Tweede Kamer der Staten-Generaal
|
|
- Laura de Boer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar Rijksbegroting voor het jaar Hoofdstuk XV Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Nr. 76 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 1 april 1987 Op 1 juli 1986 is de Wet Arbeid Gehandicapte Werknemers van kracht geworden. Over drie jaar moet bekend zijn in hoeverre arbeidsorganisaties erin zijn geslaagd de in de wet genoemde percentages te realiseren. Tevens moet dan bekend zijn op welke wijze men heeft getracht de arbeidsdeelname van gehandicapten te vergroten en in welke mate daarbij de in de WAGW geboden instrumenten zijn gebruikt. Ten slotte moet dan een oordeel kunnen worden gegeven over de effectiviteit van de WAGW als middel om de arbeidsparticipatie van gehandicapten te bevorderen. Op basis van de opgedane ervaringen en advisering door de Sociale Verzekeringsraad, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en het Spoorwegpensioenfonds zal over drie jaar ook een beslissing moeten worden genomen over het eventueel opleggen van quotumpercentages. Gelet op het bovenstaande meen ik dat onderzoek naar de werking van de WAGW gewenst is. In het bijgaande onderzoekplan zijn de vragen geformuleerd, die, om de werking van de WAGW te kunnen beoordelen, over enkele jaren beantwoord moeten zijn. Voorzover thans mogelijk is tevens aangegeven op welke wijze het onderzoek uitgevoerd zal worden. Een samenvattend voorlopig eindrapport over de werking van de WAGW, waarin de onderzoeksbevindingen en de resultaten van de registratie-activiteiten zijn vastgelegd, dient vóór de zomer van 1989 door de begeleidingscommissie te worden vastgesteld. Het is mijn bedoeling de organisaties van werkgevers en werknemers, belangengroeperingen van gehandicapten en arbeidsongeschikten en de uitvoeringsorganisaties vervolgens in de gelegenheid te stellen, mede op basis van de bevindingen in het eindrapport, een oordeel uit te spreken over de werking van de WAGW. Vervolgens zal de Kamer zich uit kunnen spreken over het eindrapport, de reacties van genoemde organisaties en het regeringsstandpunt ter zake. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L. de Graaf Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 1
2 ONDERZOEKPLAN EVALUATIE WAGW 1. Inleiding De wet Arbeid Gehandicapte Werknemers is op 1 juli 1986 van kracht geworden. Drie jaar na het in werking treden van deze wet zal, mede op basis van de in die periode opgedane ervaringen en na advisering door de Sociale Verzekeringsraad, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en het Spoorwegpensioenfonds, worden beslist over het opleggen van quotumpercentages. Deze zullen bij algemene maatregel van bestuur worden opgelegd indien en voorzover in (delen van) bedrijfstakken, ondernemingen en onderdelen van openbare dienst onvoldoende maatregelen zijn getroffen ter bevordeing van de (re)integratie van gehandicapten in het arbeidsproces. Men dient ernaar te streven dat gemiddeld 5% van het aantal werknemers bestaat uit gehandicapten. Per bedrijf of instelling kan het percentage variëren tussen 3 en 7. Over drie jaar moet bekend zijn in hoeverre arbeidsorganisaties erin zijn geslaagd de in de wet genoemde percentages te realiseren. Tevens moet dan bekend zijn op welke wijze men heeft getracht de arbeidsdeelname van gehandicapten te vergroten en in welke mate daarbij de in de WAGW geboden instrumenten zijn gebruikt. Tenslotte moet dan een oordeel kunnen worden gegeven over de effectiviteit van de WAGW als middel om de arbeidsparticipatie van gehandicapten te bevorderen. Na een korte uiteenzetting over de WAGW en de daarin opgenomen instrumenten en over de relatie met de stelselherziening, wordt aangegeven welke onderwerpen onderzocht moeten worden. Voor zover thans mogelijk wordt daarbij ook aangegeven op welke wijze dat onderzoek dient te worden uitgevoerd. Vervolgens worden de organisatie van opzet, uitvoering en begeleiding van de onderzoeken en de wijze van rapporteren besproken. Tenslotte wordt een voorlopige tijdsplanning gepresenteerd. 2. De WAGW Algemeen Uitgangspunt in de WAGW vormt de verantwoordelijkheid van werkgevers en van werkgevers- en werknemersorganisaties voor het creëren van gelijke kansen voor gehandicapte en niet-gehandicapte werknemers op deelname aan het arbeidsproces. Waar wordt gesproken van werkgevers, wordt hier ook de overheidswerkgever bedoeld. In de wet wordt gesteld dat men die gelijke kansen moet bevorderen voorzover dat redelijkerwijs in het vermogen ligt en dat men voorzieningen moet treffen, gericht op behoud, herstel of bevordering van de arbeidsgeschiktheid van werknemers. Als gehandicapte werknemers worden in het kader van de WAGW die werknemers beschouwd, die een arbeidsongeschiktheidsuitkering of invaliditeitspensioen ontvangen en/of die waarvoor op basis van een arbeidsongeschiktheidsregeling een werkvoorziening werd getroffen. Deze groep kan door middel van een algemene maatregel van bestuur worden uitgebreid met personen die ten gevolge van ziekte of gebreken, duidelijke belemmeringen ondervinden bij het verkrijgen of verrichten van werk, danwei door bijzondere voorzieningen in staat worden gesteld arbeid te verkrijgen of te verrichten. Dit is de zogenaamde vangnet-categorie. Omdat hierin vooralsnog alleen herplaatsbaar verklaarde ambtenaren zijn opgenomen, wordt in de evaluatie alleen aan die mogelijkheid aandacht besteed. De plaatsing van gehandicapte werknemers De WAGW biedt de mogelijkheid via een algemene maatregel van bestuur een werkgever te verplichten een bepaald quotum (tussen 3% en Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 2
