Stageopdracht 2 Coaching. F7Zuid- Algemene interne.

Transcriptie

1 Stageopdracht 2 Coaching F7Zuid- Algemene interne Naam: Maike de Groot. Groep: LV11-4AMC2 Studentennummer: Opleiding: HBO-V. Docentbegeleider: Pamela Abendanon Stageperiode: t/m Afdeling: F7Zuid- Algemene interne. Werkbegeleiders: Adeline Heijbrock Irha Praktijkopleider: Astrid Walstra Datum:

2 Inhoud Inleiding:... 3 Uitwerking van mijn voorbereidingen:... 4 Hoe te werk gegaan?:... 5 Ervaring:... 9 Verkregen feedback + eigen blik hierop: Blik op feedback overall: Conclusie: Bijlagen: Bijlagen 1: Voorbereiding introductiegesprek Bijlagen 2: Beoordelingscriteria stageopdracht coaching

3 Inleiding: Nu ik in mijn afstudeerjaar van het HBO-V zit, wordt er van mij verwacht dat ik in staat ben een jongerejaars student te coachen. Vandaar deze zelf opgestelde stageopdracht. Ik heb een hoofdvraag gesteld om uiteindelijk naar een conclusie toe te kunnen werken. De hoofdvraag die ik heb opgesteld luidt als volgt: Op welke manier ben ik het beste in staat om een jongerejaars student te begeleiden en te coachen in haar leerproces, om haar zo dichter bij de rol beroepsbeoefenaar te brengen en haar zelfstandiger te laten worden? Deze vraag zal ik beantwoorden doormiddel van het analyseren van mijn praktijksituaties, feedbackformulieren en gevoerde gesprekken wat u kunt lezen in het onderstaande verslag. In de bijlage vindt u het feedbackformulier voor het beoordelen van het verslag. Kudelstaart, 19 maart

4 Uitwerking van mijn voorbereidingen: Voordat ik aan mijn opdracht begon, heb ik voor mijzelf criteria opgesteld waarvan ik vindt dat als ik daaraan voldoe, ik in staat ben om een student te coachen en dus mijn opdracht voldoende afsluit. Doormiddel van deze criteria (waaronder het analyseren van mijn verkregen feedback) wil ik erachter komen wat het antwoord is op mijn eerder gestelde hoofdvraag. Deze criteria waren goedgekeurd door mijn begeleiders dus kon ik echt aan mijn opdracht beginnen. In dit verslag heb ik het over mijn student. Dit doe ik bewust omdat ik zo de privacy van de student die ik heb begeleid te waarborgen. Dit verslag zal ook in mijn uiteindelijke stageverslag komen die meerdere mensen zullen lezen, vandaar dat ik het niet netjes vind om de student bij naam te noemen. 4

