Concept Naar Implementatie van Zelfmanagement: Routekaart
|
|
- Renée Mulder
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Concept Naar Implementatie van Zelfmanagement: Routekaart Kerngroep Zelfmanagement, 21 maart 2012 Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding Doel van de routekaart Zelfmanagement is wenselijk Zelfmanagement is noodzakelijk Zelfmanagement is mogelijk Ingezette transitie versnellen 2. Zelfmanagement en ondersteuning van zelfmanagement Definitie zelfmanagement Zelfmanagement(ondersteuning) De ambitie van de kerngroep 3. Doelstelling en doelgroep van de routekaart Doelstelling Doelgroep Uitgangspunten 4. Activiteiten binnen de routekaart Pijler 1: Ontwikkelen en testen Pijler 2: Integreren ZM in de zorg Pijler 3: Opleiding Pijler 4: Bekostiging van zelfmanagement Pijler 5: Kwaliteit en Veiligheid Pijler 6: Onderzoek Pijler 7: Netwerk, communicatie en congres 5. Financiering, organisatie en structuur 6. Bijlagen Bijlage 1 Kerngroep Zelfmanagement Bijlage 2 Veldraadpleging voor input routekaart Bijlage 3 Literatuur Bijlage 4 Indicatie van benodigde investering Preambule In deze routekaart is gekozen om alleen een definitie te geven van het begrip zelfmanagement, zie hoofdstuk 2. Er zijn veel verwante begrippen die hierop nauw aansluiten of waarmee hetzelfde bedoeld kan worden, onder meer: zelfredzaamheid, zelfzorg, empowerment, participatie, e- zelfmanagement, samenredzaamheid, eigen regie, patiëntenparticipatie, patiëntgerichtheid, weerbaarheid en herstelgerichte zorg. Het is aan een ieder om de verwante begrippen hieraan te relateren, afhankelijk van de eigen definities die gehanteerd worden. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
3 1. INLEIDING Doel van de routekaart Deze routekaart beschrijft een aanpak voor een brede en succesvolle toepassing van zelfmanagement in Nederland. De routekaart is ontwikkeld onder verantwoordelijkheid van de Kerngroep Zelfmanagement (zie bijlage 1). De partijen binnen de kerngroep hebben in 2011 een gezamenlijke ambitie opgesteld en deze via een raadpleging aan het veld voorgelegd (bijlage 2). TNO, Vilans en CBO ondersteunen de Kerngroep om samen met andere veldpartijen de aanpak uit te werken. Aangegeven is hoe de partijen zelf de implementatie van zelfmanagement kunnen bevorderen en welke facilitering wenselijk is. De routekaart is bedoeld voor de partijen in de kerngroep en wordt aangeboden aan de Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF), het Ministerie Economische Zaken, Landouw en Innovatie (E,L&I; topsector Life Sciences & Health, roadmap Homecare & Selfmanagement), het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en het Coördinatieplatform Zorgstandaarden. De activiteiten in deze routekaart dienen te leiden tot concrete toepassing van goede instrumenten of processen en systematische verankering in de zorg en het bedrijfsleven. Aandacht is nodig voor: ontwikkeling, integratie, opleiding, financiering, kwaliteit, veiligheid, onderzoek en communicatie. De uitvoering van activiteiten vindt plaats door combinaties van partijen binnen de kerngroep of die daarmee een relatie hebben en dit in afstemming op elkaar willen doen. De activiteiten zijn beschreven op hoofdlijnen en worden nader uitgewerkt in werkprogramma s. Deze routekaart sluit aan bij de Roadmap Homecare & Self-management van de Topsector Life Sciences and Health van het Ministerie van E,L&I (zie en op belangrijke ontwikkelingen, zoals de ambities van het Kwaliteitsinstituut en de invoering van zorgstandaarden. Zelfmanagement is wenselijk Zelfmanagement is een sleutelbegrip in moderne visies op zorg. Bij patiëntenorganisaties, burgers, zorgverleners en beleidsmakers staat het bevorderen van eigen kracht, regie en zelfmanagement steeds prominenter op de agenda. Burgers vragen in toenemende mate om behoud van regie wanneer zij ziek worden. Mensen met één of meer chronische aandoeningen (en hun naasten) waarvan de eigen kracht wordt benut en die worden ondersteund in het behouden van de regie over het leven, staan beter in hun leven en ontvangen kwalitatief betere zorg. Realisatie hiervan, vergt een verandering in inzicht bij de professional ( van zorgen voor naar zorgen dat ), de cliënt, benutting van nieuwe technologie en aanpassingen in het zorgsysteem. Het verbeteren van de kwaliteit van chronische zorg komt tot stand door een samenspel van vele factoren. Een goede ordening hiervan vindt plaats in het (Expanded) Chronic Care Model (zie Figuur 1). Het zorgproces, beslissingsondersteuning, ICT en ook de gemeenschap/omgeving (community) nemen een belangrijke plek in. De mens met één (of meer) chronische ziekte(n) vormt met zijn of haar naasten de verbinding tussen de zorg en andere belangrijke zaken in het leven en vindt een manier om daar mee om te gaan (zelfmanagement). Door een verzameling van kennis, houding, zelfvertrouwen, gedrag (inclusief motivatie en self-efficacy) en hulpmiddelen, kunnen mensen beter regie behouden op hun leven en op maat gesteund door professionals mede richting geven aan hoe zorg, behandeling, begeleiding en coaching inzetten voor zijn/haar kwaliteit van leven. Het kan leiden tot een actieve en goed geïnformeerde cliënt ondersteund door een proactief en samenwerkend team van zorgverleners. Figuur 1. Chronic Care Model Zelfmanagement is noodzakelijk Er is een noodzaak voor meer zelfmanagement door de stijgende zorgbehoefte, de afname van beschikbaar zorgpersoneel en de toename van zorgkosten. Er zijn in Nederland 4,5 miljoen mensen Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
4 met één of meer chronische aandoeningen en 1,3 miljoen mensen hebben meerdere chronische ziekten tegelijkertijd; multimorbiditeit (1, 4). Tot 55 jaar is multimorbiditeit relatief zeldzaam. Onder ouderen komt het veelvuldig voor. Eén op de drie 75-plussers heeft meer dan één chronische ziekte onder de leden (2). Over twintig jaar is het aantal 65-plussers in Nederland met de helft toegenomen tot 21%. Afhankelijk van de aandoening stijgt het aantal mensen met chronische ziekten tot 2025 met minimaal 30% en maximaal 70% (3). De beroepsbevolking krimpt: voor elke 100 zorgprofessionals (nu 1,2 miljoen mensen) zijn er 90 beschikbaar in Als zorg op de huidige wijze geboden wordt, is - door de combinatie van de krimp van de beroepsbevolking en de toenemende behoefte aan zorg in 2025 voor 55 van de 145 cliënten - geen professionele zorg voor handen (5). Chronische aandoeningen leiden tot significant ziekteverzuim en verminderde efficiëntie tijdens het werk. De kosten voor diabeteszorg bedragen ruim 4 miljard Euro. Verbetering van de gezondheid van diabetespatiënten, onder meer door een goede ondersteuning van zelfmanagement, kan de kosten met 1,5-2 miljard Euro terugdringen in 2020 (6). De toename van het aantal chronisch zieken heeft grote invloed op de arbeidsproductiviteit in Nederland. Men schat de kosten van verzuim door een psychische of chronische somatische aandoening op 33,8 miljoen dagen of 8 miljard Euro (referentiejaar 2008) voor alle werkenden tezamen (7). Dit is een enorm potentieel om op te besparen. Zelfmanagement is mogelijk Patiënten geven aan meer regie te willen én dat ook te kunnen (22). Bovendien komt veel kennis over het succesvol kunnen toepassen van zelfmanagement beschikbaar, bijvoorbeeld in concepten van integrale zorg, in het kader van versterking van de eerstelijnszorg en het organiseren van zorg in de buurt. Op basis van het Chronic Care Model zijn ziekte specifieke zorgstandaarden ontwikkeld, die een beschrijving geven van de optimale zorg voor mensen met een chronische ziekte. Het gaat om integrale en multidisciplinaire zorg waarin de cliënt centraal staat, zodat hij of zij weet wat mag worden verwacht en hoe taken en verantwoordelijkheden tussen hulpverleners zijn verdeeld. Dit bevordert hoogwaardige zorgverlening in efficiënte zorgprocessen met optimale kwaliteit. Voor de realisatie van de rolverandering (sociale innovatie) komt beproefde instrumenten en proeftuinen beschikbaar, bijvoorbeeld via het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement, het ZonMw programma Disease management chronisch zieken, het Nationaal Actieprogramma Diabetes en het Platform Gezamenlijke besluitvorming. Een breed scala aan ontwikkelde technologie ondersteunt het behoud van regie over het eigen leven voor mensen met chronische ziekten. Bijvoorbeeld voor de gerichte opsporing en diagnostiek bij mensen met een verhoogd risicoprofiel of kwetsbaarheid. Technologie maakt ook de verzameling en monitoring van relevante informatie voor de behandeling, begeleiding of ondersteuning van de cliënt, diens mantelzorger en/of professionele zorgaanbieder mogelijk. En technologie faciliteert behandeling en begeleiding op afstand, o.a. door telezorg, thuisrevalidatie, en ondersteund bij het functioneren en participeren in het dagelijks leven o.a. met behulp van hulpmiddelen en zorgrobotica. Er is (nog beperkt) wetenschappelijk bewijs dat zelfmanagement leidt tot betere kwaliteit van zorg, bijvoorbeeld voor diabetes (8), COPD (9) en voor het zelf monitoren van bloedstolling (10). Het NIVEL concludeert dat er in de meeste effectiviteitsstudies naar zelfmanagement ondersteuning sprake is van ten minste één positieve uitkomst (20). AGIS onderzocht de inzet van praktijkondersteuners (POH-ers) in de huisartsenzorg die gestructureerde zorg inclusief zelfmanagement leverden aan verzekerden (11). Cliënten hadden een twee keer zo kleine kans om te worden opgenomen en gebruikten anderhalf keer minder antibiotica en Prednison. Een besparing van 200 Euro per patiënt en van miljoen Euro per jaar als alle Nederlandse huisartsen zo zouden werken. Ingezette transitie versnellen Er is een wens, een noodzaak én een mogelijkheid voor meer zelfmanagement. Op de juiste manier toegepast leidt het tot meer eigen regie en kwaliteit van leven, betere zorg, verhoogde arbeidsproductiviteit en kostenreductie. Er vindt reeds een transitie plaats van professionele zorg naar zelfmanagement en informele zorg en van intramurale naar extramurale zorg. Tweedelijns zorg wordt waar mogelijk verplaatst naar de 1 e of 0 e lijn, ook door versterking van zelfmanagement. Deze kan versneld worden. Voor zorgprofessionals en patiënten vergt dit een gedragsverandering om zelfmanagement succesvol te laten zijn (sociale innovatie). En technologie, waaronder ICT, moet en kan hierbij een ondersteunende rol vervullen. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