3 7%) te realiseren. Een dergelijke maatregel kan pas worden genomen nadat de Sociale Verzekeringsraad, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) resp. het Spoorwegpensioenfonds (SPF) daarover desgevraagd of uit eigen beweging advies hebben uitgebracht. De Sociale Verzekeringsraad dient ter voorbereiding van een dergelijk advies overleg te voeren met de betrokken bedrijfsvereniging en de Gemeenschappelijke Medische Dienst. Via die algemene maatregel van bestuur kunnen ondernemingen tevens van de opgelegde quotumverplichting worden uitgezonderd. Bij ministeriële beschikking kan een werkgever ten aanzien van een bepaalde onderneming van een voor hem geldende quotumplicht worden ontheven. Tenslotte wordt bepaald dat een werkgever die niet aan de opgelegde verplichting voldoet, periodiek een geldelijke bijdrage is verschuldigd. Aan werkgevers die meer gehandicapte werknemers in dienst hebben dan waartoe ze verplicht zijn, kan een geldelijke tegemoetkoming worden gegeven. Bovengenoemde bepalingen zullen pas drie jaar na het in werking treden van de WAGW van kracht kunnen worden. De aanpassing van de arbeidsplaats De werkgever is verplicht de samenstelling en toewijzing van arbeid, de inrichting van de arbeidsplaatsen, de produktie- en werkmethoden en de bij het werk te gebruiken hulpmiddelen aan te passen aan de bij hem werkzame gehandicapte werknemers. Ook de inrichting van het bedrijf dient aangepast te worden voorzover de deelneming van een gehandicapte werknemer daartoe noodzaakt. Het districtshoofd van de Arbeidsinspectie ziet toe op de naleving van deze bepaling en stelt eventuele eisen na overleg met GMD, ABP of SPF. Ook kunnen de GMD, het ABP en het SPF de Arbeidsinspectie verzoeken een eis op te leggen. Daarbij is de in de Arbowet genoemde procedure van toepassing. De beloning van de werknemer ledere gehandicapte werknemer heeft aanspraak op dezelfde beloning als een niet-gehandicapte werknemer in een gelijkwaardige functie. Wanneer de prestatie van een werknemer tengevolge van ziekte of gebreken duidelijk minder is dan de prestatie die in de betreffende functie als normaal wordt beschouwd, danwei indien er sprake is van een opstapje', kan door de minister toestemming worden verleend voor een evenredige verlaging van de beloning. Financiële gevolgen voor de werkgever De werkgever voor wie een quotumplicht geldt, is verplicht een administratie te voeren waaruit blijkt in hoeverre aan het quotum is voldaan en waaruit kan worden afgeleid welke geldelijke bijdrage of tegemoetkoming verschuldigd is. Hij moet bovendien aan de betrokken uitvoeringsorganen de voor het vaststellen van bijdrage of tegemoetkoming benodigde gegevens verstrekken. Het vaststellen en invorderen van een bijdrage, danwei het uitbetalen van een tegemoetkoming geschiedt door de bedrijfsvereniging waarbij de werkgever is aangesloten, de directie van het ABP of van het SPF. De bijdragen worden gestort in het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds, de tegemoetkomingen worden gefinancierd uit hetzelfde fonds. Wijzigingen in andere wetten ' Zie pag 4 Op basis van een nieuw artikel 57a in de AAW, P.9a van de Algemene burgerlijke pensioenwet en P.8a van de Spoorwegpensioenwet kunnen werkgevers een vergoeding vragen van de extra kosten die voortvloeien uit de voorzieningen die zijn of worden getroffen om de deelname van Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 3
4 gehandicapten in het arbeidsproces mogelijk te maken. Over een dergelijke aanvraag wordt beslist door de bedrijfsvereniging, op basis van een advies van de GMD, door de directie van het ABP danwei het SPF. Desgewenst kan advies worden ingewonnen bij de arbeidsinspectie. Het blijft overigens mogelijk, op basis van art. 57 van de AAW, P.9 van de Algemene burgerlijke pensioenwet en P.8 van de Spoorwegpensioenwet voorzieningen aan een gehandicapte werknemer te verstrekken. Artikel 30 van de ZW maakt het nu mogelijk zowel van de werknemer als van de werkgever een reële bijdrage aan de reïntegratie te verlangen. Zowel op de werknemer als op de werkgever kan een financiële sanctie worden toegepast indien men medewerking weigert. Voor de werkgever geldt dit ook wanneer hij niet wil meewerken aan het treffen van een voorziening op basis van art AAW. Ook in deze gevallen beslist de bedrijfsvereniging na advies van de GMD. Bemiddeling en ontslag De GMD, het ABP en het SFP hebben arbeidsbemiddelingsbevoegdheid gekregen krachtens artikel 36 van de Arbeidsbemiddelingswet. De procedure voor een ontslagaanvraag is bij circulaire gewijzigd voor die gevallen waarbij een gehandicapte werknemer is betrokken. Het Arrest van de Hoge Raad van 8 november 1985 (RvdW1985, nr. 205) speelt hierbij een belangrijke rol. In bepaalde gevallen dient de directeur van het GAB na te gaan of werkhervatting bij de huidige werkgever mogelijk is. Als dat zo is en als van de werkgever kan worden verlangd daaraan mee te werken, dan wordt een ontslagvergunning geweigerd. 3. Relatie met de stelselherziening In het kader van de stelselherziening zijn enkele maatregelen genomen die van invloed kunnen zijn op de (her)intreding van gehandicapten in het arbeidsproces. In de eerste plaats betreft dat de introductie van het «opstapje», dat het voor werkgevers aantrekkelijk maakt een gedeeltelijk arbeidsongeschikte in dienst te nemen. In de tweede plaats gaat het om de afschaffing van de verdiscontering in de AAW/WAO voor nieuwe gevallen (na 1 januari 1987) en voor arbeidsongeschikten tot 35 jaar. Het opstapje biedt de GMD een extra instrument ten behoeve van de plaatsing van gedeeltelijk arbeidsongeschikten. De betreffende werknemer kan gedurende een bepaalde periode één arbeidsongeschiktheidsklasse hoger worden ingedeeld. In het kader van de evaluatie van de WAGW zal dit aspect van de stelselherziening worden onderzocht. Waar in het vervolg over WAGW-instrumenten wordt gesproken, wordt daaronder ook het «opstapje» begrepen. Het afschaffen van de verdiscontering heeft samen met de in het kader van de WAGW verbeterde reïntegratiemogelijkheden, invloed op de volume-ontwikkeling in de AAW/WAO. Twee mogelijke consequenties kunnen worden onderscheiden: - een vermindering van de instroom in de AAW/WAO. Deze vermindering kan zowel het gevolg zijn van de verbeterde reïntegratiemogelijkheden als van het intensiever zoekgedrag en het streven naar herplaatsing van degenen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt dreigen te worden. De vermindering van de instroom kan het gevolg zijn van plaatsing bij de eigen of bij een andere werkgever. Vermindering van de instroom in de AAW/WAO, gemeten in mensjaren, kan ook het gevolg zijn van het feit dat in gevallen waarin voorheen van arbeidsongeschiktheid sprake zou zijn, nu als gevolg van het afschaffen van de verdiscontering, werkloosheid optreedt. In die gevallen hangt de verlaging van de AAW/WAO-instroom niet samen met herplaatsing, maar met een groei van de werkloosheid. Betrokken personen komen in de AAW/WAO-statistiek als in de nww- of loaw-statistiek voor. Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 4
