt betaald. 19

20

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid Peter Brouwer Zoetermeer, april 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

MKB-index april 2017

MKB-index april 2017 MKB-index april 2017 Zoetermeer, 4 mei 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland Personeelsmonitor Provincies Benchmarkrapport Zoetermeer, oktober 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

De oudere starter in Nederland Quick Service

De oudere starter in Nederland Quick Service De oudere starter in Nederland Quick Service Heleen Stigter Zoetermeer, januari 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie

Nadere informatie

Levensloopregeling Informatie voor werknemers

Levensloopregeling Informatie voor werknemers Levensloopregeling Informatie voor werknemers Levensloopregeling Met de levensloopregeling kunnen werknemers een deel van hun brutosalaris sparen. Dit spaargeld kan worden gebruikt voor een periode van

Nadere informatie

Sociale zekerheid in de crisis

Sociale zekerheid in de crisis M201003 Sociale zekerheid in de crisis drs. M.E. Winnubst Zoetermeer, 26 februari 2010 Sociale zekerheid in de crisis Een ondernemer kan vanwege verschillende oorzaken een inkomensterugval meemaken. Zwangerschap,

Nadere informatie

De stand van Mediation in Nederland

De stand van Mediation in Nederland De stand van Mediation in Nederland drs. R.J.M. Vogels Zoetermeer, 17 november 2011 In opdracht van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus.

Nadere informatie

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage drs. C.M. Wiggers Zoetermeer, augustus 2003 Nummer: M200304 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij EIM. Het gebruik van cijfers en/of teksten

Nadere informatie

Levensloopregeling. Spaar voor uw verlof

Levensloopregeling. Spaar voor uw verlof Levensloopregeling Spaar voor uw verlof De Levensloopregeling Spaar voor uw verlof Nederland verandert. Non stop werken tot aan ons pensioen is niet meer vanzelfsprekend, we willen werk kunnen combineren

Nadere informatie

Zoetermeer, 28 februari 2018

Zoetermeer, 28 februari 2018 Cliëntenaudit BWRI Zoetermeer, 28 februari 2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

BNA Conjunctuurmeting

BNA Conjunctuurmeting BNA Conjunctuurmeting September 2011 Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten Jollemanhof 14 Postbus 19606 1000 GP Amsterdam T 020 555 36 66 F 020 555 36

Nadere informatie

De Levensloopregeling

De Levensloopregeling De Levensloopregeling De meest gestelde vragen Januari 2007 7.0093ML /GW De Levensloopregeling De meest gestelde vragen Het belang van een goede regeling Wellicht wilt u binnenkort een lange reis maken,

Nadere informatie

Werken na het bereiken. gerechtigde leeftijd. het bereiken. leeftijd. Deze brochure is een samenwerkingsproduct van:

Werken na het bereiken. gerechtigde leeftijd. het bereiken. leeftijd. Deze brochure is een samenwerkingsproduct van: Werken na Werken na het bereiken het bereiken van de van de pensioenpensioengerechtigde gerechtigde leeftijd leeftijd Deze brochure is een samenwerkingsproduct van: Inleiding Werken na het bereiken van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Naar Werk Meetjaar 2017/2018 Zoetermeer, 4-5-2018 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) prognose 2006 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2007 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Van goede naar betere dienstverlening Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds Inge van den Ende, Mandy Goes en Roxanne de Vreede Zoetermeer, 26 april 2018 De

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Cliëntenaudit Bureau ABC

Cliëntenaudit Bureau ABC Cliëntenaudit Bureau ABC 2014 Zoetermeer 17 april 2015 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Uitgevoerd in opdracht van Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies Zoetermeer, 17 september 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

De Watersector Exportindex (WEX)

De Watersector Exportindex (WEX) De Watersector Exportindex (WEX) Prognose 2005 drs. P. Gibcus drs. W.H.J. Verhoeven Zoetermeer, februari 2006 Dit onderzoek is gefinancierd door het programma Partners voor Water. De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

Het spaargeld uit de levensloopregeling kunt u gebruiken om de periode van onbetaald verlof te financieren.