5 2. ZELFMANAGEMENT EN ONDERSTEUNING VAN ZELFMANAGEMENT Definitie zelfmanagement Er zijn diverse definities van zelfmanagement. De kerngroep kiest voor een definitie die nauw aansluit bij de visie op zelfmanagement in het Chronic Care Model en het model van de zorgstandaarden: Zelfmanagement is de mate waarin iemand met één of meerdere ziekten en/of beperkingen in staat is om de regie over het leven te behouden tot zover hij of zij dat wil en kan, door goed om te gaan met symptomen, behandeling, lichamelijke, sociale en psychologische gevolgen van de ziekte(en) en/of beperkingen en daarbij horende leefstijlaanpassingen in samenhang met de sociale omgeving. In de veldraadpleging is benadrukt dat zelfmanagement gaat over de autonomie van burgers (eigen regie en keuzes maken) tot zo ver gewenst en mogelijk, dat zelfmanagement niet voorbehouden is aan chronische zieken en ook essentieel is voor mensen met meerdere aandoeningen tegelijkertijd en kwetsbare ouderen. Ook is benadrukt dat een belangrijk deel van de burgers onvoldoende gezondheidsvaardig en/of geletterd is en dat voor deze groep extra aandacht is vereist. Daarmee verschuift de focus feitelijk van ziekte naar gezondheid, hetgeen door onder meer de WHO en de Gezondheidsraad gedefinieerd wordt als health is the ability to adapt and to self manage. Zelfmanagement(ondersteuning) Iemand met één of meerdere ziekten en/of beperkingen heeft ondersteuning nodig bij zelfmanagement. De gedragsverandering (sociale innovatie) die nodig is voor de veranderende relatie met de zorgprofessional, vereist dat veel kennis vanuit de concrete zorgpraktijk en van implementatieprocessen in de zorg wordt ingezet. Het implementeren van bestaande en nieuwe technologie om het zorgproces en de cliënt in diens omgeving te ondersteunen bij zelfmanagement, is essentieel. De benodigde sociale innovatie vergroot overigens de kans dat technologische kennis succesvol wordt toegepast. In deze routekaart wordt over zelfmanagement en over (effectieve) zelfmanagementondersteuning gesproken. Optimale ondersteuning is onder meer afhankelijk van: - De mate van kennis en inzicht van burgers in de eigen gezondheid en de invloed van ziekte en leefstijl daarop; - Het vertrouwen en de wens van burgers voor het behoud van regie en het richting willen geven aan hoe beschikbare zorg wordt ingezet. En of men hierin eigen keuzes kan en wil maken; - De mate waarin burgers zich bevinden in een sociale omgeving (mantelzorg, vrijwilligers, lotgenoten) die ondersteunend is aan het zelf managen van het leven; - De mate waarin zorgverleners effectieve coaching, educatie, communicatie en gezamenlijke besluitvorming, inzetten om verandering bij cliënten in het dagelijkse leven te faciliteren, rekening houdend met de beroepsverantwoordelijkheid en organisatiedoelen. - In hoeverre zelfmanagement instrumenten daadwerkelijk verbetering geven van de productieve interactie tussen burger/cliënt én zorgverlener(steam); - De zorgorganisatie haar zorgverleners goed toerust en haar verantwoordelijkheid neemt voor de kwaliteit van zorg (bij voorkeur met een daling van de kosten en het waarborgen van de uitvoerbaarheid van de zorg bij een toename van zorggebruikers en een afname van zorgverleners). - De mate van aanpassing van randvoorwaarden, zoals de digitale infrastructuur en financiering. De ambitie van de kerngroep De ambitie van de kerngroep is een bredere en succesvolle toepassing van zelfmanagement in Nederland om een hoge mate van autonomie, eigen regie en zelfvertrouwen/weerbaarheid bij burgers te bereiken. Dit leidt tot een hogere waardering van de kwaliteit van leven (fysiek, psychologisch en sociaal). Een belangrijke indicator is of mensen kunnen blijven functioneren en participeren in de maatschappij. Op macro-economisch niveau leidt dit tot een daling van kosten omdat burgers en technologie minder ingewikkelde taken van zorgverleners over kunnen nemen, waardoor de arbeidscapaciteit in de zorg beter benut wordt. De Kerngroep Zelfmanagement richt zich primair op intermediaire doelgroepen: (koepels van) zorgorganisaties, bedrijven, kennisinstituten, de patiëntenbeweging, beroepsverenigingen, overheden, etc.. Nadrukkelijk wordt wel een maximaal effect van deze inspanningen op het niveau van mensen met één of meerdere chronische ziekte(n) en/of beperkingen nagestreefd. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
6 3. DOELSTELLING EN DOELGROEP VAN DE ROUTEKAART Doelstelling De doelstelling van deze routekaart is: Een brede en succesvolle toepassing van zelfmanagement in Nederland, opdat mensen met één (of meer) chronische ziekte(n) en/of beperkingen aantoonbaar meer mogelijkheden krijgen om de eigen regie en autonomie te behouden en/of te vergroten. Doelgroep De activiteiten in de routekaart zijn gericht op mensen met één (of meer) chronische ziekte(n) en/of beperkingen en hun directe omgeving (mantelzorg, naasten). Patiëntenorganisaties, zorgverleners en zorgorganisaties, zorgverzekeraars en bedrijven vormen de intermediaire doelgroep die een essentiële rol speelt in de uitvoering van activiteiten ter bevordering van zelfmanagement in de praktijk. Uitgangspunten Effectieve zelfmanagementondersteuning is nodig en leidt tot verhoging van (1) het behoud van eigen regie, (2) een verbetering van de kwaliteit van de zorg, de arbeidsproductiviteit in de zorgsector, de kwaliteit van leven van mensen met één (of meer) chronische ziekte(n) en/of beperkingen en (3) versterkte deelname van hen aan de maatschappij waaronder aan het arbeidsproces. Bij de uitvoering van activiteiten ligt het accent op de sociale innovatie die nodig is om nieuwe kennis en nieuwe technologie ter bevordering van zelfmanagement in te voeren. Dit speelt zich af op 3 niveaus: Microniveau (productieve interactie tussen de mens met chronische ziekte(n) en (het team van) zorgverlener(s)), mesoniveau (organisatie) en macroniveau (beleid). Kennis uit onderzoek dient vooral ondersteunend te zijn aan praktijk en beleid. Het kan niet anders dan dat bij zelfmanagement de (behoefte van de) cliënt centraal staat en dat dus een benadering op maat essentieel is. Onderdeel van deze benadering is dat er aandacht is voor multimorbiditeit en mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden. Zij verdienen extra aandacht omdat zij moeilijker worden bereikt en meer ondersteuning nodig hebben bij effectieve invoer van nieuwe technologie en nieuwe zorgconcepten. Daarnaast moet er oog zijn voor de omgeving van de cliënt, die een stimulerende dan wel beperkende rol speelt bij het realiseren van zelfmanagement. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
7 4. ACTIVITEITEN De activiteiten binnen deze routekaart sluiten nauw aan bij andere activiteiten, met name die van de Roadmap Homecare & Self-management, in het kader van het Ministerie van E,L&I. De onderstaande tabel biedt een overzicht van de pijlers en de activiteiten van de routekaart en de relatie hiervan met de roadmap. De routekaart omvat 7 in elkaar overlopende pijlers (zie eerste kolom), waardoor er synergie tussen de pijlers ontstaat. Bij het uitvoeren van pilots van nieuwe zelfmanagementinterventies (activiteit 1a), dient afstemming plaats te vinden om tot een integratie in de zorg te kunnen komen (activiteit 2). De volgende paragrafen lichten de pijlers met de deelactiviteiten toe. De uitvoering van de activiteiten vindt plaats onder de verantwoordelijkheid van nader te bepalen partijen. Hierbij ligt een samenwerking tussen verantwoordelijke organisaties en kennis- en onderzoeksinstituten voor de hand. De coördinatie tussen de activiteiten vindt plaats door een coördinatieteam. Voor meer informatie over de opzet zie hoofdstuk 5 Financiering en organisatiestructuur. Pijlers routekaart Deelactiviteiten routekaart Indeling Roadmap Homecare & Self-management (E,L&I) 1. Ontwikkelen en testen a) Uitvoeren van pilots van nieuwe ZMinterventies op onderbelichte thema s b) Benutten van interventies (Publiek-Private Samenwerkingen) van de roadmap c) Generaliseren van ziekte specifieke interventies Ontwikkeling van toepassingen Proeftuinen, living labs 2. Integreren ZM in de zorg 3. Opleiding a) Vertalen van zorgstandaarden naar zorgprogramma s en individuele zorgplannen/opschalen succesvolle toepassingen b) Decision support/ shared decision making c) Creëren regelarme gebieden en verbeterpunten wet- en regelgeving in kaart brengen a) Opleiden van zorgverleners b) Opleiden van ervaringsdeskundigen Valorisatie en Commercialisering Normalisatie/ Standaardisatie 4. Bekostiging 5. Kwaliteit en Veiligheid a) Verkenning van belemmeringen en stimulansen in bekostiging b) Aanpassing van huidige bekostiging en uitvoeren proefimplementaties c) Evaluatie van proefimplementaties en implementatie van nieuwe inzichten a) Positionering zelfmanagement in de richtlijnen & zorgstandaarden b) Toetsing kwaliteit en veiligheid 6. Onderzoek a) Uitwisseling van kennis tussen praktijk, onderzoek en beleid b) Opstellen en uitvoeren van een onderzoeksagenda voor de implementatie van zelfmanagement. 7. Communicatie en kennisnetwerk a) Kennisnetwerk en communicatie b) Toolbox c) Netwerkbijeenkomsten en Symposium 2014 Kwaliteit en Veiligheid Onderzoek Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