5 - een toename van de uitstroom uit de AAW/WAO. In die gevallen waarin de afschaffing van de verdiscontering leidt tot een verlaging van de arbeidsongeschiktheidsuitkering, kan intensiever zoekgedrag, in combinatie met de verbeterde reïntegratiemogelijkheden, leiden tot hernieuwde deelname aan het arbeidsproces. Ook kan toename van de uitstroom gemeten in mensjaren veroorzaakt worden door het feit dat door afschaffing van de verdiscontering werkloosheid ontstaat waar eerder sprake was van arbeidsongeschiktheid. Betrokken personen kwamen eerst alleen voor in de AAW/WAO-statistiek, en nu tevens in de nww- of loaw-statistiek voor. Nagegaan moet worden welke effecten de afschaffing van de verdiscontering heeft, op de AAW/WAO-instroom en uitstroom, op de verdeling van de AAW/WAO-instroom en uitstroom naar arbeidsongeschiktheidsklasse, op het arbeidsaanbod van gedeeltelijk arbeidsongeschikten en op het aantal herplaatsingen. Tevens dient te worden onderzocht in welk opzicht de arbeidsmarktpositie van (niet meer verdisconteerde) gedeeltelijk arbeidsongeschikten en (langdurig) werklozen verschilt en welke problemen zich voordoen bij de aansluiting tussen vraag naar en aanbod van gedeeltelijk arbeidsongeschikten op de arbeidsmarkt (opleiding, leeftijd, vroeger looninkomen/loon bij werkhervatting). Het ligt voor de hand de volume-effecten en de arbeidsmarkteffecten van de invoering van de WAGW en van de wijziging van de AAW/WAO in het kader van de stelselherziening zoveel mogelijk in samenhang te onderzoeken. Bezien moet nog worden welke vragen in het kader van de evaluatie van de WAGW zullen worden behandeld en welke in het kader van de evaluatie van de stelselherziening zullen worden onderzocht. Uitbreiding van de in paragraaf 5 genoemde onderzoeken is daarom nog mogelijk. 4. Evalueren Evalueren betekent dat enerzijds een zo objectief mogelijk beeld moet worden verkregen van de wijze waarop de WAGW word uitgevoerd, van het gebruik van de in de WAGW geboden instrumenten, van de resultaten, gelet op de doelstellingen van de wet, en van de mogelijke neveneffecten van de wet. Anderzijds moeten de betrokkenen (werkgevers- en werknemersorganisaties, uitvoerings- en beleidsinstanties, gehandicapten- en arbeidsongeschiktenorganisaties) zich over de uitvoering en de resultaten een oordeel vormen. Op basis van de onderzoeksresultaten moeten zij uitspraken kunnen doen over de uitvoerbaarheid van de wet en over mogelijke verbeteringen in de wet of in de uitvoering ervan, die de doelstellingen van de wet beter helpen realiseren. Het opstellen van een onderzoeksplan en het formuleren van de onderzoeksvragen dient tegen die achtergrond plaats te vinden. Daarbij moet worden bedacht, dat op een aantal punten nog nadere invulling moet worden gegeven aan de wet. Men dient vooralsnog het quotum te realiseren met werknemers die een arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben of waarvoor een werkvoorziening is getroffen op basis van hun handicap. Alleen herplaatsbaar verklaarde ambtenaren tellen mee als vangnetcategorie. Pas in een latere fase wordt wellicht de «vangnetcategorie» verder ingevuld. Over de invulling van de bijdrage- en tegemoetkomingsregelingen zal nog advies worden gevraagd aan de SER. Ook dat aspect van de WAGW zal dus pas in een latere fase kunnen worden onderzocht. De belangrijkste evaluatievraag betreft de (re)integratie van gehandicapten in het arbeidsproces. Over drie jaar zal per bedrijfstak, per onderdeel van openbare dienst en voor (groepen) bedrijven en instellingen duidelijk moeten zijn welk quotum is gerealiseerd. Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 5
6 Gelet op de verantwoordelijkheid die werkgevers en hun organisaties, werknemersorganisaties en de overheid hebben, is het ook van belang na drie jaar een overzicht te hebben van de maatregelen die door de betrokkenen zijn genomen om de deelname van gehandicapte werknemers in het arbeidsproces te bevorderen (zowel op centraal als decentraal niveau). Bij het eventueel vaststellen van een quotum kan rekening worden gehouden met het verschil in omstandigheden waaronder deze inspanningen hebben plaatsgevonden, voorzover die van invloed zijn op de resultaten van die inspanningen. Tenslotte is het noodzakelijk over drie jaar inzicht te hebben in de wijze waarop de uitvoerende organisaties (naast werkgevers, de Bedrijfsverenigingen, de GMD, het ABP en het SPF, het GAB en de Arbeidsinspectie) de in de WAGW neergelegde bevoegdheden en taken hebben vervuld. Hierbij dient niet alleen de uitvoering te worden betrokken, maar ook de uitvoerbaarheid van bepalingen in de wet. Gelet op het bovenstaande dient het evaluatie-onderzoek zich te richten op de (her)plaatsing van gehandicapten, op het gebruik van de WAGW-instrumenten, op de maatregelen die werkgevers- en werknemersorganisaties en individuele ondernemingen, diensten en instellingen treffen, op de uitvoering en uitvoerbaarheid van de WAGW en op de (neven-)effecten van de WAGW (naast het effect op de plaatsing van gehandicapten). Het onderzoek moet zich bovendien richten op de factoren die verschillen in resultaten kunnen verklaren. In paragraaf 5 zijn deze vragen nader uitgewerkt. 5. Onderzoeksvragen 1. Welke quota worden gerealiseerd en welke factoren zijn daarop van invloed? a. per bedrijfstak, onderdeel van openbare dienst; b. per onderneming; c. resultaat na 3 jaar (juli 1989); d. zo mogelijk vergelijking met voorgaande jaren; e. aard van de werkzaamheden, grootte bedrijven, arbeidsmarktsituatie, conjuncturele ontwikkeling e.d. 2. Welke «gehandicapte» werknemers worden na invoering van de WAGW geplaatst? a. leeftijd, beroep, opleiding, aard handicap, soort uitkering, percentage AAW/WAO, duur arbeidsongeschiktheid, wel of geen opstapje, wel of niet verdisconteerd. 