5 Hoe te werk gegaan?: Als begeleider was ik er niet alleen om mijn student tijdens de diensten te begeleiden in haar praktijk handelen, maar ook voor het voeren van gesprekken. Een aantal gesprekken stonden vast, zoals het introductiegesprek en de tussenevaluatie, maar er kwamen helaas ook probleembesprekingen aan de orde. Hieronder kunt u lezen hoe ik tijdens de gesprekken aan het werk ben gegaan en hoe ik vond dat het ging. 1. Introductiegesprek: Op 7 maart had mijn student haar kennismakingsgesprek gepland samen met Adeline, Irha en ik. De dag voor het gesprek heb ik via de mail mijn voorbereidingen gestuurd naar Adeline en Irha, zodat zij wisten wat ik met mijn student wilde bespreken (zie bijlagen 1). Ik wist zo van te voren wat ik aan haar wilde vragen zodat het gesprek vloeiend en ontspannen zou verlopen. Mijn student is een hele open student en dat gaf mij al een gevoel van vertouwen. Ze vertelt privé informatie aan ons, en hierdoor kreeg ik het gevoel dat ze ons vertrouwt. Dat vind ik een hele belangrijke stap bij het coachen, het ontwikkelen van een vertrouwensband. Hierdoor groei je dichter naar elkaar toe en is het voor mijn gevoel makkelijker om elkaar feedback te geven en om open tegen elkaar te zijn. Ze vertelde heel gedetailleerd haar stage ervaringen en dat helpt mij ook in het coachen van haar. Ik weet waar ze moeite mee heeft en waar ze eerder al tegen aan is gelopen. Ik vind dat ik het gesprek goed heb geleid. Ik heb mijn student aan het woord gelaten en ik heb niet alleen aangehoord wat ze te vertellen had, maar ik heb ook echt geluisterd. Haar probleem was bij mij duidelijk en daar ben ik ook op in gegaan. Af en toe nam Adeline het woord wanneer zij daar makkelijker antwoord of tip op kon geven. Over het algemeen ben ik tevreden over hoe het gesprek liep. 2. Stagwerkplan (SWP): Al bij de tweede onderwijsgroep les (OWG) had mijn student haar stagewerkplan concept af. Samen met haar heb ik stap voor stap haar leerdoelen doorgenomen. Ik merkte dat ze er moeite mee had om concrete leeractiviteiten en RUMBA leerdoelen op te stellen. Ik heb haar hiervoor het voorbeeld voor het bakken van een appeltaart gegeven. Wat ga je doen als je een appeltaart bakt? Je pakt alle benodigdheden, deze zijn suiker, boter etc. dan pak je een bak deze beboter je en zo verder. Dit vond zij ook een handig voorbeeld voor wat er precies van haar verwacht werd. Ze stuurde mij haar definitieve concept op waarop ik concreet feedback heb gegeven en hem hierna terug heb gestuurd. Mijn eerste indruk van het SWP was zeer positief. Ik kon direct zien dat er veel uren in zaten en dat ze er echt over na had gedacht. Wel zag ik ook direct dat ze erg perfectionistisch is ingesteld. Haar SWP bestond uit vele pagina s en leerdoelen. Ik vond zeker dat ze professioneel overkwam en dat haar woordkeuze voor een derde jaars HBO student op niveau was. Ik had wel wat opmerkingen op sommige dingen, maar over het algemeen vond ik het er al erg goed uit zien. Ik heb mijn feedback naar mijn eigen begeleiders gestuurd, zodat zij ook konden zien hoe ik het had beoordeeld. Bij de gegeven feedback had ik ook een verdere uitleg gegeven via de mail. Uiteindelijk is het SWP na één keer verbeteren met een GO beoordeeld en kon zij er mee aan het werk gaan. 3. Probleembespreking 1: Mijn student heeft haar eerdere stage ervaringen al doorgegeven, maar maakte op F7Zuid weer een dag mee waarin ze een niet leuke situatie meemaakte. Dit kon zij goed verwoorden en duidelijk doorgeven aan Irha. Ze heeft zelf een gesprek aangevraagd en ik heb voorgesteld om daar ook bij te zijn. Ze had het gepland op een dag waarop ik niet aanwezig was maar ik wilde daar wel voor terug komen. Dit hoefde niet van haar, ze zou het gesprek met Pamela en Astrid voeren, en mij de notulen sturen. Ik vond het goed dat ze zo open was in het probleem wat er op dat moment plaatsvond. Dit gaf mij als coach ook weer een gevoel van vertrouwen. Doordat ze zo open is in haar positieve en negatieve ervaringen, kan ik als coach ook meedenken naar oplossingen. Ik vind dit fijn want ik help mijn student graag waar nodig. 5