8 4.1 Pijler 1: Ontwikkelen en testen De pijler ontwikkelen en testen is gericht op het verkrijgen van nieuwe kennis over onderdelen van zelfmanagement, met als doel om goed werkzame interventies te selecteren, te ontsluiten en voor brede verspreiding geschikt te maken. In de routekaart wordt hieraan invulling gegeven door parallel aan elkaar te kijken naar a) de uitvoering van nieuwe pilots, b) het opsporen en verbinden van andere nieuwe initiatieven en c) het generaliseren van ziekte specifieke kennis. Voor de cliënt (en de professional) betekent dit dat er continu nieuwe instrumenten en kennis beschikbaar komen over de wijze waarop zelfmanagement in de praktijk versterkt kan worden, vooral op die gebieden waarop momenteel een gebrek aan kennis wordt ervaren. a) Uitvoeren van pilots van nieuwe ZM-interventies op onderbelichte thema s In recent uitgevoerde activiteiten (ZonMw programma Disease Management chronische ziekten, Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ), Nationaal Actieprogramma Diabetes (NAD, etc.)) zijn zinvolle tools voor zelfmanagement ontwikkeld en ontsloten. Er zijn echter gebieden waarop nieuwe kennis en instrumenten ontwikkeld dienen te worden. Dit kan gaan om (technologische) tools/interventies in het zorgproces, maar ook over de organisatie van de zorg, over cultuur & verandering, over informele zorg, business case, etc.. Kansrijke maar vaak kleinschalig ontwikkelde interventies, worden geïdentificeerd, getest en beschikbaar worden gemaakt voor brede toepassing. - Dit vindt in eerste instantie plaats door met verzekeraars, aanbieders en patiëntenorganisaties (PGO s) vast te stellen op welke onderdelen nieuwe instrumenten nodig zijn. Zo komt uit de veldraadpleging naar voren dat op het gebied van lage gezondheidsvaardigheden, generieke (niet-ziekte specifieke) instrumenten (bijv. een generiek individueel zorgplan) en de versterking van de informele zorg en welzijn, nieuwe interventies geselecteerd en getest moeten worden. - Na de thema s te hebben vastgesteld, worden innovatieve en kansrijke interventies verzameld, geanalyseerd en wordt een selectie gemaakt. - Met de geselecteerde proeftuinen worden afspraken gemaakt over samenwerking en uitvoering van een proefimplementatie die erop gericht is om vast te stellen of de interventie effectief is. Vervolgens wordt de pilot uitgevoerd en wordt de effectiviteit beoordeeld (i.s.m. met pijler 6). - Bij bewezen toegevoegde waarde kan de interventie worden toegevoegd aan de toolbox en wordt integratie en implementatie in de zorg nagestreefd (zie pijler 2). b) Benutten van interventies Publiek Private Samenwerkingen van de roadmap De roadmap Homecare & Self-management die onder regie van het Ministerie E,L&I is ontwikkeld, bevat diverse kansrijke projecten in de vorm van Publiek Private Samenwerkingen (PPS-en). Vaak is bij deze initiatieven de aandacht voor gedragsverandering bij professionals en cliënten beperkt en dus is de integratie in de zorg onvoldoende geborgd. Juist deze routekaart richt zich op de benodigde sociale innovatie voor toepassing van nieuwe kennis en technologie en doordat de routekaart wordt gedragen door partijen die structurele integratie in de zorg kunnen bevorderen, is sprake van een winwin situatie. De werkwijze in deze activiteit van de routeaart stemt in grote mate overeen met de aanpak 4.1a (uitvoering van pilots van nieuwe ZM-interventies op onderbelichte thema s), met het verschil dat de PPS-en zich in een meer gevorderd stadium bevinden. - Er vindt een analyse plaats van de publiek beschikbare PPS-en in de roadmap. - Met de meest kansrijke PPS-en vindt overleg plaats over de samenwerkingsmogelijkheden en de wederzijdse voorwaarden die daaraan worden gesteld. - Vanuit deze routekaart ligt het accent op het verbreden van de toepassing van de kennis en technologie die in de PPS wordt ontwikkeld. PPS-initiatieven kunnen door de samenwerking met de partijen die deze routekaart dragen, makkelijker de gewenste randvoorwaarden creëren, zoals de integratie in onderwijs, financiering, zorgprogramma s en wetgeving, en ook belangrijke kennis over gedragsverandering van professionals en cliënten benutten. c) Generaliseren van ziekte specifieke interventies Veel zelfmanagementinitiatieven worden ontwikkeld voor één specifiek ziektebeeld, vaak voor mensen met een veel voorkomende chronische ziekte. De ouder wordende burger leidt steeds vaker aan meer ziekten tegelijkertijd en een groot deel van de interventies zijn niet ziekte specifiek. Vanuit de routekaart worden interacties tussen partijen gefaciliteerd, die concreet kunnen werken aan de generalisatie van ziekte specifieke interventies zodat ze generiek toepasbaar zijn of versneld van het ene naar het andere ziektebeeld vertaald kunnen worden. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
9 Planning Activiteiten Opleveringsdatum Verantwoordelijke trekker a. Uitvoeren van pilots van nieuwe ZMinterventies op onderbelichte thema s - Vaststellen op welke onderdelen nieuwe instrumenten nodig zijn - Innovatieve en kansrijke interventies verzamelen, analyseren en selecteren - Afspraken met proeftuinen maken over samenwerking en uitvoering van proefimplementatie - Uitvoeren proefimplementatie en effectiviteit beoordelen - Toevoegen aan toolbox en integreren in de zorg Q Q Q Q t/m Q Q t/m Q Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. SGF en kennisinstituten Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. SGF en kennisinstituten Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. SGF en kennisinstituten Praktijk, ondersteund door kennisinstituten Kennisinstituten b. Benutten van interventies (PPS-en) van de roadmap - Analyse van de PPS-en die zijn ingediend voor de roadmap - Gewenste randvoorwaarden creëren voor geselecteerde PPS-en Q Schrijfgroep Homecare & Self-management Q1, Q Schrijfgroep Homecare & Self-management c. Generaliseren van ziekte specifieke interventies Vanaf Q Kennisinstituten Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
10 4.2 Pijler 2: Integreren ZM in de zorg Pijler 2 Integreren van ZM in de zorg richt zich op brede verspreiding van effectief bewezen interventies die elders zijn toegepast en waarvan de integrale toepassing bij elk individu op maat de uitdaging is. Daarvoor dienen de juiste tools beschikbaar te zijn (zie a, individueel zorgplan), zijn kennis en vaardigheden nodig om het individueel op maat toe te kunnen toepassen (zie b, gezamenlijke besluitvorming) en is facilitering in regelarme gebieden een voorwaarde (zie c). Voor de cliënt is dit een essentiële stap die in de zorg vaak onvoldoende blijkt te worden gemaakt. Doordat kennis onvoldoende gedeeld wordt en randvoorwaarden voor blijvende toepassing van zelfmanagement niet worden gerealiseerd, kunnen er grote verschillen ontstaan in het aanbod dat cliënten krijgen. a) Vertalen van zorgstandaarden in zorgprogramma s en individuele zorgplannen Zorgaanbieders maken op regionaal niveau zorgprogramma s voor groepen verzekerden die afgeleid zijn van de landelijke zorgstandaarden (Vasculair Risico Management, Diabetes, COPD, Astma, Depressie, Kanker, CVA/TIA, Obesitas, Nieraandoeningen, Reuma, (16 zorgstandaarden voor) zeldzame aandoeningen). Nieuwe elektronische omgevingen voor de burger thuis gaan zelfstandigheid en eigen regie ondersteunen. Informatiestromen kunnen georganiseerd worden op basis van zorgstandaarden (waarvan richtlijnen een onderdeel zijn) met een lokale vertaling naar zorgprogramma s (die door de verzekeraar worden gecontracteerd) en de professional en cliënt. In deze zorgprogramma s worden zelfmanagementinterventies opgenomen die effectief en succesvol zijn gebleken. Zo ontstaan voor aanbieders van elektronische informatiesystemen kansen om goede systemen te ontwikkelen die het zelfmanagement bevorderen. Deze kunnen door burgers (of verzekeraars voor burgers) worden ingekocht. Op individueel niveau werken professionals en cliënten vervolgens op basis van individuele generieke zorgplannen die passen binnen het zorgprogramma. Het individueel zorgplan is een belangrijk hulpmiddel voor zelfmanagement. Het werken met persoonlijke doelen (geformuleerd door patiënt en zorgverlener) motiveert en stimuleert om ermee aan de slag te gaan. Tot nu toe is er nog heel beperkt ervaring opgedaan met een individueel zorgplan. In 2011 blijkt 6% van de patiënten met vasculair risico een zorgplan te hebben opgesteld met de zorgverlener en minder dan 40 % van de patiënten wordt door de zorgverlener uitgedaagd om concreet en doelgericht mee te denken en te beslissen over de behandeling ( - Er worden minimaal 2 regio s geselecteerd (of er wordt aangesloten bij bestaande initiatieven) die structureel en integraal met zelfmanagement willen gaan werken waarbij bewezen methoden voor zelfmanagement op maat worden toegepast. - Met de regio s wordt vastgesteld hoe zij met de zorg aan mensen met één of meerdere chronische ziekten en/of beperkingen willen omgaan. Hoe succesvolle de centrale zorgverlener, zelfmanagementinterventies en techniek hier een plaats in krijgen. Maar ook de informele zorgverlener en de omgeving van de cliënt. - Ook zorgorganisaties en gemeenten worden hierin betrokken, om hun visie op zelfmanagement concreet te vertalen in beleid en aan te sturen op de uitvoering hiervan. Met zorgverzekeraars wordt gewerkt aan de concrete invulling van de bekostiging van het takenpakket dat nodig is voor de effectieve ondersteuning van zelfmanagement (zie ook 4.4). - De ontwikkelde toolbox wordt uitgebreid en de regio s worden gekoppeld aan technologische proeftuinen op het gebied van home care technologie (incl. ehealth). Professionals worden getraind. Belangrijk is dat elk team van professionals zijn eigen route naar het ontwikkelen van zelfmanagementondersteuning kan doorlopen, het Stappenplan Zelfmanagementondersteuning kan hierbij worden gebruikt. Cliënten ontvangen educatie en informatie op maat en stapsgewijs wordt op maat (mede op basis van zorgprofielen) de gewenste en mogelijke zelfmanagementondersteuning ingevoerd. - Relevante uitkomsten gericht op regie, participatie en kosten per hoofd van de bevolking binnen de regio, worden geëvalueerd (vergelijkbaar met de triple aim methode die in de VS is toegepast). Bijzondere aandacht is nodig voor de wijze waarop nieuwe technologie en ehealth kan worden ingepast in een integrale en op het individu gerichte aanpak. Een recente analyse naar het gebruik van ehealth bij mensen met astma, trombose, hartfalen, diabetes en depressie laat zien dat dit de regie over het eigen leven vergroot, terwijl tegelijkertijd de kosten dalen en kwaliteit van zorg (sterfte en ziekenhuisopnames) verbetert (Notenboom, 2012). Er wordt gebruik gemaakt van de vorderingen en kennis van de Nationale Implementatie Agenda (NIA) en de activiteiten bij ZonMw op dit terrein. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