Het spaargeld uit de levensloopregeling kunt u gebruiken om de periode van onbetaald verlof te financieren. Levensloop. Wat is levensloop? De levensloopregeling (of: levensloop) is een fiscale regeling die vanaf 1 januari 2006 in Nederland bestaat om het sparen voor een vervangend inkomen tijdens een periode

Nadere informatie

Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse

Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse Minirapportage ir. C.C. van de Graaff drs. W.H.J. Verhoeven drs. P. Vroonhof K. Bakker Zoetermeer, 18 september 2002 Dit onderzoek is uitgevoerd

Nadere informatie

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016 Uitgave januari 2016 Rapport uitgebracht aan: Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart W. van der Geest C11540/2016/0188 Zoetermeer, 29 januari 2016

Nadere informatie

Effecten invoering nieuwe ziektekostenstelsel 2006

Effecten invoering nieuwe ziektekostenstelsel 2006 Effecten invoering nieuwe ziektekostenstelsel 2006 Gevolgen voor de werkgeversbijdrage voor het MKB en het grootbedrijf M. Folkeringa P.J.M. Vroonhof Zoetermeer, 30 december 2003 Bestelnummer: M200311

Nadere informatie

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden Informatie voor werknemers

Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden Informatie voor werknemers Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden Informatie voor werknemers Stel: u wilt meer tijd om voor uw kinderen te zorgen. Of u wilt fiscaal voordelig een opleiding volgen. Of u wilt spaarverlof opbouwen om

Nadere informatie

ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en de spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels.

ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en de spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels. ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en de spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels. Gemakkelijker kiezen tussen twee goede regelingen De overheid stelt werknemers

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Tevredenheidsonderzoek Heliomare Tevredenheidsonderzoek Heliomare Werkfit maken Meetjaar 207/208 Zoetermeer, 4-5-208 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting Aanscherpingen glijdende schaal Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen Samenvatting WODC, Ministerie van Veiligheid en Justitie 2014 Drs. Zosja Berdowski; Ir. Alexandra Vennekens

Nadere informatie

Vrijwillige verzekering binnenland

Vrijwillige verzekering binnenland uwv.nl werk.nl Vrijwillige verzekering binnenland Informatie over vrijwillig verzekeren voor Ziektewet, WIA, WAO en WW Wilt u meer weten? Deze brochure geeft algemene informatie. Wilt u na het lezen meer

Nadere informatie

BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten

BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten Aan de heer Groot is toegezegd om informatie te verstrekken over verschillen tussen het brutonettotraject van ondernemers en werknemers. 1 Aannames Een vergelijking van

Nadere informatie

Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer. Een aandeel in elkaar

Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer. Een aandeel in elkaar Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer Een aandeel in elkaar Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer U heeft een onderneming en met de opbrengsten kunnen

Nadere informatie

Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht

Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht Paragraaf 14.1 1. Overzicht van de Nederlandse sociale zekerheid a. Op welke wijze is het Nederlandse sociaal zekerheidsstelsel in te delen? b. Noem de organisaties

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015 Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar René Vogels Zoetermeer, 10 april De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen,

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

Van baan naar eigen baas

Van baan naar eigen baas M200912 Van baan naar eigen baas drs. A. Bruins Zoetermeer, juli 2009 Van baan naar eigen baas Ruim driekwart van de ondernemers die in de eerste helft van 2008 een bedrijf zijn gestart, werkte voordat

Nadere informatie

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht Premies per 1 januari 2012 Volksverzekeringen (premieafdracht aan Belastingdienst) premie % AOW ANW AWBZ werkgever - - - werknemer 17,91

Nadere informatie

Kengetallen ondernemerschap

Kengetallen ondernemerschap Kengetallen ondernemerschap Tabellenboek drs. N.G.L. Timmermans R. in 't Hout K. Bakker drs. W. H.J. Verhoeven Zoetermeer, 14 augustus 2009 Dit onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van Economische

Nadere informatie

4.1 Klaar met de opleiding

4.1 Klaar met de opleiding 4.1 Klaar met de opleiding 1. Werken in loondienst - Bij een bedrijf of bij de overheid (gemeente, provincie, ministerie); - Je krijgt loon/salaris; - Je hebt een bepaalde zekerheid, dat je werk hebt,

