Toelichting bedrijfsuitslag

Transcriptie

1 Toelichting bedrijfsuitslag Auteur : Cools Marc Datum uitgave :

2 INHOUDSTABEL 1. Bedrijfsgegevens Teeltplan en Veebezetting Arbeidsanalyse Rendabiliteit Financieel Balans Saldo > Gezinsinkomen Boekhoudkundige posten Aanwending financiële middelen Bedrijfskapitaal Economisch resultaat BEDRIJF Speciale berekeningen Tractor en aanverwante motorrijtuigen Nevenactiviteiten (Werk voor derden, hoevetoerisme,..) Diverse kosten en opbrengsten Saldo -> inkomen bedrijfsleider Technische analyse dieren Rundvee Veebeweging Zuivelafrekening Bedrijfsintensiteit Vruchtbaarheid Voeding Rundvee Zeugen Veebeweging Voeding Vruchtbaarheid Vleesvarkens Voeding Afmestresultaat Kostprijs, saldo en arbeidsinkomen gesloten: Braadkippen Leghennen Melkgeiten Economische analyse DIEREN Economische analyse TEELTEN Analyse Suikerbietafrekening Bemesting teelten Afschrijfbaar kapitaal Overzicht afschrijfbaar kapitaal Investeringsfiche Aangekochte productierechten Beplantingen Arbeidsfiche Energiefiche / 73

3 14. Interne bedrijfsvergelijking Milieurapport Doelstellingen De 4 hoofdstukken De nutriëntenbalans De bestrijdingsmiddelen: Het energieverbruik Het waterverbruik Externe bedrijfsvergelijking BIJLAGE 1: Standaarduren en GVE-coëfficiënten BIJLAGE 2: De verdeelsleutels / 73

4 DE BEDRIJFSUITSLAG 1.BEDRIJFSGEGEVENS 1.1.Teeltplan en Veebezetting Bedrijfsoppervlakte: Beteelde oppervlakte Aantal dieren: Oppervlakte van alle hoofdteelten, of de totale oppervlakte van de beteelde kavels Oppervlakte van zowel hoofd-, voor-, als nateelten. Geeft aan in hoeverre de kavels werden benut. Groenmest wordt niet meegeteld. Voor melkkoeien: gemiddelde van de maandelijkse opgave Voor kippen (braad en leg) gemiddelde van 14-daagse opgave Voor de rest : gemiddelde van de 4-maandelijkse opgave Totale GVE: Een overzicht van de gebruikte coëfficiënten vindt u in bijlage 1. Productierechten Eigen quota op het einde van het boekjaar: - Melkquotum in liter - Suikerbietquotum in kg - Zoogkoeienquotum in aantal koeien 4 / 73

5 1.2.Arbeidsanalyse Gewerkte uren : Werkelijk uurloon Fiktief uurloon Fiktief loon totaal Totaal VAK Gewerkte uren herrekend op basis van leeftijd en validiteit Arbeidsinkomen / gewerkte uren van ALLE arbeidskrachten Dit is het uurloon van een geschoolde landarbeider incl. patronale bijdrage. Fictief uurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren door de niet betaalde arbeidskrachten. (meestal de uren gepresteerd door de bedrijfsleider, echtgeno(o)t(e), kinderen,.) Aantal Volwaardige ArbeidsKrachten. Niet elke beschikbare arbeidskracht is een volwaardige arbeidskracht. Hoe wordt dit bepaald? Bestendige volledige arbeidskrachten (betaald of niet-betaald) zijn steeds 1 VAK. Voor de Niet bestendige volledige arbeidskrachten (vb. echtgeno(o)t(e),kinderen, ) hangt dit af van het aantal omgerekende gewerkte uren (zie verder). Een arbeidskracht kan echter nooit meer dan 1 VAK zijn! Voor Niet-betaalde arbeidskrachten (familiale,..) is 1 VAK = 3000 gewerkte gecorrigeerde uren. Voor betaalde arbeidskrachten is 1 VAK = 2400 gewerkte gecorrigeerde uren (gecorrigeerde uren houden rekening met de leeftijd van de arbeidskracht en de validiteit) 5 / 73

6 1.3.Rendabiliteit Bruto opbrengst Variabele kosten Vaste lonen Eigen of fictieve lonen Fiktieve intresten Netto bedrijfsresultaat Is inclusief - de inventarisverschillen - de waarde van eigen verbruikte voeders, en zaaigoed - de waarde van ondergeploegde of gestrooide teeltbijproducten! Inclusief de waarde van eigen voeders, zaaigoed en ondergeploegde of gestrooide teeltbijproducten! Dit zijn de effectief betaalde lonen voor de vaste arbeidskrachten (niet de lonen voor de seizoensarbeiders!) Dit zijn de fictieve (niet uitbetaalde) lonen voor de vaste, meestal familiale, arbeidskrachten. (zie gewerkte uren * Fictief uurloon) Intrest op de waarde van het vee (einde boekjaar), omlopend kapitaal(=variabele kosten + lonen (fictief+loon vaste arbeiders) van teelten), beplantingen, restwaarde(einde boekjaar) van de afschrijfbare investeringen, afschrijfbare herstellingen en aangekochte productiemiddelen. Vanaf boekjaar 2014 volgen we het intrestpercentage van leningen aan ondernemingen met een oorspronkelijke looptijd van meer dan vijf jaar dat door de nationale bank van België wordt berekend en door het ECB wordt gepubliceerd. Voor boekjaar 2014 werd steeds 5% gebruikt. Dit is het resultaat nadat alle arbeidskrachten (ook de familiale) zijn uitbetaald door het bedrijf. Dit kan ofwel een Winst (indien positief) of wel een Verlies (negatief cijfer) zijn. Intrest op bedrijfskapitaal (=netto opbrengst / Bedrijfskapitaal * 100) Hoeveel intrest heeft het 6 / 73

7 bedrijf(na aftrek van de eigen lonen) mij opgeleverd voor het kapitaal dat ik er in heb ingestopt. Het cijfer kan vergeleken worden met het intrestpercentage dat ik van externen (bank,.) zou kunnen verwerven voor hetzelfde kapitaal. Wat er precies in het bedrijfskapitaal zit kan je terugvinden op blz. 2 van de bedrijfsuitslag. Gezinsinkomen Is de som van alle ontvangsten verminderd met de som van alle uitgaven. De bedragen zijn INCLUSIEF BTW behalve indien er een BTW-boekhouding wordt gevoerd. In dit geval worden de BTWontvangsten of uitgaven niet meegeteld. Ook het ontvangen bedrag van een lening wordt bij de ontvangsten geteld! Alhoewel vele land- en tuinbouwers dit inkomen als een echt bedrijfsinkomen aanvoelen, kan dit zeer misleidend zijn. Bedrijfseconomisch gezien heeft het gezinsinkomen echter weinig waarde vermits het niet kan vergeleken worden met andere bedrijven. 7 / 73