6 4. Voortgangsgesprek: Dit gesprek voerde Irha, omdat hij vaker met haar had gewerkt en ik was er wel bij aanwezig. Al gauw kwam aan het licht dat mijn student vast liep met haar planning en ook in tijdnood zat met haar opdracht die zij voor haar tussenbeoordeling af moest hebben. Ik schrok van het feit dat het anders liep dan ik eigenlijk dacht. Ze voelde zich naar over het feit dat ze mij niet had laten weten dat haar planning niet goed liep. Ik heb aangegeven dat ze dit gevoel maar gauw moest vergeten, aangezien ze dit wel al met Irha en Astrid had besproken. Haar hoofd zat op dat moment zo vol dat ze mij vergat in te lichten. Als eerst hebben Irha en ik met haar naar haar eigen gemaakte planning gekeken. We keken of het realistisch was en of er nog aanpassingen konden komen. Wat mij opviel was dat ze haar stageopdracht nog niet had ingepland. Ik heb haar even zelf na laten denken en daarna stelde ik haar de volgende vraag. Wat zegt het woord stageopdracht? Hier wist ze niet direct een antwoord op dus hielp ik haar. Ik vertelde haar dat het een opdracht is voor stage en waar ze dus ook tijdens haar stage aan mocht werken. Ik maakte haar duidelijk dat ze altijd haar pieper af mag geven om aan haar opdracht te mogen werken, dat er geen enkele coach zal zeggen dat het niet mag. Dit wist ik met zekerheid te zeggen omdat dit mij ook vanaf dag 1 is verteld. Hierbij wist ze direct één dag in te vullen wanneer ze eraan ging werken. Op dat moment had ik door kunnen vragen hoe ze het verder op wilde lossen, om haar zelf weer na te laten denken. Dit kreeg ik achteraf als feedback van Irha. Hier kan ik zeker iets mee. Doorvragen is als coach een belangrijk punt, omdat je zo je student dwingt om zelf na te denken en zelf met oplossingen te komen. Je geeft ze hiermee een klein opstapje naar verdere oplossingen. Ik vond het vervelend te zien en te merken dat het haar allemaal even te veel werd. Als coach merk ik nu dat ik graag wil dat alles goed gaat met mijn student en dat de stage soepel verloopt. Waar ik ook op in ben gegaan is het SWP. Ik heb gevraagd of ze de reden wist waarom ze die had opgesteld. Naar mijn idee was het haar niet duidelijk dat dit het gene was waar ze op beoordeeld zou worden, op haar eigen leerdoelen. Dit werd haar wel duidelijker nadat we het er over gehad hebben. Al met al heb ik mij als coach, naar mijn idee, goed laten zien in dit gesprek. Door de problemen met mijn student te durven bespreken en in te durven gaan op haar gevoelens. Ik heb meegedacht, maar geen oplossingen aangedragen. Wat ik meeneem voor de volgende keer is dat ik meer door ga vragen en haar nog meer zelf laat denken en door laat denken met het gene wat ik haar aandraag. Voor mijn gevoel heb ik in het weekend dat het gesprek plaatsvond een stap vooruit gemaakt als coach wat betreft communicatieve vaardigheden. 5. Probleembespreking 2: Helaas kwam er een tweede gesprek tijdens een late dienst waarin mijn student aangaf dat ze wilde praten. Voordat ze aan haar opleiding begon, was ze al niet 100% zeker of ze wel echt verpleegkundige wilde worden. Die twijfel nam met de maande af, maar speelde op dit moment weer op. Het kwam vooral omdat ze bang is. Bang om de stap van tweede naar derde jaars te maken, waarin er ineens heel veel zelfstandigheid van je verwacht wordt. Ik kan me heel goed indenken dat ze zich zo voelt. Het is ook eng om voor een groot deel zelfstandig aan het werk te gaan, en daarom moet je daarin groeien. Dat heb ik ook geprobeerd om haar duidelijk te maken. Dat ze stapje voor stapje vooruit zal moeten gaan. Dat ze moet kijken naar wat zij aankan, en zich niet moet vergelijken met andere studenten. Zij gaf namelijk aan dat ze dit deed. Dat ze zelfs kijkt naar wat gediplomeerde verpleegkundige allemaal kunnen. Het perfectionisme lijkt een valkuil te worden, waar ze voor op moet passen. Zowel Irha als ik hebben aangegeven dat dit een serieus probleem is waar zij zelf over na zal moeten denken. Als ze twijfelt aan of ze het kan om verpleegkundige te worden dan kunnen wij als coaches haar hierin ondersteunen en begeleiden. Maar als ze twijfelt of ze het wel wil, dan kunnen wij haar niet helpen. Ze zal het echt zelf moeten willen. Het luchtte haar lichtelijk op toen ik aangaf dat ik ook in zo n fase heb gezeten van twijfels. Wil ik dit wel, wil ik dit niet. Kan ik het wel? Ik ben er uit gekomen en dat vond ze fijn om te horen. Ze weet nu dat ze zelf goed na moet denken over wat ze wil. 6

7 Irha maakte met haar de afspraak dat ze de komende twee weken niet meer dan twee patiënten op zich nam om te verzorgen en dat ze na de tussenbeoordeling wanneer het goed ging mocht uitbreiden. De tussenbeoordeling zou hierdoor niet binnen twee weken plaats kunnen vinden om haar goed te beoordelen, dus na 30 maart (wat mijn laatste stagedag is). Hierom zal ik de tussenevaluatie helaas niet kunnen voeren. 6. Tussenbeoordeling: De tussenbeoordeling kan ik helaas niet zelf voeren, omdat deze na mijn stageperiode gepland staat, maar ik wil u door middel van de onderstaande tekst laten weten wat ik in de tussenbeoordeling had willen bespreken en wat mijn beoordeling zou zijn. Mijn ervaring is dat de officiële werkbegeleiders of (indien aanwezig) de praktijkopleider de beoordeling aan de student laat weten, voorafgaand aan het uiteindelijke gesprek. Minimaal een week van te voren moet de student te horen krijgen wanneer het onvoldoende zal gaan worden. Als ik nu ( ) een beoordeling moet geven, en af ga op de criteria wat inhoudt dat er minimaal één stageopdracht af, ingeleverd en goedgekeurd moet zijn dan geef ik een onvoldoende. Deze onvoldoende heeft ook te maken met het feit dat mijn student nog te onzeker overkomt in haar handelen, wat uitgebreid in het voortgangsgesprek en probleemgesprek is besproken. Punten die ik haar mee zou willen geven zijn: - Voor zichzelf nadenken, wat wil ik? Doorgaan of stoppen? - Wat al met Irha is besproken, terug naar maximaal twee patiënten per dienst verzorgen. Zo het overzicht krijgen over de patiënt en zekerheid opbouwen bij zichzelf. Later (na de tussenevaluatie) kan dit uitgebreid worden. - Stageopdracht zo snel mogelijk (voor zichzelf een datum afspreken) afmaken en inleveren. - Meer gaan klinisch redeneren. Eén patiënt per dienst uitkiezen waarbij het ziektebeeld, voorgeschiedenis, medicatie en behandeling in beeld wordt gebracht en de samenhang wordt gezien. Dit om het klinische beeld en de theoretische kennis te verbreden. - Dingen loslaten die niet meer van toepassing zijn. Werken aan het perfectionisme. Je mag als student fouten maken wees hier niet bang voor. De coach vangt je hierbij op en laat je geen cruciale fouten maken. Ik zie de eindbeoordeling van mijn student positief in omdat ik wel potentie zie. Ze is ontzettend vriendelijk naar de patiënten, komt gedreven over en werkt nauwkeurig. Eigenschappen van een verpleegkundige. Nu met het vertrouwen in zichzelf nog komen. Wanneer ik af ga van het feit dat de tussenbeoordeling over twee weken is en dat ze nog de kans heeft om twee weken met 2 patiënten per dienst kan gaan oefenen heb ik het gevoel dat de onvoldoende nog wel eens een voldoende kan gaan worden mits er ook een stageopdracht af is. Irha en ik hebben een planning gemaakt met mijn student en als ze volgens planning gaat werken komt ook die stageopdracht af. Als het bovenstaande een feit is dan geef ik een voldoende. Punten die ik met mijn student zou willen bespreken nadat de beoordeling bekend is gemaakt: Reactie van de student op de beoordeling. Hoe kijkt zij hier tegen aan, had ze dit verwacht, vindt ze het terecht? Punten die gebaseerd zijn op de beoordeling. o Het af hebben van één stageopdracht. Deze is goedgekeurd. o Zelfstandig twee patiënten kunnen verzorgen per dienst. o Leerdoelen: Hoe ver? Welke mogelijk al behaalt? Dit op het moment zelf bespreken met de student aan de hand van het SWP. o Klinisch redeneren is zij mee bezig geweest, dit de komende weken blijven verbreden. 7