11 b) Decision support / shared decision making Bij het opstellen en uitvoeren van een individueel zorgplan en zorg in het algemeen is afstemming tussen de zorgverlener en de persoon met één (of meer) chronische ziekte(n) en of beperkingen belangrijk. Dit vindt plaats via een gezamenlijk besluitvormingsproces waarbij het individu in staat is de regie te vergroten en de zorgverlener hierop met zijn of haar specifieke kennis kan aansluiten en zo de maximale waarde toevoegt. Gezamenlijke besluitvorming verbindt wetenschappelijke kennis en ervaring van zorgverleners met inzichten, voorkeuren en mogelijkheden van mensen met een chronische ziekte en hun sociale omgeving. Valide informatie over de ziekte(n) en/of beperkingen, de keuzes die nu en later op het gebied van diagnostiek, behandeling, begeleiding en leefstijl in het besluitvormingsproces gezamenlijk dienen te worden gemaakt, zijn een belangrijke randvoorwaarde. Deze informatie dient toegankelijk te zijn voor zorgverlener en zorgorganisaties. Hiervoor kunnen reeds bestaande kanalen worden benut, die nog beperkt zijn in het aanbieden van toegankelijke informatie. Een mogelijk middel dat ingezet kan worden is een database over verschillende onderdelen van het zorgproces en domeinen (wonen, werken, etc.) van het leven ontwikkeld op basis van zorgstandaarden, richtlijnen, signalen uit de praktijk, inclusief mogelijke indicatoren om het effect van handelingen inzichtelijk te maken. \ Ook de Regieraad Kwaliteit van Zorg (dat opgaat in het Kwaliteitsinstituut) vindt betrouwbare patiënteninformatie van groot belang (zie werkplan 2012). Zij stellen dat richtlijnen daar een goede basis voor vormen en dat aangesloten moet worden bij de aandacht voor shared decision making en zelfmanagement. Het is van belang om de inhoud van richtlijnen en zorgstandaarden op individueel niveau toegankelijk te maken voor mensen met één (of meer) chronische ziekte(n) en/of beperkingen. Daarmee kunnen zij meer als partner optreden in het zorgproces omdat zij beter geïnformeerd zijn over keuzemogelijkheden en de gevolgen daarvan voor de eigen de gezondheid. Ook kunnen zij nagaan in hoeverre zij bepaalde keuzemogelijkheden kunnen uitvoeren en volhouden (bijv. leefstijlaanpassingen, het verschaffen van relevante informatie aan hulpverleners en compliance). Daarnaast wordt hen hulp geboden om na te gaan welke keuzemogelijkheid het beste in hun eigen leven past of waar men het beste mee kan omgaan. - Modellen dienen te worden ontwikkeld om informatie van chronische zorgprocessen op een valide wijze te beheren en te ontsluiten voor professionals én patiënten. - Verkend kan worden of in een database patiëntenversies en keuzehulpen opgenomen kunnen worden, die in lijn zijn met de richtlijnen en zorgstandaarden en andere valide (door PGO geaccordeerde) informatie. Deze database is in eerste instantie bedoeld om andere leveranciers van informatie (verzekeraars, uitgevers, elektronische e-patiëntomgevingen, etc.) te voorzien. - De informatie uit een dergelijke database zou door andere gebruikers in hun eigen omgeving geïntegreerd kunnen worden. De database wordt continu up-to-date gehouden door wetenschappelijke verenigingen, kennisinstituten (epidemiologen) en PGO s. Gestart wordt met de ziekten waarvoor zorgstandaarden ontwikkeld zijn. Aansluitend kan de database benut worden voor andere doeleinden, zoals onderwijs e-learning, etc.. Partners zijn naast de wetenschappelijke verenigingen en andere aanbieders, de PGO s, verzekeraars en uitgevers. - In 2011 is het landelijk platform voor gezamenlijke besluitvorming (Shared Decision Making) opgericht. In de toekomst wil het platform GB zijn missie het realiseren van een maximale toepassing van gezamenlijke besluitvorming in de praktijk in Nederland waardoor de kwaliteit en effectiviteit van deze besluitvorming optimaal is volbrengen. Het platform kan worden benut voor het op de juiste wijze organiseren van het gezamenlijk besluitvormingsproces (wijze van presenteren van informatie, wijze van koppeling aan richtlijnen en zorgstandaarden, ontwikkeling van keuzehulpen, onderwijs/nascholing, etc.). Zij kunnen in het bovengenoemde een rol spelen. c) Creëren regelarme gebieden en verbeterpunten wet- en regelgeving in kaart brengen Om de regio s te faciliteren in het optimaal doorvoeren van zelfmanagement, vindt een evaluatie plaats van relevante wetgeving die mogelijke barrières vormen voor de toepassing. Zo kan worden nagegaan hoe de aansprakelijkheid van professionals wettelijk geregeld kan worden zodat de persoon met één of meerdere chronische ziekten en/of beperkingen de regie kan nemen waar gewenst en mogelijk, terwijl de zorgverlener wel verantwoordelijk blijft voor zijn of haar bijdrage aan het gezamenlijke besluitvormingsproces. Samen met PGO s en (koepels van) aanbieders worden vervolgens voorstellen gedaan om de wetgeving daarop te verbeteren. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
12 Planning Activiteiten Opleveringsdatum Verantwoordelijke trekker a. Vertalen van zorgstandaarden in zorgprogramma s en individuele zorgplannen - Selectie van (minimaal) 2 regio s* Q Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. kennisinstituten - Vaststellen aanpak binnen de regio s inclusief bekostiging Q Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. kennisinstituten - Toolbox uitbreiden, actualiseren Doorlopend Kennisinstituten - Koppeling regio s aan technologische Q Kennisinstituten proeftuinen - Professionals en cliënten trainen Q Zorgaanbieders i.s.m. kennisinstituten - Relevante uitkomsten evalueren Vanaf Q Verzekeraars, aanbieders en PGO s i.s.m. kennisinstituten b. Decision support / shared decision making - Ontwikkeling proefversie software database op basis van bestaande systemen - Vullen van de database de ziekten waarvoor zorgstandaarden ontwikkeld zijn Vanaf Q t/m Q Kennisinstituten i.s.m. aanbieders en gebruikers, evt. kwaliteitsinstituut Q3, Q Kennisinstituten i.s.m. aanbieders en gebruikers, evt. kwaliteitsinstituut - Testen van systeem met andere Q1, Q idem leveranciers van informatie - Doorontwikkeling van systeem Vanaf Q idem c. Creëren regelarme gebieden en verbeterpunten wet- en regelgeving in kaart brengen - Evaluatie van relevante wetgeving Q1,Q Ministeries i.s.m. kennisinstituten - Voorstellen voor aanpassing wetgeving Vanaf Q Ministeries i.s.m. kennisinstituten * Dit kunnen regio s of praktijken zijn die beginnend zijn of reeds (veel) ervaring hebben. Zij zijn zelf verantwoordelijk voor het vrijmaken van mensen en middelen, en de medewerking aan het evaluatieonderzoek. Voor de begeleiding hoeft niet te worden betaald, voor de evaluatie is een vergoeding beschikbaar. Per implementatie is wel een projectbudget beschikbaar dat ingezet kan worden voor inhuur experts/communicatie/extra middelen. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
13 4.3 Pijler 3: Opleiding Pijler 3 Opleiding richt zich op het versterken van de kennis en competenties van professionals en patiënten, omdat dit een belangrijke voorwaarde is voor het ondersteunen van de veranderende benadering van de cliënt, de toepassing van eventuele nieuwe technologie en veranderende samenwerkingsvormen en/of taakverdeling in de praktijk. Voor de cliënt (en de professional) is dit onderdeel van groot belang, omdat het risico bestaat dat weliswaar nieuwe kennis, instrumenten en technologie beschikbaar komen, maar het bijbehorende gedrag van professional en cliënten daarop vervolgens niet aangesloten is. a) Het opleiden van zorgverleners Om de kanteling naar zelfmanagementondersteuning te maken is scholing nodig om zowel bestaande zorgverleners te ondersteunen in hun veranderende rol als nieuwe zorgverleners die in opleiding zijn. Voor zorgverleners zit het accent van de scholing op de transitie van zorgverlener (zorgen voor) naar die van coach, partner en meedenker (zorgen dat). Of van ziekte en zorg naar gedrag en gezondheid, dat op zichzelf ook slechts één onderdeel van het leven van de mens is (naast andere zaken zoals werk, gezin, hobby s). De initiële opleiding maakt zorgverleners bewust van de invulling van hun rol als zorgverlener en wat nodig is om zelfmanagement een plek te geven in de zorg voor chronisch zieken. Aandacht voor het beeld dat men heeft van een mens met een chronische ziekte, namelijk niet ziek en afhankelijk, zorgbehoeftig, maar een samenwerkingspartner met eigen ideeën en inzichten. Ook is aandacht nodig voor de steeds groter wordende invloed van technologie als het gaat om gezondheid en ziekte. - Om de initiële opleidingen aan te passen worden de organisaties die zich richten op de inhoud van de curricula voor studenten voor het wetenschappelijk onderwijs, het Hoger Beroepsonderwijs en het Middelbaar Beroepsonderwijs benaderd. - Met hen wordt in kaart gebracht welke aandacht er voor zelfmanagement op dit moment in de opleiding is. Onderwerpen zoals motiverende gespreksvoering en communicatievaardigheden worden hierin meegenomen, omdat wellicht niet meer, maar vooral een wat andere invulling van bestaande onderwijsuren nodig is. Bij het vormgeven van de inhoud worden materialen aangeleverd en advies geboden. - Het onderwijs wordt vervolgens aangepast, uitgetest, geëvalueerd en definitief bijgesteld. Er wordt via een train-the-trainer principe gewerkt. Uiteraard worden de ontwikkelde basis- en vervolgmodules op maat gemaakt voor elke opleiding, zodat het onderdeel wordt van het vaste curriculum. Het resultaat is dat de opleidingen de kennis over zelfmanagementondersteuning structureel hebben geïntegreerd en na afloop van het programma zelf kunnen voortzetten. - Zo nodig kunnen beroepsprofielen worden geactualiseerd. Naast de opleiding van nieuwe zorgverleners, is er bij- en nascholing van bestaande zorgverleners nodig. Met de KNMG, NHG, wetenschappelijke verenigingen, NPI, V&VN en andere beroepsorganisaties worden gesprekken gevoerd over de wijze waarop zij hun achterban willen faciliteren in de veranderende rol. Op verzoek wordt input en advies gegeven voor het opzetten van effectieve na- en bijscholingen, waarbij dit en het bovengenoemde traject elkaar kunnen versterken. De doelgroepen voor de integratie van zelfmanagementscholing zijn: - Hogescholen (HBO-V, verloskunde, diëtetiek en fysio- en ergotherapie); - Geneeskunde en vervolgopleidingen (primair huisartsen, reumatologen, neurologen, cardiologen, oncologen en longartsen). - Psychologie; - Opleiding voor verplegenden en verzorgenden (MBO). De samenwerkingspartners bestaan uit: NFU en universiteiten, HBO-raad en hogescholen, MBO-raad, VMBO, MBO, V&VN, KNMG, NHG, NPI en KNGF en wetenschappelijke verenigingen, Branchepartijen zoals VGN, ActiZ, NZa, NISB. Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