3. Op welke wijze vindt (her)plaatsing plaats? a. herplaatsing in zijn eigen onderneming of plaatsing elders; b. plaatsing in de eigen functie, het eigen beroep danwei een andere functie, c.q. ander beroep; c. plaatsing op basis van art. 30 ZW of vanuit een arbeidsongechiktheidsregeling danwei preventieve plaatsing vóór of vroeg in de ZW-periode; d. plaatsing al dan niet via tussenkomst van GMD, AVO, ABP, SPF of GAB; e. plaatsing in dienstverband voor bepaalde of onbepaalde duur; f. plaatsing met of zonder opstapje. 4. Welke maatregelen zijn door werkgevers- en werknemersorganisaties overeengekomen? a. centraal, per (deel van een) bedrijfstak, per onderneming b. preventieve maatregelen of herplaatsingsmaatregelen Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 6
7 c. aard van de maatregelen (scholing, herplaatsingssysteem, verzuimbegeleiding, geschikte functies onderkennen, reserveren e.d.) 5. Hoe worden de in de WAGWgeboden instrumenten gebruikt en welke factoren zijn daarop van invloed? a. vergoeding extra kosten, art. 57a (hoe vaak aangevraagd/toegekend/ afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers, naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening) b. verstrekking in kader van art (hoe vaak aangevraagd/toegekend/ afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening) c. vergoeding extra kosten, art. p9a Algemene burgerlijke pensioenwet (hoe vaak aangevraagd/toegekend/afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers, naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening) d. verstrekking in het kader van art. p9 Algemene burgerlijke pensioen- (hoe vaak aangevraagd/toegekend/afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening) e. vergoeding extra kosten, art. p8a Spoorwegpensioenwet (hoe vaak aangevraagd/toegekend/afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers, naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening) f. verstrekking in het kader van art. p8 Spoorwegpensioenwet (hoe vaak aangevraagd/toegekend/afgewezen; voor welk bedrag; welke werkgevers naar bedrijfstak, grootte; aard van de voorziening); g. toepassing art. 30 ZW (hoe vaak; hervatting eigen functie, herplaatsing eigen werkgever, plaatsing bij andere werkgever); h. hoe vaak medewerking geweigerd; hoe vaak wordt een sanctie toegepast, welke sanctie, door wie toegepast, op wiens verzoek, hoogte sanctie, bezwaarschrift tegen sanctie, door wie ingediend; hoe vaak wordt een eis gesteld; hoe vaak is een verzoek gedaan tot loondispensatie; hoe vaak is een advies verstrekt van de directeur GAB inzake ontslag; j. resultaat wijziging ontslagprocedure voor gehandicapte werknemers; k. gebruik «opstapje»; hoe vaak toegepast, in welke arbeidsongeschiktheidsklassen, per bedrijfstak; I. scholing, via GMD of GAB, aard opleiding, resultaat. 6. Hoe wordt de WAGW uitgevoerd? a. vormgeving van de uitvoering van betreffende bepalingen in de WAGW door GMD, ABP, SPF, GAB's, Al, LTD (organisatie, personeel, interne regelgeving); b. invulling van de uitvoering (wijze van uitvoering, contacten met en administratievoorschriften aan werkgevers, coördinatie tussen de betrokken uitvoeringsinstanties, procedures voor overleg, gebruik van instrumenten in de wet, voorlichting, advisering, controle); c. welke problemen ervaren werkgevers, werknemers (gehandicapten) en uitvoeringsorganen bij de uitvoering van de WAGW; d. welke activiteiten ontplooien werkgeversorganisaties in het kader van de WAGW voor de aangesloten ondernemingen; e. welke activiteiten ontplooit BiZa ten aanzien van departementen en gemeenten in het kader van de WAGW. 7. Wat zijn de resultaten van de WAGW? a. realisatie percentages WAGW-werknemers; b. mogelijke wijziging in de toestroom naar en de uitstroom uit de AAW/WAO (naar beroepsgroep, handicapgroep, bedrijfstak, e.d.); c. mogelijke vermindering van het percentage ZW-gevallen dat uiteindelijk instroomt in de AAW/WAO; d. mogelijke neveneffecten en problemen (is er kwantitatief en kwalitatief voldoende arbeidsaanbod; is er voldoende doorstroming om quotum te kunnen realiseren etc); Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 7
8 e. verandering in ontslagaanvragen (vermindering ten aanzien van gehandicapten). 6. Onderzoek en registratie De beantwoording van de onderzoekvragen geschiedt op basis van onderzoek en registratie. Door de betrokken uitvoeringsorganen (BV'en, GMD, ABP, Al, GAB's) dienen gegevens te worden verzameld betreffende de bij arbeidsorganisaties werkzame WAGW-werknemers en betreffende het gebruik van WAGW instrumenten. Nagegaan dient te worden in hoeverre de bestaande registraties hiervoor toereikend zijn en of en op welke wijze nieuwe registraties moeten worden opgezet. In ieder geval dienen ten behoeve van de evaluatie de volgende registraties beschikbaar te zijn: 1. registratie van gehandicapte werknemers, per onderneming (naar regeling: AAW, AAW/WAO, ZW; naar persoonskenmerken: leeftijd, geslacht, aard handicap; naar arbeidsongeschiktheidspercentage) 2. registratie van quota per onderneming (jaarlijks geactualiseerd) 3. registratie van bemiddelingsactiviteiten (geslaagde/mislukte pogingen, naar bedrijfstak, aard handicap) 4. registratie van aanvragen, toekenningen en afwijzingen met betrekking tot art AAW (naar bedrijfstak, bedrag, aard handicap) 5. registratie van aanvragen, toekenningen en afwijzingen met betrekking tot art. 57 a AAW (naar bedrijfstak, bedrag, aard van de aanpassing) 6. registratie toepassing art. 30 ZW lid 1, 2 en 3 7. registratie gehandicapte ingeschrevenen bij GAB's 8. registratie toepassing art. 6 WAGW 9. registratie toepassing opstapje. Deze registratie-activiteiten zullen informatie opleveren over WAGWquota en over het gebruik van de WAGW-instrumenten. Deze gegevens moeten aangevuld worden met onderzoek naar de maatregelen die werkgevers treffen, naar de uitvoering en uitvoerbaarheid en naar andere effecten van de WAGW. De volgende onderzoeken dienen daartoe te worden gestart: 1. Onderzoek naar de wijze waarop bedrijfsleven en overheid de (re)integratie van gehandicapten trachten te bevorderen: - in het overleg in de Stichting van de Arbeid - in het overleg tussen Stichting van de Arbeid en overheid - in het CAO-overleg - in CAO-bepalingen - afspraken tussen BiZa en ambtenaren-bonden 2. Onderzoek naar de invulling van de CAO-afspraken en naar het «eigen» herplaatsingsbeleid in individuele bedrijven/overheidsinstellingen en dergelijke een en ander in samenhang met het bovengenoemd onderzoek en met de gegevens uit de registratie van quota per bedrijf. 