8 2.FINANCIEEL 2.1.Balans Nutriënten,chapeau, : Voorraden Voorschotten Aanplantingen Produktierechten Bedrag van uitgaven of ontvangsten van nutriënten, chapeau of andere uitbatingsrechten. Voorraden van teeltproducten, meststoffen, aangekocht ruw- en krachtvoeder, brandstoffen en olie Onkosten gemaakt in het vorige boekjaar (begin) bestemd voor het huidige boekjaar, ofwel gemaakt in het huidige boekjaar(eind) bestemd voor het volgende boekjaar. B.v.b verbruik van zaaigoed, fytoproducten, meststoffen, loonwerk, seizoenlonen... (geen lonen voor vaste arbeidskrachten) De waarde van de aanplantingen wordt berekend op basis van systeemtabellen waarbij per variëteit, een maximum waarde per boom en per ha wordt opgegeven, het aantal jaren eer die max. waarde wordt bereikt, hoe lang deze max. waarde aangehouden wordt en over welke termijn die vervolgens wordt afgeschreven. Restwaarde van de aangekochte produktierechten (quota, toeslagrechten, emissierechten, ) van nu en het verleden worden hier 8 / 73

9 vermeld. Deze productierechten worden steeds afgeschreven op 5 jaar met uitzondering van aangekochte melkquota na 2005 die degressief afgeschreven worden i.f.v (= jaar van afschaffing melkquotum) en aangekocht suikerbietquotum aangekocht na 2012 die degressief wordt afgeschreven i.f.v (= jaar van afschaffing suikerbietquotum) Uitstaande schuld Eigen middelen Som van alle uitstaande schulden van leningen exclusief de kas- of voederkredieten Totaal vermogen uitstaande schuld. 2.2.Saldo > Gezinsinkomen Bovenstaand schema leert u hoe we vertrekkende van het saldo komen tot het gezinsinkomen. Het gezinsinkomen is de som van alle ontvangsten verminderd met de som van alle uitgaven. Ook het ontvangen bedrag van een lening wordt bij de ontvangsten geteld! Alhoewel vele land- en tuinbouwers dit inkomen als een echt bedrijfsinkomen aanvoelen, kan dit zeer misleidend zijn. Bedrijfseconomisch gezien heeft het gezinsinkomen echter weinig waarde. Saldo: Betaalde pachten: Algemene bedrijfskosten BTW-winst,-verlies Bruto opbrengst(=incl. bedrijfstoeslag) - variabele kosten De werkelijk betaalde pacht voor quota, huur toeslagrechten, grond, seizoenpacht of gebouwen Autokosten, verzekeringen, bedrijfsbelastingen, abonnementen, dienstverlening (boekhouding...), telefoon en polderkosten, onroerende voorheffing van gebouwen.. Saldo van BTW-ontvangsten en BTW-uitgaven.van alle uitgaven en ontvangsten uitgezonderd de duurzame investeringen (machines, gebouwen, produktierechten, ) Opm. Dit bedrag is 0 indien er een BTW-boekhouding wordt gevoerd. In dit geval wordt het BTW-verschil informatief vermeld tussen de haakjes (zie voorbeeld) - BTW-verlies betekent dat meer BTW werd uitgegeven dan ontvangen. Deze is dus terugvorderbaar indien niet gewerkt wordt met een forfaitair BTW-stelsel. - BTW-winst betekent dat meer BTW werd ontvangen dan uitgegeven. 9 / 73

10 Deze is dus te betalen indien niet gewerkt wordt met een forfaitair BTWstelsel. Inventarisstijging,-daling dieren.waardeverschil van de dieren tussen de eind en begininventaris. Voorraad-, voorschotstijging, - daling: Voorschotverschillen, voorraadverschil van eigen en aangekochte teeltproducten, krachtvoeders, meststoffen, brandstoffen, smeermiddelen, verkoop teeltproducten waarvan boekjaar van verkoop verschillend is van boekjaar van bestemming, verbruiken van meststoffen waarvoor geen aankoop gekend is. Overige uitgaven Cash-flow Opname leningen Jaarlast Duurzame investeringen BTW-winst,-verlies + premie overdracht vorig jaar van suikerbieten, start- en installatiepremie, crisispremies (b.v.b.dioxinepremie) - bedrag overdracht van suikerbieten volgend jaar (D-bieten) of hoeveel financiële middelen worden door het bedrijf gegenereerd om zijn voortbestaan en die van het gezin te verzekeren. Bedrag van de tijdens het boekjaar opgenomen leningen. Aflossingen + betaalde intresten - rentesubsidie van leningen + aankoop quota, aankoop toeslagrechten, uitgaven chapeau of uitbatingrechten, aankoop grond en grondverbeteringen, aankoop gebouwen, aankoop afschrijfbaar materiaal, uitgaven grote afschrijfbare herstellingen, aankoop beplantingen, aankoop nutriënten, aankoop toeslagrechten. - Verkoop nutriënten, verkoop afschrijfbare investeringen, verkoop van niet afschrijfbaar materiaal, ontvangen toelage investeringen, verkoop quota, verkoop toeslagrechten Saldo van BTW-ontvangsten en BTW-uitgaven.van alle uitgaven en ontvangsten van duurzame investeringen (machines, gebouwen, produktierechten, ) Opm. Dit bedrag is 0 indien er een BTW-boekhouding wordt gevoerd. In dit geval wordt het BTW-verschil informatief vermeld tussen de haakjes (zie voorbeeld) - BTW-verlies betekent dat meer BTW werd uitgegeven dan ontvangen. Deze is dus terugvorderbaar indien niet gewerkt wordt met een forfaitair BTW-stelsel. - BTW-winst betekent dat meer BTW werd ontvangen dan uitgegeven. Deze is dus te betalen indien niet gewerkt wordt met een forfaitair BTWstelsel. 2.3.Boekhoudkundige posten Boekh. afschrijving Afschrijving van afschrijfbaar kapitaal, beplantingen en aangekochte produktiemiddelen 10 / 73

11 Boekh. Intrest Intrest op de waarde van het vee (einde boekjaar), omlopend kapitaal(=variabele kosten + lonen (fictief+loon vaste arbeiders) van teelten), beplantingen, restwaarde(einde boekjaar) van de afschrijfbare investeringen, afschrijfbare herstellingen en aangekochte productiemiddelen. Vanaf boekjaar 2014 volgen we het intrestpercentage van leningen aan ondernemingen met een oorspronkelijke looptijd van meer dan vijf jaar dat door de nationale bank van België wordt berekend en door het ECB wordt gepubliceerd. Voor boekjaar 2014 werd steeds 5% gebruikt. Fiktieve pacht Oppervlakte van grond in eigendom op het einde van het boekjaar * fiktieve pachtwaarde. 2.4.Aanwending financiële middelen = Aankoop van machines, gebouwen, grond, aanplantingen, quota + inventarisverschillen van vee,planten en voorraden van meststoffen brandstoffen, 11 / 73