8 o Zekerheid (is deze toegenomen of niet, hoe kijkt zij hier zelf tegen aan). o Punten om mee te nemen de komende weken: Overige stageopdrachten. Leerdoelen. 7. Overdragen student: Mijn student: derde jaars HBO-V op de HVA. Heeft een SWP opgesteld met een groot aantal leerdoelen hierin. Ze heeft er twee stages op zitten. Haar tweede stage heeft zij nare ervaringen meegemaakt (zie haar SWP) en hierdoor is ze het plezier in het vak verpleegkunde verloren. Dit vindt zij langzamerhand in deze stage weer terug en dat is mooi om te zien. Ze is naar eigen zeggen goed ingewerkt en vindt het leuk op de afdeling. De begeleiding vindt ze goed en leuk en gaat met plezier naar haar stage. Mijn student heeft één ziektedag gehad, maar heeft deze zelf al ingepland op 3 april. Zij is op dit moment bezig met haar stageopdracht: Verpleegbeleid. Verder heeft zij nog andere stageopdracht namelijk: EBP Opdracht Werk een klinische onzekerheid, die je zelf in je stage ervaart of ervaren hebt, uit volgens de stappen van EBP. De praktijkopdracht EBP3 bestaat uit 7 stappen. Deze stappen zijn gekoppeld aan de lessen van de cursus EBP3. Klinisch redeneren Opdracht Onderzoek het diagnostisch redeneren op je stageafdeling, en werk een patiëntencasus uit volgens de stappen van het diagnostisch redeneren. Met deze opdrachten zal zij de laatste 10 weken aan de slag gaan. Eigenschappen student: Mijn student is een gedreven persoon die alles graag op orde heeft. Hierin is zijn erg perfectionistisch waardoor zij voor haar gevoel haar eigen doelen niet behaalt omdat zij de lat erg hoog legt voor zichzelf. Met haar is besproken dat zij haar eigen doelen moet volgen die zij gesteld heeft in haar SWP en dat zij daarop beoordeeld zal worden. Hier is zij zich nu wat meer van bewust. Ze moet soms geremd worden in het aantal patiënten dat zij verzorgd. Ze heeft als doen om drie patiënten te kunnen verzorgen, maar dit is voorlopig (zeker tot de tussenevaluatie) in overleg met Irha teruggedrongen naar twee patiënten. Zo kan ze het overzicht bewaren en zich richten op het klinisch redeneren, patiëntenzorg, mappen en het vertrouwen in zichzelf dat ze het kan. Op dit moment spelen wat dingen een rol waardoor ze in twijfel zit of ze het allemaal wel aankan. Dit heeft mogelijk ook met het perfectionisme van haar te maken. Ze is aan het nadenken of ze nu de knop om zet en doorgaat met de studie, of dat ze zal stoppen. Dit zou zij zo snel mogelijk aan haar begeleiders laten weten. Op 20 maart 2012 heb ik te horen gekregen dat ze na gesprek met haar ouders de knop om heeft weten te zetten en voor de volle 100% er tegen aan gaat. Kennis student: Mijn student laat merken dat ze over de nodige kennis beschikt. Ze weet over de meeste dingen; medicatie, ziektebeelden, wel iets te vertellen maar bij doorvragen lijkt zij in paniek te raken en het teveel te worden. Ik zou willen dat ze nog meer uitgedaagd gaat worden in het logisch nadenken en het klinisch redeneren en verbanden leggen. 8