3. Onderzoek naar de uitvoering van de WAGW - uitvoerbaarheid van verschillende onderdelen van de wet - uitvoeringsbeleid: interne regelgeving, administratievoorschriften - coördinatie tussen betrokken organisaties (Arbeidsinspectie, GMD, ABP, SPF, GABen BV'en) - vormgeving van contacten tussen uitvoeringsorganisaties en ondernemingen en overheidsinstellingen (bijvoorbeeld met bedrijfsgeneeskundige diensten). 4. Zonodig ad hoe-onderzoek naar knelpunten in de uitvoering en neveneffecten van de wet; onderzoek naar mogelijke veranderingen in de instroom in en uitstroom uit de AAW/WAO; mogelijke beperking van het aantal max. ZW-gevallen; ontslagaanvragen gehandicapten; arbeidsaam bod van gehandicapten (en «niet meer verdisconteerde» WAO'ers). Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 8
9 De opzet van deze onderzoeken dient door de begeleidingscommissie te worden vastgesteld. Het secretariaat zal daartoe voorstellen doen. In deze voorstellen zal worden aangegeven in welke mate de te hanteren onderzoekmethoden bruikbare resultaten kunnen opleveren voor de beantwoording van de in paragraaf 5 geformuleerde onderzoeksvragen. 7. Organisatie van het onderzoek In dit onderzoekplan is aangegeven welke onderzoekvragen dienen te worden beantwoord om evaluatie van de WAGW mogelijk te maken. Het is niet uitgesloten dat tijdens de uitvoering van dit plan nog vragen worden toegevoegd, bij voorbeeld naar aanleiding van het verwachte SER-advies over bijdrage- en tegemoetkomingsregelingen of naar aanleiding van ontwikkelingen in de uitvoering van de WAGW. De onderzoeks- en registratieactiviteiten zijn in dit onderzoekplan slechts aangeduid. In overleg tussen vertegenwoordigers van de betrokken organisaties dienen uitgebreide onderzoeksvraagstellingen te worden geformuleerd en de opzet van de onderzoeken en registraties nader te worden uitgewerkt. Daartoe wordt een begeleidingscommissie ingesteld. De volgende organisaties worden verzocht een onderzoek- of materiedeskundige in deze commissie te benoemen: het VNO, het NCW, de FNV, het CNV, het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de Sociale Verzekeringsraad, de Federatie van Bedrijfsverenigingen, de GMD, het ABP, het SPF, de Arbeidsinspectie en de Directoraten-Generaal Arbeidsvoorziening en Sociale Zekerheid. De opzet en uitvoering van de registratie-activiteiten worden voorbereid in een aparte werkgroep, waarin deskundigen van de betrokken uitvoeringsorganen zitting hebben (GMD, ABP, SPF, FBV, SVr, Al en Arbvo). Het voorzitterschap en het secretariaat van de begeleidingscommissie en van de werkgroep berusten bij het Directoraat-Generaal Sociale Zekerheid. Het spreekt voor zich dat de registraties bij de uitvoeringsorganisaties zelf plaatsvinden. De werkgroep draagt er zorg voor dat de registraties voldoende gegevens bevatten om de genoemde onderzoekvragen te kunnen beantwoorden, en dat de registraties op dezelfde wijze, danwei op een wijze die vergelijking mogelijk maakt, worden uitgevoerd door de betrokken organisaties. De werkgroep stelt op basis van de bijdragen van de registrerende organisaties een samenvattend registratierapport op, dat wordt voorgelegd aan de begeleidingscommissie. De Dienst Collectieve Arbeidsvoorwaarden zal worden verzocht het CAO-onderzoek uit te voeren. De Sociale Verzekeringsraad wordt verzocht het uitvoeringsonderzoek te verrichten. Het bedrijvenonderzoek dient extern uitgevoerd te worden, eventueel in samenwerking met de Loontechnische Dienst of aanvullend op onderzoek van deze Dienst. Overig onderzoek dient zoveel mogelijk extern uitgevoerd te worden. De begeleidingscommissie heeft tot taak vraagstellingen uit te werken voor de genoemde onderzoeken; de door de onderzoekers ingediende voorstellen te beoordelen en, na selectie, te adviseren over opdrachtverlening. Na opdrachtverlening door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dient de commissie de (tussentijdse) onderzoekrapporten te beoordelen en eindrapporten vast te stellen. De begeleidingscommissie bespreekt tenslotte het door het secretariaat op te stellen samenvattend eindrapport, stelt dit vast en biedt het aan aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het samenvattend eindrapport dient vóór de zomer van 1989 gereed te zijn. 8. Planning 1987 februari/maart: - versturen onderzoekplan aan betrokkenen; Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr. 76 9
10 - samenstellen begeleidingscommissie en werkgroep; - informeren van Stichting van de Arbeid en Tweede Kamer; - verzoeken om onderzoek uit te voeren aan SVr, DCA en LTD (overleg daarover); - vaststellen onderzoekbudget. maart/april: - uitwerken vraagstelling onderzoeken; - overleg over opzet registraties; - eerste vergadering begeleidingscommissie over onderzoekplan, uitgewerkte vraagstellingen voor onderzoek en planning van de verschillende activiteiten. mei/juni: - benaderen onderzoekers; - selectie voorstellen; - opdrachtverlening. Tweede Kamer, vergaderjaar , hfdst. XV, nr
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1986-1987 Nr. 20b* 19256 Nadere wijziging van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet en de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (nadere regeling in verband
Nadere informatieStichting van de Arbeid. De taakstelling van het bedrijfsleven op centraal en decentraal niveau-in het kader van dawagw.