12 2.5.Bedrijfskapitaal Levend kapitaal: Waarde van het vee (begin- + eindwaarde) / 2. Dood kapitaal: Omlopend kapitaal: Eindwaarde van de afschrijfbare investeringen (grondverbeteringen, gebouwen, afschrijfbaar materiaal) Som van alle variabele kosten aan de teelten + lonen (incl. de fictieve) besteed aan teelten / 2. Beplantingen: Waarde van de beplantingen (begin + eindwaarde) / 2. Aangekochte productiemiddelen: Restwaarde van de aangekochte productiemiddelen (quota, toeslagrechten en nutriënten) na afschrijving op 10 jaar. Uitzondering: Melkquota met aankoopdatum na 2005 worden degressief afgeschreven i.f.v (= jaar van afschaffing melkquotum) 12 / 73

13 3.ECONOMISCH RESULTAAT BEDRIJF In de kolom Niet-sectorgebonden-Nevenactiviteiten bevinden zich de opbrengsten en kosten die niet toewijsbaar zijn aan 1 bepaalde sector op uw bedrijf. Ze worden wel meegerekend in het totale arbeidsinkomen, maar niet in het arbeidsinkomen van de diverse sectoren. Belangrijkste posten hier zijn de bedrijfstoeslag, opbrengst van groenstroomcertificaten, opbrengst van eigen geproduceerde elektriciteit, opbrengsten en kosten van nevenactiviteiten, afschrijving, intrest en verkoop van aangekochte productiemiddelen (quota, nutriënten, toeslagrechten, onkosten voor groenmest..), andere niet structurele premies,. Voor een volledig overzicht van de kosten en opbrengsten die al dan niet bij de sectoren terecht komen zie blz. 17 en 18). Verkoop vlees (netto) Totale verkoopprijs vee - totale aankoopprijs vee. Verkoop hoofdproducten Verkoop van teelten, levering aan zuivelfabriek, thuisverkoop en verbruik in huishouden van dierlijke en teeltproducten. Verkoop bijproducten Verkoop van teeltbijproducten. Premies Opgelet!: - Reconversiepremies, rampenpremies, toelage probleemgebieden, en bedrijfstoeslagen staan enkel vermeld in de kolom totaal. Ze worden dus niet weerhouden in de opbrengst van de sectoren. - Crisipremies, start- en installatiepremies, investeringspremies of rentesubsidies worden hier NIET meegeteld. Diversen Verkoop organisch mest, nevenactiviteiten(werk voor derden,hoevetoerisme, groenstroomcertificaten,.), verkoop sperma, ontvangsten dekgelden, ontvangsten mestafzet, verhuur quota, verhuur toeslagrechten, verhuur gebouwen, jachtpacht, ontvangsten prijskampen, schadevergoedingen, uitbetaling verzekering.. (de vetgedrukte rubrieken worden NIET weerhouden in het arbeidsinkomen van de diverse sectoren, enkel in het totale AI en staan vermeld in de kolom Niet-sectorgebonden ) Opbrengst eigen producten Opbrengsten van vee- en teeltproducten.(eigen voeders, zaaigoed, melk,graanstro, elektriciteit geleverd door eigen zonnepanelen,...) Aanwas/aangroei/voorraad Voorraadverschillen teeltproducten, aangroei beplantingen, inventarisaangroei vee als gevolg van toe- of afname van de veestapel Prijsverschil Inventarisprijsverschil van vee als gevolg van waardestijging of daling van de veestapel Opm.:Voor vleesvarkens, -kalveren en braadkippen zijn de prijs- en aangroeiverschillen gebaseerd op de waarde per kg, voor de andere diersoorten op de waarde per dier. 13 / 73

14 Voeders Aangekochte krachtvoeders en aangekochte ruwvoeders, inclusief de inventarisverschillen, Eigen teelthoofdproducten vervoederd als krachtvoeder(vb. korrelmaïs), Eigen teeltbijproducten vervoederd als ruwvoeder (vb. suikerbietkoppen), Melk vervoederd aan kalveren kortingen veevoeders. Gezondheid Veeartskosten + medicamenten Vruchtbaarheid dekgelden, K.I., aankoop sperma en embryo s Opm:Onkosten voor groenmest worden enkel weerhouden in de kolom totaal Zaai-, en pootgoed zowel eigen als aangekocht. Meststoffen Verbruik van organisch mest + verbruik van kunstmest + ondergeploegde of gestrooide teeltbijproducten. (korrelmaïsstengels, ) Gewasbescherming gewasbescherming + bewaarmiddelen. Verwarming en energie Verbruik van mazout en elektriciteit, inclusief de kosten voor eigen geproduceerde electriciteit. Milieu Waterheffing, uitgaven mestafzet, mestheffing Seizoenslonen/loonwerk Onderhoudskosten Verbruik van olie en smeermiddelen, aankoop klein materiaal, uitgave kleine herstellingen. Afzet- en administratie Leveringskosten(geen IKZ-vergoeding), Dierziektebestrijding(Sanitel), Sanitair fonds, Melkcontrole, Administratieve kosten voor seizoenarbeiders. Diversen Kadaverophaling, water, ontledingen, aankoop stro voor strooisel en andere uitgaven. (fictieve)pacht/huur Afschrijving gebouwen Afschrijving andere Huur quota, seizoenpacht, huur grond, huur gebouwen, fictieve pacht eigen grond, huur toeslagrechten. Gebouwen, serres + grond- en erfverbeteringen Tractor, motorvoertuigen, ander dood kapitaal, beplantingen en aangekochte productierechten (quota, nutriënten en toeslagrechten) Opgelet: afschrijvingen van afschrijfbare investeringen bestemd voor de nevenactiviteiten en afschrijving van aangekochte productierechten 14 / 73

15 Intrest Algemene bedrijfskosten bevinden zich in de kolom Niet-sectorgebonden. Intrest op waarde van het vee(einde boekjaar), omlopend kapitaal(=variabele kosten + lonen (fictief+loon vaste arbeiders) van teelten), restwaarde van beplantingen, afschrijfbare investeringen, afschrijfbare herstellingen en aangekochte productierechten. Opgelet: intresten van afschrijfbare investeringen bestemd voor nevenactiviteiten en afschrijving van aangekochte productierechten bevinden zich in de kolom Niet-sectorgebonden. Vanaf boekjaar 2014 volgen we het intrestpercentage van leningen aan ondernemingen met een oorspronkelijke looptijd van meer dan vijf jaar dat door de nationale bank van België wordt berekend en door het ECB wordt gepubliceerd. Voor boekjaar 2014 werd steeds 5% gebruikt. Verzekeringen, dienstverlening, lidgelden, abonnementen, telefoon, autokosten, bedrijfsbelasting, polderkosten, onroerende voorheffing voor gebouwen. Saldo Arbeidsinkomen..bij gelijke prijzen Bruto opbrengst - variabele kosten Totale opbrengst - totale kosten = zonder het inventarisprijsverschil van vee (zie hoger bij opbrengsten) 15 / 73