9 Praktijk student: De praktijk vindt mijn student af en toe nog wat eng. Ze is zich erg bewust van het feit dat ze met mensenlevens omgaat en dat maakt haar soms bang. Het is haar wel heel erg duidelijk geworden dat ze student is nadat ik dat haar gezegd heb en dat ze fouten mag maken. Dat ze erop kan vertrouwen dat haar coaches haar in de gaten houden en ingrijpen als het fout dreigt te gaan om zo fouten te voorkomen. Als zij haar coach te allen tijde laat weten wat ze gaat doen, hoe en waarom, kan er eigenlijk niets mis gaan. Ik vind het belangrijk dat wanneer dit bij haar niet helemaal duidelijk meer blijkt te zijn, en de paniek toe slaat, ze zich hier weer van bewust wordt doordat het haar wordt verteld. Ervaring: Voordat ik aan mijn vierde stage begon had ik nog nooit een student gecoacht. Ik heb wel eerder gecoacht, maar niet op de stage afdeling en niet bij studenten. Ik ging er dus vrij blanco in. De eerste dag dat ik een student coachte, had ik hier nog wel wat moeite mee, omdat ik mijn eigen manier van coachen nog moest ontdekken en mijn student moest leren kennen in de praktijksituatie. Om erachter te komen welke manier van coachen het beste bij mijn student past, ben ik mij eerst af gaan vragen wat voor een student ze is. Er zijn verschillende leerstijlen namelijk; De Vier Leerstijlen van Kolb 1 1. Doener - Concreet ervaren (feeling) 2. Bezinner - Abstracte begripsvorming (thinking) 3. Denker - Waarnemen en overdenken (watching) 4. Beslisser - Actief experimenteren (doing) Ik merkte dat mijn student een student is die eerst graag wil weten hoe iets moet en waarom iets zo moet. Het is een echte denker, ze neemt waar en gaat heel erg nadenken, soms zelfs teveel in mijn ogen, maar dat heb ik met haar besproken. Ze wil zeker van haar zaak zijn dat ze verantwoordelijk te werk kan gaan en dat ze de patiënt niet in gevaar kan brengen. Dit vond ik geen verkeerde eigenschap. Later kwam ik erachter dat mijn student soms wat bang was om handelingen uit te voeren en dit zei zij zelf ook. Ik probeerde haar duidelijk te maken dat ik er als coach ben om dingen mee voor te bespreken en dat ik aanwezig zal zijn bij de handeling die ze uitvoert. Ik ben er om tijdig in te springen als er iets fout dreigt te gaan. Ik moet fouten dan voorkomen. Dit heb ik met haar besproken en dit begreep zij ook. Mijn eerste valkuil kwam aan het begin al aan de orde. Ik vond, en vind het moeilijk om mijn handen spreekwoordelijk op mijn rug te doen en af te wachten tot de student naar me toe komt. Ik ben behulpzaam ingesteld en help mensen graag. Hier moest ik vanaf stappen en mijn student de stappen te laten nemen en in principe pas te helpen als ze hierna vroeg. Hier moest ik wel erg aan wennen en het duurde even voor ik mij hierin kon vinden, al wist ik dat het het beste was voor mijn student. Verder in het verslag leest u mijn verdere ervaringen. Als ik mijn coach periode van ongeveer zes weken (negen weken drie weken ketenstage) zou moeten beschrijven dan beschrijf ik dat als een zeer leuke periode. Ik keek er ook erg naar uit. Het feit dat je als vierde jaars nu zo ver bent dat je een jongere jaars kan coachen in haar leerproces gaf mij zo een voldaan gevoel. Ik besef mezelf soms nog niet echt dat ik al bijna verpleegkundige ben omdat de afgelopen vier jaar zo snel zijn gegaan. Als ik dan een jongerejaars kan helpen vind ik dat fijn, ik weet namelijk als geen ander hoe het is om 1 e, 2 e of een 3 e jaars te zijn en hoe spannend zo een stage is. Ik heb dus niet alleen mijn praktische kennis kunnen delen maar ook de ervaringen als stagiaire zijn. Ik denk dat dat voor een jongerejaars ook goed voelt als je coach zich goed in kan leven in hoe het is als stagiaire. 9