Stichting van de Arbeid De taakstelling van het bedrijfsleven op centraal en decentraal niveau-in het kader van dawagw. De Stichting van de Arbeid is het overlegorgaan van de centrale organisaties van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 24 221 Wijziging van een aantal sociale verzekeringswetten (Wet afschaffing malus en bevordering reïntegratie) Nr. 6 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8884 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 20-11-1997, nr. 224 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR
Nadere informatieConvenant Gesubsidieerde Arbeid 2003
Convenant Gesubsidieerde Arbeid 2003 1. Preambule Het kabinet, sociale partners en de VNG zetten zich in om met een tijdelijke impuls de doorstroom van werknemers in gesubsidieerde arbeid naar reguliere
Nadere informatieRegeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties
Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Pre-ambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van goed werkgeverschap afspraken gemaakt over een sectorale regeling Van Werk Naar
Nadere informatieGezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van...; HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN:
Besluit van tot wijziging van het Besluit SUWI houdende regels omtrent de individuele reïntegratieovereenkomst Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 9 februari 2004,
Nadere informatieRechten en plichten van cliënten bij het persoonsgebonden reïntegratiebudget
Rechten en plichten van cliënten bij het persoonsgebonden reïntegratiebudget Aanleiding Met deze notitie wordt voldaan aan de motie van het lid Noorman - den Uyl (Kamerstukken II, vergaderjaar 2000-2001,
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 82 6 mei 2009 Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 29 april 2009, nr. IVV/I/2009/9524, tot
Nadere informatieWet arbeid Vreemdelingen
Wav C22 C22 Wet arbeid Vreemdelingen Wet van 21 december 1994 tot vaststelling van de Wet arbeid vreemdelingen, Stb. 1994,959. Inwerkingtreding 1 september 1995. PARAGRAAF I Begripsbepalingen Artikel 1
Nadere informatieONTWERP- VERKLARING INZAKE REÏNTEGRATIE BIJ GEDEELTELIJKE ARBEIDSGESCHIKTHEID D.D. 1 DECEMBER 2005
Bezuidenhoutseweg 60 postbus 90405 2509 LK Den Haag tel. 070-3499 fax 070-3499 796 ONTWERP- VERKLARING INZAKE REÏNTEGRATIE BIJ GEDEELTELIJKE ARBEIDSGESCHIKTHEID D.D. 1 DECEMBER 2005 De in de Stichting
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 279 Besluit van 18 juni 2012, houdende wijziging van het Rechtspositiebesluit ambtenaren BES in verband met de invoering van een nieuwe studiefaciliteitenregeling
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 498 Wijziging van de arbeidsongeschiktheidswetten in verband met de wijziging van de systematiek van de herbeoordelingen (Wet wijziging systematiek
Nadere informatieDe artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.
De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. Artikel 8:5 Ontslag wegens arbeidsongeschiktheid Ontslag kan aan de ambtenaar worden verleend op grond van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 448 Toekomstige structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 39 BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN
Nadere informatie: aan medewerkers die 72 maanden of minder voor het behalen van hun AOW leeftijd zijn
CVDR Officiële uitgave van Bronckhorst. Nr. CVDR484003_1 1 mei 2018 Regeling Generatiepact Gemeente Bronckhorst 2018 Regeling Generatiepact Gemeente Bronckhorst 2018 Sinds 1 januari 2015 kent de Gemeente
Nadere informatieAfspraken inzake arbeidsongeschikten met een arbeidsongeschiktheidspercentage lager dan 35% Bekendmaking beleid
Onderdeel DGMOS/POI Rijk/PR Inlichtingen M.F.Q. Oudshoorn/W. Hagg T 070-426 6389/7663 F 1 van 6 Aan Onderwerp Doelstelling Juridische grondslag De Ministers Afspraken inzake arbeidsongeschikten met een
Nadere informatieTWEEDE NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
30 318 Voorstel van wet tot aanpassing van en verbeteringen in diverse wetten in verband met de invoering van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen alsmede enkele andere correcties (Aanpassings-
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 729 Evaluatie Wet inkomensvoorziening oudere werklozen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter
Nadere informatieSOCIAAL PLAN 24 februari september 2014
SOCIAAL PLAN 24 februari 2014 30 september 2014 Sociaal plan Goes 2014 V 0.4 1 1. Werkingssfeer en doelstelling 4 2. Werkingsduur 5 3. Definities 6 4.1 Hardheidsclausule 7 4.2 Speciale afspraken 7 5. Begeleidingscommissie
Nadere informatieREGLEMENT. Toeslagregeling per
REGLEMENT Toeslagregeling per STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL Juni 2007 ARTIKEL 1 Begripsbepalingen: In dit reglement gelden de begrippen als omschreven in de Cao Toeslagregeling.
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 4 JUNI 2004 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Vervoer van personen met personenauto s Sociaal Fonds 1996/1997 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8622 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 28-10-1996,
Nadere informatieCao Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen per 1 januari 2017
Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 - Gewijzigde artikelen per 1 januari 2017 Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 4 (Aard van de arbeidsovereenkomst)
Nadere informatieDe artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.
De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. Artikel 8:5 Ontslag wegens arbeidsongeschiktheid Lid 1 Ontslag kan aan de ambtenaar worden verleend op grond
Nadere informatieOpenbaar advies voor beslissing B en W
Openbaar advies voor beslissing B en W Sector Middelen Afdeling Personeel en organisatie registratienummer: 2001004414 Naam: Chris Bos, toestelnummer: 831 paraaf chef/hoofd sector paraaf sectorcontroller
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9370 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 15-06-2000, nr. 113 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 FEBRUARI 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN
Nadere informatie./. Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Bussemaker (PvdA) over doorstroming bij gesubsidieerde arbeid.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon
Nadere informatieMinisterie van Binnenlandse Zaken
Ministerie van Binnenlandse Zaken Datum 22 juli 1997 Aan de Korpsbeheerders van de regionale politiekorpsen de Korpsbeheerder van het KLPD de Voorzitter van de Bestuursraad van het LSOP i.a.a. de Korpschefs
Nadere informatie19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019
19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.
