FUNCTIEBESCHRIJVING. Datum : december 2013 Functiebeschrijving : Directeur Onderwijscluster Vastgesteld besluit CvB : 28 januari 2014

Transcriptie

1 FUNCTIEBESCHRIJVING Datum : december 2013 Functiebeschrijving : Directeur Onderwijscluster Vastgesteld besluit CvB : 28 januari 2014 Waardering Salarisschaal 14 Context - Organisatorische eenheid: Onderwijscluster - Verantwoording: College van Bestuur De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen Scalda dat is ontstaan door de fusie tussen ROC Westerschelde en ROC Zeeland per De Directeur onderwijscluster is integraal resultaatverantwoordelijk voor aantoonbaar kwalitatief hoogwaardig onderwijs binnen het onderwijscluster en medeverantwoordelijk voor de resultaten van de organisatie als geheel. In een periodiek overleg (BMO) worden de directeuren en managers uitgenodigd om het CvB te adviseren met betrekking tot de strategische beleidsontwikkeling van de onderwijsinstelling. De functie wordt uitgeoefend binnen het door het College van Bestuur vastgestelde beleid. Het ROC kent als organisatieprincipe negen onderwijsclusters te weten: 1. Techniek; 2. ICT en Elektro; 3. Maritiem en Logistiek; 4. Zorg; 5. Welzijn; 6. Economie; 7. Sport; 8. Horeca, Toerisme en Voeding; 9. Educatie. De Directeur onderwijscluster ontwikkelt de strategie van het cluster binnen centraal vastgestelde beleidskaders zoals de onderwijsvisie, de positionering van het ROC en de landelijke wetgeving en richtlijnen. De directeur onderwijscluster levert een individuele, substantiële inhoudelijk bijdrage aan de strategische beleidsontwikkeling van Scalda door middel van portefeuillehouderschap. De bijdrage aan de algemene strategie van het ROC wordt door het collectief van de Directeuren onderwijscluster op verschillende wijzen direct en indirect geleverd: * via de voorzitter van het directieteam (CvB-overleg); * via het BMO (Bestuurlijk Management Overleg); * via het directieteam: De Directeuren van de onderwijsclusters vormen het directieteam.

2 Verder fungeert een Directeur onderwijscluster als voorzitter van het overleg van een BAG (Beleidsadvies Groep). Deze BAG bereidt beleidsadviezen voor op toebedeelde strategische gebieden. De directeur is verantwoordelijk voor doorlopen van het verdere besluitvormingsproces van deze adviezen. De Directeuren onderwijscluster houden continu de focus op potentieel nieuwe producten of doelgroepen/markten. De acquisitie en uitvoering van commerciële activiteiten wordt centraal belegd bij een Contract B.V. Over de levering van diensten door ondersteunende afdelingen en de Contract B.V. maken de Directeuren onderwijscluster afspraken middels een dienstverleningsovereenkomst (DVO). Operationele aansturing van teamleiders is een taak c.q. verantwoordelijkheid van de Directeur onderwijscluster. De Directeur onderwijscluster stemt per onderwijslocatie af met collega Directeuren over de aansturing van primaire onderwijs- en beheerprocessen. Het primaire onderwijsproces is het uitgangspunt van de nieuwe organisatiestructuur. Het onderwijs wordt vormgegeven in voor deelnemers en externe stakeholders herkenbare onderwijsteams. Een dergelijk team wordt geleid door een teamleider. Iedere medewerker maakt deel uit van een basisteam, maar kan daarnaast ook werkzaam zijn in andere teams. De onderwijsteams behoren tot één van de onderwijsclusters. De Directeur onderwijscluster stuurt op de te behalen resultaten (doeltreffendheid) als op de wijze waarop deze worden gerealiseerd (doelmatigheid). Naast een integraal verantwoordelijke Directeur onderwijscluster kent het ROC ook management voor staf en ondersteunende diensten (6 in totaal (inclusief bestuurlijke ondersteuning)). Middels een DVO maken de managers afspraken over de te leveren staf- of service diensten aan de Directeuren onderwijsclusters. De directeuren en managers dragen samen zorg voor een sluitende (meerjaren) begroting van Scalda. De Directeur onderwijscluster verricht in het bijzonder werkzaamheden binnen een aantal resultaatgebieden: - levert een bijdrage aan de strategievorming ROC-breed; - zorgt voor de strategievorming van, voor en binnen het onderwijscluster; - zorgt voor het algehele management van, voor en binnen het onderwijscluster c.q. met het direct en indirect (middels teamleiders) geven van leiding aan de onderwijsteams. De Directeur onderwijscluster valt direct onder het College van Bestuur en wordt aangestuurd door en is verantwoording verschuldigd aan het College van Bestuur. Resultaatgebieden 1. Resultaatgebied 1 De Directeur onderwijscluster levert een algemene bijdrage aan de strategievorming ROCbreed. Activiteiten: levert een substantiële inhoudelijke bijdrage aan de instellingsbrede strategische beleidsontwikkeling; adviseert het College van Bestuur over het scheppen van de benodigde randvoorwaarden; adviseert het College van Bestuur over de centraal vast te stellen beleidskaders; leidt projecten en/of neemt deel aan een BAG en of neemt deel aan de ontwikkeling van de strategie binnen andere gremia binnen het ROC; draagt, vanuit de eigen cluster, ideeën, concepten en strategische beleidsvoorstellen aan over ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs en de onderwijsvraag; bereidt voor, ontwikkelt, implementeert en evalueert ROC-breed onderwijsbeleid en de relevante delen van de daarvoor van toepassing zijnde bedrijfsvoering. Directeur onderwijscluster 2

