DIERGEDRAG IN ARTIS. Lespakket diergedrag voor bovenbouw vmbo ANTWOORDBLADEN

Transcriptie

1 DIERGEDRAG IN ARTIS Lespakket diergedrag voor bovenbouw vmbo ANTWOORDBLADEN Diergedrag in Artis, oktober 2008, update maart 2010

2 1.1 de zwarte kuifmakaak onze namen: V r a g e n 1. Je hebt een dier gekozen waarvan jullie denken dat het het dominante dier is. Hoe kun je zien dat de gekozen aap het dominante dier is? 2. Welke dieren zitten samen in een groep? A. alleen de vrouwtjes B. alleen de mannetjes C. mannetjes en vrouwtjes door elkaar K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 2 van 25

3 E t h o g r a m handeling code beschrijving P r o t o c o l 1 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e 0 sec. 20 sec. 40 sec. blz. 3 van 25

4 P r o t o c o l 2 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e 0 sec. 20 sec. 40 sec. blz. 4 van 25

5 1.2 het pinché-aapje onze namen: V r a g e n 1. Wat vond je van de pinché-aapjes toen je ze voor het eerst zag? 2. Kijken de aapjes elkaar aan? En zo ja, hoe hang duurt dat gemiddeld? 3. Hoe reageren de aapjes als een ander aapje schreeuwt? K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 5 van 25

6 E t h o g r a m handeling code beschrijving P r o t o c o l 1 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e 0 sec. 20 sec. 40 sec. blz. 6 van 25

7 P r o t o c o l 2 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e 0 sec. 20 sec. 40 sec. blz. 7 van 25

8 2.1 de dwergoeistiti onze namen: V r a g e n 1. Tel de dwergoeistiti s in het verblijf. Hoeveel zijn het er? 2. Is het gedrag van de dwergoeistiti s anders op de grond dan helemaal bovenin? En zo ja, wat zijn de verschillen? K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 8 van 25

9 E t h o g r a m handeling code beschrijving blz. 9 van 25

10 T e k e n i n g v a n v e r b l i j f ( d a t w o r d t o o k j e p r o t o c o l ) blz. 10 van 25

11 2.2 de grote katachtigen onze namen: V r a g e n 1. Welk dier heb je gekozen voor je eerste protocol? 2. Loopt het dier volgens een vaste route, of is die route steeds anders? 3. Heb je gezien dat het dier met urine of zweet zijn territorium markeerde? Zo ja, beschrijf dat gedrag. 4. Maakt het dier contact met soortgenoten in hetzelfde verblijf? Zo ja, beschrijf hoe dat contact er uit ziet. 5. Welk dier heb je gekozen voor je tweede protocol? blz. 11 van 25

12 K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 12 van 25

13 T e k e n i n g v a n v e r b l i j f 1 ( d a t w o r d t o o k j e p r o t o c o l ) blz. 13 van 25

14 T e k e n i n g v a n v e r b l i j f 2 ( d a t w o r d t o o k j e p r o t o c o l ) blz. 14 van 25

15 3.1 de mens onze namen: V r a g e n 1. Een kind van 5 jaar krijgt eten en drinken van zijn ouders. Hij of zij kan dat nog niet zelf regelen. Wat krijgt een kind allemaal nog meer van zijn ouders? 2. Praat een ouder op dezelfde manier met een kind van 2 5 jaar als met een kind van 7 10 jaar? Welke verschillen zijn er? 3. Mensen zorgen voor hun kinderen. Dieren ook. Soms doen ze dat op dezelfde manier. Bedenk twee voorbeelden van zorggedrag die zowel bij mensen als bij dieren voorkomt. K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 15 van 25

16 E t h o g r a m handeling code beschrijving blz. 16 van 25

17 P r o t o c o l 1. Het is een vader / moeder. Het kind is een jongen / meisje. 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e P r o t o c o l 2 Het is een vader / moeder. Het kind is een jongen / meisje. 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e blz. 17 van 25

18 3.2 de juweelwesp onze namen: V r a g e n 1. Hoeveel juweelwespen zijn er in het terrarium? 2. Zijn er ook kakkerlakken te zien? En zo ja, waar in het verblijf zijn ze? Bewegen ze nog? 3. Zoekt de juweelwesp aan een stuk door of vertoont zij ook nog ander gedrag? 4. Je hebt waarschijnlijk gezien dat de juweelwesp een kakkerlak aan het zoeken is. Hoe zoekt zij precies? A. de juweelwesp zoekt kris kras in het verblijf B. de juweelwesp zoekt volgens een soort patroon of systeem 5. Als je een patroon hebt ontdekt, hoe ziet dat patroon er dan uit? blz. 18 van 25

19 K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 19 van 25

20 E t h o g r a m handeling code beschrijving P r o t o c o l 1. 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e blz. 20 van 25

21 P r o t o c o l 2 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e blz. 21 van 25

22 3.3 de Japanse makaak onze namen: V r a g e n 1. Hoe reageert een jong dier op zijn moeder? 2. Hebben jonge dieren ook contact met elkaar of met andere volwassen apen? Zo ja, beschrijf wat er precies gebeurt. 3. Wat doen de jonge dieren vooral? 4. Op welke manieren probeert een moeder haar kind te beschermen? blz. 22 van 25

23 K l a d b l a a d j e b i j o b s e r v e r e n blz. 23 van 25

24 E t h o g r a m handeling code beschrijving P r o t o c o l 1. 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e blz. 24 van 25

25 P r o t o c o l 2 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e blz. 25 van 25