Nadere informatieREGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019
REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en
Nadere informatieReglement van het Verantwoordingsorgaan
Reglement van het Verantwoordingsorgaan Per 3 december 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk I Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Artikel 2 Voorzitter en plaatsvervangend voorzitter 4 Artikel 3
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8726 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 10-2-1997, nr. 28 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST INZAKE
Nadere informatieREGELING INVALIDITEITSPENSIOEN
STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL Prins Mauritsplein 29 2582 ND 's-gravenhage Telefoon: 070-3381020 Fax : 070-3503531 Website: www.bpfavh.nl Postbus 84330
Nadere informatieArbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu?
Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu? Inhoudsopgave pagina 1 Antwoorden op vragen over arbeidsongeschiktheid 3 2 Wat wordt er van u verwacht en wie kunnen u ondersteunen? 3 3 Andere functie gevonden?
Nadere informatieFNV Bouw, gevestigd te Woerden, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer C. van der Veer;
Afvloeiingsregeling Bald BV Partijen: Bald BV, gevestigd te Dongen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar statutair directeur, de heer L.F. Postma, verder te noemen de werkgever; en FNV Bouw,
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/F&W/05/89716 s -Gravenhage, 11 november 2005 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Werkloosheidswet
Nadere informatie--------------------------
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 107 VAN 28 MAART 2013 BETREFFENDE HET KLIKSYSTEEM VOOR HET BEHOUD VAN DE AANVULLENDE VERGOEDING IN HET KADER VAN BEPAALDE STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 XV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het
Nadere informatieGelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;
Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES
Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES Juni 2017 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Algemene
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Schoendetailhandel 2001/2002 Vervroegd Uitreden Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9605 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 07-08-2001, nr. 150 ALGEMEEN
Nadere informatieBrief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
29544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 514 Brief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 7 april 2014 Bijgaand treft u het rapport
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 671a, achtste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek;
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 12688 11 mei 2015 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 april 2015, 2015-0000102296, tot
Nadere informatieArtikel 9 Herplaatsing
Artikel 9 Herplaatsing 1. Bij de beoordeling of binnen de onderneming van de werkgever een passende functie beschikbaar is voor een werknemer die voor ontslag in aanmerking komt, worden arbeidsplaatsen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 945 Vaststelling van regels voor overgangs- en invoeringsrecht voor de totstandkoming van de Wet medezeggenschap werknemers (Invoeringswet Wet
Nadere informatieReglement Vakantiefonds
Reglement Vakantiefonds voor het Schilders,- Afwerkings- en Glaszetbedrijf HOOFDSTUK I ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: het Fonds: de Stichting Vakantiefonds voor
Nadere informatieUitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden
RE-INTEGRATIE 1 e : Verplichtingen werkgever 2 e : Verplichtingen werknemer Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden 1 e : - bij contract
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 28 333 WAO-stelsel Nr. 76 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieRegeling. Investeringsfonds voor Verenigingen Van het. GEWEST NOORD-HOLLAND/UTRECHT van de K N S B
Regeling Investeringsfonds voor Verenigingen Van het GEWEST NOORD-HOLLAND/UTRECHT van de K N S B Regeling tot het verlenen van bijdragen aan Verenigingen, c.q. Stichtingen, behorende tot en lid van het
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9552 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 08-05-2001, nr. 88 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18 867 Wijziging van de Tijdelijke Wet Arbeidsvoorwaarden collectieve sector MEMORIE VAN TOELICHTING 1. Karakter van de wijziging De voorziening
Nadere informatieIII. REGLEMENT AANVULLINGEN EN UITKERINGEN
III. REGLEMENT AANVULLINGEN EN UITKERINGEN Artikel 1 - Definities In dit reglement gelden de definities die zijn opgenomen in de statuten. Verder wordt in aanvulling of afwijking daarvan verstaan onder:
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 23 972 Bestrijding langdurige werkloosheid Nr. 24 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
Nadere informatieOp de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van, Directie Sociale Verzekeringen, SV/R&S/03/;
Ontwerpbesluit van tot wijziging van het Besluit SUWI houdende regels omtrent het individuele reïntegratieovereenkomst Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van, Directie
Nadere informatieOntslagzaken na de invoering van de Wet werk en zekerheid per 1 juli 2015
Ontslagzaken na de invoering van de Wet werk en zekerheid per 1 juli 2015 Op 1 juli 2015 treedt het belangrijkste deel van de Wet werk en zekerheid in werking: de herziening van het ontslagrecht. Hoe die
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 30 937 Wijziging van de Toeslagenwet en intrekking van de Invoeringswet stelselherziening sociale zekerheid in verband met het verbeteren en vereenvoudigen
Nadere informatieDe Rekenkamer is verder nagegaan of de verantwoording van de verschuldigde vergoeding over 2011, 2012 en 2013 volledig is.
1 Managementsamenvatting De managementsamenvatting is geschreven in het Nederlands en het Papiamentu. De Rekenkamer wil hiermee bereiken dat meer mensen kennis kunnen nemen van de inhoud van het rapport.
Nadere informatieJJuridische aspecten arbeidsongeschiktheid / arbeidsconflict
JJuridische aspecten arbeidsongeschiktheid / arbeidsconflict. Ziekmelding na een arbeidsconflict En dan? ARBODIENST STECR WERKWIJZER ARBEIDSCONFLICTEN Deze werkwijzer wordt gebruikt voor de beoordeling
Nadere informatieSTICHTING. Aan de voorzitter en leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Geachte dames en heren,
STICHTING Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK DEN HAAG Aan de voorzitter en leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2001 8 2500 EA DEN HAAG 070-3 499 577 070-3 499 796 info@stvda.nl
Nadere informatieVerplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM
Verplichte deelneming directeur in pensioenfonds PGGM Mr. Z. Kasim 1 HR 13 juli 2007, nr. C05/331, LJN BA231 Verplichte deelneming pensioenfonds, criteria arbeidsovereenkomst BW artikel 7: 610, artikel
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 28 170 Gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid)
Nadere informatieArtikel 1: Naam en Zetel 1. De Stichting draagt de naam: ''Stichting Sociaal Fonds Bakkersbedrijf''.