14 b) Het opleiden van ervaringsdeskundigen. Ook burgers en cliënten kunnen profiteren wanneer zij ondersteund worden in hoe eigen regie kan worden vergroot en welke invloed zij met hun omgeving kunnen uitoefenen op de wijze waarop zorg geboden wordt. - Met patiëntenorganisaties wordt nagegaan hoe zij ervaringsdeskundigen op kunnen leiden die zowel inzetbaar zijn voor overdracht van kennis en vaardigheden onder de eigen achterban, maar die ook ingezet kunnen worden in het onderwijs aan zorgverleners (zie onder a). Voor ervaringsdeskundigen voor het onderwijs worden de mogelijkheden verkend om aan te sluiten bij Cliënt Consult, het landelijk netwerk van ervaringsdeskundigen ( - Met PGO s en verzekeraars wordt ook nagegaan hoe meer algemene gezondheidsvaardigheden breed kunnen worden verspreid, bijv. door algemene cursussen aan te bieden die ingaan over ziekte en gezondheid en wanneer zorgverleners wel of niet ingeschakeld dienen te worden. In de Verenigde Staten heeft Lorig aangetoond dat deze cursussen effectief zijn (mensen voelen zich zekerder, vraag naar zorg gaat omlaag), zeker voor mensen met lage gezondheidsvaardigheden. In Nederland is dit nog niet effectief gebleken, maar ook nog onvoldoende serieus getest. Planning Activiteiten Opleveringsdatum Verantwoordelijke trekker a. Opleiden van zorgverleners - In kaart brengen welke aandacht er voor ZM is in MBO, HBO en WO-opleidingen Vanaf Q t/m Q KNMG, NHG, V&VN, NPI, en relevante beroepsverenigingen - Adviseren in aanpassingen onderwijs Q3, Q Kennisinstituten - Volgen van aanpassingen, uittesten en evaluatie van nieuwe onderwijs Q1 t/m Q KNMG, NHG, V&VN, NPI, en relevante beroepsverenigingen - Advisering en ondersteuning bij- en nascholing van bestaande zorgverleners Ontwikkelen van train-de-trainer cursus Vanaf Q t/m Q Vanaf Q t/m Q KNMG, NHG, V&VN, NPI, en andere beroepsverenigingen Kennisinstituten b. Opleiden van ervaringsdeskundigen - Samenstellen opleiding voor ervaringsdeskundigen - Ontwikkelen, testen en uitvoeren van algemene cursussen over ziekte en gezondheid Vanaf Q t/m NPCF en PGO s Q Q t/m Q NPCF i.s.m. Kennisinstituten Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
15 4.4 Pijler 4: Bekostiging van zelfmanagement Pijler 4 financiering richt zich op de financiële randvoorwaarden die helpen om tot systematische inbedding van zelfmanagement in Nederland te komen. Het gaat hierbij om a) het herkennen van belemmeringen en stimulansen, b) het opheffen van belemmeringen en vergroten van stimulansen en c) bezien welke nieuwe kennis uit regelarme gebieden verkregen kan worden. Voor de cliënt is dit van belang omdat vele goede interventies en zorg die hen helpen om eigen regie te houden - voor zo ver men dat wil en kan - anders niet aan hen zullen worden aangeboden. a) Verkenning van belemmeringen en stimulansen in bekostiging Om te komen tot een systematische inbedding van zelfmanagement is een adequate bekostiging van zelfmanagement en zelfmanagementondersteuning noodzakelijk. De vraag is welke vormen van bekostiging de diverse partijen niet frustreren of zelfs stimuleren om dit doel te realiseren. Om deze vraag te beantwoorden wordt zoveel mogelijk de verbinding met de integratie in de praktijk gezocht (zie pijler 3). - Er wordt een praktische verkenning uitgevoerd om adequate vormen van bekostiging te identificeren. In de verkenning komen vragen aan de orde als: Hoe moet bekostiging eruit zien wil het bijdragen aan zelfmanagement? Wat zijn in de bekostiging de belemmeringen of stimulansen voor burgers om zelfmanagement te doen? Wat zijn in de bekostiging de belemmeringen of stimulansen voor professionals om zelfmanagement te ondersteunen? Wat hebben financiers nodig en stimuleert hen om zelfmanagement te financieren? - In de verkenning wordt gewerkt met een heldere definitie van zelfmanagement. Op basis van deze definitie kan geïnventariseerd worden welke huidige financieringsstromen er zijn voor zelfmanagement. Uit deze inventarisatie ontstaan witte vlekken met onmisbare activiteiten en investeringen waarvoor nog geen plaats is in de bestaande bekostiging. Om nieuwe activiteiten te bekostigen is belangrijk dat er inzicht is in de effectiviteit hiervan en dat er heldere criteria zijn wanneer deze worden ingezet. In dit traject wordt aangesloten bij de activiteiten van de Evaluatiecommissie Integrale Bekostiging, die de eerste ervaringen met de integrale bekostiging in de zorg voor diabetes, vasculair risicomanagement en COPD analyseert en adviezen zal geven over de functionele bekostiging van integrale zorg. b) Aanpassing van huidige bekostiging en uitvoeren proefimplementaties De activiteiten die volgen op richten zich op de uitvoering van het plan dat is voortgekomen uit deze verkenning. De uitkomsten van het eerste deel van de verkenning leiden tot de aanpassing van de bestaande bekostiging van zelfmanagement op basis van de diverse belemmeringen en stimulansen die de verkenning heeft opgeleverd. Partijen zoals CVZ, de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het Kwaliteitsinstituut, het Ministerie van VWS en de NZa zullen hierbij betrokken worden. - Het verder uitwerken van nieuw te bekostigen activiteiten, wordt op 2 manieren gedaan: 1. De vernieuwing wordt ingepast in de huidige financieringsstructuur: hierbij wordt gekeken welke prestaties niet opgenomen zijn in de huidige financiering en wordt er een voorstel gedaan voor een prestatiebeschrijving, die vervolgens getoetst wordt door o.a. de NZa. Vervolgens wordt bepaald of dit leidt tot een aanpassing van de bekostigingstitels. Naast bekostiging is het belangrijk dat ZM in de zorg ook ingekocht wordt. ZN kan hier mogelijk een notitie over maken, in het verlengde van het duidingsrapport van CVZ over ZM en ZVW, en aansluitend op de notitie over E-Health en ZVW. En met gebruik van huidige mogelijkheden, zoals de Zorginnovatie beleidsregel. 2. Vernieuwing in de praktijk leidt tot aanpassing van de financieringsstructuur: diverse partijen participeren in een regio waarin de zelfmanagement vernieuwing integraal wordt toegepast. Deze partijen spreken met elkaar af de vernieuwing te gaan realiseren, buiten de bestaande financiële kaders. Er is dan sprake van een regelvrije ruimte. Het ontstane bekostigingsmodel kan vervolgens model staan voor een nieuw in te richten financieel systeem. - Het tweede deel betreft de proefimplementaties in de regelvrije regio s. Hiervoor wordt aangesloten bij de 2 geselecteerde regio s die zijn geselecteerd onder pijler 1. In deze regio s wordt naar een maximale toepassing van zelfmanagementondersteuning gestreefd. Financierende partijen (zorgverzekeraars, gemeenten) in deze regio s wordt gevraagd om een regelarme ruimte in deze regio s in te stellen. Dat betekent dat niet vooraf wordt bepaald of geld van de burger zelf, de gemeente, de AWBZ of de zorgverkeringswet komt, maar dat de zorg en begeleiding georganiseerd wordt die voor het realiseren van de gezondheidsdoelstellingen van de Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
16 persoon met één (of meer) chronische ziekte(n) en/of beperkingen wenselijk is. Achteraf evalueren partijen welke zorg en ondersteuning verleend is en hoe de ideale bekostiging hiervan eruit zou zien. Dit voorkomt dat partijen veel tijd (en dus geld) verliezen aan de vraag wie verantwoordelijk is voor welke financiering en bevordert dat professionals aanbodgericht (of omzetgericht) handelen. c) Evaluatie van proefimplementaties en implementatie van nieuwe inzichten Uit de regio s waarin de regelvrije ruimte is ingevoerd zullen diverse inzichten ontstaan die met de relevante stakeholder worden geëvalueerd en waarvan bezien wordt tot welke aanpassingen dit dient te leiden. Een business case wordt gemaakt van de gevolgen van het opheffen van de financieringsschotten. Planning Producten Opleveringsdatum Verantwoordelijke trekker a. Verkenning belemmeringen en stimulansen in bekostiging - Identificeren adequate vormen van bekostiging Q t/m Q Financiers, ministeries i.s.m. kennisinstituten - Identificeren van witte vlekken Q t/m Q Financiers, ministeries i.s.m. kennisinstituten b. Aanpassing van huidige bekostiging en proefimplementaties - Inpassing in en aanpassing van huidige financieringsstructuur Q t/m Q Financiers, ministeries i.s.m. kennisinstituten - Invoeren ZM in regelvrije regio s Q t/m Q Financiers, ministeries i.s.m. kennisinstituten c. Evaluatie - Evalueren van regelvrije regio s onder meer in de vorm van een business case Q t/m Q Financiers, ministeries i.s.m. kennisinstituten Versie 3 routekaart Implementatie Zelfmanagement
Naar Implementatie van Zelfmanagement: Routekaart 2012-2015
Naar Implementatie van Zelfmanagement: Routekaart 2012-2015 Kerngroep Zelfmanagement, 17 april 2012 Routekaart Implementatie Zelfmanagement 1 17-4-2012 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding Doel van de routekaart
Nadere informatieZelfmanagement Programma NPCF - CBO 2008-2012
Zelfmanagement Programma NPCF - CBO 2008-2012 Jeroen Havers CBO j.havers@cbo.nl Zelfmanagement Programma NPCF CBO Financiering: VWS Opdrachtgevers: NPCF & patiëntenorganisaties Uitvoering: CBO, looptijd
Nadere informatieWorkshop Zelfmanagement
Workshop Zelfmanagement Maaike van der Linden, ervaringsdeskundige Josine van Hamersveld, ADF Stichting, Werkgroep Zelfmanagement Depressie Hanke Timmermans, Kwaliteitsinstituut CBO, Zelfmanagementprogramma
Nadere informatieDoorsudderen of klaarstomen?