3 2. Resultaatgebied 2 De Directeur onderwijscluster is belast met de strategievorming van, voor en binnen het cluster. Activiteiten: vertaalt het vastgestelde strategische beleid van het ROC naar strategische (onderwijskundige) beleidsuitgangspunten voor het cluster, met specifiek aandacht voor de regio; draagt zorg voor de vertaling van centrale onderwijskaders naar onderwijsprogrammering en organisatieontwerp voor het cluster, binnen het door het College van Bestuur vastgestelde functiegebouw; draagt zorg voor het opstellen van de concept begroting voor het cluster, de realisatie van de goedgekeurde begroting en is belast met het toezien op een adequaat budgetbeheer; draagt zorg voor de ontwikkeling van onderwijs- en examenregelingen voor het cluster en geeft daarover adviezen aan het College van Bestuur; vertegenwoordigt het cluster naar buiten toe naar alle relevante stakeholders; vertegenwoordigt het cluster binnen het ROC naar alle relevante stakeholders, waaronder zeker begrepen de ondersteunende diensten en de Contract B.V.; draagt zorg voor de totstandkoming van werkplannen en de afstemming daarvan op de geplande ROC- brede doelstellingen van andere clusters; levert een bijdrage aan, of laat nadrukkelijk een bijdrage leveren aan, de acquisitie ten behoeve van het contractonderwijs. 3. Resultaatgebied 3 De Directeur onderwijscluster is belast met het algehele (operationele) management van, voor en binnen het cluster c.q. met het direct en indirect (middels teamleiders) geven van leiding aan de onderwijsteams. Activiteiten: zet, binnen de gegeven ruimte van de centrale kaders, de middelen en de formatie in die nodig zijn voor de uitvoering van het primair onderwijs- en beheersproces; stelt het kader voor de algehele planning voor de onderwijsprocessen op, bewaakt hiervan de kwaliteit volgens het PDCA principe en geeft prioriteiten aan; sluit met de managers ondersteunende diensten en de Contract B.V. DVO's af ten behoeve van het cluster; draagt zorg voor (laat zorgdragen voor) de aansturing van het onderwijsproces; bepaalt (laat bepalen) op basis van de kwalificatiedossiers, de competentiegerichte leer- en oefenstof, de competentiegerichte les- en leermethode, de leermiddelen, de indeling en de fasering, enzovoort; levert (laat leveren) bijdragen aan de ontwikkeling van de curricula, de modules, enzovoort; draagt als eindverantwoordelijke zorg voor (laat zorgdragen voor) de correcte beoordeling van werkstukken, stageverslagen, enzovoort, en voor het correct samenstellen, afnemen en beoordelen van toetsen, tentamens en examens conform landelijke standaarden; draagt zorg voor de verdeling, voortgang en kwaliteit van de werkzaamheden van de teamleiders; begeleidt teamleiders bij hun werkzaamheden; draagt zorg voor een optimale personeelsbezetting; draagt zorg voor een adequate overlegstructuur; begeleidt en stimuleert teamleiders bij hun persoonlijke ontwikkeling; Directeur onderwijscluster 3