Nadere informatie

Ik ben zelfstandige en zwanger

Ik ben zelfstandige en zwanger uwv.nl werk.nl Ik ben zelfstandige en zwanger Uw inkomen bij zwangerschap en bevalling Wilt u meer weten? Deze brochure geeft algemene informatie. Wilt u na het lezen preciezer weten wat voor u in uw situatie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV

Tevredenheidsonderzoek 2015. AM Werk Reïntegratie BV Tevredenheidsonderzoek 2015 AM Werk Reïntegratie BV Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van AM Werk Reïntegratie BV De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Ik ben zwanger en zelfstandige. Uw inkomen bij zwangerschap en bevalling

Ik ben zwanger en zelfstandige. Uw inkomen bij zwangerschap en bevalling Ik ben zwanger en zelfstandige Uw inkomen bij zwangerschap en bevalling Re-integratie en tijdelijk inkomen Vanuit de gedachte Werk boven Uitkering stimuleert UWV deelname aan het arbeidsproces. Is werken

Nadere informatie

Levensloopregeling vanaf 2013. Opnemen of doorsparen?

Levensloopregeling vanaf 2013. Opnemen of doorsparen? Levensloopregeling vanaf 2013. Opnemen of doorsparen? Inhoud Algemene uitleg levensloop...1 Levenslooptegoed op 31 december 2011 van minder dan 3.000...1 Levenslooptegoed op 31 december 2011 van 3.000

Nadere informatie

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012 Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012 drs. K.L. Bangma drs. A. Bruins drs. D. Snel drs. N. Timmermans Zoetermeer, 5 juli 2013 Rapportnummer : A201337 Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Accessio Inburgering Zoetermeer, woensdag 5 augustus 2015 In opdracht van Accessio Inburgering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Tevredenheidsonderzoek 2012 Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Zoetermeer, maandag 4 februari 2013 In opdracht van Jobcoach organisatie Trace Daelzicht De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels.

ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels. ABN AMRO. Kiezen tussen levensloopregeling en spaarloonregeling. Alle informatie in één oogopslag. Mét fiscale spelregels. Gemakkelijker kiezen tussen twee goede regelingen De overheid stelt werknemers

Nadere informatie

Advieswijzer Werken als zzp'er

Advieswijzer Werken als zzp'er Advieswijzer Werken als zzp'er Publicatiedatum: 21-07-2015 De zzp er staat volop in de belangstelling, met name de fiscale behandeling van de zzp er en daaraan gekoppeld de vraag of de zzp er zelfstandige

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company Tevredenheidsonderzoek 2014 Jobcoach Company Zoetermeer, vrijdag 13 februari 2015 In opdracht van Jobcoach Company De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Effecten BTW-verandering op het. gedrag van consumenten in de. Schilders- en stukadoorsbranche. drs. K.L. Bangma drs. D. Snel

Effecten BTW-verandering op het. gedrag van consumenten in de. Schilders- en stukadoorsbranche. drs. K.L. Bangma drs. D. Snel Effecten BTW-verandering op het gedrag van consumenten in de Schilders- en stukadoorsbranche drs. K.L. Bangma drs. D. Snel Zoetermeer, 23 maart 2012 Dit onderzoek is gefinancierd door CNV Vakmensen, FNV

Nadere informatie

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2014 René Vogels Zoetermeer, 22 april 2014 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning

Nadere informatie

Vrijwillige verzekering binnenland. Informatie over vrijwillig verzekeren voor de Ziektewet, WIA, WAO en WW

Vrijwillige verzekering binnenland. Informatie over vrijwillig verzekeren voor de Ziektewet, WIA, WAO en WW Vrijwillige verzekering binnenland Informatie over vrijwillig verzekeren voor de Ziektewet, WIA, WAO en WW Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als

Nadere informatie

Bouwers en hun gemeente

Bouwers en hun gemeente Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 1 2 Bouwers en hun gemeente E e n pe iling in de aanloop naar de Gemeenteraadsverkiezinge n 2014 drs. Pim van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V. Tevredenheidsonderzoek 2015 Wajong Talenten B.V. Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Wajong Talenten B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB Tevredenheidsonderzoek 2015 Fox AOB Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Fox AOB De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport Tevredenheidsonderzoek ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport In opdracht van ROC Drenthe College Zoetermeer, donderdag 22 maart 2018 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Sinds 1 januari 2013 mag uw werknemer bij een levenslooptegoed van of meer het levenslooptegoed ook opnemen voor andere doeleinden dan verlof.