16 4.SPECIALE BEREKENINGEN 4.1.Tractor en aanverwante motorrijtuigen (*) Opsomming van de investeringen die opgenomen werden in deze tabel. Enkel investeringen in gebruik van het type tractor, verreiker, bulldozer en bobcat worden weerhouden Enkel van deze investeringen kennen we immers het aantal gereden uren voor de berekening van de tractorkost per uur. Brandstof Alle verbruik van brandstoffen toegewezen aan 1 van hogervermelde investeringen of aan de verdeelsleutel Voor tractor,bulldozer, verreiker of bobcat. Onderhoud + Alle verbruik smeermiddelen toegewezen aan 1 van hogervermelde investeringen of aan de verdeelsleutel Voor tractor,bulldozer, verreiker of bobcat. + aankoop klein materiaal toegewezen aan de verdeelsleutel VV01 : voor tractor, bulldozer of kniklader. + kleine herstellingen toegewezen aan 1 van hogervermelde investeringen. Verzekeringen Verzekeringen toegewezen aan 1 van hogervermelde investeringen Afschrijvingen Afschrijvingsbedrag op aankoop en herstellingswaarde van 1 van hogervermelde investeringen. Totale kost/uur Brandstoffen + Onderhoud + Intrest + Verzekering + Afschrijving per opgegeven uur. Uren Gereden uren volgens opgave standen urentellers van hogervermelde investeringen. 16 / 73

17 Verdeling Ruwvoederverstrekking Ruwvoederwinning Akkerbouw.. Neventak (loonwerk,..) Andere Afhankelijk van de opgegeven bestemmingen aan hogervermelde investeringen en de invulling van de vaste verdeelsleutel VV01 : voor tractor, bulldozer of kniklader worden hoger vermelde kosten verdeeld als volgt: Bij de bepaling van de vaste verdeelsleutel VV01 : voor tractor, bulldozer of kniklader worden 3 GVE gelijkgeschakeld aan 1 ha. Verder kennen we een verdeling volgens opp. waarbij aan elke teelt een wegingscoëfficiënt werd toegewezen. Eindresultaat kosten bestemd voor het ruwvoedervee. Eindresultaat kosten bestemd voor de ruwvoederteelten. Eindresultaat kosten bestemd voor de akkerbouwteelten. Kosten bestemd voor investeringen met bestemming Neventak Normaal is dit steeds leeg tenzij er tractorkosten aan de teelt groenmest werden toegewezen. 17 / 73

18 4.2.Nevenactiviteiten (Werk voor derden, hoevetoerisme,..) Alle ontvangsten en uitgaven m.b.t. tot de nevenactiviteiten op het bedrijf worden hier voorgesteld. Mogelijke nevenactiviteiten zijn: Loonwerk voor derden, Hoevetoerisme, Hoeveverkoop, Zonnepanelen en windmolens die elektriciteit verwekken, zuivelverwerking,. Bruto ontvangsten Alle ontvangsten met betrekking tot de nevenactiviteit. Volgende kosten worden weerhouden indien ze werden toegewezen aan de bestemming Nevenactiviteit of aan een investering die gedeeltelijk of volledig voor de nevenactiviteit is bestemd. Vb. Tractor die voor een deel gebruikt wordt om loonwerk te doen voor derden. Ontvangsten Groenstroomcertificaten, Ontvangsten loonwerk, ontvangsten hoevetoerisme, verkoop van elektriciteit.. Intern verbruik eigen energie Opbrengsten van eigen geproduceerde elektriciteit afkomstig van zonnepanelen of windmolens die op het bedrijf of in het huishouden worden verbruikt. De geproduceerde KWh werd vermenigvuldigd met een eenheidsprijs conform de markt. (Seizoen)lonen Betaalde lonen in het kader van eigen gepresteerd loonwerk Onderhoud (brandstoffen..) Aankoop klein materiaal, smeermiddelen, kleine herstellingen, brandstoffen, elektriciteit Diverse vaste kosten Verzekeringen, autokosten, lidgelden, abonnementen,telefoon, bedrijfsbelasting en polderkosten bestemd voor de nevenactiviteit. Diverse variabele kosten Alle andere uitgaven bestemd voor de nevenactiviteit. 18 / 73

19 4.3.Diverse kosten en opbrengsten Taksen en overige heffingen Alles geregistreerd onder de rubriek bedrijfsbelastingen. (belasting op drijfkracht, provinciebelasting...) Hoe worden deze opbrengsten en kosten verrekend in het arbeidsinkomen? Opbrengsten Totaal AI AI per teelt/diersoort Nevenactiveit(Loonwerk, Ja Nee hoevetoerisme, zonnepanelen ) Groenstroomcertificaten Ja Nee Opbrengst eigen geproduceerde Ja Nee electriciteit. Rentesubsidie Nee Nee Start- en installatiepremie Nee Nee Toelagen van investeringen Nee Nee BTW-verschil Nee Nee Gekoppelde MTR-premies Ja volgens opgegeven teelt(en) of diersoort(en) MTR-premies(voor ontkoppeling) Ja volgens opgegeven teelt(en) of diersoort(en) MAP-premies Ja volgens alle teelten Mestafzet(burenregeling) Ja Volgens alle teelten Bio-premies Ja volgens opgegeven diersoort of teelt(en) Gebiedsgerichte premies Ja Nee Rampenpremie Ja Nee Reconversiepremie Ja Nee 19 / 73

20 Crisispremie (Dioxine,.) Nee Nee Beheersovereenkomst Ja volgens opgegeven teelt(en) Toelage probleemgebieden Ja Nee Verkoop nutriënten Nee Nee Verkoop quota Nee Nee Verkoop toeslagrechten Nee Nee Verkoop materiaal Nee Nee Verhuur toeslagrechten-gewone Ja Ja (volgens opp. subsidiabele teelten) Verhuur toeslagrechten-braak Ja Ja voor braak Verhuur toeslagrechten-speciale Ja Ja (volgens alle dieren) Erosiepremie Ja volgens opgegeven teelt(en) Bedrijfstoeslagen Ja Nee (tenzij anders vermeld) Gekoppelde MTR-premies Ja volgens opgegeven diersoort of teelt(en) Premies duurzame landbouw Ja volgens opgegeven diersoort of teelt(en) Premie opruiming dieren Ja Volgens opgegeven diersoort Kosten Mestheffing Ja volgens alle dieren Mestafzet (burenregeling..) Ja volgens mestuitscheidingsnorm N Waterheffing Ja volgens het hele bedrijf Sanitair fonds Ja volgens opgegeven diersoort(en) Promotie- afzetfonds Ja volgens opgegeven diersoort of teelt(en) Residucontrole Ja volgens opgegeven teelt(en) Kadaverophaling Ja volgens alle dieren Taksen en overige heffingen Ja volgens het hele bedrijf Betaling chapeau,prijzij Nee Nee Aankoop grond Nee Nee Aankoop quota Nee Nee Verhuur quota Ja volgens opgegeven diersoort of teelt(en) Aankoop nutriënten Nee Nee Aankoop beplantingen Via aanwas, Via aanwas en afschrijving afschrijving Aankoop afschrijfbare investering Via afschrijving Via afschrijving Polderkosten, waterringen Ja Volgens opp. van alle teelten Aankoop produktierechten (quota, toeslagrechten, nutriënten) Ja Nee 4.4.Saldo -> inkomen bedrijfsleider. Inkomen bedrijfsleider Het arbeidsinkomen dat de bedrijfsleider zou verwerven indien * de vaste arbeidskrachten (zowel de betaalde als de familiale, vb. echtgeno(o)t(e), kinderen,.) een loon zouden krijgen. * er geen fictieve pachten worden aangerekend. (enkel de werkelijk betaalde) 20 / 73