10 Verkregen feedback + eigen blik hierop: Datum: Begeleider: Jose. Meeloopstudent: Eerste jaars geneeskunde student. Leerdoel: Eerste jaars geneeskunde loopt met mij mee. Ik ga haar coachen. Feedback op: vragen stellen+beantwoorden, terugkoppelen en begeleiden. Eigen feedback: Vandaag was de 3 e dag dat ik een student begeleide en ik merk dat het steeds natuurlijker gaat. Ik vraag zoveel mogelijk aan haar wat ze wil kan en weet. Ik leg ook vragen bij haar neer om zo haar kennis te toetsen. Ik heb veel uitgelegd wat ik deed en dit leidde ertoe dat ik zelf ook extra nadacht. Hierdoor merkte ik dat ik elke dag weer bij leer omdat ik steeds meer weet. Hierdoor word ik steeds zelfverzekerder in wat ik doe. Mijn student vond dat ik veel uitlegde en dat vond ze leuk. Ze vond ook dat ik lekker doorwerkte. Leuk om te horen. Feedback: Goede zelfreflectie. Ik ben het er helemaal mee eens. Je hebt ook goede patiëntenzorg geleverd. Je had goed oog voor je patiënten en kon ook goed de problemen benoemen. Prima dienst. Blik hierop: Wat ik beschreef wordt goedgekeurd. Ik vind het leuk te horen dat mijn begeleider het met me eens is. Zo weet ik dat ik goed op weg ben. Datum: Begeleider: Brenda Meeloopstudent: Derde jaars student. Leerdoel: Vandaag wil ik mijn eigen student boor het eerst coachen en feedback krijgen op de volgende punten: - Student laten nadenken d.m.v. open vragen te stellen. - Doorvragen bij handelingen (wat/ hoe/ waarom). - Open staan voor vragen en feedback. - Terugkoppelen aan Brenda na overleg met mijn student. - Terugkoppeling vragen aan mijn student zodat ik inzichtelijk heb hoe en wat. - Overnemen als iets fout dreigt te gaan om mogelijke fouten te voorkomen. Eigen feedback: Eerste dag met mijn student is me enorm meegevallen. Ik vond het erg leuk en wilde haar alles vertellen en uitleggen. Aan begin van de dienst hel specifiek verteld aan Brenda waar ik feedback op wilde. Zij voegde er aan toe dat het ook heel belangrijk is dat ik terugkoppel hoe het met de student gaat. Ik heb dit daarom tussendoor regelmatig teruggekoppeld. Na mijn idee gaat het coachen steeds beter al vind ik het lastig om haar los te laten. Ik ga de volgende keer wel meer doorvragen aan de student waar de begeleider bij is zodat ik hier beter feedback op kan krijgen. Feedback: Ik sluit mij aan bij je reflectie. Veel samen gedaan met je student, o.a. 2 anamneses, leuk! Let er inderdaad op dat je je student ook zelf dingen laat doen. Vraag je coach er bij om nog gerichter feedback te krijgen als je bijvoorbeeld iets doorvraagt en/of voorbespreekt met je student. Let op tijdsplanning bij de grote visite. Zorg dat je dan eerder begint met rapporteren. Stuur je student hierin. Terugkoppelen deed je prima. Je liet de student nadenken over bijv. wel/geen medicatie geven bij nuchter zijn. Blik hierop: Fijn om specifieke feedback te krijgen, zo weet ik waar ik aan toe ben. Ik kan me ook goed vinden in de feedback van Brenda. Ik heb een hoop met mijn student besproken, en dan is het voor feedback krijgen handiger als ik dit doe waar mijn begeleider bij is. 10

11 Datum: Begeleider: Brenda. Meeloopstudent: Eerste jaars HBO-V student. Leerdoel: Vandaag loopt er een eerste jaars student met me mee. Ik wil zelfstandig werken en daarbij de eerste jaars uitdagen in de dingen die zij mag doen. Eigen feedback: Vandaag was een lekkere dag. Ik was zelfstandig aan het werk en alles liep volgens planning. Student begeleid. Doorgevraagd bij wat ze deed, bijvoorbeeld interpretatie controles. Ben tevreden over deze dienst. Zeker omdat ik drie weken van de afdeling ben geweest vanwege ketenstage. Feedback: Je hebt zeker goed zelfstandig gewerkt. Ook goede taakverdeling tussen eerste jaars student en jou. Je liet de student vrij om dingen zelfstandig te doen. Je wist wel steeds waar zij mee bezig was. Planning verliep prima. Je was flexibel met je planning tijdens de artsenvisite (visite liep volgens andere volgorde dan s ochtends was ingedeeld). Goed gewerkt! Blik hierop: Ik ben zeer tevreden met deze feedback. Voor mijn gevoel ging het ook goed en het is fijn dat het dan wordt bevestigd. Hierbij groeit mijn zelfvertrouwen wat betreft coachen. Datum: 17& Begeleider: Irha. Meeloopstudent: Derde jaars student. Leerdoel: Dit weekend werk ik samen met mijn student. Ik wil haar coachen en haar begeleiden in haar eigen leerdoel (klinisch redeneren en gedachtegang laten horen) om haar zo een stap vooruit te laten maken en zich te ontwikkelen als beginnend beroepsbeoefenaar. Eigen feedback: Ik ben tevreden over het weekend. Zaterdag wat minder dan zondag, maar ik kan niet zeggen dat ik ontevreden ben. Op zaterdag vond het voortgangsgesprek plaats (verslag voortgangsgesprek pagina 6). Ik had het gesprek niet voorbereid omdat ik niet wist dat het zou plaatsvinden die dag en ik denk dat het daarom wel soepel verliep. Wat op dat moment in mij op kwam, en de tips die ik gaf waren zonder echt heel diep na te denken. Ik vertelde deels uit ervaring. Doordat ik mijn student zo direct kon helpen, gaf mij het vertrouwen dat ik er geen lange voorbereiding voor nodig had. Het leerdoel van mijn student was klinisch redeneren en gedachtegang uitspreken. Eerst was het alleen klinisch redeneren maar ik gaf de tip om alles wat ze dacht aan mij te vertellen. Ik gaf aan dat ze moest proberen om de waarom vragen van mij voor te zijn. Het ene moment in de dienst ging dit beter dan het andere moment. Zaterdag ging het beter bij de medicatie, en zondag wat beter bij de patiënten. Ik heb mijn student zelf ook heel veel verteld bij alles wat ik deed. Wat ik ging doen, waarom en waar ik op ging letten. Dit gaf mij ook weer even de kritische blik op de situatie. Voor mijn gevoel ben ik dit weekend weer een stapje vooruit gegaan als coach. Vooral op het communicatieve vlak. Feedback: Blik hierop: 11