Workshop Doorsudderen of klaarstomen? Zelfmanagementondersteuning in de opleiding tot zorgverlener (ontwerpsessie) 2-5-2012 Doorsudderen of klaarstomen? 1 Doel workshop Ingrediënten verzamelen om de opleiding
Nadere informatieEigen regie in de palliatieve fase
Verwante begrippen Eigen regie in de palliatieve fase zelfmanagement Hanke Timmermans Opdracht film ZM Er volgt zo meteen een korte film van ca. 6 minuten, waarin zes mensen met een chronische ziekte aan
Nadere informatieZorginnovatie bij CZ D2D D2P D2D D2P D2D D2P P2D P2M P2D P2M P2D P2M
Zorginnovatie bij CZ D2D D2P P2D P2M D2D D2P P2D P2M D2D D2P P2D P2M Durft u zich te onderscheiden? Dan zijn wij bijzonder geïnteresseerd in uw ideeën voor innovatie in de zorg! Het zijn woelige tijden
Nadere informatieFactsheet Ontwikkeling generiek Individueel Zorgplan
Factsheet Ontwikkeling generiek Individueel Zorgplan Deze factsheet informeert u over de ontwikkeling van een Referentiemodel Individueel Zorgplan In de praktijk bestaan veel modellen individuele zorgplannen
Nadere informatieZELFMANAGEMENT IN DE ZORGSTANDAARDEN
ZELFMANAGEMENT IN DE ZORGSTANDAARDEN Sanne Niemer Anne-Margreet Strijbis Corrine Brinkman Emiel Rolink Helene Voogdt (PON) (Platform Vitale Vaten) (NDF) (LAN) (LAZ/CBO/CPZ) PROGRAMMA 1. QUIZ: wat is een
Nadere informatieOpschalen implementatie zelfmanagement Mensen met een chronische aandoening
Opschalen implementatie zelfmanagement Mensen met een chronische aandoening Gecoördineerde implementatie en bundeling van krachten een vereiste voor succes NIA ZN KNMG NPCF Taskforce ehealth Inhoudsopgave
Nadere informatieZelfmanagement. bij zeldzame aandoeningen. juni 2012. Generiek zorgthema ten behoeve van zorgstandaarden voor zeldzame aandoeningen
bij zeldzame aandoeningen juni 2012 Generiek zorgthema ten behoeve van zorgstandaarden voor zeldzame aandoeningen Auteur: Drs. A.E.R.M. Speijer, VSOP Accordering door: Drs. J. Havers Senior Adviseur Landelijk
Nadere informatieOrganisatiescan persoonsgerichte zorg
Organisatiescan persoonsgerichte zorg Doel organisatiescan: bijdragen aan implementatie (-bereidheid) van persoonsgerichte zorg en gezamenlijke besluitvorming in de organisatie. Insteek is op organisatieniveau.
Nadere informatie- kiezen voor het gebruik van goede digitale informatiesystemen in de zorgpraktijk.
SAMENVATTING Het aantal mensen met een chronische aandoening neemt toe. Chronische aandoeningen leiden tot (ervaren) ongezondheid, tot beperkingen en vermindering van participatie in arbeid en in andere
Nadere informatieZelfmanagement RGF Midden Oost Brabant 19 mei 2011. Hanke Timmermans Consultant CBO, h.timmermans@cbo.nl
Zelfmanagement RGF Midden Oost Brabant 19 mei 2011 Hanke Timmermans Consultant CBO, h.timmermans@cbo.nl Agenda Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement Zelfmanagement = Ondersteuning van zelfmanagement
Nadere informatiePlatform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION
Platform epilepsieverpleegkundigen i.s.m. SEPION Leven met epilepsie: Zelfmanagement Loes Leenen, MANP PhD trainee zelfmanagement Inleiding Achtergrond Zelfmanagement Zelfmanagement & Kwaliteit van leven
Nadere informatieVRM en de zorgverzekeraar
VRM en de zorgverzekeraar Achmea Divisie Zorg & Gezondheid en Menzis Dinsdag 11 december 2012 Zwolle 1 Wat gaan we doen Introductie visie verzekeraar op chronische zorg Hoe gaat de verzekeraar om met de
Nadere informatieMet elkaar voor elkaar, beleidskader chronische zorg
Met elkaar voor elkaar, beleidskader chronische zorg Eric Koster Cluster coördinator chronische ziekten en screeningen. Lid Kernteam vernieuwing chronische zorg. Chronisch ziekenbeleid: 1. Waarom 2. Ambitie
Nadere informatieZorginnovatie bij CZ
Zorginnovatie bij CZ Het zorglandschap verandert snel, innovatie is nodig CZ groep wil de zorg nu en op lange termijn breed toegankelijk, goed en betaalbaar houden. Wij voelen een grote verantwoordelijkheid
Nadere informatie3 FASEN MODEL. Inhoud: - Introductie - Fase 1 - Fase 2 - Fase 3 - Verbeteren Zelfmanagement
3 FASEN MODEL Inhoud: - Introductie - Fase 1 - Fase 2 - Fase 3 - Verbeteren Zelfmanagement INTRODUCTIE Het aanmoedigen van chronisch zieke patiënten door zorgverleners in het nemen van dagelijkse beslissingen,
Nadere informatieHoe kies ik een zelfzorgtool die bij mij past?
Hoe kies ik een zelfzorgtool die bij mij past? Een bijdrage van de werkgroep tooling, gebaseerd op de kennis, ervaring en feedback opgedaan tijdens de werkzaamheden van september 2013 t/m december 2014,
Nadere informatieVeranderende zorgvraag - de visie van VWS
1 Veranderende zorgvraag - de visie van VWS Congres DiabeteszorgBeter 3 oktober 2008, Zeist Fred Krapels Hoofd Eerstelijns- en Ketenzorg, tvs plv. Directeur Curatieve Zorg Ministerie van VWS Toename chronische
Nadere informatiePlan herinrichting Platform Vitale Vaten, vastgesteld op 14 april 2011
Plan herinrichting Platform Vitale Vaten, vastgesteld op 14 april 2011 Patiënten en zorgverleners willen bereiken dat in Nederland de kwaliteit van de zorg aan mensen met hart- en vaatziekten verbetert
Nadere informatieOndersteuning bij implementatie zelfmanagement
Ondersteuning bij implementatie zelfmanagement Implementatie ondersteunde zelfzorg opschalen Chronische zieke mensen helpen aan hun eigen gezondheid te werken, ondersteund door de zorgverlener, ehealth,
Nadere informatieInnovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem
Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget
Nadere informatieAardverschuiving in de chronische zorg, diseasemanagement een kans!
Aardverschuiving in de chronische zorg, diseasemanagement een kans! Eric Koster Clustercoördinator chronische ziekten en screeningen, directie Publieke Gezondheid Lid kernteam Inhoud 1. Aanleiding 2. Aanpak
Nadere informatieZelfmanagement en eigen regie van de oncologische patiënt. 33 e Oncologiedagen Workshop 18 november 2014 AnneLoes van Staa PhD RN MD a.van.staa@hr.
Zelfmanagement en eigen regie van de oncologische patiënt 33 e Oncologiedagen Workshop 18 november 2014 AnneLoes van Staa PhD RN MD a.van.staa@hr.nl wie staat hier? 33 e Oncologiedagen Workshop 18 november
Nadere informatieZorgstandaarden en ketenzorg : integrale zorg voor chronisch zieken
Zorgstandaarden en ketenzorg : integrale zorg voor chronisch zieken Masterclass Eerstelijns Bestuurders 15 oktober 2010, Tulip Inn, Amersfoort Reinout van Schilfgaarde Kenmerken zorgstandaard Ziekte met
Nadere informatieICT & ehealth. Programmadirecteur Innovatie & ICT. Ellen Maat. Utrecht, 09-02-2011
ICT & ehealth Programmadirecteur Innovatie & ICT Ellen Maat Utrecht, 09-02-2011 Uitdagingen voor de toekomst Behoud van kwaliteit, toegankelijkheid en beschikbaarheid van zorg 2 Increase in chronic illnesses
Nadere informatieSamenhang Zelfzorg Ondersteund, Persoonsgerichte Zorg en Positieve Gezondheid NvL, 2019
Samenhang Zelfzorg Ondersteund, Persoonsgerichte Zorg en Positieve Gezondheid NvL, 2019 Waarom dit document? Positieve Gezondheid, persoonsgerichte zorg en ondersteunde zelfzorg zijn initiatieven die vanuit
Nadere informatieEen netwerkorganisatie ter bevordering van de ondersteuning van zelfzorg 28 september 2018 Stephan Hermsen
Een netwerkorganisatie ter bevordering van de ondersteuning van zelfzorg 28 september 2018 Stephan Hermsen Hoe het was Krachten bundelen tripartite Patiënten verenigingen Zorgverleners Zorgverzekeraars
Nadere informatieOp weg naar de module ouderenzorg
Op weg naar de module ouderenzorg Geïntegreerde zorg voor ouderen met multiproblematiek Stichting Gezondheidscentra Eindhoven Robert Vening Katinka Mijnheer 12 oktober Inhoud presentatie 1. Introductie
Nadere informatie2 Anders werken: de patiënt vraagt erom
2 Anders werken: de patiënt vraagt erom 2.1 Zijn zorgprofessionals voorbereid op de toekomst? Onvoldoende voorbereid op toename chroniciteit Curatief denken nog dominant Voorbeeld: Chronic Care Model Zijn
Nadere informatieLandelijk Actieprogramma Zelfmanagement 2008-2012. Kennis, Resultaten en Toekomst
Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement 2008-2012 Kennis, Resultaten en Toekomst Inhoudsopgave Voorwoord Opdrachtgevers aan het woord Ambitie 3 4 5 Kennis - Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement Verkennend
Nadere informatieNPA Congres, 4 februari 2016: De patiënt aan het roer?