Sinds 1 januari 2013 mag uw werknemer bij een levenslooptegoed van of meer het levenslooptegoed ook opnemen voor andere doeleinden dan verlof. Levensloopregeling Inhoud Algemene uitleg levensloop... 1 Gegevens vastleggen voor levensloopregeling... 2 Belasting- en premieheffing levensloopregeling... 3 Voorbeeld 12% levensloopinleg... 4 Voorbeeld

Nadere informatie

3 Wettelijk kader voor zzp ers en werknemers

3 Wettelijk kader voor zzp ers en werknemers WETTELIJK KADER VOOR ZZP ERS EN WERKNEMERS 3 Wettelijk kader voor zzp ers en werknemers 3.1 Afbakening wettelijk kader en definiëring In de adviesaanvraag vraagt het kabinet het bestaande wettelijk kader

Nadere informatie

Advieswijzer. Werken als zzp er. 18-03-2016 Denk ondernemend. Denk Bol.

Advieswijzer. Werken als zzp er. 18-03-2016 Denk ondernemend. Denk Bol. Advieswijzer Werken als zzp er 18-03-2016 Denk ondernemend. Denk Bol. De zzp er staat volop in de belangstelling, met name de fiscale behandeling van de zzp er en de daaraan gekoppelde vraag of de zzp

Nadere informatie

Maak een nieuw dienstverband aan vanaf 1 maart. Dat doet u via Werknemers, Nieuw, en dan de middelste optie Maak een nieuw dienstverband voor :

Maak een nieuw dienstverband aan vanaf 1 maart. Dat doet u via Werknemers, Nieuw, en dan de middelste optie Maak een nieuw dienstverband voor : Ouderschapsverlof Inhoud Ouderschapsverlof vastleggen in Loon...1 Wat is ouderschapsverlof?...3 Hoe lang mag ik ouderschapsverlof opnemen?...4 Gevolgen voor uw socialezekerheidsrechten bij verlof...4 Ouderschapsverlof

Nadere informatie

Advieswijzer: Werken als zzp'er in 2016

Advieswijzer: Werken als zzp'er in 2016 Advieswijzer: Werken als zzp'er in 2016 De zzp er staat volop in de belangstelling, met name de fiscale behandeling van de zzp er en de daaraan gekoppelde vraag of de zzp er zelfstandige is of in loondienst.

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Zoetermeer, vrijdag 13 november 2015 In opdracht van Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Tour de Zorg Etappe 2: De Bergetappe

Tour de Zorg Etappe 2: De Bergetappe Assurantiekantoor Veltman presenteert: Tour de Zorg Etappe 2: De Bergetappe Solotour! Vandaag leggen we de 2 e etappe af. De bergetappe staat ons te wachten, een pittige dag dus, waarbij ons 3 cols (bergen)

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling

Tevredenheidsonderzoek 2015. Stap.nu Reïntegratie & Counseling Tevredenheidsonderzoek 2015 Stap.nu Reïntegratie & Counseling Zoetermeer, zaterdag 27 februari 2016 In opdracht van Stap.nu Reïntegratie & Counseling De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia.