4 stimuleert de teamontwikkeling en de professionalisering van de medewerkers van het cluster; voert personeelsmanagement uit (hieronder begrepen functioneringsgesprekken, en dergelijke). Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden de Directeur onderwijscluster legt verantwoording af aan het College van Bestuur voor wat betreft de effectiviteit en doeltreffendheid van de bijdrage aan de ROCbrede (strategische) beleidsvorming, de voorbereiding en de uitvoering van het vastgestelde beleid binnen het cluster, de kwaliteit van het onderwijs en de examinering en de leiding en de sturing aan de onderwijs-, onderwijskundige en relevante (delen van) de bedrijfsvoering processen binnen het cluster, de acquisitie van contractactiviteiten, alsmede voor wat betreft de kwaliteit van het geven van leiding en sturing aan de teamleiders en het verrichten van overige managementtaken; de Directeur onderwijscluster neemt beslissingen bij/over het leiden van projecten en/of het deelnemen aan de (collectieve) ontwikkeling van de strategie binnen de diverse gremia binnen het ROC, het vertalen van het vastgestelde strategische beleid van het ROC naar strategische (onderwijskundige) beleidsuitgangspunten voor het cluster, het (doen/laten) vertalen/omzetten van delen van het ROC-breed beleid naar cluster-beleid, de acquisitie van contractactiviteiten en bij het geven van leiding en sturing aan de teamleiders en bij het verrichten van overige managementtaken. Kennis en vaardigheden brede of gespecialiseerde theoretische kennis van en inzicht in maatschappelijke en arbeidsmarktontwikkelingen in relatie tot de branches waarin binnen het ROC door het clusters (of via contractactiviteiten van welke aard dan ook) onderwijs wordt gegeven of diensten worden verleend; kennis van en inzicht in de ontwikkelingen op de specifieke opleidingsterreinen van het cluster; vaardigheid in het inspelen op veranderende technologieën, onderwijsvragen en - strategieën; vaardigheid in het geven van leiding en sturing aan professionals in een veranderende omgeving; vaardigheid in het acquireren van contractactiviteiten; vaardigheid in het bespreekbaar maken van controversieel liggende onderwerpen; vaardigheid in het ontwikkelen, uitdragen en verdedigen van (beleids)standpunten, nieuwe ideeën, onderwijsprogrammering, enzovoort, binnen het ROC. Contacten met het College van Bestuur, de collega-directeuren onderwijscluster en de manager Bestuurlijke Ondersteuning over de (collectieve) adviezen ten behoeve van de ontwikkeling van de strategie van het ROC en om tot draagvlak en besluitvorming door het College van Bestuur te komen; met het College van Bestuur, de collega-directeuren onderwijscluster om nieuwe ontwikkelingen uit te dragen, bij belangentegenstellingen de weerstanden op te heffen, algemene adviezen te verstrekken, tot afstemming te komen en werkafspraken te maken; met de managers van de ondersteunende diensten en de Contract B.V. over de gewenste ondersteuning, contractactiviteiten en om tot DVO's te komen; Directeur onderwijscluster 4

5 met vertegenwoordigers van gemeenten, bedrijven en instellingen om (mede) te onderhandelen c.q. (mede) te acquireren met betrekking tot te leveren diensten in het kader van contractactiviteiten en/of meerjarige samenwerkingscontracten af te sluiten; met alle relevante stakeholders over ontwikkelingen, beleidsvoorstellen of controversieel liggende voorstellen of onderwerpen om deze te bespreken en informatie over de onderwijs- en arbeidsmarkt te verkrijgen; met vertegenwoordigers van het werkveld om te komen tot afstemming over het opleidingsportfolio; Directeur onderwijscluster 5