NPA Congres, 4 februari 2016: De patiënt aan het roer? Gezonde Zorg, Gezonde Regio Gelf Jan Wieringa: Voorzitter proeftuin Gezonde Zorg, Gezonde Regio Bestuurder Rijncoepel www.gzgr.nl Agenda Inleiding
Nadere informatiePatiëntenparticipatie in Diseasemanagement & Chronic Care Model. Margo Weerts
Patiëntenparticipatie in Diseasemanagement & Chronic Care Model Margo Weerts De Hart&Vaatgroep De nieuwe organisatie van en voor mensen met een hart- of vaatziekte Ontstaan uit: - Vereniging van Vaatpatiënten
Nadere informatieVan Diseasemanagement naar Gezondheidsmanagement
Van Diseasemanagement naar Gezondheidsmanagement Drie jaar ervaring in de praktijk van Diseasemanagement 29 juni 2012 Stannie Driessen Opbouw 1. Ontwikkelingen en publicaties in de afgelopen 12 maanden
Nadere informatieDisclosure belangen sprekers
Disclosure belangen sprekers (potentiële) Belangenverstrengeling geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven n.v.t. Centrale zorgverlener Welke rol kan zij spelen? dr. ir. Helene Voogdt
Nadere informatieInnovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem
Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare
Nadere informatieMultidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015
Multidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015 Bijeenkomst InEen, 28 oktober 2014 Ambities regeerakkoord Gemeenten AWBZ Zvw Wmo Wpg Extramuraal Intramuraal Eerstelijns zorg
Nadere informatieNIVEL Panels. Gezondheidszorgonderzoek. vanuit het perspectief van. de Nederlander. Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg
NIVEL Panels Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Gezondheidszorgonderzoek vanuit het perspectief van de Nederlander nivel panels Het Nivel onderzoekt met behulp van een aantal panels
Nadere informatieBijeenkomst Zorggroepen Inkoopkader Lucie Martijn & Bart Verhulst 8 juni 2015
Bijeenkomst Zorggroepen Inkoopkader 2016 Lucie Martijn & Bart Verhulst 8 juni 2015 Agenda 1. Visie, Ontwikkelingen & Actualiteit 2. Denktank & Klankbord 3. Kerntaken & Brede rol 4. Inkoop Ketenzorg 2016
Nadere informatieZorg en ondersteuning voor mensen met ernstige psychische aandoeningen. Elly van Kooten. Directie Maatschappelijke Ondersteuning, Ministerie van VWS
Zorg en ondersteuning voor mensen met ernstige psychische aandoeningen Presentatie Congres Phrenos 13 november 2014 Elly van Kooten Directie Maatschappelijke Ondersteuning, Ministerie van VWS 1 Inhoud
Nadere informatieStappenplan realiseren structurele bekostiging innovatieve ouderenzorg
Stappenplan realiseren structurele bekostiging innovatieve ouderenzorg introductie Marc Soeters Gerrold Verhoeks 15 januari 2018 Inleiding Het Nationaal Programma Ouderenzorg (NPO) heeft de start van tal
Nadere informatieMethoden om zorgverleners te ondersteunen bij gedragsverandering. Corrine Brinkman, Beatrijs vd Poel - NDF Stephan Hermsen - Vilans
Methoden om zorgverleners te ondersteunen bij gedragsverandering Corrine Brinkman, Beatrijs vd Poel - NDF Stephan Hermsen - Vilans Inhoud Workshop Inleiding met aandacht voor: Visie op rol zorgverlener
Nadere informatieFysiotherapie bij patiënten met Hart-, Vaat- en / of Longaandoeningen, een blik naar de toekomst
Fysiotherapie bij patiënten met Hart-, Vaat- en / of Longaandoeningen, een blik naar de toekomst 24 april 2013, Deventer Leendert Tissink Msc Fysiotherapeut Van Zuilichem / Partners Oud Gastel; Docent
Nadere informatieVisie Ehealth Longfonds
Visie Ehealth Longfonds Dit document beschrijft de visie en standpuntbepaling van het Longfonds in relatie tot E-health. En is de basis voor de ontwikkelde checklist voor toetsing van E-health initiatieven
Nadere informatieFunctionele omschrijving van de beweegprofessional BeweegKuur
Functionele omschrijving van de beweegprofessional BeweegKuur Inleiding Bewegen is voor veel mensen niet vanzelfsprekend. Professionals zijn nodig om belemmeringen bij mensen weg te nemen, hen te adviseren,
Nadere informatieOverzicht Financiering eerste lijn
Overzicht Financiering eerste lijn Wat gaan we doen? Terugblik inventarisatie ZonMw onder 22 praktijkprojecten Overzicht financieringsbronnen Goed voorbeeld In dialoog met Waarom deze workshop? Quickscan
Nadere informatieVGE-congres 2012 Duurzaamheid zorguitgaven. Ketenfinanciering. Erik Schut. Goede coördinatie zorgverlening steeds belangrijker, als gevolg van:
VGE-congres 2012 Duurzaamheid zorguitgaven Ketenfinanciering Erik Schut 2 Ketenfinanciering: waarom? Goede coördinatie zorgverlening steeds belangrijker, als gevolg van: toename chronische ziekten toename
Nadere informatieGezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen
Gezondheidsachterstanden Gelijke kansen voor iedereen Goede gezondheid: niet voor iedereen Een goede gezondheid is een groot goed, voor de individuele burger én voor de samenleving als geheel. We worden
Nadere informatieZelfmanagement voor iedereen haalbaar?
Zelfmanagement voor iedereen haalbaar? dr. Monique Heijmans NIVEL Nederlands Instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg 29 juni academische werkplaats Context Groeiende zorgvraag door toename chronische
Nadere informatieAddendum ondersteuning Kwaliteitsinstituut. bij Programma Kwaliteit van Zorg: Versnellen, verbreden, vernieuwen
Addendum ondersteuning Kwaliteitsinstituut bij Programma Kwaliteit van Zorg: Versnellen, verbreden, vernieuwen December 2012 1. Inleiding In de algemene programmatekst Kwaliteit van Zorg zijn drie programmalijnen
Nadere informatieREGIONALE ZORGGROEPEN
Valorisatie 168 Valorisatie Het proces waarin wetenschappelijke kennis beschikbaar wordt gemaakt voor de praktijk wordt in het Engels aangeduid met de term valorisation of knowledge. Dit proefschrift gaat
Nadere informatieAchmea: Gebruik declaratie data ter verbetering van de zorg
Achmea: Gebruik declaratie data ter verbetering van de zorg 7 februari 2013 Koen Harms Jan van Es instituut Leergang populatie management 1 Verbeteren door inzicht Achmea praktijk status Verbeteren via
Nadere informatieRegelingen voor extra stimulering van digitale zorg.
Regelingen voor extra stimulering van digitale zorg. zorgvannu.nl Inhoudsopgave 1. VIPP care: InZicht 2. VIPP OPEN (Ontsluiten Patiëntgegevens uit de Eerstelijnszorg in Nederland) 3. VIPP Medisch Specialistische
Nadere informatieNederlandse Zorgautoriteit Secretariaat Directie Ontwikkeling Postbus 3017 3502 GA UTRECHT. Geachte heer, mevrouw,
Nederlandse Zorgautoriteit Secretariaat Directie Ontwikkeling Postbus 3017 3502 GA UTRECHT datum Utrecht, 27 mei 2009 ons kenmerk 2009-366/DSB/01.01.01/fv/tk voor informatie F. Vogelzang uw kenmerk --
Nadere informatieDit wil overigens niet zeggen dat dit project volledig en definitief van tafel is. Met de ICF¹ in gedachten kan het nu eenmaal niet anders dat er een
Waarom CLIQ Mail Ron Legerstee Ik ga er vooralsnog vanuit dat de behoefte aan een classificatie van hulpmiddelen bestaat. Of CLIQ daarop hét antwoord is en zal blijven weet ik niet. Wel denk ik dat enige
Nadere informatieAchtergrond Waarom een zorgstandaard naast richtlijnen en protocol en?
Achtergrond Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) is een groeiend gezondheids(zorg)probleem. Vooral voor de patiënt zelf is COPD een grote last die in toenemende mate de kwaliteit van leven beperkt.
Nadere informatieDe Zorgmodule Palliatieve Zorg
De Zorgmodule Palliatieve Zorg - wat betekent dit voor de professional en zijn werkveld?- 2e regionale symposium palliatieve zorg s Hertogenbosch, 2 oktober 2014 Drs. Jaap R.G. Gootjes Alg. directeur /
Nadere informatieHoofdstuk 3. Doel, middel en organisatie van het Chronic Care Model in termen van epilepsiezorg
Hoofdstuk 3. Doel, middel en organisatie van het Chronic Care Model in termen van epilepsiezorg Wanneer we de kernelementen van het Chronic Care Model toepassen op de epilepsiezorg dan praten we over de
Nadere informatie!7": ZORG 6ERPLEGING EN 6ERZORGING
!7": ZORG 6ERPLEGING EN 6ERZORGING )NKOOPBELEID,ANGDURIGE :ORG +LANTVERSIE Uitgangspunten en inkoopdoelen 2015 Verpleging en Verzorging (V&V) U hebt recht op langdurige zorg als dat nodig is. Denk aan
Nadere informatieOndersteunen eigen regie van de zorgvrager
Ondersteunen eigen regie van de zorgvrager Tot stand gekomen in samenwerking met Jeroen Havers (CBO), Angela de Rooij- Peek (DVN) en Dennis van de Rijt en mede gebaseerd op workshop tijdens de kennissessie
Nadere informatieKwaliteit van GGz specifieke zorgstandaarden en modules
VOOR WIE IS DEZE CRITERIAWAAIER? - Deze criteriawaaier is opgesteld voor cliënten- en familievertegenwoordigers in de GGz. Kwaliteit van GGz specifieke zorgstandaarden en modules Vanuit een cliënten- en
Nadere informatieOntwikkelingen Healthy Ageing en gevolgen voor toekomstige professionals
Ontwikkelingen Healthy Ageing en gevolgen voor toekomstige professionals Symposium Healthy Ageing in mbo en hbo Joost Degenaar Directeur Centre of Expertise Healthy Ageing Centre of Expertise Healthy Ageing
Nadere informatieAfbeelding: TriamFloat Effectmetingsmodel
Het meten van het effect van leren en ontwikkelen is een belangrijk thema bij onze klanten. Organisaties willen de toegevoegde waarde van leren weten en verwachten een professionele aanpak van de afdeling
Nadere informatieHavenpolikliniek: van bedreiging naar kans. 6 december 2018 SRZ Congres
Havenpolikliniek: van bedreiging naar kans 6 december 2018 SRZ Congres Terug naar het begin: de aanleiding planvorming Oud Haven/Haven 2.0 Overdracht van zorg vanaf 1/10/17 Intrekken Wtzi per 1/1/18 Haven
Nadere informatiePilot DBC COPD De rol van zelfmanagement
Pilot DBC COPD De rol van zelfmanagement 10 november 2009 Discussie vragen Ervaringen in de zaal met zelfmanagement programma? Wat zijn je verwachtingen van zelfmanagement bij patienten met COPD in de