Nadere informatie

Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer. Een aandeel in elkaar

Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer. Een aandeel in elkaar Uw advies over inkomen bij arbeidsongeschiktheid als ondernemer Een aandeel in elkaar Uw advies over inkomensrisico bij arbeidsongeschiktheid bij de Rabobank U heeft een onderneming en met de opbrengsten

Nadere informatie

De WGA-verzekering voor AGF Groothandel

De WGA-verzekering voor AGF Groothandel De WGA-verzekering voor AGF Groothandel Arbeidsongeschikt, wat nu? Het is belangrijk dat u goed op de hoogte bent van de risico s van inkomensterugval waar uw medewerkers mee te maken kunnen krijgen als

Nadere informatie

Wet uniformering loonbegrip

Wet uniformering loonbegrip Wet uniformering loonbegrip De Wet uniformering loonbegrip (WUL) gaat per 1 januari 2013 in. Dit brengt veranderingen met zich mee die u als werkgever wel op uw netvlies moet hebben staan. Het zogenoemde

Nadere informatie

Arbeidsongeschiktheid en je ZZP Pensioen

Arbeidsongeschiktheid en je ZZP Pensioen Arbeidsongeschiktheid en je ZZP Pensioen Wat is arbeidsongeschiktheid eigenlijk en wat betekent dat voor jou als zelfstandige? Wat kan je zelf regelen? Mag je geld uit je ZZP Pensioen halen om gaten op

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 De Nieuwe Werkgever Zoetermeer, dinsdag 4 augustus 2015 In opdracht van De Nieuwe Werkgever De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Bijlagen. Bijlage 1. Schematische weergave van de belangrijkste naoorlogse kostwinnersbepalingen in de sociale verzekeringen

Bijlagen. Bijlage 1. Schematische weergave van de belangrijkste naoorlogse kostwinnersbepalingen in de sociale verzekeringen Bijlagen Bijlage 1 Figuur B 1.1 Schematische weergave van de belangrijkste naoorlogse kostwinnersbepalingen in de sociale verzekeringen Werknemersverzekeringen WW (1952)* WAO (1967) ZW (1930) Kring van

Nadere informatie

Inhoud. 5.1 Als u particulier verzekerd bent 14 5.2 Als u ziekenfondsverzekerd bent 15 5.3 Als u meeverzekerd bent bij uw partner 16

Inhoud. 5.1 Als u particulier verzekerd bent 14 5.2 Als u ziekenfondsverzekerd bent 15 5.3 Als u meeverzekerd bent bij uw partner 16 Inhoud 1 Voor wie is deze brochure? 4 2 De ziekenfondsverzekering voor zelfstandigen 6 3 Voorwaarden voor ziekenfondsverzekering in 2004 7 3.1 Drijft u in 2004 feitelijk voor eigen rekening een onderneming?

Nadere informatie

7.7. Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni keer beoordeeld

7.7. Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni 2012 7.7 6 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Brutoloon Het brutoloon is het loon dat de werknemer ontvangt van zijn werkgever. Van dit loon worden

Nadere informatie

Vrijwillige verzekering binnenland. Informatie over vrijwillig verzekeren voor Ziektewet, WIA, WAO en WW

Vrijwillige verzekering binnenland. Informatie over vrijwillig verzekeren voor Ziektewet, WIA, WAO en WW Vrijwillige verzekering binnenland Informatie over vrijwillig verzekeren voor Ziektewet, WIA, WAO en WW Inhoud Waarom deze brochure? 2 Waarom zelf verzekeren? 2 Wanneer kunt u zich vrijwillig verzekeren?

Nadere informatie

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012 Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli 2012 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk

Nadere informatie

Benchmark klanten Qredits

Benchmark klanten Qredits Benchmark klanten Qredits Lia Smit Zoetermeer, maart 2013 Rapportnummer: A201308 Dit onderzoek is mede gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl). Voor alle

Nadere informatie

Wet Uniformering Loonbegrip Per 1 januari 2013

Wet Uniformering Loonbegrip Per 1 januari 2013 Wet Uniformering Loonbegrip Per 1 januari 2013 Audit І Tax І Advisory Wet uniformering loonbegrip Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Huidige Loonbegrippen... 3 1.2 Nieuw loonbegrip... 3 2. Eigen bijdrage

Nadere informatie

Belastingplan 2012. Vs. 05-01-2012 1

Belastingplan 2012. Vs. 05-01-2012 1 Belastingplan 2012 - Wettelijk minimumloon per maand o 15 jr. 434,00 o 16 jr. 499,10 o 17 jr. 571,40 o 18 jr. 658,20 o 19 jr. 759,45 o 20 jr. 889,65 o 21 jr. 1.048,80 o 22 jr. 1.229,60 o 23 jr. e.o. 1.446,60