21 * de fictieve intresten vervangen worden door de werkelijk betaalde intresten. Landbouwgezinsinkomen Zie inkomen bedrijfsleider waarbij enkel de betaalde arbeidskrachten een loon krijgen i.p.v. de betaalde en de familiale. 21 / 73

22 5.TECHNISCHE ANALYSE DIEREN 5.1.Rundvee Veebeweging Verkoop Gebruiksvee, fokmateriaal Verkopen van koeien die niet bestemd zijn voor de slacht of voor verdere afmesting. Deze zitten bij andere.verkoop Gewicht per dier = Gewicht levend. Totale vleesproductie(aantal) Resultaat moet steeds 0 zijn. Indien dit verschillend is van 0, dan betekent dit dat er nog een fout zit in de telling van de dieren. 22 / 73

23 5.1.2.Zuivelafrekening Melkerijleveringen Enkel de leveringen van volle melk aan zuivelfabriek. Bedrag is zonder afhoudingen en premies of nabetalingen. Melkprijs FPCM(Fat en protein corrected milk): Dit is de melkprijs van meetmelk (meetmelk = standaardmelk die gebruikt wordt om te corrigeren en te vergelijken bij eenzelfde vet (4%) en eiwit (3,3%)). Op die manier kan de melkprijs beter vergeleken worden met andere bedrijven. Formule: melkprijs per liter van zuivelfabriek(zie hoger) / (0, ,116 * vetgehalte in graden / 10,3 + 0,06 * eiwitgehalte in graden / 10,3) vb. Melkprijs van 13 fr/liter. voor melk van 43 vet en 35 eiwit: Melkprijs FPCM = 13/(0,337+0,116*43/10,3+0,06*35/10,3) = 12,68 Afhoudingen bijdrage pr. Com., nat. Prom. Heffing, bijdrage K.B , ophaalkosten (allen indien nog niet verrekend in het basisbedrag) Premies Enkel aanwezig indien nog niet verrekend in het basisbedrag.. Ondermelk Enkel ondermelk geleverd aan zuivelfabriek. Thuisverkoop en huishouden: enkel volle melk verkocht aan huis of verbruikt in huishouden. Boter Thuisverkoop van boter Thuisbereiding Thuisverkoop van andere melkproducten ((platte)kaas, yoghurt, ijs...) Overige melk Probleemmelk (penicellinemelk...) Verwerkte melk Netto melkgeld Melkleasing Aangekochte melk voor doorverkoop. Melkerijleveringen - afhoudingen + premies - superheffing + verkoop ondermelk + melk aan kalveren + thuisverkoop en huishouden + verkoop boter + thuisbereiding + overige melk - verwerkte melk. (niet verrekend in hoeveelheid) Huur en verhuur van melkquotum 23 / 73

24 5.1.3.Bedrijfsintensiteit Aandeel jongvee(%) gemiddeld aantal stuks jongvee / gemiddeld aantal koeien volgens maandelijkse aangifte * 100 Stalbezetting melkvee(%) gemiddeld aantal koeien volgens maandelijkse aangifte / aantal ligplaatsen * 100 Kg vet + eiwit per koe Vet/eiwit Melkproductie per VAK Kg botervet + kg eiwit per gemiddeld aanwezig koe. (ook de liters die niet aan de melkerij worden geleverd worden meegeteld op basis van gemiddelde vet en eiwitgehalte leveringen aan de fabriek.) Kg botervet / kg eiwit ofwel de vet-eiwit verhouding. Aantal geproduceerde liters per V(olwaardige) A(rbeis)K(racht). (Wordt enkel berekend indien het om gespecialiseerde melkveebedrijven gaat (>= 80% van de standaarduren) Melkproductie per gewerkt uur Aantal geproduceerde liters per gewerkt uur. (Wordt enkel berekend indien het om gespecialiseerde melkveebedrijven gaat (>= 80% van de standaarduren) Per koe =gemiddeld aantal koeien volgens maandelijkse opgave) Per ha R(uw)V(oeder) = is steeds excl. opp nateelten en incl de opp bestemd voor jongvee! Per 100 lt = per 100 liter geproduceerde liter melk Melkproductie RV melk (VEM) Melkproductie zelf geproduceerd op jaarbasis (zie hoeveelheid netto melkgeld) in de veronderstelling dat 442 VEM uit krachtvoeder volstaat voor de 24 / 73

25 productie van 1 liter geproduceerde melk. RV melk (DVE) in de veronderstelling dat 52 DVE uit krachtvoeder nodig is voor de productie van 1 liter geproduceerde melk FPCM melk(fat and protein corrected milk): Dit is de productie van meetmelk (meetmelk = standaardmelk die gebruikt wordt om te corrigeren en te vergelijken bij eenzelfde vet (4%) en eiwit (3,3%)). Op die manier kan deze beter vergeleken worden met andere bedrijven Formule: melkproductie per koe(zie hoger) * (0, ,116 * vetgehalte in graden / 10,3 + 0,06 * eiwitgehalte in graden / 10,3) vb. Melkproductie van 6000 liter/koe. voor melk van 43 vet en 35 eiwit: Melkprijs FPCM = 6000*(0,337+0,116*43/10,3+0,06*35/10,3) = 6150 Melkopbrengst (+) Voederkost-variabel (-) Voersaldo (=) Vleesopbrengst Voederkost-vast (-) Netto melkgeld (zie hoger) per koe of per 100 liter. De krachtvoederkost + de variabele ruwvoederkost bestemd voor melkvee (excl. jongvee) Melkopbrengst Voederkost-variabel De totale vleesproductie (koeien, en kalveren). De vaste ruwvoederkosten bestemd voor melkvee (excl. jongvee) 25 / 73