6 Competenties Directeur onderwijscluster (schaal 14) Het bepalen van duidelijke doelstellingen en zorgdragen dat medewerkers bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen. 2.1: Leiding geven - Geeft leiding aan discussies over het strategische beleid en het langetermijn perspectief van de organisatie - Creëert commitment in de organisatie (of het organisatiedeel) door een aansprekende visie neer te zetten, plannen en doelen te stellen en hier consequent naar toe te werken. - Heeft oog voor en anticipeert op relevante ontwikkelingen in de omgeving van de organisatie en vertaalt deze in het strategisch beleid. Ontwikkelen en uitdragen toekomstbeeld. Afstand nemen van de dagelijkse praktijk. Onderkennen van feiten, trends en toekomstige ontwikkelingen. Deze in een ruimere context en lange termijn perspectief van eigen werkterrein, vakgebied en/of organisatie(-onderdeel) plaatsen. 2.2: Visie - Neemt initiatief voor strategische beleidsontwikkeling - Schat het belang in van juridische, politieke, onderwijskundige en/of maatschappelijke ontwikkelingen, onderkent trends en vertaalt deze naar strategische keuzen en acties voor de (het) organisatie(deel). - Stimuleert en faciliteert anderen om bij te dragen aan strategische beleidsvorming. Gericht zijn op het vertalen concretiseren- van doelen en het realiseren van resultaten conform tijdpad, normen en afspraken. - Realiseert verbeteringen in werkzaamheden en randvoorwaarden, zowel binnen als buiten het eigen aandachtsgebied. 2.4: Resultaatgerichtheid - Stelt meetbare (strategische) doelstellingen op en definieert daarbij de resultaten op langere termijn. - Maakt afspraken over de wijze waarop lange termijndoelen van de organisatie behaald moeten worden; toetst en borgt naleving van afspraken. - Stimuleert anderen in het stellen en realiseren van nieuwe doelen en vertoont hierin voorbeeldgedrag. - Faciliteert anderen of neemt obstakels voor anderen weg, zodat gemeenschappelijke doelen kunnen worden bereikt. De bereidheid en het vermogen om samen te werken met anderen aan een gemeenschappelijk doel, ook wanneer dit doel niet onmiddellijk van persoonlijk belang is. 3.1: Samenwerken - Moedigt anderen aan om samen te werken en hun ideeën te uiten - Komt met ideeën om het gezamenlijke resultaat te verbeteren. - Stimuleert medewerkers/collega's om periodiek met elkaar informatie/kennis te delen. - Bevordert de goede verstandhouding en geeft opbouwende kritiek en feedback. Directeur onderwijscluster 6

7 Zich verbonden voelen met en loyaal zijn aan de organisatie en het werk. 3.2: Betrokkenheid - Heeft voortdurend zicht op het functioneren van medewerkers en/of collega's en corrigeert of ondersteunt waar nodig. - Weet anderen te motiveren en te binden ten behoeve van een gezamenlijk doel. - Draagt de doelen en waarden binnen en buiten de organisatie uit. Het vermogen in te spelen op en tegemoet te komen aan vragen, wensen, behoeften en belangen van zowel interne als externe klanten en het vermogen om het brede begrip klantrelatie te vertalen naar de eigen context en daar toe te passen. 3.5: Klantgerichtheid - Denkt spontaan met de klant mee, hoort zonodig de vraag achter de vraag en ziet mogelijkheden en beperkingen. - Vertaalt de informatie van de klant door naar een realistisch concept gericht op toegevoegde waarde voor klanten. - Onderneemt extra acties om de relatie met klanten op te bouwen en/of te bestendigen. - Stimuleert en faciliteert anderen om actief klantgericht te opereren. Volgt relevante ontwikkelingen in de omgeving van de organisatie en benut deze kennis ten behoeve van de organisatie en/of het vakgebied. 4.3: Omgevingsbewustzijn - Treedt binnen het vakgebied op als vraagbaak voor anderen. - Vertaalt relevante externe ontwikkelingen naar de eigen organisatie. - Ondersteunt en stimuleert anderen om informatie uit te wisselen over relevante ontwikkelingen. Handelen in woord en gedrag- in lijn met algemeen aanvaarde sociale en ethische normen en waarden, ook onder moeilijke omstandigheden en/of druk om hier vanaf te wijken. Het daarop aanspreekbaar zijn en het aanspreken van anderen hierop. 5.2: Integriteit - Stimuleert respect en openheid in de omgang met anderen. - Handelt consistent naar en vanuit overtuiging. - Laat voorbeeldgedrag zien in respect, eerlijkheid en betrouwbaarheid. - Signaleert niet integer gedrag en onderneemt daarop actie. Het vermogen zich effectief aan te passen bij zich wijzigende omstandigheden, weerstand, problemen of kansen door zijn werkwijze te variëren, teneinde het gestelde doel te bereiken. 6.5: Flexibiliteit - Ziet wanneer er behoefte is aan, dan wel een noodzaak is voor verandering en ontplooit hiervoor initiatieven. - Wisselt gemakkelijk van gedragsstijl als de situatie daarom vraagt. - Stimuleert anderen tot het zich eigen maken van verschillende gedragsstijlen. - Helpt anderen in een nieuwe situatie te herkennen welke nieuwe competenties ze zouden moeten ontwikkelen om hier mee om te gaan. Het stimuleren en motiveren van anderen gericht op hun persoonlijke ontwikkeling en het geven en ontvangen van feedback in een open verstandhouding. 7.1: Coachen - Beschikt over een breed repertoire aan coachingsvaardigheden. - Helpt anderen om gedragspatronen te doorbreken of te versterken. - Leeft zich in de ander in en bouwt verder op zelfvertrouwen van de ander. - Stimuleert anderen hun competenties in te zetten en te vergroten. Directeur onderwijscluster 7