Nadere informatie

Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl)

Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl) Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl) Particulieren kunnen door de Regeling dienstverlening aan huis gemakkelijk iemand inhuren voor klussen in en om het huis. Zij hoeven voor deze huishoudelijke

Nadere informatie

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties Contributie beroepsorganisaties 44. Doel 2 4.1 Mogelijkheden 2 4.2 Inzet van bronnen 2 4.3 Arbeidsrechtelijke/CAO voorwaarden 2 4.4 Fiscale regelgeving 3 4.5 Fiscale gevolgen, gevolgen voor de zorgverzekering

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Hogeschool van Amsterdam Zoetermeer, woensdag 9 november 2016 In opdracht van Hogeschool van Amsterdam De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het

Nadere informatie

Let op! Hoe meer gebruikelijk loon u opneemt dan wel op moet nemen, hoe minder u profiteert van het lage tarief van de vennootschapsbelasting.

Let op! Hoe meer gebruikelijk loon u opneemt dan wel op moet nemen, hoe minder u profiteert van het lage tarief van de vennootschapsbelasting. De bv is in het mkb een populaire rechtsvorm, veelal vanwege fiscale motieven. Wat zijn deze fiscale motieven? Welke voor- en nadelen kleven er aan een dergelijke overstap en welke aspecten komen er nog

Nadere informatie

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Wat krijgt u in onze pensioenregeling? Hoe is uw pensioen geregeld? In dit Pensioen 1-2-3 leest u wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling. Pensioen 1-2-3 bevat geen persoonlijke informatie over uw pensioen. Die vindt u wel op www.mijnpensioenoverzicht.nl.

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2013-2014. Stichting ActiefTalent

Tevredenheidsonderzoek 2013-2014. Stichting ActiefTalent Tevredenheidsonderzoek 2013-2014 Stichting ActiefTalent Zoetermeer, donderdag 21 mei 2015 In opdracht van Stichting ActiefTalent De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau Tevredenheidsonderzoek 2010 / 2011 Olympia uitzendbureau Zoetermeer, donderdag 4 augustus 2011 In opdracht van Olympia uitzendbureau De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Hulp bij het invullen van de Jaarruimtetool

Hulp bij het invullen van de Jaarruimtetool Hulp bij het invullen van de Jaarruimtetool Wat is jaarruimte? De jaarruimte is het maximale bedrag dat u met belastingaftrek elk jaar opzij mag zetten voor het aanvullen van uw pensioen. Voor het berekenen

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok De verantwoordelijkheid voor de

Nadere informatie

Allianz Collectieve Overlijdensrisicoverzekering

Allianz Collectieve Overlijdensrisicoverzekering Allianz Nederland Levensverzekering N.V. Allianz Collectieve Overlijdensrisicoverzekering Een bijzondere arbeidsvoorwaarde met lage kosten Allianz Collectieve Overlijdensrisicoverzekering U zorgt op vele

Nadere informatie

Ziekte en arbeidsongeschiktheid: wat is er voor jou geregeld?

Ziekte en arbeidsongeschiktheid: wat is er voor jou geregeld? Ziekte en arbeidsongeschiktheid: wat is er voor jou geregeld? Toekomstplannen. Een andere woning, een verre reis of kinderen die gaan studeren. Je hebt uitdagend werk, een inkomen en ambities. Je moet

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014-2015. Staatvandienst B.V.

Tevredenheidsonderzoek 2014-2015. Staatvandienst B.V. Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 Staatvandienst B.V. Zoetermeer, donderdag 13 augustus 2015 In opdracht van Staatvandienst B.V. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van

Nadere informatie

Pensioenfonds Vopak Individueel pensioenbeleggen. Pagina. Bijna met pensioen

Pensioenfonds Vopak Individueel pensioenbeleggen. Pagina. Bijna met pensioen Pensioenfonds Vopak Individueel pensioenbeleggen Pagina Bijna met pensioen Voorwoord Misschien droomt u van verre reizen of heeft u straks eindelijk tijd om uw oude hobby weer op te pakken. Maar het kan

Nadere informatie