26 5.1.4.Vruchtbaarheid Info uit de koekalender: Leeftijd 1 e kalving: Tussenkalftijd: De mogelijkheid bestaat om het rundvee individueel op te volgen via de koekalender van Tiber. Op basis van deze registraties kunnen tussenkalftijd, leeftijd eerste kalving en de leeftijd van de koeien berekend worden en overgehaald worden naar de boekhouding. Indien de koekalender niet wordt gebruikt, maar deze kengetallen toch gekend zijn, kunnen deze eveneens ingebracht worden in Tiber. (Indien overgehaald uit de koekalender) Enkel eigen vaarzen die maximum 5 jaar zijn op het moment van de eerste kalving komen in aanmerking. (Indien overgehaald uit de koekalender) Enkel kalvingen tussen de eerste en laatste dag van het boekjaar komen in aanmerking. De TKT is het verschil in dagen tussen deze en de vorige kalving. Aantal kalvingen van eigen vaarzen aantal vaarzen overgegaan van fokvee naar melkvee. Levend geboren verkoopprijs is de gemiddelde verkoopprijs van de nuchtere kalveren. Indien kalveren dadelijk overgaan naar jongvee (cfr. Managementpakketten) wordt de verkoopprijs van de dieren van de categorie -250 kg genomen. Kalvingsindex Vervangingspercentage aantal kalvingen t.o.v. gemiddeld aantal koeien volgens maandelijkse aangifte. Voor melkvee (Verkoop reforme melkkoeien (excl. gebruiksvee) + overgangen UIT van de koeien + Sterfte koeien) / gemiddeld aantal dieren * 100 Voor zoogvee ((Aankoop zoogkoeien of vaarzen + kalvingen van eigen volle vaarzen + overgangen IN van zoogkoeien + verkoop zoogkoeien + overgangen UIT van zoogkoeien + Sterfte zoogkoeien) / 2) / gemiddeld aantal zoogkoeien * / 73

27 5.1.5.Voeding Rundvee De kengetallen worden uitgedrukt per: Voor melkvee Per melkkoe gemiddeld aantal koeien volgens maandelijkse aangifte Per 100 liter melk zelf geproduceerde liters (geleverd, vervoederd, verbruikt in huishouden, thuisverkoop, probleemmelk...) Voor jongvee Per stuk jongvee per gemiddeld aanwezig dier van jongvee volgens 4-maandelijkse aangifte. Voor zoogkoeien Per zoogkoe Voor vleesvee Per stuk vleesvee Gemiddeld aantal koeien volgens 4-maandelijkse aangifte. Gemiddeld aantal dieren van vleesvee volgens 4-maandelijkse aangifte. Kg product Kg(88% ds) Verbruikte kg (=aankoop + zelf geproduceerde + inventarisverschillen) Verbruikte kg (zie hoger) omgerekend naar 88% droge stof volgens de opgegeven droge stof-gehaltes van de krachtvoeders Natte bijproducten Natte pulp, draf, aardappelen, andere voeders van -3 fr / 73

28 Ruwvoeders - aangekocht aankoop inclusief de inventarisverschillen. Ruwvoeders eigen Variabele kost: + Som van de variabele kosten van de eigen ruwvoeders+/- inventarisverschillen. - eventuele opbrengsten(premies...,excl. bedrijfstoeslag) + waarde bijproducten van eigen teelten die vervoederd werden. Vaste kost: Som van de vaste kosten van de eigen ruwvoeders. Aangekocht Eigen stro Aankoopbedrag van stro bestemd voor strooisel en ander aangekocht strooisel(zaagmeel, turf, ) De prijs per ton is van alle aangekochte strooisel. De opgegeven opp van bijprodukten van eigen teelten bestemd voor strooisel vermenigvuldigt met 175 euro / ha en geschat aan 4.5 ton per ha. De veebezetting is uitgedrukt in are ruwvoederhoofdteelt! Grasland = opp. geregistreerd onder de teeltcode weiden en raaigras hoofdteelt Maïs = opp. snijmaïs voor eigen gebruik Ander ruwvoeder = voederbieten, eiwitrijk ruwvoer (gras klaver, luzerne, rode klaver.) 28 / 73

29 5.2.Zeugen Veebeweging Verkoop vleesvarkens en reforme zeugen = inclusief IKZ-vergoeding. Gewicht per dier = Gewicht levend Indien geslacht gewicht is opgegeven worden volgende omzettingscoëfficiënten momenteel gebruikt: Voor vleesvarkens : levend = geslacht * 1,245 Voor fokvarkens : levend = geslacht * 1,325 Totale vleesproductie(aantal) Moet steeds 0 zijn. Indien hier een cijfer staat betekent dit dat de veetelling niet goed is verlopen. (Opm. Enkel indien de sterfte van nog niet gespeende biggen nog niet gekend zijn, zou er een afwijking in de telling kunnen zijn.. 29 / 73

30 5.2.2.Voeding Totaal(kg) Kg(88% ds) Per big Per zeug Korrelmaïs (%DS) Samengesteld fase 1 Samengesteld fase 2 Natte bijproducten Verbruikte kg (=aankoop + zelf geproduceerde + inventarisverschillen) Verbruikte kg (zie hoger) omgerekend naar 88% droge stof (cfr. ingevulde inhouden van de krachtvoeders) per overgegaan en verkocht big gemiddeld aantal zeugen volgens de 4-maandelijkse opgave. Drogestofgehalte van zowel eigen als aangekochte korrelmaïs. Samengesteld dracht + indien niet apart opgegeven lactatievoeders. Samengesteld lactatie Natte pulp, draf, aardappelen, andere voeders van -3 fr Vruchtbaarheid Aantal worpen Worpgrootte Worpindex Productiegetal Aantal worpen op jaarbasis Gemiddeld aantal levend geboren biggen per worp. Aantal worpen per zeug. (*) Indien een technisch pakket aanwezig is bestaat de mogelijkheid om de worpindex van de technische boekhouding in te brengen. (Levend geboren biggen - sterfte biggen) per zeug (*)Indien een technisch pakket aanwezig is bestaat de mogelijkheid om het productiegetal te corrigeren op basis van de worpindex van de technische boekhouding. Gecorrigeerd productiegetal = Productiegetal Tiber * (worpindex Technische pakket / worpindex Tiber) Deze correctie blijkt vooral noodzakelijk indien met meerwekensystemen wordt gewerkt.waarbij de cycli niet exact afsluiten op de laatste dag van het boekjaar. 30 / 73