12 Blik op feedback overall: Ik ben tevreden met mijn verkregen feedback. Ik kan ook eerlijk tegen mijzelf zeggen dat ik het er mee eens ben. Op de eerste dag coachen ging het nog niet zoals ik wilde, maar met de dagen ben ik er achter gekomen wat voor coach ik eigenlijk ben. Waar ik moeite mee had was het handen op de rug houden. Mijn student is derde jaars en heeft al 2 jaar ervaring dus ik moet haar vertrouwen dat ze al een deel zelfstandig kan werken. Ik wilde te snel helpen. Vast wat spuiten klaarleggen voor de medicatie, maar hiermee liet ik mijn student niet zelf nadenken. Op dit vlak heb ik zeker geleerd dat ik zelf moet nadenken wat er moet gebeuren, maar het mijn student moet laten zeggen. Wanneer het niet goed gaat en ik dat tijdig merk, kan ik altijd nog inspringen. Ik ben er voor om eventuele fouten voor te zijn door tijdig in te grijpen. Ook kreeg ik de feedback dat ik meer door mocht vragen bij mijn student. Nog meer waarom vragen stellen en ingaan op ziektebeelden. Dat vond ik ook nog lastig omdat ik nog teveel aan het letten was op mijn eigen handen; op mijn rug. Ik kan zeker nog groeien als coach, en ik ben nog niet waar ik zijn wil, maar ik vind wel dat ik een grote sprong vooruit heb gemaakt. Ik weet van mezelf nu hoe ik coach, en hoe ik me hierop aan kan passen bij mijn student. Alleen al doordat ik dat inzie, vind ik dat ik gegroeid ben. 12

13 Conclusie: De conclusie schrijf ik aan de hand van mijn eerder opgestelde vraag. Deze vraagt luidde als volgt: Op welke manier ben ik het beste in staat om een jongerejaars student te begeleiden en te coachen in haar leerproces, om haar zo dichter bij de rol beroepsbeoefenaar te brengen en haar zelfstandiger te laten worden? Ik ben hier niet in één keer achter gekomen. Ik heb een aantal diensten moeten draaien voordat ik echt wist wat voor coach ik was en hoe ik mijn student het beste kon coachen. Ik heb verschillende feedback gekregen en dat hielp mij om me te vormen waar ik nu ben (zie blik op feedback overall pagina 11). Gelukkig zijn mijn student en ik goed op elkaar afgestemd. We hebben dezelfde eigenschappen, zo zijn we beide vrij nauwkeurig en volgens planning. We hebben graag alles op orde. Dat is fijn werken met elkaar. Toch kwam ik er na een aantal diensten achter dat mijn student erg perfectionistisch en hier op aansluitend onzeker is ingesteld en dat het haar nog wel eens tegen kon gaan werken. Dit is zoals u hebt kunnen lezen uitvoerig met haar besproken. Als coach vond ik dit lastig maar ook een uitdaging. Hierop moest ik namelijk mijn coaching stijl aanpassen. Ik wilde graag dat mijn student met een zelfverzekerd gevoel elke dag haar diensten kon afsluiten. Ik ben er wel achter hoe ik in staan ben om een jongerejaars student te begeleiden en te coachen in haar leerproces, om haar zo dichter bij de rol beroepsbeoefenaar te brengen en haar zelfstandiger te laten worden. Dit antwoord is gericht op mijn eigen student. Nog even samenvattend: Eigenschappen student: - Nauwkeurig. - Volgens planning willen werken. - Onzeker. - Perfectionistisch. Eigenschappen Maike: - Nauwkeurig. - Volgens planning willen werken. - Zelfverzekerd. - Hulpbehoevend. Mijn student en ik hebben eigenschappen gemeen maar ook eigenschappen die tegenovergesteld van elkaar zijn. Doordat ik zelfverzekerd ben kan ik goed op het onzekere van mijn student in gaan. Ik ben hulpbehoevend dus hielp haar graag bij haar perfectionisme, wat eerder in dit verslag te lezen is. 13