Statuten Sociaal Fonds Bakkersbedrijf Artikel 1: Naam en Zetel 1. De Stichting draagt de naam: ''Stichting Sociaal Fonds Bakkersbedrijf''. 2. Zij is gevestigd te Gouda. Artikel 2: Doelstellingen 1. De
Nadere informatieDe generale synode heeft in de vergadering van 9 november 2012 de volgende wijzigingen van de kerkordelijke regelingen vastgesteld:
Afkondiging wijzigingen kerkordelijke regelingen De generale synode heeft in de vergadering van 9 november 2012 de volgende wijzigingen van de kerkordelijke regelingen vastgesteld: Nr. 14/2012 Wijzigingen
Nadere informatieBINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL. Inzake: tegen: 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie
BINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL Inzake: (WERKNEMER) Verzoeker tegen: (OMROEPWERKGEVER) Verweerster 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie 1.1. Krachtens artikel 49 lid
Nadere informatieBIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties)
BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties) A. PROCEDURELE KADERS BIJ REORGANISATIES 1. De provincie
Nadere informatie2. Het college werkt bij de uitvoering van het eerste lid, onderdeel a, samen met het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen.
Artikel 7. Opdracht college 1. Het college: a. ondersteunt bij arbeidsinschakeling: 1. personen die algemene bijstand ontvangen, 2. personen als bedoeld in de artikelen 34a, vijfde lid, onderdeel b, 35,
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24321 26 augustus 2014 Schilders- en Onderhoudsbedrijf in Nederland Bedrijfstakeigenregelingen 2014/2015 Verbindendverklaring
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Circulaire opbouw vakantie bij langdurige ziekte
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 3454 8 maart 2010 Circulaire opbouw vakantie bij langdurige ziekte Aan: de ministers Juridische grondslag: artikelen 22
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 433 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieOpzegging van de arbeidsovereenkomst
Opzegging van de arbeidsovereenkomst Mr.dr. L.C.J.Sprengers Symposium: gevolgen van de WWZ voor het bijzonder onderwijs, 21 mei 2014 Preventieve ontslagtoets Preventieve ontslagtoets blijft gehandhaafd.
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8559 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-06-1996, nr. 104 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST
Nadere informatieSociaal Plan DELTA Biovalue Nederland BV
Sociaal Plan DELTA Biovalue Nederland BV Sociaal Plan DELTA Biovalue Nederland BV versie 2 september 2011 Pagina 1 1. Inleiding In het kader van het faillissement van DELTA Biovalue BV en daarmee van DELTA
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID I-SZW Nr. 8553 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 2-5-1996, nr. 84 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR
Nadere informatieRapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257
Rapport Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/257 2 Klacht Op 3 november 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer O. te 's-hertogenbosch, met een klacht over een gedraging van
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 514 Wijziging van de Participatiewet, de Wet tegemoetkomingen loondomein, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening
Nadere informatieVerstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in de sector Glastuinbouw 2015
Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in de sector Glastuinbouw 2015 Artikel 1 Toepassing Dit reglement is van toepassing op aanmeldingen die na 1 april 2015 zijn ontvangen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Rijksbegroting voor het jaar 1988 20200 Hoofdstuk XV Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid IMr. 40 BRIEF VAN HET LID BUURMEIJER Aan de
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 33286 25 november 2014 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 november 2014, 2014-0000102276,
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1997 1998 Nr. 141 25 478 Vaststelling van nieuwe regels met betrekking tot de (re)integratie van arbeidsgehandicapten (Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten)
Nadere informatiePENSIOENREGLEMENT II STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN. Juni 2015
PENSIOENREGLEMENT II STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN Juni 2015 ARTIKEL 1 Begripsbepalingen De definities en de begripsomschrijvingen zoals vermeld in
Nadere informatie1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:
Hoofdstuk 14 Activeringsregeling (per 1 juli 2015) en pensioen A Activeringsregeling Artikel 1 Werkingssfeer 1. Op de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die wordt ontslagen wegens:
Nadere informatieIKAP-Regeling rijkspersoneel
(Tekst geldend op: 02-02-2015) IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en artikel 34c van
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA s-gravenhage
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
p* i.luj mnx nco 1 Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1994 JE MA NTIEND 959 Wet van 21 december 1994 tot vaststelling van de Wet arbeid vreemdelingen Wij Beatrix, bij de gratie Gods,
Nadere informatieSUBSIDIEKAART. 13 september 2013. Toelichting
SUBSIDIEKAART Toelichting Dit betreft een overzicht van de nu bestaande subsidies en voorzieningen aan bedrijven, die ten goede komen aan en werkzoekenden voor mobiliteit, algemene scholing, opdoen van
Nadere informatieMINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ALGEMEEN VERBINDEND VERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN HET SCHOONMAAK- EN GLAZENWASSERSBEDRIJF INZAKE VRIJWILLIG
Nadere informatiePostbus 948 4600 AX Bergen op Zoom. Stichting Sociaal Fonds Essent
Postbus 948 4600 AX Bergen op Zoom Stichting Sociaal Fonds Essent Reglement 2014 Algemeen Artikel 1 1. De Stichting Sociaal Fonds Essent heeft blijkens artikel 3 van de statuten ten doel financiële steun
Nadere informatieOp 19 januari 2005 schreef de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de voorzitter van de Gezondheidsraad (brief kenmerk SV/AL/05/614):
Bijlage A Adviesaanvraag Op 19 januari 2005 schreef de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de voorzitter van de Gezondheidsraad (brief kenmerk SV/AL/05/614): Binnenkort zal ik het wetsvoorstel
Nadere informatieAdvies- en Arbitragecommissie Rijksdienst
Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Aan: De samenwerkende Centrales van Overheidspersoneel vertegenwoordigd in de Sectorcommissie Onderwijs en Wetenschappen De voorzitter van de Sectorcommissie Onderwijs
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2016:4970
ECLI:NL:CRVB:2016:4970 Instantie Datum uitspraak 14-12-2016 Datum publicatie 27-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/7122 WW Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieOverwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van persoonsgebonden budgetten.
De raad van de gemeente ; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; Gelet op artikel 7, tiende lid, van de Wet sociale werkvoorziening; Overwegende dat de raad bij verordening
Nadere informatieTaken en bevoegdheden van OR, GOR of COR voortvloeiend uit enkele andere wetten en regelingen
Bijlage A Taken en bevoegdheden van OR, GOR of COR voortvloeiend uit enkele andere wetten en regelingen 1 Algemeen De taken en bevoegdheden van de OR (de GOR en de COR daaronder mede begrepen) worden niet
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA s-gravenhage AV/A&M/2001/60552
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 54a, vierde lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22401 30 juli 2015 Regeling vergoeding beroepsziekten politie De Minister van Veiligheid en Justitie, Gelet op artikel
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 399 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter
Nadere informatie