31 % doodgeboren aantal doodgeboren biggen t.o.v. levend + dood geboren biggen % biggensterfte Sterfte biggen t.o.v. levend geboren biggen % zeugensterfte Sterfte zeugen en beren t.o.v. gemiddeld aantal zeugen volgen 4- maandelijkse aangifte. %vervanging (Worpen van de eerstelingszeugen-inventarisverschil zeugen(eindbegin)(*)) / gemiddeld aantal zeugen volgens aangifte. (*) Het inventarisverschil wordt enkel meegerekend indien er een toename van de veestapel is geweest. Bij een afname wordt dit inventarisverschil teruggebracht tot Vleesvarkens Voeding Totaal(kg) Verbruikte kg (=aankoop + zelf geproduceerde + inventarisverschillen) Prijs 100 kg Aankoopprijs korting veevoeders Kg(88% ds) Verbruikte kg (zie hoger) omgerekend naar 88% droge stof (cfr. ingevulde inhouden van de krachtvoeders) Per dier per vetgemest dier(gewicht vleesproductie / (verkoopgewicht - aankoopgewicht) Per kg per kg vleesproductie Korrelmaïs (%DS) Drogestofgehalte van zowel eigen als aangekochte korrelmaïs) Natte bijproducten Natte pulp, draf, aardappelen, andere voeders van -3 fr Afmestresultaat 31 / 73

32 Mestduur in dagen Verkoopgewicht per vleesvarken - het opzetgewicht biggen * 1000 / groei per dag in grammen Groei per dag in grammen Gewicht vleesproductie / (gemiddeld aantal dieren * 365) * Voederconversie Verbruik van eigen en aangekochte voeders (omgerekend naar 88% droge stof) / kg vleesproductie. % sterfte Sterfte van vleesvarkens(incl. biggen) t.o.v. aantal opgezette biggen. Kg sterfte per 1000 kg productie: Gewicht sterfte vleesvarkens(incl. biggen) * 1000 / gewicht vleesproductie. Indien het opzetgewicht = 7 kg EN er worden biggen verkocht op 20 kg. dan worden deze technische kengetallen gecorrigeerd als volgt. Groei per dag in grammen Gecorrigeerde vleesproductie(1) / (gecorrigeerd aantal dieren(2) * 365) * Mestduur in dagen Verkoopgewicht per vleesvarken - het opzetgewicht biggen * 1000 / gecorrigeerde groei per dag in grammen Voederconversie Gecorrigeerd voederverbruik(3) omgerekend naar 88% droge stof / gecorrigeerde vleesproductie.(1) % sterfte % biggensterfte(5) + % sterfte vleesvarkens(6) Kg sterfte per 1000 kg productie: Gewicht sterfte vleesvarkens(incl. biggen) * 1000 / gecorrigeerde gewicht vleesproductie.(1) (1) gecorrigeerde vleesproductie.= Totale vleesproductie totaal gewicht verkochte biggen op 20 kg (totaal gewicht gestorven biggen * % verkochte biggen(4)) + (totaal gewicht van de opgezette biggen * % verkochte biggen(4)) (2) gecorrigeerd aantal dieren = Gemiddeld aantal aanwezige dieren (gemiddeld aanwezige biggen * % verkochte biggen(4)) (3) gecorrigeerd voederverbruik =Totaal voederverbruik (incl. biggenvoeder) (verbruik biggenvoeder * % verkochte biggen(4)). (4) % verkochte biggen =aantal verkochte biggen 20 kg / (aantal opgezette biggen 7 kg aantal sterftes biggen tot 20 kg) (5) % biggensterfte = aantal gestorven biggen tot 20 kg / aantal opgezette biggen 7 kg * 100 (6) % sterfte vleesvarkens = aantal gestorven vleesvarkens(excl.biggen) / aantal opgezette biggen 7 kg * (1 - % verkochte biggen(4)) * 100 Nettoprijs vleesvarkens per 100 kg Levend. Verkoopprijs per kg levend. (incl. IKZ-vergoedingen)- leveringskosten (promotie-, afzetfonds, residuontledingen, afhoudingen vervoer, kostenverdeler, administratiekost, vervoersrisico, supplement, vergoeding vervroegde betaling...) Geslacht zie hoger (omzettingscoëff. Levend geslacht = 1.245). 32 / 73

33 5.3.3.Kostprijs, saldo en arbeidsinkomen gesloten: Deze kengetallen worden enkel berekend indien zowel zeugen als vleesvarkens aanwezig zijn. Het geeft de kostprijs weer van zowel de vermeerdering als de afmesting uitgedrukt per 100 kg verkocht vlees bij de vleesvarkens en per verkoopbaar vleesvarkenvarken. 1) Variabele kost per 100 kg gesloten = ((de variabele kosten per verkoopbaar vleesvarken(1) + de integrale kost per big(2) * (100 + sterftepercentage vleesvarkens)/100) / gemiddeld verkoopgewicht. waarbij: (1)= ( totale kg vleesproductie bij de vleesvarkens -kg - sterfte) / (gemiddeld afzetgewicht gemiddeld opzetgewicht) (2)= variabele kosten per geproduceerd big(3) + de vervangingskosten per geproduceerd big(4) (3)= verkochte biggen bij de fokvarkens + biggen overgegaan naar de vleesvarkens. (4)= Indien meer dan 5 zeugen aangekocht of binnengekomen van de vleesvarkens -> ((aantal afgevoerde zeugen(5) * (gemiddelde aanvoerprijs zeugen(6) gemiddelde afvoerprijs zeugen(7))) + waarde aankoop beren waarde verkoop beren) / aantal geproduceerde biggen(3) Indien minder dan 5 zeugen aangekocht of binnengekomen van de vleesvarkens Waarde aankoop beren waarde verkoop beren - waarde verkoop reformzeugen (5)= Aantal verkochte + gestorven zeugen (6)= gewogen gemiddelde prijs van aankoop en overgang IN fokzeugen (7)= gewogen gemiddelde prijs van verkoop en sterfte van zeugen 2) Totale kost per 100 kg gesloten Zie 1) maar dan totale kost i.p.v. variabele kost. 3) Saldo gesloten per verkoopbaar varken(1) = saldo per geproduceerd big(3) + saldo per verkoopbaar varken 4) AI gesloten per verkoopbaar varken(1) = AI per geproduceerd big(3) + AI per verkoopbaar varken 5) Saldo en AI bij gelijke prijzen = zie 3) en 4) maar zonder het inventarisprijsverschil van vee 33 / 73

34 5.4.Braadkippen Dagen leegstand, bezettingsgraad, aantal ronden per jaar: zie later Groei per dag in grammen Gewicht vleesproductie / (aantal dieren * 365) * Mestduur in dagen Verkoopgewicht braadkippen - aankoopgewicht kuikens * 1000 / groei per dag in grammen Voederconversie Verbruik van eigen en aangekochte voeders (omgerekend naar 88% droge stof) / kg vleesproductie. Kg voeder per dier Verbruik van eigen en aangekochte voeders (omgerekend naar 88% droge stof) / gemiddeld aantal dieren volgens 14-daagse aangifte. %sterfte aantal sterftes t.o.v. aangekochte kuikens. 34 / 73