14 Al met al kan ik de volgende conclusie opstellen op mijn hoofdvraag: Ik ben het beste in staat om een jongerejaars student te begeleiden en te coachen in leerproces, om haar zo dichter bij de rol beroepsbeoefenaar te brengen en haar zelfstandiger te laten worden door: - Uit te spreken wat ik van mijn student verwacht. - Goed aan het begin van de dienst te vragen wat het leerdoel is zodat ik hier rekening mee kan houden. - In te gaan op onzekerheden om het onzekere te verminderen of weg te nemen. - Open te zijn naar de student omdat zij dit ook is, de vertrouwensband is groot geworden. - Mijn student serieus te nemen in tijdens haar probleemgesprekken. - Door te vragen bij alles wat zij doet aangezien zij een denker is, aan mij (deels) de taak om erachter gekomen wat er in haar hoofd om gaat. Ik heb het als opsomming geformuleerd omdat dat het zo overzichtelijker maakt. Er is niet één punt te benoemen op welke manier ik het beste coach, maar ik ben erachter dat het een samenhang van punten is die bij elke student anders is. Bij mijn student ziet de lijst met punten er op dit moment zo uit. Het kan zijn dat het de komende tien weken veranderd zou zijn. Concluderend kan ik zeggen dat ik deze stageopdracht heb behaald omdat het antwoord op mijn eerder opgestelde hoofdvraag al werkend op de afdeling F7 zuid heb kunnen beantwoorden. 14

15 Bijlagen: Bijlagen 1: Voorbereiding introductiegesprek. Dit is de mail die ik heb gestuurd naar Adeline en Irha: Hey Adeline en Irha, Morgen het gesprek met mijn student en ik heb Adeline al aangegeven dat ik dit graag wil leiden ivm mijn opdracht coachen. Ik wil de volgende punten graag behandelen: - eerdere stages + ervaringen. - doelen - verwachtingen afdeling - verwachtingen coaches - sterke/ zwakke punten (valkuilen) - leerstijl, hoe kunnen wij daaraan bijdragen - eventueel problemen met vervoer - lichamelijke/ geestelijke problemen - eventueel eigen inbreng. Ze heeft zich al goed voorgesteld in haar verslag dat we allemaal hebben gelezen maar vind het toch wel goed om alle punten nog even te herhalen en voor allemaal duidelijk te hebben. Als jullie toevoegingen hebben dan hoor ik het graag. Gr Maike 15

16 Bijlagen 2: Beoordelingscriteria stageopdracht coaching. Praktijk Beoordelingscriteria Maike is aanwezig geweest bij het introductiegesprek met haar student, en is zelf ook aan het woord geweest om vragen te stellen/ informatie te geven. Maike heeft haar student tijdens de 2 e OWG les geholpen bij de opzet van haar stagewerkplan. Maike heeft zicht verdiept in het stagewerkplan van haar student. Dit is te zien aan haar gegeven feedback op het product en eventuele aanpassingen die de student moet maken. Maike staat open om vragen van haar student te beantwoorden en eventuele problemen te bespreken. Maike is in staat om haar student uit te dagen door theoretische vragen te stellen gedurende de dienst. Doorvragen bij ziektebeelden, handelingen en medicatie. Maike voert de tussenbeoordeling met haar student. Hierbij zijn ook de begeleiders van de student aanwezig. Maike heeft van te voren het gesprek voor besproken met begeleiders om zo inzichtelijk te maken wat er besproken zal gaan worden. Maike is aanwezig bij een eventuele studentbespreking en schrijft hierover een notulen. Deze stuurt zij dan naar haar student zodat ook zij weet dat er een gesprek over haar is gevoerd. Maike draagt haar student mondeling en schriftelijk over aan haar eigen begeleider aan het eind van haar stage en laat daarin weten hoe zij over haar student denkt en waar zij mogelijk nog hulp bij zal moeten krijgen. Maike heeft haar student op de data dat zij beide dienst hadden begeleidt en hier concreet feedback opgevraagd op een feedbackformulier. Beoordeling Praktijk Beoordelingscriteria Het verslag is getypt in Times New Roman 11, regelafstand 1. Het verslag is geschreven in correcte Nederlandse taal. Het verslag bevat: Voorpagina met naam van de opdracht, naam, datum, klas, stage afdeling, en de namen van de coaches. Inleiding. Inhoudsopgave. Hoofdvraag. Uitwerking van de voorbereidingen. Hoe te werk gegaan (stagewerkplan, tussenevaluatie, overdragen). Ervaring. Verkregen feedback + eigen blik hierop. Conclusie, doel behaalt of niet? Beoordeling 16

17 1 geraadpleegd op 16 maart