Nadere informatieBetere zorg voor patiënten met beperkte gezondheidsvaardigheden
Betere zorg voor patiënten met beperkte gezondheidsvaardigheden Prof. dr. Jany Rademakers NIVEL Nederlands Instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg CAPHRI Care and Public Health Research Institute
Nadere informatieProjectplan overzicht (deel 1)(ja, mits)
Projectplan overzicht (deel 1)(ja, mits) Algemeen Naam umc Projectleider + email Programmalijn Werkplaats Draagt bij aan de volgende deliverables -zie programma- LUMC Tobias Bonten; t.n.bonten@lumc.nl
Nadere informatieWerkplan 3: 2011-2012 Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ) NPCF-CBO februari 2011
Werkplan 3: 2011-2012 Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ) NPCF-CBO februari 2011 1. Inleiding Van eind 2008 tot medio 2012 loopt het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ). Het LAZ richt
Nadere informatieintelligent software for monitoring centres
intelligent software for monitoring centres Waarom UMO? Binnen Europa en daarbuiten hebben landen te maken met de vergrijzing. Daardoor stijgt de zorgvraag in het komende decennium sterk. Hoe wordt die
Nadere informatieHet Individueel Zorgplan
Het Individueel Zorgplan Bedreiging of Gezamenlijke Kans? Hans in t Veen, longarts STZ Expertise Centrum Astma & COPD h.intveen@sfg.nl Wat is een IZP? Het IZP is de dynamische set van afspraken van de
Nadere informatieZorgstandaard. Problematisch Alcoholgebruik & Alcoholverslaving
Zorgstandaard Problematisch Alcoholgebruik & Alcoholverslaving WORKSHOP - inleiding, dr. Peter Greeven, klinisch-psycholoog, lid werkgroep Zorgstandaarden, bestuurslid NIP - vervolg, Marcella Mulder, teamleider
Nadere informatieOuderengeneeskunde in de eerste lijn:
Ouderengeneeskunde in de eerste lijn: Naar een Universitaire Praktijk Ouderengeneeskunde (UPO) ANH-Halfjaarlijkse 15 januari 2015 Cees Hertogh & Ferry Bastiaans 1 Achtergronden (extern): Toenemende en
Nadere informatieUw huisarts uit de regio Berlicum, Rosmalen, Empel en Den Bosch
Het aantal patiënten met chronische zorg zoals diabetes, COPD en andere chronische ziektebeelden neemt toe. Dit vraagt om een beter gestructureerde organisatie van de gezondheidszorg. Uw huisarts uit de
Nadere informatieLessons learned: pilot Dapper App
Naam Afzender De ontwikkeling van een app ter ondersteuning van zelfmanagement van het kind met overgewicht en obesitas en zijn gezin Auteur: Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wat is Dapper? 4 2.1 Waarom een app
Nadere informatieBepaal je koers met het Zelfmanagementkompas. zelf. management
Bepaal je koers met het Zelfmanagementkompas zelf management Bepaal je koers met het Zelfmanagementkompas Patiënten helpen zelf regie te voeren over hun gezondheid. Dat is waar zelfmanagementondersteuning
Nadere informatiePreventie Bevorderen van gezond gedrag
Preventie Preventie Bevorderen van gezond gedrag Marleen Mares Pepijn Roelofs Tweede druk Boom Lemma uitgevers Amsterdam 2015 Voorwoord In de Nederlandse Grondwet ligt vastgelegd dat de overheid verantwoordelijk
Nadere informatieZelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen
Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen Een speciale uitdaging voor het huisartsenteam en het steunnetwerk Dr. Jany Rademakers, NIVEL Drs. Jeanny
Nadere informatieV&VN Geriatrie. Jaarplan 2014-2015. Inleiding. Missie
V&VN Geriatrie Jaarplan 2014-2015 Inleiding Dit jaarplan beschrijft de activiteiten die de afdeling V&VN Geriatrie voornemens is uit te voeren in 2014 en 2015. Deze activiteiten zijn gebaseerd op de missie
Nadere informatieKeurmerkrapportage. rapportage Keurmerk Basis GGZ 2016 o.b.v. de zelfevaluatie
Keurmerkrapportage rapportage Keurmerk Basis GGZ 2016 o.b.v. de zelfevaluatie Praktijk Thomassen 18 januari 2016 1 Inleiding Per 1 januari 2016 is Praktijk Thomassen opnieuw geregistreerd als keurmerkdrager.
Nadere informatieDiabeteszorg en noodzaak van standaardisatie voor data uitwisseling. Henk Bilo Symposium Clinical data Ware House 11 december 2013
Diabeteszorg en noodzaak van standaardisatie voor data uitwisseling Henk Bilo Symposium Clinical data Ware House 11 december 2013 Volgordelijkheid - 1 Vaststellen, welke gegevens essentieel zijn voor het
Nadere informatieDEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG
DEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG Samen met collega- zorgorganisaties aan de slag met duurzame inzetbaarheid! Aanleiding voor een ACTIEF Netwerk De gezondheidszorg
Nadere informatieLanger thuis door innovatieve wijkverpleging. Andere focus, betere uitkomsten
Langer thuis door innovatieve wijkverpleging Andere focus, betere uitkomsten Uw focus op innovatie en uitkomsten van zorg bepaalt het succes De wereld van de wijkverpleging is sinds 2015 drastisch veranderd.
Nadere informatieVGZ Inkoopbeleid. ondersteuningsgelden 2015 D0166-201407
VGZ Inkoopbeleid ondersteuningsgelden 2015 D0166-201407 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 Ondersteuningsgelden 3 Doelgroep 3 Doelstellingen VGZ 3 2 Inzet ondersteuningsgelden 4 Basisondersteuning 4 Projectondersteuning
Nadere informatieBeleidsdocument 2012-2016
Beleidsdocument 2012-2016 uw zorg, onze zorg Inhoudsopgave 1. Voorwoord...3 2. Zorggroep de Bevelanden...4 3. Waar staat Zorggroep de Bevelanden voor (Missie, Visie en Doelstellingen)...4 4. Uitwerking:
Nadere informatieIntegrale zorg voor chronisch zieken; het spel en de knikkers
Integrale zorg voor chronisch zieken; het spel en de knikkers uitnodiging 12 april 2011 ZonMw programmadag 2011 Diseasemanagement chronische ziekten gecombineerd met inspiratiemiddag Vilans Programmadag
Nadere informatieOverzicht van apps voor het PGD
van apps voor het PGD November 2014 1. Inleiding Om een PGD te gaan gebruiken, moet het genoeg waarde hebben voor de gebruiker. Een PGD krijgt toevoegde waarde als het de gebruiker meer oplevert dan het
Nadere informatieDoorpakken met het PGD
Doorpakken met het PGD Juli 2015 Een persoonlijk gezondheidsdossier (PGD) is een persoonlijk gezondheidsinformatiesysteem dat informatie over gezondheid en zorg bundelt. Deze informatie kan uit allerlei
Nadere informatieTerugkomdag Richtlijnontwikkeling
Terugkomdag Richtlijnontwikkeling Martine Versluijs, PGOsupport Ilse Raats, CBO 5 maart 2015 Programma 10.00 Afgeleide producten van richtlijnen Patiëntenversies Keuzehulpen en gedeelde besluitvorming
Nadere informatieRegioregie. de weg naar Betere en betaalbare zorg. 1. Het huidige zorgstelsel is onhoudbaar
Regioregie de weg naar Betere en betaalbare zorg Regioregie 1. Het huidige zorgstelsel is onhoudbaar De zorg is continu in beweging. Veel gaat goed, maar het kan en moet beter. We zitten met de zorg in
Nadere informatieICHOM en het belang voor de patiënt
DE PATIENT CENTRAAL Maarten de Wit Lent 12 oktober 2017 ICHOM en het belang voor de patiënt T2T Overarching principle B. The primary goal of treating patients with rheumatoid arthritis is to maximize long-term
Nadere informatieInformele Zorg. Beleidsnota. Definitief. Manon Aarninkhof, MichelleNijdam, Corina Bosma Jos Olde Engberink. datum Juli 2015
Informele Zorg Beleidsnota datum Juli 2015 status versie 1.1 auteur(s) Eigenaar Definitief Manon Aarninkhof, MichelleNijdam, Corina Bosma Jos Olde Engberink Inhoud 1. Inleiding... 3 1.1. Aanleiding...
Nadere informatieInkoopbeleid Ondersteuningsgelden 2016
Inkoopbeleid Ondersteuningsgelden 2016 Coöperatie VGZ Inhoud Inleiding Ondersteuningsgelden 3 Doelgroep 3 Doelstellingen VGZ 3 Inzet ondersteuningsgelden Basisondersteuning 4 Projectondersteuning 4 Thema
Nadere informatieChronic, coordinated care for children with overweight and obesity. Versie 1.4 februari 2014
chroniccoordinatedcareforchildrenwith obesitychroniccoordinatedcareforchildr enwithobesitychroniccoordinatedcaref Verkorte versie orchildrenwithobesitychroniccoordinat Positioneringsnota edcareforchildrenwithobesitychronicco
Nadere informatieRuud Janssen, Lectoraat ICT-innovaties in de Zorg, Hogeschool Windesheim
Ruud Janssen, Lectoraat ICT-innovaties in de Zorg, Hogeschool Windesheim Netwerkbijeenkomst decentraliseren = innoveren, georganiseerd door Zorg voor Innoveren, Utrecht, 26 juni 2014 Zorgverzekeringswet
Nadere informatieRuimte voor duurzame innovatie in de zorg
Ruimte voor duurzame innovatie in de zorg De Doelen 22 november 2012 Kim Putters Erasmus Universiteit Rotterdam Koen Harms Achmea Programma Opening Kim Putters: Innoveren in een meervoudige omgeving Presentatie
Nadere informatieWAARDECREATIE VOOR DE BURGER
WAARDECREATIE VOOR DE BURGER CONGRES WAARDECREATIE DOOR INTEGRATIE VAN ZORG DIK HERMANS 16 DECEMBER 2015 VOORBEELD 1: PROEFTUIN GEZONDE ZORG, GEZONDE REGIO Deelnemers Rijncoepel, multidisciplinair eerstelijns
Nadere informatieLUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT:
Op weg naar een Kamer Mondzorg Josef Bruers LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT: Quality for the future 4 oktober 2013 Kamer Mondzorg Werktitel voor een initiatief om in Nederland te komen
Nadere informatieInformatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ. 15 December 2015 Domstad Utrecht
Informatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ 15 December 2015 Domstad Utrecht Programma 14:00: Welkom en toelichting programma 14:15: presentatie vernieuwd KK GZ 14:45: presentatie proeftuinen 15:15:
Nadere informatieRegionale visie op welzijn. Brabant Noordoost-oost
Regionale visie op welzijn Brabant Noordoost-oost Inleiding Als gemeenten willen we samen met burgers, organisaties en instellingen inspelen op de wensen en behoeften van de steeds veranderende samenleving.
Nadere informatie