35 5.5.Leghennen Dagen leegstand, bezettingsgraad: zie later Eieren per hen Legpercentage op jaarbasis percentage eieren per hen op dagbasis (100 = 1 ei per dag) kg eieren per hen per dag op jaarbasis Eigewicht Gemiddelde gewicht per ei Voederconversie Verbruik van eigen en aangekochte voeders (omgerekend naar 88% droge stof) / totaal verkoopgewicht eieren.. Voederkost per kg eieren Verbruik van eigen en aangekochte voeders (bedrag) / totaal verkoopgewicht eieren. %sterfte aantal sterftes t.o.v. gemiddeld aantal dieren volgens 14-daagse aangifte. 35 / 73

36 5.6.Melkgeiten Lammerindex %-tage vervanging Aantal aflammingen / aantal gemiddeld aanwezige melkgeiten (volgens maandelijkse opgave) (Verkoop van reforme melkgeiten + sterfte van melkgeiten) / gemiddeld aantal melkgeiten(volgens maandelijkse opgave) Geselecteerde geiten voor duurmelken: aantal Aantal volgens opgave. Geselecteerde geiten voor duurmelken:% Geselecteerd voor duurmelken:aantal / (Geselecteerd voor duurmelken:aantal + Geselecteerd voor dekking:aantal) Aantal gedekte melkgeiten: aantal Aantal volgens opgave. Aantal gedekte:melkgeiten % Geselecteerd voor dekking:aantal / (Geselecteerd voor duurmelken:aantal + Geselecteerde voor dekking:aantal) waarvan gelammerd: aantal aantal aflammingen aantal overgangen van lammeren -> melkgeiten. Waarvan gelammerd: % (aantal aflammingen aantal overgangen van lammeren -> melkgeiten) / Aantal geselecteerde melkgeiten voor dekking van vorig jaar * 100 Aantal gedekte lammeren: aantal Aantal lammeren op de begininventaris + aangekochte lammeren tot 7 maand met aankoopdatum kleiner dan 30/07 of datum onbekend. Aantal gedekte lammeren: % altijd 100% (alle lammeren worden verondersteld gedekt te worden) waarvan gelammerd: aantal aantal overgangen van lammeren -> melkgeiten. Waarvan gelammerd: % aantal overgangen van lammeren -> melkgeiten / aantal gedekte lammeren * / 73

37 6.ECONOMISCHE ANALYSE DIEREN Voor fokvarkens(zie voorbeeld) per zeug gemiddeld aantal zeugen volgens 4-maandelijkse aangifte per big geproduceerde big (overgang uit + verkocht) Voor vleesvarkens per 100 kg per kg vleesproductie per dier vetgemeste dieren (gewicht vleesproductie / (verkoopgewicht - opzetgewicht)) Voor melkvee per koe gemiddeld aantal koeien volgens de maandelijkse aangifte per 100 liter zelf geproduceerde liters (geleverd, vervoederd, verbruikt in huishouden, thuisverkoop, probleemmelk...) Voor jongvee, vleesvee en vleeskalveren per 100 kg per kg vleesproductie per dier gemiddeld volgens 4-maandelijkse aangifte. Voor zoogkoeien per koe aantal zoogkoeien volgens 4-maandelijkse aangifte indien gecombineerd met vleesvee: per 100 kg per kg vleesproductie indien gecombineerd met melkquotum per GVE gemiddelde volgens de 4-maandelijkse aangifte incl. jongvee Voor braadkippen per 100 kg per kg vleesproductie per dier vetgemeste dieren (gewicht vleesproductie / (verkoopgewicht - aankoopgewicht kuikens)) Voor leghennen per hen gemiddelde volgens de 14-daagse aangifte. per 100 eieren verkochte eieren. Voor contractvee per geleverd dier aantal verkochte dieren per dier gemiddelde volgens 4-maandelijkse aangifte Voor andere diersoorten per 100 kg per kg vleesproductie per dier gemiddelde volgens 4-maandelijkse aangifte Andere (verkocht + overgegaan) - fokvarkens Verkoop opfokmateriaal + overgang uit andere Zeugen(vervanging) Verkoop reforme zeugen - aankoop (op) fokzeugen - overgang in fokmateriaal 37 / 73

38 Vleesvarkens (verkocht + overgegaan) Verkoop vleesvarkens + verkoop biggen + verkoop opfokmateriaal + overgang uit opfokmateriaal Andere (aangekocht + overgekomen) - vleesvarkens aankoop opfokmateriaal + overgang IN andere Leveringskosten vleesvarkens (ENKEL bij de vleesvarkens worden de leveringskosten afgetrokken van de bruto opbrengst) lastenboeken, promotie-, afzetfonds, residuontledingen, transportkosten, kostenverdeler, bijdrage IVB, Melk Dekgelden, premies, div: Inventarisverschil verkoop volle melk en ondermelk aan zuivelfabriek(incl. afhoudingen, premies en superheffing), thuisverkoop melk, -aangekochte melk, melk van boter en andere thuisverwerking, probleemmelk (penicelinnemelk ) en melk aan kalveren of biggen! bio-premie, dekgelden, verkoop sperma, premie verkoop dieren, Mcsharry, verhuur quota en gebouwen, verhuur speciale toeslagrechten, gekoppelde MTR-premies, premies duurzame landbouw, premie opruiming dieren, melkpremie, zoogkoeienpremie, uitbetaling verzekering, prijskampen, andere... Inventarisverschil als gevolg van toe- of afname van de veestapel en waardestijging of daling van de inventarisprijs. krachtvoeders Verbruik van krachtvoeders (eigen+aangekocht+inventarisverschil) kortingen veevoeders. ruwvoeders Variabele kosten van eigen ruwvoeders, aankoop ruwvoeders, weidegeld, vervoedering van bijproducten marktbare teelten - de opbrengsten (cfr. maïspremies...) van de eigen ruwvoeders. gezondheidskosten Veeartskosten en medicamenten vruchtbaarheid aankoop sperma, dekgelden, embryo s. Milieukost waterheffing, mestheffing, mestafzet Energiekosten Brandstoffen voor motorvoertuigen en eigen geproduceerde of aangekochte elektriciteit niet bestemd voor verwarming of koeling. Verwarming Brandstoffen en eigen geproduceerde (zonnepanelen,..) of aangekochte elektriciteit bestemd voor verwarming of koeling Onderhoudskosten klein materiaal, kleine herstellingen, verbruik olie en smeermiddelen. Strooisel (eigen+aangekocht) Aankoopbedrag van stro bestemd voor strooisel en anderaangekocht strooisel(zaagmeel, turf, ) + de opgegeven opp van bijprodukten van eigen teelten gewaardeerd aan 175 euro / ha. Administratiekosten dierziektebestrijding(sanitel), Sanitair fonds, Melkcontrole Leveringskosten lastenboeken, promotie-, afzetfonds, residuontledingen, afhoudingen 38 / 73